f»; y. pr^ovincie L4f groningen Aan Provinciale Staten
bezoekadres: M a r t i n i k e r k h o f 12
postadres: Postbus 610
9700 A P I Groningen algemeen t e l e f o o n n r : 050 316 49 11 algemeen f a x n r : 050 316 49 33
DEC. 2011 Datum Briefnummer Zaaknummer Behandeld door Telefoonnummer E-mail Antwoord op Bijlage
www.provinciegronlngen.nl
Onderwerp
i
2011-56.223/50/A.9, MTZ 363501 Dubbelman J.
(050)316 4024
[email protected] 1 Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
Geachte dames en heren,
i* { ^ % ' ^ > ^ y \ ^ ^ y
U)
UI
1. Aanleiding Hierbij bieden wij u ter kennisneming/informatie het Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010 aan. Het tijdstip van bekendmaking van dit Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010 is een welbewuste keuze. Op deze wijze wordt, net als voorgaande jaren, vlak voor het verkoopseizoen van consumentenvuurwerk aandacht gevraagd voor dit onderwerp. 2. Samenvatting \ Middels dit jaarverslag wordt inzicht gegeven in de provinciebrede en landelijke samenwerking en informatie-uitwisseling tussen handhavingspartners en de resultaten van de vuurwerkcontroles in de provincie Groningen. Geconcludeerd wordt dat door gestructureerde uitvoering van vuurwerktaken door en informatieuitwisseling tussen de handhavingspartners de veiligheid bij zowel vuurwerkopslagen als bij vuurwerkevenementen in de provincie Groningen en op landelijk niveau zeer ten goede komt. 3. Inhoud 3.1. De provinciebrede en landelijke samenwerking en informatie-uitwisseling tussen handhavingspartners
o 06-HB-SG-001
De Commissie Oosting die de vuurwerkramp van Enschede heeft onderzocht kwam tot de conclusie dat de wetgeving voor de opslag van vuurwerk en de samenwerking tussen diverse overheden verbeterd moest worden. Naar aanleiding daarvan is op 1 maart 2002 het nieuwe Vuurwerkbesluit van kracht geworden. In navolging hiervan is sinds 2002 in de provincie Groningen permanent een provinciebrede uitvoeringsorganisatie (vuurwerkteam) actief. Binnen deze interdisciplinaire uitvoeringsorganisatie heeft de provincie een coördinatietaak met betrekking tot vergunningverlening, toezicht en handhaving. De coördinator van het provinciebrede vuurwerkteam en de vuurwerkcoördinator van de regiopolitie Groningen zijn gezamenlijk belast met de coördinatie tussen de activiteiten van hun teams. Zij brengen hiervan jaarlijks verslag uit aan enerzijds het college van Gedeputeerde Staten en anderzijds aan de hoofdofficier(en) van justitie. Uit dit
De provincie Groningen werkt volgens normen die zijn vastgelegd in een handvest voor dienstverlening. Dit tiandvest vindt u op onze website of kunt u opvragen bij de afdeling Communicatie en Kabinet. Pubiieksvooriichting; 050 3164160
©
jaarverslag blijkt dat door een jarenlange gestructureerde samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de handhavingspartners die in de provincie Groningen actief zijn (zoals de Groninger gemeenten. Provincie, Regiopolitie en Regionale Brandweer) de veiligheid bij vuurwerkopslagen op zowel het voorzieningenniveau (bouwkundige en technische eisen) als het beheersniveau (opslag en verkoop) en die bij het professioneel ontbranden van vuurwerk tijdens evenementen vrijwel optimaal is. De vuurwerkcoördinatoren van de provincies zijn tevens aanspreekpunt voor landelijk opererende vuurwerkteams (zoals de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Douane, inspectiediensten van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, Nederlands Forensisch Instituut en het Openbaar Ministerie). In IPO-verband vindt afstemming plaats tussen deze teams. Deze samenwerking en informatie-uitwisseling heeft als gezamenlijk doel om een zo laag mogelijk (veiligheids)risico bij de opslag, verkoop en het professioneel ontbranden van vuurwerk te bereiken; 3.2. De resultaten van die samenwerking op provinciaal en landelijk niveau. Sinds de invoering van het Vuurwerkbesluit in 2002 heeft de coördinatie van en de samenwerking tussen de diverse handhavingpartners (locaal, provinciebreed en landelijk) op een groot aantal onderdelen zijn meerwaarde bewezen. Hoog in het vaandel staan duidelijke afspraken, korte lijnen voor informatie-uitwisseling en onderling vertrouwen tussen de handhavingpartners. Zowel in onze provincie als landelijk is met name de veiligheid bij de opslag van consumentenvuurwerk en bij het ontbranden van professioneel vuurwerk sterk toegenomen. Dit door de inzet en betrokkenheid van deskundige medewerkers alsmede door de uniforme toepassing van de regelgeving en de uitwisseling van informatie tussen de handhavingspartners. 4 . Afsluiting Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Groningen:
voorzitter.
secretaris. Bijlagen: Nr.
Titel
1
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
Bijgevoegd ja
Ter inzage in de Statenkast
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk
2010
Lahn - Duitsland
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010 Inhoudsopgave 0.
Voorwoord
1.
Inleiding
2.
Samenvatting Coördinatie • Provinciale Uitvoeringsorganisatie • IPO Werkgroep Vuurwerkcoördinatoren Noordelijke Samenwerking
6 6 6 6
4.
Regiopolitie
5.
Regionale Brandweer
6.
