INSPECTIEVERSLAG
PROVINCIE: Antwerpen BRANDWEER: Schoten DATUM INSPECTIE: 22 juni 2005 NIS-NUMMER: 11040
De Veuster F. Inspecteur
Dit verslag van het inspectiebezoek uitgevoerd door de brandweerinspectie, ressorterend onder de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, in uitvoering van artikel 9, § 2 van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming, is gebaseerd op een vooraf ingevulde vragenlijst, evenals op nazicht van documenten en administratieve bescheiden ter plaatse en op kantoor. De waarnemingen en de gesprekken van de inspecteur(s) geven aanleiding tot opmerkingen, die geformuleerd worden na de deelrubrieken.
ORGANISATIE 1.
Korpstype
C vrijwilligers
2. Beschermde gemeente(n) Schoten
3.
aantal inwoners oppervlakte (ha) 33 228 2 956
Hoofdkazerne -
Adres: Theophiel Van Cauwenberghslei 48,2900 Schoten
-
Telefoon
Oproepnummer: 100 Administratief nr.: 03/685 32 29 Fax nr.: 03/685 28 90 E -mailadres brandweer:
[email protected] Administratief nr. gemeente: 03/680 90 00 Fax nr. gemeente: -
1
-
4. 5.
Voorpost(en): geen
Organisatie hulpverlening Korps
Afstand(km) 9
X: Antwerpen Y: Z: C: Brasschaat C: Brecht C B: Brasschaat 5.
6.
8 10 8
Overeenkomsten met andere gemeenten in het kader van artikel 20 van KB van 8.11.1967, of zijn er overeenkomsten afgesloten met effect buiten de hulpverleningszone? Nihil Het brandweerkorps is ingedeeld in de hulpverleningszone Antwerpen 6, Noorderkempen
PERSONEEL 1.
Officier -dienstchef naam: Antonissen G. adres: Theofiel Van Cauwenberghslei 55/1 telefoon: 03/658 93 40 GSM: 0475/48 48 18
2.
Korpssecretaris : niet aangewezen
3.
Personeelsbestand
BEROEPSBRANDWEERLIEDEN graad
grondreglement
in dienst
VRIJWILLIGERS grondreglement
in dienst
luitenant onderluitenant adjudant sergeant – majoor
1 3 1 1
1 2 1 1
eerste – sergeant sergeant
1
1
5
5
korporaal brandweerman
3 40
5 34
2
4.
Opkomst bij interventies (vrijwilligers) Tijdens de kantooruren: 30% Buiten de kantooruren: 65%
5.
Opkomst bij oefeningen (vrijwilligers): 65%
6.
Specifieke taakverdeling officieren:
7.
Verstandhouding (volgens dienstchef)
j
goed
8.
Gemiddelde leeftijd van het operationele personeel (bij benadering):± 40 jaar
9.
Aantal operationele damespersoneelsleden: 0
10.
Aantal beroepsbrandweerlieden: 0
11.
Worden alle vrijwilligers jaarlijks medisch gekeurd?
j
O
PMERKINGEN
Brandweer Schoten heeft de intentie om 2 beroepsmensen aan te werven. De inspectie schaart zich achter dit initiatief. Ze merkt echter op dat volgens de huidige brandweerregelgeving een beroepskorporaal slechts éénmaal bij uitzondering kan aangeworven worden. De directe toegang tot het beroep geschiedt immers in regel in de graad van brandweerman, of in die van onderluitenant.
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS 1.
grondreglement: gemeenteraadsbeslissing van 28.10.2004 goedgekeurd door de provinciegouverneur op 7.01.2005
2.
Huishoudelijk reglement: coördinerende wijziging in opmaak
3.
Verzekeringen
POLIS B.A. verzekeringspolis Arbeidsongevallen 1. beroepspersoneel 2. vrijwilligers
3
NUMMER
MAATSCHAPPIJ
j
4 510 848
Ethias
j
6 100 071/4
Ethias
Voertuigenverzekering Ander brandweermaterieel Overlijdensverzekering
4.
