Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Hoorcollege 5; Inhoud: Executie- en conservatierecht…………………………………………………………………………………………20 Conservatierecht…………………………………………………………………………………………………………….20 Beslagrecht…………………………………………………………………………………………………………………….20 Executierecht………………………………………………………………………………………………………………….20 HR: Ritzen/Hoekstra (ontruiming) ………………………………………………………………………………….21 Andere conservatoire maatregelen dan beslag……………………………………………………………….21 Conservatoir beslag…………………………………………………………………………………………………………21 Hoge Raad: Forward/Huber (Stergrond) …………………………………………………………………………22 Hoge Raad: Bijl/van Baalen (inzicht in uitzicht) ……………………………………………………………….23 Hoge Raad: Ajax/Reule (Ajaxwaar) …………………………………………………………………………………24 Diverse soorten conservatoir beslag (art. 711 e.v Rv) ……………………………………………………..24 Hoge Raad: Van den Bergh/Van der Walle (kredietruimte) …………………………………………….24 Executoriaal beslag………………………………………………………………………………………………………….25 Hoge Raad: Van Berkel/Tribosa (huurpenningen) …………………………………………………………..25 Andere executoriale maatregelen dan beslag………………………………………………………………….26 Supranationaal procesrecht…………………………………………………………………………………………….26
1
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Executie- en conservatierecht Deze week staat in het teken van het executie- en conservatierecht. Onder conservatierecht wordt verstaan het nemen van bewarende maatregelen zoals conservatoir beslag. Onder het executierecht wordt verstaan het effectueren van rechten. Dit kan bijvoorbeeld door middel van exectutierechten zoals het executoriaal beslag. Conservatierecht Het conservatierecht gaat over het geheel van conservatoire rechten (te verbinden aan boek 3 van de burgerlijke rechtsvordering). Dit zijn bewarende maatregelen. Een conservatoire maatregel kan niet zomaar worden genomen, hiervoor is (meestal) rechterlijke toestemming vereist. Een voorbeeld hiervan is een verzoek tot conservatoir beslag. Wanneer de wederpartij het niet eens is met het conservatoire beslag dat op zijn goed(eren) is gelegd, dan kan een conservatiegeschil worden ingesteld om te pogen van het conservatoire beslag af te komen. Dit vindt meestal plaats via een kortgeding. Beslagrecht Beslag is het onttrekken van een goed aan de vrije macht van iemand (de eigenaar). Beslag op goederen van openbare diensten is niet toegestaan (er kan geen beslag worden gelegd op de kantoorartikelen van de Eerste Kamer). Beslagrecht is geen vermogensrecht; beslagrecht is in zijn algemeenheid geen recht, maar dient als instrument om rechten veilig te stellen of om rechten te effectueren. Het rechtsgevolg van beslag is nogmaals het onttrekken van een goed aan de vrije macht van iemand (de eigenaar). Dit betekent dat wanneer het beslagen goed vooralsnog wordt vervreemd of bezwaard, dit geen effect sorteert tegenover de beslaglegger. Hierover straks meer. Het beslagrecht staat in boek 2 en 3 van het Wetboek der burgerlijke rechtsvordering. Tussen deze twee boeken zal veel gependeld moeten worden doordat de wetgever veelvuldig gebruik maakt van schakelbepalingen tussen deze boeken. Executierecht Executoriale maatregelen zijn tenuitvoerleggende maatregelen zoals executoriaal beslag, maar ook ontruiming is hiervan een voorbeeld. Er kan niet zomaar worden overgegaan tot executoriale maatregelen want hiervoor is een executoriale titel vereist. De executoriale maatregel is de rechtsgrond hiertoe. Wat voor titels dit zijn komt straks aan de orde. Boven de titel staan ‘in naam des Konings’, dan spreken we van een officieel stuk. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen directe executie en indirecte executie. Directe executie is direct verkrijgen waar je recht op hebt. Dit kan bijvoorbeeld door een ontruimingsvonnis. Indirecte executie is een prikkel om de veroordeelde ‘vrijwillig’ tot nakoming te bevelen. Indien de wederpartij het niet eens is met het executiemiddel kan hiertegen een executiegeschil worden ingesteld.
