Instituut Asbestslachtoffers
Stichting Instituut Asbestslachtoffers
www.asbestslachtoffers.nl
Directie en bureau: Bezuidenhoutseweg 60 Postbus 90405 2509 LK Den Haag Telefoon: 070 - 349 97 54 e-mail:
[email protected]
Uitvoering: Bredewater 6 Postbus 684 2700 AR Zoetermeer Telefoon: 079 750 71 50 Email:
[email protected]
Verslag over 2010
Instituut Asbestslachtoffers (IAS) Het Instituut Asbestslachtoffers (IAS) adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming voor asbestslachtoffers met de ziekte mesothelioom. Daarnaast bemiddelt het IAS tussen (ex-)werkgevers en (ex-)werknemers over het betalen van een schadevergoeding. Het IAS is daarvoor in 1999 opgericht door organisaties van werkgevers en werknemers, het Comité Asbestslachtoffers, het Verbond van Verzekeraars en de overheid. Meer informatie vindt u op de website van het IAS: www.asbestslachtoffers.nl.
Colofon Uitgave van Instituut Asbestslachtoffers IAS publicatie 2011/1 Redactie Simone Aarendonk Derk Morreau Machiel van der Woude Druk en vormgeving QuantesArtoos B.V. April 2011
TAS/TNS-gerechtigden 2000 t/m 2010: aantal mesothelioomslachtoffers per 100.000 inwoners op 31 december 2010. Bron: Sociale Verzekeringsbank, L. van Eekelen, maart 2011.
Inhoudsopgave • Voorwoord
2
• Het IAS in 2010
4
• Juridische ontwikkelingen
28
- Harde aanpak ongeoorloofde asbestverwijdering - Resultaten bemiddeling en advies
- Doorbreking verjaringstermijn blijft de gemoederen bezighouden
- Samenwerking met Sociale Verzekeringsbank
- Aanwezigheid asbest moet aan huurder of koper
- Onderzoek
worden gemeld
- Voorlichting
- Fabrikant niet aansprakelijk bij verwijderen asbesthoudende vloerbedekking
• 10 Jaar IAS: zorgvuldig, snel en laagdrempelig
6
• Kerncijfers IAS 2010
8
- Instroom, uitstroom, voorraad
- Spaanse rechter erkent tongkanker door asbest • Interviews - Paul de Krom
7
- Regeling TAS en Regeling TNS
- Jan Uytterhoeven
17
- Afgewikkelde aanvragen
- Menno Kuiper
19
- Resultaten 2000-2010
- Piet Bode
23
- Nico van Zandwijk
27
• Klanttevredenheid
13
• Epidemiologische ontwikkelingen
14
• Nieuws - Internationaal: vergoedingsregelingen
16
- Aantal mensen met mesothelioom in Nederland
- IAS: internationale contacten
18
- Om wie gaat het
- Medisch
22
- IAS Monitor 1989-2008
- Australië
26
- Asbest en gezondheid
30
• Nederlandse asbestontwikkelingen
20
- Veel asbest illegaal verwijderd
• Personalia
31
• Financieel verslag over 2010
32
- Advies Gezondheidsraad: scherpere blootstellingsgrenzen asbest nodig - Reacties op illegale asbestverwijdering en advies • Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 42
Gezondheidsraad • Internationale ontwikkelingen
24
• Missie, taken en werkwijze IAS
43
• Summary
44
- Asbestproductie en gebruik - Internationale ontwikkeling asbestziekten - Asbestmilieuvervuiling
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
1
Voorwoord 2010 was een bijzonder en arbeidsintensief jaar voor het Instituut Asbestslachtoffers (IAS). Zo werd op 26 januari uitgebreid stilgestaan bij het 10-jarig bestaan van het IAS. Precies op die datum opende in 2000 de toenmalige staatssecretaris Hans Hoogervorst de deuren van het instituut, waar prof. Job de Ruiter in zijn advies Asbestslachtoffers van 1997 de contouren van had geschetst. Het was dan ook een groot genoegen om Job de Ruiter tijdens het Lustrumcongres te eren met een naar hem genoemde wisseltrofee, een prijs die in de toekomst zal worden uitgereikt aan iemand die zich in zijn werk voor asbestslachtoffers zeer verdienstelijk heeft gemaakt. Tijdens het congres ontving prof. Marc van de Vijver, coördinator van het Nederlands Mesotheliomenpanel Panel (NMP) en vanaf de start in die functie betrokken bij het IAS, het eerste exemplaar van het verslag 10 jaar instituut asbestslachtoffers. Aanloop en de jaren 2000-2009. Een informatief verslag met uitgebreide aandacht voor de totstandkoming van het IAS en de operationele jaren daarna. Jaren die bepaald werden door de maatschappelijke eisen die aan het IAS gesteld werden. Samengevat komen die eisen neer op snelheid, zorgvuldigheid en laagdrempeligheid. De resultaten van het IAS en de achterliggende procedures zijn in de loop der tijd steeds aan deze eisen getoetst en hebben geleid tot vernieuwing van de regelgeving en werkwijze van het IAS, zoals de introductie van de voorschotregeling en mogelijkheid tot huisbezoek. Dit alles ten behoeve van de duizenden mensen met mesothelioom die door het IAS in de afgelopen 10 jaar bemiddeld zijn. In 2010 werden door het IAS 544 aanvragen van asbestslachtoffers in behandeling genomen. Deze nog immer hoge instroom bevestigt het beeld dat de eerder verwachte daling van het aantal asbestslachtoffers helaas niet is opgetreden. Verontrustend hierbij is dat ondanks de asbestverboden in 1978 (blauw asbest en spuitasbest) en 1993 (alle asbestsoorten) de risicovolle asbestblootstelling geenszins verleden tijd is. Bijna iedere dag wordt er in de media bericht over situaties waar asbest vrij komt, zoals bijvoorbeeld bij brand, sloopwerkzaamheden of illegale stort. Nederland zit nog steeds barstensvol asbest en het zal nog wel decennia duren voordat alle asbest uit onze samenleving is verdwenen. Gelet op de evidente risico’s die samenhangen met de verwijdering van asbest is een massieve, gecertificeerde aanpak noodzakelijk. Staatssecretaris De Krom van Sociale Zaken en Werkgelegenheid spreekt zich in dit verslag uit voor een dergelijke benadering, waarbij hij prioritaire aandacht zal geven aan de opsporing van de asbestcriminaliteit in ons land. De bijzondere aandacht van de regering voor asbest wordt juist ook gevoed door het advies van de 2
Gezondheidsraad Asbest: Risico’s van milieu- en beroepsmatige blootstelling dat in 2010 verscheen. Asbest, zo luidt de conclusie van de Raad, is veel gevaarlijker dan tot nu toe is aangenomen. Het aantal asbestdoden, zou in Nederland niet 700, maar 1400 per jaar zijn. De geschatte extra sterfte wordt met name verklaard uit een hoger aantal longkankergevallen als gevolg van asbestblootstelling. Die zou tweemaal zo groot zijn als de sterfte aan mesothelioom. Hoewel de schatting van de Gezondheidsraad ook beschouwd en eventueel genuanceerd dient te worden in relatie tot andere, vergelijkbare schattingen, is deze schatting van waarde voor de discussie over de reikwijdte van het IAS. Thans ‘beperkt’ de dienstverlening van het IAS zich tot mensen die geconfronteerd zijn maligne mesothelioom. De vraag is of ook mensen met
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
aan asbestblootstelling te relateren longkanker terecht kunnen bij het IAS. Die vraag zal in 2011 mede beantwoord worden aan de hand van de resultaten van het medisch onderzoeksprogramma van het IAS, dat wordt uitgevoerd door het Julius Center van de Universiteit Utrecht. Daarnaast zal een werkgroep van de Raad van Toezicht en Advies van het IAS met een voorstel komen over de verbreding van de reikwijdte ten behoeve van asbestose slachtoffers. De asbestproblematiek is een geweldig mondiaal probleem. Ondanks de inmiddels algemeen bekende schadelijke gevolgen is productie en gebruik van asbest wereldwijd nog lang niet uitgebannen. In dit verslag is een tabel opgenomen (p. 24) waaruit blijkt dat over de periode 2000-2009 er slechts een hele lichte afname is van de asbestproductie en dat over de periode 2000-2007 het asbestgebruik mondiaal zelfs iets is gestegen. Rusland, China en Brazilië (o.a.) spelen hierbij een belangrijke rol, terwijl vreemd genoeg ook Canada wat betreft de asbestproductie nog steeds tot de koplopers behoort. De consequenties voor de volksgezondheid laten zich raden. Mede door de gebrekkige beschermingsmiddelen of het totale ontbreken daarvan zullen tot laat in deze eeuw nog grote aantallen asbestslachtoffers te betreuren zijn. Via de website (www.asbestslachtoffers.nl) en de elektronische nieuwsbrief van het IAS worden de internationale ontwikkelingen wereldwijd in kaart gebracht. Het functioneren van het IAS is in andere landen niet onopgemerkt gebleven. Als uitvloeisel hiervan ging de directeur IAS in 2010 op uitnodiging van het Ministerie van Milieu op bezoek aan Japan en bracht een delegatie van vooraanstaande wetenschappers en ambtenaren uit Zuid-Korea een uitgebreid bezoek aan Nederland om te leren van onze aanpak van het asbestvraagstuk. Tot slot past een woord van dank aan de organisaties waarmee het IAS al langere tijd intensief en vruchtbaar samenwerkt. Wij zijn de Sociale Verzekeringsbank (SVB), BSA schaderegeling, het Nederlands Mesothelomen Panel (NMP), de werkgroep Mesotheliomen van de longartsenvereniging NVALT, TNO en het Medisch Centrum van de Erasmus Universiteit Rotterdam zeer dankbaar voor hun grote inzet. Samen met deze organisaties zal het IAS zijn werk met onverminderde energie in de toekomst blijven vervullen. Het is zeer belangrijk werk dat al deze aandacht zeer verdiend. Den Haag, 11 april 2011 M.R. van der Heijden, voorzitter
M.A. van der Woude, directeur 3
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Het IAS in 2010 26 januari 2010 bestaat het IAS 10 jaar, een mijlpaal. Aan dit lustrum wordt aandacht besteed via een speciale publicatie over 10 jaar IAS en een congres met als thema: ‘zorgvuldig, snel en laagdrempelig’: drie eisen waaraan het instituut dient te voldoen (zie op pagina 6). Het IAS ontvangt in 2010 veel aanvragen. Van een daling, ooit voorspeld, is dan ook zeker geen sprake. Ook aan onderzoek en voorlichting is in 2010 veel aandacht besteed.
Resultaten bemiddeling en advies Het IAS neemt in 2010 544 aanvragen in behandeling en wikkelt 562 aanvragen af. In totaal zijn in de afgelopen tien jaar 4702 aanvragen in behandeling genomen. Aan de SVB worden in 2009 500 adviezen afgegeven in verband met een aanvraag voor een tegemoetkoming in het kader van de TAS of TNS-regeling, 394 voor een TAS en 106 voor een TNS. Het IAS adviseert de SVB voor 447 aanvragen (89,4%) de tegemoetkoming toe te kennen, verdeeld over 347 (77,7%) positieve adviezen voor een TAS en 100 (22,3%) voor een TNS-tegemoetkoming. Van de in 2010 afgewikkelde bemiddelingen voor werknemers of huisgenoten resulteert 58% in volledige schadevergoeding voor de aanvrager. Sinds 2007 ontvangen de aanvragers van het IAS na sluiting van het dossier een vragenlijst met het verzoek deze in te vullen en aan het IAS te retourneren. In het algemeen kan geconcludeerd worden dat zij de werkwijze van en benadering door het IAS goed beoordelen. Ook het huisbezoek wordt op prijs gesteld. Op pagina 13 worden de resultaten van belevingsonderzoek en huisbezoek nader toegelicht.
Samenwerking met Sociale Verzekeringsbank Het IAS adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming op grond van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS) of de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS). De SVB beslist vervolgens om de tegemoetkoming wel of niet toe te kennen en te betalen. Sinds de invoering van de regeling TAS in 2000 en de regeling TNS in december 2007 hebben 2893 slachtoffers na een positief advies van het IAS een financiële tegemoetkoming ontvangen in de vorm van een voorschot of eenmalige uitkering. Deze groep bestaat vrijwel geheel (96%) uit mannen. Tweederde is boven de 65. De intensieve samenwerking tussen SVB en IAS wordt in 2010 verlengd met een nieuw contract tot 2015. De SVB onderzoekt in 2010 of de afhandeling van aanvragen versneld kan worden. Dit in verband met de politieke norm dat 90% van de TAS-tegemoetkomingen bij leven zou moeten worden uitgekeerd. Deze norm wordt steeds bijna gehaald (2010: 86%). De SVB-onderzoekers concluderen dat een mogelijke versnelling alleen aan de voorkant van het proces gehaald zou kunnen worden, door een nog meer actieve rol van de longarts. 4
Momenteel wordt met de longartsenvereniging NVALT onderzocht wat daartoe de mogelijkheden zijn.
Onderzoek In overeenstemming met de speerpunten in het Convenant lopen in 2010 twee onderzoeksprogramma’s: het Medisch Onderzoeksprogramma (MOPI) en de IAS Monitor. De IAS Monitor Mesothelioom is op de website van het IAS geactualiseerd met de cijfers over 2008 (zie pagina 15). In het kader van MOPI hebben de onderzoekers eind 2010 het IAS twee producten geleverd: - een cd met een koppeling van data uit alle databanken die gegevens vastleggen van mensen die door het IAS bemiddeld zijn. Dit vergezeld van een eindrapportage met een handleiding voor gebruik;
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
- een deelrapportage inzake het project asbestgerelateerde longkanker met onder andere de medische en blootstellingscriteria die in 12 Europese landen, Australië en Korea worden toegepast. De onderzoekers concluderen dat er op dit moment geen wetenschappelijk bewijs is op basis waarvan een beste, of optimale definitie, met bijbehorende criteria, van asbestgerelateerde longkanker te geven is. Voorts blijkt het vaststellen van asbestgerelateerde longkanker met behulp van medische diagnostiek op dit moment ook niet haalbaar.
