INSPECTIEVERSLAG PROVINCIE: Antwerpen BRANDWEER: Puurs NIS-NUMMER: 12030 DATUM INSPECTIE: 28.07.2004
geadresseerden Gouverneur Provincie Antwerpen Burgemeester Puurs Officier-dienstchef brandweer
De Veuster F. Inspecteur
1. ORGANISATIE 1.
Korpstype
C vrijwilligers
2. Beschermde gemeente(n) Puurs
3.
Hoofdkazerne -
Adres: Schuttershofstraat 14a, 2870 Puurs
-
Telefoon
4.
aantal inwoners oppervlakte (ha) 15.837 3.341
Oproepnummer: geheim nummer via dienst 100 Administratief nr.: 03/889 23 13 en 03/890 76 66 Fax nr.: 03/890 76 98 E-mailadres brandweer: :
[email protected] Administratief nr. gemeente: 03/890 76 76 Fax nr. gemeente: 03/890 76 90
Voorpost(en): geen
Organisatie hulpverlening Korps
5.
Afstand(km) 27 17,6 7,3 5 40
X: Antwerpen Y: Mechelen Z: Willebroek C: Bornem C B: Brasschaat
Overeenkomsten met andere gemeenten in het kader van artikel 20 van KB van 8.11.1967, of zijn er overeenkomsten afgesloten met effect buiten de hulpverleningszone? Met Bornem en Willebroek
6.
Het brandweerkorps is ingedeeld in de hulpverleningszone Antwerpen 3 - Rivierenland
1
2.PERSONEEL 1.
Officier -dienstchef naam: Plettinckx André adres: Bosdreef 9 telefoon: 03/889 43 47
2.
Korpssecretaris : niet aangewezen – administratieve permanentie
3.
Personeelsbestand (Bijlage 1 van het koninklijk besluit van 8 november 1967 houdende in vredestijd de organisatie van de gemeentelijke en gewestelijke brandweerdiensten en van de organisatie van de hulpverlening)
BEROEPSBRANDWEERLIEDEN graad
grondreglement
in dienst
luitenant
1
1
onderluitenant adjudant of sergeant – majoor eerste – sergeant of sergeant korporaal brandweerman
1
VRIJWILLIGERS grondreglement
in dienst
-
3 4
3 3
1
1
4
3
1
-
8 39
5 40
1
1
officier – geneesheer
4.
Opkomst bij interventies (vrijwilligers) Tijdens de kantooruren: 39,6% Buiten de kantooruren: 65%
5.
Opkomst bij oefeningen (vrijwilligers): ?%
6.
Specifieke taakverdeling officieren onderluitenant Plettinckx: waarnemend bevelhebber onderluitenant Pepermans: wagenparl onderluitenant Va Outryve: preventie + meettoestellen adjudant Simon: opleidingen + persoonlijke bescherming
2
luitenant-geneesheer Van Cauwenbergh: medisch toezicht
7.
Verstandhouding (volgens dienstchef) zeer goed
8.
Gemiddelde leeftijd van het operationeel personeel (bij benadering):39 jaar
9.
Aantal operationele damespersoneelsleden: 0
10.
Aantal beroepsbrandweerlieden: 2
11.
Worden alle vrijwilligers jaarlijks medisch gekeurd?
j
OPMERKINGEN
De dienstchef is sedert geruime tijd ziek. Hij zal kortelings eervol ontslag worden verleend. Onderluitenant Plettinckx fungeert voorlopig als waarnemend dienstchef. Onlangs werd een wervingsprocedure voor beroepsonderluitenant opgestart. De laureaat van het vergelijkende examen zal in september e.k. zijn stage aanvatten. De inspectie merkt dat het aantal brandweervrijwilligers voor een C –korps, dat weliswaar meer dan 15.000 mensen beschermt, aan de hoge kant ligt. Ze stelt echter vast dat de alarmering voldoende selectief plaats vindt en dat de opkomst van de brandweervrijwilligers tijdens de kantooruren bevredigend is. De ploegen zijn bij beurtrol met wachtdienst. Toch zijn er verschillende personen die veel te weinig deelnemen aan oefeningen en interventies. (Zie opmerkingen geformuleerd onder het hoofdstuk interventies en oefeningen.)
3.ADMINISTRATIEVE GEGEVENS 1.
Organiek reglement: gemeenteraadsbeslissing van 08.06.2000 Laatst gewijzigd op 02.10.2003
2.
Huishoudelijk reglement: gemeenteraadsbeslissing van 24.06.2004
3.
Verzekeringen
POLIS B.A. verzekeringspolis Arbeidsongevallen 1. beroepspersoneel 2. vrijwilligers
j
Voertuigenverzekering
j
Ander brandweermaterieel Overlijdensverzekering Pensioenverzekering vrijwilligers
n ? j
j j
3
NUMMER
MAATSCHAPPIJ
4.511.126/4 ZCN 360000109 “
Ethias Assubel “
Diverse polissen
D-SM80103/163
Ethias
5.
Retributiereglement Gemeenteraadsbeslissing van: ?
6.
