INSPECTIEVERSLAG PROVINCIE: Antwerpen BRANDWEER: Zandhoven NIS-NUMMER: 11054 DATUM INSPECTIE: 2 juli 2004
geadresseerden Gouverneur Provincie Antwerpen Burgemeester zandhoven Officier-dienstchef brandweer
De Veuster F. Inspecteur
1. ORGANISATIE 1.
Korpstype
C vrijwilligers
2. Beschermde gemeente(n) Zandhoven 3.
Hoofdkazerne -
Adres: Schildebaan 2, 2240 Zandhoven
-
Telefoon
4.
aantal inwoners oppervlakte (ha) 12.500 4.009
Oproepnummer: 03/484 44 44 Administratief nr.: 03/484 30 20 Fax nr.: 03/464 16 92 E-mailadres brandweer:
[email protected] Administratief nr. gemeente: 03/484 30 20 Fax nr. gemeente: 464 11 11
Voorpost: geen
Organisatie hulpverlening Korps
5.
Afstand(km) 17 20 12
X: Antwerpen Y: Mechelen Z: Malle C: C B: Brasschaat
24
Overeenkomsten met andere gemeenten in het kader van artikel 20 van KB van 8.11.1967, of zijn er overeenkomsten afgesloten met effect buiten de hulpverleningszone? Met Zoersel en Malle (bij gemeenteraadsbesluit vastgelegd), mondelinge afspraken met brandweer Lier en brandweer Wommelgem inzake tussenkomsten op de E 334 en de E 313.
6.
Het brandweerkorps is ingedeeld in de hulpverleningszone 6 Antwerpen (Noorderkempen)
1
2.PERSONEEL 1.
Officier -dienstchef naam: Smits Ivo adres: Liersebaan 65, 2240 Zandhoven telefoon: 03/484 42 75
2.
Korpssecretaris (indien aangewezen) naam: De Beukeleer Roger adres: H. De Meesterlaan 14, 2240 Zandhoven telefoon: 03/484 48 41
3.
Personeelsbestand (Bijlage 1 van het koninklijk besluit van 8 november 1967 houdende in vredestijd de organisatie van de gemeentelijke en gewestelijke brandweerdiensten en van de organisatie van de hulpverlening)
BEROEPSBRANDWEERLIEDEN graad
grondreglement
in dienst
luitenant onderluitenant adjudant sergeant – majoor of Eerste – sergeant of Sergeant
Koporaal brandweerman
1
4.
Opkomst bij interventies (vrijwilligers) Tijdens de kantooruren: 48% Buiten de kantooruren: 97%
5.
Opkomst bij oefeningen (vrijwilligers): 80%
6.
Specifieke taakverdeling officieren
0
VRIJWILLIGERS grondreglement
in dienst
1 2
1 2
3
1
4 36
6 33
onderluitenant De Beukeleer: opvolging duikers, onderhoud materieel onderluitenant Oorts: opvolging bluswatervoorziening, interventieplannen, opvolging onderhoud persluchttoestellen
7.
Verstandhouding (volgens dienstchef) goed
8.
Gemiddelde leeftijd van het operationeel personeel (bij benadering): ?
2
9.
Aantal operationele damespersoneelsleden: 0
10.
Aantal beroepsbrandweerlieden: 0
11.
Worden alle vrijwilligers jaarlijks medisch gekeurd?
n
tweejaarlijks
OPMERKINGEN
De medische keuringen van de heren Oorts en Verlee werden nagekeken. Het geneeskundig onderzoek wordt tweejaarlijks uitgevoerd door IDEWE (Externe dienst voor Preventie en Bescherming op het werk vzw). Brandweerman chauffeur Verlee W. werd medisch geschikt verklaard op 09/04/2004 en de heer Oorts F., onderluitenant-chauffeur werd eveneens op die datum medisch onderzocht en geschikt voor de dienst bevonden. De inspectie stelt vast dat er geen jaarlijkse medische controle plaatsvindt van de brandweervrijwilligers. Artikel 28 van het ARAB wordt ingevoerd door het koninklijk besluit van 14 december 1992. De brandweervrijwilligers vallen duidelijk onder de categorieën vermeld onder artikel 124 van het ARAB. Wil bijgevolg de frequentie van onderzoek opdrijven
3.ADMINISTRATIEVE GEGEVENS 1.
