DECEMBER 2008 PERSONEELSBLAD AMSTERDAM WEST BINNEN DE RING STICHTING VOOR OPENBAAR PRIMAIR ONDERWIJS
4
Binnen de Ring
)
De overstap
Over Koningsvrouwen en directeuren Koningsvrouwen op school Op 25 november presenteerden kinderen van de Narcis-Querido basisschool de resultaten van het project ‘de Koningsvrouwen op School’. De afgelopen maand gonsde het op de school van verschillende projecten die te maken hebben met bouwen, wonen en renoveren. Alle klassen deden mee. Het project gaat over de renovatie van de 240 woningen in ‘De Koningsvrouwen van Landlust’ door Woningstichting Eigen Haard. Kinderen uit alle groepen hebben eraan meegedaan. Het thema wonen en renoveren is op verschillende manieren aan bod gekomen. Kinderen hebben gemeten, getekend en architectuurlessen gekregen. Het resultaat is een school vol gedichten, raps, maquettes en plattegronden. Een van de hoogtepunten is een documentaire die jonge journalisten uit groep zeven hebben gefilmd. De kinderen hebben hun eigen huis gefilmd en onder andere met hun ouders interviews afgenomen over hun woonwensen. Het resultaat is verbluffend origineel en professioneel.
Directieleden gaan en komen Op 1 februari wordt Sipke Posma de directeur van De Spaarndammer. Daardoor is een vacature ontstaan op zijn huidige school De Roos. Trudy van den Berg wordt directeur van de Bos en Lommer, waar Rier Hoogstad binnenkort afscheid neemt. Ingrid Schaefers neemt de taken van Trudy over. Els Oijen is op 1 november naar het basisonderwijs in Zuidoost overgestapt.
Daarom is er nog een vacature op de Annie MG Schmidtschool. Ook voor de Zeeheldenbuurt wordt per 1 maart 2009 een nieuwe directeur gezocht (zie advertentie).
in het kort
Straatvoetbal Op zaterdag 8 november speelden twee AWBR-scholen in de finale van het straatvoetbaltoernooi. Op de gladde, scherpe steentjes van de Dam won uiteindelijk -zonder ongelukken- de Rosa Boekdrukker van de Joop Westerweelschool. Het was een sportieve wedstrijd die heel spannend was! Lampionnen en muziek Met Sint Maarten organiseerde Corantijn weer een lampionnenoptocht. Meer dan 180 kinderen liepen mee door de Postjesbuurt en het Rembrandtpark (zie foto). De Fanfare van de Eerste Liefdesnacht begeleidde de optocht en verzorgde daarna een optreden in buurthuis De Tulp.
[Redactie] Mobiliteit. Je hebt er verschillende: vrijwillige, gedwongen en misschien ook wel moedwillige. ‘Mobiele’ kan slaan op belasting, een telefoon maar ook een eenheid. Van Dale verklaart het woord als ‘niet aan één plaats gebonden’ maar eveneens ‘gevechtsklaar’.
Colofon RING 4 awbr
Ondernemend in onderwijs
Brede school Zeeheldenbuurt Amsterdam West Binnen de Ring (AWBR) stichting voor openbaar primair onderwijs is een organisatie die het schoolbestuur vormt van 17 basisscholen in de Amsterdamse stadsdelen De Baarsjes, Bos en Lommer, Oud-West en Westerpark Ons doel is op alle scholen kwalitatief goed en passend onderwijs te geven in een veilige en inspirerende omgeving Ruim 550 onderwijsmedewerkers werken aan deze opdracht voor 4500 leerlingen
zoekt per 1 maart 2009 een
directeur
• visionair • toegankelijk • doelgericht
De school Brede School Zeeheldenbuurt is een kleine, maar sterk groeiende openbare basisschool in het populaire stadsdeel Westerpark. Door de vele nieuwbouw- en renovatieprojecten in de buurt zal het leerlingaantal naar verwachting de komende jaren verder toenemen. De school heeft als motto: De Brede School Zeeheldenbuurt opent vele vensters en vormt leerlingen tot wereldburgers; ‘leren voor het echte leven!’ De school biedt als Brede School naast goed onderwijs allerlei welzijnsvoorzieningen en dagarrangementen, waartoe nauw wordt samengewerkt met andere instellingen. In het vernieuwde schoolgebouw, dat in maart 2009 opgeleverd wordt, zal het aanbod zich nog verder uitbreiden. De directeur die wij zoeken • heeft aantoonbaar leidinggevende kwaliteiten en ervaring in het onderwijs • heeft affiniteit met het concept brede school en kan dit zowel zakelijk als creatief verder ontwikkelen • is zowel ondernemend en daadkrachtig als flexibel, open en een teambuilder • is gedreven en vernieuwend zonder het eigen karakter van de school uit het oog te verliezen • heeft zorg en aandacht voor kinderen, ouders en team en weet om te gaan met een veranderende leerling-populatie • weet door de combinatie van deskundigheid en een eigen visie op onderwijs de school verder te profileren • heeft een afgeronde schoolleideropleiding of is bereid deze te volgen • is voorstander van openbaar onderwijs Wij bieden • een jong, enthousiast en gedreven team • een Brede School in ontwikkeling met een eigen Brede School coördinator • mogelijkheden voor professionele ontwikkeling • een groep enthousiaste en deskundige collega-directeuren • een aanstelling van 0,6-1,0 fte • schaal DB (maximaal €4.625, inclusief toelage conform CAO), met doorgroeimogelijkheden Nadere informatie over de functie, de school en AWBR kunt u verkrijgen bij mevrouw M. Hamming, waarnemend directeur (020-3445060), en/of de heer R. Peeters, algemeen directeur van AWBR (020-5150440). U kunt uw sollicitatie tot en met 20 december 2008 sturen naar
[email protected] onder vermelding van ‘sollicitatie directeur Brede School Zeeheldenbuurt’. De eerste gesprekken zijn gepland op dinsdag 13 januari in de avonduren. De sollicitatiecode CAO-PO is van toepassing. Zie ook www.bredeschoolzeeheldenbuurt.nl en www.awbr.nl. Acquisitie wordt niet op prijs gesteld
Redactie: René Peeters Ineke ten Hertog Monique Oostvogel Tekstbewerking: Theo Sluik Eindredactie en opmaak: Kees van Veen Postadres: Stafbureau AWBR, Baarsjesweg 224 1058 AA Amsterdam E-mail:
[email protected] Telefoon: 06-22789696
Hoe werkt dan de onderstaande nummering? Het grote nummer is het blad (dat telt door), het kleine de pagina.
