Stagebeleid
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave..................................................................................................................... 2 1. Inleiding............................................................................................................................. 3 2. Opleiding........................................................................................................................... 3 3. Het leerbedrijf................................................................................................................... 3 4. Opleidingsplaatsen ......................................................................................................... 4 BBL-ers ............................................................................................................................. 4 BOL-ers ............................................................................................................................. 4 Oriënterende stage .......................................................................................................... 4 5. Stageplaatsen .................................................................................................................. 4 6 Doel van de stage ............................................................................................................ 5 7. Uitgangspunten bij het aannemen van een stagiair .................................................. 6 8. Procedure stageaanvragen ........................................................................................... 6 9. De praktijkopleider .......................................................................................................... 7 10. De werkbegeleider ........................................................................................................ 7 11. De stagiair ...................................................................................................................... 8 12. Huisregels stagiair…………………………………………………………………….9 13. Het verloop van de stageperiode ............................................................................. 10 14. Stageovereenkomst .................................................................................................... 11 15. Aansprakelijkheid ........................................................................................................ 11 Bijlage 1 Activiteitenlijst oriënterende stage .................................................................. 12 Bijlage 2 BPV sollicitatieformulier ................................................................................... 13 Bijlage 3 Onderwerpen kennismakingsgesprek ........................................................... 15 Bijlage 4 opleidingsniveau ................................................................................................ 16 Bijlage 5 stageovereenkomst........................................................................................... 20
1. Inleiding Dit plan draagt bij aan het feit dat kinderdagverblijf Polderpret een erkenning als leerbedrijf heeft gekregen door Calibris. Dit houdt in dat het kinderdagverblijf stagiairs mag gaan begeleiden en mensen die de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) en de beroepsopleidende leerweg ( BOL) volgen. Het is de bedoeling dat dit stageplan duidelijkheid geeft voor iedereen die stage loopt op kinderdagverblijf Polderpret en voor iedereen die de stagiairs begeleid. Het is bestemd voor iedereen die direct of indirect met stagiairs binnen het dagverblijf te maken heeft. Op deze manier schetsen wij een duidelijk beeld van hoe wij met stagiairs willen werken, wat wij van ze verwachten en wat hun bevoegdheden zijn. Het stageplan geeft richting aan het handelen van de stagiair en zijn begeleider. Het stageplan is een dynamisch plan wat met zeer grote regelmaat zal worden geëvalueerd en waar nodig veranderd en aangescherpt. Dit, om de kwaliteit binnen het dagverblijf te blijven verbeteren. NB: Wanneer er in dit plan gesproken wordt over een stagiair bedoelen we daar ook een stagiaire mee en wanneer er over hij gesproken wordt bedoelen wij ook zij. 2. Opleiding Voor een stageplaats op kinderdagverblijf Polderpret komen de opleidingen in aanmerking welke gerelateerd zijn aan de opleidingen om te mogen werken als pedagogisch medewerker in een kinderdagverblijf. Deze opleidingenniveaus zijn te vinden in de CAO kinderopvang en in de bijlage van dit stageplan. 3. Het leerbedrijf Om erkent te worden als leerbedrijf moet je als kinderdagverblijf voldoen aan een aantal criteria. het kinderdagverblijf moet opleidingsgeschikt zijn. Als kinderdagverblijf dien je de deelnemer de gelegenheid te beiden te werken in een reële arbeidssituatie waar beroepsidentificatie mogelijk is en dat binnen het leerbedrijf (een deel van) de eindtermen via beroepspraktijkvorming zijn te realiseren ( zie regeling voor de erkenning van leerbedrijven van Calibris.) Het leerbedrijf is opleidingsbereid Dit houdt in dat er een begeleider aanwezig moet zijn die de stagiair goed en direct kan begeleiden. Op kinderdagverblijf Polderpret hanteren wij de regel dat stagiairs begeleid worden door een pedagogisch medewerker van de groep waarop de stagiair stage loopt.
