eerste leerjaar
1
300 gram
GROENTEN
3 - 4 glazen 1 - 2 sneden kaas
CALCIUMVERRIJKTE SOJAPRODUCTEN
MELKPRODUCTEN EN
VIG
c
matigen
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
volwassenen: minstens 30 minuten kinderen en jongeren: minstens 60 minuten
LICHAAMSBEWEGING
1,5 liter drinken
WATER
3 - 5 stuks gekookt
AARDAPPELEN
5 - 12 sneden bruin brood
GRAANPRODUCTEN
2 - 3 stuks
FRUIT
75 - 100 gram
VERVANGPRODUCTEN
VLEES, VIS, EIEREN
SMEER-EN BEREIDINGSVET
RESTGROEP
om dagelijks evenwichtig te eten en voldoende te bewegen
DE ACTIEVE VOEDINGSDRIEHOEK
Inleiding
1
Mmm… ik eet fruit, dat komt goed uit! Opzet Spreek op school een week (of waarom geen vaste dag?) af waarop iedereen enkel fruit meebrengt voor het vrije speelkwartier. Dit moment kan opgestart worden wanneer dit thema aan bod komt in je klas. Jouw klas staat in voor de promotie van het fruitmoment.
Doelen • een fruitmoment in de klas/school organiseren; • een badge ontwerpen om dit fruitmoment te promoten naar de andere klassen; • een slogan verzinnen bij een zelfgekozen stuk fruit.
Verloop Kopieer de badges op wit tekenpapier en laat de kinderen ze uitknippen en inkleuren. Plak een veiligheidsspeld op de achterkant en de promotie kan starten.
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
1
Mmm… ik eet fruit, dat komt goed uit! Opzet Affiches op de speelplaats ondersteunen het project van de fruitdag. Verloop
Doelen • een fruitmoment in de klas/school organiseren; • een affiche ontwerpen om dit fruitmoment te promoten naar de andere klassen. Tip
Vergroot de affiche en kopieer ze. Laat de kinderen van de klas deze inkleuren en ga ze samen met hen in de school ophangen.
• Je kunt met je klas een spreekmoment voorbereiden om de fruitdag in alle klassen te gaan voorstellen. • Kinderen nemen zelf fruit mee, maar misschien vind je in de buurt een sponsor die af en toe wat fruit wil leveren op school.
Ik eet fruit, dat komt goed uit!
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
1
Wat hoort er in de fruitschaal? Verloop van de activiteit Verzamel in de klas allerlei soorten groenten en fruit. Wie van de kinderen heeft thuis een fruitschaal op tafel staan? Waarom? Bespreek de verschillende groenten en fruit in de klas en leg alle fruit zo mogelijk in de fruitschaal. Dit werkblad is een mooie afsluiter van deze les.
• • • •
Doelen de verschillende groenten en fruit met de juiste naam kunnen benoemen; uit een reeks van groenten en fruit die zaken aanduiden die we als fruit kunnen benoemen; het fruit in de juiste kleur kunnen weergeven; vertellen waarom je vaak een fruitschaal aantreft in de keuken of de woonkamer.
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
1
Een fruitig feestje met kindersangria Ingrediënten (voor 10 personen) • • • • • • •
Doelen
Doelen • enkele eenvoudige handelingen met fruit kunnen uitvoeren; • in groep samenwerken om tot een mooi resultaat te komen; • de opeenvolgende fasen in de juiste volgorde uitvoeren.
200 gram rode bessen; 250 gram aardbeien; 150 gram frambozen; 1 kleine meloen; 6 dl priklimonade; 3 dl bruisend water; 6 eetlepels poedersuiker.
Werkwijze • zorg ervoor dat het fruit vooraf gewassen is en dat alle materiaal klaar ligt; • verdeel de klas in groepen en deel hen de opdrachtkaarten uit; • leg de werkwijze uit en benadruk dat de kinderen kaart na kaart werken. Je kan er ook voor kiezen om elke stap klassikaal te begeleiden met grote opdrachtkaarten. • Eigenlijke werkwijze: o verwijder met een vork de rode bessen van de steeltjes en doe ze in de kom; o strooi de poedersuiker op de rode bessen; o verwijder (eventueel) de kroontjes van de frambozen en doe de frambozen in de kom; o verwijder de kroontjes van de aardbeien en doe de aardbeien in de kom;
o lepel de pitjes uit de meloen; o schep bolletjes uit de meloen met een bolletjeslepel en doe ze in de kom; o meet de cassis af en doe het in de kom; o meet het bruiswater af en doe deze in de kom; o zet de kom afgedekt in de koelkast totdat je hem nodig hebt. Materialen • • • •
een grote kom per groep; een lepel om de pitten uit de meloen te halen; een bolletjeslepel; een bekertje met maataanduiding van 1 dl.