Organiek reglement: gemeenteraadsbeslissing van 29 juni 2001
2.
Huishoudelijk reglement: :
3.
Verzekeringen
j/n
POLIS B.A. verzekeringspolis
j
Arbeidsongevallen 1. beroepspersoneel 2. vrijwilligers
j
Voertuigenverzekering
j
Ander brandweermaterieel Overlijdensverzekering
n j
5.
Retributiereglement
6.
Administratieve bescheiden
NUMMER
MAATSCHAPPIJ
Z8/28 962 732/0000
KBC
JUK 18 19106063 00 Groepspolis gemeente JUK 18 19106063 00
Fortis (AG) Mercator
Fortis (AG)
j
3
a)
Dienstnemingcontracten Nagezien van: Verlee W. en van Oorts Frans
j
b)
Register van de hulpoproepen
j
c)
Aanwezigheid - en prestatieregister Nagezien interventie op 24.11.03 Heidedreef 14 , kelder leegpompen
j
d)
Inschrijvingsregister + persoonlijke dossier De gegevens nagezien van Verlee Werner en van Oorts Frans
Identiteit, burgerlijke staat? Gezinssituatie: (bij ongeval te verwittigen personen)? Bloedgroep? Nummer van inschrijving? Aanduidingen om dringende terugroeping mogelijk te maken?
e)
Persoonlijke steekkaart (gevaarlijke stoffen, besmettingsrisico)?
f)
Inventarissen Materieel? Uitrusting? Kleding?
j j j j j j/n
j j j
OPMERKINGEN Grondreglement (organiek reglement)
Artikel 3. De aandacht wordt gevestigd op de verdeling van de opdrachten inzake civiele bescherming tussen de openbare brandweerdiensten en de diensten van de civiele bescherming, overeenkomstig het koninklijk besluit van 07 april 2003 Artikel 10 punt 1. Te vervangen door: de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie bezitten’ . In punt 2: “De gemeenteraad kan bij elke benoeming eisen dat de betrokkenen hun hoofdverblijfplaats in een geografisch bepaalde zone hebben, eventueel binnen een bepaalde termijn. De gemeenteraad motiveert zijn beslissing in de benoemingsakte of in de aanwervingovereenkomst. Een personeelslid dat de voorwaarde van verblijfplaats niet naleeft, maar de kazerne binnen een zeer korte termijn na de oproep kan bereiken, kan een afwijking van de voorwaarde van verblijfplaats vragen”. Een ministeriële omzendbrief dienaangaande werd toegestuurd aan de gouverneurs. Onder punt 5 is het aangewezen om een tijdslimiet voorop te stellen bij het afleveren van een bewijs van goed zedelijk gedrag (bv. recent bewijs van goed zedelijk gedrag van maximum 2 of 3 maanden oud). Artikel 19. In het kader van de bevorderingsvoorwaarden moet worden verwezen naar de brevetten (gelijkstellingen), overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 08 april 2003 besluit betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten. Onder punt 3 wordt verwezen naar het koninklijk besluit van 19 maart 1997 betreffende de opleiding, de brevetten en de loopbaan van de leden van de brandweer. Voornoemd koninklijk besluit werd evenwel vernietigd bij het arrest van de Raad van State nr. 11.500 van 15 oktober 2002. Er dient ter zake verwezen te worden naar het kb van 08 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten. Punt 4. Idem dito.
