INSPECTIEVERSLAG
PROVINCIE: Limburg BRANDWEER: Beringen DATUM INSPECTIE: 9 oktober 2007 De Veuster A. Inspecteur
NIS-NUMMER: 71004
Willems D. Inspecteur
Dit verslag van het inspectiebezoek uitgevoerd door de brandweerinspectie, ressorterende onder de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, in uitvoering van artikel 9, § 2 van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming, is gebaseerd op een vooraf ingevulde vragenlijst, evenals op nazicht van documenten en administratieve bescheiden ter plaatse en op kantoor. De waarnemingen en de gesprekken van de inspecteur(s) geven aanleiding tot opmerkingen, die geformuleerd worden na de deelrubrieken.
ORGANISATIE 1.
Korpstype C vrijwillig
2.
Beschermde gemeente(n) Beringen
aantal inwoners 41.520
oppervlakte (ha) 7.980
Hoofdkazerne
-
Adres: Nijverheidspark 10, 3580 Beringen Telefoon Oproepnummer: 011/42 15 46 of 011/42 15 72 Administratief nr.: 011/42 03 85
1
4.
Voorpost(en): geen
Organisatie hulpverlening
Korps
5.
Fax nr.: 011/43 50 61 E-mailadres brandweer: brandweer@ beringen.be
Afstand(km) 70 20
X: Antwerpen Y: Hasselt Z: Heusden-Zolder
7
C: CB: Brasschaat
75
Overeenkomsten met andere gemeenten als gevolg van artikel 20 van het KB van
8.11.1967, met uitwerking buiten de hulpverleningszone? Met Leopoldsburg . Door de gouverneur goedgekeurd op 02/05/1991 6.
Het brandweerkorps is ingedeeld in de hulpverleningszone Limburg - Zuidwest
PERSONEEL 1.
Officier-dienstchef
naam: Leon Vanvinkenroye adres: Violetstraat 23, 3580 Beringen telefoon: 011/42 41 17 2.
Korpssecretaris
naam: Vangeel Johan adres: Oude Baan 33, 3580 Beringen telefoon: 011/42 05 01
2
j
3.
Personeelsbestand
beroepspersoneel graad
wettelijk minimum (KB 8.11.67)
luitenant
grondreglement
vrijwilligers
In dienst
wettelijk minimum (KB 8.11.67
grondreglement
in dienst
1
1
1 2
onderluitenant
1
officiergeneesheer
2 1
adjudant
3
2
2 sergeant majoor eerste sergeant
2 4
6 4
sergeant korporaal
1
0
6
8
6
brandweerman
1
1
24
40
37
totaal
3
2
39
60
52
4.
Opkomst bij interventies (vrijwilligers)
Tijdens de kantooruren? Buiten de kantooruren?
25% 80%
5.
Opkomst bij oefeningen (vrijwilligers):
65%
6.
Specifieke taakverdeling officieren doorgevoerd?
7.
Verstandhouding (volgens dienstchef)
j
goed
8.
Gemiddelde leeftijd van het operationele personeel (bij benadering):
9.
Aantal operationele damespersoneelsleden?
0
10.
Aantal beroepsbrandweerlieden?
2
11.
Worden alle vrijwilligers jaarlijks medisch gekeurd?
3
44 jaar
j
O
PMERKINGEN
Enige tijd geleden nam de enige beroepsofficier binnen het korps ontslag. Inmiddels werd de huidige dienstchef geprofessionaliseerd. Wanneer men de dienstchef van een vrijwillig brandweerkorps professionaliseert op basis van artikel 53 van het KB van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheidsen bekwaamheidscriteria, alsook van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden van de gemeentelijke brandweer, dient er een minimum personeelseffectief voor beroepsofficieren opgenomen te worden in het organieke reglement van de brandweer. De inspectie stelt vast dat deze maatregel terecht is genomen. Ze merkt echter op dat het minimum personeelskader blijvend 1 officier bedraagt. Bij de op ruststelling van de geprofessionaliseerde dienstchef, moet er een beroepsofficier in het korps tewerkgesteld zijn. Het is aan de indienstnemende overheid om tijdig te anticiperen en een naadloze opvolging te verzekeren. Het vrijwillige officiereneffectief is op korte termijn bij bevordering niet in te vullen. De inspectie stelt voor om deze graden bij werving open te stellen gekoppeld aan een woonstplaatsverplichting na benoeming. Het is vanzelfsprekend dat ook valabele kandidaten uit eigen korps die aan de vereiste wervingsvoorwaarden voldoen kunnen mededingen.