Voorlichting Naast het lustrumcongres verricht het IAS in 2010 nog allerlei andere voorlichtingsactiviteiten. Het informatieboekje wordt geactualiseerd. Inleidingen worden verzorgd voor een sociëteit van aansprakelijkheidsspecialisten, een Rotary-bijeenkomst, studenten van de Erasmus Universiteit Rotterdam en voor asbestverwijderaars van branche-organisatie VVTB. In een gezamenlijke bijeenkomst krijgen dossierbehandelaars van uitvoeringsorganisatie BSA en SVB een toelichting op de medische beoordeling van aanvragen. Daarna bespreken de deelnemers onderling knelpunten die zij in de afhandeling tegenkomen. In september wordt meegedaan aan een fietstocht ter nagedachtenis van een mesothelioomslachtoffer. De opbrengst wordt aan het IAS geschonken en door het IAS vervolgens aan het Nederlands Kankerinstituut (NKI) gedoneerd voor wetenschappelijk onderzoek naar asbestziekten. Bijna 25.000 mensen bezoeken in 2010 minimaal één keer de IAS-website. In meer dan de helft van de gevallen wordt deze gevonden via een zoekmachine, voornamelijk google. Aan een vast adressenbestand wordt in 2010 vier keer een elektronische nieuwsbrief verstuurd met informatie over gebeurtenissen die wereldwijd plaatsvinden op het gebied van asbest en gezondheid. Geïnteresseerden kunnen de nieuwsbrieven van de website downloaden. Tot slot worden in 2010 de internationale contacten versterkt door een bezoek aan Japan, op uitnodiging van het Japanse Milieu-agentschap Erca en een ontvangst in Nederland van een Zuidkoreaanse delegatie. Meer over deze gebeurtenissen op pagina 18 van dit verslag.
5
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
10 jaar IAS: zorgvuldig, snel en laagdrempelig Op 26 januari 2010 viert het Instituut Asbestslachtoffers zijn 10-jarig bestaan. Aan dit lustrum wordt aandacht besteed via een speciale publicatie over 10 jaar IAS en een congres met als centraal thema 10 jaar IAS: zorgvuldig, snel en laagdrempelig. IAS-bestuursvoorzitter Rob van der Heijden opent de rij van sprekers en belicht 10 jaar IAS in vogelvlucht. In het daarop volgende intermezzo wordt een wisseltrofee (een bronzen beeld van Kees Verkade) geïntroduceerd die om de twee jaar uitgereikt zal worden aan iemand die zich op het gebied van asbest en gezondheid verdienstelijk heeft gemaakt. De professor Job de Ruiter-prijs, genoemd naar de geestelijke vader van het IAS, wordt voor het eerst uitgereikt aan ... professor Job de Ruijter (zie foto).
Beleidsontwikkeling José Hilgersom (Directeur Generaal Ministerie van SZW) karakteriseert vervolgens het IAS: het doet werk dat goed is en dat er toe doet, het neemt zorg uit handen van ernstig getroffen mensen. Leo Hartveld (bestuurder vakcentrale FNV) pleit o.a. voor een verhoging van de financiële tegemoetkoming. Ook acht hij het hoog tijd dat asbestoseslachtoffers bij het IAS terecht kunnen. Niek-Jan van Kesteren (algemeen directeur VNO-NCW) doet de toezegging dat werkgevers bereid zijn mee te denken over verhoging van de tegemoetkoming, én over de uitbreiding van de reikwijdte van het IAS naar asbestoseslachtoffers. SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan stelt de vraag hoe wij met de (arbo)kennis van nu de asbestproblematiek van gisteren zouden hebben aangepakt. Het advies van de SER inzake de nanotechnologie, is hierbij richtinggevend.
Medische en juridische aspecten Na de ‘break’ komen de medische aspecten aan bod. Bas de Mol (hoogleraar thoraxchirurgie AMC en bestuurder IAS) gaat in op het medisch onderzoeksprogramma van het IAS. Ronald Damhuis (coördinator kankerregistratie IKR) staat stil bij het complexe karaker van de voorspellingen van het aantal mesothelioomgevallen, Sjaak Burgers (coördinator expertgroep longartsen) geeft antwoord op de vraag of asbestkanker ooit te genezen is? In ieder geval niet met de huidige geneesmiddelen, dus moeten wij hard blijven zoeken naar nieuwe middelen. Aan prof. Marc van de Vijver, van het Nederlands Mesotheliomen Panel, wordt het eerste exemplaar uitgereikt van het boekje “10 jaar Instituut Asbestslachtoffers: Aanloop en de jaren 2000-2009”. Ton Hartlief (hoogleraar privaatrecht) betoogt dat het IAS geleerd heeft dat protocollering van groot belang is voor het aansprakelijkheidsrecht evenals 6
de normering van vergoeding en het stellen van scherpe normen.
Tot slot De dag wordt afgesloten met een paneldiscussie waarin gepresenteerde stellingen worden besproken. Het panel bestaande uit Bert van Boggelen (bestuurder CNV), Bob Ruers (juridisch adviseur Comité Asbestslachtoffers), Peter Tunnisen (regiodirecteur SVB) en Richard Weurding (algemeen directeur Verbond van Verzekeraars) komt tot de conclusie dat de reikwijdte van het IAS in de komende jaren moet worden uitgebreid. Na het slotwoord van Jan Gmelich Meijling, voorzitter van de Raad van Toezicht en Advies IAS, volgt nog een verrassing: IAS-directeur Machiel van der Woude wordt benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview Paul de Krom, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) ‘Nederland kent sinds 1993 een algemeen asbestverbod, maar de door asbest veroorzaakte problemen zijn nog niet opgelost. Dit kabinet zal er daarom de komende jaren aandacht aan moeten blijven geven en dat doet het ook. Dat is in de eerste plaats nodig omdat ziekten door asbestblootstelling zich vaak pas na lange tijd openbaren. Er kan wel veertig jaar liggen tussen het moment van blootstelling en de diagnose van de ziekte. Asbest is in de zeventiger en tachtiger jaren veelvuldig gebruikt. Uit een recent verschenen advies van de Gezondheidsraad blijkt dat asbest nog gevaarlijker is dan gedacht. Het kabinet onderneemt daarom tal van acties om situaties te vermijden waarin mensen blootgesteld worden aan asbest. We zetten alles op alles om asbest te verwijderen uit de leefomgeving door sanering van asbestwegen. Verder heeft de opsporing van asbestcriminaliteit, waarbij onterecht verkregen winsten in het spel zijn, extra prioriteit. Ook zullen burgers en bedrijfsleven door voorlichting bewuster gemaakt worden van de grote risico’s. Het motto bij dit alles is om blootstelling aan asbest zo veel mogelijk te vermijden. Dat geldt bij uitstek voor de sanering van asbest. Daar zullen opdrachtgevers en verwijderaars alle beschermingsmaatregelen moeten nemen om nieuwe asbestslachtoffers te voorkomen. Het IAS blijft dus nog nodig. Dat is een onvermijdelijke constatering. Anderzijds is het goed nieuws dat het instituut al elf jaar lang duizenden slachtoffers met succes heeft bijgestaan bij het krijgen van schadevergoeding of een tegemoetkoming krachtens de TAS- en TNS-regeling. Een van mijn voorgangers als staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de huidige premier Mark Rutte, schreef in het IAS-jaarverslag 2003 dat het IAS schrijnende situaties, zoals in het verleden, voorkomt omdat slachtoffers nog tijdig een tegemoetkoming kunnen krijgen voor het leed dat hen is overkomen. Dat is anno 2010, nog steeds het geval. De juridische lijdensweg waarmee slachtoffers voorheen werden geconfronteerd is voor een belangrijk deel verleden tijd.’
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
7
Kerncijfers IAS 2010 Het IAS adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming van € 18.106 (2010) voor asbestslachtoffers met de ziekte mesothelioom op grond van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS) of (sinds 1 december 2007) de Regeling tegemoetkoming nietloondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS). Daarnaast bemiddelt het IAS tussen (ex-) werkgevers en (ex-)werknemers over het betalen van een schadevergoeding van € 57.111 (normbedrag 2010). Als het slachtoffer al overleden is kunnen nabestaanden bemiddeling aanvragen voor vergoeding van materiële schade en overlijdensschade (2010: elk € 2.858). Hierna volgen de belangrijkste cijfers over 2010 inzake de advies- en bemiddelingsactiviteiten van het IAS. Eerst de belangrijkste cijfers over de ontwikkeling in het aantal aanvragen, vervolgens de resultaten van de adviezen richting SVB voor de regeling TAS en TNS. De bemiddelingsresultaten worden daarna geanalyseerd. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een totaal overzicht van resultaten over 11 jaar IAS.
Instroom, uitstroom, voorraad Het IAS neemt in 2010 544 aanvragen in behandeling, iets meer dan in 2009 (526) en wikkelt 562 aanvragen af. Het aantal afgewikkelde aanvragen is in 2010 aanzienlijk meer dan in 2009 (503).
Dossierontwikkeling 2010 Instroom Uitstroom
Jan 40 52
Feb 45 48
Mrt 51 43
Apr 36 52
Mei Jun 29 49 46 44
Jul 39 28
Aug Sep Okt Nov Dec Totaal 58 44 41 54 38 544 44 58 49 44 54 562
Tabel: totale instroom en uitstroom per maand in 2010
Dossierontwikkeling 2000-2010 Het diagram op de volgende pagina toont de afwikkeling van de instroom sinds de start van het IAS in 2000. Te zien is dat de instroom in 2010 iets hoger is dan in 2009. Het diagram laat eveneens zien dat het aantal aanmeldingen in 2000 exceptioneel hoog is, en in 2003, 2007 en 2008 een sprong maakt. In 2000 is de instroom bijzonder hoog door de ‘oude claims’, die met de komst van het IAS vooral in de eerste maanden ingediend worden (het zgn. stuwmeereffect). De invoering van de voorschotregeling is de meest waarschijnlijke oorzaak van de toename van aanmeldingen in 2003. De stijging van 2007 en 2008 vloeit voort uit de invoering van de TNS-regeling in december 2007 en een algehele toename van het aantal slachtoffers met mesothelioom. In totaal zijn in de afgelopen 11 jaar 4702 aanvragen in 8
behandeling genomen. Hiervan is eind december 2010 94% (4434) afgewikkeld. De voorraad bedraagt op dat moment 238 dossiers, 5% van de totale instroom.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
700 600
594
598 500
500
499
afgerond
400 300 244
342
343
0
0
375
373 306
voorraad
260
200 100 0
0
0
0
0
0
0
3
27
238
2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Diagram afwikkeling instroom 2000-2010
Regeling TAS en Regeling TNS Sinds de invoering van de Regeling TAS in 2000 en de regeling TNS in december 2007 hebben 2893 slachtoffers na een positief advies van het IAS een financiële tegemoetkoming ontvangen in de vorm van een voorschot of eenmalige uitkering. Sinds 2003 wordt de tegemoetkoming in de vorm van een voorschot uitgekeerd. Het voorschot wordt verstrekt op basis van de diagnose maligne mesothelioom en de aannemelijkheid dat het slachtoffer in zijn werk of op andere wijze is blootgesteld aan asbest. Pas daarna vindt het onderzoek in het kader van de bemiddeling tussen de werknemers en de werkgever/verzekeraar plaats. Vóór 2003 diende eerst bemiddeling plaats te vinden, voordat sprake kon zijn van een tegemoetkoming krachtens de Regeling TAS. De voorschotregeling is ingevoerd omdat veel slachtoffers, ondanks de inspanningen van het IAS, overleden voordat het bemiddelingstraject volledig was afgerond.
Instroom aanvraag tegemoetkoming TAS/TNS De tabel bovenaan pagina 10 vermeldt de aanvragen voor een tegemoetkoming sinds de invoering van de voorschotregeling. Uit de gepresenteerde cijfers blijkt dat het aantal aanvragen voor een tegemoetkoming als voorschot in 2010 (485) ongeveer even hoog is als in 2009 (492), lager dan in 2008 (531), maar flink hoger dan in 2007 (368). De stijging ten opzichte van 2007 ligt enerzijds in de uitbreiding van de reikwijdte naar alle mensen met de ziekte mesothelioom (sinds december 2007), maar ook in een algehele toename van het aantal aanvragen. Het aantal aanvragen per maand ligt in 2010 tussen de 33 en 49.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
9
Jaar 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Totaal
jan 21 17 28 28 38 66 45 39 282
feb 1 26 21 29 22 21 68 33 34 254
mrt
apr
mei
jun
jul
19 24 20 33 32 47 31 48 254
21 26 22 28 14 52 33 33 229
17 23 36 24 32 37 36 35 240
14 23 34 24 30 45 35 35 240
31 26 19 36 33 41 34 44 264
aug 1 38 23 37 30 35 36 64 46 309
sep
okt
26 29 31 28 22 35 53 48 272
19 20 26 30 27 39 40 41 242
nov 1 17 26 28 41 31 36 49 33 261
dec Totaal 2 5 27 276 18 276 28 338 25 349 53 368 29 531 39 492 49 485 268 3115
Tabel: aanvraag TAS/TNS als voorschot per maand en jaar van instroom
Beslissing op aanvraag tegemoetkoming In 2010 adviseert het IAS de SVB 500 keer in verband met een aanvraag voor een tegemoetkoming in het kader van de TAS of TNS-regeling, 394 adviezen voor een TAS en 106 voor een TNS. Voor 447 aanvragen (89,4%) adviseert het IAS de tegemoetkoming toe te kennen, verdeeld over 347 (77,7%) positieve adviezen voor een TAS en 100 (22,3%)voor een TNS. Het aandeel positieve adviezen is hoger dan in voorafgaande jaren,
10
TAS
aantal adviezen
waarvan negatief
%
waarvan positief
%
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Totaal TNS
223 293 317 354 371 390 391 394 2733 aantal adviezen
85 63 68 63 61 82 76 47 545 waarvan negatief
38,3% 21,5% 21,5% 17,8% 16,9% 21,0% 19,.4% 11,9% 19,9% %
138 230 249 291 310 308 315 347 2188 waarvan positief
61,9% 78,5% 78,5% 82,2% 83,6% 81,1% 80,6% 88,1% 80,1% %
2007 2008 2009 2010 Totaal
5 148 90 106 348
28 18 6 52
18,9% 20,% 5,7% 14,9%
5 120 72 100 296
100,0% 81.1% 80,0% 94,3% 85,1%
Tabel: verdeling beslissing op aanvraag voorschot
waarin het steeds rond de 80% lag. Het advies is in 53 gevallen negatief (10,6%). In de meeste gevallen (71,7%) is de afwijzingsgrond ‘geen mesothelioom’. In bijna een kwart van de gevallen (24,5%) gaat het om mensen die al zijn overleden en geen nabestaande hebben in de zin van de TAS/TNS-regeling. De SVB kent in 2010 347 TAS-tegemoetkomingen en 102 TNS-tegemoetkomingen toe. Dit laatste aantal wijkt iets af van het aantal positieve adviezen dat het IAS heeft afgegeven. De belangrijkste reden hiervoor is jaaroverschrijding (IAS adviseert in het ene jaar, SVB beslist in het volgende jaar). JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
3,8% diverse redenen
24,5% geen nabestaande
71,7% geen maligne mesothelioom
Figuur: Reden voor afwijzing tegemoetkoming
Afgewikkelde aanvragen In 2010 heeft het IAS totaal 553 dossiers financieel afgewikkeld. 12 aanvragen vervallen al in het begin van de procedure voordat het onderzoek kan worden opgestart. In dit onderzoek vraagt het IAS aan expertpanels (pathologen en longartsen) om bevestiging van de diagnose mesothelioom. Tegelijkertijd wordt samen met de aanvrager nagegaan hoe het contact met asbest heeft plaatsgevonden en of een (ex-) werkgever aansprakelijk is te houden voor de gezondheidsschade. Dit resulteert in: 406 loondienstgerelateerde aanvragen voor TAS en bemiddeling van werknemers (400) of huisgenoten (6), 104 niet-loondienstgerelateerde aanvragen voor TNS en 31 aanvragen van nabestaanden voor vergoeding van materiële schade en overlijdensschade.