Vuurwerkopslagen • Inleiding • Provinciebreed beleid
10
Vuurwerkevenementen en -opslagen Inleiding Provincie Samenwerking met andere handhavingspartners Sturend optreden door toezichthouders Natuurbeschermingswet
12 12 12 12 13 13
Overige vuurwerkhandhavingspartners Inleiding Openbaar Ministerie - Functioneel Parket Landelijk Meld- en Informatiepunt voor vuurwerk Vliegende brigade Vuurwerk Inspectie Verkeer en Waterstaat Buitenlandse handhavingspartners
14 14 14 14 14 14 14
Overige informatie Implementatie Europese Pyrorichtlijn in het Vuurwerkbesluit Landelijke evaluatie Vuurwerkbesluit Rol gemeente bij aanpak overlast door vuurwerk Memorandum 60 Wensballonnen
15 15 15 15 15 15
Conclusie
16
Bijlage 1 Overzicht samenstelling provinciebrede Uitvoeringsorganisatie 2010 Bijlage 2 Overzicht gemeentelijke contactpersonen voor vuurwerk 2010
17
7.
10.
10 10
18
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
0. Voorwoord Beste lezer. Met genoegen bied ik u hierbij het Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010 aan. Dit jaarverslag is het resultaat van de bundeling van gegevens verstrekt door medewerkers van de Groninger gemeenten. Provincie, Regiopolitie, Regionale Brandweer, de Inspectie Verkeer en Waterstaat en het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Dat het jaarverslag zo vlak voor het verkoopseizoen van consumentenvuurwerk wordt gepresenteerd is een welbewuste keuze. Na de vuurwerkramp in Enschede (mei 2000) werd duidelijk dat de uitvoering van de wet- en regelgeving voor de opslag van vuurwerk beter moest door overheden meer en beter te laten samenwerken. De provincies kregen de taak om de samenwerking bij de uitvoering van het Vuurwerkbesluit te coördineren en te stimuleren. In de provincie Groningen hebben wij dit samen met u voortvarend opgepakt. Na Enschede is de aandacht voor externe veiligheid verhoogd en staat de vuurwerkbranche onder intensief toezicht. Toch heeft ondanks alle toezichtinspanningen zich medio september 2010 een grote ontploffing voorgedaan in een bunker in het Duitse Lahn waarin vuurwerk lag opgeslagen van een Nederlandse importeur. De oorzaak van deze ontploffing is tot op heden niet bekend, maar deze gebeurtenis onderstreept wel het belang van een voortdurend en effectief toezicht op alle handelingen met vuurwerk. Mijn dank aan iedereen die heeft meegewerkt aan dit product. Ik wens u allen veel succes in het werk met het toezicht op de productveiligheid, het transport, de opslag en de verkoop alsmede het professioneel tot ontbranding brengen van vuurwerk.
Mark Boumans gedeputeerde provincie Groningen
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
1. Inleiding De Commissie Oosting die de vuurwerkramp van Enschede heeft onderzocht kwam tot de conclusie dat de wetgeving voor de opslag van vuurwerk en de samenwerking tussen diverse overheden verbeterd moest worden. Naar aanleiding daarvan is op 1 maart 2002 het nieuwe Vuurwerkbesluit van kracht geworden. Dit Vuurwerkbesluit bepaalt dat de overheden die betrokken zijn bij toezicht op vuurwerk moeten samenwerken en geeft in grote lijnen aan hoe dit ingericht moet worden. In navolging hiervan is sinds 2002 in de provincie Groningen een provinciebrede uitvoeringsorganisatie actief. Binnen deze interdisciplinaire uitvoeringsorganisatie heeft de provincie een coördinatietaak met betrekking tot vergunningverlening, toezicht en handhaving. De coördinator van het provinciebrede vuurwerkteam en de vuurwerkcoördinator van de regiopolitie Groningen zijn gezamenlijk belast met de coördinatie tussen de activiteiten van hun teams. Zij brengen hiervan jaarlijks verslag uit aan enerzijds het college van Gedeputeerde Staten en anderzijds aan de hoofdofficier(en) van justitie. Met de door de handhavingpartners (zoals de Groninger gemeenten. Provincie, Regiopolitie, Regionale Brandweer, Inspectie Verkeer en Waterstaat en de Vliegende brigade Vuurwerk) verstrekte gegevens geeft dit jaarverslag een beeld van de samenwerking, informatie-uitwisseling en de naleving van het Vuurwerkbesluit. Daarnaast geeft deze rapportage inzicht in de samenhang tussen de werkzaamheden van het provinciebrede vuurwerkteam en de landelijk opererende handhavingspartners. Deze samenwerking en informatie-uitwisseling is uniek en wordt als zeer positief ervaren. Het gezamenlijke doel is om een zo laag mogelijk (veiligheids)risico bij de opslag, verkoop en het professioneel ontbranden van vuurwerk te bereiken.