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS 1.
Grondreglement: gemeenteraadsbeslissing d.d. 29.09.1977; goedkeuring door de provinciegouverneur op 21.11.1977; laatst gewijzigd op 12.03.2007 en goedgekeurd door de provincie op 10.05.2007
2.
Huishoudelijk reglement: gemeenteraadsbeslissing d.d. 27.06.1980
3.
Verzekeringen
POLIS
B.A. verzekeringspolis Arbeidsongevallen b) beroepspersoneel c) vrijwilligers Voertuigenverzekering Ander brandweermaterieel Overlijdensverzekering
4.
NUMMER
MAATSCHAPPIJ
j
4.517.052
Ethias
j j j j j
6. 050.392 6.100.180/4 diverse polissen diverse polissen 9.197.000
“ “ “ “ “
Retributiereglement
j
4
5.
Administratieve stukken Dienstnemingscontracten? Nagezien van: Johan Vangeel, korporaal
j
Geert Wouters, onderluitenant (waarnemend)
Register hulpoproepen?
j
Aanwezigheid - en prestatieregister?
j
Inschrijvingsregister + persoonlijke dossiers?
identiteit, burgerlijke staat? gezinssituatie: (bij ongeval te verwittigen personen)? bloedgroep? nummer van inschrijving? aanduidingen dringende terugroeping? persoonlijke steekkaart (gevaarlijke stoffen, besmetting)?
j j j j j j
Inventarissen?
Materieel? Verbruiksgoederen? Interventiekledij?
j j j
O
PMERKINGEN
Dienstnemingscontracten
De dienstnemingscontracten van de vrijwilligers van brandweer Beringen bevatten niet alle verplichte vermeldingen, die terug te vinden zijn in artikel 11 van bijlage 3 van het KB van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten. Die vermeldingen zijn de volgende: 1. naam, voorna(a)m(en), geboorteplaats en geboortedatum, evenals de woonplaats; 2. de dag met ingang waarvan de vrijwilliger in dienst is genomen; 3. de graad en de vergoeding welke de vrijwilliger wordt toegekend; 4. de ontvangstmelding van een uitreksel uit de polis arbeidsongevallen; 5. de ontvangstmelding van een uitreksel uit de polis overlijdensverzekering; 6. de verklaring van kennisname van en onderwerping aan het organiek reglement en het reglement van orde. Daarnaast wordt ook verwezen naar de ministeriële omzendbrief van 28 mei 2004. Die verduidelijkt de toelaatbaarheid van de woonplaatsverplichting voor de brandweer en stelt dat, telkens wanneer een woonplaatsverplichting aan een brandweerlid wordt opgelegd, die verplichting in het benoemingsbesluit of in het dienstnemingscontract dient te worden gemotiveerd. De omzendbrief geeft eveneens een mogelijke formulering. Bij de effectieve indienstneming van vrijwillige officieren dient een contract van onbepaalde duur te worden opgemaakt, naar analogie met artikel 37 van het KB van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheids- en
5
bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden voor de officieren van de openbare brandweerdiensten.
Verzekeringen
Brandweer Beringen beschikt over de verplichte verzekeringen en besteedt de nodige aandacht aan de actualisering ervan. De bedragen in het modelreglement voor de organisatie van een gemeentelijke vrijwilligersbrandweerdienst, bijlage 3 van het KB van 6 mei 1971, worden gerespecteerd.
INTERVENTIES EN OEFENINGEN 1.
