Howest Brugge Campus Sint-Joris
Hoe kan een CrossFit Fundamental Screening met bijhorende corrigerende oefeningen meerwaarde bieden aan de trainers en leden van CrossFit Moves? Eindwerk voorgelegd tot het behalen van de graad Professionele Bachelor Sport en Bewegen
In dit onderzoeksrapport werd nagegaan of men aan de hand van een screening en corrigerende training gebaseerd op fundamentele CrossFit bewegingen, de kwaliteit van de CrossFit beoefening kan verbeteren voor zowel de klanten als de coaches.
Siri Røhmesmo Promotor: Mijnheer Michiel Mens Externe promotor: Mijnheer Manu Matthijssens
2014 2015
2
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Howest Brugge Campus Sint-Joris
2014 2015
Hoe kan een CrossFit Fundamental Screening met bijhorende corrigerende oefeningen meerwaarde bieden aan de trainers en leden van CrossFit Moves? Eindwerk voorgelegd tot het behalen van de graad Professionele Bachelor Sport en Bewegen
In dit onderzoeksrapport werd nagegaan of men aan de hand van een screening en corrigerende training gebaseerd op fundamentele CrossFit bewegingen, de kwaliteit van de CrossFit beoefening kan verbeteren voor zowel de klanten als de coaches.
De auteur geeft de toelating dit afstudeerwerk voor consultatie beschikbaar te stellen en delen van het afstudeerwerk te kopiëren voor persoonlijk gebruik. Elk ander gebruik valt onder de beperkingen van het auteursrecht, in het bijzonder met betrekking tot de verplichting de bron uitdrukkelijk te vermelden bij het aanhalen van resultaten uit dit afstudeerwerk. Bachelorproef Siri Røhmesmo
3
Woord vooraf Als laatstejaarsstudent Sport en bewegen liep ik afstudeerstage in CrossFit Moves te Antwerpen. In deze Box waren Tom en Manu (de eigenaars en tevens mijn begeleiders) heel geïnteresseerd in tools om de kwaliteit van hun club te verbeteren. Net zoals zij wist ik dat CrossFit een heel explosieve, intensieve en daardoor -helaas- ook blessuregevoelige sport was, maar er moest toch een manier zijn om meteen van bij het begin mensen daarvoor te behoeden, en er ook op voor te bereiden. Vandaaruit is het idee gegroeid om een CrossFit specifieke screening gelijkaardig aan de Functional Movement Screening™ test op te stellen. Ik heb de CrossFit Fundamental Screening met bijhorende trainingsmogelijkheden ontwikkeld op basis van de fundamentele basisbewegingen in CrossFit, met het oog op beginnende CrossFitters die hun bewegingsveiligheid en -kwaliteit daarmee kunnen verbeteren. Daarnaast kunnen natuurlijk ook ervaren CrossFitters de test ondergaan om foute patronen uit hun bewegingen te halen, en verbeteren via Siriøus Training. Zo hoop ik ook voor hen de kans op blessures te kunnen verminderen. Ik geloof dat mijn screening het voor trainers gemakkelijker zal maken om persoonlijke(re) training en/of advies te geven, en niet alleen in CrossFit Moves, maar mogelijk voor in andere CrossFit Boxes. De realisatie van de screening en de corrigerende oefeningen was echter niet mogelijk zonder de expertise van mijn twee promotors. Meneer Michiel Mens, lector van Sport en Bewegen, was een welkome nuchtere en geduldige hulp en gaf raad tijdens het vormen van ideeën en het organiseren van de testfase. En Meneer Manu Matthijssens die mij de kans heeft gegeven om het onderzoek in CrossFit Moves uit te voeren en mij graag van zijn kennis, hulp, tijd en logistieke benodigdheden voorzag. Graag wil ik mijn partner Goele bedanken voor haar eindeloos geduld en liefdevolle steun. En natuurlijke een hele dikke welgemeende bedankt aan de mama om mij op te vangen en op te peppen wanneer ik het na een tegenslag even niet meer zag zitten. Ik hoop ooit zo’n sterke vrouw als zij te worden. Ook zonder prachtig modellenwerk met extra tips van Eva Willemarck en de inzet van de leden van CrossFit Moves was deze bachelorproef niet mogelijk geweest, dus DANKJEWEL! 4
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Abstract Inleiding In dit onderzoek werd nagegaan in hoeverre het invoeren van een CrossFit specifieke fundamentele screening met bijhorende corrigerende training een meerwaarde kan beteken voor de leden van CrossFit Moves. Ook al zijn er geen data om het te staven, heeft CrossFit de naam een blessuregevoelige sport te zijn. De screening en bijhorende training behoeden preventief.
Theoretisch kader Meer en meer mensen doen aan CrossFit, ook sedentaire mensen. Maar de nadruk in CrossFit ligt op functionaliteit, capaciteit en snelheid, wat de sport complex en zeer intensief maakt. Mensen zijn hier niet op voorbereid en lopen risico op blessures.
Praktijkgericht onderzoek Met eerste testfase werd de validiteit van de Functional Movement Screening™ onderzocht in vergelijking met een nieuw ontwikkelde CrossFit specifieke screening, CrossFit Fundamental Screening, er bleek geen correlatie te zijn. Er werd ook een videokanaal, Siriøus Training, opgericht met corrigerende oefeningen voor fundamentele CrossFit bewegingen die deelnemers
zes
weken
lang
drie
maal
per
week
oefenden.
In de tweede testfase werd opnieuw de CrossFit Fundamental Screening afgenomen en men stelde een verbetering in de gemiddelde score vast van 0,66. Tevens werd ook een evaluatie over de screening en de training gevoerd, waarin 90% van de deelnemers tevreden waren over de screening CFS en 80% en 70% over Siriøus Training.
Praktische toepassing van het product in het werkveld Door de CrossFit Fundamental Screening worden CrossFitters gesensibiliseerd van het belang van het kwalitatief beheersen van de fundamentele CrossFit bewegingen. Door de Siriøus Training kunnen mensen preventief disfunctionele bewegingspatronen uit hun functioneren halen en preventief handelen op blessures.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
5
Verklarende woordenlijst Begrip CrossFit®
Verklaring Trainingsconcept waarin constant gevarieerde functionele oefeningen aan hoge intensiteit beoefend worden (Glassman, 2010) CrossFit Moves, casestudy van dit onderzoek CFM Functional Movement Screening/Systems™ (Burton, Bryant, Cook, FMS Kiesel, & Rose, 2010a) CrossFit Fundamental Screening CFS manier om competenties en/of betrokkenheid bij testpersonen te Screening “meten”, dit aan de hand van vragen en/of opgelegde oefeningen (Cherlet. 2014-2015) Engels voor fundamenteel, basis Fundamental Studie van methodes en principes volgens welke de vraag naar Methodologie waarheid en kennis benaderd word (Van Dale, 2014) Het in werking stellen, invoeren (Van Dale, 2014) Implementatie Naar waarneming, naar vastgestelde feiten (Glassman, 2010) Empirisch Inactief (Cherlet, 2014-2015) Sedentair Met een doel, parallel aan dagdagelijkse bewegingen (Cherlet, 2014Functioneel 2015) Verbeterend (Van Dale, 2014) Corrigerend Verwonding, letsel, m.n. door sportbeoefening (Van Dale, 2014) Blessure vaardigheden Skills Lopen, zwemmen, fietsen, springen, ééntonige bewegingen (Glassman, Monostructuren 2010) Bewegingsdeskundige (Cherlet, 2014-2015) BWD Personal Trainer PT Modaal/Modaliteit manier American Council of Sports and Medicine (Bushman, 2011) ACSM Multidimensionaal Met meerdere dimensies (Bushman, 2011) weerstandsvermogen Stamina metabolisch betrekking hebbende op de stofwisseling Olympisch gewichthef techniek, eerst naar schouders, dan overhead Clean & Jerk (Glassman, 2010) Olympisch gewichtheftechniek, in één beweging van grond naar Snatch overhead (Glassman, 2010) Van spier- en bindweefsel (Wets, 2014-2015) Myofasciale Ledemaat (Wets, 2014-2015) Extremiteit Met effect, doelmatig (Van Dale, 2014) Effectief Doeltreffend, min. Input, max output (Van Dale, 2014) Efficiënt Active verplaatser (Van Dale, 2014) Locomotor Chief Executive Officer (Van Dale, 2014) CEO De CrossFittende gemeenschap, groepsgevoel van CrossFittende Community mensen Het verbinden aan (een organisatie of groter geheel (Van Dale, 2014) Affiliëren Workout Of the Day (Glassman, 2010) WOD Resultaat van een eenmalige acute kracht van voldoende intensiteit en Macrotrauma duurtijd met weefselschade als gevolg (Cherlet, Hanssen, Mens, 6
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Microtrauma Acceleratieletsel Deceleratieletsel Wod HIPT GPP Rep Set Amrap Rx
Soenens, Spittaels, & Vansteenkiste, 2014-2015) Resultaat van een cumulatieve of repetitieve belasting van het weefsel (Cherlet et al., 2014-2015) Vindt plaats wanneer het lichaam of de lichaamsdelen stilstaan of trager bewegen dan de externe kracht die op het weefsel inwerkt (Cherlet et al., 2014-2015) Letsel veroorzaakt doordat het lichaam of de lichaamsdelen in beweging zijn en worden plots een halt toegeroepen (Cherlet et al., 2014-2015) Workout of the day High-Intensity Power Training (Devor, Smith, Sommer, & Starkoff, 2013) General Physical Preparedness (Glassman, 2010) Verkorting van “repetition”, wat herhaling betekent in het Engels Reeks van herhalingen As many rounds / reps as possible As prescribed, zoals voorgeschreven
Bachelorproef Siri Røhmesmo
7
Inhoudstafel WOORD VOORAF............................................................................................................................... 4 ABSTRACT (400 À 500 WOORDEN) ................................................................................................ 5 VERKLARENDE WOORDENLIJST ................................................................................................ 6 INHOUDSTAFEL ................................................................................................................................. 8 INLEIDING ........................................................................................................................................... 9 HOOFDSTUK 1 THEORETISCH KADER..................................................................................... 11 1.1 MINDMAPS .................................................................................................................................. 11 1.2 CROSSFIT? ................................................................................................................................... 14 1.4 CASESTUDY: CROSSFIT MOVES .................................................................................................. 17 1.5 WAT ZIJN DE PROBLEMEN IN CROSSFIT? .................................................................................... 19 1.5.1 (Hoge) intensiteit ................................................................................................................. 19 1.5.2 Controversiële ‘data’ ........................................................................................................... 20 1.5.3 Observe ................................................................................................................................ 21 1.6 HET FUNCTIONAL MOVEMENT SYSTEMS™ ALS MODEL ............................................................ 24 1.6.1 Screening ............................................................................................................................. 24 1.6.2 Corrective exercises – remediëren ...................................................................................... 26 1.7 BESTAANDE ASSESSMENT EN CORRIGERENDE CONCEPTEN ........................................................ 28 1.7.1 Overhead Squat – NASM ..................................................................................................... 28 1.7.2 MobilityWOD van Kelly Starrett ......................................................................................... 28 1.7.3 Functional Patterns™ van Naudi Aguilar........................................................................... 29 1.7.4 Dave Werner met Athletic Skill Levels en moveSKILL ........................................................ 29 1.8 SAMENVATTING .......................................................................................................................... 31 HOOFDSTUK 2 PRAKTIJKGERICHT ONDERZOEK ............................................................... 33 2.1 FASE I .......................................................................................................................................... 33 2.1.1 Meetmethode ........................................................................................................................ 33 2.1.2 Doelgroep ............................................................................................................................ 34 2.1.3 Procedure ............................................................................................................................ 34 2.1.4 Dataverwerking ................................................................................................................... 35 2.1.5 Resultaten fase I................................................................................................................... 35 2.2 ONTWIKKELING PRODUCT ........................................................................................................... 37 2.3 FASE 2 ......................................................................................................................................... 39 2.3.1 Meetmethode: ...................................................................................................................... 39 2.3.2 Doelgroep: ........................................................................................................................... 40 2.3.3 Procedure: ........................................................................................................................... 41 2.3.4 Dataverwerking: .................................................................................................................. 42 HOOFDSTUK 3 PRAKTISCHE TOEPASSING ............................................................................ 43 CONCLUSIE ....................................................................................................................................... 47 REFERENTIELIJST .......................................................................................................................... 49 BIJLAGEN IN APARTE BUNDEL .................................................................................................. 53
8
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Inleiding De sport CrossFit groeide de laatste jaren enorm aan populariteit, meer en meer mensen begonnen aan CrossFit om de meest uiteenlopende redenen. Niet alleen geoefende atleten waagden zich eraan, maar ook onervaren sedentaire mensen wouden de hippe fitnesssport ontdekken. In eenzelfde groepsles konden bijgevolg deze twee verschillende profielen samen CrossFitten en kregen zij dus ook dezelfde workout met dezelfde oefeningen aan dezelfde intensiteit voorgeschoteld. Probleem hierbij was dat mensen zichzelf niet altijd juist konden inschatten en daardoor het risico op blessures vergrootten, en zelfs heel snel blessures opliepen. Deze blessures bedreigden de veiligheid en de kwaliteit van de training én ook van de begeleiding in de fitnesssport CrossFit. Door in CrossFit Moves de kwaliteit van de begeleiding voor leden en trainers te onderzoeken, werd er gezocht naar een oplossing voor dit specifieke probleem.
