Human Resources. Wijzer na burn-out, dat kan. De Staatshervorming op kosten van de bedrijfswereld? Brussels Enterprises, Commerce & Industry

p.505379

Maandblad van

Brussels Enterprises, Commerce & Industry

Fatima Azdihmed en Véronique Favarato (Reporters)

Juni 2014 • nr.06

“Wijzer na burn-out, dat kan” De Staatshervorming op kosten van de bedrijfswereld?

Human Resources

(Reporters)

EDITORIAAL

Thierry Willemarck, Voorzitter van BECI

De verandering, nu (of toch weer niet?)

Europa kampt nu, zacht gesteld, met een sterke toename van de euroscepsis. Nochtans is het op Europees niveau dat een aantal maatregelen moeten worden getroffen tegen de zwaarste economische en financiële crisis sinds de Tweede Wereldoorlog. Waarschijnlijk heeft de doorsneeburger vandaag de grootste moeite om de complexiteit van Europa te doordringen, laat staan, te begrijpen. De EU schiet bovendien serieus aan dynamisme tekort om eerbied af te dwingen als economische reus en om wat meer gestalte te geven aan de politieke dwerg die al zo vaak werd aangeklaagd. Op federaal niveau valt vooral de opmerkelijke doorbraak van de Vlaamse nationalisten op, evenals een lichte versterking van de partijen die de bestaande coalitie vormen. Er kwam dus geen radicale afstraffing van de partijen die enorme risico’s hebben aanvaard om in het wankele bootje van de zesde staatshervorming te stappen voor een reis met een onzeker begin, een gevaarlijke overtocht en een riskante aankomst. De meest opvallende feiten van deze verkiezingen zijn ten slotte de nederlaag van het Vlaams Belang en, aan de andere kant van het politieke schaakbord en de taalgrens, de achteruitgang van Ecolo en de doorbraak van de PTB-Go.

Er moeten resoluut in de sociaal-economische prioriteiten worden geïnvesteerd. In Brussel waren de namen van de nieuwe verkozenen twee dagen na de stemming omwille van een computer bug nog steeds niet gekend. Goed voor de (papier)winkel van technologiehaters, maar een erbarmelijk schouwspel in de hoofdstad van Europa! Weet u nog, sommigen probeerden Brussel te positioneren als de IT- hoofdstad bij uitstek… Welkom in de 21e eeuw! Alle gekheid op een stokje. De uittredende Brusselse coalitie zal moeilijk opnieuw te vormen zijn wegens de achteruitgang van de cdH en de CD&V en vooral de nederlaag van Ecolo. Is er dus verandering op komst? Hoe dan ook, er moet dringend in de sociaaleconomische prioriteiten worden geïnvesteerd, want van groei is er nog nauwelijks sprake, er heerst een tekort aan gekwalificeerde werkkrachten en de mobiliteit blijft een hoofdbreker. BECI stelde, een tijdje geleden, een lijst aanbevelingen op die alle partijen, op de vooravond van de verkiezingen, met klem hadden goedgekeurd. Hoever staan we nu, na de verkiezingen?

1 Nr.06 - juni 2014 - Dyna mi ek

D

e stembussen leverden de resultaten van de Europese, Belgische en gewestelijke verkiezingen.

Inhoud J uni 14 BECI 4 5 6 8 10 12 15 18 20 22 24

Het politieke nieuws met een knipoogje

Het economisch nieuws met een knipoogje

Interview: Hervé Doyen, Burgemeester van Jette

De Staatshervorming op kosten van de bedrijfswereld? Samen iets ondernemen: een campagne over werkgevers

Onderwijs: geen grote hervormingen, wel concrete veranderingen

Joëlle Evenepoel: “Gelijkheid zou een reflex moeten worden”

Paul Soete: “Ik geloof in de kracht van gemeenschappelijke standpunten” Handel met China

Nieuw belastingverdrag tussen België en China

Nieuwe belangstelling van de bedrijfswereld voor Iran

DOSSIER HUMAN RESOURCES 27 Wat kunnen we van onze buren leren? 28 “Wijzer na burn-out, dat kan” 30 Continu online is een stressfactor 32 Discrimineren persoonlijkheidstesten? 34 Hoe omgaan met overdadige aanklachten wegens

Dynamiek is het maandblad van Beci (Kamer van Koophandel & Verbond van Ondernemingen te Brussel) Verantwoordelijke uitgever

Olivier Willocx [email protected]

Louizalaan 500 – 1050 Brussel t +32 2 648 50 02 • f +32 2 640 93 28 www.beci.be

Redactie

Media coordinator: Emmanuel Robert [email protected]

Productie & Abonnementen

Administratie: Emmanuel Robert [email protected] Opmaak en druk: DB Print Vertaling: Litteris Alle rechten voorbehouden – Nadruk zonder toestemming is verboden

Abonnementen Prijs: 80 € voor 10 nummers Info: [email protected] • t +32 2 563 78 44

pesterij?

FOCUS INCENTIVES 36 Jong talent aanwerven en behouden 38 De Y generatie onder de X-stralen HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT 40 Interview: Frédéric Fontaine, nieuwe baas van het BIM 42 e-Commerce: echt voor KMO’s weggelegd 44 Belpower winnaar van een BECI campagne 45 Mindstep: onderneem uw eigen carrière! 46 Bemiddeling: handelsconflicten vermijden en 47 48

oplossen

Het adressenboekje voor ondernemers (in moeilijkheden) De weddenschap van privé start-up booster Co.Station

49 Aanvullende pensioenplannen: wees proactief! 50 Starter: Bip-Bip Systems 52 Impression of a Brit 53 Restotip: Wine Bar Sablon des Marolles BECI & CO 54 BECI Golf Trophy 57 Foto’s van de BECI actualiteit 58 Agenda 59 Leden trefpunt 61 Toetredingsaanvragen

Publiciteit

Dynamiek/Entreprendre wordt maandelijks door meer dan 21.000 decision makers gelezen. Gemiddelde oplage per nummer: 14.000 ex Inlichtingen en reservaties: Max Saey • T 02 563 68 53

F 02 640 93 28 • [email protected]

Membership:

Catherine Mertens • T 0032 (0)2 643 78 16 [email protected]

ONS VOLGEND DOSSIER Dynamiek – Entreprendre September 2014

• Dossier Green

10-32-2225

Printed on TCF paper

voor KMO’s en bedrijven

De boel draaiende houden, da’s de magie van energie. Bel 03 270 68 79 voor uw offerte op maat of kijk op www.essent.be

De stille motor achter veel bedrijven. Dat willen we zijn bij essent.be. We gaan voor gelukkige klanten, met een optimale service en competitieve prijzen. U focust op uw bedrijf, wij zorgen voor de energie om uw ambitie te volgen. Zo geniet u optimaal van gas en elektriciteit: dat is het engagement van essent.be.

Onze energie. Daar geniet u van.

Beci

PSYCHANALYSE VAN HET NIEUWS: HET POLITIEKE GEDOE

Wat de verkiezingen van 25 mei ons hebben geleerd Laten we hier geen rekening houden met wat er na de verkiezingen gebeurde, de besprekingen, de benoemingen en de eisen van sommigen. We hebben het hier over de 24 uur na de opening van de stembureaus. Veelzeggende momenten over ons dierbaar vaderland.

D

Nr.06 - juni 2014 - Dyna mi ek

4

eze uren kenmerkten zich om te beginnen met een flinke computer bug. In de 21e eeuw wel moeilijk te aanvaarden, vooral dat hierdoor het democratische proces in het gedrang kwam. Hoe kan zoiets nog in de hoofdstad van Europa voorvallen? De volgende keer zullen we misschien beschaamd buitenlandse waarnemers moeten binnenlaten die bij ons de stemming komen controleren, zoals dat in sommige landen gebeurt. De echte winnaar van 25 mei was dus de computer bug. Wanneer de techniek ondermaats scoort en de moderne wereld zijn beperkingen toont, kunnen we gelukkig naar de goeie ouwe tradities teruggrijpen. Zo bijvoorbeeld de heuglijke gewoonte van elke formatie om zich als winnaar op te stellen. De NVA heeft wel degelijk de verkiezingen gewonnen, daar bestaat geen twijfel over. De socialisten ook: zij hebben in het zuiden de overwinning gehaald. De Franstalige liberalen verheugden er zich om zowat overal bijkomende zetels te hebben verkregen. En de FDF was gelukkig met zijn derde plaats in Brussel, op zijn eentje. Wel een mooie prestatie na de echtscheiding met de MR. De CD&V zegevierde met 20% van de Vlaamse stemmen, waardoor de partij zowel in Vlaanderen als federaal niet te omzeilen valt. Succes bij de Vlaamse liberalen die nogmaals hun dank mogen betuigen aan sterkandidaten Guy Verhofstadt (nr. 1 in voorkeurstemmen) en Maggie De Block. Ook de cdH en Ecolo hebben gewonnen. Want iedereen wint. De soft attitude van Bart de Wever viel in de smaak. Was dat de rede van een toekomstige Premier? Dit zouden we niet durven beweren, want dezelfde man vergeleek de Franstaligen onlangs nog met aan geldoverdrachten verslaafde ‘junkies’. Nu heeft De Wever het over verantwoordelijkheden, missie en zelfs overeenkomsten. Een verandering van toon. Wij zouden Bart wel kunnen aanbevelen wat minder Latijn te hanteren, want niet iedereen snapt onmiddellijk wat hij bedoelt. En laten we toch niet vergeten dat de Romeinen in de Oudheid Europa en het ganse Middellandse Zeegebied hebben veroverd en daar hun eigen wetten hebben opgelegd. Misschien niet het beste model voor wie eerbiedwaardigheid nastreeft.

Wat betreft de NVA, hanteren alle partijen dezelfde joker kaart, wanneer hen wordt gevraagd hoe ze zullen samenwerken met een partij die ze tijdens de campagne op alle mogelijke manieren hebben zwartgemaakt. Deze delicate vraag krijgt systematisch hetzelfde antwoord waar niemand in gelooft, maar wel doet alsof: “Laat het initiatief aan de Koning.” Hierop bestaan varianten: “Mijn antwoord is voor de Koning bestemd.” Of ook: “Stel de vraag aan de Koning, ik weet het niet.” Uit deze verkiezingen leren we ook dat Joëlle Milquet zin voor humor heeft (ja hoor, toch wel!). Zij had het over “de hoge vlucht” van de resultaten van de cdH, na een campagne die serieus focuste op het vluchtenspreidingsplan Wathelet. Tijdens een televisie-uitzending sprak zij over “de Wathelet-vergissing, die zijn schuld niet is en zeker niet de mijne”. Solidair is anders, vonden we. De ultra-rode doorbraak van de PTB kunnen we moeilijk negeren: twee zetels federaal, vier in Brussel en twee in Wallonië. We kunnen ons afvragen wat dit gaat opleveren qua werkefficiëntie, intellectuele inbreng en parlementaire bijdragen. Maar ambiance komt er sowieso.

The day after

Na de verkiezingsavond begon de analyse. In Vlaanderen was het duidelijk dat de NVA als winnaar het initiatief kon nemen. Hetzelfde gold in Wallonië voor de socialisten. Wie verschoot daar nog van? In Brussel ontstond chaos door een gebrek aan finale resultaten en de schouder aan schouder strijd tussen MR en PS (dit werd ettelijke keren herhaald door de liberalen en de socialisten, die voor één keer om de zelfde golflengte zaten). Welke meerderheden konden hiermee worden gevormd in Brussel? Een olijfboomcoalitie? Misschien, maar dan met veel meststof. Een paarse coalitie met een of andere bijkomende partij was ook mogelijk, maar wat moest er dan op federaal niveau gebeuren? De communicatiespecialisten van de partijen fluisterden waarschijnlijk “Mijnheer de voorzitter, als u deze vraag hoort, verwijs dan naar de Koning. Niemand gelooft daarin, maar niemand zegt dit luidop.” En hoe eigenaardig ook, het werkt! De politiek is werkelijk een boeiende bezigheid!! Michel Geyer

Beci

PSYCHANALYSE VAN HET NIEUWS: HET ECONOMISCHE GEDOE

Wanneer een zakenman een andere zakenman ontmoet… … wat vertellen die elkaar? De gewone verhalen van zakenmensen: politiek, dus, ook al weten ze zeer goed dat dit tot niet veel zal dienen.

Als zelf de lobbyisten er niet meer in geloven, waar gaan we dan naartoe? Heel eenvoudig: de afgrond. Een open, democratische samenleving werkt alleen als ze op dezelfde golflengte zit als al wat leeft. Lasagne, geen spaghetti

Rik Vandenberghe is geen bankier als de anderen, al was het maar omdat hij zijn ganse carrière binnen dezelfde instelling heeft doorgebracht. Nu, deze instelling is wel een paar keer van naam veranderd, een traditie in de sector. Een lange carrière wordt echter een zeldzaamheid. Een ander hoger kaderlid van een bank vertelde mij ooit “Weet u, wanneer ik tijdens een van die feestjes een boek over Van Gogh overhandig aan iemand die al 30 jaar bij ons werkt, dan denk ik ‘Och, sukkelaar’.” 30 jaar in dezelfde bank wordt ook een zeldzaamheid omdat de meesten voor die tijd buiten gebonjourd worden. Voor Rik Vandenberghe liggen de zaken er anders voor. Hij is ook al 30 jaar aan boord, maar hij heeft alle treden van de hiërarchie beklommen en staat nu al een jaar lang aan de top van ING België. Hij zit

met twee uitdagingen: 1. Zijn eigen job combineren met twee andere, aangezien zijn CMO is vertrokken en zijn CFO het punt staat hetzelfde te doen; 2. De informatica van ING ‘consumer centric’ maken. Deze uitdaging beschreef hij met een mooi beeld: “Wij hadden een spaghetti-informatica en moeten daar binnenkort een lasagne van maken.”

Cloud, de nieuwe god

Een ‘consumer centric’ lasagne ? Waarschijnlijk een van de grootste uitdagingen waarmee bedrijven kunnen worden geconfronteerd. Is de klant dan koning? Och, arme! Ik kan u verzekeren dat heel wat winkeliers in mijn wijk zichzelf als koning beschouwen. En ik moet me aanpassen aan het feit dat dit of dat product niet meer in voorraad is en dat er vandaag toevallig niet wordt geleverd. Voor sommige mensen ligt dit nu achter de rug. Denk maar aan Ronald Velten (IBM) of Brice le Blévennec (Emakina). Maar 80% van de bedrijfsleiders hebben het nog niet gesnapt. Ze blijven in silo’s denken, terwijl de ‘cloud’ nu de nieuwe aanpak dicteert. Een goeie raad: verander nu. De klant die maar al te lang ‘zogezegd’ koning is geweest, zal zich nu wreken. Heel snel en gruwelijk. Jean Blavier

HET STAAT IN DE E-MAG

Politici vs. ondernemers De Brusselse economie: u, ik, wij! Fondsen om de regio te ontwikkelen De sperperiode en de solden: wat zegt de wet? Conflicten voorkomen en managen

Deze artikels staan ook op onze website: www.beci.be


I

nleiding: “Wanneer een zakenman een andere zakenman ontmoet…” enne bijvoorbeeld ook “Wanneer een zakenvrouw een andere zakenvrouw ontmoet”… (Dit voorzichtigheidshalve om niet op de lange tenen van sommige dames te trappen. Gevoelig …) Waar waren we gebleven? O ja, wanneer een zakenman/vrouw … Wel, dan maken die mensen hun beklag: “De politici luisteren niet naar ons.” De verkiezingscampagne ligt achter de rug, de verkiezingen ook. We gaan elkaar weer direct in de ogen kunnen kijken. Maar ik herinner me nog de woorden van een lobbyist van een beroepsfederatie uit de dienstensector: “Ik geloof er niet in, weet u, helemaal niet meer. Het is mijn taak en mijn plicht luidop te zeggen dat deze belastingen ons kapot maken, maar ik maak me geen illusies meer.” Een lobbyist die zich geen illusies meer maakt? Zelfs zonder psycholoog of socioloog te zijn, beseft iedereen plots dat wij in een geblokkeerde samenleving zitten. Als zelf de lobbyisten er niet meer in geloven, waar gaan we dan naartoe? Heel eenvoudig: de afgrond. Een open, democratische samenleving volgens een model van de sociale markteconomie werkt alleen als ze op dezelfde golflengte zit als al wat leeft, de verwachtingen, de hoop, de wensen en de behoeften van de economische spelers (en dat zijn onder andere de ondernemingen). Als dit niet gebeurt, krijgt de plant geen water meer. Het resultaat zal niet lang op zich laten wachten.

Beci

Beleidsmensen

Herve Doyen, burgemeester van Jette Een discreet beleid voor een discrete gemeente. Dit goede beheer is nochtans een pluim waard en de troeven

van deze gemeente verdienen belangstelling. Het leven is er aangenaam en de groei van de Brusselse bevolking wordt er pragmatisch en met vooruitzicht aangepakt. Hervé Doyen slaagt er vooral in zijn gemeente als een goede huisvader te beheren en een gezonde kijk te hebben op de toekomst van het Gewest. Een

goed beleid steunt op toekomstgericht denken. Doyen interpreteert met veel fijngevoeligheid de tekens

Bent u als cdH burgemeester anders dan uw collega’s?

Zou een fusie van de gemeenten het algemene beheer van het Gewest niet vereenvoudigen?

Ik ben er echt niet van overtuigd dat we op die manier tegelijk eenvoudiger en efficiënter zouden werken. Antwerpen is ooit een ‘model’ van de fusie van gemeenten geweest. En wat doen ze nu? Ze creëren districten die de grenzen van de vroegere gemeenten volgen. Een ander voorbeeld van een gecentraliseerde entiteit is de Franse Gemeenschap ten opzichte van lokale organisatieniveaus van het onderwijs enzovoort. Decentralisatie heeft duidelijk zijn voordelen, al was het maar door de nabijheid. Wij zijn het begrijpelijke niveau van een FederaalGemeenschappen-Gewestenstructuur, die soms niet bepaald helder overkomt. In Brussel werken wij op een vrij efficiënte manier. Daarvan getuigt de vreedzame samenleving van gemeenschappen waarvan het beleid en het culturele profiel uiteenlopen. Dit gaat weliswaar gepaard met een zekere complexiteit en

(R.T.)


6

Burgemeesters vertegenwoordigen het machtsniveau dat het dichtst bij de – uiteraard verscheiden – bevolking staat. Politieke tegenstellingen komen in de uitoefening van dit mandaat nauwelijks aan bod. Het bestuur van een gemeente vraagt om pragmatische oplossingen, veel minder om ideologie. Wij zijn eerst en vooral beheerders die bij de sociaaleconomische structuur van de bevolking bepaalde keuzes moeten maken. En naast onze politieke kleur bestaat er ook zoiets als onze eigen persoonlijkheid. Dit zijn de redenen waarom de aanpak van dossiers door de verscheidene burgemeesters van het Gewest niet stelselmatig uiteenlopen, wel integendeel! De Conferentie van de Burgemeesters van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kenmerkt zich vooral door haar eensgezindheid. Wij wisselen ervaringen uit en zoeken samen naar oplossingen voor de gelijkaardige problemen die we tegenkomen.

(R.T.)

van een stad die ingrijpend verandert.

De zeer geslaagde herinrichting van het Kardinaal Mercierplein vergemakkelijkt de overstap tussen verscheidene types openbaar vervoer en biedt een bijzonder gezellige open ruimte!

soms is het niet gemakkelijk uit te maken waar beslissingen moeten vallen. Laten we dus niet over fusies spreken waar ons eerder afvragen of het gewestelijk institutioneel model dat in 1989 bij het ontstaan van het Gewest verantwoord bleek, nu niet aan evolutie toe is. Negentien gemeenteraden, waaronder een aantal zeer belangrijke zoals die van Brussel-Stad, een gewestelijk Parlement, een regering… Dit is een bijzonder logge structuur. Ter vergelijking telt de binnenstad van Parijs 2,5 miljoen inwoners, één stadhuis, 20 arrondissementen die te vergelijken zijn met onze gemeenten, en geen parlement. Misschien een voorbeeld.

Jette is ook bij het probleem van de Brusselse mobiliteit betrokken door het feit dat woonwijken en groene gebieden van de gemeente tot aan de Brusselse Ring raken. Het Vlaamse Gewest wil deze Ring aanzienlijk verbreden. Wat de mobiliteit betreft, hebt u bovendien Minister Grouwels over het Brabantnetplan geïnterpelleerd. Is ook dit een voorbeeld van “vreedzame samenleving van de gemeenschappen”?

Omwille van ons institutioneel model wordt het Gewest omsingeld door een Ring die niet op zijn grondgebied ligt.

U haalt daar het Start project aan, dat de toegankelijkheid van de luchthaven en het omliggend gebied wil verbeteren. Tegelijkertijd worden rijstroken in de hoofdstad afgeschaft, verdwijnen er parkeerplaatsen en wordt het verkeer nog verder bemoeilijkt … Precies het tegenovergestelde van wat het Start plan in het aanpalende gewest wil verwezenlijken. Louter toeval?

Sommigen moeten zich hierover verheugen, in elk geval!

Jette trekt nieuwe inwoners aan dankzij een aangename om1 Strategisch Actieplan voor Reconversie en Tewerkstelling

De Tuinen van Jette

geving en relatief schappelijke prijzen voor huisvesting. Hoe beheert u deze trend?

Ik geloof dat wij de zaak vrij efficiënt aanpakken. Wat de gecumuleerde resultaten betreft, vertoont ons budget vandaag een positief saldo (een totale omkering, vergeleken met vroeger), omdat we de zaken zeer nauwgezet beheren. Ook moet ik zeggen dat Jette, op het initiatief van de visionair Jean-Louis Thys, al geruime tijd de bouw van woongelegenheid promoot om de middenstand aan te trekken. De ‘Tuinen van Jette’ vormen door hun omvang een vrij uniek voorbeeld in Brussel. In het centrum van de gemeente zijn we nu bezig de voormalige site van Pfizer herin te richten met woningen die te koop zullen worden aangeboden en eveneens voor de middenstand zijn bedoeld. Voor ons is het belangrijk gezinnen aan te trekken die belastingen betalen. Een flink deel van de nieuwe inwoners vertoont namelijk een steeds zwakker sociaal-economisch profiel, wat een directe impact zal hebben op

onze inkomsten en onze kosten (onder andere OCMW kosten). Dit moeten we dus compenseren. Ook dient gezegd dat de verschillende onderwijsnetten van Jette en elders de kinderen van de 100.000 Franstalige inwoners van de omliggende Vlaamse gemeenten opvangen, wat ook een zware financiële last vertegenwoordigt. We zouden karikaturaal kunnen stellen dat het Gewest in drie types gemeenten kan worden ingedeeld: gemeenten die rijk zijn dankzij de belastingen die de inwoners betalen, gemeenten die arm zijn door hun bevolking, maar rijk dankzij de uiteenlopende vormen van subsidiëring die ze ontvangen (wijkcontracten o.a.), en ten derde gemeenten die noch door hun bevolking, noch door subsidies rijk zijn. Jette behoort tot dat derde type. Vandaar de moeilijkheden waarmee de gemeente zolang heeft moeten kampen. Maar vandaag stellen we het echter redelijk goed… Interview afgenomen door Didier Dekeyser

Biografie Hervé Doyen begint zijn politieke carrière met sociale en culturele opdrachten, na vele jaren in jeugdbewegingen. Vanaf 1986 is hij voorzitter van het cultureel centrum van Jette. Tussen 1988 en 1994 is hij vicevoorzitter van het OCMW. Bovendien onderwijst hij tot in 2000 Frans en geschiedenis in een positievediscriminatieschool in Laken. Hij zetelt in de gemeenteraad vanaf 1994, wordt Schepen van Huisvesting, Openbare Ruimten en Informatie, drie bevoegdheden die hij bijzonder waardeert. Hij volgt Jean-Louis Thys als burgemeester op in februari 2000. Als bestuurder van de GOMB (vandaag Citydev) tussen 2000 en 2004, zet Hervé Doyen zich in voor lokale ontwikkeling en het huisvestingsvraagstuk. In 2004 wordt hij lid van het Brusselse parlement. Hij is vandaag ook actief in de commissies Infrastructuur en Binnenlandse Zaken.


Anderen proberen dus eenzijdig beslissingen te nemen over zaken die ons aanbelangen, zonder voordelen voor ons, maar wel heel wat bijkomende hinder. Een vlotter verkeer op de Ring? OK, maar dan door een beter beheer van de verkeersstromen, het GEN, de aanleg van een degelijk netwerk van fietspaden, een intelligente belasting op wagens enz. De verbreding van de Ring is dus niet noodzakelijk en zeker niet onvermijdelijk. Deze ingreep zou de situatie slechts enkele jaren verbeteren, want uit studies blijkt dat ook een bredere Ring snel zal verzadigen. Wat het Brabantnetplan betreft, had ik het over het niet naleven van een wederkerige overeenkomst tussen de MIVB en De Lijn, waardoor talrijke aanvragen van de MIVB om haar lijnen ook buiten de grenzen van het Gewest te verlengen, werden afgeketst, terwijl De Lijn, die in het Brusselse Gewest al goed ingeplant is, zijn ontwikkeling in de hoofdstad verderzet. Het algemeen mobiliteitsbeleid is de taak van mevrouw Grouwels, die vaak de indruk geeft eerder voor de Vlaamse dan voor de Brusselse belangen op te komen, volgens de richtlijnen van haar partij die ten opzichte van ons Gewest een extern, concurrerend ja zelfs vijandig standpunt inneemt. Daar wringt het schoentje, ook voor de Nederlandstalige Brusselaars, die zich niet noodzakelijk Vlaming voelen – zoals ik me trouwens geen Waal voel. In feite schuilt daarachter het project van het Vlaamse Gewest om het gebied rond Zaventem en de verbinding met Antwerpen verder te ontwikkelen. Een prima project waarvan ik echter betreur dat het een economische concurrentie met Brussel instelt.

(R.T.)

Beci

Beci

De Staatshervorming op kosten van de bedrijfswereld? De nieuwe Brusselse regering wordt belast met de uitvoering van de zesde Staatshervorming, maar de gevolgen voor de ondernemers zijn vandaag nog moeilijk te schatten. De regionalisering van de bevoegdheden

zal geld kosten, zoveel is zeker, en sommigen zullen ongetwijfeld naar de portemonnee van de bedrijven lonken. Kinderbijslag en werkgelegenheid zijn twee domeinen waar dit best zou kunnen gebeuren.

D

e responsabilisering van de overheidsniveaus en de grote principes van de hervorming werden al uitvoerig toegelicht. Ook de domeinen die een bevoegdheidsoverdracht ondergaan, de overgehevelde enveloppen en budgetten, de nieuwe financieringsprincipes (bijzondere wet) kent ondertussen iedereen. Maar daarmee is de kous niet af. Principes op een rijtje zetten is één zaak, maar ze uitvoeren wordt een totaal andere uitdaging, des te meer omdat geen duidelijke methode werd afgesproken. Dit wordt vallen en opstaan.

Werkgelegenheid: wie gaat dat betalen?

De kinderbijslag is slechts een voorbeeld. Er zijn er andere. De werkgelegenheid: daar zijn de ondernemingen rechtstreeks bij betrokken. In de praktijk worden de sociale secretariaten geconfronteerd met een groeiende complexiteit waarvan ze de factuur al naar de werkgevers doorschuiven. Laten we het geval van de verlichting van de RSZ-lasten op de doelgroepen bekijken. Hoe kan deze nieuwe bevoegdheid in Brussel worden gebruikt? Wordt dit een nieuwe hefboom of een gifkelk voor de Brusselse sociale partners?

De kinderbijslag

Neem nu de kinderbijslag. De middelen die van de federale Staat naar de Gemeenschappen (in Brussel de GGC) zullen worden overgeheveld, worden op termijn tot 90% teruggeschroefd volgens modaliteiten die, vergeleken met de huidige situatie, nadelig uitvallen voor de inwoners van de hoofdstad. Paul Soete (Agoria; zie ook interview in dit magazine) oppert dat Brussel met hoge werkloosheidscijfers kampt en dat kinderbijslag tot op een bepaald inkomensniveau hoger ligt voor werklozen. Als dit een begrotingstekort veroorzaakt, wie gaat het gat dan dichten? Bovendien gaan de beheerskosten hoogstwaarschijnlijk exponentieel stijgen. Het systeem wordt complexer en de programmatie van nieuwe software zal op zich al miljoenen kosten. Rekening houdend met de gekende parameters kunnen we nu voorspellen dat deze overdracht, in Brussel alleen, een waarschijnlijk

Kunnen we dit de sociale secretariaten kwalijk nemen? Ze passen zich aan de nieuwe situatie aan, met nieuw te programmeren software, klanten die ze moeten informeren en hun personeel die ze moeten opleiden. De kosten stijgen en de administratieve rompslomp volgt.

.T. )

Nieuwe dossiers en (aanzienlijke) bevoegdheden liggen voortaan op de werktafel van de sociale partners van ons Gewest – en tegelijk bij de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (het wordt al ingewikkeld). Hierbij horen onder andere de kinderbijslag, de regionale steunmaatregelen voor werkgelegenheid, de dienstencheques, de toegang tot beroepen en het betaalde vormingsverlof. Ook de financiële enveloppe is niet meer dezelfde: in feite is ze gekrompen. (R


8

tekort tussen 170 en 250 miljoen euro zal teweegbrengen. Meer dan ooit zullen er keuzes moeten vallen.