4
2
Als een woordenboek er al niet uitkomt, hoe zit het dan met leerkrachten? We leggen dat deze keer voor aan Bert Mellink, adjunct-direkteur van de Westerparkschool. Bert: “Over mobiliteit denkt iedereen anders en dat moet je zo laten. Ik vind het zelf wel een goeie zaak. Ik ben begonnen als leerkracht op de Leonardo da Vinci, verhuisde daarna naar de Waterkant, werd toen adjunct
op de Winkler en werd -nadat die school werd opgeheven – adjunct op de Westerpark.” Gedwongen doet pijn Die laatste overstap was dus eigenlijk gedwongen. “Ja. En pijnlijk: het sluiten van de Winkler overviel ons toch. De school begeleidde kinderen, die er, vaak na flinke omzwervingen, eindelijk hun veiligheid hadden gevonden. Je ziet het natuurlijk aankomen: het leerlingenaantal liep terug. Oud West heeft in een laat stadium onderzoek laten doen, maar daaruit kwam geen positief advies. Toen er sprake was van opheffen zijn de ouders gaan protesteren en zijn er absoluut reddingspogingen ondernomen. Omdat in dezelfde periode de overdracht
van de school naar AWBR moest plaatsvinden, werd de tijdsdruk te groot en besloot men tot sluiting en overplaatsing.” Het plan van Oud West om een expertisecentrum te vormen bleek uiteindelijk niet levensvatbaar. “Zo’n opheffing betekent toch een schok. Ik heb het als een soort rouwproces gezien. Als adjunct voel je je toch medeverantwoordelijk voor de kinderen, ouders en mensen die op je school werken en het is zo pijnlijk als het dan alsnog zo abrupt eindigt.” De overstap Bert is op zoek gegaan naar een nieuwe baan. Samen met het bestuur is er een passende plek voor Bert gevonden op de
Westerpark. Opnieuw een functie als adjunct. “Mijn wens was om directiewerk te gaan doen op een gemengde school. Ik heb het hier naar mijn zin en de Winklerperiode ligt al weer ver achter mij. Ik denk wel heel positief terug over de ervaring die ik daar heb opgedaan. Er waren behoorlijke problemen die moesten worden opgelost. Bovendien was er veel onrust vanwege ondermeer een paar verhuizingen en schoolgebouwen waar van alles aan ontbrak. Kortom: Een pittige periode waarin ik veel heb geleerd.” “Dit team is geweldig. Wel is de werkdruk soms groot. Ze werken hier heel hard om goed onderwijs te geven. Je merkt het zelf: het is nu na vijf uur op vrijdag-
middag en ze zijn nog bezig omdat er van alles af moet. Het is een gezonde en stabiele school. Bovendien hebben we hier twee mooie schoolgebouwen. Het leuke van veranderen is dat je merkt dat op een nieuwe school dingen anders geregeld zijn. Voor jou is mobiliteit dus een uitkomst? “Zeker. Ik ben iemand die doelgericht dingen voor elkaar wil krijgen. Ik wil niet blijven stilstaan. Ik heb regelmatig gezien dat mensen zich langzamerhand ingraven of nauwelijks durven toe te geven dat ze niet meer gelukkig zijn op hun plek. Dan vind ik dat de leiding voorzichtig een duwtje mag geven. En natuurlijk heeft een bestuur er ook wat over te zeggen, je hebt
tenslotte een bestuursaanstelling. Nu we 17 scholen hebben bij AWBR zijn er veel meer mogelijkheden om over te stappen. Het is het beste voor een school als een team in evenwicht is. En kwaliteiten kun je tenslotte ook inzetten op een andere school. Maar, ik vind dat lang op eenzelfde plek zitten óók heel waardevol voor een school kan zijn. Er zijn op deze school mensen die hier al meer dan twintig jaar zitten en ik hoop maar dat ze zullen blijven; ze hebben zoveel kennis en ervaring. Het is gewoon het beste als mensen er zelf mee komen.”
IK ben de liefste, heeft mama net gezegd. En met op elke wang een kusje ben ik in bed gelegd. Toen ging ze naar mijn zusje, tegen wie ze PRECIES hetzelfde zei. Maar mama, hoe kan dat nou? Volgens mij ben IK de liefste, Het versjesprentenboek ‘Klapzoen’ is een unieke uitgave mede door de zorgvuldige wijze waarop uitgeverij Zwijsen het boek heeft uitgegeven. Erik van Os en Elle van Lieshout schreven de versjes vanuit een jongetje uit groep 3 dat absoluut niet van zoenen en andere lieve attenties houdt. Hij dreigt zelfs te ontploffen als iemand hem nog eens zoent. Op zijn beurt echter probeert hij de aandacht van anderen te trekken op een lieve of stoute manier. De versjes zijn speels en verrassend. De paginagrote illustraties van Nicolle van den Hurk in een perfect evenwicht met de tekst. De collagetechniek past uitstekend bij het karakter van het jongetje.
Onzichtbare ouders, de buurt van Mohammed B. Margalith Kleijwegt Uitgeverij Plataan ISBN: 90-5807-231-2
“Er komt nooit een Nederlander bij ons thuis” zegt het zusje van een van de leerlingen van de vmbo-klas uit Amsterdam-West waarmee Margalith Kleijwegt in gesprek ging. Ze wilde weten wie de ouders zijn, hoe ze leven, wat ze van hun kinderen verwachten. Niet slechts voor leerkrachten in het vmbo interessant...
Brug van school naar ouders en andersom
BOEK ZOEKT LEZER
Klapzoen Erik van Os en Elle van Lieshout Uitgeverij Zwijsen ISBN: 978.90.468.0250.2
[Redactie] Perihan Ucar heeft vier dagen per week een derde groep, maar is ook oudercontactpersoon. Stadsdeel Oud West heeft drie jaar geleden op alle scholen mensen aangesteld om een brug te slaan tussen ouders en school. Perihan is nog druk in de weer met de ouders. Vandaag waren het er twintig. Koffie, thee, koek, informatie. Elke donderdagochtend, in de ouderkamer van de Kinkerbuurtschool.
Doorzetter Perihan is iemand met doorzettingsvermogen. Na de MAVO volgde ze de opleiding SWP3. Omdat ze didactiek boeiend vond, ging ze door naar niveau vier en startte als onderwijsassistent in de onderbouw van de Kinkerhoek.
Dromen, durven, doen Auteur: Ben Tiggelaar Uigeverij Spectrum Waarom houden we de meeste veranderingen niet vol? Wat bepaalt 95% van ons gedrag zonder dat wij het merken? Hoe ontwikkelen wij met succes nieuwe, effectieve gewoontes? Iedereen heeft dromen op het gebied van werk, relatie, gezondheid, persoonlijke ontwikkeling. Maar wat is er nodig om de stap van dromen naar durven en –uiteindelijk– doen, te zetten? Wat zijn de geheimen van échte, blijvende verandering? De schrijver geeft heldere antwoorden, gebaseerd op actuele psychologische inzichten, praktische ervaring én persoonlijke verhalen van mensen die -met vallen en opstaan- hebben geleerd om leiding te geven aan zichzelf. Ben Tiggelaar is onderzoeker, trainer en publicist. Vele tienduizenden lezers van zijn boeken en bezoekers van zijn workshop brachten de afgelopen jaren met succes zijn ideeën in de praktijk.
Heb je tips voor deze rubriek? Stuur een mailtje naar de redactie!
“Er is altijd veel te bespreken: wat de school doet, wijknieuws, van alles wat,” vertelt Perihan. “Vandaag heb ik verteld over gastouders. Het gaat niet alleen om informatie doorgeven, ouders krijgen ook hulp bij het invullen van papieren of praten samen of met mij over het leven in Nederland of de opvoeding van hun kinderen.”
