Gereformeerde Basisschool “Het Zwaluwnest”
zorggids 2014 - 2015
Inhoud Aanleiding en doel ........................................................................................................................................... 2 Hoofdstuk 1: Handelingsgericht werken....................................................................................................... 4 Hoofdstuk 2: Passend onderwijs .................................................................................................................... 5 Hoofdstuk 3: Waarnemen ............................................................................................................................... 7 Hoofdstuk 4: Begrijpen.................................................................................................................................... 8 Hoofdstuk 5: Plannen ...................................................................................................................................... 9 Hoofdstuk 6: Uitvoeren .................................................................................................................................13 Hoofdstuk 7: De structuur van de zorg .......................................................................................................14 Hoofdstuk 8: Communicatie met ouders ....................................................................................................20 Hoofdstuk 9: Toetsen ....................................................................................................................................22 Hoofdstuk 10: Analyseren .............................................................................................................................23 Hoofdstuk 11: KIJK! ........................................................................................................................................26 Hoofdstuk 12: Hoogvliegers .........................................................................................................................27 Hoofdstuk 13: Gedrag ...................................................................................................................................32 Hoofdstuk 14: Taal/lezen ..............................................................................................................................33 Hoofdstuk 15: Rekenen .................................................................................................................................35 Hoofdstuk 16: Parnassys ...............................................................................................................................38 Hoofdstuk 17: Kanjertraining-leerlingvolgsysteem ...................................................................................42 Hoofdstuk 18: Belangrijk om te weten ........................................................................................................45
pagina 2 van 49
zorggids
2014/15
Aanleiding en doel
Deze zorggids beschrijft hoe de zorg op Het Zwaluwnest wordt vormgegeven. De opzet is vernieuwd: de hoofdstukken 3 t/m 6
zijn
geschreven vanuit de bril van handelingsgericht werken. De hoofdstukken 11 t/m 15 zijn geschreven door onze specialisten. De laatste hoofdstukken gaan over Parnassys, het LVS van de Kanjertraining. Tenslotte een hoofdstuk “Handig om te weten”.
Naast deze zorggids heeft iedere groep een zorgmap. Deze map is bestaat uit materiaal dat leerkrachten helpt om hun toetsen/ analyses goed uit te kunnen voeren. Ook bevat deze map bijlagen met formats voor verschillende gesprekken / besprekingen.
pagina 3 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 1: Handelingsgericht werken Handelingsgericht werken past in een koers die recht doet aan verschillen tussen leerlingen. HGW veronderstelt ook dat leerkrachten accepteren en erkennen dat die verschillen er zijn én op verschillende terreinen. En dat dit nogal wat betekent voor een leerkracht. Werken volgens het gedachtegoed van HGW betekent kort samengevat dat de volgende vraag wordt gesteld: wat heeft deze leerling de komende periode nodig van deze ouders, in deze groep, bij deze leerkracht op deze school ? De leerkracht denkt niet in de eerste plaats: welk probleem heeft dit kind ? Hij of zij denkt meer in vragen als: wat heeft dit kind nodig van zijn omgeving, school en thuis? De 7 uitgangspunten 1. Onderwijsbehoeften van leerlingen staan centraal. Wat heeft een leerling nodig om een bepaald doel te halen. 2. Het gaat om afstemming en wisselwerking. Leerlingen verschillen, en… groepen, … leerkrachten, … en ouders verschillen ook. 3. De leerkracht doet ertoe. De verantwoordelijkheid van de zorg ligt bij de leerkracht. 4. Positieve aspecten zijn van groot belang. Aandacht voor positieve aspecten beschermt een leerkracht tegen een te negatief beeld van een kind, groep, ouders of van onszelf als leerkracht of team. 5. Het team werkt constructief samen. Goede communicatie is bepalend in een effectieve betrokkenheid. Ieder krijgt de kans om mee te denken. 6. Ons handelen is doelgericht. Zonder doel geen richting, geen effectieve feedback en geen mogelijkheden om je werk te evalueren. 7. De werkwijze is systematisch, in stappen en transparant. Op school zeggen we wat we doen, doen we wat we zeggen en laten we zien dat we doen wat we zeggen.
pagina 4 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 2: Passend onderwijs Wat is passend onderwijs ? Passend onderwijs is de naam voor de nieuwe manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben wordt georganiseerd. Passend onderwijs is dus geen schooltype; kinderen zitten niet 'op' passend onderwijs. Scholen werken met elkaar samen in samenwerkingsverbanden en maken binnen het systeem van passend onderwijs afspraken met elkaar over hoe ze ervoor zorgen dat alle leerlingen onderwijs krijgen dat bij hen past. Waarom wordt passend onderwijs ingevoerd? Passend onderwijs vervangt het oude systeem van de leerlinggebonden financiering en indicatiestelling voor speciaal onderwijs. Met de invoering van passend onderwijs wil men een aantal problemen oplossen. Een van de problemen is dat steeds meer leerlingen, vooral leerlingen met ernstige gedragsproblemen, verwezen worden naar speciaal onderwijs. Scholen en ouders vinden de indicatiestelling erg bureaucratisch en het is lastig om ondersteuning op maat te organiseren. Verder zijn er in het oude systeem veel kinderen die thuiszitten. Zij zijn bijvoorbeeld van school verwijderd vanwege de problemen die ze hebben, of omdat er geen goede begeleiding voor ze is op school. Het doel van passend onderwijs is dat alle leerlingen, dus ook leerlingen die extra ondersteuning in de klas nodig hebben, een passende onderwijsplek krijgen. Uitgangspunt daarbij is: regulier als het kan, speciaal als het moet. Zorgplicht Vanaf 1 augustus 2014 hebben schoolbesturen een zorgplicht. Dit betekent dat zij vanaf dat moment ieder kind dat extra ondersteuning nodig heeft een passende onderwijsplek moeten bieden. Vroeger moesten ouders zelf op zoek naar een geschikte school. Vanaf 1 augustus 2014 melden ouders hun kind aan bij de school van hun keuze. De school heeft dan de taak om een passende onderwijsplek te bieden. Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is, op een andere school in het reguliere onderwijs of het speciaal (basis)onderwijs. Scholen stellen hiervoor een schoolondersteuningsprofiel (SOP) op. Dit profiel is bedoeld om aan te geven welke ondersteuning een school kan bieden. Samenwerken Om de zorgplicht te kunnen waarmaken en alle leerlingen een passend aanbod te kunnen bieden, werken de reguliere scholen en scholen voor speciaal (basis)onderwijs samen in een samenwerkingsverband. SWV de Eem heeft een ondersteuningsplan. In dit plan staat beschreven welke basisondersteuning alle scholen binnen het samenwerkingsverband moeten bieden. Daarnaast is vastgelegd hoe de extra ondersteuning is georganiseerd en hoe het geld wordt besteed.