Aantal interventies - beknopte statistiek
2006
branden dringende medische hulpverlening andere interventies totaal
2.
111
2007 tot op heden (9.10.07) 72
118 229
1527 1599
Oefeningen
Aantal voorziene uren op jaarbasis (individueel)?50 voor beroepspersoneel en vrijwilligers Waar? In en rond de kazerne en op diverse locaties op het grondgebied van Beringen
Wanneer? Elke 2de dinsdag van de maand wordt een algemene oefening georganiseerd 1x per maand op zaterdag of woensdag is er een groepsoefening Op de eerste zaterdag van de maand is er een persluchtoefening 1x per maand chauffeursoefening gaspakoefening: 6x per jaar duikoefening: 2x per maand
Worden er maatregelen genomen tegen niet geoorloofde afwezigheden? Welke?
j
Inhouding van de erkentelijkheidspremie
Mogelijkheden tot sportbeoefening? Wordt er op jaarbasis voldoende aandacht besteed aan adembescherming? Zijn er mensen die geen adembescherming kunnen of willen dragen? Zijn er gezamenlijke oefeningen met grootschalige inzet binnen de
6
j j n
hulpverleningszone? Beschikt de brandweer over voldoende oefenterrein met een brandkraan of waterput? Beschikt het korps over voldoende didactisch materieel? Zijn er praktische handleidingen van het materieel voor iedereen beschikbaar?
j j n
Beperkt
Is de korpsdokter voldoende actief bij de opleiding in zake levensreddende handelingen? j Kunnen de leden van de brandweer vlot deelnemen aan bijzondere opleidingen (brandweerduiken, computer, speciale reddingstechnieken…)? j Wie is er specifiek verantwoordelijk voor de oefensystematiek? Geert Wouters en Luc Raymaekers
3.
Alarmering (vrijwilligers) Permanentie wordt verzorgd via de lokale politie. Er kan ook opgeroepen worden via brandweer Heusden-Zolder
Alarmeert men voldoende selectief (vrijwilligers)? Is er een permanent verzekerde telefoonwacht in de kazerne?
± n
4. Spraak –en datacommunicatie Individuele alarmontvangers? ASTRID - verenigbare radioapparatuur volgens Tetranorm? Computer gestuurde alarmering en vertrek (CAD)? Zijn er nog sirenes beschikbaar? Kunnen ze nog in werking worden gesteld? De radiokamer neemt ook oproepen in ontvangst voor een ander brandweerkorps? Specifieke opleiding voor de radiokameroperatoren voorzien?
j onvolledig in bestelling
n n n j
Telecommunicatie apparatuur 5.
Vast opgestelde radio’s: 4 Mobiele radio’s (voertuigen): 15 Portofoons: 0 Alarmontvangers: 64 Gsm: 2 Zender - ontvangers gaspakdragers: 0 Zender - ontvangers duikers: 0 Personal computers: 9
Dienstrooster (vrijwilligers - organisatie?) Ploegenwissel per interventie Er volgt tussen 8u00 en 17u00 een algemene oproep voor brand en andere interventies met dringend karakter.
Dringende medische hulpverlening centrum (centra) 100: Hasselt aantal ambulances: 0 - brandweer Beringen is niet ingeschakeld in de DGH
7
6.
Gemiddelde uitruktijd voor de eerste hulpploeg?
7.
Gemiddelde opkomsttijd voor de eerste hulpploeg naar het verst afgelegen punt van het te beschermen gebied? ±10 minuten
8.
Uitrukprocedures of operationele richtlijnen?
j/n
9.
Personeelsbezetting autopomp eerste uitruk?
5 personen
±5 minuten
10.
Gedetailleerde bijstandsprocedures bij opschaling voor brandbestrijding, calamiteiten of rampen? eerder beperkt
11.
