Hanzehogeschool Groningen HBO-Rechten
Beperkte opleidingsbeoordeling
© Netherlands Quality Agency (NQA) November 2014
2/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Inleiding
Dit visitatierapport bevat de beoordeling van de bestaande hbo-bacheloropleiding HBORechten van Hanzehogeschool Groningen. De beoordeling is uitgevoerd door een visitatiepanel dat door NQA in opdracht van Hanzehogeschool Groningen en in overleg met de opleiding is samengesteld. Het panel is voorafgaand aan de visitatie goedgekeurd door de NVAO. Het rapport beschrijft de bevindingen, overwegingen en conclusies van het panel. Het is opgesteld conform het Beoordelingskader voor de beperkte opleidingsbeoordeling van de NVAO (22 november 2011) en het NQA Protocol 2014 voor de beperkte opleidingsbeoordeling. De visitatie heeft plaatsgevonden op 29 en 30 september 2014. Het visitatiepanel bestond uit: De heer mr. H.J.L.M. van de Luytgaarden (voorzitter, domeindeskundige) De heer mr. G.F.J. Hupperetz (domeindeskundige) Mevrouw mr. K.E. van Dam (domeindeskundige) De heer W. Brinkman (studentlid) Mevrouw M. Snel BHRM & BEd, auditor van NQA, trad op als secretaris van het panel. Bij de aanvraag werd door de instelling een kritische reflectie aangeboden die naar vorm en inhoud voldeed aan de eisen van het desbetreffende beoordelingskader van de NVAO en aan de eisen van het NQA Protocol 2014. Het panel heeft de kritische reflectie bestudeerd en een bezoek aan de opleiding gebracht. De kritische reflectie en alle overige (mondeling en schriftelijk) verstrekte informatie hebben het visitatiepanel in staat gesteld om tot een weloverwogen oordeel te komen. Het visitatiepanel verklaart dat de beoordeling van de opleiding in onafhankelijkheid heeft plaatsgevonden.
Utrecht, 17 november 2014
Panelvoorzitter
Panelsecretaris
De heer mr. H.J.L.M. van de Luytgaarden
Mevrouw M. Snel BHRM & BEd
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
3/63
4/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Samenvatting Het visitatiepanel concludeert dat de opleiding HBO-Rechten van de Hanzehogeschool Groningen van goede kwaliteit is. Het panel beoordeelt de opleiding als goed. Beoogde eindkwalificaties De Groningse opleiding HBO-Rechten leidt hbo-juristen op die praktisch zijn ingesteld en op een breed juridisch terrein inzetbaar zijn. Daarvoor beschikken zij over een gedegen juridische basiskennis en een sterk analytisch vermogen en over organisatievaardigheden en communicatieve vaardigheden. De afgestudeerde hbo-jurist, Bachelor of Laws (LLB), is werkzaam binnen overheidsinstellingen, non-profitorganisaties en profitorganisaties. Dit zijn organisaties die juridische producten of juridische diensten verlenen, zoals gemeenten, provincies, waterschappen, uitvoeringsinstanties, rechterlijke macht, advocatuur, notariaat, deurwaarders en verzekeraars. Dit kunnen evengoed organisaties zijn die een heel andere corebusiness hebben dan het juridische, zoals uitgeverijen, ziekenhuizen, woningcorporaties en vakbonden. De hbo-jurist ondersteunt de organisatie dan met zijn juridische expertise. Voor het opleiden van hbo-juristen gebruikt de opleiding competenties als eindkwalificaties die zijn afgeleid van landelijke uitgangspunten en in afstemming met het werkveld zijn gedefinieerd. Daarbij biedt de opleiding studenten tal van mogelijkheden om zich individueel te profileren: breed, via specialisaties of internationaal. De competenties zijn uitgewerkt in deelkwalificaties die als uitgangspunt gelden voor de lesstof en opdrachten in het onderwijsprogramma. De competenties sluit aan bij de actuele inhoudelijke eisen die gelden voor een HBORechten-opleiding. De opleiding heeft de competenties in heldere uitgangspunten uitgewerkt die centraal staan in het onderwijs. Daarbij biedt de opleiding studenten tal van profileringsmogelijkheden. Op grond hiervan is standaard 1 ‘beoogde eindkwalificaties’ beoordeeld als goed. Onderwijsleeromgeving De opleiding biedt een praktijkgericht programma met een gedegen brede kennisbasis. De student komt gedurende zijn studie met alle werkterreinen van de hbo-jurist in aanraking en krijgt de nodige basiskennis mee om in die terreinen aan de slag te gaan. Studenten kunnen het programma in voltijd of in deeltijd volgen. Voor beide curricula gelden dezelfde competenties. De inhoud en opzet van de curricula zijn nagenoeg gelijk. Na de eerste twee studiejaren, waarin het verwerven van kennis in de volle juridische breedte centraal staat, biedt de opleiding de student verschillende mogelijkheden. Studenten kunnen zich specialiseren of breed oriënteren. De student kan een studieroute volgen op het gebied van één van de specialisaties waardoor hij/zij optimaal is toegerust om in dat specifieke veld aan de slag te gaan. Studenten kunnen er ook voor kiezen om een internationale route te volgen.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
5/63
Voor talentvolle studenten biedt het programma een honoursprogramme en studenten die goede scores halen op de juridische vakken komen in aanmerking voor het préschakeltraject van de Rijksuniversiteit Groningen ter voorbereiding op een vervolgstudie daar. In het programma is verder aandacht voor de ontwikkeling van onderzoekvaardigheden en de ontwikkeling van houdingsaspecten via bijvoorbeeld ethiek en samenwerkingsopdrachten. Studenten zijn tevreden over de inhoud van het programma en de samenhang tussen de verschillende onderdelen. De studielast is evenredig gespreid over de vier studiejaren (voltijd en deeltijd). Iedereen met een havo, vwo of mbo-niveau-4-diploma is toelaatbaar. In het begin van de studie besteedt de opleiding aandacht aan het achterhalen van de juiste motivatie en het opsporen van eventuele achterstanden op het gebied van taalbeheersing (Nederlands). ‘Recht is taal’, predikt de opleiding en daar heeft zij gedurende de hele studie nadrukkelijk aandacht voor. De docenten die het programma uitvoeren en onderhouden beschikken over goede kwalificaties. Zij zijn allen hoog opgeleid en beschikken over voldoende relevante werkervaring op verschillende terreinen van het recht. Studenten waarderen de kwaliteiten van de docenten als positief. De studieloopbaanbegeleider begeleidt studenten gedurende de studie. Daarbij gaat de begeleiding uit van meer zelfredzaamheid bij de studenten naarmate het programma vordert. De opleiding is gehuisvest op de Zernikecampus in Groningen. De voorzieningen daar maken het voor de studenten mogelijk de gevraagde competenties eigen te maken. De opleiding betrekt studenten, alumni en vertegenwoordigers van het werkveld actief en op verschillende manieren bij de ontwikkeling van het onderwijsprogramma. De opleiding biedt een inhoudelijk goed en doordacht programma. De docenten die dit programma verzorgen, beschikken over de goede kwalificaties. Op grond hiervan is standaard 2 ‘onderwijsleeromgeving’ beoordeeld als goed. Toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties Informatie over toetsing is helder beschreven en te vinden in onder andere de handleidingen die studenten ontvangen. Per lesactiviteit zijn leeruitkomsten (beoordelingscriteria), en toetsvorm beschreven. De opleiding gebruikt verschillende toetsvormen. Deze passen bij de lesstof en de gehanteerde werkvormen. Studenten zijn tevreden over de toetsing. De examen- en toetscommissies zien toe op de kwaliteit van de toetsing en examinering. De toetscommissie onderzoekt en bewaakt feitelijk de kwaliteit van de toetsen. Zij reikt bijvoorbeeld richtlijnen aan docenten aan voor de ontwikkeling van goede toetsen.
6/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
In de studiejaren 3 en 4 werken studenten aan de competenties op het beoogde eindniveau. In de afstudeeropdracht werkt de student aan een praktijkgericht juridisch onderzoek waarin de student als startende hbo-jurist laat zien over een sterk analytisch vermogen te beschikken. De opleiding laat zien dat zij in staat is om studenten met goede juridische bagage af te leveren. Eindwerkstukken van afgestudeerden laten dit zien, maar ook feedback van het werkveld, afgestudeerden en andere hogescholen geven dit aan. De opleiding hanteert een toetsingssyteem dat aansluit op haar onderwijsleeromgeving. Toetsresultaten van studenten laten dat zien. Bovendien getuigen de toetsresultaten van een gewenst niveau van gerealiseerde eindkwalificaties. Op grond hiervan is standaard 3 ‘toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties’ beoordeeld als goed.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
7/63
8/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Inhoudsopgave
1
Basisgegevens van de opleiding
11
2
Beoordeling Standaard 1 Beoogde eindkwalificaties Standaard 2 Onderwijsleeromgeving Standaard 3 Toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties
15 15 19 28
3
Eindoordeel over de opleiding
35
4
Aanbevelingen
37
5
Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7
39 41 47 51 57 59 61 63
Eindkwalificaties van de opleiding Overzicht opleidingsprogramma Deskundigheden leden visitatiepanel en secretaris Bezoekprogramma Bestudeerde documenten Overzicht bestudeerde afstudeerwerken Verklaring van volledigheid en correctheid
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
9/63
10/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
1
Basisgegevens van de opleiding
Administratieve gegevens van de opleiding 1. 2. 3. 4. 5.
Naam opleiding in CROHO Registratienummer opleiding in CROHO Oriëntatie en niveau Aantal studiepunten Afstudeerrichtingen (specialisaties)
6. Varianten 7. Locatie 8. Jaar vorige visitatie en datum besluit NVAO 9. Code of conduct
HBO-Rechten 39205 Hbo-bachelor 240 Recht & Overheid (vt en dt) Privaatrecht: Rechtsbijstand (vt) Privaatrecht: Familievermogensrecht (vt) HBO-Bedrijfsjurist (vt) Arbeidsrecht (vt), Overeenkomst & Arbeid (dt) International Law (vt) Recht en Multiproblem (dt) Voltijd/deeltijd Groningen Vorige visitatie: 2008 Besluit NVAO: 17 juli 2009 Is getekend
Administratieve gegevens van de instelling 10. Naam instelling 11. Status instelling 12. Resultaat instellingstoets kwaliteitszorg
Hanzehogeschool Groningen Bekostigd Positief (2013)
Kwantitatieve gegevens over de opleiding Onderstaande gegevens zijn gebaseerd op de definities zoals weergegeven op www.nvao.net in het document Indicatoren en definities basisgegevens opleidingsbeoordelingen (september 2012).
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
11/63
Rendementsgegevens Bron: rendementsgegevens: 1cHO Rendementen instroom 2006 2007 (aantal) voltijd 166 170 deeltijd 20 25 uitval (%) 1ste jaar1 2006 voltijd 45,2 deeltijd 25 2 uitval (%) bachelor voltijd deeltijd rendement (%)3 voltijd deeltijd Rendement (%) na 4 jaar
2008
2009
2010
2011
2012
2013
199 24 2007 38,2 28
214 20 2008 43,2 20,8
207 21 2009 46,7 10 2006 20,9 6,7 2006 53,9 66,7
223 14 2010 44,4 38,1 2007 21 16,7 2007 49,5 72,2
189 13 2011 47,1 28,6 2008 15 21,1 2008 41,6 52,6
195 14 2012 56,1 46,2 2009 24,6 33,3 2009* 16,7 44,4
Docenten Gegevens per december 2013 op schoolniveau Bron: docentgegevens: DAX-P Docerend personeel aantal fte 81 59,3 4 Opleidingsniveau (%) hbo master 7,4 87,7
PhD 4,9
Docent-studentratio Cursusjaar 2013-2014 Bron: HSA icm DAX-P 5 docent–student ratio ratio 1 : 29,1
1
Het aandeel van het totaal aantal bachelorstudenten dat na één jaar niet meer bij de opleiding staat ingeschreven. 2 Het aandeel van de bachelorstudenten die zich na het eerste studiejaar opnieuw bij de opleiding inschrijven (herinschrijvers) dat in de nominale studieduur zonder het diploma te hebben behaald alsnog uitvalt uit de opleiding. 3 Het aandeel van de bachelorstudenten die zich na het eerste studiejaar opnieuw bij de opleiding inschrijven (herinschrijvers) dat het bachelordiploma haalt in de nominale studieduur + één jaar. 4 Het aandeel docenten (onderwijzend personeel) met een master en het aandeel docenten met een PhD in het totaal aantal docenten (onderwijzend personeel). 5 De verhouding tussen het totaal aantal ingeschreven studenten en het totaal aantal fte’s aan onderwijzend personeel van de opleiding in het meest recente studiejaar.
12/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Contacturen Totaal gemiddelde studiejaar 2013-2014 op opleidingsniveau. Bron: school Contacturen6 1e jaar 2e jaar 3e jaar voltijd 18,7 18,9 14 deeltijd 8 8 5
4e jaar 12 5
Beschrijving instelling, instituut en opleiding Hanzehogeschool Groningen, University of Applied Sciences De Hanzehogeschool Groningen (HG) vierde in 2013 het 215-jarig bestaan. Met vestigingen in Groningen, Assen, Leeuwarden en Amsterdam telt de hogeschool bijna 27.000 studenten en ruim 2.700 medewerkers. Het onderwijsaanbod van de HG omvat ruim zeventig bacheloropleidingen, acht associate degree programma’s en zeventien masteropleidingen, ondergebracht in zeventien schools. Ook biedt de HG contractonderwijs en heeft het vijftig lectoraten en zes kenniscentra die in samenwerking met het bedrijfsleven, nonprofitinstellingen en opleidingen toegepast praktijkgericht onderzoek uitvoeren. Onderzoeksresultaten komen ten goede aan de verbetering en actualisatie van het onderwijs en ontwikkelingen in de samenleving. Share your talent, move the world is het motto voor iedereen die bij de hogeschool studeert en werkt: je talent ontwikkelen en daarvoor de samenleving iets teruggeven. De strategische speerpunten waarop de hogeschool zich profileert zijn Energie en Healthy Ageing. Ondernemerschap en excellentie zijn eveneens belangrijke thema’s. Het instituut heeft de speerpunten Energie en Healthy Ageing geadopteerd en in haar missie om Professionals in Law (HBO-Rechten en Sociaal Juridische Dienstverlening) op te leiden. HBO-Rechten De bacheloropleiding HBO-Rechten is een vierjarige opleiding. Het instituut voor Rechtenstudies biedt de opleiding in Groningen aan in voltijd en in deeltijd. In de basisjaren van het programma maken studenten kennis met de beroepscontext waarbinnen de hbojurist werkzaam kan zijn. Hierbij is aandacht voor de internationale en multiculturele context, communicatieve vaardigheden, ethiek en de verhouding tussen de student en de hierboven genoemde context. Daarnaast maken studenten kennis met het recht, met het doen van onderzoek en met het werkveld. In de hogere jaren biedt de opleiding specialisaties die zij in samenspraak met het werkveld heeft ontwikkeld en onderhoudt. De opleiding maakt sinds 2004 deel uit van het instituut voor Rechtenstudies, dat naast HBO-Rechten ook de opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening (SJD) biedt. Het instituut is opgedeeld in vijf teams met elk een teamleider: drie opleidingsteams voltijd (propedeuse HBO-Rechten, hoofdfase HBO-Rechten en SJD), een opleidingsteam deeltijd (HBO-Rechten en SJD samen) en een onderwijsondersteunend team.
