Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid
bouwplaatsmachinisten toegepaste technieken
PNEUMATIca
2
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
Voorwoord Situering Er bestaan al verschillende uitgaven over bouwplaatsmachines, maar de meeste zijn verouderd. Daarom is de vraag naar een modern handboek, waarin ook de nieuwe technieken aan bod komen, enorm groot. Het ‘Modulair handboek Bouwplaatsmachinisten’ werd geschreven in opdracht van fvb-ffc Constructiv (Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid). De dienst Gemechaniseerde beroepen (MECA) van het fvb vormde het redactieteam. De verschillende boekdelen werden in samenwerking met de opleidingsinstellingen uitgewerkt. Dit handboek werd opgebouwd uit verschillende boekdelen en verder opgesplitst in modules. De structuur en inhoud werden aangepast aan de nieuwe technieken in de bouw- en machinewereld. In het naslagwerk werd tekst zoveel mogelijk afgewisseld met afbeeldingen. Hierdoor krijgt de lezer het leermateriaal meer visueel aangeboden. Om goed aan te sluiten bij de realiteit en de principes van competentieleren is een praktijkgerichte beschrijving het uitgangspunt van elk onderwerp. De boekdelen bevatten ook praktijkoefeningen.
Opleidingsonafhankelijk Het handboek werd zo ontwikkeld dat het voor verschillende doelgroepen toegankelijk is. We streven naar een doorlopende opleiding: zo kan zowel een leerling bouwplaatsmachinist als een werkzoekende in de bouw of een werknemer van een bouwbedrijf dit handboek gebruiken.
Een geïntegreerde aanpak Veiligheid, gezondheid en milieu zijn thema’s die de redactie hoog in het vaandel draagt. Het is voor een bouwplaatsmachinist uitermate belangrijk dat hij daar de nodige aandacht aan besteedt. Om de toepasbaarheid te optimaliseren werden deze thema’s zoveel mogelijk geïntegreerd in het handboek.
Robert Vertenueil Voorzitter fvb-ffc Constructiv
3
© fvb•ffc Constructiv, Brussel, 2012 Alle rechten van reproductie, vertaling en aanpassing onder eender welke vorm, voorbehouden voor alle landen. N011BM - versie augustus 2012.
D/2011/1698/25
4
Contact Voor opmerkingen, vragen en suggesties kun je terecht bij: fvb•ffc Constructiv Koningsstraat 132/5 1000 Brussel Tel.: +32 2 210 03 33 Fax: +32 2 210 03 99 website : fvb.constructiv.be
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
inhoud 1. Inleiding........................................................................7 1.1. Wat is pneumatica?.....................................................7 1.2. Toepassingen..................................................................7 1.3. Voor- en nadelen van perslucht..........................8 1.4. Welke eisen worden gesteld aan perslucht?....9
2. Lucht en druk...................................................12 2.1. SI-eenheden.................................................................12 2.2. Natuurkundige principes......................................12 2.1.1. Samenstelling van lucht.................................12 2.1.2. Atmosferische druk..........................................13
7. Opbouw van het pneumatische systeem. ......27 8. Bedieningsorganen...............................29 8.1. Ventielen.........................................................................29 8.1.1. Soorten ventielen..............................................30 8.1.2. Bediening van de ventielen..........................31 8.1.3. Werkingsprincipe van de ventielen...........32
9. Cilinders.....................................................................33
3. Debiet................................................................................13
9.1. Soorten cilinders..............................................................33 9.1.1. Enkelwerkende cilinders................................33 9.1.2. Dubbelwerkende cilinders............................35
4. Compressor..........................................................15
10. Leidingen en toebehoren.........37
4.1. Verband druk en volume......................................15 4.2. Soorten compressoren..........................................16
10.1. Hoofdleidingen........................................................37 10.2. Slangen of flexibels................................................38 10.3. Snelkoppelingen.....................................................38