Persoonlijke alarmtoestellen in gebruik, die akoestische en al dan niet elektronische
signalen uitzenden, wanneer een brandweerman in nood is?
n
O
PMERKINGEN
Oefenen is een kernactiviteit binnen de brandweerorganisatie. De inspectie stelt vast dat brandweer Beringen belang hecht aan oefenen en de sessies behoorlijk voorbereid. Het aantal oefeningen blijft terecht niet beperkt tot het wettelijk opgelegde minimum. Wil voortaan ook voldoende aandacht schenken aan “life firetraining” voor alle operationele personeelsleden in een erkend praktijkcentrum (brandweerschool). Brandweer Beringen beschikt over 9 brandweerduikers, die bij diverse hulpverleningsoperaties kunnen worden ingezet. De inspectie merkt heel wat positieve punten op, maar wenst niettemin een opsomming te geven van een aantal maatregelen, die een duidelijk duikbeleid binnen het korps en de hulpverleningszone moeten waarborgen. De nodige aandacht dient gegeven te worden aan:
het behalen van een getuigschrift van reddingsduiker afgeleverd door een erkende brandweerschool door elke gegadigde; het opstellen van operationele richtlijnen (minimale uitrusting, droge pakken, volgelaatsmaskers, messen, lampen, gidslijnen, logistiek enz.); inzetvoorbereiding, opleiding en training; periodiek medisch onderzoek met aflevering van een geschiktheidsattest; het voeren van een oordeelkundige duikadministratie(duiklogboek) reiniging en optimaal onderhoud van de volledige duikersuitrusting; inrichting van een geschikt voertuig met gepaste opbergmogelijkheden en geriefelijke omkleedvoorzieningen; inrichting van een werkruimte waar duikpakken gereinigd kunnen worden; goede radiocommunicatie; inrichting van een lokaal waar duikpakken gedroogd kunnen worden; kennisgeving van oefeningen aan de arbeidsinspectie; aanstelling van een chef met ervaring betreffende duikwerkzaamheden op de plaats van de interventie.
8
De inspectie wenst ook te verwijzen naar het KB van 25 april 2007 tot wijziging van het KB van 23 december 2003 betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico’s bij werkzaamheden in een hyperbare omgeving. Er wordt hierin onderscheid gemaakt tussen duikwerkzaamheden en reddingsopdrachten. De radiokamer en de alarmering van de brandweervrijwilligers zullen spoedig ondersteund worden door de installatie van een computergestuurde oproepinstallatie, die compatibel is met ASTRID. De continuïteit van de alarmering wordt voortaan mede verzekerd door een generator, die opstart in geval van stroomuitval. In een vorig verslag formuleerde de brandweerinspectie een opmerking betreffende de toepassing van een dienstrooster waarbij de ploegenwisseling per interventie plaatsvindt in plaats van per tijdseenheid (meestal wekelijks). Ze stelt vast dat brandweer Beringen geen noemenswaardige problemen heeft met haar organisatievorm en dat de opkomst van de vrijwilligers behoorlijk is. Vermits er geen nationale richtlijn terzake is gepubliceerd, laat ze voor de toekomst de evaluatie van deze praktijk over aan de technische commissie van de bevoegde hulpverleningszone. De inspectie blijft echter fervent pleitbezorger van een uniforme organisatie met betrekking tot deze aangelegenheid.
BRANDWEERKAZERNE 1.
Is de locatie geschikt (bereikbaarheid, uitvalswegen)?
j
2.
Verwarming voldoende? Welke brandstof?
j
3.
gas
Noodstroomvoorziening geïnstalleerd?
Indien ja, welk type?
j generator aangedreven door een benzinemotor
4.
Uitsluitend gebruik van de kazerne door de brandweer?
j
5.
Milieuvergunning beschikbaar?
j
6.
Is de kazerne uitgerust met bliksemafleiders?
7.
Aantal uitvalspoorten?
5
Hoe worden ze geopend en gesloten? 8.
n
elektrisch en manueel
Voldoende sanitaire voorzieningen voor zowel heren -als damespersoneelsleden?n
10.
Droogtoren (alternatieve installatie) en een wasplaats voor persslangen?
11.