Wat verandert er voor de sociale secretariaten? De invoering van het eenheidsstatuut vergt op zich al een reeks aanpassingen. Maar dit geldt ook voor de regionalisering en meer bepaald de DmfA aangifte. Deze betreft 220.000 werkgevers die elk kwartaal een RSZ-aangifte indienen. Deze vermeldt voor elke werknemer de prestaties, de afwezigheidsdagen en de eventuele bijdragenverminderingen waarop bepaalde doelgroepen recht hebben. Voortaan moet daar ook in worden vermeld in welk Gewest de werknemer wordt tewerkgesteld – of eerder de plaats waar het contract werd ondertekend. Dit betekent dat de zesde Staatshervorming de werkgever toelaat het voor hem meest voordelige Gewest te kiezen op het vlak van gerichte bijdragenverminderingen (voor zover deze werkgever in meerdere Gewesten is gevestigd) en daar het contract te laten onderte-

Wat beslissen Vlaanderen, Brussel en Wallonië morgen op het vlak van gerichte verminderingen van RSZ-lasten? Het ene gewest zal met de andere rekening moeten houden, al was het maar om fiscale concurrentie te vermijden, zoals in de overeenkomst staat. Er zullen zich ook talrijke ‘grenseffecten’ voordoen. De onderneming die in meerdere Gewesten dochterbedrijven bezit, zal een ingewikkeldere DmfA aangifte indienen, maar zal ook RSZ-lastenverminderingen kunnen recupereren, bijvoorbeeld voor oudere werknemers in Vlaanderen en voor jongeren in Brussel.

Regionalisering of gezichtsbedrog?

Alle oudere werknemers zouden hun contract in Vlaanderen tekenen, en alle

jongeren in Brussel. Zulke verminderingen, voor zover ze er komen, houden dus geen rekening met de woonplaats van de werknemer, maar met de maatschappelijke zetel van de onderneming. Een dergelijke maatregel zou echter een schijnregionalisering invoeren omdat geen enkel Gewest iets kan beslissen zonder rekening te houden met de situatie in de andere Gewesten. Wat zullen, in dergelijk geval, Brussel en zijn minister van Werkgelegenheid doen? Riskeert de minister dan niet de verminderingen af te schaffen voor de doelgroepen die vandaag, in sommige ondernemingen, voor 80% in het voordeel zijn van niet Brusselaars? De minister zou met zijn of haar gewestelijk budget het tewerkstellingsbeleid van niet Brusselaars financieren? En wat gebeurt er als de minister deze op 170 miljoen euro geschatte vermindering afschaft? Grote ondernemingen die veel laaggekwalificeerd personeel tewerkstellen zouden dan geneigd zijn naar de andere kant van de grens te verhuizen. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zou daar dus geen voordeel uithalen. Iedereen moet dus weer rond de tafel komen zitten.

Wat de werkgelegenheid aangaat, kampt Brussel voornamelijk met een tewerkstellingsprobleem bij jongeren, terwijl dit in Vlaanderen eerder oudere werknemers betreft. Wat wordt het toekomstige beleid ten aanzien van de doelgroepen, en met welke gevolgen voor de werkgevers?

Uiteengaan om daarna nauwer samen te werken, daar komt het op neer. Met al deze keuzes wordt de verleiding voor sommigen waarschijnlijk groot om de factuur aan de ondernemingen voor te leggen. We komen hierop terug, maar het staat nu al vast dat we ons stoer zullen moeten opstellen. Om de tewerkstelling in Brussel te bevorderen is een competitiviteitschok nodig. Dit zal natuurlijk niet gebeuren met zwaardere lasten voor de ondernemingen. Wél met lichtere. Vincent Delannoy

U werft aan in IT, sales, engineering, administratie of financiën, ...? Kom en recruteer op de

WAAROM DEELNEMEN? • Meer dan 700 potentiële kandidaten per Job Day, van elke leeftijd en opleidingsniveau, in de beroepen die u aanbelangen • Goed voorbereide kandidaten danzij de ‘Pre Job Days’ • Onmiddellijke recruteringsgesprekken • In 1 dag verzet u het werk waar u anders dagen voor nodig heeft!

DE VOLGENDE BRUSSELS JOB DAYS: 24/10/2014

Sales, Finance & Administration

21/11/2014

Technici, Ingenieurs & Informatici

INFO & RESERVATIE OP http://jobdays.beci.be of [email protected] of 02/643.78.05

Een initiatief van:


kenen. In dit opzicht gaat het in Vlaanderen vooral om oudere werknemers, en in Brussel om de jongeren, omdat de hoofdstad hoge werkloosheidscijfers kent bij de jongere bevolkingsgroepen. In het Waalse Gewest is de situatie minder gecontrasteerd, waardoor de bepaling van de doelgroepen minder gemakkelijk verloopt.

(Reporters)

Beci

Beci

Een campagne over werkgevers

De waarde van een kopje koffie Deze advertentie hebt u waarschijnlijk in ons vorige nummer zien staan: een kopje koffie waarvan het oor

met een moersleutel is verbonden. Hiermee gaven de ondernemers de start van een gemeenschappelijke

campagne onder het motto “samen iets ondernemen” met de bedoeling om er, net voor de verkiezingen,

E

r zijn waarheden als een koe waarop mensen van tijd tot tijd opnieuw attent moeten worden gemaakt. Zo bijvoorbeeld dat bedrijven door hun activiteit rijkdom creëren waar de ganse gemeenschap voordeel uithaalt. Al deze bedrijven zijn de schakels van een ellenlange economische keten waarmee ook wij op een of andere manier verbonden zijn. Dit geldt zelfs voor de mensen die niet meer werken.


10

Het kopje koffie is een prima voorbeeld. De ober heeft het geserveerd omdat een handelaar de koffie heeft geleverd, omdat een koffiebrander deze handelaar heeft bevoorraad, omdat een boer een koe heeft gemolken waardoor er nu een vleugje melk in uw koffie kan. Om deze melk op te halen was een tankwagen nodig, die op zijn beurt door een garagist werd onderhouden, enz. Al deze mensen die hun kost verdienen, consumeren zelf goederen en diensten, ze betalen sociale bijdragen die bijvoorbeeld de pensioenen financieren. Om al deze verbanden voor het voetlicht te brengen, ging BECI een partnerschap aan met het VBO, Voka, de UWE, de UCM, Unizo en de Boerenbond. Al deze werkgeversorganisaties hebben net voor de verkiezingen een multimediacampagne gelanceerd onder de vorm van advertenties, affiches, een wedstrijd en berichten op de sociale media. Het ganse parcours van het kopje koffie ontdekt u in een video op de website van de campagne (www.samen-iets-ondenemen.be) en op YouTube. “De campagne richt zich tot een zo breed mogelijk publiek, maar eerst en vooral tot de jongeren”, zegt BECI adjunct secretarisgeneraal Jan De Brabanter. “Het gaat hier niet om eisen. Hier worden zaken toegelicht om een boodschap uit te dragen en een debat op gang te brengen.”

(Luc Van Dijck)

nog eens aan te herinneren dat ondernemingen rijkdom en welzijn voor iedereen produceren.

De campagne werd tijdens een persconferentie gelanceerd, in aanwezigheid van de werkgeversorganisaties en … de ster van de video!

“Alleen gezonde, sterk presterende, soepele en innoverende bedrijven kunnen vandaag overleven”, schrijven de werkgevers in een gemeenschappelijk communiqué. “De Belgische bedrijven moeten de durf opbrengen om zichzelf constant in vraag te stellen, te vernieuwen en op de hoogte te blijven van al wat er op hun markten omgaat. Dit is hun takenpakket, maar de omgeving waarin ze hun verantwoordelijkheden opnemen, is helaas niet altijd bijzonder ondernemingsvriendelijk.” “Deze campagne is het resultaat van een denkproces tussen voorzitters van werkgeversorganisaties, enkele maanden geleden”, vertelt Jan De Brabanter. “Op de vooravond van de verkiezingen willen wij de mensen duidelijk maken dat ze er alle baat bij hebben te stemmen voor kandidaten en partijen die de ontwikkeling van ondernemingen wensen te ondersteunen.”

“Een oproep om samen op te treden”

“Wanneer banen verloren gaan, wanneer een bedrijf delokaliseert, krijgen ondernemers telkens de schuld in de schoenen geschoven. Dat klopt niet: wij hebben on-

dernemers die echt rijkdom willen creëren”, aldus VBO gedelegeerd bestuurder Pieter Timmermans. “Die mensen verdienen een ondernemingsvriendelijke omgeving. Daar vaart iedereen wel bij.” “Deze campagne is geen geval tegen de vakbonden of andere groeperingen gericht”, zegt Timmermans. “Het is ook niet de bedoeling KMO’s en grote ondernemingen tegen elkaar op te zetten. Iedereen heeft al de anderen nodig. Laten we dus samen iets doen. De economie staat op een keerpunt. De eerste tekenen van herstel mogen ons niet uit het oog doen verliezen dat dit alles nog zeer broos is. Precies daarom hebben we vandaag duidelijke signalen nodig om onzekerheden weg te werken.” De werkgeversorganisaties hebben hun leden gevraagd de campagne – die ook na de verkiezingen verder loopt – te ondersteunen en op de sociale media te promoten. Op die manier hopen ze tijdens de volgende legislatuur een breed consensus te verkrijgen ten gunste van een beleid dat in onze ondernemers vertrouwt en de door hen geproduceerde toegevoegde waarde erkent.

BMW EfficientDynamics

BMW 4 Reeks Gran Coupé

Minder verbruik. Meer rijplezier.

Echt rijplezier

ECHTE SCHOONHEID ZIT VANBUITEN. DE EERSTE BMW 4 REEKS GRAN COUPÉ. Met z’n adembenemende verschijning en buitengewone prestaties trekt de nieuwe BMW 4 Reeks Gran Coupé alle blikken naar zich toe. Maar ook z’n interieur is al even verleidelijk: elegante details, ongeëvenaarde luxe, en een royaal ruimtegevoel dankzij de knappe frameloze deuren. Bovendien is de BMW 418d Gran Coupé met z’n lage verbruik van 4,5 l/100 km en uitstoot van 119 g/km fiscaal zeer interessant (VAA: € 113,60 netto/maand*). Ontdek hem bij ons vanaf 21 juni. * Een schatting van de maandelijkse bijdrage op basis van de hoogst mogelijke aanslagvoet van 53,50 % op het brutobelastingsvoordeel van alle aard, gebaseerd op de aanbevolen basisprijs en de gegevens beschikbaar op moment van publicatie.

Milieu-informatie (KB 19/03/04): www.bmw.be

Gregoir Tentoonstellingslaan 317 1090 Jette Tel. 02 474 04 74 [email protected] www.gregoir.bmw.be

BMW Brussels Filiaal van BMW Belux Leuvensesteenweg 864 1140 Evere Tel. 02 730 49 11 [email protected] www.bmwbrussels.be

4,5-8,3 L/100 KM • 119-193 G/KM CO2

Beci

Onderwijs

“Geen grote hervormingen, wel concrete veranderingen op het terrein!” De ambitieuze taak van de Franstalige ‘Fondation pour l’Enseignement’ bestaat erin initiatieven op gang

te brengen onder de vorm van concrete projecten, en die nadien doorheen de verscheidene netwerken te verspreiden om het onderwijs in de Federatie Wallonië-Brussel kwalitatief op te krikken en rechtvaardiger te maken. Eind mei stelde de stichting haar memorandum voor. Secretaris-generaal Olivier Remels besprak

(R.T.)

met ons de voornaamste punten van dit document. Een concrete en pragmatische aanpak


12

“De Fondation pour l’Enseignement wil zowel de kwaliteit als de rechtvaardigheid van het onderwijs verbeteren, onder andere door nieuwe bruggen te bouwen tussen school en onderneming”, zegt Olivier Remels. “In het raam van deze opdracht herinneren wij aan de ‘goede praktijken’ die op het terrein, in de scholen dus, kunnen worden toegepast. Dit memorandum is in geen geval het resultaat van een theoretisch denkproces. We zijn vertrokken van een analyse uitgevoerd door het consultancybureau Mc Kinsey en hebben die bewerkt in samenwerking met de vijf netwerken van het verplicht onderwijs (900.000 leerlingen en 130.000 stafleden), evenals met twee werkgeversfederaties: de Brusselse BECI en de Waalse UWE. Wij geven de voorkeur aan een concrete en pragmatische aanpak aan de hand van samenhangende voorstellen die een breed consensus hebben verkregen.” Deze voorstellen werden in de afgelopen jaren wijd verspreid en hebben al hun doeltreffendheid bewezen in de onderwijssystemen die recent de meeste vooruitgang hebben geboekt. De voorstellen vallen onder vier categorieën: ◗ Waardevolle personen aanzetten leerkracht te worden of te blijven ◗ De praktijken in het onderwijs verbeteren en uitwisselingen op het terrein bevorderen ◗ De schooldirecties installeren en daarna ondersteunen ◗ Via aangepaste strategieën, elke leerling ondersteunen op de weg naar het diploma.

Waardevolle leerkrachten aanwerven en tewerkstellen

Een van de prioriteiten van de stichting bestaat erin waardevolle personen te overtuigen leerkracht te worden. Vandaag geldt een baan als leraar vaak als een tweede keuze. De directies van de hogescholen schatten dat minder dan 50% van de studenten in de richtingen regentaat of onderwijzer, hieraan zijn begonnen als eerste keuze na het secundair onderwijs. “De aanwezigheid van enthousiaste en waardevolle leerkrachten is nochtans van essentieel belang”, verzekert Olivier Remels. “Er bestaan verscheidene manieren om dit probleem te verhelpen. Ik denk onder andere aan een betere informatie over de realiteit van het beroep, nog vóór de jongeren aan deze studierichting beginnen. Ik denk ook dat sommige aspecten, naast de pedagogische en didactische vaardigheden, in de opleiding nog moeten worden verbeterd: de bekwaamheid om in groep te werken bijvoorbeeld, of de emoti-

Olivier Remels

onele en relationele vaardigheden. Wij moeten ijveren voor een goede integratie van leerkrachten die uit de bedrijfswereld komen en het kwalificatie-onderwijs binnenstappen. Zij verdienen een aangepaste pedagogische ondersteuning.” “Bovendien stellen we vast dat het onderwijs als beroep zijn positief imago kwijt is. Het is hoog tijd om de taak van de leraar opnieuw te definiëren en te herwaarderen. Leraren moeten opnieuw trots op hun beroep zijn. En wij moeten trots zijn op onze leerkrachten, van wie een flink deel dagelijks wonderen verricht. Wij hebben een aanmoedigend HR beleid nodig om de beste talenten te behouden. Deze mensen moeten een dynamische visie van het beroep krijgen, met doorgroeimogelijkheden aan de hand van de verkregen resultaten, zowel in dezelfde functie als in andere (toezicht, coördinatie enz.) Of zelfs naar andere sectoren van de maatschappij.”

Betere praktijken op het terrein

Olivier Remels is ervan overtuigd dat de uitwisseling van goede praktijken de kwaliteit van het onderwijs ten goede zal komen, veel meer dan structurele hervormingen. Een veralgemening van het mentorschap is broodnodig: “Jonge leerkrachten hebben meer coaching nodig en moeten zich tot een ‘mentor’ kunnen wenden wanneer ze ontmoedigd geraken (één op drie verlaat het beroep na vijf jaar!). Dit mentorschap, dat trouwens al in bepaalde scholen bestaat, met zeer positieve resultaten, moet worden veralgemeend.”

Beci wikkelen. Aanvullingen van competenties moeten op maat van de behoeften kunnen worden voorgesteld. Een directeur moet kunnen focussen op de pedagogische omkadering. In werkelijkheid worden de directeurs – voornamelijk in het basisonderwijs – overstelpt door niet meer bij te houden administratieve lasten. Een afdoende administratieve ondersteuning is een noodzaak geworden.

Het succes van de leerling als eerste prioriteit

“De technische en beroepsopleidingen evenals het alternerend onderwijs dienen nog al te vaak als uitweg wanneer een leerling in een andere studierichting is gezakt”, aldus Olivier Remels. “Deze studierichtingen moeten worden geherwaardeerd als positieve levenskeuzes, en niet als een zijspoor voor moeilijke gevallen. Des te meer omdat er in vele beroepen een aanzienlijk tekort aan gekwalificeerde arbeidskrachten bestaat. In dit opzicht moeten ook aan de kant van de ondernemingen inspanningen worden geleverd om vraag en aanbod op het vlak van stages beter op elkaar af te stemmen.”

Schooldirecteur, een ondergewaardeerd beroep

De schooldirecties moeten als een strategisch hulpmiddel worden beheerd. De troeven van deze functie moeten worden versterkt – onder andere met een salaris dat in verband staat met de verantwoordelijkheden. Een reserve van kandidaten moet worden samengesteld en de directeurs moeten worden gekozen tussen de leerkrachten die de beste vaardigheden vertonen op het vlak van coaching van volwassenen. Vandaag is de taak van schooldirecteur een echte roeping. Het is te vergelijken met het beheer van een onderneming, met alle verplichtingen dat dit inhoudt, maar zonder over de nodige hefbomen te beschikken. De basisopleiding en permanente navorming van de netwerken moeten competenties in domeinen als beheer, inkoopbeleid, financiën en de leiding en coaching van volwassenen beter ont-

Geen “one size fits all”, in de praktijk

Olivier Remels beschouwt dit memorandum als een routekaart: “Een nieuwe legislatuur is een gunstig ogenblik om goede praktijken in gebruik te nemen of te veralgemenen. In de komende maanden en jaren willen wij met de partners verder werken aan al deze hefbomen. We gaan op het terrein een aantal pilootprojecten van start laten gaan om aan te tonen dat zulke constructieve ervaringen gerust mogen worden veralgemeend.” De stichting beseft natuurlijk dat de toepassing van deze voorstellen financiële middelen zal vereisen. Maar volgens Olivier Remels “moeten eerst de bestaande middelen van het budget op een andere manier worden aangewend want het verplicht onderwijs wordt in de Federatie Wallonië Brussel op een correcte manier gefinancierd. Wel is er behoefte aan meer autonomie en soepelheid om op te treden daar waar de prioriteiten zich bevinden. En dat verschilt van de ene school tot de andere.” Gaëlle Hoogsteyn

Korte biografie Olivier Remels (47) werkte meer dan 20 jaar lang in Public Affairs en institutionele communicatie, voornamelijk in de sectoren leefmilieu en gezondheid. Hij bekleedde diverse

functies (Directeur Openbare Aangelegenheden, Commu-

nicatie en Woordvoerder) in verscheidene ondernemingen en beroepsverenigingen. Deze licentiaat Toegepaste Communicatie van het IHECS (Institut des Hautes Etudes

des Communications Sociales) geeft er vandaag les in permanente navorming. Sinds 15 januari staat hij in voor het

dagelijks beheer van de Fondation pour l’Enseignement.


De stichting wil de schooldirecties en het lerarenkorps beter inlichten over de sociaal-economische werkelijkheid in de bedrijfswereld: wellevendheid en gedrag, ondernemerschap voor het eigen leven, kennis van de beroepen en de technologieën … Al deze aspecten hebben hun plaats in de basisopleiding en permanente navorming van de leerkrachten, én van de leerlingen, zo vroeg mogelijk. De contacten van de leraren en de leerlingen met de ondernemingen moeten veel talrijker worden, met bedrijfsbezoeken bijvoorbeeld, of regelmatige stages in bedrijven. “Hoe kan een leraar leerlingen begeleiden wanneer hij zelf nooit in contact is geweest met de werkelijkheid op de werkvloer, in de bedrijven?”, vraagt Olivier Remels.

De stichting wil werk maken van het succes voor alle leerlingen. De Federatie Wallonië-Brussel kampt met een hoog aantal leerlingen dat een of meerdere jaren overdoet of dat volledig afhaakt. In Brussel bezit 20% van de leerlingen van 15 jaar niet de basiscompetenties lezen en schrijven. Olivier Remels: “Een eerste stap zou erin bestaan de leerlingen beter te oriënteren. Bovendien moeten wij ook op korte termijn strategieën uitwerken voor het remediërend onderwijs. Het is de bedoeling een leerling met een gerichte tussenkomst te helpen zodra er een tekort wordt vastgesteld. Hiervoor hebben de scholen voldoende autonomie en flexibiliteit nodig om dit te organiseren, om de bestaande middelen aan te wenden volgens de prioriteiten binnen de school, en eventueel bijkomende middelen te kunnen inroepen vanuit het bestaande budget. Ook bij leerkrachten en directeurs moeten zeer snel competenties in remediërend onderwijs worden ontwikkeld.”

Uw ambities en zelfzekerheid De beroepswereld en de sector van het patrimoniumbeheer vraagt naar echte vertrouwensrelaties tussen de

spelers – een ware uitdaging, omwille van de mobiliteit van de bedoelde spelers. SGG Belgium wenst actief bij te dragen tot de cohesie door dagelijks het gevoel van vertrouwen bij zijn klanten te versterken.

Jean-Marc Durbecq, de nieuwe directeur-generaal van SGG België, onderstreept het belang van een persoonlijke relatie in zijn werkmethode. SGG België is perfect geïntegreerd in de SGG Group, die met zijn kantoren in 18 landen wereldwijd bekend staat voor de doeltreffendheid en de kwaliteit van zijn diensten. Dochteronderneming SGG België streeft ernaar zich dankzij het vertrouwen van haar huidige en toekomstige klanten te ontwikkelen. Na vijf jaar aanwezigheid op de Belgische markt beoogt SGG een verdubbeling van het personeel tegen 2017 om het aanbod aan multidisciplinaire diensten verder uit te breiden en te versterken. À la carte… Ongeacht de reden waarom SGG België wordt ingeroepen, de relatie tussen onderneming en klant rust op een mix van begeleiding, expertise en snelle respons. Dit geldt in domeinen als de boekhouding van een KMO, een zelfstandige of een groter bedrijf, de ondersteuning en verbetering van de juridische en fiscale aspecten van een commerciële verrichting of de evaluatie van bepaalde vastgoedopportuniteiten. Het dienstenaanbod van SGG België is echter nog ruimer. In zijn taak van ‘Family Officer’ begeleidt SGG België elke persoon die zijn vermogen op een doordachte en optimale manier wil beheren. Het Belgische team zorgt, eventueel met de hulp van andere deskundigen binnen de groep - of van zelfstandige consultants, voor een integraal beheer van de opdrachten en verdient op die manier zijn status als vertrouwenspartner. Het is niet de bedoeling de klant te adviseren bij zijn keuzes, wel de overwogen alternatieven te controleren. Desnoods vestigt SGG de aandacht op de risico’s of nadelen van een of andere aanpak. SGG begeleidt zijn klanten in hun denkproces over hun patrimonium of over toekomstige investeringen. SGG België kan voor zijn klant bijvoorbeeld een zaakvoerder vinden voor een te bepalen duur, een onderneming vestigen en zo nodig op korte termijn kantoren ter beschikking stellen zodat de klant van SGG Group in een positieve omgeving kan werken. Maatwerk! Jean-Marc Durbecq luistert aandachtig naar de behoeften van de klant en analyseert nauwkeurig de projecten om de best mogelijke oplossing voor te leggen. Elk lid van het team moet op dezelfde manier de klanten bijstaan. De directeur-generaal spreekt graag van zijn eigen methode, de zgn. ‘afspraak rond een blanco vel papier’. De

eerste ontmoeting met een medewerker van SGG België moet zonder het minste vooroordeel gebeuren. Ze dient om de situatie te evalueren, de toegevoegde waarde van de aangeboden diensten te bepalen en een actieplan uit te stippelen dat focust op reactiviteit in onze snelle Jean-Marc Durbecq, directeur-generaal van SGG België. wereld. Er moet bij de potentiële klant geen behoefte worden gecreëerd, want de meerwaarde van SGG bestaat uit actie, inzicht in de eigenheid van elke klant en de levering van oplossingen op korte termijn. De vertrouwensrelatie die SGG België met zijn klanten wil ontwikkelen, steunt echter op twee principes. Ten eerste beheerst SGG heel wat domeinen, maar de wil om steeds het beste advies te verlenen gaat soms gepaard met een beroep op externe bijstand. Deze consultatieve outsourcing is soms van essentieel belang om een maximale veiligheid te verzekeren aan al onze klanten, ongeacht hun omvang, hun verwachtingen en de ingeroepen diensten. Ten tweede werkt SGG altijd volledig transparant en wil het ook zo houden. Als het de bedoeling is de haar toevertrouwde dossiers te optimaliseren, zal SGG absolute transparantie als voorafgaandelijke voorwaarde stellen om in vol vertrouwen en sereniteit te kunnen werken. Dankzij de combinatie van deze voorwaarden kan SGG België zich positioneren als een werkelijke deskundige voor al de aangeboden diensten en meer bepaald in haar rol als Family Officer. Op SGG België vertrouwen, betekent voor de klant ook meer zelfzekerheid in zijn ambities op korte, middellange en lange termijn. Want deze klant vertrouwt de analyse van zijn zakenportefeuille et/of zijn patrimonium aan een onderneming die haar ontwikkeling dankt aan een geïndividualiseerde en kwaliteitsvolle service aan ieder van haar klanten.

SGG Belgium N.V. Louizalaan 209A, 1050 Brussel [email protected] Tel.: 0032.2.627.55.75

Beci

Joëlle Evenepoel

Gelijkheid zou een reflex moeten worden Er wordt veel geschreven en gezegd over gelijkheid voor vrouwen en mannen, en het debat is actueler dan

ooit, al is er nog altijd een verschil tussen het principe en de toepassing op het terrein, zegt Joëlle Evenepoel, secretaris-generaal van BECI. “Het is geen evident onderwerp omdat het risico op clichés altijd dichtbij is, maar er zijn toch nog diverse uitdagingen die nader bekeken dienen te worden.”

(Reporters)

J

oëlle Evenepoel is voorzitter van de Brusselse Raad voor Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen, een adviesorgaan dat zowat een jaar geleden werd opgericht. “Als werkgeversorganisatie vonden we het belangrijk ons te positioneren in dat debat. We zien ook binnen ondernemingen vandaag veel meer aandacht voor gelijkheid van man en vrouw dan pakweg tien jaar geleden, en meer vrouwelijke bedrijfsleiders profileren zich als rolmodel.” Niet alleen in het netwerk van BECI, maar ook binnen de eigen organisatie is gelijkheid een belangrijk thema. “BECI is een sterk vrouwelijke organisatie, in al haar gelederen. Zo’n 70% van onze medewerkers zijn vrouwen, en die werken tot in het management. Maar een van onze frustraties is dat je die verhouding niet terugvindt in de Raad van Bestuur. Voor het totaal van BECI – de Kamer van Koophandel en het Verbond van Ondernemingen in Brussel – zijn er maar 13% vrouwelijke bestuurders. Elk jaar trachten we vrouwelijke kandidaten aan te trekken maar het blijft een permanente inspanning.


15

Verschillen worden minder groot

Waarom vrouwen minder geneigd zijn een post als bestuurder op zich te nemen, is moeilijk te zeggen maar met het risico toch in een cliché te vervallen, verwijst Joëlle Evenepoel hier naar een mogelijk verschil qua ingesteldheid. “Vrouwen stellen zich vaak vragen: gaat het me inhoudelijk iets bijbrengen, kan ik het wel combineren, zal ik het aankunnen? En wanneer ze niet zeker zijn dat ze een job niet voor 100% goed kunnen uitvoeren, schrikken ze er vaak voor terug, waardoor ze de stap niet zetten, terwijl mannen sneller vertrouwen hebben in zichzelf. Maar dit moet ook wat genuanceerd worden: er zijn ongetwijfeld karaktertrekken die eerder mannelijk of vrouwelijk zijn – zo ziet men bij vrouwen vaak een grotere aandacht voor menselijke aspecten – maar eigenlijk gaat het om karaktertrekken waar we allemaal in zekere mate over beschikken, man of vrouw, en die we min of meer ontwikkelen in functie van de context waarin we werken. We moeten er dus heel erg opletten dat we mannen of vrouwen niet in een bepaald carcan duwen.” Wat opvalt is dat de jongere werknemers, de Y-generatie, een sterke ambitie tonen en dat de verschillen tussen mannen en vrouwen bij hen minder merkbaar zijn. Zo zijn jonge vrouwen over het algemeen assertiever over hun loon en werkvoorwaarden. “Die evolutie heeft mogelijk te maken met de sensibilisering over de gelijkheid van mannen en vrouwen. Anderzijds blijken ook mannelijke sollicitanten vandaag vaker vragen te stellen over de combinatie van privé en werk. Dat betekent nog niet dat we er al zijn, want dit is een mentaliteitskwestie die

Joëlle Evenepoel : “Vrouwen moeten ook zelf overtuigd geraken van hun eigen kunnen en in zichzelf geloven” nog heel wat jaren nodig heeft om mee te evolueren. Gelijkheid moet voor mij niet zozeer gereglementeerd worden. Het zou een reflex of evidentie moeten zijn. Het talent van beiden zou gebruikt moeten worden waar het nodig is. Misschien zijn vrouwen in bepaalde zaken wel beter dan mannen en omgekeerd, maar dan is het de kunst van HR om dat te detecteren.”