Resultaten onderzoek werknemers/huisgenoten 75% van alle in 2010 afgewikkelde aanvragen betreft loondienstgerelateerde aanvragen van slachtoffers zelf (werknemers of huisgenoten). Bij hen is onderzocht of er recht is op een tegemoetkoming in het kader van de TAS-regeling en, of via bemiddeling met een werkgever c.q. verzekeraar schadevergoeding kan worden verkregen. De tabel hierna vermeldt de resultaten die voor deze groep zijn bereikt, waarbij een onderverdeling is gemaakt naar de groep die niet bemiddelbaar is en de groep die wel voor bemiddeling in aanmerking komt. In de rechterkolom staat de belangrijkste reden voor het niet toekennen van tegemoetkoming of voor het niet verkrijgen van de schadevergoeding. Te zien is dat 58% van de groep die bemiddeld kon worden de volledige schadevergoeding van € 57.111 heeft ontvangen.
Resultaat Groep niet bemiddelbaar Geen vergoeding TAS-tegemoetkoming Bemiddelbare groep TAS-tegemoetkoming, maar geen schadevergoeding Volledige schadevergoeding Totaal
Aantal
Aantal 116
44 72
Reden afwijzing Geen mesothelioom Werkgever onvindbaar, failliet
290 Stelplicht, bewijslast onvoldoende ingevuld; discussie over verjaring
121 169 406
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
11
Resultaten onderzoek nabestaanden Als het slachtoffer is overleden en zichzelf niet bij het IAS heeft aangemeld, kan zijn nabestaande het IAS verzoeken te bemiddelen voor een vergoeding van tenminste € 2.858 voor materiële schade en nog eens datzelfde bedrag voor overlijdensschade. In 2010 zijn 31 aanvragen van nabestaanden afgewikkeld. Hieronder de tabel met de verdeling naar financieel resultaat. Meer dan de helft van de groep blijkt niet bemiddelbaar. In de gevallen waarin wel bemiddeling mogelijk was resulteert 67% in schadevergoeding voor de aanvrager.
Resultaten nabestaanden Resultaat Groep niet bemiddelbaar
Aantal
Geen vergoeding
16
Bemiddelbare groep Geen vergoeding Vergoeding materiële en overlijdensschade Totaal
Aantal 16
Reden afwijzing geen mesothelioom, geen bestaande werkgever, geen bewijs dienstverband
15 5
Stelplicht, bewijslast en verjaringsdiscussie
10 31
Resultaten 2000-2010 In de afgelopen 11 jaar hebben 4702 mensen het IAS weten te vinden. Ondanks de harde eis van zorgvuldigheid zijn de dossiers in de loop der tijd steeds sneller afgewikkeld. Momenteel worden de meeste aanvragen voor een tegemoetkoming binnen twee maanden afgewikkeld. Bemiddelingen met werkgevers/verzekeraars nemen in het algemeen niet meer dan zes maanden in beslag. Verder ontvangt bijna 90% van de rechthebbenden sinds de komst van de Voorschotregeling in 2003 bij leven een tegemoetkoming. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) kent de afgelopen 11 jaar totaal 2893 maal een tegemoetkoming toe in het kader van de regeling TAS (sinds 2000) of de regeling TNS (sinds december 2007). Bemiddeling met een werkgever en/of verzekeraar resulteert in 1602 gevallen in een schadevergoeding voor het slachtoffer. De belangrijkste afwijzingsgronden zijn ‘geen mesothelioom’ en ‘het ontbreken van een aansprakelijke werkgever cq verzekeraar’. De dienstverlening van het IAS wordt gewaardeerd door de mesothelioomslachtoffers blijkt uit het belevingsonderzoek (zie pag. 13).
12
Kerncijfers IAS over 11 jaar
Aantal
Aanvragen
4702
Afgewikkelde aanvragen
4434
Afgewikkeld: geen financieel resultaat slachtoffer
1090
Adviezen richting SVB voor regeling TAS/TNS
3467
Toekenning tegemoetkoming TAS (SVB)
2597
Toekenning tegemoetkoming TNS (SVB)
296
Afgewikkeld met schadevergoeding
1602
% bemiddelingen met schadevergoeding*
55%
*% bemiddelingen met schadevergoeding heeft betrekking op aanvragen waarbij sprake is van mesothelioom en werkgever/rechtsopvolger
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Klanttevredenheid Belevingsonderzoek De dienstverlening van het IAS wordt in 2010 weer goed gewaardeerd door de aanvragers. Dit kan geconcludeerd worden uit het resultaat van het belevingsonderzoek. Sinds 1 juli 2007 meet het IAS de tevredenheid van de aanvragers, teneinde de kwaliteit van de dienstverlening te monitoren en daar waar nodig te verbeteren. Aanvragers ontvangen direct na afronding van hun aanvraag een vragenlijst. Ruim 67% van de in 2010 verstuurde vragenlijsten wordt aan het IAS ingevuld teruggestuurd. Dit resulteert in 359 lijsten, met o.a. de volgende antwoorden (zie tabel hieronder). Er is sprake van een duidelijke verbetering ten opzichte van het voorgaande jaar.
Vraag
Ja
Geen Nee mening
Gaf het IAS voldoende uitleg bij het invullen van het aanvraagpakket?
97%
1%
2%
Verliep het intakegesprek goed?
97%
0,5%
2,5%
Werd tijdens de bemiddeling voldoende informatie verstrekt over de voortgang? 94,5% 4,5% Werd de informatieverstrekking over het algemeen als duidelijk ervaren? Was het contact met de medewerkers van het IAS prettig?
96,5% 2,5% 98%
1%
1% 1% 1%
Van de ruimte voor suggesties en opmerkingen maken 184 van de 359 respondenten gebruik, waarbij 155 lovende tot zeer lovende opmerkingen worden gemaakt. De overige opmerkingen betreffen suggesties en kritiek (20). Kritische opmerkingen worden uitsluitend gemaakt door slachtoffers en nabestaanden, bij wie de aanvraag is afgewezen, of aan wie geen schadevergoeding is uitgekeerd.
Huisbezoek Sinds 2007 biedt het IAS de mogelijkheid voor huisbezoek. De indiener van een aanvraag wordt altijd gevraagd of een huisbezoek gewenst is. Inmiddels maakt ruim 60% van de aanvragers gebruik van deze mogelijkheid. Uit de tweede evaluatie van het huisbezoek blijkt dat de asbestslachtoffers of diens contactpersonen zeer tevreden zijn over de wijze waarop het gesprek heeft plaatsgevonden. Het onderzoek spitst zich toe op de beleving van het huisbezoek. Is er voldoende tijd genomen voor het bezoek, is het grondig genoeg, hoe wordt het optreden van de IAS-medewerker ervaren? De conclusie is dat het huisbezoek bijzonder op prijs wordt gesteld. De geënquêteerden geven het huisbezoek gemiddeld het rapportcijfer 8 1/2.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
13
Epidemiologische ontwikkelingen Mesothelioom in Nederland Aantal mensen met mesothelioom in Nederland Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Nederlandse Kankerregistratie (NKR), registreren jaarlijks het totaal aantal mensen met mesothelioom (longvlies- en buikvlieskanker) in Nederland (zie tabel hierna). Tussen 1999 en 2004 ligt het aantal rond de 400 per jaar. Sinds 2005 is sprake van een stijging tot bijna 500 per jaar. Naar verwachting zal dit aantal voorlopig niet afnemen. De groep mesothelioompatiënten bestaat grotendeels uit mannen. Ongeveer driekwart is boven de 65. Het aandeel jongeren daalt. Dit komt doordat het asbestgebruik in Nederland in de vorige eeuw vanaf eind jaren 70 sterk afnam. Onderzoekers van de Erasmus Universiteit Rotterdam voorspelden begin deze eeuw het totaal aantal sterfgevallen als gevolg van maligne mesothelioom over de periode 2000-2028 op 12.000 mannen en 800 vrouwen. Het aantal zou oplopen van 65 in 1969, 265 in 1998 tot 490 in 2017 (Segura e.a., 2003). De cijfers van de NKR laten echter zien dat de piek van 490 nu al is bereikt, eerder dan door het Erasmus onderzoek voorspeld. . Jaar 1990 1995 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 14
CBS Totaal 273 323 377 325 402 389 401 394 393 398 382 463 470 421 471
NKR Totaal 270 336 350 346 415 402 402 365 411 447 501 491 460 497
CBS % man 86% 86% 87% 89% 87% 87% 86% 86% 88% 87% 90% 86% 86% 87% 87%
NKR % man 87% 87% 87% 92% 87% 87% 84% 85% 87% 88% 88% 85% 86% 86%
CBS %<65 jaar 41% 37% 35% 39% 30% 33% 30% 33% 25% 30% 24% 25% 24% 23% 20%
NKR %<65 jaar 48% 41% 41% 38% 33% 38% 36% 33% 33% 35% 26% 28% 26% 30%
Om wie gaat het De groep asbestslachtoffers met recht op een TAS- of TNS-tegemoetkoming bestaat vrijwel geheel uit mannen (96%) van gemiddeld 69 jaar. Meer dan tweederde is boven de 65. Bijna driekwart is geboren in de periode tussen 1925 en 1944. Zij wonen veelal in gebieden waar in het verleden met asbest is gewerkt op scheepswerven, in asbestproductie, isolatie- en asbestverwerkende bedrijven. Het gaat met name om de regio’s Rijnmond, Amsterdam Noord, de Zaanstreek, Zuid Limburg, in Zeeland rond Vlissingen, Middelburg en Veere, en in Twente rond Goor (zie plattegrond binnenkant achteromslag van dit jaarverslag).
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
700 600 500 400 300 200 100 0
vóór 1920
1920-1924 1925-1929 1930-1934 1935-1939 1940-1944 1945-1949
vanaf 1950
Figuur: Leeftijdsverdeling TAS- en TNSgerechtigden naar geboortedatum. Bron: SVB: maart 2011
IAS Monitor 1989-2008 Hoe gaat het met de ontwikkeling van het aantal asbestslachtoffers? Neemt het aantal toe? Waar komt mesothelioom het meest voor? Hoe zit het met de leeftijdsverdeling? Sinds september 2009 kan men via de IAS-Monitor op de website van het IAS op de hoogte blijven van de belangrijkste epidemiologische ontwikkelingen op dit gebied. Daar is ook te zien dat de gemiddelde leeftijd van de slachtoffers geleidelijk stijgt. Provincies met een gemiddeld hogere mesothelioomincidentie zijn (in afnemende volgorde) Zeeland, Zuid-Holland, Noord-Holland, Flevoland en Limburg. Onderstaande figuur geeft voor de periode 1989 t/m 2008 het aantal patiënten per leeftijdsgroep met longvlieskanker (pleuramesothelioom) weer. Het mesothelioom ontstaat vooral in het longvlies en slechts bij een kleine groep patiënten in het buikvlies. Patiënten met een mesothelioom zijn vooral mannen, tussen de 55-80 jaar die in het verleden aan asbest zijn blootgesteld. Huisgenoten kunnen eveneens te maken hebben gehad met een asbestexpositie, bijvoorbeeld via werkkleding van de partner.
15
Figuur: aantal longvlies mesotheliomen naar leeftijdsgroep en geslacht (1989-2008)
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Nieuws internationaal Vergoedingsregelingen Resultaten Belgisch Asbestfonds AFA Op 1 april 2010 bestaat het Belgische Asbestcompensatiefonds AFA drie jaar. Sinds de oprichting van AFA in 2007 kunnen alle Belgische mesothelioom- en asbestose slachtoffers in aanmerking komen voor schadevergoeding: zowel slachtoffers van werkgerelateerde asbestblootstelling als milieuslachtoffers. In die periode heeft het fonds 2692 aanvragen voor schadevergoeding afgehandeld: 1027 voor de ziekte mesothelioom en 1665 voor asbestose. Dit leidde tot 1021 erkende slachtoffers: 578 met mesothelioom en 443 met asbestose. Opvallend is dat in die drie jaar heel weinig zelfstandigen een beroep hebben gedaan op het fonds. Dit terwijl zelfstandigen, net als werknemers, in België vooral vóór 1985 in verschillende sectoren aan asbest zijn blootgesteld. Het gaat dan met name om de bouw en daarin vooral de dak- en afbraakwerken, de sector van de opslag, de verkoop en de distributie van bouwmateriaal (voornamelijk producten in vezelcement). Verder betreft het onder andere verwarmingstechnici (plaatsing en onderhoud), timmerlieden en automonteurs-garagehouders. 16
Extra steun voor Britse asbestslachtoffers Het Britse ministerie van Justitie kondigt eind februari extra maatregelen af ter ondersteuning van asbestslachtoffers. Allereerst gaat het om een verhoging met 40% van de vergoeding voor nietloondienstgerelateerde asbestsslachtoffers met mesothelioom. Die is per 1 april
2010 opgetrokken tot het niveau van de vergoeding voor (oud-)werknemers met deze ziekte. De vergoeding is leeftijdsgerelateerd; met 60 jaar komt deze nu op ruim 35.000 pond, met 70 jaar op bijna 15.000 pond. Daarnaast stelt de overheid geld beschikbaar voor een digitale databank en een bureau dat mensen ondersteunt bij het opsporen van een verzekeringspolis, een fonds voor vergoeding aan slachtoffers van wie geen polis meer te vinden is, uitbreiding medisch onderzoek naar asbestziekten en onderzoek naar mogelijkheden om de bemiddelingstijd te verkorten en de verjaringstermijn te verhelderen.