4
Punten 6 en 7. Het koninklijk besluit van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheid- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheid- en bevorderingsvoorwaarden voor de officieren van de openbare brandweerdiensten, werd laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 08 april 2003. Artikel 41. Het eerste lid van het koninklijk besluit van 08 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten heeft zowel betrekking op beroeps– als vrijwillige leden van de brandweer. Bijgevolg dienen de lokale besturen, conform deze bepaling, ook de vrijwilligers voor aanwezigheid bij de lessen en deelname aan de examens, te vergoeden. Deze algemene bepaling is eveneens van toepassing voor deelname aan de opleiding voor het behalen van het brevet van brandweerman. Aangezien deelname aan lessen en examens gelijkgesteld wordt met periodes van dienstactiviteit, kan bijgevolg gesteld worden dat het de bedoeling is dat de brandweerlieden vergoed worden aan 100%. Het minimumuurloon wordt vastgesteld op 1/1976° van de jaarlijkse bezoldiging”. Er moet hier verwezen worden naar de jaarlijkse brutobezoldiging. Het weddensupplement voor het diensthoofd moet worden omgezet naar €. In artikel 43 mag de terminologie worden gewijzigd in “BRANDWEER”. In artikel 55bis moet het bedrag worden omgezet naar €. Het artikel 55bis moet, in fine, nog aangevuld worden als volgt: “Het bedrag wordt aan de spilindex 138,01 gekoppeld”, overeenkomstig artikel 6 van het koninklijk besluit van 03 juni 1999 tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten. Artikel 55/ter idem opmerking artikel 55. In de hypothese dat in de toekomst zou overwogen worden om de personeelsformatie uit te breiden met een beroepskracht (bv. beroepskorporaal), dienen een aantal artikelen in het organiek reglement (OR) te worden aangepast. Enerzijds worden er in het OR immers een aantal relevante artikelen met betrekking tot het beroepspersoneel opgenomen (art. 21, 28), terwijl er anderzijds een aantal ‘beroeps’ gerelateerde artikelen ontbreken of onvolledig zijn (art. 9, 14).
administratieve bescheiden
De dienstnemingcontracten werden nagekeken van de heren Verlee Werner geb. 29/12/1966 (DNC dd. 05/01/2004) en van Oorts Frans, geb. 03/05/1960 (DNC dd. 31/12/2001). Deze contracten beantwoorden niet aan artikel 1 van het koninklijk besluit van 03 juni 1999 tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten. Voor alle brandweervrijwilligers moet derhalve een nieuw dienstnemingcontract opgesteld worden. De FOD Binnenlandse Zaken schrijft de vorm ervan niet meer voor. Ingevolge artikel 37 van het koninklijk besluit van 19 april 1999, tot vaststelling van de geschiktheids- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden van de officieren van de openbare brandweer, moet voor de onderluitenant-vrijwilliger bij zijn effectieve indiensttreding een contract van onbepaalde duur worden opgesteld. Dit geldt tevens voor de officieren bekleed met een hogere graad. Het huishoudelijk reglement is aan een gecoördineerde moderniserende herziening toe, die bredere waarborgen biedt voor de interne organisatie van het brandweerkorps. De inspectie meent dat het werken met memo's of dienstnota's niet altijd in rechtsorde het juiste alternatief vormt voor een regelgevend document. Het huishoudelijk reglement moet in ieder geval goedgekeurd worden door de gemeenteraad. Brandweer Zandhoven zou bereid zijn om grotendeels
5
het model over te nemen, dat recent werd opgemaakt door de provinciale brandweerfederatie.
4.INTERVENTIES EN OEFENINGEN 1.
Aantal interventies - beknopte statistiek
branden dringende medische hulpverlening andere interventies totaal
2.
2003
2004 tot op heden
33 388 421
23 175 198
Oefeningen Aantal voorziene uren op jaarbasis (individueel) voor de vrijwilligers?
?
Waar? plaatsen
Wanneer? Algemene oefening op de eerste donderdagavond van de maand. Wekelijks wordt er per ploeg geoefend.
Worden er maatregelen genomen tegen ongeoorloofde afwezigheden? Welke?
j
Functioneringsgesprek + verslag aan schepencollege
Mogelijkheden tot sportbeoefening? n Wordt er op jaarbasis voldoende aandacht besteed aan adembescherming? j Zijn er mensen die geen adembescherming kunnen of willen dragen? j Zijn er gezamenlijke oefeningen met grootschalige inzet binnen de hulpverleningszone? j Beschikt de brandweer over voldoende oefenterrein met een brandkraan of waterput? j Beschikt het korps over voldoende didactisch materieel j Zijn er praktische handleidingen van het materieel voor iedereen beschikbaar? j/n Is de korpsgeneesheer voldoende actief bij de opleiding in zake levensreddende handelingen? j Kunnen de leden van de brandweer vlot deelnemen aan bijzondere opleidingen (brandweerduiken, computer, speciale reddingstechnieken…)? j Wie is er specifiek verantwoordelijk voor de oefensystematiek? kaderleden 3.