Retributiereglement
5.
Administratieve bescheiden
j j
2 725 203
Ethias
6 100 071/4
Ethias
j
a)
Dienstnemingcontracten? Nagezien van: Antonissen G.
j
b) c)
Register van de hulpoproepen? Aanwezigheid - en prestatieregister? Nagezien interventie op 08.06.2005 - brandverslag Begonialaan 26 Schoten
j j
d)
Inschrijvingsregister + persoonlijke dossier? De gegevens nagezien van Ledoux P brandweerman Identiteit, burgerlijke staat? Gezinssituatie: (bij ongeval te verwittigen personen)? Bloedgroep? Nummer van inschrijving? Aanduidingen om dringende terugroeping mogelijk te maken?
j j j j j
e)
Persoonlijke steekkaart (gevaarlijke stoffen, besmettingsrisico)?
j
f)
Inventarissen Materieel? Verbruiksgoederen? Kleding?
j j j
O
PMERKINGEN
grondreglement
Het grondreglement van brandweer Schoten werd vrij recent gecoördineerd gewijzigd en beantwoordt aldus aan de evolutie van de brandweerregelgeving.
huishoudelijk reglement
De inspectie merkt dat een ontwerp (gecoördineerde versie) in opmaak is ter vervanging van het verouderde exemplaar, dat al meer dan 30 jaar van kracht is. De van toepassing zijnde uitrukprocedures zijn er in opgenomen. Het is voor de inspectie ook mogelijk om deze richtlijnen vast te stellen bij dienstnota, opdat ze bij evoluerende noodzaak soepeler zouden kunnen gewijzigd worden.
4
verzekeringen
De verzekeringspolissen, die aan de inspectie werden voorgelegd zijn allen verouderde exemplaren. Uit artikel 55 van het grondreglement zou moeten blijken dat overlijdensverzekering voor de vrijwillige personeelsleden, die ingevoerd wordt door het kb van 3 juni 1999, tot wijziging van het kb van 6 mei 1971, tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweer (artikel 6, van toepassing is. Alle geactualiseerde verzekeringspolissen, die de brandweer aanbelangen (of minstens conforme afschriften) moeten in de brandweerkazerne ter inzage zijn van het personeel. Het bewaren van deze documenten in het gemeentehuis is in de praktijk een brug te ver, ondanks het feit dat enige coördinatie in zake deze aangelegenheden door een gemeentelijke ambtenaar opportuun mag worden geacht.
dienstnemingcontracten
De dienstnemingscontracten dienen bijkomend de bepalingen te bevatten, die gedefinieerd worden in artikel 11 van het koninklijk besluit van 03 juni 1999 tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 mei 1971 tot vaststelling van de modellen van gemeentelijke reglementen betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdiensten. “ De ledenvrijwilligers ondertekenen, voor hun indiensttreding als stagiair, een dienstnemingcontract voor de duur van de stage. Zij kunnen hun dienstneming te allen tijde verbreken met een maand opzegging. Het dienstnemingcontract dat de leden -vrijwilligers als stagiair tegen tekenen, vermeldt: 1. naam, voorna(a)m(en), geboorteplaats en geboortedatum, evenals de woonplaats; 2. de dag met ingang waarvan de vrijwilliger in dienst is genomen; 3. de graad en de vergoeding welke de vrijwilliger wordt toegekend; 4. de ontvangstmelding van een uittreksel uit de polis arbeidsongevallen; 5. de ontvangstmelding van een uittreksel uit de polis overlijdensverzekering; 6. de verklaring van kennisname van en onderwerping aan het organiek reglement en het reglement van orde. De administratie van de Civiele Veiligheid heeft met betrekking tot deze aangelegenheid een ontwerp opgemaakt, dat kortelings aan de brandweerkorpsen ter beschikking zal worden gesteld. Als gevolg van artikel 37 van het koninklijk besluit van 19 april 1999, tot vaststelling van de geschiktheids- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids– en bevorderingsvoorwaarden van de officieren van de openbare brandweer, moet voor de onderluitenant -vrijwilliger bij zijn effectieve indiensttreding een contract van onbepaalde duur worden opgesteld. Dit geldt tevens voor de officieren bekleed met een hogere graad.
