Examenreglement. Programma van toetsing en afsluiting. leerjaar 4. Cursus

Examenreglement Programma van toetsing en afsluiting leerjaar 4 Cursus 2007-2008

Afdeling handel en adminstratie BB

ALGEMENE BEPALINGEN M.B.T. HET PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING VOOR HET TRIAS VMBO schooljaar 2007 -2008

Artikel 1: periode-indeling In het derde en het vierde leerjaar wordt gewerkt met een doorlopend cijfer. Alleen in verband met de rapportage wordt gewerkt met een aantal periodes, waarna verslaggeving naar de ouders/verzorgers plaatsvindt: Leerjaar 3: 1e periode:

maandag 27 augustus 2007 tot en met vrijdag 2 november 2007

2e periode:

maandag 5 november 2007 tot en met vrijdag 18 januari 2008

3e periode:

maandag 21 januari 2008 tot en met vrijdag 28 maart 2008

4e periode:

maandag 31 maart 2008 tot en met donderdag 19 juni 2008

Leerjaar 4: 1e periode:

maandag 27 augustus 2007 tot en met vrijdag 2 november 2007

2e periode:

maandag 5 november 2007 tot en met vrijdag 18 januari 2008

3e periode:

maandag 21 januari 2008 tot en met vrijdag 25 april 2008

Artikel 2: examenprogramma's Een kandidaat kiest in de laatste twee jaren van het VMBO in de kaderberoepsgerichte en basisberoepsgerichte leerweg een sector en een aantal vakken die deel uit maken van het examenprogramma. In de theoretische en gemengde leerweg wordt in leerjaar vier een sector gekozen en worden de vakken van het examenprogramma gekozen. Binnen de gekozen leerweg worden alle vakken op het niveau van de gekozen leerweg geëxamineerd. Kiest de kandidaat voor de theoretische leerweg, dan omvat het examenprogramma ten minste 7 vakken, waaronder Nederlands, Engelse taal, maatschappijleer (gemeenschappelijk deel), twee nader te kiezen sectorvakken en in het vrije deel twee nog niet in het sectordeel gekozen vakken. Kiest de kandidaat voor de gemengde leerweg, dan omvat het examenprogramma ten minste 7 vakken, waaronder Nederlands, Engelse taal, maatschappijleer (gemeenschappelijk deel), het beroepsoriënterende vak technologie, twee nader te kiezen sectorvakken en in het vrije deel één nog niet in het sectordeel gekozen vak. Kiest de kandidaat voor de kaderberoepsgerichte of basisberoepsgerichte leerweg, dan omvat het examenprogramma ten minste 6 vakken, waaronder Nederlands, Engelse taal, een nader te kiezen afdelingsvak, maatschappijleer (gemeenschappelijk deel) en twee nader te kiezen vakken uit het sectordeel.

Algemene bepalingen PTA - Trias VMBO 2007-2008, pagina 1

Artikel 3: vakken per leerweg Theoretische leerweg

Ne En Mij 1 CKV LO

+

2 sectorvakken: Techniek: Zorg en Welzijn: Economie:

wi + nask 1 bi + ak/gs ec + wi/du/fa

+ vrije deel van 2 vakken keuze uit overige vakken

Gemengde leerweg Ne En Mij 1 CKV LO

+ +

het beroepsoriënterende vak technologie 2 sectorvakken: Techniek: wi + nask 1 Zorg en Welzijn: bi + ak/gs Economie: ec + wi/du/fa

+ vrije deel van 1 vak keuze uit overige vakken

Kader- en Basisberoepsgerichte leerwegen (met uitzondering van klas 3 afdeling verzorging) Ne En Mij 1 CKV LO

+ 1 beroepsgericht vak

+ 2 sectorvakken

Î keuze uit:

Administratie Bouw, diff. timmeren Elektrotechniek Metaaltechniek Mode en Commercie Verzorging Zorg/welzijn breed

Æ ec + du/wi Æ wi + nask 1 Æ wi + nask 1 Æ wi + nask 1 Æ ec + du/wi Æ bi + wi/ak Æ bi + wi/ak

3e klas afdeling verzorging: Ne, En, mij1, mij2,ckv, lo, bi, wi (geen keuzevakken!)

Artikel 4: becijfering a.

Het eindcijfer van het schoolexamen voor een vak is het gewogen gemiddelde van de cijfers voor de afgelegde toetsen in leerjaar drie en vier. Alleen resultaten voor toetsen die genoemd worden in het PTA, tellen mee bij het bepalen van het eindcijfer voor het schoolexamen. Deze resultaten worden vermeld op de cijferlijst, op 1 decimaal nauwkeurig.

b.