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
2. Samenvatting De coördinatie van alle activiteiten met betrekking tot vuurwerk in de provincie Groningen ligt bij zowel het college van Gedeputeerde Staten als bij het regionale politiekorps. Naast deze coördinatie is sprake van een provinciebrede uitvoeringsorganisatie. De Groningse provinciebrede uitvoeringsorganisatie kwam in 2010 viermaal bijeen voor overleg. De IPO Werkgroep Vuurwerkcoördinatoren kwam vijfmaal bijeen. In deze IPO werkgroep is ook het Landelijk Meld- en Informatiepunt Vuurwerk (LMIP/VIM) en de Vliegende brigade Vuurwerk (VbV) vertegenwoordigd. De op deze wijze landelijk dekkende samenwerking zorgt voor een grote mate van uniformiteit en rechtsgelijkheid in vergunningverlening, toezicht en handhaving. Alle vuurwerkopslagen in Groningen met een verkooppunt zijn door gemeentelijke toezichthouders in 2010 gecontroleerd. In 2010 was er tevens aandacht voor de opslag van carbid. Carbid mag niet in aanraking komen met water en moet daarom buiten bereik van de sprinklerinstallaties worden opgeslagen en verkocht. De regiopolitie Groningen heeft gedurende het gehele jaar gerichte acties ondernomen op de handel in verboden vuurwerk. De regionale brandweer Groningen is voor zowel vuurwerkevenementen als vuurwerkopslagen regelmatig om advies gevraagd. De provincie heeft controles uitgevoerd op nagenoeg alle vergunningplichtige vuurwerkevenementen. De meldingsplichtige vuurwerkevenementen worden volgens een risicomatrix gecontroleerd. Voor alle betrokkenen hebben de provincies Groningen, Fryslan en Drenthe een gezamenlijke cursus Vuurwerkbesluit georganiseerd. In onderstaande tabel zijn de provinciebrede resultaten samengevat: Controles (Provincie en gemeenten) aantal Vuurwerkopslagen met verkooppunt 72 17 Vergunningplichtige evenementen 37 Meldingplichtige evenementen (veelal theatervoorstellingen)
gecontroleerd 72 16 20
Regio Politie Gerichte acties op verkoop van illegaal vuurwerk Aantal inbeslagnames Aantal opgemaakte aan vuurwerk gerelateerde pv's Aantal HALT verwijzingen Aantal aan vuurwerk/carbid gerelateerde klachten Aantal controles bij vuurwerkopslagen met verkooppunt
Resultaat 100 80 57 85 500 0
Regionale Brandweer Aantal uitgebrachte adviezen over vuurwerkopslagen Aantal beoordelingen van aanvragen voor vuurwerkevenementen Aantal ter informatie ontvangen vuurwerkmeldingen
Resultaat 23 17 37
Door gecoördineerde acties tussen diverse overheden (KLPD, Koninklijke Marechaussee, VROMlOD, Douane, Inspectie Verkeer en Waterstaat en het Functioneel Parket) is in 2010 landelijk een hoeveelheid van 95 ton verboden consumentenvuurwerk in beslag genomen. De Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) controleert alle vervoersmodaliteiten met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke stoffen, waaronder vuurwerk. Sinds april 2010 is voor wat betreft vuurwerkevenementen sprake van een samenwerkingsvorm tussen IVW en de provincies. De VbV van het ministerie van Infrastructuur en Milieu en het Nederlands Forensisch Instituut hebben in 2010 consumentenvuurwerk getest op productveiligheid. Van de 158 gecontroleerde partijen zijn in 2010 25 monsters (16 procent) afgekeurd.
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
3. Coördinatie Provinciebrede Uitvoeringsorganisatie In de provincie Groningen is een provinciebrede multidisciplinaire uitvoeringsorganisatie voor vuurwerk aanwezig. Deze uitvoeringsorganisatie kent een vast- en een flexibel vuurwerkteam. Deze teams staan onder leiding van een provinciale vuurwerkcoördinator. Alle betrokken handhavingpartners hebben en houden hun eigen verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Vast vuurwerkteam Dit Groningse vuurwerkteam bestaat uit vertegenwoordigers van de Provincie, gemeenten. Regiopolitie (vertegenwoordigd tevens het OM) en Regionale Brandweer en staat onder de leiding van de provinciale vuurwerkcoördinator. De leden van dit vuurwerkteam zijn verantwoordelijk voor het ontwikkelen van werkafspraken, instrumenten en andere hulpmiddelen en zorgen voor het uitzetten daarvan bij de organisaties en instanties die zij vertegenwoordigen. In de provinciebrede uitvoeringsorganisatie van Groningen behartigen 5 gemeenten de belangen van alle 23 Groninger gemeenten. Het vaste vuurwerkteam van Groningen kwam in 2010 viermaal bijeen voor overleg. Gedurende het hele jaar vindt tevens afstemming plaats via de e-mail of via overleg op ad hoc basis. Flexibel vuurwerkteam Het flexibele team, allen overheden met een verschillende specifieke expertise, bestaat o.a. uit vertegenwoordigers van de inspectiediensten van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, de Arbeidsinspectie (Al), de Douane, het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), de Koninklijke Marechaussee en de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW). De vertegenwoordigers in het flexibele vuurwerkteam hebben elk hun eigen expertise en invalshoek op het gebied van vuurwerk. Als op basis van wettelijke bepalingen of vanwege efficiënte uitvoering van het Vuurwerkbesluit hun deskundigheid noodzakelijk of gewenst is worden zij benaderd. Zij kunnen ook op eigen verzoek of op uitnodiging deelnemen aan het overleg van het vaste vuurwerkteam. In 2010 was er geen aanleiding om een van de partijen in het flexibele vuurwerkteam op te roepen voor overleg met het vaste team. Wel heeft de vuurwerkcoördinator op ad hoc basis met een aantal partijen van het flexibele team overleg gevoerd. Met betrekking tot vuurwerk wordt tussen alle genoemde instanties en organisaties altijd samengewerkt of informatie uitgewisseld. Het is niet vrijblijvend of aan een bepaalde periode van het jaar gebonden. Deze vorm van samenwerking en informatie-uitwisseling met betrekking tot vuurwerk is uniek en wordt door de betrokkenen als zeer nuttig ervaren. IPO-werkgroep Vuurwerkcoördinatoren (IPO-WV) De vuurwerkcoördinator neemt tevens deel aan de landelijke IPO Werkgroep Vuurwerkcoördinatoren (IPO-WV). Naast de 12 provinciale vuurwerkcoördinatoren nemen ook vertegenwoordigers van het Landelijk Meld- en Informatiepunt Vuurwerk (VIM) en de Vliegende brigade Vuurwerkbesluit (VbV) aan deze wekgroep deel. Binnen IPO-WV worden zowel beleidsvraagstukken als technische onderwerpen en incidenten uit de praktijk behandeld. De actieve interprovinciale samenwerking en informatieuitwisseling binnen deze werkgroep vindt het hele jaar door plaats. IPO-WV kwam in 2010 vijfmaal bijeen voor overleg. De vuurwerkcoördinator van de Provincie Groningen is voorzitter van deze landelijke werkgroep. Noordelijke Samenwerking Provincies zijn vaak werkzaam op dezelfde taakvelden, waaronder vuurwerk. De vuurwerkcoördinatoren van de drie noordelijke provincies (Groningen, Fryslan en Drenthe) hebben in 2009 een projectplan Noordelijke Samenwerking opgesteld waarin is aangegeven welke kansen en mogelijkheden er zijn voor samenwerking op het gebied van de vuurwerk. In 2010 is nagedacht over de wijze waarop de intensivering van deze samenwerking verdere vorm moet krijgen. Door de vuurwerkcoördinatoren zijn een aantal producten benoemd die verder worden uitgewerkt met als doel voldoende kwaliteit en kwantiteit en een efficiëntere werkwijze in het toezicht en de handhaving te garanderen. Deze producten zijn het organiseren van cursussen, het ontwikkelen van een model jaarverslag, het opstellen van een Uitvoeringsprogramma voor vuurwerkopslagen en -evenementen alsmede een noordelijke vervangingsregeling voor provinciale toezichthouders en vuurwerkcoördinatoren. De vuurwerkcoördinatoren zijn voornemens om in 2011 een uitvoeringsprogramma te presenteren. In 2010 is net als in voorgaande jaren in noordelijk samenwerkingsverband een eendaagse cursus Vuurwerkbesluit georganiseerd voor gemeentelijke en
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010 provinciale toezichthouders en vergunningverleners alsmede medewerkersvan de brandweer. Uit de evaluatie is gebleken dat de cursus door de deelnemers als goed werd beoordeeld.