5
INTERVENTIES EN OEFENINGEN 1.
Aantal interventies - beknopte statistiek
branden dringende medische hulpverlening andere interventies totaal
2.
2003
2004
102
103 388 491
Oefeningen Aantal voorziene uren op jaarbasis (individueel)?
40
Waar? In de kazerne en op diverse locaties binnen de gemeente voornamelijk op de sites van risicodragende bedrijven
Wanneer? Elke ploeg oefent bij beurtrol om de 5 weken. Er is wekelijks een algemene oefening op donderdagavond van 19:00 tot 21:00, behalve de laatste week van de maand.
Worden er maatregelen genomen tegen ongeoorloofde afwezigheden? j Mogelijkheden tot sportbeoefening? j/n Wordt er op jaarbasis voldoende aandacht besteed aan adembescherming? j Zijn er mensen die geen adembescherming kunnen of willen dragen? j Zijn er gezamenlijke oefeningen met grootschalige inzet binnen de hulpverleningszone? j Beschikt de brandweer over voldoende oefenterrein met een brandkraan of waterput? j Beschikt het korps over voldoende didactisch materieel j Zijn er praktische handleidingen van het materieel voor iedereen beschikbaar? j Is de korpsdokter voldoende actief bij de opleiding in zake levensreddende handelingen? kan beter
Kunnen de leden van de brandweer vlot deelnemen aan bijzondere opleidingen (brandweerduiken, computer, speciale reddingstechnieken…)? j Wie is er specifiek verantwoordelijk voor de oefensystematiek? personen 3.
Alarmering Bij dringende interventies geeft de politie een algemene oproep. Bij een niet dringende interventie, verwittigt de politie het diensthoofd, en die bepaalt de uitruk.
Alarmeert men voldoende selectief (vrijwilligers)? Is er een permanent verzekerde telefoonwacht in de kazerne? 4.
j n
Spraak –en datacommunicatie Individuele zakontvangers? ASTRID - verenigbare radioapparatuur volgens Tetranorm?
6
j n
Computer gestuurde alarmering en vertrek (CAD)? Zijn er nog sirenes beschikbaar? Kunnen ze nog in werking worden gesteld? De radiokamer neemt ook oproepen in ontvangst voor een ander brandweerkorps? Specifieke opleiding voor de meldkameroperatoren voorzien?
n n n n n
Telecommunicatie apparatuur 5.
Vast opgestelde radio’s: 2 Mobiele radio’s (voertuigen): 10 Portofoons: 11 Pagers: 60 Gsm: 5 Zender - ontvangers gaspakdragers: 0 Zender - ontvangers duikers: 1 PC ‘s: 5
Dienstrooster (vrijwilligers) - organisatie?) Het korps is ingedeeld in 5 ploegen die wekelijks om beurt van dienst zijn van donderdag 21:00 tot de donderdag 21:00 van de volgende week.
6.
Dringende medische hulpverlening ? Brandweer Schoten is niet ingeschakeld in de DGH.
7.
Gemiddelde uitruktijd voor de eerste hulpploeg:
8.
Gemiddelde opkomsttijd voor de eerste hulpploeg naar het verst afgelegen punt van het te beschermen gebied? 10 minuten
9.
Uitrukprocedures of operationele richtlijnen? Vastgelegd:in het huishoudelijk reglement
2 minuten
j
10.
Personeelsbezetting autopomp eerste uitruk?
11.
Gedetailleerde bijstandsprocedures bij opschaling voor brandbestrijding, calamiteiten of rampen? in ontwerp Persoonlijke alarmtoestellen in gebruik, die akoestische en al dan niet elektronische signalen uitzenden, wanneer een brandweerman in nood is? n
12.
