GRENSOVERSCHRIJDEND PROGRAMMA INTERREG IV-A „Europese Territoriale Samenwerking“ Euregio Maas-Rijn *** PROJECTAANVRAAGFORMULIER VERSIE VAN: 07 / 01 / 2010
Het wordt nadrukkelijk aanbevolen dit formulier op basis van de vademecum (notitie met uitleg) in te vullen DEEL 1 – ALGEMENE INFORMATIE 1.1.
BENOEMING VAN HET PROJECT
Titel (acroniem / afkorting): Creative Ask Force Ondertitel: Een forum voor innovatie van te creative sector
1.2.
IDENTIFICATIE VAN DE PRIORITEIT EN HET ACTIEVELD
Prioriteit: 1…………………………………………… Actieveld:1…………………………………………
1.3. DUUR VAN DE ACTIVITEITEN Begindatum van de activiteiten Einddatum van de activiteiten (max. duur = 36 maanden) Datum indiening bij de Regionale Antenne
1.03.2010 28.02.2013 20.11.2009
(door de Regionale Antenne in te vullen)
1.4. PLAATS VAN UITVOERING NEDERLAND x Zuid Limburg Midden Limburg Zuid-Oost Noord Brabant DUITSLAND x Regio Aachen Kreis Heinsberg Kreis Aachen kreisfreie Stadt Aachen Kreis Düren Kreis Euskirchen Eifelkreis Bitburg – Prüm und Kreis Vulkaneifel Eifelkreis Bitburg-Prüm Kreis Vulkaneifel BELGIË x Province de Liège Arrondissement de Liège Arrondissement de Verviers Arrondissement de Huy-Waremme x Deutschsprachige Gemeinschaft Provincie Limburg (B) Arrondissement Maaseik Arrondissement Tongeren Arrondissement Hasselt Provincie Vlaams-Brabant (B) Arrondissement Leuven
1.5.
IDENTIFICATIE VAN DE PROJECTPARTNER
Het nodige aantal partners toevoegen en de nummering aanpassen.
1.5.1.
Projectpartner Nr. 1 – LEADPARTNER
Naam van de organisatie Sociaal-maatschappelijk doel Rechtsvorm
Recht op aftrek BTW
Stadt Aachen, Co-Dezernat (Wirtschaftsförderung) Körperschaft des öffentlichen Rechts x publiekrechtelijk privaatrechtelijk Ja Neen Gedeeltelijk Uitleg: x
Post- en bezoekadres Stadt Aachen Co-Dezernat (Wirtschaftsförderung) Aureliusstraße 2 52064 Aachen Officiëler vertegenwoordiger
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Dossierbeheerder
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Administratieve en Naam: financiële dossierbeheerder Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Dr. Sicking Manfred Co-Dezernent 0049 (0)241/4327600 0049 (0)241/4327699 Manfred.Sicking@ mail.aachen.de Tirtey Irit Kfm. Leitung des Kulturbetriebs 0049 0)241/4324920 0049 (0)241/4324929 Irit.Tirtey@ mail.aachen.de Tirtey Irit Kfm. Leitung des Kulturbetriebs 0049 0)241/4324920 0049 (0)241/4324929 Irit.Tirtey@ mail.aachen.de
1.5.2.
Projectpartner Nr. 2
Naam van de organisatie
Gemeente Heerlen
Sociaal-maatschappelijk doel Rechtsvorm
overheid
Recht op aftrek BTW
x
publiekrechtelijk privaatrechtelijk
Ja Neen x Gedeeltelijk Uitleg: btw compensatie
Post- en bezoekadres Gemeente Heerlen Geleenstraat 25-27 Postbus 1 6400 AA Heerlen Officiëler vertegenwoordiger
Dossierbeheerder (inhoud)
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail: Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Heldens Gerard Afdelingshoofd Welzijn 045 5605040
[email protected] Van Iersel Carola Beleidsmedewerker cultuur 045 5604529
[email protected]
1.5.3.
Projectpartner Nr. 3
Naam van de organisatie
Les Ateliers d’Art Contemporain
Sociaal-maatschappelijk doel Rechtsvorm
Association Sans But Lucratif (ASBL)
x Recht op aftrek BTW
publiekrechtelijk privaatrechtelijk
Ja Neen Gedeeltelijk Uitleg: Rue du Petit 95 4000 Liege x
Post- en bezoekadres
Officiëler vertegenwoordiger
Dossierbeheerder (inhoud)
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail: Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Van Kerkhoven Daniel Managing Director 0032 (0) 477538538 0032 (0) 42215150
[email protected] Hansoul Catherine Administrative Coordinator 0032 (0) 42215151 0032 (0) 42215150 catherine@ lesaac.net
1.5.4.
Projectpartner Nr. 4
Naam van de organisatie
Stichting AINSI
Sociaal-maatschappelijk doel
Stichting AINSI is dé vestiginsplaats voor de creatieve industrie in Maastricht en de Euregio, en bevordert Art, Industry, Nature, Science and Innovation vanuit het gerestaureerde Verpakkingsgebouw van ENCI. Missie van AINSI is het ontginnen van nieuwe creatieve terreinen en het samenbrengen (assembleren) in Maastricht van creatieveproductiekracht uit de hele euregio.
Rechtsvorm x Recht op aftrek BTW
publiekrechtelijk privaatrechtelijk
x
Ja Neen Gedeeltelijk Uitleg:
Post- en bezoekadres Lage Kanaaldijk 112-113 6212 NA Maastricht Officiëler vertegenwoordiger
Dossierbeheerder (inhoud)
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail: Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Kreutzer Sjef Voorzitter 0031 6 524559 88
[email protected] idem idem Idem idem ---idem
1.5.5.
Projectpartner Nr. 5
Naam van de organisatie Sociaal-maatschappelijk doel Rechtsvorm
Recht op aftrek BTW
Medienzentrum der Deutschsprachigen Gemeinschaft Belgiens Öffentliche Körperschaft x
publiekrechtelijk privaatrechtelijk
Ja Neen Gedeeltelijk Uitleg: x
Post- en bezoekadres Hookstraße 64 B-4700 Eupen
Officiëler vertegenwoordiger
Dossierbeheerder (inhoud)
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail: Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Bertemes Rita Leiterin 0032 (0)87 555551 0032 (0)87 558070
[email protected] Sommerlatte André Medienreferent 0032 (0) 87 591900 0032 (0)87591199 Andre.sommerlatte@ dgov.be
1.5.6.
Projectpartner Nr. 6 (geassocieerde)
Naam van de organisatie
GründerZentrum Kulturwirtschaft e.V.
Sociaal-maatschappelijk doel Rechtsvorm
Förderung der Kultur
x Recht op aftrek BTW
publiekrechtelijk privaatrechtelijk
Ja Neen Gedeeltelijk Uitleg: x
Post- en bezoekadres Im Ludwig Forum für Internationale Kunst Jülicher Str. 97-109 52070 Aachen Officiëler vertegenwoordiger
Dossierbeheerder (inhoud)
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail: Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Tirtey Irit 1. Vorsitzende 0049 (0)241 4324920 0049 (0)241 4324929
[email protected] Hustedt Sylvia Geschäftsführerin 0049 (0)24141388910 0049 (0)24141388999
[email protected]
1.5.7.
Projectpartner Nr. 7 (geassocieerde)
Naam van de organisatie
WfG Ostbelgiens
Sociaal-maatschappelijk doel Rechtsvorm
VOG
x Recht op aftrek BTW
publiekrechtelijk privaatrechtelijk
Ja Neen x Gedeeltelijk Uitleg: nur abzugsberechtigt für Projekte, die auf Honorarbasis abgewickelt werden (keine EU-Projekte)
Post- en bezoekadres Hütte 79 BK 20 4700 Eupen Belgien Officiëler vertegenwoordiger
Dossierbeheerder (inhoud)
Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail: Naam: Voornaam: Functie: Tel: Fax: E-mail:
Langohr Marc Geschäftsführer 003287568201 003287743350
[email protected] Langohr Marc Geschäftsführer 003287743350 003287743350
[email protected]
DEEL 2 – PRESENTATIE VAN HET PROJECT
2.1. ALGEMENE PROJECTOMSCHRIJVING (maximaal 2 bladzijden) Opmerking vooraf: Analyses van de statieken van zelfstandigen en freelancers in de culturele en creatieve sector (CCS) in heel Europa wijzen op een verschuiving van afhankelijk werk naar zelfstandige activiteiten (KEA, the economy of culture and creative industries in Europe, 2006). Daarbij bestaat de CCS uit een groot aantal zeer kleine ondernemingen en eenmansbedrijven met een aanzienlijk economisch potentieel, en dit aantal neemt alleen maar toe. Tegelijkertijd zijn deze actoren zich er niet van bewust dat a) zij een branche vertegenwoordigen, b) zij een belangrijke drijvende kracht achter innovaties, economische groei en maatschappelijke cohesie vormen en c) het hun veelal ontbreekt aan competenties om een bedrijf te runnen en dat potentieel ook volledig te kunnen benutten. De CCS zet aan tot ontwikkelingen en innovaties in andere branches, zoals zeer onlangs is aangetoond in een studie die in opdracht van de Europese Commissie werd uitgevoerd (auteur: KEA, The impact of culture on creativity, June 2009; Soortgelijke bevindingen kwamen naar voren in een Brits onderzoek: NESTA, Creating Innovation, March 2008). In samenspel met verschillende branches dienen zich marktmogelijkheden aan die door interdisciplinaire en grensoverschrijdende samenwerking ontstaan en (als er van zulke samenwerking al sprake is) kunnen worden versterkt. Dit betekent enerzijds voor de kleinste actoren binnen de CCS die lokaal opereren een groot ontwikkelingspotentieel, en anderzijds voor andere branches de mogelijkheid om zich op de Europese concurrentiemarkt te bewegen. 2.1.1. Omschrijf hoe de grenzoverschrijdende problematiek van het voorgestelde project te identificiëren valt met het actieveld (max. 1 bladzijde). De culturele en creatieve sector is een belangrijke drijvende kracht achter innovaties, economische groei en maatschappelijke cohesie en stimuleert ontwikkelingen en innovaties in andere branches. Dit komt ook naar voren in een onlangs verschenen studie in opdracht van de Europese Commissie alsmede in een Brits onderzoek (zie hierboven). De invloed van design op productontwikkeling is hiervoor wel het bekendste voorbeeld (Apple, Lego, Renault, enz., maar ook de invloed van de beeldende kunst op innovatie moet hier worden vermeld NESTA: The art of innovation – How fine arts graduates contribute to innovation). Deze interactie duidt op commerciële mogelijkheden die kunnen ontstaan door brancheoverstijgende en grensoverschrijdende samenwerking, die een enorm potentieel herbergt voor met name de lokaal opererende CCS, ondernemingen in traditionele branches (technologische sector, ambachtelijke sector, chemische sector) en de EMR.
