Hofcultuur op Paleis Het Loo in de 17e eeuw Reader bij examenonderwerp Kunstvakken HAVO
1
Inleiding Deze reader gaat over het onderwerp ‘Hofcultuur op Paleis Het Loo in de 17 e eeuw’. Dit thema past bij het eindexamenonderwerp kunstvakken ‘Hofcultuur in de 16 e en 17e eeuw’ voor HAVO (2014 en 2015). Paleis Het Loo werd eind 17e eeuw gebouwd door koning-stadhouder Willem III. Deze reader gaat daarom voornamelijk over het paleis en het hofleven in de tijd van Willem III op Het Loo, van 1686 tot 1702. De volgende onderwerpen komen aan de orde: Paleis Het Loo: jachtslot en zomerpaleis Paleis Het Loo als pronkpaleis Classicisme en barok De Hollandse baroktuin Hofleven
2
Deel 1 – Introductie Paleis Het Loo werd vanaf het eind van de 17e eeuw tot en met halverwege de 20e eeuw door de Oranjes gebruikt als zomerpaleis. Sinds 1984 is het paleis een museum. De buitenkant van het paleis en de tuinen zien er na een restauratie precies zo uit als in de 17e eeuw. De woonvertrekken in het paleis zijn gewijd aan de Oranjes die Paleis Het Loo hebben bewoond en laten daarmee interieurstijlen vanaf de 17 e tot en met de 20ste eeuw zien.
De tuin van Paleis Het Loo Het ontstaan van Paleis Het Loo De Oranje-stadhouder Willem III besloot in 1684 een nieuw paleis te bouwen bij het middeleeuwse kasteeltje Het Oude Loo. Het paleis was bedoeld als jachtslot en zomerpaleis. Het paleis lag buiten het toen nog kleine dorp Apeldoorn. Net als nu lag Paleis Het Loo in het groen. Vroeger waren er nog niet zoveel bomen. Die zijn pas in de 19e eeuw aangeplant.
Luchtfoto van Paleis Het Loo, linksonder het middeleeuwse kasteeltje Het Oude Loo
3
Er waren twee belangrijke redenen om juist hier een paleis te bouwen. De eerste reden was dat er op de Veluwe veel wild was, een ideale plaats dus voor een jachtslot. De tweede reden was de lage ligging van deze plek. Vanuit het hoger gelegen Hoog Soeren stroomde het water door de sprengen, aangelegde beekjes, naar de laagste plek, een vijver in het paleispark. Vanuit daar werd het water door een aardewerken pijpleiding naar de paleistuinen geleid. Door het hoge verloop stroomde het water snel, dat maakte het ideaal voor fonteinen. Ook was er voldoende water voor de planten en bloemen in de tuin.
De aardenwerken pijpleiding De eerste bewoners Paleis Het Loo werd gebouwd in opdracht van Willem III en zijn echtgenote Mary. Willem III was stadhouder van de Republiek der Verenigde Nederlanden. Hij was getrouwd met Mary Stuart, de dochter van de Engelse koning. In 1689 werd zijn schoonvader verjaagd als koning van Engeland. De Engelse bevolking vroeg Willem en Mary om koning en koningin van Engeland, Schotland en Ierland te worden.
Willem III en Mary als koning en koningin van Engeland (prent van hofkunstenaar Romeyn de Hooghe) 4
Willem III en Mary hadden geen kinderen. Toen zij beiden waren overleden, werden de Oranjes geen koning meer van Engeland. Een verre neef van Willem werd stadhouder in Nederland. Anne, de zus van Mary, werd koningin van Engeland. Omdat Willem III zowel stadhouder van Nederland als koning van Engeland was, was hij de meest machtige Oranje ooit. Latere Oranjes Nadat Willem III en Mary overleden, bleef Paleis Het Loo in bezit van de stadhouders en later de koningen en koninginnen van Nederland. De Oranjes kwamen hier alleen in de zomer, in de winter waren ze in hun paleizen in Den Haag. Elke bewoner liet de vertrekken inrichten naar de op dat moment heersende mode. Zo zie je in Paleis Het Loo vertrekken uit verschillende stijlperiodes. De vertrekken van de eerste bewoners – Willem III en Mary Stuart – zijn ingericht in de 17e-eeuwse Barokstijl. In de 18e eeuw was de Rococo-stijl in de mode. In de periode 1806-1810 was het paleis eigendom van koning Lodewijk Napoleon, die door zijn broer keizer Napoleon tot koning van Holland was benoemd. Lodewijk Napoleon richtte het paleis in in toen populaire Empire-stijl, gebaseerd op de stijl van de Franse keizer Napoleon. Toen koning Willem I aan het begin van de 19e eeuw koning van Nederland werd, hield hij de empireinrichting van het paleis aan. De vertrekken in de tweede helft van de 19e eeuw zijn ingericht in de Romantische stijl. Een belangrijke bewoner van Paleis Het Loo was koning Wilhelmina, de overgrootmoeder van koning Willem-Alexander. Als kind woonde Wilhelmina al in de zomer met haar ouders op Het Loo. Na haar aftreden in 1962 ging ze hier het hele jaar door wonen. In het paleis zijn onder ander haar speelkamer uit haar kindertijd en haar werkkamer te zien. Door de verschillende stijlen is Paleis Het Loo een soort tijdmachine!
5
Deel 2 – Een Pronkpaleis Een zomerhuisje Paleis Het Loo werd gebouwd als ‘eenvoudig’ zomerpaleis. Toch was ook dit paleis zeker bedoeld om mee te pronken. Het paleis en vooral de tuinen waren een entourage voor vorstelijk vertoon. Willem III en Mary ontvingen gasten in hun appartementen en vooral in de tuin, die beroemd werd in heel Europa. De Audiëntiezaal en het grote Trappenhuis waren bedoeld om gasten te imponeren. Het trappenhuis is beschilderd met portretten van rijke edelen uit het Nabije Oosten. Hiermee lieten Willem en Mary zien dat ze wisten dat de wereld groter was dan alleen maar Europa.
Het grote trappenhuis met de wandschildering Willem en Mary hadden zelfs een schilderijengalerij. Hier konden de gasten met een glaasje wijn langs schilderijen van beroemde voorvaders wandelen. Het zal geen verrassing zijn dat ook deze galerij bedoeld was om mee te pronken. Appartementen In de 17e eeuw was het gebruikelijk om het paleis in te delen in appartementen. Dit zijn opeenvolgingen van een aantal vertrekken, zoals de slaapkamer en kabinetten. De kabinetten waren vaak kleinere vertrekken waarin de bewoners prettig konden zitten. Willem en Mary hadden beide een appartement. Er waren ook gemeenschappelijke vertrekken, zoals de audiëntiezaal en de eetzaal. Belangrijke bezoekers werden ontvangen in de privé-vertrekken in het appartement, soms zelfs in de slaapkamer.
6
In de tijd van Willem en Mary was het reizen tussen Den Haag en Apeldoorn een enorme onderneming. Voordat Willem en Mary naar Apeldoorn gingen, ging een paar weken eerder een stoet met paarden, koetsen en bedienden alvast naar Apeldoorn om alles in orde te maken. Per paard duurde het drie of vier dagen vanuit Den Haag naar Apeldoorn. Er werd dan wel af en toe tussendoor uitgerust. Kwamen er ook dames mee, dan werd er per koets gereisd en kon de reis wel meer dan een week duren. Toen Willem III en Mary in 1689 koning en koningin van Engeland werden, besloten ze om Paleis Het Loo uit te breiden zodat dit beter zou passen bij hun nieuwe status. Zo werd er een nieuwe Eetzaal gebouwd. Mary overleed al in 1694; ze heeft de aanpassingen in het paleis nooit zelf gezien. Een imponerende tuin De tuin was misschien nog wel belangrijker dan het paleis. De tuin was bedoeld om in te wandelen, maar vooral ook om mee te pronken. In de tijd van Willem III en Mary was de tuin toegankelijk voor bezoekers. Alleen de Koningstuin en Koninginnetuin waren privéterrein. Bezoekers vanuit heel Europa kwamen naar Apeldoorn om de tuin te bekijken. Veel bezoekers schreven en vertelden over de tuin, zodat Het Loo beroemd werd in heel Europa. De tuinen van Het Loo werden gebruikt voor ontvangsten en ontspanning. Bij beide functies speelt de uitstraling van macht en rijkdom een grote rol. De tuin met de mooie bloemen, hoge fonteinen en imponerende beelden moest de bezoeker overdonderen. Alle zintuigen werden hierbij gebruikt: behalve wat de bezoeker allemaal zag, rook je ook de geurende bloemen en hoorde je het rustgevende geluid van de ruisende fonteinen. Met de tegenstelling tussen het strakke classicistische gebouw en de overdadige tuin werd bewust gespeeld: de indrukwekkende tuin achter dit bescheiden paleis was voor de bezoekers in de 17e eeuw een grote verrassing.
Bezoekers bewonderen de fonteinen In deze tuin kon de koning nog beter dan in het paleis laten zien dat hij macht en geld had: de koning en zijn gevolg waren acteurs met de tuin als toneel. De tuin was door de brede paden zeer geschikt om te wandelen: ook dames met een brede jurk konden er goed lopen. Achter in de boventuin bij de colonnades waren enkele rustplaatsen waar wandelaars konden uitrusten in de schaduw.
7
Vijand en voorbeeld Willem III was een vorst uit de baroktijd. Een zeer bekend voorbeeld van een barok hof was dat van de Franse koning Lodewijk XIV (de ‘Zonnekoning’) aan zijn paleis Versailles, vlak bij Parijs. Lodewijk XIV was zowel de grootste vijand als het grootste voorbeeld voor Willem III. De katholieke Franse koning probeerde om de Nederlanden bij het Franse koninkrijk te voegen. De protestantse Willem III probeerde dit te voorkomen, met enkele oorlogen tot gevolg.
Lodewijk XIV Hoewel de twee koningen vijanden waren, moest Willem III toch accepteren dat Lodewijk XIV toonaangevend was in de hofcultuur: alle Europese hoven volgden de Franse mode op te voet. Lodewijk XIV hield van luxe en bepaalde het vorstelijk vertoon: in kleding, staatsdiners, hoffeesten, de inrichting van paleizen en leefregels aan het hof. Ook Willem III volgde de Franse hofmode. Het is daarom ook niet vreemd dat het paleis en de tuinen van Het Loo doen denken aan Lodewijks paleis Versailles. Ook al was Paleis Het Loo maar een zomerverblijf, het moest dezelfde uitstraling als Lodewijks paleis krijgen. En met succes: de tuin van Paleis Het Loo werd in heel Europa beroemd. Zelfs op Versailles was men jaloers: daar spoten de fonteinen niet dertien meter hoog en was er geen vers water om de bloemen en planten in de tuin van water te voorzien.
8
Deel 3 – Classicisme en Barok
Classicisme Paleis Het Loo is gebouwd in de classicistische stijl. Dit was de meest gebruikte bouwstijl in de 17e eeuw. Het Paleis op de Dam in Amsterdam is een bekend voorbeeld van deze stijl.
Het Paleis op de Dam Het classicisme verwijst naar de bouwstijl die werd gebruikt in de Romeinse en Griekse oudheid. In de 17e eeuw was er veel interesse voor de Klassieke Oudheid en de klassieke ideeën over schoonheid. Classicistische gebouwen hebben meestal een ‘strakke’ gevel zonder al te veel versiering. De schoonheid van deze gebouwen zit meer in de perfecte verhoudingen dan in versieringen. Een belangrijk aspect van het classicisme is dan ook symmetrie. Dit zorgt ervoor dat de verhoudingen van het gebouw in harmonie zijn. In de 17e eeuw vond met het belangrijk dat je meteen aan een gebouw kon zien wat de functie was: een gerechtsgebouw, een kerk of een woonhuis. Een officieel gebouw als een gerechtsgebouw of paleis moet indruk maken. Daarom hebben deze gebouwen vaak een imponerende uitstraling.
9
De symmetrische voorgevel van Paleis Het Loo Paleis Het Loo is duidelijk een classicistisch gebouw. Een belangrijk element uit de classisistische stijl (en dus gebaseerd op de Klassieke bouwkunst) is het fronton (ook wel timpaan genoemd), de driehoekige vorm op de gevel. In de fronton is Diana, de Romeinse godin van de jacht, afgebeeld. Aan dit fronton en aan de versieringen links en rechts met de herten en everzwijnen is duidelijk te zien dat het paleis een jachtslot is. Een ander classistisch element is dat het paleis precies gespiegeld is: het linker- en het rechterdeel zijn gelijk.
Het fronton met daarin Diana, de godin van de jacht
10
Barok De buitenkant van het paleis is een goed voorbeeld van classicisme, maar binnen zijn de 17e-eeuwse vertrekken van Willem III en Mary in de barok-stijl ingericht. Net als in classicisme is ook in de barok symmetrie belangrijk. Maar binnen die symmetrie wordt veel versiering aangebracht in de vorm van ingewikkelde patronen. De opvolgende stijl Rococo is juist a-symmetrisch. Ook in het interieur van het paleis zie je symmetrie terug. Een mooi voorbeeld is de Audiëntiezaal. Om de zaal symmetrisch te maken, werden zelfs extra schijnvensters- en deuren toegevoegd.
De Audiëntiezaal Andere barokke aspecten zijn de sterke licht-donker contrasten en een overdaad aan dure materialen, zoals marmer. Zoals genoemd zijn de vertrekken van Willem III en Mary in de barok-stijl ingericht. Daarnaast zijn in het paleis ook vertrekken te zien van de stadhouders Willem IV en Willem V, de koningen Willem I, II en III en koningin Wilhelmina. Deze vertrekken zijn ingericht in de stijlen die toen gebruikelijk waren, zoals Rococo, Empire en Romantiek. Hofontwerper Een belangrijke persoon voor Paleis Het Loo is Daniel Marot. Deze Franse ontwerper vluchtte naar Nederland en werd hofarchitect van Willem III. Daniel Marot voerde de Franse stijl ook in Paleis Het Loo door. Marot was bij uitstek een barokontwerper. Voorbeelden zijn patronen op stoffen van meubels en wandkleden. Deze patronen zie je ook terug in de tuin: Marot was de ontwerper van de patronen met de buxushaagjes. De stijl van Marot werd zeer geliefd als hofstijl: de ontwerpen voor patronen werden zelfs verzameld in boeken.
11
Een ontwerp voor een stoffenpatroon en de koninklijke slaapkamer door Marot
Een parterre in de tuin naar ontwerp van Marot Elementen uit de Klassieke Oudheid Naast barok-versiering kom je in het paleis ook elementen tegen die geinspireerd zijn op de Klassieke Oudheid. Een goed voorbeeld zijn de versieringen van de bovenstukken boven de deuren. Daarvoor werden typisch klassieke elementen gebruikt als Romeinse helmen, lauwerkransen en medaillons met Romeinse keizerskoppen. In de Nieuwe Eetzaal zijn klassieke pilaren en pilasters te zien. In het Grote Trappenhuis komt de Romeinse godin Diana weer terug, om nog eens te benaderukken dat Het Loo een jachtslot is.
12
Deel 4 – De Hollandse baroktuin Ook voor de tuin koos Willem III voor classicisme en barok. Symmetrie speelt hierbij een belangrijke rol. Op de plattegrond zie je dat de tuin helemaal symmetrisch is: de middenas loopt vanaf het midden van het paleis naar helemaal achter in de tuin. Links en rechts zijn spiegelbeeld van elkaar. Het strakke lijnenspel maakt dat de tuin in harmonie is. Hieraan werd in de 17 e eeuw veel waarde gehecht. Een barok-aspect is dat alles keurig binnen de lijntjes valt, maar daarbinnen is veel versiering aangebracht. Zo’n strak ingedeelde tuin wordt ook wel een formele tuin genoemd. Andere namen zijn baroktuin of Franse tuin.
De tuin van Paleis Het Loo is symmetrisch De tuinen van Paleis Het Loo zijn weliswaar geïnspireerd door de tuinen van Versailles, maar het is zeker geen kopie. Nederlandse tuinontwerpers gaven een eigen draai aan de Franse baroktuin: zo is de tuin van Paleis Het Loo veel kleiner dan die van Versailles. De tuin van Het Loo heeft een meer menselijke maat. Een ander belangrijk aspect van de Hollandse tuin was dat door de Verenigde OostIndische Compagnie (VOC) bijzondere planten en bloemen uit het verre oosten werden ingevoerd en in de tuinen tentoongesteld. Daardoor staan in Hollandse tuinen vaak bijzondere bloemen. Tulpen waren in de 17e eeuw nog heel bijzonder.
13
Een parterre met narcissen en tulpen In de tuin van Paleis Het Loo stonden ook bijzondere bomen zoals laurierbomen en olijfbomen. Willem III en Mary hadden in het paleis verzamelingen, zoals Oosters porselein en bijzondere schelpen, maar dus ook in de tuin. Dit werd daarom het ‘buitenkabinet’ genoemd. De Hollandse tuin werd in de 17e eeuw een voorbeeld voor heel Europa, net zoals de 17e-eeuwse Hollandse schilderkunst. Paleis Het Loo heeft een boventuin en een benedentuin. De benedentuin is de brede tuin met acht vierkante parterres. Dit zijn vakken gemaakt met haagjes waarin met gras, bloemen of zand figuren zijn gemaakt. De boventuin is het smallere deel achterin met ook een aantal parterres en de Koningssprong-fontein als pronkstuk. Helemaal achterin de tuin staan de colonnades.
De boventuin met de Koningssprong-fontein en de colonnades
14
Een paradijs op aarde Een tuin werd in de 17e eeuw gezien als een paradijs op aarde. Het idee was dat in het paradijs orde en harmonie heersten. Een goede koning kon ervoor zorgen dat in zijn land ook orde en harmonie heersten. Een perfect aangelegde paleistuin was een symbool van het feit dat de vorst hiertoe in staat was. De formele tuin werd gezien als het kunnen beheersen van de natuur. De tuin was dan niet meer ‘gewoon’ natuur, maar werd een kunstwerk gemaakt door mensen die daarmee de tuin beheersten. Dit werd nog eens versterkt omdat de tuin van Het Loo in de ‘woeste’ en ongerepte natuur lag: binnen het hek was het paradijs, buiten het hek de wildernis. Met de perfect symmetrische indeling en overgecontroleerde beplanting lieten de Oranjes zien dat ze zelfs de natuur konden temmen: het toppunt van macht! Het paleis en vooral de tuin was pure propaganda voor de vorst en voor het geloof. En eigenlijk vielen de aardse en de goddelijke macht ook nog samen: Willem III kon alleen bij de gratie van God koning zijn. Symboliek In het paleis en de tuinen werd veel symboliek gebruikt: een afbeelding heeft een symbolische betekenis. In de 17e eeuw wist iedereen wat er met de bekende symbolen werd genoemd. Veel van dit soort symbolen kwamen uit de Klassieke Oudheid en mythologie. De goden uit de Romeinse en Griekse mythologie hadden bijzondere gaven waardoor ze boven de gewone mensen stonden. Deze goden stonden in de 17e eeuw opnieuw in de belangstelling. Door de afbeeldingen van deze goden in het paleis en de tuinen lieten de Oranjes zien dat ze even machtig waren als de oude goden. Een voorbeeld van symboliek uit de mythologie: voor het paleis staat een fontein met een beeldhouwwerk van vier dolfijnen. In de Klassieke Oudheid stond de dolfijn symbool voor de waakzaamheid van de vorst. De vier dolfijnen wijzen naar de vier windrichtingen. Met dit standbeeld laat Willem III dus zien dat hij een goede vorst is, omdat hij het hele land in de gaten houdt.
De dolfijnen-fontein Ook de tuinbeelden met afbeeldingen van Griekse en Romeinse goden zijn goede voorbeelden van symboliek. Een voorbeeld is het beeld van Venus, de Romeinse godin van de liefde. Venus werd geboren uit het schuim van de zee. In de 17 e eeuw was het voor iedereen duidelijk dat hiermee koningin Mary werd bedoeld die vanuit Engeland, dus over zee, naar Nederland kwam om te trouwen met Willem III.
15
De Venus-fontein Eerder is genoemd dat de tuin werd gezien als het paradijs op aarde. Het bijbelse paradijs lag tussen de rivieren Eufraat en Tigris. Paleis Het Loo ligt ook tussen twee rivieren: de IJssel en de Rijn. Daarom zijn in de tuinen van Het Loo twee godenbeelden te zien die de IJssel en de Rijn voorstellen. Een duidelijker verwijzing naar het paradijs is bijna niet mogelijk! Binnen en buiten Willem III vond de tuin even belangrijk als het paleis. Tuin en paleis hoorden bij elkaar, de tuin werd de ‘Buytensael’ genoemd. In de 17e eeuw werden tuin en paleis het ‘ensemble’ genoemd, om duidelijk te maken dat het één geheel was. Bij het ontwerp van het paleis werd gespeeld met het binnen-buiten effect. In een aantal vertrekken in het paleis lijkt het alsof je buiten bent. Dit komt vooral door de plafondschilderingen met het tromp l’oeil-effect. Ook heb je vanuit veel kamers een mooi uitzicht over de tuin. In met name de 17e-eeuwse vertrekken zie je veel verwijzingen naar de tuin. Zo zie je op plafonds, kamerschermen en wandtapijten afbeeldingen van planten, zoals de oranjeboom, laurier, eikenblad of het acanthus-blad. Bloemen waren in de 17e eeuw een geliefd motief voor interieurversiering. Ook dit had een symbolische betekenis: de natuur van een schepping van God en het kon dus geen kwaad om hier in je paleis naar te verwijzen. De Oranjes lieten zich ook vaak afbeelden met planten. Een mooi voorbeeld is dit schilderij van koningin Mary. Ze wijst hier op een oranjeboom, het symbool van de Oranje-dynastie. Dit schilderij maakt duidelijk dat het zorgen voor een troonopvolger de belangrijkste taak van Mary was.
Portret Mary 16
Deel 5 – Hofleven
Het paleis is van oudsher het toneel van vorstelijk vertoon. Niet alleen met het mooi ingericht paleis en spectaculaire tuinen toont de vorst zijn status, maar ook met bijzondere feesten, ontvangsten en plechtigheden. Het vorstelijk vertoon was dus niet zo maar een vorm van tijdverdrijf. Het was de manier waarop de vorst zijn macht en zijn belangrijke positie etaleerde. Bals en ballet Al vanaf de zeventiende eeuw gaven de Oranjes feesten met muziek en dans aan het hof. De hofontwerper werd ingeschakeld om de feestzaal aan te kleden. Soms vonden de feesten ook in de tuin plaats. Vaak werden deze feesten afgesloten met een spectaculair vuurwerk in de tuin of op de hofvijver.
Prent van bal Willem III en Mary Net als concurrent Lodewijk XIV danste Willem III als kind zelf mee in de balletten die aan het hof werden gegeven. Banketten Een van de belangrijkste activiteiten in het paleis was het Staatsbanket. Hierbij omringde de vorst zich met andere staatshoofden, invloedrijke politici, diplomaten en belangrijke personen uit de samenleving. Een banket was bedoeld om de goede relatie te bevestigen en de eigen macht en status te tonen. Met zo´n banket maakte de vorst indruk: de tafels waren gedekt met borden en bestek van goud, zilver of porselein, met kristallen glazen en met prachtige tafelversieringen. Vaak droegen deze het wapen of monogram van de vorst. De prachtig gedekte tafels bleven wel eens een dag langer staan, zodat het gewone volk deze kon bewonderen.
17
Kunst en verzamelingen Willem III en Mary lieten Paleis Het Loo en hun andere paleizen inrichten door bekende schilders, beeldhouwers en ontwerpers. We noemde al de Franse hofontwerper Daniel Marot (zie pagina 10-11). Marot kende de nieuwste hofmode uit Parijs en verwerkte dit in zijn ontwerpen voor Het Loo. Hij ontwierp een groot aantal vertrekken, zoals de bedkamer van Willem III. De kunstenaar Romeyn de Hooghe werkte veel in dienst van Willem III. De Hooghe maakte prenten die de macht en status van de vorst benadrukten. Echte propagandakunst dus (zie de prent op pagina 3).
Een deel van de porseleinverzameling van Mary In het privé-kabinet van Mary is haar verzameling porseleinen vaasjes te zien. Porselein kwam toen nog met schepen uit China en Japan en was daarom heel duur. Het was dus heel bijzonder dat Mary zo’n grote verzameling had. Ook dit was bedoeld om mee te pronken. We noemden al dat Willem III en Mary bijzondere planten verzamelden in hun tuin. Willem had in zijn slaapkamer een kastje met bijzondere schelpen en stenen: ook bedoeld om mee te pronken.
18
Vermaak in de tuinen De tuinen waren een uitstekende plaats voor vermaak. Op de brede paden konden zelfs de dames met een brede jurk prettig wandelen. In de Koningstuin (eigenlijk gewoon een grasveld) speelden de heren kolf, een voorloper van het moderne golfen.
In de herentuin werd gekolfd De Koninginnetuin was de privé-tuin van koningin Mary. In de tuin stonden fruitbomen. Van het fruit maakte Mary zelf jam, een hobby voor rijke dames in de 17e eeuw. Onder in het paleis had Mary een eigen keldertje om jam te maken. Een deel van de Koninginnetuin wordt nog steeds ingenomen door een met bomen overgroeide wandelgang. Hier konden de dames wandelen zonder last van de zon te hebben.
De Koninginnetuin met op de achtergrond de overdekte wandelgang 19
Paleis Het Loo was gebouwd als jachtslot. Willem III ging met zijn heren regelmatig jagen in de bossen rondom Het Loo. Het gebied was toen minder begroeid dan nu. Dit was handig, want zo was het wild gemakkelijk te zien en op te jagen.
Willem III jaagt in de buurt van Het Loo
Paleis Het Loo in de 17e eeuw
Afdeling Educatie Paleis Het Loo, 2014 20
Stamboom van de Oranje-dynastie
Stadhouders: Willem van Oranje (1533-1584) Frederik Hendrik (1584-1647)
broer: Jan de Oude Maurits (1567-1625)
Willem II (1626-1650) Willem III (1650-1702) (ook koning van Engeland) Willem IV (1711-1751) Willem V (1748-1806) Koningen en koninginnen (vanaf 1815): Willem I (1772-1843) Willem II (1792-1849) Willem III (1817-1890) Wilhelmina (1880-1962) Juliana (1909-2004)
Beatrix (1938) Willem-Alexander (1967)
21