Het gebruik van nieuwe media in de natuur− en milieueducatie Een handreiking
Gert Mensing Eindverslag IVN−natuurgidsencursus Mei 2004
Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Wat is nieuwe media 3. Het NME-proces 3.1 Oriënteren 3.2 Ontwikkelen 3.3 Uitvoeren 3.4 Evalueren 4. Mogelijkheden 4.1 Computers 4.2 Internet 4.3 GPS 4.4 Mobiele telefonie 5. Verwijzingen
3 5 6 6 8 11 16 19 19 23 26 28 29
Deze handreiking is alleen voor intern gebruik binnen het IVN, vereniging voor natuur- en milieueducatie. 2
1. Inleiding In het kader van de cursus IVN-natuurgids moet er een eindverslag worden gemaakt over een bepaald gebied. Vrijwel altijd is dit een natuurgebied. Voor dit verslag is gekozen om een handreiking te maken voor het gebruik van nieuwe media in de natuur- en milieueducatie. Hiervoor is gekozen omdat uit ervaringen blijkt dat er nog maar erg weinig gebruik wordt gemaakt van moderne, technische middelen. Nu is het niet zo dat deze handreiking mensen wil dwingen tot het gebruik van bepaalde middelen. Wel is het de bedoeling van deze handreiking om aan te geven wat de mogelijkheden zijn en op welk moment iets waarvoor gebruikt kan worden. Ook moet deze handreiking niet gezien worden als een volledig handboek voor bijvoorbeeld het maken van een internetsite. Hiervoor zijn talloze boeken in de handel die erg goed zijn. Deze handreiking is dus gemaakt om een verbinding te leggen tussen de nieuwe media en de natuur- en milieueducatie voor diegenen die wel willen, maar niet weten wat er mogelijk is of wat de specifieke eigenschappen zijn van een bepaalde technologie. Deze handreiking geeft eerst een overzicht van de verschillende stappen in het proces van de natuur- en milieueducatie en welke vormen van nieuwe media daarin ondersteuning kunnen bieden. Daarna wordt er dieper ingegaan op de verschillende nieuwe media. Dit omdat een bepaald medium anders op verschillende plaatsen uitgebreid beschreven zou moeten worden.
3
Aan deze handreiking op papier zijn ook de website www.nme.isactief.nl en een CD-rom verbonden. Hierop staan nog meer voorbeelden en zullen actuele ontwikkelingen bijgehouden worden. De CD-rom, met daarop een op dat moment actuele versie van deze handreiking en de website is op aanvraag te verkrijgen. Neem hiervoor contact op met Gert Mensing, auteur van deze handreiking.
4
2. Wat is nieuwe media De term ‘nieuwe media’ is een term die telkens een veranderende inhoud heeft. Een medium is een middel om informatie over te dragen. Nieuwe media is dus een nieuw middel. Zo zijn ook de krant en de radio ooit nieuwe media geweest. Op dit moment wordt de term nieuwe media gebruikt voor een aantal technische middelen die nog maar relatief kort bestaan of die nog sterk in ontwikkeling zijn. Het gaat dan bijvoorbeeld over bepaalde zaken die met computers te maken hebben en het internet. Ook zaken als plaatsbepaling door middel van satellieten, mobiele telefonie en digitale fotografie en/of –video kunnen tegenwoordig nog onder de term nieuwe media worden geschaard. Uit deze voorbeelden blijkt dat de term nieuw een rekbaar begrip is. Het kan dus gaan om een technologie die al tientallen jaren oud is. In het kader van deze handreiking is de keuze niet alleen bepaald door de leeftijd van een technologie. Vooral ook het huidige gebruik in de natuur- en milieueducatie en de eventuele mogelijkheden daartoe zijn van belang geweest bij het maken van de keuze of iets wel of niet tot de nieuwe media behoort. Een keuze voor een aantal technologieën die niet volledig is en niet objectief, maar een weloverwogen keuze voor dit moment en dit doel.
5
3. Het NME-proces Iedereen die bezig is met natuur- en milieueducatie zal zich bewust zijn dat er vrijwel altijd een proces doorgelopen wordt. Dit proces bestaat uit een aantal stappen. Elk van deze stappen in dit proces kan ondersteund worden door verschillende technologische middelen. Naast deze middelen is het zeker niet de bedoeling om de tot nu toe meer gebruikelijke middelen te vergeten. In een ideale situatie wordt er telkens een bewuste afweging gemaakt tussen de verschillende mogelijkheden, of deze nu nieuw zijn of traditioneel. De hieronder beschreven stappen zijn de oriëntatie, de ontwikkeling, de uitvoering en de evaluatie.
