HP Pensioen. Magazine I 2005 I Nr. 2. In dit nummer onder meer: Kies het pensioen dat bij je past! Heeft de jeugd de toekomst?

HP Pensioen Magazine I 2005 I Nr. 2

In dit nummer onder meer: Kies het pensioen dat bij je past! Heeft de jeugd de toekomst? Van pensioen je beroep maken.

Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen, vermenigvuldigd of gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van de uitgever en/of andere auteursrechthebbenden. Stichting Pensioenfonds HewlettPackard Nederland kan geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de volstrekte juistheid en volledigheid van alle in deze uitgave opgenomen teksten en beelden. Alle genoemde gegevens zijn onder voorbehoud. Aan de inhoud van dit magazine kunnen geen rechten worden ontleend.

Dit is een uitgave van het HP Pensioenfonds.

Voorwoord

Op het moment dat deze tweede editie van het HP-pensioenmagazine bij jullie in de bus valt, staan we aan de vooravond van een ingrijpende verandering in de Nederlandse pensioenwetgeving. In het eerste nummer zijn we al ingegaan op de belangrijkste wijziging die de nieuwe Pensioenwet met zich meebrengt, namelijk het verdwijnen van VUT- en prepensioenregelingen en de invoering van levensloop. De afgelopen maanden is het HP-pensioenfonds, net als veel andere pensioenfondsen, druk bezig geweest met het uitzoeken van de gevolgen van deze wetswijziging. De nieuwe wet stelt ook strengere eisen aan pensioenvoorlichting. Doordat pensioenregelingen flexibeler worden, moeten deelnemers individuele pensioenkeuzes maken. Daarom is het belangrijk dat zij goed op de hoogte zijn van de inhoud van de pensioenregeling waaraan zij deelnemen en de gevolgen van hun keuzes. Het verhogen van het pensioenbewustzijn, met name onder jongeren, is dan ook een andere prioriteit die dit jaar hoog op de agenda's van pensioenfondsen staat. Vandaar dat wij in deze uitgave aandacht aan dit onderwerp willen besteden. Verder geeft bestuurslid Henk van de Weerdt een korte impressie van de diverse inloopsessies die het fonds in mei heeft georganiseerd naar aanleiding van de nieuwe regeling en de introductie van YBR. Hans van den Hatert, onze pensioenadviseur, vertelt over zijn beroep en laat zien dat dit veel dynamischer is dan je op het eerste gezicht zou verwachten. Verzekeraar Delta Lloyd licht toe wat de excedentregeling precies is en wanneer je daar als deelnemer mee te maken krijgt.

Voorwoord

................................................................................................................................................

Kies het pensioen dat bij je past

......................................................................................................

1 4

In een ander artikel gaan we in op de flexibiliteit van de regeling en laten we zien wat er gebeurt als je arbeidsongeschikt wordt. We leggen uit wat de begrippen 'Corporate Governance' en 'Pension Fund Governance' inhouden, twee termen die regelmatig voorbijkomen in pensioengerelateerde onderwerpen. Ook blikken we terug op 2004 met een samenvatting van het jaarverslag.

Wat betekent arbeidsongeschikt worden voor je pensioen? .................................................. 8 Veel animo voor de inloopsessies van HP-pensioenfonds

...................................................

12

Bestuurslid Henk van de Weerdt: 'Ons doel is bereikt' Belangrijkste highlights van het Jaarverslag 2004 .................................................................. 14 Heeft de jeugd de toekomst?............................................................................................................ 16 Van pensioen je beroep maken

.....................................................................................................

..........................................

Veel leesplezier!

20

Uitvoerder Delta Lloyd over de excedentregeling .................................................................... 22 De overgang van de oude naar de nieuwe pensioenregeling

Tot slot nog dit: namens het bestuur van het HP-pensioenfonds wil ik iedereen bedanken voor de vele enthousiaste reacties en complimenten op het eerste magazine. Dit is voor het bestuur een signaal dat er een duidelijke behoefte was aan het magazine en dat met dit initiatief de juiste koers is gekozen. Het bestuur stimuleert jullie dan ook om te blijven komen met feedback en wil benadrukken dat vragen en opmerkingen altijd welkom zijn.

Peter Prakken Voorzitter HP-pensioenfonds

26

Wat betekent het voor voormalige medewerkers van HP en Digital? Aan wie is het pensioenfonds verantwoording schuldig?..................................................... 27 General summary in English............................................................................................................. 30

2 I HP Pensioenmagazine

3

Kies het pensioen dat bij je past De nieuwe pensioenregelingen worden steeds flexibeler met meer keuzevrijheid voor de deelnemers. De tijd is voorbij dat pensioen iets was wat de werkgever regelde en waar je zelf geen invloed op kon uitoefenen. Ook de nieuwe pensioenregeling van HP biedt meer keuzes dan voorheen. In dit artikel gaan we in op deze keuzemogelijkheden. We laten zien wanneer je de keuzes moet maken en wat de gevolgen hiervan zijn.

Vervroegen of uitstellen van de pensioendatum In het pensioenreglement is een standaard pensioenleeftijd (61 jaar) opgenomen. Maar misschien wil je wel eerder stoppen met werken, of wil je juist langer doorwerken. Je kunt zelf aangeven op welke leeftijd je met pensioen wilt gaan: je hebt de mogelijkheid de standaardpensioendatum te vervroegen, maar je kunt deze ook uitstellen. Daar zijn echter wel grenzen aan gesteld, die mede worden bepaald door de eisen die de fiscus stelt aan pensioenregelingen. Een van deze eisen is bijvoorbeeld dat de vervroegde pensioendatum niet eerder kan zijn dan de eerste dag van de maand waarin je de 55-jarige leeftijd bereikt. Vervroegen Als je kiest voor vervroeging, heeft dit bepaalde consequenties voor je pensioen. Bij vervroeging wordt het ouderdomspensioen verlaagd ten opzichte van het ouderdomspensioen op de standaardpensioendatum. Het opgebouwde ouderdomspensioen wordt namelijk eerder en daardoor naar verwachting ook langer uitgekeerd. De opgebouwde pensioenvoorziening (“de spaarpot voor je pensioen”) moet over een langere periode worden verdeeld. Bovendien is de periode dat je geld bijeenspaart voor je pensioen korter, je stopt immers eerder met werken. De rekenregels voor vervroeging van het pensioen vind je ook in het pensioenreglement. Hoe eerder je stopt met werken, hoe lager het pensioenbedrag dat je maandelijks ontvangt.

Uitstellen Je hebt energie genoeg en je hebt het nog steeds uitstekend naar je zin bij HP. Eigenlijk wil je nog niet stoppen met werken. Dan kun je er ook voor kiezen om de pensioendatum uit te stellen. Let op: dit is alleen mogelijk als je nog actieve deelnemer bent. Als je vóór je pensioendatum uit dienst bent getreden van HP, gaat je pensioen op de standaardpensioendatum in. De gevolgen voor je pensioen zijn natuurlijk omgekeerd ten opzichte van vervroeging. Het ouderdomspensioen wordt nu verhoogd ten opzichte van het ouderdomspensioen op de standaardpensioendatum. Let op: gedurende de uitstelperiode vindt geen verdere pensioenopbouw plaats. Als je de ingangsdatum van het ouderdomspensioen wilt vervroegen, moet je dit een half jaar voor de gewenste pensioendatum aan je werkgever melden. Als je de pensioendatum wilt uitstellen, moet je dit minimaal een half jaar voor de standaardpensioendatum kenbaar maken aan je werkgever. Je kunt ook voor een soort tussenvorm kiezen, namelijk deeltijdpensionering.

>> 4 I HP Pensioenmagazine

5

>>

Voorbeeld pensioenvervroeging en pensioenuitstel Deelnemer van 30 jaar oud, met een salaris van € 40.000,-. De reguliere pensioendatum is de 61-jarige leeftijd. Salaris Franchise Pensioengrondslag

€ 40.000,€ 13.885,€ 26.115,-

Het aantal bereikbare deelnemersjaren is 31 jaar. Het bereikbare levenslange ouderdomspensioen is 31 x 1,75% x € 26.115,- = € 14.167,- per jaar, uit te keren vanaf de 61-jarige leeftijd. Het tijdelijke ouderdomspensioen wordt opgebouwd vanaf de 51-jarige leeftijd. Tot aan de 61-jarige leeftijd heeft de deelnemer dus 10 opbouwjaren voor het tijdelijke ouderdomspensioen. Het bereikbare tijdelijke ouderdomspensioen bedraagt dan 10 x 7,7% x € 13.885,- = € 10.691,- per jaar, uit te keren vanaf de 61-jarige leeftijd tot aan de 65-jarige leeftijd. Voorbeeld 1 Vervroeging van de ingang van het pensioen naar de 58-jarige leeftijd Het pensioen wordt eerder en dus naar verwachting ook langer uitgekeerd. Het niveau van het pensioen wordt lager. Daarnaast mist de deelnemer 3 opbouwjaren. Opgebouwd ouderdomspensioen: 28 x 1,75% x € 26.115,- = € 12.796,- (nog steeds met als ingangsleeftijd 61 jaar) Vervroeging van de ingangsdatum naar 58 jaar levert een levenslang ouderdomspensioen op van 0,798 x € 12.796,- = € 10.211,- per jaar. Opgebouwd tijdelijk ouderdomspensioen: 7 x 7,7% x € 13.885,- = € 7.484,- (nog steeds met als ingangsleeftijd 61 jaar) Vervroeging van de ingangsdatum naar 58 jaar levert een tijdelijk ouderdomspensioen op van 0,528 x € 7.484,- = € 3.952,- per jaar.


Voorbeeld 2 Uitstel van de ingang van het pensioen naar de 63-jarige leeftijd. Het pensioen wordt korter uitgekeerd en wordt daarom verhoogd. Het opgebouwde ouderdomspensioen op leeftijd 61 is € 14.167,- per jaar. Na uitstel naar de 63-jarige leeftijd wordt dit pensioen verhoogd naar 1,176 x € 14.167,- = € 16.660,- per jaar. Het opgebouwde tijdelijke ouderdomspensioen op leeftijd 61 is € 10.691,- per jaar. Na uitstel naar de 63-jarige leeftijd wordt dit pensioen verhoogd naar 2,110 x € 10.691,- = € 22.558,- per jaar. In het reglement is echter opgenomen dat het tijdelijke ouderdomspensioen niet meer mag bedragen dan de geldende franchise van in dit geval € 13.885,-. Het meerdere wordt vertaald in extra levenslang ouderdomspensioen. In dit geval wordt het tijdelijke ouderdomspensioen afgetopt op € 13.885,- en het meerdere van € 22.558,- € 13.885 = € 8.673,- wordt vertaald in een extra levenslang ouderdomspensioen van € 8.673,- x 0,158 = € 1.370,- per jaar. Het totale levenslange ouderdomspensioen bedraagt dan € 16.660,- + € 1.370,- = € 18.030,- per jaar.

Deeltijdpensionering Als je besluit om het de laatste jaren voor je pensionering wat rustiger aan te gaan doen, kun je parttime gaan werken. Je kunt je pensioen dan al deels laten ingaan, waardoor de inkomensachteruitgang wordt beperkt. Voor het deel dat je nog werkt, blijf je nog deelnemer aan de pensioenregeling en gaat de pensioenopbouw door.