6 personen
O
PMERKINGEN
Oefenen is een kernactiviteit binnen de brandweer. De inspectie stelt vast dat brandweer Schoten veel belang hecht aan oefenen en opleiding. Het oefenen blijft niet beperkt tot de traditionele twaalf sessies per jaar. Er wordt met reden frequent geoefend op de sites van risicodragende bedrijven en instellingen. Enkele brandweerleden zijn niet in staat of willen liever niet met een isolerend ademluchttoestel werken. Deze tekortkoming of hardnekkige onwil is ontoelaatbaar omdat adembescherming onwrikbaar deel uit maakt van de persoonlijke beschermingsmiddelen, waaraan erg veel aandacht wordt besteed in de basisopleiding van een brandweerman. Het spreekt vanzelf dat de toepassing van eerder gespecialiseerde oriëntatie -en evacuatietechnieken op het terrein best opgedragen kunnen worden aan fysiek weerbare personen, die een intensieve gespecialiseerde opleiding in deze materie hebben gevolgd. De inspectie herinnert eraan dat brandweerleden, die zich zelf niet kunnen beschermen op de geëigende
7
manier, geen operationele taken mogen uitvoeren bij brand of chemische verontreiniging. Schoten beschikt over brandweerduikers, die bij diverse hulpverleningsoperaties kunnen worden ingezet. Duiken binnen het raam van de openbare veiligheid is echter een risicovolle onderneming. Voor de inspectie dient de brandweer een duidelijk beleid te ontwikkelen (eventueel binnen de zone) met aandacht voor: operationele richtlijnen (minimale uitrusting, droge pakken volgelaatsmaskers, messen, lampen, gidslijnen, logistiek enz.); inzetvoorbereiding , opleiding en training; het voeren van een oordeelkundige duikadministratie (duikbrevetten, minimaal aantal duiken (open water inbegrepen) op jaarbasis, individuele registratie, geneeskundig onderzoek enz.; reiniging en optimaal onderhoud van de volledige duikersuitrusting; inrichting van een geschikt voertuig met gepaste opbergmogelijkheden en geriefelijke omkleedvoorzieningen (in uitvoering); inrichting van een werkruimte waar duikpakken gereinigd kunnen worden; inrichting van een lokaal waar duikpakken gedroogd kunnen worden. De oefenonderwerpen dienen meer gedetailleerd weergegeven worden in de oefenkalender. Ook de ploegoefeningen zijn te verduidelijken. De hulpverleningszone Noorderkempen waartoe brandweer Schoten behoort, zou gedetailleerde procedures over bijstand en opschaling schriftelijk uitwerkt hebben, met de intentie om de overgang van een incident met dagelijkse routine naar een incident met grootschalige inzet zo geleidelijk mogelijk te laten verlopen. De betrokken gemeenteraden zouden deze procedures nog moeten goedkeuren. De inspectie wenst bijgevolg de aandacht te vestigen op de noodzakelijke invulling van art. 1 van het ministeriële besluit van 14 april 1999, tot vaststelling van de minimale inhoud van de hulpverleningsovereenkomsten. Men heeft plannen om via transcodering een vorm van computer gestuurde dispatching in te voeren in de seinkamer, die de efficiëntie van alarmering en uitrukken alleen maar ten goede kan komen. Wil er over waken dat alle apparatuur compatibel is met A.S.T.R.I.D. ( = Alround Semi-cellullar Trunking Radio communication network with Integrated Dispatching.) Dit radio -en datacommunicatienetwerk zal immers toekomstig de dienst uitmaken voor de hulp -en veiligheidsdiensten in België.
BRANDVOORKOMING 1.
Aantal brandweerlieden dat een brevet technicus-brandvoorkoming heeft?
2.
Worden er andere personen, die geen deel uitmaken van de brandweer, betrokken bij het toezicht op de brandvoorkoming? n
3.