Canada: ondergebruik asbestcompensatieregeling Tussen 1992 en 2004 heeft in de Canadese regio British Columbia slechts 23% van de asbestoseslachtoffers en minder dan de helft van de mesothelioomslachtoffers een aanvraag ingediend voor een uitkering wegens beroepsziekte. Een verklaring is dat ze door zo’n aanvraag niet meer via het recht schadevergoeding kunnen claimen. Canadese slachtoffers kunnen ook kiezen voor een collectieve (class action) claim bij een van de in de Verenigde Staten door asbestproducenten ingestelde compensatiefondsen. De groep die wel een beroep op een uitkering deed bestond voor 21% uit metaalwerkers en mechaniciens en verder vooral uit electriciëns, loodgieters, pijpfitters, timmermannen, schilders en isoleerders.
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview Jan Uytterhoeven, administrateur-generaal Asbestfonds (AFA) België
‘Het probleem is dat men het risico niet ziet’ ‘Van opleiding ben ik jurist. In mijn beroepsleven heb ik als vakbondspleiter regelmatig mensen mogen verdedigen voor de Arbeidsrechtbank en het Arbeidshof. Daar waren ook heel wat slachtoffers van beroepsziekten en asbest bij. Je kunt zeggen dat mijn interesse en expertise op het vlak asbestgerelateerde problemen zo stelselmatig is gegroeid. In België vallen jaarlijks ongeveer 200 doden ten gevolge van mesothelioom. Dat zijn 20 tot 25 mesothelioomslachtoffers per miljoen inwoners per jaar. Dat zijn er minder dan in Nederland (circa 30 slachtoffers), maar wereldwijd zijn het er nog altijd meer dan gemiddeld. De meeste slachtoffers hebben als werknemer in bedrijven met asbest gewerkt en zijn - net als overal - mannen. Op 1 april 2007 werd het Asbestfonds (AFA) opgericht. Sinds die dag komen in België alle asbestslachtoffers in aanmerking voor een vergoeding. Wie voldoet aan de medische criteria van asbestose of mesothelioom krijgt een schadevergoeding, net zoals de eventuele nabestaanden. Dat is dus anders dan in Nederland. Wij hebben een fonds dat tot uitkering overgaat aan alle slachtoffers, maar kennen geen bemiddeling zoals het IAS dat doet. Dat dit in ons beider landen anders is opgezet, heeft ook te maken met hoe de aansprakelijkheid wettelijk is geregeld. Het is in België voor een slachtoffer moeilijker om aansprakelijkheid van een werkgever aan te tonen, als er geen sprake is van opzettelijk veroorzaakte schade. Een van de redenen die hebben geleid tot de oprichting van het Asbestfonds, is het vermijden van lange en ingewikkelde gerechtsprocedures. Wie een vergoeding van het Asbestfonds aanvaardt, verliest daarbij automatisch het recht om toenmalige werkgever(s) aansprakelijk te stellen. Dit maakt het voor de rechtbanken een stuk eenvoudiger en schept meer uniformiteit en duidelijkheid voor de burger. Voor een mesothelioomslachtoffer of zijn nabestaanden is het niet altijd evident om een werkgever aansprakelijk te stellen, niet in het minst omdat de ziekte vaak tientallen jaren eerder is opgelopen. Wij kunnen daarentegen op relatief snelle termijn een beslissing nemen, louter op basis van medische bewijsstukken. We proberen de administratieve mallemolen zo beperkt mogelijk te houden en zo snel mogelijk de slachtoffers een vergoeding te geven. 17
Jammer genoeg is het tot op de dag van vandaag nog zo dat mensen zonder bescherming asbest verwijderen. Dat in de jaren ‘60 en ‘70 van de vorige eeuw op gevaarlijke wijze met asbest werd omgesprongen is begrijpelijk, we wisten niet beter. Maar dat dit vandaag - ondanks allerlei informatiecampagnes - nog altijd gebeurt, is ten hemelschreiend. Men lijkt het gevaar op asbestziekten nog steeds te onderschatten. Hier speelt ongetwijfeld een rol dat asbestvezels niet zichtbaar zijn en dat men op korte termijn niets van een eventuele inademing merkt. Het probleem is dus letterlijk dat men het risico niet ziet.’
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Nieuws IAS Internationale contacten Bezoek aan Erca congres Japan Van 31 januari tot 3 februari is het IAS in Tokio aanwezig op uitnodiging van ERCA (The Environmental Restoration and Conservation Agency), gelieerd aan het Japanse ministerie van Milieu. Ook uit België, Frankrijk en Engeland zijn deskundigen uitgenodigd om te vertellen over de asbestsituatie- en asbestcompensatiesystemen in hun land. Het verblijf omvat een uitgebreide workshop en een congres in het International Forum van Tokyo. Verder brengen de
Zuidkoreaanse delegatie bezoekt asbestsaneringsproject
18
deelnemers een bezoek aan een fabriek waar in het verleden met asbest is gewerkt en aan Osaka, waar een tweede vestiging van ERCA gehuisvest is en (toeristisch) het grootste kasteel van Japan. De nadruk ligt op een vergelijking van de regelingen voor niet-loondienstgerelateerde asbestslachtoffers in de verschillende landen. Duidelijk wordt dat er grote verschillen in aanpak zijn tussen de deelnemende landen, mede
bepaald door de sociale en juridische kaders. Ook valt op dat de reikwijdte van de compensatie-systemen in de deelnemende landen nogal uiteenloopt.
Financiële compensatie voor Zuid-Koreaanse milieu-asbestslachtoffers Per 1 januari 2011 komen Zuid-Koreaanse milieu-asbestslachtoffers met mesothelioom, longkanker, asbestose en andere asbestgerelateerde ziekten in aanmerking voor financiële compensatie van medische kosten, overlijdenskosten, een nabestaandenuitkering en een vorm van smartengeld via de overheid. Er bestaat al een vergoedingsregeling voor werknemers met deze ziekten. Ter voorbereiding van de nieuwe regeling is een delegatie begin november op bezoek bij het IAS. De delegatie bestaat uit zes medewerkers van de overheid, voornamelijk van het Ministerie van Milieu, en vier experts van het Zuid-Koreaanse Milieu en Gezondheidsinstituut voor asbestgerelateerde ziekten. Het IAS heeft op verzoek van het Zuid-Koreaanse ministerie een programma samengesteld dat aandacht besteedt aan de medische kant en het milieu-gerelateerde beleid ten aanzien van asbest in Nederland. De ZuidKoreaanse delegatie is zeer belangstellend. Alles wordt schriftelijk én op foto vastgelegd. Het feit dat in Nederland nog steeds tienduizenden schuren een dak van asbest hebben en dat daar voorlopig nog weinig tot niets aan wordt gedaan leidt tot grote verbazing. In ZuidKorea ziet het gedoogbeleid er kennelijk anders uit.
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview Menno Kuiper, teamleider IAS-unit BSA Schaderegeling ‘Het klinkt misschien gek, maar het is mooi werk’ ‘Ik werk sinds 1997 bij BSA, eerst op het gebied van letselschade. Ik had toen nog niet met de asbestproblematiek te maken. In 2005 deed zich de gelegenheid voor om hoofd te worden van de uitvoeringsunit van het IAS. Ik ben toen eerst een half jaar zelf dossierbehandelaar geweest. Heel nuttig, omdat je dan al enig idee krijgt van wat er later allemaal op je afkomt. Daar heb ik nog steeds voordeel van. Het hele ‘IAS-gebeuren’ valt dus onder mij. Mijn taken zitten vooral in het aansturen van het team van dossierbehandelaars en huisbezoekers, het bewaken van termijnen en het onderhouden van de externe contacten. Als men mij vraagt of ik mooi werk heb dan zeg ik ja. Dat klinkt misschien gek, want het onderwerp is natuurlijk niet zo leuk. Het is mooi in die zin, dat je kan helpen, dat je iets kunt betekenen en dat je dat gevoel ook terug krijgt van de mensen die je helpt. Want over het algemeen is men zeer tevreden over het IAS en onze werkzaamheden. Uit de belevingsonderzoeken blijkt dat telkens weer. Maar we blijven zoeken naar verbeteringen waar het kan. Neem de aanmelding via internet. Dat was al enige tijd mogelijk, maar dat is onlangs nog gebruiksvriendelijker gemaakt. Ongeveer de helft van alle aanmeldingen komt nu op deze manier binnen. Die versnelling in de procedure kan enorm schelen. Want als die mensen nog maar kort te leven hebben, is de aanmelding in ieder geval bij leven gedaan en ontstaat er recht op uitkering. Als ik kijk naar hoe het was toen ik begon, dan is dit een heel belangrijke verbetering. Opvallend in de loop der jaren is de verschuiving in categorieën asbestslachtoffers. Een paar jaar geleden waren er opeens stoffeerders. En op dit moment zien we veel mensen uit de bouw, timmerlieden, loodgieters en machinebankwerkers. Dat valt echt op. Tegelijkertijd lopen de aantallen van ex-werknemers met mesothelioom afkomstig van scheepswerven wat terug. Een logische verklaring lijkt mij dat men op de werven eerder met de problematiek te maken heeft gehad en toen successievelijk ook beschermende maatregelen is gaan nemen. Daarnaast hield een aantal scheepswerven op een gegeven moment ook op te bestaan. In de bouw heeft men langer onbeschermd doorgewerkt. Dat kwam vermoedelijk ook omdat ze daar buiten in de open lucht werkten en anders tegen de risico’s hebben aangekeken. Men waande zich waarschijnlijk veiliger en is op een onverantwoorde manier met het verwerken van asbest doorgegaan. Ook voor deze nieuwe categorieën is het goed dat het IAS bestaat. In de komende jaren zal zich nog steeds elk jaar een groot aantal slachtoffers bij ons melden. Er is dus nog veel werk te doen. Ik hoop hier nog lang mijn steentje aan te kunnen bijdragen. Nederland is er nog niet klaar mee, en ik ook niet.’
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
19
Nederlandse asbest-ontwikkelingen Asbest houdt Nederland in 2010 erg bezig. De kranten staan vol met berichten over illegale asbestverwijdering en het nieuws dat asbest veel gevaarlijker is dan tot nu toe werd aangenomen. Ons land blijkt nog vol asbest te zitten. Dat kan gezondheidsrisico’s opleveren, maar verwijdering is kostbaar. Wanneer is verwijdering echt noodzakelijk en wie moet dat dan betalen zijn onderwerpen van discussie. Onderzoekers hebben in 2003 voorspeld dat het aantal jaarlijkse overlijdensgevallen ten gevolge van de ziekte mesothelioom in 2017 een piek zal bereiken op 490 per jaar. Volgens gegevens van de Nederlandse Kankerregistratie is dit aantal echter nu al bereikt. De vraag is hoe deze epidemie zich verder gaat ontwikkelen. In hoeverre werkt de aanwezigheid van asbest nu nog door op het ontstaan van asbestziekten? Op deze en volgende pagina een toelichting op de discussie over het Nederlandse asbestprobleem in 2010.
Veel asbest illegaal verwijderd In het voorjaar van 2010 wordt bekend dat uit onderzoek in Noord Holland blijkt dat 50 tot 80% van het asbestafval van verdachte herkomst is en mogelijk niet volgens de wet verwijderd, vervoerd of gestort. Niet de gecertificeerde asbestverwijderaars zijn het probleem, maar de zogenaamde “free riders”: bedrijven die zonder vergunning het asbest afvoeren naar de stort. Dit laatste blijkt vrij eenvoudig, omdat op de stortplaatsen weinig tot geen registratie van ontvangen asbest wordt bijgehouden. In de praktijk wordt veel te vaak geen sloopvergunning aangevraagd. Oorzaken zijn de geringe pakkans en het gegeven dat het kostbaar en tijdrovend is om asbest langs legale weg te verwijderen. Het kabinet reageert met de mededeling dat al enige tijd wordt gewerkt aan strengere regels voor het verwijderen van asbest uit gebouwen. Dit omdat de Arbeidsinspectie al twee jaar geleden rapporteerde op misstanden te stuiten. Het onderzoek in Noord Holland bevat geen nieuwe gegevens, maar bevestigt de noodzaak van reeds ingezette maatregelen. Zo is een asbestvolgsysteem opgezet, waarmee in de gaten wordt gehouden wat er met verwijderd asbest gebeurt. Ook wordt hard gewerkt aan verbetering van het certificeringssysteem. In het najaar van 2010 meldt staatssecretaris De Krom van SZW dat volgens de Arbeidsinspectie de certificerende en keurende instellingen op het gebied van asbest belangrijke tekortkomingen laten zien. Een strenger sanctiebeleid en aanscherping van eisen ten aanzien van onafhankelijkheid en toezicht zijn in voorbereiding. In de toekomst zullen asbestverwijderaars hun certificaat verliezen bij ernstige overtredingen. De boetes worden hoger en meerdere lichte overtredingen gaan samen als een zware overtreding tellen.
20
Advies Gezondheidsraad: scherpere blootstellingsgrenzen asbest nodig De normen voor blootstelling aan asbest moeten worden aangescherpt. Dat staat in een advies dat de Gezondheidsraad op 3 juni 2010 uitbrengt. Uit nieuwe onderzoeksgegevens blijkt dat de risico’s van blootstelling aan asbest groter zijn dan werd aangenomen toen twintig jaar geleden de huidige normen werden vastgesteld. Hoe ver de normen naar beneden moeten worden bijgesteld, hangt af van de situatie en van het soort asbest. Op werkplekken zou volgens de Gezondheidsraad de maximaal toegestane blootstelling met een factor vijf tot twintig omlaag moeten; in het leefmilieu van mensen zelfs met een factor dertig tot veertig. De Gezondheidsraad schat het aantal overlijdensgevallen als gevolg van asbestblootstelling in Nederland momenteel op ca. 1400 per jaar: ca. 400 slachtoffers met mesothelioom en 1000 met asbestgerelateerde longkanker.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Reacties op illegale asbestverwijdering en advies Gezondheidsraad Het nieuws over de illegale asbestverwijdering en het advies van de Gezondheidsraad leidt tot veel reacties van allerlei kanten. FNV Bouw is van mening dat de overheid de certificering van asbestverwijderaars zelf uit zou moeten gaan voeren. CNV Vakmensen pleit voor een veel nauwere samenwerking tussen gemeenten en arbeidsinspectie, gecombineerd met veel hogere boetes. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) pleit voor strenger toezicht op asbestverwijderaars. De branche zelf reageert anders. De regels zijn streng genoeg, maar niet praktisch genoeg. Verder vindt men dat de kwaliteitssystemen slecht werken, de asbestbranche versnipperd is en de achterban zich niet gehoord voelt. Men pleit voor meer samenwerking in de asbestketen, meer voorlichting, toegankelijke regels en gerichte controles. Een opdrachtgever weet vaak oprecht niet dat de sanering illegaal verloopt en dat hij vanwege administratieve zaken vervolgd kan worden. In het najaar geeft één van de branche-organisaties aan niet met de door de Gezondheidsraad voorgestelde normen te kunnen werken. De voorgestelde waarden zouden in de praktijk onwerkbaar en onredelijk zijn. Ze dreigen honderden sloopbedrijven de kop te kosten. De nieuwe regels vergen te veel administratie, de boetes zijn enorm en er kan te snel worden overgegaan tot sluiting van bedrijven. De discussie zal in 2011 doorgaan.