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
4. Regiopolitie Inleiding Door de Regiopolitie, het Openbaar Ministerie en de controle- en opsporingsdiensten van het ministerie van Infrastructuur en Milieu vindt strafrechtelijke handhaving plaats, gericht op opsporing van overtredingen en strafrechtelijke vervolging. De regiopolitie Groningen is permanent vertegenwoordigd in het provinciebrede vuurwerkteam. De regiopolitie vertegenwoordigd hierbij tevens het Openbaar Ministerie. In het politiekorps wordt gewerkt met regionale of interregionale vuurwerkteams voor de aanpak van de handel in verboden consumentenvuurwerk. Verboden consumentenvuurwerk dat door particulieren (illegaal) is aangeschaft zorgt iedere jaarwisseling voor bijna een kwart van de vuurwerkslachtoffers. In het informatiesysteem Basisvoorziening Handhaving (BVH), registreert de politie klachten, meldingen, verwerkt aangiftes en handelt incidenten af. Omdat alle politiekorpsen hetzelfde systeem gebruiken wordt landelijk informatie gedeeld en verder uitgewerkt. Over de behaalde resultaten rapporteert de regiopolitie Groningen jaarlijks aan de hoofdofficier van justitie en via de vuurwerkcoördinator aan Gedeputeerde Staten. Resultaten Legale handel De afgelopen jaren was het in veel gemeenten gebruikelijk dat de regiopolitie de toezichthouders vergezelde bij de controles op vuurwerk. Aangezien het naleefgedrag in de afgelopen jaren flink is verbeterd, is er in 2010 voor gekozen om de toezichthouders niet meer standaard te vergezellen bij deze controles. Bij problemen of geconstateerde (ernstige) overtredingen kan via de Meldkamer (0900-8844) de piketmedewerker Milieu om assistentie worden gevraagd. Illegale handel De regiopolitie Groningen heeft in 2010 ongeveer 100 gerichte acties uitgevoerd ten aanzien van de handel in verboden consumentenvuurwerk. In 80 gevallen werd illegaal vuurwerk in beslag genomen. In juni 2010 werd ongeveer 1800 kg vuurwerk aangetroffen in een garagebox in een woonomgeving in de stad Groningen. In totaal betrof de hoeveelheid in beslag genomen vuurwerk in Groningen 2500 kg. Tegen 57 personen werd proces-verbaal opgemaakt. Bovenregionaal niveau Op bovenregionaal niveau werd onderzoek verricht naar grote illegale vuurwerkhandelaren. Twee illegale vuurwerkhandelaren werden opgepakt waarbij ongeveer 10 ton vuurwerk in beslag werd genomen. Bureau HALT In 2010 zijn door de regiopolitie Groningen 85 jongeren doorverwezen naar bureau HALT. Klachten In 2010 zijn bij de Meldkamer van de politie ongeveer 500 klachten binnengekomen over het (vroegtijdig) afsteken van vuurwerk en het carbidschieten. De klachten top drie bestaat uit de gemeenten Groningen (114), Delfzijl (33) en Stadskanaal (25).
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
5. Regionale Brandweer Inleiding De Regionale Brandweer heeft een wettelijke adviestaak bij zowel de opslag van vuurwerk als het professioneel ontbranden van vuurwerk. Het advies wordt afgestemd met de lokale brandweer. Op deze wijze wordt het brandweeradvies voor elke gemeente op dezelfde manier uitgebracht en is de lokale brandweer op de hoogte van de aanwezigheid van vuurwerkopslagen en vuurwerkevenementen in het verzorgingsgebied. De Regionale Brandweer heeft ook een adviserende taak bij de beoordeling van het Programma van Eisen voor inrichtingen met opslag van consumentenvuurwerk. De Regionale Brandweer is dan ook permanent vertegenwoordigd in het provinciebrede vuurwerkteam. Programma van Eisen (PvE) De automatische sprinkler- en brandmeldinstallatie in de (buffer)bewaarplaats is ontworpen en aangelegd overeenkomstig een Programma van Eisen (PvE). Voordat met de aanleg van de installatie wordt begonnen dient een PvE goedgekeurd te zijn door het bevoegd gezag. De Regionale Brandweer heeft hierbij een adviestaak. Eenmaal in de vijfjaar moet worden gekeken of een Programma van Eisen (PvE) voldoet aan de dan geldende normen. Zo niet, dan dient deze geactualiseerd te worden. Hierbij is het bevoegd gezag aan zet. Zij moet beoordelen of zij vindt dat deze afwijkingen ten opzichte van toenmalige en huidige normen aanvaardbaar zijn en kunnen blijven bestaan, óf dat de afwijkingen moeten worden verholpen. Het bevoegd gezag vraagt hierbij de Regionale Brandweer om advies. Resultaten Vuurwerkopslagen De regionale brandweer Groningen heeft in 2010 ten behoeve van gemeenten voor 23 vuurwerkopslageh advies uitgebracht. Deze adviezen betroffen de oprichting van 4 nieuwe inrichtingen en 1 advies ten aanzien van wijzigingen in het Programma van Eisen. De meeste adviezen waren gericht op beoordelingsrapportages (of vijfjaarlijkse toetsingen) en nota's van aanvulling. Tijdens een voorinspectie (tegen het einde van het jaar) en tijdens een van de verkoopdagen is de brandweer gevraagd om mee te gaan met de Milieudienst Groningen voor extra expertise. Vuurwerkevenementen en -voorstellingen De regionale brandweer Groningen heeft in 2010 ter advisering 17 aanvragen voor een ontbrandingstoestemming en ter informatie 37 meldingen van de provincie Groningen ontvangen. Over de 17 aanvragen heeft de regionale brandweer advies uitgebracht, waarvan geen enkele' negatief.