Overeenkomst met een andere gemeente bij toepassing van artikel 22 bis van het koninklijk besluit van 8 november 1967, betreffende het toezicht op de maatregelen tot brandvoorkoming?
4.
Opdrachtgever tot het uitvoeren van preventieonderzoeken? Wie ondertekent de preventieverslagen?
5.
Gemeentelijk politiereglement Voor horecabedrijven?
1
burgemeester diensthoofd
n
8
n
Voor gebouwen toegankelijk voor het publiek? Voor studentenkamers? Andere? 6.
7.
Aantal interventieplannen? Zijn de gegevens geactualiseerd? Zijn ze éénvormig? Wie maakt ze op? Maakt men gebruik van een gespecialiseerd softwareprogramma? Advies van de brandweer gevraagd
8.
n n n ± 30
j j brandweer + bedrijven
Bij aflevering van een bouwvergunning? Bij aflevering van een milieuvergunning? bij wijziging van de waterleiding? bij aanleg en aanpassing van weginfrastructuur (verkeersdrempels…)
j j j j
Bluswatervoorraden Inventarisatie? Voldoende bluswatervoorraden? Werd hierover een verslag opgemaakt? Plannen van de bluswatervoorzieningen beschikbaar? Zijn de plannen geautomatiseerd?
9.
j/n
j j j j n
Bebakening van brandkranen volgens de ministeriële omzendbrief d.d. 14.10.1975?stelselmatige vervanging van de oude bebakening is aan de gang
10.
Periodieke controle brandkranen? j Heeft de brandweer een procedure opgesteld betreffende de wijze waarop de brandkranen gecontroleerd dienen te worden? n
11.
Voornaamst risico 's in het interventiegebied – aantallen?
13.
Ziekenhuizen: Internaten: 1 Belangrijke verkeerstunnels: Hotels: Tehuizen voor andersvaliden: 1 Hoge gebouwen: Rustoorden: 6 Bedrijven (> 50 werknemers): 4 Sevesobedrijven: Wegen (transport gevaarlijke stoffen): E19 Spoorwegen: Bevaarbare waterwegen: 2 Stadions: Evenementen met grote volkstoeloop: 3 Andere:
Wordt de brandweer systematisch op de hoogte gehouden van wegeniswerken en omleidingen? j
O
PMERKINGEN
9
De brandweer boekte recent een merkbare vooruitgang met betrekking tot de opmaak van interventieplannen. Onderluitenant Van Leemputten levert degelijk werk af en mag voor het concept en de opmaak alvast gefeliciteerd worden. Interventieplannen dienen voor de brandweer een efficiënt en bruikbaar inzetinstrument te zijn. Ze moeten onder meer de risico’s van een gebouw evalueren, toegangen en uitgangen lokaliseren, en de eerste interventiemiddelen aanduiden. Er is in Schoten tot op heden geen gemeentelijk politiereglement van toepassing dat praktische maatregelen bevat in verband met brandvoorkoming. Met de brand van café “Het hemeltje” in Volendam in het achterhoofd, adviseert de inspectie om alvast een gemeentelijk politiereglement in voor het publiek toegankelijke lokalen, zoals dancings, cafés e.d. op te stellen. Soortgelijk politiereglement moet kaderen in een transparant beleid met betrekking tot brandvoorkoming. Een zonale werkgroep zou een voorstel kunnen uitwerken. De brandkranen worden nog niet overal in overeenstemming met het ministeriele rondschrijven van 14 oktober 1975 bebakend. De brandweer is echter bezig met de oude bebakening stelselmatig te vervangen. Op de grote invalswegen van de gemeente is deze ingreep duidelijk merkbaar. Het koninklijke besluit van 9 oktober 1998 tot bepaling van de vereisten voor de aanleg van verhoogde éénrichtingsstraten op de openbare weg en van technische voorschriften waaraan die moeten voldoen voorziet in de beperking tot het aanleggen van een verkeersdrempel, wanneer de route frequent gebruikt wordt door voertuigen van hulpdiensten en diensten voor gemeenschappelijk vervoer. Deze beperking geldt niet wanneer er vooraf overleg werd gepleegd met de betrokken dienst. 1. De voertuigen moeten beantwoorden aan een project Europese norm 1846. 2. De voertuigen moeten in staat zijn om op de voorgeschreven snelheid de snelheidsbreker vlot te nemen.