Administratieve bescheiden
j
a)
Dienstnemingcontracten
j
b)
Register van de hulpoproepen
j
c)
Aanwezigheid - en prestatieregister Nagezien interventie op 22.05.2004 – N16 t.h.v. Mc Donalds Puurs verkeersongeval
j
d)
Inschrijvingsregister + persoonlijke dossier De gegevens nagezien van Lepage Stephan en Van Outryve Patrick
Identiteit, burgerlijke staat? Gezinssituatie: (bij ongeval te verwittigen personen)? Bloedgroep? Nummer van inschrijving? Aanduidingen om dringende terugroeping mogelijk te maken?
e)
Persoonlijke steekkaart (gevaarlijke stoffen, besmettingsrisico)?
f)
Inventarissen Materieel? Uitrusting? Kleding?
j j j j j j
j j j/n
OPMERKINGEN algemeen
De inspectie stelt vast dat de administratie van brandweer Puurs op een degelijke manier wordt bijgehouden. Ze is afdoende geautomatiseerd. Men maakt gebruik van een gespecialiseerd softwareprogramma voor heel wat administratieve deeldomeinen. Het jaarverslag, de instructiefiches voor het materieel en het gemeentelijk rampenplan ogen prima. De inschakeling van een parttime bediende, die vanuit de gemeentelijke administratie naar de brandweer gedetacheerd is, wordt als een pluspunt ervaren
Artikel 3. De aandacht dient gevestigd op de nieuwe verdeling van de opdrachten inzake civiele bescherming tussen de openbare brandweerdiensten en de diensten van de civiele bescherming, overeenkomstig het koninklijk besluit (kb) van 07 april 2003. Artikel 10. Bij de bepalingen onder punt 2 moet rekening worden gehouden met de gewijzigde situatie inzake woonplaatsverplichting en het artikel dient aldus te worden aangepast: “De gemeenteraad kan bij elke benoeming eisen dat de betrokkenen hun hoofdverblijfplaats in een geografisch bepaalde zone hebben, eventueel binnen een bepaalde termijn. De
grondreglement
4
gemeenteraad motiveert zijn beslissing in de benoemingsakte of in de aanwervingovereenkomst. Een personeelslid dat de voorwaarde van verblijfplaats niet naleeft, maar de kazerne binnen een zeer korte termijn na de oproep kan bereiken, kan een afwijking van de voorwaarde van verblijfplaats vragen”. Een ministeriële omzendbrief dienaangaande werd recent aan de gouverneurs toegestuurd (zie bijlage 1). Onder punt 5 is het aangewezen om een tijdslimiet voorop te stellen bij het afleveren van een bewijs van goed zedelijk gedrag (bv. recent bewijs van goed zedelijk gedrag van maximum 2 of 3 maanden oud). Als suggestie wordt meegegeven dat het nuttig kan zijn om de voorkeur te geven aan houders van een rijbewijs (B). Artikel 19. Bij de bevorderingsvoorwaarden die worden vermeld onder dit artikel, wordt verwezen naar het koninklijk besluit van 19 maart 1997 betreffende de opleiding, de brevetten en de loopbaan van de leden van de brandweer. Voornoemd koninklijk besluit werd evenwel vernietigd bij het arrest van de Raad van State nr. 11.500 van 15 oktober 2002. Er dient ter zake verwezen te worden naar het kb van 08 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten. Artikel 41 ter. Met betrekking tot de weddenschalen, is het vollediger om ook de graad van luitenant –geneesheer (vrijwilliger) (A7) toe te voegen. Het eerste lid van het koninklijk besluit van 08 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten heeft zowel betrekking op beroeps – als vrijwillige leden van de brandweer. Bijgevolg dienen de lokale besturen, conform deze bepaling, ook de vrijwilligers voor aanwezigheid bij de lessen en deelname aan de examens, te vergoeden. Deze algemene bepaling is eveneens van toepassing voor deelname aan de opleiding voor het behalen van het brevet van brandweerman. Aangezien deelname aan lessen en examens gelijkgesteld wordt met periodes van dienstactiviteit, kan bijgevolg gesteld worden dat het de bedoeling is dat de brandweerlieden vergoed worden aan 100%. In artikel 43 kan het woord ‘Brandweerdienst’ worden vervangen door ‘Brandweer’. In artikel 55 moeten de bedragen worden omgezet in €. In artikel 55ter moet het bedrag eveneens worden gewijzigd in €.
huishoudelijk reglement
Het huishoudelijk reglement werd goedgekeurd door de gemeenteraad op datum van 24 juni 2004. In hoofdstuk 1, punt 4.1.2. kan facultatief worden verwezen naar de bepalingen van de recente omzendbrief inzake het gebruik van het blauwe zwaailicht en sirene (zie bijlage 2).
Er werd voor het personeel een bijkomende groepsverzekering afgesloten met het vroegere OMOB thans Ethias. Het medisch onderzoek van het personeel wordt uitgevoerd door IDEWE (externe dienst voor preventie en bescherming op het werk). Het dossier van dhr. Lepage Stephan (geb. 22/08/1968) werd nagekeken en betrokkene werd medisch geschikt bevonden voor de dienst. Het medisch onderzoek werd verricht op datum van 08/10/2003. Het dossier werd nagekeken van dhr. Van Outryve Patrick, onderluitenantvrijwilliger. Betrokkene werd geboren te Wilrijk op 20/01/1956. Het dienstnemingscontract (DNC) werd hernieuwd op datum van 29 april 2004 en beantwoordt aan de bepalingen van het kb van 19 juni 1999.