Nog meer keuzes… Variëren uitkeringshoogte Standaard gaat het pensioenfonds uit van een ouderdomspensioen dat, met uitzondering van de eventueel te verlenen waardevastheidsverhogingen, na ingang niet meer wijzigt. Je kunt er echter voor kiezen om je pensioen vlak na je pensionering wat hoger te laten zijn dan op latere leeftijd. Je laat dan de hoogte van het pensioen variëren. Op de pensioendatum heb je de mogelijkheid te kiezen voor een tijdelijk verhoogd ouderdomspensioen met daarop volgend een levenslang verlaagd ouderdomspensioen. Ook het tegenovergestelde is mogelijk, namelijk eerst een tijdelijk verlaagd ouderdomspensioen met daaropvolgend een levenslang verhoogd ouderdomspensioen. De verhouding tussen het verhoogde en verlaagde ouderdomspensioen bedraagt ten hoogste 100:75. Het tijdelijk verhoogde danwel verlaagde ouderdomspensioen wordt gedurende een periode van maximaal 10 jaar aan je uitgekeerd. In de periode daaropvolgend zal het levenslang verlaagde danwel verhoogde ouderdomspensioen worden uitgekeerd. De waarde van de totale pensioenen ná omzetting is gelijk aan de waarde van de oorspronkelijke pensioenen voor omzetting. De keuze voor een hoog-laag-constructie, zoals deze keuzemogelijkheid ook wel wordt genoemd, heeft geen invloed op de hoogte van het meeverzekerde partnerpensioen. Dit blijft afgestemd op het oorspronkelijke ouderdomspensioen, tenzij de partner schriftelijk instemt met wijziging daarvan.

Uitruil partnerpensioen In het vorige magazine hebben wij de uitruil van partnerpensioen al uitgebreid besproken, vandaar dat we hier alleen de belangrijkste punten nog even herhalen. In de pensioenregeling is naast een ouderdomspensioen ook een partnerpensioen opgenomen, dat na je overlijden levenslang wordt uitgekeerd aan je nabestaande. Het is ook mogelijk dat je geen partner hebt, of dat je partner zelf een goed pensioen heeft. Dat kunnen redenen zijn om op de pensioendatum af te zien van het partnerpensioen. Het partnerpensioen kun je dan “uitruilen” voor een verhoging van je ouderdomspensioen. Hoeveel extra ouderdomspensioen je krijgt uit de omzetting van het partnerpensioen is afhankelijk van de pensioendatum die je hebt gekozen. Het extra ouderdomspensioen varieert van € 222,(bij pensionering op 60-jarige leeftijd) tot € 271,(bij pensionering op 65-jarige leeftijd) voor elke € 1.000,- aan partnerpensioen dat je inruilt. Als je een partner hebt, moet deze schriftelijk instemmen met de uitruil. Wil je gebruik maken van deze keuzemogelijkheid, dan moet je dit uiterlijk binnen één maand na ontvangst van de pensioenopgave kenbaar maken aan het pensioenfonds. Bekijk je eigen pensioensituatie De HP-pensioenregeling biedt dus diverse keuzemogelijkheden. De meeste keuzes hoef je pas te maken op of vlak voor je pensioendatum. Het is echter wel belangrijk dat je ook nu al weet wat straks je mogelijkheden zijn. Als blijkt dat je pensioen niet helemaal toereikend is voor de plannen die je na pensionering hebt, moet je daar nu wat aan doen. Je kunt bijvoorbeeld aanvullend sparen in de privé-sfeer via zogenoemde lijfrenteverzekeringen om een eventueel pensioentekort aan te vullen. Op de website “Your Benefits Resources” (YBR) vind je een overzicht van je opgebouwde en nog op te bouwen pensioenaanspraken. Wil je hier meer over weten, neem dan contact op met de administratie van het pensioenfonds (via [email protected]).

7

Wat betekent arbeidsongeschikt worden voor je pensioen?

Als je arbeidsongeschikt wordt, vormt de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) de basis van je financiële situatie. De WAO kent twee soorten uitkeringen, namelijk een loondervingsuitkering, die slechts voor een bepaalde tijd geldt, en daarop aansluitend een vervolguitkering. Deze laatste is niet loongerelateerd en De duur van de loondervingsuitkering wordt uitbetaald zolang de arbeidsongeschiktheid De duur van de loongerelateerde WAO-uitkering is voortduurt. De afgelopen jaren is de WAO herhaaldelijk afhankelijk van de leeftijd waarop je in de WAO komt, en is maximaal zes jaar. versoberd en ook binnenkort zal er weer het nodige veranderen. Per 1 januari 2004 zijn de regels voor het Leeftijd op moment dat Duur loondervingsuitkering WAO wordt toegekend (in jaren) laatst aangescherpt voor degenen die vanaf dat tijdstip t/m 32 jaar 0 instromen in de nieuwe regelingen. We hebben een en 33 - 37 0,5 ander voor je op een rijtje gezet. 38 - 42 1,0

Ik ben vóór 1 januari 2004 ziek geworden Als je voor 1 januari 2004 ziek bent geworden, wordt je salaris gedurende het eerste jaar volledig doorbetaald door HP. Ook je pensioenopbouw gaat gewoon door. Aangezien je loon al wordt doorbetaald door de werkgever, vult het HP-pensioenfonds gedurende deze periode niets aan.

Uitkeringshoogte Ben je na een jaar nog steeds arbeidsongeschikt, dan krijg je van de overheid een loongerelateerde uitkering (loondervingsuitkering) vanuit de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO). Deze uitkering is afhankelijk van de hoogte van je dagloon en van de mate van je arbeidsongeschiktheid. Bij volledige arbeidsongeschiktheid is deze 70% van je dagloon, d.w.z. het loon dat je per dag gemiddeld had kunnen verdienen als je niet arbeidsongeschikt was geworden. Het dagloon is ongeveer gelijk aan je vroegere loon, maar is wel gemaximeerd (het maximum bedraagt € 167,70 per dag (in 2005), wat overeenkomt met € 43.770,-- per jaar). Verdiende je dus meer dan dit maximumdagloon, dan kom je met de WAOuitkering niet aan 70% van je vroegere loon. Om die reden vult het HP-pensioenfonds vanaf de datum dat je in de WAO komt de WAO-uitkering aan tot circa 70% van je laatstverdiende loon. Zo kun je de terugval in inkomen (deels) opvangen. Dit is het WAOexcedentpensioen. 8 I HP Pensioenmagazine

43 48 53 58 59

- 47 - 52 - 57 en ouder

1,5 2,0 3,0 6,0 Tot het 65e jaar

Na afloop van de loondervingsuitkering kun je recht hebben op een vervolguitkering. De basis voor de berekening van de vervolguitkering is het minimumloon plus een aanvulling die afhankelijk is van je leeftijd. Het HP-pensioenfonds vult de WAO-vervolguitkering aan tot 70% van het maximumdagloon. Deze aanvullende uitkering wordt het WAO-hiaatpensioen genoemd. Zolang je een WAO-uitkering ontvangt, heb je bij HP dus recht op uitkering van een WAOhiaatpensioen en, indien op jou van toepassing, het WAO-excedentpensioen (voor boven de salarisgrens). Deze pensioenen worden uitgekeerd tot het moment dat je niet meer arbeidsongeschikt bent of met pensioen gaat. Zolang je WAO ontvangt, blijf je ook deelnemen aan de pensioenregeling van het pensioenfonds. Let op: Als je op het moment van de WAO-toekenning jonger bent dan 33 jaar, krijg je geen loondervingsuitkering maar ontvang je direct een vervolguitkering.

>> 9

Nieuwe kabinetsplannen: WAO wordt WIA

>>

Ik ben op of na 1 januari 2004 ziek geworden De meeste van de hierboven genoemde regels zijn na 1 januari 2004 niet veranderd. Het enige verschil met de oude WAO is dat in de nieuwe WAO de wachttijd is opgerekt van 1 naar 2 jaar. Als je dus op of na 1 januari 2004 ziek bent geworden, wordt je salaris gedurende de eerste twee ziektejaren doorbetaald door HP. Verder is er weinig veranderd. Het volgende voorbeeld illustreert hoe een en ander in de praktijk in zijn werk gaat (volgens de nieuwe wet):

Op 23 februari 2004 wordt Theo ziek. Zijn jaarsalaris bedraagt op dat moment € 60.000,--. HP betaalt 2 jaar lang (tot 23 februari 2006) zijn salaris door. Na twee jaar is Theo nog te ziek om te werken en hij belandt in de WAO. HP stopt met de loondoorbetaling en Theo ontvangt van de overheid een loongerelateerde WAO-uitkering die maximaal 70% van zijn salaris bedraagt. Zoals je hebt kunnen zien, is het salaris waarover de WAO-uitkering wordt berekend, echter gemaximeerd. Dit maximum WAO-salaris bedraagt in 2005 € 43.770,--. De WAO-uitkering van Theo wordt dan 70% van € 43.770,-- = € 30.639,--. Doordat zijn salaris boven de WAO-grens ligt, krijgt Theo nu te maken met het eerste tekort. Het HPpensioenfonds vult de WAO-uitkering aan tot 70% van het salaris met het WAO-excedentpensioen, of tot een niveau van 70% van € 60.000,-- = € 42.000,--. Theo ontvangt daarmee een WAOexcedentpensioen van € 42.000,-- -/- € 30.639,-= € 11.361,--.


Het tweede tekort ontstaat doordat de loongerelateerde WAO- uitkering op grond van zijn leeftijd maar 2 jaar wordt uitgekeerd. De WAO-uitkering wordt verlaagd en Theo ontvangt de WAO-vervolguitkering. Ook deze verlaging wordt door de HP-regeling opgevangen. Vanaf het moment dat Theo de lagere WAO-vervolguitkering ontvangt, vult het HP-pensioenfonds de uitkering aan met het WAO-hiaatpensioen tot 70% van het oude salaris. Het WAO-excedentpensioen en het WAO-hiaatpensioen zorgen er dus voor dat Theo er bij volledige arbeidsongeschiktheid van is verzekerd dat hij toch 70% van zijn laatstverdiende salaris ontvangt.

WAO-hiaatverzekering Voor de WAO, de WAO-hiaatverzekering en de WAO-excedentverzekering geldt dat je bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid ook maar een gedeeltelijke uitkering krijgt.

Premievrije voortzetting pensioen Als je arbeidsongeschikt wordt en een WAO-uitkering ontvangt, krijg je ook gehele of gedeeltelijke premievrije voortzetting van je pensioenopbouw voor het deel dat je arbeidsongeschikt bent. Dit betekent dat de opbouw van Theo's pensioen doorgaat zonder dat hij daarvoor nog pensioenpremie hoeft te betalen. De mate van deze premievrije opbouw is afhankelijk van de mate van arbeidsongeschiktheid. Voor meer informatie hierover kun je contact opnemen met de administratie van het pensioenfonds via [email protected].

Verandering? Als er iets verandert in de mate van arbeidsongeschiktheid, je wordt bijvoorbeeld meer of minder arbeidsongeschikt of je bent hersteld, geef dit dan zo snel mogelijk door aan het pensioenfonds.

De hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen (het WAO-excedent of het WAO-hiaatpensioen van het fonds) is afhankelijk van je leeftijd, de mate van arbeidsongeschiktheid, het minimumloon en het deel van het salaris dat meetelt voor de pensioenberekening (pensioengrondslag). Mate van arbeidsongeschiktheid

% arbeidsongeschiktheidspensioen

80 - 100% 65 - 80% 55 - 65% 45 - 55% 35 - 45% 25 - 35% 15 - 25% Minder dan 15 %

100% 72,50% 60% 50% 40% 30% 20% Geen

Op 15 maart 2005 heeft het kabinet Balkenende het voorstel gelanceerd om de WAO te vervangen door de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen. Uitgangspunt van het nieuwe stelsel is dat het voor gedeeltelijk arbeidsongeschikten altijd financieel lonend zal zijn om (meer) te gaan werken (red.: op het moment van schrijven van deze tekst is de wet al door de Tweede Kamer goedgekeurd en ligt deze ter behandeling bij de Eerste Kamer. Deze zal naar verwachting in september/oktober uitspraak hierover doen. Waarschijnlijk zal de wet dan nog wel op enkele punten worden aangepast). Bij de WIA staat 'werken naar vermogen' centraal, ofwel: 'Het gaat niet om wat je niet meer kan... maar om wat je nog wel kan.' De WIA wijkt fors af van de WAO. Op de website www.werkennaarvermogen.nl vind je meer informatie over de WIA en kun je zien hoe deze nieuwe wet aansluit op andere regels rond ziekte op het werk, arbeids(on)geschiktheid en reïntegratie. Het kabinet streeft naar invoering op 1 januari 2006 en de wet is van toepassing op mensen die dan twee jaar ziek zijn en waarvoor de werkgever gedurende ziekte het loon heeft moeten doorbetalen. Als de werkgever niet voldoende heeft gedaan aan reïntegratie of herplaatsing bij een andere werkgever moet hij het loon blijven doorbetalen tot aan alle verplichtingen is voldaan. • Iemand die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, krijgt 70% van het laatste loon tot zijn 65e jaar (de IVA); • Iemand die gedeeltelijk arbeidsongeschikt is (tussen 35% en 80%) krijgt eerst een uitkering van 70% van het laatste loon. De duur van deze loongerelateerde WGA-uitkering is net als bij de WW afhankelijk van het arbeidsverleden en bedraagt maximaal 5 jaar. Naarmate er meer gewerkt wordt is het inkomen hoger. Van iedere verdiende euro mag je 30 cent houden. De rest wordt verrekend met de uitkering; • Gedeeltelijk arbeidsgeschikten moeten zoveel mogelijk aan het werk blijven; • Als het werk niet wordt behouden of geen werk wordt gevonden, krijgen gedeeltelijk arbeidsongeschikten, na de loongerelateerde WGA-uitkering, een uitkering die is afgeleid van het minimumloon. Minimaal 28% en maximaal 50,75% van het minimumloon; • Wie wel aan het werk kan blijven krijgt 70% van het verschil tussen het oude loon en de resterende verdiencapaciteit. Tenminste, als meer dan 50% van de verdiencapaciteit wordt waargemaakt. Dat heet de loonaanvulling. Het totale inkomen is dan: 0,7 x (het oude dagloon - de resterende verdiencapaciteit) + het nu verdiende loon. Het verschil tussen het oude dagloon en de resterende verdiencapaciteit is een vast bedrag. Als de verdiencapaciteit volledig wordt waargemaakt is het inkomen 70% van het laatst verdiende loon.

11

Veel animo voor de inl oopsessies van HP-pensioenfonds Bestuurslid Henk van de Weerdt: 'Ons doel is bereikt' Naar aanleiding van de overgang naar de nieuwe regeling en het nieuwe webtool YBR ('Your Benefits Resources') besloot het bestuur van het HP-pensioenfonds een aantal zogeheten 'inloopsessies' te organiseren. Tijdens deze sessies, die in mei plaatsvonden, konden de deelnemers vragen stellen over de nieuwe regeling en kennismaken met de nieuwe tool. Henk van de Weerdt, bestuurslid en voorzitter tijdens de inloopsessies, geeft een korte impressie van de bijeenkomsten. De inloopsessies werden verzorgd in samenwerking met Hewitt Associates B.V., de pensioenadviseur. Aangezien onze deelnemers verspreid zitten door heel Nederland, zijn de bijeenkomsten op diverse locaties gehouden.

Utrecht Kantoor Utrecht mocht op 11 mei 's middags het spits afbijten. Daar waren in het bedrijfsrestaurant ongeveer 200 stoelen klaargezet. En die bleken ook wel nodig te zijn, want de opkomst was groot. De sessies bestonden uit een PowerPoint-presentatie over het HP-pensioenfonds, gevolgd door een live demonstratie van de nieuwe tool YBR. De presentatie werd verzorgd door medewerkers van Hewitt Associates. Eerst werden enkele algemene pensioenzaken besproken. Daarbij bleek al direct dat het van groot belang is een goed inzicht te hebben in de Nederlandse wetgeving alvorens specifiek naar de oplossing van HP te kijken. Na het algemene gedeelte kwam onze eigen HP-pensioenregeling aan bod. Tot slot werd er uitgebreid gesproken over de overgang van de vorige HP- en Compaq-regelingen naar de nieuwe HPregeling, waarbij ook werd ingegaan op de diverse oude regelingen van HP, Compaq, Digital en Tandem. Tijdens de presentaties in Utrecht bleek het voor veel deelnemers moeilijk te zijn een goede vergelijking te maken tussen de situatie voor en na de overgang. Dat leidde tot veel vragen, die gelukkig grotendeels direct konden worden beantwoord. De vragen die onbeantwoord bleven, zijn samengevoegd met die van de andere sessies. Deze staan samen met de antwoorden op de website van HR. Deze eerste bijeenkomst werd afgesloten met een live demonstratie van het webtool YBR. Amstelveen Op dinsdag 17 mei was kantoor Amstelveen aan de beurt. Ook hier was sprake van een grote opkomst. De aanwezige deelnemers stelden veel vragen over diverse onderwerpen. Vanwege de verschillende nationaliteiten volgde in Amstelveen nog een Engelstalige sessie, waar al snel bleek dat de meeste aanwezigen niet of nauwelijks op de hoogte waren van de Nederlandse (belasting)wetgeving. In sommige landen is het mogelijk om je opgebouwde pensioenaanspraken op enig moment op te nemen, zelfs al voor je pensioendatum. De Belastingdienst in Nederland eist van elk pensioenfonds echter dat de uitkeringen pas gedaan worden na de pensioendatum. Bovendien is de ontvanger van het pensioen verplicht belasting in Nederland af te dragen, ook al woont hij of zij al lang in het buitenland. Belangrijk om te weten!


Maastricht Dit laatste onderwerp kreeg ook veel aandacht bij de bijeenkomst in kantoor Maastricht de volgende dag, waar de werknemers van HP-Indigo werden bijgepraat over hun pensioen. Bij deze vestiging werken veel mensen met verschillende nationaliteiten. De werknemers van voormalig Indigo waren opvallend alert, omdat ze een dergelijke overgang al eens hebben meegemaakt. Gelukkig konden we hen prima uitleggen wat er met hun pensioengeld gebeurt en waar ze straks aanspraak op kunnen maken. Wychen In de middag was kantoor Wychen aan de beurt voor de laatste inloopsessie. Ook hier was de opkomst buitengewoon hoog en werd er wederom aandachtig geluisterd naar het verhaal van Hewitt. De hier gestelde vragen kwamen in grote lijnen overeen met vragen die al eerder gesteld waren in andere vestigingen. Opzet geslaagd Al met al waren de meeste reacties zeer positief. Dat is een goed teken, want dat geeft aan dat het HP-pensioenfonds in haar opzet is geslaagd de deelnemers beter te informeren over de pensioenregeling en het pensioenfonds. Wellicht dat we op een ander moment weer gebruik zullen maken van dergelijke inloopsessies. Volgend jaar gaat de pensioenwet weer aangepast worden, dus dat zou een prima aanleiding zijn.

Houd ons op de hoogte Laat het pensioenfonds weten waar jouw pensioengeld straks naartoe gestuurd moet worden. Geef adreswijzigingen tijdig door per e-mail aan [email protected]!

13

Belangrijkste highlights uit het Jaarverslag 2004 In de vergadering van 16 juni 2005 heeft het bestuur van het HP-pensioenfonds het jaarverslag over 2004 vastgesteld. Het jaarverslag bestaat uit een bestuursverslag en een jaarrekening met toelichting. Het jaarverslag is in juli toegezonden aan alle actieve en gepensioneerde deelnemers van het fonds. Hieronder geven wij een overzicht van enkele belangrijke cijfers en feiten uit het jaarverslag.

Belangrijkste cijfers

2004

2003

Aantallen Deelnemers Gewezen deelnemers Pensioengerechtigden

2.788 3.573 641

1.126 2.028 393

Ouderdomspensioen Nabestaandenpensioen Wezenpensioen Arbeidsongeschiktheidspensioen

435 97 56 53

251 67 44 31

Bedragen x € 1.000 Premiebijdragen Pensioenuitkeringen

37.073 10.006

7.831 6.590

Beleggingen Beleggingsopbrengsten Rendement

631.712 35.646 7,7%

397.299 36.149 9,9%

Totaal aanwezig vermogen Totaal pensioenverplichtingen Dekkingsgraad

640.950 496.629 129%

412.331 328.854 125%


Bestuur De belangrijkste aandachtspunten van het bestuur in 2004 waren: • de invoering van de nieuwe pensioenregeling per 1 januari 2004; • de naamswijziging van Stichting Pensioenfonds Digital Nederland in Stichting Pensioenfonds HewlettPackard Nederland, bij akte van statutenwijziging op 26 mei 2004; • de overdracht van de pensioenadministratie naar Hewitt Associates B.V. in Amsterdam; • de collectieve waardeoverdracht van de pensioenrechten van de oude HP-regeling van Zwitserleven naar het pensioenfonds; • de communicatie met de deelnemers over de nieuwe pensioenregeling en de omrekening van de pensioenrechten naar rechten in de nieuwe regeling voor actieve deelnemers; • de voorbereiding van de verkiezingen voor een nieuwe deelnemersraad; • de besluitvorming over de indexatie van de pensioenaanspraken per 1 januari 2005, en • de ontwikkelingen rond goed pensioenfondsbestuur, Pension Fund Governance. Aanpassing pensioenaanspraken In de bestuursvergadering van december is besloten de ingegane pensioenen en premievrije aanspraken per 1 januari 2005 met 0,82% te indexeren. Deze 0,82% komt overeen met de stijging van de relevante consumenten prijsindex van het CBS. De indexatie van de pensioenaanspraken van de actieve deelnemers bedroeg eveneens 0,82%.

Premiebijdragen Ten opzichte van 2003 zijn de bijdragen van de werkgevers en werknemers met € 29 miljoen gestegen. Dit wordt veroorzaakt door:

Pensioenverplichtingen Ultimo 2004 bedroeg de voorziening pensioenverplichtingen € 450,4 miljoen, verdeeld over de volgende categorieën deelnemers:

• € 15,5 miljoen hogere bijdrage aangezien vanaf 2004 de actuariële premie in rekening wordt gebracht en het aantal deelnemers flink is gestegen; • € 11,2 miljoen in verband met een extra bijdrage van de werkgever m.b.t. de waardeoverdracht door Zwitserleven (eenmalig) voor het op peil houden van de dekkingsgraad van het fonds; • € 4,4 miljoen in verband met ontvangen bijdragen m.b.t. de nieuwe vertrekregelingen in 2004; • € - 2,1 miljoen lagere bijdragen spaarregeling, aangezien deze regeling met de invoering van de nieuwe pensioenregeling is komen te vervallen.