5. Persluchtbehandeling...................19 5.1. Wat zit er in perslucht?...........................................19 5.2. Verzorgingseenheid.................................................19
11. Defecten detecteren......................39
6. Pneumatische symbolen...............25
12. Schade voorkomen en veilig werken........................................41
6.1. Veelvoorkomende symbolen.............................25
11.1. Storingsdiagnose....................................................39
5
6
1. inleiding
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
1. Inleiding 1.1. Wat is pneumatica? Het woord “pneuma” komt uit het Grieks en betekent “adem, wind”. Pneumatica is een techniek waarbij een cilinder of motor aangedreven wordt met samengeperste lucht. Lucht is een gas. In tegenstelling tot vloeistoffen is het samendrukbaar. De lucht wordt gebruikt om krachten over te brengen: we spreken van pneumatica of perslucht. Pneumatica wordt vooral toegepast in de machinebouw, waarbij pneumatische cilinders voor bewegingen en rotaties zorgen. Grote voordelen van deze aandrijftechniek zijn: • de lage kostprijs • de betrouwbaarheid • de eenvoudige aansluiting
1.2. Toepassingen Pneumatica wordt vooral toegepast wanneer de krachten relatief klein moeten zijn, maar de bewegingssnelheid vrij groot is. Voorbeelden van toepassingen: • werkstukken, afgewerkte producten, enz. eenvoudig opnemen en verplaatsen met grijpers of zuignappen • de bediening van hefbomen • pneumatische boormachines voor harde ondergronden • pneumatische sluitende deuren • compressoren Terwijl elektromotoren ideaal zijn voor cirkelvormige bewegingen, leent pneumatica zich specifiek voor rechtlijnige bewegingen. Als we energie in de vorm van perslucht op de zuiger van een cilinder brengen, maakt de zuigerstang een rechtlijnige beweging.
7
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
1. inleiding
1.3. Voor- en nadelen van perslucht
Voordelen • • • • • • • • • •
kan eenvoudig verkregen worden (lucht vind je overal) geen retourleidingen kan gemakkelijk opgeslagen worden (reservoir) brand- en explosieveilig zuiver en droog (geen mediumverversing) beweegbare slangen lage installatiekosten eenvoudige constructie grote bedrijfszekerheid veilig: kracht niet hoger dan de ingestelde waarde => weinig kans op beschadigingen
Nadelen • • • • • • • • •
8
kans op lekken lawaaihinder hoge energiekost filters en waterafscheider nodig om de luchtvochtigheid te verminderen eventuele smering nodig beperkte krachten samendrukbaarheid van lucht onderhoud van de installatie nodig keuring van de compressor nodig
1. inleiding
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
1.4. Welke eisen worden gesteld aan perslucht? • Perslucht moet stofvrij zijn. Omdat de aangezogen lucht stof bevat, is het belangrijk dat hij zeker voldoende gezuiverd wordt. Anders slijt de compressor te snel.
• Perslucht kan vocht bevatten. Als de lucht te vochtig is, kan dit nefast zijn voor de compressor of het toebehoren. Dit wordt vaak opgelost met een luchtdroger. Het is belangrijk om bij de plaatsing van een compressor de beste omstandigheden op te zoeken.
• Aanwezigheid van olie in het persluchtcircuit Bij sommige toepassingen moet de perslucht olie bevatten. Bij andere mag er absoluut geen olie aanwezig zijn in de perslucht.
9
10
2. LUCHT EN DRUK
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
2. Lucht en druk 2.1. SI-eenheden Omdat we in de pneumatica met lucht werken, is het belangrijk dat we op de hoogte zijn van enkele formules en eigenschappen.
Fysische grootheden
Symbool
SI-eenheid
Symbool eenheid
Lengte
L, s, l
meter
m
Oppervlakte
A, S
vierkante meter
m²
Volume
V
kubieke meter
m³
Massa
m
kilogram
kg
Volumemassa
ρ (rho)
kilogram per kubieke meter kg/m³
Tijd
t
seconde
s
Kracht
F
Newton
N
Gewicht
G
Newton
N
Snelheid
v
meter per seconde
m/s
Versnelling
a
meter per seconde²
m/s²
Valversnelling Druk
g p
Temperatuur
T
meter per seconde² Pascal Bar Kelvin
m/s² Pa Bar K
2.2. Natuurkundige principes 2.2.1. Samenstelling van lucht Lucht is een gasmengsel met de volgende samenstelling:
N2 O2 Ar Andere
Stikstof
78 %
Zuurstof
21 %
Argon
0,9 %
Koolstofdioxide, neon, waterstof, helium, ...
Door lucht samen te persen ontstaat een grotere druk en kunnen grotere krachten overgebracht worden. Druk is de kracht die uitgeoefend wordt per oppervlakte-eenheid.