personeelsdossiers
Het dienstnemingscontract (DNC) van dhr. De Pauw Martin (brandweerman) werd nagekeken. Het DNC werd laatst hernieuwd op 06/06/2002 en
5
beantwoordt eveneens aan de bepalingen van bovenvermeld kb. Positief wordt vastgesteld dat het individueel dossier onder meer een ‘checklist’ procedure OGS bevat. Voornoemde lijst vermeldt al de aanwezigen op de interventie, de identificatie van het gevaarlijke product, de taakverdeling, wie precies deel uitmaakt van de verkenningsploeg, het ontsmettingsveld, de procedureleider en de samenstelling van de chemiepakkenploeg. Eveneens wordt het UNO-nummer op de lijst vermeldt naast bijkomende relevante info (zwaarder dan lucht, brandbaar, oplosbaar in water, persoonlijke bescherming). Verder wordt een specifieke beschrijving gegeven van het product evenals de ontstekingsbronnen, hoe te evacueren, welke informatie er naar de bevolking moet verspreid worden, bescherming van het interventiepersoneel en toe te passen EHBO.
4.INTERVENTIES EN OEFENINGEN 1.
Aantal interventies - beknopte statistiek
2003 branden dringende medische hulpverlening andere interventies totaal
2.
53 462 515
Oefeningen Aantal voorziene uren op jaarbasis (individueel) voor de vrijwilligers?
50
Waar? Brandweerkazerne, bedrijven, openbaar domein, instellingen
Wanneer? Op dinsdagavond en vrijdagavond afhankelijk van de ploeg – ook op zondagvoormiddag
Worden er maatregelen genomen tegen ongeoorloofde afwezigheden? Welke?
j
Bepaald in het huishoudelijk reglement
Mogelijkheden tot sportbeoefening? n Wordt er op jaarbasis voldoende aandacht besteed aan adembescherming? j Zijn er mensen die geen adembescherming kunnen of willen dragen? j Zijn er gezamenlijke oefeningen met grootschalige inzet binnen de hulpverleningszone? j Beschikt de brandweer over voldoende oefenterrein met een brandkraan of waterput? n Beschikt het korps over voldoende didactisch materieel j Zijn er praktische handleidingen van het materieel voor iedereen beschikbaar? n Is de korpsgeneesheer voldoende actief bij de opleiding in zake levensreddende handelingen? j Kunnen de leden van de brandweer vlot deelnemen aan bijzondere opleidingen (brandweerduiken, computer, speciale reddingstechnieken…)? j Wie is er specifiek verantwoordelijk voor de oefensystematiek? adjudant Simon E. 3.
Alarmering Via het noodnummer 100 worden de oproepen doorgestuurd naar de computergestuurde centrale, die de personenzoekers activeert. Er is een 24/24 urenpermanentie met telefonische comfortdienst (doorschakeling) op 03/8899.23.13 en 03/890.76.66
Alarmeert men voldoende selectief (vrijwilligers)?
6
j
Is er een permanent verzekerde telefoonwacht in de kazerne? 4.
n
Spraak en -datacommunicatie Individuele zakontvangers? ASTRID - verenigbare tadioapparatuur volgens Tetranorm Computer gestuurde alarmering en vertrek (CAD)? Zijn er nog sirenes beschikbaar? Kunnen ze nog in werking worden gesteld? De meldkamer neemt ook oproepen in ontvangst voor een ander brandweerkorps? Specifieke opleiding voor de meldkameroperatoren voorzien?
j n j n n n j
Telecommunicatie apparatuur
-
5.
Vast opgestelde radio’s: 3 Mobiele radio’s (voertuigen): 11 Portofoons: 20 Pagers: 60 Gsm: 9 Zender - ontvangers gaspakdragers: 8 Zender - ontvangers duikers: P.C.’s: 7
Wachtdienst (vrijwilligers) - organisatie?) Het korps is ingedeeld in 4 ploegen met aan het hoofd een officier of een adjudant. Ze zijn bij beurtrol wekelijks met wachtdienst. Tijdens de kantooruren is er voor brand een algemene oproep.
6.
Dringende medische hulpverlening
n
Op welke diensten wordt er beroep gedaan indien de brandweer niet ingeschakeld is in de dringende medische hulpverlening? Brandweren Londerzeel, Bornem en Willebroek
7.
Gemiddelde uitruktijd voor de eerste hulpploeg:
8.
Gemiddelde opkomsttijd voor de eerste hulpploeg naar het verst afgelegen punt van het te beschermen gebied: 12 minuten
9.
Uitrukprocedures of operationele richtlijnen? Vastgelegd: memo dienstchef
gedeeltelijk
10.
Personeelsbezetting autopomp eerste uitruk?
6 personen
11.
Gedetailleerde bijstandsprocedures bij opschaling voor brandbestrijding, calamiteiten of rampen? n
12.