4
4
Perihan: “Ik kreeg veel vertrouwen van mijn collega’s en van de leiding en dat maakt het werk erg leuk. Zo nu en dan stond ik wel eens alleen voor de groep en merkte ik dat ik dat nog veel leuker vond. Dát wilde ik ook. Mijn collega’s reageerden zo positief: ‘Waarom zou je dat niét doen?’ vroegen ze. Ze vonden dat ik dat wel in me had.” PABO Perihan kon door haar vooropleiding beginnen in het tweede jaar van de PABO. Naast haar werk en een gezin met twee kinderen volgde ze twee jaar elke dinsdag theorielessen. De
PABO verwachtte van haar dat ze 21 competenties beschreef, een portfolio samenstelde en een website bouwde waarop ze zich presenteerde en haar stageverslagen publiceerde. De moeilijkste competentie was voor haar het ‘professioneel handelen’: “Dat kost veel tijd en de bewijsstukken moest je op het hoogste niveau behalen. Maar het lukte allemaal wel: de assessor die me begeleidde wilde altijd nog even langs de directie om door te geven hoe goed het ging. Dat vond ik wel mooi, ja.” “Je moet ook presentaties geven aan je medestudenten. Ik vond dat aanvankelijk doodeng; het is maar tien minuten, maar toch. Ik heb die eerste presentatie toen gedaan over een gecombineerd sinterklaas/suikerfeest dat ik samen met mijn collega’s georganiseerd had. Die twee feesten vielen dat jaar op dezelfde dag. Sint kwam op de motor naar school en had kinderen uit Turkije meegenomen. Er waren veelkleurige Turkse pieten. Dat ligt me meer dan alleen van die zwarte. Het suikerfeest organiseer ik nu nog steeds. Alle kinderen maken hennatattoos, dansen, zingen, bakken pizza’s. Het is een superdag.”
AWBRpersoneel Financiële arbeidsvoorwaarden 2009 Op 11 november 2008 hebben de werkgevers- en werknemersverenigingen een onderhandelaarsakkoord bereikt betreffende de CAO PO 2009. De CAO en de afspraken staan vooral in het teken van de afspraken in het Convenant Leerkracht van Nederland. De looptijd van de CAO is 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009. Kortere salarislijnen en schaaluitloopbedrag Vanaf 1 januari 2009 wordt een aanzet gemaakt om de salarislijnen in 3 jaar te verkorten van 18 naar 15 jaar. De duur van de salarislijnen zal per jaar met 1 jaar worden teruggebracht. Per 1 januari van de respectievelijke jaren 2009, 2010 en 2011 wordt personeel via een conversie ingepast. De conversie houdt in dat de leraar in de nieuwe salarislijn wordt ingepast op hetzelfde salarisnummer waar hij op 31 december van het voorafgaande jaar werd bezoldigd. Leraren met het hoogste salarisnummer worden ingepast op een nieuw hoogste salarisnummer dat 1 nummer lager ligt. Gelijk met de verkorting van de salarislijnen wordt het schaaluitloopbedrag geïntroduceerd. Dit bedrag is € 61,- per maand bij een normbetrekking en is bestemd voor de leraar die volgens het hoogste salarisnummer wordt bezoldigd van schaal LA in het BO of van schaal LB in S(B)O. Dit bedrag wordt toegekend zodra de leraar volgens
het hoogste salarisnummer wordt bezoldigd. Voor degenen die al op het hoogste niveau van de genoemde schalen worden uitbetaald vindt de beoordeling plaats voor 1 januari van het betreffende jaar waarin de conversie plaatsvindt. Voor wat betreft dit laatste punt is bij AWBR ten aanzien van 1 januari 2009 afgesproken dat een ieder het schaaluitloopbedrag krijgt toegekend, tenzij met betrokkene een beoordelingstraject inzake onvoldoende functioneren loopt. In de komende jaren zal de beoordeling worden opgenomen in de gesprekkencyclus. Toelage directeuren en positie adjunct-directeuren Verder worden op basis van het convenant vanaf 1 januari 2009 middelen beschikbaar gesteld om directeuren die benoemd zijn volgens DA t/m DC, een maandelijkse toelage toe te kennen van € 275,- bij een normbetrekking. Details hierover zijn in de CAO te vinden. Daarnaast is afgesproken om vanaf 1 augustus 2010 een budget aan scholen beschikbaar te stellen om de salarispositie van de adjunct-directeuren in schaal AA te verbeteren. Vooruitlopend daarop heeft AWBR besloten al haar adjunct-directeuren in AA met ingang van 1 januari 2009 in AB te belonen. Functiemix Het is de bedoeling dat per augustus 2014 de functiemix uit het convenant
wordt ingevoerd. In 2014 wordt in het basisonderwijs een functiemix bereikt van 58% in salarisschaal LA, 40% in salarisschaal LB en 2% in salarisschaal LC. Meer informatie over het convenant is te vinden op www.leerkrachtvannederland.nl
Uitvergroot
Welkom bij AWBR Dhr. D.V. Baars Corantijn Mw. L.R. Doeswijk De Meidoorn Mw. M. Blok-Kleemans De Meidoorn Mw. J.P. Schut De Meidoorn
ABP Recent heeft de afdeling personeelszaken bezoek gehad van ‘onze‘ adviseur Frank Klaassen. Hij kan ingeschakeld worden in het geval van specifieke vragen of als u bijvoorbeeld de indruk heeft dat ABPzaken niet soepel verlopen. De ervaring heeft inmiddels geleerd dat de heer Klaassen hierin een nuttige rol kan spelen. Voor de contactgegevens van de heer Klaassen kunt u contact opnemen met de afdeling personeelszaken.
Dhr. A. el Yazidi conciërge Westerparkschool Mw. U.M. Hollander Narcis Querido Mv. L.M. Tostrams, administratief medewerkster stafbureau
[Redactie] In ‘Uitvergroot’ leggen we wisselende vragen voor aan iemand die werkt bij AWBR. Deze keer Maartje van Rossem. Zij is gymleerkracht op de Joop Westerweelschool. Wat is nou een mooi voorbeeld van sportiviteit? Sportiviteit blijft altijd moeilijk zowel voor volwassenen als voor kinderen. Mooi vond ik om te zien bij het straatvoetbaltoernooi dat de jongens elkaar overeind hielpen als het er even te hard aan toe was gegaan, en het handen schudden na een gewonnen of verloren wedstrijd. Welke onbekende sport zou je willen invoeren? Invoeren is een beetje lastig, maar ik zou graag een keer met de kinderen willen duiken. De onderwaterwereld is zo mooi en dat zou ik ze graag willen laten ervaren. Een introductieles in een zwembad zou ook al helemaal top zijn.
Ten slotte AWBR is lid van werkgeversvereniging VOS/ABB, naast het feit dat deze organisatie ons adviseert op het gebied van werkgeverszaken bestaat ook voor medewerkers van AWBR als gevolg van dit lidmaatschap de mogelijkheid om verzekeringen op divers gebied af te sluiten tegen voordelig(er) tarieven. Voor meer informatie: www.vosabbverzekeringen.nl.