Grootheid
Symbool
Eenheid
Symbool
Druk
p
pascal
Pa (N/m²) 11
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
2. LUCHT EN DRUK
Gemakshalve wordt druk meestal uitgedrukt in MPa. 1 MPa = 1.000.000 Pa Een eenheid die ook vaak gebruikt wordt, maar geen SIeenheid is, is bar. Bij 1 bar is er een druk van 1 kg per cm² oppervlakte. 1 bar = 1.000 millibar
Perslucht absolute druk effectieve druk
overdruk
100 000 Pa
1 bar atmosferische druk
onderdruk
0 Pa
nulpunt
vacuüm
0 bar
2.2.2.
Atmosferische druk
Atmosferische druk wordt veroorzaakt door het gewicht van de lucht boven ons. Hoe hoger we ons bevinden, hoe lager de atmosferische druk. Op een berg zal de atmosferische druk dus veel lager zijn dan in een mijnschacht. De atmosferische druk wordt ook beïnvloed door de weersomstandigheden. Op zeeniveau heeft lucht een soortelijk gewicht van 0,001293 kg/dm³. Hoe hoger de lucht zich bevindt, hoe lager het soortelijk gewicht. • Door het gewicht van de dikke laag lucht boven ons wordt er luchtdruk gevormd. De luchtdruk op zeeniveau bedraagt ± 100.000 Pa of 1 bar. Dit is de ATMOSFERISCHE DRUK. • De EFFECTIEVE DRUK is de overdruk die gemeten wordt vanaf de atmosferische druk. • De ABSOLUTE DRUK is de druk die gemeten wordt vanaf het nulpunt. • Als de gemeten druk lager is dan de atmosferische druk, krijg je onderdruk tot aan het nulpunt, waar de ruimte luchtledig of VACUÜM is. Bij perslucht werk je steeds met effectieve druk.
12
3. debiet
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
2.3. Debiet Voor bepaalde toepassingen, zoals een turbocompressor, hebben we een groot luchtdebiet en een lage druk nodig. Het luchtdebiet is het luchtvolume dat per tijdseenheid verplaatst wordt.
13
14
4. compressor
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
4. Compressor Perslucht maak je met een compressor, een toestel dat omgevingslucht aanzuigt, samendrukt tot de gewenste werkdruk en opslaat in een reservoir. De compressor kan druk leveren tussen 6 en 12 bar.
4.1. Verband tussen druk en volume Door lucht samen te drukken tot een kleiner volume verhoogt de druk in gelijke mate. Het verband tussen druk en volume wordt weergegeven in de algemene gaswet of de wet van Boyle. Deze wet stelt dat wanneer het volume verkleint terwijl de temperatuur constant blijft, de druk evenredig vergroot en omgekeerd.
Het product van de (absolute) druk en het volume is constant. P1 x V1 = P2 x V2 = Cte druk
volume (m³)
15
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
4. compressor
4.2. Soorten compressoren Zuigercompressor De zuigercompressor is een veelgebruikte compressor. Als de zuiger naar buiten geschoven wordt, wordt het volume in de cilinder groter en daalt de druk in de cilinder tot onder de atmosferische druk. Langs de ene kant van de inlaatklep krijgen we atmosferische druk en langs de andere kant onderdruk. De klep gaat open, waardoor lucht aangezogen wordt. De uitlaatklep blijft gesloten. Nadat de zuiger helemaal is uitgeschoven, begint hij terug in te schuiven. Hierdoor stijgt de druk. Zodra de druk in de cilinder even groot of groter is dan de atmosferische druk, gaat de inlaatklep dicht. De zuiger schuift verder in, waardoor de druk stijgt. Als de druk in de cilinder groter wordt dan de druk in het persluchtvat of de leidingen, gaat de uitlaatklep open en wordt deze overdruk naar het persluchtvat gestuurd. Als de zuiger weer uitschuift, wordt het volume opnieuw groter, waardoor de druk daalt, de uitlaatklep dichtgaat, de inlaatklep opnieuw opengaat, … De zuigercompressor is een eentrapscompressor met een maximale druk van 10 bar. Om een hogere druk te kunnen bereiken, worden meerdere zuigers achter elkaar geplaatst.