Brussel: een jong en divers gewest

Gelijkheid voor mannen en vrouwen is een debat dat overal gevoerd wordt, maar toch zijn er voor de Brusselse regio specifieke elementen aan verbonden. “Het glazen plafond en de loonkloof vind je overal, en dat is in Brussel niet anders. Het

aantal vrouwelijke zelfstandigen bedraagt hier bijvoorbeeld zo’n 30%, ongeveer even veel als in Vlaanderen en Wallonië. Anderzijds is Brussel een heel divers en jong gewest en hebben we met een werkloosheidsgraad van 21% een bijkomende uitdaging op het vlak van tewerkstelling. Wij willen er dus enerzijds voor zorgen dat vrouwen de wil hebben en het risico nemen om zelfstandige te zijn, maar hen ook stimuleren om meer verantwoordelijkheid op te nemen binnen hun bedrijf. Daarbij is het multiculturele een belangrijk aspect, maar ook het feit dat er veel eenoudergezinnen zijn in Brussel. Eén op vier kinderen groeit hier op in een eenoudergezin, en 86,6 procent van die alleenstaande ouders is vrouw. Voor hen moeten er bijvoorbeeld voldoende opvangmogelijkheden zijn, ook na de schooluren zodat ze terug actief kunnen worden en opleidingen volgen.” Dat eenoudergezinnen economisch gezien kwetsbaar zijn, blijkt uit de cijfers van een recente studie in opdracht van het Technisch Centrum Eenoudergezinnen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Slechts 39,9% werkt op permanente basis, voltijds of deeltijds. 33,4% wisselt periodes van werkloosheid af met voltijds of deeltijds werk, en 19,8% hangt permanent af van een werkloosheidsuitkering of het OCMW.


16

“Daarnaast moeten we bekijken hoe we vrouwen ertoe kunnen bewegen om het risico te nemen een eigen zaak op te zetten. Sensibilisering, opleiding en ondersteuning kunnen hen helpen die stap te zetten. De vrouwen die nu zelfstandige zijn, zijn dat vaker in vrije of intellectuele beroepen zoals notaris, arts of jurist, of ze werken in de handel. Het is dan ook de vraag hoe we hen van jongs af aan kunnen stimuleren om hun opties voor hun carrière breder te bekijken, zowel wanneer ze willen gaan werken na het middelbaar, verder gaan studeren of een eigen bedrijf oprichten. Zeker voor richtingen waar de arbeidsmarkt veel nood aan heeft, zoals ingenieurs of technici, moeten we vrouwen ervan durven overtuigen dat aan te durven, en niet altijd het meest evidente te kiezen.”

Talent aantrekken en behouden

Een van de projecten waar BECI momenteel aan werkt is het wegwerken van stereotypen. “Uitgaande van de vaststelling dat gelijkheid een reflex moet worden die van jongs af aan wordt gestimuleerd, hadden we het idee om al in het middelbaar te tonen dat een beroep niet noodzakelijk mannelijk of vrouwelijk is. De klassen zouden dan ondernemingen bezoeken die geleid worden door een man of een vrouw in een ‘atypische’ sector, een vrouwelijke bedrijfsleider in een technische omgeving bijvoorbeeld. Meisjes en vrouwen hebben een rolmodel nodig, ook van vrouwen aan de top, want vandaag zijn ze vaak nog niet genoeg zelfzeker. Vrouwen moeten ook zelf overtuigd geraken van hun eigen kunnen en geloven in zichzelf.” Gelijkheid is een zaak waar iedereen aan moet meewerken, vindt Joëlle Evenepoel. “Er is niets zo moeilijk als een mentaliteitswijziging te bereiken, en dat vereist een continue ondersteunende en sensibiliserende rol. De bedrijfswereld moet zijn verantwoordelijkheid nemen, de politiek ook, maar evenzeer de vrouwen zelf. Er moet op alle niveaus gewerkt worden aan

(Reporters)

Beci

Niets mag vrouwen beletten hun vaardigheden in ‘ongewone’ beroepen uitoefenen – technische functies bijvoorbeeld.

gelijkheid: het veranderen van de mentaliteit, vrouwen overtuigen van hun mogelijkheden, via de politiek het kader verbeteren, onder meer door meer kinderopvang te voorzien, en in de bedrijven door ervoor te zorgen dat vrouwelijke talenten worden opgespoord. Hierbij moeten we ons behoeden voor een zwart-witdebat. Het gaat immers in de eerste plaats over hoe je talenten kunt aantrekken en behouden, en hoe je ondernemerschap kunt stimuleren. Als werkgever moet je dus niet meer denken in termen van man-vrouw, maar flexibel denken: wat zijn de manieren waarop je iemand kan tewerkstellen waardoor je die een betere combinatie van werk en privé kan bieden, door bijvoorbeeld, thuiswerk en deeltijds werk. BECI werkt aan een witboek over diversiteit en heeft al meegewerkt aan acties die niet zozeer over gelijkheid gingen, maar wel over die nieuwe manier van werken.” Tot slot roep Joëlle Evenepoel vrouwen op om hun carrière actief in handen te nemen. “Als ik naar mezelf kijk, heb ik nooit een glazen plafond gevoeld. Maar ik heb wel altijd de kansen gezien en gegrepen die zich voordeden. Ik merk uiteraard dat niet iedereen deze ervaring deelt maar je moet echt niet wachten tot de kansen zich aanbieden. Als jij vindt dat een opportuniteit binnen de organisatie echt iets voor jou is, stel het dan voor en waag je kans. Natuurlijk zullen er nog wel obstakels zijn en staat niet elke werkgever even ver, maar vrouwen moeten beginnen met te durven en er te staan, proactief zijn en zelf in hun kansen geloven. Daarbij hebben ze een kader nodig waarbinnen ze zich optimaal kunnen ontplooien met aandacht voor het gezin, werk, opvang voor kinderen, opleiding, competentie, motivatie,… Maar de grootste uitdaging is er voor te zorgen dat de mentaliteit zo evolueert dat gelijkheid een reflex wordt. Je moet eigenlijk niet langer denken in termen van vrouw/man, maar wel in talenten, tewerkstelling, zelfstandige ondernemers. Er zijn verschillen tussen beide, gebruik ze dan ook. Interview afgenomen door Barbara Vandenbussche

HET PLEZIER VOOR UW WERKNEMERS. WAT HET UW ONDERNEMING KOST.

DE MAALTIJDCHEQUES ZIJN MEER WAARD DAN U DENKT. U wilt uw werknemers de mogelijkheid bieden om hun maaltijd te betalen of onder collega’s te gaan eten? Dankzij de maaltijdcheques verhogen vandaag al 70.000 ondernemingen de netto koopkracht van hun werknemers, en genieten ze tegelijk van een sociaal en ﬁscaal voordeel. Maar het is ook een sterk gewaardeerd motivatiemiddel en een ﬂexibele restaurantformule aangepast aan KMO’s. Bovendien is het gebruik ervan nu nog eenvoudiger dankzij de elektronische maaltijdcheque. Ontdek nu nog méér voordelen op mijnmaaltijdcheque.be

MIJNMAALTIJDCH MAALTIJDCHEQUES

EQUE.BE

, NU OOK ELEKTRON

ISCH.

Beci

Interview

Paul Soete (Agoria): “Ik geloof in de kracht van gemeenschappelijke standpunten” Paul Soete verliet op 21 mei zijn functie als gedelegeerd bestuurder van Agoria, de federatie van de technologische industrie. Marc Lambotte volgt hem op. Paul Soete was eveneens bestuurder van BECI. Op de

(R.T.)

vooravond van zijn vertrek hebben we hem ontmoet voor een balans en een gesprek over de uitzichten.


18

P

aul Soete stapte in januari 2002 in de Agoriaboot. 12 jaar lang stond hij dus aan het hoofd van de federatie van de technologische industrie, waarvan hij voordien de directeur sociale zaken was. Doorheen die jaren was hij een bevoorrecht getuige van de industriële evolutie in België en – helaas – van de desindustrialisatie. “Onze industrie stelt aanzienlijk minder mensen tewerk dan in haar bloeitijd na de Tweede Wereldoorlog”, geeft hij toe. Dit moet echter enigszins worden genuanceerd: de daling van de industriële werkgelegenheid is gedeeltelijk te wijten aan de verhoging van de productiviteit en aan de ‘statistische’ verschuiving van sommige diensten die voortaan uitbesteed worden, zoals bedrijfscatering of het onderhoud van werkplaatsen. “Samen vertegenwoordigen beide factoren ongeveer de helft van de verloren werkgelegenheid. Voeg daar ook nog de uitzendarbeid aan toe, die evenmin een vermindering van de activiteit be-

tekent. Wat er dan nog overblijft, is verlies aan concurrentiekracht. Wij zijn vandaag duurder dan andere landen en slagen er niet meer in deze meerprijs door productiviteit te compenseren, onder andere ten opzichte van Duitsland. Wij geloven dat er nog een toekomst voor de industrie is weggelegd, maar de kosten vormen een handicap die wij moeten wegwerken.”

Industrie in de stad?

De achteruitgang van de industriële sector ging gepaard met de bloei van de tertiaire sector, onder meer ITC, dat Agoria succesvol in zijn activiteiten heeft opgenomen. Enkele jaren geleden deed Paul Soete trouwens een oproep om van Brussel een ‘ITC-hoofdstad’ te maken. Van dit standpunt is hij ondertussen niet afgeweken: “Wij bezitten alle nodige troeven. Brussel is een internationale stad, een hoofdstad van de diplomatie en de thuishaven van heel wat belangrijke kenniscentra. Bovendien biedt de stad een redelijk groene omgeving

en een aantrekkelijk werkkader. ITC hoort hier thuis.” Paul Soete stelt zich vragen rond de plaats van de onderneming – en meer bepaald de industrie – in de stad: “Laten we eerst en vooral de bestaande Brusselse industrie hier houden. Ik denk bijvoorbeeld aan Audi of Sabca. Maar dan stelt zich de vraag welk type werkgelegenheid wij in deze stedelijke omgeving wensen. Wij zijn zoals BECI bezorgd om het gebrek aan terreinen voor productieactiviteiten in Brussel. Dit is het ganse debat rond de kanaalzone: moeten daar lofts worden gebouwd of behouden we daar liever werkplaatsen? Moeten mensen die niet in kantoren zitten dan buiten de stad gaan werken? Vanzelfsprekend gaan wij hier geen petrochemische nijverheid inplanten, maar sommige stedenbouwkundigen denken dat de evolutie van de technologie de terugkeer van de industrie naar de stad mogelijk zou moeten maken. Gemengde stedelijke

Beci

“Wij bereiden ons onvoldoende voor op de regionalisering”

De nieuwe staatshervorming kent de gewesten nog meer belang toe. Hoe ziet Paul Soete in deze context de rol van een gewestelijke intersectorale federatie als BECI? “Ik geloof in de kracht van gemeenschappelijke standpunten. De kracht van een federatie ligt in de vertegenwoordiging van een gemeenschap, niet in de belangen van een of andere onderneming. Zo gaan wij bij Agoria sectoraal te werk; in heel wat domeinen is dit belangrijk. Maar dit geheel moet zich ook op politiek niveau uiten, en daar hebben wij behoeften aan een organisatie als BECI. Precies daarom is Agoria een – trouw – lid van BECI.”

Marc Lambotte, de voormalige Managing Director van Unisys Belgium, is de nieuwe gedelegeerd bestuurder van Agoria, waar hij Paul Soete opvolgt. Marc Lambotte (58) begon zijn carrière in het onderwijs en stapte nadien naar de technologische sector over. Hij werd in 1985 als consultant door Agoria IT lid Unisys aangeworven. 20 jaar later veau liggen de uitkeringen hoger voor werklozen. Nu, Brussel kampt met hoge werkloosheidscijfers. Hoe wordt een eventueel financieel tekort dan gecompenseerd? De doelgroepen zijn een ander voorbeeld: indien de Brusselse regering – terecht – beslist de werkloosheid van jongeren aan te pakken, worden de oudere werknemers dan niet aan hun lot overgelaten? Het is nochtans van vitaal belang deze mensen aan het werk te houden zonder hun kost te verhogen. De werkgevers zouden in staat moeten zijn meer voorstellen te ontwikkelen. Dit heeft BECI voor het vraagstuk mobili-

Paul Soete : ”Sommige stedenbouwkundigen denken dat de evolutie van de technologie de terugkeer van de industrie naar de stad mogelijk zou moeten maken.” “Natuurlijk zal de regionalisering een impact hebben, maar ik heb de indruk dat de gewestelijke interprofessionele federaties niet genoeg rekening houden met de te verwachten gevolgen. Neem nu het voorbeeld van de gezinsuitkeringen: heeft men echt voldoende rekening gehouden met de Brusselse eigenheden? Tot op een bepaald inkomstenni-

teit heel goed gedaan met zijn Witboek, maar op zijn eentje vooruit geraken heeft niet veel zin. Stel u voor: BECI die de enige zou zijn met voorstellen voor de Brusselse Ring, dat zou toch absurd zijn, nietwaar? Zulke initiatieven moeten in samenspraak met het VBO, Voka, Febiac, Agoria en andere worden genomen… In Antwerpen wordt ruzie gemaakt over

stond hij als Managing Director aan het hoofd van Unisys Belgium. Bovendien is hij Vice-President Sales and Technology Services van Unisys voor Europa, het Midden-Oosten en Afrika. En ten slotte doceert M. Lambotte Strategic & International Management aan de KU Leuven als gasthoogleraar.

de Oosterweel verbinding, maar er is een project in voorbereiding. In Brussel merk ik zelfs niet het begin van een duidelijke aanpak.”

“ Durven ondernemen”

Ten slotte vroegen wij aan Paul Soete welke boodschap hij aan de ondernemers wou overmaken. “De drie i’s”, luidt zijn antwoord. “Innovatie, internationalisering, investering! Durf ze alle drie aan, durf ondernemen! Wij zijn klein en moeten dus onze grenzen overschrijden. De concurrentie is hard op de Europese markten. Doorbreken kan ook buiten Europa, dankzij innovatie. Innoveren kan overal. Ik besprak dit bij het VBO met Luc De Bruy ckere (Ter Beke), Françoise Bister en Karel Boone (Lotus). Ze zijn alle drie actief in de voedingssector, niet bepaald hightech, en ze hadden alle drie ideeën om te innoveren: de ene op de markten, de andere het product en de derde de verpakking. Dit is allemaal innovatie. In de afgelopen jaren zijn onze marktaandelen in Europa geslonken, maar bij grootschalige export zijn ze toegenomen. Er bestaan dus ondernemers die lef hebben!” Interview afgenomen door Emmanuel Robert


De topman van Agoria weet dat de Brusselse ondernemingen onder druk staan: “Wanneer Siemens een aanzienlijk deel van zijn activiteiten van Anderlecht naar Huizingen verhuist, wanneer Steria gedeeltelijk naar Groot-Bijgaarden delokaliseert, dan zijn dit veelzeggende tekens. Waar onze ondernemingen het ergst onder gebukt gaan in Brussel zijn de mobiliteit en de belastingen op oppervlaktes, parkings enz. Wij hebben dit samen met BECI aangetoond: Brussel is duurder dan de omliggende gebieden. Wij betreuren deze situatie. Met een gemeenschappelijke aanpak onder de 19 gemeenten en door een vermindering van de hiaat met de aanpalende Gewesten kan Brussel een ongelooflijke aantrekkingskracht uitoefenen.”

Marc Lambotte, de nieuwe CEO van Agoria (R.T.)

activiteiten kunnen een doelstelling zijn, maar daar gaan bepaalde vereisten mee gepaard. Logistiek, semi- en lichte industriële activiteiten hebben alle in gemeen dat ze vrachtwagens gebruiken.”

Beci

Een BECI – EEN seminar over «Doing Business in China»

Handel met China

In het raam van Enterprise Europe Network, organiseerde BECI onlangs een voormiddag over de toegang

tot de Chinese markt. De talrijke opkomst van ondernemers getuigde van de belangstelling van onze

KMO’s voor deze beloftevolle maar complex markt. De genodigden: Jon Echanove van het EU SME Cen-

tre2 ; Valentin de le Court van het advocatenkantoor HFG, met een specialisatie intellectuele eigendom


20

Jon Echanove bekijkt de zaken heel pragmatisch: China is nog steeds een waardevolle markt voor Europese bedrijven. Het land biedt nieuwe en aanzienlijke uitzichten met zijn spectaculaire verstedelijking, de pijlsnelle uitbreiding van zijn middenstand die gretig wil consumeren en de ontwikkeling van een diensteneconomie. Deze veelbelovende markt blijft echter bijzonder moeilijk toegankelijk. Jon Echanove geeft een lijst van 20 frequente hindernissen voor bedrijven die zich daar wensen te vestigen. Daarbij horen bijvoorbeeld het onvermijdelijke en tijdrovende parcours om met partners en klanten vertrouwensrelaties aan te knopen, de noodzakelijke aanpassing van het businessmodel aan de lokale situatie, de logge reglementering, de tussen nationale, regionale en lokale concepten versplinterde Chinese bureaucratie, enz. Het EU SME Centre levert in dit opzicht een uiterst waardevolle bijstand aan bedrijven die handel met China overwegen. Hierbij wordt elke stap van een bijzonder complex proces toegelicht: de algemene wettelijke en technische vereisten, de certificering, de labelling, de registrering, de conformiteit enz. Aan de hand van zijn ervaring en zijn economische waakopdracht verleent het orgaan waardevol advies via een reeks van best practices en meldt het opportuniteiten die zich in bepaalde sectoren voordoen. Intellectuele eigendom is een delicaat onderwerp en een bron van geschillen voor wie de Chinese markt benadert. Dit land is een universum op zich, heeft weinig te vrezen van de rest van de wereld en bezit al wat nodig is om elk product na te bootsen. Kandidaten laten zich dus best goed over de lokale wetgeving inlichten. Het advies en de bijstand van een gespecialiseerd advocatenbureau zijn onontbeerlijk. Valentin de le Court, deskundige van de China IPR 1 www.eusmecentre.org.cn 2 www.chine-iprhelpdesk.eu 3 www.gevers.eu/fr/content/gevers-china-desk

(Reporters)

voor de China IPR SME Helpdesk ; en Bei Tang, van het advocatenkantoor Gevers1.

SME Helpdesk herinnert ons eraan dat China wereldkampioen is in het aantal geregistreerde handelsmerken, het aantal octrooien… en het aantal geschillen rond intellectuele eigendom! Het in China gevestigde advocatenkantoor weigert echter elke vorm van fatalisme, want intellectuele eigendomsrechten kunnen worden beschermd. Aan de hand van zijn vergaande kennis van dit domein weet het kantoor dat een eenvoudige bescherming niet volstaat: de intellectuele eigendom moet deel uitmaken van een volledige commerciële strategie. Bei Tang, van het advocatenkantoor Gevers, bespreekt dit heikele punt aan de hand van het concrete voorbeeld van een Belgische chocoladeproducent die een partnerschap met lokale verdelers zocht. Tijdens een onderhandeling gebruikte een potentiële verdeler een bedrieglijk voorwendsel om het geregistreerd Belgisch merk ook op de Chinese markt te laten registreren. Daarna legde hij onaanvaardbare voorwaarden op, waardoor een partnerschap onmogelijk werd en de onderhandelingen op de klippen liepen. Wanneer het Belgische bedrijf naar an-

dere partners op zoek ging en zijn geregistreerd merk in de ganse China wilde laten erkennen, werd dit geweigerd omdat het merk al in China geregistreerd stond. De onderneming werd dus gedwongen exclusief met de oneerlijke verdeler te onderhandelen! Dit leidde tot vier jaar peperdure juridische procedures, een gewonnen proces maar het verlies van de markt. Erger nog, Bei Tang dringt aan op de noodzaak om het merk te beschermen, zelfs als er geen onderhandelingen met China aan de gang zijn. Het bovenvermeld voorval kan zich ook op een markt buiten China en Europa afspelen! Dit gebeurde met een Duits bedrijf waarvan de producten nagebootst werden en op zijn voornaamste afzetmarkt (Afrika) werden verkocht door een Chinees bedrijf dat het merk op voorhand in eigen land had laten registreren… Didier Dekeyser

ONS GAMMA IS ZO FLEXIBEL ALS

NIEUWE NISSAN NT500

NIEUWE NISSAN NT400 CABSTAR

GVW: 3.5T, 5.6T, 6.5T en 7.5T 5 wielbases: van 2.800 tot 4.300 mm 2 motorisaties: 150pk of 177pk Ongezien comfortabel en soepel

Maximum laadvermogen van 1.496 tot 2.768 kg 3 wielbases: 2.500, 2.900 en 3.400 mm Tipper of open laadbak Voordelig, veelzijdig en makkelijk te manoeuvreren

ONTDEK ALLE MODELLEN EN MEER INFO OP WWW.NISSAN.BE

NV400

PRIMASTAR

NV200

Beci

Dubbele belasting vermijden

Nieuw verdrag tussen België en China: een overzicht Administratieve en politieke molens malen soms langzaam ... België en China ondertekenden al in 2009 een nieuw verdrag om dubbele belasting en ontduiking van inkomstenbelastingen te vermijden

en investeren in China interessanter te maken. Na ratificatie door beide partijen geldt het nieuwe ver-

drag voor inkomsten verworven vanaf 1 januari 2014 of in boekjaren die beginnen op of na die datum. Dit nieuwe verdrag vervangt het verdrag van 18 april 1985, dat echter van kracht blijft voor inkomsten verworven in de boekjaren vóór 2014. Wij zetten voor u de verschillen op een rijtje.


22

Vaste inrichting

Wat is zo’n “vaste inrichting” nu eigenlijk? Het oude verdrag uit 1985 omschreef ze als

(Reporters)

E

en van de grootste verschillen met het verdrag van 1985 heeft te maken met het begrip “vaste inrichting”. Zo zegt artikel 7 van het nieuwe verdrag dat “winst van een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat slechts in die Staat belastbaar is, tenzij de onderneming in de andere overeenkomstsluitende Staat een bedrijf uitoefent met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting. Indien de onderneming aldus haar bedrijf uitoefent, mag de winst van de onderneming in de andere Staat worden belast, maar slechts in zoverre als zij aan die vaste inrichting kan worden toegerekend.” Dit begrip staat bijgevolg centraal in het belastingverdrag, want het is een uitzondering op de algemene regel dat de winst van een bedrijf in een overeenkomstsluitende Staat alleen in die staat belastbaar is..

Ook diensten zoals consultancy, verleend door een bedrijf via medewerkers of ander personeel dat hiervoor speciaal werd aangeworven, kunnen een vaste inrichting vormen als ze in dat land gedurende een bepaalde tijd worden uitgeoefend. Vroeger ging het om “zes maanden in enig tijdvak van 12 maanden” en in het nieuwe verdrag

Het nieuwe verdrag verlaagt de roerende voorheffing op dividenden van 10 naar 5% (onder voorwaarden) en op royalty’s van 10 naar 7% (onder voorwaarden).

“de plaats van uitvoering van een bouwwerk of assemblageproject of van werkzaamheden van toezicht daarop”. Maar deze activiteiten moesten dan wel minstens zes maanden in beslag nemen. In het nieuwe verdrag moeten het bouwwerk, het assemblageproject of het toezicht minstens twaalf maanden duren. Deze strengere voorwaarden spelen in het voordeel van de overeenkomstsluitende Staat waartoe het bedrijf behoort.

luidt het “183 dagen in enig tijdvak van 12 maanden”.

Lagere roerende voorheffing

Artikel 10 van het nieuwe verdrag bepaalt dat “dividenden betaald door een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat, in die andere Staat mogen worden belast.” Maar de tweede alinea van hetzelfde artikel voegt

daar meteen aan toe dat deze dividenden ook in de andere overeenkomstsluitende Staat mogen worden belast overeenkomstig de wetgeving van die staat (op de roerende voorheffing), maar dat deze belasting bepaalde grenzen niet mag overschrijden. Dit zijn ze: Het verdrag van 1985 beperkte de roerende voorheffing tot 10% van het brutobedrag van de dividenden. Het nieuwe verdrag gaat een grote stap verder (in het voordeel van de investeerders) door deze belasting te beperken tot 5% als de gerechtigde een vennootschap is (maar personenvennootschappen zijn uitgesloten) die, vóór het tijdstip waarop de dividenden worden betaald, gedurende minstens twaalf maanden ononderbroken onmiddellijk minstens 25% bezit van het kapitaal van de vennootschap die de dividenden betaalt. In alle andere gevallen geldt een roerende voorheffing van 10%. Ook de belasting op royalty’s daalt. In artikel 12 van het nieuwe verdrag lezen we: “Royalty’s afkomstig uit een overeenkomst-

Duidelijkere regels inzake vermogenswinst

Alinea 4 van artikel 13 van de overeenkomst van 18 april 1985 wordt in de nieuwe overeenkomst duidelijker geformuleerd. Was er vroeger nog sprake van aandelen in het kapitaal van een onderneming waarvan de activa onmiddellijk of middellijk hoofdzakelijk bestaan uit onroerende goederen, dan is de nieuwe bepaling nauwkeuriger: “aandelen waarvan meer dan 50% van de waarde onmiddellijk of middellijk bestaat uit onroerende goederen”. Op dezelfde manier verduidelijkt alinea 5 van artikel 13 van de nieuwe overeenkomst de overeenstemmende bepaling uit 1985 over de belasting op voordelen uit de vervreemding van een aanzienlijk aandelenpercentage, die mogen worden belast door het land van vestiging van de vennootschap waarvan de aandelen worden vervreemd. Dezelfde alinea van de nieuwe overeenkomst voegt ook een uitzondering toe: aandelen die in belangrijke mate en geregeld worden verhandeld op een erkende beurs, wanneer het totaal van de aandelen dat door de inwoner van een overeenkomstsluitende Staat werd vervreemd, in de loop van het belastingjaar waarin de vervreemding plaatsvindt niet meer bedraagt dan 5% van de genoteerde aandelen. Een belangrijke kanttekening hierbij is dat in België de belasting op een aanzienlijke participatie, zoals bedoeld in alinea 5 van artikel 13 van de nieuwe overeenkomst, slechts geldt voor personen, aangezien Belgische vennootschappen volledig kunnen worden vrijgesteld van belastingen op vermogenswinsten.

Dubbele belasting vermijden

Om de dubbele belasting van dividenden te voorkomen – eerst wanneer ze worden

Dankzij het nieuwe verdrag zullen Belgische en Chinese investeerders geen fiscale omweg via Hongkong meer moeten maken.(

uitgekeerd en dan nog eens als inkomstenbelasting in de ontvangende onderneming – voorziet de Belgische nationale wetgeving in een participatievrijstelling die geldt voor de zogeheten definitief belaste inkomsten. De nieuwe overeenkomst verwijst in artikel 22 §1 c) naar dit belastingstelsel. Maar de Belgische wetgeving bepaalt ook dat deze uitzondering niet geldt voor dividenden uitgekeerd door een onderneming die weinig of geen belastingen betaalt (in een Belgisch of buitenlands belastingstelsel). Artikel 22 §1 d) van het nieuwe verdrag voegt een uitzondering toe aan deze regel: “Wanneer een vennootschap die inwoner is van België van een vennootschap die inwoner is van China dividenden verkrijgt die niet vrijgesteld zijn overeenkomstig subparagraaf c), worden die dividenden in België toch vrijgesteld van de vennootschapsbelasting indien de vennootschap die inwoner is van China daadwerkelijk betrokken is bij de actieve uitoefening van een bedrijf in China”.

Investeren in China wordt interessanter

Een belangrijke conclusie luidt dat de nieuwe overeenkomst nauw aansluit bij de inkomstenbelastingverdragen met een aantal bevoorrechte handelspartners van China, zoals Hong Kong, Singapore of Luxemburg. Vanuit het standpunt van de Belgische investeerder kan de nieuwe overeenkomst dus perfect de vergelijking aan met bestaande gelijkaardige verdragen tussen België en Hong Kong of Singapore. Belgische investeerders krijgen nu dus de kans om onder zeer gunstige belastingvoorwaarden te investeren in de enorme Chinese markt. Belgische bedrijven worden sterk gestimuleerd om in China te investeren, enerzijds

door de Belgische participatievrijstelling (artikel 202 van het Belgische Wetboek van inkomstenbelastingen) en de uitbreiding ervan door artikel 22 §1 d) van de nieuwe overeenkomst tot weinig of niet belaste Chinese filialen die actief een bedrijf uitoefenen, anderzijds door de daling van de roerende voorheffing op dividenden via artikel 10 van de nieuwe overeenkomst. Op dividenden uitgekeerd door een Chinees filiaal wordt immers maar 5 of 10% roerende voorheffing in China afgehouden en ze zijn belastingvrij in België (natuurlijk op voorwaarde dat de participatie-uitzondering van de Belgische wetgever geldt). Maar ook voor Chinese bedrijven die in België willen investeren gelden gunstige Belgische belastingregels. Artikel 106, 5° van het Koninklijk Besluit tot uitvoering van het Belgische Wetboek van inkomstenbelasting voorziet immers in een vrijstelling van roerende voorheffing voor dividenden die door een Belgische dochter van een Chinees moederbedrijf worden uitbetaald, als dit bedrijf aan de voorwaarden voldoet. Dankzij de nieuwe overeenkomst hoeven Belgische en Chinese investeerders dus niet langer systematisch een omweg langs Hong Kong te maken om voordelig zaken te doen. Zij beschikken nu over een gunstig wettelijk kader om rechtstreeks in elkaars landen te investeren en zij vermijden voortaan de extra kosten van een fiscale driehoeksverhouding (België – Hong Kong – China en omgekeerd). Bernard Dewit, Partner bij Dewit Law Office Mikael Aroutiounian Advokaat, medewerker bij Dewit Law Office


sluitende Staat en betaald aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat mogen in die andere Staat worden belast”. Maar de tweede alinea voegt hieraan toe dat “deze royalty’s ook mogen worden belast in de overeenkomstsluitende Staat waaruit zij afkomstig zijn en overeenkomstig de wetgeving van die Staat, maar indien de uiteindelijke gerechtigde tot de royalty’s inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mag de aldus geheven belasting niet hoger zijn dan 7% van het brutobedrag van de royalty’s”. Onder het oude verdrag gold nog een roerende voorheffing van 10% van het brutobedrag van de royalty’s.