21
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Nieuws Medisch Rotterdams mesothelioomonderzoek overleeft eerste klinische test Na succesvolle proeven met muizen heeft onderzoeker Aerts van het Erasmus MC voor het eerst een nieuwe vorm van immuuntherapie, dendritische cel immuuntherapie, bij 10 mensen getest bij wie recent mesothelioom was vastgesteld. De methode is erop gericht cellen uit het eigen afweersysteem van een patiënt zodanig te trainen dat deze beter in staat zijn kankercellen te herkennen en aan te pakken. De eerste resultaten zijn veelbelovend: het afweersysteem blijkt de woekerende cellen inderdaad te herkennen en aan te vallen. Bijkomend voordeel is dat de behandeling vrijwel geen nare bijwerkingen heeft, in tegenstelling tot chemotherapie. Andere onderzoeken moeten de werkzaamheid van de nieuwe behandeling van het Erasmus MC bevestigen, ook op grote schaal. Het zal naar verwachting nog jaren duren voordat de behandeling in andere ziekenhuizen van start kan gaan.
22
800.000 dollar voor onderzoek mesothelioom De Amerikaanse Mesothelioma Applied Research Foundation (MARF) geeft in 2010 800.000 dollar subsidie aan acht onderzoeken naar de behandeling van mesothelioom. Het gaat om een onderzoek naar doelgerichte medicijnen (targeted therapy), een onderzoek naar de rol van hormonen in mesothelioom, een
onderzoek naar peritoneaal mesothelioom (buikvlieskanker) en verscheidene onderzoeken die tot doel hebben momenteel al beschikbare medicijnen te verbeteren. De MARF is een non-profit stichting waarin nabestaanden, artsen, juristen en onderzoekers samenwerken in de strijd tegen mesothelioom. In totaal heeft de stichting tot nu toe 7 miljoen dollar beschikbaar gesteld voor onderzoek naar de behandeling van mesothelioom.
Vrouwen en mesothelioom Vrouwen met het epitheliale type pleuraal (longvlies) mesothelioom, bij wie de tumor operatief is verwijderd, leven gemiddeld langer dan mannen met dit type. Dit is het resultaat van een een analyse van 715 dossiers van mesothelioompatienten die tussen juli 1987 en december 2008 zijn behandeld. Een mogelijke verklaring is dat vrouwen in het algemeen indirekt en daardoor minder intensief aan asbest zijn blootgesteld dan mannen. Meer onderzoek is nodig.
Schadelijkheid type asbest Canadese chrysotiel asbestmijnwerkers lopen minder risico op longkanker dan Amerikaanse chrysotiel asbesttextielwerkers. Onderzoeker Bermans (2010) verklaart dat de mijnwerkers aan kortere vezels hebben blootgestaan dan de textielwerkers. Bovendien bestond de stof waarmee de mijnwerkers in aanraking kwamen maar voor tweederde uit asbestvezels.
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview Piet Bode, slachtoffer van mesothelioom en ex-werknemer van de Rijkswerf in Den Helder ‘Niemand deed toen moeilijk over werken met asbest’ ‘Ik ben geboren en getogen in Den Helder. Dan ga je al snel iets in de scheepvaart doen. Na de ambachtsschool kwam ik op de Rijkswerf. Dat was in 1963, ik was toen 15. Eerst een paar jaar in de leerschool en daarna bij de binnenploeg. Dat was de machinebankwerkerij, waar werktuigen voor reparatie en onderhoud binnenkwamen. Dan moesten wij die uit elkaar halen, reviseren en weer in elkaar zetten. Veel van dat spul had stoomleidingen, die in verband met de hoge druk met asbest waren geïsoleerd. Dan moest je het oude asbest verwijderen en nieuwe pakkingen aanbrengen. Dat asbest werd in grote platen aangeleverd en dan was je dagen bezig met alles snijden en knippen en in de juiste maat draaien. We hadden van die schuine ramen en als je dan omhoog keek, dan weet je niet wat je allemaal omhoog zag dwarrelen. Maar er was in die tijd niemand die daar moeilijk over deed. Iedereen werkte zonder bescherming, terwijl je achteraf toch wel denkt dat het bekend moet zijn geweest dat het gevaarlijk was. Ik heb daar tot 1975 gezeten. Daarna kwam ik bij de kleine vaartuigendienst van Defensie. Ik voer toen veel op schepen en moest reparaties verrichten, waarbij ik aanvankelijk nog met asbest heb gewerkt. Later kwamen er gespecialiseerde ploegen als er een vermoeden was van asbest, maar dat was pas halverwege de jaren ‘80. Tot die tijd heb ik dus asbestvezels ingeademd. In 2007 ben ik met vervroegd pensioen gegaan en sindsdien was ik altijd wel een paar keer per week op de sportschool te vinden. In april 2010 ging ik daar op een middag weer heen. Een kwartiertje op de loopband was nooit een probleem geweest, maar nu had ik opeens geen lucht. Ik dacht dat het wel over zou gaan, maar een week later was het weer zo. Toen heb ik me toch maar eens laten onderzoeken door de huisarts. Deze stelde voor een thoraxfoto te laten maken, toen hij hoorde dat ik met asbest had gewerkt. In het ziekenhuis was op de foto te zien dat mijn linkerlong vol met vocht zat. Geen wonder dat ik weinig lucht had met sporten. Ook kon je een klein plekje op het longvlies zien. Een paar dagen later is er een biopsie genomen en is het vocht weggehaald. Op 23 april 2010 kreeg ik te horen, dat het mesothelioom was. Het is niet te beschrijven wat dat met jou en je gezin doet. Het IAS heeft de schade afgehandeld met mijn vroegere werkgever en heeft dat keurig en correct binnen een paar maanden geregeld. Voor het IAS heb ik dan ook niets dan lof. En op dit moment voel ik me eigenlijk best goed. Een chemokuur is nog niet nodig, omdat de situatie nog stabiel is. Verder heb ik zo mijn bezigheden, want als je stil blijft zitten ga je alleen maar meer lopen piekeren.’
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
23
Internationale ontwikkelingen Wereldwijde asbestproductie en gebruik in 2000 en 2009 (productie), gebruik (2007) In volgorde omvang Asbestproductie (in tonnen) Asbestgebruik (in tonnen) 2000 2009 2000 2007 Land Omvang Land Omvang Land Omvang Land Omvang Rusland 750.000 Rusland 1.000.000 Rusland 449.239 China 626.000 Canada 340.000 China 380.000 China 382.315 India 302.000 China 260.000 Brazilië 288.000 Brazilië 172.560 Rusland 280.000 Brazilië 170.000 Kazakhstan 230.000 India 145.030 Kazakhstan 109.000 Kazakhstan 125.000 Canada 150.000 Thailand 109.600 Brazilië 93.800 Zimbabwe 110.000 India 19.000 Japan 85.440 Thailand 86.500 Griekenland 50.000 Argentinië .290 Oekraïne 80.942 Oezbekistan 86.500 Swaziland 25.000 Kazakhstan 71.737 Oekraïne 85.600 India 21.000 Vietnam 44.150 Vietnam 64.400 Zuid Afrika 18.909 Oezbekistan 43.374 Zimbabwe 57.300 Japan 18.000 Indonesië 42.877 Indonesië 46.200 VS 5.260 Iran 40.707 Iran 41.900 Egypte 2.000 Mexico 36.945 Canada 39.800 Iran 2.000 Zuid Korea 30.124 Wit Rusland 33.300 Servië .550 Turkije 27.569 Kyrgyzstan 20.900 Argentinië .350 Colombia 17.992 Mexico 16.700 Bulgarije .350 Overig 254.549 Overig 90.100 Totaal 1.900.000 Totaal 2.070.000 Totaal 2.035.150 Totaal 2.080.000 Bron: Virta, RL (2006): World Asbestos Supply and Consumption Trends from 1900 through 2003; World Asbestos Consumption from 2003 through 2007; US. Geological Survey Minerals Yearbook 2000 + 2009
Asbestproductie en gebruik Ondanks de inmiddels algemeen bekende schadelijke gevolgen is productie en gebruik van asbest wereldwijd nog lang niet uitgebannen. Als gekeken wordt naar productie in 2000 en 2009 is te zien dat deze maar licht is afgenomen. Door steeds meer asbestverboden heeft de productie zich echter geconcentreerd in enkele landen die meer zijn gaan produceren. Dat geldt met name voor Rusland, maar in mindere mate ook voor China, Brazilië en Kazakhstan. De productie in Canada is sinds 2000 24
gehalveerd. Rusland is verreweg de grootste producent en alleen verantwoordelijk voor bijna de helft van de asbestproductie wereldwijd. De EECCA regio, een blok van 12 landen in Oost Europa, Kaukasus en Centraal Azie, is sterk vertegenwoordigd zowel in productie als in gebruik van chrysotiel-asbest. De regeringen van deze landen ondersteunen het beleid dat chrysotiel-asbest veilig onder gecontroleerde omstandigheden gebruikt kan worden. In Rusland en Kazakhstan bevinden zich 60 asbestmijn- en verwerkingsfaciliteiten. 95% van alle huizen in de Oekraine heeft daken van asbestgolfplaten. Gebruik van asbest gebeurt vooral in Azië. Rusland, Kazakhstan en Brazilië zijn zowel producenten als grootgebruikers van grote hoeveelheden asbest, hoewel het gebruik in Rusland en Brazilië sinds 2000 sterk is afgenomen. Tussen 2000 en 2009 is met name een toename van gebruik te zien in China en India. Asbest wordt daar vooral in de structuur van woningen, daken en waterleidingen gebruikt. De
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
belangrijkste reden hiervoor is dat asbest nog steeds goedkoper is dan vervangende materialen als polyproleen of aluminium. De wereldwijde asbestproductie ligt jaarlijks stabiel rond de twee miljoen ton. Na onderzoek op vier continenten concluderen onderzoeksjournalisten in het rapport “Dangers in the dust” dat er een machtige lobby voor chrysotiel (wit) asbest bestaat. Een multi-nationale lobby, gestuurd door de chrysotiel-asbestindustrie, heeft sinds de jaren 80 bijna 100 mln dollar besteed aan reclame voor deze asbestsoort.
Internationale ontwikkeling asbestziekten De asbestziekte-epidemie is in onze buurlanden nog niet tot stilstand gekomen. De Britten melden bijvoorbeeld nog steeds een continue stijging van het jaarlijkse aantal mensen met de ziekte mesothelioom. Het gaat om een toename van 153 in 1968 tot 2156 in 2007 (1812 mannen en 344 vrouwen). Verwacht wordt dat rond 2016 een piek zal worden bereikt. De beroepen met de hoogste risico`s voor mannen zijn daar: timmerman, loodgieter, verwarmingsmonteur en electriciën. Duitsland verwacht pas over 10 jaar een piek in het aantal asbestslachtoffers. Een Amerikaans onderzoeksbureau schat dat in de VS tussen 1965 en 2029 tenminste 432.465 mensen zullen overlijden aan de gevolgen van asbestgerelateerde kanker. Opvallend is dat het jaarlijkse aantal Britse vrouwen met mesothelioom sneller stijgt dan het aantal mannen. In Frankrijk komt de woonplaats van mannen en vrouwen met mesothelioom ongeveer overeen. Dit is opmerkelijk omdat bij slechts 38,5 % van de vrouwen een oorzaak in het beroep aanwijsbaar is. Bij mannen ligt dat percentage op 83,2%. Blootstelling aan asbest in het milieu lijkt bij vrouwen de belangrijkste oorzaak te zijn van de ziekte. Ontwikkelingslanden waar nog steeds veel asbest wordt gebruikt, melden nog steeds vrijwel geen asbestziekten. Thailand meldde bijvoorbeeld pas afgelopen zomer het eerste geval van mesothelioom. Dit terwijl dit land al meer dan 40 jaar asbest importeert en momenteel wereldwijd tot de zes grootste asbestgebruikers behoort.
Asbestmilieuvervuiling In de Zuid Afrikaanse regio Noordkaap overlijden momenteel veel mensen aan mesothelioom ten gevolge van de voormalige asbestmijnen in dit gebied. Overal zijn stortplaatsen van ruwe asbestvezels die niet bedekt, noch gesaneerd worden. Naar schatting zal een op de twee inwoners van deze regio een asbestziekte krijgen. Volgens het WTC gezondheidsregister zijn tijdens de aanslag van 11 september 2001 410.000 mensen dermate intensief aan gevaarlijke stoffen (o.a. asbest) blootgesteld dat luchtwegaandoeningen en kanker het gevolg kunnen zijn. Inmiddels zijn daardoor al 817 reddingswerkers overleden. Het Surinaamse dorp Wageningen is in 2010 in het nieuws vanwege rondslingerend asbest en bewoners die klagen over allerlei ziekten. Nederland baatte hier decennia lang met groot succes de in 1949 door de universiteit van het Gelderse Wageningen opgezette rijstplantage Stichting Machinale Landbouw (SML) uit. Bij de bouw van Wageningen werd veel asbest gebruikt. Brits onderzoek meldt dat driekwart van de Britse scholen asbest bevat. Volgens de Britse overheid hoeft deze situatie geen risico’s op te leveren als het materiaal goed beheerd wordt, onbeschadigd is en niet wordt bewerkt. Gemeentes worden echter geacht alleen bij te houden hoeveel schoolgebouwen asbest bevatten, maar niet in welke staat de asbest is. De Turkse overheid is bezig met de evacuatie van het dorp Tuzkoy en wil het vervolgens met een dikke laag asfalt bedekken. Dit omdat de ziekte mesothelioom in het dorp maar liefst 600 tot 800 keer vaker voorkomt dan in de rest van de wereld. Onderzoek in de regio heeft uitgewezen dat de oorzaak van de ziekte het mineraal erioniet is, een mineraal met dezelfde eigenschappen als asbest.