Alarmering Per ploeg is er een centralist met wachtdienst thuis. Tijdens de kantooruren neemt de bevelhebber op in zijn bureel op het gemeentehuis. Het is mogelijk dat er doorgeschakeld wordt via brandweer Malle.
Alarmeert men voldoende selectief (vrijwilligers)? Is er een permanent verzekerde telefoonwacht in de kazerne?
4.
j n
Spraak en -datacommunicatie Individuele zakontvangers? ASTRID - verenigbare radioapparatuur volgens Tetranorm Computer gestuurde alarmering en vertrek (CAD)? Zijn er nog sirenes beschikbaar? Kunnen ze nog in werking worden gesteld? De meldkamer neemt ook oproepen in ontvangst voor een ander brandweerkorps?
6
j n n j j n
Specifieke opleiding voor de meldkameroperatoren voorzien?
j
Telecommunicatie apparatuur
-
5.
Vast opgestelde radio’s: 1 Mobiele radio’s (voertuigen): 9 Portofoons: ? Pagers: 46 Gsm: 1 Zender - ontvangers gaspakdragers: 2 Zender - ontvangers duikers:
Wachtdienst (vrijwilligers) - organisatie?) De ploegen zijn volgens een wekelijkse beurtrol met wachtdienst. Voor dringende interventies worden er ’s avonds en ’s nachts 2 ploegen opgeroepen. Tijdens de kantooruren geschiedt steeds een algemene oproep.
6.
Dringende medische hulpverlening : niet uitgeoefend door brandweer Zandhoven
7.
Gemiddelde uitruktijd voor de eerste hulpploeg:
8.
Gemiddelde opkomsttijd voor de eerste hulpploeg naar het verst afgelegen punt van het te beschermen gebied? 10 minuten
9.
Uitrukprocedures of operationele richtlijnen? Vastgelegd: per dienstnota
3 minuten
j
10.
Personeelsbezetting autopomp eerste uitruk?
11.
Gedetailleerde bijstandsprocedures bij opschaling voor brandbestrijding, calamiteiten of rampen? n Persoonlijke alarmtoestellen in gebruik, die akoestische en al dan niet elektronische signalen uitzenden, wanneer een brandweerman in nood is? n
12.
5 + bestuurder
OPMERKINGEN
De inspectie stelt positief vast dat brandweer Zandhoven mondelinge afspraken heeft met brandweer Lier en Wommelgem betreffende interventies op de autosnelweg E334. Er wordt terdege rekening gehouden met bereikbaarheid en rijrichting. De analoge radiocommunicatieapparatuur is voor een stuk verouderd. Brandweer Zandhoven heeft er echter zorg voor gedragen dat een bedrag van ± 75.000 Euro in de gemeentelijke begroting werd ingeschreven om stapsgewijze tot vervanging over te gaan door digitale toestellen, die compatibel zijn met het radiotrunking systeem A.S.T.R.I.D. Het is aangewezen dat de hulpverleningszone, waarin Zandhoven is ingedeeld, gedetailleerde procedures omtrent bijstand en opschaling schriftelijk uitwerkt, met de intentie om de overgang van een incident met dagelijkse routine naar een incident met grootschalige inzet zo geleidelijk mogelijk te laten verlopen. Door de opschaling volgens deze procedures te laten verlopen is het voor de bijstand ontvangende gemeente, versterking verlenende korpsen en de leiding van de operaties duidelijk wat van iedereen verwacht wordt. (Zie art. 1 van het ministerieel besluit van 14 april 1999, tot vaststelling van de minimale inhoud van de hulpverleningsovereenkomsten.)