(Reporters)

Beci

Beci

Internationaal

Nieuwe belangstelling van de bedrijfswereld voor Iran Iran, een economische grootmacht aan de grens met Azië, staat op het punt opnieuw een rol in de internationale handel te spelen. BECI was een van de eerste die op deze trend inspeelden en organiseerde de grootschaligste economische missie sinds tien jaar voor een aantal Belgische bedrijven.

E

Hoewel de sancties het handelsverkeer bemoeilijken, kan ons land bogen op aloude handelsrelaties met Iran: vanaf de 17e eeuw werd er handel gedreven, en Belgen legden in de jaren 1870 de eerste spoorlijn aan, en de eerste tramlijn in Teheran.

Netwerk

Om de relaties opnieuw leven in te blazen, wordt gebruikgemaakt van de contacten van de Kamers van Koophandel. Elk van de deelnemers kreeg een lijst van afspraken op maat. Eén van hen getuigde: “In andere omstandigheden had

(R.T.)

De Belgische delegatie in Iran.

het mij twee maanden gekost om al deze ondernemingen te bezoeken. Hier heb ik, in amper vier dagen tijd, 24 bevoorrechte contacten met vooraanstaande transportbedrijven kunnen leggen.”

dian, de Kabinetschef van President Rouhani. Met de Kamer van Ispahan werd er een Memorandum of Understanding getekend. Met die van Teheran zal dat binnenkort ook gebeuren.

Op het programma stond eveneens een ontmoeting met Mohammad Nahavan-

Het tijdstip van de missie – de eerste sinds 2003 – is niet toevallig. De sancties die de Verenigde Staten en Europa het land midden 2010 oplegden, werden op 20 januari verlicht. Indien verdere onderhandelingen resultaat opleveren, wordt wellicht de poort nog verder opengezet naar een markt van 80 miljoen inwoners, in een land dat volgens de UNO het 21ste grootste BBP ter wereld bezit en waarvan de menselijke ontwikkelingsfactor hoger scoort dan Turkije en Brazilië. Indrukwekkende uitzichten…

(R.T.)


24

ind april vertrok een 45-koppige handelsmissie onder leiding van BECI (Brussels Enterprises Commerce and Industry) en Belgian Chambers, de koepelorganisatie boven de Belgische Kamers van Koophandel. Die deed Teheran en Isfahan aan. De missie van BECI, amper drie maanden na het bezoek van minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders, toont de veranderende houding tegenover Iran, en van Iran tegenover het Westen.

120 missies

De talrijke contacten van de handelskamers hebben geleid tot geïndividualiseerde ontmoetingslijsten voor elk van de deelnemers.

Het is niet alleen de Belgen opgevallen: sinds begin dit jaar brachten al 120 buitenlandse missies een bezoek aan de erfgenamen van het Perzische rijk. Een opvallend hoog aantal voor een land

Beci (R.T.)

dat sedert de Islamitische revolutie in 1979 een moeilijke relatie heeft met het Westen. Anno 2014 profileert Iran zich als een land met twee gezichten. Vastgeroeste tradities gaan er hand in hand met een snel om zich heen grijpende modernisering, zeker in de grootsteden. En dus prijken boven groepjes westers geklede jongeren met moderne smartphones portretten van Khomeini en huidig ‘Supreme Leader’ Ali Khamenei.

“Het handelsverkeer tussen België en Iran is nooit stilgevallen, en de Iraniërs appreciëren dat”, weet Elisabeth Vankerckhoven, economisch vertegenwoordiger van Flanders Investment & Trade (FIT). In 2012 werd er nog voor een half miljard euro aan goederen in- en uitgevoerd, al was dat wel zo goed als een halvering ten opzichte van twee jaar daarvoor. Bovendien gaan de sancties ver: zelfs voor stopcontacten moeten er vrijgavebrieven zijn, omdat het om dual use-producten gaat: goederen die mogelijk ook in de wapenproductie kunnen worden gebruikt.

Sancties

Toch beginnen de sancties te wegen op de Iraanse economie. De inflatie blijft hoog: bijna 40% in 2013, en voor dit jaar wordt het moeilijk om ze onder de 30% te houden, terwijl de werkloosheid 15% bedraagt. “Ik was drie jaar geleden ook in Iran”, vertelt een deelnemer. “Je merkt wel: dit land leeft op hoop.” Dat benadrukt ook Mohammad Nahavandian, de Kabinetschef van de nieuwe President, Hassan Rouhani. Als ex-voorzitter van de Iraanse Kamer van Koophandel, Mijnen en Industrie ontving hij bijzonder hartelijk een delegatie onder leiding van John Stoop, voorzitter van Belgian Chambers. “Het is tijd om de misverstanden en het wantrouwen uit het verleden achter ons te laten, want ze hebben alleen geleid tot het missen van opportuniteiten”, vindt Nahavandian. “Het

Van links naar rechts: de Ambassadeur van België François del Marmol, John Stoop, voorzitter van de Belgian Chambers en Mohammad Nahavandian, Kabinetschef van President Hassan Rouhani.

25

Van links naar rechts: An Smet (Waterleau), Sabine Soetens (BECI) en Bjoke Wuyts (Soulco).

heeft de politieke problemen niet opgelost, en het enige effect was een wijziging in de economische relatie, van Europa naar China. De handelspartners zijn gewijzigd, niet het handelsvolume.”

Betalingsverkeer

Intussen blijkt ook het verkrijgen van visa een probleem te zijn, vooral voor Iraniërs die naar België willen komen. Een bedrijf dat begrijpelijkerwijs liever anoniem wil blijven, zag een joint venture op de klippen lopen, omdat de Iraanse partner geen visum kreeg om naar België te reizen. Ambassadeur François del Marmol verwijst naar Buitenlandse Zaken maar belooft eveneens zich over dit probleem te buigen. De grootste rem op de internationale handel zit echter in het betalingsverkeer. De Iraanse financiële instellingen hebben geen toegang meer tot het Swiftsysteem, het informaticaplatform dat de ruggengraat vormt van de wereldwijde geldstromen. Daardoor werken kredietkaarten als Visa en American Express

niet, en is het zeer moeilijk om als buitenlandse particulier geld af te halen. Bovendien kunnen er daardoor geen rechtstreekse betalingen meer plaatsvinden, zelfs als de Europese handelaar over de juiste toelatingen beschikt. Geen enkele Belgische bank aanvaardt betalingen van of naar Iran. De meeste Iraanse bedrijven kennen echter intussen de achterpoortjes: ze kopen Europese goederen aan via een Europese dochteronderneming. Een andere uitweg bieden internationale wisselkantoren, meestal in Dubai of Abu Dhabi, ook al hebben die ook evidente nadelen. Het positieve is wel dat de meeste Iraanse firma’s een flink deel van de factuur op voorhand betalen. “Soms zelfs tot 100 procent”. Of hoe een land met betalingsproblemen op die manier ook een opportuniteit kan zijn. Luc Huysmans, Trends


“Zakendoen vergt hier tijd”, waarschuwt de Belgische ambassadeur François del Marmol in Iran. “Er moet koffie worden gedronken, thee, en pas helemaal op het einde gaat het over zaken. Papier is hier veel minder belangrijk dan vertrouwen. Verwacht eerder contacten dan contracten.”

(R.T.)

Contacten én contracten

SD Worx

BXL Brussels Based Business Al 20 jaar is SD Worx de betrouwbare HR-partner van kleine en grote ondernemingen in Brussel. De aantrekkingskracht en uitstraling van de Europese hoofdstad vormen de perfecte inspiratie om onze professionele dienstverlening, zo divers en uniek als Brussel zelf, blijvend te optimaliseren. Vandaag versterken we onze aanwezigheid in de stad met nieuwe kantoren in het Markiesgebouw. SD Worx, ook in Brussel uw garantie voor result driven HR. Lees meer over onze activiteiten op www.sdworx.be

www.sdworx.be

Dossier Human Resources

Gezocht: stimulansen voor de jobmobiliteit Volgens een onderzoek van HR-dienstverlener Tempo-Team stagneert de arbeidsmarkt in ons land, terwijl die in Duitsland en andere Europese landen volop in beweging is. Wat kunnen we op dat vlak

(R.T.)

Philippe Melis (Tempo-Team)

Het rapport van Tempo-Team toont ook aan dat de Duitse bedrijven in de crisisjaren meer inspanningen deden om de bedrijfsprocessen te verbeteren. Onze oosterburen tonen zich krachtdadiger in hun change management. Ook investeren ze fikser in opleidingen. “In Duitsland bestaat er al lang een traditie van ‘apprenticeship’, van stages”, merkt Valeria Pulignano op. “Voor zowel specifieke trainingen als algemene opleidingen krijgen Duitse ondernemingen ondersteuning.”

Bovendien noteren de onderzoekers een grotere mobiliteit op de arbeidsmarkt in Duitsland. In ons land zou die mobiliteit gerust wat meer stimulansen mogen krijgen. “Al is het nu ook weer niet zo dat er in ons land niets gebeurt”, meent Philippe Melis, directeur employability bij Tempo-Team. “Zo stimuleert de Vlaamse overheid de loopbaanbegeleiding. Het is goed dat werknemers even afstand nemen en zich afvragen of ze nog op hun plaats zitten. Kunnen ze bepaalde competenties nog bijspijkeren? Zeker nu duidelijk is dat iedereen langer moet werken, is het nuttig om af en toe die denkoefening te maken. Ook de werkgevers mogen zich wat meer in vraag stellen.”

Te weinig autonomie

Uit een analyse van de kwaliteit van de arbeid in Europa uit 2013 die Valeria Pulignano samen met collega’s uitvoerde, bleek er in België – in tegenstelling tot andere Europese landen – weinig evolutie te zijn in de arbeidsorganisatie, terwijl hervormingen op dat vlak een grote invloed kunnen hebben op de werkbaarheid van jobs en op de duurzaamheid van loopbanen. Ook gaf de helft van de Belgische werknemers die in een team werken aan dat ze over te weinig autonomie beschikten. Nochtans is de werknemer vragende partij voor meer flexibiliteit, zo blijkt uit de enquête van Tempo-Team. Philippe Melis: “Het klopt dat werknemers vandaag hoge verwachtingen hebben met betrekking tot bijvoorbeeld thuiswerken. Werkgevers zouden meer op die wensen mogen inspelen.” Tegelijk gaan ook in de andere richting de verwachtingen de hoogte in. Bedrijven verlangen van medewerkers dat ze alsmaar efficiënter en productiever worden. Gevolg: de werkdruk stijgt. In het onderzoek van Tempo-Team getuigt een vierde van de werknemers van toegenomen spanningen met het management. Hoewel Belgische werknemers er soms beter voorstaan dan hun Europese collega’s – meer contracten van onbepaalde

Valeria Pulignano (KU Leuven)

duur, een relatief hogere loontevredenheid –, is de subjectieve werkbeleving minder positief. Dat bevestigt zowel het onderzoek door Tempo-Team als de Europese analyse van de kwaliteit van de arbeid.

Apprenticeship overnemen

Gevraagd naar een conclusie, wijst Philippe Melis op de noodzaak van een veerkrachtiger arbeidsmarkt in België. “Werknemers én werkgevers zouden zich proactiever mogen opstellen. De bedrijven wijzen, vaak terecht, naar de loonkostenproblematiek, maar ze mogen zeker niet alle heil van de overheid verwachten. Ondernemingen hebben de evolutie van de arbeidsmarkt deels zelf in handen.” Van Valeria Pulignano moeten we zeker niet Duitse experimenten als de mini-jobs en de afschaffing van de minimumlonen achterna. “Het is overigens een fabeltje dat Duitse bedrijven zoveel flexibeler zouden zijn”, stelt ze. “Wat niet wegneemt dat we wel wat kunnen leren van Duitsers op domeinen als ‘apprenticeship’ en het stimuleren van de jobmobiliteit. De kwaliteit van de arbeid zou als thema prominenter op de agenda van het sociaal overleg in België mogen staan.” Peter Van Dyck


D

e kloof tussen werknemers en werkgevers is sinds het begin van de crisis in 2008 nooit dieper geweest dan vandaag. Dat blijkt uit het jaarlijkse arbeidsmarktonderzoek van Tempo-Team. De werknemers in ons land blijken relatief tevreden over hun job, terwijl het vertrouwen van de werkgevers in de arbeidsmarkt daalt. Opmerkelijk: in Duitsland stellen onderzoekers net het tegenovergestelde vast. Volgens Valeria Pulignano, professor aan het Centrum voor Sociologisch Onderzoek van de KU Leuven, komt dit omdat de syndicalisatiegraad in België nog steeds hoog is. “In andere Europese landen, zoals Duitsland, zijn de vakbonden niet automatisch vertegenwoordigd in de ondernemingsraden, waardoor ze minder sterk staan en minder grip op de werkvloer hebben.”

(R.T.)

van onze buren leren?


“Wijzer na burn-out, dat kan” Burn-out, of het syndroom van professionele uitputting, geldt vandaag als een waar volksgezond-

heidsprobleem. In 2013 kwam een OfficeTeam enquête tot de vaststelling dat de drie op tien Belgische bedrijven en 16% van de actieve bevolking hierdoor getroffen worden. Véronique Favarato, die Sales

Manager in een internationale onderneming is, kan er van meespreken. Drie jaar geleden moest ze wegens burn-out haar werk onderbreken. Met de hulp van Fatima Azdihmed, directrice van Mozaik-

(Reporters)

Coaching, geraakte ze er weer bovenop.

Fatima weet heel precies wat burn-out allemaal inhoudt. Sinds jaren coacht ze mensen die hierdoor getroffen werden. “Sporadische stress is nuttig”, zegt ze. “Op die manier blijven we alert en performant. Maar aanhoudende stress heeft zeer schadelijke effecten. Stress produceert hormo-


was maar weigerde dit te geloven. Wie aan burn-out lijdt, slaagt erin dit lang te verbergen en de schijn te redden. Het is een bijzonder geniepige ziekte.”

“I

k bekleed een functie met veel verantwoordelijkheden in een groot bedrijf”, vertelt Véronique Favarato. “Mijn werkdagen bestaan uit een opeenvolging van vergaderingen, de verwerking van dringende dossiers, de omkadering van medewerkers, tientallen e-mails en commerciële doelstellingen die moeten worden gehaald. Zeer intensief werk, dus. Jarenlang heb ik deze taken probleemloos uitgevoerd. Ze vereisen een totale inzet. Ik voelde me superwoman, die zowel op het werk als thuis met de kinderen alles aankon. Maar op een dag ben ik ingestort. Tijdens een doordeweekse werkvergadering voelde ik me plots zeer cynisch en agressief. Ik ben weggegaan, naar huis teruggekeerd en daar ineengezakt. Ik wilde niets anders meer dan op de sofa blijven liggen. Ik had de indruk geen enkele vaardigheid of energie meer te hebben. Ik voelde me als een wrak. Ik ben naar de huisarts gestapt, die onmiddellijk een burn-out vaststelde. Hij gaf me ziekteverlof en de gegevens van Fatima. De bewustwording werd een bijzonder moeizaam proces. Ik kon het burn-outsyndroom gewoon niet aanvaarden omdat ik die met een mislukking gelijkstelde. Ik wist dat ik ingestort

gepaste prestaties. De burn-out patiënt moet de overdreven eisen die hij zichzelf oplegt, leren bedaren.” Véronique: “Tijdens mijn eerste ontmoeting met Fatima, zei ik dat ik het gevoel had te verdrinken, dat ik af en toe het hoofd boven water kon halen om even op adem te komen en te overleven. Dankzij haar slaagde ik erin tot op een eiland te zwemmen waar ik kon rusten. Nadien ontdekte ik dat dit eiland in feite een continent vol nieuwe uitzichten was.”

Véronique Favarato: “Ik slaagde er niet meer in het nut van mijn werk in te zien. Ik had het gevoel dat mijn enige opdracht erin bestond ‘geld te verdienen’.” nen zoals adrenaline en cortisol. Een overvloed aan deze hormonen veroorzaakt vermoeidheid, concentratieproblemen, geheugenstoornissen, hoge bloeddruk, cardiovasculaire ziektes, suikerziekte, uitputting … en burn-out.”

Coaching, om te genezen

“Coaching is altijd een meerfasenplan”, licht Fatima toe. “Wij beginnen met actief luisteren om te begrijpen wat de gecoachte persoon zover heeft gebracht. Een systemische kijk op zaken is hier van groot belang. Wanneer er in een systeem burnout ontstaat, zijn er meestal meerdere gevallen. De persoon die naar het consult komt, is slechts een symptoom van een systemisch probleem. Daarna gaan we de situatie herkaderen, wat nogal schokkend kan overkomen. In welke mate is burn-out aan de patiënt te wijten? Welke elementen in zijn reactievermogen stemden niet met de behoeften overeen? Wij trachten een denkproces op gang te krijgen. Ten slotte helpen wij de gecoachte persoon zijn potentieel weer eigen te maken en nieuwe mogelijkheden te overwegen. Wij beogen natuurlijk een terugkeer op het werk, maar met meer potentieel en aan-

Wanneer alles zinloos wordt

Volgens Fatima kunnen heel wat redenen burn-out veroorzaken. Ze stelt vast dat burn-out systematisch begint wanneer de zaken zinloos worden. Een overdreven – of onvoldoende– werklast kan de oorzaak zijn. De getroffen medewerker voelt soms een hiaat tussen hem en de waarden van de onderneming. Hij heeft de indruk dat hij niet erkend wordt, dat niemand naar hem luistert, dat hij een onbenullig radertje in een systeem is. Dit beaamt Véronique: “Ik slaagde er niet meer in het nut van mijn werk in te zien. Ik had het gevoel dat mijn enige opdracht erin bestond ‘geld te verdienen’. Ik werkte gewoon om te eten, terwijl een functie, ook al moet ze aan bepaalde voorwaarden beantwoorden, toch zin moet hebben. Dankzij de coaching kon ik geneesmiddelen vermijden. Na drie maand kon ik, dankzij het werk dat ik met Fatima had verricht, terug naar het werk want ik voelde me beter. In het begin had ik aan mijn leidinggevende de werkelijke reden van mijn afwezigheid niet uitgelegd, omdat ik die zelf niet kon aanvaarden. In een zeer competitieve werkomgeving wordt burn-out helaas nog als een teken van

zwakheid beschouwd. Daarover spreken blijft dus moeilijk. Maar toen ik naar het werk terugkeerde, was ik dezelfde niet meer. Ik gebruikte de tools die Fatima mij had aangeleerd, en dat viel op. Uiteindelijk heb ik het onderwerp toch met mijn leidinggevende aangekaart. Dat was een goede zet, want de firma heeft aanvaard een deel van de coaching kosten voor haar rekening te nemen.”

(Reporters)


De rol van de ondernemingen

(Reporters)

29

De ondernemingen hebben er alle baat bij. Burn-out en stress kosten geld. In België werd nog geen enkele studie over dit onderwerp verricht, maar in Frankrijk kost het absenteïsme jaarlijks ongeveer 25 miljard euro. En dan is er nog de kost van het presenteïsme (de aanwezigheid op het werk wanneer de gezondheidstoestand dit niet zou moeten toelaten), dat jaarlijks ongeveer 150 miljoen euro aan productiviteitsverlies zou veroorzaken. “Des te meer omdat de mensen die risico’s vertonen meestal bijzonder efficiënte medewerkers zijn. De burn-out be-

meer te overschrijden. Ik heb mijn dagelijkse werk moeten reorganiseren. Ik word niet meer begeleid, maar ik weet dat ik niet volledig genezen ben. Ik moet opletten om niet in mijn verleden fouten te vervallen. Na een burn-out dreigt steeds een terugval. Ik moet constant waakzaam blijven. En na een burn-out ben ik veel meer op de hoede voor mijn collega’s.” “Schud een boom en je oogst fruit. Daarna heb je tijd nodig om alles te verteren. Het klinkt ongeloofwaardig, maar burn-out heeft ook een voordeel: je wordt er wijzer

Fatima Azdihmed: “We gaan de situatie herkaderen, wat nogal schokkend kan overkomen. In welke mate is burn-out aan de patiënt te wijten?” dreigt vooral gemotiveerde medewerkers die zich totaal inzetten voor hun werk en bijzonder bekwaam zijn. De allerbesten van het personeel”, aldus Fatima.

Na verloop van tijd…

“Vandaag heb ik een andere kijk op zaken”, verklaart Véronique. “Ik gebruik nu een heleboel hulpmiddelen en drempels om mezelf te beschermen, om te durven weigeren en om mijn eigen grenzen niet

van en ontdekt een heleboel nieuwe projecten”, besluit Fatima. Fatima Azdihmed en Véronique Favarato werken momenteel samen aan een boek over dit onderwerp. Wij houden een oogje in het zeil.

Interview afgenomen door Gaëlle Hoogsteyn


Fatima vindt het aanmoedigend dat de werkgever van Véronique zijn deel van de verantwoordelijkheid heeft aanvaard. Volgens de deskundige moeten de ondernemingen zich op drie niveaus engageren: “Eerst op het vlak van preventie. Het volstaat niet informatie in te winnen over wat burn-out nu werkelijk is. Er moet stroomopwaarts worden opgetreden door bijvoorbeeld na te gaan of de medewerkers de nodige opleidingen hebben genoten om hun functie correct uit te voeren. Er bestaan nog te veel managers die geen opleiding in ontwikkelingsmanagement hebben gevolgd. Bovendien moeten de bedrijven aanvaarden in de kosten van de behandeling tussen te komen. De meeste mensen betalen deze behandeling volledig uit eigen zak. Coaching sessies of consulten bij een psychotherapeut zijn een kost die nog moeilijker te dragen is voor een persoon met ziekteverlof. En dan is er nog het ganse proces dat plaatsvindt wanneer de medewerker terugkeert en op de hoogte moet worden gebracht van al wat tijdens zijn afwezigheid is veranderd, de jongste strategieën en prioriteiten van de onderneming en dit alles met voldoende begeleiding om terugval te vermijden.”


Continu mails checken verhoogt de foutenlast Omdat er een link bestaat tussen non-stop online zijn en burn-out, gaf BMW zijn werknemers in Duitsland het recht onbereikbaar te zijn: met hun managers kunnen ze voortaan afspreken op welke momenten ze

geen telefoon beantwoorden of mails checken. Eerder besloot Volkswagen ook al om de servers een hal-

fuur na het einde van de werkdag te blokkeren. HR-specialisten hebben hun vragen bij dit soort radicale,

P Nr.06 - juni 2014 - Dyna mi ek

30

rofessor Theo Compernolle, al vele jaren een autoriteit inzake stress in ons land, vindt initiatieven zoals die van BMW en VW op zich goed, maar drukt er wél op dat ze absoluut in een ruimer beleid moeten passen. “Je hebt ook bedrijven die bijvoorbeeld een e-mailvrije dag willen invoeren, maar dat valt niet te rijmen met een globale e-mailstrategie. Als zo’n onderneming algemeen verwacht dat medewerkers binnen de zes minuten hun mails beantwoorden, is een vrijdagnamiddag zonder mails een absurde maatregel”, stelt hij onomwonden. In zijn nieuwe boek ‘BrainChains’ legt Theo Compernolle uit dat twee van de drie delen van het brein waarmee we denken, kiezen en beslissen, pauzes nodig hebben. Het denkende brein vraagt af en toe een time-out omdat het veel energie verbruikt en het archiverende brein heeft nood aan rustpunten om informatie op te slaan. De conclusie van de professor: multi-tasken is een mythe. Word je tijdens een taak afgeleid, door berichtjes, dan leidt dit tot verlies van de kwaliteit van je werk: “Als we aan een rapport schrijven, is het nefast om tussendoor e-mails te bekijken of telefoonoproepen te beantwoorden. Aan dat rapport werk je met het werkgeheugen, waar je maar één onderwerp tegelijk in kwijt kan. Bekijk je een mail, dan moet de hele context van dat rapport naar het tijdelijke geheugen verhuizen. Lees je een volgende mail, dan schuift alles nog wat meer op. Daardoor gaat enorm veel energie verloren en vergroot de kans op fouten.”

Rommelblokken

Voor het gezond omgaan met smartphones en mails gelden volgens professor Compernolle drie gouden regels. “De eerste is ‘ontkoppel om na te denken’. Als je

(Reporters)

collectieve anti-stressmaatregelen.

serieus werk moet verrichten, waarvoor je je denkend brein nodig hebt, moet je alle storingen uitschakelen. Een halfuur lang blok je alles af wat je maar enigszins kan afleiden. Desnoods hang je zelfs een briefje aan je deur: ‘Vanaf 11 uur ben ik weer helemaal tot uw beschikking’. Heb je een open office, dan installeer je een kartonnen wand met daarop een sticker gekleefd met de boodschap ‘niet storen’. Tweede regel: ‘check slechts vier keer per dag je mails’. En zeker niet op je smartphone, want dat is de minst efficiënte manier om je mails te behandelen. Je kunt daarop niet diagonaal lezen, wat betekent dat het trager gaat, en vaak heb je het materiaal dat je nodig hebt om te antwoorden niet meteen bij de hand. Je zit dus best aan je bureau om mails te versturen, aan een computer met een zo groot mogelijk scherm en met rechtstreekse toegang tot je agenda en je dossiers. Als je dan 45 minuten lang mails beantwoordt, kun je in die tijdsspanne vier tot vijf keer meer berichten verwerken.” “Ik stel ook voor dat je op vrijdag en

misschien ook één keer halverwege de week ‘rommelblokken’ wegwerkt. Zeker als manager heb je ook veel vervelend mailverkeer. Omdat die mails niet leuk zijn, heb je de neiging om ze alsmaar uit te stellen. Maar als je die té ver voor je uitschuift, worden ze op een bepaald moment dringend en gaan ze je belangrijke taken in de weg zitten. Daarom zeg ik: parkeer ze in een rommelblok en maak die één of twee keer per week leeg. De derde regel is: ‘las pauzes in’. Die zijn broodnodig, omdat op zulke momenten ons archiverend brein actief is. Het aantal bits & bytes aan informatie dat onze hersenen op één dag moet verwerken, is fenomenaal. Stille momenten zijn alles behalve verloren tijd, want het is net op die momenten dat ons archiverend brein alles opbergt en aan elkaar linkt.”

Managers geven het voorbeeld

Naast deze individuele regels speelt de bedrijfscultuur een grote rol. De onderneming moet duidelijke afspraken maken, zoals mails binnen de 24 uur

Ideaal is een bedrijfscultuur waarbij collega’s het evident vinden dat ze elkaar bijspringen. Compernolle: “Als je een rapport moet schrijven en je gaat daarvoor in een apart lokaal zitten, zonder afleiding, dan geef je je telefoon aan een collega. Moet hij eens heel geconcentreerd een job doen, dan draai je de rollen om. Op bedrijfsniveau draait alles om de mentaliteit. De ondernemingen met de slechtste e-mailcultuur zijn, naar mijn ervaring, vaak ook die met de slechtste algemene communicatiecultuur.”

Klanten ‘opvoeden’

(R.T.)

David Ducheyne, chief people officer van Securex, sluit zich bij de mening van de professor aan. “Je hebt pauzes nodig om te recupereren”, weet hij. “Tot elf uur ’s avonds thuis zitten werken, is ongezond en absoluut niet duurzaam. Maar ik vind wél dat de werknemer zelf moet kunnen beslissen wanneer hij rustmomenten inlast. Ik ben geen voorstander van collectieve, abrupte maatregelen, zoals bij BMW. Als de server bijvoorbeeld om 19 uur wordt lamgelegd en je bent nog niet klaar met een opdracht, terwijl je wel een deadline moet halen, dan verhoogt dit de stress net. Ik moet eerlijk bekennen

Theo Compernolle (auteur van ‘Brain Chains’): “Multi-tasken is een mythe”.

dat we binnen Securex twee jaar geleden ook even met het idee hebben gespeeld om de servers buiten de werkuren het zwijgen op te leggen, maar we hebben dit bewust niet gedaan omdat het afbreuk zou doen aan de autonomie van de werknemers.” Securex ging na wanneer het personeel mails verstuurd. “Bleek dat 92 procent dit deed binnen de normale werkuren. Een beter bewijs dat drastische maatregelen niet nodig zijn, kan je je niet inbeelden. Daarom besloten we om in te zetten op het sensibiliseren van de medewerkers met betrekking tot de arbeidshygiëne. Leidinggevenden hebben daarbij effectief een voorbeeldfunctie. Ik zal zelf, als manager, buiten de werkuren nooit een medewerker bellen voor een bagatel. Het kan zijn dat ik toch nog dringend iets wil bespreken, maar dan vraag ik op voorhand of dit past. Sensibilisering van klanten is af en toe ook nodig. Sommige klanten zijn kwaad als ze na enkele uren nog geen antwoord hebben gekregen op een mail. Als het écht zo dringend is, bel dan even.”