BRANDWEERKAZERNE 1.
Adres hoofdkazerne: Theophiel Van Cauwenberghslei 48, 2900 Schoten
2.
Is de locatie geschikt (bereikbaarheid, uitvalswegen)?
3.
Verwarming voldoende? Wat is de gebruikte brandstof ?
4.
j j gas
Noodstroomvoorziening geïnstalleerd? Indien ja, welk type?
j diesel aangedreven stroomaggregaat
5.
Uitsluitend gebruik van de kazerne door de brandweer?
6.
Milieuvergunning beschikbaar?
7.
Is de kazerne uitgerust met bliksemafleiders?
8.
Aantal uitvalspoorten? Hoe worden ze geopend en gesloten?
9.
Voldoende sanitaire voorzieningen voor zowel heren -als damespersoneelsleden?
j aanvraag in behandeling
j 5 elektrisch
10
j
10.
Droogtoren (alternatieve installatie) en een wasplaats voor persslangen?
11.
Voldoende ruimte beschikbaar voor
Voertuigenstalling (voertuigenhal?) Opslag van logistiek interventiematerieel en verbruiksgoederen? Administratie en onthaal? Herstelling en onderhoud van voertuigen en niet-rollend materieel? Vlot parkeren van de persoonlijke voertuigen? Archivering preventiedossiers? Sportbeoefening? Theoretische opleiding (leszaal?) Praktische opleiding (oefenterrein?) Ophangen van interventiekledij? Onderhoud adembescherming
j
± ± j j j j n j j j j
12.
Huisbewaarder ondergebracht in de kazerne?
13.
Gescheiden kleedkamers voor dames en heren?
j
14.
Specifiek lokaal voor het onderhoud van adembeschermingsmiddelen?
j
15.
Lokaal waar gaspakken kunnen gereinigd worden?
-
16.
Ruimte waar gaspakken kunnen gedroogd worden?
-
17.
Kan de interventiekledij met inbegrip van de laarzen gereinigd worden in de kazerne?
j
18.
Radiokamer voldoende functioneel ingericht?
j
19.
Internetaansluiting?
j
n
O
PMERKINGEN
De brandweerkazerne is van recente datum en voldoet functioneel aan de noden van een moderne hulpdienst. Enkele euvels worden vastgesteld. Door de toename van het rollend en niet-rollend materieel is de voertuigenhal van de kazerne ietwat te klein geworden. De structurele integriteit is niet gewaarborgd en dit gegeven bemoeilijkt optimale uitruktijden. De ruimte tussen de wagens met geopende deuren is te krap, of onbestaande. Dit euvel kan hectische parkeer -en rangeermanoeuvres veroorzaken. De brandweerman, die materiaal laadt of uitlaadt bij een aanpalend voertuig komt in gevaar bij een overhaast vertrek. Er worden obstakels aangetroffen. Het aantal uitvalspoorten is eerder beperkt. De werkplaats voor het onderhoud van adembeschermingsmiddelen, die uitsluitend gebruikt wordt voor het controleren, reinigen en testen van de adembeschermingsapparatuur, is voldoende ruim, maar waarborgt door zijn huidige inrichting niet helemaal een optimaal onderhoudsresultaat. Er dient over gewaakt te worden dat het onderhoud –en testgebeuren volgens de juiste kringloop gebeurt met zo weinig mogelijk kans op verontreiniging. De scheiding tussen natte zone (vuile) en droge zone (reine) kan beter bewerkstelligd worden.