- actieve deelnemers - gewezen deelnemers - pensioengerechtigden

Beleggingen Ultimo 2004 had het pensioenfonds een totaal aan beleggingen van € 631,7 miljoen, verdeeld over de volgende categorieën: -

Aandelen Obligaties Onroerend goed Flexioen Robeco

€ 284,7 miljoen; € 306,7 miljoen; € 34,8 miljoen; € 5,5 miljoen.

Op de totale portefeuille werd over 2004 een rendement behaald van 7,7%.

€ 201,2 miljoen; € 134,8 miljoen; € 114,4 miljoen.

Ten opzichte van 2003 is de voorziening met ruim € 165 miljoen toegenomen als gevolg van de toename van het aantal deelnemers en de overdracht van de pensioenaanspraken vanuit de oude HP-regeling bij Zwitserleven. Financiële positie Het pensioenfonds heeft ultimo 2004 een gezonde financiële positie. De dekkingsgraad is 129%. Dat wil zeggen dat het fonds 29% meer vermogen heeft dan nodig is voor dekking van de kale pensioenverplichtingen. Volgens de richtlijnen van De Nederlandsche Bank moet het fonds over ten minste twee reserves beschikken. Een beleggingsreserve voor de opvang van een eventuele waardedaling van de beleggingen in aandelen en obligaties en een reserve voor de opvang van algemene risico's. Het pensioenfonds heeft ultimo 2004 de volgende reserves die zijn berekend op basis van de bovenvermelde richtlijnen: - een beleggingsreserve van € 105,2 miljoen; - een reserve algemene risico's van € 19,9 miljoen. Daarnaast heeft het fonds nog een vrije algemene reserve van € 19,3 miljoen.

15

Heeft de jeugd de toe komst? Jongeren en pensioen (bewustzijn)

Weet jij met hoeveel geld je het na je pensioendatum moet doen? Waarschijnlijk niet, of niet meteen. Dan ben je niet de enige. In Nederland zijn maar weinig mensen die weten hoe het er met hun pensioen voorstaat. Ook zijn maar weinig mensen op de hoogte van wat er is geregeld voor hun nabestaanden als het inkomen wegvalt. En dat terwijl eenderde van de huishoudens in Nederland afhankelijk is van één inkomen en veel tweeverdieners eigenlijk 1 1/3verdieners zijn. De meeste mensen beginnen pas over hun pensioen na te denken als de pensioengerechtigde leeftijd in zicht begint te komen. Hoog tijd dus voor pensioenfondsen om daar verandering in te brengen en vooral jongeren pensioenbewuster te maken.

Maar liefst 60% van de Nederlanders heeft geen volledige pensioenopbouw, zo blijkt uit onderzoek van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD). In veel gevallen komt dit omdat mensen een aantal jaren niet aan een pensioenregeling hebben deelgenomen, omdat hun werkgever geen pensioenregeling had of omdat ze een tijd niet aan het arbeidsproces hebben deelgenomen. Veel alleenstaande ouders kampen met een pensioentekort, omdat bij echtscheiding de opgebouwde pensioenrechten verdeeld worden. Hoger opgeleiden blijken sneller met een pensioenhiaat te maken te krijgen dan mensen met een lagere opleiding, omdat ze vaker van baan en werkgever wisselen en zo een of meer pensioenbreuken oplopen. Toch zijn veel mensen zich er niet van bewust dat ze een pensioentekort hebben. Dit kan deels worden verklaard door het algemeen heersende idee dat het pensioen in Nederland wel goed geregeld is. Naast de AOW-uitkering die alle Nederlanders van de overheid ontvangen, bouwt het overgrote deel van de mensen ook zelf pensioen op via de werkgever. Veel mensen hebben dan ook het idee dat het met hun pensioen wel snor zit. Of dat inderdaad zo is, ontdekken ze echter pas op het moment dat het pensioen daadwerkelijk ingaat. En dat is jammer, want dan blijkt helaas nog vaak dat een pensioen ter grootte van 70% van het salaris, wat over het algemeen gezien wordt als een goed pensioen, maar voor weinig mensen is weggelegd. Want zo'n pensioen bouw je eigenlijk alleen op als je 40 jaar lang aan een pensioenregeling hebt deelgenomen en zonder onderbreking, of zonder grote loonverschillen bij overstap naar een nieuwe baan, pensioen hebt opgebouwd. Een pensioenniveau van 70% van het laatste salaris is dus niet heilig. Niet iedereen verkeert in dezelfde omstandigheden en niet iedereen heeft dezelfde wensen. Wat voor de één een goed pensioenniveau is, kan voor de ander te weinig zijn. Wil je weten hoe het zit met jouw pensioen? Kijk op Your Benefits Resources!


Pensioentekort Veel mensen hebben zonder dat zij het weten te maken met een pensioentekort. Dit kan verschillende oorzaken hebben. Ten eerste bestaan er veel verschillen tussen pensioenregelingen. Het kan zijn dat men aan een matige pensioenregeling heeft deelgenomen. De oorzaken kunnen echter ook op het werkvlak liggen. Elke carrièrestap heeft gevolgen voor de pensioenopbouw. Bij het wisselen van werkgever kan een pensioenbreuk ontstaan. En ook kunnen de oorzaken van een pensioentekort in de privé-sfeer liggen. Wanneer je te maken krijgt met een echtscheiding worden de opgebouwde pensioenen verdeeld tussen jou en je expartner. Veel mensen realiseren zich nog onvoldoende dat belangrijke beslissingen in hun leven, zoals trouwen, kinderen krijgen, ouderschapsverlof, deeltijdwerk, een nieuwe baan of werken in het buitenland, behoorlijk ingrijpende gevolgen kunnen hebben voor hun pensioen. Ook weten heel weinig mensen bijvoorbeeld dat het vervallen van de partnertoeslag voor de AOW, wat in 2015 staat te gebeuren, een terugval in het pensioeninkomen kan betekenen. Nieuwe pensioenwet Niet verwonderlijk dus dat het kabinet verandering in deze situatie wil brengen en zich inspant om de (vooral jongere) Nederlanders pensioenbewuster te maken. Dit is één van de doelstellingen van de nieuwe Pensioenwet, die het kabinet in 2006 hoopt in te voeren. Een ander belangrijk doel van de nieuwe wet is informatie beschikbaar te maken en gegevens te kunnen garanderen, zodat de deelnemer deze gegevens kan raadplegen en beslissingen kan nemen als hij daaraan toe is. Het kabinet wil daarnaast onder meer bereiken dat alle werknemers vanaf hun achttiende beginnen met sparen voor hun pensioen, en dus niet pas als ze 25 zijn, zoals nu vaak het geval is. Zo wil het kabinet het aantal werknemers dat geen of weinig pensioen opbouwt verminderen. Momenteel is 7% van de werknemers door hun werkgever uitgesloten van deelname aan een pensioenregeling (dit zijn vooral jongeren tot 25 jaar). Het kabinet wil dat dit percentage volgend jaar met minstens de helft is teruggebracht.

Als sociale partners er niet in slagen het percentage omlaag te brengen, zal in de Pensioenwet een algemene werking worden opgenomen. Kern van de algemene werking is dat wanneer een werkgever aan één van zijn werknemers een pensioentoezegging heeft gedaan, hij geen enkele andere werknemer meer van deelname aan deze pensioenregeling mag uitsluiten. De nieuwe wet is vooral ook van belang voor vrouwen. Zij beginnen vaak op jongere leeftijd aan betaald werk, maar stoppen daar in veel gevallen na een aantal jaren mee. Hierdoor bouwen zij vaak veel minder pensioen op dan mannen. Hoe zit het bij HP? In overeenstemming met de nieuwe plannen van de regering heeft het HP-pensioenfonds al diverse maatregelen genomen om tot een betere communicatie richting alle deelnemers te komen. Naast de jaarlijkse pensioenopgave met daarop onder andere informatie over de hoogte van je tot dan toe opgebouwde aanspraken op ouderdomspensioen via de HPpensioenregeling, kun je sinds kort ook inzicht in je pensioen krijgen via de website Your Benefits Resources. De meeste van jullie hebben al uitgebreid kennis gemaakt met deze handige webtool. Hierdoor kun je ook tussentijds een goed beeld krijgen van je (opgebouwde en toekomstige) pensioen, en kijken wat er met je pensioen gebeurt als er bijvoorbeeld iets verandert in je persoonlijke situatie. Ook dit magazine is een uitstekend voorbeeld van een veranderd beleid waarmee het bestuur van het HP-pensioenfonds hoopt een tip van de pensioensluier op te lichten. Het bestuur wil haar deelnemers zo goed mogelijk inzicht in hun pensioensituatie geven. Mochten er dus ondanks genomen maatregelen bepaalde zaken met betrekking tot je pensioen niet duidelijk zijn, of twijfel je aan de juistheid van bepaalde berekeningen, neem dan gerust contact op met de administrateur (via [email protected]).

>> 17

>> Strengere voorlichtingseisen Met het oog op de toenemende vergrijzing is een groeiend aantal ondernemingen en pensioenfondsen al overgestapt op pensioenregelingen die ook in de toekomst betaalbaar zullen zijn, of is daar druk mee bezig. Als gevolg hiervan moeten deelnemers in steeds meer pensioenregelingen individuele pensioenkeuzes maken. Om een goede en verantwoorde keuze te kunnen maken, moeten zij goed op de hoogte zijn van de inhoud van de pensioenregeling en de gevolgen van hun keuzes. Om ervoor te zorgen dat jongeren inderdaad pensioenbewuster worden, wil het kabinet strengere eisen stellen aan pensioenvoorlichting. Pensioenfondsen en verzekeraars moeten hun deelnemers en gepensioneerden respectievelijk verzekerden duidelijk voorlichten over de door hen opgebouwde pensioenaanspraken. Het kabinet wil dat de voorlichting aan deelnemers voortaan minstens één keer per jaar gebeurt. Deelnemers die niet langer pensioen opbouwen in een pensioenfonds (de zogeheten slapers), moeten toch eens in de vijf jaar informatie krijgen over hun opgebouwde aanspraken. Bovendien moet de voorlichting over bijvoorbeeld vrijwillige aanvullende pensioenregelingen voldoen aan de eisen die ook gelden voor voorlichting over (andere) complexe financiële producten, zodat werknemers de regelingen onderling kunnen vergelijken.

Indexatie bij HP De pensioenaanspraken van de actieve deelnemers worden jaarlijks geïndexeerd. Aanpassing van de pensioenen geschiedt op basis van het percentage van de loonstijgingen zoals vastgelegd in de CAO, of, indien dit hoger is, op basis van de ontwikkeling van de consumentenprijsindex (CPI alle huishoudens, afgeleide reeks). De pensioenen van de gewezen deelnemers en pensioentrekkenden worden voorwaardelijk geïndexeerd, d.w.z. als de financiële positie van het pensioenfonds dit toelaat. Is het vermogen van het pensioenfonds niet toereikend om alle verplichtingen en verplichte buffers te dekken, dan zal er niet volledig worden geïndexeerd. Uitgangspunt hierbij is de ontwikkeling van de consumentenprijsindex (CPI alle huishoudens, afgeleide reeks). In de communicatie richting deze groep zal HP blijven herhalen dat eventuele aanpassing van hun pensioenen voorwaardelijk is.