Flexibiliteit bewaken

Toen BMW en Volkswagen hun drastische maatregel om de mailservers uit te schakelen bekend maakten, reageerden HR-mensen, zoals David Ducheyne, dat dit in tegenspraak is met de evolutie naar meer maatwerk, keuzevrijheid en flexibiliteit. Professor Compernolle begrijpt die kritiek. “Je mag het kind niet met het badwater weggooien. Flexibiliteit is mooi en biedt vele voordelen. De combinatie van het menselijke brein en een computer is in principe onklopbaar. Maar we moeten leren met de mogelijkheden die de ICT ons biedt om te gaan, zodat we net de optimale synergie kunnen bereiken. Als we er verstandig gebruik van maken, mogen de servers van mij gerust dag en nacht blijven draaien. Bij Daimler is het zo dat als iemand met vakantie gaat zijn mailverkeer door een collega wordt overgenomen. Op die manier treft hij een vrijwel lege in-box aan wanneer hij na zijn verlof terugkeert.” Ooit deed Theo Compernolle een experiment met iemand die ruzie kreeg met zijn vrouw omdat hij op reis altijd zijn mails wou checken. “Ik stelde hem voor om een ‘out of office’ boodschap te maken, waarin stond dat hij een tijdje moeilijk bereikbaar was, maar dat het in

David Ducheyne (Securex): “Ik ben geen voorstander van collectieve, abrupte maatregelen. Als de server bijvoorbeeld om 19 uur wordt lamgelegd en je bent nog niet klaar met een opdracht, terwijl je wel een deadline moet halen, dan verhoogt dit de stress net.”

urgente gevallen mogelijk was een bericht op zijn privé-mailadres te sturen. Wel, die man heeft geen enkele mail ontvangen tijdens zijn vakantie.”

Auto als bureau

Volgens David Ducheyne kan de smart phone een zegen, maar ook een vloek zijn. “Verloren momenten bestaan niet meer. Als je nu moet wachten op de trein of op een vergadering, dan grijp je al snel naar je smartphone. Ik ben me zelf zeer bewust van die reflex. Om die reden geef ik mijn gsm in het weekend soms aan mijn vrouw. Eigenlijk zou je je bij alles wat je doet moeten afvragen: is dit voedend of is dit energieopslorpend?” Theo Compernolle verwijst naar de vele verkopers voor wie hun auto zowat als hun bureau fungeert. “Ze bellen terwijl ze rijden, wat een extreem gevaarlijke vorm van multi-tasken is. Daarom is bij bedrijven als Shell en Johnson & Johnson het gebruik van de telefoon in de auto voortaan verboden. Een fantastisch initiatief. Je hebt nu zelfs apps die wanneer je de auto start de telefoon automatisch doen overschakelen op de boodschap: ‘ik ben nu aan het rijden, van zodra ik veilig aan de kant kan gaan staan, zal ik u antwoorden’. En wat blijkt? Verkopers die van die app gebruik maken, doen nu betere zaken dan voordien.” Peter Van Dyck


beantwoorden (in plaats van binnen de zes minuten). “De top van het bedrijf moet ook het goede voorbeeld geven”, stelt Theo Compernolle. “Zo mag het management gerust komaf maken met het sturen van mails in cc. ‘Reply to all’: nog zoiets dat je mag afschaffen. Zulke kleine ingrepen zijn doeltreffender om het mailverkeer in te dijken dan de server platleggen.”

(R.T.)



Discrimineren persoonlijkheidstesten? Mensen zijn complexe wezens. Niet in cijfertjes te vatten. Het nut van persoonlijkheidstesten is dus relatief. “Nooit zal ik op basis van zo’n test iemand aanwerven of afschrijven”, getuigt Kathleen Meyer, HR-directeur

“T


32

esten die pretenderen dat ze je volledige persoonlijkheid kunnen vastleggen, deugen per definitie niet”, meent Marc Buelens, professor organisatiepsychologie aan de Vlerick Business School. Afgezien van de bedenking dat iemands karakter met de tijd kan veranderen, kan zo’n persoonlijkheidstest nooit even betrouwbaar zijn als een competentievragenlijst. “Als je weet dat voor een bepaalde job empathie vereist is, zal je bij het beantwoorden van persoonlijkheidsvragen de indruk willen wekken dat je empathie hebt”, legt professor Buelens uit. “Hetzelfde geldt voor het testen van emotionele intelligentie: als je attitudes meet, krijg je een combinatie van wishful thinking en sociale wenselijkheid. Meet je daarentegen iemands wiskundige intelligentie, dan is het eenvoudig: kun je de oefeningen oplossen? De prestaties op zo’n intelligentietest liegen niet.” Vrij betrouwbaar noemt Marc Buelens de metingen van de zogenaamde Big Five, de vijf grote persoonlijkheidsfactoren (extraversie, vriendelijkheid, openheid, zorgvuldigheid en emotionele stabiliteit). Zijn collega, professor Frederik Anseel van de Universiteit Gent, sluit zich daarbij aan. “Uit wetenschappelijk onderzoek weten we dat de persoonlijkheidstesten die gebaseerd zijn op de Big Five niet overdreven veel, maar toch redelijk nuttig zijn”, zegt professor Anseel. “Een goed voorbeeld is NEO-PI-R. Die test helpt een beetje bij het voorspellen van wie er goed zal presteren in een bepaalde functie.”

Testen valideren

Het grote probleem is dat de markt overspoeld wordt met persoonlijkheidsvragenlijsten die helemaal niet gevalideerd zijn. Goede selectietesten zijn zeer moeilijk te maken en dus duur. “Het gevolg is dat heel wat HRinstrumenten vandaag heel doorzichtig zijn”, licht professor Anseel toe. “Ze claimen wel dat ze werken, terwijl hun effect nooit gemeten is. De meest bekende test waar we als wetenschap-

(R.T.)

van Daoust.

Marc Buelens (Vlerick Business School): “Testen die pretenderen dat ze je volledige persoonlijkheid kunnen vastleggen, deugen per definitie niet.”

pers grote twijfels bij hebben, is de MBTI (Meyers-Briggs-type-indicator, nvdr). Wie zo’n lijst heeft ingevuld, krijgt een code die correspondeert met een bepaald type persoon. Uit onderzoek is gebleken dat de helft van de mensen een ander profiel toegedicht krijgt als je hen zes weken later nog eens de vragen laat beantwoorden.” De goede raad van Frederik Anseel luidt: “Stelt een consultant je bedrijf een test voor, vraag dan een steekproef die aantoont dat mensen die hoog scoorden op de test ook effectief goed presteren in hun werk. In de VS kan een sollicitant die zich onrechtvaardig behandeld voelt, een rechtszaak aanspannen en moet het bedrijf in kwestie met zo’n studie aantonen dat de test deugt. Op termijn zie ik dat hier ook gebeuren.”

Uitgangspunt voor interviews

Bij HR-dienstverlener Daoust last men persoonlijkheidstesten tussen het eerste en het tweede sollicitatiegesprek in. Dit bedrijf zoekt zijn toevlucht tot BFAC van Center for Basic Interactive Research (CEBIR), dat gebaseerd is op

de Big Five, en de Persoonlijke Profiel Analyse (PPA) van Thomas International. Kathleen Meyer, HR-directeur Daoust, kent de kritiek op de persoonlijkheidstesten en vindt die niet helemaal onterecht. Want, zoals professor Buelens aanhaalt: mensen zijn complexe wezens die niet in cijfertjes te vatten zijn. “Om die reden zal ik nooit enkel op basis van deze testen iemand aanwerven of afschrijven”, stelt Kathleen Meyer. “Het allerbelangrijkste in het selectieproces is voor mij de algemene motivatie: geeft de kandidaat de indruk precies deze job te willen en geen andere? Het kan best dat iemand na tien jaar verkoopster te zijn geweest mij ervan kan overtuigen dat ze toe is aan een administratieve job, als ze goed kan uitleggen waarom ze die stap wil zetten.” “Persoonlijkheidstesten mogen dus zeker niet het enige criterium zijn om iemand aan te werven, maar toch is het een nuttig onderdeel van het rekruteringsproces”, vervolgt Kathleen Meyer. “De testresultaten zijn een goed uitgangspunt voor de interviews. Ik geef kandidaten altijd de tijd en de ruimte om bepaalde aspecten uit de test wat

(R.T.)

(R.T.)

Dossier Human Resources onervaren, je wordt aangemoedigd of desnoods zelfs begeleid en getraind om weerwoord te leveren. Als die algemene gedragsregels niet duidelijk zijn, kan je ook geen diversiteit nastreven. Die mate van homogeniteit is nodig. Je kan als bedrijf niet scoren zonder duidelijke strategie. Je kan dus een zeer homogene groep hebben waarvan de samenstelling toch voldoende divers is.”

Voorzichtigheid

Kathleen Meyer (Daoust): “De testresultaten zijn een goed uitgangspunt voor de interviews.”

uitvoeriger te belichten. Uit de feedback van de sollicitanten op de vragenlijsten kunnen we overigens concluderen dat de resultaten van onze testen in grote lijnen kloppen. De kandidaten herkennen zich in de geschetste profielen.“

je naast de test ook nog onderzoeken naar het cognitief verwerkingsvermogen, doe je interviews en assessments om competenties te meten en stem je dat alles specifiek af op de functie of op het soort bedrijf. Het ene bedrijf zoekt bijvoorbeeld flexibelere mensen dan het andere, waar men meer in vaste structuren denkt.”

Pleidooi voor lange proefperiodes

Professor Marc Buelens wil rekruteerders waarschuwen voor al te groot optimisme. “Je kan aan de hand van een test of gesprek maar een fractie van een mens leren kennen. Het beste middel om te achterhalen of iemand geknipt is voor een job blijven voor mij stages, interims en lange proefperiodes. Vergeet ook niet dat bedrijven en hun culturen veranderen. Eigenlijk is dat gek: bedrijven zijn er fier op dat ze transformeren, maar toch blijven ze op zoek gaan naar mensen met stabiele persoonlijkheidskenmerken.” Marc Buelens vindt het een goed idee dat HR-mensen, zoals bij Daoust, hun bevindingen met de kandidaat delen en bespreken. “Helaas is het al te vaak eenrichtingsverkeer. Bedrijven zijn bovendien niet altijd eerlijk. En precies omdat ze niet zo open zijn, zal de kandidaat ook al eens durven te liegen.” Precies omdat kandidaten een profiel kunnen ‘faken’ tijdens een test moet volgens Frederik Anseel van de Universiteit Gent een persoonlijkheidsvragenlijst goed in de selectieprocedure geïntegreerd zijn. “Idealiter heb

Non-negotiable rules

Vraag is ook of persoonlijkheidstesten het risico niet vergroten dat je je te veel gaat focussen op steeds weer dezelfde profielen. “Dat gevaar loert bij alle selectiemethodes om de hoek”, meent Marc Buelens. “Wij selecteren graag naar ons beeld en gelijkenis. Veronderstel dat je een homogene cultuur hebt, met medewerkers die altijd stipt op vergaderingen arriveren en mooi op tijd hun rapporten inleveren, en je werft een kunstenaars type aan dat het niet zo nauw neemt, dan zou die persoon uitgespuwd worden door de anderen. Diversiteit moet je organiseren. Deel zo’n creatieveling in een aparte eenheid in, waar je kan scoren met creativiteit en onverwachte ideeën. Anders voelt hij zich niet goed in zijn vel.” Naast diversiteit moet je ‘non-negotiable rules’ hebben. Zo’n algemene afspraak waar iedereen zich dient aan te houden kan zijn: ‘hou je aan je gegeven woord’. Of: ‘hier spreek je je baas tegen’. Marc Buelens: “In dat laatste geval: ook al ben je introvert of jong en

Anderzijds is de populatie van Daoust zeker divers genoeg. Kathleen Meyer heeft ook niet de indruk dat mensen die buiten de algemene norm vallen, zoals holebi’s of allochtonen, makkelijker uit de boot vallen bij de persoonlijkheidstesten. “Ik vind wél dat culturele verschillen besproken moeten kunnen worden. Los daarvan, denk ik niet dat de persoonlijkheidstesten een hinderpaal zijn voor mensen met een afwijkende achtergrond.” Binnen de vakgroep organisatiepsychologie van de Universiteit Gent is de ‘adverse impact’ van selectie-instrumenten een groeiend onderzoeksdomein. Professor Anseel: “We gaan na of bepaalde testen een negatief effect kunnen hebben voor minderheidsgroepen. Van de Big Five weten we dat die methode deze groepen niet benadeelt. Voorlopig gaat er nog te weinig aandacht naar de rechtvaardigheid van selectieprocedures. Van sommige instrumenten weten we nog niet of ze al dan niet discrimineren. Voorzichtigheid is geboden. Onderzoekster Britt De Soete, die vorig jaar bij ons doctoreerde, heeft bijvoorbeeld samengewerkt met Jobpunt Vlaanderen om te testen of hun procedures rechtvaardig zijn voor alle soorten minderheidsgroepen. Zulke onderzoeken zijn broodnodig. Nu selecteert me nog te veel op buikgevoel.” Peter Van Dyck


Frederik Anseel (Universiteit Gent): “Nu selecteert men nog te veel op buikgevoel.”

Dat evenwicht streeft men bij Daoust effectief na. Voor die homogeniteit onderzoekt het bedrijf momenteel welke eigenschappen de medewerkers bezitten die over een periode van twee jaar geslaagd zijn. Kathleen Meyer: “Als bijvoorbeeld empathie een steeds terugkerende eigenschap is, dan zou het gek zijn om daar bij de rekrutering in de toekomst geen rekening mee te houden. Je wil mislukkingen vermijden, want ook voor de kandidaten zijn die niet prettig.”


Hoe omgaan met overdadige aanklachten wegens pesterij? Op 28 april onderging de wet van 4 augustus 1996 op de preventie van psychosociale risico’s en het welzijn van werknemers een wijziging en versterking om rekening te houden met het algemeen psychosociaal klimaat van de onderneming en om de preventie van psychosociale risico’s op het werk te verbeteren. Tegelijk

verschijnen nieuwe maatregelen om het overdadig gebruik van aanklachten wegens pesterij te bestrijden. Zulke klachten vormen een ernstig probleem voor werkgevers, die tegenover valse beschuldigingen relatief

H Nr.06 - juni 2014 - Dyna mi ek

34

et eenvoudig indienen van een formele aanklacht wegens pesterij beschermt de aanklagende werknemer 12 maanden lang tegen ontslag. Sommigen gebruiken en misbruiken deze mogelijkheid, ongeacht de aard van de zaak. De nieuwe wet voorziet beschermingsmaatregelen, maar hun bruikbaarheid in de praktijk valt nog te bewijzen. Een stand van zaken met Gaëlle Willems, een advocate met een specialisatie arbeidsrecht, bij het kantoor Claeys & Engels.

(Reporters)

machteloos staan.

Weinig klachten

Burger- en strafrechtelijke vorderingen wegens pesterij vormen niet echt een uitzondering maar talrijk zijn ze ook niet. Ondanks wat de media aan de hand van een aantal extreme gevallen laten doorschemeren, bestaat er gelukkig geen noemenswaardige toename van dit type rechtsvorderingen wegens zware of zeer zware feiten. Het FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg publiceerde op de site www.beswic.be een overzicht van de jurisprudentie tot in 2011. Op 325 klachten wegens pesterij mondde een twintigtal op een erkenning van de aan de kaak gestelde pesterij en een tiental op ‘het bestaan van feiten waardoor het bestaan van pesterij kan worden verondersteld’. In de overgrote meerderheid van de gevallen erkent de rechter dus niet de feiten van de vermoede pesterijen. Gaëlle Willems bevestigt echter dat dit type klachten hoe langer hoe vaker voorkomt. Een ‘ klacht’ moet worden begrepen als een formele procedure door een werknemer ingediend bij de externe preventieadviseur van de onderneming (het meest voorkomende geval), bij de politie, bij het arbeidsauditoraat of bij de inspectie welzijn op het werk. Bovenvermelde wet op de preventie van psychosociale risico’s regelt deze procedure.

Klachten wegens pesterij monden vaak uit op de vaststelling van een conflict tussen personen, of zelfs van een gebrek aan communicatie.

Ontslag als kern van de zaak

“Deze ‘formele klacht’ kan voor de werkgever bijzonder vervelend zijn. Ongeacht de uitkomst van de klacht na behandeling, geniet de aanklager 12 maanden lang bescherming tegen ontslag.” Deze bescherming is ook van kracht in geval van een rechtsvordering. “Het is slechts een gedeeltelijke bescherming waardoor de werknemer uitsluitend voor redenen die niets te maken hebben met de klacht kan worden ontslagen”, licht Gaëlle Willems toe. De bewijslast berust bij de werkgever: een zware fout, een langdurige opeenvolging van negatieve evaluaties, een reorganisatie wegens economische redenen (het verlies van een vooraan-

staande krant, bijvoorbeeld) enz. “De wet maakt het voor de werknemer gemakkelijker door de werkgever te verplichten het bewijs aan te leveren dat het ontslag geen gevolg is van de ingediende aanklacht. Hier moet dus een negatief feit worden bewezen, wat per definitie moeilijker is”, zegt Gaëlle Willems. Indien de werkgever er niet in slaagt te bewijzen dat het ontslag niet in verband staat met de klacht, riskeert hij een schadeloosstelling gelijk aan zes maanden salaris aangevuld met wettelijke vergoedingen te moeten betalen. “Wij verheugen ons natuurlijk over de bewustwording van zowel bedrijf als werknemer rond een plaag als pesterij.

Geen sanctie bij misbruik

Meestal monden zulke klachten, bij de externe preventieadviseur, niet zozeer op de vaststelling van pesterij, dan wel van een conflict tussen personen of van een schrijnend tekort aan communicatie. In dat geval beveelt de adviseur de werkgever gewoonlijk aan de dialoog weer op gang te brengen of gewoon contacten tussen bepaalde personen te vermijden. “Dit is voor de werkgever moeilijk te beheren omdat hij in het conflict moet tussenkomen, met dit risico dat een persoon zich benadeeld voelt – of zelfs het slachtoffer van pesterij.” De kern van het probleem situeert zich bij misbruik van de aanklachtprocedure. Niets is vandaag voorzien om misbruik te vermijden. “De wet bepaalt natuurlijk dat de werknemer zich van elk overdadige klacht moet onthouden, maar er worden geen sancties voorzien. Tijdens afgelopen parlementaire zittingen werd voorgesteld om ontslag voor grove fout mogelijk te maken in geval van misbruik van de klacht wegens pesterij. Deze stelling kreeg echter kritiek op doctrinair vlak, zodat geen enkele specifieke sanctie ooit aan de wet werd toegevoegd”, aldus Gaëlle Willems. Helaas wordt de klacht slechts zeer zelden als overdadig bestempeld, ook al is het zeer duidelijk het geval. In 10 jaar carrière heeft de advocate slechts een enkel verslag van de preventieadviseur gezien die duidelijk melding maakt van misbruik. Meestal vermelden zulke verslagen een gebrek aan bewijselementen maar durven ze dit niet met misbruik gelijk te stellen. Dezelfde situatie geldt bij rechtsvorderingen: de rechter beslist dat de vordering niet gegrond is, zonder echter gewag te maken van misbruik. De werkgevers kunnen hier natuurlijk tegen optreden met een tegenvordering wegens ‘laster’, of om schadeloosstelling te eisen. Zulke procedures blijven echter bijzonder zeldzaam omdat de kansen op succes gering zijn.

Meer macht voor de preventieadviseur

De werkgevers staan hier dus relatief machteloos tegenover. Nochtans brengt de nieuwe wet van 28 april een sprankeltje hoop. Op politiek vlak is men zich dus bewust geworden van het probleem van de overdadige aanklachten. Er wordt nog steeds niet met sancties gedreigd, maar de preventieadviseur zou een belangrijkere rol moeten gaan spelen. In geval van een formele aanklacht moet hij van meet af aan nagaan of de door de werknemer beschreven situatie duidelijk geen elementen bevat die in verband staan met psychosociale risico’s op het werk. Concreet bestaat de taak erin om vanaf het prille begin een onderscheid te maken tussen vermoedelijke pesterij, een tijdelijke stressperiode die ook bij normale relaties tussen werkgever en werknemer kan ontstaan, en een eenvoudig misnoegen van de werknemer. De preventieadviseur krijgt dus de wettelijke bevoegdheid om de klacht al dan niet goed te keuren. Aan deze goedkeuring wordt ook de bovenvermelde bescherming tegen ontslag onderworpen, waar zoveel werkgevers van wakker liggen. “De nieuwe wetgeving treedt op 1 september in voege. Nu is het afwachten en zien of deze nieuwe ‘weigeringsbevoegdheid’ al dan niet zal worden gebruikt en

Gaëlle Willems (cabinet Claeys & Engels): “Ik betreur echter dat werknemers deze procedure ook inroepen om zich tegen ontslag te hoeden.”

zo ja, op welke manier”, besluit Gaëlle Willems. Olivier Fabes

Een paar praktische tips 1.Pas onberispelijk de wetgeving op het welzijn en de preventie van psy-

chosociale risico’s toe. In dit raam bent u verplicht de werknemers te informeren. 2. Om te bewijzen dat een ontslag niet in verband staat met de grond van de klacht (en om op die manier een bijkomende uitkering gelijk aan zes maanden salaris te vermijden): ◗ let u bijzonder op het ogenblik waarop de werkgever wordt ingelicht over het indienen van de klacht. Misschien werd het contract vroeger opgezegd dan de datum waarop de klacht werd ingediend; in dit geval kan het eerste moeilijk als een gevolg van het tweede worden beschouwd; ◗ indien een werknemer langdurig niet aan de verwachtingen beantwoordt, bewaart u best schriftelijke sporen van alle probleemsituaties, zelfs als dit voor enige administratieve overlast zorgt; ◗ doet u een beroep op een regelmatig evaluatieproces, liefst zonder stress en bruikbaar voor alle werknemerscategorieën. Ga nauwgezet te werk, want te veel evaluatieformulieren beperken zich tot een paar regeltjes handgeschreven tekst, zonder bruikbare inhoud. 3. Vergeet niet dat zulke zaken ook informeel kunnen worden aangepakt (een vergadering om een geschil bij te leggen bijvoorbeeld). Meer en meer werkgevers doen dit spontaan, zonder te wachten op een verdere verslechtering van de situatie.


Het indienen van een klacht is dus een gezonde stap wanneer op die manier pesterijtoestanden kunnen worden bestreden of eenvoudigweg conflicten tussen mensen opgelost geraken. Ik betreur echter dat werknemers deze procedure ook inroepen om zich tegen ontslag te hoeden. Werknemers die na negatieve evaluaties de wind voelen keren, schrikken er niet voor terug zulke stappen te ondernemen”, stelt de advocate vast.

(R.T.)


Focus

Focus incentives

Jong talent aanwerven en behouden De Y generatie is opgegroeid in een tijdperk waar alles voor discussie vatbaar was. Ze werd aangemoedigd overal haar mening over te geven en zich volgens haar eigen wensen te ontplooien. Ze stapt nu de arbeidsmarkt binnen met nieuwe verwachtingen. Hoe werven wij deze jonge mensen aan en zorgen wij ervoor dat ze bij ons blijven? We stelden de vraag aan drie deskundigen.

Een segmentering van de medewerkers?

“Een Y motiveert u niet op dezelfde manier als een X. Het tijdperk van de grote HR strategieën die voor iedereen van toepassing waren, ligt achter de rug. Vandaag richten we ons hoe langer hoe meer naar een segmentering van de medewerkers”, aldus Philippe Depaepe. Dit beaamt Véronique Vander Elst, die verantwoordelijk is voor Human Resources bij Bull: “Twee jaar geleden hebben wij binnen ons bedrijf een structurele studie verricht over de verwachtingen van onze werknemers in functie van hun leeftijd. Uit de resultaten bleek duidelijk dat we ze niet langer allemaal op dezelfde manier kunnen behandelen. Daarom lanceerde we het programma DiversiBull en een aantal hefbomen om bij te sturen.” Eén hiervan bestaat uit opleidingen. De jongeren hechten daar veel belang aan want ze verwachten dat het bedrijf hun

Flexibiliteit is essentieel

Flexibiliteit op het werk geldt vandaag als een ware troef. De bedrijfswereld heeft dat ingezien. Bull heeft bijvoorbeeld geen bezwaar tegen een jonge vader die het kantoor om 15u verlaat om zijn kinderen op te pikken, en die ‘s avonds opnieuw in zijn dossiers duikt. “Bedrijven die soepele werkroosters aanbieden, open staan voor telewerk of voor decentraal werken, krijgen bij de jongeren de voorkeur”, stelt Véronique Vander Elst.

Philippe Depaepe (Acerta): “De generaties hebben uiteenlopende verwachtingen en moeten dus op verschillende manieren worden behandeld”

talent actief beheert. Bij Open ERP gaan de zaken in dezelfde richting: “Naast de interne opleidingen krijgen de jongere van ons snel de mogelijkheid om op grote projecten te werken. Niets is leerrijker dan een ‘on the job’-vorming. Bovendien waarderen de jongeren de aangeboden verantwoordelijkheden en de doorgroeimogelijkheden.” Een ander belangrijk aspect heeft te maken met de soepelheid van de loonpakketten. Volgens de Acertastudie vertonen de babyboomers bijvoorbeeld veel minder belangstelling voor extralegale voordelen dan de Y generatie. “Deze generaties hebben uiteenlopende verwachtingen en moeten dus op verschillende manieren worden behandeld”, zegt Philippe Depaepe. “Dankzij de ‘cafetariaplans’ kunnen de loonpakketten volgens de behoeften van de werknemers worden aangepast.” “In Nederland is zoiets schering en inslag”, bevestigt Véronique Vander Elst. “Maar in België kunnen vennootschappen omwille van de wetgeving helaas niet vrij beslissen.”

Heel wat wegen kunnen dus worden bewandeld voor ondernemingen die het nut hebben ingezien van een betere integratie van de Y generatie. “De ondernemingen mogen echter niet eenzijdig inspanningen leveren. Iedereen moet zich hiervoor inspannen en de grootte van deze inzet zal afhangen van de situatie op de arbeidsmarkt”, besluit Philippe Depaepe. Gaëlle Hoogsteyn

X, Y, Z... Waar komt de benaming “Y generatie” vandaan? Eerst en vooral volgt ze de X generatie op (volgens de titel van de succesroman van Douglas Coupland), de generatie die in weelde is geboren en daarna met de crisis heeft moeten leren omgaan. Ten tweede omdat Y in het Engels “why” wordt uitgesproken, het “waarom” dat zo kenmerkend is voor een generatie die bij elke gekregen richtlijn om uitleg vraagt. En Y verwijst ook naar de vorm van de oordopjes waarmee jongeren onder de 30 constant naar muziek luisteren.

(Reporters)


36

(R.T.)

P

hilippe Depaepe, General Manager van Acerta Wallonië-Brussel: “Begin 2014 heeft Acerta bij 2.000 personen een studie verricht om een duidelijker kijk te krijgen over de verschillen en gelijkenissen tussen generaties van werknemers. Wij komen tot het besluit dat de Y’s er specifieke verwachtingen op nahouden en dat de bedrijven hier best rekening mee houden.” Tegen 2015 zal de Y generatie ongeveer 15% van de Europese bevolking en 40% van de werkende bevolking vertegenwoordigen. Fabian Pinckaers, CEO van Open ERP heeft daar ook zijn mening over: “De jongeren van vandaag veranderen veel gemakkelijker van werk wanneer hun baan hen niet meer aanstaat. Het salaris is niet het element waar zij het zwaarst aan tillen. Om deze jonge werknemers aan te trekken en te behouden, moeten wij hen de mogelijkheid bieden werk te maken van wat ze graag doen.”

Al eens aan Kinepolis Brussel gedacht …

...voor het organiseren van uw seminarie, congres of beurs? Dankzij onze hightech infrastructuur en exquise catering verzorgt Kinepolis Business in 11 Belgische bioscopen uw seminaries, congressen, beurzen en personeelsfeesten. Met een scenario dat elke verbeelding tart! U denkt aan Kinepolis Brussel voor een geslaagd evenement? Bezoek onze website: www.kinepolisbusiness.com Voor meer info: Melanie Lisanti / Alisson Sinéchal - [email protected] - 02 474 26 30

WHEREBUSINESSMEETSPLEASURE

Focus

Focus incentives

De Y generatie onder de X-stralen De baby-boomers of X-generatie zijn wel bekend. Ze ruimen stilletjes aan de plaats voor de Y generatie,

die van de werknemers die nog geen 30 zijn, naar muziek luisteren terwijl ze werken, een hekel hebben aan kantooruren en helemaal niet bang zijn voor de hiërarchie. Wie zijn deze jongeren die vandaag de

1. Hun ganse leven in hetzelfde bedrijf? Geen sprake van!


38

Deze jongeren zijn bereid van werkgever te veranderen als dit hun carrière ten goede komt en wanneer ze de indruk krijgen dat ze in hun huidige job niets meer kunnen bijleren. De meeste gediplomeerden voorspellen trouwens dat ze niet meer dan drie jaar bij hun eerste werkgever gaan doorbrengen. Volgens een enquête van L’Écho denkt 51% van hen zelfs vroeg of laat zelf als ondernemer van start te gaan1.

(Reporters)

bedrijfswereld binnenstappen?