Persoonlijke alarmtoestellen in gebruik, die akoestische en al dan niet elektronische signalen uitzenden, wanneer een brandweerman in nood is? n
3 minuten
OPMERKINGEN
Het is aangewezen dat de hulpverleningszone, waarin brandweer Puurs is ingedeeld, gedetailleerde procedures omtrent bijstand en opschaling schriftelijk uitwerkt, met de intentie om de overgang van een incident met dagelijkse routine naar een incident met grootschalige inzet zo geleidelijk mogelijk te laten verlopen. Door de opschaling volgens deze procedures te laten verlopen is het voor de bijstand ontvangende gemeente, versterking
7
verlenende korpsen en de leiding van de operaties duidelijk wat van iedereen verwacht wordt. (Zie art. 1 van het ministerieel besluit van 14 april 1999, tot vaststelling van de minimale inhoud van de hulpverleningsovereenkomsten.) Brandweer Puurs beschikt over brandweerduikers, die bij diverse hulpverleningsoperaties kunnen worden ingezet. Duiken binnen het raam van de openbare veiligheid is echter een risicovolle onderneming. Voor de inspectie dient de brandweer een duidelijk beleid te ontwikkelen (eventueel binnen de zone) met aandacht voor: - operationele richtlijnen (minimale uitrusting, droge pakken volgelaatsmaskers, messen, lampen, gidslijnen, logistiek enz.); - inzetvoorbereiding , opleiding en training; - het voeren van een oordeelkundige duikadministratie (duikbrevetten, minimaal aantal duiken (open water inbegrepen) op jaarbasis, individuele registratie, geneeskundig onderzoek enz.; - reiniging en optimaal onderhoud van de volledige duikersuitrusting; - inrichting van een werkruimte waar duikpakken gereinigd kunnen worden; - inrichting van een lokaal waar duikpakken gedroogd kunnen worden. Enkele brandweerleden zijn niet in staat of willen liever niet met een isolerend ademluchttoestel werken. Deze tekortkoming is ontoelaatbaar, omdat adembescherming onwrikbaar deel uit maakt van de persoonlijke beschermingsmiddelen, waaraan erg veel aandacht wordt besteed in de basisopleiding van een brandweerman. Het spreekt vanzelf dat de toepassing van eerder gespecialiseerde oriëntatie -en evacuatietechnieken op het terrein best opgedragen kunnen worden aan fysiek weerbare personen, die een intensieve gespecialiseerde opleiding in deze materie hebben gevolgd. De inspectie herinnert eraan dat brandweerleden, die zich zelf niet kunnen beschermen op de geëigende manier, in geen geval operationele taken mogen uitvoeren bij brand of chemische verontreiniging.. De inspectie merkt op dat sommige personeelsleden ondermaats oefenen en ongeoorloofd afwezig zijn op interventies. Zowel oefeningen als interventies zijn echter kernactiviteiten binnen de brandweer, die de kwaliteit en de efficiëntie van de hulpverlening op termijn moeten waarborgen. Ontoelaatbare afwezigheden dienen derhalve aanleiding te geven tot administratieve sancties, tuchtstraffen, en tot verwijdering uit de dienst, wanneer functioneringsgesprekken geen soelaas bieden. De uitrukprocedures van brandweer Puurs zijn onvoldoende gedetailleerd vastgelegd, en vermelden geen optimale personeelsbezetting. Het is aangewezen om deze procedures schriftelijk te reglementeren conform aan de beste praktijk en aan de werkwijze, die in de brandweerschool wordt aangeleerd. Er zijn immers tot op heden geen nationale standaardprocedures, noch richtlijnen terzake uitgewerkt. Brandweer Puurs heeft overleg gepleegd met brandweer Mechelen om deze lacune weg te werken. De uitrukprocedures zijn best bij dienstnota vast te stellen. De seinkamer wordt meestal bemand door dezelfde mensen, op voorwaarde dat ze beschikbaar zijn. Bij noodzaak kunnen eerder willekeurig aangeduide personeelsleden als operator ingeschakeld worden. Voor de inspectie is de operator in de controlekamer evenwel een uiterst belangrijke schakel in het verloop en opvolging van diverse opdrachten, grootschalig optreden inbegrepen. Hij dient bijgevolg volledig vertrouwd te zijn met de werking van alle telecommunicatieapparatuur. Hij moet daarenboven een goede kennis hebben van verwittiging, -nood, -en rampenplanprocedures. Hij staat borg voor een correct en dienstbaar taalgebruik en is er toe gehouden de geijkte radioprocedure te volgen.. De inspectie merkt dat in de oefenkalender 2004 (eerste semester) een doelgerichte intensieve opleidingssessie is opgenomen.
8
5.BRANDVOORKOMING 1.
Aantal brandweerlieden dat een brevet technicus -brandvoorkoming heeft?
2.
Worden er andere personen, die geen deel uitmaken van de brandweer, betrokken bij het toezicht op de brandvoorkoming? n
3.
Overeenkomst met een andere gemeente bij toepassing van artikel 22 bis van het koninklijk besluit van 8 november 1967, betreffende het toezicht op de maatregelen tot brandvoorkoming? n
4.
Opdrachtgever tot het uitvoeren van preventieonderzoeken? Wie ondertekent de preventieverslagen?
5.
Gemeentelijk politiereglement
6.
7.
8.
burgemeester preventieofficier + dienstchef
Voor horecabedrijven? Voor gebouwen toegankelijk voor het publiek? Voor studentenkamers? Andere?