11
In de leszaal en in de kantine, die voorzien zijn van glazen koepels, kan de temperatuur bij mooi weer hoog oplopen. De koepels kunnen niet geopend worden. Wil een adequate vorm van verluchting installeren. De inspectie merkt dat brandweer Schoten nog geen individuele controle uitoefent over de toegang tot de kazerne van de brandweervrijwilligers. Onrechtmatig gebruik van werkruimten en materieel van de kazerne wordt best vermeden. De inspectie beveelt bijgevolg de installatie aan van één of meerdere magneetkaartlezers, die naast eenvoudig in gebruik ook vlot te programmeren zijn.
MATERIEEL 1.
Inventaris
Wagenpark voertuig
aantal voorzien in grondreglement
aantal in dienst
2 +1
2+1
1
1
1
1
1 1
1 1
1
Inrichting in uitvoering
1
1
1
1
zware autopomp halfzware autopomp lichte autopomp tankwagen / tankcontainer schuimautopomp/ container/ aanhanger bosbrandweerwagen poederwagen/ container slangenwagen/ container/ aanhanger autoladder auto-elevator materieelwagen bevrijdingswagen verkeersslachtoffers reddingswagen/ container (zwaar bevrijdingsmaterieel) duikwagen/ container personeelswagen karweiwagen/ pick-up /bestelwagen commandovoertuig dienstvoertuig ziekenwagen D.G.H. haakarmvoertuig open container voertuig/ container adembescherming voertuig/ container o.g.s. milieuwagen/ container anderen
Niet rollend materieel
12
Materieel, uitrukkledij en toestellen
aantal voorzien in grondreglement
aantal in dienst
motorpomp (debiet > 500 l/m)
2
2
stroomaggregaat positieve drukventilator ademluchtcompressor adembeschermingstoestel gaspak chemiepak hittewerend pak reanimatietoestel explosiemeter gasconcentratiemeter /detectieapparaat detectietoestel nucleaire straling dosismeter warmtebeeldcamera afdalingstoestel hydraulisch aggregaat (bevrijding verkeersslachtoffers) boot persslangen (aantal meter) Ø 25 mm Ø 45 mm Ø 70 mm Ø 110 mm Ø 150 mm
8 1 1 40 2
8 1 1 40 -
2
2
1 1
1 1
3
3
2
2
2000 m 2800 m 1000 m
100 m 1400 m 2 540 m 240 m
2.
Uitsluitend gebruik van het materieel door de brandweer?
j
3.
Gebruiksboekje (reiswijzer)voor elk voertuig? Nagezien ladderwagen
j
4.
Onderhoudsregistratie voor elk voertuig? Nagezien ladderwagen
j
5.
Is er voor elk voertuig een schouwingbewijs?
j
6.
Periodieke keuringen voor de hef -en hijswerktuigen? (ARAB - art. 281 - elevator, autoladder, hijsbanden, kettingen, takels enz. ) Datum laatste keuring: 23.03.05
j
7.
Periodieke keuring handladders volgens NBN S21-047? Hebben ze een identificatienummer
j j
Controle wordt door eigen mensen uitgevoerd
8.
Wordt de kwaliteit van de lucht van de compressor regelmatig getest?
j
9.
Periodieke keuringen ademluchtflessen?
j
10.
Onderhoudsschema ademluchtcompressor?
j
11.
Worden de ademhalingstoestellen gereinigd + gekeurd?
j
12.
Worden de gelaatsmaskers hermetisch opgeborgen?
j
13.
Zijn er nog heupgordels in gebruik? Worden ze gekeurd?
j j
13
Datum laatste keuring: 12.10.2005 14.
Valbescherming? Componenten gekeurd?
j
15.
Onderhoudscontract explosiemeter(s)
j
16.