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
6. Vuurwerkopslagen Inleiding Inrichtingen waar vuurwerk wordt opgeslagen en/of bewerkt vallen onder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Na de vuurwerkramp in Enschede zijn alle vergunningen voor de opslag van professioneel vuurwerk ingetrokken. Veel bedrijven hebben voor professioneel vuurwerk opslagruimte gevonden in oude defensiebunkers in Duitsland. Provinciale inrichtingen Gedeputeerde Staten zijn bevoegd gezag voor inrichtingen die meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk opslaan. In de provincie Groningen zijn dergelijke inrichtingen niet gevestigd. Gemeentelijke inrichtingen Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd gezag voor inrichtingen die maximaal 10.000 kg consumentenvuurwerk opslaan voor de eigen verkoop. In december 2010 telde de provincie Groningen 72 inrichtingen van deze inrichtingen. Veel drogisterijen, bouw- en supermarkten verkopen ook fop- en schertsvuurwerk (zoals sterretjes, trektouwtjes e.d.). De opslag en verkoop van fop- en schertsvuurwerk valt niet onder de voorschriften van Bijlage 1 het Vuurwerkbesluit zolang binnen de inrichting niet meer dan 200 kilo van dit vuurwerk aanwezig is. Provinciebreed beleid Bij de opslag van vuurwerk is het van belang dat op alle essentiële veiligheidsvoorzieningen toezicht wordt gehouden en daar waar nodig gehandhaafd wordt, ook als er nog geen vuurwerk in de inrichting aanwezig is. Dit is mede gebaseerd op ervaringen van voorgaande jaren waarbij van deze handhavingaanpak een preventieve werking uitging. Als bij een controle voor de verkoopperiode geconstateerd wordt dat de opslaglocatie niet voldoet, heeft de drijver van de inrichting nog mogelijkheden om de afwijkingen ongedaan te maken. Zo wordt voorkomen, indien blijkt dat de opslagvoorziening niet voldoet, dat tijdens de verkoopperiode vuurwerk dat binnen de locatie aanwezig is moet worden verwijderd. Om die reden hebben de handhavingspartners in de provincie Groningen afgesproken om jaarlijks in de maanden oktober/november, ruim voor de verkoopperiode, controles uit te voeren. Vanzelfsprekend wordt ook tijdens de verkoopperiode de opslag- en verkooplocatie gecontroleerd. Resultaten Controles op voorzieningenniveau In 2010zijn de gemeentelijke inrichtingen gecontroleerd op fysieke voorzieningen zoals omschreven in de regelgeving. In het bijzonder is aandacht besteed aan de technische staat en onderhoud van de aangelegde voorzieningen, zoals goed sluitende deuren, de staat van de stofdichte kappen van verlichtingsarmaturen en voorzieningen ten aanzien van eventuele dubbelfuncties van een (buffer)bewaarplaats. Tevens zijn alle opslaginrichtingen gecontroleerd op de aanwezigheid van een logboek en de diverse goedkeuringsbewijzen van bijvoorbeeld blusmiddelen en de brandbeveiligingsinstallaties. In 2010 zijn alle 72 inrichtingen gecontroleerd. In 4 gevallen waren bestuursrechtelijke handhavingacties noodzakelijk. Controle op beheersniveau. In de maand december hebben controles plaatsgevonden op de opslag en verkoop van vuurwerk. De drie vastgestelde verkoopdagen waren 29, 30 en 31 december 2010. Ook na de verkoopperiode (januari 2011) zijn controles uitgevoerd op de restopslag van vuurwerk. Dit in verband met de repressieve aanpak van de brandweer bij een eventuele calamiteit. Op beheersniveau zijn totaal 130 controles uitgevoerd. In 3 gevallen waren bestuursrechtelijke handhavingacties noodzakelijk. Controle op administratie Het Vuurwerkbesluit kent ook administratieve verplichtingen. Onder andere de registratie van de verkochte hoeveelheden verpakt consumentenvuurwerk per verkoopdag. Uit de controlegegevens blijkt dat in 2010 in de provincie Groningen totaal ongeveer 295 ton consumentenvuurwerk is verkocht. Controle opslag in beslag genomen vuurwerk in beheer bij de politie Het Vuurwerkbesluit stelt eisen aan de wijze waarop vuurwerk moet worden opgeslagen. Deze voorschriften zijn echter niet van toepassing op vuurwerk dat in beheer of gebruik is bij de politie.
