2.8 Lokale heffingen In deze paragraaf gaan wij in op de lokale heffingen en onze voornemens voor 2015 op dit gebied. Lokale heffingen bestaan uit belastingen (zie paragraaf 3.7.1), bestemmingsbelastingen (zie paragraaf 3.7.2) en retributies (zie paragraaf 3.7.3). De toekomstige ontwikkelingen ten aanzien van lokale heffingen zijn onderwerp van paragraaf 3.7.4. Paragraaf 3.7.5 gaat in op de lokale lasten en het kwijtscheldingsbeleid van de Gemeente Utrecht. Meer detailinformatie over de hoogte van de tarieven en de verwachte inkomsten in 2015 is opgenomen in de bijlage 'lokale heffingen en belastingen' en de diverse verordeningen die gelijktijdig met de begrotingsbehandeling aan de gemeenteraad worden voorgelegd.
2.8.1Belastingen De Gemeente Utrecht heeft op dit moment vijf belastingen: de onroerende-zaakbelastingen; de hondenbelasting; de toeristenbelasting; de precariobelasting; de parkeerbelastingen.
• • • • •
Kenmerkend aan belastingen is dat er geen direct aanwijsbare tegenprestatie tegenover staat. Met andere woorden: de burger draagt bij aan de algemene kas van de gemeente, waaruit een gedeelte van de uitgaven worden betaald. In deze paragraaf geven wij per belasting aan wat de door ons voorgestelde tarieven zijn voor 2015 en welke belastingopbrengst wij daarmee in 2015 denken te realiseren. Uitgangspunt voor de tariefsvoorstellen is de beleidslijn vastgelegd in de nota lokale heffingen en in ons collegeprogramma waarin we hebben afgesproken om belastingen met niet meer dan de inflatie te verhogen. De huidige nota lokale heffingen (2010-2014) moet conform de regels in de financiële verordening van de Gemeente Utrecht (eens in de vier jaar) worden geactualiseerd. Dit jaar zal er nog een nieuwe nota (2014-2018) worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Deze nota biedt een overzicht van de lokale heffingen, het wettelijke kader rond de verschillende heffingen, de beleidslijnen waarvoor in Utrecht gekozen is en gaat in op punten waarop andere keuzes mogelijk zijn.
Algemeen Onroerende-zaakbelastingen (ozb) De onroerende-zaakbelastingen zijn belastingen die worden geheven over binnen de gemeentegrenzen gelegen onroerende zaken (op basis van de woz-waarde). Uitgangspunt voor de tariefsberekening is dat de opbrengst van de onroerende-zaakbelasting met niet meer dan het inflatiecijfer van 1,6% stijgt. Om dit te bereiken dienen de tarieven zowel voor het inflatiecijfer als voor de verwachte waardeontwikkeling te worden gecorrigeerd. De woz-waarden die in februari 2015 op beschikking worden gebracht, geven de waarden weer naar waardepeildatum 1 januari 2014. Gedurende 2014 vindt daarvoor de herwaardering van het gehele bestand van woningen en niet-woningen in Utrecht plaats. Dit is de wettelijke systematiek van het jaarlijks herwaarderen en deze exercitie vindt elk jaar op deze manier plaats. Omdat we een groot bestand van woningen herwaarderen en daarvoor alle marktinformatie moeten analyseren en verwerken, neemt de herwaardering een groot deel van het jaar in beslag. Tegen het einde van het jaar is de herwaardering zover gevorderd dat we een realistische, actuele stand van zaken kunnen genereren op basis van het herwaarderingsbestand. Om een grote begrotingsafwijking te voorkomen is met ingang van de begroting 2014 het moment waarop de tarieven worden berekend later in het jaar belegd. Het raadsvoorstel met de tarieven 2015 volgt daardoor in november.
1/11
Actualiteiten ozb Onroerende-zaakbelastingen
2014
2015
Eigendom woningen
0,1016%
Volgt (november)
Gebruik niet-woningen
0,2207%
Volgt (november
Eigendom niet-woningen
0,2732%
Volgt (november
81.878
n.n.b.
Tarieven
Opbrengst (ná kwijtschelding) Opbrengst is in duizenden euro’s.
In onderstaande grafiek is de ontwikkeling van de inkomsten van de onroerende-zaakbelastingen in de periode 2012– 2015 weergegeven. Onroerende-zaakbelastingen 90.000 80.000 70.000 60.000
50.000 40.000 30.000 20.000 10.000 0
2012
2013
2014
2015
opbrengst in duizenden euro's
Toelichting op opbrengstontwikkeling De ozb-opbrengsten 2015 dalen per saldo met 1,86 miljoen euro ten opzichte van 2014; Bij de voorjaarsnota is gemeld dat de ozb-opbrengsten in 2015 met 3,2 miljoen euro (onder ander de areaaluitbreiding en inflatiecorrectie) miljoen). Echter in de in meerjarenbegroting dalen vanaf 2015 de begrote ozb –opbrengsten met 5,1 miljoen euro omdat meerjarig rekening is gehouden met het niet meer begroten van de meeropbrengsten uit het ondernemersfonds. Het ondernemersfonds dat wordt gevoegd via de ozb-opbrengsten had een principelooptijd van 2012-2014. In het najaar 2014 zal de gemeenteraad besluiten of het fonds in deze vorm wordt voorgezet. De uitkomsten van de besluitvorming hierover wordt betrokken bij het raadsvoorstel met ozb-tarieven 2015 dat dit najaar volgt. Deze baten zijn daarom niet opgenomen de begroting vanaf 2015 (zie ook toelichting in programma algemene middelen). Hondenbelasting De hondenbelasting is een belasting die wordt geheven van de houder van één of meer honden. In overeenstemming met de beleidslijn in de 'nota lokale heffingen' en in ons collegeprogramma stellen wij voor de hondenbelasting te verhogen met het inflatiecijfer. Voor de hondenbelasting is dat 1,6%.
2/11
Actualiteiten hondenbelasting Jaarlijks wordt in het kader van de heffing van de hondenbelasting een deel van de stad op het houden van honden gecontroleerd door een gespecialiseerd bedrijf. Voor het daarvoor beschikbare budget kunnen jaarlijks zo'n 25.000 – 30.000 adressen gecontroleerd worden. Door elk jaar een ander deel van de stad te controleren is na een aantal jaren overal in de stad gecontroleerd. Nadeel van dit systeem is dat het uiteraard enige tijd duurt voordat een stadsdeel weer 'aan de beurt is'. Dit ondanks het feit dat er niet een vast patroon in de systematiek van de hercontrole van wijken te herkennen is. Het aantal geregistreerde honden blijft al jaren vrij stabiel. De controleurs hebben aangegeven dat opvalt dat er in Utrecht relatief weinig honden worden gehouden in vergelijking met andere plaatsen waar men controleert. Dat komt mede omdat Utrecht een studentenstad is (in de studentenhuizen worden nauwelijks tot geen honden aangetroffen). Hondenbelasting
2014
2015
Tarieven Per hond Per kennel Opbrengst (ná kwijtschelding)
70,56
71,76
212,40
216
542
552
Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s. Verhoging van de opbrengst hondenbelasting 2015 ten gevolge van inflatiecorrectie volgt via de laatste begrotingswijziging 2014. Toeristenbelasting Voor het houden van verblijf door personen in Utrecht die niet in de gemeentelijke bevolkingsadministratie staan ingeschreven, wordt toeristenbelasting geheven. De helft van de opbrengsten zet de gemeente jaarlijks in voor toeristische stadspromotie. In Utrecht wordt de toeristenbelasting geheven naar een vast percentage van de overnachtingsprijs (5%). Actualiteiten toeristenbelasting Het bestand van aangifteplichtige inrichtingen voor de toeristenbelasting in Utrecht (Hotels, B&B's) is helemaal op orde. Afgelopen jaar is uit jurisprudentie gebleken dat dit belangrijk is in verband met de toepassing van het gelijkheidsbeginsel en de meerderheidsregel (vermakelijkhedenretributie rondvaartboten Amsterdam). In onderstaande tabel is het tarief en de verwachte opbrengst voor 2014 en 2015 weergegeven. Toeristenbelasting
2014
2015
5%
5%
1.586
1.566
Tarieven Percentage overnachtingsprijs Opbrengst Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s. Verhoging van de opbrengst 2015 ten gevolge van inflatiecorrectie volgt via de laatste begrotingswijziging 2014 Precariobelasting De precariobelasting is een heffing voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond die voor de openbare dienst bestemd is. Ook terrassen vallen onder de precariobelasting. Verhoging van de opbrengst 2015 ten gevolge van inflatiecorrectie volgt via de laatste begrotingswijziging 2014
3/11
Actualiteiten precariobelasting We constateren dat het aantal terrassen wel aan het toenemen is en ook de omvang van deze terrassen waardoor er een hogere opbrengst Precariobelasting uit terrassen wordt gegenereerd. Dit is inmiddels in de begrote opbrengst opgenomen. Precariobelasting
2014
2015
Tarieven Voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond per m² per jaar (laagste en meest voorkomende tarief) Pomp voor meerdere soorten motorbrandstof per stuk per jaar Opbrengst
40,32 41,40 1.017,84
1.034,16
544
544
Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s. Toelichting op opbrengstontwikkeling precariobelasting. We verwachten geen volumeuitbreiding meer voor de terrassen. Verhoging van de opbrengst 2015 ten gevolge van inflatiecorrectie volgt via de laatste begrotingswijziging 2014 In onderstaande grafiek is weergegeven de ontwikkeling van de opbrengsten van de honden-, toeristen en precariobelasting in de periode 2012 - 2015. Honden-, toeristen- en precariobelasting
1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0
2012
2013
2014
opbrengst toeristenbelasting in duizenden euro's
2015
opbrengst precariobelasting in duizenden euro's
opbrengst hondenbelasting in duizenden euro's
4/11
Bereikbaarheid Parkeerbelastingen In verband met de kostenontwikkeling stellen wij voor de parkeertarieven per 1 januari 2015 te verhogen met 1,6% (dit is het mixpercentage dat wij ook toepassen als inflatiecorrectie voor subsidies). In onderstaande tabellen zijn de voorgestelde tarieven en de verwachte opbrengsten voor 2014 en 2015 weergegeven. Parkeerbelasting
2014
2015
Kortparkeren gebied A1
4,41
4,48
Kortparkeren gebied A2
3,41
3,47
Kortparkeren gebied B1
2,41
2,45
50% van uurtarief
50% van uurtarief
26.867
28.352
Tarieven
Tarieven bezoekers van vergunninghouders Opbrengst Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s.
De opbrengst van de parkeerbelasting laat in de periode 2012 - 2015 de volgende ontwikkeling zien: Parkeerbelasting 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2012
2013
2014
2015
opbrengst in duizenden euro's
Toelichting op de opbrengstontwikkeling De opbrengsten betreffen ook de omzetten van de parkeergarages en de P+R voorzieningen. De opbrengst 2014 en 2015 stijgt door de verdere implementatie van de maatregelen uit de Nota Stallen en Parkeren. Daarnaast is er sprake van indexatie en wordt er in de actuele begroting (tweede technische wijziging 2014) uitgegaan van de uitbreiding van het fiscaal gebied op basis van de nota Stallen en Parkeren. Ook is er sprake van de ingebruikname van de garage Kop van Lombok en in 2015 van de Vaartsche Rijn garage. In bovenstaande grafiek zijn alle opbrengsten van de parkeerexploitatie meegenomen afgezien van de vergoeding voor de inning van Wet-Mulderbonnen.
5/11
2.8.2 Bestemmingsbelastingen De Gemeente Utrecht kent op dit moment drie bestemmingsbelastingen: de afvalstoffenheffing; de rioolheffingen; heffingen Bedrijven Investerings-Zones (BIZ).
• • •
Kenmerkend aan de bestemmingsbelastingen is dat de opbrengst ervan niet vrij te besteden is maar dat het ook niet zo is dat er een volledig aanwijsbare tegenprestatie tegenover staat (en dus een retributie is), dit wordt ook wel hybride genoemd. Hieronder geven wij voor de afvalstoffenheffing en de rioolheffingen aan wat de door ons voorgestelde tarieven zijn voor 2015 en welke opbrengst wij daarmee in 2015 denken te realiseren. Afvalstoffenheffing De gemeente brengt afvalstoffenheffing in rekening aan de gebruiker van een perceel voor de verwijdering en verwerking van huishoudelijk afval. De kosten van verwijdering van bedrijfsafval brengt de gemeente niet via de afvalstoffenheffing in rekening, maar via privaatrechtelijke overeenkomsten. De kosten van afvalstoffenheffing dalen structureel voor 2015 wegens een succesvolle proef ten aanzien van het nieuwe inzamelen, betere scheidingsresultaten en kleinere hoeveelheden afval. De tarieven kunnen hierdoor met 5% dalen. Hiervoor is tevens een onttrekking aan de egalisatiereserve van 1,351 miljoen euro noodzakelijk. In onderstaande tabel zijn de tarieven en de verwachte opbrengst voor 2014 en 2015 weergegeven. Afvalstoffenheffing
2014
2015
Per éénpersoonshuishouden
213,60
202,92
Per meerpersoonshuishouden
252,96
240,31
Opbrengst (ná kwijtschelding)
28.830
28.174
Tarieven
Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s. In onderstaande grafiek zijn de inkomsten van de afvalstoffenheffing in de periode 2012 - 2015 weergegeven:
6/11
Rioolheffingen De gemeente legt de rioolheffingen op voor het hebben van een aansluiting op de gemeentelijke riolering. Eigenaren van panden die op het gemeentelijke rioleringsstelsel zijn aangesloten, ontvangen elk jaar een aanslag rioolheffing (eigenarendeel) voor een vast bedrag. Gebruikers van panden die op de gemeentelijke riolering zijn aangesloten en meer dan 250 kubieke meter water per jaar lozen op het stelsel, ontvangen een aanslag rioolheffing (gebruikersdeel). De opbrengst van de rioolheffing wordt gebruikt om invulling te geven aan de volgende gemeentelijke zorgplichten: een veilige inzameling en transport van afvalwater naar de zuivering, zonder risico’s voor bewoners of het milieu (zorgplicht afvalwater). het zodanig opvangen en verwerken van hemelwater (regenwater), dat wateroverlast wordt voorkomen (zorgplicht hemelwater). het voorkomen en verminderen van structurele grondwateroverlast door te hoge grondwaterstanden in de openbare ruimte (zorgplicht grondwater).
• • •
Actualiteiten rioolheffingen Het opleggen van aanslagen rioolheffingen verloopt zonder problemen. De splitsing in rioolaansluitrecht van eigenaren (naar een vast bedrag) en een rioolafvoerrecht van gebruikers (naar bedragen per kubieke meter afvalwater) is breed geaccepteerd. De ontwikkeling van de rioolheffingen volgt de kostenontwikkeling van de gemeentelijke rioleringsactiviteiten. De programmering van deze activiteiten is vastgelegd in het gemeentelijke rioleringsplan GRP 2011-2014, zoals vastgesteld op 26 mei 2011 door de Utrechtse gemeenteraad. In 2014 was het tarief voor grootverbruik en voor eigenaren volledig kostendekkend. Voor 2015 is voorgesteld beide tarieven te verhogen met de loon- en prijsindex (1,6%). Door het inzetten van middelen uit het egalisatiefonds Rioleringen blijft de kostendekkendheid in 2015 100% en kan, conform het gemeentelijk Rioleringsplan, versneld afgelost worden op de in de afgelopen jaren gekapitaliseerde investeringen. Sinds 2012 wordt 28,6% van de veegkosten gedekt uit de rioolheffing. In onderstaande tabel zijn de tarieven en de verwachte opbrengst voor 2014 en 2015 weergegeven. Rioolheffingen
2014
2015
227,37
231,08
1,78
1,81
1,71
1,74
1,58
1,61
1,45
1,47
36.030
37.126
Tarieven Eigenaar Grootverbruik: 251 tot 50.000 m3
• • 50.001 tot 100.000 m • 100.001 tot 150.000 m • meer dan 150.000 m 3
3
3
Opbrengst (ná kwijtschelding) Tarieven zijn in euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s.
Toelichting De inkomsten uit rioolheffingen laten in de periode 2012 - 2015 de volgende ontwikkeling zien
7/11
Rioolheffingen
39.000 37.000 35.000 33.000 31.000 29.000 27.000 25.000 2012
2013
2014
2015
opbrengst in duizenden euro's
BI-Zones Er bestaat in Utrecht nu één BI-zone: Woonboulevard Utrecht. Bij een BI-heffing heft de gemeente een bedrag van alle ondernemers die in een bepaald gebied gevestigd zijn. De opbrengst wordt weer teruggegeven aan een vereniging die deze ondernemers onderling hebben opgericht. De betreffende ondernemers hebben zelf een plan opgesteld waarin investeringen staan op het gebied van schoon, heel en veilig in hun eigen omgeving. De BI-heffing wordt gebruikt om deze plannen te kunnen uitvoeren. Het middel van belastingheffing maakt het mogelijk dat alle ondernemers in het betreffende gebied ook daadwerkelijk meebetalen. Het fenomeen BI-Zones is in Utrecht met ingang van 2012 wat naar de achtergrond gedrongen door de invoering van het gemeentebrede ondernemersfonds (opslag op het percentage van de ozb voor niet-woningen). De heffing van de BIZ Woonboulevard loopt vooralsnog gewoon door, parallel aan het Ondernemersfonds.
2.8.3 Retributies De Gemeente Utrecht kent op dit moment vier soorten retributies: de leges; de marktgelden; de brug- en havengelden; de begraafplaatsrechten.
• • • •
Kenmerkend aan retributies is dat er een direct aanwijsbare tegenprestatie tegenover staat. Met andere woorden retributies zijn vergoedingen die de gemeente vraagt voor verleende diensten of het gebruik van voorzieningen. Retributies mogen maximaal 100% kostendekkend zijn. Leges De gemeente levert op aanvraag van individuele burgers een uiteenlopend pakket aan diensten. Door het heffen van leges worden de kosten die hiervoor worden gemaakt in principe verhaald op de burger die de dienst afneemt. Om de kostendekkendheid te handhaven moeten de meeste legestarieven stijgen met (een gewogen gemiddelde van) het prijsindexcijfer voor lonen, materialen en diensten.
8/11
Actualiteiten leges De laatste jaren worden er steeds meer bezwaar- en beroepsprocedures gestart tegen aanslagen leges omgevingsvergunning. In nagenoeg alle gevallen wordt de rechtmatigheid van de kostendekkendheid ter discussie gesteld met als doel om de verordening geheel of gedeeltelijk onverbindend te laten verklaren, zodat de gemeente geen grond meer heeft om de aanslag in stand te laten. De rechtbanken, gerechtshoven en de Hoge Raad legden de lat daarbij voor de gemeenten steeds hoger. Inmiddels heeft de Hoge Raad een uitspraak gedaan die de balans weer enigszins hersteld. Belanghebbenden kunnen niet meer eindeloos blijven doorgaan met het ter discussie stellen van delen van de boekhouding. Niettemin blijven de leges omgevingsvergunning proceduregevoelig, niet in de laatste plaats omdat de belangen voor veel belanghebbenden groot zijn. Om de procesrisico’s te verminderen is de legesverordening met ingang van 2013 gesplitst in een verordening voor de leges omgevingsvergunning en een verordening voor de overige leges. In 2015 wordt dit gehandhaafd. Leges Burgerzaken In overeenstemming met de beleidslijn uit de 'nota lokale heffingen' stellen wij voor de leges Burgerzaken met 1,6% te verhogen. Voor de rijbewijs- en de paspoortleges geldt dat de verhoging mede wordt bepaald door de ontwikkeling van de daarin opgenomen rijksleges en de door het Rijk vastgestelde maxima. Als uitwerking van een motie van de gemeenteraad wordt het in Utrecht per ingang van 2015 mogelijk trouwambtenaren voor één dag te benoemen. Dit wordt opgenomen in de legesverordening die gelijktijdig met de begrotingsbehandeling aan de gemeenteraad wordt voorgelegd. In onderstaande tabel zijn de tarieven en de verwachte opbrengst van enkele veelgevraagde diensten van Burgerzaken voor 2014 en 2015 weergegeven. Leges Burgerzaken
2014
2015
Afschrift GBA (laagste en meest voorkomende tarief)
11,35
15,20
Paspoort
50,35
66.95
Rijbewijs
51,95
38,45
Opbrengst
5.987
6.767
Tarieven
Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s. Leges wonen en monumenten In onderstaande tabel zijn de tarieven en de verwachte opbrengst van de Omgevingsvergunningen (Wabo) en overige leges voor Wonen en monumenten voor 2014 en 2015 weergegeven. Bebouwde omgeving: Omgevingsvergunning
2014
2015
0,17% - 2,26% aanneemsom
0,17% - 2,26% aanneemsom
Tarieven Bouwactiviteiten Aanlegactiviteiten
294,90
299,60
620,35 basis + tarief/ m2
630,25 basis + tarief/ m2
Overige omgevingsvergunning (kappen, handelsreclame, natuur flora en fauna, monumenten)
Diverse tarieven
Diverse tarieven
Overige leges Wonen en Monumenten (onder andere splitsingen, onttrekking woonruimte, samenvoegingen en omzettingen)
Diverse tarieven
Diverse tarieven
12.688
11.674
In gebruikname bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
Opbrengst Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s.
9/11
Toelichting tarieven en verwachte opbrengst Alle tarieven voor 2015 zijn met 1,6% geïndexeerd, met uitzondering van de bouwleges. Deze laatste tarieven betreffen namelijk een percentage van de bouwsom en als deze stijgt of daalt door marktomstandigheden, stijgen of dalen de baten mee. De opbrengst daalt in 2015 door vermindering van grote bouwplannen. De daarmee samenhangende kosten, vooral personele inzet, dalen eveneens. Marktgelden Indien een deel van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen wordt gebruikt voor het houden van markten, kunnen voor het innemen van een standplaats marktgelden worden geheven. De marktgelden worden geheven van degene die de standplaats inneemt en kennen, afhankelijk van het gebied in de stad waar de markt plaats vindt, de grootte van de ingenomen standplaats en het al dan niet tijdelijk zijn van de standplaats een apart tarief. Marktgelden
2014
2015
12,35 tot 24,82
12,57 tot 25,25
4,15 tot 7,55
4,25 tot 7,70
742
706
Tarieven (selectie) Wijk- en warenmarkt per maand Wijk- en warenmarkt per dag Opbrengst Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s. Brug- schut en havengelden Bruggen, sluizen en havens vallen onder gemeentelijke bezittingen. Voor het gebruik hiervan kan een recht worden geheven, zolang het gebruik ervan als een individuele tegenprestatie van de gemeente kan worden aangemerkt. In Utrecht wordt bruggeld geheven voor het buiten diensturen openen van bruggen die in beheer of onderhoud zijn bij de gemeente en havengeld voor het gebruik van de haven voor onder meer het laden en lossen en overnachten van schepen. Brug- schut- en havengelden
2014
2015
Tarieven (selectie) Bruggeld (buiten diensturen)
65
66
Schutgeld (buiten diensturen)
98
100
3,56
3,62
2,49
2,54
Havengeld: vrachtschepen per ton laadvermogen per jaar exclusief BTW
• • vrachtschepen green awardcertificaat per ton laadvermogen per jaar exclusief BTW • vrachtschepen per move exclusief BTW • passagiersschepen per persoon capaciteit per jaar exclusief BTW • recreatievaartuigen per jaar • recreatievaartuigen, per vaartuig per dag per reis • verhuurboot per jaar exclusief BTW • woonschepen per m oppervlakte per jaar • andere vaartuigen per m oppervlakte per jaar exclusief BTW 2
2
Opbrengst
0,39
0,39
9,93
10,10
142,89
145,50
n.v.t.
12,50
130,25
132,53
5,59
6,51
3,56
3,62
451
483
Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s.
10/11
Begraafplaatsrechten Begraafplaatsrechten staan tegenover het gebruik van begraafplaatsen en het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen. Begraafplaatsrechten
2014
2015
2.646
2.689
1.155
1.174
1.125
1.143
1.105
1.123
423
430
1.067
967
Tarieven (selectie) Begraving inclusief uitsluitend recht voor tien jaar plus onderhoud en ruiming
• • in nieuw particulier graf • in nieuw particulier urnengraf • in nieuw particulier kindergraf • Begraving inclusief grafonderhoud voor tien jaar en ruiming • in algemeen graf • in algemeen kindergraf Opbrengst Tarieven zijn in hele euro’s. Opbrengst is in duizenden euro’s
2.8.4 Toekomstige ontwikkelingen Belastingsamenwerking Met ingang van 1 januari 2014 vindt de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen plaats door het BghU. Ook de Gemeente De Bilt en het Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden nemen deel aan dit samenwerkingsverband. De gemeenten Lopik, Nieuwegein, Houten, Bunnik en Zeist sluiten met ingang van 1 januari 2015 bij de BghU aan.
2.8.5 Lokale lasten en kwijtscheldingsbeleid Voor een vergelijking van de lasten in Utrecht tegenover die van andere (vergelijkbare) gemeenten kan gebruik worden gemaakt van het Belastingoverzicht grote gemeenten dat jaarlijks wordt opgesteld en de COELO-atlas, die gemaakt wordt door de Rijksuniversiteit Groningen. In het begrotingsoverzicht in deze begroting wordt de ontwikkeling van de lokale lasten in Utrecht weergegeven. In Utrecht is kwijtschelding mogelijk voor de onroerende-zaakbelasting voor eigenaren van woningen, voor de afvalstoffenheffing, voor de rioolheffing van eigenaren en voor de hondenbelasting. Veruit de belangrijkste heffing waarvoor kwijtschelding wordt verleend is de afvalstoffenheffing. Kwijtschelding wordt alleen toegepast voor de beperkte groep burgers voor wie betaling van de gemeentelijke belastingen grote financiële problemen oplevert. Een gecombineerde aanvraag met het waterschap (voor de zuiverings- en verontreinigingsheffing) is mogelijk voor de Utrechtse huishoudens. In Utrecht kennen we de kwijtschelding via de geautomatiseerde weg. We proberen zoveel mogelijk burgers via een voortoets langs deze weg kwijtschelding te verlenen. Kwijtschelding voor kleine ondernemers en ZZP-ers is vanaf 2012 mogelijk. In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de bedragen die met kwijtschelding zijn gemoeid. Kwijtschelding Onroerende-zaakbelasting (eigendom) Rioolheffing (aansluitheffing)
2014
2015
11
10,6
7
6,5
Afvalstoffenheffing (eenpersoonshuishouden)
1.367
923
Afvalstoffenheffing (meerpersoonshuishoudens)
1.594
2.031
50
79
3.029
2.922
Hondenbelasting Totaal Bedragen zijn in duizenden euro’s.
11/11