4
6
Waar botste je -toen je begonal snel tegenop? Ik ben nog maar net begonnen dus ik bots heel vaak nog tegen dingen op. In de gymles merk je, zeker als je net nieuw bent, dat de oude gymleraar nog altijd in de school rondzweeft. Je begint met een spel en al snel hoor je: Ja maar met meester Nick deden we het zo, of met juf Glenda waren dit de regels. Gelukkig kunnen kinderen zich ook weer snel aanpassen en raken ze snel gewend met de nieuwe regels. Wat stoort je in het onderwijs? Er stoort me niet zo zeer iets in het onderwijs. Wel stoort het
me dat mensen van buiten het onderwijs zo’n verkeerd beeld kunnen hebben. Lesgeven wordt gezien als een luizenleventje, want je bent zo vroeg vrij en in mijn geval; je laat de kinderen lekker toch gewoon een beetje voetballen! Als ik op school kijk, zie ik heel veel juffen en meesters die het zo druk hebben, dat ze zelfs in hun vrije uurtjes en in de weekenden nog met schoolzaken bezig zijn! En waar andere mensen thuis gewoon lekker het werk kunnen vergeten, zijn wij ook veel bezig met voorbereiden van de volgende lessen. Dus het onderwijs een luizenleventje? Zeker niet! Welke les heb je ooit van een kind geleerd? Toen ik net begon had ik een les met touwzwaaien. Ik was net klaar met de touwen uithangen en wilde de uiteinden van de touwen die ik niet nodig had in de baskets gooien. Ik was echt heel onhandig bezig en het wilde maar niet lukken toen een jongetje van groep 3 tegen me zei: Maar juf dan haalt u toch gewoon de baskets naar beneden!! Hij had natuurlijk helemaal gelijk, dat ik dat niet zelf had kunnen bedenken! Wat zit er in je lunchtrommel? Eigenlijk altijd vier boterhammetjes, heel saai! De laatste tijd zie ik steeds meer juffen op school ‘s middags lekker warm eten en ik denk dat ik dat idee maar eens over ga nemen. Het ruikt dan altijd zo lekker! In welk restaurant kom je graag terug? Mijn favoriete restaurant is Fachada vlakbij het Olympisch
Stadion. Daar kun je echt de lekkerste tapas eten en het is ook zo’n gezellig tentje! Wat heb je onlangs voor het eerst gedaan? In de herfstvakantie ben ik op vakantie geweest naar Egypte, dat was ook voor het eerst, maar daar ben ik in zo’n bungeeball geweest! Dat is zo’n ding dat je als katapult de lucht in schiet, echt heel hoog en dan val je natuurlijk ook nog tien keer naar beneden. Ik heb echt gegild als een speenvarken, maar het was toch wel erg leuk!! Wat wil je veranderen in jouw leven? Momenteel wil ik niet zoveel anders doen in mijn leven. Ik heb een leuke baan, ben veel bezig met sporten (korfbal) en doe zo veel mogelijk leuke dingen met familie en vrienden. Ik zou nog wel meer willen reizen en misschien nog een studie doen. Wat doe je over dertig jaar? Dan geef ik een paar dagen les in de week en daarnaast heb ik ook nog een ander leuk beroep, iets creatiefs misschien als fotograferen of schrijven. Hopelijk heb ik dan ergens een mooi huisje, met een leuk gezin en heb ik al heel veel mooie reizen gemaakt. Wie zou je volgende keer in deze rubriek willen zien en waarom? De coach van het voetbalteam van de Rosa Boekdrukker. Zij hebben tenslotte met straatvoetbal (foto’s links) de eerste prijs voor onze neus weggekaapt!
SCHOOL IN BEELD
[Redactie] De Tijl Uilenspiegel ligt achter de Bos en Lommerweg. Het is nog even wachten tot Joke Bos en Piet Wiersma, de adjunct- en directeur mij te woord kunnen staan. Ik val in een gesprek over het langer vasthouden van een achtste groeper. “Laten we dat nou niet doen,” dringt Joke aan. Dan moeten we haar straks uithuwelijken, een bruidsboeket betalen, dat lijkt me niks.” Daarmee is de toon gezet. De Tijl Uilenspiegel is een Amsterdamse school, met een Amsterdams team. Groot De school zetelt in een laag gebouw dat overschaduwd wordt door een hoog noodgebouw ernaast. Het ziet er (ook Amsterdams) heel permanent uit. De school is groot, er werken 45 leerkrachten. Nee, er is geen foto van de personeelskamer, want die is er niet. Daar zitten we in - het is de kamer van de directie. Er wordt vergaderd in de hal.
TIJL UILENSPIEGEL ‘Frank, Kristel, Lydia en Rike zijn er vandaag niet’ staat er op het beeldscherm in de hal. Het televisiescherm wordt door Piet aangestuurd vanuit zijn kamer. ‘Vanavond is er fitness voor de groepen 6, 7 en 8 in de gymzaal ‘en het team heeft binnenkort een ‘bijeenkomst MWIDW’. Collega’s “Het is een gemoedelijke school met fijne collega’s en pittige kinderen”, zegt Marian Bakker, één van de leerkrachten die al geruime tijd aan de school verbonden is. “En een stokoud team,” vult Piet met een grijns aan. “Alles is blijven hangen,” verklaart Joke, “Ik ben hier zelf begonnen in 1973. Ondanks alles is hier geen mobiele behoefte. Het is een pittige schoolbevolking, maar daar gaat het team voor. Je komt er si-
tuaties tegen waarvan je niet eens weet dat ze bestaan. Je moet hier écht hart hebben voor de kinderen en behoorlijk flexibel zijn.” Groot maar te klein De school is niet alleen groot: het gebouw is te klein. Dat is lastig met vergaderen en moeilijk met schoonmaken. De inmiddels afgetreden minister Vogelaar stelde wel geld beschikbaar om de graffity in de buurt van de muren te halen, maar had volgens Piet beter een gerenoveerd gebouw kunnen schenken. Ze hopen dat de buurt en dus de school langzamerhand gemengder zal worden. Door ondermeer te flyeren in de nieuwbouw probeert het team ‘nieuwe klanten te trekken’. Popje Een doorgewinterd team dat hard
4
8
werkt. Een leerstofgerichte school met goede resultaten. Een team dat graag praktisch aan de gang blijft. Geen tijd voor zelfreflexie of vernieuwing? “Jawel hoor,” antwoordt Piet, “maar dat is niet het enig zaligmakende. We zijn begonnen met het didactisch handelen te bekijken en ik leg daar klassenbezoeken voor af. En we hebben een start gemaakt met het opzetten van persoonlijke ontwikkelingsplannen. Dat staat nog in de kinderschoenen, het zijn - laten we zeggen - geen ‘poppen’, maar ‘popjes’. Organisatie Met de veranderende organisatie verandert de rol van de directeur. Piet: “Die drijft richting het bestuur. Dat is lastig, maar ik heb brede schouders: er kan veel op en ook veel af. Je probeert te middelen.” Joke: “Maar de organisatie is wel professioneler geworden, en dat moest ook. We hebben nu een veel beter beeld van de kinderen dan vroeger.”