De vakken maatschappijleer (gemeenschappelijk deel) en kunstvakken 1 CKV worden afgesloten in leerjaar drie. Het vak maatschappijleer (gemeenschappelijk deel) telt volledig mee in de zak/slaagregeling en kent alleen een schoolexamen. Het vak kunstvakken 1 CKV moet worden afgesloten met minimaal het resultaat “voldoende”. Het vak lichamelijke opvoeding wordt in leerjaar vier afgesloten, het resultaat moet minimaal “voldoende” zijn.


Artikel 5: uitvoering schoolexamen a.

Onder toetsen wordt o.a. verstaan: 1 2 3 4 5 6

schriftelijke toetsen mondelinge toetsen ICT-toetsen kijk en/of luistertoetsen praktische opdrachten handelingsdeel (handelingsopdrachten)

Schriftelijke, mondelinge, ICT- en kijk/en of luistertoetsen zijn toetsen die worden beoordeeld aan de hand van een correctievoorschrift waarin mogelijke antwoorden en een puntenverdeling zijn opgenomen. Praktische opdrachten dienen om met name vaardigheden te toetsen. De leerling voert deze opdrachten zo zelfstandig mogelijk uit. Voor praktische opdrachten wordt een cijfer gegeven. Zowel het proces als het product wordt beoordeeld aan de hand van vooraf aan de kandidaat bekend gemaakte criteria. Handelingsopdrachten dienen om leerstofonderdelen en/of vaardigheden die niet met een cijfer worden beoordeeld, tot hun recht te laten komen. Alle handelingsopdrachten dienen naar behoren te zijn uitgevoerd. Indien dit niet het geval is, heeft de kandidaat het schoolexamen niet afgerond en kan derhalve niet aan het centraal examen worden deelgenomen. De uitvoering van een handelingsopdracht blijkt uit een presentatie, die o.a. de vorm kan hebben van een kort verslag of de beantwoording van een vragenlijst. Beoordelingscriteria worden vooraf aan de kandidaat medegedeeld b.

Toetsen dienen minimaal één week van te voren te worden opgegeven. De leerling dient erop gewezen te worden dat hij/zij een toets gaat maken als deel van zijn/haar schoolexamen. Maximaal mogen twee voorbereiding vragende in het PTA opgenomen toetsen per dag worden afgenomen. Voor de basisberoepsgerichte leerweg geldt een maximum van één toets per dag. Tijdens toetsweken kan hiervan worden afgeweken.

c.

Het resultaat van elke toets (het toegekende cijfer of de toegekende beoordeling in bewoordingen) wordt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen acht werkdagen na het afleggen van de toets aan de betreffende leerling bekendgemaakt.

d.

De verdeling van de stof over de diverse toetsen van de verschillende vakken staat achter in dit boekje, alsmede de wegingsfactoren per toets.

e.

Na afloop van een periode krijgen de leerlingen een cijferlijst mee met de resultaten van de afgelopen periode. Deze cijferlijst wordt, ondertekend door een wettelijke vertegenwoordiger, op school ingeleverd. De wettelijke vertegenwoordiger(s) kunnen binnen 5 werkdagen na uitreiking van de cijferlijst schriftelijk in beroep gaan tegen de vermelde resultaten; daarna worden de behaalde resultaten definitief en kan het werk van de leerlingen worden meegegeven naar huis. Het eventuele schriftelijke beroep dient gericht te zijn aan de secretaris van het examenbureau van de betreffende locatie.

f.

Een kandidaat kan in een vak door twee docenten geëxamineerd worden. Deze bepalen in onderling overleg het resultaat van de betreffende toets.

g.

Indien een kandidaat te laat komt tijdens een onderdeel van het schoolexamen, geldt dat de gestelde eindtijd gelijk blijft. Algemene bepalingen PTA - Trias VMBO 2007-2008, pagina 3

h.

Te laat komen voor een kijk en/of luistertoets houdt in dat de kandidaat niet meer tot de zitting kan worden toegelaten.

i.

Mondelinge toetsen kunnen op geluidsband worden vastgelegd.

j.