Schroefcompressor Een schroefcompressor bevat twee parallel opgestelde, maar tegengesteld draaiende assen met schroefprofielen die in elkaar grijpen. Tussen de schroefprofielen en het huis ontstaan kamers die zich naar de persluchtaansluiting verplaatsen wanneer de assen aan het draaien zijn. Deze compressor heeft als voordeel dat hij een voortdurende compressie kan waarborgen. Er bestaan ook tweetrapsschroefcompressoren en olievrije schroefcompressoren. 16
4. compressor
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
Schoepencompressor Dit type compressor maakt gebruik van centrifugeerkrachten om druk op te wekken. De schoepencompressor bestaat uit een rotor met radiaal inschuifbare bladen, die excentrisch draait ten opzichte van de statorbuis. Wanneer de rotor draait, drukt de centrifugaalkracht de bladen tegen de wand van de stator. De lucht komt binnen in de compressor, waar het volume tussen de beweegbare bladen het grootst is. Wanneer de rotor draait, verkleint dit volume en verhoogt de druk tot aan de uitlaatpoort. De geluidsarme compressor zorgt voor een continu debiet. Het principe van een motor met inschuifbare bladen wordt als aandrijving toegepast bij luchtmotoren. Voordelen: • kleine afmetingen • weinig geruis • stofvrije en gelijkmatige persluchtopbrengst
Rootscompressor Deze compressor bestaat uit twee achtvormige propellers die draaien. Deze identieke rotoren draaien in tegengestelde zin in een ovalen buis. Tijdens het draaien ontstaan grotere en kleinere kamers, zodat de lucht eerst aangezogen en nadien samengeperst wordt. Nadeel: • groot geluidsdebiet
17
18
5. persluchtbehandeling
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
5. Persluchtbehandeling 5.1. Wat zit er in perslucht? Water en waterdamp In de lucht die aangezogen wordt voor de werking van de compressor zit waterdamp. Deze waterdamp wordt opgenomen in het persluchtnet.
Olie Voor een goede werking moet de compressor gesmeerd worden. Doordat de olie blootgesteld geweest is aan hoge temperaturen in de compressor, is ze eerder een verontreinigende stof dan een smeermiddel. Deze olie moet verwijderd worden uit de perslucht.
Vaste deeltjes De compressor zuigt verontreinigde lucht aan. Door de inwerking van water ontstaan corrosiedeeltjes en worden zuren en koolstofdeeltjes gevormd. Deeltjes van de verschillende componenten worden afgebroken en meegenomen in de compressor.
5.2. Verzorgingseenheid Een grotere betrouwbaarheid, een langere levensduur en een geringer onderhoud van persluchttoepassingen horen steeds vaker bij de gestelde eisen. Zuivere perslucht is dan ook zeer belangrijk. Daarom moet je de perslucht die afkomstig is van de compressor, eerst in een persluchtverzorgingseenheid behandelen.
19
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
5. persluchtbehandeling
De verzorgingseenheid bestaat uit de volgende onderdelen:
1. Luchtfilter: De filter zuivert de perslucht van: • vocht, • stofdeeltjes, • andere verontreinigende stoffen, zoals roestdeeltjes die losgekomen zijn uit de leidingen. Werking : De inkomende perslucht wordt door schoepjes in rotatie gebracht. Daarbij worden de vloeibare bestanddelen en de grotere stofdeeltjes door de middelpuntvliegende kracht weggeslingerd. De deeltjes verzamelen zich in het onderste gedeelte van het reservoir en worden handmatig of automatisch afgevoerd (afhankelijk van het type). Niet uitgeslingerde, vaste bestanddelen die groter zijn dan de poriën van de vaste filter, worden door deze filter tegengehouden terwijl ze naar de uitgang stromen. De filter moet regelmatig schoongemaakt worden.
2. Waterafscheider: De waterafscheider zuivert de perslucht van: • water en vocht Lucht bevat een bepaalde hoeveelheid vocht (water), die afhankelijk is van de temperatuur en de weersomstandigheden. Dit is de relatieve luchtvochtigheid. De hoeveelheid vocht in de lucht is niet afhankelijk van de luchtdruk, maar enkel van de temperatuur van de lucht.