6
Het gemiddeld aantal klokuren per week aan geprogrammeerde contacttijd, voor ieder jaar van de opleiding.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
13/63
De teamleiders (vier) vormen samen met de Dean van het instituut het managementteam (MT). In totaal studeren 1.890 studenten aan het instituut waarvan 979 studenten de opleiding HBO-Rechten volgen. De voltijd- en deeltijdprogramma’s lijken sterk op elkaar. Beide hanteren dezelfde uitgangspunten en dezelfde beoordelingscriteria. De deeltijdopleiding is specifiek voor werkende mensen ontwikkeld en gaat uit van meer zelfstudieactiviteiten.
14/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
2
Beoordeling
Het visitatiepanel beschrijft hieronder per standaard van het NVAO-beoordelingskader de bevindingen, overwegingen en conclusies. De beschreven bevindingen, overwegingen en conclusies zijn gelijk voor de voltijd- en de deeltijdopleiding, tenzij anders is aangegeven. Het eindoordeel over de opleiding volgt in hoofdstuk 3, de aanbevelingen volgen in hoofdstuk 4.
Standaard 1
Beoogde eindkwalificaties
De beoogde eindkwalificaties van de opleiding zijn wat betreft inhoud, niveau en oriëntatie geconcretiseerd en voldoen aan internationale eisen. Bevindingen Opleidingsprofiel hbo-jurist De opleiding HBO-Rechten leidt hbo-juristen op; een breed opgeleide en praktisch ingestelde juridische professional op bachelorniveau. De hbo-jurist van de HG beschikt over een gedegen juridische basiskennis en een sterk analytisch vermogen en over organisatievaardigheden en communicatieve vaardigheden. Deze Bachelor of Laws (LLB) is werkzaam binnen organisaties die juridische producten of juridische diensten verlenen, zoals gemeenten, provincies, waterschappen, uitvoeringsinstanties, rechterlijke macht, advocatuur, notariaat, deurwaarders en verzekeraars. Ook kan de hbo-jurist werkzaam zijn bij organisaties die een heel andere corebusiness hebben dan het juridische, zoals uitgeverijen, ziekenhuizen, woningcorporaties en vakbonden. De hbo-jurist ondersteunt de organisatie met zijn juridische expertise. Het profiel waartoe de Groningse opleiding HBO-Rechten opleidt, is direct ontleend aan het landelijke beroeps- en opleidingsprofiel van de opleiding HBO-Rechten, dat is geactualiseerd en opnieuw vastgesteld in 2012 door het Landelijk Opleidingen Overleg (LOO) HBORechten. In het profiel zijn zeven beroepscompetenties beschreven (zie bijlage 1 Eindkwalificaties van de opleiding) en is een Body of Knowledge and Skills vastgelegd. In het landelijke profiel is verder opgenomen: de positie van de hbo-jurist ten opzichte van de wojurist en de positionering van de hbo-jurist ten opzichte van juridische beroepen binnen de lidstaten van de EU. De opleiding hanteert de landelijk geactualiseerde uitgangspunten voor de uitvoering van haar curricula (voltijd en deeltijd) en heeft deze vastgelegd in het document Kader inrichting opleiding HBO-Rechten 2013-2014, Instituut voor Rechtenstudies, 2013. Voor de zeven beroepscompetenties zijn leeruitkomsten gedefinieerd die onder meer zijn gekoppeld aan de beschrijvingen voor het bachelorniveau, i.c. de Dublin descriptoren (Beroeps- en opleidingsprofiel HBO-Rechten, 2012).
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
15/63
De competenties zijn door docenten van de opleiding tijdens studiedagen verder uitgewerkt in drie beheersingsniveaus: - Niveau 1 kenmerkt zich doordat er sprake is van afgebakende, eenvoudige en gestileerde vraagstukken. De nadruk ligt op de kenniskant en minder op de inzichten vaardighedenkant van de competenties. De student werkt in de propedeuse aan alle competenties op dit eerste niveau. - Op niveau 2 is sprake van afgebakende, complexe en meer real time vraagstukken. Het kennisdeel van elke competentie en de inzicht- en vaardighedenkant krijgen aandacht. De student werkt in studiejaar 2 aan alle competenties op niveau 2. - Niveau 3 is het bachelorniveau. Dit niveau kenmerkt zich doordat er sprake is van niet-afgebakende, complexe- en real life-vraagstukken. Kennis wordt verondersteld aanwezig te zijn of de student kan de vereiste kennis zelfstandig verwerven. Dit niveau is het eindniveau. De student moet alle competenties op dit niveau beheersen en werkt hieraan in de studiejaren 3 en 4 via stage, specialisatie en afstuderen. De competentie-uitwerkingen op de drie niveaus biedt naar het oordeel van het panel, een goed, degelijk en compleet, fundament voor de onderwijsleeromgeving. De student werkt ook aan gedragscompetenties, zoals inzet, plannen en organiseren, samenwerken, luisteren, organisatiesensitiviteit en initiatief nemen. Deze competenties zijn door het instituut zelf vastgesteld en onderverdeeld in drie categorieën: werken in een organisatie, werken aan professionalisering en persoonlijke ontwikkeling. Voor elke gedragscompetentie zijn prestatie-indicatoren bepaald die centraal staan in het onderwijs en de toetsing. De student werkt aan de gedragscompetities vanuit de studieloopbaanbegeleiding, bij groepswerk en bij de stage. Profilering HBO-Rechten Hanzehogeschool De Groningse opleiding HBO-Rechten is praktijkgericht. Studenten werken aan studietaken die direct verband houden met de praktijk van een hbo-jurist om zo een gedegen kennisbasis te ontwikkelen. Daarbij legt de opleiding nadrukkelijk het accent op de competenties juridisch analyseren en adviseren. Binnen deze competenties is aandacht voor praktijkgericht onderzoek, internationalisering en taalbeheersing; de andere drie aspecten waar de opleiding zich op profileert. De opleiding heeft deze aspecten en de competenties logisch met elkaar verweven (zie verder standaard 2) en in haar ambities opgenomen, zodat de onderdelen praktijkgericht onderzoek en taalbeheersing ook nadrukkelijk zullen worden doorontwikkeld. Afstudeerprofielen In studiejaar 3 kiest de student een specialisatie. Hiermee biedt de opleiding studenten de mogelijkheid zich te verdiepen in een specifiek deel van het werkterrein van de hbo-jurist. Specialisaties zijn bijvoorbeeld Recht & Overheid, International Law of Privaatrecht: rechtsbijstand (zie ook Basisgegevens van de opleiding). De student kan van de specialisatie ook een afstudeerprofiel maken door een volledige studieroute te volgen op het terrein van de gekozen specialisatie. De opleiding faciliteert de student daarvoor tijdens de stage, de profileringsruimte in jaar 4 en het afstuderen.
16/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
De student kan er ook voor kiezen om dat niet te doen en zich breed te oriënteren. Iets dat het panel waardeert, in het licht van het profiel van de hbo-jurist. Internationalisering In het landelijke beroeps- en opleidingsprofiel van HBO-Rechten (2012) is gedefinieerd in hoeverre de afgestudeerde hbo-jurist specialistische juridische expertise moet hebben om te kunnen functioneren in een internationale juridische beroepspraktijk. De opleiding volgt deze uitgangspunten. Zij biedt studenten de mogelijkheid een volledig internationale route te volgen (zie standaard 2). Ambities voor de toekomst Vanuit het instituut is een aantal ambities geformuleerd die van toepassing is op HBORechten. Zo wil het instituut leergemeenschappen ontwikkelen om de beroepsgerichtheid van de opleidingen (SJD en HBO-Rechten) verder te versterken. In een leergemeenschap werken studenten, docenten, lector, onderzoekers en het werkveld samen rondom herkenbare uitstroomprofielen. Het panel heeft geconstateerd dat binnen de specialisatie Recht en Multiproblem en de specialisatie Arbeidsrecht, in samenwerking met de lectoren van het Kenniscentrum Arbeid, al kenmerken van een leergemeenschap zichtbaar zijn. De opleiding start in het studiejaar 2014-2015 met een arbeidsmarktonderzoek waarvan de uitkomst de basis is voor de uitstroomprofielen waaraan leergemeenschappen worden gekoppeld. Met deze decentralisatie van de werkveldadviescommissie rondom uitstroomprofielen beoogt de opleiding meer relevante (specifieke) informatie te verkrijgen over en aan te sluiten bij (beroeps)ontwikkelingen. Het arbeidsmarktonderzoek vindt plaats in samenwerking met de lector van het Kenniscentrum Arbeid (School Jaar Plan 2014-2015). Het volgen van een afstudeerprofiel blijft vrijblijvend. Studenten houden de mogelijkheid om zich breed te oriënteren. Het instituut wil verder dat de beginnende beroepsprofessional zich nadrukkelijk bewust is van zijn verhouding tot de organisatie en de samenleving als het gaat om ethische en juridische dilemma’s. Het instituut duidt deze ambitie met het begrip Bildung en gaat dit eveneens in 2014-2015 nader uitwerken en vormgegeven in het onderwijs (School Jaar Plan 2014-2015). In de curricula van HBO-Rechten zijn beroepsvormende aspecten deels aanwezig. Zo heeft de opleiding in de propedeuse aandacht voor ethisch handelen en is er vanuit de studieloopbaanbegeleiding aandacht voor professioneel handelen en samenwerken in een groep. In het verlengde hiervan gaat de opleiding eerst een samenhangende visie uitwerken voor Bildung. Legitimatie vanuit het werkveld Het werkveld is geraadpleegd bij de totstandkoming van het vernieuwde beroeps- en opleidingsprofiel voor HBO-Rechten. De opleiding uit Groningen heeft daarbij een voortrekkersrol vervuld. Zo heeft de opleiding, thans voorzitter van het LOO, bevindingen van de werkveldadviescommissie (WAC) van het instituut ingebracht.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
17/63
Via de WAC toetst de opleiding of de competenties en curricula aansluiten bij de ontwikkelingen en wensen van het werkveld. De WAC komt daarvoor twee keer per jaar bijeen. Verschillende werkvelden van de hbo-jurist uit de regio zijn in deze commissie vertegenwoordigd, waaronder de rechtbank, advocaten, notarissen en gemeenten (overzicht Contacten WAC). De WAC heeft zich, naast advies over het beroepsprofiel van de hbo-jurist, beziggehouden met het thema internationalisering en het thema praktijkgericht juridisch onderzoek in relatie tot het afstudeeronderzoek. Ook is input vanuit de WAC gebruikt bij de doorontwikkeling van de specialisaties. Overwegingen en conclusie De opleiding leidt hbo-juristen op. De competenties die zij daarvoor gebruikt, zijn direct ontleend aan het Landelijke beroeps- en opleidingsprofiel HBO-Rechten (2012). Dit profiel is in samenspraak met het werkveld tot stand gekomen en vastgesteld door het LOO HBORechten. De Groningse opleiding heeft hierbij een voortrekkersrol vervuld. De opleiding heeft de competenties helder uitgewerkt in uitgangspunten voor haar programma. De opleiding heeft hierin nadrukkelijk aandacht voor de relatie met de beroepspraktijk van de hbo-jurist wat onder meer herkenbaar is in een aantal specialisaties. Daarnaast legt de opleiding de focus op de juridische (kennis)componenten van het beroep en op taalbeheersing. Taal is daarbij geïntegreerd binnen de juridische vakken van het curriculum. Verder heeft de opleiding aandacht voor het doen van juridisch praktijkgericht onderzoek. Het panel vindt dat de opleiding een duidelijke profilering neerzet die aansluit bij de landelijk geformuleerde uitgangspunten en de ambities van het instituut voor Rechtenstudies. Het panel stelt verder vast dat de opleiding een aantal interessante mogelijkheden biedt voor studenten om zich te specialiseren en te profileren, namelijk breed, specialisaties of internationaal. De opleiding heeft haar uitgangspunten en de eigen profilering geregeld afgestemd met de WAC. Met deze commissie stemt de opleiding ook af over de doorontwikkeling van de specialisaties naar uitstroomprofielen met daaraan gekoppelde leergemeenschappen. Het panel vindt de competenties (eindkwalificaties) van de opleiding inhoudelijk relevant, actueel en duidelijk aansluiten op de eisen die gelden voor hbo-bachelorniveau. De opleiding heeft de competenties helder uitgewerkt in uitgangspunten die centraal staan in het onderwijs. Evenals in 2008 het geval was, beoordeelt het huidige visitatiepanel de kwaliteit van de eindkwalificaties nu ook als goed. Het panel komt op basis van bovenstaande tot het oordeel goed.