De Tijl Uilenspiegel is gestart met een speciale klas voor taalzwakke kinderen op het niveau van groep 5. “Deze kinderen zien vaak alles alleen letterlijk in plaats van figuurlijk. Dus geven we deze kinderen een ‘taalbad’. Ze doen het reguliere programma, maar we bezuinigen door bijvoorbeeld maar één manier van bewerken uit een methode aan te bieden. We boeken tijdwinst door begrijpend lezen of woordenschatproblemen te scheiden van verwerkingsopdrachten van rekenen. Je laat dus dingen weg en dat is nog niet gemakkelijk. We vonden maar één school -in Heerlen- die datzelfde probeert, het is dus nog zoeken. De klas wordt begeleid door twee leerkrachten: een taalcoördinator en een heel cognitief gerichte leerkracht. Juist die combinatie moet iets bijzonders opleveren,” aldus Piet.
Voorschool en schakelklas Zestig peuters volgen de methode Piramide in de voorschool. Er zijn vier peutergroepen van Impuls en zes kleutergroepen. De samenwerking verloopt prima.
Gezellig De school ziet er heel geordend, verzorgd en gezellig uit. Overal hangen tekeningen en presentaties van kinderen. Geen gevouwen hoekjes of scheef hangende
vellen papier. De creatieve kant komt hier goed uit de verf. Door het jaar heen zijn er ook grote projecten zoals een muziekproject dat samen met de muziekschool georganiseerd wordt, een voorjaarstentoonstelling en een terugkerend schoolfeest. Humor “Hier kun je wat voor kinderen betekenen,” meent Piet. “De communicatie met ouders gaat soms met handen en voeten; we hebben niet voor niets 67 ouders op de taalcursus. Je hebt veel sociaal werk naast het onderwijs, maar daar leer je mee om te gaan. Ouders hebben respect voor de leerkrachten en dat is elders nog wel eens anders. De ouders worden wel steeds kritischer, maar dat juichen we toe. Het is een levende school in een echte volksbuurt. Dat is soms hectisch, maar altijd dankbaar.” “Met humor kun je vaak meer bereiken dan met hardheid,” besluit Joke.
“Het werd een interessante periode, vooral omdat ik me kon bezighouden met het opzetten van een speelleerklas. De speelleerklas was begin jaren ‘70 een politiek item, de scholen kregen 1500 gulden voor de inrichting ervan. Wij zijn samen met de kleuterschool, De Narcis, hier zeer actief aan begonnen. Dat mondde uit in een samenwerkingsexperiment dat ertoe moest leiden dat de kleuteren lagere school in een basisschool konden samengaan. Er waren twaalf van zulke experimenten in het land en ik werd voorzitter van de LCGS, de landelijke club die zich daarmee bezighield.
Dag R ier [Redactie] Het is een merkwaardige carrière. In de juiste volgorde: leerkracht, hoofd met klas, directeur, gemeentelijk inspecteur, hoofd onderwijs en tenslotte weer directeur. Een gezaghebbend organisator met een klein hartje. Op 1 januari 2009 neemt hij afscheid van de Narcis Querido, de Bos en Lommer en het onderwijs.
Van binnen en van buiten Je ziet het misschien niet aan hem af, maar Rier Hoogstad is een geboren en getogen Amsterdammer. Een beetje ‘voeren’ vindt hij leuk. Toen bleek dat een goede vriend zijn geld op de IJslandbank had staan bijvoorbeeld. Dan kan hij het niet laten om te vragen of dat nou wel verstandig was. Rier is ook inspecteur geweest en inspecteurs waren toch ‘heren van stand’ waar de gemiddelde leerkracht ’s nachts uren wakker van kon liggen.
Rier blijkt iemand die graag controle houdt op wat hem voor ogen staat en heeft er duidelijk plezier in om dat te organiseren. Hij kent het onderwijs van binnen en van buiten, en die twee kanten lopen als een rode draad door zijn carrière. “Ik ben maar kort leerkracht geweest,” vertelt hij. “Ik startte op de Louis Bouwmeester. Al na twee jaar kwam rijksinspecteur Jonker de klas in en vroeg me of ik hoofd van een school wilde worden. Ik studeerde Neder-
lands in die tijd en kon het extra geld best gebruiken. Ik kon kiezen en omdat mijn vader marktkoopman was op de ‘Ten Kate’, werd het de Herman Gorterschool, die was in die buurt. Naar binnen “De Herman Gorter is in 1971 gefuseerd met de Israël Querido en groeide toen naar bijna 700 leerlingen. Ik weet nog goed dat de heftigste problemen ontstonden over waar de kinderen naar binnen gingen. Mevrouw Hendriks, een van de ouders, nam het voortouw in de discussies, want ze wilde haar zoon perse naar binnen zien gaan, omdat ze hem anders niet vertrouwde.”
4
11
Inspecteur Hoogstad “In 1984 ben ik gevraagd om inspecteur in de Bijlmer en de Pijp te worden. Het onderwijs was roerig in die tijd: conservatieve hoofden stonden tegenover onderwijsvernieuwers. Het onderwijsbestuur in de stad was al jarenlang een chaos: het personeelsbeleid, roosterzaken, bouwplannen, er klopte niets van. Er was ook veel kritiek op de ouderwetse inspectie en ik deelde die. Toen er door de Amsterdamse schoolleiders geprotesteerd werd tegen het gebrek aan beleid en er voor ‘honderd gulden de man’ een advertentie in de krant gezet werd, heb ik daar ook bewust mijn naam onder laten zetten. Drie jaar nadat ik inspecteur was geworden, werd de gemeentelijke inspectie opgeheven.”
“Het onderwijs werd gedecentraliseerd. Ook die grote operatie werd op een onbeholpen manier uitgevoerd. Ik zou oorspronkelijk inspecteur in de Bijlmer blijven, maar dat vond men te duur en ik werd hoofd onderwijs met inspectietaken en -bevoegdheden. Opeens had ik de verantwoording voor 2000 man personeel van basis-, speciaal en voortgezet onderwijs. We draaiden met veel te weinig medewerkers en ondanks de 60 miljoen begroting, te weinig geld om veel te kunnen.” “Het werd pionieren met de eerste computers, het voortgezet onderwijs dat zelfstandig wilde worden en machtige actiegroepen. In 1990 werden er nog drie scholen voor speciaal onderwijs aan het bestuur toegevoegd en gelijk moest er bezuinigd worden. Je werkte de klok rond. Zondagsavonds keek je even naar Studio Sport en dan lag er voor daarna een stapel papier klaar om nog door te nemen. Het was slopend. Ik kreeg in die periode steeds meer last van de invloed van de politiek op de scholen. Telkens werd er weer wat nieuws over de scholen uitgestort. Nota’s en projecten volgden elkaar op. De beleidsmedewerkers moesten zich ook waar maken, dus kwam het project ‘Ceders in de Tuin’. De ceders gingen weer en andere projecten volgden. Zo ging het door. Als hoofd onderwijs zat je tussen de politiek en de scholen in, een soort sandwich positie.” “In ‘94 overleed mijn schoonvader en dat kon ik er niet meer bij hebben en ik haakte een tijdje af. In die periode speelde de verzelfstandiging van het openbaar onderwijs in de Bijlmer. Ik wilde graag mee, maar de bezetting van het bureau zou maar uit vier mensen bestaan.
Die film had ik al eerder gezien en heb toen gezegd dat ik weer terug wilde naar een school en dat werd De Tamboerijn. Ik heb daar geen spijt van gekregen. Het team reageerde heel positief. Ik ben door mijn achtergrond wel een aparte schoolleider gebleven, regelde niet veel op de werkvloer, maar hield me meer bezig met organisatorische zaken. Ik heb het gevoel dat ik daar goed werk heb kunnen doen.” Terug naar West “Inmiddels zat de Querido in problemen. De school De Binnenplaats moest op volkomen verkeerde gronden fuseren met de Narcis Querido. Een geforceerde politieke keus, die tot enorme organisatorische en inhoudelijke problemen leidde. Ik ben om een helpende hand te bieden in 2000 bovenschools directeur geworden van de Bos en Lommer en de Narcis Querido en heb die fusie gelukkig terug kunnen draaien.” “In de periode daarna zijn er veel inbraken geweest, brand op school, een conciërge werd mishandeld, en er kwamen verbouwingen waarbij je eigenlijk zelf de uitvoerder was. Het nieuwe schoolbestuur kwam en daar zie ik absoluut het goede van in. Volgend jaar start er een project voor zwakke scholen. Ik merkte dat ik daar te weinig energie voor heb overgehouden en besloot eind 2008 te stoppen.” “Deze laatste periode vind ik misschien nog wel het lastigste. Je hebt geen vat meer op de situatie en ik houd er niet van als ik de controle verlies.” Vragen Eigenlijk lijkt het alsof je je kamer al hebt opgeruimd. Een
De Federatie kweekt paar foto’s, geen planten, maar toch verder geen spijkers of schroefjes in de muur? “Nee, dat vind ik zonde van de muren. Voor dingen als planten in mijn kamer heb ik geen tijd. Een kamer gezellig maken, dat kan ik niet zo goed. Mijn vrouw maakt het thuis gezellig. Maar er is wél altijd koffie hoor, als mensen hier op school komen. Stratenschoonmakers krijgen dat ook.” Je vrouw is leerkracht. Hoe vaak is onderwijs het gespreksonderwerp? “Elke avond tijdens het eten. Altijd. Mijn dochter is psycholoog bij het ABC en die doet mee. Alleen niet als mijn zoon thuis is, want die wil daar niets mee te maken hebben. Al gaf je hem een half jaar vakantie dan nog niet, vindt hij.” Van schoolleider naar manager. Hoe kijk je daar tegen aan? “Moet je kijken naar de stapel die op mijn bureau ligt. Vroeger had je één girorekening, nu moet je stapels staten invullen. Zit er ergens een foutje, moet alles overnieuw. Leuk hoor, maar waar heb je het over? Een school moet je draaien van een kleine zeventig of tachtigduizend euro. Moet je zien hoeveel tijd en geld dit kost. Dát vind ik geen vooruitgang”. Je lijkt in je leven regelmatig tussen tegengestelde krachten te verkeren. Je gebruikt woorden als ‘sandwich’ en ‘spagaat’. “Dat is waar. Ik heb lang meegemaakt hoe het is als de politiek schoolbestuurder is. Er worden korte termijnbeslissingen genomen, en dat pakt vaak verkeerd
uit op de werkvloer. Ik ben ervan overtuigd dat door de decentralisering het openbaar onderwijs bijna is weggevaagd: “Geld is macht en als je geld verdeelt over kleine groepjes kun je veel minder voor elkaar krijgen. De zes schoolbesturen die er nu zijn, vind ik eigenlijk nog veel te klein. Ik heb altijd tussen de partijen ingezeten. Ik heb dan wel een bestuurlijk denken ontwikkeld, maar heb altijd oog gehouden voor de praktijk. Ik ben geen schrijver van plannen, maar meer een probleemoplosser. Ik ben dan wel niet creatief, maar dát kan ik goed.” Was het de moeite waard? “Als ik terugkijk vind ik dat ik veel geluk heb gehad. Ik schijn goed te kunnen onderhandelen. Zie wat iets waard is. Het zorgde ervoor dat ik bij controverses altijd probeerde aan twee kanten winnaars te krijgen. Ik heb het altijd mooi werk gevonden. Ik ben blij dat ik dat al die jaren heb kunnen doen.” Waar ga je na december 2008 van genieten? “Hierna? Ik heb vrouw en kinderen, daar kan ik nu meer tijd voor maken. Ik ben heel trots op mijn kinderen en kleinkinderen. Daar op de foto zie je ze in Zwitserland. Mijn vrouw heeft ruim 35 jaar voor de klas gestaan en is later rekencoördinator geworden. Ik heb echt bewondering voor haar. Ze is iemand die voor alles een oplossing heeft vanuit haar ondersteunende rol naar de klassenleerkrachten. En ik zal ook de sport wel weer oppakken als ik het wat rustiger heb. Ik deed aan wielrennen,
voetbal, tennis. Maar ik heb minder energie. Je merkt echt dat je ouder wordt.” Eigenlijk hebben we het nog helemaal niet gehad over wat we samen hebben meegemaakt. In de periode van Zuidoost hebben we samen de Bijlmerramp meegemaakt. Ik weet nog goed dat je er ’s morgens bij wilde zijn. Je was er en dat heeft veel indruk op me gemaakt. “Je doet wat nodig is... De avond ervoor zochten we uit hoeveel kinderen getroffen konden zijn... Ik wilde naar de scholen toe... De mensen stonden ’s morgens bij de ingang om te kijken wie er kwam en wie niet...” Onverwacht raakt Rier toch nog ontroerd. Beschaamd zegt hij: “Dat gebeurt me nooit... Ik heb het weggedrukt denk ik... je moest zo veel regelen, de sporthal als opvang, hulpdiensten... Het is een zwart gat... Eh..., wil je koffie?”
[Redactie] Amsterdam heeft sinds een jaar zes openbare schoolbesturen. Ze werken samen in ‘De Federatie’, waar boven-schoolbestuurlijke zaken aan de orde komen. Eén van de aandachtspunten bij alle schoolbesturen is de behoefte aan directeuren en besloten werd om dat gezamenlijk aan te pakken.
Rier Hoogstad in een interview in het Amsterdamse onderwijsblad DAS: “Mijn grootste verwijt is dat er veel te veel aan de cijfers wordt gedacht en te weinig aan de mensen, laat staan aan het onderwijs. Als het politiek en procedureel maar gedekt is, is men tevreden. In de gezondheidszorg zou bij zo’n operatie de patiënt zijn overleden.”
Al voor de officiële start van de Kweekvijver voor directeuren zaten de 17 kandidaten elkaar al intensief te bevragen. De cursus was al begonnen. Eén blik in de cursusmap is genoeg om je te realiseren dat er tegenwoordig heel wat gevraagd wordt van schoolleiders: actief luisteren, doorvragen, helpend luisteren, intervisie, communicatie-theorie. Directieleden maken deel uit van onderwijsorganisaties en hebben niet alleen een verantwoordelijkheid naar kinderen, team en ouders maar ook naar mededirecteuren, bestuur, lokale overheid en welzijnspartners.
4
13
Assessment Er wordt verwacht dat in de komende vijf jaar wel 40 of 50 schoolleiders nodig zijn in Amsterdam en omstreken. Een oproep om zich aan te melden voor een stedelijke kweekvijver lokte bijna 100 gegadigden, die een uitgebreid assessment ondergingen. In de vijver was slechts plaats voor 17 kandidaten en die startten hun traject op 30 oktober jongstleden. Eén van de cursisten vertelt: “Ik vond het heerlijk om dat assessment te doen. We deden allemaal heel braaf ons best. We zaten in groepjes van vier
verspreid over verschillende kamers. Het ging er heel serieus aan toe, met een stopwatch in de hand. Nu weet je weer wat het is om een CITO-toets te maken. Nee, ik heb niet gespiekt, ik geloof niet dat daar behoefte aan was.” Verantwoordelijk beroep René Peeters leidde deze bijeenkomst in, door te vertellen over zijn eigen ontwikkeling als schoolleider: “Ik kreeg toen al snel te horen dat je geen aapje van een ander op je schouder moet nemen. Om me daar blijvend aan te herinneren, heb ik met klittenband een speelgoedaapje aan mijn tas geplakt.” Belangrijk voor schoolleiders vindt René de gedachte dat je altijd weer bijleert. Maar ook ‘wie je bent als mens’ bepaalt het succes van de directeur. Het is een verantwoordelijk beroep: schoolleiders zijn mensen die zich onderdeel van een groter geheel voelen. In de praktijk kun je moed, nieuwsgierigheid, integriteit en compassie goed gebruiken. “Denk veel na over je zelf,” raadde Peeters aan, “want kopieergedrag gaat maar
een tijdje mee, uiteindelijk zul je je eigen stijl moeten ontwikkelen.” Enthousiast Na een toast stelden de aanwezigen praktische vragen en maakten zich ondermeer zorgen over hun vervanging en om wat er met de mensen gebeurde die waren afgevallen. Arthur Broer van Dijk, personeelsmedewerker van Openbaar Primair Onderwijs Amsterdam Noord stelde de vraagsteller gerust: zij worden geadviseerd en zonodig begeleid bij hun verdere ontwikkeling. De toekomstige directeuren gaan er opgewekt tegenaan. In april staat ze een Tweedaagse in Egmond te wachten en in de tussentijd wordt er hard gewerkt aan vakkennis en zelfvertrouwen. Dan zal de vraag die een van de aanwezigen stelde: “Zijn jullie eigenlijk blij met ons?” niet meer gesteld hoeven worden. Op voorhand beantwoordde Arthur die met: “Ook al zie je dat misschien niet af aan de ruimte waar we nu zijn, we zijn écht superenthousiast hoor en gaan er voor!”
Passend onderwijs [Redactie] In Nederland is een groot aanbod van speciale scholen voor kinderen die extra zorg nodig hebben. De laatste jaren zijn deze leerlingen zoveel mogelijk ondergebracht in het reguliere basis- en voortgezet onderwijs. Een complex stelsel probeert recht te doen aan de belangen van scholen en de verlangens van ouders en leerlingen. Toch zorgen alle regels samen ervoor dat te veel leerlingen hun plaats niet of heel moeilijk vinden. De Tweede Kamer is van mening dat een fundamentele aanpassing van de zorgstructuur noodzakelijk is, die de naam Passend Onderwijs heeft gekregen. Passend Onderwijs zal gerealiseerd moeten worden door de scholen op basis van een zorgplichtbepaling. Met die zorgplicht krijgt elk bestuur de opdracht om voor elke aangemelde of toegelaten leerling een passend onderwijsaanbod te bieden. Daarvoor zullen besturen in regionaal verband moeten gaan samenwerken. Want alleen samen is in elke regio een dekkend aanbod te realiseren waarmee elke leerling het onderwijs en de ondersteuning kan krijgen dat nodig is. Het is van belang dat er één loket, één telefoonnummer komt waar ouders een goed advies krijgen en zo nodig begeleid worden naar de plek die het beste is voor het kind. Koers Passend Onderwijs in Amsterdam In Amsterdam is dat georganiseerd middels de VIA. Dit is één loket voor verwijzing indicatie
en advies binnen het samenwerkingsverband West. Op schoolniveau zijn hiervoor de zorgbreedte overleggen ingevoerd per 1 augustus 2008. Binnen de plannen rondom Passend Onderwijs worden eigen initiatieven sterkt aangemoedigd. De samenwerking met de REC’s en OKC’s is een speerpunt van de besturen om passend onderwijs verder te realiseren.
... prikkelt de creativiteit
... als thema tijdens de studiedag op 11 februari 2009
Luuc zat tussen schotten bij het bord. Hij had ADHD dus alles wat hem kon afleiden moest uit beeld verdwijnen. Hij had de laagste CITO-score van de school, maar, als hij ‘los mocht gaan’ was hij een Freek de Jonge in spé. Het onderwijs speelt helaas nog zo vaak alleen in op cognitieve zaken. Gelukkig werd Luucs talent herkend en is hij naar de plaatselijke jongerentheaterschool gegaan.
de studiedag voor alle medewerkers van AWBR op 11 februari 2009! Scholen organiseren workshops voor hun collega’s over passend onderwijs in de praktijk op hun school. Zo zie je meteen wat je allemaal al kunt doen aan passend onderwijs.