3.1 Oriënteren Om te komen tot een natuur- en milieueducatieve activiteit zal er eerst een keuze gemaakt moeten worden met betrekking tot onder meer de doelgroep, de werkvorm, de lengte van de activiteit en dergelijke. Hiervoor zal men zich moeten oriënteren op de verschillende mogelijkheden. Bij deze oriëntatie kunnen nieuwe media op verschillende manieren ondersteuning bieden. Voor deze oriëntatie kunnen vooral een aantal mogelijkheden van het internet goed gebruikt worden. Het WorldWideWeb kan goed gebruikt worden ter oriëntatie. Door middel van het volgen van naar elkaar gelinkte pagina’s kan men veel verschillende werkvormen en onderwerpen tegenkomen. Om te beginnen is 6
bijvoorbeeld de pagina natuur.pagina.nl erg geschikt vanwege het overzicht. Ook kunnen een aantal goed gekozen woorden op een zoekmachine als www.google.nl vaak verrassende vondsten opleveren. Als een IVN-afdeling een internet-site heeft met een gastenboek, dan kunnen ook daar soms tips of ideeën gegeven worden die kunnen leiden naar een succesvolle activiteit. Naast het WorldWideWeb kan ook op een forum of nieuwsgroep een goed idee naar boven komen drijven. Juist voor het opdoen van ideeën is het niet gemakkelijk om veel concretere tips te geven. Door de enorme omvang van de hoeveelheid informatie op het WorldWideWeb kan het lastig zijn om iets spontaan tegen te komen. Voor het opdoen van ideeën of het brainstormen hierover kan ook persoonlijk contact erg goed werken. De meest effectieve methode hiervoor is om bij elkaar te komen. Als dit niet mogelijk is en er toch meerdere mensen tegelijk willen overleggen (wat met de telefoon al weer lastig wordt), kan een chat-sessie nog wel eens handig zijn. Dit kan via bijvoorbeeld een systeem van instant messaging zoals MSN of ICQ.
7
3.2 Ontwikkelen Als de keuzes zijn gemaakt is het tijd om de educatieve activiteit te ontwikkelen. Dit kan betekenen dat er zelf iets bedacht en gemaakt wordt. Ook kan dit betekenen dat er een bestaande activiteit gezocht wordt die dan eventueel nog wordt aangepast. Voor het ontwikkelen van een activiteit is vaak informatie nodig. Als aanvulling op de gebruikelijke bronnen kan nieuwe media dan veel toegevoegde waarde bieden. Voor gebruik op de computer is er bijvoorbeeld veel specifieke programmatuur. Vaak is dit in de vorm van een CD-rom. Hierop kan dan allerlei informatie staan. Een voorbeeld hiervan is de Heukels interactieve flora. Deze biedt namelijk niet alleen de informatie en de zoeksleutels die in de papieren versie staan, maar bevat ook foto’s van de planten. Andere CD-rom’s geven bijvoorbeeld weer uitgebreide informatie over details in zaken als verspreiding. Naast deze specifieke programma’s kunnen natuurlijk ook algemene computerprogramma’s behulpzaam zijn bij het opzetten van een activiteit. Hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld een tekstverwerker of een spreadsheet. Maar aangezien deze programma’s al algemeen in gebruik zijn zullen deze niet verder worden besproken. In combinatie met een computer en eventueel randapparatuur kan ook de digitale fotografie en –video makkelijk zijn. Vooral de snelheid van de verwerking kan 8
handig zijn. Bij gebruik in een (geprojecteerde) presentatie is de vaak lagere scherpte van de foto’s geen probleem. Ook de mogelijkheden om de foto’s en de video’s digitaal te verspreiden kan bij de ontwikkeling van natuur- en milieueducatie veel tijd besparen. De enorme hoeveelheid informatie die een CD-Rom kan bevatten kan erg zinvol zijn. Toch verbleekt dit in veel opzichten bij de informatie die te vinden is op het WorldWideWeb. Over vrijwel elk onderwerp is tegenwoordig wel informatie te vinden. Of dit nu informatie over de bodemsoort is ( www.bodemdata.nl ), oude kadastrale kaarten ( www.dewoonomgeving.nl ) of een beschrijving van de voortplanting bij ijsvogels ( www.ijsvogels.nl ). Over vrijwel elk onderwerp is wel iets te vinden. Een speciale vermelding verdient Henk Merts, die al sinds eind 1998 een zeer uitgebreide website bijhoud. Hierop is zowel veel eigen informatie te vinden als een overzicht van andere pagina’s. Zijn pagina ‘Natuur op het Web’ is te vinden op ourworld.compuserve.com/homepages/henkmerts/ . Ook via een zoekmachine ( www.google.nl ) of een overzichtspagina ( natuur.pagina.nl ) kun je goed op zoek gaan naar specifieke informatie. Het nadeel van internet is echter wel dat de juistheid van de informatie niet altijd gecontroleerd kan worden. Daarnaast geeft het de informatie van het moment dat het geplaatst is. Dit kan handig zijn als het bijgewerkte, actuele informatie is, maar de informatie kan ook sterk verouderd zijn. Helaas staat dit niet altijd vermeld, dus wees hier alert op.