Ook de voorlichting over het al dan niet aanpassen van de pensioenen aan de inflatie (indexatie) wordt aangescherpt. Als er onduidelijkheid is over het indexatiebeleid van een pensioenfonds, gaat de toezichthouder ervan uit dat de pensioenen onvoorwaardelijk worden geïndexeerd. Dan moeten pensioenfondsen ook voldoende vermogen hebben om aan de indexatieverplichting te voldoen. (De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten houden toezicht op de naleving van de wet. De Autoriteit ziet toe op de naleving van de voorschriften over voorlichting en De Nederlandsche Bank controleert de financiële aspecten en alle overige bepalingen.) Als een pensioenfonds besluit de pensioenen niet te indexeren of hier voorwaarden aan te verbinden, moeten zij hun deelnemers en gepensioneerden daarover duidelijk inlichten.


19

Van pensioen je beroe p maken Interview met Hans van den Hatert, actuaris AG

Van pensioen je beroep maken. Het klink stoffig, maar is dat ook zo? We vroegen het aan één van onze adviseurs, Hans van den Hatert. In het vorige magazine maakten we kennis met hem bij het voorstelrondje van het bestuur. Hans werkt al sinds begin jaren negentig als onafhankelijk actuaris samen met het HP-pensioenfonds. Hij heeft in 1994 de “nieuwe” Digital pensioenregeling mee opgezet en begeleidde in 1999 de Digital Company acquisitie. Hans ondersteunt het bestuur door te wijzen op ontwikkelingen op het gebied van pensioen en toezicht.

Hans van den Hatert, actuaris AG

Om maar met de deur in huis te vallen: Wat is een actuaris? “Als mensen vragen: 'Wat doe jij voor werk?', dan is mijn antwoord dat ik actuaris ben eigenlijk geen antwoord. Het gros van de mensen weet namelijk helemaal niet wat dat is. Veel mensen verwarren het woord actuaris met een archivaris.” Van Dale geeft als omschrijving: Wiskundig adviseur, wiskundige bij een verzekeringsmaatschappij die de premies berekent en de reserve vaststelt. Klopt dat? “Met deze omschrijving doet Van Dale onze beroepsgroep wat tekort, vind ik. Natuurlijk zijn wij wiskundig wel goed onderlegd, maar het vak houdt veel meer in dan premies berekenen en reserves vaststellen. De meeste actuarissen zijn werkzaam bij verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen of als (zelfstandig) raadgevend actuaris.” Wat houdt het vak dan in? ”Het leven zit vol risico's. Risico's die moeilijk ingeschat kunnen worden, maar die wel grote financiële gevolgen kunnen hebben. Niemand weet immers van tevoren wanneer er een brand uitbreekt of een storm opsteekt. Of op mijn vakgebied: niemand weet vooraf hoe oud hij wordt en wanneer hij overlijdt. Niemand kan voorspellen wat de beurzen gaan doen. Actuarissen bepalen wat de kans is dat dergelijke risico's zich voordoen. Bovendien stellen ze de financiële consequenties vast die deze risico's met zich brengen. Op basis daarvan kunnen inderdaad premies voor verzekeringen worden vastgesteld.” En voor pensioenregelingen? “Inderdaad, actuarissen zijn ook actief op het gebied van pensioenen en sociale voorzieningen. We adviseren pensioenfondsen over hoe de pensioenregeling betaalbaar blijft en over de voorwaarden waaraan een goede pensioenregeling moet voldoen. Pensioen is één van de belangrijkste arbeidsvoorwaarden en een pensioenregeling moet dan ook passen in de totale (belonings)filosofie van een onderneming. We begeleiden ondernemingen bij de opzet en inrichting van een pensioenregeling binnen de door de onderneming en andere partijen gestelde randvoorwaarden. We maken werkgevers en pensioenfondsen


attent op de risico's die ze lopen met hun pensioenregeling. Denk hierbij aan de beleggingsrisico's, maar ook aan het risico in het licht van de toename van de levensverwachting van de deelnemers en de vergrijzing van de Nederlandse bevolking. We worden met zijn allen steeds ouder. Bij de opzet van een pensioenregeling moet hiermee rekening gehouden worden. Het is schipperen tussen een zo hoog mogelijk uitkeringsniveau tegen zo laag mogelijke premies met zo min mogelijk risico. De gelden die voor het pensioen worden ingebracht, moeten ook veiliggesteld worden. De financiering van de pensioenen moet dan ook goed in elkaar zitten. Maar het geld dat bij een pensioenfonds binnenkomt, moet ook goed belegd worden. Er moet een evenwicht gevonden worden tussen rendement en beleggingsrisico. Een belangrijk hulpmiddel daarbij is de ALM-studie, waarbij ALM staat voor Asset & Liability Management, ofwel de afstemming van enerzijds de beleggingen (Assets) en anderzijds de pensioenverplichtingen (Liabilities). Op basis van zo'n ALM-studie worden het beleggings-, het premie- en het indexatiebeleid op elkaar afgestemd. Als actuaris toetsen wij jaarlijks of het betreffende pensioenfonds voldoende geld “in kas” heeft om, rekening houdend met alle risico's die het pensioenfonds loopt, in de toekomst toch de toegezegde pensioenen te kunnen uitkeren. Het gaat in mijn beroep dus om het in kaart brengen en beheersen van risico's en onzekerheden.” Risico's? Dat klinkt ineens als een gevaarlijk beroep! “Dat valt wel mee, hoor. Al was het beroep wel wat makkelijker in de tijd dat het op beleggingsgebied nog allemaal erg goed ging en alle pensioenfondsen over ruime reserves beschikten. De afgelopen jaren zijn wij toch vaak de boodschappers van slecht nieuws geweest. Op welk terrein de actuaris ook werkzaam is, zijn belangrijkste techniek is om mede op basis van waarnemingen uit het verleden systematisch in de toekomst kijken, de verwachte ontwikkelingen te benoemen, de risico's in kaart te brengen en die vertalen in financiële consequenties. Een actuaris is dus in essentie een creatieve probleemoplosser die zich, op basis van het verleden, met de toekomst bezig houdt. Dit klinkt als een exacte wetenschap, maar leg 2 actuarissen hetzelfde probleem voor en de kans is groot dat je 2 verschillende antwoorden krijgt.”

Volgens ons is de belangstelling voor het onderwerp pensioen groeiende. “Dat klopt en het is ook nodig. Het wordt steeds belangrijker om deze complexe materie in duidelijke taal te vertalen richting de (gewezen) deelnemers. Pas als je begrijpt hoe je pensioenregeling in elkaar steekt, kun je deze arbeidsvoorwaarde op zijn echte waarde schatten. Een voorbeeld uit het recente verleden over het belang van goede communicatie is de indexatie van de pensioenen. De verhoging van de pensioenen om deze waardevast te houden (indexatie) is over het algemeen voorwaardelijk, wat betekent dat deze pas verleend wordt als het pensioenfonds over voldoende geld beschikt. Aangezien het op beleggingsgebied erg slecht ging, hebben veel pensioenfondsen de afgelopen jaren moeten bezuinigen op de indexatie en werd slechts een beperkte of in het geheel geen indexatie verleend. Toch meenden veel deelnemers en pensioentrekkenden dat zij wel recht hadden op die indexatie. Zij hadden immers altijd al indexatie gehad en zij waren dit gewend. Het is dan ook belangrijk dat het pensioenfonds goed communiceert onder welke omstandigheden er wel of juist niet geïndexeerd kan worden. Ook met de recente discussies omtrent VUT, prepensioen en levensloop is het van belang dat goed uitgelegd wordt waarom bepaalde maatregelen worden genomen en wat dit voor gevolgen heeft voor de deelnemers. Het blijkt steeds maar weer dat veel deelnemers zich niet voldoende bewust zijn van hun eigen pensioensituatie. En ook bij deze communicatie assisteren wij de onderneming en het pensioenfonds.” Nog een laatste woord? “Bij actuaris denken veel mensen aan een grijze muis die achter zijn computer in driedelig kostuum allerlei ingewikkelde berekeningen zit te maken. In de praktijk praten wij veel met pensioenfondsbesturen, werkgevers, CAO-partijen, vermogensbeheerders, administratiekantoren, verzekeringsmaatschappijen en de toezichthouders en andere belanghebbenden over de inhoud en de uitvoering van pensioenregelingen. Het is wellicht niet zo'n aansprekend beroep als piloot of brandweerman, geen enkel kind roept immers: “Ik word later actuaris!”, maar het is zeker geen stoffig beroep. De pensioenwereld is in mijn ervaring altijd in beweging.”

21

Uitvoerder Delta Lloyd over de excedentregeling

Het HP-pensioenfonds streeft voor alle deelnemers naar een pensioenuitkering van 70% van het salaris. Omdat niet iedereen hetzelfde verdient, bestaat de HP-pensioenregeling uit 2 delen: een basisregeling waarin je pensioen opbouwt over je salaris tot een bepaalde grens (€ 52.484,-) en een excedentregeling waarin je pensioen opbouwt over het salaris boven die grens. De basisregeling wordt uitgevoerd door het HP-pensioenfonds. De excedentregeling is door HP rechtstreeks ondergebracht bij Delta Lloyd Levensverzekeringen, een van de grootste levensverzekeraars in Nederland en sinds jaar en dag gespecialiseerd in pensioenen. Delta Lloyd legt de werking van de excedentregeling uit.

Als je in aanmerking komt voor deelname aan de excedentregeling, ontvang je na iedere wijziging in de verzekerde aanspraken via HP van Delta Lloyd een pensioenpolis met daarop de hoogte van het voor jou verzekerde kapitaal (de premie). Dit is het bedrag dat je in principe op de pensioendatum ontvangt als de premie tot de pensioendatum ongewijzigd blijft, met andere woorden als je tot aan je pensioen bij HP blijft werken en hetzelfde salaris blijft verdienen. Maar in de praktijk is de hoogte van het uiteindelijke kapitaal van veel factoren afhankelijk. Zo kan je premie stijgen doordat je meer gaat verdienen of ouder wordt, maar hij kan ook wegvallen omdat je uit dienst gaat bij HP. In deze gevallen wordt de hoogte van het kapitaal naar boven dan wel naar beneden bijgesteld. Verder kan het pensioenkapitaal aangroeien door de winstdeling die erop wordt bijgeschreven. Voor de opbouw van je kapitaal geldt een gegarandeerd rendement van 3% per jaar. Is het werkelijke rendement hoger, dan wordt je kapitaal hiermee verhoogd. Deze verhoging bedraagt jaarlijks echter maximaal 3%. De exacte hoogte van het uiteindelijke kapitaal is dus van veel factoren afhankelijk. Wanneer ontvang je het kapitaal en wat kun je ermee doen? Op de pensioendatum ontvang je het kapitaal eenmalig in zijn geheel. Standaard is de pensioendatum vastgesteld op 61 jaar, met de mogelijkheid van maximaal 6 jaar vervroeging. Echter de wetgeving is op dit punt aan verandering onderhevig en momenteel is nog niet precies duidelijk wat dit gaat betekenen voor je pensioen. Wel is helder dat stoppen met werken vóór 65 jaar onder druk staat. Natuurlijk word je hierover uitgebreid geïnformeerd als er meer duidelijkheid is. De eenmalige kapitaaluitkering mag je niet vrij besteden, maar moet je gebruiken om een jaarlijks ouderdomspensioen aan te kopen. Dit kan eventueel ook een combinatie zijn van ouderdomspensioen met een partnerpensioen.