Zo was het idee ontstaan om een specifieke CrossFit Fundamental Screening te ontwikkelen, die voor elke deelnemende CrossFitter een beeld zal vormen van in welke mate zijn of haar basis CrossFit bewegingen kwalitatief en veilig waren. Op basis van de score op deze screening wist de geteste persoon wat zijn of haar zwakkere scoregebieden, oftewel ‘weakest links’, waren. Na het verwerken van de gemiddelde scores in de eerste testfase werd er een YouTube kanaal, ‘Siriøus Training’ opgericht met instructievideo’s van CrossFit specifieke corrigerende oefeningen. Zo kon de testpersoon naar keuze en op zelfstandige basis aan zijn of haar ‘weakest links’ werken.
Dit zou zowel positief zijn voor de leden, als voor de trainers van CrossFit Moves. De gescreende personen kregen zo een beter beeld van zichzelf, met als gevolg dat ze zich bewust werden van wat wel goed gaat en wat minder goed lukte. Zo konden ze zichzelf beter inschatten en kon men ook meteen aan de vastgestelde ‘weakest links’ gaan werken door middel van de corrigerende oefeningen op het YouTube kanaal ‘Siriøus Training’. Voor de trainers zou de begeleiding persoonlijker en specifieker zijn omdat de klant kon aangeven hoe hij of zij had gescoord op de screening. Dit kon alleen maar de kwaliteit van de training en begeleiding ten goede komen en het risico op blessures verminderen.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
9
Niet alleen zou deze CrossFit Fundamental Screening met oefenprogramma voor CrossFit Moves een meerwaarde betekenen, ook andere CrossFit Boxes, coaches en atleten zouden de screening en de corrigerende oefenvideo’s als handige tool kunnen gebruiken om zo de kwaliteit en de veiligheid van de algemene CrossFit ervaring te verbeteren.
Dit onderzoek naar hoe een CrossFit Fundamental Screening en corrigerende oefeningen een meerwaarde kan bieden aan de leden van CrossFit Moves, is opgebouwd uit drie delen. Allereerst werd er ingegaan op het theoretisch kader aan de hand van een uitgebreide literatuurstudie naar de sport CrossFit zelf, naar een reeds bestaande screenings, naar veel voorkomende CrossFit specifieke problemen en naar de reeds bestaande mogelijke oplossingen hiervoor. In het tweede hoofdstuk werd stap voor stap uitgelegd hoe het onderzoek is verlopen, zo waren er verschillende testfases, ontwikkelingen en uiteraard resultaten. Hoe die resultaten dan werden toegepast in het werkveld werd beschreven in het derde en laatste hoofdstuk. Het rapport werd ten slotte afgesloten met een korte conclusie.
Het product van het onderzoek naar hoe een specifieke CrossFit screening en bijhorende corrigerende training een meerwaarde kan bieden voor CrossFit Moves was tweeledig. Enerzijds werd
een nieuwe test ontwikkeld gelijkaardig aan de Functional Movement
Screening™ en anderzijds heeft men op basis van die test een YouTube kanaal ‘Siriøus Training’ opgericht met een specifiek ontwikkeld oefenprogramma ter verbetering van de zwakkere punten die eerder uit de CFS-test gebleken waren. Die twee concepten werden bevraagd en positief geëvalueerd.
10
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Hoofdstuk 1 Theoretisch kader 1.1 Mindmaps
competitief
Fig. 1 – Hoofdmindmap probleemstelling bij CrossFit, meer specifiek bij CrossFit Moves Bachelorproef Siri Røhmesmo
11
GRAY COOK
Fig. 2 – Mindmap rond voorontwerp van specifieke CrossFit screening
12
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Fig. 3 – Mindmap rond uitwerking specifieke corrigerende CrossFit training
Bachelorproef Siri Røhmesmo
13
1.2 CrossFit? In de jaren zeventig besloot voormalig gymnast van Santa Cruz, Californië, Greg Glassman, een nieuw en volgens hem effectief trainingsprogramma samen te stellen dat zou leiden tot een optimaal fitnesslevel. Glassman stelde zich vragen bij de -toen nog- conventionele ideeën over ‘fitness’ en trachtte een fitnessstandaard te creëren die eerder breed en allesomvattend zou zijn, dan gespecialiseerd en afgebakend. Hij begreep de notie niet dat iemand die bijvoorbeeld het snelste of het verste kon lopen, zwemmen of fietsen, daardoor ook noodzakelijk de “fitste” op alle andere gebieden was. Glassman vond dat ‘fitness’ een zekere mate van toepasbaarheid zou moeten betrekken in het dagelijkse leven. En dat dergelijk trainingsprogramma een brede waaier aan fysieke activiteiten zou moeten inhouden, waarvan elke activiteit het menselijk lichaam op een verschillende manier zou belasten (Belger, 2012; Herz, 2014). Zo creëerde hij een uniek trainingsprogramma dat zou leiden tot nieuwe niveaus van persoonlijke prestaties en een hoger niveau van fysieke paraatheid (Belger, 2012). Fysieke fitness werd bij de American Council on Sports and Medicine (ASCM) omschreven als een multidimensionaal concept dat gedefinieerd is als een set van vaardigheden dat mensen bezitten of vergaren dat hen de mogelijkheid biedt om fysieke activiteit te beoefenen (Bushman, 2011). Maar Glassman (2005) beweerde de eerste te zijn die de term ‘fitness’ in een betekenisvolle, brede, doch meetbare manier heeft gedefinieerd wegens een teleurstellend gebrek aan bruikbare en redelijke definities van ‘fitness’ (Belger, 2012). Zo omschreef Glassman (2005) ‘algemene fitness’ aan de hand van drie standaarden: -
het optimaliseren van fysieke competentie in elk van de tien erkende fitnessdomeinen; cardiovasculaire en respiratoire uithouding, stamina (weerstandsvermogen), sterkte, flexibiliteit,
kracht,
snelheid,
coördinatie,
behendigheid,
evenwicht
en
nauwkeurigheid; -
het gelijkmatig gebruikmaken van de drie metabolische systemen: het anaeroob alactisch, het anaeroob lactisch en het aeroob systeem;
-
het niet specialiseren. Om fitness te vergaren mag men niet enkel voorbereid zijn op het ongekende, maar vooral moet men zich trainen op het onkenbare, het willekeurige, het ‘onvoorbereidbare’. Men moet voorzien zijn op elke fysieke onvoorzienigheid.
14
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Zo was het recept van CrossFit ‘constant gevarieerde functionele oefeningen uitgevoerd aan hoge intensiteit’ (Glassman, 2007). Functionele oefeningen zijn natuurlijke bewegingen en parallel aan dagdagelijkse bewegingen, zoals duwen, tillen, trekken, sleuren, werpen, etc.. Het gaat om samengestelde bewegingen, i.e. meerdere spieren en gewrichten worden in een contractiegolf van core naar extremiteit gebruikt (myofasciaal). Functionele bewegingen zijn bijgevolg effectieve en efficiënte locomotoren van het lichaam en van externe objecten (Glassman, 2007; Cherlet, Hanssen, Mens, Soenens, Spittaels, & Vansteenkiste, 2014-2015). De oprichter en CEO van CrossFit vond echter geen enkel aspect van functionele bewegingen zo belangrijk als de capaciteit om grote massa’s over lange afstanden te verplaatsen, en dit tegen hoge snelheid. Samen vormden deze drie attributen (massa, afstand en snelheid) in die functionele manier van trainen, het recept voor vermogen (power), wat op zijn beurt weer zorgde voor intensiteit (Glassman, 2007). Volgens Glassman (2010) waren betekenisvolle verklaringen over veiligheid, effectiviteit en efficiëntie, de drie belangrijkste en onderling afhankelijke facetten van een fitnessprogramma, alleen te ondersteunen met meetbare, observeerbare en herhaalbare feiten. In 2001 opende Coach Glassman de eerste CrossFit Gym, waar hij dagelijks in small group een WOD met zijn klanten deed, samen resultaten opmat en hechte banden opbouwde (Beers, 2014). Met CrossFit wou hij meer dan een fitnessconcept beginnen, hij wou een fitnesscultuur creëren, een CrossFit community. Volgens Glassman konden mensen wel makkelijk hun fitnessabonnement opzeggen, maar dat konden ze niet zomaar met een relatie (Beers, 2014). De kracht van de community draait om het leven beter te maken en mensen helpen hun doelen te bereiken (Belger, 2012). Zo plaatste hij dagelijks de WOD ook online, opdat iedereen zijn resultaten met de community kon delen en zo de menselijke prestatie onderling gemeten en opgetekend werd (Glassman, 2007). En werd er ook maandelijks The CrossFit Journal online gepubliceerd, een open source tijdschrift waar iedereen, coaches, atleten en trainers, via een spontane en samenwerkende community data kan bijdragen. CrossFit was empirisch gedreven, klinisch getest en gemeenschappelijk ontwikkeld (Glassman, 2007; Paine, Uptgraft & Wylie, 2010). Daarnaast gaf Glassman seminars aan andere trainers in zijn CrossFit Box, zodat deze zich konden affiliëren aan Glassmans effectieve fitnessprogramma (Cooperman, 2003). In 2014 is Bachelorproef Siri Røhmesmo
15
de 10.000e CrossFit Box opengegaan, en het aantal nieuwe filialen blijft stijgen. En dat zal volgens CrossFitters blijven stijgen tot een globaal onmisbaar fenomeen (Herz, 2014).
Fig. 4 – Groei van 1 naar 10.000 CrossFit filialen (Beers, 2014)
16
Bachelorproef Siri Røhmesmo
1.4 Casestudy: CrossFit Moves Ook in België won de fitnesssport CrossFit aan populariteit. CrossFit Antwerpen was het eerste CrossFit filiaal in België (www.crossfitantwerpen.be) en kreeg dagelijks 100 leden over de vloer. Volgens Manu Matthijssens en Tom Craenhals, twee CrossFittende ex-leden van CrossFit Antwerpen, kwam door de drukte de kwaliteit van begeleiding in het gedrang. Na het behalen van het certificaat ‘CrossFit Trainer Level 1’ zijn Manu en Tom hun eigen CrossFit Box begonnen in Antwerpen-Noord, CrossFit Moves. Met als doel om elk lid een kwalitatieve begeleiding naar een betere levenskwaliteit te geven: “Ready to refit your life” (www.crossfitmoves.be). De eigenaren van CrossFit Moves eisten dat al hun coaches ten minste een CrossFit Level 1 Trainer opleiding succesvol hadden voltooid, en moedigden hun trainers ook aan om zich te blijven bijscholen en specialiseren in verschillende domeinen van CrossFit én beweging. De CrossFit Box had een ledenaantal van 500 leden, er waren 6 gediplomeerde coaches actief en men heeft ook al een tweede Box geopend in Brasschaat, ‘CrossFit Moves - The Black Box’. Elke week wouden minstens 5 nieuwe mensen beginnen met CrossFit, de club bleef groeien en de lessen werden drukker. Daarom zochten de oprichters van de tweede CrossFit Box in Antwerpen steeds naar nieuwe manieren om iedereen een even veilige en kwalitatieve CrossFit ervaring te geven. Zo startten ze reeds met proeflessen voor beginners, waarin er meer aandacht werd besteed aan het concept CrossFit met z’n filosofie en methodologie, waarvoor het staat en waaraan men zich kan verwachten. Daarnaast kreeg men ook een korte CrossFit workout, maar de bewegingen bleven vrij basis en de intensiteit lag er minder hoog dan in de gewone lessen. Volgend op de proefles was er ook een kort instapprogramma met drie verplichte basislessen voor beginners, waarin dan alle fundamentele bewegingen van CrossFit stap voor stap werden uitgelegd, geoefend en begeleid. In de eerste basisles werden de squats aangehaald, de tweede omvat de pushes en de derde draaide rond de clean en de deadlifts. Ledenprofielen in CrossFit Moves waren zeer uiteenlopend, van jonge sportieve atleten naar inactieve bankdirecteuren van middelbare leeftijd. Voornamelijk bestonden CrossFit Moves leden uit mensen die uit fysieke en sportieve overwegingen kwamen CrossFitten, zij kwamen Bachelorproef Siri Røhmesmo
17
drie à vier keer per week om hun conditie en levenskwaliteit te verbeteren. Ze wouden zich goed in hun vel voelen, gewoon komen sporten en het liefst blessures vermijden. Daarnaast waren er de competitieve leden die bijna dagelijks kwamen trainen om hun prestaties optimaal te verbeteren, wedstrijden na te streven en ook zij wouden allerminst blessures oplopen, want dat betekende achteruitgang. En dan kon men het “sociale” CrossFit Moves profiel onderscheiden. Deze leden kwamen slechts 1 à 2 keer per week CrossFitten en deden het niet zozeer met als doel hun fysiek te verbeteren, maar eerder voor het sociale aspect van CrossFit; het in groep sporten, de drankjes achteraf en de events. Ook dit profiel wenste allerminst blessures op te lopen.
18
Bachelorproef Siri Røhmesmo
1.5 Wat zijn de problemen in CrossFit? 1.5.1 (Hoge) intensiteit De definitie van CrossFit liet niks aan de verbeelding over, kort genomen was het ‘constant gevarieerde functionele oefeningen uitgevoerd aan hoge intensiteit’ (Glassman, 2010). Belangrijk aan die functionele oefeningen waren de aspecten gewicht, afstand en snelheid. Hoe hoger of beter die waren, hoe groter de capaciteit en hoe beter de prestatie (Glassman, 2007). Daarbij kwam de implementatie van het competitieve element in CrossFit, want Glassman (2007) schreef voor dat scores en uitslagen nauwkeurig dienden bijgehouden worden. Dit maakte van CrossFit de ideale vorm van trainen voor militairen, brandweermannen, politieagenten (Herz, 2014). Maar ook de ‘gewone’ mens heeft de weg naar de Sport of fitness gevonden. Vanuit verschillende bronnen gaf men kritiek op CrossFit omdat men zich vragen stelde bij het altijd aanwezige en noodzakelijke element ‘intensiteit’ (Havrilesky, 2014). Hoewel CrossFit oefeningen steeds aangepast konden worden naar een persoon zijn of haar mogelijkheden, bleven de workouts dezelfde voor iedereen, van getrainde mariniers tot sedentaire senioren (Cooperman, 2005). Recent onderzoek, gevoerd in opdracht van de American Council on Exercise naar de effectiviteit van CrossFit, wees vooral op het gevaar van de hoge intensiteit in de korte workouts. De competitieve natuur en de nadruk op het zo snel mogelijk uitvoeren van de CrossFit oefeningen zou wel eens het recept van een blessure kunnen zijn. Doordat de nadruk op kwantiteit lag, kon men de techniek en de lichaamshouding uit het oog verliezen, waardoor de veiligheid van de uitvoering in het gedrang kwam en wederom het risico op blessures steeg (Babiash, Doberstein, Foster, Porcari, & Steffen, 2013; Cooperman, 2005). Sportblessures traden natuurlijk niet zomaar op en kunnen verschillende oorzaken en vormen hebben. Zo kon men blessures indelen op basis van grootte (micro- vs. macrotrauma), naargelang het ontstaan (acceleratie vs. deceleratie) en volgens timing (acuut vs chronisch). Een blessure was een belasting (extrinsiek) de belastbaarheid (intrinsiek) van de atleet op een bepaald moment op de één of andere manier overschreed (Cherlet et al., 2014-2015). Bachelorproef Siri Røhmesmo
19
1.5.2 Controversiële ‘data’ Recent onderzoek naar de effectiviteit van CrossFit wees uit dat het volgen van een CrossFit programma effectief de fysieke fitheid en capaciteit verbeterde (Goins, 2014; Paine, Uptgraft, & Wylie, 2010). Beide onderzoeken hebben geen blessures opgetekend of haalden het onderwerp ‘blessures’ niet aan. Ander onderzoek, naar de aard en de graad van blessures tijdens CrossFit training (Hak, Hickey, & Hodzovic, 2013), bevestigde de controverse rond CrossFit en blessures. Volgens het onderzoek was er steeds kritiek omtrent de mogelijke blessures geassocieerd met CrossFit training, maar was er daaromtrent tot op het moment van betreffend onderzoek geen bestaand bewijs in de literatuur te vinden. Het onderzoek van Hak, Hickey en Hodzovic (2013) beschreef dergelijke eerste studie en bewees meteen dat het aantal blessures in CrossFit overeenkwam met het aantal blessures in gewichtheffen en gymnastiek en het optreden van blessures zelfs lager lag dan in contactsporten zoals rugby e.d.. Nog CrossFit gerelateerd onderzoek, gevoerd in opdracht van de National Strength en Conditioning Association in de Verenigde Staten (NSCA), verklaarde inderdaad ook dat een CrossFit gebaseerde training de fysieke fitheid zou verbeteren, maar beweerde anderzijds ook dat 16% van de deelnemers de training niet heeft kunnen vervolledigen wegens ‘overtraining of blessure’ (Devor, Smith, Sommer, & Starkoff, 2013). Dit stelde volgens hen de verhouding risico vs. voordeel van zulke extreme programma’s in vraag. Doch vermeldden de onderzoekers noch om welke blessures het ging, en noch was er informatie over de medische en sportieve voorgeschiedenis van de deelnemers (Beers, 2015; Berger, 2013). Ook McCarty (2013) beweerde dat kritisch onderzoek en data rond CrossFit en blessures heel controversieel waren. Ook vond hij dat er weinig data was om te kunnen staven of CrossFit wel degelijk blessuregevoelig was. Doordat CrossFit een affilieersysteem was met onafhankelijke filialen, had het fitnessbedrijf geen dataverzamelend programma en was er bijgevolg geen mechanisme om incidentgegevens te rapporteren (McCarty, 2013). Anderzijds was er The CrossFit Journal, een maandelijks online tijdschrift van, over en door de CrossFit community. Het leek bijna een blog of forum, want dit CrossFit tijdschrift werd ‘open source’ samengesteld, i.e. dat iedereen een bijdrage kan leveren (Glassman, 2010). 20
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Daar diende men wel een kanttekening bij te maken: de oprichter en de uitgever van The CrossFit Journal was Glassman zelf, tevens ook oprichter en CEO van CrossFit (McCarthy, 2013). Vanuit deze ‘community journal’ werd er telkens empirisch antwoord geboden op negatieve media over CrossFit met als ondertoon dat ‘hoge bomen altijd veel wind vangen’ (Friedman, 2014). Op vele media was er kritiek te lezen op de intensiteit en blessuregevoeligheid van CrossFit (Havrilesky, 2014), maar CrossFit beweerde telkens dat er geen data over blessures te vinden was (Beers, 2015; Belger, 2013). De aanleiding van het in dit rapport beschreven onderzoek naar hoe een CrossFit Fundamental Screening met bijhorende corrigerende training een meerwaarde kan betekenen voor de trainers en leden van CrossFit Moves, lag in de conclusie van een onderzoek gevoerd door de American Council on Exercise (ACE). Men vond dat ondanks de onmiskenbare populariteit en overvloed aan succesverhalen, er bitterweinig wetenschappelijk onderzoek gevoerd was naar de fitnesssport CrossFit. Dusdanig wou ACE weten of CrossFit ook effectief was, onderzoek wees uit van wel. De onderzoekers maakten hierbij een kanttekening dat aangezien de intensiteit zo hoog was, het CrossFit programma niet voor iedereen zonder risico’s op blessures aan te raden was, of toch niet zonder degelijke beginscreening (Babiash et al., 2013).
1.5.3 Observe Zoals Porcari in het ACE-onderzoek naar de effectiviteit van CrossFit wees op de nood van een deftige screening vooraleer men zich aan CrossFit zou wagen (Babiash et al., 2013), vond ook McCarty (2013) dat gezien het gebrek aan data (over CrossFit en blessures), er gezocht moest worden naar een veilige manier om aan CrossFit te doen. Volgens Herz (2014) kon iedereen eender wanneer met CrossFit beginnen, ze had het in haar boek over instapprogramma’s, maar vernoemde geen screenings. Vele training experts waren verontrust over het gebrek aan begeleiding voor beginners, die veel te snel in te belastende workouts doken (Babiash et al., 2013; Cooperman, 2005). Hoewel er in de ‘CrossFit Training Guide’ uitvoerig beschreven werd hoe ‘The 9 Movements’ uitgevoerd, gecoacht en verbeterd moesten worden, was er tot hiertoe nog geen CrossFit specifieke beginscreening uitgewerkt (Glassman, 2010). Zo leerde Goins (2014) zijn Bachelorproef Siri Røhmesmo
21
deelnemers tijdens zijn onderzoek hoe men elke beweging naar behoren diende uit te voeren om de veiligheid te garanderen en het risico op blessures te verminderen. Bewegingsdeskundigen waren het erover eens dat men onmogelijk iemand correct en verantwoord kon begeleiden zonder eerst de nodige kennis rond deze persoon te vergaren (Cherlet, 2014-2015). Screenen is het observeren van het lichaam, de statische houding en de kwaliteit van bewegingen inschatten, zo kon men via een biomechanische screening de eigenschappen ‘stabiliteit’, ‘coördinatie’ en ‘proprioceptie’ van het lichaam in kaart brengen.
Fig. 5 – Health Coach Model (Cherlet et al., 2014-2015) Cherlet (2014-2015) definieerde de eigenschappen als volgt: - Stabiliteit: een samenvloeien van coördinatie en proprioceptie, teneinde een beweging correct uit te kunnen voeren of een statische houding aan te houden; - Coördinatie: neuromusculaire samenwerking tussen de verschillende spieren en lichaamsstructuren ; - Proprioceptie: aanvoelen, weten, beseffen, hetzij bewust of onbewust waar het lichaam en de verschillende delen ervan zich in de ruimte bevinden en hoe deze gepositioneerd zijn. Wel werd in veel CrossFit Gyms de Functional Movement Screening™ (FMS) van Gray Cook toegepast, waarbij 7 fundamentele bewegingspatronen gescreend werden (Bennet, 22
Bachelorproef Siri Røhmesmo
2014). Op deze manier ging men na welk patroon een zwakke schakel inhield en of er al dan niet ook sprake was van asymmetrie, mobiliteits- en/of stabiliteitsbeperking in het lichaam (Burton, Bryant, Cook, Kiesel, & Rose, 2010a). Deze test kon beperkingen in bewegingspatronen aan het licht brengen en de proprioceptie van de gescreende CrossFitter verbeteren. En ofschoon de gebruikte bewegingspatronen van de FMS overeenkomsten vertoonden met verschillende functionele oefeningen, was de test niet specifiek voor CrossFit ontwikkeld (Bennet, 2014).
Bachelorproef Siri Røhmesmo
23
1.6 Het Functional Movement Systems™ als model Zie bijlagen A en Bi n aparte bijlagenbundel, pagina 3 tem 11. 1.6.1 Screening Volgens Burton, Bryant, Cook, Kiesel en Rose (2010a) leek het dat meer en meer atleten harder moesten werken om sterker en gezonder te worden. Tal van atleten en individuen verrichtten activiteiten op hoog niveau, ook al waren ze inefficiënt in hun fundamentele bewegingen; zonder dat ze het beseften creëerden ze slechte bewegingspatronen. Wanneer deze foute bewegingspatronen niet erkend en/of verbeterd werden, bleef het lichaam compenseren waardoor prestaties minderden en blessures optraden (Burton et al., 2010a). Dit gebeurde ongetwijfeld ook in de “Elite Sport CrossFit”, hieruit bleek dat het essentieel was om een individu zijn of haar fundamentele bewegingen en patronen te screenen. Zo zou de analyse van een atleet zijn of haar fundamentele bewegingen geïncorporeerd moeten worden in pre-participatie screening om te bepalen of de atleet al dan niet de nodige bewegingen bezat om te participeren in sportactiviteiten met een verminderd risico op blessure. Een belangrijke factor in blessurepreventie en prestatieverbetering was het snel identificeren van tekorten in mobiliteit en stabiliteit vanwege hun invloed op het creëren van gewijzigde kinetische beweegketens (Burton, Cook, & Hoogenboom, 2006). De FMS was een gecommercialiseerd assessmentsysteem en gestandaardiseerd testprotocol waar bij men snel en doeltreffend de kwaliteit van bewegingspatronen kon bepalen. Aan de hand van 7 bewegingen analyseerde men de functionele bewegingspatronen en spoorde men beperkingen en asymmetrieën op. Vaardigheden zoals coördinatie, proprioceptie, stabiliteit, kracht en lenigheid kwamen hierbij tevens aan bod (Cherlet, 2014-2015). De screening werd aangevuld met 3 ‘clearing tests’ (impingement clearing, spinal extension clearing en spinal flexion clearing), om na te gaan of doorverwijzing naar een arts wenselijk was. Er waren vier scoremogelijkheden in de FMS assessment van de bewegingen, van 0 tot 3, waarbij 0 pijn betekende, bij een 1 kon de beweging niet worden vervolledigd, een 2 was wanneer de beweging wel kon worden vervolledigd, mits compensatie(s) en 3 was de topscore voor een perfecte uitvoering zoals de test voorschreef. Voor de clearingtest waren er slechts twee score mogelijkheden, positief (+) bij pijn of negatief (-) bij geen pijn.
24
Bachelorproef Siri Røhmesmo
3 functionele bewegingstesten
Deep squat Onderzoekt bilaterale, symmetrische en functionele mobiliteit van heup, knie en enkel
Hurdle step onderzoekt bilaterale functionele mobiliteit en stabiliteit van heup, knie en enkel
In-line lunge onderzoekt romp-, schouder-, heup- en enkelmobiliteit en – stabiliteit, quadriceps flexibiliteit en knie stabiliteit
2 fundamentele mobiliteitstesten
Shoulder mobility Active straight leg raise onderzoekt bilaterale bewegingsvrijheid van onderzoekt actief hamstring en schoudergewricht door combinatie van gastrocnemeus-soleus flexibiliteit vanuit interne rotatie en adductie met externe rotatie stabiele pelvis en actieve extensie van ander met abductie been 2 fundamentele core testen
Rotary stability (core stabiliteit) In-line lunge (core strength) onderzoekt rompstabiliteit in verschillende onderzoekt rompstabiliteit in sagittaal vlak vlakken gedurende gecombineerde beweging wanneer symmetrische bovenste van boven- en onderste extremiteiten extremiteiten beweging uitgevoerd wordt Fig. 6 – Samenvatting van de 7 bewegingstesten (Bossu, 2014-2015) Bachelorproef Siri Røhmesmo
25
Volgens Bossu (2014-2015) hield flexibiliteit de lengte van een spier in, mobiliteit de bewegingsvrijheid rond gewrichten en was stabiliteit de mate waarin een gewricht weerstand kon bieden ten opzichte van een uitwerkende kracht. De oprichter van het Functional Movement Systems™, Gray Cook, beweerde (samen met CrossFit coach Kelly Starrett van MobilityWOD®) dat de FMS-test toegepast kon worden in ‘high performance settings’ om effectieve groepstraining te creëren en te genereren (Bennet, 2014). Research naar de betrouwbaarheid tussen beoordelaars en beoordelingen in FMS toonde aan dat de gestandaardiseerde testprotocol ervoor zorgde dat de FMS een grote rol speelde in het identificeren van atleten die risico liepen op blessures (Burton, Butler, Kiesel, Minick Plisky, & Taylor, 2010b). Evaluerend onderzoek rond de FMS beweerde ook dat qua indicator voor de kans op blessures het Functional Movement Systems™ een betrouwbare screening was (Doyscher, Kraus, Schütz, & Taylor, 2014). Volgens Cherlet (2014-2015) echter beweerden meerdere bronnen dat de FMS geen invloed had op atletische prestaties. Ook McBride & Parchmann (2011) stelden vast dat er geen correlatie bestond tussen de FMS en atletische prestaties.
Maar
zoals
Cherlet
(2014-2015)
aangaf,
testte
de
FMS
functionele
bewegingspatronen, en geen sportspecifieke handelingen. Het ging hier volgens hem slechts om 7 bewegingen, die weinig gelijkenissen vertoonden met bewegingen uit de praktijk.
1.6.2 Corrective exercises – remediëren The Functional Movement Screen and Corrective Exercise System attempts to pinpoint weak links, and alleviate them. This system is a process that identifies the weak link in the movement pattern and then assigns exercises to correct it. When this is accomplished, the individual or athlete will have greater movement efficiency, which will lead to improved performance and hopefully a decrease in injury potential (Burton et al., 2010a). Nadat de screening de weakest links had aangeduid, kon men deze met specifiek per weakest link bepaalde oefeningen
gaan corrigeren (Bossu, 2014-2015; Cherlet, 2014-2015). Het
principe waarop FMS zich baseerde om tot remediëring te komen, gebeurde volgens onderstaand stramien: eerst en vooral werden de asymmetrische bewegingspatronen onder handen genomen, Bachelorproef Siri Røhmesmo 26
wat ook hiërarchisch gebeurde; eerst mobiliteitsproblemen verhelpen, vervolgens statische stabiliteit van betrokken lichaamsstructuren verbeteren, nadien richtte men zich op dynamische stabiliteit, en tenslotte ging men sportspecifiek of de functionele stabiliteit trainen. Corrective exercises waren volgens Bossu en Cherlet (2014-2015) ook bedoeld om eerder in een PT-setting toe te passen dan in het algemeen. Hoewel de FMS-test zelf weinig tijdsintensief was, diende men bij de corrigerende training langer stil te staan en er dieper op in te gaan.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
27
1.7 Bestaande assessment en corrigerende concepten Bij het ontbreken van kritisch onderzoek naar bestaande CrossFit speciefieke corrigerende trainingen, zijn onderstaande gegevens empirisch getest. 1.7.1 Overhead Squat – NASM Zie bijlagen C en D in aparte bijlagenbundel, pagina 12 en 13. Naast de boven vernoemde en prominentste screen- en assessmentconcept FMS, was er nog een -wederom Amerikaans en gecommercialiseerd- systeem: de overhead squat (OHS) van het National Academy of Sports Medicine (NASM). De assessment vertoonde veel gelijkenissen met de deep squat van de FMS, maar de benadering was gedetailleerder (Cherlet, 2014-2015). Het doel van dit ‘single movement system’ was om dynamische flexibiliteit, core-stability, evenwicht en algehele neuromusculaire controle te evalueren. Daarna kon men de ‘vicieuze cirkel van bewegingsverlies’ (Zie bijlage E, pagina 14 in de bijlagenbundel) gaan verbreken. De Overhead Squat was volgens Cherlet (2014-2015) niet geschikt om een sluitend advies te kunnen geven
over iemands functionaliteit in dagdagelijkse bewegingen, gezien het een vrij
onnatuurlijke beweging was. Studies waren ook niet eenduidig in de validiteit en betrouwbaarheid van de test. Wel had het systeem het voordeel te zorgen voor maximale infooutput met een minimale tijdsinvestering.
1.7.2 MobilityWOD van Kelly Starrett Kelly Starrett was CrossFit Coach én fysiotherapeut, uit ervaring wist hij dat 98% van de orthopedische blessures te voorkomen zijn en dat atleten gewoonweg de kennis ontbrak van simpele mechanismen en de tools om die mechanismen te verbeteren. Zo was MWOD de ultieme gids voor het oplossen van pijn, het voorkomen van blessures en het optimaliseren van atletische prestaties. En reikte hij via zijn betalende blog ‘movement and mobility instructional videos’ met innovatieve tools aan om disfunctionele bewegingen te corrigeren (http://www.mobilitywod.com). Starrett en zijn MWOD waren zodanig populair dat hij een boek had geschreven om mensen naar betere mobiliteit en betere levenskwaliteit te gidsen (Cordoza & Starrett). Hoewel MobilityWOD zo populair was, stelde men vast dat de video’s niet gestructureerd waren, van
28
Bachelorproef Siri Røhmesmo
lange duur en slechte beeldkwaliteit waren. Tevens had MobilityWOD geen screening die de oefeningen voorafging.
1.7.3 Functional Patterns™ van Naudi Aguilar Een andere populaire vlogger die niet met CrossFit was verbonden, was Naudi Aguilar, oprichter en CEO van Functional Patterns™, ‘Streaming The Human Potential’. Aguilar’s concept begon als een YouTube vlog waarin hij corrigerende functionele oefeningen (zoals bij FMS) verklaarde en instrueerde om het menselijk lichaam naar haar natuurlijke wortels terug te brengen. Ondertussen heeft hij ook een boek geschreven over lichaamshoudingen en biomechanica en hoe men die kan verbeteren (www.functionalpatterns.com). Daarnaast heeft hij ook een heel trainingsprogramma uitgewerkt, gelijkaardig aan FMS, CrossFit en MWOD. En hoewel Naudi heel veel assessments aanhaalde, heeft hij tot hiertoe evenmin een screening ontwikkeld. Aguilar filmpjes waren van hoge kwaliteit, wetenschappelijk onderbouwd, en gratis te bekijken via YouTube. Maar ook deze video’s waren van lange duur.
1.7.4 Dave Werner met Athletic Skill Levels en moveSKILL Dave Werner was de oprichter en mede-eigenaar van de eerst geaffilieerde CrossFit gym, “Level 4 CrossFit Seattle”. In 2006 startte hij met de Ahtletic Skills Levels (Zie bijlage F, pagina 15 en 16 in aparte bijlagenbundel), gebaseerd op het idee dat een bepaalde set van (bewegings-) vaardigheden succes kon voorspellen in een breed scala van fysieke inspanningen. Deze Skills Levels definieerden een set van fysieke vaardigheden en een set van progressieve ‘benchmarks’. Door deze benchmarks te gebruiken, kon men een gepersonaliseerde set van doelen ontwikkelen om zijn of haar fitness te verbeteren (Werner, 2013). Door het vele zitten in de moderne maatschappij, ontwikkelden mensen chronische fysieke problemen die functioneel menselijk bewegen belemmeren (Werner, 2014). Dusdanig vond Werner (2013) dat men vooraleer men complexe en intensieve bewegingen zou uitvoeren, men eerst de ‘fundamentals’ moest beheersen. Om algemene fitness te ontwikkelen, diende men eerst aan zijn of haar zwakheden te werken, tekortkomingen te vinden en te elimineren. Nergens had Werner het echter over screenings en/of bewegingsvoorschriften. Bachelorproef Siri Røhmesmo
29
Wel had Werner gelijkaardig aan MobilityWOD van Kelly Starrett, ‘moveSKILL’ opgestart als remediëring op de Athletic Skill Levels. De website bood naast een betalend begrijpelijk kracht- en conditieprogramma, ook meer dan 400 gratis makkelijk te volgen demo- en instructievideo’s. De video’s stonden gestructureerd op moveSKILL.com en de kwaliteit van video’s was opmerkelijk professioneel.
30
Bachelorproef Siri Røhmesmo
1.8 Samenvatting Zowel de FMS van Cook, als de OHS van NASM, als MobilityWOD van Starrett, als Functional Patterns van Naudi Aguilar, als Dave Werner met zijn Athletic Skills Levels en moveSKILL hadden drie dingen gemeen: -
ze maakten mensen bewust van beweging
-
ze leerden hoe ze beter dienden te bewegen
-
ze wouden blessures vermijden.
Met het feit dat CrossFit aan populariteit bleef winnen (Herz, 2014), en ook het ledenaantal bij CrossFit Moves bleef toenemen, werd het risico op blessures groter gezien meer mensen meer verschillende bewegingspatronen en beginniveaus met zich meebrachten, maar de intensiteit van CrossFit wel dezelfde bleef. Zo stelde Babiash et al. (2014) voor om een beginscreening in te voeren vooraleer men aan CrossFit zou deelnemen. Doordat het Functional Movements System™ niet CrossFit specifiek genoeg leek en de Athletic Skills Levels geen screening bevatten, werd in kader van het onderzoek naar hoe een CrossFit specifieke Fundamental Screening met bijhorende corrigerende training een meerwaarde kon bieden voor de trainers en leden van CrossFit Moves, een nieuwe screening opgesteld naar het model van de FMS. Zodat men door middel van een gestandaardiseerd testprotocol maximale informatie output en minimale tijdsinvestering had. Bij deze nieuwe screening integreerde men echter de CrossFit Fundamental principes volgens de Athletic Skills Levels van Werner. Wederom bleken de ‘corrective exercises’ volgens de FMS, hoewel ze functioneel waren, niet CrossFit specifiek genoeg. Tevens werd de ‘corrective training’ als personal training in een 1-op-1-setting gegeven, wat te tijdsintensief was voor de casestudy van CrossFit Moves. Gezien de populariteit van MobilityWOD en moveSKILL, leek het maken en online posten van corrigerende instructievideo’s effectiever en efficiënter. In het concept van vloggen diende men wel rekening te houden met de lengte van de instructievideo’s, zodat de aandacht bij de oefening bleef (Gao, Huang, Tian & Yang, 2010).
Bachelorproef Siri Røhmesmo
31
HIPS
PUSH
PULL
CORE
Air squat
Strict press
Pull up
Abm. Sit up
Box jump
Push up
KB swing
Hover walk
Deadlift
Ring dip
Rope pull up
Hollow Scap pull
Fig. 7 – Voorontwerp CrossFit Fundamental Screening
32
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Hoofdstuk 2 Praktijkgericht onderzoek 2.1 Fase I 2.1.1 Meetmethode Als meetmethode in de eerste fase is er gekozen voor de vorm van een (directe) observatie, wat inhield dat men door middel van visuele analyse metingen uitvoerde. Men heeft geopteerd voor deze subjectieve meetmethode vanwege de gebruiksvriendelijkheid, de lage kost en omdat het gemakkelijk te leren was voor trainers met de nodige (CrossFit) kennis. Omdat subjectieve meetmethoden een eerder geringe wetenschappelijke basis hadden, werd bij de eerste meetmethode een bestaande systematische screening gebruikt: de Functional Movement Screening™ (Burton et al., 2010a). Volgens verscheidene onderzoeken die de betrouwbaarheid interrater en intrarater testten, bleek de FMS zeer goed te scoren. Ook de meetmethode werd zeer valide bevonden in het voorspellen van risico op blessures (Burton et al., 2010b; Childs, Donofry, Dugan, Halfpap, Lorenson, Shaffer, Teyhen, & Walker, 2012; Doyscher et al., 2014; McBride & Parchmann, 2011). Daarnaast, vond er samen met het afnemen van FMS scores, ook een pilot testing van de CrossFit Fundamental Screening plaats (Zie bijlage G in de bijlagenbundel, pagina 17). De nieuwe screening, voor en door dit onderzoek ontwikkeld, is tot stand gekomen door het samenvoegen van de beste factoren van enerzijds de FMS van Cook en anderzijds de Athletic Skills Levels van Werner, om dusdanig een CrossFit specifieke screening te ontwikkelen. Zo behield de nieuwe screening de scoring en het protocol van de FMS, maar werden de bewegingen vervangen door CrossFit Fundamental Movements uit de Athletic Skills Levels. Zo had men vier onderdelen, ‘hips’, ‘push’, ‘pull’ en ‘core’ met telkens drie bewegingen, respectievelijk: air squat, box jump, deadlift, military press, push up, ring dip, pull up, planking rope pull, kettlebell swing, abmat sit up, walking hover en hollow scap pull. Beide screenings zorgden voor een tweeledige kwalitatieve dataverzameling over de kwaliteit en veiligheid van (CrossFit) functionele bewegingen.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
33
2.1.2 Doelgroep Leden van CrossFit Moves konden op vrijwillige basis deelnemen aan het onderzoek, de doelgroep van dit onderzoek is dus op willekeurige basis tot stand gekomen. Men heeft vanuit CrossFit Moves uit een nieuwsbrief gestuurd met daarin de uitnodiging voor deelname aan het onderzoek en om zich dan te melden via mail voor verdere afspraken. Zo reageerden er 28 personen op de nieuwsbrief, waarvan uiteindelijk 22 effectief hebben deelgenomen aan het onderzoek. Uit de intake bij de eerste testfase bleek dat van de 22 deelnemers er 15 mannelijk en 7 vrouwelijke deelnemers waren. Leeftijden schommelden uiteenlopend tussen 23 jaar en 46 jaar. Deelnemers woonden of werkten in en rond Antwerpen-Noord. Men beschouwde zichzelf vooral als een ‘gemiddelde’ CrossFitter die drie à vier keer per week kwam CrossFitten. 2.1.3 Procedure Het onderzoeksprotocol verliep in verschillende stappen. Eerst werd er een Doodle met korte duiding en bedoeling van de eerste test opgesteld en aan de deelnemers toegestuurd om met elke deelnemer afzonderlijk een afspraak te maken voor de eerste testafname (Zie bijlage K en L in de bijlagenbundel, pagina’s 21 en 22).
Bij de testafname werd er eerst kort uitgelegd wat de Functional Movement Screening inhield en wat deze test precies screende (Zie bijlage A en B in de bijlagenbundel, pagina’s 4 tem 11). Ook werd verduidelijkt wat de CrossFit Fundamental Screening – Fase I inhield en zou testen (Bijlage G in de bijlagenbundel, pagina 17). Bij beide testen diende de deelnemer bewegingen uit te voeren onder observatie van de testafnemer waarop deze laatste de geteste persoon een score gaf op basis van voor de deelnemer onbekende scoringcriteria.
Beide testprotocollen gebeurden op dezelfde manier, de testafnemer benoemde en demonstreerde kort de beweging die de geteste persoon diende uit te voeren, zonder in detail te gaan. Anders dan bij een coach of trainer, kreeg de geteste persoon geen tips of tricks zodat de beweging zo eigen mogelijk werd uitgevoerd. Men diende als testafnemer objectief te zijn en volgens de vastgelegde criteria de deelnemer visueel te beoordelen.
34
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Zo kon men in de Functional Movement Screening™ per beweging een score krijgen van 0 tot en met 3, waarbij 0 voor pijn stond, 1 voor het niet kunnen uitvoeren van de beweging, 2 voor het wel kunnen uitvoeren mits compensatie en 3 voor een perfecte score. Er waren 7 bewegingen, dus men kon maximaal een 21 als eindscore halen.
In de CrossFit Fundamental Screening kon men per onderdeel, ‘hips’, ‘push’, ‘pull’ en ‘core’, maximaal een 9 halen, in totaal dus 36. Per onderdeel had men drie bewegingen; -
hips: de air squat, de box jump en de deadlift
-
push: de military press, push up en de ring dip
-
pull: de pull up, de kettlebell swing en de plank rope pull
-
core: de abmat sit up, de hover walk en de hollow scap pull.
Per beweging kon men dan een score van 1 tot en met 3 halen, waarbij 1 stond voor het niet kunnen uitvoeren van de beweging, 2 voor het wel kunnen uitvoeren mits compensatie en 3 voor een perfecte uitvoering van de beweging. Men diende de beweging eerst driemaal traag en gecontroleerd uitvoeren, meteen erna tienmaal zo snel als men kon.
Na de testafname werden de resultaten mondeling besproken.
2.1.4 Dataverwerking De resultaten van beide tests werden in Excel verwerkt en in relatie geplaatst. Er zijn geen percentages berekend, wel is er gekeken naar de gemiddelde scores en zijn die tot elkaar in vergelijking gebracht.
2.1.5 Resultaten fase I Zie bijlage M in de bijlagenbundel, pagina 23. Uit de eerste testfase is gebleken dat de FMS scores niet in relatie stonden tot de scores van CFS, deelnemers die hoog scoorden op FMS scoorden daarom niet ook hoog op de CFS, mensen die laag scoorden op de FMS scoorden daarom ook niet laag op de CFS, integendeel. Dit wees op het feit dat een Functional Movement Screening geen CrossFit specifieke screening is.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
35
De gemiddelde score van de Functional Movement Screening was 15,73, wat net boven het gemiddelde lag van de streefwaarde voor een recreatieve sporter (Cherlet, 2014-2015). De gemiddelde score van de CrossFit Fundamental Screening was 25,25, wat in verhouding met de maximale score van 36 punten weinig leek. Maar gezien er 12 verschillende oefeningen waren, kon men met een gemiddelde score per beweging maximaal 24 als score behalen. Opvallend lagen de gemiddelde scores van de onderdelen ‘push’ en ‘hips’ lager dan die van ‘pull’ en ‘core’.
Ook opvallend scoorden de vrouwelijke deelnemers lager op de CFS-test, bij de FMS-test was er geen opvallend onderscheid in vrouwelijke of mannelijke scores te merken.
36
Bachelorproef Siri Røhmesmo
2.2 Ontwikkeling product De resultaten van fase I bevestigde wat eerder in het theoretisch onderzoek al bleek, de Functional Movement Screening was inderdaad geen prestatie indicator voor de sport CrossFit (Cherlet, 2014-2014), en was er effectief nood aan een CrossFit specifieke screening.
De deelnemers aan het onderzoek en de screening beschouwden zichzelf als gemiddelde CrossFitters die drie à vier keer per week komen CrossFitten, doch scoorden ze op de CrossFit Fundamental Screening – Fase I heel gemiddeld. Men kon er dus vanuit gaan dat men de fundamentele bewegingen nog niet ten volle beheerste en/of dat er foute bewegingspatronen in hun fundamentele CrossFit bewegingen zaten. Zo bleek ook al eerder uit de literatuurstudie, dat men zich zonder deftig gefundeerde basis in de hoge CrossFit intensiteit smijt (Babiash et al., 2013; Cooperman, 2005). Er was dus nood aan een corrigerende training in CrossFit Moves om de kwaliteit en veiligheid van de CrossFit te bewaren.
Als men dan keek naar de reeds bestaande middelen om corrigerende CrossFit specifieke training aan te bieden, maakte men dikwijls gebruik van vlogging (video-bloggen) en focuste men zich vooral op functionaliteit, meer bepaald op mobiliteit (functionalpatterns.com; MobilityWOD.com; moveSKILL.com). Analoog met deze resources heeft men specifiek voor CrossFit Moves leden dergelijk ‘social media’ programma opgestart.
Zo is Siriøus Training als product van dit onderzoek ontwikkeld. Siriøus Training was een YouTubekanaal en Facebookpagina (Zie bijlage N, O & P in de bijlagenbundel, pagina’s 24 tem 26) waar men corrigerende oefeningen als remediëring op de resultaten van CrossFit Fundamental Screening op postte, opdat leden van CrossFit Moves op zelfstandige basis aan hun persoonlijke ‘weaknesses’ konden werken. Siriøus Training onderscheidde zich van de reeds bestaande dergelijke concepten op verschillende vlakken; -
de video’s waren toegankelijker, ze werden in het Nederlands geïnstrueerd
-
de video’s waren duidelijk, met titel en specifiek per onderdeel (hips, push, pull, core)
-
de video’s waren kwalitatiever van beeld, zo was er ook telkens een hoofding
-
de video’s waren telkens rond de minuutlengte voor optimale aandachtsbesteding
-
de video’s waren van minimale -financiële- input en maximale output.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
37
De deelnemers aan het onderzoek werden na het afleggen van de CrossFit Fundamental Screening uitgenodigd om ook deel te nemen aan de productontwikkeling (Zie bijlage Q in de bijlagenbundel, pagina 27). Zes weken lang werden er elke week minstens vier, minstens één per onderdeel, filmpjes gepost met kleine corrigerende oefeningen. Bedoeling was dat de deelnemers drie keer per week die oefeningen als accessoiretraining voor of na de CrossFit training de oefeningen op zelfstandige basis uitvoerden. Om te weten te komen of men effectief de oefening deed en wanneer, diende men een logboek bij te houden (Zie bijlage J in bijlagenbundel, pagina 20). https://www.youtube.com/channel/SiriousTraining
38
Bachelorproef Siri Røhmesmo
2.3 Fase 2 2.3.1 Meetmethode: Wederom heeft men in dit onderzoek voor een tweeledige meetmethode geopteerd in de tweede fase. Enerzijds had men opnieuw een directe observatie gebruikt, in de vorm van de verbeterde versie van de CrossFit Fundamental Screening. En anderzijds had men een enquête samengesteld ter evaluatie van het product, Siriøus Training en de CrossFit Fundamental Screening.
Men heeft gekozen voor een tweede maal de bewegingskwaliteit door middel van visuele analyse te meten om te weten of Siriøus Training effectief was en de CrossFit specifieke bewegingen had verbeterd. Deze verbeterde meetmethode was tot stand gekomen door het aanpassen en optimaliseren van de pilot testing ‘CrossFit Fundamental Screening – fase I’ (Zie bijlage R in de bijlagenbundel, pagina 28). Tevens had men ook de bewegingen aangepast per onderdeel zodanig dat niet alleen de modaliteit ‘gewichtheffen’ aan bod kwam, maar er ook meer aandacht naar ‘bodyweight’ of ‘gymnastiscs’ gingen.
Het testprotocol was nog steeds gebaseerd op de FMS van Gary Cook (Burton et al., 2010a). Scoringscriteria werden vastgelegd met voorschriften en foto’s (Zie bijlage T in de bijlagenbundel, pagina 30 tem 41), opdat de screening overal op dezelfde manier gebeurde en de betrouwbaarheid steeg. Anderzijds was de screening nog steeds opgedeeld in de vier bewegingscategoriën van Werner; hips, push, pull & core (Werner, 2010) en bleef de scoring onveranderd. Na de screening werden de resultaten mondeling overlopen.
Daarnaast had men een enquête opgesteld om zowel de screening CFS als de corrigerende Siriøus Training te bevragen, indien men één van de twee had gedaan, kon men deelnemen aan de enquête. De enquête is tot stand gekomen door eerst te bevragen hoe men de screening ervaren heeft, en of men deze zou aanraden aan andere CrossFitters. Daarna werd Siriøus Training bevraagd, hoe men die ervaren heeft en op welke manier men er gebruik van gemaakt heeft. Tenslotte polste de enquête naar het CrossFit profiel van de deelnemer.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
39
2.3.2 Doelgroep: Voor de screening had men dezelfde willekeurige 22 CrossFit Moves leden via mail (Zie bijlage Q in de bijlagenbundel, pagina 27) uitgenodigd om deel te nemen aan de Doodle voor een tweede screening en de online evaluatie achteraf in te vullen van de screening met training (Zie bijlage U en V in de bijlagenbundel, pagina 42 en 43). Voor de online enquête had men een iets groter publiek aangesproken via de Facebookpagina van Siriøus Training. Ook mensen die de screening niet hadden meegedaan, maar Siriøus Training wel kennen en gevolgd hebben, hebben de enquête ingevuld. Dit maakte dat de doelgroep van de enquête breder was dan die van de screening zelf. Hoewel dat het profiel grotendeels toch hetzelfde bleef, waren er onder de enquêtedeelnemers enkelen die niet wisten wat CrossFit was. Naast de 22 gescreende CrossFitters, waren er nog 26 extra mensen die de enquête hebben ingevuld. De leeftijd varieerde van 22 jaar tot en met 53 jaar en er waren overduidelijk meer mannelijke deelnemers.
Fig. 8 – Verhouding mannen en vrouwen in deelnames enquête Opvallend bleek ook hoeveel van de deelnemende CrossFitters een zittend beroep hadden (60%).
Fig. 9 – Grafische weergave van beroepen in deelnemers enquête
40
Bachelorproef Siri Røhmesmo
2.3.3 Procedure: Het onderzoeksprotocol verliep licht anders als in de eerst fase I. Dit keer was er geen FMStest, omdat die geen valide indicator voor CrossFit specifieke bewegingen bleek te zijn. Wel moesten de deelnemers een tweede keer de CrossFit Fundamental Screening doen om te kunnen controleren of er vooruitgang was geboekt. De test gebeurde op dezelfde manier, de testafnemer deed de oefening éénmaal voor en benoemde de oefening voor de geteste persoon, zonder de deelnemer te coachen of te trainen.
Daarna ging beoordeelde men visueel of de testpersoon voldeed aan de scoringcriteria (Zie bijlage T in de bijlagenbundel, pagina 30 tem 41). Per beweging kon men dan een score van 1 tot en met 3 halen, waarbij 1 stond voor het niet kunnen uitvoeren van de beweging, 2 voor het wel kunnen uitvoeren mits compensatie en 3 voor een perfecte uitvoering van de beweging. Men diende de beweging eerst driemaal traag en gecontroleerd uitvoeren, meteen erna volgend een tien seconden AMRAP of hold. AMRAP was een typische vorm van een CrossFit Workout dat stond voor As Many Rounds/Reps As Possible, zoveel mogelijk herhalingen/ronden van oefeningen doen tegen tijd. Hold bedoelde hier gewoon aanhouden van de beweging.
Na het afleggen van de test kreeg men gedetailleerd te horen wat er verbeterd was en waar men nog aan kon blijven werken. Eens iedere deelnemer de tweede maal de CrossFit Fundamental Screening had gedaan, kregen alle deelnemers binnen CrossFit Moves een mail met de link om de enquête in te vullen. Tevens werd er ook een link naar de enquête op de facebookpagina van Siriøus Training geplaatst, wat de enquête openstelde voor iedereen.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
41
2.3.4 Dataverwerking: De resultaten van de tweede CrossFit Fundamental Screening werden ook ingegeven in Excel, waarmee men dan de gemiddelde scores per onderdeel (hips, push, pull & core) kon halen (Zie bijlage Y in de bijlagenbundel, pagina 51). De scores lagen licht hoger (0,62 à 0,70) per onderdeel, in de totaalscore betekende Siriøus Training een verschil van 2,66 punten hoger tegenover fase I.
De enquête ter evaluatie van de CrossFit Fundamental Screening werd gemaakt op Google Formulieren, wat zorgde voor een automatische data verwerking, weergegeven in grafieken en diagrammen. In het volgende hoofdstuk besprak men de de eindresultaten van het onderzoek.
42
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Hoofdstuk 3 Praktische toepassing Bij testfase I werd meteen duidelijk dat de FMS-test geen indicator was betreffende de CrossFit specifiek prestatie. Wel merkte men met het onderzoek dat wanneer men fundamentele CrossFit bewegingen ging screenen, de screening meer betekenis had voor de CrossFitters. Doordat de bewegingen fundamenteel waren, waren zo ook vrij ‘basic’, wat niet wou zeggen dat ze als gemakkelijk ervaren werden. De scores in testfase I lagen maar net boven het gemiddelde. Het vaststellen van standaard bewegingsvoorwaarden per oefening, zoals in de Functionele Movement Screening maakte de test inderdaad gemakkelijk om te hanteren. Met een minimale input van tijd, had men een maximale output aan info. Er was niet meteen één van de vier (hips, push, pull, core) onderdelen dat er gemiddeld uitsprong, wel zag men individueel verschillende ‘weak links’. Vandaar werden alle onderdelen even uitgebreid aan bod genomen in de corrigerende training, Siriøus Training. Uit de resultaten van de tweede testfase is gebleken dat men in CrossFit Moves wel degelijk een meerwaarde haalde uit de CrossFit Fundamental Screening met bijhorende corrigerende Siriøus Training.
Fig. 10 – Vergelijkende grafiek van resultaten CFS fase I en CFS fase II
Als er dan gekeken werd naar de resultaten van de evaluerende enquête, kon er vastgesteld worden dat men algemeen heel positief was, zowel over d screening als over de training. Zo zei meer dan 80% van de deelnemers aan de enquête én de screening heel tevreden te zijn over de screening, als opmerking gaf men zelfs aan dat de screening heel professioneel aandacht had voor alle niveaus. Bachelorproef Siri Røhmesmo
43
Fig. 11 – Tevredenheid over de screening De bedoeling van de screening was om zowel beginnende als ervaren CrossFitters bewust te maken van de bewegingspatronen in de basis, in de fundamentele CrossFit bewegingen, zonder intensiteit te betrekken. Wat niet betekende dat de CFS complex was, een groot aandeel van de gescreende deelnemers vond de test vrij gemakkelijk.
Fig. 12 – Moeilijkheidsgraad CFS Net zoals Babiash et al. (2013) beweerde dat iedereen een degelijke screening zou moeten ondergaan alvorens te straten met CrossFit, en net zoals Werner (2013) erop hamerde eerst de fundamenten te beheersen alvorens intensief te gaan, zo ook waren de deelnemende CrossFitters van mening dat elke CrossFitter de CrossFit Fundamental Screening zou moeten ondergaan.
Fig. 13 – Alle deelnemers raden de CFS aan andere CrossFitters aan 44
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Niet alleen over de CFS was men enthousiast, de deelnemende leden van CrossFit Moves en ook ander CrossFitters en zelfs niet CrossFitters, waren zeer positief over het concept Siriøus Training.
Fig. 14 – Bijna 90% van de deelnemers was bekend met Siriøus Training, via coach Siri De rol van coach bleek zeer belangrijk in het bekend maken van en met de CrossFit Fundamental screening. De meningen over inhoud van Siriøus Training waren tevens overwegend positief, zo klonk het bij een van de deelnemers: “Korte en duidelijke filmpjes. In een overvloed van Engelstalige content zijn filmpjes in het Nederlands een goed idee.”
Fig. 15 – Bijna 70% heel tevreden over Siriøus Training en 85% raadde het anderen aan Bachelorproef Siri Røhmesmo
45
Bedoeling van Siriøus Training was dat CrossFitters, van elk niveau, tot driemaal toe per week corrigerende oefeningen zouden doen. Tijdens het onderzoek had elke deelnemer ook een logboek meegekregen, maar niemand van de testpersonen heeft zijn of haar logboek bijgehouden. Wel heeft men op de enquête kunnen aangeven hoe vaak men de corrigerende Siriøus Training effectief heeft toegepast. Uit de resultaten bleek dat Siriøus Training eerder een sporadische tool was, 85% gaf aan slechts af en toe met Siriøus Training te oefenen, 10% wekelijks en 5% dagelijks. Bij opmerkingen werd tweemaal ‘blessures’ als verklaring gegeven.
Fig. 16 – Oefenen of kijken? Blijkbaar was het wijzen op verkeerde bewegingspatronen en het mensen bewust maken van mobiliteit, stabiliteit en functionaliteit genoeg om er voor te zorgen dat mensen zelf meer gaan letten op hun houding en uitvoering van beweging. CrossFit was zeer intensief en competitief, maar door de CrossFit Fundamental Screening en corrigerende Siriøus Training zouden CrossFit Moves leden meer stil staan bij de kwaliteit van hun uitvoering. Want uit de enquête is ook gebleken dat 25% van alle 48 deelnemers met een blessure kampte. Wel had men er niet bij gespecifieerd of het CrossFit gerelateerd was of niet.
46
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Conclusie De CrossFit Fundamental Screening met bijhorende corrigerende training heeft meerwaarde geboden aan de leden van CrossFit Moves, door hun bewust te maken van foute bewegingspatronen, het belang van fundamentele bewegingen aan te tonen en door middel van Siriøus Training de bewegingskwaliteit te verbeteren. Uit de enquête kan men afleiden dat men heel tevreden is, zowel over de screening als over de Siriøus Training. Zoals Babiash et al. (2013) en Burton, Cook & Hoogeboom (2006) al beweerden, is het inderdaad nodig dat men met een pre-participatie screening bepaalt of een atleet de nodige capaciteiten bezit om te kunnen participeren in -complexe of intensieve- sportactiviteiten. De Functional Movement Screening en CrossFit hebben op het eerst zich veel functionaliteit gemeen, maar na onderzoek bleek dat er geen correlatie bestaat tussen de FMS resultaten en CFS resultaten (Cherlet, 2014 – 2015; Parchman, 2011). Ook al zijn er geen kritische of wetenschappelijke gegevens over CrossFit en haar relatie met blessures. Duidelijk is wel dat ze veel voorkomend zijn en dat een screening mensen kan sensibiliseren hiervoor. Een gestandaardiseerde CrossFit Fundamental Screening op basis van visuele meting en observatie is heel effectief om ‘weak links’ in basis CrossFit bewegingen te ontdekken, en mensen hiervan bewust te maken, en zo mensen te preventief behoeden voor blessures en/of overtraining. Beter voorkomen dan genezen! Het blijkt en blijft trouwens nodig om mensen te blijven sensibiliseren, in CrossFit Moves heeft de helft van het cliënteel een zittend beroep. Ander en verder onderzoek zou wenselijk zijn naar de relaties tussen zittend beroep en slechte CFS-score. Als er meer tijd had geweest, zou het beter geweest zijn de deelnemers gefilmd te hebben tijdens hun testafname, zodat men ook zelf kan vaststellen wat er wel of niet goed zit. Ook had men beter telkens een papieren evaluatie van de CrossFit Fundamental meegegeven aan de deelnemers. Zij wisten soms niet meer wat hun ‘weakest links’ waren.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
47
Corrigerende Training via social media en meer bepaald via YouTube is zeer efficiënt, wat wil zeggen dat men weinig input moet maken (geld, tijd, materiaal,…) om toch maximale output te hebben (veel bereik, nieuwe mensen, banden hechten). Toch zou corrigerende training of ‘mobility’ training in de CrossFit Box geïntegreerd moeten worden als small group training, aan een WOD voorafgaand. Blijkt uit de resultaten dat vele wel kijken naar Siriøus Training, maar dat men toch een motivatie mist om de oefeningen ook echt uit te voeren. Verder onderzoek hiernaar is nodig.