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
25
Nieuws Australië Ontwikkeling aantal gevallen mesothelioom Volgens Safe Work Australia is tussen 1982 en 2006 het jaarlijkse aantal gevallen van de ziekte mesothelioom verviervoudigd van 156 in 1982 tot 649 in 2003. Sinds 2004 ligt het aantal nieuwe gevallen per jaar rond de 600. De staat New South Wales neemt ca. een derde voor haar rekening. De ziekte komt zelden voor bij mensen onder de 50. Projectie-modellen voorspellen dat de mesothelioomincidentie pas vanaf 2017 af zal gaan nemen. Om onderrapportage tegen te gaan heeft de Australische overheid in 2010 een verplicht mesothelioomregister ingevoerd. Het register zal gedetailleerde gegevens van slachtoffers verzamelen, o.a. waar men denkt de ziekte te hebben opgelopen. Onderzoekers kunnen de gegevens daarna gebruiken om de blootstelling in kaart te brengen.
Australië start nationaal asbestsanerings- en bewustwordingsprogramma
26
De Australische regering heeft een plan ontwikkeld voor het saneren en beheersen van asbest door het hele land. Onderdeel is de instelling van een Review Board: een expert-panel dat onderzoekt hoe asbestvondsten het best gerapporteerd kunnen worden, hoe het publiek van de gevaren bewust kan worden gemaakt en hoe asbestgerelateerde ziekten het best behandeld kunnen worden. Aanleiding is o.a. een overheidsrapport dat bekend-
maakte dat veel Australische onderhoudsmedewerkers en bouwvakkers asbest niet herkennen als ze er mee in aanraking komen (het merendeel is echter wel op de hoogte van de risico s van het werken met asbest). Verder nemen vooral kleine zelfstandigen en kleine bedrijven (85%) weinig beschermende maatregelen bij het werken met asbestmaterialen. Zij geven aan geen middelen te hebben om deze maatregelen te kunnen nemen. Meer dan 40% geeft aan onveilige methodes te gebruiken om asbest te verwijderen.
Australische regering garandeert asbestcompensatie multinational James Hardie De Australische regering garandeert dat de compensatie van asbestslachtoffers van bouwmaterialenproducent James Hardie door kan gaan. Het bedrijf had laten weten, door de economische crisis, binnen een jaar niet meer aan haar financiële verplichtingen richting asbestslachtoffers te kunnen voldoen. Zowel de federale regering als de staat New South Wales hebben elk een lening van 160 mln dollar aan het Asbestos Injuries Compensation Fund (AICF) gegeven. De andere staten staan onder druk hetzelfde te doen. James Hardie moet de lening op termijn terugbetalen. Het bedrijf heeft sinds de start in 2007 375 mln dollar in het fonds gestort.
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Interview Nico van Zandwijk, directeur Australisch Asbestos Diseases Research Institute ‘Don’t worry gaat voor asbest niet op’ ‘In mijn werkzame leven heb ik al heel lang met asbestziekten te maken. Zo was ik als longarts vele jaren werkzaam voor het Nederlands Kanker Instituut en het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis in Amsterdam. En in 2008 ben ik verhuisd naar Australië om directeur te worden van het nog op te richten onderzoeksinstituut ADRI (Asbestos Diseases Research Institute). In januari 2009 heeft het instituut zijn deuren geopend. ADRI is er gekomen nadat de regering van New South Wales in 2006 had uitgesproken dat er meer aandacht moest komen voor preventie en de behandeling van asbestgerelateerde ziekten. Want de problemen zijn groot. Australië heeft ‘s werelds hoogste incidentie van maligne mesothelioom per hoofd van de bevolking, met meer dan 700 nieuwe gevallen per jaar. En New South Wales spant de kroon met het hoogste aantal personen met een asbestziekte. Asbest is hier in het verleden zeer intensief gebruikt in de bouw en bij tal van industriele processen. Dat heeft met name in dit deel van Australië een indrukwekkende erfenis opgeleverd van moeilijk te bestrijden ziekten, waaronder het maligne mesothelioom. Daarbij komt de enorme schaal waarop asbest in het milieu terecht is gekomen. Dat is zorgwekkend omdat asbest zeer moeizaam daaruit te verwijderen is. Te vrezen is dan ook dat het aantal gerapporteerde gevallen van asbestziekten in de komende jaren alleen nog maar zal stijgen. Een populair gezegde in Australie is “don’t worry” en dat past bij het relaxte karakter van de mensen. Maar in het geval van asbest moeten de Australiërs zich wel degelijk zorgen maken. Hier in New South Wales is men in ieder geval vastberaden om het enorme probleem structureel aan te pakken. Voor mij persoonlijk is het een uitdaging om daarin mee te mogen helpen en om een weg te zoeken naar een betere toekomst voor asbestslachtoffers. Behandeling van maligne mesothelioom vergt een multidisciplinaire aanpak, waarbij allerlei behandelingsmogelijkheden, zoals chirurgie, chemotherapie, radiotherapie en actieve symptoomcontrole of een combinatie hiervan, kunnen worden gebruikt. Een probleem daarbij is dat de ene patiënt de andere niet is. Want kwaadaardige ziekten zoals het mesothelioom kenmerken zich door een ongecontroleerde groei van tumorcellen, maar er is een enorm verschil tussen individuele patienten als het gaat om het tempo van de groei. Om de behandeling zo goed mogelijk op de patiënt af te stemmen (individualiseren), kunnen biomarkers een belangrijke rol spelen. Wat dat betreft zijn er recente ontwikkelingen, die ik een belangrijke stap vooruit zou willen noemen. Want onderzoek in het ADRI heeft merkstoffen opgeleverd, die in het bloed van de patiënt een maat voor de agressiviteit van de ziekte laten zien. Daarmee komt een weg vrij voor het nauwkeurig afstemmen van de behandeling op het individu, terwijl we ook dichter bij het begrijpen van de mechanismen en de oorsprong van progressie van de ziekte komen.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
27
Juridische ontwikkelingen Hardere aanpak ongeoorloofde asbestverwijdering Het lijkt erop dat in 2010 een straffere wind is gaan waaien als het gaat om de aanpak van illegale en ongeoorloofde verwijdering van asbest. Zo zijn er in de tweede helft van het jaar binnen korte tijd diverse gerechtelijke uitspraken, waarbij hoge boetes en gevangenisstraffen worden uitgedeeld. Opmerkelijk is de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep in een zaak waarin een sloper na de ontdekking van asbest eerst Bouw- en Woningtoezicht alarmeerde, en pas daarna zijn werkgever. De man werd door zijn werkgever op staande voet ontslagen, waarna het UWV geen uitkering toekende. De te volgen procedure op grond van de Arbowet in zulke zaken was tot dan onduidelijk. De Raad stelt dat een werknemer wel degelijk eerst de autoriteiten mag inschakelen, en pas daarna zijn werkgever. De werknemer was dus ten onrechte ontslagen. De uitspraak wordt gezien als een steun in de rug voor ‘klokkenluiders’. Ook de Nationale Ombudsman laat van zich horen. Half oktober tikt hij de gemeente Nieuwegein op de vingers omdat deze een asbestsanering zonder vergunning niet zou hebben stilgelegd. Een aannemer was in opdracht van een woningbouwvereniging begonnen met het verwijderen van asbest uit 57 woningen, terwijl de gemeente en opdrachtgever zouden hebben geweten dat daarvoor geen vergunning was. Pas na actie van bewoners werd het werk stilgelegd. Nieuwegein heeft volgens de ombudsman daarmee ‘onbehoorlijk gehandeld’. Dat het niet naleven van de regels bij het saneren van asbest harder wordt aangepakt, is ook overeenkomstig de lijn die in 2010 door het nieuwe kabinet is ingezet. In het regeeraccoord is opgenomen dat verdachten die voor de tweede keer voor hetzelfde feit worden veroordeeld, minimaal de helft krijgen van de maximale straf die voor dat vergrijp staat. In geval van het in het milieu brengen van asbest is de maximumstraf 12 jaar. Aannemers of verantwoordelijke opdrachtgevers, zoals corporaties of vastgoedbedrijven, moeten dus oppassen. Bij herhaaldelijke slordigheden in de asbestsanering komen ze er nu nog vaak vanaf met een taakstraf, straks riskeren ze een celstraf van 6 jaar.
Doorbreking verjaringstermijn blijft de gemoederen bezig houden 2010 was het eerste volledige jaar dat het IAS in de uitvoeringspraktijk bij verjaringsvraagstukken heeft gewerkt met het advies van de comisssie Hijma uit 2009. Het IAS heeft dit advies integraal overgenomen. Zoals bekend hanteert de Hoge Raad zeven gezichtspunten bij het doorbreken van de verjaring van 30 jaar bij rechtsvorderingen van asbestslachtoffers. Eén van die gezichtspunten is dat een vordering door de eisende partij binnen redelijke termijn is ingediend. Maar wat is een redelijke termijn? Volgens de commissie Hijma moet het aansprakelijk stellen en dagvaarden van de ex-werkgever gebeuren 28
binnen twee jaar nadat het slachtoffer met zijn schade en de daarvoor aansprakelijke persoon bekend is geworden. Wel wordt deze termijn geschorst gedurende het bemiddelingsproces bij het IAS. Als het slachtoffer zich hier aan houdt en als aan de overige voorwaarden van de Hoge Raad is voldaan, dan kan de werkgever geen beroep doen op verjaring.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Dat is dus de praktijk van het IAS van dit moment. Maar de bemiddeling kan uiteraard niet slagen als de ex-werkgever vasthoudt aan de verjaringstermijn van 30 jaar. Dan is het slachtoffer voor schadevergoeding aangewezen op de gang naar de rechter. Interessant is de vraag of rechters bij de beoordeling van de ‘redelijke termijn’ in 2010 ook rekening zijn gaan houden met de termijn van twee jaar uit het advies van de commissie Hijma. Hoewel rechters hierna nergens expliciet hebben verwezen, lijkt het er op dat in ieder geval in een aantal zaken de ‘Hijma-norm’ is gevolgd (Uitdrukkelijk wordt de termijn van twee jaar bijvoorbeeld genoemd in een uitspraak van de rechtbank Roermond van 7 april 2010).
Aanwezigheid asbest moet aan huurder of koper worden gemeld De Hoge Raad doet in september 2010 uitspraak in een zaak waarin het gaat om asbest in een huurpand. Ons hoogste rechtscollege oordeelt dat alleen al de aanwezigheid van asbest een gebrek kan opleveren dat is toe te rekenen aan de verhuurder. Het gaat dan om die gevallen dat het asbest een dermate ernstig risico oplevert, dat een huurder op legitieme gronden mag verlangen daarvan verschoond te blijven. Consequentie van de uitspraak is dat verhuurders gehouden kunnen zijn om het asbest te saneren. Hiervan zal bij het veel riskantere niet-hechtgebonden asbest eerder sprake zijn dan bij hechtgebonden asbest. Verhuurders van panden waarin het aanwezige hechtgebonden asbest voldoende weggewerkt zit, hoeven voorlopig dus niet heel onrustig te worden van dit arrest van de Hoge Raad. Het gevolg van de uitspraak is wèl dat de aanwezigheid van asbest in een pand voortaan een gebrek is dat aan huurders of kopers gemeld moet worden. Al of niet toevallig speelt er rond deze tijd een vergelijkbare zaak in Duitsland. Het Duitse Bundesgerichtshof oordeelt dat de aanwezigheid van asbest bij de verkoop van een huis niet verzwegen mag worden, ook als de koper daar niet naar heeft geinformeerd.
Fabrikant niet aansprakelijk bij verwijderen asbesthoudende vloerbedekking Forbo, de wereld marktleider in vloerbedekking, is niet aansprakelijk voor schade van consumenten die claimen kanker te hebben gekregen door het verwijderen van asbesthoudende vloerbedekking. Dit blijkt uit een uitspraak van de rechtbank Haarlem op 26 mei 2010 in een procedure die een asbestslachtoffer had aangespannen tegen het concern. Het ging hier om een vrouw die stelde dat zij halverwege de jaren zeventig aan asbest was blootgesteld toen zij vloerbedekking uit haar huis verwijderde. De fabrikant zou onrechtmatig hebben gehandeld door zonder waarschuwing asbesthoudende vloerbedekking te leveren. De rechtbank stelde Forbo in het gelijk, omdat in die tijd nog algemeen aangenomen werd dat asbest alleen voor de beroepsbevolking gevaarlijk was. Dit betekent dat Forbo niet behoefde te waarschuwen voor het verwijderen van vloerbedekking.
Spaanse rechter erkent tongkanker door asbest Geregeld duiken er wereldwijd nieuwe beroepsziekten op die worden toegeschreven aan asbest. Zo erkent een Spaanse rechter in 2010 tongkanker als beroepsziekte door asbestblootstelling. De zaak betreft een man van 32 jaar, die in een asbestcementfabriek had gewerkt en daarbij langdurig aan asbest was blootgesteld.
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
29
Nieuws Asbest en Gezondheid VS start nationale voorlichtingscampagne Eind maart is in de Verenigde Staten de nationale campagne ‘Ban Asbestos Now’ gestart om het publiek bewust te maken van de risico’s van asbest en de politiek te stimuleren haast te maken met een asbestverbod. Een onderdeel is ‘Ban Asbestos Video’, waarin studenten worden opgeroepen filmpjes in te sturen waarin de aandacht gevestigd wordt op het nationale asbestprobleem. In de VS wordt asbest nog volop aangetroffen in plafonds en vloeren van gebouwen van vóór 1980. Verder in afvoerleidingen, isolatiemateriaal, textielverf, auto-remvoeringen, motor-onderdelen en zelfs kinderspeelgoed. Elk jaar wordt de diagnose mesothelioom bij 2000-3000 Amerikanen gesteld.
Publicaties over asbestgevaar wereldwijd
30
De Wereldgezondheidsorganisatie WHO publiceert in 2010 een folder waarin een omschrijving gegeven wordt van de schadelijke effecten van asbest en hoe het risico op blootstelling kan worden tegengegaan. Een internationaal consortium van onderzoeksjournalisten heeft samen met de BBC het rapport “Dangers in the dust” en de reportage
“Inside the global asbestos trade” geproduceerd over het gebruik van asbest wereldwijd en de gevolgen daarvan. Na onderzoek op vier continenten concluderen de reporters dat er een machtige lobby voor chrysotiel (wit) asbest bestaat. Een multi-nationale lobby, gestuurd door de chrysotiel-asbestindustrie, heeft sinds de jaren 80 bijna 100 mln dollar besteed aan reclame voor deze asbestsoort.