18/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Standaard 2
Onderwijsleeromgeving
Het programma, het personeel en de opleidingsspecifieke voorzieningen maken het voor de instromende studenten mogelijk de beoogde eindkwalificaties te realiseren. Bevindingen Opbouw en inhoud van het programma HBO-Rechten: praktijkgericht De opleiding profileert zich als een praktijkgerichte opleiding. Dit komt tot uiting in alle onderwijsblokken in de eerste twee studiejaren en in de semesters in de laatste twee studiejaren. Ieder studiejaar is opgedeeld in vier perioden van elk circa tien weken (zie Bijlage 2 Overzicht opleidingsprogramma). Al vanaf jaar 1 staat in elk blok een relevante beroepsspecifieke praktijksetting van de hbo-jurist centraal waaraan competenties en opdrachten zijn gekoppeld. Zo werken studenten vanaf de propedeuse aan relevante praktijkopdrachten, zoals het maken van processtukken, het opstellen van contracten, het maken van interne memo’s en adviezen en het structureren van argumentatie. In het derde studiejaar kiezen de studenten een specialisatie en lopen zij stage bij een organisatie in de beroepspraktijk (voltijd). Deeltijdstudenten beschikken doorgaans bij de start van de opleiding over een werkplek waar zij de stageopdrachten voor uitvoeren. In het vierde jaar kunnen studenten zich verder (breder) oriënteren dan wel gericht specialiseren via keuzevakken en/of een minor. Deze weerspiegelen, net als de specialisaties in jaar 3, de relevante werkterreinen van de hbo-jurist. In het tweede semester werken de studenten aan hun afstudeeropdracht voor een opdrachtgever uit het werkveld. Het panel stelt vast dat studenten via de programma-inhoud een compleet beeld krijgen van de beroepspraktijk van de hbo-jurist. Daarnaast gaan studenten op excursies (onder andere: Rechtbank Groningen, Brussel, Straatsburg), krijgen zij gastlessen van mensen uit het werkveld (onder andere: advocaat, gerechtsdeurwaarder) en brengen docenten actuele praktijkvoorbeelden in tijdens de lessen. Kennis en kunde De opleiding biedt een gedegen kennisbasis. In de eerste twee studiejaren (voltijd en deeltijd) investeert zij zichtbaar in het verkrijgen van de nodige juridische basiskennis en biedt zij vakken als Privaatrecht, Bestuursrecht, Europees Recht, Sociaal Recht en Fiscaal Recht aan. Daarbij legt de opleiding een focus op de competenties juridisch analyseren en adviseren. Aan deze competenties heeft de opleiding de aandacht voor praktijkgericht (juridisch) onderzoek en Nederlandse taalbeheersing gekoppeld. Dit waardeert het panel als goed. De opleiding geeft daarbij aan dat, om goed (juridisch) te kunnen analyseren, kennis en kunde van juridische (onderzoeks)methoden en technieken nodig is, evenals het vermogen om goede vragen te stellen en adequaat te argumenteren. In het verlengde daarvan moet de jurist een mondeling of schriftelijk advies kunnen formuleren, dat voldoet aan een hoge standaard van taalgebruik.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
19/63
Het panel constateert dat in het programma aandacht is voor juridisch onderzoek in vakken Juridische methoden en technieken, Methoden van Onderzoek, onderzoeksopdrachten in de IO, en voor taalbeheersing via de vakken Professionele Communicatie (mondeling en schriftelijk). Verder zijn in de beoordeling van de integrale opdrachten (action learning opdrachten bij de deeltijd) criteria voor goede taalbeheersing opgenomen. Het panel onderschrijft het belang hiervan. In feite vragen alle beroepsproducten van de hbo-jurist om een juridische analyse. En aan een juridische analyse is veelal een juridisch advies gekoppeld en daar maken goede taalvaardigheden integraal deel van uit. De opleiding besteedt in haar curricula verder aandacht aan ethiek, studieloopbaanbegeleiding en (Legal) English. De aandacht voor Engels is volgens het panel bescheiden (2 EC), vooral in het licht van de geformuleerde ambitie op het gebied van internationalisering. Dit geldt wat betreft het panel ook voor de hogeschoolthema’s Healthy Ageing, Energy en ondernemerschap. Deze thema’s zijn deels terug te vinden in specialisaties en/of keuzevakken en bereiken daardoor alleen de studenten die hier bewust voor kiezen en dat is doorgaans een relatief klein aantal. In het kaderdocument van de opleiding is in een competentiematrix de relatie gelegd tussen beroepstaken en -producten en de competenties. Deze matrix maakt zichtbaar hoe het programma is opgebouwd en hoe complexiteit en moeilijkheidsgraad in de opleiding toenemen, van niveau 1 naar niveau 3 (Kader inrichting opleiding HBO-Rechten 2013-2014, 2013). De opleiding verantwoordt daarmee dat zij een inhoudelijk compleet programma biedt. Voor het panel maakt zij bovendien duidelijk dat het programma een gedegen opbouw kent. Het panel heeft de programma-inhoud bestudeerd en waardeert de kwaliteit als goed. De opleiding biedt een gedegen kennisbasis op een gepast niveau, maakt gebruik van de passende literatuur en legt een heldere relatie met de praktijk van de hbo-jurist. Juridische onderzoeksmethoden en -technieken Zoals gezegd heeft de opleiding aandacht voor de ontwikkeling van juridische onderzoeksvaardigheden (methoden en technieken) bij studenten. Sinds 2010 is het instituut de betekenis van juridisch onderzoek voor de hbo-jurist gaan uitwerken en heeft zij de betekenis hiervan beschreven in een visiedocument (Naar een onderzoeksvisie voor SIRE, Instituut voor Rechtenstudies, 2013). De student moet in staat zijn juridisch onderzoek toe te passen dat een bijdrage levert aan de oplossing van een handelingsprobleem uit de beroepspraktijk. Vervolgens moet de student in staat zijn een beredeneerd antwoord te geven op een aan recht en praktijk gerelateerde kennisvraag. Deze uitwerking van de visie op juridisch praktijkgericht onderzoek heeft geleid tot een ontwikkellijn in het programma en tot aanscherping van eisen en criteria voor het afstuderen. Deze eisen zijn gekoppeld aan de competentie Juridisch analyseren. Het panel vindt dat de opleiding met deze uitwerking een goede invulling geeft aan de ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden bij hbo-studenten, namelijk één die past bij het profiel van de hbo-jurist.
20/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Recht is taal De opleiding geeft aan dat zij nadrukkelijk aandacht heeft voor taal en de ontwikkeling van een goede taalbeheersing bij studenten en binnen de opleiding als geheel. De opleiding signaleert mogelijke taaldeficiënties bij de instroom (zie verder alinea Studiebegeleiding) en besteedt aandacht aan het wegwerken hiervan in de propedeuse. Het panel heeft vernomen dat de opleiding de laatste jaren intensiever is gaan investeren in een goede taalbeheersing binnen de opleiding als geheel. Het instituut stuurt nadrukkelijker op uniforme en consequente beoordeling van taalfouten door zowel taaldocenten als vakdocenten. Tussen docenten onderling vindt hierover afstemming plaats in bijvoorbeeld ‘taallunches’. Het panel onderschrijft deze aanpak om toe te werken naar teambrede aandacht voor goede taalbeheersing. Studentprofilering Studenten hebben de mogelijkheid om een studieroute te volgen die is afgestemd op één van de werkterreinen van de hbo-jurist. Daarvoor volgen zij de stage, de profileringsvakken in jaar 4 en het afstuderen in dezelfde richting als het werkterrein waarin zij hun specialisatiesemester volgen. Studenten hebben ook de mogelijkheid om een internationaal georiënteerde route te volgen: Roadmap Internationalisering. Hiervoor moeten de genoemde onderdelen uit jaar 3 en 4 aan de in de Roadmap beschreven eisen voldoen. Specialisatiesemester Studenten volgen in het derde jaar een specialisatiesemester. In dit semester werken studenten aan een real life-opdracht. De specialisatie bereidt studenten voor op een werkveld van de hbo-jurist en confronteert de student met de problemen of vragen die op die praktijk betrekking hebben. Zo is voor de specialisatie Recht & Overheid in het verleden aandacht besteed aan de verlenging van de startbaan van Groningen Airport Eelde en stonden in 2013-2014 de aardbevingen als gevolg van de gasboringen door de NAM centraal. Hierbij waren organisaties uit het regionale werkveld, de Veiligheidsregio Groningen en de Vereniging Groninger Bodem Beweging, als opdrachtgever betrokken. De specialisatie Privaatrecht: Rechtsbijstand bestrijkt een groot werkveld. Via integrale opdrachten die ontleend zijn aan de beroepspraktijk, werken studenten aan problemen op het gebied van contractenrecht, consumentenrecht en huurrecht. Een excursie naar de DAS Rechtsbijstand of de SUR7 maakt deel uit van de specialisatie (de organisatie die tevens de casuïstiek aanlevert). Binnen de specialisatie Recht en Multiproblem kruipt de student in de rol van de onderzoekende professional die werkzaam is binnen diverse organisaties en krijgt hij (of zij) te maken met multiproblem cliënten/ -gezinnen. Stagesemester Tijdens de stage werkt de student vijf maanden als beginnend beroepsuitoefenaar bij een stageorganisatie. Via de stage oriënteert de student zich op het beroepenveld en ervaart de student de werkcultuur binnen een organisatie.
7
SUR: Stichting Univé Rechtshulp
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
21/63
In de stage komt een aantal beroepscompetenties (waaronder Dossier managen en Organiseren) en gedragscompetenties (zoals zelfstandigheid en organisatiesensitiviteit) aan bod. Gedurende de stageperiode werkt de student onder meer aan een kleine onderzoeksopdracht. Dit als voorbereiding op het afstudeeronderzoek van jaar 4. Ter afsluiting van de stageperiode levert de student een portfolio aan en vindt er in de deeltijd tevens een criteriumgericht interview plaats over de beoogde competentiegroei. Informatie over de stage is voor studenten opgenomen in de stagehandleiding. Deze informatie is helder. De docent begeleidt studenten tijdens de stage. In de vijf maanden zijn drie terugkomdagen bij de opleiding. Tijdens deze dagen vindt onder andere intervisie plaats, onder leiding van een intervisiedocent, is er aandacht voor de stageopdracht en is er voorlichting over het afstudeertraject. Deeltijdstudenten kunnen de stageopdrachten uitvoeren binnen hun werkplek, mits deze aan de gestelde eisen voldoet. De meeste deeltijdstudenten beschikken over een passende werkplek en voeren daar hun stageopdrachten uit. Mocht de deeltijdstudent geen passende werkplek hebben dan moeten zij, net als de voltijdstudenten, een stageplek zoeken. Deeltijdstudenten die beschikken over een relevante werkplekomgeving kunnen hun studie met een half jaar versnellen, doordat zij flexibel zijn in het werken aan de stageopdrachten. Profileringsemester In het vierde jaar kan de student zich verder oriënteren (verbreden) of specialiseren. De opleiding biedt hiervoor een breed palet aan mogelijkheden: een minor Conflictmanagement, een préschakeltraject van de Rijksuniversiteit Groningen of losse keuzevakken (bijvoorbeeld Intellectueel eigendomsrecht, Aanbestedingsrecht, Energierecht en Gezondheidsrecht). De excellente student kan de minor Community for Law and Energy Applied Research (CLEAR) kiezen. Deze minor is ontwikkeld in samenwerking met onder andere EnTranCe8 en de Robert Gordon University in Aberdeen. Via deze minor draagt het instituut ook bij aan de Hanzebrede doelstellingen op het gebied van energie, onderzoek en internationalisering. Studenten kunnen, in het kader van de minor, ook kiezen voor een onderwijsprogramma aan een buitenlandse universiteit of hogeschool. Afstudeeronderzoek In het laatste semester van de opleiding doet de student een afstudeeronderzoek (zie verder standaard 3). Daarmee sluit de student onder meer de leerlijn onderzoek af. Gedurende de studiejaren zijn studenten op verschillende manieren voorbereid op het doen van onderzoek. In de vakken Juridische methoden en technieken en Methoden van onderzoek, in de integrale respectievelijk de action learning opdrachten en in de opdrachten in de specialisatie en de stage hebben studenten hun onderzoeksvaardigheden ontwikkeld.
8
Energy Transition Centre, een proeftuin voor toegepast onderzoek, waarin de Hanzehogeschool samenwerkt met onder andere GasTerra, Gasunie, BAM en Imtech.
22/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Vormgeving van het programma Leerlijnen De studieactiviteiten in het programma zijn ondergebracht in leerlijnen. Via deze leerlijnen bewaakt de opleiding dat studieactiviteiten logisch met elkaar samenhangen. Er zijn vier leerlijnen die elk een eigen kenmerk hebben. De centrale lijn is de integrale leerlijn. Tot deze leerlijn behoren de integrale opdrachten (voltijd) en de action learning opdrachten (deeltijd), waar de studenten in elk blok en in elke specialisatie aan werken. Een beroepstaak dient als uitgangspunt. Kenmerkend voor deze opdrachten is dat de student in een groep aan beroepsproducten werkt die relevant zijn voor een hbo-jurist en daarvoor een aantal competenties moet toepassen. De kennis en kunde die nodig is om de opdrachten goed te kunnen uitvoeren, verwerft de student in aparte vakken en trainingen die zijn ondergebracht in respectievelijk de conceptuele leerlijn en de vaardigheden leerlijn. Deze leerlijnen zijn ondersteunend aan de integrale leerlijn. De hierin aangeboden kennis en vaardigheden is ontleend aan de landelijk vastgestelde Body of Knowledge and Skills. De vierde leerlijn is de stage en reflectieleerlijn. De studieloopbaanbegeleiding behoort hiertoe. In ieder blok en in de specialisatie werkt de student aan activiteiten vanuit de verschillende leerlijnen. In een blokboek is de samenhang tussen de studieactiviteiten voor studenten beschreven. Per studieonderdeel (integrale opdracht, een vak) zijn studiehandleidingen beschikbaar. De studiehandleidingen zijn allemaal ontleend aan het blok waar deze deel van uitmaken. De studiehandleiding bevat onder andere de specifieke leeruitkomsten (beoordelingscriteria), een toetsmatrijs, het onderwijsmateriaal, de werkvormen, de literatuur en een activiteitenplanning. Studenten vinden de informatie over het studieonderdelen (blokboeken en studiehandleiding) helder. Ook geven zij in de tevredenheidsenquêtes aan zeer tevreden te zijn over de samenhang die het tussen onderdelen in het programma biedt. Werkvormen Op basis van de bestudeerde studiehandleidingen en studiematerialen stelt het panel vast dat de opleiding verschillende werkvormen gebruikt. Deze zijn passend voor de lesstof die de opleiding aanbiedt. De opleiding maakt onder meer gebruik van hoor- en werkcolleges, zelfstudie, groepsopdrachten, gastcolleges en excursies. Studenten zijn tevreden over dit aanbod van werkvormen. Het instituut is in 2014-2015 een project Blended Learning gestart om een ander gerichte mix van leermethoden in de curricula te komen. Het panel onderschrijft dat de opleiding zich op dit gebied kan ontwikkelen en een wat afwisselender aanbod met gebruik van moderne leermiddelen kan bieden.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
23/63
Studielast Het panel beoordeelt de studiezwaarte van het programma als passend voor een HBORechten-opleiding. De contactmomenten zijn toereikend. De programma-overzichten laten een evenredige spreiding van de studielast zien. De studielast is voor studenten in de handleidingen, de OER en in het digitale systeem OSIRIS terug te vinden. Daarin zijn ook de maatregelen opgenomen die de opleiding hanteert om een gewenste doorstroom van studenten te hebben. Zo moeten studenten ten minste 48 studiepunten in het eerste studiejaar halen en gelden er instapvoorwaarden voor bepaalde studieonderdelen, zoals de stage en het afstuderen. Instroom De opleiding hanteert de wettelijke toelatingseisen. Het grootste deel van de instroom tot de voltijdopleiding is afkomstig van de havo (62 procent in 2014). De deeltijdopleiding is nadrukkelijk gericht op de werkende mens. Contactmomenten vinden op één dag plaats en de werkvormen zijn aangepast op de gemiddelde situatie van de deeltijder. Voltijdstudenten die in aanmerking denken te komen voor vrijstellingen, bijvoorbeeld omdat zij een hbo-opleiding hebben afgerond, kunnen zich melden bij de instroomcoördinator. Deze stelt, onder verantwoordelijkheid van de examencommissie, eventuele vrijstellingen vast en bepaalt het resterende studietraject. Bij de deeltijdopleidingen vindt bij aanvang van de studie een intakegesprek plaats. Studenten worden dan geïnformeerd dat er vooraf geen vrijstellingen worden gegeven. Studenten kunnen aan het einde van het 2e studiejaar een verzoek voor vrijstellingen indienen bij de examencommissie. De opleiding investeert in een kwalitatief goede instroom door regelmatig contact te hebben in de regio en deel te nemen aan hogeschoolbrede voorlichtingsactiviteiten, zoals open dagen, meeloopdagen en HanzeXperience (havisten volgen een workshop naar keuze bij het instituut). Hierbij zijn studenten van de opleiding betrokken. Verder neemt de opleiding bij alle aankomende eerstejaars studenten een vragenlijst af om de motivatie te achterhalen. De studieloopbaanbegeleider voert vervolgens voor de introductieweek met elke student een individueel gesprek waarin de motivatie en de geschiktheid van de student voor de opleiding aan de orde komen. Op deze manier hebben studieloopbaanbegeleiders eventuele belemmerende studiefactoren bij hun studenten vroegtijdig in beeld. In het voorjaar van 2014 is ook de studiekeuzecheck ingevoerd om een bijdrage te leveren aan het keuzeproces van de student. De effecten hiervan zijn nog niet bekend. Verschillende leerroutes De opleiding biedt studenten de mogelijkheid zich te specialiseren op een deelgebied van het werkterrein van de hbo-jurist. De student volgt daarvoor één van de afstudeerprofielen. De student kan zich ook breed oriënteren of de Roadmap Internationalisering volgen. De opleiding biedt excellente studenten de mogelijkheid om deel te nemen aan het honoursprogramme. In 2013-2014 namen negen studenten deel aan dit programma. Via verschillende activiteiten daagt de opleiding deze studenten uit om te excelleren. Zij volgen deze activiteiten (totaal 30 EC) naast het reguliere programma.