9
Een andere technologie die van pas kan komen is plaatsbepaling door middel van satellieten. Met dit systeem (GPS) kan een route in het veld of een bepaalde plek snel bepaald worden. De verwerking van de gevonden of gezochte plaats in een computer kan een toegevoegde waarde geven aan de meer traditionele manieren van het bepalen van een plaats en het plaatsen hiervan op een kaart. Als men bijvoorbeeld een wandeling uitzet kan er voor gekozen worden om aantekening te maken en deze dan thuis met een pen of stift op een kaart te zetten. Met behulp van GPS gaat dit op een vergelijkbare manier. De route wordt ook dan gelopen in het veld, met een GPS. Thuisgekomen kan de gelopen route dan worden gezet over een ingescande kaart van het gebied. De op deze manier geproduceerde kaart kan dan makkelijk worden verspreid of ingevoegd in een document zoals een beschrijving van de wandeling.
10
3.3 Uitvoeren Als de natuur- en milieueducatieve activiteit voorbereid is, wordt het tijd voor de uitvoering. Ook hierbij kunnen nieuwe media op verschillende manieren een rol spelen. Een aantal mogelijkheden biedt bijvoorbeeld de kans om bezig te zijn met NME zonder dat er direct contact hoeft te zijn tussen de natuurgids en de deelnemer. Hierdoor kunnen meer mensen bereikt worden, of juist mensen die liever zelf het moment bepalen waarop ze de natuur willen beleven. Als er sprake is van een grote hoeveelheid data die vastligt, bijvoorbeeld een uitgebreid rapport over de weidevogelstand in een bepaald jaar, dan kan een uitgave op CD-rom een geschikt middel zijn. Om de weidevogels weer als voorbeeld te nemen kan op de CD-rom een inleiding gegeven worden en uitgebreide informatie over de weidevogels met bijvoorbeeld stukjes film of geluid. Ook uitgebreide informatie over het gebied met gedetailleerde kaarten is dan geen probleem. Voor actuele informatie over de broedsuccessen kan dan een link worden gemaakt naar informatie die op het WorldWideWeb staat. Een modern technologische variant van de diapresentatie en de overheadsheets is een presentatie op de computer die geprojecteerd wordt door middel van een beamer. Hoewel een geprojecteerde computer-presentatie op dit moment absoluut nog niet de scherpte en helderheid van een diapresentatie kan evenaren, zitten er ook voordelen aan. Zo kan makkelijker beeld en tekst worden 11
gecombineerd. Ook een combinatie van stilstaande informatie, zoals tekst en plaatjes, en bewegende beelden hoeft geen probleem te zijn. Juist bij een lezing over bijvoorbeeld een gebied kan dit de lezing aantrekkelijker maken, en daarmee zorgen voor een effectievere overdracht van de informatie. In een presentatie kan ook weer makkelijk gebruikt worden gemaakt van digitale foto’s of videobeelden. Al even genoemd is het WorldWideWeb. Voor het plaatsen van informatie waar men ten alle tijden en overal vandaan toegang toe heeft, is dit natuurlijk een ideale plaats om informatie te verstrekken. Via een website kan zo bijvoorbeeld informatie gegeven worden over een gebied zoals voor de terreinen van de landschappen en natuurmonumenten bijvoorbeeld te zien is op www.natuurkaart.nl of voor een overzicht van activiteiten zoals te zien is op menige website van verschillende IVN-afdelingen. Ook is het goed mogelijk om informatie gestructureerd aan te bieden. Als voorbeeld hiervan is een korstmossentabel omgezet naar html. Men krijgt nu afhankelijk van het gekozen antwoord de volgende vraag die leidt naar de juiste soort. Dit voorbeeld is op de website te vinden. Ook is daar het bronbestand te zien dat hieraan ten grondslag ligt. Het mooie van het WorldWideWeb is dat de informatie makkelijk te actualiseren is, iets dat eigenlijk ook verwacht wordt bij informatie die aan verandering onderhevig is.