20
5. persluchtbehandeling
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
3. Olieafscheider: De afscheider zuivert de perslucht van: • smeerolieresten Bij persluchtverbruik ontstaat een luchtstroom die afgebogen wordt. De schoepen zijn zo gericht dat de lucht in een wervelende beweging wordt gebracht. Door deze centrifugale stroming worden het water en de olie tegen de binnenwand van het reservoir geslingerd en vloeien ze vervolgens naar de bodem van het reservoir. De scheidingsplaat zorgt voor een rustige zone, waardoor de vloeistofdeeltjes die door de turbulentie afgescheiden zijn, niet opnieuw in de lucht worden opgenomen. Wanneer het vloeistofniveau een zeker peil bereikt, moet de vloeistof manueel of automatisch verwijderd worden.
4. Drukreduceerventiel of drukregelaar: Dit onderdeel: • regelt van de druk van de perslucht in de leidingen, • beperkt drukschommelingen, • De ingestelde druk lees je af op een manometer. Het is belangrijk dat we de juiste druk gebruiken bij een persluchtinstallatie. Bij een te lage druk werkt de installatie niet goed. Bij een te hoge druk wordt er perslucht verspild en verslijt de installatie sneller dan normaal.
21
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
5. persluchtbehandeling
Het reduceerventiel werkt alleen als de ingangsdruk hoger is dan de uitgangsdruk. Als de uitgangsdruk te laag is, drukt de veer het membraan en de klepstang naar beneden. De ventielzitting gaat open en er stroomt lucht van de ingang naar de uitgang, waardoor de uitgangsdruk weer stijgt. Als de uitgangsdruk toeneemt, beweegt het membraan naar omhoog. De doorlaat bij de ventielzitting wordt kleiner (of afgesloten) tot de uitgangsdruk weer gelijk is aan de ingestelde druk. Als de uitgangsdruk te hoog wordt, komt het membraan los van de klepstang en wordt de lucht via de ontluchtpoort afgevoerd.
Opgelet Een reduceerventiel wordt gebruikt om de druk te regelen. Om het debiet te regelen gebruiken we een smoorventiel.
22
5. persluchtbehandeling
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
5. Smeertoestel: Om de persluchtgebruikers te smeren moet je in sommige gevallen een beetje olie in de vorm van nevel aan de perslucht toevoegen. Smering is nodig bij de apparaten waarvoor dit expliciet is aangegeven. Doel: • hogere levensduur van het persluchtapparaat • minder wrijving • minder slijtage • beter rendement
Opgelet Meestal wordt aangegeven dat de apparatuur zowel met gesmeerde als met ongesmeerde perslucht gebruikt mag worden. Dit betekent dat de apparatuur tijdens de montage behandeld werd met een speciaal smeermiddel of geen pakkingen bevat die verslijten. In deze gevallen is smering in de meeste omstandigheden niet nodig voor een lange levensduur. Bij toepassingen waar veel van de cilinders gevraagd wordt, kan smering wel nodig zijn. Bv.: hoge snelheid, ongunstige omstandigheden, … Bij sommige toepassingen is het niet toegelaten om de perslucht te smeren. Bv.: Perslucht die gebruikt wordt in een vacuümpompje, mag zeker niet gesmeerd worden! Anders blijven de vuildeeltjes in de vacuümpomp kleven. Apparatuur die ooit met gesmeerde perslucht heeft gewerkt, moet altijd met gesmeerde perslucht blijven werken.
23
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
5. persluchtbehandeling
Werking: De lucht stroomt naar binnen langs de linkerzijde en stroomt door naar de rechterzijde. Een deel van de persluchtdruk wordt afgetakt naar het oliereservoir. Door deze druk wordt de olie naar boven gedrukt. Met de regelschroef (boven) kunnen we het oliedebiet regelen. Hoe verder deze schroef open staat, hoe meer olie er meegenomen wordt. Op deze manier wordt een hoeveelheid oliedruppels naar de venturi-uitlaat geleid, waar ze zich met de lucht vermengt.
Opgelet Dit werkt enkel als de lucht zich van links naar rechts verplaatst in het smeertoestel. Het venturiprincipe is enkel van toepassing voor dynamische luchtstromen. Als er geen luchtstroom is, is er geen drukverschil tussen het oliereservoir en de venturi-uitlaat, en zal de olie dus ook niet omhoog gedrukt worden.