4. Opleidingsplaatsen BBL-ers Bij de Beroepsbegeleidende leerweg wordt er een leer/arbeidsovereenkomst met het kinderdagverblijf afgesloten. BBl-ers krijgen tijdens hun opleiding te maken met diverse vormen van praktijk leren, bij deze vorm van onderwijs gaat 60 % of meer van de studiebelasting uit naar praktijkonderwijs.Op dit moment nemen we geen BBL-ers aan. BOL-ers Bij de Beroepsopleidende Leerweg gaat het om de combinatie leren-werken. Je volgt dagonderwijs en loopt in het eerste, tweede en derde jaar van de opleiding stage op een kinderdagverblijf. De BOL-ers krijgen tijdens hun studie 20 tot 60 % praktijkonderwijs. Oriënterende stage Kinderdagverblijf Polderpret wil ook de mogelijkheid bieden aan leerlingen van de middelbare school of uit het eerste jaar van de SPW opleiding om zich te oriënteren op de beroepsmogelijkheden in de kinderopvang. We noemen dit een oriënterende stage. Hierbij gaat onze voorkeur uit naar leerlingen die één week achter elkaar stage komen lopen. We bieden deze plekken beperkt aan. 5. Stageplaatsen Het dagverblijf stimuleert het werken met stagiairs, dit om mee te werken aan profilering en professionalisering van het beroep en aan het vergroten van kwaliteit binnen het dagverblijf. Binnen kinderdagverblijf Polderpret bieden we daarom stageplaatsen aan. Op dit moment kan kinderdagverblijf Polderpret alleen BOL stageplaatsen aanbieden en geen BBL stageplaatsen. We nemen daarbij in principe alleen stagiairs aan die de opleiding SPW 3 of 4 volgen. Met andere opleidingsvormen hebben wij niet het idee dat we eventueel de studenten ook echt een arbeidsplek na hun stage kunnen aanbieden. Dit omdat wij vinden dat deze opleidingen niet goed aansluiten op het werk in kinderdagverblijf Polderpret. Voor eerstejaars van de opleiding SPW3 bieden we wel een oriënterende stage aan waarbij de stagiair bijvoorbeeld één keer in de week op de groep komt stage lopen. De praktijkopleider inventariseert jaarlijks in onderling overleg met het team wat mogelijk is; We streven erna om elk half jaar één á twee stagiair van de SPW3 op het kinderdagverblijf te plaatsen en één á twee op de BSO. De stagiair van het kinderdagverblijf gaat in het eerste en tweede jaar in de tweede periode altijd over naar de BSO zodat hij met de hele kinderopvang kennismaakt mits ze niet al op een BSO stage heeft gelopen. De proeve kan wel aansluitend worden gedaan op een stage. De praktijkopleider stuurt de eventuele SPW-stagiairs een intakeformulier en nodigt ze uit voor een kennismakingsgesprek. Het kennismakingsgesprek wordt eventueel in samenwerking met de aankomende werkbegeleider gedaan.
6 Doel van de stage De doelstelling van de stage is de stagiair kennis te laten maken met de doelgroep en het werkveld van de groepsleidster in de kinderopvang. De stagiair doet kennis en doet ervaring op door het uitvoeren van verschillende werkzaamheden. Iets specifieker hebben de vier betrokken partijen een eigen doelstelling: 1. De stagiair Tijdens de stage zal een stagiair kwaliteiten ontwikkelen die nodig zijn voor het werken in de kinderopvang. De stagiair kan samen met zijn werkbegeleider kijken in hoeverre hij zelf opgedane kennis, houding en vaardigheden kan toepassen in de praktijk. Een stage heeft als doel een goede beroepshouding te ontwikkelen. Een stagiair moet, om de stage met een voldoende te kunnen afronden voldoen aan voorwaarden gesteld door Polderpret. 2. Kinderdagverblijf Polderpret Het kinderdagverblijf wil de stagiair de kans bieden ervaring op te doen in de kinderopvang en hem begeleiden tijdens zijn stageperiode. 3. De werkbegeleider De werkbegeleider is de directe begeleider van de stagiair. Door het begeleiden van de stagiair zal hij bewuster omgaan met de werkzaamheden in de groep en zijn handelswijze nog eens kritisch bekijken. 4. De praktijkopleider De praktijkopleider coördineert de zaken die betrekking hebben op het werven, begeleiden en beoordelen van stagiairs en het stagebeleid in zijn algemeenheid. 5. Het team Het team ondersteunt de werkbegeleider en kijkt, luistert en ondersteund mee tijdens het leerproces van de stagiair. Dit koppelt het team terug naar de werkbegeleider. De doelstelling van de oriënterende stage is de leerling kennis te laten maken met het beroep en het werkveld van de pedagogisch medewerker in de kinderopvang. De stagiair doet eenvoudige werkzaamheden onder toezicht. We hanteren hierbij een activiteitenlijst (zie bijlage 1). Aan de hand van deze lijst weet de stagiair wat hij allemaal mag en moet doen. De activiteiten worden door de begeleider afgetekend. Wanneer de school zelf richtlijnen heft voor opdrachten tijdens de oriënterende stage worden deze boven het activiteitenlijstje van Polderpret gesteld en kan dit lijstje eventueel vervallen. De oriënterende stagiair mag geen werkzaamheden alleen uitvoeren.
7. Uitgangspunten bij het aannemen van een stagiair
De opleiding van een stagiair moet aansluiten qua doel, aard en werkwijze bij de aard van kinderdagverblijf Polderpret en de werkzaamheden die de stagiair kan gaan verrichten. Kinderdagverblijf Polderpret staat ook open voor stagiairs die niet direct gericht zijn op voorbereiding op het werken in de kinderopvang, maar die bijvoorbeeld zijn gericht op activiteiten die een extra dimensie kunnen geven aan de dienstverlening van kinderdagverblijf Polderpret. Verzoeken om stageplaatsen komen per mail binnen bij de praktijkopleider die ze in behandeling neemt. De praktijkopleider informeert de stagiairs uiteindelijk over eventuele stageplekken en neemt contact op met de aanstaande werkbegeleiders. Stagiairs zijn boventallig en worden als extra leidster naast ervaren groepsleiding geplaatst. Stagiairs die twee of meer dagen stage lopen mogen in het derde jaar als het goed gaat invallen waar nodig. Er is geen verplichting om gehoor te geven aan een stageverzoek. Een stagiair moet voldoende werkbegeleiding kunnen krijgen. De praktijkopleider verzorgt de coördinatie en vervult een adviserende rol naar de werkbegeleiders toe. De stagiair moet duidelijk aan kunnen geven met welke doelstelling de stage gevolgd gaat worden en wat persoonlijke en opleidingsdoelen zijn. Kortom de praktijkopleider en werkbegeleider moeten een goed inzicht krijgen in datgene wat de stagiair tijdens de stage wil gaan bereiken, zodat de begeleiding hier zo goed mogelijk op afgestemd kan worden. Dit gebeurt mede door invullen van het intakeformulier(zie bijlage 2) en het kennismakingsgesprek(zie bijlage 3).