12
De meest ultieme vorm van het aanbieden van actuele informatie via het WorldWideWeb is door middel van een webcam. Met een camera, verbonden aan een computer kan een beeld worden aangeboden van iets dat zich direct afspeelt. Voor de natuur- en milieueducatie leent deze vorm zich voor een aantal zaken. Zo kan het een beeld bieden van iets dat geen verstoring door veel bezoekers toelaat, maar wel voor veel mensen interessant is. Dit is op deze manier bijvoorbeeld al eens toegepast bij een vogelnest om daarmee te laten zien hoe de voortgang van het legsel is. Ook bij natuurontwikkelingsprojecten kan het zinvol zijn om een actueel beeld te kunnen geven van de stand van het project. Hierbij is het echter soms ook al voldoende om bijvoorbeeld eens per dag een nieuw beeld te laten zien. Dit hoeft dan niet met behulp van een webcam, maar dit kan dan ook goed door van een vaste plaats een foto te maken met een digitale camera en deze op de website te plaatsen. Beelden van een webcam kunnen dus een extra mogelijkheid zijn om de betrokkenheid bij de natuur of een onderdeel daarvan te vergroten. Naast het geven van informatie kan het WorldWideWeb ook prima gebruikt worden om documenten te verspreiden. Een bezoeker van een website kan dan zelf de documenten downloaden en eventueel uitprinten. Zo kunnen werkbladen, wandel- en fietsroutes of gebiedsbeschrijvingen makkelijk en goedkoop voor een groot publiek beschikbaar worden gesteld. Hierbij verdient het wel de voorkeur om documenten in pdfformaat om te zetten. Dit formaat is ook leesbaar voor 13
mensen die andere systemen gebruiken, de opmaak blijft behouden en er wordt voorkomen dat gedetailleerde illustraties zorgen voor onnodig grote bestanden. Dan kan het WorldWideWeb ook nog op een interactieve manier gebruikt worden. Een voorbeeld hiervan is te vinden op www.beleefdenatuur.nl . Hogeschool InHolland en het IVN hebben samen deze website ontwikkeld. Hierop kan per kilometerhok informatie geplaatst worden die andere bezoekers dan weer kunnen bekijken. Een voorbeeld van nieuwe technologie als werkvorm te gebruiken in de natuur- en milieueducatie. De technologie van plaatsbepaling met behulp van satellieten (GPS) heeft gezorgd voor een nieuw type activiteit in de natuur: geocaching. In een gebied wordt een eenvoudige ‘schat’ verborgen die door middel van het volgen van coördinaten gevonden kan worden. Op de website www.geocaching.nl is hierover alles te vinden. Vaak wordt de opdracht zo geformuleerd dat er door het volgen van de coördinaten een route door een natuurgebied gelopen wordt. Er hoeft niet altijd letterlijk en ‘schat’ te zijn, maar voor bijvoorbeeld kinderen kan dat wel erg motiverend werken. Een activiteit die niet direct educatieve waarde heeft, maar wel veel door IVN-ers uitgevoerd worden is het inventariseren. Hierbij kan GPS behulpzaam zijn in het bepalen en registreren van de plaats van een gevonden object. Er zijn inmiddels afdelingen waarbij bijvoorbeeld de werkgroep weidevogelbescherming gebruik maakt van 14
GPS. De ervaring is daarbij dat er niet meer nesten worden gevonden. Wel is het percentage teruggevonden nesten gestegen tot 100%. Doordat nu alle nesten door het seizoen heen kunnen worden gevolgd, kan er een betere rapportage en daardoor bescherming plaatsvinden. Een technologie die hierboven nog niet besproken is, is mobiele telefonie. Behalve voor het inroepen van hulp in natuurgebieden bij een calamiteit, wordt er hiervan geen gebruik gemaakt in de natuur- en milieueducatie. Op dit moment zijn daar ook niet zo veel mogelijkheden toe. Een mogelijkheid zou eventueel zijn om een WAP-pagina te maken. Maar hoewel vrijwel alle moderne telefoons over deze mogelijkheid beschikken, wordt er vrijwel geen gebruik van gemaakt. Wel veel gebruik wordt er tegenwoordig gemaakt van SMS. De systemen die met behulp van verkorte kiesnummers informatie op aanvraag geven zijn bij veel jongeren populair. Op dit moment kost het aanvragen en opzetten van zo’n systeem echter nog zo veel dat dit nu voor de natuur- en milieueducatie nog niet haalbaar is. Voor de toekomst kan dit echter zeer zeker interessant worden. Ook als UMTS over een aantal jaren gemeengoed geworden is, kan dit zeer zeker interessante mogelijkheden bieden om vooral jongeren te bereiken.
