Inhoud Voorwoord 5 Inhoud 7 Lijst van afkortingen
17
Verkort geciteerde literatuur
19
Behandelde prejudiciële uitspraken van het Hof van Justitie van de EG/EU
21
Hoofdstuk 1. Korte schets van de rechtsontwikkeling in de 20e eeuw en het eerste decennium van de 21e eeuw en de rechtsbronnen
23
§1 Het Haags Voogdijverdrag 1902 §2 Het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961 §3 Nieuwe Haagse verdragen op het gebied van kinderbescherming: het Haags Kinderontvoeringsverdrag 1980, het Haags Adoptieverdrag 1993 en het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 §4 Het Verdrag Brussel II en de Verordening Brussel II §5 De Verordening Brussel II bis §6 De ratificatie van het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 door de EU-lidstaten §7 De Uitvoeringswet internationale kinderbescherming Hoofdstuk II. Afbakening van het toepassingsgebied van het HKV 1996 en van Brussel II bis
23 23
24 26 26 28 29
31
§1 Materieel toepassingsgebied – Algemeen 31 §2 Materieel toepassingsgebied HKV 1996 (artikelen 1, 3 en 4) 32 §3 Materieel toepassingsgebied en definities Brussel II bis (artikelen 1 en 2) 37 §4 Personeel toepassingsgebied HKV 1996 (artikel 2) 44 §5 Personeel toepassingsgebied Brussel II bis (artikel 3 Uitvoeringswet) 44 §6 Geografisch toepassingsgebied HKV 1996 45 §7 Geografisch toepassingsgebied Brussel II bis 46 §8 Formeel (ruimtelijk) toepassingsgebied HKV 1996 en Brussel II bis. Algemeen 47 §9 Samenloopbepalingen Brussel II bis – Algemeen 48 9.1 Voorrang Brussel II bis boven op het tijdstip van inwerkingtreding ervan bestaande verdragen (artikelen 59, 60 en 62 Brussel II bis) 48 9.2 Samenloop Brussel II bis met het HKV 1996 (artikelen 61 en 62 Brussel II bis) 49 9.3 Voorrang Brussel II bis boven het commune i.p.r. 50 §10 Samenloopbepalingen HKV 1996 50 10.1 Verhouding HKV 1996 tot het HKOV 1980 (artikel 50 HKV 1996) 50 10.2 Verhouding HKV 1996 tot het HKV 1961 (artikel 51 HKV 1996) 51 Maklu
7
ouderlijke verantwoordelijkheid en kinderbescherming
10.3 Verhouding HKV 1996 tot andere bestaande verdragen (artikelen 52, eerste lid, HKV 1996 en 26 Uitvoeringswet) 51 10.4 Verhouding HKV 1996 tot latere verdragen tussen Verdragsstaten onderling of tussen Verdragsstaten en derde staten (Artikel 52, tweede t.m. vierde lid, HKV 1996) 51 10.5 Voorrang HKV 1996 boven het commune i.p.r. 52 10.6 Overzicht van de samenloopbepalingen 52 §11 Temporeel toepassingsgebied (overgangsrecht) 53 11.1 Overgangsrecht Brussel II bis t.o.v. Brussel II (artikelen 64 en 71 Brussel II bis) 53 11.2 Overgangsrecht voor het HKV 1996 (artikelen 53 HKV 1996 en 30 Uitvoeringswet) 55 §12 Spoorboekje voor de beantwoording van de vraag welke regeling van toepassing is 56 Hoofdstuk III. Internationale samenwerking
59
§1 Internationale administratieve samenwerking onder het HKV 1996 59 1.1 Aanwijzing centrale autoriteiten en algemene verplichtingen (artikelen 29 en 30 HKV 1996) 59 1.2 Samenwerkingsverplichtingen in individuele gevallen (Artikelen 31-34 HKV 1996) 60 1.3 Overige samenwerkingsverplichtingen (artikelen 35-37 HKV 1996) 63 1.4 Kostenaspecten van administratieve samenwerking (artikel 38 HKV 1996) 64 §2 Internationale administratieve samenwerking onder Brussel II bis 65 2.1 Aanwijzing centrale autoriteiten, algemene samenwerkingsverplichtingen en samenwerkingsverplichtingen in individuele gevallen (artikelen 53, 55-57 