In het derde leerjaar dient de leerling één grote praktische opdracht van tenminste 10 uur uit te voeren. Deze opdracht wordt bij de volgende vakken geplaatst: Theoretische en gemengde leerweg: maatschappijleer (gemeenschappelijk deel) Kaderberoepsgerichte en basisberoepsgerichte leerweg: het beroepsgerichte vak, te weten: Handel en Administratie of; Bouwtechniek of; Elektrotechniek Metaaltechniek Mode en commercie of; Verzorging In het vierde leerjaar dient de leerling eveneens één grote praktische opdracht van tenminste 10 uur uit te voeren. Deze opdracht wordt bij de volgende vakken geplaatst: Theoretische leerweg: bij één van de sectorvakken nask1, biologie of economie. Gemengde leerweg: bij het beroepsoriënterende vak technologie of bij één van de sectorvakken nask1, biologie of economie. Kaderberoepsgerichte en basisberoepsgerichte leerweg: het beroepsgerichte vak, te weten: Handel en Administratie of; Bouwtechniek of; Bouwtechniek differentiatie fijnhout of; Elektrotechniek of: Metaaltechniek of: Mode en commiercie of: Verzorging of; Zorgwelzijn breed

k.

De leerling dient in het vierde leerjaar een handelingsopdracht in het kader van oriëntatie op leren en werken uit te voeren. Deze opdracht zal worden begeleid door een vakdocent.

l.

In het vierde leerjaar dienen de kandidaten uit de theoretische leerweg een sectorwerkstuk te maken. Dit werkstuk heeft betrekking op een thema uit de sector waarin de leerling het onderwijs volgt. Voor dit werkstuk dient de kandidaat als resultaat de kwalificatie "voldoende" of "goed" te behalen.

m.

De uitwerkingen van praktische en handelingopdrachten dienen door de kandidaat persoonlijk aan de vakdocent te worden overhandigd. Daarbij tekenen zowel de kandidaat als de vakdocent een aftekenlijst, waarbij de kandidaat tekent voor inlevering en de vakdocent tekent voor ontvangst. Tevens dient het retourneren van werk aan de kandidaat op een lijst te worden afgetekend, waarbij de kandidaat tekent Algemene bepalingen PTA - Trias VMBO 2007-2008, pagina 4

voor ontvangst en de vakdocent tekent voor overhandiging van het werk aan de kandidaat. Artikel 6: verhindering Indien een leerling door ziekte of andere, geldige reden verhinderd is aan een onderdeel van het schoolexamen op een daartoe vastgesteld tijdstip deel te nemen, dient de reden van zijn afwezigheid vóór aanvang van het onderdeel te worden medegedeeld, telefonisch aan de administratie. Nadien dient een deugdelijk bewijs te worden getoond aan het examenbureau. Indien geen tijdige afmelding plaatsvindt, wordt dit beschouwd als een onregelmatigheid (zie OVO-eindexamenreglement). Een leerling die door geldig verzuim een deel van het schoolexamen niet heeft kunnen maken, wordt in de gelegenheid gesteld op een later tijdstip een andere toets af te leggen. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het inhalen van een toets. Artikel 7: beoordeling Bij de beoordeling van de diverse toetsen (uitgezonderd de handelingsopdrachten) van het schoolexamen wordt het onderdeel omtrent kennis, inzicht en vaardigheid van de kandidaten uitgedrukt in een cijfer 1 tot en met 10, waaraan de volgende betekenis toekomt: 1 2 3 4 5

zeer slecht slecht zeer onvoldoende onvoldoende bijna voldoende

6 7 8 9 10

voldoende ruim voldoende goed zeer goed uitmuntend

Voorzover het schoolexamen gevolgd wordt door een Centraal Examen worden bovengenoemde cijfers op 1 decimaal nauwkeurig geregistreerd. Artikel 8: herkansingsregeling schoolexamen Kandidaten kunnen aan het einde van de derde periode in totaal maximaal twee toetsen herkansen. De toetsen die daarvoor in aanmerking komen staan genoemd in het programma van toetsing en afsluiting per vak. Deze herkansingsmogelijkheid wordt per toets vermeld in de kolom “opmerking” van het PTA. Indien deze mogelijkheid niet wordt vermeld, is geen herkansing mogelijk. Een uitzondering vormt het vak maatschappijleer. Dit vak kan in klas 3 worden herkanst bij een onvoldoende eindresultaat. Een aanvraag tot herkansing dient schriftelijk te worden ingediend bij de secretaris van het examenbureau. Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde onderdeel van het schoolexamen geldt als definitief cijfer voor het betreffende onderdeel van het schoolexamen. Artikel 9: herkansingsregeling CSPE De kandidaat heeft recht op herkansing van het centraal schriftelijk praktisch examen (CSPE) voor de basisberoepsgerichte of de kaderberoepsgerichte leerweg. Vóór aanvang van de herkansing van één of meerdere onderdelen van het CSPE dient in een protocol te worden vastgelegd welke onderdelen worden herkanst, dit na overleg tussen de kandidaat en de betrokken examinator. Dit protocol dient door de kandidaat en de examinator te worden ondertekend. Met onderdelen wordt bedoeld een serie vragen/praktische opdrachten die door de CEVO/CITO als onderdeel in het CSPE wordt aangemerkt en waarvoor een maximale tijdsduur is aangegeven. Deze onderdelen worden voorafgaande aan de keuze van de kandidaat door het examenbureau benoemd en als zodanig in het protocol aangegeven.


Artikel 10: overgangsregeling klas 3 Deze overgangsregeling is ontleend aan de Slaag-/Zak regeling voor examenkandidaten. De leerling wordt bevorderd indien aan de volgende punten is voldaan: 1. a. Voor ten hoogste één van de gekozen examenvakken het eindcijfer 5 is behaald en voor de overige gekozen examenvakken een 6 of hoger, of b. Voor ten hoogste één van de gekozen examenvakken het eindcijfer 4 is behaald en voor de overige gekozen examenvakken een 6 of hoger waarvan tenminste één 7 of hoger, of c. Voor twee van de gekozen examenvakken, het eindcijfer 5 heeft behaald en voor de overige gekozen examenvakken een 6 of hoger waarvan tenminste één 7 of hoger. Het beroepsgerichte vak heeft de weging van twee vakken (alleen van toepassing op de kader- en basisberoepsgerichte leerweg) 2. Het voor alle leerlingen verplichte vak maatschappijleer 1 wordt afgesloten met het eindcijfer 6 of hoger. 3. Voor de vakken CKV en LO de kwalificatie “voldoende” of “goed” is behaald. 4. Voor de drie niet gekozen examenvakken minimaal 15 punten zijn behaald, waarvan minimaal 1 van deze vakken voldoende moet zijn (alleen van toepassing op de theoretische leerweg). 5. Voor alle handelingsopdrachten de kwalificatie “voldoende” of “goed” is behaald. In alle andere gevallen wordt de leerling besproken door de lerarenvergadering. N.B. Onder “examenvak” wordt verstaan een vak waarin in klas 4 centraal examen wordt afgelegd. Artikel 11: het examenbureau Het examenbureau kent de volgende leden: Voorzitter:

dhr. J. Bart (directeur)

Vice-voorzitter

dhr. J. Westerik (adjunct-directeur bovenbouw)

Examensecretaris:

dhr. J. Gerrits

Plv. examensecretaris:

dhr. C. Mars

Overige leden:

dhr. J. de Goede dhr. G. van den Kommer dhr. F. de Kort dhr. E. van Veldhuizen

De voorzitter geeft de vice-voorzitter mandaat met betrekking tot de uitvoering van en het toezicht op handhaving van het examenreglement. Artikel 11: In alle gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, beslist de voorzitter van het examenbureau.


Aanvullende regelgeving in verband met de invoering van digitale centrale examens voor de AVO-vakken in de basisberoepsgerichte leerweg: Het Trias VMBO is voornemens om de kandidaten van de basisberoepsgerichte leerweg op te geven voor digitale examinering van de AVO-vakken. Het ministerie van Onderwijs heeft ons sterk geadviseerd dit jaar al over te gaan op deze vorm van examineren, alhoewel verplichte deelname pas in het examenjaar 2009 van toepassing is. Wij zullen de kandidaten middels een “proef op de som” op deze vorm van centrale examinering voorbereiden. Hierbij maken alle kandidaten minimaal één digitaal proefexamen. Deze proefexamens worden door de vakdocenten gecorrigeerd waarna de resultaten naar het CITO worden opgestuurd. Als na controle door het CITO is gebleken dat de organisatie goed is verlopen, krijgt de school toestemming om de “echte” digitale centrale examens voor de basisberoepsgerichte leerweg af te nemen. Uiterlijk 15 februari 2008 zal dit bekend zijn. Als het Trias VMBO toestemming krijgt om de centrale examens voor de AVO- vakken digitaal af te nemen, ontvangt u in maart/april 2008 een aanvulling op het examen-reglement. In ieder geval zal deze aanvulling regels geven met betrekking tot o.a.: • • • • • •

Moment en wijze van beslissing over de herkansing. De inhaalprocedure. De te volgen procedure bij mislukte afname door bijvoorbeeld slechte afnamecondities. Het afnamemoment. Verdere regels over de afname. Inzage van het gemaakte werk.