15
3.4 Evalueren Na een activiteit is het goed om te kijken of het gegaan is zoals de opzet was en om te bepalen of de gestelde doelen gehaald zijn. Ook kan het goed zijn om contact te houden met de deelnemers na afloop van een activiteit, al was het alleen maar om ze te laten weten wanneer de volgende activiteit is. Om te rapporteren over een activiteit is het mogelijk om een verslag te schrijven en dit te vermenigvuldigen. Vaak zal dit voldoende zijn. In het geval echter dat er erg veel gegevens verzameld zijn kan dit een behoorlijk dossier opleveren. Als de kosten om dit meerdere malen te vermenigvuldigen of om de dossiers te verzenden te hoog worden kan het verstandig zijn om het dossier op via een CD-rom beschikbaar te maken. Met behulp van een gebruiksvriendelijke navigatie voor het overzicht is dit goed te doen. Bij een evaluatie kan een presentatie met een beamer op verschillende manieren worden ingezet. Tijdens het opstellen van een evaluatie kan het makkelijk zijn als meerdere mensen kunnen meekijken en meepraten. Bij gebruik van een beamer wordt voorkomen dat men over de schouder mee moet kijken. Een goede voorzitter van de bijeenkomst naast de persoon die aan het typen is, is dan wel een voorwaarde. Daarnaast kan het zinvol zijn om de uitslag van de evaluatie van een activiteit te presenteren aan een groep mensen. Hierbij kan het makkelijk zijn een beamer te gebruiken omdat tekst,
16
illustraties, beeld en geluid dan makkelijk te combineren zijn. Voor een rapportage of evaluatie achteraf kan het handig zijn om tijdens een activiteit regelmatig foto’s te maken. Het voordeel van digitale fotografie is dat de kosten per foto erg laag zijn, waardoor er goedkoop een uitgebreide serie foto’s te maken en te bewaren is. Ook de verwerking in documenten, presentaties en andere vormen van rapportage is daarmee eenvoudig. Ook via het internet zijn er verschillende mogelijkheden die een rapportage of evaluatie kunnen ondersteunen. Door middel van het plaatsen van informatie op het WorldWideWeb kan iedere belangstellende kennis nemen van de informatie. Als de informatie beperkt is, dan kan deze informatie direct op een website worden geplaatst. Als het gaat om een grotere hoeveelheid is het gebruiksvriendelijker om het document, de spreadsheet of welk type bestand dan ook als bestand te plaatsen zodat men er voor kan kiezen om dit te downloaden en op de eigen computer volledig te bekijken. Naast het plaatsen van informatie kan een website ook gebruikt worden om contact te houden met deelnemers. Door het plaatsen van een gastenboek kan men na afloop reacties plaatsen. Een forum biedt deze mogelijkheid ook, maar men moet zich dan wel eerst aanmelden wat wel een wat hogere drempel geeft. Het voordeel is wel dat de berichten gestructureerd ingedeeld kunnen worden en dat het een geschiktere manier is om een discussie aan te gaan. 17
Het bij de deelnemers achterlaten van een e-mail adres kan makkelijk zijn als ze zelf contact op willen nemen. Het verzamelen van e-mail adressen van deelnemers biedt weer andere mogelijkheden. Hiermee kan een lijst gevormd worden van mensen die regelmatig op de hoogte gehouden worden van bijvoorbeeld een komende activiteit. Het is dan wel netjes om dit zo te doen dat niet iedereen alle adressen kan zien waar naartoe een bericht verzonden is. Deze mailinglijst kan zelfs worden geautomatiseerd waardoor de mensen zichzelf door middel van het sturen van een mailtje kunnen aan- of afmelden. Het beheren van deze lijst kost dan nauwelijks nog enige moeite. Om mensen op de hoogte te brengen van de volgende activiteit is er nog een mogelijkheid. Iemand met een computer die vrijwel altijd aan staat een vaste internetverbinding kan een instant-messaging programma (zoals MSN) installeren. Bij de gebruikersnaam kan dan de eerstvolgende activiteit worden vermeld. Deze vorm van contact houden met de deelnemers is nog niet gesignaleerd in de natuur- en milieueducatie. Bij een aantal jongerenorganisaties is dit echter wel al in gebruik en het lijkt daar goed te werken.
18
4. Mogelijkheden In dit hoofdstuk staan de technologische mogelijkheden nader uitgewerkt. Dit kan als aanvulling worden gezien op de informatie in het vorige hoofdstuk.
4.1 Computers Een paragraaf over technologie ‘computers’ noemen kan eigenlijk niet. Tegenwoordig bevat elke technologie wel computers of een verbinding daarmee. In deze paragraaf gaat het specifiek over programmatuur, presentaties, Cd-rom’s, beamers en het gebruik van digitale foto- en videoapparatuur. Eigenlijk een allegaartje dus dat met elkaar gemeen heeft dat er voor de meesten thuis achter het bureau mee te werken is. Specifieke programmatuur is door de meeste vrijwilligers niet zelf te maken. Wel kan het erg zinvol zijn om er gebruik van te maken. Al eerder is de Heukels interactieve flora genoemd. Hiernaast zijn er ook andere programma’s verkrijgbaar Niet alleen flora en enceclopedie-achtige programma’s, maar ook bijvoorbeeld met natuurspelletjes voor kinderen Een aantal van dit soort programma’s zijn wel te koop in de boekhandel, maar de meesten worden in eigen beheer uitgegeven. Deze worden dan vaak via tijdschriften of een website aangeboden. Enig zoekwerk kan dus noodzakelijk zijn. De meeste programmatuur wordt uitgegeven op CD-rom. Een Cd-rom kan ook zelf ontwikkeld worden. Het 19
voordeel is dat veel informatie makkelijk en goedkoop verspreid kan worden. Door de mogelijkheid van het plaatsen van een grote hoeveelheid informatie is het wel zaak om aan de vormgeving en navigatie veel aandacht te schenken. Te denken valt dan aan een navigatie door middel van html. Hierdoor is het zelfs mogelijk om te linken naar pagina’s op het WorldWideWeb. Hier kan dan bijvoorbeeld actuele informatie gegeven worden. Een presentatie kan afgespeeld worden op een monitor voor één of twee personen ineens. Dit kan zinvol zijn op een beurs of in bijvoorbeeld een bibliotheek. Hierbij zal dan vaak geen begeleiding aanwezig zijn. Meestal echter zal een voor een presentatie gebruik worden gemaakt van een beamer. Een presentatie is het makkelijkst te maken met een presentatie-programma. Deze wordt dan opgebouwd uit schermen die achtereenvolgens worden getoond. Op een scherm kan tekst gezet worden, maar ook een illustratie of een combinatie daarvan. Zo kan een foto van een vogel worden voorzien van bijvoorbeeld een pijl met een bijschrift. Ook een video- of geluidsfragment kan toegevoegd worden. Bij het geluid moet er wel goed bekeken worden of er voldoende kwaliteit en vermogen is om het volledige publiek te bereiken. Een bestaande presentatie kan makkelijk worden aangepast en ook is het mogelijk om gebruik te maken van een (eigen) stijl die standaard gebruikt wordt. Net als bij een dia-show of overhead-sheets moet het getoonde voldoende grootte hebben om door iedereen gezien te kunnen
20
worden. Het heeft dan ook geen zin om te kleine letters te gebruiken of een te gedetailleerde illustratie. Al eerder is gemeld dat met een beamer het beeld van een computer, video of DVD kan worden geprojecteerd zodat een grote groep dit kan zien. Vergelijkbaar met een diaprojector schijnt een lamp door het beeld en projecteert dit op deze manier op een scherm of ander oppervlak. Bij een beamer wordt dit beeld echter niet gevormd door een stukje film, maar door een doorzichtig schermpje. De puntjes in dit scherm kunnen verschillende kleuren aannemen en zo een beeld vormen. De scherpte van een projector wordt aangegeven in beeldpunten. De meeste moderne projectoren hebben een resolutie van 1024 bij 768 beeldpunten. Het projecteren van een illustratie met een hogere resolutie heeft dus geen zin en kost alleen maar tijd en ruimte. Er zijn er echter ook al met 1280 bij 1024 beeldpunten of nog meer. Dit verschil komt duidelijk in prijs naar voren en zal in de toekomst alleen nog maar stijgen. Verder is de lichtopbrengst van beamers niet zo goed als dat van een vergelijkbare diaprojector. Een ruimte zal dus donkerder gemaakt moeten worden om een goed beeld te krijgen. Ook dit zal nog wel verbeteren. In de natuur- en milieueducatie staat een diavoorstelling voorlopig dus nog ver boven een geprojecteerde presentatie wat betreft scherpte en helderheid. De techniek gaat echter door en biedt nu al wel extra mogelijkheden.