Aantal interventieplannen? Zijn de gegevens geactualiseerd? Zijn ze éénvormig? Wie maakt ze op? Maakt men gebruik van een gespecialiseerd softwareprogramma?
j j j j 64
j n bedrijven, instellingen
Advies van de brandweer gevraagd Bij aflevering van een bouwvergunning? Bij aflevering van een milieuvergunning? bij wijziging van de waterleiding; bij aanleg en aanpassing van weginfrastructuur (verkeersdrempels…)
n
j j n n
Bluswatervoorraden: Inventarisatie? Voldoende bluswatervoorraden? Werd hierover een verslag opgemaakt? Plannen van de bluswatervoorzieningen beschikbaar? Zijn de plannen geautomatiseerd?
9.
4
n n j j j
Bebakening van brandkranen volgens de ministeriële omzendbrief d.d..14.10.1975?gedeeltelijk
10.
Periodieke controle brandkranen? j Heeft de brandweer een procedure opgesteld betreffende de wijze waarop de brandkranen gecontroleerd dienen te worden? n
11.
Voornaamste risico 's in het interventiegebied – aantallen?
Ziekenhuizen: Internaten: Belangrijke verkeerstunnels: 1 Hotels: Tehuizen voor andersvaliden: Spoorwegen:2 Hoge gebouwen: Rustoorden: 4 Bedrijven (> 50 werknemers): ?
9
13.
Sevesobedrijven: 1 Wegen (transport gevaarlijke stoffen): N16,N17, A12 Bevaarbare waterwegen: Zeekanaaal + Rupel Stadions: Evenementen met grote volkstoeloop: ± 10
Wordt de brandweer systematisch op de hoogte gehouden van wegeniswerken en omleidingen? j/n
OPMERKINGEN
In overeenstemming met de ministeriële omzendbrief van 21 januari 1999, wenst de inspectie de burgemeester te wijzen op de bevoegdheden, die hem zijn toegeschreven door de wet van 30 juli 1979. Artikel 5 van voormelde wet bepaalt immers dat de burgemeester van de territoriaal bevoegde brandweer ook toeziet op de uitvoering van de krachtens deze wet voorgeschreven veiligheidsmaatregelen. De brandvoorkoming dient niet enkel op papier geregeld te zijn. Het is noodzaak om na te gaan of de voorgeschreven maatregelen, voor een aantal categorieën van gebouwen in de praktijk toegepast worden. Een a posteriori controle ter plaatse door de brandweerpreventionist, is daarom aangewezen. De hydranten worden nu gedeeltelijk volgens het ministerieel rondschrijven van 14 oktober 1975 bebakend. De borden met een rode H op een witte achtergrond zullen geleidelijk vervangen worden. Positief wordt vastgesteld dat de gemeente Puurs een politiereglement goedkeurde op 24.06.2004, waarin verscheidene hoofdstukken inzake brandvoorkoming zijn geïntegreerd. Onder meer zijn maatregelen opgenomen, die toe te passen zijn in gebouwen toegankelijk voor het publiek, in kamerwoningen, tijdens markten, tijdelijke inrichtingen (tenten) enz. Na inzage van een rapport gericht aan de provinciegouverneur merkt de inspectie dat er zich nog altijd moeilijkheden op het gebied van bluswatervoorziening zouden voordoen op het industrieterrein Schoonmansveld. Het gemeentebestuur wordt verzocht om de gepaste maatregelen te nemen om daaraan te verhelpen. Het koninklijk besluit van 9 oktober 1998 tot bepaling van de vereisten voor de aanleg van verhoogde éénrichtingsstraten op de openbare weg en van technische voorschriften waaraan die moeten voldoen voorziet in de beperking tot het aanleggen van een verkeersdrempel wanneer de route frequent gebruikt wordt door voertuigen van hulpdiensten en diensten voor gemeenschappelijk vervoer. Deze beperking geldt niet wanneer er vooraf overleg werd gepleegd met de betrokken dienst. De voertuigen moeten beantwoorden aan een project Europese norm 18462. De voertuigen moeten in staat zijn om op de voorgeschreven snelheid de snelheidsbreker vlot te nemen.
6.BRANDWEERKAZERNE 1.
Adres: Schuttershofstraat 2870 Puurs
2.
Is de locatie geschikt (bereikbaarheid, uitvalswegen)?
3.
Verwarming voldoende? Wat is de gebruikte brandstof?
n j gas
10
4.
Noodstroomvoorziening geïnstalleerd? Indien ja, welk type?
j batterijen voor radiokamer
5.
Uitsluitend gebruik van de kazerne door de brandweer?
6.
Milieuvergunning beschikbaar?
7.
Is de kazerne uitgerust met bliksemafleiders?
8.
Aantal uitvalspoorten? Hoe worden ze geopend en gesloten?
j/n n enkel antenne
2 elektrisch en manueel
Voldoende sanitaire voorzieningen voor zowel heren -als damespersoneelsleden?
n
10.
Droogtoren (alternatieve installatie) en een wasplaats voor persslangen?
n
11.
Voldoende ruimte beschikbaar voor:
9.
Garagewerkplaats? Voertuigenstalling? Opslag van logistiek interventiematerieel? Administratie en onthaal? Archief? Sportbeoefening? Interventiekledij?
n n n n n n n
12.
Huisbewaarder ondergebracht in de kazerne?
n
13.
Gescheiden kleedkamers voor dames en heren?
n
14.
Specifiek lokaal voor het onderhoud van adembeschermingsmiddelen?
15.
Lokaal waar gaspakken kunnen gereinigd worden?
n
16.
Ruimte waar gaspakken kunnen gedroogd worden?
n
17.