Asbestverboden en oproepen De ministers van gezondheid van Argentinie, Brazilie, Paraguay, Uruguay, Venezuela, Bolivia, Chili, Ecuador en Peru, tekenen in 2010 een verklaring die oproept op tot een verbod op import, delving en handel in asbest en producten waarin asbest verwerkt zit. De Raad van Ministers van Mozambique kondigt een verbod af op productie, gebruik, import, export en handel in asbest en producten die asbest bevatten. Vanaf 1 juni 2011 zal het gebruik van asbest in gevel- en wandmaterialen voor de bouw in China verboden zijn. Dit betekent een uitbreiding van het al geldende verbod op gebruik van asbest in autofrictiematerialen en op import en export van alle amfiboolasbestsoorten.
* Voor bronvermelding zie website IAS: www.asbestslachtoffers.nl onder Nieuws
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Personalia Het Instituut Asbestslachtoffers is een zelfstandige stichting. De stichting wordt geleid door een onafhankelijk bestuur en een directeur. De stichting werd opgericht op 10 maart 1999 door negen maatschappelijke organisaties, die zijn vertegenwoordigd in de Raad van Toezicht en Advies.
Bestuur M.R. van der Heijden, voorzitter J. van der Linden Prof. dr. mr. dr. B.A.J.M. de Mol Jhr. mr. J.P.H. Six Mr. G.J.H.M. Wagemans
Raad van Toezicht en Advies Drs. J. Gmelich Meijling, voorzitter Mw. mr. C.C. de Boer (MHP) Drs. A.W. Hokken (LTO Nederland) Mr. C. van der Lingen (VSO) J.J.H. Koning (VNO-NCW) tot 1 maart 2010 Mr. W.M.J.M. van Mierlo (MKB-Nederland, vanaf 1 maart tevens VNO-NCW) Mw. mr. W.H. Quaedvlieg-Meijer (Verbond van Verzekeraars) tot 1 augustus Mw. mr. R.M.L.A. Martius (Verbond van Verzekeraars) vanaf 1 augustus Mr. R.F. Ruers (Comité Asbestslachtoffers) Drs. W. van Veelen (FNV) Drs. A. Woltmeijer (CNV)
Bureau Drs. M.A. van der Woude, directeur Mw. drs. S.A. Aarendonk, sr. beleidsmedewerker Mw. N. Martens, bureausecretaris
Medewerkers* Drs. ing. M.C. Roumen, directeur E.H.J. Joosten, directeur Mr. M. Kuiper, NMI-Mediator, teamleider unit IAS A. Angoelal - dossierverantwoordelijke Mw. A.B.M. Fiege - dossierverantwoordelijke Mw. B. Hinsbeeck - dossierverantwoordelijke Mw. N.J. van Osch LL.B. - dossierverantwoordelijke Mw. D.M. Valstar LL.B - dossierverantwoordelijke en huisbezoek Mw. mr. J. Wong Fong Sang - dossierverantwoordelijke
*De medewerkers van BSA Schaderegeling BV, die in 2010 deel uit maakten van de uitvoeringsunit van het IAS. JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
31
Financieel verslag over 2010 Jaarrekening
Balans (bedragen in euro’s) (Voor resultaatverdeling) Activa Onderhanden werk Debiteuren Belastingen en sociale premies Overlopende activa Overige vorderingen Vorderingen en overlopende activa
31-12-2009
178.025
193.905
98.554 31.372 36.017 0
Liquide middelen Totaal activa
Passiva Eigen vermogen Bestemmingsfonds
31-12-2010
83.721 24.274 38.636 6.202 165.943
152.833
740.333
760.303
1.084.301
1.107.041
31-12-2010
31-12-2009
300.000
300.000 300.000
300.000
0
0
overlopende passiva Subsidie SZW Subsidie Defensie (R&D) Algemene projectreserve
112.071 340.239 26.200
209.851 340.239 26.200
Crediteuren Overlopende passiva
168.978 136.813
61.114 169.637
1.084.301
1.107.041
Langlopende schulden Kortlopende schulden en
32
Totaal passiva
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Winst- & verliesrekening (bedragen in euro’s) 31-12-2010 Gefactureerde omzet Mutatie onderhanden werk Netto omzet Uitvoeringskosten Mutatie nog te besteden kosten Kostprijs van de omzet
693.275 -15.880
537.325 38.330 677.395
1.116.910 -18.605
Brutomarge Personeelskosten Inhuurkosten Overige algemene kosten Overige bedrijfskosten
31-12-2009
575.655 1.035.057 18.960
1.098.305
1.054.017
-420.910
-478.362
-180.827 -103.596 -178.811
-214.650 -99.009 -161.697 -463.234
-475.356
-884.144
-953.718
Financiële baten en lasten
14.637
22.233
Resultaat voor subsidies
-869.507
-931.485
Bedrijfsresultaat
Incidentele baten Vergoeding uitvoeringskosten SVB
Resultaat
2.886 866.621
29.536 901.949 869.507
931.485
0
0
33
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat Tenzij in het navolgende anders wordt vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voorzover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Toelichting op de balans Onderhanden werk De waardering van het onderhanden werk geschiedt aan de hand van ervaringscijfers. Er wordt bepaald hoeveel procent van de afgesloten dossiers heeft geleid tot een verhaalbare opbrengst. Het gemiddelde percentage voor de jaren 2000 tot en met 2007 is berekend op 44,7%. Als gevolg van de nieuwe overeenkomst met BSA en de neergaande trend van het slagingspercentage in de afgelopen jaren is vanaf 2007 voorzichtigheidshalve een slagingspercentage gehanteerd van 40% (werkelijk percentage 2010: 41,44%). Het op basis van dit percentage berekende aantal lopende dossiers, vermenigvuldigd met het bijbehorende tarief, resulteert in de opbrengstwaarde van de nog te factureren omzet. Hierbij is rekening gehouden met een gemiddelde voortgang van de onderhanden dossiers van 50%. Het aantal dossiers in behandeling is van 281 dossiers ultimo 2009 gedaald tot 259 dossiers ultimo 2010, waarvan 18 dossiers op grond van de TNS-regeling niet zullen leiden tot een verhaalbare opbrengst. De berekening van de opbrengstwaarde is als volgt: *
3 dossiers * € 3.175 *40%* 50% = € 1.905
(tarief dossiers tot en met 2008)
* 238 dossiers * € 3.700 *40%* 50% = € 176.120 (tarief dossiers met ingang van 2009) Totaal
€ 178.025
Vorderingen en overlopende activa De post vorderingen en overlopende activa is als volgt opgebouwd: 34
31-12-2010 Debiteuren Omzetbelasting Loonbelasting Overlopende activa Overige vorderingen
98.554 38.874 -7.502 36.017 0
Totaal vorderingen en overlopende activa
31-12-2009 83.721 28.412 -4.138 38.636 6.202
165.941
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
152.833
In het debiteurensaldo is een voorziening voor dubieuze debiteuren opgenomen ad € 7.400. De overlopende activa bestaat uit opgebouwde rente op banktegoeden (€ 15.114), nog te factureren omzet (€ 11.100), vooruitbetaalde verzekeringspremies (€ 8.389) en te veel betaalde huur (€ 1.414).
Liquide middelen 31-12-2010 Kas Rabobank rekening-courant Rabobank bedrijfstelerekening Rabobank bedrijfsbonusrekening
107 89.279 0 650.947
Totaal liquide middelen
31-12-2009 272 36.407 173.624 550.000
740.333
760.303
Bestemmingsfonds Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Begin 2004 heeft de directie van het Instituut een projectenplan ten behoeve van de besteding van de ontvangen subsidies bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna te noemen: SZW) ingediend. Vervolgens werd door het ministerie van SZW vastgesteld het Instituut een eigen vermogen ad € 300.000 toe te staan. Na opheffing van het Instituut en de eventuele afwikkeling van de lopende verplichtingen zal het bedrag ad € 300.000 of het restant hiervan terugvloeien naar het ministerie van SZW. Het verloop van dit fonds is als volgt: 2010 Beginstand Mutatie boekjaar m.b.t. herbestemming Eindstand bestemmingsfonds
300.000 0
2009 300.000 0
300.000
300.000
In 2010 heeft een toetsing van de toereikendheid van het bestemmingsfonds plaatsgevonden. Deze is daarbij als afdoende beoordeeld.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
35
Kortlopende schulden en overlopende passiva In 2004 heeft het ministerie van SZW het Instituut akkoord gegeven op het ingediende projecten bestedingsplan, welke door de directie van het Instituut is ingediend. In november 2008 is een Medisch Onderzoeksprogramma IAS (MOPI) gestart dat tot en met 2011 zal worden uitgevoerd.
Subsidies SZW
2010
Project IAS monitor Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
50.000 -13.780
Project best practices Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
0 0
Project ODIS Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
93.700 -24.000
Projectreserve SZW Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
66.151 -60.000
Totaal toegewezen subsidies SZW
36
2009
50.000 0 36.220
50.000
11.047 -11.047 0
0
95.200 -1.500 69.700
93.700
87.000 -20.849 6.151
66.151
112.071
209.851
Ministerie van SZW: Betreffende subsidiegelden dienen volgens de subsidieverstrekker voor 1 januari 2011 te zijn besteed. Het IAS heeft met betrekking tot de resterende subsidie een bestedingsvoorstel voor 2011 ingediend bij het ministerie van SZW. Dit voorstel is door het ministerie van SZW op 2 februari 2011 schriftelijk goedgekeurd.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Subsidies Defensie
2010
2009
Project evaluatie protocol diagnose maligne mesothelioom Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
100.000 0
Project asbestkaart 2 Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
199.904 0
Project onderzoek asbestgerelateerde longkanker Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen Eindstand
100.000
199.904 0
40.335 0
Algemene projectreserve
Totaal algemene projectreserve
100.000
199.904
Totaal toegewezen subsidies Defensie
Beginstand Af: onttrekking uit hoofde van bestedingen
100.000 0
199.904
40.335 0 40.335
40.335
340.239
340.239
2010
2009
26.200 0
26.200 0 26.200
26.200
Ministerie van Defensie: In 2011 zal de subsidie ten behoeve van het project “evaluatie protocol diagnose maligne mesothelioom” worden besteed. Voor de overige projecten zullen in 2011 nadere bestedingsvoorstellen worden uitgewerkt. 37
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Overlopende passiva Het saldo ultimo boekjaar is als volgt opgebouwd: 31-12-2010 Nog te besteden kosten onderhanden dossiers Reservering uitvoeringskosten NMP/NVALT Reservering loon- en detacheringskosten Geld derden Overige overlopende passiva Vooruitontvangen SVB Vergoeding uitvoeringskosten SVB
205.363 50.000 72.031 26.287 33.253 616.500 -866.621
Totaal overlopende passiva
31-12-2009 223.968 45.000 93.306 57.709 25.502 626.100 -901.949
136.813
169.637
Bij het bepalen van de nog te besteden kosten van de onderhanden dossiers is rekening gehouden met het feit dat 95% van de onderhanden TAS-dossiers in rekening zullen worden gebracht en de gemiddelde voortgang van de dossiers 50% bedraagt. De berekening is dan als volgt: - 241 TAS dossiers
* € 1.700 * 95% * 50% = € 194.608
- 18 TNS dossiers
* € 1.195 * 50%
Totaal
€ 10.755 € 205.363
Niet in de balans opgenomen verplichtingen In maart 2007 is een overeenkomst met BSA gesloten, waarbij in tegenstelling tot voorgaande jaren, door BSA (achteraf) op basis van afgewikkelde dossiers wordt gefactureerd. De overeenkomst is aangegaan voor een periode van 3 jaren, eindigende op 31 maart 2010. Het bestuur heeft in 2009 besloten gebruik te maken van de mogelijkheid om het contract met BSA stilzwijgend te verlengen tot 1 april 2011. Vanaf 1 april 2011 is een contract voor een periode van 3 jaren en 9 maanden, derhalve eindigend op 31 december 2014, aangegaan. 38
Per 1 januari 2007 is er een overeenkomst gesloten om de detacheringovereenkomst tussen de Stichting Instituut Asbestslachtoffers en het ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid te verlengen. Deze overeenkomst loopt tot 1 september 2011 en de loonkosten zullen één op één worden doorbelast wat op een bedrag van circa 104.000 per jaar zal neerkomen. Ten slotte heeft het Instituut een huurverplichting, welke minstens zes maanden van te voren moet worden opgezegd. De huurprijs op jaarbasis bedraagt circa € 29.800.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Toelichting op de winst- & verliesrekening Algemeen In de winst- & verliesrekening worden baten en lasten verantwoord die gedurende het boekjaar voortvloeien uit bedrijfsactiviteiten en toerekenbaar zijn aan het boekjaar. Netto omzet In 2010 is er een netto omzet gerealiseerd van € 677.395. Dit is € 101.740 hoger dan de omzet in 2009. Dit heeft een aantal oorzaken: In 2010 meer TAS-dossiers afgewikkeld in vergelijking tot 2009 (444 resp. 399). Bovendien heeft van deze afgewikkelde dossiers een hoger percentage (41,44%, 2009: 39,60%) geleid tot een bemiddelingsopbrengst. Dit percentage omvat alle aanmeldingen die tot een dossier hebben geleid, inclusief de dossiers waar geen werkgever meer bestaat of geen mesothelioom is gediagnosticeerd. Kostprijs van de omzet De uitvoeringskosten zijn als volgt opgebouwd: 2010 Uitvoeringskosten BSA Uitvoeringskosten NMP/NVALT Overige uitvoeringskosten
969.936 107.604 39.370
Totaal uitvoeringskosten
2009 891.763 107.151 36.144
1.116.910
1.035.057
De uitvoeringskosten van BSA zijn gestegen door een toename van het aantal afgewikkelde dossiers, zowel met betrekking tot de TNS-regeling als de TAS-regeling. De werkzaamheden betreffende onderzoek van bovennormatieve materiële schade zijn in 2010 door BSA en door ingehuurde expertisebureaus uitgevoerd. Onder de post “uitvoeringskosten overige” zijn de volgende kosten geregistreerd; • Onderzoeken bovennormatieve materiële schades • Aansprakelijkheidsonderzoeken • Expertise uitgaven betreffende beoordeling asbestzaken • Overig (medisch) advies
39
• Uittreksels Kamer van Koophandel
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Personeelskosten, inhuurkosten en overige bedrijfskosten De inhuurkosten zijn de kosten van detachering van de directeur van de Stichting Instituut Asbestslachtoffers, evenals de kosten ten behoeve van managementondersteuning bij het Instituut. De opbouw is als volgt: 2010 Personeelskosten
180.827
2009 214.650
Detacherings- & overige kosten m.b.t. inhuur personeel
103.596
99.009 284.423
313.659
Voorlichting Kosten juridische vraagstukken Implementatiekosten TNS-regeling Huisvestingskosten Bestuurskosten
54.354 0 0 31.473 27.984
20.969 0 0 32.892 28.702
Administratiekosten Overige algemene kosten
22.697 42.303
23.240 55.895 178.810
161.697
463.234
475.356
Totaal personeelskosten, inhuurkosten en overige bedrijfskosten
Het Instituut heeft in 2010 twee medewerkers in dienst, waarvan één bureaumanager en één beleidsmedewerker. Daarnaast is in de loonadministratie van 2010 een supplement van de loonkosten en onkostenvergoedingen van de directeur van het Instituut opgenomen. De gehele administratie wordt door een derde partij uitgevoerd en in de financiële administratie van het Instituut opgenomen. De kosten voor voorlichting in 2010 betreffen de productie van het jaarverslag en organisatie van bijeenkomsten. Een groot gedeelte hiervan heeft betrekking op het lustrumcongres. De bestuurskosten betreffen met name de vergoedingen, welke op kwartaalbasis aan de bestuurs40
leden en de voorzitter van de RTA van het Instituut worden uitgekeerd.