Voldoende ruimte beschikbaar voor
Stalling brandweervoertuigen in de parkeergarage? Opslag van logistiek interventiematerieel en verbruiksgoederen? Praktische opleiding (oefenterrein)? Administratie, archief en onthaal? Herstelling en onderhoud van voertuigen en niet-rollend materieel? 9
j
nauwelijks
j j n n
Vlot parkeren van de persoonlijke voertuigen? Sportbeoefening? Theoretische opleiding (leszaal?) Vestiaire interventiekledij? Onderhoud adembescherming?
j j j j j
12.
Huisbewaarder ondergebracht in de kazerne?
13.
Gescheiden kleedkamers voor dames en heren?
14.
Specifiek lokaal voor optimaal onderhoud van adembeschermingsmiddelen?
15.
Lokaal waar gaspakken degelijk kunnen gereinigd worden?
n
16.
Ruimte waar gaspakken kunnen gedroogd worden?
n
17.
Kan interventiekledij en laarzen gereinigd worden in de kazerne?
j
18.
Radiokamer voldoende functioneel ingericht?
j
n nvt j
O
PMERKINGEN
Naar aanleiding van eerder door de brandweerinspectie geformuleerde opmerkingen, is brandweer Beringen positief overgegaan tot enkele renovaties. Er wordt een leslokaal ingericht dat uitsluitend voor opleidingsdoeleinden zal worden gebruikt. De radiokamer is vergroot, en zal verder met betrekking tot apparatuur gemoderniseerd en geautomatiseerd worden. De adembeschermingswerkplaats werd ondergebracht in een ruimer lokaal, dat betere onderhoudsgaranties biedt. De parkeergarage met 5 uitvalspoorten blijft aan de krappe kant. De structurele integriteit is niet overal gewaarborgd en dergelijk euvel bemoeilijkt optimaal uitrukken. De ruimte tussen de wagens met geopende deuren is te krap, en kan naast het veroorzaken van enigszins hectische parkeer- en rangeermanoeuvres, ook brandweerlieden die in- en uitladen in gevaar brengen. Er worden obstakels aangetroffen. Er staan aanhangwagens tussen de voertuigen gestald op een onderlinge onveilige afstand. Er staat noodgedwongen een voertuig boven de smeerput gerangeerd. De inspectie merkt enkele computers op die naar vermogen en gebruiksvriendelijkheid aan vernieuwing toe zijn. Het is wenselijk om een individuele rookafzuiging met automatische afkoppeling en verklikkersysteem te monteren voor alle interventievoertuigen. De ruimte tussen de wagens en de wanden van de parkeergarage laat dit echter op dit ogenblik duidelijk niet overal toe. Een krachtig alternatieve installatie is te voorzien. Er dient over gewaakt te worden dat het onderhoud– en testgebeuren in de adembeschermingswerkplaats volgens de juiste kringloop gebeurt met zo weinig mogelijk kans op verontreiniging. Een fictieve scheiding tussen natte zone (vuile) en droge zone (reine) moet gerespecteerd worden. De ademluchtcompressor wordt, bij voorkeur opgesteld in een aanpalend lokaal, opdat er geen problemen zouden zijn met geluidsoverlast bij continu vullen,
10
noch met het overmatig opwerpen van stof door trillingen. De vultafel en mogelijk een bufferinstallatie zijn geïnstalleerd in het lokaal zelf. Het is gewenst om zowel de vloer als de wanden van het adembeschermingslokaal gepast te betegelen. De deur die uitgeeft op een atelier waar onderhoud van klein materieel geschiedt, sluit zich best automatisch door het aanbrengen van een hydraulische pomp. Wil de leszaal voorzien van eigentijds didactisch materieel (notebook, mediacenter, vakliteratuur…) De huidige uitrusting is onvoldoende en eerder verouderd.
MATERIEEL 1.