10
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010 Gedeputeerde Staten zijn bevoegd als binnen een inrichting van de politie meer dan 25 kg in beslag genomen consumentenvuurwerk (of gelijkwaardig) tijdelijk wordt opgeslagen. Voor het verlenen van vergunningen tot maximaal 250 kg consumentenvuurwerk (of gelijkwaardig) heeft het Interprovinciaal Overleg (IPO) een standaard voorschriftenpakket ontwikkeld. Voor het politiebureau Veendam is door gedeputeerde staten een vergunning verleend voor de opslag van maximaal 250 kg in beslag genomen vuurwerk. Dit bureau is het enige in de provincie Groningen en fungeert als regionale opslaglocatie voordat definitieve afvoer plaatsvindt. In de voorgaande jaren is geconstateerd dat de inrichting voor de opslag steeds voldeed aan de vergunningsvoorschriften. Dit was de reden om in 2010 geen controle uit te voeren. In 2011 zal een integrale, de gehele inrichting omvattende, controle worden uitgevoerd. Opslag en verkoop van carbid Aan het einde van het jaar wordt in de provincie Groningen naast vuurwerk traditiegetrouw ook veel carbid verkocht. Carbid en water is een riskante combinatie. Vanwege de verplichte sprinklerinstallatie mag carbid niet binnen het bereik van deze installatie worden opgeslagen en/of verkocht. Ook in 2010 is de opslag en verkoop van carbid meegenomen bij de reguliere vuurwerkcontroles.
11
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
7. Vuurwerkevenementen en -voorstellingen Inleiding Meerdere instanties zijn betrokken bij de handhaving van vuurwerkevenementen. Dit maakt onderlinge afstemming vooraf noodzakelijk. Landelijk is afgesproken dat deze instanties vooraf contact opnemen met de vuurwerkcoördinator van de desbetreffende provincie. De provinciale toezichthouder is op de vuurwerklocatie altijd leading' en heeft de coördinatie. Provincie De provincies verlenen voor vuurwerkevenementen en -voorstellingen ontbrandingstoestemmingen (vergunning) en beoordelen ontvangen meldingen. Ook verlenen Gedeputeerde Staten toepassingsvergunningen aan bedrijven die in de provincie zijn gevestigd en professioneel (bedrijfsmatig) vuurwerk tot ontbranding willen brengen. De toezichthouders van de provincie controleren bij evenementen op basis van het Vuurwerkbesluit de voorschriften van de toepassingsvergunning, de ontbrandingstoestemming en de ontbrandingsmelding. Ook vervullen zij een oog- en oorfunctie voor andere handhavingpartners zoals de Inspectie Verkeer en Waterstaat. Vuurwerkevenementen waarvoor een ontbrandingstoestemming is verleend worden in de provincie Groningen per definitie gecontroleerd. Meldingplichtige vuurwerkevenementen waarbij uitsluitend theatervuurwerk tot ontbranding wordt gebracht kent een ander controleregime. De daadwerkelijke uitvoering van deze controles is afhankelijk van specifieke omstandigheden, zoals naleefgedrag van de toepasser, aard van het af te steken vuurwerk, de ligging van de afsteeklocatie en dergelijke. Ook de multiple events (vaak een meldingplichtig vuurwerkevenement met meerdere ontbrandingen van dezelfde vuurwerkartikelen en hoeveelheden op dezelfde ontbrandingslocatie uitgevoerd door dezelfde toepasser) kent een afwijkend controle regime. Er wordt dan ten minste één controle uitgevoerd, tenzij specifieke omstandigheden aangeven dat een controle niet noodzakelijk is. Resultaten
fs:^ilyMeiMoti?'5.-, i i MSnta^fe ÏG.écohtroleerd^ [ Bïizonö&cMièri-^r'^^seii^yy 'y0-"'. ' ^ y y . Vergunningplichtig
17
16
Meldingplichtig
37
20
Multiple events
2 (6 en 10)
0
- 1 ontbranding op 31 december om 24:00 uur - 1 ontbranding op 31 december om 24:00 uur - 2 multiple events - zeer geringe hoeveelheden en zeer geringe gevaarzetting
Samenwerking met andere handhavingspartners Ten behoeve van ontbrandingen vinden tal van vervoersbewegingen met vuurwerk plaats tussen opslaglocaties in binnen- en buitenland en de plaats van het evenement. Ook na afloop van een evenement vinden er transporten plaats met mankerend of overgebleven vuunwerk terug richting de opslaglocatie. Meerdere instanties zijn dus betrokken bij de handhaving van vuurwerkevenementen. Naast de provincie zijn dit de Vliegende brigade Vuurwerk, Regionale brandweer. Regiopolitie, Inspectie Verkeer en Waterstaat en de Arbeidsinspectie. Landelijk is afgesproken dat deze instanties vooraf contact opnemen met de vuurwerkcoördinator van de desbetreffende provincie. De provinciale toezichthouder is op de vuurwerklocatie altijd 'leading' en heeft de coördinatie. Resultaten In 2010 hebben in de provincie Groningen geen gezamenlijke controles van vuurwerkevenementen met de Vliegende brigade Vuurwerk, Regionale Brandweer en de Arbeidsinspectie plaatsgevonden. Wel is een nauwe samenwerking in informatie-uitwisseling overeengekomen tussen de provincie en de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) met betrekking tot de aanvoer en de eventuele afvoer van niet tot ontbranding gekomen vuurwerk. Door de provinciale toezichthouders zijn van alle evenementen ingevulde checklisten naar IVW gezonden. Naar aanleiding van de toegezonden checklisten van de provincies zijn door de IVW landelijk 8 gerichte transportinspecties bij 5 toepassers uitgevoerd. In totaal zijn hierbij 13 overtredingen vastgesteld. De meeste overtredingen zijn gepleegd door 2 toepassers. Dit heeft geleid tot het opmaken van een proces-verbaal.
12
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010 sturend optreden door toezichthouders Door de beperkte mogelijkheden tot bestuursrechtelijk optreden zijn de provinciale toezichthouders tijdens een controle meestal al bij de opbouw van het vuurwerk aanwezig. Op deze manier worden vroegtijdig eventuele overtredingen geconstateerd die dan tijdig op aanwijzing van de toezichthouder opgeheven kunnen worden. Natuurbeschermingswet Sinds 1 oktober 2005 is de Natuurbeschermingswet 1998 (NB-wet) van kracht. Een voor het afsteken van vuurwerk bepalende factor is een toets bij mogelijke significante verstoring van soorten. Elke aanvraag voor een ontbrandingtoestemming of ontbrandingmelding wordt dan ook doorgestuurd naar de provinciale afdeling Landelijk Gebied & Water. Zij toetsen of er ook een NB-wet vergunning vereist is. In 2010 zijn door de provincie Groningen geen NB-wet gerelateerd vergunningen voor vuurwerkevenementen afgegeven.