6. Drukvat: Omwille van hun opslag- en buffercapaciteit vervullen persluchtketels een belangrijke taak in het persluchtstation: ze moeten pieken in het persluchtverbruik opvangen en vaak ook condensaat van de perslucht scheiden. Daarom zijn niet alleen de juiste ketelgrootte en een goede bescherming tegen corrosie van wezenlijk belang, maar zijn de testintervallen het liefst ook zo lang mogelijk.
24
6. pneumatische symbolen
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
6. Pneumatische symbolen
Om de werking van een apparaat of een installatie eenvoudig voor te stellen, wordt vaak een schakelschema gebruikt. Een schakelschema is opgebouwd uit een aantal symbolen. Elk symbool stelt een apparaat of een gedeelte ervan voor.
Schematische voorstelling:
25
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
26
6. pneumatische symbolen
7. opbouw van het pneumatische systeem
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
7. Opbouw van het pneumatische systeem
Een persluchtleidingnet kan op twee manieren opgebouwd zijn:
• Als doodlopende leiding Een doodlopende leiding of steekleiding heeft als voordeel dat het condensaat snel wordt afgevoerd als er geen koeldroger in het persluchtleidingnet is ingebouwd. De stromingsrichting van de perslucht staat immers vast. Bovendien kan de bovenleiding een afschot hebben van 1% tot 2% per meter lengte, waardoor het condensaat vanzelf naar het eindpunt in een aangebrachte condensverzamelpot stroomt, van waaruit het kan worden afgetapt.
• Als ringleiding Als de leidingen vrij lang zijn, moet het persluchtleidingnet als ringleiding aangelegd zijn. Een ringleiding heeft als voordeel dat de perslucht bij een grotere luchtafname van twee kanten naar het verbruikspunt kan toestromen, waardoor het drukverlies beperkt wordt. Wanneer een afsluiter opgenomen wordt op meerdere punten in de hoofdleiding, kan een deel van het persluchtleidingnet uitgeschakeld worden. In de figuur hiernaast zie je hoe het water (afgebeeld door bolletjes) bij de linkse aftakking niet mee naar boven kan en hoe het bij de rechtse aftakking in de leiding stroomt.
27
28
8. bedieningsorganen
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
8. Bedieningsorganen 8.1. Ventielen Het doorlaten van de perslucht van en naar de cilinders, met andere woorden de sturing, gebeurt met behulp van ventielen. Afhankelijk van de toepassing worden verschillende soorten ventielen gebruikt voor de opbouw of voor verschillende soorten bediening.
29
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
8. bedieningsorganen
8.2. Soorten stuurventielen
Stuurventielen Deze ventielen bepalen welke weg de perslucht volgt. Ze kunnen wegen ook volledig afsluiten. Er bestaan stuurventielen met twee, drie, vier of vijf poorten om de lucht naar de aangesloten apparatuur te sturen. Elk vakje is een schakelstand.
De leidingaansluitingen worden voorgesteld met een streepje aan de buitenkant en zijn getekend aan het vak dat de ruststand aangeeft. Ruststand = niet bediend
Verbindingsweg
Afgesloten poort
30
8. bedieningsorganen
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
De benaming van het ventiel is afhankelijk van het aantal poorten en schakelstanden. Het eerste getal in de benaming geeft het aantal poorten aan waarop werkleidingen aangesloten worden. Het tweede getal geeft het aantal schakelstanden aan.
Enkele veelvoorkomende stuurventielen 2/2-stuurventiel - normaal gesloten
2/2-stuurventiel - normaal open
3/2-stuurventiel - normaal gesloten
3/2-stuurventiel - normaal open
4/2-stuurventiel
5 / 2 stuurventiel
8.3. Bediening van de ventielen
31
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
8. bedieningsorganen
8.4. Werkingsprincipe
werkingsprincipe
symbool
• Als je een ventiel bedient, schakelt het van de ene naar de andere kamer. • De ingangen van een ventiel zijn altijd genummerd. Op ingang 1 sluit je de perslucht aan. • Een normaal open ventiel laat in niet-bediende toestand de perslucht doorstromen. • Een normaal gesloten ventiel laat in niet-bediende toestand de perslucht niet doorstromen.