Inventaris
type
aantal voorzien in grondreglement
aantal in dienst
Wagenpark industriële autopomp zware of extrazware autopomp halfzware autopomp lichte autopomp bosbrandweerwagen pomp op aanhanger(nom. debiet >= 500 l/m) schuimautopomp/ container/ aanhanger voertuig/container/aanhangwagen met bluspoeder tankwagen / tankcontainer (alle volumes) autoladder (nom. hoogte 20 tot 50 m) hoogwerker (nom. hoogte 20 tot 50 m) slangenwagen/ container/ aanhanger bevrijdingswagen verkeersslachtoffers reddingswagen/ container (zwaar bevrijdingsmaterieel) voertuig/ container klimteam duikwagen/ container materieelwagen karweiwagen/ pick-up /bestelwagen commandovoertuig (break) commandovoertuig alle terrein cp-ops telecommunicatievoertuig dienstvoertuig (personenwagen) personeelswagen(minibus, minivolume) haakarmvoertuig zonder kraan haakarmvoertuig met kraan ambulance open container (bak)
11
3 1
3 1
2
2
2 1
2 1
2
1
1 1
1 1
1 1
1 1 1
1
-
voertuig/ container adembescherming voertuig/ container ogs milieuwagen/ container gesloten hoge container (inzetbaar en/of ingericht voor specifiek of meervoudig gebruiksdoel) kraanwagen takelwagen vorklift boot op aanhanger meetwagen andere
1
1
2
2
Niet rollend materieel draagbare motorpomp stroomaggregaat >= 6KVA lichtschuimgenerator overdrukventilator onderdrukventilator ademluchtcompressor adembeschermingstoestel met gesloten kringloop adembeschermingstoestel met open kringloop gaspak chemiepak valharnas valstopapparaat reanimatietoestel explosiemeter (multimeter) gasconcentratiemeter/ gasdetectie toestel detectietoestel nucleaire straling stralingsdosismeter warmtebeeldcamera dompelpomp nom. debiet >= 500 l/m draagbare lichtmast staaldraadtakel (alle vermogens) lier op wagen (alle vermogens) hydraulisch aggregaat (bevrijding van verkeersslachtoffers) persslangen (aantal meter) Ø 25 mm Ø 45 mm Ø 70 mm Ø 110 mm Ø 150 mm
3 0 2
2 3 1 2
0
2
33
33
0
5
0
6
1 2 1
0 2 1
0 14 0 0 0 2
1 14 5 2
1640 2240 60
1660 2380 60
3
2.
Uitsluitend gebruik van het materieel door de brandweer?
j
3.
Gebruiksboekje (reiswijzer)voor elk voertuig?
j
12
4.
Onderhoudsregistratie voor elk voertuig?
5.
Is er voor elk voertuig een schouwingbewijs?
6.
Periodieke keuringen voor de hef -en hijswerktuigen? (ARAB - art. 281 - elevator, autoladder, hijsbanden, kettingen, takels ...) Datum laatste keuring? 18.07.07
beknopt
j j
7.
Periodieke keuring handladders volgens NBN S21-047? Hebben ze een identificatienummer?
j j
8.
Testenkwaliteit ademlucht?
j
9.
Periodieke keuringen ademluchtflessen?
j
10.
Onderhoudsschema ademluchtcompressor?
j
11.
Worden de adembeschermingstoestellen gereinigd + gekeurd?
j
12.
Worden de gelaatsmaskers hermetisch opgeborgen?
j
13.
Zijn er nog heupgordels in gebruik?
j
14.
Valbescherming? Componenten gekeurd?
j
15.
Onderhoudscontract voor explosiemeter(s)
j
Ook periodieke controles 16.