Olivia, 26 jaar, Product Manager: Juist – Ik werk nu al vier jaar voor mijn eerste werkgever. Zonder de aangeboden interne doorgroeimogelijkheden zou ik zeker bij een andere werkgever naar nieuwe uitdagingen zijn gaan zoeken.

dag beginnen, zich nuttig voelen, vaststellen dat wij bijdragen tot een positieve vooruitgang, dat is het belangrijkste. Als de passie uitdooft, zullen de euro’s op de bankrekening het vuur niet meer aanwakkeren.

van zijn werk en zich erin kunnen ontplooien is zeker belangrijk, maar het privéleven gaat voor. Als ik me in mijn werk afzonder, mis ik waarschijnlijk belangrijke momenten in mijn gezinsleven.

Nancy, 28 jaar, Portfolio Manager: Juist – Een ervaring met meerdere ondernemingen is een goede manier om zowel de competenties als het beroepsnetwerk uit te breiden. Op een CV oogt dit redelijk positief, voor zover je daar natuurlijk redelijk in blijft.

Virginie, 27 jaar, Farmaceutisch Afgevaardigde: Juist – Natuurlijk wens ik een goed salaris, maar zelfontplooiing in mijn beroepsleven vind ik nog belangrijker.

De vorige generaties beweren wel eens dat “de jongeren niet meer bereid zijn even hard te werken als wij”. In feite willen die jongeren vooral op een andere manier gaan werken. Deze generatie voelt zich op haar gemak met de nieuwe technologieën en kan daarom om het even waar en wanneer werken. Jongeren aanvaarden niet langer elke dag anderhalf uur in de files te verkwisten. Jonge vaders gaan graag hun kinderen op school afhalen, ook al moeten ze daarom ‘s avonds werken, wanneer de kinderen in bed liggen.

2. Het salaris is niet het belangrijkste

Twintigers vinden werk belangrijk omdat ze hiermee hun vaardigheden en hun kennis kunnen uitbreiden. Pas in tweede positie verschijnen ex aequo het inkomen en de voldoening van de verwezenlijking. 85% van de respondenten hecht belang aan sociale contacten met de collega’s. En 68% vindt dat de waardering die met het werk gepaard gaat, er zeker mag zijn. Het bedrag van de wedde komt slechts in vierde positie, want de meeste jongeren geven de voorkeur aan een baan waar ze zich goed in voelen, ook al verdienen ze hierdoor iets minder. Jean-Michel, 27 jaar, HR Business Advisor: Juist – Met de glimlach aan de werk-

3. Werk is niet langer het belangrijkste in het leven

De Y generatie wil niet langer ‘leven om te werken’, wel ‘werken om te leven’. Overuren? Oké, nu en dan, maar dan bezoldigd of met recuperatiemogelijkheden. De jongeren hechten veel belang aan flexibele werkuren, de mogelijkheden van telewerk en het aantal verlofdagen. Nancy, 28 jaar, Portfolio Manager: Juist – De flexibele werkuren zijn een belangrijk criterium geworden dat hoe langer hoe meer in jobbeschrijvingen aan bod komt. De jongeren beseffen vandaag dat werk slechts een middel is om eigen dromen waar te maken en persoonlijke doelstellingen te bereiken. Claire, 22 jaar, gediplomeerd in communicatiewetenschappen: Juist – Houden

4. Flexibiliteit, daar draait het om

Nancy, 28 jaar, Portfolio Manager: Juist – Afstanden zijn vaak de reden om van werk te veranderen. Als dagelijks lange kilometers moeten worden gependeld, vergroot nog de vermoeidheid van goedgevulde werkdagen. Virginie, 27 jaar, Farmaceutisch Afgevaardigde: Juist – Sinds de geboorte van mijn dochter waardeer ik nog meer de mogelijkheid om zelf mijn werkuren te organiseren.

Focus

De Y generatie wil voor organisaties werken die tegelijk een goede naam genieten en financieel sterk staan. In tegenstelling tot wat men algemeen denkt, geven de jongeren de voorkeur aan grote bedrijven en overheidsdiensten, veel meer dan aan start ups en trendy bedrijven. Olivia, 26 jaar, Product Manager: Juist – Een ervaring in een grote onderneming geldt als een goed visitekaartje voor de toekomst. Bovendien bieden grote ondernemingen meer interne doorgroeimogelijkheden dan kleine bedrijven. Claire, 22 jaar, gediplomeerd in communicatiewetenschappen: Onjuist – Ik wens niet in een groot bedrijf te werken want ik geloof dat werknemers daar onder zeer zware druk staan.

6. Jongeren hunkeren naar erkenning ...

De jongeren wensen dat hun werk wordt beloond door verantwoordelijkheden, flexibiliteit en permanente vorming. Ze willen geen chef maar een coach. En ze verwachten feedback en complimenten.

(Reporters)

Olivia, 26 jaar, Product Manager: Juist – De leidinggevende moet een bron van inspiratie zijn. Hij moet alles in het werk stellen om bij te dragen tot mijn professionele ontplooiing. Ik vraag dus regelmatige feedback, zowel positief als negatief.

Fanny, 23 jaar, gediplomeerd in communicatiewetenschappen: Juist – Met feedback kunnen we vooruit en worden we beter. De verantwoordelijkheden die onze chef ons geeft, getuigen van zijn vertrouwen. Complimenten zijn zeker een pluspunt, want iedereen houdt ervan. Ik geloof echter dat advies en meningen nog belangrijker zijn.

7. … maar zijn bereid zich in te zetten

Olivia, 26 jaar, Product Manager: Juist – op mijn werk heb ik toegang tot alle websites die ik wil, met inbegrip van Facebook. Ik besef dat dit in de huidige bedrijfswereld een vrij uitzonderlijk privilege blijft. Maar wees gerust: ik spendeer mijn dagen niet aan het internet.

Olivia, 26 jaar, Product Manager: Juist – Ik heb onlangs een opleiding gevolgd die ik zelf heb gefinancierd omdat ik die op lange termijn nuttig vond voor het goede verloop van mijn carrière.

Fanny, 23 jaar, gediplomeerd in communicatiewetenschappen: Juist – In sommige ondernemingen is het gebruik van internet voor privégebruik inderdaad verboden. Dit begrijp ik niet, zolang we niets verkeerds doen. Rokers hebben recht op een pauze om een sigaretje te roken. Waarom krijgen anderen dan geen internetpauze?

De jongeren van de Y generatie zijn bereid zich voor hun carrière in te zetten. 83% is te vinden voor een bijkomende vorming.

Fanny, 23 jaar, gediplomeerd in communicatiewetenschappen: Juist – Met aanvullende vormingen breiden wij onze kennis uit. Niemand weet wat ons morgen te wachten staat. Met deze opleidingen kunnen we dan misschien een andere richting uit.

8. Geen respect voor de hiërarchie De baas die bevelen uitdeelt aan gehoorzame werknemers, da’s voltooid verleden tijd. Vandaag moeten verantwoordelijken het respect van jongere werknemers verdienen. Dit is niet langer een verworven recht.

Virginie, 27 jaar, Farmaceutisch Afgevaardigde: Onjuist – Ik ben inderdaad eerder op zoek naar een coach-profiel, maar dit neemt niet weg dat ik leidinggevenden respecteer, op mijn plaats blijf en de door de hiërarchie opgelegde doelstellingen eerbiedig. Claire, 22 jaar, gediplomeerd in communicatiewetenschappen: Onjuist – Aan leidinggevenden heb ik altijd respect getoond. Dit is het minste dat je in een organisatie kunt verwachten. Als jonge werknemer moet je respect afdwingen, maar ook kunnen zwijgen en richtlijnen volgen.

De Y generatie stond al voor het voetlicht tijdens het Annual Event 2012 van BECI. Een van de sprekers was toen Stéphanie Montenair, die een studie verrichtte over deze opkomende generatie.

lemaal een gsm, wat nog niet betekent dat ze eraan verslaafd zijn. De jongeren betreuren dat heel wat ondernemingen de toegang tot internet blokkeren.

9. De behoefte om constant online te zijn

Vier jongeren op vijf zitten dagelijks op een sociaal netwerk. Ze hebben al-

1 Gegevens uit een enquête van L’Écho in 2012 bij 5000 jonge werknemers.

10. Jongeren denken aan hun toekomst Mensen tussen 18 en 30 jaar maken zich geen illusies voor hun pensioen. Gemiddeld zouden ze rond 61 jaar graag stoppen met werken, maar ze zijn er wel van overtuigd dat ze tot hun 65ste zullen moeten doorzetten om te mogen afhaken. Velen onder hen hebben al stappen gezet voor hun pensioen: 55% is op eigen initiatief met pensioensparen gestart, 32% spaart voor zijn pensioen via de werkgever, 22% heeft in vastgoed geïnvesteerd en 13% heeft een levensverzekering ondertekend.

Jean-Michel, 27 jaar, HR Business Advisor: Onjuist – De Belg is meestal vooruitziend en bijzonder spaarzaam. Ik heb echter de indruk dat de jongeren dit op een andere manier aanpakken. De economische context is zeker niet gemakkelijk, maar ik vind dat de jongeren snel ontmoedigd geraken en ervan overtuigd zijn dat zij het zonder de financiële steun van de ouders, niet zullen halen. Olivia, 26 jaar, Product Manager: Juist – Mijn werkgever heeft voor mij een pensioenspaarrekening geopend en ikzelf heb in vastgoed geïnvesteerd. We moeten zo vroeg mogelijk aan onze toekomst trachten te denken, want met het pensioen dat de Staat ons zal uitkeren, zullen we de eindjes niet aan elkaar kunnen knopen. Gaëlle Hoogsteyn


5. De doelgroep: grotere bedrijven

HET BEDRIJF, DAG IN, DAG UIT

Grote Brusselse spelers: Leefmilieu Brussel

Frédéric Fontaine: voortaan een ‘bottomup’ aanpak Sinds de oprichting in 1989 is het takenpakket van het BIM flink gediversifieerd en het personeel aanzienlijk gegroeid. Wat doen die 950 mensen? Hun hoofdkwartier verhuist binnenkort van de Gulledelle naar een

splinternieuw gebouw op Thurn & Taxis, dat een voorbeeld zou moeten worden van de nieuwe Belgische specialiteit: passiefbouwen. De instelling krijgt met Frédéric Fontaine ook een nieuwe topman. Wij hebben


40

Dynamiek: wat betekent het BIM voor de Brusselaars en de ondernemingen? Een bazige administratie, een instrument om prestaties te verhogen, een gids? Uw website lijkt op een cataloog van nogal saaie reglementen. Is het BIM en zijn indrukwekkend aantal beambten niet tot een soort administratief monster uitgegroeid dat zijn eigen rol onderhoudt?

Frédéric Fontaine: Wij hebben de opdracht om de omgeving te beheren, te beschermen en te ontwikkelen. Wij doen dit vandaag onder drie invalshoeken: wij vergroten de aantrekkingskracht van de stad, wij stimuleren en begeleiden haar economische groei en we brengen oplossingen voor de nieuwe behoeften van de inwoners en de ondernemingen. Uit dit antwoord blijkt dat ik gekant ben tegen een administratie die zaken afremt. Ik verkies een bestuur dat ten dienste staat van zijn reden van bestaan, namelijk de Brusselaars, die onze activiteiten meer dan nodig hebben. De uitdagingen van vandaag zijn aanzienlijk groter dan 20 jaar geleden want de vraagstukken die wij nu behandelen zijn hoe langer hoe meer onderling verbonden. Natuurlijk bekommert onze instelling zich hoofdzakelijk om de kwaliteit van ons leefmilieu, maar de economische ontwikkeling van het Gewest, de demografische groei, de toename van de sociale kloof in Brussel, de internationale rol van de hoofdstad e.d. zijn aspecten die wij in geen geval negeren. Voor al deze vraagstukken moet het BIM specifieke antwoorden ontwikkelen. De tijd van de ‘bescherming van de natuur en de beperking van allerlei vormen van hinder’ is definitief voorbij. Het was de ietwat simplistische aanpak van het BIM in het begin, maar vandaag houden we rekening met het concept van kringeco-

nomie. Van ons vergt dit een dynamische en multidisciplinaire aanpak, met alle gevolgen van dien op de complexiteit van onze opdrachten waarvan de lijst op zich al indrukwekkend is . Om al deze opdrachten te vervullen, stellen wij 850 voltijdse equivalenten tewerk, onder wie 350 in buitendienst om de groenvoorzieningen van de groenste hoofdstad van Europa te onderhouden, een honderdtal deeltijdse werkkrachten en een dertigtal ‘Rosettaplan’ contracten. Dit is niet overdreven, wat men er ook van moge denken, want wij groeperen alle overheidsmiddelen op het vlak van milieubeheer. In andere gewesten en landen zijn deze bevoegdheden versplinterd.

De Alliantie WerkgelegenheidLeefmilieu is een typisch voorbeeld van aan elkaar verbonden vraagstukken. Bestaan er andere voorbeelden van bijdragen van uw instelling tot de economische ontwikkeling van het Gewest?

Ecologisch bouwen, onder andere. De Brusselaars staan aan de spits van passiefbouwen dankzij de impuls van de overheid om deze vorm van bouwen te promoten. Op dit vlak beschikken wij over een merkwaardige kennis van zaken. Ons nieuwe gebouw op Thurn & Taxis levert hier het overtuigende bewijs van. Het Gewest beschikt vandaag over nieuwe bevoegdheden waardoor het een meerwaarde op zijn grondgebied kan ontwikkelen en zijn kennis van zaken kan exporteren. Deze dynamiek moet natuurlijk onderhouden worden met een constante updating van ons technisch referentiemateriaal, met aangepaste opleidingen voor deze nieuwe beroepen enz. Om deze competenties te blijven ontwikkelen brengen wij op regelmatige basis zowel de overheid als privé spelers samen om opportuniteiten en hin-

(Emy Elleboog)

hem ontmoet, voor een stand van zaken.

Frédéric Fontaine: “Wij zorgen er voor dat de complexiteit geen rem wordt maar zelfs de ontwikkeling bevordert, zoals wanneer wij het verschil maken door een verbetering van onze competenties in ecologisch bouwen.”

dernissen te identificeren en aan de hand daarvan de actie te bepalen. In dit opzicht werden thema’s zoals de toegankelijkheid van openbare aanbestedingen voor KMO’s, het al dan niet integreren van sociale clausules in dergelijke aanbestedingen om de tewerkstelling van Brusselaars te verbeteren enz. in overleg met de sectoren en BECI besproken. Wij geven voortaan zoveel mogelijk de voorkeur aan een ‘bottom-up’ aanpak: wij beginnen bij de spelers (de sectoren, de ondernemingen en de burgers), wij luisteren naar hun behoeften en hun voorstellen en gaan pas daarna oplossingen ontwerpen, uittesten en voorleggen. Op die manier willen wij op het vlak van leefmilieu, de noodzakelijke begeleiding vergemakkelijken.

Hoe kan een orgaan dat voornamelijk reglementeert, het leven van de ondernemingen niet bemoeilijken?

Enerzijds beperken wij ons niet tot reglementeren. Anderzijds kan reglementeren

(R.T.)


Het nieuwe ‘voorbeeldige’ gebouw van het BIM, op de site van Thurn & Taxis.

Wij helpen de ondernemingen op talloze manieren: met ons toedoen kunnen Europese richtlijnen in een coherente reglementering worden omgezet. Wij bieden de ondernemingen een juridische zekerheid door de verduidelijking van de investeringsvoorwaarden en zelfs door een algemene beveiliging van de investeringen, dankzij de krachtlijnen van een bepaald type ontwikkeling dat voor het Gewest wordt gekozen. Wij schrijven vademecums die de talrijke en complexe wettelijke bepalingen toelichten. Wij zorgen voor duidelijke procedures. Wij verlenen advies en expertise. Wij reiken premies uit. Wij bepalen de normen volgens dewelke bedrijven erkend kunnen worden en op die manier nieuwe markten benaderen. Wij informeren over technische, wettelijke en fiscale zaken. Wij geven ondubbelzinnige milieuvergunningen af. Onze aanpak is tegelijk globaal en sectoraal, om rekening te houden met de belangen van iedereen.

Toch moeten de bedrijven heel veel tijd aan bepaalde dossiers besteden. In het geval van een milieuvergunning, is een van de stappen in het lange proces naar het onzeker verkrijgen van de vergunning, de bijzonder tijdrovende voorbereiding van een ‘voorbereidende nota op de impactstudie’, waarvoor de onderneming waarschijnlijk niet over de nodige deskundigheid bezit. Een ander voorbeeld zijn de kandidatuurstellingen bij openbare aanbestedingen. Wij moeten inderdaad vereenvoudigen, vergemakkelijken, de processen bijwerken, de lijsten uitzuiveren (o.a. die van

de ingedeelde inrichtingen), onze reglementering toegankelijker maken, de investeringsvoorwaarden verduidelijken, de afgifte van milieuvergunningen versnellen en vergemakkelijken enz. Binnen de Raad voor Economische Coördinatie maken wij met de Minister van Economie en Impulse regelmatig een overzicht van wat wij kunnen verbeteren. Ik wens dat dit een constante interne inspanning wordt om onze relatie met de gebruikers van onze diensten en onze eigen efficiëntie te verbeteren. Ik geef de voorkeur aan partnerschap eerder dan aan autoriteit. Dit vereist een regelmatige evaluatie van onze actie en prestaties. Interview afgenomen door Didier Dekeyser

De benoeming van de dynamische Frédéric Fontaine, voormalig kabinetschef van Évelyne Huytebroeck, aan het hoofd van Leefmilieu Brussel is veelbelovend. De instelling onderging vaak kritiek omwille van haar soms brutaal optreden (cf. haar veroordeling in 2013, ten gunste van eigenaars die onrechtmatig door de administratie werden aangevallen). Kritiek ook voor dubieuze benoemingen in het directiecomité (drie directeurs die in 2013 onbekwaam werden verklaard). Het Rekenhof was ook niet mals: “een groot aantal vergissingen en onjuistheden” in allerlei lastenboeken en “enkele zorgwekkende situaties” in aanbestedingen. Het werd dus hoog tijd om een aantal zaken aan de kaak te stellen en komaf te maken met sommige ingeroeste praktijken. Frédéric Fontaine was blijkbaar de man om deze situatie recht te trekken. Het BIM is bijzonder log. De werking van deze ‘administratieve sumo’ vergt een aantal management troeven die Frédéric Fontaine blijkbaar bezit. Maar de aanpak zal ook klantgericht moeten worden. Deze klanten zijn vooral de Brusselaars en hun ondernemingen. Hier wordt een Copernicaanse revolutie verwacht, iets waar overheidsdiensten wel wat moeite mee hebben.

1 http://www.leefmilieubrussel.be/Templates/Default.aspx?id=19794&langtype=2067


ook gelijk staan met verduidelijken. Met de verduidelijking van een aantal zaken kunnen sommige markten voor nieuwe spelers open gaan, of voldoende transparantie bieden om een gezonde concurrentie te bevorderen. Bovendien zijn milieuzaken vandaag resoluut transverse aangelegenheden. Het is niet te vermijden dat de wettelijke behandeling ervan ook van deze complexiteit getuigt. Wij zorgen er bij BIM voor dat deze complexiteit geen rem wordt maar zelfs de ontwikkeling bevordert, zoals wanneer wij het verschil maken door een verbetering van onze competenties in ecologisch bouwen. Hiermee hebben Brusselse ondernemingen hun leadership op dit vlak kunnen bewijzen.


e-Commerce: echt voor KMO’s weggelegd

800 deenemers bij 1ste e-Day Brussels De allereerste e-Day Brussels die IZEO op donderdag 8 mei in The Egg organiseerde, was bedoeld om zelfstandigen en KMO bedrijfsleiders te helpen hun zaak verder te ontwikkelen dankzij een betere zichtbaarheid en activiteit op het internet.

D


42

Zelfstandigen en KMO bedrijfsleiders realiseren zich blijkbaar hoe cruciaal deze vraagstukken wel zijn: meer dan 800 van hen namen op e-Day Brussels deel aan wat iedereen als een veeleisend maar boeiend programma bestempelde. De dag begon met een grote conferentie van Pierre Lelong, met als thema “Succesvol met e-commerce vandaag in België”. Nadien deelden zes inspirerende e-ondernemers onder leiding van moderator Olivier Kahn hun ervaringen bij de lancering en het beheer van hun e-commerce activiteit. De dag verliep verder met 25 voordrachten en workshops over uiteenlopende thema’s als de te vermijden valstrikken bij de ontwikkeling van een website, het succes van een e-mail campagne, de ontwikkeling van een zaak dankzij de sociale media, de opzet van een adwords strategie, de keuze van een e-commerce platform enz. De formule van deze voordrachten was even toekomstgericht als het thema van de dag: iedere deelnemer luisterde naar de sprekers via een hoofdtelefoon afgestemd op de frequentie van één van de workshops. De deelnemers waren op die manier volledig geconcentreerd op de uiteenzetting, zonder verstrooid te worden door de animatie van de beurs rondom hen. Naast de voordrachten konden de deelnemers ook individuele coaching afspra-

(Reporters)

it thema speelt in op een sociaaleconomische zwakte van het Brusselse Gewest: onze handelaars en KMO’s hebben ten opzichte van de buurlanden een zekere achterstand opgelopen. Een derde van de online aankopen van Belgische consumenten gebeurt trouwens bij multinationale en buitenlandse e-handelaars, die op hun beurt 60% van de adwords voor de Belgische markt aankopen. Deze vaststellingen betekenen dat België marktaandelen, concurrentiekracht en banen riskeert te verliezen. Bovendien lopen de KMO’s het gevaar de trein van de digitale evolutie te missen.

ken verkrijgen met deskundigen van het web. Meer dan 40 web ondernemers (leden van FeWeb of BetaGroup, en RENTIC adviseurs) stelden hun vaardigheden via geïndividualiseerd advies ter beschikking van de bezoekers. Ook hier ondersteunde de technologie de goede organisatie: de ontmoetingen werden via het online platform Time2 geregeld, een systeem dat ontmoetingen tijdens grote B2B evenementen aanzienlijk vergemakkelijkt. Om 16u30 was het opnieuw tijd voor plenaire sessies. Philippe Dambly, Product Manager bij L.A.R. wetenschappelijk medewerker aan de ULg, gaf zijn kijk over de evoluties die internet in de ontwikkeling van het immateriële gedeelte van de economie mogelijk maakte. AnySurfer had het daarna over de behoeften om websites voor iedereen toegankelijk te maken, met inbegrip van slechtziende surfers. IZEO gaf ook het woord aan overheidsdiensten die de zelfstandigen en KMO bedrijfsleiders kunnen helpen zich op het web te ontwikkelen, namelijk Impulse Brussels, Innoviris, de Commerce Academy, Atrium en Brussels Invest & Export. Céline Fremault, Brusselse minister Economie en Werkgelegenheid verdedigde haar visie van een Brussels Gewest dat aan de spits van de digitale economie zou staan.

De kers op de taart was de toespraak van François Gilson, marketing directeur van Google Belgium, die met zijn voordracht “Make the Web work for you”, het standpunt van Google over de trends en uitzichten van het web toelichtte. Voor IZEO Secretaris Generaal Miguel Van Keirsbilck, die deze dag organiseerde, zal de eerste e-Day Brussels in geen geval de laatste zijn: “Er wordt unaniem gevraagd dit evenement ook volgend jaar te organiseren. Er komt dus zeker en vast een e-Day 2015, want alles evolueert bijzonder snel op het web en wij moeten deze veranderingen constant bijbenen. De succesformule van de editie 2014 behouden we alvast: een samenwerkingsverband met een netwerk van gespecialiseerde en bijzonder geëngageerde partners. Ondertussen zullen IZEO en BECI voor de KMO’s opleidingsseminars over alle dimensies van een webstrategie organiseren. Tegen eind 2015 beogen we een groei van 15% van het aandeel op het web actieve KMO’s. Dit zijn niet alleen handelaars, maar ook ambachtslieden, KMO bedrijfsleiders en vrije beroepen.” Afspraak volgend jaar!

DAY BRUSS ELS

D A G VA N H ET W EB V OOR Z E L F S TA N D IG E N E N KM O'S

2014

BElgischE ENErgiEEN MiliEuprijs 2014 Op 5 juni vond de 9de prijsuitreikingsceremonie plaats, in aanwezigheid van meer dan 200 genodigden uit alle geledingen van de Belgische burgerlijke samenleving. De uitreiking van de Awards 2014 werd georganiseerd in Tour&Taxis (Brussel). De tweetalige avond werd traditioneel geopend met toespraken van politici en van de voorzitter van de plaatselijke jury. Ook Andreas Wagner, Directeur van de International Polar Foundation, nam het woord en feliciteerde de verschillende winnaars, alsook verscheidene van de genomineerden.

De winnars 2014

I U M P R E M N E R T R A P

iNDiViDuElE prijzEN

spEcialE prijzEN

Eco-Citizen Award

Education Eco-Award

Marie Ernotte en Dimitri Collard (Grez-Doiceau)

Ecole Provinciale Postscolaire d’Agriculture (Huy)

Young People Award Gwénaël Huynen – Otonôm (Thimister) iNstitutiONElE prijzEN Business Product Innovation Award Eloy Water (Sprimont) Business Sustainable Project Award Leuven Klimaatneutraal 2030 (Leuven) Public Sustainable Development Award

International Polar Foundation Award Gemeentelijk Technisch Instituut (Londerzeel) Premium Ethias Award Sibelga (Brussel) spEcialE VErMElDiNg VaN DE jury Repair Together (Elsene) Biolectric (Temse)

Stad Chaudfontaine

Vind alle informatie en foto’s van de winnars op :

www.eeaward.be

Word partner van de Belgische Energie- en Milieuprijs 2015 (10e editie !) : Neem contact op met Nathalie Nicosia : 04 221 58 68 · [email protected]

Events & Incentives

.org L’ACTU DE L’ÉNERGIE DURABLE

TUINMAGAZINE


Communicatie

Belpower winnaar van een BECI campagne Om het belang en de impact van B2B communicatie aan te tonen, besliste BECI zijn eigen middelen ter

beschikking van een KMO te stellen, met een campagne ter waarde van 32.000 € in zijn media en tijdens zijn evenementen. De in februari gelanceerde wedstrijd werd gewonnen door Belpower, een dochteron-

(R.T.)

derneming van de groep Reibel, actief in de sector van de hernieuwbare energieën.


44

De campagne kreeg de naam Experience life differently en wordt in drie stappen ingedeeld: de vraag, het denkproces en uiteraard de oplossing.

Belpower wint een publiciteitscampagne ter waarde van 32.000 €, met inlassingen in het magazine Dynamiek/Entreprendre, een rubriek op onze website, een opname in onze e-Vent nieuwsbrief en de sponsoring van onze Garden Party en ons Annual Event.

De jury beoordeelde dat deze campagne het best aan het geheel van de selectiecriteria beantwoordde (originaliteit, coherentie met de beoogde doelstellin-

Naast de winnaar wilde de jury ook een tweede project belonen dat zich door zijn visuele kwaliteit en de originaliteit van het aanbod duidelijk van de andere kan-

Het team van laureaat Belpower. Van links naar rechts: Pierre Lefkaros, Alexandre Woronoff en Nathalie Geschier

“R

uim een derde van de Belgische bevolking zou interesse kunnen vertonen voor duurzame en hernieuwbare vormen van energie”, schrijft Belpower in zijn kandidaatstellingsdossier. “Vanuit dit gegeven nodigt Belpower de prospect en burger uit een andere kijk, een andere ervaring en een andere omgang met het leefmilieu te bedenken.”

De laureaten

Winnaar: Belpower – hernieuwbare energie Speciale vermelding: Artitude – kunstgalerij en communicatiebureau

De andere genomineerden:

gen, aangeboden waarde en grafische kwaliteit). Vooral het in de tijd gespreide concept viel bijzonder in de smaak, want er wordt gezocht naar communicatie op meerdere niveaus en de lezer wordt aangezet om over het milieu en economische vraagstukken na te denken, zonder echt in een moraliserende toon te vervallen. “Dit is geen saaie campagne”, zegt jurylid John Stuyck, Publisher van het magazine The Bulletin. De jury waardeerde trouwens het frisse uitzicht van de advertenties.

• Affix Corporate Finance: bijstand aan ondernemingen bij complexe verrichtingen bovenaan de balans (fondsenwerving, fusie, acquisitie…). Een groot aantal Brusselse KMO’s zullen bij gebrek aan opvolgers en/of overnemers verdwijnen. Affix Corporate Finance wil de eigenaars hiervoor sensibiliseren en ze helpen een opvolger te vinden. • Allo Crèche: een onthaalplatform voor peuters en kleuters, met informatie, diensten en praktisch advies aan de ouders en aan de mensen van het beroep. • Song Attitude: een rond zang ontwikkelde team building activiteit. De zang verbetert de creativiteit en expressiviteit, het zelfvertrouwen en het gevoel deel uit te maken van de groep, de samenwerking, de weerstand tegen stress enz. Bovendien verzekert het concept naar verluidt 100% deelname. • Taggtic: een staffing agency die zich op consulting en recruitment oplossingen toespitst. Taggtic begeleidt zowel kleine als grote ondernemingen via de selectie en de aanwerving van de beste professionals voor vaste betrekkingen of tijdelijke opdrachten.