Brussel II bis) 65 2.2 Kostenaspecten van administratieve samenwerking (artikel 57, derde en vierde lid, Brussel II bis) 67 §3 Taak en bevoegdheden van de Nederlandse centrale autoriteit uit hoofde van het HKV 1996 en Brussel II bis (Hoofdstuk 2 Uitvoeringswet) 67 3.1 Formeel toepassingsgebied van de bepalingen over taak en bevoegdheden 67 3.2 Bemiddelende taken 67 3.3 Procesvertegenwoordiging 69 3.4 Kostenaspecten van administratieve bijstand in Nederland 69 3.5 Overige bevoegdheden 70 §4 Overzicht bepalingen administratieve samenwerking 70 §5 Internationale samenwerking van gerechten (Hoofdstuk 7 Uitvoeringswet) 72
8
Maklu
Inhoud
Hoofdstuk IV. Omgangsrecht in en buiten de context van kinderontvoering: HKOV 1980, HKV 1996, Brussel II bis
75
§1 Algemeen §2 Een bijzonder geval van samenloop van internationale regelingen op het gebied van administratieve samenwerking §3 Rechtsmacht en toepasselijk recht op het gebied van omgangsrecht §4 Overzicht van internationale voorzieningen op het gebied van omgangsrecht Hoofdstuk V. Samenwerking bij (voorgenomen) plaatsing van het kind in een andere verdragsstaat/EU-lidstaat (artikelen 33 HKV 1996 en 56 Brussel II bis. Hoofdstuk 3 Uitvoeringwet)
75 76 81 82
85
§1 Verplichte consultatie vooraf bij voorgenomen plaatsing over de grens (artikelen 33 HKV 1996 en 56 Brussel II bis) 85 §2 Geen verplichte consultatie vooraf in bepaalde gevallen (Artikel 56 Brussel II bis) 86 §3 (Mogelijke) sanctie: niet-erkenning (artikelen 23, tweede lid, onder f, HKV 1996 en 23, onder g, Brussel II bis) 86 §4 Rol Nederlandse instanties in de plaatsingsprocedure (Hoofdstuk 3 Uitvoeringswet) 87 4.1 Plaatsing vanuit Nederland (Artikel 9 Uitvoeringswet) 87 4.2 Plaatsing in Nederland (Artikel 10 Uitvoeringswet) 89 §5 Een bijzonder geval: interlandelijke plaatsing bij wege van kafala 89 §6 Voorschriften voor gevallen van plaatsing waarin consultatie vooraf niet verplicht is (artikel 10, derde lid, Uitvoeringswet) 91 §7 Beschermingsmaatregel als de consultatieverplichting niet in acht is genomen (artikel 11 Uitvoeringswet) 92 Hoofdstuk VI. Rechtsmacht: hoofdregel in procedures ten gronde onder het HKV 1996 en Brussel II bis
93
§1 Formeel toepassingsgebied van de rechtsmachtbepalingen. Samenloop 93 §2 Hoofdregel: bevoegdheid van de autoriteiten van de gewone verblijfplaats van het kind (artikel 5 HKV 1996) 94 §3 Het begrip gewone verblijfplaats van het kind in artikel 5 HKV 1996 94 §4 Wijziging van de bevoegdheid bij verandering van gewone verblijfplaats van het kind. Perpetuatio fori? (artikel 5, tweede lid, HKV 1996) 95 §5 Hoofdregel: bevoegdheid van de autoriteiten van de gewone verblijfplaats van het kind (artikel 8 Brussel II bis) 96 §6 Wijziging van de bevoegdheid bij verandering gewone verblijfplaats van het kind. Perpetuatio fori (artikel 8, eerste lid, Brussel II bis) 98 §7 Conclusie omtrent perpetuatio fori 100 §8 Overzicht casusposities perpetuatio fori 103 Hoofdstuk VII. Procesrechtelijke voorzieningen in het HKV 1996 en Brussel II bis voor procedures ten gronde. Rechtspleging in Nederland
105
§1 Procesrechtelijke voorzieningen
105
Maklu
9
ouderlijke verantwoordelijkheid en kinderbescherming
1.1. Algemeen 105 1.2 Tijdstip aanvang procedure (Artikel 16 Brussel II bis) 105 1.3 Toetsing bevoegdheid en ontvankelijkheid (artikelen 17 en 18 Brussel II bis) 105 1.4 Litispendentie (artikelen 13 HKV 1996 en 19, tweede lid, Brussel II bis) 106 1.5 Overzicht litispendentiebepalingen 113 §2 Rechtspleging in procedures ten gronde in Nederland (Hoofdstuk 4 Uitvoeringswet) 114 2.1 Absolute bevoegdheid ter zake van zelfstandige verzoeken (artikel 12, eerste lid, Uitvoeringswet) 114 2.2 Relatieve bevoegdheid. Gewone verblijfplaats kind en bij gebreke daarvan, aan de aanwezigheid van het kind in Nederland (Artikel 12, tweede lid, Uitvoeringswet) 114 2.3 Procedurevoorschriften (artikel 13 Uitvoeringswet) 115 2.4 Declaratoir inzake de gezagssituatie (artikel 14 Uitvoeringswet) 115 Hoofdstuk VIII. Afwijkingen van de hoofdregels ter zake van rechtsmacht. Algemeen 117 §1 Algemeen: onderscheid geoorloofde en ongeoorloofde overbrenging van het kind 117 §2. Hoofdbevoegdheid forum aanwezigheid kind in het geval van vluchtelingenkinderen en kinderen zonder bekende gewone verblijfplaats (Artikelen 6 HKV 1996 en 13 Brussel II bis) 117 §3 Parallelle bevoegdheid forum aanwezigheid kind tot het nemen van spoedeisende voorlopige maatregelen (artikelen 11 HKV 1996, 20 Brussel II bis, 13 Rv, 12 Uitvoeringswet) 119 3.1 Hoofdvoorwaarden voor toepassing 119 3.2 Artikel 20 Brussel II bis schept geen rechtsmacht, artikel 11 HKV 1996 wel 121 3.3 Maatregelen, in het nationale recht voorzien 123 3.4 Noodzakelijke beschermende maatregelen/voorlopige en bewarende maatregelen 123 3.5 Spoedeisend karakter van de maatregelen 124 3.6 Toepasselijkheid mede op spoedeisende maatregelen na een ongeoorloofde overbrenging of vasthouding van het kind 125 3.7 Artikelen 11 HKV 1996 en 20 Brussel II bis niet van toepassing op voorlopige toevertrouwing en andere voorlopige voorzieningen hangende een echtscheidingsprocedure 125 3.8 Aanwezigheid van het kind of van vermogen van het kind Aanwezigheid van de overige betrokken partijen? 126 3.9 Maatregelen niet langer van kracht zodra de normaal bevoegde autoriteiten passende maatregelen hebben genomen (voorlopig karakter van de maatregelen) 128 3.10 Maatregelen niet langer van kracht als maatregelen, door de normaal bevoegde autoriteiten van een derde Staat getroffen, zijn erkend 129 10
Maklu
Inhoud
3.11 Conclusie ten aanzien van het formele toepassingsgebied van artikel 20 Brussel II bis 129 3.12 Erkenning/tenuitvoerlegging spoedeisende voorlopige maatregelen in een andere Verdragsstaat/EU-lidstaat dan die waar zij zijn getroffen 130 3.13 Communicatie tussen gerechten indien het belang van het kind zulks vereist 131 3.14 Absolute en relatieve bevoegdheid Nederlandse rechter (Artikel 12 Uitvoeringswet) 131 §4 Voorlopige maatregelen met een beperkt territoriaal effect (artikelen 12 HKV 1996 en 12 Uitvoeringswet) 132 4.1 Niet-urgente situatie 132 4.2 Territoriaal beperkt effect van de maatregelen 132 4.3 Niet onverenigbaar met reeds door de normaal bevoegde autoriteiten genomen maatregelen 132 4.4 Niet toepasselijk in geval van kinderontvoering 132 4.5 Voorlopig karakter maatregelen 133 4.6 Geen equivalent in Brussel II bis 133 4.7 Absolute en relatieve bevoegdheid Nederlandse rechter (artikel 12 Uitvoeringswet) 133 §5 Overzicht van regelingen over voorlopige maatregelen 133 §6 Voor omgangsrecht: behoud bevoegdheid autoriteiten vroegere gewone verblijfplaats van het kind na “legale” verhuizing (artikel 9 Brussel II bis) 134 6.1 Verzoek tot wijziging beslissing omgangsrecht. “Legale” verhuizing van het kind naar een andere EU-lidstaat 134 6.2 Op het tijdstip van de verhuizing is niet reeds een procedure tot wijziging van het omgangsrecht aanhangig in de EU-lidstaat van de oude gewone verblijfplaats 135 6.3 Er is op het tijdstip van het verzoek reeds een beslissing waarbij een omgangsrecht is toegekend 135 6.4 De omgangsgerechtigde heeft gewone verblijfplaats gehouden in de EU-lidstaat waar het kind gewone verblijfplaats had 135 6.5 Het verzoek tot wijziging van het omgangsrecht moet binnen drie maanden na de verhuizing worden ingediend 136 6.6 De bevoegdheid van de gerechten van de nieuwe gewone verblijfplaats mag niet zijn aanvaard 136 6.7 Geen equivalent in het HKV 1996 137 Hoofdstuk IX. Parallelle bevoegdheid op grond van aanvaarding van bevoegdheid door partijen
139
§1 Parallelle bevoegdheid echtscheidingsforum ter zake van ouderlijke verantwoordelijkheid op grond van aanvaarding van deze bevoegdheid door betrokken personen (artikelen 10 HKV 1996, 12, eerste en tweede lid, Brussel II bis en 4 Rv) 139 1.1 Algemeen 139 1.2 Bevoegdheid parallel aan de hoofdbevoegdheid 139
Maklu
11
ouderlijke verantwoordelijkheid en kinderbescherming
1.3
Accessoir karakter van de bevoegdheid ter zake van ouderlijke verantwoordelijkheid op grond van artikel 10 HKV 1996 of artikel 12 Brussel II bis 140 1.4 Gewone verblijfplaats van het kind in een Verdragsstaat. Geen vereiste t.a.v. gewone verblijfplaats van het kind in artikel 12 Brussel II bis. Formeel toepassingsgebied artikel 12, eerste en tweede lid, Brussel II bis 141 1.5 Ouderlijke verantwoordelijkheid van ten minste één ouder over het kind; HKV 1996 bovendien: gewone verblijfplaats van één ouder in de staat waar de echtscheiding wordt gevraagd 142 1.6 Aanvaarding bevoegdheid; bevoegdheid in belang kind 142 1.7 Nadere vereisten aanvaarding bevoegdheid in artikel 12 Brussel II bis: tijdstip en wijze van aanvaarding 143 1.8 Tijdslimiet voor uitoefening van de bevoegdheid 145 1.9 Beoordeling belang kind met gewone verblijfplaats in derde staat die geen partij is bij het HKV 1996 (artikel 12, vierde lid, Brussel II bis) 145 1.10 Artikel 4 Rv 146 §2 Aanvaarding van bevoegdheid in zelfstandige procedures over ouderlijke verantwoordelijkheid (artikel 12, derde lid, Brussel II bis) 149 2.1 Vereisten artikel 12, derde lid, Brussel II bis 149 2.2 Nauwe band tussen kind en EU-lidstaat van het forum 150 2.3 Aanvaarding door “alle partijen bij de procedure” 151 2.4 Geen tijdslimiet voor uitoefening 151 2.5 Formeel toepassingsgebied artikel 12, derde lid, Brussel II bis. Artikel 12, vierde lid, Brussel II bis 151 §3 Overzicht aanvaarding van bevoegdheid (artikelen 10 HKV 1996 en 12 Brussel II bis) 152 Hoofdstuk X. Residuele bevoegdheid in zelfstandige procedures (artikelen 14 Brussel II bis jo 5 Rv)
153
Hoofdstuk XI. Overdracht van bevoegdheid/verwijzing van een zaak (artikelen 8 en 9 HKV 1996, 15 Brussel II bis en 24, zesde lid, Uitvoeringswet)
157
§1 Algemeen §2 Uitzonderlijk karakter van de bevoegdheid tot overdragen §3 Overdracht door de ingevolge artikel 5 of 6 HKV 1996 bevoegde gerechten/ door de gerechten die ingevolge Brussel II bis bevoegd zijn om ten gronde over een zaak te beslissen §4 De gerechten van een andere Verdragsstaat/EU-lidstaat kunnen het belang van het kind beter beoordelen §5 Wie neemt het initiatief tot een overdrachtsprocedure? Artikel 15 Brussel II bis: toestemming van ten minste één partij §6 Overdracht van een zaak of een specifiek onderdeel daarvan §7 Overdracht aan een Verdragsstaat/EU-lidstaat waarmee het kind een nauwe/bijzondere band heeft §8 Twee manieren om het verzoek om overdracht in te dienen 12
157 158
158 158 159 159 160 161 Maklu
Inhoud
§9 Overleg tussen betrokken gerechten §10 Overige procedurele voorzieningen §11 Overzicht van de bepalingen inzake overdracht van bevoegdheid
163 163 164
Hoofdstuk XII. Overgang van bevoegdheid ter zake van ouderlijke verantwoordelijkheid na een ongeoorloofde overbrenging of vasthouding van het kind (artikelen 7 HKV 1996 en 10 Brussel II bis)
165
§1 Specifieke regels betreffende de bevoegdheid ten gronde ter zake van ouderlijke verantwoordelijkheid in geval van kinderontvoering §2 Toepassingsgebied van artikel 10 Brussel II bis resp. artikel 7 HKV 1996 §3 Ongeoorloofde overbrenging of vasthouding van het kind §4 Het kind heeft gewone verblijfplaats verkregen in de staat waarheen het is ontvoerd §5 Geval a – bijkomend vereiste: berusting §6 Geval b – bijkomende vereisten: verblijf van een jaar van het kind; worteling; geen verzoek tot terugkeer; eventuele gezagsprocedure op grond van artikel 11, zevende lid, Brussel II bis gesloten; beslissing ten gronde houdende de niet-terugkeer §7 Spoedeisende voorlopige maatregelen §8 Overzicht van bepalingen over de overgang van de bevoegdheid ten gronde na een kinderontvoering Hoofdstuk XIII. Aanvulling op de bepalingen inzake teruggeleiding van het kind van het HKOV 1980 (artikel 11 Brussel II bis) §1 Aanvulling/aanscherping van het HKOV 1980 in betrekkingen tussen EU-lidstaten (artikel 11, eerste t.m. vijfde lid, Brussel II bis) §2 Het horen van het kind, respectievelijk van de verzoeker (artikel 11, tweede, respectievelijk vijfde lid, Brussel II bis) §3 Spoedprocedure (artikel 11, derde lid, Brussel II bis) §4 Termijn van zes weken voor beslissing over terugkeer (artikel 11, derde lid, Brussel II bis) §5 Beperking van het beroep op de weigeringsgrond van artikel 13, eerste lid, onder b, HKOV 1980 (artikel 11, vierde lid, Brussel II bis) §6 Follow-up van een beslissing houdende niet-terugkeer gebaseerd op artikel 13 HKOV 1980: toezending van de beslissing aan het gerecht van de gewone verblijfplaats (artikel 11, zesde Brussel II bis) §7 Uitnodiging aan partijen tot procedure ten gronde (artikel 11, zevende lid, Brussel II bis) §8 Uitvoerbaarheid zonder exequatur van de eventuele beslissing die de terugkeer meebrengt (artikel 11, achtste lid, Brussel II bis)
165 167 168 169 170
170 174 174
177 177 177 178 179 180
182 183 184
Hoofdstuk XIV. Toepasselijk recht (artikelen 15 – 22 HKV 1996)
189
§1 Algemeen §2 Toepasselijkheid van de lex fori op maatregelen (artikel 15, eerste lid, HKV 1996)
189
Maklu
190 13
ouderlijke verantwoordelijkheid en kinderbescherming
§3 Afwijking in uitzonderlijke gevallen (artikel 15, tweede lid, HKV 1996) §4 Bij verandering van gewone verblijfplaats kind: toepasselijkheid recht nieuwe verblijfplaats op de wijze van uitvoering (artikel 15, derde lid, HKV 1996) §5 Overgangsrecht voor de aanwijzing van het recht, toepasselijk op maatregelen (artikel 51 HKV 1996) §6 Recht, toepasselijk op het van rechtswege ontstaan en tenietgaan van ouderlijke verantwoordelijkheid (artikel 16 HKV 1996) 6.1 Algemeen 6.2 Aanknoping aan de gewone verblijfplaats van het kind voor het van rechtswege ontstaan/tenietgaan van ouderlijke verantwoordelijkheid (artikel 16, eerste lid, HKV 1996) 6.3 Overeenkomsten of eenzijdige rechtshandelingen (artikel 16, tweede lid, HKV 1996) 6.4 Verandering van gewone verblijfplaats (artikel 16, derde en vierde lid, HKV 1996) 6.5 Overgangsrecht voor van rechtswege ontstane ouderlijke verantwoordelijkheid (artikel 30, derde en vierde lid, Uitvoeringswet) 6.6 Verklaring inzake ouderlijke verantwoordelijkheid (artikelen 40 HKV 1996 en 25 Uitvoeringswet) §7 Recht, toepasselijk op de wijze van uitoefening van ouderlijke verantwoordelijkheid (artikel 17 HKV 1996) §8 Conflictenrechtelijke aspecten van het ouderschapsplan §9 Beëindiging of wijziging van ouderlijke verantwoordelijkheid door een maatregel (artikel 18 HKV 1996) §10 Derdenbescherming (artikel 19 HKV 1996) §11 Universeel toepassingsgebied (artikel 20 HKV 1996) §12 Partiële uitsluiting van renvoi (artikel 21 HKV 1996) §13 Openbare orde (artikel 22 HKV 1996) §14 Overzicht toepasselijk recht – overgang van HKV 1961 naar HKV 1996 Hoofdstuk XV. Erkenning, uitvoerbaarheid en tenuitvoerlegging (Hoofdstuk IV HKV 1996, Hoofdstuk III Brussel II bis)
190
191 192 192 192
193 195 195 196 201 202 202 205 205 206 206 206 207
209
§1 Algemeen 209 §2 Afschaffing exequatur voor bepaalde beslissingen op grond van Brussel II bis. Uitvoerbaarheid/tenuitvoerlegging 209 §3 Samenloop van de regelingen van het HKV 1996 en Brussel II bis inzake erkenning/exequatur 210 §4 Toepasselijkheid van de regels voor erkenning, uitvoerbaarheid en tenuitvoerlegging van Brussel II bis op in de EU-lidstaat van herkomst uitvoerbare authentieke akten en overeenkomsten (artikel 46 Brussel II bis) 210 §5 Uitgangspunt: erkenning van rechtswege (artikelen 23 HKV 1996 en 21, eerste lid, Brussel II bis, artikel 25 Uitvoeringswet) 212 §6 Procedure voor verkrijging beslissing houdende erkenning of niet-erkenning (artikelen 24 HKV 1996 en 21, derde lid, Brussel II bis) 213 §7 Criteria voor weigering erkenning dezelfde als voor weigering exequatur 214 14
Maklu
Inhoud
§8. Gronden voor weigering van de erkenning/exequatur (artikelen 23, tweede lid, HKV 1996 en 23 Brussel II bis) 214 8.1 HKV 1996: weigering facultatief. Brussel II bis: weigering verplicht indien weigeringsgrond voorhanden 214 8.2 Verbod van révision au fond 215 8.3 HKV 1996: onbevoegdheid is weigeringsgrond. Brussel II bis: verbod toetsing bevoegdheid 215 8.4 Weigeringsgrond: kind niet in de gelegenheid gesteld te worden gehoord 216 8.5 Weigeringsgrond: drager ouderlijke verantwoordelijkheid niet in de gelegenheid gesteld te worden gehoord 216 8.6 Weigeringsgrond: kennelijke strijd met de openbare orde 216 8.7 Weigeringsgrond Brussel II bis: niet tijdige betekening inleidend stuk 216 8.8 Weigeringsgrond Brussel II bis: strijdigheid met latere beslissing aangezochte staat 217 8.9 Weigeringsgrond: strijdigheid met latere beslissing, gegeven in de derde staat van de gewone verblijfplaats van het kind, of (voor Brussel II bis) met een beslissing, gegeven in een andere EU-lidstaat 217 8.10 Weigeringsgrond bij interlandelijke plaatsing kind: consultatieprocedure vooraf niet gevolgd 218 8.11 Overzicht criteria weigering erkenning/exequatur 218 Hoofdstuk XVI. De uitvoerbaarverklaring (exequaturprocedure) (artikelen 28 Brussel II bis, 26 HKV 1996, Hoofdstukken 5 en 6 Uitvoeringswet) 219 §1 Uitvoerbaarheid