Wat gebeurt er als je voor de pensioendatum overlijdt? Als je voor je pensionering overlijdt, ontvangt je partner, in plaats van een kapitaal, vanuit het HPpensioenfonds levenslang een partnerpensioen. Eventuele kinderen ontvangen een wezenpensioen tot ze 18 jaar zijn of uiterlijk 27 jaar als ze studeren. Het partnerpensioen bedraagt voor elk jaar dat je tot de pensioendatum aan de regeling had kunnen deelnemen, 1,225% van het salarisgedeelte boven € 52.484,-. Het wezenpensioen bedraagt 25% van het partnerpensioen. Voorbeeld: Je bent 40, je werkt 5 jaar bij HP en verdient € 70.000,- per jaar. In totaal kun je 26 dienstjaren tot aan de pensioendatum maken. Voor jou is een partnerpensioen verzekerd van 31,85% (26*1,225%) van € 17.516,- (€ 70.000,- -/- € 52.484,-) = € 5.579,- bruto per jaar. Het wezenpensioen bedraagt 25% van € 5.579,- = € 1.395,- bruto per jaar per kind.

Wat gebeurt er als je uit dienst treedt bij HP? Als je voor je pensionering weggaat bij HP en je neemt je pensioen niet mee naar een volgende werkgever, wordt het tot dan toe door jou opgebouwde kapitaal omgezet in een lagere zogeheten gemengde kapitaalverzekering. Het bedrag van de gemengde kapitaalverzekering is lager, omdat een deel van het kapitaal bestemd is voor de aankoop van een partnerpensioen. Wil je dit niet, dan kun je binnen een maand na uitdiensttreding aan HP te kennen geven dat je het hogere kapitaal wilt handhaven. In dat geval ontvang je een hoger kapitaal op de pensioendatum, maar ontvangen je nabestaanden geen uitkering als je voor de pensioendatum overlijdt. Hoeveel kost het je? De kosten van de excedentregeling brengt Delta Lloyd in rekening aan HP. Als deelnemer aan de HP-pensioenregeling betaal je 6 % van je pensioengrondslag (je salaris minus een franchise van € 13.885,- per jaar). Hierin is de eigen bijdrage voor de excedentregeling inbegrepen.

>> 23

>>

Tot slot geven we antwoord op een aantal vragen van deelnemers over de excedentregeling. • Hoeveel pensioen levert mijn kapitaal nu op? De exacte hoogte van het jaarlijkse pensioen is afhankelijk van de pensioencombinatie die je aankoopt, de pensioenleeftijd, het moment van aankoop en of je het aankoopt bij het HP-pensioenfonds, Delta Lloyd of een andere verzekeraar. Een exact bedrag is dus niet vooraf te berekenen. Je kunt wel grofweg voor jezelf een indicatie krijgen door onderstaande vuistregels te hanteren. Je kunt bijvoorbeeld het kapitaal op 61-jarige leeftijd gebruiken om een ouderdomspensioen te financieren dat levenslang wordt uitgekeerd, gecombineerd met een partnerpensioen van 70% van het ouderdomspensioen. Het partnerpensioen wordt na je overlijden levenslang uitgekeerd aan je nabestaanden. Wil je een dergelijke pensioencombinatie en koop je deze aan bij Delta Lloyd, dan kun je bij wijze van indicatie het opgebouwde kapitaal delen door 18 à 19 om de hoogte van het ouderdomspensioen te berekenen. Wil je alleen een ouderdomspensioen aankopen, deel het kapitaal dan door 15 à 16 om de hoogte van het pensioen te berekenen. De uitkomst van de berekening betreft het bruto jaarpensioenen waarop nog de gebruikelijke inhoudingen plaatsvinden. Vergeet niet dat de genoemde factoren op langere termijn aan verandering onderhevig zijn en, zoals eerder vermeld, slechts een grove indicatie geven. Op de website YBR kun je prima nagaan wat een en ander voor je pensioen betekent.


Voorbeeld: Bij een kapitaal op de pensioendatum van € 100.000,- kan een levenslang ouderdomspensioen van € 100.000,- :16 = € 6.250,per jaar worden aangekocht. Na overlijden zal er dan geen nabestaandenpensioen uitgekeerd worden. Van hetzelfde kapitaal kan ook een levenslang ouderdomspensioen van € 100.000,- :19 = € 5.263,- worden aangekocht. Hiervan zal 70% (€ 3.684,-) aan jouw nabestaanden worden uitgekeerd als je komt te overlijden. De uitkomst van de berekening betreft het bruto jaarpensioen waarop nog de gebruikelijke inhoudingen plaatsvinden. Vergeet niet dat de genoemde factoren op langere termijn aan verandering onderhevig zijn en, zoals eerder vermeld, slechts een grove indicatie geven.

• Op de Delta Lloyd polis staat een lager verzekerd kapitaal vermeld dan genoemd op de pensioeninformatiesite 'Your Benefits Resources (YBR)'. Hoe komt dat? Het kapitaal dat Delta Lloyd op de polis vermeldt, is het kapitaal dat je ontvangt als tot je pensioendatum de huidige premie wordt betaald. Zodra het bedrag wijzigt door bijvoorbeeld een salarisverhoging of winstbijschrijving ontvang je een nieuwe polis met aangepast bedrag. YBR maakt een prognose van het uiteindelijke kapitaal. Er wordt een schatting gemaakt van de toekomstige salarisstijgingen en winstdelingsbijschrijvingen. Ook wordt er rekening gehouden met de stijging van de beschikbare premie. Hoe ouder je bent, des te meer premie er namelijk wordt gestort. Al deze factoren zijn in de kapitaalopgave van YBR vooraf meegenomen. Naarmate je pensioendatum dichterbij komt, zal de YBR-opgave minder verschillen van het daadwerkelijk verzekerde bedrag op de Delta Lloyd-polis.

• Hoeveel premie wordt er voor mij gestort in de excedentregeling? Dit is afhankelijk van je salaris en je leeftijd. Hoe ouder je wordt, des te hoger het premiepercentage. Hieronder zie je de premiestaffel afgebeeld. Leeftijd

% over salaris boven de € 52.484,-

21-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60

8,6 % 10,4 % 12,6 % 15,2 % 18,3 % 22,2 % 27,0 % 32,8 % 37,0 %

Voorbeeld: Je bent 46 jaar op 01.01.2005 en verdient € 60.000,-. HP stort 22,2% van € 7.516,- ( € 60.000,- -/- € 52.484,-) = € 1.668,55 in je polis. Je eigen bijdrage is dan € 451,- (6% van salaris boven € 52.484,-).

Het contact tussen jou en Delta Lloyd over de excedentregeling loopt grotendeels via HP. HP meldt je aan, geeft wijzigingen door en betaalt de rekening aan Delta Lloyd. De HR-functionaris bij HP is voor jou dus het eerste aanspreekpunt voor de excedentregeling.

25

De overgang van de oude naar de nieuwe pensioenregeling

Aan wie is het HP-pensioenfonds verantwoording schuldig?

Een van deze groepen zijn de arbeidsongeschikten. Ze zijn geen werknemers meer en zijn niet meer in actieve dienst. Dit houdt in dat de pensioenregeling voor hen dus niet kan wijzigen. De pensioenopbouw wordt voor hen op basis van de mate van hun arbeidsongeschiktheid premievrij voortgezet. Dit gebeurt op basis van de pensioenregeling zoals die voor hen gold op het moment dat zij arbeidsongeschikt werden en het dienstverband werd beëindigd. Dus ook na een eventuele wijziging van de pensioenregeling voor de actieve werknemers. Dit blijft zo tot het moment dat de wetgeving wijziging van deze pensioenregeling noodzakelijk maakt. Denk hierbij aan de nieuwe wetgeving op het gebied van VUT, prepensioen en levensloop.

Wat betekent het voor voormalige medewerkers van HP en Digital? Als er een wijziging plaatsvindt in het pensioen, is deze wijziging alleen van toepassing op de werknemers die nog in actieve dienst zijn van HP. Voor voormalige werknemers heeft de wijziging geen consequenties voor hun pensioen. Zij behouden de tijdsevenredige aanspraken zoals die voor hen zijn vastgesteld bij hun ontslag. Dat klinkt logisch. Maar er zijn nog enkele andere groepen actieve deelnemers die de oude pensioenregeling behouden.

Voor degenen voor wie het dienstverband bij HP is beëindigd en met wie in een vertrekregeling is afgesproken dat de pensioenopbouw zou worden voortgezet, geldt in principe hetzelfde als voor de arbeidsongeschikten. De pensioendoorbouw zal gewoon blijven plaatsvinden op basis van de pensioenregeling die gold op het moment dat je dienstverband met HP werd beëindigd. Ook voor hen geldt dat de pensioenopbouw alleen zal wijzigen indien wettelijke maatregelen dit noodzakelijk maken.

Voor meer informatie kun je contact opnemen met de administratie van het pensioenfonds via e-mail: [email protected].

Corporate governance De Nederlandse vertaling van 'Corporate Governance' is 'goed ondernemingsbestuur', waarmee eigenlijk wordt bedoeld een ondernemingsbestuur dat in politiek, sociaal, economisch en ethisch opzicht verantwoorde keuzes maakt. Dit betekent dat het bestuur zorgt voor een goede operationele inrichting van de onderneming en dat er op een eerlijke en open manier handel wordt gedreven. Ook zijn de bestuursleden verantwoordelijk voor een goed toezicht hierop en moeten ze verantwoording over het uitgeoefende toezicht afleggen. Al deze zaken zijn vastgelegd in een 'Corporate Governance' code en alle beursgenoteerde ondernemingen in Nederland moeten zich daaraan houden.

In de diverse media kom je met enige regelmaat de begrippen 'Corporate Governance' en 'Pension Fund Governance' tegen. Wat betekenen ze eigenlijk en wat hebben ze met elkaar te maken? In dit artikel gaan we wat dieper in op de achtergrond van beide begrippen zoals ze in Nederland worden toegepast. Verder lichten we toe wat dit betekent voor het HPpensioenfonds.

De code is ontstaan naar aanleiding van de boekhoudschandalen begin jaren negentig en de zeer hoge gouden handdrukken en bonussen voor topmanagers in de afgelopen jaren. Wereldwijd zijn in reactie daarop diverse maatregelen genomen die moeten zorgen voor meer duidelijkheid over de handelswijze binnen beursgenoteerde ondernemingen en voor een beter toezicht op het reilen en zeilen van het ondernemingsbestuur. Ook in Nederland werden hiervoor al in 1996 voor het eerst aanbevelingen gedaan. In 2003 werden deze aanbevelingen dwingender gemaakt door een commissie onder leiding van oud-Unilever topman Tabaksblatt. De uiteindelijke Nederlandse 'Corporate Governance' code zoals we die nu kennen, is begin 2004 in werking getreden en is door het kabinet verplicht gesteld voor alle beursgenoteerde ondernemingen.