Kenmerkend voor de culturele en creatieve sector is de hoge mate van heterogeniteit en kleinschaligheid. Zij bestaat overwegend uit zeer kleine ondernemingen, eenmansbedrijven en micro-ondernemingen (in heel Europa behoort ongeveer 90% van alle bedrijven in de CCS tot de kleine tot zeer kleine ondernemingen), die zich vooral en vrijwel uitsluitend succesvol kunnen positioneren in dichtbevolkte gebieden en op lokaal niveau. Zij zijn derhalve grotendeels uitsluitend lokaal actief en beschikken meestal over een ruimtelijk begrensd netwerk. Het lokale karakter van de CCS moet als sterk punt worden beschouwd. Culturele verscheidenheid is een bron voor creativiteit en innovatie. Aan de andere kant bemoeilijkt de geografisch beperkte gerichtheid van de CCS het betreden van nieuwe markten. Een versterkend effect daarop heeft het gemis onder de actoren in de culturele sector aan het besef dat men een branche vormt, evenals de geringe zichtbaarheid van de CCS als branche als gevolg van haar kleinschalige karakter. Naast andere economische, culturele en taalgerelateerde oorzaken leiden deze factoren ertoe dat de kleinste ondernemers en micro-ondernemingen in de culturele sector er maar moeilijk in slagen hun voordeel te doen met de mogelijkheden die de grensoverschrijdende markt in de EUREGIO Maas-Rijn (EMR) hun te bieden heeft. Ze laten bovendien gelegenheden onbenut om van gedachten te wisselen met de traditionele branches (technologische sector, ambachtelijke sector, chemische sector enz.) of projecten binnen te halen waarmee zij in contact kunnen komen met het traditionele bedrijfsleven. Als het gaat over innovatie en groei, dan beschikt de CCS-branche beschikt bovendien over een enorm potentieel. Echter, de bestaande contactvlakken tussen de CCS en het traditionele bedrijfsleven zijn tamelijk ondoordringbaar. Dit kan veranderen door interdisciplinair te werken. Daardoor kunnen ook nieuwe markten/bedrijfsmodellen/ideeën/producten/diensten ontstaan. Dit alles kan op de lange termijn de concurrentiepositie van de in de EMR actieve ondernemingen versterken. De EMR biedt volop mogelijkheden voor de ontsluiting van nieuwe markten die tot dusverre vanwege de eerder geschetste situatie niet voldoende worden benut.
2.1.2. Beoogde doelstellingen van het project Nieuwe markten en het betreden van onontgonnen terreinen bieden lokaal gevestigde bedrijven in de CCS enorme kansen. Er zijn nieuwe marktmogelijkheden die gecreëerd dankzij brancheoverschrijdende partnerships, vooral ook op euregionaal vlak. Het project beoogt de ondersteuning van de ontwikkeling van euregionale netwerken en processen, die de toegang van de actoren in de CCS tot nieuwe markten moeten vergemakkelijken, en die traditionele branches ertoe moet aanzetten om creatieve input bij hun activiteiten te betrekken. Voor deze grensoverschrijdende samenwerking is het nodig dat competenties bij elkaar worden gebracht om een gemeenschappelijk doel te bereiken en om onderling beste praktijken uit te wisselen, bijvoorbeeld op het vlak van kwalificeringen, het vormen van netwerken en het creëren van zichtbaarheid.
Daarom heeft het project Creative Ask Force zich de volgende doelen gesteld: - het oprichten van brancheoverstijgende en regio-overschrijdende netwerken - onderzoeken van mogelijkheden voor productontwikkeling (betreft ook diensten en bedrijfsmodellen) met sectoren uit partnerregio's. Ontwikkeling en promotie van nieuwe markten en nieuwe bedrijfsmodellen op de contactvlakken met andere branches (bijv. technologische sector, ambachtelijke sector, chemische industrie) - creëren van meer handelsmogelijkheden voor de CCS in de EUREGIO Maas-Rijn - opbouw dan wel afstemming van gegevens voor de CCS in de afzonderlijke partnerregio's - verspreiden van kennis en beste praktijken voor de CCS - initiëring van kennisuitwisseling en ontwikkeling van kwalificeringsmethodieken - ontwikkelen en zichtbaar maken van potentieel in de EMR - de EMR presenteren als aantrekkelijke vestigingsplaats voor creatieve competentie - via de interculturele uitwisseling volgens het studiebeursmodel moet de perspectiefwisseling, die nodig is voor innovatie, worden gerealiseerd, moeten taalbarrières worden weggenomen en moet er een grensoverschrijdende uitwisseling van ervaringen worden geïnitieerd over de culturele bijzonderheden van de regio's in de EMR, die in aanmerking moeten worden genomen bij de ontwikkeling van commerciële producten/diensten/bedrijfsmodellen. - horizontale en verticale netwerkvorming van de actoren in de creatieve sector in de EMR bevorderen - duurzame netwerkvorming met nationale en internationale actoren realiseren - innovatieve aanzetten ontwikkelen voor het oplossen van actuele kwesties - vaardigheden tot stand brengen op het vlak van projectmanagement en ondernemerscompetenties in praktijkprojecten (=training on the job) - samenwerkings- en netwerkverbanden creëren met het euregionale bedrijfsleven - advisering van de deelnemende steden en regio's bij de ontwikkeling en de praktische uitvoering door de juiste beleidsmaatregelen ter bevordering en ondersteuning van de CCS
2.1.3. De doelgroep van het project Hieronder een overzicht van de doelgroepen, die op positieve wijze te maken krijgen met het project Creative Ask Force: - Projectpartners: uitwisseling van ervaringen en kennis, uittesten van nieuwe aanzetten en strategieën, optimalisering van hun voorstellen voor de actoren in de culturele en creatieve sector. - Zeer kleine ondernemingen, micro-ondernemingen, eenmansbedrijven, bestaansgronden van de culturele en creatieve sector in de EUREGIO Maas-Rijn en internationaal: Versterken van competenties, professionalisering, ontsluiting op het gebied van het ondernemerschap nieuwe markten (grensoverschrijdend en brancheoverstijgend) - bestaande ondernemingen in andere branches, bijv. de technologische,
ambachtelijke, chemische branche: Creativiteit en innovatie zijn sleutelfactoren voor de concurrentiekracht van ondernemingen in de structurele koersverlegging naar een kenniseconomie. - Publieke instellingen: de culturele en creatieve sector vormt een belangrijke drijvende kracht achter innovatie, sociale cohesie en economische groei en zal in de toekomst een nog sterkere rol spelen binnen de strategieën op alle beleidsniveaus - Andere instellingen in de deelnemende partnersteden en -regio's, die als doel hebben de CSS te bevorderen
2.1.4. Globale grensoverschrijdende meerwaarde van het project Algemeen: Culturele diversiteit is een bron voor creativiteit. De Creative Ask Force stimuleert enerzijds de interculturele perspectiefwisseling via het model van grensoverschrijdende studiebeurzen, en anderzijds duurzame partnerships tussen steden en regio's in de EMR ten aanzien van de CCS. Ook breidt zij bestaande partnerships uit en creëert nieuwe. Door projecten op contactvlakken ontstaat via de beursstudenten en de uitwisseling tussen actoren en projectgevers een vervlechting van het traditionele bedrijfsleven en de culturele en creatieve sector die (aan de hand van het operationele projectverloop) haar uitwerking zal hebben in de Euregio, maar ook daarbuiten. Grensoverschrijdend: De concurrentiepositie van steden en regio's wordt steeds vaker afgemeten aan de plaats die de CCS inneemt binnen de economische ruimte. "Grensoverschrijdend" duidt in dit opzicht op landsgrensoverschrijdende activiteiten en het bevorderen van de betekenis van de EUREGIO Maas-Rijn en haar concurrentiepositie. Ook het overschrijden van de grenzen van de eigen branche en die van de dagelijkse werkzaamheden geeft een project een meerwaarde. Via de inbreng van nieuwe denk- en benaderingswijzen kunnen bestaande structuren bij alle partijen (traditionele ondernemers, partners en studiebeursstudenten) worden opengebroken en ontstaat er ruimte voor nieuwe standpunten die innovatie en ontwikkeling bevorderen. Daar komt bij dat de contactvlakken van verschillende branches, die tot dusverre weinig of in het geheel niet werden benut, een interessant experimenteergebied vormen voor de actoren in de CCS en hun wens om de samenleving mee vorm te geven. De grensoverschrijdende samenwerking stelt de partners bovendien in staat de beschikbare middelen en belangen te bundelen, gemeenschappelijke doelen te bereiken en gemeenschappelijk te werken aan thema's als kwalificering, het
creëren van nieuwe markten/netwerken, zichtbaarheid en concurrentiekracht binnen de EMR. Nieuwe markten: de traditionele markten voor zowel de CCS als de gevestigde ondernemingen zijn veelal verzadigd, waardoor de vraag naar nieuwe markten voortdurend groeit. Grens- en brancheoverschrijdende activiteiten bieden kansen om nieuwe markten te ontwikkelen. Concurrentie: de concurrentiepositie van de ondernemingen in de EUREGIO MaasRijn en de regio zelf hangt sterk af van de eigen innovatiekracht: door nieuwe perspectieven ontstaan nieuwe ideeën. Nieuwe ideeën creëren visies die bijdragen tot economische groei. Eerste gesprekken met traditionele bedrijven in Aken hebben aangetoond dat zij zich uitermate bewust zijn van deze situatie.
2.1.5. Het voortduren van de grensoverschrijdende samenwerking na afsluiting van de financiële activiteiten in het kader van het project Het project heeft tot doel door het gebruik van reeds aanwezige middelen in de deelnemende steden en regio's de kosten zoveel mogelijk te beperken en geen dubbele structuren te creëren (in Maastricht bijv. AINSI, Jan van Eyck-academie, in Aken het GründerZentrum Kulturwirtschaft e.V., in Heerlen bijv. het Glaspaleis). Veeleer moeten de reeds bestaande instellingen, via een overdracht van kennis en deskundigheid, zoveel mogelijk in de gelegenheid worden gesteld zich te kwijten van de taken die hun in het kader van het project worden gesteld en de daarmee gecreëerde samenwerking tussen steden en regio's te continueren. Het geld voor de extra kosten die voortvloeien uit het toekennen van studiebeurzen, advisering en het organiseren van manifestaties worden geleidelijk door de opdrachtgevers van het project worden binnengehaald. Uit eerste gesprekken in Aken is gebleken dat er een grote belangstelling bestaat om deel te nemen aan het project. Tegelijkertijd werd er echter op gewezen dat het op grond van het innovatieve karakter nuttig zou kunnen zijn om te beginnen met initiële referentieprojecten.
2.2.
OMSCHRIJVING VAN DE VOORZIENE ACTIVITEITEN (OPGELET: MAXIMAAL 8 ACTIES) Iedere actie dient in maximaal 2 bladzijden voorgesteld te worden
2.2.1.
ACTIE 1: Project- en financieel management BETROKKEN PARTNER(S): STAD AKEN (COÖRDINEREN) EN ALLE ANDERE PARTNERS
a) Korte omschrijving van de actie: De aanvoerende partner is de stad Aken. Zij neemt de algehele coördinatie en de administratieve verantwoording van het project op zich. De partners zullen een commissie in het leven roepen die minimaal vier maal per jaar bijeenkomt en die bestaat uit de projectleider, de financieel manager en de lokale projectcoördinatoren. Deze commissie maakt gemeenschappelijke besluitvormingsprocessen mogelijk en zorgt tevens voor afstemming van besluiten met het oog op de administratieve taken in het kader van het project. Ook inhoudelijke besluiten met het oog op de afzonderlijke acties in het project worden hier op elkaar afgestemd (bijv. uiterlijke termijnen voor rapportages, brochures, het vaststellen van plaats en datum van evenementen, wijzigingen in de geplande acties of budgettaire kwesties). De commissie ondersteunt verder het projectmanagement bij het vervullen van zijn verplichtingen jegens de financiers. Een projectleider draagt de totale verantwoordelijkheid voor het management van het project. Hij bewaakt de voortgang van het project aan de hand van het projectvoorstel en is verantwoordelijk voor de grensoverschrijdende coördinatie van het project. Het financieel management is verantwoordelijk voor de toewijzing van de financiële middelen alsmede het verder leiden aan de hand van ingediende facturen aan de partners, voert het totale beheer over de financiën en bewaakt het budgettaire kader. De financieel manager ondersteunt bovendien de projectleider bij het vervullen van zijn verplichtingen. Om te waarborgen dat het project conform het liggende verzoek wordt uitgevoerd, stelt iedere partner een lokale projectcoördinator aan die verantwoordelijk is voor de lokale activiteiten en voor de inhoudelijke vertaalslag van het project, alsook voor het lokale financieel management. Deze fungeert ook als aanspreekpunt voor het project- en financieel management en maakt deel uit van de projectcommissie. Er wordt een startbijeenkomst gehouden waarin de doelstellingen van het project worden bekendgemaakt. Ook wordt tijdens deze bijeenkomst de projectcommissie ingesteld en worden alle leden bewustgemaakt van hun rol in, en de opbouw van, het project. Bovendien wordt er een grensoverschrijdende projectstuurgroep samengesteld. Deze bestaat uit een vertegenwoordiger van alle partners (partnersteden en regio's, idealiter de lokale projectcoördinatoren), de medefinanciers, de interregionale managers van de partnersteden en -regio's alsmede de Stichting
EMR. De projectstuurgroep komt in totaal vier maal bijeen op verschillende locaties: bij aanvang van het project en vervolgens elke twaalf maanden.
b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie: De behoefte aan een projectleiding wordt grensoverschrijdend door alle partners gedeeld. Het project- en financieel management staat voor de uitdaging hierin te voorzien en werkt samen met alle deelnemende partners in alle activiteiten, en leidt en coördineert het totale project. Ook initieert het project- en financieel management de interne communicatie en geeft het zo de aanzet tot de benodigde onderlinge uitwisseling van ervaring en kennis van de partners, wier verschillende competenties en middelen grensoverschrijdend moeten worden benut. Dit gebeurt via de inzet van moderne communicatiemiddelen en via het regelmatig bijeenkomen van de partners in de deelnemende regio's/steden (bij toerbeurt)
c) Tijdschema van de projectuitvoering: 1.03.2010 tot 28.02.2013
d) Personeel ingezet in het kader van de actie: Aken 0.7 fte, waarvan 0,5 voor financieel management 20% aandeel fte's projectmanagement (zie financieel plan) Overige: zie financieel plan
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.2.2. ACTIE 2: Publiciteit/communicatie BETROKKEN PARTNER(S): STAD AKEN (COÖRDINEREND) & ALLE ANDERE PARTNERS
a) Korte omschrijving van de actie: Het doel van publicitaire activiteiten is het innovatiepotentieel van de CCS in de EMR naar voren te brengen. Deze boodschap wordt door middel van de gecombineerde inzet van de meest uiteenlopende communicatiemiddelen doorgegeven aan de verschillende belangen- en doelgroepen. Naast de aanvoerende partner spelen de lokale partners daarbij een sleutelrol. De uitwerking van een gemeenschappelijke communicatiestrategie als startschot voor de looptijd voor het project zal op die manier zorgen voor een multiplicatoreffect. De afzonderlijke acties van het project ondersteunen daarbij door hun "design" de communicatie van de inhoud en het succes van het project alsook het potentieel van de CCS in de EMR, omdat ze talrijke positieve PR- en marketinggelegenheden creëren en doordat externe personen/instellingen enz. erbij worden betrokken, zorgen voor een versterkte verspreiding van de boodschap. De verantwoordelijke partner communiceert in samenwerking met de lokale partners het ontstaan, het rijpen, de resultaten en de afsluiting van het project Creative Ask Force in de publiciteit, bijv. bij de volgende gelegenheden: • oproep aan studenten om zich aan te melden voor een studiebeurs • bekendmaking van het format, zowel in de nationale als in de internationale vak- en dagbladmedia • presentatie van de praktijkprojecten en waar deze in de EUREGIO Maas-Rijn worden uitgevoerd • rapportages bij de colloquia, publicatie van tussenrapportages vanuit de projecten • de afsluitende presentatie van de resultaten (afsluitende conferentie) • de presentatie van de publicaties/documentatie (afsluitende conferentie) De communicatie van de doelen en resultaten vindt drietalig via verschillende actie-instrumenten plaats: - projectwebsite - persberichten naar aanleiding van verschillende gelegenheden (bijv. ingang, afsluiting enz.) - brochures (projectbeschrijving CAF) - brochures (projectresultaten/-documentatie CAF)
- gebruik van internet-/web 2.0 (bijv. Twitter, Flickr, Facebook, Xing, Blogs) - evenementen (conferenties, workshops enz.) Tussentijdse resultaten zullen regelmatig worden gecommuniceerd via aparte persberichten en via de website. De publiekscommunicatie moet zijn gericht op het zichtbaar maken van het project, de CCS en de EUREGIO Maas-Rijn.
b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie: De Creative Ask Force leg in het bijzonder de nadruk op de ontwikkeling en ondersteuning van grensoverschrijdende samenwerking op de contactvlakken. Om deze te bevorderen creëert zij een kader waarin alle betrokken partners met elkaar van gedachten kunnen wisselen. Gedurende de gehele looptijd van het project ontstaan bovendien vele positieve grensoverschrijdende PR- en marketinggelegenheden (bijv. innovatietop, zie actie 4), die de zichtbaarheid van de EMR versterken. Met name de beursstudenten en de mentoren en ondersteuners worden gezien als multiplicatoren, want zij zullen de inhoud van het project en het potentieel in de EMR communiceren over de lokale en nationale grenzen heen (zie actie 3 en 6). De op die manier gecreëerde zichtbaarheid/publiciteit leidt tot een versterking van de concurrentiepositie van de EMR. Om het geheel compleet te maken worden startbijeenkomsten en een afsluitend evenement georganiseerd
c) Tijdschema van de projectuitvoering: 1.03.2010 tot 28.02.2013
d) Personeel ingezet in het kader van de actie: Aken: 13% fte's communicatie en ondersteuning naar behoefte op uurbasis (zie financieel plan) Overige: zie financieel plan
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.2.3. ACTIE 3: Studiebeurzen BETROKKEN PARTNER(S): AINSI (INHOULDELIKE COÖRDINEREND) & ALLE ANDERE PARTNERS
a) Korte omschrijving van de actie: De geselecteerde deelnemers (euregionale en internationale) uit de CCS komen zes maanden lang in de hoedanigheid van beursstudenten samen op verschillende locaties in de EUREGIO Maas-Rijn. Het betreft hier ambitieuze kleine en microondernemers uit de hele culturele en creatieve sector die zijn geselecteerd op voordracht van lokale en internationale experts zijn of op grond van een overtuigende sollicitatie tijdens de sollicitatieprocedure. Zij werken voor de duur van het innovatieforum (zie actie 4) aan concrete praktijkprojecten. De uitwisseling van ervaring en kennis, de interculturele perspectiefwisseling en het verbinden van beschikbare netwerken die hierdoor mogelijk worden gemaakt, creëren persoonlijke groeikansen in concrete kwesties. Actoren uit de culturele en creatieve sector willen gestalte geven, verantwoordelijkheid nemen en hun ideeën in de praktijk brengen. De praktijkprojecten bieden hun die mogelijkheid. Deze projecten worden vergezeld van een ondernemerskwalificering van de deelnemers door geselecteerde experts (zie actie 5 en 6). De teams worden samengesteld uit plaatselijk aanwezige actoren, de EMR en externe actoren. Door de interculturele uitwisseling van beursstudenten wordt perspectiefwisseling mogelijk gemaakt, worden taalbarrières geslecht en wordt de aanzet gegeven tot een grensoverschrijdende uitwisseling van ervaringen over culturele bijzonderheden van de regio's in de EMR waarmee onmiddellijk bij de ontwikkeling van verkoopbare producten/diensten/bedrijfsmodellen rekening moet worden gehouden. De CAF besteedt jaarlijks praktijkprojecten - in het bedrijfsleven, bij de overheid, maar desgewenst ook gericht op het algemeen belang, aan voor teams die bestaan uit maximaal zes leden uit verschillende disciplines. De teams ontvangen kosteloos een verdere, projectgerelateerde opleiding. Deze opleiding vindt plaats via coaching in groepsverband, individuele coaching, trainingen en seminars. De advisering wordt ter hand genomen door gekwalificeerde specialisten (zie actie 5). Een stuurgroep en een mentorteam staan de teams bij als mentor en netwerk (zie actie 6). De freelancers uit de verschillende deelbranches en studenten kunnen solliciteren naar de praktijkprojecten die de CAF in het kader van het innovatieforum (zie actie 4) heeft verworven. Zij kunnen solliciteren als interdisciplinair samengesteld team of individueel. In het laatste geval worden ze door de CAF via het zogeheten "Team Building Process" ingedeeld bij een team. Het onderhavige projectontwerp wordt zodanig geconcipieerd dat de bedrijfseconomische kwesties en andere, voor kwalificatie relevante kwesties als "verborgen curriculum" in het geplande projectverloop worden meegenomen. Zo
krijgen de teams bijvoorbeeld kwesties over marketingstrategieën voor projecten/producten/diensten quasi-"terloops" aangeleerd bij de concrete uitvoering van de projecten, waarover vervolgens wordt nagedacht met betrekking tot de eigen vooruitzichten als ondernemer. Kwalificering/ondersteuning: de teams kunnen zich wenden tot geschikte experts (zie actie 5) of tot mentoren in het geval van vakspecifieke kwesties (zie actie 6). Verder wordt het thema regelmatig bij diverse gelegenheden (bijv. ondernemersgesprekken, voordrachten, podiumdiscussies) in de EMR verankerd. Procedure/selectie: de sollicitanten worden via schriftelijke aanmelding allereerst beoordeeld door de partners. Vervolgens voeren de partners gezamenlijk een voorselectie uit. Daarbij worden zowel vrije sollicitaties op basis van de aanbesteding als voordrachten van de partners geaccepteerd en gelijkelijk behandeld. De evaluatie, de manier waarop de externe sollicitanten worden geïnterviewd, valt eveneens onder deze actie. De definitieve selectieprocedure vindt, samen met een adviescommissie van deskundigen (zie actie 6), voor sollicitanten uit de EUREGIO Maas-Rijn in diezelfde regio plaats. Het opstellen van de selectiecriteria en de wijze van aanbesteding maken deel uit van deze actie en geschiedt in onderlinge overeenstemming met de andere partners. Bij de selectie van de internationale beursstudenten (in totaal 4 - 8 per cyclus) moet meteen vanaf het begin van het project worden gebouwd op bestaande contacten, bijv. vanuit samenwerkingsverbanden tussen steden en universiteiten. Bestaande contacten, zoals bijvoorbeeld die met het Goethe-instituut, moeten worden uitgebouwd. De stad Maastricht kan teruggrijpen op de jarenlange ervaringen en contacten van de Jan van Eyck-academie bij het verlenen van internationale studiebeurzen en deze contacten voor alle partners ten nutte maken. Met het oog op tijd en kosten wordt er een voorselectie gemaakt op grond van de door de sollicitanten aangeleverde documenten (hier kan ook het gebruik van moderne communicatiemiddelen, zoals bijvoorbeeld conferentieverbindingen via internet, behulpzaam zijn). De daarop volgende interviews worden vervolgens gevoerd door bevoegde vertegenwoordigers van het project ter plaatse. Het lijkt daarom zinvol om voor elke nieuwe sollicitatiefase (cyclus) de groep sollicitanten plaatselijk af te bakenen. De deelname van internationale beursstudenten dient met name drie doelen: 1. De andere culturele achtergrond leidt tot een ander perspectief en een andere benaderingswijze in de uitvoering van praktijkprojecten. Door de nauwe samenwerking met de beursstudenten uit de EUREGIO Maas-Rijn ontstaat zo een hoog innovatiepotentieel voor de EUREGIO Maas-Rijn. 2. Vermeerdering van ervaringen en competenties die op die wijze misschien nog niet in de EUREGIO Maas-Rijn wordt aangetroffen. 3. Functie als ambassadeur en verspreider van het project en de EUREGIO MaasRijn. Doel is een wederzijds geven en nemen. De beursstudenten ontvangen een op de praktijk betrokken kwalificatie. De deelnemende partners en de EUREGIO Maas-Rijn worden door de deelname van de internationale beursstudenten als 'tegenprestatie'
beloond met een vermeerdering van ervaringen en competenties zoals de toegang tot een innovatiepotentieel, hetgeen moet worden gerealiseerd in de praktijkprojecten. De verleende financiële ondersteuning dient slechts ter bekostiging van het levensonderhoud voor de duur van de studiebeurs. Als voorbeeld moet alleen worden gerefereerd aan een door de Europese Unie ondersteund project van de Leuphana-universiteit Lüneburg (innovatie-incubator Lüneburg). Het hart van de innovatie-incubator Lüneburg wordt gevormd door een innovatieve, internationaal samengestelde en transdisciplinaire competentietandem. Ook hier moet de samenwerking van internationale wetenschappers met wetenschappers van de Leuphana in de zogeheten competentietandem hoge innovatiepotentiëlen (voor de regio Lüneburg) realiseren. Colloquia: de beursstudenten worden gedurende hun verblijf in de EMR begeleid via gemodereerde colloquia (bijv. productpresentatie, kwalificering), waarin zij van gedachten kunnen wisselen met de andere beursstudenten in de partnerregio.
b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie: Via het studiebeursmodel wordt de aanzet gegeven tot een uitwisseling van ervaringen en kennis, die de interculturele perspectiefwisseling en het met elkaar verbinden van beschikbare netwerken en de totstandbrenging van nieuwe netwerken in de EMR mogelijk maakt. De beursstudenten beginnen aan hun projecten in de verantwoordelijkheid hun ideeën in de praktijk te brengen, in het concrete doen over hun persoonlijke vraagstukken na te denken en hierover in gesprek te gaan met externe experts, mentoren en de andere deelnemers in het programma (zie daarvoor ook actie 5 en 6). De EMR fungeert als initiator en gastheer voor de studenten en biedt de mogelijkheid deel uit te maken van een euregionaal netwerk van ambitieuze actoren in de culturele en creatieve sector.
c) Tijdschema van de projectuitvoering: 1.03.2010 tot 28.02.2013
d) Personeel ingezet in het kader van de actie: Gemiddeld 13% van de lokale projectcoördinatoren Aken. Ondersteuning van externe experts (zie financieel plan) Overige: zie financieel plan
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.2.4. ACTIE 4: Innovatieforum BETROKKEN PARTNER(S): STAD HEERLEN (INHOULDELIKE COÖRDINEREND) & ALLE ANDERE PARTNERS a) Korte omschrijving van de actie: Het innovatieforum is een praktijkforum dat het project CAF elk jaar weer voor een periode van zes maanden organiseert. In totaal vijf tot tien geselecteerde regionale, bovenregionale en internationale beursstudenten uit de creatieve sector werken gedurende deze periode op de vestigingen van de projectpartners aan praktijkprojecten, die bij euregionale ondernemingen of andere instellingen worden verworven. Door deze praktijkprojecten van het innovatieforum profiteren ondernemingen en andere instellingen van de interdisciplinaire know-how van de CCS-actoren. De door de CAF in het kader van het innovatieforum verworven projecten kunnen product- of dienstgeoriënteerde taakstellingen en uitdagingen omvatten. Zij die werkzaam zijn in de culturele sector kunnen in selecte projecten met een groot innovatie- en samenwerkingspotentieel competenties verwerven op het gebied van de ontwikkeling, commercialisering en financiering van cultureeleconomische producten en diensten. De geselecteerde deelnemers wonen tijdens het zes maanden durende innovatieforum in geselecteerde onderkomens in de EMR. Door regelmatig gehouden creativiteitscolleges met de andere beursstudenten van de deelnemende partnersteden/-regio's wordt de procesgestuurde uitwisseling van ervaringen en de vorming van netwerken ondersteund. Via horizontale (branche-interne) en verticale (brancheoverstijgende) netwerken op lokaal vlak en vooral ook grensoverschrijdend kunnen aanwezige competenties en deelcompetenties opnieuw worden geconfigureerd. De specifieke kennis van de actoren wordt aangevuld in het coöperatieve verband voor oplossings- en toepassingsgerichte innovaties en strategieën. Het nauwelijks ontwikkelde branchebewustzijn en de tot dusverre zeer geïsoleerd van elkaar opererende deelbranches van de CCS en hun actoren bieden tegen deze achtergrond een hoog ontwikkelingspotentieel. De samenstelling van de teams verschilt per geval en afhankelijk van de competentiebehoefte kunnen teams meer grensoverschrijdend of meer lokaal zijn samengesteld. Doel is echter een grensoverschrijdende mix om overstijgende netwerkeffecten voor de EMR te genereren. Ook denkbaar zijn deelprojecten die worden uitgevoerd door individuele beursstudenten. Centraal staat echter een begeleidend forum dat de terugkoppeling van de teams mogelijk maakt en dat met regelmatige tussenpozen tussentijdse resultaten en aanzetten tot innovatie en oplossingen evalueert. De uitwisseling van ervaringen en kennis, de interculturele perspectiefwisseling en de onderlinge verbinding van beschikbare netwerken die op deze manier mogelijk worden gemaakt, vormen daarbij een hoog innovatiepotentieel dat de belangen
van de EMR, van het traditionele bedrijfsleven met die van de actoren doelmatig met elkaar verbindt.
Op de "ontwikkelaarswerkplaats" vinden de actoren in de CCS optimale randvoorwaarden voor de ontwikkeling van innovatieve producten of formats. Daarbij wordt een nauwe koppeling met actie 5 Kwalificering nagestreefd. Na afronding van de praktijkprojecten worden de resultaten in het kader van een innovatietop publiekelijk gepresenteerd. Parallel daaraan dan wel als integraal bestanddeel vindt er een bijeenkomst over de culturele en creatieve sector voor alle mentoren en deelnemers plaats, waar kan worden gediscussieerd over de resultaten, waar ervaringen kunnen worden uitgewisseld en samenwerkingsverbanden kunnen worden gesmeed. De discursieve bijdragen en resultaten van deze bijeenkomst worden aan het einde van het project in een publicatie openbaar gemaakt. Deze innovatietop vindt jaarlijks bij toerbeurt in een van de partnerregio's plaats. Het innovatieforum wordt aangevuld door vergezellende maatregelen voor netwerkvorming en projectverwerving.
b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie: Het innovatieforum is de actie die actie 3, 5 en 6 (mentoraat en ondersteuning) omvat. Alle grens- en brancheoverschrijdende activiteiten van het project monden uit in deze actie. Hoogtepunt van het innovatieforum is de jaarlijkse, bij toerbeurt georganiseerde innovatietop, waar de innovatieve activiteiten van het project worden gepresenteerd. De zo tot stand gebrachte zichtbaarheid/openbaarheid van het potentieel van de CCS in de EMR leidt tot een versterking van de concurrentiekracht van de gehele EMR.
c) Tijdschema van de projectuitvoering: 1.03.2010 tot 28.02.2013
d) Personeel ingezet in het kader van de actie: Gemiddeld 13% van de lokale projectcoördinatoren Aken. Ondersteuning van externe experts (zie financieel plan) Overige: zie financieel plan
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.2.5. ACTIE 5: Kwalificering BETROKKEN PARTNER(S): STAD AKEN (INHOULDELIKE COÖRDINEREND) & ALLE ANDERE PARTNERS
a) Korte omschrijving van de actie: De actoren van de CCS zijn de facto ondernemers die zich merendeels niet als ondernemer beschouwen. Het economische aspect van hun werkzaamheden vlakken zij meestal volkomen uit, onder meer ook omdat zij dit aspect tijdens hun opleiding aan de hogescholen doorgaans niet hebben meegekregen. Traditionele diensten op het gebied van advisering en ontwikkeling van ondernemingen, die worden geleverd door traditionele adviesinstellingen met het daar beschikbare instrumentarium, sluiten maar uiterst zelden aan op de behoeften van ondernemingen in de culturele en creatieve sector. Voor de CAF-partners is nu de vraag welke verschillen er zijn tussen ondernemingen in de culturele en creatieve sector en ondernemingen in andere sectoren, waarom deze verschillen er zijn en welke factoren kunnen helpen bij het waarborgen van het economische succes en de overlevingskansen van kleine ondernemingen in de creatieve sector. Het vermogen risico's aan te gaan, eigen initiatieven te ontplooien, de mogelijkheid netwerken op te bouwen en te onderhouden en een strategische visie te ontwikkelen zijn de criteria die essentieel worden geacht voor een succesvol ondernemerschap. Indien dit ook van toepassing is op ondernemers in de culturele sector, kunnen deze eigenschappen dan worden aangeleerd en zo ja, hoe? De ervaringen in Aken bevestigen dat een adviserend orgaan dat zich richt op de culturele sector als eerste deze problemen en struikelblokken moet aanpakken. Zo'n adviesorgaan kan zich niet beperken tot het ondersteunen van ondernemers in de culturele sector bij het verwerven van de benodigde technische vaardigheden en kennis, zoals bijvoorbeeld het opstellen van een businessplan, het behandelen van belastingtechnische aspecten en/of juridische regelingen rondom het auteursrecht. Hoe zinnig deze zaken op zich ook zijn, toch zou de advisering in de eerste plaats erop gericht moeten zijn de ondernemers in de culturele sector ertoe te brengen een nieuwe focus, een nieuwe visie en een nieuwe strategie te ontwikkelen, die hen stimuleert niet alleen kunstzinnig/creatief succesvol te zijn, maar ook als economisch levensvatbare onderneming te opereren. De (internationale) ervaring leert dat de groep van kleine en micro-ondernemers in de CCS een bijzondere aanpak vergt, waarin de existentiële cultureel-creatieve vraagstukken niet mogen worden losgezien van de economische kwesties. Veeleer moet in dit geval een methodiek worden gebruikt die beide aspecten met elkaar verbindt en die volledig wordt toegesneden op de individuele behoeften van degene die van advies wordt voorzien. In het kader van de Creative Ask Force wordt in de innovatiefora projectbegeleidend gekwalificeerd (Training on the job) Met de begeleidende advisering kunnen economische en andere vragen met betrekking tot het
ondernemerschap op inzichtelijke en blijvende wijze worden uitgewerkt. Daarnaast wordt gestreefd naar het samenstellen van een op de specifieke behoeften toegesneden adviseringsaanbod dat verder reikt dan waarin het innovatieforum kan voorzien, met als doel het verhogen van het potentieel, advisering op het gebied van het opzetten van een bedrijf en professionalisering voor een bredere doelgroep.
b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie: Afgaand op de ervaringen in de stad Aken en van het GründerZentrum Kulturwirtschaft e.V. en de ervaringen in het adviseringsproces van beursstudenten van de Creative Ask Force moeten een grensoverschrijdend instrumentarium en een euregionale methodiek worden ontwikkeld die speciaal toepasbaar is op de EUREGIO Maas-Rijn en daarbuiten, en die tevens naast de op de praktijk gerichte kwalificering van de actoren ook het benodigde innovatieproces in de praktijkprojecten ondersteunt. Hier wordt een aanzienlijke grensoverschrijdende overdracht van expertise tot stand gebracht.
c) Tijdschema van de projectuitvoering: 1.03.2010 tot 28.02.2013
d) Personeel ingezet in het kader van de actie: Gemiddeld 26% van de lokale projectcoördinatoren Aken. Ondersteuning van externe experts (zie financieel plan) Overige: zie financieel plan
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.2.6. ACTIE 6: Mentoraat en ondersteuning BETROKKEN PARTNER(S): STAD AKEN (INHOULDELIKE COÖRDINEREND) & ALLE ANDERE PARTNERS
a) Korte omschrijving van de actie: Aan het hoofd van de ondersteuners van de Creative Ask Force staat een beschermheer. Elk jaar wordt er een nieuwe beschermheer gekozen, telkens uit een andere regio binnen de EMR. In overleg met de beschermheer wordt een adviescommissie van deskundigen benoemd. Deze bestaat uit één lid per partner(stad en -regio) en eventueel externe adviseurs, die door de partners worden voorgedragen (max, negen personen). De adviescommissie van deskundigen komt bijeen om de beursstudenten te selecteren. Hier wordt een samenwerking met de voor de invulling van actie 3 en 4 verantwoordelijke partners nagestreefd. Bovendien wordt tijdens de gehele looptijd van de Creative Ask Force continu een mentornetwerk uit de EUREGIO Maas-Rijn opgebouwd, dat de beursstudenten/teams met advies bijstaat voor vakspecifieke vragen. b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie: Door personen uit de EMR als beschermheer, zaakkundige en mentor bij het project te betrekken, wordt een duurzame verankering van het project in de EMR tot stand gebracht. Naast de daarmee bereikte grensoverschrijdende expertise en kennisoverdracht worden daarnaast ook de grensoverschrijdende netwerkvorming ondersteund en imagoverhogende effecten bereikt - in dit opzicht met name met het oog op de EUREGIO Maas-Rijn. c) Tijdschema van de projectuitvoering: 1.03.2010 tot 28.02.2013
d) Personeel ingezet in het kader van de actie: Gemiddeld 13% van de lokale projectcoördinatoren Aken. Ondersteuning van externe experts (zie financieel plan) Overige: zie financieel plan
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.2.7. ACTIE 7: Afsluiting BETROKKEN PARTNER(S): ALLE PARTNERS
a) Korte omschrijving van de actie: Elke partner laat voor de eigen afgesloten activiteiten van het project een accountant de reglementaire onkosten alsmede het nakomen van de op dat moment geldende uitgaverichtlijnen controleren. Verder wordt er een eindrapportage opgesteld.
b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie:
c) Tijdschema van de projectuitvoering:
d) Personeel ingezet in het kader van de actie:
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.3.
DEELNAME PROJECTPARTNERS AAN DE VERSCHILLENDE ACTIES
op voorziene Excel-file invullen
BUSINESS PLAN
actie 1 COORDINATIE actie 2 Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5 partner 6 actie 3 Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5 partner 6 actie 4 Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5 partner 6 actie 5 Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5 partner 6 actie 6 Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5 partner 6 actie 7 Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5 partner 6 actie 8 Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5 partner 6 actie 9 COMMUNICATIE Leadpartner partner 2 partner 3 partner 4 partner 5
maand 10 maand 11 maand 12 maand 13 maand 14 maand 15 maand 16 maand 17 maand 18 maand 19 maand 20 maand 21 maand 22 maand 23 maand 24 maand 25 maand 26 maand 27 maand 28 maand 29 maand 30 maand 31 maand 32 maand 33 maand 34 maand 35 maand 36
maand 9
maand 8
maand 7
maand 6
maand 5
maand 4
maand 3
maand 2
actie/ kalender
maand 1
(per partner een kleur toewijzen)
2.4. OUTPUT-INDICATOREN TE GEBRUIKEN VOOR HET OPVOLGEN VAN UW PROJECT Hier uitsluitend de indicatoren aangeven die op het
ACTIEVELD
van uw project betrekking hebben
Betrokken operationeel doel
voorziene kwantificering
Actieveld 1.1: Concurrentievermogen 1. Aantal ondernemingen die - dankzij de samenwerking – in de Euregio gevestigd zijn 2. Volume van investering van ondernemingen die zich in de EMR vestigen 3. Aantal gecreëerde of verplaatste ondernemingen 4. Aantal acties voor sensibilisering van ondernemingen (KMO/MKB) 5. Aantal acties voor advies aan ondernemingen (KMO/MKB) 6. Aantal gezamenlijke promotieacties ter versterking van de internationale zichtbaarheid van de EMR 7. Aantal deelnemers aan grensoverschrijdende acties 8. Aantal innovatieve concepten ter verbetering van logistieke systemen 9. Aantal gezamenlijke studie- en planningsdocumenten Actieveld 1.2: Promotie van technologie en innovatie
0 501 0 31/31 5 500 0 2
1. Aantal deelnemers aan grensoverschrijdende acties 2. Aantal acties voor sensibilisering van ondernemingen 3. Aantal gecreëerde clusters 4. Aantal gezamenlijke wetenschappelijke onderzoeken 5. Aanvullende omzet gegenereerd door grensoverschrijdende acties 6. Aantal gezamenlijke studies en planningsdocumenten Actieveld 1.3: Promotie van de samenwerking van kennisinstituten en ondernemingen
-
1. Aantal ontwikkelde producten 2. Aantal ontwikkelde spin-offs/spin-outs 3. Aantal deelnemers aan grensoverschrijdende acties 4. Aantal gezamenlijke studie- en planningsdocumenten 5. Aantal voor onderzoekers gecreëerde werkplaatsen Actieveld 1.4: Versterking van de euregionale arbeidsmarkt
-
1. Aantal drietalige colloquia 2. Aantal acties (Informatie, advies, studies) verbonden met de grensoverschrijdende arbeidsmarkt 3. Aantal sessies van gezamenlijke opleidingen 4. Aantal taalopleidingen 5. Aantal vrijgestelde opleidingsuren 6. Aantal deelnemers (scholen/studenten/leerkrachten) 7. Percentage van slagen 8. Percentage / mate van integratie 9. Aantal van de re-integreerde werklozen 10. Aantal betrokken instellingen of ondernemingen voor sociale integratie Actieveld 1.5: Versterking van de toeristische sector
-
1. Aantal opgeleide en geadviseerde professionals in de toeristische en culturele
1
0
-
-
Er wordt uitdrukkelijk naar gestreefd om bij de beursstudenten ook jonge, innovatieve cultuurscheppers in aanmerking te nemen die zich in de oprichtingsfase bevinden en voor wie de praktijkprojecten de gelegenheid vormen om zowel eigen innovatieve projecten te realiseren en in de praktijk te brengen als in opdracht van anderen te werken. De begeleidende ondernemerskwalificatie die in het project wordt beoogd is juist ook in de oprichtingsfase van groot belang.
sector 2. Aantal personen aan de andere kant van de grens, die aan culturele gebeurtenissen en evenementen deelnemen 3. Aantal ontwikkelde innovatieve concepten 4. Aantal acties van grensoverschrijdende promotie Actieveld 2.1: Bescherming van natuur en landschap 1. Aantal acties op het gebied van gemeenschappelijk beheer van natuurlijke hulpbronnen 2. Aantal beschermde hectaren dankzij de grensoverschrijdende samenwerking 3. Aantal acties voor sensibilisering en promotie 4. Aantal acties van grensoverschrijdende samenwerking tussen landbouwer en producenten 5. Bijkomende bevolking betrokken door een inrichting ter verwerking van water / afvalwater / afval / verbetering van de luchtkwaliteit 6. Vermindering van het broeikaseffect (CO2 en dergelijke) Actieveld 2.2: Bevordering van duurzame mobiliteit 1. Aantal promotieacties in het duurzame Openbaar vervoer 2. Aantal acties ter verbetering van de stad-land verbindingen 3. Aantal acties ter verbetering van het grensoverschrijdend Openbaar vervoer 4. Aantal ontwikkelde innovatieve concepten 5. Aantal gezamenlijke studie- en planningsdocumenten 6. Bijkomende door een verbeterd vervoersysteem betrokken bevolking Actieveld 2.3: Productie en bevordering van hernieuwbare energiebronnen
-
--
1. Aantal acties voor sensibiliseren van rationeel gebruik van energie 2. Aantal acties van grensoverschrijdende samenwerking voor de bevordering van de productie en het gebruik van hernieuwbare en groene energiebronnen 3. Aantal acties ter bevordering van energiebesparingen 4. Bijkomende productiecapaciteit aan hernieuwbare energieën Actieveld 3.1: Verbetering van de gezondheidszorg en de sociale cohesie
-
1. Aantal acties ter verbetering van het aanbod op gebied van de gezondheid 2. Aantal grensoverschrijdende initiatieven ter bevordering van de gezondheid 3. Aantal acties voor de harmonisering van preventiemaatregelen en de strijd tegen verslaafdheid 4. Aantal gecreëerde netwerken 5. Aantal door het project betrokken verpleeginstellingen, medische dienstverleners, patiëntenverenigingen,… Actieveld 3.2: Bevordering van de culturele diversiteit op euregionaal niveau
-
1. Aantal gezamenlijke culturele evenementen 2. Aantal acties voor de culturele bevordering van de EMR Actieveld 3.3: Verbetering van de levenskwaliteit
-
1. Aantal acties ter sensibilisering van de “inter-culturaliteit” 2. Aantal acties ter verbetering van de levenskwaliteit van de landelijke gebieden 3. Aantal acties voor het dynamiseren van de steden 4. Aantal acties, die bijdragen tot het wegwerken van de hindernissen voor benadeelde personen 5. Aantal gezamenlijke studie- en planningsdocumenten Actieveld 3.4: Voortbestaan en versterking van de samenwerking op het gebied van de openbare veiligheid 1. Aantal gezamenlijke acties tussen de autoriteiten 2. Aantal gezamenlijke acties tussen de hulpdiensten 3. Aantal acties voor sensibilisering van risico’s 4. Aantal acties die bijdragen tot de vermindering van administratieve en
-
-
-
-
-
juridische hindernissen Indicatoren specifiek voor het project 1. 2. 3. 4.
2.5.
RESULTAAT INDICATOREN,
NOODZAKELIJK VOOR HET OPVOLGEN VAN UW PROJECT
Hier uitsluitend de indicatoren aangeven die op de PRIORITEIT van uw project betrekking hebben (de groene zijn verplicht en per prioriteit moeten min.4 indicatoren ingevuld worden)
Betrokken prioriteit Prioriteit 1:
Versterken van de economische structuur, bevorderen van kennis en innovatie en meer en betere banen
1. Aantal organisaties dat partner is in de samenwerkingsprojecten 2. Aantal bedrijven dat betrokken is bij samenwerkingsprojecten; (totaal/ MKBKMO) 3. Omvang private financiering aan projecten 4. Aantal gecreëerde arbeidsplaatsen (vast/tijdelijk/aandeel vrouwen) 5. Aantal promotionele activiteiten gericht op het aantrekken van bedrijvigheid 6. Aantal deelnemers aan trainingen en opleidingen (totaal/vrouwen) 7. Aantal nieuw ontwikkelde toeristische producten 8. Aantal grensoverschrijdende studies en plannen Prioriteit 2:
voorziene kwantificering
7 552 0 5,3/3,7/1,6/NN 0 100 0 2
Natuur en milieu, energie, natuurlijke hulpbronnen en mobiliteit
1. Aantal organisaties dat partner is in de samenwerkingsprojecten 2. Aantal hectares door het programma beschermde natuur of landschap 3. Aantal producten/diensten dat bijdraagt aan nieuwe, duurzame vervoerslijnen en -diensten 4. Aantal acties dat bijdraagt aan de verbetering aan de kwaliteit van het milieu (totaal/lucht/bodem/water/geluid) 5. Aantal ontwikkelingsactiviteiten op het gebied van nieuwe energie 6. Aantal grensoverschrijdende studies en plannen 7. Aantal gecreëerde arbeidsplaatsen (vast/tijdelijk/aandeel vrouwen) Prioriteit 3: Kwaliteit van leven 1. Aantal organisaties dat partner is in de samenwerkingsprojecten 2. Aantal nieuwe grensoverschrijdende zorgdiensten 3. Aantal nieuwe grensoverschrijdende culturele producten en evenementen 4. Aantal gezamenlijke projecten op het gebied van kwaliteit van leven in de steden 5. Aantal nieuwe grensoverschrijdende calamiteiten plannen 6. Aantal grensoverschrijdende studies en plannen 7. Aantal gecreëerde arbeidsplaatsen (vast/tijdelijk/aandeel vrouwen)
2
-
Het gaat hierbij zowel om beursstudenten die als individuele ondernemers actief zijn en meedoen in de innovatiefora in de praktijkprojecten als om ondernemingen uit andere branches waarvan praktijkprojecten worden verworven.
2.6. HORIZONTALE INDICATOREN,
DIE GEBRUIKT WORDEN VOOR HET OPVOLGEN VAN UW PROJECT
2.6.1. Welke zijn, in het algemeen, de criteria die op uw project van toepassing zijn?
x gezamenlijke planning en ontwikkeling x gezamenlijke uitvoering x gezamenlijke financiering gezamenlijke personeel (niet verplicht) 2.6.2. Draagt uw project bij aan de creatie of behoud van banen (contract van minimum 6 maanden)? Nee. Waarom? x Ja. Geef per partner weer wat voorzien is (in FTE) Leadpartner
partner 2
partner 3
partner 4
partner 5
0,5
-
2
0,2
-
-
0,2
0,5
0,4
0,5
Partner 6
Partner 7
1
-
TOTAAL
Aantal
gecreëerde banen Aantal
behoude banen
Aantal
gecreëerde banen
3,7
Aantal
behoude banen
1,6
2.6.3. Effecten op niveau van gelijke kansen Uw project is: principieel op gelijke kansen gericht X positief op het gebied van gelijke kansen neutraal op het gebied van gelijke kansen potentieel negatief op het gebied van gelijke kansen Licht uw antwoord nader toe Indien het effect potentieel negatief is, gelieve dan toe te lichten welke maatregelen genomen werden om deze negatieve impact te corrigeren: De studiebeurzen worden toegekend op grond van de geschiktheid voor de praktijkprojecten. Afkomst, nationaliteit of geslacht spelen daarbij geen rol. In principe moet echter bij gelijke geschiktheid erop worden gelet dat groepen als vrouwen, mannen, gehandicapten en migranten overeenkomstig hun aandeel van de bevolking in aanmerking worden genomen.
2.6.4. Effecten op niveau van milieubescherming Uw project is: principieel gericht op bescherming van het milieu positief op het gebied van milieubescherming x neutraal op het gebied van milieubescherming potentieel negatief op het gebied van milieubescherming Licht uw antwoord nader toe Indien het effect potentieel negatief is, gelieve dan toe te lichten welke maatregelen genomen werden om deze negatieve impact te corrigeren: Het project behandelt het milieu niet als thema en heeft geen positieve of negatieve uitwerking met het oog op milieubeleidsdoelstellingen. Bij de praktijkprojecten die in het kader van het innovatieforum voor de beursstudenten worden geworven, zal de milieuneutraliteit van die projecten in aanmerking worden genomen. In enkele gevallen kunnen op dat punt zelfs positieve effecten worden bereikt, ook als die niet als voornaamste doel worden beoogd.
2.6.5. Bijdrage bij duurzame ontwikkeling (sociale integratie, economische ontwikkeling und milieubescherming) Uw project is: x positief op het gebied van duurzame ontwikkeling neutraal op het gebied van duurzame ontwikkeling potentieel negatief op het gebied van duurzame ontwikkeling Licht uw antwoord nader toe Indien het effect potentieel negatief is, gelieve dan toe te lichten welke maatregelen genomen werden om deze negatieve impact te corrigeren: Het project bevordert een duurzame grensoverschrijdende samenwerking van actoren in de culturele sector en het traditionele bedrijfsleven die ook na afronding van het project zal voortbestaan en door de projectgevers en nemers verder zal worden gedragen. Door branche- en grensoverschrijdend te werken zullen nieuwe producten/diensten/bedrijfsmodellen ontstaan, die ook na afronding van het project zullen leiden tot economische voordelen voor de actoren in de CCS.
2.7. ANDERE ELEMENTEN TER BEOORDELING VAN UW PROJECT
2.7.1. Integreert uw project zich in een globale, nationale of regionale strategie of in een ander breder project?
x Nee. Ja. Aub nader toelichten: Buiten kijf staat dat de culturele en creatieve sector een grote rol zal spelen in het proces van structurele verandering naar een kenniseconomie en een essentiële concurrentiefactor zal vormen met het oog op de concurrentiepositie van regio's en steden. Daaraan verbonden is wel dat deze sector in toenemende mate wordt betrokken bij strategieontwikkelingen op alle beleidsniveaus, ook als dit proces zich - zo moet worden erkend - nog in de kinderschoenen staat. Zo is het bijvoorbeeld de bedoeling dat er in de loop van dit jaar op EUniveau een Green Paper over de SSC verschijnt. In nagenoeg alle deelnemende steden en regio's evenals op landelijk en Europees niveau bestaan inmiddels echter de meest uiteenlopende studies en onderzoeken (voor zover nog niet als bij de DG, dan zal dit ook onderdeel van het project zijn), die inhoudelijk o.a. het hierin beschreven potentieel van de CCS omvatten. Hier volgt slechts een kort overzicht:
- KEA, The impact of culture on creativty, June 2009; opgesteld in opdracht van de Europese Commissie - NESTA, Creating Innovation, March 2008). - De structuur van de Creative Industries in Duitsland met het oog op de mogelijkheden voor internationale verbindingen, tot stand gebracht in opdracht van de culturele afdeling van de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging in Duitsland - 5. Kulturwirtschaftsbericht des Landes Nordrhein-Westfalen – Innovationen, Wettbewerb, Märkte, September 2007 - De economische waarde van cultuur in de provincie Limburg en haar buurregio's, opgesteld in opdracht van de provincie Limburg (Nederland), 2008 - Cultuurideaal voor de regio Aken 2009……. We moeten hier wel wijzen op het feit dat er beslist geen overlapping mag zijn met het ook door INTERREG IVA gesponsorde project EUREGIO PLATFORM FOR SUSTAINABLE DESIGN (EPSD). Het Design vertegenwoordigt slechts één van de elf deelbranches van de CCS. Het project CAF richt zich juist niet op één bepaalde deelbranche van de CCS, wat het Design bijvoorbeeld wel doet. In tegendeel, er wordt gestreefd naar een interdisciplinaire en brancheoverstijgende manier
van werken, aangezien alleen op die manier sprake kan zijn van de nagestreefde, op orders gerichte netwerken en de voor innovaties noodzakelijke perspectiefwisseling, evenals de noodzakelijke en bedoelde uitwisseling van kennis en ervaringen. Bovendien richt het project EPSD zich op duurzaam design als een hoewel zeker ook belangrijk - nichethema op het gebied van design en wil men met dit project proberen bewustzijn te creëren voor de daaraan verbonden voordelen, die met name een positief effect hebben met het oog op het milieu. Aan het bereiken van de doelstellingen is zeker ook een veranderd koopgedrag verbonden en daarmee ook indirect veranderde markten. De vraag is echter of daarmee daadwerkelijk een in totaal grotere afzetmarkt voor de designsector wordt gecreëerd dan wel of dit überhaupt met het project wordt nagestreefd, of dat er niet eerder een verlegging wordt beoogd van traditionele designproductie naar duurzame designproducten. Om echter eventuele overlappingen met het project EPSD te vermijden en/of een uitwisseling van kennis en ervaring te initiëren, is het de bedoeling bij een van de eerste gelegenheden waarbij de partners in het CAF-project bijeenkomen ook vertegenwoordigers van het EPSDproject uit te nodigen om wederzijds informatie uit te wisselen over invulling en doelstellingen van beide projecten. Bij deze bijeenkomst moet ook worden besproken of een regelmatige informatieuitwisseling tussen de projecten (een- tot tweemaal per jaar) in soortgelijke vorm zinvol is of dat de voortdurende informatieuitwisseling voor de designbranche beter kan verlopen via de leadpartners van de projecten. 2.7.2. Draagt uw project bij aan de verbetering van het leren van de euregionale talen (Duits / Frans / Nederlands)?