13
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
8. Overige vuurwerkhandhavingspartners Inleiding Jaarlijks wordt naar schatting 1 a 2 miljoen kg verboden consumentenvuurwerk in Nederland verkocht. De aanpak van verboden consumentenvuurwerk is een landelijke handhavingsprioriteit. Om te bewerkstelligen dat de veiligheid is geborgd wordt er naast de politie, brandweer, gemeenten en de provincies met nog vele andere overheidinstanties actief op het gebied van vuurwerk samengewerkt. Op deze wijze wordt getracht zoveel mogelijk illegaal vuurwerk te onderscheppen. Openbaar Ministerie - Functioneel Parket Het Functioneel Parket (FP) is trekker van de Interventiestrategie verboden consumentenvuurwerk (LOM 2005). Deze interventiestrategie heeft drie doelstellingen. Ten eerste moet in 2010 de hoeveelheid illegaal consumentenvuurwerk met 80 procent verminderd zijn ten opzichte van 2005. De tweede doelstelling betreft een grote schoonmaak van de vuurwerkbranche. De derde doelstelling is tweeledig. Enerzijds een verbetering van de capaciteit en kwaliteit van toezicht en opsporing, en anderzijds een verbetering van de samenwerking tussen betrokken instanties. Resultaten In 2010 is door het Openbaar Ministerie een hoeveelheid van bijna 81 ton illegaal vuurwerk in beslag genomen. De schoonmaak van de vuurwerkbranche bevat een voorstel om te komen toe een vergunningenstelsel en een privaatrechtelijke gedragscode voor importeurs. Als een importeur de regels niet naleeft, raakt hij zijn importvergunning kwijt. Waarschijnlijk gaat in 2011 het stelsel in. Landelijk Meld- en Informatiepunt voor vuurwerk Het Landelijk Meld- en Informatiepunt voor vuurwerk (LMIP) is een database met als doel om op landelijk niveau inzicht te krijgen in de gehele vuurwerkketen. Het geautomatiseerde registratiesysteem FLITS is een veel geraadpleegde bron. Vliegende brigade Vuurwerk (landelijk) Om de wet- en regelgeving op het gebied van vuurwerk te handhaven is bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu in 2002 de Vliegende brigade Vuurwerk (VbV) opgericht. De VbV controleert de gehele vuurwerkketen, van productie, transport en opslag tot en met het afsteken van vuurwerk door consumenten en bedrijven. Resultaten Van de 158 gecontroleerde partijen keurden de VbV en het Nederlands Forensisch Instituut in 2010 25 monsters (16 procent) af. Opvallend was dat 11 partijen met een CE-markering niet conform de regels waren. Al het afgekeurde vuurwerk kon bij de importeurs/groothandelaren in beslag worden genomen. Daarmee is voorkomen dat via het legale circuit afgekeurd vuurwerk werd verkocht aan particulieren. Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) controleert alle vervoersmodaliteiten met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke stoffen, waaronder vuurwerk. Sinds april 2010 is er sprake van een samenwerking tussen IVW en de provincies voor wat betreft de aan- en afvoer van vuurwerk bij evenementen. De provinciale toezichthouders letten tijdens hun reguliere controles bij evenementen dan ook op de vervoersaspecten van het vuurwerk (oog en oor functie). Buitenlandse handhavingspartners Door de Inspectie van het ministerie van Infrastructuur en Milieu wordt reeds jaren samengewerkt met de Belgische overheid door middel van informatie-uitwisseling. In 2010 werd hier vervolg aan gegeven waarbij de aandacht ook werd verplaatst naar de haven van Antwerpen. Belangrijk is verder dat de Belgische regering in 2010 de verkoop van zogenoemd "spektakelvuurwerk" aan buitenlanders verboden heeft. Ook is in 2010 met de Duitse overheden samengewerkt door middel van gezamenlijke inspecties bij Duitse opslaginrichtingen van Nederlandse vuurwerkbedrijven en bij gezamenlijke controles aan de oostgrens van Nederland. In 2010 is de samenwerking met de Duitse autoriteiten uitgebreid met meer gerichte controles op de aanlanding van vuurwerk in de zeehaven van Hamburg.