Beschikt het korps over een technische ploeg? Verricht de brandweer zelf reparaties?
j
j
O
PMERKINGEN
voertuigenpark, niet-rollend materieel
Over het algemeen geeft het wagenpark, evenals het niet-rollende materieel een behoorlijke indruk. Het onderhoud alsook de periodieke controles blijken efficiënt uitgevoerd te worden. De materieelaantallen beantwoorden aan de wettelijke minima, die overigens sinds geruime tijd aan herziening toe zijn. De gemeente heeft in overleg met de brandweer een stappenplan opgesteld om het materieel en het voertuigenpark in het bijzonder te vernieuwen. Er is heel wat verwezenlijkt op vrij korte termijn. De voertuigen die ingezet worden in de eerste lijn zijn van recente datum en werden voldoende combattief ingericht. Brandweer Beringen maakt gebruik van absorptiekorrels en dispersiemiddelen voor het opruimen van diverse olieverontreinigingen op zowel rijbaan als wateroppervlak. Ze is niet in het bezit van een gedetailleerde technische gebruiksfiche die de behandeling van koolwaterstoffen of andere substanties specificeert. De inspectie stelt zich de vraag of de noodzakelijke absorptietijden tijdens interventies altijd worden gerespecteerd. Zijn er eventueel nabehandelingen noodzakelijk? Louter visuele waarnemingen volstaan immers dikwijls niet. Wil in deze
13
aangelegenheid de leverancier raadplegen en de fiche aanbrengen in de wagen(s) die voor dergelijke interventies ingezet worden. De derde inzetbare autopomp van het merk Dodge is voor het eerst in gebruik genomen in 1988 en bijgevolg aan vervanging of declassering toe. De inspectie treft geen reanimatietoestel aan dat minimaal voorzien wordt in bijlage 2 van het KB van 8 november 1967 houdende, voor vredestijd, organisatie van de gemeentelijke en gewestelijke brandweer en coördinatie van de hulpverlening in geval van brand. Wil de korpsarts in deze aangelegenheid raadplegen. Wanneer het korps niet opereert binnen de Dringende Geneeskundige Hulpverlening gaat het niet noodzakelijk over een gesofisticeerd toestel. Het is aangewezen om in de ladderwagen enkele adembeschermingstoestellen schokvrij te voorzien. zodat het voertuig met inzittenden autonoom kunnen ingezet worden.
persoonlijke beschermingsmiddelen
Verscheidene strippen op de brandweerkledij reflecteren onvoldoende of zenden geen zichtbare straling meer uit met goede lichtsterkte en voldoende fotometrische en colometrische eigenschappen (klasse 2 signalisatiekledij PBM.) De inspectie merkt op dat brandweervesten, die uit hoogwaardige materialen zijn vervaardigd, enkel hun functie kunnen vervullen wanneer verbrandingsresidu’s dit niet verhinderen. Ze dringt er dan ook op aan dat bij noodzaak de vesten volgens de voorschriften van de leverancier of fabrikant gereinigd worden. Bij ernstige slijtage moeten vesten en strippen zonder meer vervangen kunnen worden. Volgens de bevelvoerder zouden er interventievesten in bestelling zijn. Volgens artikel 4 van het KB van 13 juni 2005 betreffende de persoonlijke beschermingsmiddelen, is de werkgever ertoe gehouden de risico’s inherent aan de arbeid op te sporen en de geëigende materiële maatregelen te treffen om hieraan te verhelpen. Brandweer Beringen beschikt over aangepaste persoonlijke beschermingsmiddelen en oefent controle uit op het correcte gebruik ervan. Het verdient echter aanbeveling om die gebruiksregels ook op papier te zetten en voor alle PBM instructienota’s ter beschikking te stellen van het brandweerpersoneel.
keuringen, onderhoudscontracten
De keuringen van ademluchtflessen (ook duikflessen), gordels, hef- en hijswerktuigen, reddingstouwen, … worden nauwlettend uitgevoerd door erkende controleorganismen met de juiste periodiciteit. Gebreken en defecten worden tijdig opgevolgd en hersteld. De bepalingen van de artikelen 270 en 271 van het AREI, betreffende het gelijkvormigheidsonderzoek voor indienststelling en het periodieke controlebezoek van elektrische installaties, zijn van toepassing op de installaties gevoed door een wisselstroomaggregaat met thermische motor, generator incluis. Een controle voor de indienststelling en een periodieke controle van de stroomaggregaten om de 5 jaar zijn bijgevolg uit te voeren
14