Nee. Waarom? ……………………………………………………………… x Ja. Aub nader toelichten:…………………………………………………… Doordat partners en de deelnemende ondernemingen in de studiebeursmodellen regelmatig met elkaar van gedachten wisselen, worden taalbarrières geslecht en worden de euregionale talen in de zin van een "Learning by Doing" aangeleerd.
2.7.3. Eventuele samenhang met anderen projecten Verkrijgen de projectpartners andere openbare financieringen (nationale, regionale of Europese) – inbegrepen een financiering van de reguliere activiteiten van de organisatie?
x Nee. Ja. Aub nader toelichten:
Projectnaam
Betrokken financiering (nationale, regionale of Europese)
Gecommitteerd bedrag
Kalender
Leadpartner
partner 2
partner 3 …
2.7.4. Indien u voor de eerste keer aan een in het kader van INTERREG gefinancierd project deelneemt, hoe kwam u over het bestaan van het programma te weten?
via de website aan de hand van de presentatiebrochure van het programma via contacten met een administratie / instelling (nader toe te lichten): ______________________ via de pers via contacten met een regionale antenne über einen Kontakt mit einer regionalen Antenne andere (nader toe te lichten): ____________________
DEEL 3 – BUDGETAIRE ELEMENTEN Zie bijlage.
2.2.7. ACTIE 7: START UP & BEYOND BETROKKEN PARTNER(S): DESIGN PLATFORM LIMBURG + STAD GENK (INHOUDELIJK COÖRDINEREND) & ALLE ANDERE PARTNERS
a) Korte omschrijving van de actie: Voor jonge ondernemers in de creatieve industrie in de Euregio (zowel starters als al enkele jaren actief) worden verschillende ondersteuningsvormen uitgebouwd die de ontwikkeling van creatief ondernemerschap ondersteunen en stimuleren en die jonge creatieven helpen bij de uitbouw van hun carrière. Van preondernemerschap met presentatie van producten en concepten in showrooms, een minionderneming in de Pop-up store met de uitbouw van een gezamenlijke collectie over stimuleringsactiviteiten en coaching tot doorstart als ondernemer in de incubator. Ondersteunen van creatieve ondernemers In C-Mine, de voormalige mijnsite van Winterslag in Genk, opent in het najaar van 2011 het Centrum voor Creatieve Bedrijfsinnovatie en Ondernemerschap met incubator voor startende creatieve ondernemers. Dit centrum biedt ruimte voor de huisvesting van startende creatieve bedrijven, daarnaast biedt het centrum via de aanwezigheid van demoruimtes, werkruimtes, vergaderlokalen, … werkplekken aan jonge ondernemers die hun zelfstandige beroepsactiviteit wensen uit te testen. De lokale projectcoördinator zal deze jonge starters of potentiële jonge starters op deskundige wijze begeleiden bij het opstarten en laten doorgroeien van hun bedrijf. Inzichten in de creatieve business worden gekoppeld aan algemene business- en marketinginzichten. Er wordt een breed netwerk van deskundige partners (experts, consultants, stuurgroep, beursstudenten, …) in de Euregio uitgebouwd die op maat van de behoefte van de jonge starter of van het voorliggende business-idee ingezet kunnen worden. Er wordt een advieswerking op maat uitgebouwd met trainingen, individuele coaching trajecten, spreekuur, netwerkevents, … Bestaande instrumenten van Design Platform Limburg (ST_ART gids en sessies, Business as Unusual, …) worden verder uitgebouwd en verspreid in de Euregio (zie ook Actie 5: kwalificering). Exposure ruimte voor jonge ontwerpers en creatieven Voor jonge creatieven en bedrijven wordt in de prachtige monumentale energiegebouwen ruimte voorzien voor het presenteren van creatieve projecten, ontwerpen, ... Via de organisatie van een Pop-up store en showroom kunnen creatieve ondernemers hun werk te presenteren aan een publiek, aan potentiële
klanten,… om zo de belangstelling van hun product uit te testen en een eerste vorm van verkoopsgelegenheid te voorzien. Een curator stelt de collectie van de Pop-up store samen en waakt over de kwaliteit. De Pop-up store wordt ook het kloppend hart van een preondernemschapstraject met studenten van zowel de kunstenfaculteit als studenten marketing en handelswetenschappen die samen een collectie uitbouwen. Een minionderneming die rekening houdt met creatie, productie (inclusief productiesteun), marketing, sales en financiën (zie ook Actie 3: concrete praktijkprojecten). Betrekken van jonge creatieven in creatieve innovatieprojecten van bedrijven Naast de incubator zal C-Mine ook een Design Innovation Lab huisvesten. Het Design Innovation Lab heeft tot doel bedrijven te begeleiden in creatieve innovatieprocessen. Het Design Innovation Lab analyseert de behoefte van het bedrijf en brengt dan een netwerk van professionele creatieven samen om vanuit het principe van open innovatie het innovatieproces vorm te geven. Het Design Innovation Lab wil hierbij jonge creatieven en studenten betrekken om hen zo de gelegenheid te geven ervaring op te doen in creatieve bedrijfsinnovatie (zie ook Actie 3: concrete praktijkprojecten).
b) Grensoverschrijdende meerwaarde van de actie: Door jonge creatieve ondernemers uit de EMR door middel van het project te begeleiden bij hun opstart en doorstart, wordt een duurzame verankering van het project in de EMR tot stand gebracht. Naast de daarmee bereikte grensoverschrijdende expertise en kennisoverdracht (ontwikkeling van een grensoverschrijdend instrumentarium en een euregionale methodiek) worden daarnaast ook de grensoverschrijdende netwerkvorming ondersteund en imagoverhogende effecten bereikt - in dit opzicht met name met het oog op de EUREGIO Maas-Rijn. c) Tijdschema van de projectuitvoering: 1.03.2010 tot 28.02.2013
d) Personeel ingezet in het kader van de actie: Gemiddeld 100% van de lokale projectcoördinator in Genk/Hasselt. Ondersteuning van externe experts (zie financieel plan) Overige: zie financieel plan
e) Voor de uitvoering van de actie onmisbare uitrusting, dat in het kader van het project zal aangeschaft worden (planning aankoop / verwerving duidelijk aangeven):
2.2.7.
AKTION 7:
BETROFFENE(R) PARTNER: (INHALTLICH KOORDINIEREND) & ALLE WEITEREN PARTNER
a) Kurzbeschreibung der Aktion:
b) Grenzüberschreitender Mehrwert der Aktion:
c) Zeitplan der Durchführung: 01.03.2010 bis 28.02.2013
d) Im Rahmen der Aktion beschäftigtes Personal: Durchschnittlich 100% der lokalen Projektkoordination Genk/Hasselt. Unterstützung durch externe Experten (s. Finanzplan) Andere: s. Finanzplan
e) Für die Durchführung der Aktion unentbehrliche Ausstattungen, die im Rahmen des Projektes angeschafft werden (hier soll auch der Anschaffungsplan detailliert werden):
2.2.7. ACTION 7 : OPERATEUR(S) CONCERNE(S) : (COORDINATEUR DU CONTENU) & TOUS LES AUTRES PARTENAIRE
a) Description synthétique de l’action :
b) Plus-value transfrontalière de l’action :
c) Calendrier de mise en œuvre : du 01.03.2010 au 28.02.2013
d) Moyens humains mobilisés dans le cadre de l’action : En moyenne 100% de la coordination locale du projet Genk/Hasselt. Soutien apporté par des experts extérieurs (cf. Plan de financement) Autres : cf. Plan de financement
e) Équipements indispensables dans la mise en œuvre de l’action et qui seront acquis dans le cadre du projet (il convient de préciser également le planning d’acquisition) :