32
9. cilinders
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
9. Cilinders Een persluchtcilinder gebruik je om krachtige rechtlijnige bewegingen uit te voeren. De cilinder zet de energie van perslucht om in mechanische arbeid. Bv.: een verplaatsing, een knop indrukken, persen, …
9.1. Soorten cilinders 9.1.1.
Enkelwerkende cilinders
Bij enkelwerkende cilinders kan maar aan één zijde kracht uitgeoefend worden met perslucht. Ze gaan terug naar de uitgangspositie door een inwendige veer. We onderscheiden twee soorten enkelwerkende cilinders:
Enkelwerkende drukcilinder
33
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
9. cilinders
Enkelwerkende trekcilinder Eigenschappen: • één persluchtaansluiting • terugslag door middel van een veer • ruststand aanwezig
34
9. cilinders
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
9.1.2. Dubbelwerkende cilinders Bij dubbelwerkende cilinders beweegt de zuiger in beide richtingen door de kracht van de perslucht. Dubbelwerkende cilinders zijn dus ideaal om bij eenzelfde toepassing te duwen en te trekken. Eigenschappen: • twee persluchtaansluitingen • geen ruststand aanwezig
35
36
10. leidingen en toebehoren
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
10. Leidingen en toebehoren 10.1. Hoofdleidingen Voor de hoofdleidingen kunnen we kiezen uit verschillende materialen: koper, messing, edelstaal, stalen (verzinkte) buizen of kunststof.
Verzinkte stalen buizen en aluminium kunnen in elkaar geschroefd worden. Nadeel: De verbindingsplaatsen zijn niet altijd even goed dichtgemaakt. Vroeger werden deze leidingen afgedicht met vlas en vet. Nu wordt Teflon (band of spuitbus) of dichtingslijm gebruikt.
Als een leiding een lange levensduur moet hebben, kunnen het best zwarte stalen buizen gebruikt worden. Voordeel: De gelaste of gesoldeerde verbindingen zijn luchtdicht. Nadeel: Bij het lassen ontstaat een oxidehuid, waardoor de lasnaad kan roesten.
Tegenwoordig wordt steeds meer met kunststof buizen gewerkt. Voordelen: • snelle montage met lijmverbindingen • lagere montagekost dan bij gelaste leidingen
In speciale gevallen wordt koper of roestvast staal gebruikt voor hoofdleidingen.
37
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
10. leidingen en toebehoren
10.2. Slangen of flexibels Voor het transport van perslucht worden slangen of flexibels gebruikt. Slangen zijn nodig om gereedschappen of apparaten te verbinden met een vast aftakkingpunt. Ze maken de bedienaar erg mobiel en flexibel.
10.3. Snelkoppelingen Snelkoppelingen zijn bedoeld om werktuigen als sloophamers, trilmotoren, enz. snel aan en los te kunnen koppelen. In de pneumatiek worden veel snelkoppelingen gebruikt die na het verbreken maar langs één kant afdichten. Dat is niet erg, want lucht stroomt altijd in één richting door snelkoppelingen.
Opgelet Bij het loskoppelen van slangen moet je er rekening mee houden dat er een grote hoeveelheid energie opgehoopt is in het losgekoppelde deel, zodat de losgekoppelde slang door de uitstromende lucht een raketwerking krijgt en gaat ‘slaan’. Slangen die onder druk staan, moeten dan ook voorzichtig en met overleg losgekoppeld worden!
38
11. defecten detecteren
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
11. Diagnose van storingen Storing
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Er lekt lucht uit de klep van de drukschakelaar als de compressor uitgeschakeld is.
De terugslagklep sluit niet goed af. Ontlucht de tank, haal de stop uit de terugslagklep en maak de klepzitting goed schoon. Vervang eventueel het dichtingselement.
De compressor stopt als de maximumdruk bereikt wordt en de veiligheidsklep treedt in werking.
Het veiligheidsventiel werkt niet goed of is defect.
Doe een beroep op een vakman.
De compressor stopt en start niet opnieuw.
De temperatuur van de motor is te hoog opgelopen. De motorbeveiliging is ingeschakeld.
Schakel de stroomtoevoer uit en druk de herinschakelingsknop in.
De elektromotor is verbrand.
Doe een beroep op een vakman.
De compressor komt niet op druk en wordt te warm.
De koppakking of klep is defect.
Schakel de compressor uit en doe een beroep op een vakman.
De compressor maakt veel lawaai met een kloppend en metaalachtig geluid.