De leden van de jury Isabelle André: is vandaag zelfstandige graficus. Werkte tot in 2012 als Art Director van de B2B magazines van de Roularta groep, waar ze een team van ontwerpers leidde. Jan De Brabanter: adjunct secretaris-generaal van BECI. Jan De Brabanter was vroeger secretarisgeneraal van de grafische federatie Febelgra en heeft daarom een flinke ervaring met grafiek en communicatie. John Stuyck: Publisher van The Bulletin, het magazine bij uitstek van de internationale gemeenschap in België. John Stuyck heeft 40 jaar carrière in de uitgeverijsector.

(R.T.)

(R.T.)


Isabelle André en Jan De Brabanter.

John Stuyck in diepe gedachten verzonken.

didaten wist te onderscheiden. De campagne Loué soit l’Art ! van kunstgalerij en communicatiebureau Artitude verhuurt hedendaagse kunstwerken aan onderne-

mingen. “Naast de eigen waarde van een kunstwerk slaagt hedendaagse kunst erin binnen het bedrijf dialoog en uitwisseling te bevorderen, waardoor nieuwe uitzichten

open gaan”, aldus Artitude. “Dankzij verhuring (…) went het personeel aan kunst en krijgt het inzicht in het creatieproces van kunstenaars die ondertussen vaak ook zelf ondernemers zijn geworden.” Artitude zal in ons magazine een campagne mogen voeren. De juryleden merkten een opvallende verscheidenheid tussen de kandidaten. Naast de eerste twee laureaten besliste de jury vier andere projecten te onderscheiden voor hun ontegensprekelijke troeven: de campagnes die werden voorgelegd door Affix, Allo Crèche, Song Attitude en Taggtic. Emmanuel Robert

Mindstep workshop bij BECI

Een ander geval: sinds de wijziging van het management hebben sommige nieuwe kaderleden het blijkbaar moeilijk met uw zelfstandige manier van werken. Uw gedrag werd echter vroeger altijd geapprecieerd. Bovendien hebt u hiërarchisch niets te maken met deze nieuwkomers die trouwens “veel minder ervaring aan de dag kunnen leggen”. Er heerst een soort malaise en u hebt echt zin om ze allemaal af te poeieren (behalve als u zelf aan de deur wordt gezet, natuurlijk)! Laat het niet zover komen. Denk er even over na: misschien maken deze misnoegde collega’s deel uit van de zogenaamde interne klanten die van u bepaalde taken verwachten om hun eigen werk in het business model van de onderneming op te nemen? Allemaal goed en wel, maar hoe ziet dit business model er vandaag uit? Misschien moet u ergens toegeven dat u zich niet aan de verandering hebt aangepast, dat u uw persoonlijk business model niet op dat van de onderneming hebt afgestemd. Een persoonlijk business model, wat is dat voor iets?

You are the one

Het business model is het doortastend hulpmiddel dat de be-

drijfswereld heeft ontwikkeld om een markt te benaderen en zich eraan constant aan te passen. De troeven? Synthese, leesbaarheid, aanpassingsvermogen. De Amerikaanse organisatiespecialist Tim Clark kwam op het boeiende idee aan het individu te vragen zijn carrièreplan in een persoonlijk business model te gieten. Om dit te bereiken, ontwikkelde de Amerikaan een geniaal en zeer eenvoudig procedé. Een grappig ding dat u in samenwerking met anderen uitwerkt en dat een aantal zaken serieus door elkaar schudt. Uw ganse persoon komt hier in feite aan bod, veel meer dan uw carrièreplan. U bent namelijk uniek (twijfelt u daaraan?) en deze oefening wil uw specifieke ‘toegevoegde waarde’ bepalen. (R.T.)

D

e pluspunten? Uw benijde baan, de toffe collega’s, de iPhone, de bedrijfswagen… En aan de mindere kant, uw 47-jarige leeftijd, de druk van het top management, uw frustratie voor al het fijne in het leven dat u links hebt laten liggen, de ontgoocheling wegens uw competenties die niet tot hun recht komen, het angstige uitzicht van hetzelfde werk tot op uw 65ste, het risico door een jongere kracht te worden vervangen of bij de volgende Renault procedure buitengebonjourd te worden… U zit duidelijk in een doodlopend straatje. Ooit aan gedacht uw ware toegevoegde waarde te Nicolas de Vicq, Mindstep valoriseren? Maar kent u die wel?

Mindstep is de vertegenwoordiger van Tim Clark voor de Franstalige wereld en streeft het bescheiden doel na ‘u opnieuw uit te vinden door de combinatie van uw passies, uw eigenheden en uw competenties’. Zeker geen lachertje, maar wij hebben het principe meerdere malen met de dynamische en charismatische oprichter van Mindstep Nicolas de Vicq besproken en het is duidelijk dat deze belofte ingelost wordt. Mindstep organiseert een ‘Business Model You’ bij BECI. Indien u uw carrière wil verbeteren, een nieuwe wending geven of beter inzicht krijgen in de vaardigheden van uw medewerkers om u beter in de beroepsomgeving te positioneren, dan is deze workshop voor u! Aarzel zeker niet! Didier Dekeyser Business Model You’ Workshop, op 26/09 bij BECI. Reserveren: [email protected]. Info en methode: www.mindstep.be


Onderneem uw eigen carrière!


Go2Mediation

Beroepszorgen… bMediation en BECI organiseerden in de maand mei een avond rond het thema “Handelsconflicten vermijden en oplossen”. Een bijzonder gevoelig onderwerp, want de meeste problemen waarvoor het Centrum voor Ondernemingen in moeilijkheden (COm) wordt benaderd, zijn van juridische aard.

Handelszaken


46

Volgens psychiater en bedrijfsleider Lucien Steru, is duidelijkheid vanaf het begin van een handelsrelatie warm aanbevolen. En zolang deze relatie duurt, verdient deze duidelijkheid regelmatig te worden opgefrist. Ze vermijdt heel wat conflicten. Dit betekent nog niet, zegt Steru, dat u 20 bladzijden met juridische clausules moet vullen. Wel van belang is een precieze definitie van de prestaties, zonder grijze zone voor veronderstellingen. “Zet dus duidelijk op papier wat u gaat doen en wat u niet gaat doen, met welk budget en onder welke voorwaarden.”

Fiscale zaken

Problemen met de fiscale administratie vermijdt u best door een proactieve houding, aldus Jean-Pierre Riquet, IAB fiscaal adviseur en partner van het COm. Hopen dat het dossier in geval van een probleem ergens in een vergeethoekje verzeilt, is zelfbedrog. Als de BTW-plichtige bijvoorbeeld niet in de mogelijkheid verkeert onmiddellijk het geheel van zijn schuld te betalen, vraagt hij best een spreiding van de betalingen aan. Jean-Pierre Riquet moedigt iedereen aan met het bestuur open kaart te spelen, liefst aan de hand van een volledig dossier. Hierbij dient gezegd dat zodra de onderneming werkelijk de BTW bedragen heeft ontvangen, zij verplicht is deze aan de Schatkist over te maken. De ontvangen BTW is eigendom van de Staat. Wel dient gezegd dat u voortaan met een en dezelfde gesprekspartner te maken hebt, als gevolg van de centralisering van alle ontvangst- en inningskantoren voor

(R.T.)

D

e ondernemer die met een moeilijkheid kampt, gaat vaak gebukt onder de lengte en de kost van een klassieke procedure. De oplossing van een conflict via de gewone gerechtelijke weg neemt dikwijls jaren in beslag. Eigenaardig genoeg wordt er weinig energie aan preventie besteed. En wanneer een probleem zich voordoet, wordt er zelden gedacht aan alternatieve methodes om een akkoord te bereiken. Hoe voorkomt u problemen?

Van links naar rechts: Maurice Parmentier, Christian Mahieux, Olivier Kahn (COm, moderator van de rondetafel), Lucien Steru, Gérard Kuyper en Jean-Pierre Riquet.

alle vormen van belastingen. Deze persoon volgt dus uw belastingen, BTW, verkeersbelasting enz. Zorg dus voor een vlotte relatie!

Sociale zaken

Ook voor de sociale bijdragen kunt u een spreidingsplan aanvragen. En nogmaals is een proactieve aanpak aanbevolen. In geval van sociale conflicten tussen werkgevers en werknemers blijft de dialoog de eerste oplossing, aldus de rechter voor sociale zaken Maurice Parmentier. Een zaak die vandaag voor de Eerste Kamer van de Arbeidsrechtbank komt, wordt slechts in 2015 behandeld. De kunst van de bemiddelaar, zegt Maurice Parmentier, bestaat erin “de vinger op het pijnpunt te leggen” en de oorzaak van het probleem aan te pakken. Op die manier maakt u oplossingen veel toegankelijker. “Een geschil dat pas in 2015 voor de rechtbank zou zijn gekomen, kon onlangs in twee voormiddagen worden opgelost”, vertelt hij.

Inning van achterstallige vorderingen en huurgeschillen

Meestal ontstaat een geschil wanneer de dialoog onderbroken is. De klassieke aanpak bestaat erin een ingebrekestelling naar de schuldenaar te sturen om de betaling van de verschuldigde bedragen op te eisen. Vaak voorzien de algemene verkoopsvoorwaarden de mogelijkheid om ook een intrest en een forfaitaire verhoging aan te rekenen, zegt advocaat en bemiddelaar Christian Mahieux.

De rechtbanken aanvaarden doorgaans 10% boete en een verwijlintrest aan de hand van de wet van 2002. Nu, op commercieel vlak ligt het factureren van verwijlintresten aan een klant vaak delicaat. Lucien Steru stelt volgend alternatief voor: een korting (zelfs miniem) ingeval van betaling binnen de gevraagde termijn. Huurgeschillen zijn een andere klassieker. Ze behoren tot het bevoegdheidsdomein van de vrederechter. De gerechtelijke achterstand is beperkt in deze materies, maar het blijft aanbevolen de dialoog opnieuw aan te knopen om de onderliggende oorzaken van het geschil te begrijpen. Dit is altijd beter dan een rechtszaak. Het ware probleem ligt meestal niet bij de rij veel te hoge bomen op de scheidingslijn tussen twee eigendommen. Als die ondertussen 30 jaar oud zijn, is het probleem niet echt nieuw, merkt Gérard Kuyper.

Bemiddeling en alternatieve methodes

In geval van een bemiddeling treedt een derde – de bemiddelaar – tussen beide partijen op om de dialoog weer op gang te krijgen. Het is een gewild proces waarbij de bemiddelaar vrij wordt gekozen. Bemiddelingen zijn in verscheidene materies mogelijk: gezinsaangelegenheden, schoolproblemen, strafrechtelijke gevallen enz. De procedure is vertrouwelijk en kan om het even wanneer worden onderbroken. Het is aanbevolen een door de Federale Commissie erkende bemiddelaar te kiezen. Een dergelijke bemiddelaar heeft een

opleiding gevolgd en een officieel examen afgelegd, waardoor hij dus een werkelijke competentie kan voorleggen. Een andere grote troef is dat de gesloten overeenkomst zonder proces door de rechtbank kan worden bekrachtigd en zijn uitvoering desnoods opgelegd. Er bestaan andere alternatieve methodes om geschillen bij te leggen, o.a. verzoening en arbitrage. De verzoening volgt dezelfde weg als de bemiddeling en moet door de rechter vóór het proces worden voorgesteld. Deze procedure is kosteloos en vindt plaats in de rechtbank, aldus Maurice Parmentier. Hier zijn geen rechtspraakkosten mee verbonden. Eventueel moeten de partijen de honoraria van hun advocaten betalen. In tegenstelling tot de bemiddelaar die de

dialoog mogelijk maakt, heeft de arbiter de taak in een geschil de knoop door te hakken.

De bemiddelingskosten

De kosten kunnen door een van de partijen worden gedragen of tussen beide partijen gedeeld, naargelang van de bepalingen van het contract. Volgens Gérard Kuyper, is het aanbevolen dat elke partij zijn deel betaald om bij de procedure actief betrokken te worden. Op fiscaal vlak kunnen bemiddelingskosten aftrekbaar zijn voor zover wordt aangetoond dat hiermee inkomsten worden gevrijwaard, of nieuwe inkomsten mogelijk worden. Om een tijdrovende en moeizame procedure te vermijden, is het dus bijzonder

Met de deelname van: Gérard Kuyper, advocaat en erkend bemiddelaar Christian Mahieux, advocaat en erkend bemiddelaar Jean-Pierre Riquet, IAB fiscaal adviseur Maurice Parmentier, rechter in sociale zaken bij de Arbeidsrechtbank van Brussel Lucien Steru, psychiater en bedrijfsleider Informatie en contact: www.bmediation.eu – www.beci.be – www.ced-com.be aanbevolen de dialoog weer op gang te krijgen. Een tweede goede raad is zijn trots het zwijgen op te leggen en voorrang te geven aan een win-win aanpak. En ten derde geeft u best de voorkeur aan alternatieve methodes, met vermelding van een bemiddelingsclausule in elk contract dat u tekent. Olivier Kahn Co-funded by the European Union

Het nieuwe adressenboekje voor ondernemers (in moeilijkheden)

HET ADRESBOEK VOOR DE BEDRIJFSLEIDER 245 NUTTIGE ADRESSEN EDEN OM PROFESSIONELE MOEILIJKH TE VERMIJDEN OF TE BEHEREN

VE UITGA 2014

Het COm (het Centrum voor Ondernemingen in moeilijkheden, bij BECI) brengt de 2014 editie van zijn adressenboekje uit. U vindt er een indrukwekkende lijst referenties

waarmee u beroepsproblemen kunt vermijden of althans efficiënter behandelen. Onder de 255 adresgegevens vindt u er hoogstwaarschijnlijk ten minste één die in uw specifiek geval bijzonder nuttig kan zijn.

W

ist u bijvoorbeeld dat de Federale Overheidsdienst Economie de dienst Belmed ter beschikking van de consumenten en de ondernemingen stelt om oplichterij te bestrijden? Kent u, wat betreft de fiscaliteit, het bestaan van de cel ‘bemiddeling’ bij de FOD Financiën? U ontdekt in het boekje eveneens waar u terecht kunt om een vrijstelling van verwijlintresten evenals de intrekking van eventuele BTW boetes proberen te verkrijgen. Op het vlak van opleidingen biedt het centrum EFP nagenoeg kosteloze programma’s voor zelfstandigen en bedrijfsleiders in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het ‘Paspoort tot suc-

ces’ voorziet meer dan 30 interactieve avonden in domeinen als HR, financiën, informatica, marketing, beheer, juridische aspecten enz. De Directie economische relaties van het Brusselse Gewest begeleidt u – op bijzonder dynamische wijze – bij uw subsidieaanvragen. De goed opgevatte website (www.ecosubsibru.be) helpt u in uw zoektocht. Op die manier slaagt u er misschien in uw consultancy kosten in informatica, strategie, financiën enz. te halveren. Omdat het leven van een onderneming met zorgen gepaard gaat, biedt het Brussels Business Mediation Center asbl (BBMC) een concrete begeleiding om snel en efficiënt een oplossing te

Een actie van

met de steun van

vinden! Het BBMC brengt u in contact met de beste bemiddelaars in functie van uw behoeften en met behoud van een absolute vertrouwelijkheid. De vereniging biedt bemiddelingsdiensten bij burgerrechtelijke en handelsgeschillen. En dan zijn er nog alle diensten die BECI en het COm u standaard aanbieden: de hulp van professionele boekhouders, commerciële ondersteuning, hulp van advocaten enz. Het is gratis en u kunt er veel geld mee uitsparen! Het volstaat dat u een mailtje stuurt aan com@beci. be.


(R.T.)



De weddenschap van privé start-up booster Co.Station Sinds eind april wil ‘start-up post-booster’ Co.Station vlakbij het station Brussel Centraal bewijzen dat het

mogelijk is vanuit Brussel een start-up op te richten, te doen groeien en er zelfs de wereld mee te veroveren.


48

Behalve deze mooie inrichting van het gebouw onderscheidt Co.Station zich vooral als een initiatief dat 100% door privé personen werd gefinancierd. De medeoprichters zijn Paul Stasse (vastgoedspecialist), Edouard Cambier (de ‘marketeer’ die ook de stichter van de SeedFactory is), Thierry de Molinari (de financiële man) en Tanguy Peers (exeBay België), die Co.Station in de Silicon Valley vertegenwoordigt. Het business model steunt op een complexe mix van vastgoedinkomsten, verlening van diensten aan de leden en een percentage op de fondsenwervingen die Co.Station vergemakkelijkt.

Voor wie?

Co.Station richt zich tot ondernemingen die een sterke groei kennen in innoverende sectoren (cloud computing, internet of things, elektronische betalingen, nieuwe media enzovoort). “Wij mikken duidelijk op 35-plussers die al wat ervaring hebben opgebouwd. Wij hopen ook een aantal seniorprofielen aan te trekken

(Ivan Put)

S

inds half april zijn de huurders van de nieuwe ‘entrepreneurial hub’ Co.Station zich op de eerste verdieping van het gebouw ‘Markies’ aan het vestigen, ergens tussen de kathedraal en het centraal station. Ze komen terecht in een mooie designomgeving van zowat 2000 m², met veel lichtinval, een veertigtal werkposten in privé kantoren (die al allemaal gereserveerd zijn) en evenveel ‘flex’ werkposten in een open ruimte, die coworking bevorderen. Middenin de verdieping staat een pitch theater waar een ‘genodigde’ tijdens de middagpauze komt praten over een bepaalde deskundigheid, zijn plannen of zijn ervaringen als ondernemer. Er wordt eveneens een reeks cabines met de nodige aansluitingen aangeboden, waar de ondernemer zich kan afzonderen, bijvoorbeeld voor een gesprek via Skype. De kantoren zijn gericht naar een openlucht atrium dat binnenkort als een restaurant met terras wordt ingericht.

Van links naar rechts: Edouard Cambier, Paul Stasse en Thierry de Molinari in het pitch theater.

die zich in hun beroepsleven vervelen en bereid zijn hun comfortabele zijspoor te verlaten”, aldus de oprichters. Vandaar de tweede eigenheid van Co.Station: het is eerder een ‘post-booster’, namelijk een omgeving waar ondernemingen na de eerste groeifase aan een tweede ontwikkelingsfase kunnen beginnen, meestal door een uitbreiding naar internationale markten. Bij de eerste huurders vindt men zowel ervaren ondernemers als beginnelingen. Six Dots, de gezamenlijke onderneming voor mobiel betaalverkeer die door BNP Paribas Fortis en Belgacom (geen echte start-ups meer) werd opgericht, stoort zich bijvoorbeeld helemaal niet aan de aanwezigheid van SocialCom, een jonge Brusselse onderneming die KMO’s helpt met hun marketing op sociale netwerken.

Brussel volgens het model van Tel Avi

“Met Parijs, Londen of Berlijn rivaliseren wij liever niet. Brussel moet en kan echter een plaats innemen door zich in de bestaande hubs te integreren. Wij zijn voorstanders van een hybride model waarmee men op een bepaald moment ook in de Silicon Valley aanwezig moet zijn, zonder echter de ontwikkelingsteams te verhuizen. Onze ambitie bestaat erin onze leden te helpen groeien dankzij een

rechtstreeks contact met deze internationale dynamiek”, verklaart Paul Stasse. Hierbij wordt vaak het ‘Israëlisch model’ als voorbeeld genomen, omdat heel wat lokale technologische pareltjes zich in de Verenigde Staten gaan ontwikkelen via bruggenhoofden, terwijl de activiteit in feite in Tel Aviv blijft. Wij kunnen daaruit afleiden dat de ‘radar’ van Co.Station niet 100% Belgisch is en dat het initiatief voordeel wil halen uit de uitstraling van Brussel als hoofdstad van Europa. Bij de eerste huurders vinden we bijvoorbeeld de Franse Spallian (beslissingondersteunende software) en de Zwitserse Diagnoplex (kankerdiagnose). Ook de zoektocht naar financiering gaat resoluut de internationale toer op: Co.Station hoopt een aantal Belgische fortuinen te overtuigen in lokale success stories te investeren (heel wat family offices hebben al een kantoor gereserveerd), maar dat zal haar niet beletten ook te prospecteren waar investeerders minder terughoudend zijn, onder andere in de Golfstaten of in Californië, door toedoen van Tanguy Peers. Er is sprake van een fondsenwerving van ten minste 500.000 euro. Olivier Fabes


Info PwC

Aanvullende pensioenplannen? Wacht niet langer om stappen te ondernemen! U heeft er al heel wat over vernomen: de eenmaking van het statuut voor arbeiders en bedienden. Concrete

maatregelen zijn reeds genomen wat betreft de opzeggingstermijn en de afschaffing van de carenzdag. Een

revolutionaire wind waait eveneens uit de hoek van de aanvullende pensioenen, waar in het parlement een

Fase I

De sectoren krijgen tot uiterlijk 1 januari 2023 de tijd om via sociaal overleg tot een akkoord te komen. Onderhandelingen dienen hierbij gevoerd te worden op het niveau van de paritaire (sub)comités die bevoegd zijn voor dezelfde beroepscategorie of ondernemingsactiviteit. Hierbij zullen zij om de twee jaar een rapport dienen over te maken aan de Nationale

Arbeidsraad betreffende hun vorderingen op dit vlak. Deze data zullen samenvallen met de tweejaarlijkse sectoronderhandelingen over de loon-en arbeidsvoorwaarden (IPA).

Fase II

Vanaf 1 januari 2023 zijn de ondernemingen alleen aan zet. Hierbij dienen zij rekening te houden met de uitkomst op sectorniveau. Het is echter aan te raden dat u als onderneming reeds voor 1 januari 2023 actie onderneemt. Het harmoniseren van een aanvullend pensioenplan zal immers veel tijd en overleg vragen en eveneens deel uitmaken van de onderhandelingen betreffende loons-en arbeidsvoorwaarden zowel in de sector als binnen de onderneming. c) Tijdvakken van arbeid vanaf 1 januari 2025: ‘cut off date’ Vanaf 1 januari 2025, de zogenaamde ‘cut off date’, is een verschil in behandeling niet langer mogelijk. Vanaf deze datum zullen ondernemingen bijgevolg gesanctioneerd worden wanneer zij verschillende pensioenplannen hebben op basis van het onderscheid tussen arbeiders en bedienden. Merk hierbij op dat niet elk onderscheid als discriminatoir zal worden beschouwd. Een verschillend pensioenplan voor kaderleden, directieleden of andere werknemerscategorieën zal nog steeds mogelijk zijn, zolang het onderscheid niet rechtstreeks of onrechtstreeks berust op het onderscheid tussen een arbeider en een bediende. Bart Elias PwC | Partner Direct: +32 3 2593156 | Mobile: +32 473 910602 | Fax: +32 3 2593299 Email: [email protected]* PwC Business Advisors cvba Wivien Gerits PwC | Consultant Direct: +32 2 7104402 | Mobile: +32 495 451357 | Fax: +32 2 7104299 Email: [email protected]* PwC Business Advisors cvba


Ondernemingen krijgen 10 jaar de tijd om tot een harmonisatie te komen, te beginnen op 1 januari 2015. Hierbij heeft men gekozen voor de weg van de geleidelijke harmonisering. Dit is in de eerste plaats om de sociale partners de tijd te geven om via sociaal overleg tot een akkoord te komen in de sectoren en eveneens om ondernemingen toe te laten de kostprijs te spreiden in de tijd. Twee data dient u hierbij te markeren in uw agenda, namelijk 1 januari 2015 en 1 januari 2025. Beide Bart Elias data bakenen immers drie belangrijke periodes af. Deze drie periodes duiden de stappen aan die ondernomen dienen te worden om tot een harmonisatie te komen. a) Tijdvakken van arbeid gelegen voor 1 januari 2015 Wanneer het aanvullend pensioen met betrekking tot de dienstjaren voor 1 januari 2015 verschillend is voor arbeiders en bedienden, zal dit niet aanzien worden als een discriminatie. Deze periode wordt dus geïmmuniseerd. b) Tijdvakken van arbeid vanaf 1 januari 2015 tot 1 januari 2025: ‘standstill- of onthoudingspe- Wivien Gerits riode’ Tijdens deze periode kan er geen nieuw pensioenplan ingevoerd worden dat een onderscheid tussen arbeiders en bedienden bevat. Wat betreft de huidige pensioenplannen, wordt een bestaand verschil nog steeds toegelaten. Het onderscheid mag echter niet worden vergroot. Daarenboven moet een werkgever zich inschrijven in een traject om deze verschillen op te heffen tegen 1 januari 2025. In een eerste fase, namelijk tot 2023, dienen de sectoren onderhandelingen te voeren om tot een akkoord te komen wat betreft de sectorale pensioenen. In een tweede fase zullen de ondernemingen zelf maatregelen dienen te nemen, rekening houdend met de uitkomst op sectorniveau.

(R.T.)

D-day 1 januari 2025

(R.T.)

nieuwe wet werd aangenomen die een harmonisatie van beide statuten voorziet tegen uiterlijk 1 januari 2025.


Starter

Met Bip-Bip Systems real-time autodelen Alle pendelaars weten dat mobiliteit een dagelijkse beproeving is. Tegen dit probleem besliste Frédéric Le

Roux, de oprichter van Bip-Bip Systems, een car-sharing systeem te ontwikkelen. Dit gebeurde toen hij zich zeven jaar geleden met zijn gezin in Geldenaken ging vestigen.

“I


50

“Het concept van Bip-Bip Systems bestaat erin ogenblikkelijk mensen in contact te brengen die hetzelfde traject moeten afleggen. De bestuurder krijgt een financiële vergoeding”, vertelt Frédéric Le Roux. “Deze eerlijke vergoeding is voordelig zowel voor de bestuurder als voor de passagiers. Het is de bedoeling zowel privé als bedrijfswagens beter te vullen.” Bip-Bip Sys tems werd verleden zomer gelanceerd en wist al twee grote ondernemingen te bekoren, namelijk Delta Lloyd en Belgacom die het niet te verwaarlozen voordeel bieden dat ze op relatief korte afstand van elkaar in de buurt van de Kruidtuin te Brussel zijn gevestigd. “Om een kritische massa te bereiken, is het best 300 pendelaars in een straal van 500 m te vergaren. Ook kleinere bedrijven mogen daarbij want de concentratie aan ondernemingen en instellingen in bepaalde wijken van de hoofdstad ligt zeer hoog.”

“Car-sharing is niet langer een stijf systeem”

Met deze twee pionierklanten beschikt Bip-Bip Systems vandaag over een database van meer dan 1000 mensen. Frédéric Le Roux en zijn team benaderen momenteel andere bedrijven die interesse zouden kunnen vertonen voor de SmartDriving dienst. Het concept dient echter wel grondig uitgelegd te worden om het onderscheid te maken met ‘statische’ car-sharing: “De meeste mensen beschouwen car-sharing als een stijf en hinderlijk systeem. Ze gaan er vanuit dat de pendelaar hierdoor verplicht wordt het traject op een vast tijdstip en steeds met dezelfde personen af te leggen, wat de vrijheid en flexibiliteit serieus beperkt. Met de hulpmiddelen die wij in ons platform hebben ingebouwd en de moderne communicatiemiddelen van vandaag is dit helemaal niet meer het geval. U kunt ‘s morgens zonder problemen met een persoon vertrekken en ‘s avonds met een andere terugkomen, waarbij beiden onverwachts en op het laatste ogenblik worden gekozen. U bent dus helemaal niet verplicht zich op een bepaald tijdstip te verplaatsen. Wij bieden een dynamische vorm van car-sharing.” Het jonge bedrijf heeft inderdaad een bijzonder gebruiksvriendelijk en soepel platform uitgewerkt. Vraag en aanbod

(R.T.)

n die tijd werkten wij in Brussel en beschikten wij over één enkele wagen, waardoor het open afrijden nogal ingewikkeld werd, en dan voornamelijk om uren af te spreken”, herinnert hij zich. Tijdens dit dagelijks pendelen stelt hij vast dat er in nagenoeg alle wagens slechts de bestuurder zit. Al die mensen rijden in dezelfde richting, op hetzelfde ogenblik. Vandaar het idee om die afstanden te delen in plaats van ieder voor zich.

Een check-in en check-out proces registreert in real-time de gedeelde trajecten via de mobiele applicatie.

worden in real-time met elkaar in verband gebracht. In de praktijk abonneert de werkgever zich op de SmartDriving dienst. Elke bediende krijgt dan de kans zijn eigen account te activeren en ontdekt zo de car-sharing mogelijkheden aangepast aan zijn profiel. Daarna nemen de werknemers een afspraak op de manier en op de plaats die ze wensen, of op een van de 112 reeds geregistreerde meeting zones, bijvoorbeeld. Het check-in en check-out proces registreert in real-time de gedeelde trajecten via de mobiele applicatie. De werkgever krijgt ten slotte een nauwkeurig verslag van de werkelijke car-sharing activiteit en van de economische en ecologische prestaties die het bedrijf op die manier heeft verwezenlijkt. Heel binnenkort wordt het platform ook voor particulieren toegankelijk.

Een reactie op de verplichtingen

“De formule houdt voor de onderneming heel wat voordelen in: een vermindering van de kost van bedrijfswagens, besparingen op parkeerkosten, meer motivatie onder de werknemers, een zekere vorm van sociale wedijver, een beter gebruik van de tijd, gratis teambuilding en een groener en toekomstgerichter imago. Het concept kadert perfect in een filosofie van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het biedt ook een antwoord op de reglementaire verplichtingen die gepaard gaan met de vervoerplannen van bedrijven die op eenzelfde site in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest meer dan 100 mensen tewerkstellen”, besluit Frédéric Le Roux. Meer informatie op http://www.bip-bip.be/nl Guy Van den Noortgate

U werft aan?