14
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
9. Overige informatie Implementatie Europese Pyrorichtlijn in het Vuurwerkbesluit Halverwege 2010 is een gewijzigd Vuurwerkbesluit in werking getreden. Dit is het gevolg van een richtlijn van de Europese Unie. Daarin wordt voor pyrotechnische artikelen, zoals vuurwerk, geregeld dat die voldoen aan bepaalde veiligheidseisen en verplicht moeten worden voorzien van het CEkeurmerk. Deze en nog een aantal andere eisen uit die richtlijn, zijn vertaald in het gewijzigde Vuurwerkbesluit. Landelijke evaluatie Vuurwerkbesluit In 2006 is gestart met een algehele evaluatie van het Vuurwerkbesluit. In overleg met de branche en de handhavende instanties zijn aanbevelingen opgesteld die momenteel in wetsteksten worden omgezet. Eind 2010 is een ontwerp wijzigingsbesluit gepubliceerd. Dit ontwerp wijzigingsbesluit bevat een aantal verduidelijkingen en daarnaast een groot aantal ingrijpende wijzigingen. De wijzigingen moeten leiden tot een nog beter uitvoerbaar en daarmee handhaafbaar Vuurwerkbesluit. Verwacht wordt dat eind 2011 het gewijzigde Vuurwerkbesluit in werking zal treden. Rol gemeente bij aanpak overlast door vuurwerk Naast het handhaven van de bestaande regels ten aanzien van vuurwerk, kan een gemeente zelf ook een groot aantal zaken regelen in de APV. Zo kunnen er gebieden worden aangewezen waar door particulieren geen vuurwerk mag worden afgestoken. Ook kan de gemeente één of enkele verplichte plaatsen binnen de gemeente aanwijzen waar alleen vuurwerk moet worden afgestoken. De gemeente kan ook regelen op welke plaatsen binnen de gemeente vuurwerk verkocht mag worden. Memorandum 60 In het Vuurwerkbesluit staat voorgeschreven dat de brandbeveiligingsinstallatie moet voldoen aan Memorandum 60 van 14 april 2004 (definitief vastgesteld door de Raad Brandbeveiliging van het NCP op 12 maart 2004). Het Memorandum 60 bevat de technische eisen waar sprinklerinstallaties in de (buffer)bewaarplaatsen en verkoopruimtes aan moeten voldoen. Wensballonnen Het oplaten van (grote hoeveelheden) wensballonnen veroorzaakte in 2009 landelijk een grote mate van onrust. Met name de regionale brandweerkorpsen vroegen aandacht voor dit probleem. Hoewel het gebruik van wensballonnen niet onder het Vuurwerkbesluit valt heeft de IPO Werkgroep Vuurwerkcoördinatoren (IPO WV), gezien hun landelijke netwerk, zich ingezet om gemeenten uitvoerig te informeren over de gevaren. Door deze landelijke aandacht heeft het bureau Risicobeoordeling van de nieuwe Voedsel en Warenautoriteit (nVWA) een risicobeoordelingsonderzoek gestart. Sinds 2007 is de wensballon (ook wel ufoballon, geluksballon, sky lantern of gelukslampion genoemd) in Nederland te koop en de populariteit neemt toe. De wensballon is een lampion die, net als de hete luchtballon, werkt op het principe dat warme lucht stijgt. De lucht in de ballon wordt verwarmd door een open vlam die onder de ballon hangt. Al bij een windkracht van 2 Beaufort is de wensballon aan het begin van de vlucht instabiel. Bij een hardere wind neemt de kans toe dat de ballon verder kantelt en daardoor vlam vat. Als gevolg hiervan is het mogelijk dat er brand ontstaat als de brandende wensballon in contact komt met een brandbaar object (rieten dak). Ook is het mogelijk dat de brander niet is gedoofd op het moment dat de wensballon daalt en voor brand zorgt omdat de brander op een brandbare ondergrond (natuurgebied) terecht komt. Naast de risico's op brand is er een risico voor de luchtvaart. Wensballonnen waarin metalen delen zijn verwerkt kunnen namelijk een gevaar voor de luchtvaartveiligheid opleveren als ze in botsing komen met een luchtvaartuig. De landelijke aandacht voor de gevaren van wensballonnen heeft geleid tot het stellen van zowel technische eisen aan de wensballon, als eisen aan de informatie aan de gebruiker. Deze eisen zijn genotificeerd bij de Europese Commissie en zijn akkoord verklaard.
15
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
10. Conclusie Sinds de invoering van het Vuurwerkbesluit in 2002 heeft de coördinatie van en de samenwerking tussen de diverse handhavingpartners (locaal, provinciebreed en landelijk) op een groot aantal onderdelen zijn meerwaarde bewezen. Met name de veiligheid bij de opslag van consumentenvuurwerk en bij het ontbranden van professioneel vuurwerk, de inzet en betrokkenheid van deskundige medewerkers, de uniforme toepassing van de regelgeving en de uitwisseling van informatie tussen de handhavingpartners is sterk toegenomen. Hoog in het vaandel staan duidelijke afspraken, korte lijnen voor informatie en onderling vertrouwen tussen de handhavingpartners. Geconcludeerd kan worden dat de gestructureerde uitvoering van vuurwerktaken de veiligheid bij zowel vuurwerkopslagen als bij vuurwerkevenementen in de provincie Groningen zeer ten goede komt.
16
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
Bijlage 1
Overzicht samenstelling provinciebrede Uitvoeringsorganisatie 2010:
Jeroen Dubbelman
Provincie Groningen (vuurwerkcoördinator)
Meijco van Velzen
Regiopolitie Groningen
Coen Vaarkamp
Regionale brandweer Groningen (Hulpverleningsdienst)
Dick Bronsema
Gemeente Leek mede namens de gemeenten Grootegast, Marum en Zuidhorn
Henk Brands
Gemeente Hoogezand-Sappemeer mede namens de gemeente Slochteren
Sjirk Heerema
Gemeente Groningen mede namens de gemeente Haren
Klaas Kanis
Gemeente Veendam mede namens de gemeenten Menterwolde, Oldambt, Bellingwedde, Pekela, Stadskanaal en Vlagtwedde
Roelof Kortstra
Gemeente Appingedam mede namens de gemeenten De Marne, Winsum, Bedum, Loppersum, Ten Boer, Eemsmond en Delfzijl
17
Provinciebreed Jaarverslag Groningen Vuurwerk 2010
Bijlage 2
Overzicht gemeentelijke contactpersonen voor vuurwerk 2010
gemeente Appingedam Bedum Bellingwedde De Marne Delfzijl Eemsmond Groningen Grootegast Haren Hoogezand-Sappemeer Leek Loppersum Marum Menterwolde Oldambt Pekela Slochteren Stadskanaal Ten Boer Veendam Vlagtwedde Winsum Zuidhorn
opmerkingen R. (Roelof) Kortstra S. (Sjoerd) Bergsma
geen opslag/verkoop
W. (Wim) Dodde H. (Rick) Stam G. (Ger) Mekkering S. (Sjirk) Heerema J. (Jan) Zijlstra R. (Richard) Wiersma H. (Henk) Brands D.K. (Dick) Bronsema G. (Guus) Mulder J.N. (Jan Nico) Wijnstok H. (Haro) Swiersema D. (Denis) van der Giessen K. (Klaas) Kanis P. (Patrick) Mulder T. (Teijo) Doornkamp geen opslag/verkoop K. (Klaas) Kanis J. (Johan) Grol J. (Jan) Bijma J. (Jacob) Lei
18