Kan de interventiekledij met inbegrip van de laarzen gereinigd worden in de kazerne?
n
18.
Seinkamer voldoende functioneel ingericht?
j
19.
Internetaansluiting?
j
20.
Voldoende parkeermogelijkheden voor het personeel?
j
ternauwernood (school)
OPMERKINGEN
De brandweerkazerne beantwoordt functioneel niet meer aan de noden van een modern en slagvaardig brandweerkorps. Diverse tekortkomingen inzake functionaliteit, alsmede een benepen huisvesting van materieel en personeel worden vastgesteld. In vorige inspectieverslagen werden reeds eerder belangrijke euvels opgesomd, die zomaar niet met een oplapstrategie kunnen bijgewerkt worden. De inspectie stelt positief vast dat het gemeentebestuur plannen heeft om een nieuwe kazerne te bouwen in een industriezone. De werken zouden starten in een volgende legislatuur (2007). De inspectie wenst de voornaamste euvels nogmaals in de kijker te plaatsen.
11
Beide parkeergarages zijn te klein opdat de brandweervoertuigen oordeelkundig zouden kunnen worden gestald. De wagens staan eng naast en na elkaar gerangeerd met obstakelvorming langs de wanden. De structurele integriteit is niet gewaarborgd. De ruimte tussen de wagens met geopende deuren is te krap (minder dan 50 cm) en kan hectische parkeeren rangeermanoeuvres veroorzaken bij het uitrukken. De bijlagen van het KB van 6 mei 1971, tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweer, zeggen dat het gemeentebestuur de nodige initiatieven moet nemen om het uitrijden van de voertuigen van de hulpvoertuigen te vergemakkelijken en te beschermen. Er is geen droogtoren, noch alternatieve installatie waarbij de persslangen schuin of horizontaal kunnen opgehangen of uitgerold worden. Er ook is geen droogkast geïnstalleerd voor dito doeleinden. Het is alvast niet aangewezen om persslangen, die evenwel uit synthetische vezels vervaardigd zijn, zonder urgentie onbeperkt nat op te bergen. De interventiekledij kledij wordt noodgedwongen gedeeltelijk opgehangen in open kasten binnen de voertuigenloodsen. De inspectie geeft om hygiënische redenen en omwille van veiligheid de voorkeur aan een voldoende ruime kleedkamer, met eigentijdse geriefelijke voorzieningen, die paalt aan de voertuigenhal. Het is wenselijk om een individuele rookafzuiging met automatische afkoppeling en verklikkersysteem te monteren voor alle interventievoertuigen. De ruimte tussen de wagens laat dit op dit ogenblik duidelijk niet toe. Een andere krachtige vorm van ventilatie is te installeren. De inspectie meent dat een leslokaal niet kan gecombineerd worden met een kantine of met een lokaal dat bestemd is voor de brandweervriendenkring zonder plaatsing van een mobiele, afsluitbare en voldoende geluidsgeïsoleerde scheidingswand. Mogelijk frequente storingen van de theoretische opleiding moeten vermeden worden. Een zogenaamde gebruikspolyvalente zaal is daarom niet opportuun. Het is niet mogelijk om de uitrukkledij te wassen of te reinigen in de kazerne. Er ontbreekt een wasmachine, droogkast en een ruimte waar dit onderhoudsgebeuren kan plaats vinden, volgens de aanwijzingen van de fabrikant of leverancier. De inspectie merkt ook geen voorziening op waar laarzen kunnen gereinigd worden. Artikel 51 van bijlage 3 van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweer, stelt dat de kleding –en uitrustingsvoorwerpen, zowel als de strikt onontbeerlijke persoonlijke voorwerpen van het lid van de dienst, welke tijdens en door oorzaak van de dienstuitoefening beschadigd zijn of abnormaal bevuild zijn, worden hersteld, vervangen of schoongemaakt door toedoen van de gemeente. In bepaalde gevallen zou het wel mogelijk zijn om de interventiekledij te laten reinigen door een gespecialiseerde firma. Er is geen stationair noodstroomaggregaat geplaatst in een daartoe geëigend lokaal, zodat slechts geïmproviseerd het hoofd kan worden geboden aan ernstige stroompannes. De bedrijfszekerheid kan in het gedrang komen. Voor de alarmcentrale is evenwel een batterij als noodstroomvoorziening geïnstalleerd. Het is aangewezen om een lage drukpersluchtleiding te installeren in de voertuigenhal met individuele aftakpunten voor het op peil houden van de pneumatische remcircuits voor de bedrijfswagens die hiervoor in aanmerking komen.