7
De registratie in eigen beheer van enkele vitale onderdelen van de adembeschermingstoestellen dient vervolledigd te worden. Ook de reiniging en het testen van de longautomaten, draagstellen en de gelaatsmaskers moeten ingelogd worden op fiches of in een onderhoudsboek (eventueel geautomatiseerd.) De desbetreffende onderdelen moeten een duidelijk zichtbaar identificatienummer dragen. Brandweer Zandhoven beschikt over brandweerduikers, die bij diverse hulpverleningsoperaties kunnen worden ingezet. Duiken binnen het raam van de openbare veiligheid is echter een risicovolle onderneming. Voor de inspectie dient de brandweer een duidelijk beleid te ontwikkelen (eventueel binnen de zone) met aandacht voor: - operationele richtlijnen (minimale uitrusting, droge pakken volgelaatsmaskers, messen, lampen, gidslijnen, logistiek enz.); - inzetvoorbereiding , opleiding en training; - het voeren van een oordeelkundige duikadministratie (duikbrevetten, minimaal aantal duiken (open water inbegrepen) op jaarbasis, individuele registratie, geneeskundig onderzoek enz.; - reiniging en optimaal onderhoud van de volledige duikersuitrusting; - inrichting van een geschikt voertuig met gepaste opbergmogelijkheden en geriefelijke omkleedvoorzieningen; - inrichting van een werkruimtewaar duikpakken gereinigd kunnen worden; - inrichting van een lokaal waar duikpakken gedroogd kunnen worden. De commandant van de brandweer is ervoor verantwoordelijk dat een degelijke duikadministratie wordt gevoerd, waarin de noodzakelijke gegevens per duiker worden bijgehouden. Deze gegevens worden in een persoonlijk duiklogboek genoteerd. De aantekeningen over gemaakte duiken worden door de duikinstructeur geparafeerd. Het duiklogboek wordt door de duiker bijgehouden en volgende gegevens dienen erin te worden vermeld: naam en adres van het korps datum duik (oefeningen + opdrachten) duiklocatie het gevolgde duikschema, de duikdiepte, de tijdstippen van het verlaten en het bereiken van de oppervlakte… naam van de duikploegleider datum van toekenning van het duikbrevet datum en uitslagen van de medische keuringen (handtekening keuringsarts)) – eventueel opgelopen letsels aard van de duikinterventies Type ademhalingsapparatuur Het is aangewezen om alle ongevallen veroorzaakt door oefeningen, opleidingen en inzetten te noteren in een register.
8
5. PREVENTIE 1.
Aantal brandweerlieden dat een brevet technicus -brandvoorkoming heeft?
2.
Worden er andere personen, die deel uitmaken van een brandweer, betrokken bij het toezicht op brandvoorkoming? n Zo ja, wat is hun functie, hun opdracht en hun statuut?
0
Officier – brandweer Malle
3.
Overeenkomst met een andere gemeente bij toepassing van artikel 22 bis van het koninklijk besluit van 8 november 1967, betreffende het toezicht op de maatregelen tot brandvoorkoming? j Malle
4.
Opdrachtgever tot het uitvoeren van preventieonderzoeken? burgemeester Wie ondertekent de preventieverslagen? dienstchef + preventieofficier Malle
5.
Gemeentelijk politiereglement
6.
7.
8.
9.
Voor horecabedrijven? Voor gebouwen toegankelijk voor het publiek? Voor studentenkamers? Andere?
Aantal interventieplannen? Zijn de gegevens geactualiseerd? Zijn ze éénvormig? Wie maakt ze op? Maakt men gebruik van een gespecialiseerd softwareprogramma?
n n n n 10 j n bedrijven, brandweer
Advies van de brandweer gevraagd Bij aflevering van een bouwvergunning? Bij aflevering van een milieuvergunning? bij wijziging van de waterleiding? bij aanleg en aanpassing van weginfrastructuur (verkeersdrempels…)
n
j j j j
Bluswatervoorraden? Inventarisatie? Voldoende bluswatervoorraden? Werd hierover een verslag opgemaakt? Plannen van de bluswatervoorzieningen beschikbaar? Zijn de plannen geautomatiseerd?
j j j j j
Bebakening van brandkranen volgens de ministeriële omzendbrief d.d..14.10.1975?
j
10.
Periodieke controle brandkranen? j Heeft de brandweer een procedure opgesteld betreffende de wijze waarop de brandkranen gecontroleerd dienen te worden? n
11.
Voornaamste risico 's in het interventiegebied – aantallen?
Ziekenhuizen: 1 (preventorium) Internaten: Belangrijke verkeerstunnels: Hotels: Tehuizen voor andersvaliden: Hoge gebouwen: -
9
de
13.