24/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Het panel is van mening dat de opleiding daarnaast interessante activiteiten biedt, zoals deelname aan de Hanze Rechtswinkel, student-assistent zijn of schrijfcoach zijn voor het Hanze Juridisch Schrijfcentrum (HJS). Voor de genoemde activiteiten volgen studenten ook een professionele training. Studenten die een master Nederlands Recht ambiëren, kunnen een préschakeltraject van de RUG volgen. Studenten die een gemiddelde score van 7.0 op de juridische vakken hebben staan, komen in aanmerking voor dit programma. Met het behalen van dit programma hebben zij 30 EC van het schakelprogramma van de RUG (70 EC) behaald waarmee zij de doorstroom naar de master kunnen versnellen. Studiebegeleiding De studieloopbaanbegeleiders (tevens docenten van de opleiding) ondersteunen en begeleiden studenten gedurende hun studie. Dat doen zij via verschillende activiteiten (groeps- en individuele bijeenkomsten). In jaar 1 ligt de focus vooral op de overgang naar het hbo. Er is dan onder andere aandacht voor het hebben van een goede studieplanning en het signaleren en wegwerken van deficiënties. De opleiding besteedt in het bijzonder aandacht aan het signaleren en wegwerken van mogelijke taaldeficiënties. Zij signaleert op basis van een diagnostische toets Nederlands of er sprake is van een deficiëntie. Een voldoende resultaat geldt als voorwaarde voor het toekennen van de credit voor de studieloopbaanbegeleiding. Bij een onvoldoende resultaat stuurt de opleiding (via de studiebegeleiding) de student om via zelfstudie, workshops of een cursus (bij het Hanze Juridisch Schrijfcentrum) de deficiëntie weg te werken en de toets alsnog te halen. Vanuit de studieloopbaanbegeleiding heeft de opleiding verder aandacht voor de persoonlijke ontwikkeling van studenten en biedt zij ondersteuning en voorlichting voor het keuzeproces waar zij voor staan. Het aanbod van studiebegeleiding is afgestemd op de ontwikkeling bij studenten. De studiebegeleiding is in de beginjaren meer aanbodgericht en in de latere studiejaren meer vraaggericht. Daarbij gaat de begeleiding uit van de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van de student. Naar aanleiding van studentevaluaties heeft de opleiding de rol van de studiebegeleider per 2013-2014 gewijzigd in die van casemanager. Vanuit deze rol geven docenten nog meer invulling aan de vorm en inhoud van de studiebegeleiding dan voorheen het geval was. Personeel Kwaliteit van het personeel Het samenvattend overzicht van kwalificaties van docenten laat zien dat 43 docenten de opleiding (voltijd en deeltijd) verzorgen. Daarvan zijn elf docenten alleen betrokken bij de deeltijdopleiding. Alle docenten beschikken over een mastertitel (93 procent) of zijn bezig deze te behalen. Ongeveer vijf procent van de docenten is gepromoveerd. Vrijwel alle docenten hebben praktijkervaring. Momenteel zijn vijf docenten, naast hun docentschap, actief in het beroepenveld (Kenniskaart personeel HBO-Rechten Instituut voor Rechtenstudies).
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
25/63
Verder is een aantal docenten binnen de Hanzehogeschool actief in geschillen-, bezwaar- en beroepscommissies. Docenten zonder continue werkervaring doen geregeld een werkstage van 40 uur. Alle docenten die afstudeerders begeleiden zijn gecertificeerd voor het begeleiden van studenten bij het doen van onderzoek en het beoordelen van de kwaliteit van het onderzoek. Vijf docenten zijn lid van de expertgroep Onderzoek. Eén docent is voor 0,6 fte verbonden aan het lectoraat Flexicurity en participeert voor 0,2 fte in het onderwijs op het terrein van afstudeeronderzoek. Docenten houden hun actuele kennis op peil vanuit de expertteams waar zij aan zijn verbonden. Deze teams zijn georganiseerd rondom de vakinhoud die centraal staat in de opleiding. Een aantal docenten heeft studieboeken geschreven, bijvoorbeeld op het gebied van juridisch argumenteren, privaatrecht, vreemdelingenrecht of bestuursprocesrecht. Via teamoverleggen en studiedagen bespreken docenten lopende zaken en diepen zij inhoudelijke thema’s uit. Thema’s zijn bijvoorbeeld geweest: formuleren leeruitkomsten, onderwijsvisie, professioneel student- en docentgedrag. Ieder cursusjaar vinden er functioneringsgesprekken met docenten plaats. In deze gesprekken staat het management met de docent onder meer stil bij de ontwikkeling en deskundigheidsbevordering van de docent. Studenten (deeltijd en voltijd) zijn gemiddeld genomen zeer tevreden over de kwaliteit van de docenten. Zij ervaren de inhoudelijke kwaliteit en kennis van de beroepspraktijk van de docenten als uitstekend. Voorzieningen Kwaliteit van de opleidingsspecifieke voorzieningen Het Instituut voor Rechtenstudies biedt de opleidingen HBO-Rechten en SJD vanuit de Van OlstToren op de Zernikecampus in Groningen. De opleidingen zijn bij elkaar gehuisvest in het gebouw en wijken soms uit naar andere locaties bijvoorbeeld voor de afname van tentamens. In het gebouw zijn alle nodige opleidingsvoorzieningen aanwezig. Er zijn collegeruimtes en lokalen die geschikt zijn voor het volgen van colleges en werkcolleges, samenwerken in projectgroepen, studeren, onderzoek doen en naslagwerken raadplegen. In het gebouw is een centraal mediacentrum. Verder zijn de nodige faciliteiten, zoals computerfaciliteiten, draadloos internet en print- en kopieervoorzieningen aanwezig. Via intranet hebben studenten toegang tot de studiegerelateerde juridische databanken. Studenten ontvangen specifieke studie-informatie via Blackboard en MijnHanze.nl. Studenten beoordelen de voorzieningen positief. De roostering kan beter hetgeen bekend is bij het management. Vanuit de Hanzehogeschool loopt een experiment om te kijken wat precies oorzaken zijn en hoe deze beter kunnen.
26/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bewaking kwaliteit onderwijsleeromgeving In 2008 waardeerde het panel alles met betrekking tot de onderwijsleeromgeving als goed met een opmerking over studiebegeleiding en de informatievoorziening voor deeltijdstudenten. Het huidige panel is van oordeel dat de opleiding goed zicht heeft op haar eigen kwaliteit, deze analyseert en relevante verbetermaatregelen neemt. Daarbij zijn de docenten, studenten en alumni van de opleiding actief betrokken. Vanuit het instituut en de docenten is ook veelvuldig contact met het werkveld over ontwikkelingen en actualiteiten. Studentevaluaties laten zien dat studenten tevreden zijn over de opleiding en de kwaliteit als goed waarderen. Van de deeltijdstudenten heeft de opleiding zelfs het predicaat Topopleiding gekregen (Keuzegids 2014). De opleidingscommissie van het instituut fungeert als adviesorgaan voor de Dean. In de opleidingscommissie zitten studenten en docenten van de voltijd- en deeltijdvariant. Studenten van de opleiding zijn ook actief in de studievereniging Ad Legem van het instituut die samen met het instituut studiegerelateerde activiteiten organiseert, zoals lezingen door professionals uit de beroepspraktijk, excursies en introductieactiviteiten voor eerstejaars. Vanuit het instituut zijn relaties met meerdere kenniscentra. Hierin werken lectoren samen met docenten, studenten en regionale en landelijke partners uit het werkveld op het gebied van praktijkgerichte onderzoeken. De Dean van het instituut is ‘leading dean’ van het kenniscentrum Arbeid waaraan vijf lectoraten zijn verbonden waaronder het lectoraat Juridische aspecten van de Arbeidsmarkt. Hierdoor is de link met relevante aspecten voor HBO-Rechten snel gelegd. Input vanuit de lectoraten komt voor de opleiding HBO-Rechten vooral van de lectoraten Juridische aspecten van de Arbeidsmarkt en Flexicurity, het Kenniscentrum Energie en Kenniscentrum Ondernemerschap. Vanuit de kenniscentra/lectoraten beoogt het instituut de thema’s van de Hanzehogeschool meer zichtbaar in de curricula terug te laten komen dan nu het geval is. Overwegingen en conclusie Het panel stelt vast dat het programma van de opleiding HBO-Rechten praktijkgericht is en een gedegen brede kennisbasis legt. De student komt gedurende zijn studie met alle werkterreinen van de hbo-jurist in aanraking en krijgt de nodige basiskennis mee om in die terreinen aan de slag te gaan. Het panel waardeert de inhoud van het programma als goed. Na de eerste twee studiejaren, waarin het verwerven van een brede basis centraal staat, biedt de opleiding de student verschillende mogelijkheden. Studenten kunnen zich specialiseren of breed oriënteren. De student kan een studieroute volgen op het gebied van één van de specialisaties en zo optimaal toegerust raken om in dat specifieke veld aan de slag te gaan. Studenten kunnen er ook voor kiezen om een internationale route te volgen. Voor talentvolle studenten biedt het programma een honoursprogramme en studenten die goede scores halen op de juridische vakken komen in aanmerking voor het préschakeltraject van de RUG ter voorbereiding op een vervolgstudie daar. Het panel stelt vast dat de opleiding veel mogelijkheden biedt aan studenten. Dit waardeert het panel als goed.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
27/63
De studielast is evenredig gespreid over de vier studiejaren (voltijd en deeltijd). De ervaren studielast beschouwt het panel als reëel. Iedereen met een havo, vwo of mbo-niveau-4diploma is toelaatbaar. In het begin van de studie besteedt de opleiding aandacht aan het achterhalen van de juiste motivatie en het opsporen van eventuele achterstanden op het gebied van taalbeheersing (Nederlands). Het panel constateert dat de docenten die het programma uitvoeren en onderhouden, beschikken over de nodige goede kwalificaties. Studenten waarderen deze eveneens. Docenten en de studieloopbaanbegeleider begeleiden studenten adequaat. Studenten zijn zeer tevreden over de inhoud van het programma en de samenhang daarin. De deeltijdopleiding heeft in evaluaties zelfs het predicaat Topopleiding ontvangen. Wat betreft de studenten zijn op het gebied van de roostering verbeteringen mogelijk. De opleiding is zich hiervan bewust. Volgens het panel heeft de opleiding goed zicht op haar kwaliteit, heeft zij mooie passende ambities voor ogen, waar zij tegelijk ook al aan werkt. De opleidingsspecifieke voorzieningen waardeert het panel als toereikend. Alles overziend komt het panel tot een oordeel goed. De kwaliteit van de inhoud en opzet van het programma en van de docenten zijn daarin bepalend. Het panel komt op basis van bovenstaande tot het oordeel goed.
Standaard 3
Toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties
De opleiding beschikt over een adequaat systeem van toetsing en toont aan dat de beoogde eindkwalificaties worden gerealiseerd. Bevindingen Systeem van toetsing Het Toetsbeleid Instituut voor Rechtenstudies 2011 geldt als leidend document voor de vormgeving en uitvoering van de toetsing en beoordeling van de competenties van de opleiding HBO-Rechten. De opleiding volgt daarmee kwaliteitscriteria, van onder andere de Hanzehogeschool, die onder meer volgend zijn aan wettelijke en onderwijskundige kaders. Naast het Toetsbeleid (2011) is het Kaderdocument (2013) een belangrijk uitgangspunt voor de manier waarop de opleiding programma-onderdelen beoordeelt. Hierin staat feitelijk voorgeschreven welke competenties de opleiding, op welk niveau (1, 2 of 3) beoordeelt. De hierbij uitgewerkte leeruitkomsten zijn vertaald naar specifieke leeruitkomsten of beoordelingscriteria die leidend zijn in de toetsing en beoordeling. In toetsmatrijzen is de relatie tussen de specifieke leeruitkomst en de toetsing zichtbaar gemaakt. Het panel stelt vast dat de opleiding een solide toetssystematiek hanteert waarin de competenties zichtbaar centraal staan. De opleiding toetst de competenties meerdere malen op de verschillende niveaus individueel. De opleiding (voltijd en deeltijd) heeft duidelijk uitgewerkt wat, wanneer en hoe zij toetst. In blokboeken is dit voor studenten aangegeven.