27

>>

In de code zijn de algemeen gedragen grondslagen van betrouwbaar ondernemingsbestuur uitvoerig uitgewerkt in een aantal bepalingen. Zo zijn de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen van een onderneming verantwoordelijk voor een goede afweging tussen de belangen van de onderneming en die van de partijen die bij de onderneming betrokken zijn. In de bepalingen is vastgelegd dat bij alle belanghebbenden die bij een onderneming betrokken zijn, zoals werknemers, leveranciers en afnemers, aandeelhouders en andere kapitaalverschaffers, het vertrouwen moet bestaan dat hun belangen goed worden behartigd en dat zij tijdig en op de juiste wijze van belangrijke informatie worden voorzien. Dit moet gebeuren door een duidelijke structuur en een heldere besluitvorming. Verder zijn in de bepalingen de taken en verantwoordelijkheden van de bestuursorganen afgebakend, zijn er meer en betere controleen evaluatiepunten ('checks & balances' ) in het interne toezicht ingebouwd en moet de onderneming in het jaarverslag publiek verantwoording afleggen over het gevoerde beleid. Tevens moeten beursgenoteerde ondernemingen voortaan in hun jaarverslag aangeven dat zij de bepalingen van de 'Corporate Governance' code onderschrijven en toepassen. Doen zij dat niet, dan moeten zij daar een duidelijke verklaring voor geven. De 'Corporate Governance' code heeft niet alleen gevolgen voor de beursgenoteerde ondernemingen maar ook voor andere (grote) ondernemingen en organisaties. In de code is namelijk eveneens vastgelegd dat ook de beleggers voortaan zullen worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid als aandeelhouders in beursgenoteerde ondernemingen en 'verplicht' zijn hun invloed als aandeelhouder aan te wenden voor beter ondernemingsbestuur. Voor de institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, betekent dit dat zij op aandeelhoudersvergaderingen actiever gebruik moeten maken van hun stemrecht. Zij hebben immers de plicht om te streven naar een goed rendement voor het kapitaal van hun deelnemers.


Pension Fund Governance De sterk toegenomen belangstelling voor 'Corporate Governance' zorgde ervoor dat er in de maatschappij enkele jaren geleden ook een discussie ontstond over 'goed pensioenfondsbestuur' of 'Pension Fund Governance'. Die toegenomen belangstelling hangt nauw samen met een aantal factoren: de sterk teruggelopen rendementen van pensioenfondsen (met als gevolg daarvan een verhoging van de premies), de nieuwe regels voor verslaglegging, minder bereidheid tot solidariteit onder met name jongere werknemers en de toenemende vergrijzing.

De nieuwe bestuursleden en leden van de deelnemersraad van het HP-pensioenfonds hebben recent nog een pensioencursus gevolgd. Hierin zijn de basisprincipes van het Nederlandse pensioenstelsel aan de orde geweest, zijn de laatste wetswijzigingen behandeld en is de voor de deur staande wijziging van het toezicht en de verslaglegging van het pensioenfonds toegelicht.

'Pension Fund Governance' richt zich vooral op de gehele problematiek rond het toezicht op het pensioenfondsbestuur en de verantwoording die de bestuursleden moeten afleggen. De deelnemers, gewezen deelnemers en gepensioneerden van een pensioenfonds moeten er immers vanuit kunnen gaan dat hun pensioenfonds zorgvuldig en professioneel met de belegde gelden omgaat. Ze moeten er zeker van kunnen zijn dat hun pensioen waar ze recht op hebben, kan worden uitgekeerd. Om hieraan te voldoen, hebben de overkoepelende pensioenfondsorganisaties in Nederland een aantal aanbevelingen opgesteld, of de 'Pension Fund Governance' code. Net als de andere code brengt deze code de vorm en de eisen met betrekking tot 'goed pensioenfondsbestuur' onder woorden. Dit vertaalt zich weer in een heldere, bestuurlijke en organisatorische structuur, duidelijk geformuleerde verantwoordelijkheden voor beleidsformulering en de uitvoering daarvan, en het toetsen van dat beleid en de uitvoering.

Verdere aanvulling noodzakelijk In Nederland zijn veel aspecten van 'Pension Fund Governance' al vastgelegd in wettelijke bepalingen, zoals: - de taken van het bestuur en andere organen; - de vereiste deskundigheid van bestuursleden; - de verplichting tot het hebben van een gedragscode; - de communicatie met de deelnemers; - de regels voor de verhouding met externe adviseurs en uitbesteding e.d.

Governance bij HP Bij het HP-pensioenfonds bijvoorbeeld is een investment committee opgericht waarin de actuaris, enkele bestuursleden en een gespecialiseerd adviseur Vermogens- beheer erop toezien dat het vermogen wordt belegd zoals afgesproken. Daarnaast beoordelen zij de performance van de 5 vermogensbeheerders en ontslaan zij deze als de performance achterblijft of als er twijfel is dat de interne risicobeheersing en controle op orde zijn.

'Corporate Governance' en 'Pension Fund Governance' moeten zorgen voor meer duidelijkheid en meer toezicht.

Verder heeft het pensioenfonds per 1 juli 2004 de pensioenadministratie uitbesteed aan het ISOgekwalificeerde Hewitt, zodat er meer zekerheid was over de professionele uitvoering hiervan.

Toch zijn deze wettelijke regelingen nog niet voldoende en is een verdere invulling en aanvulling nodig. Bovendien is 'Pension Fund Governance' nog steeds in ontwikkeling en gaat het niet alleen over de structuur, maar ook over allerlei andere deelaspecten van 'goed bestuur en uitvoering bij pensioenfondsen' die in de komende jaren verder moeten worden ingevuld.

Deelnemers, gewezen deelnemers en gepensioneerden moeten er vanuit kunnen gaan dat hun pensioenfonds zorgvuldig en professioneel met de belegde gelden omgaat.

29

General summary in E nglish Van een aantal artikelen uit deze editie hebben wij voor onze buitenlandse collega's een samenvatting in het Engels gemaakt, zodat ook zij op de hoogte blijven van het laatste nieuws op HP-pensioengebied. Als zich onduidelijkheden voordoen of als je meer informatie wilt, kun je contact opnemen met het pensioenfonds via e-mail: [email protected] of 020 - 660 9400.


31

>>

Individualize your pension

A selection of the articles in this magazine has been translated into English to keep our foreign colleagues informed about the latest HP pension issues. If you have any questions or need additional information, please contact the pension fund via e-mail: [email protected] or dial 020 - 660 9400.

The new HP pension plan incorporates various flexible elements. Though for most elements you will not be asked to make any choices until shortly before your retirement date, it is important that you are already aware of the options you will have when you retire. Should your current pension provisions turn out to be insufficient for the plans you have once you will be retired, you can still make arrangements. In this article you will find more information about when you need to make these choices and their consequences. Earlier/Later retirement The normal retirement age in the HP pension plan is 61 years, but under certain fiscal conditions it is possible to retire earlier or later. In case of early retirement, your monthly old age pension will be reduced compared to the old age pension you would have received on your normal retirement date. After all, the pension needs to be distributed over a longer period and the period during which you save money for your pension is shortened. The earlier you stop working, the lower the monthly pension amount you will receive. Active participants can also opt for postponement of their retirement date. In that case, your old age pension is increased compared with the old age pension you would have received on your normal retirement date. A request for earlier retirement should be handed in with HP no later than six months before the desired retirement date; a request for later retirement should be handed in with HP at least six months before the normal retirement date. Part-time retirement You can also let your retirement take partial effect and remain working on a part-time basis to limit the drop in income. You will remain participant in the pension plan and continue accruing pension for the part that you continue working. From that moment on your pension will of course be based on your part-time percentage.


High/low construction In principle your normal old age pension remains unchanged, except for any indexations. However, you may vary the level of your retirement benefit. On the retirement date you can choose between temporarily increasing your old age pension, followed by a life-long decreased old age pension, or vice versa. The maximum proportion between the increased and decreased old age pension is 100:75 and the maximum period during which the pension will be paid out is 10 years. After that period, the life-long decreased or increased old age pension will be paid out. The value of the total pension amount after conversion is equal to the value of the original pensions before conversion. The level of the insured partner pension remains linked to the original old age pension, unless your partner has agreed with the adjustment in writing. Exchange of partner pension If you have no partner or if he/she has a good pension of his/her own, you can opt for conversion of the partner pension into a higher old age pension on your retirement date. This is called 'pension exchange'. The amount of additional old age pension that you receive from the conversion of the partner pension depends on your retirement date. If you have a partner, he/she must agree with this exchange in writing. If you want to make use of this option, you should inform the pension fund about this within one month upon receipt of the pension statement.

More information on your pension situation and your options is available via the website Your Benefits Resources (YBR).

Disability and your pension If you become unfit for work, the Disability Insurance Act (WAO) becomes the basis of your financial situation. The Act consists of two types of benefits. The first one is a wage-linked benefit, which is valid only during a certain period of time. The second benefit is not wage-linked and is paid as long as your disability continues. In the past couple of years there have been a number of cut-backs in the WAO benefits and some new adjustments are expected in the near future. January 1st, 2004, was the last time the rules became more stringent for those who entered the new regulations since that time. I became unfit for work before January 1st, 2004 If you became unfit for work before this date, HP will pay 100% of your salary during the first year of your illness. Your pension accrual will also be continued. Since your salary is already paid by HP, the HP pension fund will not supplement anything during this period. WAO-supplemental pension If after one year you are still unfit for work, you will receive a wage-linked benefit from the Government ('loondervingsuitkering') by virtue of the WAO. This benefit is based on the level of your daily wage and the degree of your disability. The length of this wagelinked WAO-benefit depends on the age at which you became unfit for work, with a maximum of six years. In case of full disability the benefit will be 70% of your daily wage, i.e. the daily wage you could have earned had you not become disabled. The daily wage is more or less equal to your previous daily earnings, but the maximum amount is € 167.70 per day, or € 43,770 per year). If your daily wage exceeded this daily maximum, your WAO-benefit will be less than 70% of your previous earnings. Therefore, the HP pension fund supplements the WAO-benefit up to 70% of your last earned salary as of the date that you became unfit for work. This enables you to (partially) counterbalance your drop in income. This is called the WAOsupplemental pension ('Excedentpensioen').

>> 33

>>

Pension accrual Depending on your degree of disability, the HP pension fund will also pay part of or your entire pension premiums during this period, so your pension accrual will be continued. WAO-gap pension When the wage-linked benefit stops, you may be entitled to a second benefit. The calculation basis for this second benefit is the minimum wage plus an agedependent supplement. The HP pension fund will supplement the second WAO-benefit up to 70% of your salary. This supplemental benefit is called the WAOgap pension. At HP you are entitled to payment of a WAO-gap pension and, if applicable, the WAOsupplemental pension (if your salary exceeds the maximum daily wage) as long as you receive a WAO benefit. These pensions will be paid out until you will be able to return to work or until your retirement. As long as you receive WAO, you will remain participant in the pension plan of the HP pension fund. Note: If you are under the age of 33 at the time you become unfit for work, you will not receive a wagelinked benefit. Instead you will directly receive the second benefit. I became unfit for work on or after January 1st, 2004 Most of the above mentioned regulations have not changed since January 1st, 2004. The only difference with the former Disability Act is that the waiting period in the new WAO has been increased from 1 to 2 years. If you became unfit for work on or after January 1st, 2004, this means that during the first two years of your illness your salary is paid by HP. Most of the other regulations remain unchanged.