Rustoorden: 3 Bedrijven (> 50 werknemers): 2 Sevesobedrijven: Wegen (transport gevaarlijke stoffen): E313, E34, N14 Bevaarbare waterwegen: 2 Stadions: Evenementen met grote volkstoeloop: 5 Scholen: 9
Wordt de brandweer systematisch op de hoogte gehouden van wegeniswerken en omleidingen? j
OPMERKINGEN
De opmaak van verslagen in zake brandvoorkoming en de controle op de opvolging van maatregelen gebeuren nog immer door brandweer Malle, via een overeenkomst die goedgekeurd werd door beide gemeenteraden. De afspraken tussen beide brandweerkorpsen worden niet altijd rimpelloos nagekomen. Een lid van brandweer Zandhoven (Van de Velde B.)volgt actueel de gespecialiseerde opleiding in de brandweerschool en zal binnen afzienbare termijn de desbetreffende taken kunnen overnemen. De brandweer beschikt over een tiental interventieplannen, die oordeelkundig zijn opgemaakt. De vlag dekt nog niet de volledige lading in deze aangelegenheid, hoewel er voelbare vooruitgang werd gemaakt. De inspectie merkt op dat er nog geen enkel politiereglement in zake brandvoorkoming van toepassing is in Zandhoven. Omwille van enkele spectaculaire branden in horecazaken, die recent uitgebreid het nieuws haalden, adviseert de brandweerinspectie aan de gemeentelijke overheid om minstens voor de voor het publiek toegankelijke lokalen, zoals dancings, cafés e.d., een reglementering op te stellen. Een soortgelijk document is immers het sluitstuk bij een transparant beleid voor brandvoorkoming. Er zou in de hulpverleningszone een ontwerp zijn opgemaakt, dat niet direct de instemming van iedereen heeft gekregen.
6.BRANDWEERKAZERNE 1.
Adres: Schildebaan 2, 2240 Zandhoven
2.
Is de locatie geschikt (bereikbaarheid, uitvalswegen)?
3.
Verwarming voldoende? Wat is de gebruikte brandstof?
4.
j j gas
Noodstroomvoorziening geïnstalleerd? Indien ja, welk type?
j batterijen
5.
Uitsluitend gebruik van de kazerne door de brandweer?
6.
Milieuvergunning beschikbaar?
7.
Is de kazerne uitgerust met bliksemafleiders?
j in aanvraag
n
10
8.
Aantal uitvalspoorten? Hoe worden ze geopend en gesloten?
9.
Voldoende sanitaire voorzieningen voor zowel heren -als damespersoneelsleden?
8 elektrisch en manueel
10.
Droogtoren (alternatieve installatie) en een wasplaats voor persslangen?
11.
Voldoende ruimte beschikbaar voor:
Garage en werkplaats? Voertuigenstalling? Opslag van logistiek interventiematerieel? Administratie en onthaal? Archief? Sportbeoefening? Interventiekledij?
j n
j j j j j n j
12.
Huisbewaarder ondergebracht in de kazerne?
13.
Gescheiden kleedkamers voor dames en heren?
j
14.
Specifiek lokaal voor het onderhoud van adembeschermingsmiddelen?
j
15.
Lokaal waar gaspakken kunnen gereinigd worden?
j/n
16.
Ruimte waar gaspakken kunnen gedroogd worden?
j/n
17.
Kan de interventiekledij met inbegrip van de laarzen gereinigd worden in de kazerne?
18.
Seinkamer voldoende functioneel ingericht?
j
19.
Internetaansluiting?
j
20.
Voldoende parkeermogelijkheden voor het personeel?