Financiële baten & lasten 2010 Bankkosten en provisie Ontvangen bankrente
-466 15.103
Totaal financiële baten en lasten
2009 -192 22.425
14.637
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
22.233
Vergoeding uitvoeringskosten IAS door SVB In 2010 is er door de SVB een voorschot aan het Instituut uitbetaald ad € 616.500. Het SVB zal het tekort voor de daadwerkelijke uitvoeringskosten nog aanvullen. 2010
2009
Verrekening uitvoeringskosten met voorschotten SVB Tekort uitvoeringskosten
616.500 -866.621
Te ontvangen van de SVB
626.100 -901.949 -250.121
-275.849
Verdeling TNS- en TAS-regeling In de jaarrekening van de Stichting Instituut Asbestslachtoffers zijn de kosten welke gemaakt zijn ten behoeve van (de implementatie van) de TNS-regeling volledig meegenomen. Naast de direct toerekenbare kosten wordt voor de overige kosten een verdeling gemaakt op basis van het aantal afgewikkelde dossiers van TAS (444 stuks) respectievelijk TNS (106 stuks). Een uitsplitsing van de winst- en verliesrekening tussen TNS- en TAS-regeling is als volgt: TNS
TAS
Totaal
31-12-2010
31-12-2010
31-12-2010
Gefactureerde omzet
0
693.275
Mutatie onderhanden werk
0
-15.880
Netto omzet
693.275 -15.880
0
Uitvoeringskosten Mutatie nog te besteden kosten
677.395
181.194
935.716
808
-19.413
677.395 1.116.910 -18.605
Kostprijs van de omzet
182.002
916.303
1.098.305
Brutomarge
-182.002
-238.908
-420.910
Personeelskosten
-34.850
-145.977
-180.827
Inhuurkosten
-19.966
-83.630
-103.596
Overige algemene kosten
-33.953
Overige bedrijfskosten
-144.858
-178.811
-88.769
-374.465
-463.234
-270.771
-613.373
-884.144
Financiële baten en lasten
2.821
11.816
14.637
Resultaat voor subsidies
-267.950
-601.557
-869.507
Bedrijfsresultaat
Incidentele baten Vergoeding uitvoeringskosten SVB
Resultaat
0
2.886
2.886
267.950
598.671
866.621
267.950
601.557
869.507
0
0
0
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
41
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de directie van de Stichting Instituut Asbestslachtoffers Wij hebben de jaarrekening 2010 van Stichting Instituut Asbestslachtoffers te Den Haag gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2010 en de winst-en-verliesrekening over 2010 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de Stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening in overeenstemming met de door de Stichting gekozen en beschreven grondslagen, zoals uiteengezet in de Grondslagen voor waardering en bepaling van resultaat van de toelichting van de jaarrekening. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de Stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de Stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel is de jaarrekening 2010 van Stichting Instituut Asbestslachtoffers, in alle van materieel belangzijnde aspecten, opgemaakt in overeenstemming met de door de Stichting gekozen en beschreven grondslagen, zoals uiteengezet in de Grondslagen voor waardering en bepaling van resultaat op pagina 4 van de toelichting van de jaarrekening. 42
Beperking in gebruik en verspreidingskring De basis voor financiële verslaggeving betreft de door de Stichting gekozen en gehanteerde grondslagen. Dit doet geen afbreuk aan ons oordeel. De jaarrekening 2010 van Stichting Instituut Asbestslachtoffers en onze controleverklaring daarbij zijn daarom uitsluitend geschikt voor het bestuur en de Sociale Verzekeringsbank en kunnen derhalve niet voor andere doeleinden worden gebruikt. Den Haag, 10 februari 2011 Ernst & Young Accountants LLP w.g. W. Flikweert AA/CA
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Missie, taken en werkwijze Instituut Asbestslachtoffers (IAS) Missie
Het Instituut Asbestslachtoffers (IAS) is op 10 maart 1999 opgericht door het Comité Asbestslachtoffers, FNV, CNV, MHP, VNO-NCW, MKB-Nederland, LTO-Nederland, Verbond Sectorwerkgevers Overheid en Verbond van Verzekeraars. Dit op basis van het Convenant Instituut Asbestslachtoffers, dat naast bovengenoemde organisaties, op 23 november 1998 mede ondertekend werd door de ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Justitie. Het Convenant omvat afspraken die gericht zijn op de versnelling van de procedures met betrekking tot schadeclaims van asbestslachtoffers met de ziekte maligne mesothelioom. De missie van het IAS is de in het Convenant verankerde procedures zo snel en zorgvuldig mogelijk af te handelen. Dit door het uitoefenen van vier hoofdtaken: advies, bemiddeling, voorlichting en onderzoek.
Taken van het IAS Advies
Mensen met de ziekte mesothelioom kunnen via het IAS een aanvraag indienen voor een tegemoetkoming van € 18.106,–*. Het IAS gaat met hen na hoe het contact met asbest heeft plaatsgevonden en adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming op grond van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers (TAS) of de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS). De SVB beslist vervolgens om wel of niet de tegemoetkoming toe te kennen en te betalen.
Bemiddeling
Het IAS bemiddelt ook tussen (ex-)werkgevers en (ex-)werknemers of hun huisgenoten over het betalen van een schadevergoeding. Hierover zijn afspraken gemaakt met het Comité Asbestslachtoffers, organisaties van werkgevers en werknemers, het Verbond van Verzekeraars en de overheid. Het IAS heeft als doel deze schadeclaims zo snel en zorgvuldig mogelijk af te handelen. Dit geldt zowel voor de bemiddeling zelf als voor het hieraan voorafgaande medische en arbeidshistorische onderzoek. De hiermee samenhangende kosten worden bij werkgevers en verzekeraars in rekening gebracht. Voor slachtoffers is de dienstverlening van het IAS daardoor altijd kosteloos. Wel is het van het allergrootste belang zo snel mogelijk de (ex-)werkgever per aangetekende brief aansprakelijk te stellen. Hiervoor kan de aanvrager de tekst van een door het IAS beschikbaar gestelde voorbeeldbrief gebruiken. De (ex-)werkgever of diens verzekeraar betaalt standaard een schadevergoeding van € 57.111,-*.
Voorlichting
Het IAS vervult een verwijs- en voorlichtingsfunctie voor asbestslachtoffers, werkgevers, verzekeraars en intermediaire organisaties. Via jaarverslagen, brochures, rapporten, de IAS-website (www.asbestslachtoffers.nl), elektronische nieuwsbrief en de Asbestkaart (www.asbestkaart.nl) wordt hieraan invulling gegeven.
Onderzoek
Het IAS verricht medisch en juridisch onderzoek.
Werkwijze van het IAS 1. Aanmelding
De aanvrager meldt zich aan bij het IAS: telefonisch (079- 750 71 50 ), met de antwoordkaart uit de brochure of per e-mail (
[email protected]). De medewerker van het IAS vult telefonisch samen met de aanvrager de aanvraagformulieren in. In een tweede gesprek gaat het IAS met de aanvrager na hoe het contact met asbest heeft plaatsgevonden. Dat kan telefonisch of bij de aanvrager thuis. Het IAS stuurt daarna de ingevulde formulieren toe. De aanvrager controleert ze en stuurt ze direct ondertekend terug. Ook machtigt hij/ zij het IAS om medische informatie op te vragen en de SVB om eventuele schade via de rechter te verhalen.
2. Tegemoetkoming
43
Het IAS vraagt het Nederlands Mesotheliomen Panel (NMP) om bevestiging van de bij de aanvrager gestelde diagnose maligne mesothelioom. Daarna adviseert het IAS de SVB om wel of niet de tegemoetkoming te betalen. Beslist de SVB positief, dan ontvangt de aanvrager € 18.106,-*. Het IAS en de SVB streven ernaar de procedure voor de tegemoetkoming binnen twee maanden af te ronden.
3. Schadevergoeding
Als de aanvrager bij een werkgever aan asbest is blootgesteld, stelt hij/zij deze per aangetekende brief aansprakelijk. Hiervoor kan de voorbeeldbrief gebruikt worden die het IAS beschikbaar stelt. Het IAS onderzoekt daarna of de (ex-)werkgever aansprakelijk is te houden voor de gezondheidsschade en bemiddelt vervolgens tussen de aanvrager en de (ex-)werkgever of zijn verzekeraar. Als de werkgever of verzekeraar aansprakelijkheid aanvaardt, ontvangt de aanvrager een schadevergoeding van € 57.111,-*. Het IAS streeft ernaar het gehele traject binnen zes maanden af te ronden.
* genoemde bedragen voor schadevergoeding en tegemoetkoming gelden voor 2010 en worden jaarlijks geïndexeerd. JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Summary This report for 2010 gives a brief account of the eleventh operational year of the Dutch Institute for Asbestos Victims (IAS). The IAS advises the Social Insurance Bank (SVB) on entitlement to compensation for asbestos victims suffering from mesothelioma. The IAS also mediates between current and former employers and employees about the payment of compensation. The IAS was set up for these purposes in 1999 by employers’ and employees’ organisations, the Asbestos Victims Committee, the Association of Insurance Companies and the government. The Institute has three main tasks: - to advise the SVB with respect to claims under the Asbestos Victims Compensation Scheme (TAS scheme) and the Compensation Scheme for Victims of Non-work-related Mesothelioma (TNS scheme); - to mediate between asbestos victims with mesothelioma and their employers or former employers to secure compensation for health damage; - to increase knowledge and provide information on the subject of asbestos and health damage.
Results of mediation and advice In 2009, the IAS starts processing 544 claims, and 562 claims are settled. In the 11 years up to the end of 2010, the IAS took on 4702 claims, and succeeded in settling 94% of them (4434). In 2009, 394 assessment decisions under the TAS scheme and 106 under the TNS scheme are sent to the SVB. Of these, 447 (89,4%) recommend the award of compensation: 347 (77,7%) awards under the TAS scheme and 100 (22,3%) under the TNS scheme. Since the introduction of the TAS scheme in 2000, and the TNS scheme in December 2007, a total of 2893 people have received financial compensation in the form of an advance payment or a lump-sum payment following a positive recommendation by the IAS. Mediation cases for employees or housemates which were completed in 2010 resulted in 58% of claimants receiving full compensation.
Other events in 2010 - On 26 January 2010, the IAS celebrated its 10th anniversary. To mark the occasion, a special publication was issued that described how the institute was founded and gave a brief account of its first ten years. Speakers at the anniversary conference included representatives of all the social partners and the government. Former minister Prof. De Ruiter was officially presented with an annual award which has been named after him. - The close cooperation between the IAS and the SVB was extended with an agreement which will continue until 2015. 44
- The IAS Medical Research Programme delivered two tangible results at the end of 2010: * a CD combining data from all databases containing details of people who have used IAS mediation services. The CD is accompanied by a user guide and a final report. * a report section on the project concerning asbestos-related lung cancer, including the medical and exposure criteria applicable in 12 European countries, Australia and Korea. The researchers concluded that there is currently a lack of scientific evidence on which to base an optimal definition, with applicable criteria, of asbestos-related lung cancer. In fact, it appears that it is not feasible at the present time to diagnose asbestos-related lung cancer on the basis of current medical practice. - International contacts were strengthened in 2010 by our visit to Japan on the invitation of the Japanese Environmental agency Erca, and the visit of a South Korean delegation to the Netherlands.
JAARVERSLAG 2010 INSTITUUT ASBESTSLACHTOFFERS
Instituut Asbestslachtoffers (IAS) Het Instituut Asbestslachtoffers (IAS) adviseert de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het recht op een tegemoetkoming voor asbestslachtoffers met de ziekte mesothelioom. Daarnaast bemiddelt het IAS tussen (ex-)werkgevers en (ex-)werknemers over het betalen van een schadevergoeding. Het IAS is daarvoor in 1999 opgericht door organisaties van werkgevers en werknemers, het Comité Asbestslachtoffers, het Verbond van Verzekeraars en de overheid. Meer informatie vindt u op de website van het IAS: www.asbestslachtoffers.nl.
Colofon Uitgave van Instituut Asbestslachtoffers IAS publicatie 2011/1 Redactie Simone Aarendonk Derk Morreau Machiel van der Woude Druk en vormgeving QuantesArtoos B.V. April 2011
TAS/TNS-gerechtigden 2000 t/m 2010: aantal mesothelioomslachtoffers per 100.000 inwoners op 31 december 2010. Bron: Sociale Verzekeringsbank, L. van Eekelen, maart 2011.
Instituut Asbestslachtoffers
Stichting Instituut Asbestslachtoffers
www.asbestslachtoffers.nl
Directie en bureau: Bezuidenhoutseweg 60 Postbus 90405 2509 LK Den Haag Telefoon: 070 - 349 97 54 e-mail:
[email protected]
Uitvoering: Bredewater 6 Postbus 684 2700 AR Zoetermeer Telefoon: 079 750 71 50 Email:
[email protected]
Verslag over 2010