EINDEXAMENREGLEMENT VMBO OPENBAAR VOORTGEZET ONDERWIJS ZAANSTAD

September 2004

HOOFDSTUK I - ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Dit reglement verstaat onder: het bevoegd gezag

:

de directeur het besluit

: :

de examinatoren

:

examendossier

:

de school

:

de bestuurscommissie voor het openbaar voortgezet onderwijs Zaanstad; de vestigingsdirecteur of locatiedirecteur van een school; het Koninklijk Besluit van 28 juli 2000, Staatsblad 358, houdende bepalingen inzake eindexamens aan de scholen voor vwo, havo en vmbo; de personeelsleden die belast zijn met het afnemen van de examens; bevat alle onderdelen van het schoolexamen zoals deze in het voorlaatste en laatste leerjaar van de opleiding worden opgebouwd, ook voor die vakken, die hetzij niet centraal worden geëxamineerd, hetzij reeds in het derde leerjaar worden afgesloten; de vestiging van een openbare scholen- gemeenschap voor vwo-havo-vmbo. Artikel 2

1. Het bevoegd gezag legt elke wijziging van dit reglement om advies voor aan de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van de scholen. 2. Dit reglement wordt op school uitgereikt aan en ligt op school voor belanghebbenden ter inzage. HOOFDSTUK II – DE INHOUD, HET AFNEMEN EN DE ORGANISATIE VAN HET EINDEXAMEN Artikel 3 1. Eindexamen kan worden afgelegd in de vakken voor zover deze in de onderscheiden afdelingen van de school worden aangeboden en staan vermeld in de gids van het betreffende jaar van de betrokken locatie. De inhoud van de onderscheiden onderwijssoorten wordt nader geregeld in de volgende artikelen van het eindexamenbesluit: artikel 22, eindexamen vmbo, theoretische leerweg, artikel 23, eindexamen vmbo, basisberoepsgerichte leerweg, artikel 24, eindexamen vmbo, kaderberoepsgerichte leerweg, artikel 25, eindexamen vmbo, gemengde leerweg. Artikel 4 1. De directeur en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag het eindexamen af. Het eindexamen bestaat voor ieder vak uit een schoolexamen en voor zover dat in het examenprogramma is bepaald tevens uit een centraal examen en

2

kan mede omvatten een sectorwerkstuk, zulks conform het gestelde in artikel 4 van het eindexamenbesluit. 2. De directeur stelt per locatie een examencommissie in. De directeur bekleedt het voorzitterschap en de secretaris is één van de personeelsleden van de locatie, aangewezen door de directeur 3. De directeur kan zijn bevoegdheden met betrekking tot het examen mandateren aan de locatiedirecteur vmbo. Artikel 5 1. Het eindexamen vindt plaats in de door de directeur daartoe aangewezen ruimten. 2. De directeur deelt de leerlingen vóór 1 oktober van het examenjaar schriftelijk mede welke de inhoud van het schoolexamen is en wanneer het schoolexamen en het centraal examen worden gehouden. 3. Een kandidaat die door omstandigheden buiten zijn schuld niet aan het examen of een deel daarvan kan deelnemen, kan bij de directeur een verzoek indienen om op een later tijdstip examen af te leggen. 4. Indien een kandidaat onverwachts door ziekte of anderszins niet aan een examen of een deel daarvan kan deelnemen, dient hij dit schriftelijk of telefonisch voor de aanvang van het examen te melden. 5. Zodra een kandidaat die door ziekte of anderszins een examen of deel daarvan verzuimd heeft weer op school komt, dient hij een verklaring ondertekend door de ouders omtrent zijn verzuim in te leveren bij de secretaris van de examencommissie. 6. Een kandidaat die in gebreke blijft conform de in beide voorgaande leden de vereiste melding te doen en de genoemde verklaring in te leveren, wordt geacht niet-reglementair afwezig geweest te zijn. 7. Indien een kandidaat op grond van niet-reglementaire afwezigheid een toets niet heeft afgelegd, neemt de directeur maatregelen overeenkomstig het gestelde in artikel 11, lid 2. 8. Indien een toets van het schoolexamen niet is afgelegd op grond van reglementaire afwezigheid wordt de kandidaat in de gelegenheid gesteld deze toets in te halen. Indien het een toets van het centraal examen betreft, wordt de kandidaat in het tweede tijdvak de gelegenheid gegeven het centraal examen te voltooien. 9. Het bevoegd gezag bepaalt het tijdstip waarop het schoolexamen aanvangt. 10. Het schoolexamen heeft de vorm van een examendossier. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van het schoolexamen zoals gedocumenteerd in een door het bevoegd gezag gekozen vorm. Het examendossier bevat tevens de resultaten die de leerling heeft behaald voor de vakken bedoeld in artikel 26g, eerste lid, van het Inrichtingsbesluit W.V.O. of artikel 26i, tweede lid, voor zover in die vakken geen eindexamen is afgelegd. 11. De directeur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan z.s.m. mededeling aan de Inspectie. 12. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap geldt t.a.v. de in het voorgaande lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat: a. er een deskundigenverklaring is die door een terzake deskundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld; b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten en c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe in de onder a genoemde deskundigenverklaring t.a.v. betrokkene een voorstel wordt gedaan dan