j
n
n
OPMERKINGEN
De brandweer beschikt over een kazerne van recente datum die functioneel werd ingericht en als dusdanig voldoet aan de noden van een moderne hulpdienst. Toch worden enkele euvels vastgesteld. Er is geen droogtoren, noch alternatieve installatie waarbij de persslangen schuin of horizontaal kunnen opgehangen of uitgerold worden. Er ook is geen droogkast geïnstalleerd voor dito doeleinden. Het is alvast niet aangewezen om persslangen, die uit synthetische vezels vervaardigd zijn, zonder urgentie onbeperkt nat op te bergen. Het is wenselijk om een individuele rookafzuiging met automatische afkoppeling en verklikkersysteem te monteren voor alle interventievoertuigen. Het is niet mogelijk om de uitrukkledij te wassen of te reinigen in de kazerne. Er ontbreekt een wasmachine, droogkast en een ruimte waar dit onderhoudsgebeuren kan plaats vinden, volgens de aanwijzingen van de fabrikant of leverancier. Artikel 51 van bijlage 3 van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweer, stelt dat de kleding –en uitrustingsvoorwerpen, zowel als de strikt onontbeerlijke persoonlijke voorwerpen van het lid van de dienst, welke tijdens en door oorzaak van de dienstuitoefening beschadigd zijn of abnormaal bevuild zijn, worden hersteld, vervangen of schoongemaakt door toedoen van de gemeente. In bepaalde
11
gevallen zou het wel mogelijk zijn om de interventiekledij te laten reinigen door een gespecialiseerde firma. Positief merkt de inspectie dat de toegang tot de kazerne bewerkstelligd wordt door middel van een magneetkaart, die individueel aanwezigheden registreert.
7.MATERIEEL 1.
Inventaris
Wagenpark voertuig
aantal voorzien in grondreglement
aantal in dienst
2 1 1
2 1 1
1
1
1
1 1
1
1
zware autopomp halfzware autopomp lichte autopomp tankwagen / tankcontainer schuimautopomp/ container/ aanhanger bosbrandweerwagen poederwagen/ container slangenwagen/ container/ aanhanger autoladder auto-elevator materieelwagen snelle hulpwagen reddingswagen/ container (zwaar bevrijdingsmaterieel) duikwagen/ container personeelswagen karweiwagen/ pick-up /bestelwagen commandovoertuig dienstvoertuig ziekenwagen DGH anderen
Niet rollend materieel Materieel, uitrukkledij en toestellen
aantal voorzien in grondreglement
aantal in dienst
motorpomp (debiet > 500 l/m)
3
3
stroomaggregaat positieve drukventilator
7 1
7 1
12
ademluchtcompressor adembeschermingstoestel gaspak chemiepak hittewerend pak reanimatietoestel explosiemeter gasconcentratiemeter /detectie detectietoestel nucleaire straling dosismeter warmtebeeldcamera afdalingstoestel hydraulische bevrijdingsset boot pc persslangen (aantal meter) Ø 25 mm Ø 45 mm Ø 70 mm Ø 110 mm Ø 150 mm
1 12 2
1 14 2
1 1 1
1 1 1
1 1 1 2
1 1 1 2
66 stuks 100 stuks 1 lengte
2.
Uitsluitend gebruik van het materieel door de brandweer?
j
3.
Gebruiksboekje voor elk voertuig?
j
4.
Onderhoudsregistratie voor elk voertuig?
5.
Is er voor elk voertuig een schouwingbewijs?
j
6.
Periodieke keuringen voor de hef -en hijswerktuigen? (ARAB - art. 281 - elevator, autoladder, hijsbanden, kettingen, takels enz. ) Datum laatste keuring: 23.04.2004
j
7.
Periodieke keuring handladders volgens NBN S21-047? Hebben ze een identificatienummer Datum laatste keuring: 23.04.2003
j j
8.
Wordt de kwaliteit van de lucht van de compressor regelmatig getest?
9.
Periodieke keuringen ademluchtflessen?
j
10.
Onderhoudsschema ademluchtcompressor?
j
11.
Worden de ademhalingstoestellen gereinigd + gekeurd?
j
12.
Worden de gelaatsmaskers hermetisch opgeborgen?
j
13.
Zijn er nog heupgordels in gebruik? Worden ze gekeurd? Datum laatste keuring: 23.04.2004
j j
14.
Afdaalapparaat? Keuring?
j
15.
Beschikt het korps over een technische ploeg? Verricht men zelf herstellingen?
j
j/n
Herstellingen worden slechts in beperkte mate uitgevoerd.