8. Procedure stageaanvragen Alle stagiaires die een mogelijkheid willen hebben om bij Polderpret stage te lopen kunnen zich aanmelden via een e-mail naar de praktijkbegeleider. Zij selecteert de mails en nodigt de aanstaande stagiairs uit voor een gesprek. De scholen waarmee Polderpret contact hebben worden ook verzocht iedereen aan te melden die bij Polderpret stage wil lopen. Wij selecteren zelf en vragen scholen de selectie ook aan ons over te laten. De praktijkopleider zal bij de werkbegeleiders informeren waar stagiairs geplaatst kunnen worden. We streven ernaar om in ieder geval 1 á 2 stageplekken per jaar op het kinderdagverblijf te hebben en 2 stageplekken op de BSO en wisselen per groep na elke stageperiode. De taak van de praktijkopleider hierbij is: * Inventariseren stageaanvragen * Overleg met eventuele werkbegeleiders en groepen * Stagiairs eventueel intakeformulieren toezenden die in aanmerking komen voor een stageplek op Polderpret * Gesprekken plannen met stagiairs en werkbegeleider en opleider * Stagiairs selecteren die op Polderpret kunnen stage lopen * Stagiairs en werkbegeleiders informeren * Afspraak maken en stageovereenkomst ondertekenen * Het overleggen van een kopie van de VOG van de stagiair De stageperiode kan dan beginnen. NB: Een stagiaire kan niet aan haar stage beginnen zonder een stageovereenkomst en een VOG met uitzondering van de maatschappelijke stages.
9. De praktijkopleider 9.1 Functie-eisen voor de praktijkopleider:
Werkt minimaal 3 jaar op Polderpret Is op de hoogte van de visie op Polderpret en weet dit ook over te brengen op anderen Heeft minimaal 5 jaar werkervaring
9.2 De praktijkopleider houdt zich bezig met de volgende taken:
Het inventariseren van de stageaanvragen Hij is verantwoordelijk voor de aanname procedure Het coachen van de werkbegeleider Het coördineren van de stageperiode Het onderhouden van de contacten met school Het signaleren van knelpunten Het samen met de werkbegeleider evalueren en zonodig bijstellen van het leerproces van de stagiairs Het onderhouden van de contacten met Calibris en OK-nu
10. De werkbegeleider 10.1 Functie-eisen voor de werkbegeleider:
Werkt minimaal 1 jaar op Polderpret Is op de hoogte van de visie van Polderpret en hoe daarna te handelen Heeft minimaal 2 jaar werkervaring Het heeft de voorkeur om mensen in te zetten die een speciale 2-daagse training hebben gedaan bij Calibris.of mensen die een H.B.O diploma hebben
10.2 Taken van de werkbegeleider:
Werkt samen met de stagiair op een groep; Begeleidt de stagiair tijdens zijn stage; Instrueert en begeleidt de leerling bij de vorming van een visie op/over opvoeding en ontwikkeling; Weet met welke opdrachten de leerling bezig is; Voert elke week of twee weken een kort evaluatie gesprekje Weet wat er van een leerling verwacht wordt als deze een opdracht uitvoert zodat er gericht geobserveerd en beoordeeld kan worden. Observeert het handelen van de stagiair en geeft opbouwende feedback Schrijft gedurende de stage relevante, correcte zaken op met feedback Bewerkstelligt een zo optimaal mogelijke koppeling tussen theorie en praktijk Evalueert de stand van zaken tussentijds met de praktijkopleider Zorgt ervoor dat de stagiair op de hoogte is van dit stagebeleid Onderhoudt contact met de stagecoördinator van de school Beoordeelt de stagiair in de eindevaluatie Koopt een kleine attentie voor de stagiair aan het einde van zijn stageperiode als de stagiair Polderpret verlaat Houdt de praktijkopleider op de hoogte van de ontwikkelingen in de stage
10.3 Begeleidingstijden Een werkbegeleider wordt verzocht de begeleiding tijdens de werkuren te doen. Er is op rustige momenten op de groep tijd om stagiairs te begeleiden. Wanneer echter blijkt dat de begeleiding niet onder werktijd gedaan kan worden, kan er in overleg met de praktijkopleider extra tijd voor worden vrijgemaakt. Deze extra uren moeten wel schriftelijk onderbouwd en verantwoord kunnen worden. 11. De stagiair 11.1 Verwachtingen en voorwaarden t.a.v. de stagiair:
Een juiste houding naar kinderen en ouders. De stagiair dient de afspraken en regels binnen Polderpret te respecteren en in acht te nemen. Dit betekent dat er van de stagiair verwacht wordt dat hij handelt volgens de door Polderpret gestelde visie. We verwachten van de stagiair dat hij zowel op het kinderdagverblijf als op de BSO stage komt lopen. Het vormen van de gewenste beroepshouding door eigenschappen te bezitten zoals betrokkenheid, inzet, enthousiasme, behulpzaamheid, loyaliteit, collegialiteit, eerlijkheid, doorzettingsvermogen, initiatief, overleggen en een positief kritische instelling. De stagiair heeft verantwoordelijkheidsgevoel en is bereidt dit in de praktijk verder te ontwikkelen. Tijdens de stage verricht de stagiair activiteiten die functioneel zijn om zijn competenties te behalen. Er wordt verwacht van de stagiair dat hij zijn eigen leerproces bewaakt en dat hij bij problemen tijdig zijn werkbegeleider inschakelt. De stagiair doet mee aan alle taken binnen het dagverblijf, zowel verzorgende als huishoudelijke taken. Na een inwerkperiode moet van een stagiair verwacht kunnen worden dat hij zelf een aantal taken zelfstandig uit kan voeren. Bijvoorbeeld voor een paar kinderen een activiteit bedenken. De stagiair verplicht zich middels de stageovereenkomst tot geheimhouding van vertrouwelijke gegevens ( ook als de stageperiode beëindigd is ) De stagiair blijft altijd zelf ook verantwoordelijk voor haar eigen handelen als burger. De verslagen die de stagiair maakt zijn voor wat betreft personeel, kinderen en ouders van Polderpret anoniem. Er moet altijd eerst toestemming gevraagd worden aan de werkbegeleider of praktijkopleider De stagiair is op de hoogte welke positie hij binnen Polderpret in neemt. De stagiair meldt zich tijdig ziek/beter bij Polderpret Afspraken nakomen m.b.t. opdrachten, gesprekken op tijd zijn etc.
11.2 Motivatie van de stagiair
Als je met een kind wil praten, of het wil roepen, zul je de naam moeten kennen. Niet alle kinderen vinden het prettig om steeds een “vreemd” gezicht te zien. Hiermee moet je leren omgaan en proberen de juiste bejegening naar het individuele kind te vinden. Communicatie tussen ouders en leiding is heel belangrijk. Beide ga je voor hetzelfde doel. De ouders moeten gelegenheid krijgen om je te leren kennen en weten hoe jij met hun kind omgaat.
11.3 Taken die stagiairs niet uit mogen voeren Wat mag een stagiair niet: De telefoon opnemen/bellen naar ouders tijdens de inwerkperiode, na de inwerkperiode eerst onder begeleiding. Telefoongesprekken dienen altijd teruggekoppeld te worden naar een vaste pedagogisch medewerker. Alleen openen of sluiten Alleen op de groep staan Alleen buiten spelen met de kinderen Medicijnen toedienen 11.4 Ziekte Wanneer een stagiair ziek is moet hij dit zowel bij de school als bij de stageplek melden. Mocht de stagiair zoveel ziek zijn dat het goede verloop van de stage in gevaar komt dan kan er door de werkbegeleider contact worden opgenomen met de stagecoördinator van de school. Gezamenlijk kan er dan naar een oplossing gezocht worden. 12. Huisregels Polderpret
Als je een kind op schoot hebt drink je geen hete thee of koffie Wanneer je een kind verschoont hou je het kind altijd met één hand vast Draag makkelijke praktische kleding waar je goed in kunt bewegen Draag geen grote oorbellen, kettingen of armbanden. Deze kunnen gevaarlijk zijn voor kleine kinderen De mobiele telefoon wordt tijdens de stage niet gebruikt, alleen in de pauze kun je even kijken of je berichten hebt. Zeg ‘s morgens even bij elke groep gedag. Zo weet iedereen wie er deze dag werkt. Bespreek op tijd je opdrachten met de werkbegeleider! Je kunt niet verwachten dat begeleiders op de groep binnen een paar dagen of zelfs op de dag zelf nog verslagen of evaluaties gaan nakijken. Ben je ergens niet tevreden over trek dan meteen aan de bel! Durf je dit niet bij je werkbegeleider dan kun je altijd contact opnemen met de praktijkopleider Christa Struik. Zij is te bereiken op 0172-579800 op Maandag, Dinsdag en Vrijdag.
13. Het verloop van de stageperiode De stagiair begint over het algemeen eerst met een stage op het kinderdagverblijf. Deze stage duurt ongeveer een half jaar. Daarna gaat de stagiair eventueel naar de bso om daar met de tweede stageperiode te beginnen. Deze duurt ook een half jaar. Elk half jaar bestaat het verloop van de stage uit 4 periodes. Na elke periode wordt er een gesprek met de stagiair gepland over het verdere verloop van de stage en de afgelopen periode met de werkbegeleider. 13.1 Introductieperiode Het doel van de introductieperiode is de stagiair te laten kennismaken met kinderopvang in zijn algemeenheid in ons kinderdagverblijf, de buitenschoolse opvang, het gebouw, de kinderen en de collega’s. Hiermee wordt de basis gelegd voor het verdere leerproces. In de introductieperiode draagt de werkbegeleider zorg voor de begeleiding. Dit duurt ongeveer 2 weken. Aan het eind van deze periode is het de bedoeling dat de stagiair een aantal zaken weet:
De stagiair weet wie zijn werkbegeleider is en wat zijn taken zijn Hij weet wanneer de evaluatiegesprekken plaatsvinden Hij kent de algemene regels van de organisatie Wat er van hem verwacht wordt de komende stageperiode De stagiair weet de namen van groepscollega’s en kinderen De stagiair weet in grote delen het dagritme van de groep De stagiair heeft een eerste contact met de kinderen gemaakt De stagiair heeft zich voorgesteld aan ouders en collega’s De stagiair kent de namen van de kinderen Hij weet contact te leggen met de kinderen Hij weet welke ouders bij welk kind hoort (dit is niet altijd mogelijk omdat niet alle ouders wisselend hun kind komen halen). Hij kan een eenvoudig gesprekje met de ouders houden Na deze periode gaat stelt de stagiair kerntaken op waar hij aan wil werken en welke competenties daarbij van toepassing zijn. 13.2 Ervaringen opdoen, enkele kerntaken uitvoeren en eventuele verdieping van de stage. Duur: ongeveer 4 maanden De stagiair stelt een plan op (POP) en voert deze uit op de groep. Naderhand wordt dit besproken met de werkbegeleider en wordt er gekeken welke competenties zijn behaald. Tevens wordt er bekeken welke verbeterpunten er zijn. De stagiair maakt hierop een nieuw plan om de knelpunten aan te pakken. Op deze manier probeert de stagiair zich de vaardigheden eigen te maken. Vanuit school worden ook opdrachten opgegeven. Zodra er enkele competenties zijn behaald kan de stagiair zich meer gaan verdiepen in de achterliggende gedachten van een bepaalde werkwijze. Waarom doe je iets en kan het ook anders. Welke theorieën zijn er enz.
13.3. Evaluatiegesprekken Elk jaar is er een gesprek waarbij de stagiair, eventueel praktijkopleider, werkbegeleider en studieloopbaanbegeleider aanwezig zijn. Hierbij wordt gekeken hoe de afgelopen periode is verlopen. De studieloopbaanbegeleider van de onderwijsinstelling begeleidt de leerling op school. De consulent van de onderwijsinstelling komt 1 keer per jaar op bezoek om de werkbegeleider te begeleiden en te informeren. De evaluatiegesprekken tussen stagiair en begeleiders zijn erg belangrijk en dienen regelmatig plaats te vinden. Dit komt de boordeling alleen maar ten goede en voorkomt misverstanden. Omdat er op deze manier op tijd aan de bel getrokken kan worden als er iets mis dreigt te gaan. Als de stagiair vindt dat het werk op het dagverblijf niet bevalt of als hij vindt dat hij er niets of niet genoeg van leert, kan dit snel gemeld worden. Er kan dan op tijd een oplossing bedacht worden. Dit kan zowel met de werkbegeleider als de praktijkopleider besproken worden. De praktijkopleider zal regelmatig bij de werkbegeleider informeren hoe het met de stagiair gaat en eventueel een gesprek plannen als er problemen zijn. 14. Stageovereenkomst Kinderdagverblijf Polderpret werkt met een stageovereenkomst. Als de school niet werkt met een standaard stageovereenkomst stellen wij er zelf een op. De volgende zaken zullen in deze overeenkomst voorkomen; de begin- en einddatum van de stage, het aantal uur dat de stagiair per week werkt, de voorschriften van de organisatie, de faciliteiten die de stagiair ter beschikking staan, de aansprakelijkheidsregeling, de manier waarop de beoordeling uiteindelijk gaat verlopen(zie bijlage 4). 15. Aansprakelijkheid De stagiair wordt boventallig ingezet met twee ervaren pedagogisch medewerkers op de groep. De directie van kinderdagverblijf Polderpret is verantwoordelijk voor de stagiair, maar de stagiair mag geen activiteiten verrichten buiten datgene wat overeengekomen is met het kinderdagverblijf en de werkbegeleider. De stagiair zal alle in het belang van orde, veiligheid en gezondheid door polderpret gegeven voorschriften, aanwijzingen en gedragregels nauwgezet opvolgen. Kinderdagverblijf Polderpret zal echter alle gebruikelijke veiligheidsvoorschriften opvolgen en voor de stagiair dezelfde voorzorgsmaatregelen treffen als voor eigen personeel. De onderwijsinstelling draagt zorg dat de stagiair gedurende de tijd dat hij stage loopt is verzekerd tegen risico’s van wettelijke aansprakelijkheid. De stagiair blijft zelf altijd ook verantwoordelijk voor haar eigen handelen als burger.
Augustus 2014
Bijlage 1 Activiteitenlijst oriënterende of maatschappelijke stage Activiteiten Uitgevoerd op Fruit klaarmaken Tafel dekken Voorbereiden broodmaaltijd Afwassen Een kind assisteren bij een maaltijd Vloer reinigen Groepsruimte tussendoor onderhouden Een kind aan- en uitkleden Assisteren bij een spelactiviteit Een fruithap geven Observeren van een kind Naar het verhaal van een kind luisteren Met meerder kinderen een spelletje doen Een verhaaltje voorlezen Kinderliedjes zingen Een kind helpen bij een activiteit Hulpmiddelen voor diverse activiteiten klaarzetten Meehelpen met de voorbereiding van een activiteit Met eenvoudig materiaal een leuke activiteit doen Een kind aanspreken op positief gedrag Een kind aanspreken op negatief gedrag
Paraaf begeleider
Dit lijstje moet gezien worden als richtlijn. Het kan naar eigen inzicht door de begeleider en stagiair uitgebreid of ingekort worden. Dit zal ook geheel afhankelijk zijn van de opleiding van de stagiair en de duur van de stage.
Bijlage 2 BPV sollicitatieformulier Verzocht wordt het formulier zo volledig mogelijk in te vullen en te mailen naar
[email protected] of op te sturen naar Polderpret Nieuwveenseweg 23c 2421 LA Nieuwkoop.
Persoonlijke gegevens Achternaam Voorletter(s) Roepnaam Adres Postcode Woonplaats Telefoonnummer GSM Email adres Geboortedatum Geboorteplaats Nationaliteit Banknummer Ten naamstelling BSN nummer Opleidingsgegevens Naam opleiding/cursus
Periode van - tot
Werkervaring Naam+plaats organisatie
Functie
Periode van – tot
referentie
BPV/stage-ervaring Naam+plaats organisatie
Functie + doelgroep
Periode van – tot
Referentie / naam werkbegeleider
Diploma/certificaat behaald
Motivatie
Overige informatie Ingangsdatum bpv/stage Einddatum bpv/stage Welke dagen Totaal aantal uren per week Voorkeur doelgroep (indien van toepassing) Voorkeur locatie (indien van toepassing) Leerdoelen
Eventuele bijzonderheden
Bijlage 3 Onderwerpen kennismakingsgesprek Het gesprek heeft het doel om te kijken of de stagiair past binnen de groep en de stichting waar hij eventueel stage gaat lopen. In het gesprek komen de volgende punten aan de orde: De stagiair wordt op zijn gemak gesteld N.a.v. het intake formulier worden een aantal vragen gesteld N.a.v. verwachtingen van een stagiair (zie bijlage 2) worden er vragen gesteld De werktijden, dagen, vakanties en vrije dagen worden besproken Vragen van de stagiair Afsluiting en afspraak maken over toezeggen wel of niet van stageplaats Rondleiding door het gebouw
Bijlage 4 opleidingsniveau Opleidingsniveau groepsleid(st)er Kwalificatie-eis pedagogisch medewerker Voor de functie van pedagogisch medewerker is een opleidingsachtergrond vereist conform a t/m e.1 a) Beroepsopleidingen waarvan het diploma kwalificeert voor de functie van pedagogisch medewerker.2 b) Beroepsopleidingen waarvan het diploma kwalificeert – naast die van opleidingen onder a en c - indien de functie van pedagogisch medewerker alleen wordt uitgeoefend in de buitenschoolse- of naschoolse opvang (BSO/NSO).2 c) Beroepsopleidingen waarvan door partijen bij de CAO Kinderopvang is bepaald dat een reeds behaald diploma ook kwalificeert voor de functie van pedagogisch medewerker. d) Een nog niet afgeronde opleiding die kwalificeert voor de functie van pedagogisch medewerker. e) Een buitenlands diploma dat kwalificeert voor de functie van pedagogisch medewerker. 1
Op ww.fcbwjk.nl is het overzicht te vinden van de kwalificatie-eisen zoals die golden bij indiensttreding vanaf de invoering ervan in 1991. 2
Het ontwikkelplan voor een pedagogisch medewerker in ontwikkeling (art. 9.5. CAO) en de opleiding
van een BBL-leerling (art. 9.6. CAO) dan wel duale HBO-student (art 9.7 CAO) dienen gericht te zijn op het behalen van een van de diploma’s onder a) of b). a) Diploma’s van de volgende beroepsopleidingen kwalificeren voor de functie van pedagogisch medewerker: MBO
Sociaal Pedagogisch Werker 3 (SPW-3) *
Sociaal Pedagogisch Werker 4 (SPW4) *
Pedagogisch Werker niveau 3 *
Pedagogisch werker 3 Kinderopvang *
Pedagogisch Werker niveau 4 *
Pedagogisch werker 4 Kinderopvang *
Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang
Gespecialiseerd pedagogisch medewerker 4 kinderopvang
Onderwijsassistent *
Onderwijsassistent PO/SO (primair onderwijs/speciaal onderwijs) *
Sociaal-cultureel Werker (SCW) *
HBO
Leraar basisonderwijs (aan Hogeschool, PABO of IPABO) *
Pedagogiek (HBO-bachelor) * Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) *
Culturele en Maatschappelijke Vorming (CMV) *
indien dit diploma bij een onderwijsinstelling is behaald met inachtneming van de eisen die de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) of de Wet Hoger en Wetenschappelijk Onderwijs (WHW) aan deze opleiding stelt. b) Indien de functie van pedagogisch medewerker alleen wordt uitgeoefend in de buitenschoolse of naschoolse opvang (BSO/NSO) kwalificeren naast de diploma’s onder a) en c) ook de volgende diploma’s: MBO Sport- en bewegingsleider (niveau 3) * Sport- en bewegingscoördinator (niveau 4) *
o
Sport en Bewegen (niveau 3 en 4)
o
HBO Leraar lichamelijke oefening (ALO), *
o o o
Sport en Bewegen,
Kunstzinnig vormende opleiding op HBO-niveau (docentenrichting binnen kunstonderwijs of kunstzinnige richting binnen lerarenopleiding), *
indien dit diploma bij een onderwijsinstelling is behaald met inachtneming van de eisen die de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) of de Wet Hoger en Wetenschappelijk Onderwijs (WHW) aan deze opleiding stelt.