De lagers zijn vastgelopen.
Schakel de compressor uit en doe een beroep op een vakman.
39
40
12. schade voorkomen en veilig werken
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
12. Schade voorkomen en veilig werken • Zorg ervoor dat alle apparaten beschermd zijn en dat de temperatuur tussen -20°C en +90°C blijft. • Leg de leidingen eventueel vast, zodat ze de goede werking van de aangesloten apparaten niet kunnen belemmeren. • Gebruik compressoren alleen als bron van perslucht. • Schakel de compressor altijd uit met de schakelaar en onderbreek de stroomtoevoer voor je onderhoudswerkzaamheden uitvoert. • Controleer of de netspanning overeenstemt met de spanning op het CE-plaatje. • Na onderhoudswerkzaamheden is het zinvol om goed te controleren of alle componenten weer op de juiste manier gemonteerd zijn. • Raak de cilinderkop, toevoerslangen, enz. nooit aan, want tijdens en kort na het gebruik kunnen ze erg warm worden. • Leg geen brandbare voorwerpen, nylon of stoffen in de buurt van of op de compressor. • Verplaats de compressor nooit terwijl de tank onder druk staat. • Draag altijd persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals veiligheidsschoenen, kleding, veiligheidsbril, enz. als je met perslucht werkt. • Perslucht kan zeer gevaarlijk zijn bij een verkeerd gebruik. Gebruik dan ook geen perslucht om kleding en lichaamsdelen te reinigen of om machines schoon te maken. • Laat de compressor regelmatig onderhouden door een bevoegd vakman, volgens opgave van de constructeur. • Vergeet niet om het drukvat te laten keuren. • Gebruik de compressor niet als het aansluitsnoer defecten vertoont. • Gebruik de compressor niet op plaatsen met explosiegevaar of open vuur. • Richt de luchtstraal nooit op mensen of dieren. • Laat de compressor nooit door iemand gebruiken die de nodige instructies niet heeft gekregen. • Sla nooit op de ventilatoren met scherpe of metalen voorwerpen, want dit kan een plotse breuk veroorzaken terwijl de compressor in werking is. • Laat de compressor nooit zonder luchtfilter werken. • Verander niets aan de veiligheidsvoorzieningen of aan de afstelsystemen.
41
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
12. schade voorkomen en veilig werken
Aandachtspunten bij het in werking stellen: • Controleer voor de start of alle apparaten goed gemonteerd en juist verbonden zijn en of er geen visuele schade is. • Regel de debietregelaars zo dat ze bijna volledig gesloten zijn. • Regel de drukregelaar op een kleine begindruk en vermeerder de druk geleidelijk. • Controleer of alle verbindingsstukken luchtdicht zijn. • Vermeerder de druk tot de installatie begint te werken. • Controleer of er geen lekken zijn. • Controleer de installatie om te zien of ze goed werkt wanneer je de snelheid, druk, … regelt.
42
NOTitiES
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
NOTitiES
43
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
NOTitiES
44
NOTitiES
NOTitiES
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
NOTitiES
45
Toegepaste technieken
PNEUMATICA
NOTitiES
46
NOTitiES
fvb•ffc Constructiv Koningsstraat 132/5, 1000 Brussel t +32 2 210 03 33 • f +32 2 210 03 99 fvb.constructiv.be •
[email protected] © fvb•ffc Constructiv, Brussel, 2012. Alle rechten van reproductie, vertaling en aanpassing onder eender welke vorm, voorbehouden voor alle landen
47
Modulaire handboeken bouwplaatsmachinisten •• Toegepaste technieken Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid
Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid
Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid
BouwplaaTsmachinisTen
Bouwplaatsmachinisten
Bouwplaatsmachinisten
ToegepasTe Technieken
toegepaste technieken
toegepaste technieken
hydraulIca
PNEUMATIcA
ElEktricitEit
Hydraulica Pneumatica Elektriciteit Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid
Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid
BouwplaaTsmachinisTen
BouwplaaTsmachinisTen
ToegepasTe Technieken
ToegepasTe Technieken
Lastechnieken
AAndrijvingen
Lastechnieken Aandrijvingen
Andere boekdelen:
•• Bouwplaatsmachines - praktijk •• Bouwplaatsmachines •• Bouwtechnologie •• Motorenleer
Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid