bezoekadres: Oude oein 169 2 6 HB ~ oein
Behandeld dooi
Centrale numrneri: Telefoon 14015 Inlemel w~,.gemeenledelRlnfofo D e heer J.F.M.T. van Koppen Fractie OnaBankeliJkOeiR Molukkenctmat 12 2612 EC Deift
Datum invullen Ons kenmerk
1103642
Onde~werp
Beantwoording cchriRel;jke vragen Ingevolge artikel 39 Reglement van orde Gemeenteraad inzake grondverontreinigingbinnen de gemeentegrenzen
Uw brleivan
20-08-2010 Uw kenmerk
Blllaee
Geachte heer Van Koppen, In antwoord op uw vragen delen wij u het volgende mede: Vraag lSedert wanneer weet het college dat er verontreiniging aanwezig is i n het terrein van de vroegere drukkerij Brouwer & Co, laatstelijk o.a. i n gebruik als bibliotheeklmediatheek? Antwoord: Er is in 1997 ter plaatse van de bibliotheek een bodemonderzoek uitgevoerd waarbij specifiek aandacht is besteed aan de voormalige drukkerij. Dat onderzoek toonde licht tot sterk verhoogde concentraties in de grond aan, zoals nagenoeg altijd in de binnenstad. In het grondwater zijn maximaal matige verontreinigingen aangetroffen. Er is op basis van de bekende gegevens geen sprake van aan de drukkerij gerelateerde verontreinigingen (chloorhoudende oplosmiddelen). Vraag 2 Kan het college per aangetroffen gevaarlijke stof [chemische verbinding] aangeven welke concentraties verontreiniging aangetroffen zijn? Antwoord: Er is een sterk verhoogde concentratie lood in de grond (700 mglkg aangetroffen in het traject van 1,l-1,4 m-mv. De overige gemeten stoffen in de grond zijn maximaal licht verhoogd. In de directe omgeving van de drukkerij blijkt dat in één peilbuis een matig verhoogde concentratie lood aanwezig is (60 pgll) en in één peilbuis een matig verhoogde concentratie arseen. De overige stoffen zijn maximaal licht verhoogd aangetroffen. Vraag 3 Kan het college per stof aangeven hoe deze concentraties zich verhouden tot de MAC- en ADI-waarden die gelden? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Grenswaarden (voorheen MAC) en ADI-waarden zijn niet van toepassing.
Vraag 4 Kan het college aangeven of er bij de betrokken stoffen ook cumulatieve waarden als schadelijk bekend staan? Zo ja, kan het college aangeven voor welke combinatie van stoffen in het aangegeven gebied uit vraag 1 dit gevolgen heeft in die zin, dat het n u wel leidt tot overschrijding van de gevarengrens en indien van toepassing hoeveel hoger de schadelijkheid van de gecombineerde waarden i s dan de afzonderlijke schadelijkheid? Antwoord: Op basis van bekende informatie is geen sprake van humane-, ecologischeof verspreidingsrisico's of van overschrijding van een 'gevarengrens'. Vraag 5 Zijn er bij de voor de beantwoording van bovenstaande vragen genoemde stoffen ook specifieke waarden bekend voor kleine kinderen? Zo ja, hoe liggen die i n vergelijking met de waarden voor volwassenen? Zo nee, is het college dan bereid extra onderzoek te laten verrichten naar de gevoeligheid van kleine kinderen voor deze stoffen? Zo nee, waarom niet?? Antwoord: Zie antwoord vraag 4. Vraag 6 Is het nog mogelijk de kosten van verwijdering van de verontreiniging te verhalen op derden? Zo ja, welke mogelijkheden zijn er? Zo nee, wat zijn de geschatte extra kosten voor de gemeente? Antwoord: Er is op basis van de bekende gegevens geen sprake van een aan een aanwijsbare derde (de drukkerij) gerelateerde verontreiniging. Vraag 7 Zijn er bij de sluitinglverplaatsing en overname van het terrein van voorheen drukkerij Brouwer & Co in het contract nadere bepalingen opgenomen over de verantwoordelijke partij(en) voor het geval er later verontreinigingen aangetroffen zouden worden? Zo ja, hoe luiden deze? Zo nee, waarom niet, het i s toch nog niet zo erg lang geleden? Antwoord: In de akte van levering zijn geen bepalingen opgenomen omtrent de verantwoordelijke partijen indien er verontreiniging wordt aangetroffen. De reden hiervoor is niet terug te vinden in het dossier; de notariële overdracht heeft op 19 oktober 1982 plaatsgevonden. Vraag 8 Denkt het college, dat inmiddels naar alle mogelijk gevaarlijke stoffen uit een voormalige drukkerij onderzoek is gedaan? Zo nee, i s het college bereid -bv. i n een archief- te onderzoeken welke mogelijk gevaarlijke stoffen voorheen in gebruik waren bij de drukkerij? Zo nee, waarom niet?
Antwoord: In het najaar zal in het kader van de Werkvoorraad bodem een bodemonderzoek worden uitgevoerd naar de activiteit 'drukkerij'. Vraag 9 Kan het college de garantie geven, dat de "beweegplek" niet in gebruik genomen gaat worden totdat alle bekende en eventueel nog bekend wordende verontreinigingen weggewerkt zijn via afgraven of wellicht bacteriële werking? Antwoord: Er is geen sprake van sanering middels afgraving of bacteriële werking. Vraag 10 Heeft het college enig inzicht i n de extra kosten die nader onderzoek en het wegwerken van de verontreiniging met zich meebrengen? Zo ja, hoe hoog zijn deze? Zo nee, kunt u een schatting maken? Antwoord: De kosten voor het ingeplande bodemonderzoek zijn voor rekening van het project Werkvoorraad bodem. Hiervoor is vanuit VROM subsidie verleend. Vandaag i s naar buiten gekomen, dat ook de grond rond het gebied Koningsveld en met name de Scheepmakerij verontreinigd is. Het bodemonderzoek heeft vanaf 2007 plaatsgevonden. Het komt de fractie als vreemd over, dat er i n een eerder stadium nog helemaal niets bekend geweest zou zijn hierover. Naar aanleiding van berichten i n de media en de eigen persverklaring van de gemeente heeft Onafhankelijk Delft de volgende vragen, die gedeeltelijk overeenstemmen met bovenstaande 10 vragen. [in d e beantwoording kunt u ze desgewenst gecombineerd beantwoorden] Vraag 11 Sedert wanneer is bekend dat er ernstige verontreiniging is i n de bodem van de Scheepmakerij? Antwoord: Sinds 2000 is bekend dat er een verontreiniging aanwezig is in de bodem ter plaatse van de Scheepmakerij. Er waren twee restverontreinigingen bij een eerdere sanering, achterbleven waar toen aanvullend onderzoek naar is verricht. Uit de resultaten bleek dat de volledige omvang van de verontreiniging nog niet in kaart gebracht was. In overleg met de provincie Zuid Holland is afgesproken dat de provincie een historisch onderzoek voor de locaties Scheepmakerij, (vrnl) Uitweg en Koningsveld zou uitvoeren en het verdere (eventueel noodzakelijke) bodemonderzoek zou doen in de Scheepmakerij. Vraag 12 K e e f de gemeente betrokliten bewoners reeds eerder dan heden [voorlopig, in afwachting van nader onderzoek bv.] afgeraden producten van eigen tuin te consumeren? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Nee, pas na uitvoering van de risicobeoordeling bleek dat sprake kan zijn van risico's bij gebruik van de tuinen als moestuin. Daarna zijn de bewoners direct geïnformeerd.