c) Hieronder worden de beroepsopleidingen vermeld waarvan door partijen bij de CAO Kinderopvang is bepaald dat een reeds behaald diploma ook kwalificeert voor de functie van pedagogisch medewerker:
MBO Beroepsopleidingen binnen MBO/MDGO/MHNO/MSPO/Leerlingwezen/inservice of brancheopleiding:
o
A-Verpleegkundige *
o
Activiteitenbegeleider (AB) *
o
Activiteitenbegeleiding (AB) *
o
Agogisch Werk (AW) *
akte hoofdleidster kleuteronderwijs *
o o
akte Kleuterleidster A *
o
akte Kleuterleidster B *
o
Arbeidstherapie (AT) * B-Verpleegkundige *
o
Brancheopleiding Ervaren Peuterspeelzaalleidster (BEP)
o
Cultureel werk (CW) *
o
Extramurale gezondheiszorg (EMGZ)
o o
Inrichtingswerk (IW) *
o
Kinderbescherming A *
o
Kinderbescherming B * Kinderverzorging en Opvoeding *
o
Kinderverzorging/Jeugdverzorging (KV/JV) *
o
Kinderverzorgster (KV) *
o
Kinderverzorgster van de centraleraad voor de kinderuitzending*
o
Kultureel werk (KW) *
o
Leidster Kindercentra (LKC; van OVDB * of onder WEB)
o
Residentieel Werk (RW) *
o
Sociale Arbeid (SA *, SAII of SA2 *)
o
Sociaal Cultureel Werk
o
Sociaal Dienstverlener (SD) *
o
Sociaal Pedagogisch Werker (SPW; lang * of onder WEB)
o
Sociale Dienstverlening (SD *, SA *, SAI of SA1 *)
o
Vakopleiding Leidster kindercentra (conform de WEB) *
o
Verdere Scholing in Dienstverband (VSID) richting kinderdagverblijven *
o
o
Verpleegkunde *
o
Verpleegkunde A *
o
Verpleegkunde B *
o
Verpleegkunde Z *
o
Verpleegkundige *
o
Verplegende (VP)
o
Verpleging (VP) * Verzorgende (VZ niveau 3 of VZ lang) *
o
Verzorgende beroepen (VZ) *
o
Verzorgende Individuele Gezondheidszorg (VIG) *
o o o
Verzorging (VZ) * Z-Verpleegkundige * HBO
o o
Akte Lager onderwijs zonder hoofdakte (oude kweekschoolopleiding); * Akte van bekwaamheid als leidster of hoofdleidster bij het kleuteronderwijs *
Akte van bekwaamheid als onderwijzer(es) *
o
Akte van bekwaamheid als hoofdonderwijzer(es) *
o
Akte van bekwaamheid als volledig bevoegd onderwijzer(es) *
o
Applicatiecursus leraar basisonderwijs (als vervolg op en in combinatie met kleuterakte
o
A/B) * Creatieve therapie (waaronder Mikojel) *
o
Cultureel Werk (CW) *
o o o
docent Dans * docent Drama * Educatieve therapie (Mikojel) *
o
Extramurale gezondheidszorg (EMGZ) *
o
Inrichtingswerk (IW) *
o
Jeugdwelzijnswerk *
o
Kinderverzorging en Opvoeding
o o
Creatief Educatief Werk
o
Kunstzinnige therapie * Lerarenopleiding Omgangskunde *
o
Lerarenopleiding Verzorging/Gezondheidskunde *
o
Lerarenopleiding Verzorging/Huishoudkunde *
o
Maatschappelijk Werk (MW) *
o
Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD) *
o o
NXX (volgens de Wet op het voortgezet onderwijs) *
o
Pedagogiek MO-A of kandidaatsexamen Pedagogiek * Pedagogische Academie *
o o
Verpleegkunde *
* Kwalificeert ook voor de functie gastouder in loondienst.