Maatwerk Passend onderwijs kijkt vooral naar de mogelijkheden van kinderen en wat er nodig is om het onderwijs te geven dat daarbij past. Dat kan met extra ondersteuning in de klas in het reguliere onderwijs, bijvoorbeeld door inzet van een klassen assistent in de klas of het inrichten van nieuwe voorzieningen, maar ook in het speciaal (basis)onderwijs. Onderwijs op maat is nodig om elk kind tot zijn recht te laten komen. Passend onderwijs biedt deze ruimte, ook in financiële zin. School, ouders en de onderwijsondersteuner van SWV de Eem bepalen samen welke extra ondersteuning er voor een kind nodig is. De afspraken van de extra ondersteuning worden pagina 5 van 49
zorggids
2014/15
beschreven in een arrangement. De rugzak verdwijnt, maar de school kan voor een arrangement ook geld van het samenwerkingsverband ontvangen. De landelijke indicatiecriteria voor het speciaal onderwijs vervallen. In plaats daarvan bepaalt SWV de Eem wanneer een kind kan worden toegelaten tot het speciaal basis onderwijs of het speciaal onderwijs en geeft daarvoor een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) af. Basisondersteuning Bovenop de verplichte basiskwaliteit, opgelegd door de Schoolinspectie, wordt vanaf augustus 2014 een basisondersteuning vereist. Met deze basisondersteuning kunnen scholen voldoen aan de zorgplicht die met de invoering van passend onderwijs door de overheid wordt opgelegd. SWV de Eem heeft eisen opgesteld waar de basisondersteuning op scholen aan moet voldoen. De komende tijd begeleidt SWV de Eem scholen om de basisondersteuning op orde te krijgen. Het niveau van basisondersteuning staat vermeld in het ondersteuningsplan van SWV de Eem en is geconcretiseerd in een notitie.
Schoolondersteuningsprofiel Alle schoolbesturen stellen samen met leraren en schoolleiding in het schoolondersteuningsprofiel (SOP) vast welke extra ondersteuning de school kan bieden, aanvullend op de basisondersteuning die alle scholen in het samenwerkingsverband bieden. Dit profiel borduurt voort op het ondersteuningsbeleid dat je school al heeft. De school plaatst (een samenvatting van) het profiel in de schoolgids of op de website, zodat iedereen weet welke extra ondersteuning de school wel en niet kan bieden. SWV de Eem maakt een format voor het invullen van het schoolondersteuningsprofiel.
pagina 6 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 3: Waarnemen Goed waarnemen begint met vragen stellen, vooral veel en goede vragen stellen. De antwoorden op deze vragen schrijf je in je groepsoverzicht. Om overzicht te behouden start je vanuit de groep en van daaruit ‘trechter’ je naar beneden. de groep Hoe gaat het met m’n groep, waarover ben ik heel tevreden en waarover niet zo. Hoe functioneert en presteert mijn groep? Wat valt op en wie valt op? het kind Hoe gaat het met het kind, wat zie je als ie ’s morgens komt binnenlopen, hoe functioneert ‘t, sociaal-emotioneel en cognitief. Gaat het met plezier naar school, voelt ’t zich veilig, hoe zijn de prestaties? Hoe gaat ‘t met andere kinderen om, hoe gaat het op het plein? Dus kijk naar wat het kind doet, luister naar wat het zegt en ga op zoek naar stimulerende en belemmerende factoren en kansen. de ouders Wat valt er te zeggen over de ouders van de groep. Hoe kijken ouders naar hun kind? Hoe werk je met hen samen en is dat naar tevredenheid? ik zelf Hoe functioneer je zelf eigenlijk? Waarover ben je tevreden, wat gaat goed en waar zie je tegenop of waar loop je steeds weer tegen aan? Wat helpt om beter te kunnen waarnemen?
Allereerst je boerenverstand en je intuïtie (je hebt niet voor niets dit vak gekozen.)
Je professionaliteit
Maak gebruik van de overdracht met je duo-collega
Maak gebruik van de hulpmiddelen die we voorhanden hebben:
o
KIJK! (groep 1 en 2)
o
GRIP op de groep
o
Parnassys
o
sociogram van de Kanjertraining
o
methodetoetsen /niet-methodetoetsen
o
groepsoverzicht
o
groepskaart PNS
Beschrijf je waarneming in het groepsoverzicht.
pagina 7 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 4: Begrijpen de groep Welke factoren bepalen dat het gaat zoals het gaat? En… wil je dat zó houden of zijn er (andere) interventies gewenst? Wat heeft deze groep vooral nodig, en kan je dat bieden? Stop met wat niet werkt, en als iets wel werkt: doe daar meer van! Ga op zoek naar algemene onderwijsbehoeften van je groep: Deze groep heeft
Instructie nodig die …
Opdrachten nodig die …
Feedback nodig die …
Een leerkracht nodig die…
Ouders nodig die…
Een leeromgeving nodig die…
Groepsgenoten nodig die…
het kind Hoe komt het dat het nu zó gaat met dit kind, en hoelang is dat eigenlijk al zo? Hoe was het vorig jaar of daarvoor? Wat heeft dit kind vooral nodig, en wie kan dat geven? Hoe is de cognitieve ontwikkeling van dit kind de afgelopen jaren geweest? Haal je eruit wat erin zit? Wat blijkt uit de analyse van het werk of de toetsen? Aan de hand hiervan stel je specifieke onderwijsbehoeften vast. Dit kind heeft
Instructie nodig die …
Opdrachten nodig die …
Feedback nodig die …
Een leerkracht nodig die…
Ouders nodig die…
Een leeromgeving nodig die…
Groepsgenoten nodig die…
de ouders Snap dat je dat zo gaat als het gaat? ik zelf Wat maakt dat je op deze manier aan het werk bent? En als er iets ingewikkeld is: welke ondersteuningsbehoefte heb je dan? Wat zou je helpen om dat stukje beter onder de knie te krijgen. Wat helpt om beter te kunnen begrijpen?
praat met dat kind, praat met de ouders van dat kind, met je duo-collega of je collega van vorig jaar (hoe deed jij dat?)
verwerk de stimulerende/ belemmerende factoren en de OWB in je groepsoverzicht
maak gebruik van overzichten o
NietMethodenToetsVerzamelstaat
o
maak groepsanalyses voor RW, SP, TBL, AVI, DMT
o
maak individuele analyses van CITO-toetsen van kinderen met D/E scores
o
TBL vooraan ordenen op je groepskaart (zie hoofdstuk 10 Analyseren)
pagina 8 van 49
zorggids
2014/15
bespreek je hulpvraag op een zorgvergadering (formulier A6)
laat de RT-er een onderzoek doen, dat kan ze goed!
bespreek je hulpvragen tijdens de groepsbespreking
bespreek je hulpvragen met Kompas tijdens het OndersteuningsTeam (OT, voorheen schoolbezoek) (formulier A4) o
vrijdag 12 december 2014
o
dinsdag 3 maart 2015
o
woensdag 3 juni 2015
pagina 9 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 5: Plannen de groep Wat zet je in je groepsplan? Wat is voor de komende planperiode (ZB) belangrijk voor de hele groep? Zet dat in PNS.
Beschrijf hier zo concreet mogelijk stimulerende
en
factoren
algemene
en
belemmerende Beschrijf
onderwijsbehoeften van je groep. Ook je doelen zo concreet mogelijk, dat geeft richting aan je handelen voor de komende periode.
pagina 10 van 49
zorggids
2014/15
Hier beschreef je de vorderingen van je groep.
Als het ZB is afgelopen, schrijf je hier de evaluatie.
het kind Wat ben je van plan met dit kind? En hoe stem je dat af met het kind? Hoe is de afstemming met het kind? Welke doelen gaat dit kind behalen en in welke tijd? Is het verstandig om een kindplan te maken? Zet je plan in PNS. Dit werkt nét zo als een groepsplan.
de ouders Wat ben je van plan met de ouders van het kind? (Hoe) betrek je ouders erbij? Hoe wil je (beter) met hen samenwerken? Welke tips hebben ze voor je? ik zelf Wat ben je van plan met jezelf, wat staat er in je POP? Wie of wat heb je nodig om te ontwikkelen? pagina 11 van 49
zorggids
2014/15
Wat helpt om beter te kunnen plannen?
je clustert onderwijsbehoeften uit je groepsoverzicht die met elkaar overeenkomen. Zo ontstaan er groepjes met vergelijkbare onderwijsbehoeften en daarvoor maak je een groepsplan
overzicht over leerlijnen en leerstofaanbod van je eigen groep en de groepen voor en na (http://tule.slo.nl/ )
kennis hebben om reële streefdoelen te kunnen vaststellen
pagina 12 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 6: Uitvoeren de groep Je voert je groepsplan uit en stemt je weekplanning (www.weektaak.com) erop af. Je stelt een doel, evalueert en stelt eventueel bij. het kind Voer je plan uit en beschrijf de uitvoering in het kort in PNS. Bij een geclusterd plan, maak je het plan individueel. Als je plan is afgelopen, schrijf je de evaluatie. En remember: een plan zonder uitvoering en evaluatie is als een uitgeblazen ei: het lijkt heel wat, je hebt er niks aan. de ouders Wat is het effect van jullie samenwerking? ik zelf Wat merk je ervan, wat gaat anders dan daarvoor? Wat helpt om beter te kunnen uitvoeren ?
meld het kind aan voor RT (formulier A2)
meld het kind aan voor een verdiepingsgroep (formulier A3)
maak gebruik van onderwijsassistenten
maak gebruik van externe instanties
pagina 13 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 7: De structuur van de zorg
pagina 14 van 49
zorggids
2014/15
pagina 15 van 49
zorggids
2014/15
pagina 16 van 49
zorggids
2014/15
pagina 17 van 49
zorggids
2014/15
groepsplannen Het groepsplan omvat altijd de volgende vijf onderdelen: 1. Doelen: De doelen die je voor je groep hebt geformuleerd noteer je in de eerste kolom van het groepsplan. Voor de leerlingen in de verlengde instructie stel je naast de basisdoelen ook aanvullende doelen op. Denk hierbij aan de doelen vanuit het vorige groepsplan die de leerlingen nog niet beheersen en die binnen het reguliere aanbod van de methode niet meer expliciet aan bod komen. Voor de leerlingen in de plusgroep stel je naast de basisdoelen ook aanvullende doelen, die gericht zijn op verrijking en verdieping. 2. Inhoud: In deze kolom geeft je kernachtig aan wat aan de hele groep, subgroepen en/of individuele leerling wordt aangeboden om de gestelde doelen te bereiken. Er kan kort verwezen worden naar de leerstof uit de methode die de komende periode aan de hele groep wordt aangeboden. Voor de subgroepen of individuele leerlingen wordt, naast het basisaanbod, aangegeven welke aanvullende of alternatieve leerstof wordt aangeboden. Denk hierbij aan extra programma’s, leermiddelen, herhalingsstof, software op de computer et cetera. 3. Aanpak / methodiek: Hieronder beschrijf je, op basis van de onderwijsbehoefte(n) van de leerlingen, hoe de leerstof aangeboden wordt en welke didactische interventies plaatsvinden. De drie subgroepen doorlopen dezelfde leerlijnen, waarin verschil is tussen meer of minder frequente instructie en leertijd, specifieke leerprincipes, activerende werkvormen en de daarop aansluitende verwerking. Het betreffen hier dus maatregelen waarmee jij verwacht aan de onderwijsbehoefte(n) van alle leerlingen te voldoen teneinde de gestelde doelen te realiseren. 4. Organisatie: Hetgeen je in deze kolom noteert wordt praktisch zichtbaar in de dagelijkse groepsorganisatie en veelal verwerkt in een weekplanning. Hierdoor wordt het groepsplan een ‘levend’ document. In deze kolom wordt antwoord gegeven op vragen als: Hoe vaak per week ontvangen de leerlingen in iedere subgroep (extra) instructie en begeleiding? Op welke dagen? Hoeveel tijd wordt daaraan besteed? Maak je gebruik van de instructietafel en hoeveel tijd is er voor (zelfstandige) verwerking? Ook het extra oefenen (toepassen) van een vaardigheid thuis kan hierin worden opgenomen. 5. Monitoring: In deze laatste kolom geef je aan hoe en wanneer wordt geëvalueerd of de gestelde (sub)groepsdoelen zijn gerealiseerd. Denk hierbij aan methode gebonden toetsen, observaties, niet-methode gebonden toetsen, een specifieke schooltoets et cetera. 4 zorgblokken pagina 18 van 49
zorggids
2014/15
Het schooljaar is verdeeld in 4 zorgblokken. Een zorgblok (ZB) bestaat uit 10 weken en heeft een vast patroon: wanneer
wat
wie
week 1 t/m 9
uitvoer van (groeps)plannen
kinderen, leerkracht
week 9
evalueren, reflecteren, bijstellen
leerkracht
invullen formulier A5
onderwijsassistent
bijwerken groepsoverzicht
week 9
groepsbezoek (GBz)
IB-er
week 10
evaluatieweek/ groepsbespreking(GBs)
lkr, RT, IB
week 10
nieuwe roosters RT en OA
RT en OA
ZB1
22 september t/m 5 december 2014
ZB2
8 december t/m 6 februari 2015
ZB3
9 maart t/m 22 mei 2015
ZB4
25 mei t/m 11 september 2015 (de zomervakantie valt in ZB 4)
zorgvergaderingen Er zijn jaarlijks vijf zorgvergaderingen. Op deze vergaderingen zijn alle groepen vertegenwoordigd, met uitzondering van donderdag 19 februari: dan worden alle leerkrachten verwacht. donderdag 18 september dinsdag 18 november ‘14 donderdag 19 februari ‘15
CITO-vergadering: alle leerkrachten aanwezig
dinsdag 24 maart ‘15 donderdag 2 juli ‘15
Het is mogelijk om de hulp van je collega’s in te schakelen d.m.v. intervisie. In dat geval vul je vooraf formulier A6 in.
pagina 19 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 8: Communicatie met ouders
Binnen de HGW cyclus op groepsniveau praten we met alle ouders. Ouders zijn partners met wie de school in dialoog treedt. Samenwerken met ouders betekent meer dan ouders informeren. We praten op school zoveel mogelijk mét ouders en niet over of tegen ze. Richtlijnen hiervoor zijn: 1. Ouders zijn welkom op school: we hebben een gemeenschappelijk belang. 2. Gedrag van een kind kan op school anders zijn dan thuis. 3. Geef aan het begin altijd het doel van het gesprek aan. 4. Start met positieve aspecten en benoem daarna de zorgen. 5. Maak duidelijke afspraken en evalueer deze. 6. Check of het doel van het gesprek is behaald. 7. Leg het gesprek vast in Parnassys (GOL) 8. Wees transparant, neem ouders mee in het traject bij bijzondere stappen
eerste kennismaking Voordat een kind bij ons op school komt, gaat de leerkracht op kennismakingsbezoek. Ouders vullen een digitale oudervragenlijst in. (formulier OVL) spreekavonden Ongeveer 6 weken na de start van het cursusjaar worden alle ouders uitgenodigd voor een gesprek. Ouders beantwoorden onderstaande vragen voor hun kind: a. Wat zijn positieve kanten van uw kind? b. Wat belemmert uw kind in zijn/haar functioneren? c. Hoe schat u uw kind in en komt dat er voldoende uit? d. Wat heeft uw kind nodig op school?
In maart, april en juli zijn spreekavonden gepland waarvoor ouders zich kunnen inschrijven. Alle gesprekken duren 10 minuten. Mocht dit te kort blijken, maak dan een vervolgafspraak. Maak tijdens je gesprek gebruik van PNS en kies daarvoor een vorm die bij je past.
gesprekken zonder IB-er We voeren gesprekken met ouders over de leerlingen die extra begeleiding nodig hebben. Bespreek met de ouders hoe je de communicatie wilt laten verlopen: via een van te voren
pagina 20 van 49
zorggids
2014/15
gemaakte afspraak, na schooltijd op een bepaalde dag, via heen-en weerschriftje, telefonisch of via de mail. Neem de afspraken op in PNS (GOL) gesprekken met IB-er Bij sommige gesprekken heeft de IB-er de leiding. Hierbij gaat het vaak om de bespreking van onderzoeken, voortgangsbesprekingen of groot overleg met externe instanties. Voor deze gesprekken is de volgende procedure vastgesteld: 1. De IB-er nodigt de deelnemers uit. 2. De IB-er maakt de agenda (formulier C1) 3. De leerkracht schrijft het verslag en stuurt het binnen een week naar de IB-er. 4. De IB-er stuurt het verslag naar ouders. 5. De IB-er zet het verslag in Parnassys
extra ondersteuning Als een kind tijdens een ZB extra ondersteuning krijgt, breng je de ouders daarvan op de hoogte (formulier A7).
pagina 21 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 9: Toetsen Een toets staat nooit op zichzelf. Methodegebonden toetsen zijn bedoeld om houvast te bieden bij het afstemmen van onderwijsaanbod op de leerlingen. Cito-toetsen geven daarentegen weer of een leerling zich gedurende de schoolloopbaan op eigen niveau ontwikkelt en dienen voor ons als 'thermometer' voor de cognitieve ontwikkeling van het kind. Daarnaast geven de CITO-trendanalyses (op groepsniveau) weer of onze didactische aanpak een groep op eigen niveau voldoende laat ontwikkelen. Twee maal per jaar maken de leerlingen van onze school een CITO-toets voor verschillende vakken: lezen, spelling, rekenen, begrijpend lezen en studievaardigheden. In een bijlage is een zgn. toetskalender opgenomen. Hierin staat welke toets wanneer afgenomen dient te worden. In de toetskalender staat ook welke datum als invoerdatum gebruikt moet worden. Om vervuiling binnen PNS te voorkomen, moet die datum voor elk kind gelijk zijn. Let daar goed op, als je de toetsen invoert Wanneer een groep in de ontwikkeling grote afwijkingen laat zien ten opzichte van de eerdere ontwikkeling, is het de moeite waard de didactische aanpak van de leerkracht verder te analyseren. Dit kan door goed te kijken naar de ontwikkeling van de niveauwaarde van de groep, de verdeling in A, B, C, D en E-scores en dit te koppelen aan jouw didactische aanpak (veel/weinig aandacht voor meerbegaafden, veel of weinig verlengde instructie, voldoende differentiatie ed.). Wanneer een leerling lager scoort dan gemiddeld of minder groei doormaakt dan verwacht, dien je de resultaten van de leerling verder te analyseren. Dit kan door middel van diagnostische gesprekken, eigen observaties en met analyseformulieren. Denk goed na welke informatie je nodig hebt en welke informatie een analyseformulier je kan leveren. Op basis van enkele opgaven kun je nooit harde uitspraken doen over het wel of niet beheersen van een onderdeel. Gebruik daarom alleen middelen die je een nauwkeurig beeld geven van wat de leerling kan, alleen dan weegt je (tijds)investering op tegen de verkregen informatie. Als school stellen we hoge doelen. Met onze populatie kunnen we de volgende score halen: ABC minimaal 90% (Spelling minimaal 80%), waarvan maximaal 25% C. Op de zorgvergaderingen van februari en juni worden de CITO-resultaten op groepsniveau besproken (dus niet van individuele leerlingen, dat gebeurt in de groepsbespreking). Centraal staat hierbij de vraag: wat maakt dat de opgestelde streefdoelen al dan niet zijn gehaald? Als de toetsuitslagen heel anders zijn dan de gestelde streefdoelen of sterk afwijken van de eerder ontwikkeling van de groep, moet een link gelegd worden naar de didactische aanpak van de leerkracht. En misschien is er verder onderzoek nodig naar de betrokkenheid en het welbevinden van de leerlingen. CITO-besprekingen hebben niets te maken met een afrekencultuur! Ze moeten aanzetten tot een onderzoekende houding: hoe komt het dat … bijv. de groep kinderen met een B-score zó is af- of toegenomen? Wat betekent dat voor mijn didactische aanpak? Voorafgaand aan die bespreking analyseert de leerkracht de resultaten van de leerlingen. Hij of zij beoordeelt of de groep de doelen heeft behaald die aan het begin of halverwege het schooljaar zijn vastgesteld. Voor dit plan wordt een vastgesteld format gebruikt.
pagina 22 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 10: Analyseren Analyseren van groepsresultaten Er zijn verschillende manieren om de resultaten van je groep te bekijken en analyseren. Ik ga ervan uit dat jullie dit weten, kunnen en doen.
pagina 23 van 49
zorggids
2014/15
Een andere manier van kijken naar je groep is de volgende: 1. Kies je eigen groep
2. Klik op je groepskaart
3. Zorg dat onderstaande instellingen precies hetzelfde zijn.
pagina 24 van 49
zorggids
2014/15
4. Klik in de bovenste regel op CITO TBL, (hiermee ordent PNS)
5. Je ziet nu het overzicht van je groep
6. Nu ga je aan de slag! a. Klopt de verdeling van TBL met het beeld wat ik heb of had? b. Wat valt mij verder op bij scores voor andere vakken in relatie tot de score bij TBL? c. En… wat moet ik vervolgens (anders) doen?
Tenslotte is er ook een 3de manier van kijken, dan op kindniveau, de manier die William Meuleman vorig jaar uitlegde: de nietmethodentoets-verzamelstaat. Wat valt je op? Wie valt je op?
pagina 25 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 11: KIJK!
In de groepen 1 en 2 werken we met het observatiesysteem: KIJK. We volgen de ontwikkeling van de kinderen en bieden hun beredeneerd nieuwe lesstof in de zone van naaste ontwikkeling. Elke maand staat een aantal ontwikkelgebieden centraal die die maand bewust geobserveerd worden. (schema bijlage 1) Bij de voorbereiding van elk thema gebruiken wij de tussendoelen van de ontwikkelgebieden van die maand(en) om passend lesaanbod te creëren. (bijlage 2) Deze registreren we in een groepsplan. (bijlage 3). De kleuren in het groepsplan verwijzen naar de kleuren bij de leeftijdsaanduiding in KIJK. Aan het eind van elk thema evalueren we de in het groepsplan gezette activiteiten. 1. Groepsbreed per ontwikkelingsgebied een aantekening in het groepsplan 2. Individueel per leerlijn in KIJK. Optie 1. Papierendagboek optie 2 direct bij observatie in KIJK. In januari en juni worden de leerlijnen geregistreerd. Na afloop van de registratie maken we een analyse (bijlage 4). De analyse is de basis voor ons nieuwe groepsplan en de basis voor de bepaling voor de inzet voor onderwijsassistentie.
pagina 26 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 12: Hoogvliegers Eén van de conclusies van het inspectiebezoek van 24 mei 2011 luidde als volgt:
De normindicatoren zijn:
pagina 27 van 49
zorggids
2014/15
Dat er maar liefst drie normindicatoren onvoldoende waren, bracht de toenmalige directie ertoe om het CPS in te schakelen om dit de komende jaren op orde te krijgen. Dit traject kreeg de naam: “Hoogvliegers”. De doelen van het traject zijn hieronder weergegeven:
En iets bondiger geformuleerd:
pagina 28 van 49
zorggids
2014/15
Wat is er sindsdien gebeurd? Er is een regiegroep gevormd (HB-specialist, directie, IB-er) Er is een ouderklankbordgroep ingesteld. Hoogvliegers is opgenomen in jaarplan 2011/12 2.
Instructie door leerkrachten
Bevindingen Inspectie: Kwaliteitsaspect 5 en 6 ‘Didactisch handelen’ en ‘Afstemming’: als onvoldoende beoordeeld:
De leraren geven duidelijke uitleg van de lesstof;
De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen; De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. Wie Wanneer Bijzonderheden
Wat
Elke leerkracht krijgt een
Beide IB-ers,
In de maanden
klassenbezoek waarin
aangevuld met
maart t/m juni
een instructieles wordt
een collega uit
geobserveerd. In de
dezelfde bouw
nabespreking hiervan
als de leerkracht
worden tips en trucs
die het
gegeven t.b.v. de
klassenbezoek
leerkracht. De
krijgt
bevindingen van de klassenbezoekers
Leerkrachten gaan om de beurt mee, zodat elke leerkracht zowel een keer geobserveerd wordt als zelf een collega observeert. Als een leerkracht meegaat op klassenbezoek, wordt in zijn/haar klas vervanging ingezet
worden gerapporteerd aan de directie Deelname aan pilot over
Regiegroep (IB-
meerbegaafdheid om
ers, teamleider en in februari
het leerstofaanbod aan
HB specialist)
kinderen die verdieping
onder
nodig hebben te
begeleiding van
verbeteren
het CPS.
pagina 29 van 49
3 jaar, startend
Dit is een pilot dit past voor de leerlingpopulatie van het Zwaluwnest en aansluit op de constateringen door de Inspectie. Instellen klankbordgroep van 4 – 5 bij dit onderwerp betrokken ouders. Hiermee wordt maandelijks de voortgang besproken, de input van deze ouders wordt in de zorggids
2014/15
Resultaat
pilot gebruikt (waar mogelijk). De tekortkomingen die de Inspectie heeft geconstateerd zijn opgeheven. Te checken door in juni door een onafhankelijk iemand Er is een adequaat leerstofaanbod voor kinderen die verdieping nodig hebben.
Het CPS heeft verschillende teamtrainingen verzorgd.
pagina 30 van 49
zorggids
2014/15
Leerkrachten hebben een POP geschreven
pagina 31 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 13: Gedrag Kerntaken van de gedragsspecialist op Het Zwaluwnest zijn: 1. Aansturen en borgen van de methodes die worden gebruikt voor het stimuleren van de sociaal emotionele ontwikkeling van leerlingen en de groepsvorming in hun klas. 2. Bevorderen van een goed pedagogisch klimaat. 3. (Individuele) begeleiding van leerkrachten met een hulpvraag bij gedragsproblemen of ordehandhaving in hun groep. Voor het schooljaar, 2014-2015, worden hieraan de volgende doelen en werkzaamheden gekoppeld: Sociaal emotionele ontwikkeling Stimuleren 1. In iedere groep geeft een gecertificeerd kanjertrainer de Kanjertraining. Certificaten zijn up to date. 2. In iedere groep wordt aan het begin van het jaar de methode Grip op de Groep gebruikt voor de groepsvorming. Volgen 1. Er is een keus gemaakt voor een leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling dat na KIJK kan worden ingezet in de groep 3 t/m 8. 2. De sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling wordt gedeeld met de ouders. Pedagogisch Klimaat De werkgroep pedagogisch klimaat*) analyseert het huidige pedagogisch klimaat en maakt een plan van aanpak voor versteviging/ vervanging van de fundamenten hiervan. In 2013-2014 is daarmee een start gemaakt. In dit komend seizoen zal het worden voortgezet en uiteindelijk ligt er een stevig en helder fundament waarin de voorwaarden voor leren en groeien vastliggen. Zij vormen de basis voor het handelen van leerkrachten, kinderen en ouders, in overeenstemming met de visie en identiteit van de school. *) de werkgroep pedagogisch klimaat bestaat uit vier leerkrachten uit drie bouwen, te weten: Elina Messink (onderbouw), Sela Wijma (middenbouw), Kim Gelderblom (bovenbouw) en Anita Zeldenrust als aanjager.
Individuele begeleiding 1. Wanneer de dynamiek in een groep zodanig is dat de leerkracht hulp nodig heeft wordt samen gekeken naar oorzaken en een passende aanpak. 2. Wanneer een leerling in zijn/haar sociaal emotionele ontwikkeling stagneert of als er zich situaties voordoen in gedrag van leerlingen waar de leerkracht zelf niet uitkomt wordt de gedragsspecialist ingeschakeld.
pagina 32 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 14: Taal/lezen Lezen Bij het technisch leesonderwijs verdelen we de leerlingen in 3 instructieniveau’ s. Drijfvermogen: Dit zijn de leerlingen met een achterstand op het gebied van technisch lezen.( D/E score op DMT, laag AVI niveau) Deze leerlingen werken met de methode Lekker Lezen. Bij vermoeden van dyslexie wordt daarnaast extra hulp geboden, d.m.v. Connect Lezen. Basis: Deze leerlingen lezen op het niveau dat past bij de groep waarin ze zitten. Deze kinderen werken met de methode Lekker Lezen. Verdieping : Deze leerlingen hebben een voorsprong op het gebied van technisch lezen. Deze kinderen hebben geen leesinstructie nodig. De leerkracht daagt deze kinderen uit door verwerkingsopdrachten te geven, bijvoorbeeld het maken van een boekverslag of het werken met opdrachten uit Plustaken taal /lezen. Om het leesniveau van de leerlingen te bepalen hanteren we de onderstaand schema: wanneer
wie
toets
november Alleen de kinderen die vallen binnen de AVI (CITO)het niveau dat aansluit bij het groep drijfvermogen in groep 4 t/m 8
niveau van het kind. DMT
januari
Alle leerlingen
AVI (CITO) Start met de toets die aansluit bij het niveau van het kind. Toets door tot het niveau dat maximaal een half jaar hoger ligt dan het niveau van de groep. Voorbeeld: als een leerling in groep 5 AVI M5 beheerst neem dan ook E5 af. Stop daarna met toetsen.
Alle leerlingen maart
DMT(CITO)
Alleen de kinderen die vallen binnen de AVI (CITO)Het niveau dat aansluit bij het groep drijfvermogen in groep 3 t/m 8
niveau van het kind DMT
juni
Alle leerlingen
AVI (CITO) Start met de toets die aansluit bij het niveau van het kind. Toets door tot het niveau dat een maximaal half jaar hoger ligt dan het niveau van de groep.
juni
Alle leerlingen
DMT (CITO)
Er wordt alleen van dit toets schema afgeweken na overleg met de IB-er of Leesspecialist
pagina 33 van 49
zorggids
2014/15
Spelling Voor spelling gebruiken we in de groepen 4 t/m 8 de methode Taaljournaal. Er is echter sprake van een kloof tussen het aanbod van de methode en het verwachte niveau bij de toets CITO spelling. Daarom hebben we de volgende afspraken gemaakt: Bij het schrijven van het groepsplan houden we rekening met de methode Taaljournaal en CITO. De leerkracht
moet
weten
welke
spelling
categorieën
aan
de
orde
moeten
komen.
Naast het werken met de methode nemen we minimaal 3 keer per week een 5 woorden dictee af. Het doel hiervan is het herhalen en toepassen van eerder aangeboden spellingregels. Bij de oefendictees maken de leerlingen gebruik van het stappenplan. Voor spelling hanteren we de volgende toets momenten wanneer
wie
wat
Wanneer de methode dat
Alle leerlingen
methodegebonden toetsen
Leerling met D of E score op de
PI Dictee (orthotheek)
aangeeft november
laatste Cito toets( in overleg met IB) Januari
Alle leerlingen
Cito Spelling
maart
Leerling met D of E score op de
PI Dictee (orthotheek)
laatste Cito toets(in overleg met IB) juni
pagina 34 van 49
Alle leerlingen
Cito Spelling
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 15: Rekenen Rekenen in groep 1 en 2 Er zijn vier lijnen van KIJK die te maken hebben met de rekenontwikkeling van kleuters: inzicht in cijfers en getallen, logisch denken, ruimtelijke oriëntatie, tijdsoriëntatie. Deze lijnen zijn leidend bij het invullen van ons rekenonderwijs in groep 1 en 2. De leerkrachten volgen de leerlingen en bieden onderwijs aan passend bij de zone van naaste ontwikkeling. De leerkrachten registeren op basis van observaties de ontwikkeling van elk kind voor de eerste twee lijnen (inzicht in cijfers en getallen en logisch denken) in KIJK! Voorbereidend rekenen is een belangrijk onderdeel van het lesprogramma. Leerkrachten geven dagelijks aandacht aan het onderdeel tijd, drie keer per week aan cijferbeelden en synchroon tellen, en één keer per week aan meten en classificeren / seriëren / vergelijken. De Cito-toets ‘Rekenen voor kleuters’ wordt één keer afgenomen, in januari van groep 2. Wanneer het nodig is, wordt deze toets ook individueel afgenomen op andere momenten. Rekenen in groep 3 t/m 8 We werken op school met de methode Alles Telt. Het leerjaar is verdeeld in zes blokken van ieder zes weken. Een blok bestaat uit vijf lesweken en één toetsweek. Deze leerdomeinen komen aan bod:
pagina 35 van 49
zorggids
2014/15
Toetsen Er zijn zes bloktoetsen en drie beheersingstoetsen per jaar. De beheersingstoetsen worden na blok 1, 3 en 5 afgenomen. De toetsscores worden in Parnassys ingevoerd. Leerkrachten kunnen ervoor kiezen om de scores van (sommige) leerlingen ook bij Alles Telt in te voeren, om meer zicht te krijgen op het niveau van een leerling. Differentiatie Na een gezamenlijke groepsinstructie kunnen de leerlingen de lesstof op hun eigen niveau verwerken.
Voor de zwakkere rekenaars is er een maatschrift en voor de meer- en hoogbegaafde rekenaars is er een plusschrift. De beslissing om een maatschrift of een plusschrift aan te bieden, wordt samen met de IB’er genomen. In het basismateriaal zijn er ook drie leerroutes: minimum, regulier en plus. De leerlingen maken (zo veel mogelijk) alle opgaven. Als blijkt dat sommige opgaven voor een leerling echt te makkelijk of te moeilijk zijn, of als een leerling het tempo niet aankan, kan een leerkracht besluiten de leerling bepaalde rijtjes over te laten slaan. In de personeelskamer staat een map met meer informatie over het rekenonderwijs bij ons op school. De informatie is ook digitaal te vinden op de L-schijf > werkgroepen > rekenwerkgroep. Alles Telt heeft bruikbare leerkracht-software: zie hieronder:
pagina 36 van 49
zorggids
2014/15
pagina 37 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 16: Parnassys We maken gebruik van het administratieprogramma Parnassys. Dit is een uiterst handig, compleet en webbased leerlingadministratie- en leerlingvolgsysteem. Leerkrachten houden hierin de vorderingen van de kinderen bij en ouders hebben via het ouderportal toegang tot bepaalde onderdelen: de toetsen en de handelingsplannen.
Parnassys heeft een eigen helpdesk die je via “mijn Parnassys” kunt benaderen, hier vind je een heldere uitleg over allerlei verschillende onderwerpen.
Een zeer belangrijk tabblad van PNS: de overzichten !
Je kunt tal van overzichten uitdraaien voor je groep onder het tabblad leerling administratie, in het smoelenboek staan de meest recente pasfoto’s. Kies voor een Excel-bestand als je erin wilt kunnen werken.
pagina 38 van 49
zorggids
2014/15
Achter het tabblad leerlingvolgsysteem zitten allerlei overzichten die je gebruikt voor het analyseren van opbrengsten van je kinderen of van je groep. Op de Lschijf staat een handleiding: Analyse opbrengsten en overzichten. Hier volgt een korte samenvatting.
Handige overzichten zijn de analyses, op leerling- en op groepsniveau. Hieronder een korte uitleg:
pagina 39 van 49
zorggids
2014/15
Je hebt vaak wel een paar ogenblikken geduld nodig…
Leerlinganalyse: kies de leerling en de toetsen die je wilt analyseren, je krijgt dan dit overzicht:
Ontwikkelingsperspectief: kies de leerling en je krijgt dan dit overzicht:
pagina 40 van 49
zorggids
2014/15
Groepsanalyse: kies je groep en de toetsen die je wilt analyseren, je krijgt dan 3 overzichten:
Niet-methodentoetsverzamel-staat kies je groep, de 3 afgelopen jaren en de toetsen die je wilt analyseren, je krijgt het volgende overzicht:
pagina 41 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 17: Kanjertraining-leerlingvolgsysteem Er is onvrede over het gebruik van het sociogram en de PravooGedragsKaart en er is een goede oplossing die feitelijk al jaren ligt te wachten: het kanjertraining leerlingvolgsysteem! Hieronder volgt een uitleg over gebruik van het sociogram
Log in met de gegevens die je hebt ontvangen.
Klik op sociogram en maak een nieuwe afname aan
pagina 42 van 49
zorggids
2014/15
Ieder kind krijgt nu een eigen inlognaam en een ww. en ze vullen ’t sociogram digitaal in op www.test.kanjertraining.nl Tip: print de pagina als PDF uit en geef ieder z’n eigen strookje.
Het invullen kan op een eigen tablet en/of op de leerkrachten-PC.
Hieronder volgt een uitleg over gebruik van het leerlingvragenlijst
Maak een afnamemoment aan, net als bij ’t sociogram krijgen kinderen een eigen inlog en ww en op www.test.kanjertraining.nl vult ieder kind z’n eigen vragenlijst in.
De uitslag kan een goed aanknopingspunt zijn voor een gesprek met het kind.
pagina 43 van 49
zorggids
2014/15
Hieronder volgt een uitleg over gebruik van het docentvragenlijst Voor ieder kind vul je onderstaande items in. (wel even een werkje maar 37 keer beter dan
de PGK. Je krijgt dan onderstaande score, goed om die te vergelijken met wat het kind zelf invult.
pagina 44 van 49
zorggids
2014/15
Hoofdstuk 18: Belangrijk om te weten bewaren van gegevens Er is één plek waar je je groepsgegevens bewaart: in PNS achter het tabblad MAP van je groep. (zet ‘m wel op ‘groep’). Alle benodigde formulieren zijn digitaal beschikbaar op de L-schijf: zorg/formulieren.
groepsoverzicht in Word
Zorg ervoor dat je een actueel groepsoverzicht hebt, en sla het op in PNS (zie boven).
onderwijsassistentie Leerkrachten zijn verantwoordelijk voor de planning/uitvoering van de zorg. Hij/zij kan gebruik maken van de hulp van onderwijsassistenten. Onderwijsassistentie wordt ingezet ten behoeve van kinderen. Nakijken van toetsen (behalve tijdens CITO-toetsweken), deze invoeren in Parnassys en andere administratieve klussen horen niet bij het takenpakket van een onderwijsassistent. Wel schrijven de O.A. hun eigen evaluaties van de hulp die zij zelf hebben geboden. Ook staan O.A. wel voor de groep zodat leerkrachten hulp aan kinderen kunnen geven. toetskalender Per schooljaar zijn 4 toetsperiodes, de toetskalender is als bijlage bijgevoegd.
pagina 45 van 49
zorggids
2014/15
Toetsperiode I TL TL RW SociaalEmotioneel Toetsperiode II TL TL RW SP BL Overig
3 t/m 7 november 2014 AVI LOVS DMT Tempotoets Rekenen Tempotoets Rekenen KIJK Sociogram 19 t/m 30 januari 2015 AVI LOVS DMT LOVS Rekenen voor kleuters LOVS Rekenen en Wiskunde LOVS Taal voor kleuters LOVS Spelling LOVS Begrijpend lezen NSCCT
Eindtoets Overig Toetsperiode III TL RW SociaalEmotioneel Toetsperiode IV TL TL RW OV SP BL
CITO Eindtoets 13 t/m 24 april 2015 AVI Tempotoets Rekenen Tempotoets Rekenen KIJK Sociogram 15 – 26 juni 2015 AVI LOVS DMT LOVS Rekenen voor kleuters LOVS Rekenen en Wiskunde LOVS Studievaardigheden LOVS Taal voor kleuters LOVS Spelling LOVS Begrijpend lezen
Invoerdatum Versie A Kaart 1-3 + en – + – en x:
7 november 2014
Invoerdatum Versie B Kaart 1-2 Kaart 1-3
30 januari 2015
M-toetsen M-toetsen M-toetsen Invoerdatum februari Invoerdatum week van 20 april Invoerdatum Versie B + en – + – en x:
Invoerdatum Versie A Kaart 1-3 E-toetsen
E-toetsen E-toetsen
zwakke lezers 4-8 zwakke lezers Groep 4 Groep 5-8 Groep 1-2 Groep 2-8 Groep 3-8 Groep 3 Groep 4-8 Groep 2 Groep 3-8 Groep 2 Groep 3-8 Groep 4-8 n.v.t. Groep 6 n.v.t. Groep 8
24 april 2015 zwakke lezers 3-8 Groep 3-4 Groep 5-8 Groep 1-2 Groep 2-8
27 juni 2015 Groep 3-8 Groep 3-7 Groep 1-2 Groep 3-7 Groep 7 Groep 1-2 Groep 3-7 Groep 3-4
Denk om: 1. Juiste toetsdatum 2. Individuele toetsen nooit als groepstoets invoeren! NSCCT in groep 6 Als basisschool spannen we ons in onze leerlingen zo goed mogelijk onderwijs aan te bieden; daarbij zoeken we evenwicht tussen wat kinderen kunnen en de prestaties, die we van onze kinderen verwachten.
pagina 46 van 49
zorggids
2014/15
Er ontstaat ook wel eens de gedachte dat kinderen meer of minder presteren dan we verwachten. Daarbij ontstaan vragen als ‘zijn we te (veel)eisend? Loopt deze leerling op zijn tenen?’ of ‘zou dit kind niet beter kunnen presteren, gezien de indruk die wij van hem / haar hebben?’. Ook zijn we door inzicht in de capaciteiten van onze leerlingen beter in staat de resultaten van onze school te vergelijken met de mogelijkheden van onze leerlingen. Om onze mening over de leermogelijkheden van onze leerlingen duidelijker te krijgen wordt op een tweetal momenten in onze school een toets afgenomen. De
afname
wordt
verzorgd
door
daarvoor
speciaal
opgeleide
medewerkers
van
onderwijsadviesbureau Centraal Nederland (www.centraalnederland.nl), en dus niet door de eigen groepsleerkracht; dit om een zo betrouwbaar mogelijk beeld te krijgen. De NSCCT geeft in groepen 6 een snelle algemene weergave van de algemene cognitieve capaciteiten van de leerlingen. Hiermee kunnen leerlingen die onder hun niveau presteren opgespoord worden. De test geeft een betrouwbare indruk van het niet-schoolse cognitieve niveau ten opzichte van de landelijke populatie. Dit kan de leerkracht helpen bij de inschatting van de leermogelijkheden of met andere woorden het leerpotentieel van de leerlingen. Vóór de testafname moet de leerkracht een inschatting maken van de mogelijkheden van de leerlingen op dezelfde schaal als de genormeerde testscore. Door de testscore te vergelijken met de eigen inschatting komt de leerkracht te weten welke leerlingen onder (of boven) hun niveau presteren.
pagina 47 van 49
zorggids
2014/15
Sova-training Barrie Modderman Sociale vaardigheidstraining voor kinderen van 8 tot 12 jaar In 10 bijeenkomsten van 1 uur wordt gewerkt aan verschillende thema’s. Door middel van oefeningen, spelletjes en rollenspelen krijgen de kinderen allemaal de gelegenheid te oefenen met situaties die voor hen lastig zijn. De training is bedoeld voor kinderen die moeite hebben met één of meer van de volgende punten:
zelfvertrouwen voor je eigen mening uit komen ‘nee’ zeggen contacten maken en houden faalangst voor jezelf opkomen omgaan met kritiek, zowel krijgen als geven omgaan met conflicten samenwerken omgaan met en uiten van gevoelens
De inhoud van de bijeenkomsten ziet er als volgt uit: o o o o o o
kennismaking/ rondje hoe gaat het huiswerkbespreking uitleg en bespreking thema oefenen nabespreking uitleg en uitdelen huiswerk
Aan het begin van de training worden de ouders van de kinderen gebeld. Er wordt dan besproken waarom de kinderen mee gaan doen aan de training. Ook wordt verteld hoe de training eruit zal gaan zien. Na iedere bijeenkomst krijgen ouders (en leerkrachten) een mailtje over wat er die bijeenkomst gedaan is en wat het huiswerk voor de volgende keer is.Na afloop van de training krijgen de ouders een kort verslag toegestuurd.Barrie Modderman schoolmaatschappelijk werker HAAL
[email protected] tel: 06 14207756
pagina 48 van 49
zorggids
2014/15
decem
november
oktober
september
Jaarplanning wk ZB
maandag
dinsdag
woensdag donderdag
vrijdag
1 2 3 4 5
1 2 3 1 2
1
2
3
5
8
9
10
15 evaluatieweek
16 evaluatieweek
6 7 8
11 17 evaluatieweek 18 evaluatieweek
12
22 start zorgblok 1 23
24
25 Zorg PV 1
26
29
30
1
2
3
3
6
7
8
9
10
4
13
14
15
16
17
20 herfst
21 herfst
22 herfst
23 herfst
24 herfst
27
28
29
30
31
5
3 10
11 Zorg PV 2
12
13 BV3
14
11 8
17
18
19
20
21
12 9
24
25
26
27
28
13 10 14 1 15 2
1
evaluatieweek
8
start zorgblok 2 11
10
11
16
17
18
20 kerst
21 kerst
22
toetsweek 1
15
januari februari maart april
4
2
toetsweek 1
evaluatieweek
5
3
toetsweek 1
6
evaluatieweek 4
toetsweek 1
7
evaluatieweek
5
PV3
12
toetsdatum
evaluatieweek
19 kerst
23 kerst
16 3 17 4
5
6
7
8
9
12
13
14
15
16
18 5 19 6 20 7
19 toetsweek 2
20 toetsweek 2
21 toetsweek 2
22
toetsweek 2
23 toetsweek 2
26 toetsweek 2
27 toetsweek 2
28 toetsweek 2
29
toetsweek 2
30 toetsdatum
2
3
4
5
Zorgevaluatie
6
21 8 22 9
9
10
11
12
William
13
16
17
18
19
pv zorg CITO
20
23 voorjaar
24 voorjaar
25 voorjaar
26 voorjaar
2
evaluatieweek
3
4
9
start zorgblok 3 10
23 24 25 26
10 1 2 3
27 4
mei
19 evaluatieweek
9 6 10 7
kerst
28 29 30 31 32 33 34 35 36
5 6 7 8 9 10 1 2 3
William
evaluatieweek
evaluatieweek 5
evaluatieweek
Zorgevaluatie
27 voorjaar 6
11
12
13
evaluatieweek
16 G-bezoek
17
18
19
20
23
24 Zorg PV 4
25 LLB
26
27
31
1
2
3
7
8
9
10
13 toetsweek 3
14 toetsweek 3
15 toetsweek 3
16 toetsweek 3
17 toetsweek 3
20 toetsweek 3
21 toetsweek 3
22 toetsweek 3
23 toetsweek 3
24 toetsdatum
27 koningsdag
28
29
30
1
4
5
30 6
de
2 Paasdag
meivakantie
meivakantie
6
LLB
meivakantie
13
7
meivakantie
8
14
Goede Vrijdag
meivakantie
11
12
Hemelvaart
15 vrij
18 evaluatieweek
19
evaluatieweek
20 evaluatieweek 21
evaluatieweek
22 evaluatieweek
25 Pinksteren
26
start zorgblok 4 27 kamp groep 8 28
kamp groep 8
29 kamp groep 8
1
2
3
4
5
8
9
10
11
12
37 4 38 5 39 6
15 toetsweek 4
16
toetsweek 4
17 toetsweek 4
18
toetsweek 4
19 toetsweek 4
22 toetsweek 4
23
toetsweek 4
24 toetsweek 4
25
toetsweek 4
26 toetsdatum
29
30
1
2
3
40 7
6
7
8
9
10 laatste schooldag
juli
juni
4
pagina 49 van 49
zorggids
2014/15