21
Voor gebruik in combinatie met een presentatie, publicatie via een website en dergelijke kan het erg makkelijk zijn om gebruik te maken van digitale fotografie en video. Hiermee wordt een beeld opgeslagen op een digitaal geheugen. Het voordeel is dat de uitwisseling met een computer snel en makkelijk is en dat het geheugen weer gewist kan worden als de beelden bewaard zijn of verwijdert kunnen worden. Als beelden later digitaal verwerkt gaan worden is het om meerdere redenen dus zinvol om gebruik te maken van digitale fotografie of – video.
22
4.2 Internet Het internet is begonnen als verbinding tussen een aantal computers van de Amerikaanse defensie. Al snel begon de wetenschap van de verbindingen gebruik te maken. Inmiddels zijn ontelbare computers met elkaar verbonden. Miljoenen mensen hebben hierdoor toegang tot de verschillende mogelijkheden die het internet te bieden heeft. Eén van de meest bekende mogelijkheden van het internet is het WorldWideWeb. Op basis van html (hypertext markup language) zijn er door vele personen en instanties pagina’s gepubliceerd. Door de pagina’s in html te maken is het mogelijk naar andere pagina’s te verwijzen. Hierdoor is er een enorme bron van informatie ontstaan. Door middel van het kiezen van de juiste domeinnaam, het volgen van links of het gebruik van een zoekmachine kan de weg gevonden worden in deze grote hoeveelheid informatie. Een andere, veelgebruikte mogelijkheid van het internet is e-mail. Hiermee kunnen goedkoop en snel berichten worden verstuurd naar anderen. Dit bericht kan bestaan uit tekst, maar ook het toevoegen van bijlagen als een bestand is mogelijk. Een bericht kan naar één ontvanger worden verstuurd, maar vrijwel net zo gemakkelijk ook naar meerdere ontvangers. Voor dit laatste kan eventueel gebruik worden gemaakt van een mailinglist. Door dit systeem is het mogelijk om een groep ontvangers te bereiken onder één adres. De ontvangers kunnen vaak ook nog zichzelf aan- of afmelden. 23
Inmiddels vaak opgenomen in een pagina op het WorldWideWeb, maar ontstaan als aparte dienst is een discussieforum. Al snel na de opzet van het internet ontstond er de behoeft tot discussiëren. Vooral de wetenschappelijke wereld had hier belangstelling voor. Daarvoor is toen de techniek van de nieuwsgroepen ontwikkeld. Er bestaan nog steeds tienduizenden nieuwsgroepen, zoals de nieuwsgroep nl.natuur. Door de opkomst van fora op het WorldWideWeb is de bekendheid bij het grote publiek hiervan wat minder geworden. Op een forum of nieuwsgroep kan een discussie gestart worden, vaak met een vraag of eerste stellingname. Anderen kunnen dan op dit onderwerp reageren. Voor alle bovenstaande mogelijkheden en technieken is het niet nodig dat meerdere mensen tegelijk verbinding hebben met het internet. Iedereen kan er mee bezig zijn op een moment en met een frequentie die die persoon het beste schikt. Het is echter ook mogelijk om wel direct contact te hebben. Dit kan bijvoorbeeld als beiden beschikken over een systeem van Instant Messaging, zoals MSN of ICQ. Hierdoor kan men zien of een ander ook verbonden is. Is dat het geval, dan kan er een scherm geopend worden waar bij de ingetikte berichten voor beiden leesbaar zijn. Ook een sessie met meerdere mensen tegelijk is dan mogelijk. Hiernaast is het ook mogelijk om een verbinding te maken met beeld en geluid, mits men over de juiste apparatuur beschikt. Hierbij moet worden gedacht aan een webcam en een microfoon en luidsprekers of een headset. Voor een 24
overleg op deze manier is het wel aan te raden om van tevoren afspraken te maken over het tijdstip. Ook bij het gebruik van een webcam is er direct contact. Een webcam is een camera die verbonden is met een computer. Als de computer continue verbinding heeft met het internet en de juiste programmatuur is aanwezig, dan kan een actueel beeld van de camera op het WorldWideWeb worden getoond. Meestal ligt de verversingssnelheid van de beelden tussen eenmaal per seconden tot eenmaal per minuut, afhankelijk van de verandering van het getoonde beeld. Bij zowel de grootte van het getoonde beeld en de verversingstijd is het wel goed om de bandbreedte en de datalimiet van de verbinding met het internet in de gaten te houden.