Beschikt het korps over een technische ploeg? Verricht men zelf herstellingen?
j
O
PMERKINGEN
voertuigenpark, niet-rollend materieel
Over het algemeen geeft het wagenpark, even als het niet-rollende materieel een behoorlijke onderhoudsindruk. De gemiddelde gebruiksduur van het rollend materieel is aanvaardbaar. Enkele stroomaggregaten, die door een brandstofmotor worden aangedreven zijn niet voorzien van isolatiebewaking, zodat zij niet voldoen aan de voorschriften van het AREI; meer bepaald de artikelen 5b, 5c, 31, 80, 82 en 83. Isolatiebewaking vergelijkt de uitgaande hoeveelheid stroom naar de verbruikers met de terugkerende hoeveelheid stroom. Als er een lek is schakelt de isolatiebewaking de stroom uit. Zie ook de richtlijnen geformuleerd door de F.O.D. Binnenlandse Zaken in haar omzendbrief d.d. 6.12.2000 met kenmerk VI/MAT/OO/2189. Brandweer Schoten maakt gebruik van absorptiekorrels en dispersiemiddelen voor het opruimen van diverse olieverontreinigingen op het wegdek of het wateroppervlak. Er kan aan de inspectie geen technische gebruiksfiche voorgelegd worden, die de behandeling van koolwaterstoffen of andere substanties specificeert. De inspectie stelt zich de vraag of de noodzakelijke absorptietijden tijdens interventies altijd worden gerespecteerd. Zijn er eventueel nabehandelingen noodzakelijk? Louter visuele waarnemingen volstaan immers dikwijls niet. Wil in deze aangelegenheid de leverancier raadplegen. Het laadvolume van de materieelwagen (bestelwagen) is erg beperkt. Gezien de inzetfrequentie van dit voertuig is het aangewezen om op redelijke termijn de aankoop van een vrachtwagen te programmeren met een groter opbergvermogen. De inspectie merkt dat de brandweer nog niet in het bezit is van een innovatieve warmtebeeldcamera, waarvan de oordeelkundige toepassing bij brand een gevoelige meerwaarde kan geven aan de efficiëntie van de hulpverlening en die tevens een risicoverlagende invloed uitoefent op de hulpverlener. Het toestel spoort in de verkenningsfase van een brand warmtebronnen op in gesloten ruimten en oefent effect uit op de snelle redding van slachtoffers in complexe en/ of met rook gevulde gebouwen. Men bemerkt tijdig vlamoverslag en backdraft. Na het blussen kan de camera een mogelijke opflakkering in beeld brengen. De inspectie beveelt voor elk korps de aanschaf ervan aan.
persoonlijke beschermingsmiddelen De inspectie merkt dat de brandweervrijwilligers niet in het bezit zijn van blushandschoenen, die een optimale bescherming moeten bieden aan de gebruiker in geval van contact met naakte vlammen of intense stralingshitte. De blushandschoen vormt een verlengde van de bluskleding en moet
14
principieel dezelfde veilige eigenschappen bezitten. Blushandschoenen moeten voldoen aan volgende eisen: de tastzin zo min mogelijk beperken thermische bescherming bieden voldoende chemisch bestendig zijn lang genoeg zijn om de polsslagader te beschermen vlamwerend zijn sterk zijn. keuringen, onderhoudscontracten
De keuringen van persluchtflessen (ook duikflessen), gordels, hef en hijswerktuigen, reddingstouwen, elektrisch materieel… worden nauwlettend uitgevoerd door een erkend controleorganisme. Gebreken en defecten worden opgevolgd en hersteld. De bepalingen van de artikelen 270 en 271 van het A.R.E.I., betreffende het gelijkvormigheidsonderzoek voor indienststelling en het periodieke controlebezoek van elektrische installaties, zijn van toepassing op de installaties, die gevoed worden door een wisselstroomaggregaat met thermische motor (met inbegrip van de generator.) Een controle voor de indienststelling en een periodieke controle van de stroomaggregaten om de 5 jaar zijn daarom uit te voeren door een controleorganisme dat terzake erkend is door het Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling.
15