28/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Het panel constateert dat de opleiding verschillende toetsvormen gebruikt om de beoogde (deel)competenties te beoordelen. In jaar 1 en jaar 2 toetst de opleiding kennis en de toepassing van kennis hoofdzakelijk via schriftelijke tentamens. In de tentamenvragen zit enige variatie. De opleiding maakt gebruik van multiple choice-vragen, open- en gesloten vragen en casusvragen. Op niveau 3 beoordeelt de opleiding kennis vooral via de integrale toetsing. Daarnaast maakt de opleiding gebruik van een overall-tentamen of koepeltoets. De integrale toetsing van competenties bestaat uit individuele tentamens en uit de beoordeling van het resultaat van een groepsopdracht, waarbij de opleiding kennis, kunde als houdingsaspecten beoordeelt. Rollenspel, stage en reflectieverslagen zijn voorbeelden van toetsvormen die de opleiding hierbij inzet. De ingezette toetsvormen liggen naar het oordeel van het panel voor de hand. Deze zijn van goed niveau en passend voor bij de lesstof. Studenten geven in de gesprekken met het panel aan dat zij de informatie over toetsing en examinering helder vinden. Deze staat voor hen beschreven in de studiehandleidingen, blokboeken en andere handleidingen en is terug te vinden in de OER en op OSIRIS Studenten kunnen voor een toelichting op de toetsing of beoordeling ook altijd bij hun docenten terecht. Bewaking kwaliteit toetsing Het instituut voor Rechtenstudies kent één examencommissie en één toetscommissie voor de opleidingen HBO-Rechten en SJD. De examencommissie en de toetscommissie hebben eens per kwartaal gezamenlijk overleg met de Dean over lopende zaken over toetsing en borging van toetsing. Leden van de examen- en toetscommissie krijgen permanente scholing die onder andere plaatsvindt via hogeschoolbrede cursussen. Het panel constateert dat de examencommissie verantwoordelijkheid draagt voor de borging van de kwaliteit van het eindniveau van aangeboden opleidingen. Zo ziet de examencommissie toe op een juiste naleving van het studentenstatuut van de hogeschool en de Onderwijs- en Examenregeling. Daarnaast ziet zij toe op de juiste kwaliteit van de tentamens en examens, wijst zij examinatoren aan en verleent zij vrijstellingen. Met ingang van 1 september 2014 is een lid van de examencommissie van het Instituut voor Financieel Economisch Management als extern lid toegetreden tot de examencommissie. De examencommissie heeft taken gemandateerd aan een toetscommissie die feitelijk toeziet op de juiste kwaliteit van de tentamens en examens. Deze toetscommissie bestaat uit vijf docenten die over de nodige toetsexpertise beschikken. De toetscommissie geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de examencommissie en het managementteam over de kwaliteit van tentamens en de borging daarvan, maakt modellen (ontwerpeisen voor tentamens) en checklists en stelt procedures vast. Onderdeel van de modellen die zij aanreikt is onder andere het toepassen van het vier-ogenprincipe bij de ontwikkeling van een toets, zoals een schriftelijk tentamen. Een andere continue activiteit van de toetscommissie is het beoordelen van tentamens volgens een beoordelingsprocedure (controle voor- en achteraf). De toetscommissie verantwoordt activiteiten in een jaarverslag voor de examencommissie. De examencommissie stelt zelf ook een jaarverslag op.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
29/63
Bewaking kwaliteit Stage In het derde jaar vindt de stage plaats. Hierin beoordeelt de opleiding of de student bepaalde competenties in de praktijk kan toepassen. De stagecoördinator bewaakt de kwaliteit van de stage in samenwerking met het praktijkbureau, de stagedocent, de praktijkbegeleider van de stage-organisatie en de student. Voor de start van de stage moet de student voldoen aan de stagedrempel, dat betekent dat de propedeuse moet zijn afgerond en er een bepaald aantal studiepunten uit jaar 2 en 3 moet zijn gehaald. Daarmee zorgt de opleiding ervoor dat de student over een bepaalde basiskennis beschikt voor de stage. De stagecoordinator screent iedere nieuwe stageplek (voltijd). Hiervoor geldt een vast aantal criteria. De coördinator doet dit in samenspraak met het praktijkbureau. Standaard beoordelen twee docenten de werkplekken van deeltijdstudenten (stageplekken) op vergelijkbare criteria. De coördinator Internationalisering, de hogeschooldocent International Law en de stagecoördinator bepalen gezamenlijk of een stageplek in het buitenland geschikt is voor de stage. De stagedocent beoordeelt samen met de praktijkbegeleider of de student de stage met voldoende resultaat heeft afgerond. Zij doen dit aan de hand van de verschillende opdrachtuitwerkingen en rapportages van de student en de beoordelingen van de praktijkbegeleider daarover. De stagedocent, die de student tweemaal op de stageplek bezoekt, verantwoordt dit in een formulier (stagehandleidingen voltijd en deeltijd). Evaluaties laten zien dat studenten en praktijkbegeleiders tevreden zijn over de wijze waarop de beoordeling van de stage plaatsvindt. Bewaking kwaliteit Afstuderen In het laatste semester studeren studenten individueel af. Daarvoor doet de student een afstudeeronderzoek in de vorm van een praktijkgericht juridisch onderzoek. Door het onderzoek draagt de opleiding bij aan het bereiken aan de doelstelling dat zij studenten wil opleiden tot integratief denkende, ondernemende, onderzoekende en innovatieve professionals. Het afstudeeronderzoek is de afsluiting van de leerlijn onderzoek. De eisen die de opleiding stelt aan het afstuderen en het afstudeerproces zijn beschreven in de afstudeerhandleidingen (voltijd en deeltijd). Voor het afstuderen onderzoekt de student een (potentieel) juridisch probleem in de praktijk. Van de ongeveer 140 voltijdstudenten en 20 deeltijdstudenten die in 2013-2014 bezig waren met een afstudeeronderzoek, deden er drie dat in het buitenland en 15 studenten werkten aan een afstudeeronderzoek dat vanuit een kenniscentrum is geïnitieerd. De opleiding heeft met de afstudeerders van het Kenniscentrum Arbeid een leeratelier gevormd waarbinnen studenten vanuit verschillende opleidingen samenwerken met docent-onderzoekers, praktijkonderzoekers (de betrokken opdrachtgevers uit het werkveld) en de lector. Voorbeelden van afstudeeronderzoeken die zijn geïnitieerd vanuit het Kenniscentrum Arbeid zijn: Social return in aanbestedingen, wat werkt? en Gelijke monniken, gelijke kappen. Onderzoek naar de rechtspositie van buitenlandse uitzendwerknemers in de Eemsdelta.
30/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
De opleiding bewaakt de kwaliteit van het afstuderen via meerdere actoren. Evenals bij stage, geldt ook voor het afstuderen dat de student de afstudeerdrempel moet hebben behaald (minimum aantal credits en afgeronde module Afstudeervoorbereiding). Wanneer daaraan is voldaan start de student met het schrijven van een afstudeervoorstel (onderzoeksvoorstel). De student zoekt in principe zelf een opdracht. De zogenoemde toetsingscommissie beoordeelt het onderzoeksvoorstel en kijkt of het voorstel voldoende potentie heeft voor een succesvol praktijkgericht juridisch onderzoek op het beoogde eindniveau. Na goedkeuring van de toetsingscommissie, krijgt de student een afstudeerdocent toegewezen en gaat de student aan de slag met het verder uitwerken van de onderzoeksopzet. De afstudeerdocent begeleidt de student hierbij. Na een fiat van de toetsingscommissie (een lid hiervan) over de onderzoeksopzet gaat de student aan de slag met zijn onderzoeksrapport. De afstudeerdocent (begeleider) en een tweede examinator, die door de afstudeercoördinator is aangewezen, beoordelen het onderzoeksrapport. De beoordeling van het afstuderen bestaat uit twee onderdelen. Het onderzoeksrapport en het verantwoordingsgesprek. Het cijfer voor het onderzoeksrapport telt drie keer mee en het cijfer voor het gesprek één keer. Criteria die van toepassing zijn, betreffen onder andere onderzoeksmethodologie, theoretische onderbouwing, taalgebruik en een aantal voorwaardelijke ontvankelijkheidseisen. De eerste en tweede beoordelaar zijn beide deskundig op het onderzochte onderwerp en beoordelen onafhankelijk van elkaar het rapport. Wanneer de oordelen te ver uit elkaar liggen, schakelt de examencommissie een derde beoordelaar in. Evaluaties laten zien dat opdrachtgevers en studenten tevreden zijn over de beoordelingsprocedure voor het afstuderen. Externe borging De opleiding werkt samen met opleidingen HBO-Rechten van twee andere hogescholen (Amsterdam en Avans/Fontys) waarmee zij afstudeerwerken heeft beoordeeld en geanalyseerd en waarmee zij voor het rechtsgebied Staatsrecht een gezamenlijke toetsendatabank aan het ontwikkelen is. Bij dit laatste initiatief hebben zich ook de HBORechten-opleidingen uit Leeuwarden en Leiden aangesloten. Realisatie van de beoogde eindkwalificaties Het panel heeft van negentien afgestudeerden (vijftien voltijd en vier deeltijd, zie Bijlage 6) de afstudeerwerken gezien. Dit betrof het werk van afgestudeerden van 2012-2013 en 20132014. De resultaten lieten een range zien van 6 tot 10. Daarnaast heeft het panel met afgestudeerden en beoordelaars en begeleiders van afstudeerders gesproken. Op basis van de bestudering van de eindwerkstukken, en de gevoerde gesprekken, stelt het panel vast dat de opleiding het bachelorniveau overtuigend realiseert. Alle werkstukken (opdrachten) zijn volgens het panel representatief voor wat een hbo-jurist moet kunnen. Daarbij laten werkstukken een gewenste theoretische diepgang zien.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
31/63
Het panel kan zich grotendeels vinden in de waarderingen die de opleiding heeft gegeven. Een enkele keer zat het panel iets lager of iets hoger in de waardering. Naast de afstudeerproducten heeft het panel enkele goede voorbeelden van stageproducten gezien. Studenten gaven in het gesprek met het panel aan dat zij tevreden zijn over hun afstudeeronderzoek en dat zij zich voldoende gekwalificeerd voelen om als hbo-jurist aan de slag te gaan of om door te studeren aan een universiteit. Dat laatste doet een aantal studenten ook. Het panel constateert verder dat de opleidingen van de Hogeschool van Amsterdam en van de Hogeschool Avans/Fontys, waarmee de Groningse opleiding samenwerkt, het niveau en de kwaliteit van de afstudeerwerken van de opleiding HBO-Rechten van de Hanzehogeschool als erg hoog waarderen. Deze twee opleidingen spreken in het bijzonder waardering uit voor de kwaliteit van de methodologische onderbouwing die in een apart hoofdstuk grondig wordt uiteengezet en verantwoord. Het panel kan zich op basis van de eigen studie van de eindwerkstukken vinden in deze bevinding. Ook geven studenten en vertegenwoordigers van het werkveld in enquêtes aan dat zij het niveau van de opleiding positief waarderen. Zoals eerder aangegeven zijn de deeltijdstudenten vooral erg positief over de kwaliteit van hun opleiding. Overwegingen en conclusie De opleiding hanteert een adequaat toetssysteem. De beroepscompetenties van de opleiding staan zichtbaar centraal binnen de toetsing. De opleiding toetst de competenties meerdere malen op de verschillende niveaus individueel. Per programmaonderdeel is de toetsing (vorm en criteria) voor studenten beschreven. Het toetsprogramma laat zien dat de opleiding een mix aan toetsvormen inzet die aansluit op de lesstof De opleiding ziet vanuit verschillende commissies systematisch toe op de gewenste kwaliteit. Zij bewaken de kwaliteit voor en na de uitvoering van de toetsing en maken daarbij gebruik van relevante criteria. Studenten en afgestudeerden vinden de wijze van toetsing helder. De student maakt zich de competenties eigen in de hoofdfase van de opleiding via specialisatie, stage, profileringsruimte en het afstuderen. Het afstuderen is het slotstuk van de opleiding. Hiervoor werkt de student aan een praktijkgericht juridisch onderzoek dat relevant is voor de praktijk van de hbo-jurist. Naar het oordeel van het panel toont de opleiding HBO-Rechten bovengemiddeld goede kwaliteit. Het panel heeft een representatieve selectie van de toetsresultaten bestudeerd, deze besproken met verschillende betrokkenen en beoordeelt de kwaliteit van de resultaten als goed. De onderwerpen waar studenten op afstuderen zijn voldoende relevant voor HBORechten.
32/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Daarnaast constateert het panel dat de opleiding goed toeziet op de gewenste kwaliteit, studenten stimuleert dit ook te doen en hen uitdaagt om zich als hbo-jurist met een eigen visie te presenteren. Verder stelt het panel vast dat het werkveld tevreden is met de kwaliteit die de opleiding levert. In 2008 waardeerde het panel alles met betrekking tot toetsing en resultaten als goed. Op grond van de kwaliteit van de bestudeerde onderzoeksrapporten, externe evaluaties en gesprekken daarover met de betrokkenen van de opleiding komt het huidige panel ook bij deze standaard tot het oordeel goed. Het panel komt op basis van bovenstaande tot het oordeel goed.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
33/63
34/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
3
Eindoordeel over de opleiding
Oordelen op de standaarden Het visitatiepanel komt tot de volgende oordelen op de standaarden: Standaard
Oordeel voltijd
Oordeel deeltijd
1 Beoogde eindkwalificaties
Goed
Goed
2 Onderwijsleeromgeving
Goed
Goed
3 Toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties
Goed
Goed
Overwegingen en conclusie Het panel heeft de kwaliteit van de opleiding HBO-Rechten op de drie standaarden als goed beoordeeld. Dit oordeel is van toepassing op de voltijd- en deeltijdvariant. Het panel waardeert de algehele kwaliteit van de opleiding eveneens als goed. Het visitatiepanel komt op grond van deze beoordeling dat de kwaliteit van de bestaande hbo-bacheloropleiding HBO-Rechten van Hanzehogeschool Groningen, University of Applied Sciences goed is.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
35/63
36/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
4
Aanbevelingen
Standaard 1 Beoogde eindkwalificaties Het panel vindt het belangrijk om de opleiding mee te geven dat zij de mogelijkheid voor studenten om zich breed te oriënteren zou moeten blijven behouden. Hiermee borgt de opleiding de verdere ontwikkeling van de positie van de HBO jurist in de arbeidsmarkt. Standaard 2 Onderwijsleeromgeving Het panel vraagt de opleiding nadrukkelijk om de aandacht en focus op goede taalbeheersing te hebben en te houden. Het panel beveelt aan dit niet alleen door te ontwikkelen voor de studenten, maar ook onderling bij de docenten toe te zien op goede schriftelijke en mondelinge taalbeheersing. Wat betreft het panel moet het voeren van een goede taalbeheersing niet alleen in de beoordelingsformulieren en criteria zitten waar studenten mee worden geconfronteerd, maar in de botten van iedereen die betrokken is bij de opleiding. Het panel adviseert de opleiding kritisch te kijken naar het aanbod van Legal English in het programma. Dit kan wat betreft het panel in het licht van de geuite ambitie van de opleiding, c.q. het instituut, meer omvatten dan de magere 2 studiepunten. Het panel geeft de opleiding mee dat zij ervoor kan waken dat zij niet doorslaat in het inbedden van velerlei vormen van onderzoek in de opleiding (ingegeven door landelijke ontwikkelingen/de hogeschool). De juridische onderzoeksmethodologie en de juridische onderzoeksvaardigheden die essentieel zijn voor de hbo-jurist moeten naar de mening van het panel centraal blijven staan. Het panel herkent dat de opleiding een wat gevarieerdere mix van werkvormen kan bieden. Het project Blended Learning gaat die mogelijkheden verkennen. De titel ‘blended learning’ suggereert wel meer dan een wat gevarieerder aanbod van werkvormen. Het panel beveelt de opleiding in dat licht nadrukkelijk aan nieuwe werkvormen te exploreren (zoals MOOC, games, simulaties of flitscolleges). Standaard 3 Toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties Het panel geeft de opleiding in overweging om bij de uiteindelijke beoordeling van de afstudeeropdrachten in enigerlei vorm een extern deskundige een rol te laten spelen.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
37/63
38/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
5
Bijlagen
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
39/63
40/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bijlage 1: Eindkwalificaties van de opleiding De competenties zijn ingedeeld in de clusters Rechtstoepassing en Omgeving van de rechtstoepassing. Elke competentie omvat een toelichting en een zevental voorbeelden van kritische beroepssituaties. Cluster Rechtstoepassing 1. Formuleren en oplossen van rechtsvragen op basis van analyse van juridisch relevante feiten en juridische bronnen. (Juridisch analyseren) Toelichting
Voordat een jurist een beroepsproduct maakt, formuleert hij de juridisch relevante vragen bij een casuspositie. Hij beschikt over onderzoeksvaardigheden: de jurist gaat systematisch te werk door de relevante juridische bronnen te selecteren en verzamelen, zoals wetgeving en jurisprudentie. Juridisch analyseren omvat het proces van verzamelen, selecteren, kwalificeren en analyseren van feiten en juridische bronnen. Een jurist moet dit volledige proces doorlopen om een goed beroepsproduct te kunnen opleveren.
De afgestudeerde werkt bijvoorbeeld als: a. parketsecretaris bij het Openbaar Ministerie en je verzamelt en selecteert het door onderzoek verkregen feitenmateriaal ter voorbereiding van het opstellen van een tenlastelegging. b. jurist bij een advocatenkantoor en je maakt een juridische analyse van de situatie die de cliënt aandraagt. Je verwerkt hierin de nieuwste jurisprudentie. c. juridisch medewerker bij de gemeente en je controleert of het dossier compleet is om namens het gemeentebestuur te besluiten over een vergunningaanvraag. d. juridisch medewerker bij de gemeente en je onderzoekt het verzoek van een journalist om openbaarmaking van declaratiegegevens van wethouders. e. jurist bij een rechtsbijstandverzekeraar, je analyseert het schadedossier en formuleert een afdoeningsadvies. f. juridisch medewerker bij een bank en je inventariseert en onderzoekt klantgegevens alvorens je beoordeelt of de verkoop van een bepaald financieel product in overeenstemming geschiedt met de eisen die worden gesteld in toepasselijke wetten. g. bedrijfsjurist bij een multinational en je inventariseert en onderzoekt gegevens en feiten alvorens een contract op te stellen. 2. Geven van advies op basis van een juridische analyse. (Adviseren) Toelichting
Nadat de situatie geanalyseerd en gekwalificeerd is, geeft de jurist mondelinge en schriftelijke adviezen. Specifieker gezegd verzamelt hij eerst alle feitelijke gegevens, om vervolgens de standpunten van de partijen te kunnen wegen, waarbij de relevante rechtsbronnen worden gebruikt.
De afgestudeerde werkt bijvoorbeeld als: a. juridisch medewerker bij een gerecht. Je controleert of aan de formele juridische vereisten is voldaan en bereidt de zaak inhoudelijk voor. Ter zitting treed je op als griffier. Na afloop neem je deel aan het raadkameroverleg. Je maakt een proces-verbaal op en legt de beslissing vast in een schriftelijke conceptuitspraak. b. secretaris van een commissie bezwaar en beroep bij een provincie en je schrijft een conceptadvies naar aanleiding van een ingediend bezwaarschrift.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
41/63
c. juridisch medewerker op een gerechtsdeurwaarderskantoor en je geeft een crediteur schriftelijk advies. d. octrooigemachtigde op een octrooibureau en je stelt voor een klant een adviesbrief op over de wijze waarop hij zijn uitvinding middels een octrooi kan beschermen. Je betrekt hierbij de nieuwste jurisprudentie. e. jurist bij een belangenorganisatie van huiseigenaren en je adviseert de leden over koopaktes en hypotheekvoorwaarden. f. bedrijfsjurist bij een regionaal aannemersbedrijf en je adviseert de afdeling inkoop op basis van regelgeving met betrekking tot de aanbesteding van een groot bouwproject. g. mede-eigenaar van een juridisch adviesbureau en je geeft samen met je compagnons juridisch advies aan een cliënt op basis van gesprekken en risicoanalyses over de invoering van een digitaal systeem waarin contracten worden beheerd. 3. Behartigen van juridische belangen van anderen door rechtsbijstand te verlenen, te onderhandelen en te bemiddelen. (Vertegenwoordigen) Toelichting
Een jurist treedt op als belangenbehartiger voor personen en organisaties. Het behartigen van belangen kan bestaan uit procesvertegenwoordiging, onderhandelen, bemiddelen en conflictbeheersing. De belangenbehartiging kan mondeling of schriftelijk gebeuren en daarbij maakt de jurist eventueel gebruik van bemiddelingstechnieken.
De afgestudeerde werkt bijvoorbeeld als: a. juridisch medewerker bij een advocatenkantoor en je treedt als procesgemachtigde op voor een cliënt bij de kantonrechter of de bestuursrechter. b. juridisch medewerker bij de provincie en je handelt een geschil af tussen een bedrijf en de provincie zonder tussenkomst van een rechter. c. juridisch medewerker op een gerechtsdeurwaarderskantoor en je stelt processtukken op zoals een ingebrekestelling, aanmaning of dagvaarding en je procedeert. d. jurist bij een rechtsbijstandverzekeraar en je treedt op namens een verzekerde door een ingebrekestelling te versturen naar een verkoper. e. jurist bij een stafafdeling van een winkelketen en je bent namens dit bedrijf in gesprek met overheidsinstellingen over het verkrijgen van vergunningen. f. jurist binnen een due diligenceteam en je behartigt gezamenlijk de belangen van een fastfoodconcern bij het voorbereiden van de onderhandelingen tot een overname. g. juridisch medewerker van een groot ziekenhuis en je bemiddelt in een arbeidsconflict tussen een medewerker en een leidinggevende. Je betrekt hierbij niet alleen juridische, maar ook ethische, maatschappelijke en sociale aspecten.
42/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
4. Vaststellen van de rechtspositie van een of enkele personen binnen juridische kaders met meeweging van juridische argumenten en maatschappelijke factoren. (Beslissen) Toelichting
Een jurist beslist namens cliënten of namens de organisatie waar hij werkzaam is over de rechtspositie van een of enkele personen. Bij dit beroepshandelen betrekt de jurist zo nodig naast juridische argumenten ook de belangen van de personen of de instelling voor wie hij werkt en waar nodig ook maatschappelijke factoren en belangen van anderen. Bij het vastleggen van de rechtspositie gaat het bijvoorbeeld om besluiten in de publiekrechtelijke sfeer (vergunningen) en om besluiten in de privaatrechtelijke sfeer (contracten).
De afgestudeerde werkt bijvoorbeeld als: a. juridisch medewerker op een notariskantoor en je stelt de statuten op voor een studievereniging. b. juridisch medewerker bij een waterschap en je neemt namens het bestuursorgaan een besluit tot het toepassen van bestuursdwang. c. juridisch medewerker bij een gemeente en namens het college van burgemeester en wethouders stel je de voorwaarden op bij een omgevingsvergunning. d. juridisch medewerker op een verzekeringskantoor en je beslist over de toe- of afwijzing van een claim van een verzekerde. e. juridisch medewerker bij een zorgverzekeraar en je neemt een beslissing op een bezwaarschrift van een verzekerde waarin je motiveert waarom een bepaalde geneeskundige behandeling in een kliniek voor plastische chirurgie niet door de zorgverzekeraar wordt vergoed. f. lid van de geschillencommissie in de reisbranche en je neemt samen met de overige commissieleden een beslissing over een geschil tussen een reisorganisatie en een aantal particulieren die bij deze organisatie een reis hebben geboekt. g juridisch medewerker bij de juridische afdeling van een grote multinational en je bent lid van een commissie die een gedragscode ten aanzien van maatschappelijk verantwoord ondernemen vaststelt. 5. Opstellen en wijzigen van regelgeving. (Reguleren) Toelichting
Een jurist stelt generieke regelingen op. Ook het wijzigen van bestaande regelingen behoort tot deze competentie.
De afgestudeerde werkt bijvoorbeeld als: a. juridisch medewerker bij de gemeente en je bent betrokken bij het opstellen van gemeentelijke verordeningen. b. juridisch beleidsmedewerker bij de afdeling ruimtelijke ordening van de gemeente en je bent betrokken bij het opstellen van beleidsregels inzake permanente bewoning van recreatiewoningen. c. jurist bij een onderwijsinstelling en je levert een bijdrage aan het opstellen van huishoudelijke reglementen en onderwijs- en examenregelingen. d. juridisch adviseur bij een opleidingsinstituut en je legt de procedure tot het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken vast in overeenstemming met de Wet op de beroepen in het onderwijs. e. juridisch adviseur bij een internationaal opererende telecomorganisatie en je stelt reglementen en algemene voorwaarden op, of je past bestaande documenten aan. f. bedrijfsjuridisch medewerker voor een startende onderneming. Je gaat na welke vergunningen vereist zijn en je stelt algemene voorwaarden op voor de arbeids- en samenwerkingsovereenkomsten.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
43/63
g. juridisch medewerker bij een vakbond en je bent betrokken bij de onderhandelingen over een nieuwe CAO. Na de onderhandelingen stel je met de cao-partners een nieuwe tekst op. Cluster 2 Omgeving van de rechtstoepassing 6. Aanleggen en beheren van juridische dossiers, bewaken van de doorloop en de samenhang, afsluiten en overdragen ervan. (Dossier managen) Toelichting
De jurist draagt zorg voor het aanleggen, beheren, ontsluiten en overdragen van juridische dossiers. Ook de bewaking van termijnen maakt onderdeel uit van deze competentie. Hij bewaakt termijnen en indien nodig zorgt hij voor archivering of draagt het dossier over aan een collega in de eigen organisatie of de keten.
De afgestudeerde werkt bijvoorbeeld als: a. juridisch medewerker bij de rechtbank en je bewaakt de termijnen waarbinnen beslist moet worden. b. parketsecretaris bij het Openbaar Ministerie en je controleert de processtukken op formele en materiële aspecten. Ook verzamel je aanvullende en relevante informatie voor het dossier. c. juridisch medewerker bij een advocatenkantoor en je krijgt de opdracht om t.b.v. een due diligenceonderzoek een volledig juridisch dossier samen te stellen met betrekking tot de overname van een bedrijf. d. juridisch medewerker bij de belastingdienst en je ziet erop toe dat de juridische dossiers zodanig zijn ingericht dat de behandeling ervan op elk moment door een collega kan worden overgenomen. e. ambtenaar bij een gemeentelijke bestuursdienst en je maakt een flowchart teneinde ervoor te zorgen dat ingekomen zaken bij alle betrokken afdelingen op het juiste moment passeren. f. contractmanager bij een groothandelsonderneming en je bent verantwoordelijk voor de juridische uitvoering en contractbeheer. g. faillissementsmedewerker bij een advocatenkantoor en je bent verantwoordelijk voor de verslaglegging ten behoeve van de rechtbank. Ook verzorg je een groot deel van de faillissementscorrespondentie namens de curator. 7. Efficiënt en effectief uitvoeren en regisseren van organisatieprocessen in een juridische context met aandacht voor proces- en kwaliteitsmanagement, kennis- en informatiemanagement en innovatie. (Organiseren) Toelichting
De jurist houdt zich bezig met de vraag hoe de organisatie van juridische dienstverlening kan bijdragen aan het efficiënter en klantvriendelijker uitvoeren van juridische diensten. Hij werkt hierbij multi- en interdisciplinair samen met vakgenoten en niet-vakgenoten.
De afgestudeerde werkt bijvoorbeeld als: a. juridisch informatiespecialist op een advocatenkantoor en bent betrokken bij de inkoop van juridische databanken. Je instrueert collega’s en attendeert hen tijdig op relevante vakinformatie. b. beleidsmedewerker kwaliteitszorg bij de provincie en je stelt een uniform model op voor de beantwoording van alle soorten uitgaande brieven. c. juridisch medewerker bij de gemeente waar je een onderzoek verricht dat moet leiden tot het versnellen van de doorlooptijd en klantvriendelijkheid bij de behandeling van bezwaarschriften. d. projectmedewerker bij een gemeente om het digitale dienstenloket in te richten zodat alle procedures bij online producten en diensten toegankelijk en juridisch correct zijn beschreven.
44/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
e. jurist bij een bank waar je een nieuwe regeling opstelt over toezicht van financiële instellingen ten behoeve van de implementatie naar producten en diensten. f. juridisch medewerker bij een uitzendorganisatie en je wordt bij een cliënt gedetacheerd om een juridisch kwaliteitszorgsysteem op te bouwen en te onderhouden. g. medewerker bij een woningcorporatie en je stelt voor de interne communicatie een databank op met alle relevante wetgeving en jurisprudentie rondom huur en verhuur.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
45/63
46/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bijlage 2: Overzicht opleidingsprogramma Curriculum HBO-Rechten voltijd 2014-2015 Studiejaar 1 Blok 1.1: brede inleiding Privaatrecht
EC
T
Integrale Opdracht I: Werkveldoriëntatie Professionele Communicatie Mondeling Management & Organisatie Ethiek
3
O
5
-
Algemene Inleiding Recht Privaatrecht Terreinverkenning, rechtsbronnen, rechtsvinding (1EC) Vermogensrecht (4EC)
• -
Juridische methoden-technieken I Juridische basisvaardigheden
4
O/T
-
•
2
O/ TR
•
-
Professionele communicatie schriftelijk I Professionele vaardigheden
•
Studieloopbaanbegeleiding
1
• • -
T
3
O/ TR
3
T
-
Algemene Inleiding Recht Publiekrecht Staatsrecht
O/T
•
Strafrecht/strafprocesrecht
3
T
•
Juridische methoden-technieken II Vervolg juridische basisvaardigheden
3
T
Professionele communicatie mondeling II Gesprekstechnieken
2
T
• Studieloopbaanbegeleiding Startvaardigheden Nederlands Totaal
1
P
Blok 1.4: Burger/Overheid I • Integrale Opdracht VI: Opdrachten (4EC) Engels (1EC)
EC 4
T O
-
15
Blok 1.3: Burger/Burger I
EC 4
P
T O
-
Integrale Opdracht III: Toepassen onderzoeksmodel Professionele Communicatie Mondeling Ethiek
• -
Privaatrecht I Verbintenisrecht
3
T
•
Arbeidsrecht
3
T
Juridisch Argumenteren I Professionele vaardigheden
2
O
• Burgerlijk Procesrecht I Professionele vaardigheden Totaal
3
• -
EC
•
Totaal
• -
Blok 1.2: brede inleiding Publiekrecht • Integrale Opdracht II: Professionele Communicatie Schriftelijk Ethiek
15
T
15
•
Bestuursrecht I
4
T
•
Europees Recht I
2
T
•
Management & Organisatie
2
T
•
1
O
-
Professionele communicatie schriftelijk II Professionele vaardigheden
•
Methoden van onderzoek I
2
O/T
Totaal
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
15
47/63
Studiejaar 2 Blok 2.1: De ondernemer • Integrale Opdracht V Management & Organisatie Compliance Onderzoek
EC 4
T O
•
Ondernemingsrecht
4
T
• -
Sociaal Recht Arbeidsrecht Socialezekerheidsrecht
3
T
• -
Fiscaal Recht Inkomstenbelasting Jaarrekeningenrecht
3
•
Professionele Communicatie Mondeling II Onderhandelen
1
-
Blok 2.2: Burger/Burger II
EC 4
T O
Privaatrecht II Personen- en Familierecht Verbintenissenrecht
3
T
• -
Privaatrecht III Goederenrecht
3
T
• -
Burgerlijk Procesrecht II Beslag & Executie Bewijsrecht
3 1 1
T
•
Professionele Communicatie Schriftelijk III Professionele Vaardigheden
• -
Integrale Opdracht VI Onderzoek Professionele Communicatie Mondeling
• -
T
O/ TR
-
Totaal
15
Blok 2.3: Burger/Overheid II
EC 3
• -
Integrale Opdracht VII Onderzoek Professionele Communicatie Mondeling
• Studieloopbaanbegeleiding Totaal T O
T
•
Bestuursprocesrecht
3
•
Bestuursrecht II
4
T
• -
Juridische Kwaliteitszorg Management & Organisatie
2
O
Juridisch Argumenteren II Professionele Vaardigheden
2
O/ TR
1
P
• -
• Studieloopbaanbegeleiding Totaal
48/63
15
Blok 2.4: Europa
O/ TR
P 15
•
Integrale Opdracht VIII
EC 5
•
Europees Recht II
4
T
• -
Methoden van Onderzoek II Professionele Communicatie Schriftelijk
3
O/T
• -
Engels II (zwevend vak) Legal English
2
O/T
•
Europa Excursie
1
O
Totaal
T O
15
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Studiejaar 3 Blok 3.1: Specialisatie De HBO-Bedrijfsjurist 1
EC 15
Recht & Overheid 1
Blok 3.2: Specialisatie De HBO-Bedrijfsjurist 2
EC 15
15
Recht & Overheid 2
15
International Law 1
15
International Law 2
15
Privaatrecht: Familievermogensrecht 1
15
Privaatrecht: Familievermogensrecht 2
15
Privaatrecht: Rechtsbijstand 1
15
Privaatrecht: Rechtsbijstand 2
15
Arbeidsrecht 1 Totaal
15 15
Arbeidsrecht 2 Totaal
15 15
Blok 3.3: Stage
EC 15
Blok 3.4: Stage
EC 15
Stage Studieloopbaanbegeleiding/ competentiemanagement Management & Organisatie Onderzoek Totaal • -
T
T O
15
Studiejaar 4 Blok 4.1: Keuzefase / Minor International Law 1
EC 15
Conflictmanagement 1
EC 15
15
Conflictmanagement 2
15
Arbeidsrecht 1
15
Arbeidsrecht 2
15
Community For Law And Energy Applied Research 1
15
Community For Law And Energy Applied Research 2
15
Keuzevakken/ -blokken Totaal
15 15
Keuzevakken/ -blokken Totaal
15 15
Blok 4.3: Afstudeerfase
EC 15
Blok 4.4: Afstudeerfase
EC 15
Afstudeerfase
Totaal
15
T O
• Afstudeerfase Studieloopbaanbegeleiding (1 EC) Totaal
T O
15
Blok 4.2: Burger/Burger II International Law 2
•
T
Stage Studieloopbaanbegeleiding/ competentiemanagement Management & Organisatie Onderzoek Totaal • -
T
T
T O
15
De deeltijdopleiding (2014-2015) kent een zelfde opbouw. Inhoudelijk is het programma nagenoeg gelijk. Deeltijdstudenten werken in plaats van de integrale opdracht aan een Action Learning opdracht. De thematiek waaraan deze is gekoppeld is dezelfde, evenals de omvang in studiepunten. De specialisatie Arbeidsrecht komt niet terug in het deeltijdprogramma.
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
49/63
50/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bijlage 3: Deskundigheden leden visitatiepanel en secretaris Nadere informatie over de achtergronden van de leden van het beoordelingspanel en secretaris: De heer mr. H.J.L.M. van de Luytgaarden, voorzitter De heer Van de Luytgaarden is ingezet vanwege zijn deskundigheid op het gebied van juridisch onderwijs. Hij werkt sinds 2011 als Lector Recht in Europa/Recht in de Euregio bij Zuyd Hogeschool. Daarnaast is hij zelfstandig organisatieadviseur vanuit zijn bedrijf Proactive Law, in het bijzonder gericht op het hoger (juridisch) onderwijs en organisatieverandering in het hoger onderwijs. De heer Van de Luytgaarden is domeindeskundig op juridisch, maatschappelijk en organisatiekundig gebied, daarnaast heeft hij een zeer grote onderwijservaring zowel op universitair als op hbo niveau. De heer Van de Luytgaarden is vertrouwd met de meest recente ontwikkelingen, ook in internationaal opzicht, op het gebied van juridische en maatschappelijke opleidingen. Hij is onder meer gastdocent geweest in Wenen, Oostenrijk en aan de Turku University of Applied Sciences faculty of management and life sciences en Turku Science University faculty of law beide in Finland. Hij heeft vele publicaties op zijn naam staan. De heer Van de Luytgaarden heeft ruime ervaring met visitaties in het hoger onderwijs, werkte eerder voor NQA en NVAO en is voor deze visitatie aanvullend individueel geïnstrueerd. De heer Van de Luytgaarden heeft ervaring als voorzitter bij visitaties in het hoger onderwijs. Hij heeft in juni 2011 de interne training voor voorzitters gevolgd. In de training is hij geïnformeerd over de opzet van het nieuwe accreditatiestelsel en daarnaast zijn ervaringen tussen voorzitters onderling uitgewisseld. Opleiding: 2005 1998 1986 – 1987 1987 1982 – 1983 1981 – 1982 1975 – 1981 Werkervaring: 2013 – heden 2011 – heden 2011 – heden 2011 – heden 2010 – 2011
2009 2008 2007 – 2008 2006 – heden 2005 2004 – 2008
Basiskwalificatie Mediation Vermande Basiskwalificatie universitair onderwijs Wijsbegeerte Rijksuniversiteit Groningen Doctoraal Nederlands recht Rijksuniversiteit Groningen afstudeerrichting: publiekrecht Propedeuse rechtsgeleerdheid Rijksuniversiteit Groningen Propedeuse psychologie Rijksuniversiteit Groningen Ichthus College te Drachten, Atheneum A
Extern lid van de examencommissie van de BLCLA in Driebergen Lector Recht in Europa/Recht in de Euregio bij Zuyd Hogeschool Expert bij de European, Education, Audiovisual and Culture Executive Agency Affiliated member Euroacademia Lector proactive management and business law, faculteit maatschappij en recht Hogeschool Utrecht, financiering EU (0,1 fte). Lid internationaal projectteam http://pampal.turkuamk.fi/index.php Lektor für Organisationsentwicklung PEF Universität für Management Wenen Oostenrijk Visiting professor proactive management and law Turku University of Applied Sciences Finland Vice voorzitter kenniscentrum sociale innovatie faculteit maatschappij en recht Zelfstandig adviseur voor het hoger onderwijs vanuit eigen bedrijf Proactive Law Gastdocent Universiteit Nederlandse Antillen en University Dutch Carribean Willemstad Curaçao Lector beroepsuitoefening juridische bachelors Hogeschool Utrecht
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
51/63
2000 – 2006 2000 – 2003 1996 – 2003 1994 – 2004 1993 – 1997 1990 – 1996 1990 – 2000 1987 – 1990 1985 – 1987
Organisatieadviseur NPI Instituut voor organisatieontwikkeling te Zeist Gastdocent juridische discipline aan de faculteit bestuurs- en organisatiewetenschappen Universiteit Utrecht Rechter-plaatsvervanger Arrondissementrechtbank Leeuwarden sector handelsrecht Rechter-plaatsvervanger Arrondissementsrechtbank te Amsterdam sectoren bestuurs- en ambtenarenrecht Visiting professor philosophy of human rights and constitutionalism aan het Phronesis Applied Ethics Centre, Karelsuniversiteit Praag (Tsjechische Republiek) Gastdocent bestuursrecht en mensenrechten voor het Nederlands Helsinki Comité in Polen en Bulgarije Universitair docent rechtsfilosofie/encyclopedie, Universiteit Utrecht Assistent in opleiding Nederlands Instituut voor Sociaal en Economisch Recht, Universiteit Utrecht (UU) Student-assistent staatsrecht, algemene staatsleer, vergelijkend staatsrecht, rechtsfilosofie en grondrechten, vakgroep staatsrecht, Rijksuniversiteit Groningen (RUG)
Overig: Lid van de Raad van Toezicht van de Begeleidingsdienst van Vrije Scholen Lid van de Raad van Advies van het Bernard Lievegoed College for Liberal Arts Lid van de adviesraad bestuurlijk-juridisch van het kenniscentrum ECABO voor MBO onderwijs Publicaties: - Preventive Law, dissertatie, 2013. - Verenigd in diversiteit, openbare les vanwege de aanvaarding van het lectoraat Recht in Europa Zuyd hogeschool, Heerlen, 2013 48 pp. - A proactive approach to law for lawyers, in: Kaisa Sorsa (ed.), Proactive management and proactive business law, a handbook, Turku 2011, pp. 127-142. - Schengen all over the world, in: www.rechtineuropa.nl, Zuyd hogeschool, 24-11-11. - Een pan-europese rechtscultuur, in: www.rechtineuropa.nl, Zuyd hogeschool 18-10-11. - ‘Confectie of maatwerk’, in: Congresbundel HBO-Rechten in het werkveld, Nijmegen 2010, pp. 4969 - ‘Ik noem mijzelf geen rechter’, in Financieel Dagblad 4-2-10, p.10 - ‘Geen homo’s voor klas op christelijke scholen?’, in: Trajectum 11-6-9, p. 6. - ‘To be or not to be’, Ars Aequi dec. 2008 pp. 912-916. - ‘Juridische APK voorkomt conflicten’, kamerkrant Midden-Nederland nov 2008, p. 19. - ‘Legal training, paralegals and practising preventive law in the Netherlands’, in: A proactive Approach to Contracting and Law, Helena Haapio ed. TUAS 2008/38, pp. 213-228. De heer mr. G.F.J. Hupperetz De heer Hupperetz is ingezet vanwege zijn juridische en onderwijskundige deskundigheid. Hij is momenteel directeur van de Juridische Hogeschool van Avans-Fontys. Hij beschikt over onderwijsdeskundigheid: als docent, studierichtingsleider, afdelingshoofd, directeur. De heer Hupperetz is voorzitter van de landelijke overleggen MER, Rechten, domeinoverleg Recht en sectorraad Hoger Economisch Onderwijs. Hij was lid van de commissie die het profiel van de opleiding HBO-Rechten heeft herzien. Voor deze visitatie heeft de heer Hupperetz onze handleiding voor panelleden ontvangen en in een voorbereidende vergadering is hij aanvullend geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA.
52/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Opleiding: 2013 1990 – heden 1976 – 1995 1970 – 1976 1969 – 1970
Cursus Praktijk Gericht Juridisch Onderzoek diverse management bijscholingen, waaronder Tias en Socratisch gesprek diverse juridische bijscholingen RUU, Nederlands Recht RUU, prop. Psychologie
Werkervaring: 2003 – heden 1997 – 2003 1986 – 1997 1985 – 1997 1976 – 1985 1973 – 1976
Juridische Hogeschool Avans-Fontys: directeur Hogeschool ‘s-Hertogenbosch; directeur Academie voor Management Hogeschool ’s-Hertogenbosch; studierichtingsleider, afdelingshoofd Heao Den Bosch, docent Meao Helmond, docent RUU, studentassistent
Mevrouw mr. K.E. van Dam Mevrouw Van Dam is ingezet als panellid vanwege haar domeindeskundigheid. Zij beschikt over een gedegen werkervaring als hoofd van het Instituut Sociaal Raadslieden en als directeur Gerechtelijke Organisatie. Als interim manager heeft zij ruime ervaring in het publieke domein (ministeries, onderwijs en gezondheidszorg). Daarnaast heeft zij door haar ervaring als verandermanager kennis van maatschappelijk en bestuurlijk werk en facilitaire dienstverlening. Mevrouw Van Dam heeft vanuit opleiding en werkervaring kennis van de accreditatiesystematiek. Zij heeft veel visitatietrajecten voor juridische opleidingen gedaan. Daarnaast is zij aanvullend individueel geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding: 2007 – 2008 Jaren ‘80&’90 1972 – 1978 1966 – 1972
Certified executive interim management program Nyenrode Diverse managementcursussen Nederlands recht HBS-b
Werkervaring: 2004 – heden zelfstandig interimmanager, opdrachten onder meer - directeur Juridische Zaken, Ministerie van VROM - kwartiermaker/directeur bedrijfsvoering Nova College Haarlem - directeur HRM a.i./programmamanager reorganisatie Hogeschool Inholland - programmamanager meerjarige organisatieontwikkeling COA - hoofd regie directie bedrijfsvoering, Ministerie van VWS - programmamanager transitie jeugdinstellingen, Ministerie van VWS - procesbegeleider transitietraject directie bedrijfsvoering, Ministerie van VWS 2000 – 2004 Directeur bestuursbureau Universiteit Leiden 1994 – 2000 Directeur Gerechtelijke Organisatie (arrondissement Haarlem en later Amsterdam) 1990 – 1994 Verandermanager Ziekenhuis 1980 – 1990 Hoofd Instituut Sociaal Raadslieden – Gemeente Den Haag 1978 – 1980 Vereniging Nederlandse Gemeenten Overig: Voorzitter Raad van Toezicht scholengroep Den Haag Zuidwest Lid Raad van Toezicht zorginstelling Marente
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
53/63
De heer W. Brinkman De heer Brinkman is ingezet als studentlid. Hij volgt de opleiding HBO-Rechten aan Hogeschool van Amsterdam, waar hij de interne audit als panellid heeft meegemaakt. De heer Brinkman is representatief voor de primaire doelgroep van de opleiding en beschikt over studentgebonden deskundigheden met betrekking tot de studielast, de onderwijsaanpak, de voorzieningen en de kwaliteitszorg bij opleidingen in het domein. Voor deze visitatie is de heer Brinkman aanvullend individueel geïnstrueerd over het proces van visitatie en accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze van NQA. Opleiding: 2011 – heden HBO-Rechten - Hogeschool van Amsterdam 2005 – 2011 Havo en VWO Werkervaring: 2013 – heden Medewerker - Karwei Zaandam 2010 – heden Vakkenvuller - Albert Heijn XL 2008 – 2010 Radiopresentator - Zaanradio FM Overig: 2013
Panellid interne audit HBO-Rechten - Hogeschool van Amsterdam
Mevrouw M. Snel BHRM & BEd Mevrouw Snel is ingezet als NQA-auditor. Zij heeft sinds 2005 als NQA-auditor ervaring met visiteren van bestaande en nieuwe opleidingen in verschillende sectoren binnen het hbo. Daarnaast verzorgt zij trainingen over het visitatie- en accreditatiestelsel en voert zij adviestrajecten uit. Door haar ervaring heeft zij tevens deskundigheid in het beoordelen van afstandsonderwijs. Verder is zij betrokken bij advisering over en beoordeling van EVC-procedures (Erkennen van Verworven Competenties) van aanbieders in het mbo en hbo. Zij heeft als junior personeelsadviseur gewerkt bij een grote zorginstelling voor verstandelijk gehandicapte mensen waar zij de personele zaken behartigde van ongeveer 200 medewerkers. Ook is Merijn Snel erkend specialist voor Investors in People geweest. Zij is getraind als auditor Hoger Onderwijs NQA in samenwerking met Lloyd’s Register en heeft in het najaar van 2010 deelgenomen aan de training van de NVAO en is gecertificeerd secretaris. Opleiding: 2008 – 2010 2000 – 2004
Training: Juli 2014 December 2010 November 2010 November 2008 Maart 2004
54/63
Opleidingskunde (Bachelor of Education: Training and Human Development), Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Personeel & Arbeid (Bachelor Human Resource Management), Saxion Hogeschool Enschede
LRQA erkend Lead Auditor ISO-9001 Training Expert Investors in People, IiP International (Apeldoorn, Nederland) Training secretaris beoordelen opleidingen in het hoger onderwijs, NVAO Training Assessor Investors in People, IiP UK (Kortrijk, België) Training Auditor Hoger Onderwijs, NQA i.s.m. Lloyd’s Register
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Werkervaring: 2010 – heden 2008 – 2013 2005 – 2009 2004 – 2005
senior auditor en adviseur, Netherlands Quality Agency erkend assessor en specialist Investors in People, Netherlands Quality Agency auditor, Netherlands Quality Agency junior personeelsadviseur, de Twentse zorgcentra
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
55/63
56/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bijlage 4: Bezoekprogramma Maandag 29 september Tijd 12.30-13.30 13.30-14.00 14.00-18.00
Dinsdag 30 september Tijd 08.15 – 08.30 08.30 – 09.15
09.30 – 10.30
10.45 – 11.15
Gesprekspartners Ontvangst, lunch en voorbereiding auditteam Presentatie van de opleiding Voorbereiding en materiaalbestudering 16.30 uur inloophalfuur medewerkers en studenten van de opleiding 17.00 uur rondleiding langs opleidingsspecifieke faciliteiten
Gesprekspartners Ontvangst Auditteam Studenten propedeuse en hoofdfase Elwin van Bruggen, student voltijd jaar 2 Gerben Knol, student voltijd jaar 2 Laura Siewes, student voltijd jaar 2 Aart Kuipers, student deeltijd jaar 3 Pacifique Mwizerva, student voltijd jaar 3 Meriam Klok, student deeltijd jaar 2 Docenten mr. Kristel Akkermans, docent Privaatrecht, blokcoördinator, SLB drs. Arnoud Boeve, docent Management & Organisatie deeltijd, blokcoördinator drs. Marjolein Bolster, docent Professionele Communicatie Schriftelijk, SLB mr. Ilse de Haan, docent Publiekrecht, deeltijd drs. Piet Hoekman, hogeschooldocent Onderzoek dr.mr. Petra Oden, lector Juridische Aspecten van de Arbeidsmarkt (Kenniscentrum Arbeid) drs. Yvonne Sterkenburg, docent Professionele Communicatie Mondeling, SLB mr. Tineke Ubbens-Elings, docent Privaatrecht, coördinator Alumni, blokcoördinator mr. Joris Visser, docent Ethiek, docent Honourstalentprogramma, docent Publiekrecht mr. Joey Wintjes, docent Privaatrecht, SLB-coördinator Afgestudeerden Toine Jorna, alumnus voltijd Boudien Sieperda, alumnus voltijd Hilde Vaslovsky, alumnus voltijd Natasja Ausema, alumnus deeltijd Debbie de Grote, alumnus deeltijd
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
57/63
Tijd 11.30 – 12.15
12.15 - 13.15 13.15 – 13.45
14.00 - 14.45
15.00– 15.45 15.45 – 16.45
58/63
Gesprekspartners Examinatoren mr. Anke Hornstra, hogeschooldocent Privaatrecht, deeltijd, afstudeercoördinator mr. Jeroen Kerver, hogeschooldocent Publiekrecht mr. John Meijer, stage- en afstudeercoördinator mr. Menko Rittersma, docent Privaatrecht en Onderzoek mr. Dennis Schuldink, hogeschooldocent Internationalisering mr. Geke Werkman, hogeschooldocent Bedrijfsrecht Overleg + lunch Opleidingsmanagement mr. Gerda van Lingen, Dean instituut voor Rechtenstudies drs. Marian van Os, vice-voorzitter College van Bestuur mr. Theo Joxhorst, teamleider HBO-R hoofdfase drs. Birgitta Kuster-Straver, teamleider HBO-R deeltijd + OBP-team mr. Ate Sietzema, teamleider HBO-R Propedeuse Commissies kwaliteitsborging mr. Otto van Diepen, lid Examencommissie mr. Margot Oling, voorzitter Examencommissie kamer HBO-R mr. John Meijer, voorzitter Toetscommissie en lid afstudeertoetsingscommissie drs. Albert Heikens, voorzitter Opleidingscommissie Thea Mepschen MA, lid Curriculumcommissie Beoordelingsoverleg panel Terugkoppeling management en docenten opleiding (zie voorgaande)
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bijlage 5: Bestudeerde documenten NVAO, (2011). Beoordelingskaders accreditatiestelsel hoger onderwijs; Instellingstoets kwaliteitszorg LOO HBO-Rechten (2012). Landelijk beroeps- en opleidingsprofiel HBO-Rechten incl. Body of Knowledge and Skills* NQA (2008). Visitatierapport NQA HBO-Rechten * Instituut voor Rechtenstudies (2009). Verbeterplan visitatie HBO-Rechten 2008 Instituut voor Rechtenstudies (2010). ‘Professionals in Law’, School Strategisch Plan 2010-2014 * Instituut voor Rechtenstudies (2010). Inrichting van een professionele organisatie. SIRE als kennisinstelling Instituut voor Rechtenstudies (2011). Evaluatie van de Professionele organisatie SIRE Hanzehogeschool Groningen (2012). Onderwijskaders Hanzehogeschool Groningen * Instituut voor Rechtenstudies (2007). Onderwijskundig opleidingsplan HBO-Rechten * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Onderwijsregeling HBO-Rechten vt/dt 2013-2014 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Onderwijsregeling HBO-Rechten vt/dt 2014-2015 * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Curriculumoverzichten HBO-Rechten voltijd & HBO-Rechten deeltijd 2013-2014 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Overzicht Leerlijnen HBO-Rechten Instituut voor Rechtenstudies (2013). Kader inrichting opleiding HBO-Rechten 2013-2014 * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Onderzoek Eindniveau Toetscommissie * Instituut voor Rechtenstudies (2011). Toetsbeleid Instituut voor Rechtenstudies * Instituut voor Rechtenstudies (2012). Jaarverslag Toetscommissie 2011-2012 * Instituut voor Rechtenstudies. Checklist tentamen format 2012-2013 * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Huishoudelijk reglement Examencommissie * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Jaarverslag Examencommissie 2012-2013 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Kwaliteitszorgdocument Instituut voor Rechtenstudies (2014). Kwaliteitszorg Procedurehandboek Instituut voor Rechtenstudies (2013). Plan van aanpak Taalbeleid Instituut voor Rechtenstudies (2012). Naar een onderzoeksvisie voor SIRE * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Certificering honoursprogramma SIRE 2013 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Internationalisering: bouwen aan het internationaliseringshuis van het Instituut voor Rechtenstudies Instituut voor Rechtenstudies (2014) Buitenlandse partners 2013-2014 Instituut voor Rechtenstudies (2013). Stage handleiding HBO-Rechten, versie 9.1 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Stage handleiding Buitenland 2014-2015 Instituut voor Rechtenstudies (2012). Afstudeerhandleiding HBO-Rechten voltijd, versie 8.4 Instituut voor Rechtenstudies (2013). Afstudeerhandleiding HBO-Rechten voltijd, versie 9.4 * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Afstudeerhandleiding HBO-Rechten deeltijd en SJD deeltijd 2013-2014 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Overkoepelende notitie studieloopbaanbegeleiding Instituut voor Rechtenstudies (2014). Relatiemanagement Instituut voor Rechtenstudies (2014). Hanze Juridisch Schrijfcentrum. Jaarverslag 2012-2013 Instituut voor Rechtenstudies (2014). Hanze Rechtswinkel. Jaarverslag 2012-2013 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (2013). HBO-monitor 2013 Stafbureau Onderwijs & Onderzoek (2014). Rapportage HBO-monitor 2013 Instituut voor Rechtenstudies (2014) School Jaar Plan 2014-2015 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Rendementsnotitie Instituut voor Rechtenstudies * Benchmarking onderzoek rendementen opleidingen HBO-Rechten (landelijk overleg van maart 2014)
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
59/63
* Instituut voor Rechtenstudies (2014). Verslag Kalibreerbijeenkomst HBO-Rechten d.d. 26-03-2014 * Integron (2013). MTO (Medewerkerstevredenheidsonderzoek) 2013-2014 * Instituut voor Rechtenstudies (2014). Presentatie dean, studiedag 7 april 2014 Instituut voor Rechtenstudies (2014). MTO uitkomsten en verbeterplannen Hanzehogeschool Groningen. (2013). Professionaliseringsplan 2014-2016 Lexnova (2014). Stage-evaluatie HBO-Rechten voltijd Instituut voor Rechtenstudies (2014). Verbeterplan stage HBO-Rechten voltijd * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Stage-evaluatie HBO-Rechten 2012-2013; extern begeleider + studenten Lexnova (2014). Afstudeerevaluatie HBO-Rechten voltijd Instituut voor Rechtenstudies (2014). Verbeterplan afstudeerfase 2013-2014 * Instituut voor Rechtenstudies (2013). Afstudeerevaluatie HBO-Rechten 2012-2013; extern begeleider + studenten Instituut voor Rechtenstudies (2013). Contacten werkveld HBO-Rechten Instituut voor Rechtenstudies (2013). Panelgesprekken, blokevaluaties, verbeterplannen 2013-2014 Instituut voor Rechtenstudies (2013). Panelgesprekken, verbeterplannen deeltijd 2013-2014 Centrum Hoger Onderwijs Informatie (2012). Keuzegids voltijd 2013 Centrum Hoger Onderwijs Informatie (2014). Keuzegids 2014 Duaal/deeltijd * Centrum Hoger Onderwijs Informatie (2013). Keuzegids voltijd 2014 Stafbureau Onderwijs & Onderzoek (2013). Analyse en verbeterplan NSE 2013 * Stafbureau Onderwijs & Onderzoek (2013). NSE 2013 * Stafbureau Onderwijs & Onderzoek (2014). Analyse en verbeterplan NSE 2014 Instituut voor Rechtenstudies (2014). USB-stick: blok enquêtes 2013-2014 Hanzehogeschool Groningen (2013). Plan van aanpak Roosterexperiment bij SIRE Instituut voor Rechtenstudies (2014). Kenniskaart + C.V.’s docenten HBO-Rechten voltijd en deeltijd Instituut voor Rechtenstudies (2014). Boekenlijst HBO-Rechten voltijd en deeltijd 2014-2015. Instituut voor Rechtenstudies (2014). Verslagen diverse overleggen en overzichten 2013-2014 Overzichten: vergaderjaarrooster 2014-2015; teamsamenstelling Instituut voor Rechtenstudies; studieloopbaanbegeleiders HBO-Rechten 2014-2015; expertgroepen 2014-2015; samenstelling diverse commissies 2014-2015; onderwijsjaarplanning 2014-2015 Verslagen: dean aan het woord; MT-HSD-overleg; Schoolsessie onderwijsvisie; studiedag Instituut voor Rechtenstudies, SMR, Curriculumcommissie; Opleidingscommissie; Toetscommissie; Examencommissie; Werkveldadviescommissie Instituut voor Rechtenstudies (2014). Studiegids HBO-Rechten voltijd en deeltijd Instituut voor Rechtenstudies (2014). Map met diverse tentamens met antwoorden 15 door de NQA gekozen afstudeeronderzoeken en 4 door de opleiding gekozen afstudeeronderzoeken + cijferlijsten Tevens is informatie toegevoegd over alle producten van studenten waaruit het eindniveau 3 van de opleiding blijkt: stageverslagen, tentamens en beroepsproducten uit de specialisatie zijn overlegd. Daarnaast is een selectie gemaakt uit recent werk van andere voltijd- en deeltijdstudenten op eindniveau 3. Voor elk van de specialisaties van de opleiding lagen er tentamens en beroepsproducten van de studenten. Om de opbouw over de 4 leerjaren te laten zien is tevens enig studentenwerk uit jaar 2 neergelegd. Overzicht opleidingsdocumenten incl. geraadpleegde literatuur en bronnen Kritische Reflectie (gemarkeerd met een *)
60/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bijlage 6: Overzicht bestudeerde afstudeerwerken Hieronder een overzicht van de studenten van wie het panel de afstudeerwerken heeft bestudeerd. Conform de regels van de NVAO zijn alleen de studentnummers opgenomen. Voltijd 282721 334100 349713 336349 341759 331186 342616 330353 347978 341912 357422 353383 353868 394583 371989 Deeltijd 305787 377201 350702 374978
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
61/63
62/63
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
Bijlage 7: Verklaring van volledigheid en correctheid
© NQA – Hanzehogeschool Groningen, beperkte opleidingsbeoordeling: HBO-Rechten
63/63