in EU-lidstaat van herkomst en betekening aan de wederpartij. Exequaturvereiste (artikel 28 Brussel II bis) 219 §2 Uitvoerbaarheid in Verdragsstaat van herkomst. Exequaturvereiste (artikel 26 HKV 1996) 220 §3 Bevoegde rechter (artikelen 26 HKV 1996, 29, eerste lid, Brussel II bis. Artikelen 15, eerste lid en 18, eerste lid, Uitvoeringswet) 220 §4 Verzoekschriftprocedure (artikelen 26 HKV 1996, 30 Brussel II bis. Artikelen 15, derde lid en 18, derde lid, Uitvoeringswet) 221 §5 Over te leggen stukken (artikel 26 HKV 1996. Artikelen 30, derde lid, en 37-39 Brussel II bis. Artikel 18, vierde lid, Uitvoeringswet) 221 §6 Geen zekerheid of depot (artikel 51 Brussel II bis) 222 §7 Rechtsbijstand in erkennings- en exequaturprocedures (artikel 50 Brussel II bis) 222 §8 De exequaturprocedure in eerste aanleg onder Brussel II bis is een ex parte procedure, de erkenningsprocedure niet (artikel 31, eerste lid, Brussel II bis) 223 §9 Gronden voor weigering exequatur dezelfde als de gronden voor weigering erkenning (artikelen 26, derde lid, HKV 1996 en 31, tweede lid, Brussel II bis. Artikelen 16 en 19, derde lid, Uitvoeringswet) 223 §10 Onverwijlde beslissing. Exequaturbeslissing van rechtswege uitvoerbaar bij voorraad (artikelen 26, tweede lid, HKV 1996 en 31, eerste lid, Brussel II bis. Artikelen 16, tweede lid en 19, derde lid, Uitvoeringswet) 224 Maklu
15
ouderlijke verantwoordelijkheid en kinderbescherming
§11 Proceskosten §12 Rechtsmiddelen tegen de beslissing inzake erkenning of exequatur (artikelen 33 en 34 Brussel II bis en artikelen 17 en 20 Uitvoeringswet) §13 Overzicht van de procedure inzake erkenning/exequatur onder het HKV 1996 en Brussel II bis
225 225 227
Hoofdstuk XVII. Het commune Nederlandse internationaal privaatrecht ter zake van erkenning en uitvoerbaarheid van beslissingen over ouderlijke verantwoordelijkheid 229 §1 Erkenning §2 Uitvoerbaarheid
229 230
Hoofdstuk XVIII. Uitvoerbaarheid zonder exequatur van twee categorieën beslissingen (Hoofdstuk III, afdeling 4, Brussel II bis. Artikelen 22 en 23 Uitvoeringswet) 233 §1 Twee typen beslissingen die in aanmerking komen voor het snelle traject. Facultatief karakter van het snelle traject (artikel 40 Brussel II bis) 233 §2 Uitvoerbaarheid zonder exequatur van beslissingen inzake omgangsrecht (artikel 41, eerste lid, Brussel II bis) 234 §3 Het certificaat inzake uitvoerbaarheid van beslissingen inzake omgangsrecht (artikelen 41, tweede en derde lid, 43 en 44 Brussel II bis. Artikelen 22 en 23 Uitvoeringswet) 235 §4 Bevoegdheid tot vaststelling modaliteiten uitoefening omgangsrecht (artikel 48 Brussel II bis) 236 §5 Uitvoerbaarheid zonder exequatur van bepaalde beslissingen houdende de terugkeer van het kind (artikelen 42-44 Brussel II bis. Artikel 23 Uitvoeringswet) 237 §6 Bij de tenuitvoerlegging over te leggen stukken (artikel 45 Brussel II bis) 240 Hoofdstuk XIX. Tenuitvoerlegging (artikelen 28 HKV 1996 en 47 Brussel II bis). Nederlands executierecht. Impact rechtspraak HvJEU 241 §1 De fase van tenuitvoerlegging 241 §2 Gelijkstelling met interne beslissing aangezochte staat. Toepasselijkheid executierecht aangezochte staat (artikelen 28 HKV 1996 en 47 Brussel II bis) 241 §3 Geen specifieke regels in de Uitvoeringswet. Toepasselijk Nederlands executierecht. Impact rechtspraak HvJEU 243 Verdrags- en wetsartikelenregister
249
Trefwoordenregister
255
16
Maklu