48
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Referentielijst Babiash, P., Doberstein, S., Foster, C., Porcari, J. P., & Steffen, J. (2013). CrossFit™: New research puts popular workout to the test. PROSOURCE American Council on Exercise
(ACE).
Geraadpleegd
op
3/11/2014
via
http://www.acefitness.org/prosourcearticle/3542/ Beers, E. (2014). Virtuousity goes viral. The CrossFit Journal. Geraadpleegd op 19/3/2015 via http://library.crossfit.com/free/pdf/CFJ_06_2014_All.pdf Beers, E. (2015). Unfit to print? The CrossFit Journal. Geraadpleegd op 2/6/2015 via http://journal.crossfit.com/2015/05/unfit-to-print.tpl Belger, A. W. (2012). The Power of Community: CrossFit and the Force of Human Connection. Verenigde Staten: Victory Belt Publishing. Bennet, B. (2014). Can FMS and CrossFit coexist? Geraadpleegd op 4/12/2014 via http://www.functionalmovement.com/articles/Screening/2014-0218_can_fms_and_crossfit_coexist Berger, R. (2013). NSCA “CrossFit Study” Fraud? The CrossFit Journal. Geraadpleegd op 20/12/2014 via http://journal.crossfit.com/2013/05/acsm.tpl Bossu, J. (2014-2015). What is corrective exercise and why should we care [Gastcollege]. Brugge: Hogeschool West-Vlaanderen Bachelor in Sport en Bewegen. Burton, L., Bryant, M.F., Cook, G., Kiesel, K., & Rose, G. (2010a). Movement. Functional Movement Systems: Screening, Assessment and Corrective Strategies. Verenigde Staten: On Target Productions. Burton, L., Butler, R. J., Kiesel, K. B., Minick, K. I., Plisky, P., & Taylor, A. (2010b). Interrater reliability of the Functional Movement Screen. Journal of Strength & Conditioning Research 24(2), 479-486. Burton, L., Cook, G., & Hoogenboom, B. (2006). Pre-Participation Screening: The Use of Fundamental Movements as an Assessment of Function – Part 1. North American Journal of Sports Physical Therapy 1(2), 62-72. Bushman, B. (Ed.). (2011). ACSM’s Complete Guide to Fitness & Health. Verenigde Staten: American College of Sports Medicine.
Bachelorproef Siri Røhmesmo
49
Cherlet, R. (2014-2015). Module Sportfundamentals HC3: deel ‘OBSERVE’ uit Health Coach Model. Posturale en biomechanische screening en assessment [Cursus]. Brugge: Hogeschool West-Vlaanderen Bachelor in Sport en Bewegen. Cherlet, R., Hanssen, M., Mens, M., Soenens, A., Spittaels, H., & Vansteenkiste, J. (20142015). Health Coaching [Cursus]. Brugge: Hogeschool West-Vlaanderen Bachelor in Sport en bewegen. Childs, J. D., Donofry, D. F., Dugan, J. L., Halfpap, J. P., Lorenson, C. L., Shaffer, S. W., Teyhen, D. S. 1., & Walker, M. J. (2012). The Functional Movement Screen: a reliability study. The Journal of orthopaedic & sports physical therapy 42(6), 530540. Cooperman, S. (2005, 22 december). Getting Fit, Even If It Kills You. The New York Times. Geraadpleegd via http://www.nytimes.com/2005/12/22/fashion/thursdaystyles/gettingfit-even-if-it-kills-you.html?_r=0 Cordoza, G., & Starret, K. (2013). Becoming a Supple Leopard. The Ultimate Guide to Resolving Pain, Preventing Injury, and Optimizing Athletic Performance. Las Vegas: Victory Belt Publishing Inc. Delavier, F. (2006). Strength Training Anatomy. Second edition. Verenigd Koninkrijk: Human Kinetics. Devor, S. T., Smith, M. M., Sommer, A. J., & Starkoff, B. E. (2013). Crossfit-based highintensity power training improves maximal aerobic fitness and body composition. Journal of Strength & Conditioning Research 27(11), 3159-3172. Doyscher, R., Kraus, K., Schütz, E., & Taylor, W. R. (2014). Efficacy of the functional movement screen: a review. Journal of Strength & Conditioning Research 28(12), 3571-3584. Friedman, J. (2014). Succes and the Bull’s Eye. The CrossFit Journal. Geraadpleegd op 28/11/2014 via http://journal.crossfit.com/2014/03/success-and-the-bulls-eye-1.tpl Gao, W., Huang T., Tian, Y., & Yang, Q. (2010). Vlogging: a survey of videoblogging technology on the web. Journal ACM Computing Surveys 42(15). Geraadpleegd op 12/5/2015 via http://dl.acm.org/citation.cfm?id=1749606 Glassman, G. (2002). What is fitness? The CrossFit Journal. Geraadpleegd op 2/12/2014 via http://library.crossfit.com/free/pdf/CFJ_Trial_04_2012.pdf 50
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Glassman, G. (2007). Understanding CrossFit. The CrossFit Journal 56. Geraadpleegd op 2/12/2014 via http://www.crossfit.com/journal/library/56-07_Understanding_CF.pdf Glassman, G. (2010). The CrossFit Training Guide. Geraadpleegd op 29/10/2014 via http://www.crossfit.com/cf-seminars/CertRefs/CF_Manual_v4.pdf Goins, J. M. (2014). Physiological and performance effects of CrossFit [Dissertation]. Geraadpleegd
op
12/12/2014
via
http://acumen.lib.ua.edu/content/u0015/0000001/0001549/u0015_0000001_0001549. pdf Goossens, S. (2014). Inspanningsfysiologie: Bewegingsvormen en methodiek 3. Faculteit Geneeskunde Universiteit Antwerpen, Antwerpen. Hak, P. T., Hickey, B., & Hodzovic, E. (2013). The nature and prevalence of injury during CrossFit training. Journal of Strength & Conditioning Research, 10, 15-19. Havrilesky, H. (2014). Why Are Americans So Fascinated With Extreme Sports? The New York
Times
Magazine.
Geraadpleegd
op
23/3/2015
via
http://www.nytimes.com/2014/10/19/magazine/why-are-americans-so-fascinatedwith-extreme-fitness.html?_r=1 Herz, J. C. (2014). Learning to breathe fire: The Rise of CrossFit and the Primal Future of Fitness. Verenigde Staten: Crown Archetype. McBride, J. M., & Parchmann, C. J. (2011). Relationship between functional movement screen and athletic performance. Journal of Strenth & Conditioning Research 25(12), 3378–3384. McCarty, P. (2013). The great injury debate: Is CrossFit dangerous? We may never know. Geraadpleegd op 12/12/2014 via http://breakingmuscle.com/functional-fitness/thegreat-injury-debate-is-crossfit-dangerous-we-may-never-know MobilityWOD®
[Website].
(z.j.).
Geraadpleegd
op
7/6/2015
via
http://www.mobilitywod.com moveSKILL Movement Library [Website]. (2013).
Geraadpleegd op 7/6/2015 via
http://moveskill.com/movementlibrary/ Paine, J., Uptgraft, J., & Wylie, R. (2010). CrossFit Study. Geraadpleegd op 13/12/2015 via http://library.crossfit.com/free/pdf/CFJ_USArmy_Study.pdf Bachelorproef Siri Røhmesmo
51
Platzer, W. (2009). Sesam Atlas van de anatomie deel 1 – Bewegingsapparaat. Stuttgart: Georg Thieme Verlag. Cordoza, G., & Starret, K. (2013). Becoming a Supple Leopard. The Ultimate Guide to Resolving Pain, Preventing Injury, and Optimizing Athletic Performance. Las Vegas: Victory Belt Publishing Inc. Werner, D. (2013). Athletic Skill Levels [Website]. Geraadpleegd op 14/2/2015 via http://crossfitseattle.com/athletic-skill-levels/ Werner, D. (2014). What Thing Do You Practice the Most? Sitting! 100,000 Hours of Practicing
the
Wrong
Thing.
Geraadpleegd
op
14/2/2015
via
http://crossfitseattle.com/thing-practice-sitting/ Wets, L. (2014-2015). Anatomie [Cursus]. Brugge: Hogeschool West-Vlaanderen Bachelor in Sport en bewegen.
52
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Bijlagen in aparte bundel
Bachelorproef Siri Røhmesmo
53
Abstract Inleiding In dit onderzoek werd nagegaan in hoeverre het invoeren van een CrossFit specifieke fundamentele screening met bijhorende corrigerende training een meerwaarde kan beteken voor de leden van CrossFit Moves. Ook al zijn er geen data om het te staven, heeft CrossFit de naam een blessuregevoelige sport te zijn. De screening en bijhorende training behoeden preventief.
Theoretisch kader Meer en meer mensen doen aan CrossFit, ook sedentaire mensen. Maar de nadruk in CrossFit ligt op functionaliteit, capaciteit en snelheid, wat de sport complex en zeer intensief maakt. Mensen zijn hier niet op voorbereid en lopen risico op blessures.
Praktijkgericht onderzoek Met eerste testfase werd de validiteit van de Functional Movement Screening™ onderzocht in vergelijking met een nieuw ontwikkelde CrossFit specifieke screening, CrossFit Fundamental Screening, er bleek geen correlatie te zijn. Er werd ook een videokanaal, Siriøus Training, opgericht met corrigerende oefeningen voor fundamentele CrossFit bewegingen die deelnemers
zes
weken
lang
drie
maal
per
week
oefenden.
In de tweede testfase werd opnieuw de CrossFit Fundamental Screening afgenomen en men stelde een verbetering in de gemiddelde score vast van 0,66. Tevens werd ook een evaluatie over de screening en de training gevoerd, waarin 90% van de deelnemers tevreden waren over de screening CFS en 80% en 70% over Siriøus Training.
Praktische toepassing van het product in het werkveld Door de CrossFit Fundamental Screening worden CrossFitters gesensibiliseerd van het belang van het kwalitatief beheersen van de fundamentele CrossFit bewegingen. Door de Siriøus Training kunnen mensen preventief disfunctionele bewegingspatronen uit hun functioneren halen en preventief handelen op blessures. 54
Bachelorproef Siri Røhmesmo
Bachelorproef Siri Røhmesmo
55