Executor Delta Lloyd on the supplemental pension plan The HP pension fund strives after a pension benefit of 70% of the salary for all participants. As we do not all earn the same salary, the HP pension plan consists of two parts: a basic plan in which you accrue pension over your salary up to a limit of € 52,484, and a supplemental pension plan in which you accrue pension over the salary exceeding that limit. The basic plan is executed by the HP pension fund. The supplemental pension plan has been insured directly with Delta Lloyd Levensverzekeringen, one of the largest insurers in the Netherlands and specialized in pensions for years. Below Delta Lloyd explains the workings of the supplemental pension plan. If the level of your salary makes you eligible for participation in the surplus pension plan, you will receive a pension policy from Delta Lloyd each time your insured pension entitlements have changed. The policy contains information about the level of the capital that has been insured for you (the premium). Theoretically, this is the amount that you will receive on your retirement date if the premium remains unchanged until that date, in other words if you remain working with HP until your retirement and continue earning the same salary. In practice, however, the level of the final capital that you receive is affected by many factors. Your premium can rise because your salary increases or because you become older, but it can also expire because you leave HP. In either case the capital level is positively or negatively (re)-adjusted. Your pension capital can also increase as a result of returns on investement. For the accrual of your capital there is a guaranteed return of 3 % per year. If the actual return is higher, your capital is increased with this amount. The maximum annual increase, however, is 3%. Hence, the exact level of your final capital depends on many factors.

When can you expect the capital and what can you use it for? On the retirement date you will receive the capital as a single sum. The normal retirement date is 61 years, with a maximum early retirement possibility of six years. However, currently the Disability Act is subject to changes and at the moment it is not yet clear how this will affect your pension. It is obvious, however, that retirement before age 65 is under a lot of pressure. You will receive more detailed information about this when things are clearer. The capital you receive is not to be spent freely, but must be used to purchase an annual old age pension. This may also be a combination of an old age pension and a partner pension. What happens if you die before the retirement date? If you die before your retirement date, your partner will receive a lifelong partner pension from the HP pension fund instead of capital. Your children will receive an orphan's pension until they are 18 years old, or if they study ultimately until they are 27 years. The partner pension amounts to 1.225% of the salary part exceeding € 52,484 for each year that you could have participated in the plan until the retirement date. The orphan's pension amounts to 25% of the partner pension. Example: You are 40 years old, have been working with HP for 5 years and your salary is € 70,000 per year. Your total number of years of service until the retirement date is 26. A partner pension is insured for you of 31.85% (26*1.225%) of € 17,516 ( € 70,000 -/- € 52,484) = € 5,579 gross per year. The orphan's pension amounts to 25% of € 5,579 = € 1,395 gross per year per child.

What happens if you leave HP? If you leave HP before your retirement but you do not transfer the value of your pension entitlements to your new employer, the capital accrued by you so far is converted into a lower so-called mixed capital insurance. The sum of the mixed capital insurance is lower, because part of the capital is reserved for the purchase of partner pension. If you do not want that, you can indicate within one month after leaving HP that you wish to keep the higher sum. In that case you will receive a higher sum on the retirement date, but your surviving relatives will not receive a benefit if you die before the retirement date. How much will it cost? Delta Lloyd charges the costs for the supplemental pension plan with HP. As a participant of the HP pension plan you pay 6% of your pension base (your salary minus an offset of € 13,885 per year). This amount includes the individual contribution for the supplemental pension plan. Finally, we will answer some questions of participants about the supplemental pension plan. • How much will the return on my capital be? The exact level of your annual pension depends on the pension combination that you purchase, the age at which you retire, the moment at which you purchase the pension and whether you purchase the pension with the HP pension fund, Delta Lloyd or another insurance company. It is therefore not possible to give an exact amount, but you can get a fairly accurate indication of your individual pension prospects as follows. At age 61 you can e.g. decide to use the capital to purchase a lifelong old age pension, combined with a partner pension of 70% of the old age pension. In the event of your death, the partner pension will be paid to your surviving dependants.


35

>>

If you wish to purchase such a pension combination and if you do this with Delta Lloyd, you could get an indication of your estimated old age pension level by dividing the accrued pension capital by 18-19. In case you only want to purchase old age pension, you can divide the amount by 15-16 to determine your pension level. The outcome of the calculation is the gross annual pension which is subject to the usual deductions. Do not forget that in the long term the mentioned factors will be exposed to changes and that, as mentioned before, they only give a rough indication. On the YBR website you can easily check what your pension will be like. Example: With a capital of € 100,000 on the retirement date, you can purchase a lifelong old age pension of € 100,000 : 16 = € 6,250 per year. In case you die, your surviving dependants will not receive any partner pension. You can also purchase a lifelong old age pension of € 100,000 : 19 = € 5,263 per year, 70% (€ 3,684) of which is paid to your surviving dependants in the event of your death.

• The insured capital mentioned on the Delta Lloyd policy is lower than the one mentioned on the pension information website 'Your Benefits Resources (YBR)'. Why? The capital mentioned on Delta Lloyd's policy is the sum that you will receive if you continue paying the current premium until your retirement date. If the amount changes because of e.g. a salary increase or return on interest, you will receive a new policy with an adjusted amount. YBR makes a prognosis of the final capital by estimating the future salary increases and returns on interest. The increase of the available premium is also taken into account. The older you are, the more premium is paid. All these factors have been included in the capital statement of YBR beforehand. As the retirement date comes nearer, the YBR figures will differ less from the amount actually insured on the Delta Lloyd policy.


• How much premium is paid for me in the supplemental pension plan? This depends on your salary and age. The older you become, the higher the premium percentage. Below you will find the premium ladder. Age

% over salary exceeding € 52,484

21-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60

8.6 % 10.4 % 12.6 % 15.2 % 18.3 % 22.2 % 27.0 % 32.8 % 37.0 %

Example: You are 46 years on 01.01.2005 and your salary is € 60,000. HP deposits 22.2% of € 7,516 ( € 60,000 -/- € 52,484) = € 1,668.55 in your policy. Your own contribution will then be € 451 (6% of salary exceeding € 52,484).

To whom is the HP pension fund accountable? In the press and various other media you frequently encounter the terms 'Corporate Governance' and 'Pension Fund Governance'. What do they mean and what do they have in common? In this article you will find information on the background of both terms as they are used in the Netherlands, and their consequences for the HP pension fund. Corporate Governance In its proper sense, the term 'Corporate Governance' refers to a company board that makes well-considered choices in political, social, economical and ethical respect. In other words, the board members take it upon themselves to establish good company management and to make sure that the company trades in a fair and transparent way. The board members supervise this and are accountable for this. All these activities have been laid down in a 'Corporate Governance' code and all Dutch companies quoted on the stock exchange have to live up to this code. The code is a direct result of the bookkeeping scandals in the early nineties and the exuberant golden handshakes and bonuses of top managers in the last few years. In reaction to this various measures were taken on a global scale, which have to lead to more clarity on the methods and conduct displayed by companies quoted on the stock exchange and to a better supervision of the ins and outs of the company board. In the Netherlands, the first recommendations for such a code were already made in 1996. In 2003, a commission led by Mr. Tabaksblatt, former CEO of Unilever, made the recommendations more imperative. The final Dutch 'Corporate Governance' code as it is currently known came into force at the beginning of 2004 and was made mandatory by the Government for all companies quoted on the stock exchange.

In the code the generally supported principles of reliable corporate governance have been extensively worked out in a number of stipulations. The Board of Directors and the Supervisory Board of a company are responsible for a good assessment between the interests of the company and those of the parties involved with the company. The stipulations say that all parties involved with a company, such as employees, suppliers and buyers, shareholders and other financiers, must have the confidence that their interest is well looked after and that they are informed about important matters in a timely and correct matter. This is to be achieved through a clear structure and a transparent decision-making process. In the stipulations the tasks and responsibilities of the corporate bodies have been well defined, more regular and better checks and evaluation points in the internal supervision have been incorporated ('checks & balances' ) and it has been agreed upon that the company should give public account on their policy in the annual report. Furthermore, companies quoted on the stock exchange should from now on also indicate in their annual report that they support and apply the stipulations of the 'Corporate Governance' code. If they do not, they have to clearly account for this.

>> 37

>>

The 'Corporate Governance' code has had major consequences for companies quoted on the stock exchange, but it also affected other (large) companies and organizations. In the code it was determined that from now on investors are called upon their responsibility as shareholders in companies quoted on the stock exchange and are 'obliged' to use their influence as shareholders for better corporate management. For institutional investors, such as pension funds, this means that they have to make a more active use of their voting right at shareholders meetings. After all, they are obliged to strive after a good return on the capital of their participants. Pension Fund Governance A few years ago, this strongly increased interest in 'Corporate Governance' gave rise to a discussion in society about 'Pension Fund Governance'. The increased interest is closely linked to a number of factors, such as the sharp fall in investment returns of pension funds (and as a result an increase of premiums), the new reporting rules, less willingness to solidarity in particular amongst younger employees and the ageing population. 'Pension Fund Governance' aims particularly at the general problems regarding the supervision of the pension fund board and the accountability of its board members. After all, the participants, sleepers and retirees of a pension fund must be able to rely on their pension fund to handle their invested capital in a careful and professional manner. They have to be certain that they receive the pension to which they are entitled. To fulfill their expectations, the coordinating Dutch pension fund organizations have come up with a set of recommendations for good pension fund management, also known as the 'Pension Fund Governance' code. As with every other code, this convention formulates the form and requirements with regard to 'good pension fund management'. This can be interpreted as a transparent governmental and organizational structure, with clearly formulated management responsibilities and the execution thereof, and checking these regularly.


Governance at HP The HP pension fund has set up an investment committee in which the actuary, several board members and an Asset Management consultant see to it that the capital is invested as agreed. They also evaluate the performance of the 5 asset managers and replace them if their performance is inadequate or if there are any doubts about the accuracy of their internal risk management and control. Recently, the newly appointed board members and the members of the participants' council of the HP pension fund have followed a pension course, in which the basic principles of the Dutch pension system were discussed, as well as the latest amendments of the Pension Act and the forthcoming changes in supervision and reporting responsibilities of the pension fund. In July 2004 the pension fund outsourced the pension administration with Hewitt, ISO qualified, to make sure that it would be executed in a professional way. Further supplements required In the Netherlands many aspects of 'Pension Fund Governance' have already been laid down in legal stipulations, such as: - the tasks of the board and other bodies; - the required expertise of the board members; - the obligation of having a code of conduct; - the communication towards participants; - the rules for the relationship with external consultants and outsourcing and such. Nevertheless, these legal stipulations are still insufficient and need to be completed. In addition, 'Pension Fund Governance' is still growing and does not only concern the pension fund structure, but also a number of other aspects of 'good pension fund management and execution' which will need to be completed further in the next years.

39

HP Pensioen. Magazine I 2005 I Nr. 2. In dit nummer onder meer: Kies het pensioen dat bij je past! Heeft de jeugd de toekomst?

Recommend Documents