Dalurn
o2-0~-2009
Vraag 13 Welke afionderlijk te benoemen stoffen zijn aangetroffen met een MAC. enlof ADI-waarde die boven de norm ligt? Antwoord: Grenswaarden (voorheen MAC) en ADI-waarden zijn niet van toepassing. Bij bodemonderzoek in grond en grondwater worden de parameters getoetst aan landelijk vastgestelde streef- en interventiewaarden. De PCB's zijn aangetroffen in gehalten boven de interventiewaarde. Overschrijding van de interventiewaarde betekent dat sprake is van een sterke verontreiniging. Er is ook onderzoek gedaan naar andere parameters, op basis daarvan blijkt dat er geen noodzaak is tot het doen van verder onderzoek. Vraag 14 Is bij deze stoffen [zie ook bovenstaande vragen] sprake van een eventueel bekend cumulatie-risico? Zo ja, bij welke? Antwoord: In het toegepaste risicomodel voor bodemverontreiniging (Sanscrit) worden cumulatieve risico's, indien van toepassing, meegenomen. Vraag 15 Is het college bereid onderzoek te [laten] doen naar een verhoogd risico voor kleine kinderen? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Nee, in de standaard risicobeoordeling wordt reeds rekening gehouden met blootstelling van kinderen aan bodemverontreiniging. Dit aspect is derhalve reeds voldoende onderzocht. Vraag 16 Hoe staat het met de oplosbaarheid in [grondlwater van de aangetroffen verontreinigingen? Antwoord: PCB's zijn slecht oplosbaar in water. ..Jii-- " 7 V
iaay
t i
-Ii
L-'--LCi--Ii
-S-=--
-I---
Liii
ii-l::I.-
r w s i s s ~ us t u s r i = i ~ r ; i i u ~ t u a i ~uuui i i iiuii ~ G u i r c a i j n ci i i a ~ a a ûf i
. i
anderszins de komende tijd meer naar de oppervlakte of is de verwachting dat ze naar beneden zakken? Antwoord: Nee, de PCB-verontreiniging verplaatst of verspreidt zich niet naar beneden of naar de oppervlakte. PCB's hechten zich bij voorkeur aan de bodemdeeltjes. Vraag 18 Indien het laatste het geval is, verspreiden de stoffen zich dan sinds het sluiten van de fabriek inmiddels al jaren met de waterstromen onder de stad door vanwege de nog voortdurende "bemaling" bij DSM? Zo ja, zijn er dan wellicht verderop i n de bodem van Delft ook concentraties boven de norm en gaat het college dat [laten]
Dalurn
onderzoeken?
02-09-2009
Antwoord: Nee, zie antwoord vraag 16 en 17. Vraag 19 Is de gemeente verantwoordelijk voor het wegwerken van de verontreiniging of zijn derden dat of is het een gecombineerde verantwoordelijkheid? Als andere partijen [mede]verantwoordelijk zijn, hoe denkt u deze verantwoordelijkheid gestalte te geven in een vordering? Antwoord: Ja, de gemeente is verantwoordelijk voor het saneren van de verontreiniging. Vraag 20 Heeft het college kennis genomen van de stoffen die de in de berichten vermelde verffabriek gebruikte? Zo nee, bent u van plan hiernaar onderzoek te doen? Zo nee, waarom niet? Antwoord: Ja, bekend is welke stoffen zijn toegepast in de verffabriek. Hiermee is rekening gehouden bij uitvoering van het bodemonderzoek. Vraag 21 Is het mogelijk, dat de gemeente een claim van bewoners rondom de Scheepmakerij krijgt vanwege de verontreinigde grond? Zo ja, hoe staat u daar tegenover? Antwoord: Ja dat is mogelijk, maar het heeft geen grond tot toewijzing. De gemeente is de sanerende partij en niet de veroorzakende partij. De gemeente beoordeelt eventuele claims juridisch, maar is niet aansprakelijk voor verontreinigingsschade (schade die wordt geleden als gevolg van de verontreiniging). Vraag 22 Zijn er naast huurders ook eigenaren van woningen en kunnen die compensatie krijgen vanwege deze verontreiniging? Antwoord: Nee, zowel huurders als eigenaar !
drs. T.W. Andriessen l.s.