HANDLEIDING VOOR HET SCHRIJVEN VAN EEN
ONDERZOEKSVERSLAG
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-1-
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING EN LEERDOELEN ................................................................................ 3 KEUZE VAN HET ONDERWERP.............................................................................. 4 INHOUDELIJKE EISEN ............................................................................................. 5 Opbouw...................................................................................................................... 6 Indeling....................................................................................................................... 7 Taalgebruik ................................................................................................................ 7 Vormgeving ................................................................................................................ 7 Omvang...................................................................................................................... 7 BEOORDELINGSCRITERIA...................................................................................... 9 ONDERZOEKSVERSLAGREGLEMENT................................................................. 10 Bijlage A
Literatuurverwijzingen en -verantwoordingen ..................................... 13
Bijlage B
Beoordelingsformulier onderzoeksverslag.......................................... 16
Voor alle actuele informatie over het onderzoeksverslag, aanwijzingen voor literatuur zoeken, feedback, tips en trucs, downloaden van criteria en beoordelingsformulieren kun je terecht op de ELO. Het in deze handleiding opgenomen reglement is van kracht sinds juni 2013 en geldt voor iedere Opleiding binnen Via Vinci Academy.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-2-
INLEIDING EN LEERDOELEN Het schrijven van een onderzoeksverslag is vooral een middel om eigen kennis en inzicht in een bepaald interessegebied te vergroten en een proeve van bekwaamheid in vaardigheden die in de beroepspraktijk van belang zijn: het opzetten, uitwerken en schrijven van een helder en systematisch onderzoeksverslag. Daarmee is het onderzoeksverslag het belangrijkste, meest uitdagende en voor menig student ook het moeilijkste onderdeel van de opleiding. Het schrijven van een onderzoeksverslag impliceert dat kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes die in eerdere fases van de opleiding geoefend en verworven zijn, in onderlinge samenhang toegepast moeten worden bij het schrijven van het onderzoeksverslag. In algemene termen heeft een onderzoeksverslag de volgende leerdoelen: • het kunnen formuleren en afbakenen van een probleemstelling en het zelfstandig opstellen van een daarbij passende onderzoeksopzet op het gebied van de betreffende opleiding, daarbij inbegrepen een duidelijke onderzoeksstrategie en tijdsplanning; • het zelfstandig kunnen verrichten van onderzoek, waarbij de gevolgde methode(n) helder toegelicht en verantwoord worden; • het creatief gebruik kunnen maken van de voor het verrichte onderzoek relevante kennis en inzichten; • het kunnen genereren en creëren van nieuwe kennis in verband met het onderzochte probleem; • het helder, systematisch en verantwoord kunnen rapporteren over opzet, uitvoering en uitkomsten van het onderzoek.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-3-
KEUZE VAN HET ONDERWERP Een onderzoeksverslag schrijven begint met het kiezen van een onderwerp en het formuleren van een probleemstelling. De keuze van een onderwerp (bijvoorbeeld: personeelsbeleid en talentmanagement) is niet hetzelfde als het formuleren van een probleemstelling. Elk onderwerp kan vanuit verschillende probleemstellingen bestudeerd worden. Wie zeer geïnteresseerd is in het thema personeelsbeleid en talentmanagement kan bijvoorbeeld als probleemstelling formuleren Welke HRM-strategie(ën) zijn het meest effectief voor talentmanagement voor personeel in de leeftijdsgroep van 25 tot en met 30 jaar? Maar ook een probleemstelling als Behoeft het huidige personeelsbeleid gericht op talentmanagement van medewerkers tot dertig jaar zoals vastgelegd in het strategisch HRM-beleidsplan van ons bestuur aanscherping en zo ja/nee, welke gronden kunnen daarvoor aangevoerd worden? past natuurlijk binnen het gekozen onderwerp personeelsbeleid en talentmanagement. Kortom: onderwerp en probleemstelling van een onderzoeksverslag vallen niet samen.
Het aantal mogelijke onderwerpen voor een onderzoeksverslag is in principe groot en slechts gebonden aan twee voorwaarden. 1. Het onderwerp moet liggen op het terrein van de gekozen opleiding en het achterliggende beroepsprofiel. 2. In het onderzoeksverslag wordt gebruik gemaakt van kennis opgedaan in eerdere fasen van de studie, m.n. de leerthema’s en inhoudelijke modulen. Wie niet meteen weet waarover een onderzoeksverslag te schrijven, kan ter oriëntatie enkele onderzoeksverslagen inzien. Brengt ook dat de gedachtevorming niet verder, dan is de volgende stap een gesprek met een van de studiebegeleiders. Maar: de keuze van een onderwerp is en blijft de verantwoordelijkheid van de student.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-4-
INHOUDELIJKE EISEN Nadat de keuze voor een onderwerp is gemaakt en de probleemstelling geformuleerd, is het verstandig om goed na te denken over de eisen die aan een (goedgekeurd) onderzoeksverslag worden gesteld. Het komt immers maar al te vaak voor dat na afloop van de samenwerking tussen student en begeleider, de laatste een eindoordeel geeft dat voor de student nogal teleurstellend is. Dit kan gedeeltelijk voorkomen worden door een duidelijke procedure (zie paragraaf V) en gedeeltelijk door het stellen van expliciete inhoudelijke eisen en daaruit voortvloeiende beoordelingscriteria. Het is natuurlijk niet mogelijk om in een beperkt aantal pagina’s een volledig overzicht te geven van een problematiek waarover talloze boeken en handleidingen geschreven zijn. De inhoudelijke eisen lichten we in de punten 1 tot en met 9 kort en bondig toe; zie op de ELO de schrijfwijzer voor een verkorte weergave van de APA-regels. Voor een meer algemene oriëntatie over de vragen en problemen bij het schrijven van een onderzoeksverslag, kan men te rade gaan bij één van de volgende publicaties: • Verschuren, P. en Doorewaard H., ‘Het ontwerpen van een onderzoek’, Lemma, Den Haag, 2007, isbn 9789059314962 • Saunders, M., Lewis, Ph., Thornhill, A., ‘Methoden en Technieken van onderzoek’, vierde editie, Pearson Education Benelux, 2008, isbn 9789043008938 • Boeije, H., Analyseren in kwalitatief onderzoek, denken en doen, 2005, Boom onderwijs, ISBN 908506 078-8 • Oosterbaan W., ‘Een Leesbare Scriptie’, Prometheus,Amsterdam 2008, isbn 9789044610475 • Mirande, M.J.A. & E. Wardenaar, Onderzoeksverslagproblemen, Groningen: Wolters-Noordhoff, 1988; • Oosterbaan, W., Het schrijven van een leesbaar onderzoeksverslag, Rotterdam: NRC Handelsblad, 1995.
1. Opzet en probleemstelling Het doel van de onderzoeksverslag moet duidelijk zijn: welk onderwerp wordt behandeld en waarom is het de moeite waard dit te behandelen (wetenschappelijke en maatschappelijke relevantie). De probleemstelling moet helder en duidelijk geformuleerd zijn. Zij vormt een nadere precisering van het onderwerp en geeft aan wat men vervolgens gaat behandelen. In het algemeen bestaat de probleemstelling uit een doelstelling en een algemene onderzoeksvraag, die eventueel uitééngelegd kan worden in een reeks logisch uit de algemene vraag afgeleide deelvragen. Deze vragen moeten zodanig zijn gesteld dat beantwoording in het kader van de onderzoeksverslag mogelijk is. Als alle deelvragen beantwoord zijn, is daarmee logischerwijs de probleemstelling beantwoord. De afbakening van onderwerp en probleemstelling enerzijds en het ruimere kader waarin deze worden geplaatst anderzijds, verdienen speciale aandacht. Het is laveren: aan de ene kant moet voorkomen worden dat de probleemstelling zo ruim geformuleerd wordt dat van afbakening niet of in onvoldoende mate sprake is, aan de andere kant is het wenselijk het te verrichten onderzoek te plaatsen in het kader van theorievorming en reeds verricht onderzoek op het desbetreffende terrein. Daartoe is het van belang zich goed te informeren over onderzoek dat al over het gekozen onderwerp (of een soortgelijk onderwerp) gedaan is. Relevante wetenschappelijke literatuur is onder meer te vinden in de recente jaargangen van de belangrijkste vaktijdschriften. Uit het onderzoeksverslag moet duidelijk worden hoe het eigen onderzoek zich verhoudt tot de resultaten van reeds verricht onderzoek.
2. Het gebruik van theorie De auteur dient er blijk van te geven op de hoogte te zijn van de belangrijkste theorie(ën) die op het onderwerp van de onderzoeksverslag betrekking hebben. Theorie wordt gebruikt om: • de probleemstelling in een kader te plaatsen aan de hand waarvan onderzoekshypothesen, of verwachtingen kunnen worden geformuleerd; • een omschrijving van de centrale begrippen in hun onderlinge samenhang te geven; • het onderzoeksmateriaal te ordenen en/of te selecteren; • de resultaten van het onderzoek te interpreteren; • eventueel voorspellingen te doen.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-5-
In alle gevallen geldt de eis dat theorieën helder en met inzicht worden weergegeven en theoretische keuzen worden verantwoord.