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
1
Een fruitig feestje met kindersangria – opdrachtkaarten Doelen • enkele eenvoudige handelingen met fruit uitvoeren; • in groep samenwerken om tot een mooi resultaat te komen; • de opeenvolgende fasen in de juiste volgorde kunnen uitvoeren
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
1
Wat heb ik vandaag gegeten? Duiding Kinderen moeten elke dag voldoende groenten en fruit eten. Het is aangewezen dat kinderen van het eerste leerjaar elke dag 2 stuks fruit en 5 eetlepels groenten (250 g) verorberen. Op die manier krijgen ze voldoende voedingsstoffen binnen om gewapend te zijn tegen allerlei kwaaltjes. Wie vaker kiest voor fruit i.p.v. voor snoep creëert bij zichzelf meteen een gezonde eetgewoonte. Maar wie doet het zo? Ontdek het samen met hen! Werkwijze Houd in de klas een kringgesprek rond de groenten en het fruit dat je samen met hen verzameld hebt. Bespreek waarom het zinvol is voldoende groenten en fruit te eten: een mooie, gezonde
Doelen • inzien waarom het belangrijk is elke dag groenten en fruit te eten; • bij zichzelf ontdekken of men voldoet aan de regel: elke dag 2 stuks fruit en 5 eetlepels groenten (250 g) eten; • gedurende één week een schema bijhouden van wat kinderen aan groenten en fruit innemen.
huid, een portie gezonde energie, voldoende weerstand tegen ziekten, verbetering stoelgang, … Geef daarna een opdracht: Vul samen met je mama/papa een lijstje in waarop je elke dag bijhoudt hoeveel en welke soorten groenten en fruit je eet.
Beste ouders, In de klas leren we over groenten en fruit. Samen met jouw kind hebben we gesproken over de voordelen ervan. Om een gezonde eetgewoonte te creëren bij kinderen is het elke dag nuttigen van groenten en fruit een must. Als ideaal wordt vooropgesteld dat kinderen van 6 à 7 jaar twee stuks fruit en vijf eetlepels groenten (250 g) per dag eten. Vandaar deze opdracht: Ga met je kind gedurende deze week eens na wat en hoeveel hij/zij eet van groenten en fruit. Tracht dit schema samen met hem/haar elke avond verder aan te vullen en geef het elke dag terug mee naar school. Dankjewel voor je medewerking! groenten (welke groenten + aantal eetlepels) fruit (welk fruit + aantal stukken) maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
1
Al mijn eten in een driehoekje Werkwijze Vergroot de puzzelstukken van A5 naar A4 (200%), kopieer ze en laat de kinderen de actieve voedingsdriehoek samenstellen. Laat vervolgens de prenten uitknippen en ze op de juiste plaats in de actieve voedingsdriehoek plakken. Verloop
• • • •
Bespreek met de kinderen het principe van de actieve voedingsdriehoek. Ze maken er op een aantrekkelijke manier kennis mee. Bespreek zeker: • elk puzzelstukje stelt een bepaalde voedselgroep voor; • om gezond te eten moeten we elke dag van ieder puzzelstukje wat eten; • hoe groter het puzzelstuk, hoe meer je ervan mag eten;
Doelen op een zinvolle en boeiende manier de actieve voedingsdriehoek verder verkennen; weten dat we elke dag gevarieerd moeten eten; opmerken dat groenten en fruit maar een deel vormen van een evenwichtige voeding; de groente- en fruitsoorten in de actieve voedingsdriehoek kunnen rubriceren.
• helemaal bovenaan in de restgroep staan de zaken die niet nodig zijn om een gezonde voeding samen te stellen. We eten er dan ook best niet te veel van. Voor meer info over de actieve voedingsdriehoek, surf naar www.vig.be!
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina
1
Iedere groente heeft zijn eigen naam en eigen vorm Werkwijze Verbind de namen van de groenten met de juiste prent. Organiseer een gesprek rond wat kinderen lusten/ minder lusten.