25
4.3 GPS Het ‘Global Positioning System’ (GPS) is een plaatsbepalingssysteem gebaseerd op satellieten. De gebruiker bepaald de exacte positie (lengtebreedtegraad en hoogte) door het meten van de afstand tot een aantal satellieten. Deze afstandsmeting gebeurt door middel van het vergelijken van de verschillen in tijd die een radiosignaal van elke satelliet er over doet om bij de ontvanger te komen. Afhankelijk van het type ontvanger en de lokale omstandigheden is het een exacte positiebepaling mogelijk tot binnen enkele meters. Het systeem van GPS-satellieten werkt sinds 1978, maar pas in 1994 was het systeem compleet in zijn huidige vorm. Het bestaat nu uit 24 satellieten die, in 6 banen, op 20.000 Km afstand om de aarde draaien. Daarnaast zweven er nog 4 reservesatellieten om de aarde. Het GPS-systeem biedt altijd een wereldwijde dekking aan een onbegrensd aantal gebruikers. Naast dit Amerikaanse systeem bestaat er ook nog het Russische systeem ‘Glonass’. Hiervoor worden echter in Nederland geen ontvangers verkocht en ook is het steeds minder in gebruik omdat Rusland geen geld meer heeft voor het onderhoud. Europa heeft besloten zelf ook een GPS-systeem te gaan bouwen. Dit project heeft de naam Galileo gekregen. Het voordeel is dat het nauwkeuriger werkt. De bedoeling is dat het zo ongeveer in 2010 werkzaam moet zijn. Pas tegen die tijd zullen er ook ontvangers voor te koop zijn.
26
Er zijn veel verschillende ontvangers in de handel. Van ter grootte van een polshorloge tot ter grootte van een ruime koffer. Voor het gebruik in de natuur- en milieueducatie zijn de ontvangers ter grootte van een mobiele telefoon het meest gebruikelijk. Hoewel er veel verschillende functies zijn is de belangrijkste keuze of er wel of niet een kaart ingeladen kan worden. Is dit niet zo, dan is de interface volledig gebaseerd op getallen. Getallen die de positie aangeven, maar die ook aan kunnen geven hoe ver en in welke richting een eerder opgegeven plek ligt. Als in de ontvanger wel een kaart kan worden ingeladen dan is navigatie op basis van getallen nog steeds mogelijk. Via een kabel naar een computer kan er echter ook een kaart worden ingelezen. Dit kan zelfs een eigen kaart zijn die is ingescand en daarna is voorzien van coördinaten. Zeker omdat de soms meegeleverde kaarten niet erg gedetailleerd zijn in het veld kan dit handig zijn. Gevonden posities kunnen daarna weer naar de computer worden gezonden, en daarna verwerkt worden in een rapportage.
27
4.4 Mobiele telefonie Mobile telefonie geeft de mogelijkheid om overal waar bereik is te communiceren. Dit kan zijn door middel van spraak, maar tegenwoordig ook door middel van het verzenden en ontvangen van data. Door deze nieuwe datadiensten is het mogelijk om op aanvraag berichten toegestuurd te krijgen. Dit kan tekst zijn (een opdracht na het versturen van een antwoord bijvoorbeeld),.maar ook een klein plaatje is tegenwoordig mogelijk. Als over een aantal jaren specifieke telefoons voor UMTS-techniek beschikbaar worden zal het nog makkelijker worden om een aanvraag om informatie door een automatisch systeem te kunnen laten beantwoorden. Op dit moment zijn de mogelijkheden dus nog beperkt of te duur, maar in de toekomst zullen er zeker mogelijkheden komen die goed te gebruiken zijn.
28
5. Verwijzingen Gelderen, Jan van, e.a., Werkvormenboek, IVN, Amsterdam, 1997
Meijden, R. van der, Heukels' Interactieve Flora van Nederland, ETI, Amsterdam, 1999, ISBN: Mac: 9073035554 Win: 9021533707
www.beleefdenatuur.nl interactieve beleving www.bodemdata.nl bodeminformatie www.dewoonomgeving.nl oude kadastrale kaarten www.geocaching.nl ‘schat’-zoeken met GPS www.google.nl zoekmachine natuur.pagina.nl overzichtspagina www.natuurkaart.nl natuurgebieden ourworld.compuserve.com/homepages/henkmerts/ overzichtspagina
www.nme.isactief.nl website waar naast deze handreiking ook voorbeelden te vinden zijn
29