Doe een beroep op Select Actiris uw gratis persoonlijke rekruteringsdienst

Op zoek naar een nieuwe collega? Actiris lanceert Select Actiris, de nieuwe gratis rekruteringsdienst om de juiste kandidaat te vinden in Brussel. • Persoonlijke follow-up. • Tijdwinst (contact binnen de 48 uur). • Gerichte preselectie van max. 6 kandidaten binnen de 2 weken.

Actiris verandert de toekomst van uw bedrijf: www.actiris.be


Impression of a Brit

(R.T.)

Of beer and bathing towels

It was only a few years ago that I became aware of an important aspect of German

identity, namely a heightened sense of territoriality. This was brought to my notice in two ways.

F

n°06 Nr.06 - juin - juni 2014 2014 - Entrepren - Dyna mi dre ek

52

Secondly, I was exposed to the phenomenon personally when I unwittingly took a table in a self-service restaurant that a German had already appropriated for himself. I had wrongly assumed that the copy of Bild Zeitung he had left there on his way back to the service counter had simply been abandoned. But no, this was the way he staked his claim. Maybe it would have been different if I had asked him if I could share his table: after all, Germans are often politer than foreigners. At about the same time (and very belatedly by many people’s standards) I became aware of the stories told by the British about the Germans and bathing towels. You know the scenario: on holiday the Brits stagger down to the swimming pool with awful hangovers and find all the Germans already there with their towels laid out in the sunniest spots. This story has now achieved the status of an urban myth, yet it is too close to reality never to have happened. Moreover it has been the subject of a hilarious commercial by Carling Black Label (see YouTube). In the year 2000 the INRA research company conducted an opinion poll across the country. One of the questions posed to respondents was (I lie not): “Do you want a fence round your garden?” A foreigner might think this

(Reporters)

irst, I happened to read what Edward Hall, the American anthropologist, had to say about this in his book Understanding Cultural Differences: “Many Germans feel hemmed in geographically. For the German, space is sacred. Homes are protected from outsiders by a variety of barriers: fences, walls, hedges, solid doors, blinds, shutters and screening to prevent visual or auditory intrusion.” Sounds a bit like the Belgians… is a trivial issue for a public opinion survey, but evidently not. No less than 82 per cent of East Germans said ‘yes’ to the proposition, while 56 per cent of West German respondents also concurred. Asked in a separate poll by the Allensbach Institute whether they considered freedom more important than equality, 51 percent of West Germans agreed with the proposition against only 29 per cent of East Germans. If ‘Ossis’ think equality is that important, you might think they would also be prepared to share their gardens (or even their Schrebergarten allotments) with their neighbours… The most eloquent confirmation of this German sense of territoriality and garden limits came in a German TV interview I witnessed just after the dramatic floods of 2002. One of the unfortunate victims, a resident of Saxony, told his interviewer that, in order to reach his property, he had asked his neighbour for permission to row over his back garden! Innocent foreigners might have thought that the pressure of events – or the fact that it must have been difficult to determine the neighbour’s territorial limits when they lay under a couple of meters of water – would have rendered

the request irrelevant, but no! Instinct allied with a natural German sense of politeness prevailed. Less polite was a suspect in a German Krimi TV film who addressed intruding police inspectors with the words: “Verlassen Sie mein Grundstück!” (“leave my piece of ground!”). Territoriality indeed! Henry James, the American 19th-century novelist, described travelling northwards from Marseilles in a railway carriage “laden with Germans who had command of the windows, which they occupied as strongly as they have been known to occupy other strategical positions…” Probably, though, the context for the most excruciating sense of territoriality is the German car, which is not just the individual’s symbol of ‘freedom’ but an extremely tangible extension of his or her human rights. Touch a German car with your little finger and the driver is likely to get out to check the damage to the paintwork. Bump a German car when you’re trying to park and – unlike the average French driver who will just shrug his shoulders – you’ll probably find yourself in a fight, or in court, or both. Richard Hill


© Saskia Vanderstichele

De restauranttip van aGenDa MaGaZine


53

Wine BAr SABlOn deS mArOlleS •••• Droomt u wel eens van een Comme Chez Soi waar u zich echt thuis kunt voelen? Een restaurant, met andere woorden, waar het eten wel van de hoogste kwaliteit is, maar niet vergezeld wordt door de gebruikelijke tralala. Het mooiste antwoord op dat ouderwetse formalisme kregen we voorgeschoteld in de Wine Bar Sablon des Marolles. En dat hoeft niet te verbazen, aangezien patron Vincent Thomaes eerst zijn sporen heeft verdiend in de pure, traditionele gastronomie voor hij zich daarvan heeft bevrijd. Een waarschuwing: laat u niet misleiden door de ‘Wine bar’ in de naam: jazeker, de wijnen – met enkele ongelofelijke bourgognes van Cécile Tremblay – zwaaien de plak in dit intieme interieur, maar het eten wordt hier met evenveel respect

benaderd. Je krijgt dus niet de ‘planken’ voorgezet die minder geïnspireerde eetgelegenheden doorgaans serveren. Tussen de mooie 19e-eeuwse schilderijen begrijp je meteen dat dit kleine adres groot denkt: de grote sneden brood, naar grootmoeders recept, waren onweerstaanbaar, net zoals de eigenhandig door de patron gekarnde boter. Ons voorgerecht, mergpijpjes (15 euro), werd in de lengte gesneden geserveerd. Een lekkernij uit vervlogen tijden die, bestrooid met parmezaan, van een uitzonderlijke zachtheid was. Ons hoofdgerecht, een runderwang van Aubrac gesmoord met rode wijn (19 euro), was een openbaring: het vlees was erg zacht en de smakelijke wijnsaus was van een bijzondere kwaliteit. Het ijs met karamel met gezou-

AGENDA is het uitmagazine van Brussel dat elke week door meer dan 150.000 mensen gelezen wordt. Ze krijgen het volledige overzicht van wat er te beleven valt in de stad: muziek, expo, resto, cinema, en nog veel meer. Met een advertentie in AGENDA bereikt u de actieve Nederlandstalige, Franstalige en Engelstalige Brusselaar. Meer informatie vindt u op www.agendamagazine.be/adverteren

ten boter (7 euro) dat de maaltijd afsloot, bevestigde de onwankelbare reputatie van Vincent Thomaes als het aankomt op het vinden van de juiste leveranciers: die twee bolletjes ijs van Michel Comus behoorden ontegensprekelijk tot de beste van Brussel. Het restaurant beschikt sinds kort ook over een winkel waar je de lekkernijen die worden geserveerd, kunt meenemen. michel verlinden

Info Hoogstraat 198, Brussel 0496-82.01.05, www.winebarsablon.be w-e 12 > 15.59 (laatste bestelling), wo > za 19 > 22.00 Voor meer restauranttips: agendamagazine.be

Beci & co

De 9e Golf Trophy op een zonnige dag

M

eer dan 150 beginnende of ervaren golfers namen op 22 mei deel aan de negende editie van de BECI Golf Trophy, op de greens van de Golf Château de la Tournette, in Nijvel. De zon die ons verleden jaar in de steek had gelaten, scheen dit jaar wel op deze mooie dag, waar iedereen op zijn manier een overwinning behaalde. De afspraak ligt nu al vast voor een 10e Golf Trophy in 2015.


54

BTS travel experts

2014 - 2018:

FIVE YEARS FOR A BREAKTHROUGH ANNUAL SYMPOSIUM

?

?

?

COME AND MEET THE NEW MINISTERS-PRESIDENTS OF OUR 3 REGIONS

28 OCTOBER 2014 - FLAGEY, BRUSSELS FOR MORE INFORMATION ON HOW TO PARTICIPATE, PLEASE VISIT OUR WEBSITE: WWW.BRUSSELSMETROPOLITAN.EU

WITH THE SUPPORT OF:

Beci & co

BECI in beeld (Reporters)

De politieke ontmoetingen die BECI in het vooruitzicht van de verkiezingen met Brusselse kandidaten organiseerde, werden begin mei afgerond.

De Ministers van onderwijs Marie-Martine Schyns (cdH) en Pascal Smet (sp.a)

Guy Vanhengel (Open VLD)

Els Ampe (Open VLD)

(Reporters)

(Reporters)

Lunch met Céline Fremault en Joëlle Milquet (cdH)

De heer André Tshabantu, gedelegeerd bestuurder van de Federatie van de Ondernemingen van Kongo (hier naast Jan De Brabanter), was tijdens de maand mei voor een studiereis bij BECI, waar hij met onze verschillende diensten kennismaakte.

(R.T.)

(R.T.)

Om de verkiezingscampagne af te ronden, hebben BECI en het VBO op 19 bij AXA de hoofdfiguren van de Brusselse politiek voor een groot debat vergaard. Moderator was onze kroniekschrijver Jean Blavier.

Informatiesessie voor de kandidaten van de Job Day in de haven.

BECI ontving een afvaardiging van een tiental Algerijnse ondernemingen, onder leiding van de Algerijnse Kamer voor Koophandel en Industrie. Olivier Willocx (BECI) en Saadane Kadri (CACI) ondertekenden een Memorandum of Understanding.


57

e zomer: een ontspannen uitzondelijk groen kader,

res

Leden

70 €

Niet-leden

AGENDA 90 €

Besoin d’un visa pour votre prochain voyage d’affaires à l’étranger ? BECI s’en occupe ! Un service rapide, facile et sûr. Een visum nodig voor een zakenreis in het buitenland? BECI zorgt ervoor! Snel, eenvoudig en veilig.

Jardins d’Axa

Plus d’infos – Meer info: [email protected] - 02 643 78 03 Opleidingen op maat

Management & RH, Personal improvement

• 3 etsur 4.07.2014 alle, rejoignez-nous le Négociation e pour élargir votre cercle avec les syndicats : atelier pratique*

• 17.09.2014 tot 17.06.2015

gevorderde? Vergezel ons de direction : Gagnez 12 ans Assistante nde sfeer om uw d’expérience netwerk professionnelle en 1 an !*

La Tournette

• 26.09.2014 50 €Model You* Business

den La TournetteVerkoop, 75 €marketing en communicatie on 75 €

l + dinner

• 08.07.2014 50 € Linkedin : comment l’utiliser* • 26.08.2014 Vendre avec Linkedin*

Handelsrecht


58

• 27.08 tot 05.12.2014 Opleiding Bemiddeling/Mediation te Gent

U vindt de opleiding niet die u zoekt? Contacteer ons! Ons opleidingsaanbod wordt opgesteld in functie van de vragen die u ons stelt. U wilt uw vaardigheden ontwikkelen, uw medewerkers beter laten presteren, de teamgeest in uw onderneming versterken?

• 18.06.2014 Internationale business meetings in Luxemburg • 20.06.2014 Seminarie en B2B Marokko • 21.10.2014

Opleiding over de Incoterms® Vous souhaitez vous inscrire ? Regardez à la page suivante.

➜ Beci’s International Department ➜ Brigitte van der Mensbrugghe 2 643 78 02 - [email protected] +32u2 zich 643 78in30 [email protected] Wenst te–schrijven? Kijk naar de +32 volgende pagina.

Sociale wetgeving • 03 et 04.07.2014 Nos équipes organisent continuellement de nouvelles activités en Négociation avec les syndicats : atelier lien avec l’actualité. Découvrez-les sur www.beci.be/international • 17.06.2014 pratique*

Speed Business Lunch in verband Onze teams organiseren voortdurend nieuwe activiteiten • 21, 22, 28 et 29.08.2014 • 18.06.2014 met de actualiteit. Ontdek Recyclage d’été en droit du travail* onze activiteiten op www.beci.be/ Entrepreneurs Night international ➜ Frédéric Simon +32 2 643 78 17 – [email protected]

• 25.06.2014 Garden Party • 03.07.2014 After Work ➜ Beci.be

• 18.09.2014 tot 06.02.2015 Cycle de formation à la médiation civile et commerciale*

* Enkel in het Frans 13/03/2014 11:03:53

Algemene Vergadering

Kamer van Koophandel Brussel vzw Onze leden worden uitgenodigd tot het bijwonen van de gewone algemene vergadering van BECI - Kamer van Koophandel Brussel die zal plaatsvinden in de vergaderzalen van de Louizalaan 500 op

Woensdag 1 oktober 2014 om 16.00 uur

Agenda

◗ Goedkeuring van de notulen van de Gewone Algemene Vergadering van 2 oktober 2013 ◗ Verslag van de Raad van Bestuur ◗ Verslag van de Commissarisrevisor

◗ Goedkeuring van de rekeningen van het boekjaar 2013-2014 ◗ Goedkeuring van de ontwerpbegroting en vaststelling van het bedrag van het lidmaatschapsgeld voor het boekjaar 2014-2015 ◗ Kwijting aan de Bestuurders en Commissarisrevisor ◗ Benoeming van de Raad van Bestuur ◗ Benoeming van de Commissarisrevisor ◗ Toespraak van de Voorzitter ◗ Uitreiking van de Medaille van BECI Thierry Willemarck, Voorzitter

Algemene Vergadering

BECI – Verbond van Ondernemingen te Brussel vzw Onze leden worden uitgenodigd tot het bijwonen van de gewone algemene vergadering van BECI – Verbond van Ondernemingen te Brussel die zal plaatsvinden in de vergaderzalen van de Louizalaan 500 op

Woensdag 1 oktober 2014 om 16.30 uur

Agenda

◗ Goedkeuring van de notulen van de Gewone Algemene Vergadering van 2 oktober 2013

◗ Verslag van de Raad van Bestuur ◗ Verslag van de Commissarisrevisor ◗ Goedkeuring van de rekeningen van het boekjaar 2013-2014 ◗ Goedkeuring van de ontwerpbegroting en vaststelling van het bedrag van het lidmaatschapsgeld voor het boekjaar 2014-2015 ◗ Kwijting aan de Bestuurders en Commissarisrevisor ◗ Statutaire benoemingen ◗ Toespraak van de Voorzitter Thierry Willemarck, Voorzitter

Leden trefpunt Deze rubriek staat ter beschikking van onze leden. Als u uw activiteiten wil bekendmaken, stuur dan een bericht van een vijftiental regels naar [email protected] (onder voorbehoud van de beschikbare ruimte).

Megabyte wordt QlikView Solution Provider het maximum halen uit je data, je kunt ze bovendien juist interpreteren om beslissingen te nemen op basis van reële feiten.” QlikView is een interactieve rapporteringsoftware met een unieke functie om associaties te leggen. De tool maakt het zoeken en matchen van gegevens mogelijk, en kan dynamische dashboards en analyses genereren die bijdragen tot de besluitvorming. De software is ook beschikbaar in een mobiele versie, waardoor de gebruikers, ongeacht waar ze zich bevinden, steeds een realtime overzicht hebben. “We zijn erg trots om Megabyte

tot onze partners te mogen rekenen. Partners zijn een belangrijke succesfactor, want zij helpen ons bij het positioneren van onze oplossingen in verschillende markten. Deze samenwerking zal ons helpen om onze dienstverlening in België nog te verbeteren en nog beter te kunnen inspelen op de noden van klanten”, besluit Vincent Peters, RVP & MD Benelux, Oost-Europa, Rusland & CIS, het Midden-Oosten en Afrika bij Qlik.

www.megabyte.be

59

Nieuwe outplacement wetgeving: Daoust past zich aan!

Sinds 1 januari 2014 wordt outplacement uitgebreid tot alle werknemers van wie de opzegging minstens 30 weken bevat, eender welke leeftijd. De oude wetgeving, betreffende het

recht op outplacement voor elke ontslagen persoon ouder dan 45 jaar, blijft van kracht. Als pionier in outplacement sinds 2001, speelt Daoust op de nieuwe wetgeving in. Daoust Outplacement stelt nieuwe begeleidingsprogramma’s voor op maat van haar klanten en biedt hen begeleiding en adviezen in functie van de nieuwe wetgeving. Het team van Daoust Outplacement, bestaande uit ervaren en meertalige consulenten, ondersteunt ontslagen werknemers over heel België in 6 verschillende talen. De programma’s aangeboden door Daoust zijn toe-

Wat meer tijd tijdens de zomer? Maak hiervan gebruik om uw vaardigheden aan te vullen: ◗ communicatie via de sociale netwerken ◗ human resources ◗ arbeidsrecht Ontdek onze zomeractiviteiten op www.beci.be/nl/zomer/

pasbaar voor elk type functie en aangepast aan de noden van de klant en de werknemer. Voor zowel sessies in groep als individuele sessies, verzekert Daoust aan elke kandidaat een professionele begeleiding om zijn/ haar wederopname op de arbeidsmarkt te vergemakkelijken. Kwaliteit, flexibiliteit, vertrouwen en efficiëntie, zijn de sleutelfactoren die bijdragen tot het succes van Daoust Outplacement! Daoust n.v. [email protected] – 070/22 11 40 www.daoust.be

(R.A.)

Ten gevolge van de hervorming van het Eenheidsstatuut dat begin dit jaar is ingevoerd, zijn de verplichtingen inzake outplacement voor de werkgevers aanzienlijk uitgebreid. Daoust Outplacement past zich aan en versterkt haar departement om steeds kwaliteitsvolle diensten aan te bieden aan bedrijven en werknemers die geconfronteerd worden met een ontslag.


Megabyte, specialist in informaticadiensten en -oplossingen, heeft zijn aanbod voor klanten uitgebreid met QlikView, een innoverende oplossing voor Business Intelligence. “We kunnen onze klanten nu helpen om de kracht van QlikView volledig te benutten”, zegt François Bryssinck, CEO van Megabyte. “Business Intelligence biedt een reële steun aan de activiteiten van bedrijven. De juiste beslissingen nemen op het juiste moment, dat is een van de grote uitdagingen van de beslissingnemers binnen bedrijven. Met een tool als QlikView kan je niet alleen

Leden trefpunt

Rekrutering en HR Partner voor de Industrie en de Bouw! adva consult is een adviesbureau dat sinds 2000 haar diensten aan bedrijven aanbied. Actief binnen het domein van de Human Resources vormen wij een partnership met onze klanten en verlenen wij prestaties met een hoge toegevoegde waarde en met een focus op de lange termijn; Rekrutering & Direct Search ; Evaluatie & Assessment ; Competentie ontwikkeling ; Retentie Management ; Ontwikkeling en implementatie van HRtools ; Outsourcing ; Coaching,...

Als specialist voor de Industrie en de Bouw, en met een ingenieur aan het roer, hebben wij degelijke competenties ontwikkeld die ons in staat stellen de eigenheid van onze klanten te begrijpen. Binnen de context van de rekrutering, garanderen wij niet enkel kandidaten te kunnen vinden met de juiste vaardigheden en kennis, maar ook kandidaten die zich vlot zullen integreren, die zullen groeien en die zich zullen ontwikkelen in het bedrijf.

Voor de kandidaat is werken met adva consult een garantie dat hij/zij met respect zal behandeld worden en dat er naar hem/haar zal geluisterd worden. Dit laat ons toe om een professionele keuze voor te stellen in lijn met zijn/haar motivatie en persoonlijkheid. Het spreekt voor zich dat dit alles strikt vertrouwelijk blijft.

een wedstrijd die de ondernemersgeest stimuleert, informeert en de ingenieurs begeleidt in hun ondernemers avontuur! Hoe? Door de beforbusiness® middelen, een opleidingsprogramma van verschillende experten, een gepersonaliseerde begeleiding en een sociaal netwerk, zullen de kandidaten de nodige complementaire competenties vinden en zo innoverende ideeën om te zetten in een echte economische activiteit. Enkele cijfers : Dit jaar, de 3de editie, heeft de wedstrijd 111 leden ontvangen en 31 projecten geregistreerd. Dat zijn 14 projecten meer ten opzichte van de 1ste editie en waarvan er 18 geselecteerd werden voor de tweede fase. Dus, als het ondernemerschap tot uw waarden en bedrijfsfilosofie behoort,

help ons dan met het financieel ondersteunen van de volgende editie van onze wedstrijd beforbusiness® 2015.

www.adva-consult.com [email protected] +32 (0)67 33 37 93

beforbusiness® 2015


60

Word partner van de 4de editie van beforbusiness® 2015 vóór 31 juli 2014 en geniet van een gratis adverteerruimte tijdens ons avond event op 23 oktober 2014! InduTec vzw vertegenwoordigt de Industriële hogescholen (ISIB, Institut Meurice, ECAM) van het Brussels gewest én organiseert sinds 2011, beforbusiness®,

Neem contact op met Nathalie Haubrechts vóór 31 juli 2014, via mail [email protected] of op het volgende telefoonnummer 02/534 33 79, en ontdek de voordelen die een partnerschap kan inhouden. Belangrijk! Door het vermelden van de BECI code geniet u van een gratis adverteerruimte tijdens ons avond event op 23 oktober 2014.

Meer informatie: www.beforbusiness.be

IHECS Academy launches its first Summer Media Academy! The web, video, photography, audio, multimedia, etc. Do you need to upgrade your skills? Are you keen to learn more about or improve the way you use media and the latest forms of media? If so, the IHECS Academy’s Summer Media Academy is perfect for you! From June to October 1014, the Summer Media Academy offers a variety of courses and training for two different groups: professionals and amateurs. The Summer Media Academy organises courses on fields as diverse as making a company video, ergonomics, web design

and writing for the web, being a community manager, e-mailing and newsletters, social networks, etc. Take advantage of the expertise of our trainers, who are genuine working professionals, as well as the state-of-the-art equipment that IHECS uses for specific media. What is more, all of this is based in the heart of Brussels.

learning, knowledge-sharing and experience. Last but not least, we are well aware that your teams are unique and that you have specific needs. Which is why we suggest getting together to assess your goals and develop a course that is tailored for you. Contact us for further information!

IHECS Academy is a leading player with expertise covering the information and communication fields: journalism, communication, web & media, and European communication. All our courses are organised in small groups, which encourages interaction, with a focus on hands-on

IHECS Academy, the future is le@rning! IHECS Academy, Stoofstraat 58-60 - 1000 Brussel 02/274.28.10 - [email protected] www.ihecs-academy.be

toetredingsaanvragen bij beci

VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN BESTUUR

BH10 (Visa Travel Company) BVBA Winston Churchilllaan 68 - 1180 Brussel Nace : 7810001 - Zoeken, selecteren, verwijzen en plaatsen van personeel t.b.v. latere werkgever of werkzoeker : formulering van taakomschrijvingen; op geschiktheid testen van sollicitanten; natrekken van referenties 82110 - Diverse administratieve activiteiten ten behoeve van kantoren 96099 - Overige persoonlijke diensten afg.: Hanane Boguz Creaset NV Avenue de l’Industrie 9 - 1420 Braine-l’Alleud Nace : 1814001 - Vouwen, vergaren, naaien, garenloos binden, lijmen, snijden, brocheren en goudstempelen van bedrukte vellen voor boeken, brochures, tijdschriften, catalogi, enz. 73110 - Reclamebureaus 74103 - Activiteiten van grafische designers afg.: Bernard De Longueville D-Sight NV Eikhove 11 - 1170 Brussel Nace : 62010 - Ontwerpen en programmeren van computerprogramma’s 62020 - Computerconsultancy-activiteiten 62090 - Overige diensten op het gebied van informatietechnologie en computer afg.: Quantin Hayez Dartigues Bruno NP François Degreefstraat 7 - 1030 Brussel afg.: Bruno Dartigues Demousselle Marie-Laurence NP Aalststraat 7-11 - 1000 Brussel afg.: Marie-Laurence Demousselle Family House NV Vorstlaan 100 - 1170 Brussel Nace : 6920101 - Invullen van aangifteformulieren voor de loon- en inkomstenbelasting voor particulieren en bedrijven 73200 - Markt- en opinieonderzoekbureaus afg.: Alain Englebert Franses Isabelle NP Huidevettersstraat 72 - 1000 Brussel afg.: Isabelle Franses Fresh Attitude BVBA Avenue Monsei gneur 69 - 1330 Rixensart Nace : 56102 - Eetgelegenheden met beperkte bediening 5610201 - Verkoop aan de toog of via telefoon, fax, internet van eetwaren en dranken : snelbuffetten (snackbars,

sandwichbars, enz) 5621001 - Klaarmaken, thuisbezorgen en eventueel serveren van maaltijden en bereide schotels afg.: Matthias Hanssen Geeroms Hides BVBA Jean de la Hoese laan 54 - 1080 Brussel Nace : 46240 - Groothandel in huiden, vellen en leer 46412 - Groothandel in huishoudtextiel en beddengoed afg.: Mathieu Geeroms Grontmij Belgium (Bruxelles) Arenbergstraat 13 - 1000 Brussel Nace : 71121 - Ingenieurs en aanverwante technische adviseurs, exclusief landmeters afg.: Erwin Malcorps Head & Hands Marketing BVBA Vervloesemstraat 71 - 1200 Brussel Nace : 70210 Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering 73110 - Reclamebureaus afg.: Valérie Claessens Indigoo BVBA Kolonel Bourgstraat 127-129 - 1140 Brussel Nace : 62020 - Computerconsultancy-activiteiten 63110 - Gegevensverwerking, webhosting en aanverwante activiteiten 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie afg.: Thierry Benoît La Boucherie NV Bollinckxstraat 45 - 1070 Brussel Nace : 10110 - Verwerking en conservering van vlees, exclusief vlees van gevogelte 10130 - Vervaardiging van producten van vlees of van vlees van gevogelte 46321 - Groothandel in vlees en vleesproducten, uitgezonderd vlees van wild en van gevogelte afg.: Said Harrak Manufast VZW Gentsesteenweg 1434 1082 Brussel Nace : 88995 - Beschutte en sociale werkplaatsen afg.: Brigitte Hamtiaux Marmora Consult BVBA Solbossquare 11 - 1050 Brussel Nace : 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Olivier del Marmol MTK+ Bearing Factory NV Joseph Chantraineplatsoen 2 - 3070 Kortenberg Nace : 46411 - Groothandel in weefsels, stoffen en fournituren 46419 - Groothandel in overig

textiel 47523 - Detailhandel in wand- en vloertegels in gespecialiseerde winkels afg.: Yilmaz Ozcan OAK NV Louizalaan 475 - 1050 Brussel Nace : 46389 - Groothandel in andere voedingsmiddelen, n.e.g. 56102 - Eetgelegenheden met beperkte bediening 56290 Overige eetgelegenheden afg.: Patrick Pauli Reymond A. NP Terkamerenstraat 141 1150 Brussel afg.: A. Reymond Rosenberg CBV Rue de Hollerich 127 – 1741 Luxembourg afg.: Raphaël Orsini Rosenberg S&VB - UPR-Unlimited Corporate BVBA Nieuwelaan 127 b - 1853 Strombeek-Bever Nace : 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering 73110 Reclamebureaus afg.: Erik Seruys Social Media Branding BVBA Waterloosesteenweg 620 - 1050 Brussel Nace : 7311001 - Ontwerpen en voeren van reclame- en promotiecampagnes voor derden via de verschillende media 7311003 - Het ontwerpen van publicitaire teksten en slogans (copywriters) 7311004 - Het ontwerpen van publicitaire films afg.: Olivier Rousseaux Toplexis - Patricia Mignone NP Rue du Basson 30 - 6001 Marcinelle Nace : 63910 - Persagentschappen 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 73110 - Reclamebureaus afg.: Patricia Mignone Vinci Factilities NV Havenlaan 86c - 1000 Brussel Nace : 43211 - Elektrotechnische installatiewerken aan gebouwen 43999 Overige gespecialiseerde bouwwerkzaamheden 71121 - Ingenieurs en aanverwante technische adviseurs, exclusief landmeters afg.: Michèle Geoffroy Vivaqua CVBA Keizerinlaan 17-19 - 1000 Brussel Nace : 36000 - Winning, behandeling en distributie van water afg.: Bruno Caruso Wadjo Mika NP Soldatenstraat 126 - 1082 Brussel afg.: Mika Wadjo


ADS Insight BVBA Congresstraat 37-41 1000 Brussel Nace : 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering afg.: Aida Axelsson-Bakri

Zoals voor uw beleggingen

Bij Deutsche Bank draait alles rond beleggen:



U werkt met een internationaal erkende en solide expert



U heeft de keuze uit de beste producten van meer dan 40 wereldwijde partners, inclusief die van onze concurrenten



U betaalt één van de laagste kosten op de markt

Test onze specialisten: ontvang 1% (tot 5.000€ terugbetaald) op elke nieuwe inbreng die u binnen de 3 maanden belegt.

Meer info op deutschebank.be

Ontvang 1% op elk nieuw geïnvesteerd bedrag

Aanbod onder voorwaarden en mits inschrijving, geldig tot 30/09/2014, behoudens vervroegde afsluiting. Actie niet van toepassing op aandelen, tak 21 verzekeringen en monetaire fondsen. Raadpleeg het reglement beschikbaar op www.deutschebank.be of in onze Financial Centers of op het nummer 078 153 154. Deutsche Bank AG, Taunusanlage 12, 60325 Frankfurt am Main, Duitsland, HR Frankfurt am Main HRB nr. 30000. Deutsche Bank AG Bijkantoor Brussel, Marnixlaan 17, 1000 Brussel, België, RPR Brussel, BTW BE 0418.371.094, IBAN BE03 6102 0085 7284, IHK D-H0AV-L0HOD-14. V.U.: Gregory Berleur. DYN1006

Soms kies je beter een specialist

Human Resources. Wijzer na burn-out, dat kan. De Staatshervorming op kosten van de bedrijfswereld? Brussels Enterprises, Commerce & Industry

Recommend Documents