d) Een nog niet afgeronde beroepsopleiding kwalificeert voor de functie van pedagogisch medewerker indien sprake is van: Een overgangsbewijs naar vierde leerjaar van Leraar basisonderwijs (aan Hogeschool,
o
Pedagogische Academie, PABO of IPABO)
o
Het volgen van een deeltijd HBO-bachelor mits: het een opleiding betreft zoals genoemd onder a) of b) en
minimaal 50% van de studiepunten van de totale opleiding zijn behaald en
minimaal 1 jaar relevante stage- en of werkervaring.
e) Een buitenlands diploma kwalificeert voor de functie van pedagogisch medewerker als in een gewaarmerkte brief van het IDW (Internationale DiplomaWaardering: www.idw.nl)
staat dat
het diploma gelijkwaardig is aan dat van een onder a, b, c of d kwalificerende opleiding
Bijlage 5 stageovereenkomst Stageovereenkomst De ondergetekenden: 1. Kinderdagverblijf Polderpret, Nieuwveenseweg 23 C, 2421 LA te Nieuwkoop. Telefoonnummer: 0172-523618 hierna te noemen stage-instelling, en verklaart een stageovereenkomst te zijn aangegaan met: 2. Naam: Adres: Telefoonnummer: Geboortedatum: Opleiding: hierna te noemen de stagiair, en 3. De onderwijsinstelling: Contact persoon: De stagiair krijgt de mogelijkheid om bij kinderdagverblijf Polderpret werkervaring op te doen onder de navolgende voorwaarden.
Artikel 1: De stageperiode De stage zal worden gelopen van (datum) tot (datum). De stagiair zal uren per week op Polderpret aanwezig zijn. De werktijden worden, in onderling overleg, volgens een rooster bepaald. De stagiair heeft recht op vakantiedagen. Dit alles tenzij tussentijds schriftelijk anders wordt overeengekomen. De stage zal gelopen worden op de volgende groep: De stage zal vanuit de groep begeleid worden door: De stagiair wordt boventallig op de groep ingezet naast ervaren groepsleiding. Artikel 2 stagevergoeding en reiskostenvergoeding De stagiair zal geen stagevergoeding en reiskostenvergoeding ontvangen. De stagiair is verplicht om opvoedkundige redenen deel te nemen aan maaltijden met aan zijn zorg of begeleiding toevertrouwde kinderen. Voor deze maaltijden worden geen kosten in rekening gebracht. Artikel 3 verzekering De onderwijsinstelling draagt zorg dat de stagiair gedurende de tijd dat hij/zij stage loopt is verzekerd tegen risico’s van wettelijke aansprakelijkheid. Artikel 4 tussentijdse beëindiging Het tussentijds beëindigen van de stage is alleen mogelijk:
Bij onderling goed vinden Na aanzegging door stage-instelling, na overleg met de onderwijsinstelling en stagiair, indien zich zodanig omstandigheden voordoen dat naar het redelijk oordeel van de stage-instelling voorzetting van deze stage niet kan worden verlangd
Na aanzegging door stagecoördinator, in overleg met de stage-instelling en stagiair, indien zich dusdanig ingrijpende veranderingen voordoen, dat de grondslagen van de stage komen te vervallen
Artikel 5 geheimhouding De stagiair is verplicht geheim te houden alles wat in de stage ondergeheimhouding wordt toevertrouwd of wat als geheim en vertrouwelijk kan worden gezien. De verplichting blijft bestaan, ook nadat de stageperiode beëindigd is. Schending van deze geheimhoudingsplicht kan tot beëindiging van de stage leiden.
Artikel 6 ziekte Bij ziekte zal de stagiair zichzelf bij het dagverblijf ziek moeten melden. Mocht de stagiair zoveel ziek zijn dat het goede verloop van je stage in het gedrang komt, neemt het dagverblijf contact op met de stage coördinator van school, zodat er gezamenlijk naar een oplossing gezocht kan worden. Artikel 7 stagiair
De stagiair zal geen activiteiten verrichten buiten datgene wat overeengekomen is met kinderdagverblijf Polderpret en de stagebegeleider. De stagiair zal in het belang van orde, veiligheid en gezondheid door de stage--instelling gegeven voorschriften, aanwijzingen en gedragsregels nauwgezet opvolgen
Artikel 8 de stage--instelling
Het kinderdagverblijf zal de stagiair de gelegenheid bieden te werken in een reële arbeidssituatie waar beroepsidentificatie mogelijk is en dat binnen het leerbedrijf (een deel van) de eindtermen via beroepspraktijkvorming zijn te realiseren ( zie regeling voor de erkenning van leerbedrijven van OVDB.) Het dagverblijf zorgt voor en bekwaam, vakkundige begeleider die methodisch en didactisch goed onderlegd is. De stage-instelling zal voor de stagiair alle gebruikelijke veiligheidsvoorschriften opvolgen en voor hem/haar dezelfde voorzorgsmaatregelen treffen als voor het eigen personeel
Artikel 9 aanpassing stageovereenkomst Aanvullingen op, of wijzingen van deze overeenkomst gaan niet eerder in dan na schriftelijke instemming van de bij deze overeenkomst betrokken partijen Aldus overeengekomen en in drievoud opgemaakt en ondertekend op te Nieuwkoop.
,
…………..
……………
………………..
Handtekening
Handtekening
Handtekening
Stage instelling
stagiair
onderwijs instelling