3. De kwaliteit van onderzoek Het onderzoeksverslag berust altijd op onderzoek in de ruime zin van het woord. In onze opleidingen verwachten we onderzoek dat zowel uit literatuuronderzoek als uit empirisch onderzoek bestaat. De dataverzameling kan uitgevoerd worden met behulp van inhoudsanalyse, vraaggesprekken, bronnenonderzoek, een schriftelijk, telefonisch of mondeling afgenomen enquête, observatie of een combinatie van deze methoden. Hierbij dient te worden uitgegaan van een goed doordacht ontwerp van onderzoek. Daarin wordt zorgvuldig aandacht besteed aan: • de vertaling van theoretische inzichten en begrippen in onderzoeksstappen (Is sprake van een probleemstelling die om kwalitatief onderzoek of om kwantitatief onderzoek vraagt; wordt er een hypothese gevormd of getoetst; operationalisering van begrippen, problemen van validiteit en betrouwbaarheid); • de aard van het empirisch materiaal (definiëren en afbakenen van de onderzoekspopulatie, selectie van analyse-eenheden); • de aard van de analyse (kwalitatief of kwantitatief) en de verantwoording van de onderzoeksmethode. Hierbij gemaakte keuzen dienen zo precies mogelijk te worden gespecificeerd.
4. De conclusies Na weergave en analyse van de resultaten van het onderzoek volgen conclusies, waarin de onderzoeksresultaten geïnterpreteerd worden door ze te betrekken op de probleemstelling en te verbinden met de gebruikte theorie. De in de probleemstelling gestelde vragen worden expliciet beantwoord. Indien hypothesen geformuleerd zijn, wordt aangegeven in hoeverre de onderzoeksresultaten deze bevestigen dan wel weerleggen. Tevens wordt ingegaan op de volgende vragen: • in hoeverre zijn de onderzoeksresultaten generaliseerbaar? • welk licht werpen de onderzoeksresultaten op de theorie? • hoe verhouden de onderzoeksresultaten zich tot de bevindingen en conclusies van andere auteurs? Waarin stemmen de resultaten overeen, waarin verschillen zij, en waaraan ligt dat? Wat heeft het eigen onderzoek toegevoegd aan de kennis over het onderwerp van onderzoek? Ook is het soms van belang - afhankelijk van het doel van de onderzoeksverslag - een antwoord op (één van de) volgende vragen te geven: • wat zegt het onderzoek over de geschiktheid van de gehanteerde methoden en de keuze van het empirisch materiaal? Zijn hier aanbevelingen voor toekomstig onderzoek aan te ontlenen? Hoe zou men het in het vervolg beter (kunnen) doen? • hebben de onderzoeksresultaten praktische of maatschappelijke implicaties? Kunnen op grond van het onderzoek (beleids)aanbevelingen worden gedaan?
5. Rapportage Wat betreft de eisen die aan de rapportage worden gesteld, kunnen de volgende aspecten worden onderscheiden: • opbouw van het betoog; • indeling van de onderzoeksverslag; • stilistische kwaliteiten; • uiterlijke verzorging; • omvang van de onderzoeksverslag. Opbouw Gestreefd dient te worden naar een systematisch opgebouwd betoog. Probleemstelling, theorie en empirische gegevens moeten duidelijk op elkaar aansluiten. Het onderzoeksverslag dient een heldere argumentatie te bevatten, met expliciete denkstappen en duidelijke overgangen van hoofdstuk naar hoofdstuk en van paragraaf naar paragraaf. Conclusies dienen voort te vloeien uit het daaraan voorafgaande betoog.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-6-
Indeling De helderheid van het betoog wordt bevorderd door een goede indeling in hoofdstukken en paragrafen. Het onderzoeksverslag bevat in elk geval: • een titelpagina met: titel en eventueel ondertitel, naam +achternaam van de auteur(s), “Opleiding …”, naam van de begeleider, datum afronding (zie Bijlagen voor voorbeeldtitelpagina); • inhoudsopgave; • een inleiding met daarin het doel en onderwerp van het onderzoeksverslag en de probleemstelling; • een weergave en verantwoording van de gehanteerde theorie (al dan niet in de inleiding); • een weergave en verantwoording van de gevolgde werkwijze (al dan niet in de inleiding); • een of meer hoofdstukken waarin onderzoeksgegevens worden geanalyseerd; • een of meer conclusies waarin de onderzoeksresultaten worden samengevat en theoretisch geïnterpreteerd, de vragen van de probleemstelling worden beantwoord en (eventueel) aanbevelingen worden gedaan; • (eventueel) noten; • literatuurlijst; • (eventueel) één of meer bijlagen; • een korte samenvatting (maximaal 1 pagina) aan het begin van het onderzoeksverslag. Taalgebruik Het is van belang zorgvuldig aandacht te besteden aan het taalgebruik. Het onderzoeksverslag dient in goed Nederlands te zijn geschreven. Zinnen moeten grammaticaal correct zijn en goed op elkaar aansluiten. Overbodige herhalingen en niet ter zake doende uitweidingen moeten worden vermeden. Vakjargon dient zoveel mogelijk vermeden te worden, omdat het meestal de begrijpelijkheid en toegankelijkheid van de tekst in de weg staat. Gebruik alleen vaktermen als het echt niet anders kan, schrijf zoveel mogelijk in gewoon Nederlands. Ook een goede indeling in alinea’s bevordert de leesbaarheid en overzichtelijkheid van het betoog. Vertaal niet de teksten van gelezen auteurs, maar zeg het in eigen woorden. Streef er naar een zelfstandig betoog in een eigen stijl op te zetten. Vormgeving Tot de vereisten van de uiterlijke verzorging behoren: • een goede lay-out (gebruik lettertypes (Arial 11), gebruik van interlinie (1,5 regelafstand) en van redelijk ruime marges (2,5 cm), paginanummering, consistente typografie met betrekking tot hoofdstuk- en paragraaftitels); • het ontbreken van spel- en typefouten, een correcte interpunctie en een functionele en heldere weergave van schema’s, tabellen en grafieken. Omvang De omvang van het onderzoeksverslag wordt per opleiding aangegeven. Gangbaar zijn de volgende normen: - module-onderzoeksverslag: minimaal 15 en maximaal 20 bladzijden - post-HBO eindverslag: minimaal 20 en maximaal 30 bladzijden - masterproof: minimaal 60 en maximaal 100 bladzijden Iedere bladzijde is op A4, zuivere tekst. Daarbij wordt uitgegaan van regelafstand 1,5, een 11puntsletter en marges van 2,5 cm. ‘Zuivere tekst’ is exclusief noten, literatuurlijst en eventuele bijlagen. In overleg met de begeleider kan van deze regel worden afgeweken. De gewenste omvang hangt af van wat in het onderzoeksverslag behandeld wordt. In het algemeen geldt: hoe beknopter de rapportage zonder aan de inhoud afbreuk te doen, des te beter. 6. Controleerbaarheid In het onderzoeksverslag dienen beweringen zoveel mogelijk controleerbaar te zijn: de schrijver dient aan te geven hoe hij of zij eraan komt, zodat de lezer ze eventueel op juistheid kan controleren. Voorzover de beweringen berusten op eigen onderzoek, gebeurt dit door een adequate methodische verantwoording. Voorzover ze ontleend zijn aan geschreven bronnen, dient dit te worden aangegeven door literatuurverwijzingen. 7. Literatuurverwijzingen Voor verwijzingen volgen we de APA-richtlijnen. Zie bijlage A.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-7-
8. Noten Het gebruik van noten wordt zoveel mogelijk beperkt. Noten kunnen in twee gevallen nuttig zijn: • om te verwijzen naar bronnen die niet in de literatuurlijst zijn opgenomen, bijvoorbeeld krantenstukken of ongepubliceerde bronnen; • om zaken in de tekst nader te verduidelijken of te illustreren dan wel om aanvullingen te geven die voor het onderwerp relevant zijn maar die moeilijk in het betoog zijn in te passen. Noten worden bij voorkeur doorlopend genummerd en na het laatste hoofdstuk van het onderzoeksverslag opgenomen. 9. Literatuurlijst De literatuurlijst bevat de aangehaalde literatuurverwijzingen, alfabetisch gerangschikt volgens de naam van de (eerste) auteur. Zie voor de verdere spelregels bijlage A.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-8-
BEOORDELINGSCRITERIA De bovengenoemde inhoudelijke eisen zijn tevens criteria aan de hand waarvan het onderzoeksverslag wordt beoordeeld. Hieronder worden de voornaamste beoordelingscriteria nog eens samengevat: • probleemstelling: helderheid en nauwkeurigheid, originaliteit, toelichting en afbakening; hoe wordt de probleemstelling geoperationaliseerd? • kennis van het onderwerp van het onderzoek, o.a. blijkend uit de wijze waarop en de mate waarin van relevante literatuur gebruik is gemaakt; • wetenschappelijk inzicht: wijze waarop en mate waarin van theorieën op het vakgebied gebruik is gemaakt, verantwoording van theoretische uitgangspunten, omschrijving en toepassing van theoretische begrippen (consistentie in gebruik, aansluitend op de gangbare betekenis, tenzij er klemmende argumenten zijn om dit niet te doen); • opbouw betoog: systematische uitwerking van de probleemstelling, logische consistentie, op elkaar aansluiten van onderdelen van het onderzoeksverslag, heldere argumentatielijn, goed gefundeerde conclusies; • kwaliteit van het onderzoek: wijze van materiaalverzameling (operationalisering van begrippen, onderzoekstechnieken, keuze van empirisch veld), methodologische verantwoording van keuzes, analyse van gegevens; • controleerbaarheid: nauwkeurige verwijzingen en bronvermelding, goed aangeven van citaten, noten, literatuurlijst, verantwoording van gemaakte berekeningen; • taalgebruik: precisie, duidelijkheid, leesbaarheid; • uiterlijke verzorging: lay-out, spelling, interpunctie, overzichtelijke indeling, titels van hoofdstukken en paragrafen, etc.; • mate van zelfstandigheid bij het schrijven van de onderzoeksverslag; • creativiteit.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
-9-
REGLEMENT Naast de inhoudelijke kant vormt de procedure die bewandeld moet worden om het schrijven van een onderzoeksverslag tot een goed einde te brengen een essentieel onderdeel. Als studenten én docenten zich rekenschap geven van, en zich houden aan, de afspraken vermeld in de paragrafen 1.1 tot en met 1.5 , dan wordt een groot aantal problemen voorkomen of sneller opgelost. Voor docenten zijn aanvullende afspraken opgenomen in paragraaf 2.
1. Het begin: van vaag idee naar welomschreven opzet In deze fase gelden voor studenten de volgende aanwijzingen. •
• • • •
• •
lees deze handleiding en oriënteer je op een onderwerp voor je onderzoeksverslag door bijvoorbeeld andere onderzoeksverslagen door te nemen, er over te praten in je studie- of intervisiegroep, in vaktijdschriften te snuffelen, je te oriënteren in je eigen organisatie en werkzaamheden en je af te vragen welke onderwerpen in de thematische bijeenkomsten je meer dan gemiddeld boeiden; ga na welk onderzoeksthema aansluit bij je interesse. Bedenk een (globale) probleemstelling; je krijgt een onderzoeksbegeleider toegewezen werk samen met de begeleider het idee uit tot een volwaardige opzet voor een onderzoek (maximaal 3 pagina’s A4); deze opzet voor een onderzoeksverslag bevat: • werktitel; • omschrijving van het onderwerp en doel van de onderzoeksverslag (inclusief motivering, aanduiding van wetenschappelijke en eventueel maatschappelijke relevantie); • voorlopige probleemstelling; • aanduiding van te gebruiken theorieën; • korte opzet van het uit te voeren onderzoek (aard van de te verzamelen gegevens, te hanteren methode(n)); • voorlopige inhoudsopgave in hoofdstukken en paragrafen; • voorlopige literatuurlijst (referentieliteratuur); • een tijdschema op basis van instructie van de begeleider de opzet van de onderzoeksverslag, werkwijze en tijdsschema moeten door de begeleider worden goedgekeurd. je levert je onderzoeksvoorstel in vóór de gestelde deadline.
2. Begeleiding en afspraken Op basis van de goedgekeurde onderzoeksopzet maken student en begeleider zelf afspraken over de aard en de frequentie van de begeleiding en de inzet van de student. Het kan zijn dat tijdens het onderzoeksproces op sommige momenten sprake is van collectieve begeleiding. Het proces moet echter uitmonden in een individueel eindproduct. Uitgangspunt is dat de onderzoeksverslag na vier maanden is afgerond. Als een onderzoeksverslag niet binnen zes maanden na het eerste gesprek met de begeleider is afgerond, kan de begeleider besluiten het onderzoeksproces te beëindigen met een onvoldoende.
3. Beoordelingsprocedure van het onderzoeksverslag De beoordeling van een onderzoeksverslag verloopt langs de volgende procedure: • De student levert de eindversie van de onderzoeksverslag via de ELO ter beoordeling in bij het secretariaat. De docent, begeleider of (bij een eindwerkstuk) de examencommissie beoordeelt het onderzoeksverslag aan de hand van het beoordelingsschema zoals opgenomen in het reglement. • Het vervolg van dit reglement geldt slechts voor een eindwerkstuk: • De student voert een verdediging van zijn onderzoeksverslag (zie schema hieronder) bij een vertegenwoordiger van de examencommissie, in het bijzijn van zijn begeleider en een onafhankelijk gecommitteerde.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 10 -
• • •
De examinatoren vullen een beoordelingsformulier in en komen gezamenlijk tot overeenstemming. Binnen één week stelt de examencommissie het resultaat vast en geeft dit door aan de directie, die ervoor zorgt dat de student en diens begeleider de uitslag vernemen. Komen de examinatoren niet tot overeenstemming, dan nodigt de examencommissie de examinatoren uit voor nader overleg. Na overleg heeft de examencommissie de bevoegdheid het resultaat vast te stellen. De onderzoeksbegeleider geeft in een gesprek een toelichting op de definitieve beoordeling.
Is een student het niet eens met de wijze waarop hij/zij behandeld is, dan staan de gebruikelijke mogelijkheden open om bezwaar aan te tekenen en/of een klacht in te dienen. Voor nadere informatie raadplege men het Onderwijs en Examenreglement.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 11 -
4. Inleveren eindversie onderzoeksverslag Er gelden harde deadlines voor het inleveren van de onderzoeksverslag. Indien de onderzoeksverslag niet vóór 17.00 uur op de gestelde deadline binnen is, dan geldt automatisch de volgende deadline. De directie mag hiervan afwijken na een schriftelijke verklaring van de student. 5. Evaluatie De onderzoeksbegeleiding wordt geëvalueerd door middel van een Evaluatieformulier Onderzoeksbegeleiding (zie Bijlagen). Studenten kunnen dit formulier anoniem invullen en inleveren bij het secretariaat. 6. Onderzoekscoördinatie De onderzoekscoördinatie wordt uitgevoerd door de directie. Hij zorgt er voor dat studenten binnen de vastgestelde termijn een onderzoeksbegeleider toegewezen krijgen. Met administratieve ondersteuning vanuit het secretariaat is de directie verantwoordelijk voor de administratieve afhandeling. Het gaat in hoofdzaak om de volgende taken: • (doen) bijhouden welke docenten welke onderzoeken begeleiden. • aan de mediatheek beschikbaar stellen van een exemplaar van het onderzoeksverslag. • bemiddelen, bijvoorbeeld in het geval de student ontevreden is over de begeleiding of de docent ontevreden is over de geleverde inspanning van de student. • Het staat Via Vinci Academy vrij om het onderzoeksverslag voor intern gebruik (incl. accreditatieprocedure) te vermenigvuldigen; voor extern gebruik wordt vooraf schriftelijke toestemming gevraagd aan student.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 12 -
Bijlage A Literatuurverwijzingen en -verantwoordingen Bronnenverantwoording volgens de APA-normen De American Psychological Association heeft regels gepubliceerd over de wijze waarop literatuurverwijzingen dienen te worden gemaakt in de tijdschriften die de APA uitgeeft. Veel tijdschriften andere gebieden volgen deze voorschriften. Speciale kenmerken van de APA methode, met enige aanvullingen • Titel van boek of naam van het tijdschrift cursief of onderstreept • Verwijzingen in de tekst met de naam van de eerste auteur(s). • Literatuurlijst alfabetisch op auteur; dus geen rubrieken indeling als Boeken, Tijdschriften, Internet e.d. • De auteursnaam altijd een beetje laten uitspringen, zie verderop • Boeken onder redactie geschreven staan op naam van redacteur. Voorbeeld Heerden, J. (1986). Drie interpretaties van afweermechanismen, Tijdschrift voor Psychiatrie 28 (p.279-290). Huizinga, J. (1979). Homo Ludens: proeve ener bepaling van het spel-element der cultuur, Groningen: Wolters Noordhoff. Vaags, D.W. (1987). Stimulansen voor creatief gedrag in opvoeding en onderwijs. In: L. Feenstra en R.O. Fock (red), De Creatieve Factor, p.40-56. Meppel: Boom. Vlaming, J. en Paul, S. (2004). Tekeningen van seksueel misbruikte kinderen als diagnostisch instrument: een onderzoek naar indicatoren van seksueel misbruik in de kindertekening. Praktijkonderzoek, niet gepubliceerd. Amersfoort: Hogeschool van Utrecht Verwijzingen in de tekst Citaten in de tekst moeten kort aangeven wat de bron is en moeten de lezer in staat stellen de literatuuropgave terug te vinden in de alfabetische literatuurlijst op het einde van het boek/hoofdstuk/artikel. Als de naam van de geciteerde auteur zelf in de tekst vermeld wordt, is het jaartal van de publicatie tussen haakjes voldoende: Bijv: Glass (1972) vergeleek 34 onderzoeken naar de invloed van... Wordt de auteur niet met name genoemd in de tekst, dan worden naam en jaartal, gescheiden door een komma, tussen haakjes vermeld: Bijv: Onderzoek naar de ideale klasgrootte (Glass, 1972) toont aan, dat... Indien er twee auteurs van de geciteerd publicatie zijn als volgt: Bijv: Glass en Smith (1972) vergeleken de resultaten ... Onderzoek naar de ideale klasgrootte (Glass & Smith, 1972) toont... Indien er drie of meer auteurs en minder dan 6 van de geciteerde publicatie zijn als volgt: De eerste keer alle auteurs noemen, bij de volgende verwijzing de achternaam van eerste auteur gevolgd door et al., bij meer dan zes auteurs vanaf de eerste verwijzing. Bijv: Glass e.a. (1972) analyseerden 34 onderzoeken naar de klasgrootte…. Een analyse van 34 onderzoeken naar de klasgrootte (Glass et al., 1972).... Indien twee of meer artikelen over hetzelfde onderwerp worden aangehaald wordt de verwijzing in de tekst als volgt: Bijv: Diverse studies (Glass, 1980; Smith, 1984) laten zien dat... Indien twee of meer artikelen van een auteur worden aangehaald: Bijv.: Diverse studies (Glass, 1972, 1980, 1981a, 1981b; Smith, 1984a, 1984b) laten zien dat...
De literatuurlijst De literatuurlijst wordt afgedrukt na het artikel of op het einde van het boek. De literatuurlijst is alfabetisch geordend: Alfabetiseer op de achternaam van de eerste auteur (zowel bij boek als bij tijdschrift; ook bij een boek dat door een redacteur is samengesteld)
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 13 -
Neem letter voor letter en ga uit van de stelregel: ‘Niets gaat voor iets'. Dus Smit, T. komt voor Smith, A. Neem M', Mc, en Mac zoals het er staat: niet alsof overal Mac staat. Dus: MacArthur komt voor McAllister en MacNeil komt voor M'Carthy Let op punten, komma's en volgorde Onderstreep de titel van het boek, de titel en het volume van het tijdschrift of (in afwijking van de APAregel) je maakt ze cursief Schrijf de titels van de tijdschriften volledig uit. De eerste auteursnaam in vet en deze laten inspringen. Wees consequent: dus of alle titels cursief of alle titels onderstreept. -
Voorbeelden: (1) Boek met één auteur Verhoeven, Nel (2003). Wat is onderzoek: praktijkboek methoden en technieken voor het hoger beroepsonderwijs. Amsterdam: Boom. (2) Boek met twee auteurs Baarda, D.B. & de Goede, M.P.M. (2001). Basisboek Methoden en Technieken: handleiding voor het opzetten en uitvoeren van onderzoek. Groningen/Houten: Stenfert Kroese (3) Boek met drie auteurs Krech, D., Crutchfield, R.S. & Ballachey, E.L. (1962). Individual in society: a textbook of social psychology. New York: McGraw-Hill. (4) Boek met één redacteur, samensteller of voorzitter als redacteur Eysneck, H.J. (Red.) (1963). Experiments with drugs: studies in the relation between personality, learning theory and drug action. Oxford: Pergamon Press. Opmerking: betreft het Engels zet er dan Ed. als afkorting voor Redactie (5) Boek met twee redacteuren (ook bij drie redacteuren allen vermelden) Money, J. & Musaph, H. (Eds.) (1977). Handbook of sexuology. Amsterdam: Excerpta Medica. (6) Proefschrift, Praktijkonderzoek e.d. (niet officieel gepubliceerd) Cairns, R.B. (1965). Infrared spectroscope studies of solid oxygen. Unpublished doctoral dissertation, Academy of California, California. (7) Tijdschriftartikel, één auteur Mears, P. (1974). Structuring communication in a working group. Journal of communication, 24, 71-79 (8) Tijdschriftartikel, twee auteurs, paginering per nummer Becker, L.J. & Seligman, C. (1981). Welcome to the energy crisis. Journal of Social Issues, 37(2), 1-7. (9) Tijdschriftartikel, zeven auteurs Altijd alle auteurs noemen, gescheiden door komma's, de laatste met een ampersand (&). (10) Tijdschriftartikel, collectieve auteur The Royal Marsden Hospital Bone-Marrow Transplantation Team (1977). Failure of syngenetic bone-marrow graft wthout preconditioning in post-hepatitis marrow aplasia. Lancet, 2, 242-244. (11) Tijdschriftartikel, ongenoemde auteur Coffeedrinking and cancer of the pancreas. (1981). British Medical Journal, 283, 628. (12) Artikel in boek met één of meer redacteuren Vaags, D.W. (1987). Stimulansen voor creatief gedrag in opvoeding en onderwijs. In: L. Feenstra en R.O. Fock (Red.), De Creatieve Factor. p.40-56. Meppel: Boom.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 14 -
(13) Krantenartikel Slob, M. (2005, 9 juli). In ons brein zit geen ‘zelf’. De filosoof Thomas Metzinger over implicaties van recente bevindingen in de hersenwetenschappen. NRC Handelsblad, pagina 43. (14) Artikel in een populair weekblad Cohen, M. (2005, week 52). Schrijvers tegen spellingherziening. Vrij Nederland, pp. 45 – 47. (15) Verwijzing naar ongepubliceerd manuscript, scriptie, werkstuk. Vlaming, J. & Paul, S. (2004). Tekeningen van seksueel misbruikte kinderen als diagnostisch instrument: een onderzoek naar indicatoren van seksueel misbruik in de kindertekening. Praktijkonderzoek, niet gepubliceerd. Amersfoort: Hogeschool van Utrecht. (16) Toevoeging: Informatie van websites behandel je in principe net zo als een boek. Dus: vermelding auteursnaam etc. Is het een gecompliceerd webadres geef dan alleen de homepage aan en vermeld via welke items (doorklikpunten) het document is in te zien of als er een zoekfunctie is geef dan trefwoorden op. Je kunt eventueel ook nog het exacte adres vermelden. Maar dat geeft geen zekerheid, want veel adressen veranderen heel snel. Alleen het adres van de homepages blijft wel hetzelfde. Keken, Hans van (1979). De Sociogenese van de begrippen beschaafd en beschaving. www.hansvankeken.nl, zie onder Beschaving. Of bij een grote website met een zoekfunctie kun je het basisadres geven en vervolgens de zoekwoorden waarmee de desbetreffende informatie is te vinden op deze website, bijvoorbeeld. Humanistisch Archief http://archief.uvh.nl trefwoorden Griekse filosoof Socrates
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 15 -
Bijlage B Beoordelingsformulier onderzoeksverslag Naam deelnemer: _________________________________________ Opleiding: _______________________________________________ Inleiding en aanleiding (10 punten): - het betreft een creatie die beantwoord aan het CBL-principe - aanleiding is duidelijk verwoord; - belang voor de organisatie is duidelijk verwoord; - doelstellingen zijn relevant en duidelijk verwoord; - werkwijze is helder beschreven; - praktische achtergrond is duidelijk verwoord; - het betreft een interessant onderwerp. SCORE DEELNEMER: _______ Analyse (20 punten): - materiaal geselecteerd uit beschikbare bronnen; - gebruik gemaakt van wetenschappelijke, professionele en praktische informatie; - documenten en gegevens zijn logisch en systematisch gebruikt; - documenten en gegevens zijn overtuigend gebruikt; - (onderzoeks-) vraag (vragen) zijn duidelijk. SCORE DEELNEMER: _______ Bewijsvoering en argumenten (20 punten): - Methodologie is helder; - Onderzoeksonderwerp expliciet gemaakt; - Onderzoeksonderwerp is interessant; - Voorbeelden en/of bewijsvoering relevant en compleet; - Methoden en technieken passend uitgevoerd; - Resultaten (opbrengsten) ondersteunen de argumentatie en de evaluatie. SCORE DEELNEMER: _______ Conclusies en aanbevelingen (25 punten): - logisch trekken van conclusies (geen interpretaties); - alternatieven zijn besproken; - bruikbaarheid en relevantie zijn geëvalueerd; - consequenties zijn gepresenteerd; - aanbevelingen komen voort uit conclusies; - aanbevelingen zijn creatief en origineel; - (indien gevraagd) er is een financiële onderbouwing toegevoegd. SCORE DEELNEMER: _______ Presentatie (25 punten): - volledige documentatie; - tekst zonder spel- en stijlfouten; - vocabulaire is passend voor het onderwerp; - waar nodig is het “jargon” verklaard; - illustraties en tabellen zijn netjes uitgevoerd; - gegevens en informatie zijn logisch geïntegreerd in presentatie. SCORE DEELNEMER: _______ TOTAAL SCORE DEELNEMER: _______ Minimale score per onderdeel is 55% van het totale aantal punten voor dat onderdeel. Handtekeningen examinatoren:
Datum:
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 16 -
SCOREVERKLARING T.A.V. HET EINDWERKSTUK/ ONDERZOEKSVERSLAG EXCELLENTE SCORE 85 % - 100 % Originele en waardevolle creatie; Uitstekende antwoorden op onderzoeksvragen, voorzien van uitstekende argumentatie, opbouw, originaliteit, feitelijke onderbouwing en presentatie; Bewijs van zelfstandig lees- en denkwerk, met een duidelijke lijn in argumentatie en een helder begrip van de benodigde kennis; Het onderzoek toont sterke, geïntegreerde argumentaties vanuit een brede maar ook detail visie op het onderwerp; De toegepaste methoden zijn duidelijk en sluiten aan op de opbouw en inhoud van het onderzoek. SCORE 70 % - 84 % Interessante creatie; Goed georganiseerde en heldere uitwerking van de hoofdpunten, een intelligente interpretatie en zelfverzekerd gebruik van academische en praktische voorbeelden en referenties; Resultaten en conclusies zijn aan elkaar gerelateerd en bevatten heldere deducties; De opzet van het onderzoek, de onderzoeksvragen en de toegepaste methoden zijn een geschikte mix. SCORE 55 % - 69 % Er is minimaal sprake van een creatie; De uitwerking van het onderzoek bevat de hoofdpunten en relevante onderdelen en is toegepast op algemene wijze; De structuur is uit balans en enkele subtiele punten ontbreken; Er is beperkt bewijs van de toepassing van breed georiënteerde lectuur en onderzoek; De toepassing van onderzoeksmethoden en technieken is voldoende, maar worden mechanisch toegepast. SCORE 40 % - 54 % Er is geen sprake van een creatie naar criteria Creation Based Learning; Er wordt enig begrip getoond. Er is beperkt gebruik gemaakt van relevante informatie en voegt niets toe aan het basis cursus tussenmateriaal; De argumentatie is oppervlakkig en de presentatie is verwarrend en onduidelijk; De onderdelen van het onderzoek worden afzonderlijk gezien en er wordt geen relatie gelegd in een bredere context; Het onderzoek is niet volgens de richtlijnen ontwikkeld. SCORE: 39% OF MINDER Weinig indicatie van begrip, de feitelijke onderbouwing is minimaal en/of door een foutieve structuur onbegrijpelijk, onvoldoende origineel, foutieve beredenering en mist de essenties uit de onderzoeksvraag; Niet meer dan een herhaling van de inhoud van de opleiding.
Bij een score van 85% of hoger, mag de examencommissie een Certificate of Distinction toekennen. Een score van 54% of lager op 1 of meerdere onderdelen betekent een onvoldoende. Het diploma wordt hiermee niet behaald.
__________________________________________________________________________ Handleiding schrijven onderzoeksverslag © VIA VINCI ACADEMY 2014
- 17 -