12
De mogelijkheden tot berging van niet rollend materieel en van verbruiksgoederen zijn beperkt, zodat verschillende stukken in de voertuigenstelplaats worden opgeslagen langsheen de wanden, achter de voertuigen, in het bureel en in de seinkamer. De inspectie dringt erop aan dat de opslag van deze goederen oordeelkundig hergeoriënteerd wordt met respect voor hun gebruiksmatige integriteit. Er is geen atelier dat oordeelkundig benut kan worden voor de praktische inrichting van de voertuigenlaadruimten of voor het uitvoeren van klein mechanisch onderhoud en eerstelijns reparaties van allerlei aard. Ook ontbreekt apparatuur voor hout -en metaalbewerking, evenals voor las -en slijpwerkzaamheden. Er is geen oefenterrein met brandkraan aanpalend aan de kazerne, dat exclusief voor de brandweer beschikbaar is, en waar bij noodzaak kleinere oefenobjecten kunnen geïnstalleerd worden. Het is immers niet in alle gevallen opportuun om te oefenen bij de bedrijven of de instellingen met bijzondere risico ’s. Pomptesten en druktesten voor persslangen kunnen slechts op vreemde locaties worden uitgevoerd. De parkeerruimte aanpalend aan de kazerne is niet verhard. De sanitaire voorzieningen en de kleedruimten van de kazerne zijn niet geschikt voor een mogelijke introductie in het personeelsbestand van één of meerdere vrouwelijke brandweerlieden. De werkruimte voor het onderhoud van de adembeschermingsapparatuur is te klein bemeten. Ze is onvoldoende stofvrij. Enige betegeling ontbreekt. De ademluchtcompressor staat noodgedwongen, opgesteld in hetzelfde lokaal wat stofwervelingen en geluidsoverlast kan veroorzaken. De logica in de onderhoudskringloop wordt onvoldoende gerespecteerd. De werktafel is te klein, wat testen en onderhoud zeer bemoeilijkt. De inspectie stelt vast dat de inwoners van Puurs langs de ingang van de brandweerkazerne in de Schuttershofstraat, het gemeentehuis kunnen bereiken en dat dit blijkbaar een geoorloofde toegang is. Artikel 42 van bijlage 3 van het koninklijk besluit van 6 mei 1971, tot vaststelling van de modellen van de gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweer, stelt dat het gebruik van kazerne en materieel uitsluitend voor de brandweer moet gereserveerd zijn. De inspectie merkt dat brandweer Puurs geen individuele controle uitoefent over de toegang tot de kazerne van de brandweervrijwilligers. Onrechtmatig gebruik van werkruimten en materieel van de kazerne wordt best vermeden. De inspectie beveelt bijgevolg de installatie aan van één of meerdere magneetkaartlezers, die naast eenvoud in gebruik ook vlot te programmeren zijn.
7.MATERIEEL 1.
Inventaris
Wagenpark voertuig
aantal voorzien in grondreglement
aantal in dienst
1
2
zware autopomp halfzware autopomp
13
lichte autopomp tankwagen / tankcontainer schuimautopomp/ container/ aanhanger bosbrandweerwagen poederwagen/ container slangenwagen/ container/ aanhanger autoladder auto-elevator materieelwagen snelle hulpwagen reddingswagen/ container (zwaar bevrijdingsmaterieel)
1 1
duikwagen/ container personeelswagen karweiwagen/ pick-up /bestelwagen commandovoertuig dienstvoertuig voertuig/ container o.g.s. milieuwagen/ container ziekenwagen DGH anderen
1
1
1
1 1 1
Niet rollend materieel Materieel, uitrukkledij en toestellen
aantal voorzien in grondreglement
motorpomp (debiet > 500 l/m)
aantal in dienst
2
stroomaggregaat positieve drukventilator ademluchtcompressor adembeschermingstoestel gaspak chemiepak hittewerend pak reanimatietoestel explosiemeter gasconcentratiemeter /detectie detectietoestel nucleaire straling dosismeter warmtebeeldcamera afdalingstoestel hydraulische bevrijdingsset boot pc persslangen (aantal meter) Ø 25 mm Ø 45 mm Ø 70 mm Ø 110 mm Ø 150 mm
1
3
1
7 2 1 20 4
3 3 4 1 1
1 7
1380 m 2110 m 40 m
14
2.
Uitsluitend gebruik van het materieel door de brandweer?
3.
Gebruiksboekje voor elk voertuig?
j
4.
Onderhoudsregistratie voor elk voertuig? Nagezien wagen met nummerplaat ERX892
j
5.
Is er voor elk voertuig een schouwingbewijs?
j
6.
Periodieke keuringen voor de hef -en hijswerktuigen? (ARAB - art. 281 - elevator, autoladder, hijsbanden, kettingen, takels enz. ) Datum laatste keuring: 09/07/2004
j
7.
Periodieke keuring handladders volgens NBN S21-047? Hebben ze een identificatienummer Datum laatste keuring: 09/07/2004
j j
8.
Wordt de kwaliteit van de lucht van de compressor regelmatig getest?
j
9.
Periodieke keuringen ademluchtflessen?
j
10.
Onderhoudsschema ademluchtcompressor?
j
11.
Worden de ademhalingstoestellen gereinigd + gekeurd?
j
12.
Worden de gelaatsmaskers hermetisch opgeborgen?
j
13.
Zijn er nog heupgordels in gebruik? Worden ze gekeurd? Datum laatste keuring: 09/7/2004
j/n
enkele
j
14.
Valbescherming? Componenten gekeurd?
j
15.
Afdaalapparaat? Keuring?
-
16.