Bovenstaande ontwikkelingen van Passend onderwijs in Amsterdam worden vorm gegeven in een stedelijke koers waarin op strategisch niveau de hoofdlijnen van beleid worden vastgelegd. Ter voorbereiding op zo’n stedelijke koers is door de schoolbesturen van het primair onderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs een intentieverklaring getekend, waarin zij het voornemen uitspreken gezamenlijk te komen tot Passend Onderwijs. Deze intentieverklaring levert de belangrijkste bestanddelen voor de Koers Passend Onderwijs voor de jaren 2009-2012. Het mag duidelijk zijn dat er al veel aan passend onderwijs wordt gedaan in Amsterdam: Naast de genoemde VIA, de zorgbreedte-overleggen, samenwerking met partners binnen en buiten het onderwijs en de koers Passend onderwijs, werken de scholen al met een minimum standaard voor de organisatie van de zorg op school en is er schoolmaatschappelijk werk beschikbaar. Maar bovenaan staat dat scholen zelf al veel initiatieven nemen en dat gaan we zien op
Hester Macrander foto: Ans Dekkers
4
15
[Redactie] Hester Macrander is werkzaam als dagvoorzitter/entertainer en geeft workshops. Ze was slechts één jaar docent Nederlands in het voortgezet onderwijs, maar haar passie voor didactiek is gebleven. Ze is op woensdag 11 februari aanstaande de dagvoorzitter tijdens de studiedag voor alle medewerkers van AWBR. Daarnaast is ze aanwezig als ouder van twee kinderen. Hester verliet het voortgezet onderwijs, vanwege het gebrek aan creatieve ruimte voor de docent en omdat alles te veel vast zit in het productieproces: “Leerlingen kunnen daar te weinig mens zijn.” Voor haar eigen kinderen koos ze het Montessori-onderwijs, “want dat is toch al van oudsher gericht op passend onderwijs.” Hester is door haar betrokkenheid bij het onderwijs vaker dagvoorzitter in deze wereld; ook al eerder bij conferenties over Passend Onderwijs. “Natuurlijk moet onderwijs passend zijn,” vindt ze. “Niet alleen voor kinderen met iets aparts. Met het juiste aanbod vergroot je de kans dat je een ingang vindt om bij een kind zijn talenten aan te boren. Juist daar waar je tegen iets onverwachts opbotst en dan inzoomt op wat er gebeurt, dáár verschuift ook jouw systeem. Dat is leuk, want dat zijn de momenten waar je gedwongen wordt om van je eigen vooroordelen afstand te nemen.” Ze voert een voorbeeld aan van een hoogbegaafd kind dat twee keer was blijven zitten en in de klas eigenlijk niets deed. Hester vond voor haar een filosofisch boekje over ‘Het nut van verveling’ en dat sloeg zo aan dat het meisje de rest van haar lessen enthousiast meedeed. “Kijk, zo leuk kan het natuurlijk niet altijd worden, maar je kunt een eind komen als je de juiste aansluiting vindt.” Hester: “In het onderwijs hoeft geen klaagcultuur te heersen, daarvan zijn al genoeg voorbeelden. Er wordt momenteel overal in het land zoveel goeds door mensen geïnvesteerd, dat je steeds meer sprankelende voorbeelden ziet van wat je met kinderen kunt bereiken. Leerkrachten moeten meer gaan voor hun ‘beroepseer’: leerkracht zijn is een vak waar je zelf invloed op moet kunnen uitoefenen. Die ruimte, die dialoog met de directie moet er zijn binnen een school, zeker als het gaat over passend onderwijs.” 11 Februari komt Hester dus naar de studiedag van AWBR. Ze heeft er zin in: “Het gaat over een onderwijsclub die reflecteert. Een club die het belangrijk vindt dat er naar leerkrachten geluisterd wordt. Die komen daarom zelf aan het woord. Tijdens deze dag kun je telkens je mening kenbaar maken. Daarbij gaat het niet om wie er gelijk heeft, maar wel om het scherp krijgen van ieders visie en wat dat praktisch betekent. Het gaat er uiteindelijk om de passie voor het vak vorm te geven. Dat kan op vele manieren.”
Silhouet Ze worstelen allemaal! Dijsselbloem, De gemeente Amsterdam, Aleid Truijens (De Volkskrant), Beter Onderwijs Nederland, deelraadsleden en de rest van Nederland die verstand van onderwijs heeft. Ze worstelen met de vraag: Wat is goed onderwijs? En omdat die worsteling ooit moet stoppen geeft iedereen ook maar meteen het antwoord. Dat gebeurt de laatste tijd op venijnige toon. Het onderwijs lijkt wel een boksbal waar je je agressie flink op kunt botvieren. Een paar flinke klappen, een beetje schreeuwen erbij en je voelt je weer prima. Het kenmerk van de boksbalmethode is dat de bokser er zelf doodmoe van wordt, misschien zijn (schrijf)conditie wat beter wordt, maar dat die bal er gewoon nog hangt voor de volgende serie dreunen. Hij trilt nog wat na en hangt even later weer stil. Wat bevalt me niet aan de boksbalmethode? Het is zo eenzijdig! Zo word je nooit een goede bokser. Kritiek op het onderwijs is heel erg welkom, sterker nog is van groot belang. Al die boksers hebben ook het volste recht om die kritiek te uiten. Zelf ben ik er absoluut van overtuigd dat al die criticasters het beste met het onderwijs voor hebben. En toch is de wijze van bekritiseren de laatste twee jaar anders, minder genuanceerd, vijandig. Mijn kritiek op de onderwijskritiek is de generalisatie: iedereen en alles wordt over één kam geschoren. Laat ik een voorbeeld noemen. De Gemeente Amsterdam maakt zich zorgen over het aantal zwakke basisscholen in Amsterdam. Over het begrip ‘zwak’ is veel discussie, maar laten we het hier omschrijven als de groep scholen die door de onderwijsinspectie als zwak wordt beschouwd. Zij wil binnenkort een overzicht publiceren met heel veel harde indicatoren, zodat iedereen kan zien waar de meeste zwakke scholen zijn. Indicatoren zijn: het percentage verwijzingen naar HAVO/VWO, natuurlijk onze goeie ouwe CITO eindtoetsresultaten, het AVI niveau in de groepen 3 en 6. Als je een CITOeindtoets resultaat hebt van 533,8 krijgt je school een rood vakje (na kritiek van het onderwijsveld is het een geel vakje geworden... wat een land), heb je 534 dan blijf je kleurloos. Kleurloos wordt dus als -goed- beschouwd, maar dat terzijde. De bedoelingen van dergelijke overzichten zijn goed, maar ze werken onethisch gedrag in de hand. De selectie aan de poort neemt toe, fraudemogelijkheden worden gestimuleerd, alle creatieve vakken de deur uit... Zo’n overzicht is een serieuze poging om in één oogopslag de vorderingen van 220 Amsterdamse basisscholen te kunnen doorgronden. Maar dat is onmogelijk. Onderwijs moet verantwoord worden op basis van de resultaten van het individuele kind. Daar is voor nodig dat leerkrachten en andere betrokkenen een kind heel goed volgen gedurende de gehele schoolperiode. Wat kan een kind, hoe presteert een kind ten opzichte van de eigen talenten. Hoe gaan schoolleiding, interne begeleiders, leerkrachten om met de resultaten van het leerlingvolgsys-
teem? Welke conclusies worden daar echt getrokken? Hoe goed kijkt een school naar het individuele kind? Is de methode leidend of de ontwikkeling van de leerling? Over de antwoorden op dit soort vragen moeten scholen en schoolbesturen (!) zich verantwoorden. De onderwijsonderzoekers van hogescholen en universiteiten moeten het onderwijs adviseren hoe zij zich kunnen verantwoorden over de resultaten van individuele kinderen. Het onderwijs wil zich verantwoorden, maar dan wel met een fileermes en niet met dreunen van boksers. Overigens: tegen een fileermes is geen boksbal bestand. Tenslotte: Meneer Dijsselbloem, Lodewijk Asscher, Aleid Truijens, BON en de rest van Nederland: benadruk ook eens dat er fantastische scholen zijn, zoals bijvoorbeeld basisschool De Roos (De Baarsjes), waar ik onder de indruk was van een samenwerkend team, de prachtige mix van resultaatgericht onderwijs en aandacht voor creativiteit en waar zoveel kennis is van het individuele kind. De Roos is een voorbeeld, ik ken nog vele andere die zo goed presteren. Kritiek en verantwoording moeten samengaan. Daarom: AWBR zal in het najaar van 2009 de boksring betreden en zich publiekelijk verantwoorden over haar resultaten. Vele partijen zullen dan hun zegje over ons onderwijs kunnen doen. Boksballen verboden, fileermessen toegestaan.
René Peeters