2
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
HR: Ritzen/Hoekstra (ontruiming) In het kort: Hoekstra (verhuurder) vordert ontruiming van Ritzen wegens een huurachterstand. De kantonrechter wijst de vordering tot ontruiming toe. Ritzen is het niet eens met de (toewijzing van) vordering en stelt 1)appel in tegen het vonnis van de kantonrechter en 2)maakt een executiegeschil aanhangig waarin hij staking van de executie vordert. De rechtsvraag in deze zaak is als volgt. Onder welke omstandigheden is een rechterlijk bevel tot staking van de executie van een voor voorlopige tenuitvoerlegging vatbaar vonnis in afwachting van de beslissing op het door eiser tegen dit vonnis ingestelde hoger beroep toegestaan? In het kort: wat is het materiaal voor de beoordeling van een aanhangig executiegeschil? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag met: ‘wanneer een in redelijkheid te respecteren belang bij de executie ontbreekt; daarvan kan sprake zijn in het geval van: 1) een juridische of feitelijke misslag of 2) op grond van een nova geëxecuteerde anders klaarblijkelijke noodtoestand. Het moet wel heel bont gemaakt worden wil er geen belang zijn bij de executie. Een voorbeeld van het tweede is wanneer een vonnis gewezen dat een veroordeelde uit zijn huis is gezet, maar snel een nieuw pand moet vinden om zijn vrouw plus kinderen onderdak te bieden. De rechter kan in een executiegeschil de executie staken of een verlengd termijn tot vertrek bieden. Andere conservatoire maatregelen dan beslag Voorbeelden van andere conservatoire maatregelen dan beslag zijn: verzegelling, boedelbeschrijving, gerechtelijke bewaring en onderbewindstelling. Deze maatregelen komen bijna nooit voor. Soms stelt men een gerechtelijke bewaring in, maar in combinatie met een daaraan voorafgaand beslag. Een voorbeeld: er wordt beslag gelegd op een schip, maar dit schip zou de mogelijkheid hebben tot wegvaren. Om dit te voorkomen kan de rechter worden gevraagd een bewaarder in te stellen die het schip in de gaten houdt. Vroeger zou het schip letterlijk aan de ketting worden gelegd, maar tegenwoordig biedt dit onvoldoende zekerheid. Tegenwoordig wordt het beslag medegedeeld aan de debiteur door een deurwaarder in een akte en wordt een gerechtelijke bewaarder aangesteld die het schip in de gaten houdt. Bij een auto kan een bewaarder worden ingesteld die de auto (daadwerkelijk) onder zich houdt voor de termijn van het beslag. Conservatoir beslag Conservatoir beslag is het onttrekken van een goed aan de vrije macht van iemand (de eigenaar). Dit wordt ook bewarend beslag genoemd. Wanneer sprake is van conservatoir beslag en de beslagene verkoopt/bezwaart/beschikt over het goed, dan is de beslagene strafrechtelijk aansprakelijk (wordt echter nauwelijks vervolgd). Overzicht conservatoir beslag:
3
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
• •
• • •
Collegejaar 2015-2016
Omschrijving en rechtsgevolg Forward/Huber (Stergrond) Algemene regels (art. 700-710a Rv) Fasering in de regel verlofprocedure conservatoir beslag NB mogelijkheid van conservatiegeschil Bijl/ Van Baalen (Inzicht in uitzicht) hoofdprocedure Ajax/ Reule (Ajaxwaar) conversie conservatoir in executoriaal beslag executie
Hoge Raad: Forward/Huber (Stergrond) In het kort: dit arrest gaat over de grond rond schiphol waar veel gestoei over is en procedures zijn geweest. In deze zaak wordt er beslag op deze gronden gelegd (onroerend goed). Hubert heeft een vordering op Forward (schadevergoeding) en legt conservatoir beslag op de stergronden. Er kan niet alleen beslag worden gelegd. Hieraan moet een vordering (tot schadevergoeding) voorafgaan of worden gevolgd door het instellen van een vordering (tot schadevergoeding). Forward verkoopt de beslagen grond aan SADC. De rechtsvraag in deze zaak is als volgt. Maakt conservatoir beslag op een (onroerend) goed de rechthebbende beschikkingsonbevoegd? De Hoge Raad antwoordt hierop: nee, je wordt niet beschikkingsonbevoegd door beslag (Forward is beschikkingsbevoegd), maar vervreemding of bezwaring (beschikking) kan niet tegen de beslaglegger worden ingeroepen. De vervreemding van Forward aan SADC kan niet tegen Huber worden ingeroepen (art. 505 lid 2 Rv jo. Art. 726 Rv). Indien opheffing van het beslag plaatsvindt strekt dat tot het wegnemen van deze beperking. Let op: voor executoriaal beslag de artikelen 430 e.v. Voor conservatoir beslag de artikelen 700 e.v. Conclusie van de Hoge Raad in Forward/Huber: • (ook in r.o. 3.3.3): • ‘Daarom verkrijgt derde die - zoals in het onderhavige geval SADC en Televerde - na de beslaglegging de eigendom van het beslagen goed heeft verkregen, derhalve met de beperking als hiervoor bedoeld, door de uitvoerbaar bij voorraad verklaarde opheffing van het beslag alsnog de eigendom van dat goed zonder die beperking.’ Algemene regels
4
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Algemene regels voor het conservatoir beslag zijn te vinden in de artikelen 700 e.v. Rv. Kei in verhouding met het beslagrecht heeft geen benoemingswaardige invloed (behalve het inleidend procesdossier). Voorts kan er niet zomaar conservatoir beslag worden gelegd. Hiervoor is een verlofprocedure nodig bij de voorzieningenrechter. De voorzieningenrechter moet verlof geven voor het leggen van conservatoir beslag. Wanneer het conservatoir beslag wordt uitgevoerd en de wederpartij wil hiertegen actie ondernemen, dan kan dit middels een conservatiegeschil. Hoge Raad: Bijl/van Baalen (inzicht in uitzicht) Dit arrest gaat nader in op het conservatiegeschil. In het kort betreft dit arrest een erfdienstbaarheid (van uitzicht) van Bijl t.o.v. van Baalen. Van Baalen vraagt niettemin een bouwvergunning aan. Bijl mengt zich met deze bestuursrechtelijke procedure om zo te voorkomen dat de vergunning aan van Baalen wordt verleend. Van Baalen vordert schadevergoeding van Bijl vanwege onrechtmatig verzet tegen de bouwvergunning. De rechtbank in de bodemprocedure wijst de vordering af waartegen van Baalen appel instelt. Ook uit het appel volgt een afwijzing. Van Baalen legt conservatoir beslag op goederen van Bijl vanwege de vordering tot schadevergoeding op hem. Bijl begint hiertegen een opheffingsgeschil tegen van Baalen en vordert dat het beslag wordt opgeheven. De rechtsvraag in deze zaak is als volgt. Dient de voorzieningenrechter, indien hij heeft te beslissen over een vordering tot opheffing van een conservatoir beslag, zijn vonnis in beginsel af te stemmen op het oordeel van de bodemrechter, waarbij de hoofdvordering wordt afgewezen? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag met: Nee, ook niet onder het voorbehoud van kennelijke misslagen in de uitspraak van de bodemrechter. De wederzijdse belangen van partijen dienen te worden afgewogen en het oordeel van de bodemrechter kan slechts meewegen als omstandigheid dat deze reeds uitspraak heeft gedaan in de hoofdzaak. Snijders is het hier zelf niet mee eens: het bodemoordeel moet als leidraad genomen worden, anders is het onrechtvaardig. Meestal vindt een beslagverlof zonder hoor- en wederhoor plaats (ex parte), omdat anders slapende honden wakker gemaakt kunnen worden. Dit is in strijd met art. 6 EVRM, maar wordt gerechtvaardigd door het recht tot effectuering. Echter, er is nog nooit een zaak bij het EHRM aanhangig gemaakt over dit onderwerp. Termijn instellen hoofdsprocedure na beslag Wanneer het verlof is verleend en het beslag is gelegd dan moet dit gevolgd worden door een titel. Art. 700 lid 3 Rv zegt dat binnen acht dagen de eis in de hoofdzaak aanhangig moet worden gemaakt (indien dit nog niet is gedaan). Hoofdprocedure
5
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Ajax/Reule (Ajaxwaar) In het kort gaat deze zaak over een geschil vanwege allerlei (Ajax) spullen die Reule in het verkeer heeft gebracht. Ajax begint een procedure tegen Reule tot afgifte van de spullen. Daaraan voorafgaand legt Ajax een conservatoir beslag tot afgifte op de (Ajax) spullen. Meestal is er sprake van een verhaalsbeslag waar beslag wordt gelegd op goederen waar, na executie, verhaal kan worden gemaakt op de opbrengst. De rechtsvraag in deze zaak en het antwoord is zijn simpel en betreffen: Is het instellen van een vordering in kort geding aan te merken als het instellen van een eis in de hoofdzaak als bedoeld in art. 700 lid 3 Rv? Antwoord van de Hoge Raad: Ja. De vordering in de hoofdzaak wordt toe- of afgewezen. Indien de vordering wordt toegewezen wordt het conservatoir beslag van rechtswege omgezet in een executoriaal beslag (conversie). Vervolgens kan het vonnis worden geëxecuteerd. Diverse soorten conservatoir beslag (art. 711 e.v Rv) Er zijn diverse soorten conservatoir beslag zoals o.a. het derdenbeslag. Hoge Raad: Van den Bergh/Van der Walle (kredietruimte) Dit arrest gaat over een bijzondere vorm van derdenbeslag, namelijk kredietruimte. Voorbeeld (derde)beslag: de beslaglegger denkt een vordering te hebben op B. B (de beslagdebiteur) betaalt niet. A (de beslaglegger) legt beslag (ten laste van B) onder C (derdebeslagene). C is in de meeste gevallen een bank (bankbeslag). Er wordt beslag gelegd op wat de debiteur te vorderen heeft van de bank. Dit komt in het dagelijks leven veelvuldig voor. Ander voorbeeld: er wordt (derde)beslag gelegd op een huurder wie huur verschuldigd is aan de debiteur. De rechtsvraag in deze zaak is als volgt: Kan beslag op (nog niet afgeroepen) kredietruimte uit een bestaande kredietovereenkomst gelegd worden? De Hoge Raad antwoordt met: nee: conservatoir beslag kan niet worden gelegd op nietbenutte kredietruimte want het gaat hier nog niet om een vordering (maar om een wilsrecht). Kredietruimte is geen goed en beslag kan alleen worden gelegd op goederen; dat mogen vorderingen zijn zoals betaling van huur, banksaldo en zelfs tot op zekere hoogte betaling van loon.
6
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Executoriaal beslag De algemene regels voor het executoriaal beslag staan in de artikelen 430 t/m 438c Rv. Onder deze algemene regels geldt onder andere de eis van betekening (art. 430 jo. Art. 156 Rv). Er kan namelijk niet zomaar een vonnis worden geëxecuteerd. Hiervoor moet worden betekend een rechterlijke uitspraak of andere authentieke akte (akte: een ondertekend geschrift bestemd om tot bewijs te dienen, authentieke akte: een ondertekend geschrift bestemd om tot bewijs te dienen afkomstig van een rechter, deurwaarder of ander daartoe aangewezen persoon – art. 156 Rv). Afgezien van de algemene regels zijn er ook regels die bepaalde soorten beslagen betreffen. Deze staan in de artikelen 439 e.v. Rv. Een specifiek soort beslag is het derdenbeslag. Hierover gaat de zaak Van Berkel/Tribosa (huurpenningen). Hoge Raad: Van Berkel/Tribosa (huurpenningen) In het kort gaat dit arrest over de verhuur van een fabriekspand waar beslag op wordt gelegd. Niet het pand wordt in beslag genomen, maar de huurpenningen van de huurders van het pand. Het beslag wordt dus gelegd over datgene wat de derde (de huurders) aan huur verschuldigd zijn aan de schuldenaar en daarom is het derdebeslag. De zaak gaat als volgt. Zuid-Arcade verhuurt het pand aan Tribosa. Van Berkel heeft een vordering op Zuid-Arcade. Van Berkel legt derdebeslag ten laste van Zuid-Arcade onder Tribosa op de huurpenningen (het gaat hier om conservatoir beslag, maar dit maakt niet uit want de uitwerking is hetzelfde als executoriaal beslag). Er wordt ook beslag gelegd op de toekomstige huurpenningen. Toekomstige huurpenningen kunnen niet alleen worden gecedeerd of verpand, maar er kan ook beslag op worden gelegd. De begrenzing is dat er sprake moet zijn van een bestaande rechtsverhouding. De rechtsverhouding is bestaand, omdat er sprake is van een reeds bestaande huurovereenkomst. De regeling van het derdebeslag is te vinden in art. 475 Rv. Omdat er sprake is van een conservatoir beslag, moet er een hoofdprocedure worden ingesteld door Van Berkel tegen Zuid-Arcade. ZuidArcade verkoopt en levert het pand (waar Zuid-Arcade ondanks het beslag gewoon eigenaar van is) aan het Spoorweg Pensioenfonds. Wordt dit anders behandeld omdat het pand niet in beslag is genomen (louter de huurpenningen)? Is de regel koop breekt geen huur hier van toepassing (art. 3:264 jo. 7:226 BW). Door de overdracht vindt een beschikkingshandeling door Zuid-Arcade ten behoeve van het Spoorweg Pensioenfonds plaats over het pand. Hierdoor vindt een overgang van de huurovereenkomst plaats en over de rechten van de huurpenningen. Rechtsvragen en beslissingen HR: • Stap A: is beslag op toekomstige vorderingen is mogelijk • Stap B: beschikking door beslagene werkt niet tegen beslaglegger • Stap C: huurovergang werkt ook niet tegen beslaglegger • Stap D: overgang ex art. 1612 ( 7:226 BW) na executie door hypotheekhouder werkt evenmin tegen beslaglegger Ad. A. Is beslag op toekomstige vorderingen mogelijk?
7
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Ja, via art. 718 jo art. 475 Rv (indien deze voortvloeit uit een bestaande rechtsverhouding). Ad. B. Beschikking door beslagene werkt niet tegen beslaglegger? Vervreemding werkt niet tegen de beslaglegger, behoudens regels van derdebescherming (zoals art. 475h Rv). Ad C. Huurovergang werkt ook niet tegen de beslaglegger? Dit gaat over huurovergang waar huurpenningen aan kleven. Dit werkt hetzelfde als beschikking. Huurovergang kan niet tegen de beslaglegger worden ingeroepen. Ad D. Overgang ex art. 7:226 BW na executie door de hypotheekhouder werkt evenmin tegen de beslaglegger? Wanneer het gaat om een beschikkingshandeling van de hypotheekhouder werkt ook deze niet tegen de beslaglegger. Dit voelt verkeerd omdat er wel lasten, maar geen lusten zijn. Stom, de hypotheekhouder had in de hypotheekakte een beding moeten opnemen tegen verhuur. Andere executoriale maatregelen dan beslag Directe andere executoriale maatregelen dan beslag komen aan de orde in de werkgroep. Indirecte executoriale maatregelen zijn de dwangsom en lijfsdwang. Ook daarover meer in de werkgroep. Supranationaal procesrecht Het supranationaal procesrecht gaat over het procederen bij supranationale colleges. Dit zal slechts kort worden behandeld. Benelux-Gerechtshof: beslist over zaken van Benelux-recht. Dit zou oorspronkelijk erg veel worden, maar is ingehaald door EU-recht. Bij het Benelux-Gerechtshof kan de nationale rechter ook prejudiciële vragen stellen over Benelux-recht zoals het dwangsomrecht of het merkenrecht. Hof van Justitie van de Europese Unie: hier kan (soms) rechtstreeks geprocedeerd worden, maar meestal worden prejudiciële vragen gesteld over het EU-recht. Europees Hof voor de Rechten van de Mens: hier kunnen louter klachten worden ingediend. Op grond van een klacht, wordt een uitspraak gedaan welke hopelijk het recht tot schadevergoeding toekent. Het EHRM kan geen (nationale) uitspraken vernietigen.
8
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
WEEK V Inhoud Literatuur en jurisprudentie…………………………………………………………………………………………….27 Inleiding………………………………………………………………………………………………………………………….28 Vraag 1……………………………………………………………………………………………………………………………29 Vraag 2……………………………………………………………………………………………………………………………30 Vraag 3……………………………………………………………………………………………………………………………32 Vraag 4 …………………………………………………………………………………………………………………………..33 Vraag 5……………………………………………………………………………………………………………………………34 Vraag 6……………………………………………………………………………………………………………………………35
Literatuur: Snijders – Klaassen – Meijer, Nederlands Burgerlijk procesrecht, hoofdstukken 13 en 14. Jurisprudentie: • HR 22 april 1983, NJ 1984, 145 (Ritzen en Vandeberg/Hoekstra), m.nt. WHH
• HR 25 januari 1991, NJ 1992, 172 (Van Berkel/Tribosa), m.nt. HJS
• HR 26 februari 1999, NJ 1999, 717 (Ajax/Reule), m.nt. HJS
• HR 29 oktober 2004, NJ 2006, 203 (Van den Bergh/Van der Walle), m.nt. HJS
• HR 30 juni 2006, NJ 2007, 483 (Bijl/Van Baalen), m.nt. HJS
• HR 5 september 2008, NJ 2009, 154 (Forward/Huber), m.nt. Van Mierlo
9
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Inleiding In de afgelopen weken is KEI een aantal keer voorbij gekomen. Hier is niet uitvoerig op in gegaan, omdat dat eventueel in week vijf aan bod zou komen. Week vijf is aangebroken en daarom hierbij kort wat je moet weten over de nieuwe KEI-procedure. Met de invoering van KEI wordt de dagvaarding en het verzoekschrift vervangen door één procesinleiding. Deze procesinleiding mag betekent worden op elke manier wenselijk of door een deurwaarder, maar dit is niet langer (in elke situatie) verplicht. Na de (digitale) schriftelijke ronde volgt een mondelinge behandeling van de zaak waar partijen onder andere:
hun standpunten kunnen toelichten; getuigen en deskundigen kunnen laten horen door de rechter; kunnen proberen tot een schikking te komen.
Beslag- en executierecht Het beslag- en executierecht gaat over het tenuitvoerleggen van een vonnis. Het vonnis is een executoriale titel waarmee je daadwerkelijk moet kunnen (ver)halen waarom het je te doen is. De rechter kan de wederpartij op grond van art. 3:296 BW veroordelen tot een geven, doen of nalaten. Wanneer dit plaatsvindt wordt gesproken van reëele executie. Art. 3:300 BW geeft een aantal instrumenten om een onwillige schuldenaar toch tot nakoming te dwingen. De rechter heeft op basis van deze artikelen de kracht om iemand tot reëele executie te dwingen. De meest voorkomende veroordelende vonnissen zien op een betalingsverplichting. In sommige gevallen zien vonnissen op nakoming of het nalaten van iets. Vorderingen tot betaling kunnen direct worden geëxecuteerd op grond van art. 3:276 BW: alle goederen zijn vatbaar tot uitwinning tot betaling van schulden. Er kan ook (derde)beslag worden gelegd bij een bank. De bank zal vanaf het moment van beslag betalen aan de crediteur in plaats van de debiteur. Tot zover is gesproken over directe executiemiddelen. Er zijn ook indirecte executiemiddelen: de dwangsom en lijfsdwang. Deze indirecte executiemiddelen zijn pressiemiddelen van de crediteur om de debiteur tot nakoming te prikkelen. Indirecte executiemiddelen vervangen niet de hoofdprestatie, maar staan daarnaast zodat de debiteur zich aan de hoofdverplichting zal gaan houden. Een dwangsom wordt veel toegepast in zowel kortgeding als bodemprocedures. Beide executiemiddelen kunnen niet op geldvorderingen worden gelegd. Bij lijfsdwang wordt hier een uitzondering op gemaakt in alimentatiezaken (art. 585 sub b Rv).
10
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Vraag 1
In het kader van een echtscheidingsprocedure vordert Fietje Rademaker als nevenvoorziening van haar man Dirk Broekema een bedrag van € 4.000,- per maand aan alimentatie.
Omdat Fietje verzekerd wil zijn van deze maandelijkse inkomsten, vraagt zij haar advocaat of Dirk een dwangsom en/of lijfsdwang kan worden opgelegd, voor het geval hij niet aan de veroordeling voldoet.
a. Wat zal haar advocaat Fietje antwoorden?
De dwangsom is een door de rechter op vordering van de eiser (of verzoeker) vastgestelde geldsom, die de debiteur ten behoeve van eiser verbeurt wanneer hij de hoofdvordering niet nakomt (art. 611a Rv). De dwangsom vervult vooral een nuttige functie als prikkel tot nakoming van een veroordeling daar waar reëele executie niet mogelijk is. De advocaat van Fietje zal antwoorden dat het niet mogelijk is een vordering tot verbeuring van een dwangsom aan de rechter voor te leggen, omdat krachtens art. 611a lid 1 Rv een dwangsom niet kan worden opgelegd wanneer de vordering strekt tot betaling van een geldsom (art. 611a lid 1 Rv). De advocaat zal antwoorden dat op grond van art. 585 sub b Rv lijfsdwang verzocht kan worden, omdat voor lijfsdwang een uitzondering geldt in alimentatiezaken. In geval van directe executie is het van belang goed voor ogen te houden wat geïnd moet worden. Op grond van art. 3:276 BW kan verhaal worden gelegd op alle goederen van de schuldenaar, maar hiervan worden enkele vermogensbestanddelen door de wet uitgezonderd. De vermogensbestanddelen waarop geen beslag mag worden gelegd staan vermeld in de artt. 447 en 448 Rv. Let op de uitzondering van art. 448 lid 2 onder 1 en 2 Rv want op grond van dat lid mag (behoudens de uitzondering) beslag worden gelegd op de in lid 1 genoemde vermogensbestanddelen. Geen beslag kan worden gelegd op goederen bestemd voor de openbare dienst (dit wil niet zeggen dat de overheid de facto eigenaar is), er mag bijvoorbeeld geen beslag worden gelegd op een trein van de nationale spoorwegen. Verhaalsbeslag op een vordering tot betaling kan worden gelegd door middel van executoiraal en conservatoir beslag. Voor een executoriaal beslag is krachtens art. 430 Rv een titel vereist (dan kan een vonnis zijn), maar ook een procesverbaal als bedoeld in art. 87 lid 3 Rv. Indien de titel niet wordt nagekomen, levert dit een executoriale titel op. Deze executoriale titel legitimeert de deurwaarder beslag te leggen. Conservatoir beslag wordt geregeld in de artt. 700 e.v. Rv. Voor conservatoir beslag is vooraf verlof nodig van de voorzieningenrechter (dit moet verzocht worden middels een verzoekschrift) ex art. 700 Rv jo. art. 262 Rv. Wanneer het verzoek tot verlof wordt toegewezen, wordt dit verzonden naar de deurwaarder. De deurwaarder kan direct beslagleggen op het goed om zich vervolgens pas tot de wederpartij te wenden. Hoor- en wederhoor is geen noodzakelijk vereiste in deze procedure. De rechter kan kiezen de wederpartij te horen, maar is hiertoe niet verplicht. In de meeste gevallen zal de rechter ervoor kiezen de wederpartij niet te horen zodat geen slapende honden wakker worden gemaakt. De wederpartij kan een vordering tot opheffing van het beslag instellen (kortgeding of bodemzaak) krachtens art. 705 Rv. De conclusie kan getrokken worden dat effectuering van een recht (in geval van beslagrecht) hoger weegt dan 11
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
het hoor- en wederhoor beginsel. Deze inbreuk (op art. 6 EVRM) wordt ‘gelegitimeerd’ door de snelle mogelijkheid een procedure tot opheffing in te stellen in een kortgeding-zaak.
Vraag 2
Hierna is het volgende verzoekschrift opgenomen (zie werkboek):
Verzoekschrift tot het leggen van conservatoir verhaalsbeslag onder debiteur.
Beantwoord voor het verzoekschrift de volgende vragen:
a. Is het beslag een conservatoir of een executoriaal beslag?
Er is sprake van een conservatoir beslag, omdat dit boven het verzoek staat. Bovendien is een verzoek om verlof alleen verplicht in het geval van een conservatoir beslag. Voorts staat in punt 4 van het verzoek vermeld dat het gaat om een conservatoir beslag. b. Waarop wil verzoeker beslag leggen?
Op de roerende zaken van de gerekwestreerde als genoemd in punt 4 van het verzoek. c. Waarom wordt gesproken over ‘vrees voor verduistering’. Er wordt gesproken over een vrees voor verduistering omdat dit een voorwaarde is voor het leggen van conservatoir beslag conform art. 711 lid 1 Rv. In casu moet worden voldaan aan de voorwaarden uit art. 711 Rv jo. art. 700 Rv jo. art. 64 Rv jo. art. 712 Rv (en de verschillende bepalingen daaruit).
d. Is de hoofdzaak reeds aanhangig?
Nee, omdat in het verzoek onder punt 2 wordt verzocht om de termijn tot instellen van de vordering te verlengen van 8 naar 14 dagen. Op grond van art. 700 lid 3 Rv kan dit verlof inderdaad worden verlengd (in sommige gevallen). Wanneer de eis is ingesteld is aan de voorwaarden voldaan. De eis mag tevens worden ingesteld in kortgeding zo blijkt uit het arrest van de Hoge Raad: Ajax/Reule, mits de vordering strekt tot het beslag. Wanneer de eis niet op tijd wordt ingesteld vervalt het beslag en/of is dit tevens een grond voor opheffing ervan. Ajax/Reule (Ajaxwaar) In het kort gaat deze zaak over een geschil vanwege allerlei (Ajax) spullen die Reule in het verkeer heeft gebracht. Ajax begint een procedure tegen Reule tot afgifte van de spullen. Daaraan voorafgaand legt Ajax een conservatoir beslag tot afgifte op de (Ajax) spullen. Meestal is er sprake van een verhaalsbeslag waar beslag wordt gelegd op goederen waar, na executie, verhaal kan worden gemaakt op de opbrengst. De rechtsvraag in deze zaak en het antwoord is zijn simpel en betreffen:
12
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Is het instellen van een vordering in kortgeding aan te merken als het instellen van een eis in de hoofdzaak als bedoeld in art. 700 lid 3 Rv? Antwoord van de Hoge Raad: Ja.
e. Wordt gerekwestreerde opgeroepen om te worden gehoord op het verzoek?
De rechter is niet verplicht de gerekwestreerde op te roepen om te horen op het verzoek. Dit is alleen verplicht wanneer het beslag strekt tot loonvorderingen of periodieke betalingen. f. Waar vindt u de bijpassende beschikking? De advocaat maakt het verzoekschrift en neemt daaronder als standaard op wat de rechter normalitair zou invullen. Het verzoekschrift wordt na de formaliteiten van de rechter ‘omgetoverd’ (geconverteerd) tot een vonnis.
g. Wat kan de gerekwestreerde, indien hij/zij wenst op te komen tegen het gelegde beslag, ondernemen nadat de deurwaarder beslag heeft gelegd? De gerekwestreerde kan een conservatoirgeschil instellen tegen de beslaglegger op grond van art. 705 Rv. Indien de vordering waartoe het conservatoir beslag strekt in de hoofdzaak wordt afgewezen, vervalt het beslag niet. Het beslag vervalt pas wanneer de uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan (art. 704 lid 2 Rv). Kracht van gewijsde houdt in dat de uitspraak kracht heeft en onaantastbaar is geworden. Gezag van gewijsde houdt in dat een vonnis gezag heeft waardoor de rechtsverhouding tussen personen niet kan worden aagetast. Dit wordt voor altijd aangemerkt als zijnde waar (art. 236 Rv). Een oplossing voor dit probleem is het instellen van een eis in reconventie (in de bodemprocedure in reactie op de dagvaarding in de conclusie van antwoord) tot opheffing van het beslag (art. 111 Rv jo. art. 128 Rv jo. art. 136 Rv). De rechter is genoodzaakt hier een beslissing over te nemen. Geadviseerd wordt deze eis in reconventie alleen te vorderen wanneer het beslag als een last wordt ervaren.
Let op: Hoge Raad: Bijl/van Baalen (inzicht in uitzicht) Dit arrest gaat nader in op het conservatiegeschil. In het kort betreft dit arrest een erfdienstbaarheid (van uitzicht) van Bijl t.o.v. van Baalen. Van Baalen vraagt niettemin een bouwvergunning aan. Bijl mengt zich met deze bestuursrechtelijke procedure om zo te voorkomen dat de vergunning aan van Baalen wordt verleend. Van Baalen vordert
13
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
schadevergoeding van Bijl vanwege onrechtmatig verzet tegen de bouwvergunning. De rechtbank in de bodemprocedure wijst de vordering af waartegen van Baalen appel instelt. Ook uit het appel volgt een afwijzing. Van Baalen legt conservatoir beslag op goederen van Bijl vanwege de vordering tot schadevergoeding op hem. Bijl begint hiertegen een opheffingsgeschil tegen van Baalen en vordert dat het beslag wordt opgeheven. De rechtsvraag in deze zaak is als volgt. Dient de voorzieningenrechter, indien hij heeft te beslissen over een vordering tot opheffing van een conservatoir beslag, zijn vonnis in beginsel af te stemmen op het oordeel van de bodemrechter, waarbij de hoofdvordering wordt afgewezen? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag met: Nee, ook niet onder het voorbehoud van kennelijke misslagen in de uitspraak van de bodemrechter. De wederzijdse belangen van partijen dienen te worden afgewogen en het oordeel van de bodemrechter kan slechts meewegen als omstandigheid dat deze reeds uitspraak heeft gedaan in de hoofdzaak.
Vraag 3 (herhaling vraag 2) Garenspinnerij De Klos B.V. te Breda heeft in januari 2015 een partij katoenen garens verkocht en geleverd aan de Verenigde Textiel Fabrieken N.V. te Enschede. De koopprijs van € 65.000,- is ondanks herhaalde aanmaning en sommatie nog niet voldaan.
De advocaat van De Klos adviseert zijn cliënte beslag te leggen op de katoenen lakens, slopen en dekbedovertrekken die zich in de fabriek in Enschede bevinden teneinde nakoming van de vordering zeker te stellen. •
Zal de advocaat een conservatoir of een executoriaal beslag laten leggen? Wat voor soort beslag zal de advocaat laten leggen?
De advocaat zal een conservatoir beslag laten leggen ter bewaring van de goederen.
•
Welke rechter is absoluut en relatief bevoegd om over het beslagrekest te oordelen?
Rekest is een synoniem voor een verzoekschrift. Absoluut bevoegd is de voorzieningenrechter en relatief bevoegd de plek waar het goed zich bevindt (art. 700 Rv). Bij vorderingen/andere vermogensrechten is de rechter in de woonplaats van de wederpartij bevoegd.
•
Moet de advocaat in zijn beslagrekest aanvoeren dat er gegronde vrees voor verduistering bestaat?
Ja, want er wordt beslag gelegd op roerende zaken. Hiervoor is krachtens art. 711 Rv een gegronde vrees voor verduistering vereist.
•
Moet de rechter de Verenigde Textiel Fabrieken N.V. horen op het verzoek?
14
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Nee, maar beslag op een handelsvoorraad zorgt mogelijk wel voor relevantie tot hoor- en wederhoor. Met het beslag leggen op de handelsvoorraad wordt de mogelijkheid tot uitvoering van het bedrijf geblokkeerd. Omdat dit een ingrijpend beslag is, kan de rechter toch beslissen tot horen van de Verenigde Textiel Fabrieken N.V. over te gaan. •
Is tegen het gegeven verlof hoger beroep mogelijk?
Nee, hoger beroep tegen verlof is uitgesloten op grond van art. 700 lid 2 Rv. Wel kan op grond van art. 705 Rv een vordering tot opheffing van het beslag worden ingesteld (eventueel in kortgeding). Hoger beroep staat wel open tegen de weigering van een verlof (a contrario). •
Welke stappen zal de advocaat van De Klos na het verkregen verlof tot het leggen van beslag ondernemen?
De advocaat zal door een deurwaarder beslag laten leggen.
•
Kan de Verenigde Textielfabrieken N.V. nog iets ondernemen tegen het beslag? Op grond van art. 705 Rv kan een vordering tot opheffing van het beslag worden ingesteld.
•
Heeft de Verenigde Textielfabrieken N.V. hiervoor een advocaat nodig?
Ja, in civiele procedures is procesvertegenwoordiging verplicht. Behalve in kortgeding; in kortgeding (en kantonzaken) kan zelfstandig of middels advocaat worden geprocedeerd (art. 79 lid 1 en 2 Rv).
Vraag 4 Patrijs B.V. heeft raamkozijnen geleverd aan aannemingsbedrijf Glastra B.V., die belast is met de bouw van 200 woningen.
Met het oog op uitstaande facturen legt Patrijs, die geen procedure tegen de aannemer wil afwachten, met verlof van de president van de rechtbank beslag onder de gemeente Zoetermeer die de woningen heeft aanbesteed. h. Is dit een executoriaal of conservatoir beslag? Wederom is sprake van een executoriaal (derde)beslag. Voor een derdebeslag is vereist dat Glastra een vordering heeft op de gemeente Zoetermeer en andersom dat de gemeente Zoetermeer een schuld heeft aan Glastra. Beslag kan worden gelegd op de vorderingen van Glastra op de gemeente Zoetermeer krachtens art. 718 Rv. Jo. art. 475 Rv. Dit, mits er sprake is van een bestaande rechtsverhouding tussen Glastra en Zoetermeer. De deurwaarder kan met een verlof van de voorzieningenrechter (indien conservatoir) naar de derde (de gemeente Zoetermeer) zodat deze de betalingen aan de debiteur (Glastra) per direct stopt. De gemeente Zoetermeer moet feitelijke op de centjes gaan zitten. Betaald de derde (de gemeente Zoetermeer) toch
15
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
aan de debiteur (Glastra), dan is deze verplicht later nogmaals te betalen aan de crediteur (Patrijs). i. Wat voor soort beslag wordt hier gelegd?
Een derdenbeslag conform art. 718 Rv jo. art. 475 lid 1 Rv. j.
Stel dat de hoofdzaak reeds aanhangig is. Is in dat geval ook verlof van de voorzieningenrechter vereist?
Ja, er is verlof vereist, omdat er nog geen (executoriale)titel is. Er hoeft echter geen termijn verzocht te worden voor het instellen van een eis in de hoofdzaak. Aan deze voorwaarde is (bij voorbaat) aan voldaan.
k. Zal in het beslagrekest gegronde vrees voor verduistering moeten worden gesteld?
Nee, want de artt. 718 en 475 Rv verplichten niet tot deze eis. Vraag 5 Verheul, die een groot huis te midden van bossen en landerijen bewoont, is door de Rechtbank Limburg zittingslocatie Maastricht bij verstek veroordeeld om aan Valk € 13.785,te betalen ter zake van geleverde tuinaarde.
Verheul betaalt ondanks betekening van het vonnis niet. Verheul beschikt over een rekening bij de ING-Bank en Valk laat uit kracht van het vonnis beslag leggen op de bankrekening. Op de datum waarop het beslag wordt gelegd, 16 september 2015, staat er een bedrag van € 4.388,- op Verheul’s rekening. Op 23 september 2015 wordt het salaris van Verheul, een bedrag van € 3.867,- netto, op diens rekening gestort. a. Wat voor beslag zal Valk laten leggen? Valk zal een executoriaal beslag laten leggen, er is ten slotte een vonnis. b. Op welk bedrag kan Valk zich verhalen? Op welk bedrag Valk zich kan verhalen is te vinden in art. 475 Rv. Onder het beslag valt de 4.388 euro die op de bankrekening staat. Bijschrijvingen, gedaan na het beslag, vallen hier niet onder. Dit, omdat ze niet zijn verkregen uit de rechtsverhouding tussen de bank en Verheul. Een eventuele rentebijschrijving valt wel onder het beslag, omdat dit voortkomt uit de rechtsverhouding. Stel dat Verheul op deze rekening een maximale kredietruimte heeft van € 2000,-. c. Wijzigt dit uw antwoord op vraag b? Nee, kredietruimte is een wilsrecht en geen goed.
16
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Hoge Raad: Van den Bergh/Van der Walle (kredietruimte) Dit arrest gaat over een bijzondere vorm van derdenbeslag, namelijk kredietruimte. Voorbeeld (derde)beslag: de beslaglegger denkt een vordering te hebben op B. B (de beslagdebiteur) betaalt niet. A (de beslaglegger) legt beslag (ten laste van B) onder C (derdebeslagene). C is in de meeste gevallen een bank (bankbeslag). Er wordt beslag gelegd op wat de debiteur te vorderen heeft van de bank. Dit komt in het dagelijks leven veelvuldig voor. Ander voorbeeld: er wordt (derde)beslag gelegd op een huurder wie huur verschuldigd is aan de debiteur. De rechtsvraag in deze zaak is als volgt: Kan beslag op (nog niet afgeroepen) kredietruimte uit een bestaande kredietovereenkomst gelegd worden? De Hoge Raad antwoordt met: nee: conservatoir beslag kan niet worden gelegd op nietbenutte kredietruimte want het gaat hier nog niet om een vordering (maar om een wilsrecht). Kredietruimte is geen goed en beslag kan alleen worden gelegd op goederen; dat mogen vorderingen zijn zoals betaling van huur, banksaldo en zelfs tot op zekere hoogte betaling van loon.
Vraag 6 (docent merkt op dat dit een belangrijke vraag is) Als je een vonnis of andere executoriale titel hebt, dan mag je deze tenuitvoerleggen (deze heeft direct rechtskracht). Denkfout: er hoeft geen drie maanden te worden gewacht totdat de beroepstermijn is verstreken. Voldaan moet zijn uit de voorwaarde in 430 lid 3: de titel moet eerst zijn betekend bij de wederpartij. Betekening is de eerste stap van de tenuitvoerlegging (daar begint de executie). Wanneer is betekend mag de deurwaarder executoriale beslagen leggen en afwikkelen. Art. 145 Rv zegt dat bij een verstekvonnis de wederpartij in verzet kan gaan, dit schorst de tenuitvoerlegging van het vonnis. Dit zelfde verhaal geldt bij hoger beroep (350) en cassatie (404). Belangrijke uitzondering: schorsende werking treedt niet op als de uitspraak uitvoerbaar bij voorraad is verklaard (233 op verzoek behalve in kortgeding – geen verzoek nodig). Wilkens huurt sedert enkele jaren een tweekamerappartement van Gaaijhoven. Wilkens heeft het laatste jaar een flinke huurachterstand opgebouwd, reden voor Gaaijhoven om Wilkens voor de kantonrechter te dagvaarden. Wilkens verschijnt in persoon en voert verweer.
De kantonrechter wijst de vordering tot ontruiming ondanks verweer van Wilkens toe. Het vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard en wordt aan Wilkens betekend. De deurwaarder laat Wilkens weten op zeer korte termijn tot ontruiming te zullen overgaan. Meteen na deze mededeling vervoegt Wilkens zich bij u. Wilkens wil uiteraard de ontruiming uitstellen, en zo mogelijk afstellen. Hij is van mening dat, nu hij begrepen heeft dat hij van het vonnis in appel kan gaan, Gaaijhoven hem in ieder geval tot de uitspraak in appel respijt moet geven. •
Schort appel de tenuitvoerlegging van het vonnis op?
17
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
Nee, want het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard (art. 233 Rv). •
Welke procedure overweegt u – naast het appel – aanhangig te maken en waarom?
Een kortgedingprocedure conform art. 438 Rv tot opheffing van het vonnis.
•
Schorst het aanhangig maken van deze procedure de tenuitvoerlegging van het vonnis? Nee, het enkele aanhangig maken van een kortgedingzaak schorst het vonnis niet. Dat is nu net waar de zaak voor aanhangig wordt gemaakt.
•
Welke rechter is bevoegd van deze vordering kennis te nemen?
De rechtbank of de kortgedingrechter van deze rechtbank krachtens art. 438 Rv.
•
Wilkens vraagt u hoeveel kans hij maakt in de door u – naast het appel – aanhangig te maken procedure.
Wat antwoordt u hem?
De kans dat je wint is uiterst klein. De rechter moet handelen naar het schorsen/buitenwerking stellen van het vonnis van een collega. De maatstaf is neergelegd in het volgende arrest.
HR: Ritzen/Hoekstra (ontruiming) In het kort: Hoekstra (verhuurder) vordert ontruiming van Ritzen wegens een huurachterstand. De kantonrechter wijst de vordering tot ontruiming toe. Ritzen is het niet eens met de (toewijzing van) vordering en stelt 1)appel in tegen het vonnis van de kantonrechter en 2)maakt een executiegeschil aanhangig waarin hij staking van de executie vordert. De rechtsvraag in deze zaak is als volgt. Onder welke omstandigheden is een rechterlijk bevel tot staking van de executie van een voor voorlopige tenuitvoerlegging vatbaar vonnis in afwachting van de beslissing op het door eiser tegen dit vonnis ingestelde hoger beroep toegestaan? In het kort: wat is het materiaal voor de beoordeling van een aanhangig executiegeschil? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag met: ‘wanneer een in redelijkheid te respecteren belang bij de executie ontbreekt; daarvan kan sprake zijn in het geval van: 1) een juridische of feitelijke misslag of 2) op grond van een nova geëxecuteerde anders klaarblijkelijke noodtoestand. Het moet wel heel bont gemaakt worden wil er geen belang zijn bij de executie. Een voorbeeld van het tweede is wanneer een vonnis gewezen dat een veroordeelde uit zijn huis is gezet, maar snel een nieuw pand moet vinden om zijn vrouw plus kinderen onderdak te
18
Hoor-en werkcolleges burgerlijk procesrecht
Collegejaar 2015-2016
bieden. De rechter kan in een executiegeschil de executie staken of een verlengd termijn tot vertrek bieden.
19