Beschikt het korps over een technische ploeg? Verricht men zelf herstellingen?
beperkt
OPMERKINGEN voertuigenpark, niet-rollend materieel
Over het algemeen geeft het wagenpark, even als het niet-rollend materieel een behoorlijke indruk. Het beantwoordt aan de wettelijke minima, die overigens sedert geruime tijd aan herziening toe zijn. De inspectie stelt positief vast dat alle elektrische dompelpompen en verlengkabels voldoen aan de richtlijnen geformuleerd door Binnenlandse Zaken in haar omzendbrief d.d. 6.12.2000 met kenmerk VI/MAT/00/2189. De dompelpompen zijn voorzien van een differentieelschakelaar. De stroomaggregaten zijn uitgerust met isolatiebewaking. Het is aangewezen om alle persslangen en watervoerende armaturen te merken. De toename van oefeningen en interventies in zonaal
15
hulpverleningsverband noopt tot deze ingreep, waardoor identificeren en recupereren vereenvoudigd worden. Omvangrijke interventies met gevaarlijke stoffen zijn moeilijk uit te voeren met eigen mensen en middelen, ondanks alle tot op heden ontwikkelde initiatieven. De mogelijkheden tot ontsmetting van de hulpverleners die deelnamen aan een inzet (gaspakdragers; chemiepakdragers) zijn beperkt of dienen inventief geïmproviseerd te worden. De indijkmogelijkheden voor lekkage van chemische vloeistoffen zijn onafdoende. Het is aangewezen om in zonaal (interzonaal) verband een ongevallenploeg met meer slagkracht en meer gespecialiseerde uitrusting op te zetten, met inbegrip van meetploegen en scheikundige ondersteuning.
persoonlijke beschermingsmiddelen
Brandweer Puurs beschikt nog niet over persoonlijke alarmtoestellen, die een akoestisch signaal uitzenden, wanneer een brandweerman in een gebouw bij de blusverrichtingen of tijdens een reddingsopdracht, gedurende een vastgesteld tijdstip niet meer beweegt. Ze kunnen bijkomende waarborgen bieden in zake individuele bescherming voor de brandweerman. Bij enkele autopompen met dubbele personeelscabine ontbreken veiligheidsgordels op de zitplaatsen achter deze van bestuurder en bijrijder. De inzittenden lopen daardoor het risico van letsel op te lopen als er plotseling afgeremd moet worden of indien er plots moet uitgeweken worden. De brandweer heeft nog geen gehoorbescherming geplaatst in de daartoe geëigende wagens, ondanks het feit dat ze kan geconfronteerd worden met hoge geluidsniveaus die het gehoor kunnen beschadigen ( > 85 Db), lange geluidsduur en hoge frequentie van geluid. Mogelijk belaagden zijn de bedienaars van de autopompen en de personen die werken met een motorkettingzaag of een doorslijpschijf. De inspectie stelt vast dat de interventiekledij van brandweer Puurs van diverse makelij is (verscheidene leveranciers.), alhoewel ze wel voldoet aan de kwaliteitsnormen ter zake. De bevelvoerder beschikt niet over een beperkte stock. Meer éénvormigheid en stijl is gewenst. Het personeel is niet allemaal in het bezit van een brandweerbroek. Artikel 50 van bijlage 3 van het koninklijk besluit van 6 mei 1971, tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten, wijst er duidelijk op dat de gemeente de noodzakelijke kledij (volledig) ten behoeve van de brandweer ter beschikking moet stellen. Artikel 51 van de bijlage van hetzelfde besluit stelt dat de kleding –en uitrustingsvoorwerpen, zowel als de strikt onontbeerlijke persoonlijke voorwerpen van het lid van de dienst, welke tijdens en door oorzaak van de dienstuitoefening beschadigd - of abnormaal bevuild zijn, worden hersteld, vervangen of schoongemaakt door toedoen van de gemeente. De inspectie merkt dat de personeelsleden nog niet beschikken over blushandschoenen, die een optimale bescherming bieden aan de gebruiker in geval van contact met naakte vlammen of intense stralingshitte. De blushandschoen vormt een verlengde van de bluskleding en moet principieel dezelfde veilige eigenschappen bezitten. Blushandschoenen moeten voldoen aan volgende kwalitatieve eisen: de tastzin zo min mogelijk beperken thermische bescherming bieden voldoende chemisch bestendig zijn lang genoeg zijn om de polsslagader te beschermen vlamwerend zijn sterk zijn.
16
keuringen, onderhoudscontracten
De keuringen van heupgordels, hef en –hijswerktuigen met aanslagmateriaal, reddingstouwen, ladders, … worden tijdig uitgevoerd door een controleorganisme dat erkend is door het Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling. De externe jaarlijkse keuring van de ademluchtapparatuur gebeurt steeds in juni van elk jaar. Het dossier bevat rapporten van eventuele herstellingen na breuk of zware belasting, tijdens interventies. De steekkaart in het dossier omvat de wagen waarin het persluchttoestel zich bevindt, het toestelnummer en identificatienummer, het bouwjaar, de datum voor de volgende keuring, datum van de hoogdrukcontrole, de vervanging van de hoogdruk, en het tijdstip waarop het membraan werd vervangen. Er wordt een afzonderlijke indeling gemaakt: de zuurstofflessen, de duikflessen en de volgelaatsmaskers. Het dossier bevat tevens een controleblad. De controleprocedure uitgevoerd door eigen mensen, die ondersteund wordt door een computerprogramma lijkt afdoende te zijn, met enig voorbehoud tot betrekking van de toegepaste periodiciteit voor controles en onderhoudsbeurten.
Opmerking: Dit inspectieverslag werd opgemaakt met medewerking van de heer M. Heylenbosch – medewerker juridische cel Civiele Veiligheid.
17