Doelen • groenten herkennen en kunnen benoemen; • de naam van de groente verbinden met de bijhorende prent.
prei wor-tel sla to-maat kom-kom-mer bloem-kool ra-dijs ui wit-loof pa-pri-ka raap
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina 10
1
Hé, wat ruik, proef en voel ik nu? Werkwijze In een kring kun je allerlei spelletjes spelen waarbij de zintuigen geprikkeld worden. Laat kinderen blindelings… • voelen welke groente/fruit ze vasthebben; • proeven welke groente/fruit ze eten; • ruiken aan groenten/fruit en raden wat het is.
Doelen • groenten en fruit waarnemen met zoveel mogelijk zintuigen; • eigen mening geven over persoonlijke smaakvoorkeuren; • vaststellen dat smaken kunnen verschillen.
Tijdens het spelen kun je dieper ingaan op de verschillen die ze zelf trachten op te merken. Laat kinderen ontdekken dat niet iedereen dezelfde mening heeft als het aankomt op het lekker of minder lekker zijn. Smaken kunnen verschillen. Merk ook op dat smaken ‘evolueren’: dingen je niet direct lust, kan je na verloop van tijd waarderen door ze toch regelmatig te proeven. Verwijs naar witloof, spruiten, rabarber, kolen, pepers… die heel wat kinderen minder appreciëren maar later doorgaans toch graag lusten
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina 11
1
Wat eten we vandaag? Groentesoep! Verloop Wat is de lievelingssoep van de kinderen? Wie van de kinderen mag er thuis wel eens helpen bij het bereiden van de soep? Kunnen zij de prenten om soep te bereiden in de juiste volgorde plaatsen? Nummer ze van 1 tot 6. Laat tot slot de bereiding hardop verwoorden in goed opgebouwde zinnen.
Doelen • de verschillende fasen van soepbereiding, visueel voorgesteld, in chronologische volgorde kunnen plaatsen; • het proces in goede zinnen verwoorden a.d.h.v. de afbeeldingen.
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina 12
1
Wie lust er spruitjes? Achtergrond Spruiten lijken wel minikooltjes. Ze groeien niet op de grond, maar in de oksels van een opstaande koolplant. De spruit is een typische wintergroente. De maanden tussen oktober en februari vormen de topperiode. Laat overwegend kinderen aan het woord die spruiten lusten, maar ook al eens de anderen.
Doelen · kennis maken met een minder gegeerde groentesoort; · rekenverhaaltjes noteren als een bewerking (optelling); · bewerkingen tot 10 kunnen oplossen.
Verloop Op de volgende planten zijn nog wat spruitjes blijven hangen. Sommigen liggen in een mandje. Tel jij de overblijvende spruitjes (mand + plant) samen? Noteer de bewerking en reken uit.
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
. + . =
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina 13
1
Tips • Speel eens een geur- en smaakspel. Laat kinderen geblinddoekt ruiken aan en proeven van fruit en groenten. Wie raadt welke groente of welk fruit men ruikt/proeft? • Gebruik bij de verzameling groenten en fruit ook diepvriesverpakkingen (geur? smaak?), blik, bokalen en sappen. Bemerk dat diepvriesgroenten heel vers worden bereid en ingevroren. De nodige voedingstoffen (vitaminen) worden zo ten volle bewaard, wat maakt dat diepvriesgroenten zeker niet als minderwaardig mogen beschouwd worden. • Ook bereide soorten groenten (vb. met een saus) kunnen aan bod komen. Deze bevatten meer zout en vet. • Heb je een ouder, familielid, kennis, … in de klas die een bedrijf uitbaat uit deze voedselgroep? Informeer dan beslist of je dit mag bezoeken. Het is een dankbare aanknoping om rond dit thema te werken en kinderen kennis te laten maken met lekkere en gezonde voeding.
• Interessante cd-rom “Invasie van de Kjoeties: Vier lelijke wezens landen op onze planeet. Iedereen die ze tegenkomt, schrikt zich letterlijk een aap. Om weer mens te worden, moet de gebruiker via een spelmodule groenten en fruit verzamelen in opdracht van een professor die een genezend brouwsel klaarmaakt. Deze leuke cd-rom bevat naast de spelmodule ook een audiovisueel naslagwerk en didactische slides. Ideaal voor een leraar die een les wil geven over groenten en fruit van bij ons. Meer info bij Vereniging van Belgische Tuinbouwveilingen (VBT), tel. 016/20 12 71 • Interessante website met meer info: o www.kids.groentenenfruit.nl : website voor kinderen i.v.m. groenten en fruit o http://www.flandria.vlam.be : website met veel extra info over de meeste groentesoorten van bij ons
groenten en fruit eerste leerjaar - pagina 14
1