13
j/n
OPMERKINGEN voertuigenpark, niet-rollend materieel
Over het algemeen geeft het wagenpark, even als het niet-rollend materieel een behoorlijke indruk. Het beantwoordt aan de wettelijke minima, die overigens sinds geruime tijd aan herziening toe zijn. Alvast één draagbaar stroomaggregaat “Honda” heeft geen isolatiebewaking noch CE –stopcontacten. Wil deze gebreken verhelpen. (Zie ook opmerking onder de rubriek keuringen.) Er dient een gedetailleerd, al dan niet geautomatiseerd, onderhoudsboek bijgehouden te worden, dat het onderhoud en de mechanische levensloop schetst van het materieel dat aangedreven wordt door een motor, ook al geschieden onderhoud en herstellingen door de gemeentelijke technische dienst of door privaatgarages. De efficiëntie van het materieelbeheer moet mede blijken uit de nauwgezette chronologische administratieve weergave van onderhoud en herstellingen in een logboek. Het bewaren van facturen is aangewezen, maar volstaat in deze materie niet. De inspectie stelt met voldoening vast dat brandweer Zandhoven gewapend is om schoorsteenbranden te bestrijd op een gepaste manier, zonder al te veel waterschade. De inspectie laat enkele testen uitvoeren op de parate gebruiksinzet van apparatuur met thermische aandrijving uit de snelle hulpwagen. Geen noemenswaardige euvels worden vastgesteld.
persoonlijke beschermingsmiddelen
Het aantal voorradige persluchttoestellen (16) volstaat niet om iedereen bescherming te bieden bij operationele noodwendigheid. Het belang inzake de beschikbaarheid van deze persoonlijke beschermingsapparatuur is fors toegenomen. De inspectie adviseert om voldoende adembeschermingstoestellen aan te schaffen opdat aan elk korpslid dat aan de operaties deelneemt, optimale bescherming zou kunnen worden geboden. Voor brand is er immers meestal een algemene oproep. Brandweer Zandhoven beschikt nog niet over persoonlijke alarmtoestellen, die een akoestisch signaal uitzenden, wanneer een brandweerman in een gebouw bij de blusverrichtingen of tijdens een reddingsopdracht, gedurende een vastgesteld tijdstip niet meer beweegt. Ze kunnen bijkomende waarborgen bieden in zake individuele bescherming van de brandweerman. De bevelhebber heeft de intentie om “Bodyguard” van de firma Draeger proefondervindelijk te introduceren. Bij enkele autopompen met dubbele personeelscabine ontbreken veiligheidsgordels op de zitplaatsen achter deze van bestuurder en bijrijder. De inzittenden lopen daardoor het risico van letsel op te lopen als er plotseling afgeremd moet worden of indien er plots moet uitgeweken worden. De inspectie merkt dat de personeelsleden weliswaar beschikken over handschoenen die tegen slijpen en schuren beschermen, maar die geen intense hittestraling weerstaan. Een brandweerman in operatie kan derhalve ernstige brandwonden oplopen aan de handen.
14
keuringen, onderhoudscontracten De keuringen van heupgordels, hef en –hijswerktuigen met aanslagmateriaal, reddingstouwen, ladders, ademluchtflessen … worden tijdig uitgevoerd door een erkend controleorganisme door het Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling:
AIB/Vinçotte.
Brandweerladder RIFFAUD + gondel type EA/25/6260-17 bouwjaar 1985 Keuring van 23/04/2004 tot 05/05/2004 “Elektrische geleiders en beschermers aan de ingangen van de bedieningshoes en/ of aftakdoos + geleidingswielen aan derde ladder geblokkeerd. “ Problemen zijn ondertussen verholpen. Ofschoon er geen wettelijke verplichting is tot het controleren van de kwaliteit van de ademlucht, is er wel de verplichting dat deze lucht "geen enkele onzuiverheid mag inhouden". Daarom adviseert de inspectie om de ademlucht waarmee de persluchttoestellen worden gevuld ten minste jaarlijks te laten controleren op de conformiteit met NBN EN 12021. De bepalingen van de artikelen 270 en 271 van het AREI betreffende het gelijkvormigheidonderzoek voor indienststelling en het periodiek controlebezoek van elektrische installaties door een erkend controleorganisme zijn van toepassing op de installaties gevoed door een wisselstroomaggregaat met thermische motor (met inbegrip van de generator.) Dus is een controle voor de indienststelling en een periodieke controle om de 5 jaar van de stroomaggregaten uit te voeren.
Opmerking: Dit inspectieverslag werd opgemaakt met medewerking van de heer M. Heylenbosch – medewerker juridische cel Civiele Veiligheid.
15