3

wel indien aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring. 13. Het bevoegd gezag kan, de Inspectie gehoord, i.v.m. onvoldoende beheersing van de Nederlandse taal afwijken van de voorschriften gegeven bij of krachtens dit besluit, t.a.v. een kandidaat die met inbegrip van het schooljaar waarin hij eindexamen aflegt, ten hoogste 6 jaren onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie het Nederlands niet de moedertaal is. De in de eerste volzin bedoelde afwijking kan betrekking hebben op: a. het vak Nederlandse taal en letterkunde; b. het vak Nederlandse taal; c. enig ander vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis is. 14. De in het 13e lid bedoelde afwijking bestaat voor zover betrekking hebbend op het centraal examen en in voorkomende gevallen op het schoolexamen slechts uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten en het verlenen van toestemming tot het gebruik van een verklarend woordenboek der Nederlandse taal. 15. De directeur kan, de Inspectie gehoord, toestaan dat ten aanzien van de kandidaten, die in het laatste leerjaar langdurig ziek zijn geweest en ten aanzien van kandidaten die enige tijd niet in staat zijn geweest onderwijs in het laatste leerjaar te volgen, het eindexamen gespreid over twee jaar wordt afgenomen. HOOFDSTUK III - DE GANG VAN ZAKEN BIJ HET CENTRAAL EXAMEN Artikel 6 1. Het toezicht bij het examen wordt verricht door de examinatoren en door de directeur aangewezen surveillanten. In elk lokaal houden ten minste twee surveillanten toezicht. De directeur bepaalt op grond van de omvang van de groep en de inrichting en grootte van de ruimte of er meer dan twee surveillanten worden ingezet. Zij die toezicht hebben gehouden maken daarover een proces-verbaal op. 2. Vóór het examen worden de kandidaten op de hoogte gesteld van de regels die tijdens het examen gelden. 3. Nadat bij de aanvang van het examen in enig vak één van degenen die met de surveillance is belast, de zich op de enveloppe met examenopgaven bevindende en daarvoor aangewezen gegevens heeft opgelezen en in orde heeft bevonden, opent hij de enveloppe in tegenwoordigheid van de kandidaten. Indien niet alle kandidaten bij het examen in een lokaal kunnen worden geplaatst, geschiedt het openen in één van de voor dit examen bestemde lokalen. 4. Onmiddellijk nadat de enveloppe is geopend, worden de opgaven uitgedeeld. 5. Gedurende de gehele zitting, volgende op het tijdstip van opening van de enveloppe, worden de opgaven niet buiten het examenlokaal gebracht. 6. Een kandidaat die te laat komt, mag uiterlijk tot een half uur na het tijdstip van opening van de enveloppe tot het examenlokaal worden toegelaten. Hij levert zijn werk in op het tijdstip dat voor de andere kandidaten geldt. 7. Het werk wordt gemaakt op papier dat door of vanwege de directeur wordt verstrekt, tenzij door degenen, die met de vaststelling van de opgaven zijn belast, ander papier wordt verstrekt. 8. De kandidaat plaatst aan de linker bovenzijde van het papier zijn eindexamennummer en aan de rechterbovenzijde zijn naam, tenzij een andere plaats is aangegeven. 9. Omtrent de opgaven worden geen mededelingen of inlichtingen van welke aard ook aan de kandidaten verstrekt.

4

10. Er mogen geen andere boeken, tabellen of hulpmiddelen gebruikt worden dan die welke bij ministeriële richtlijn zijn aangegeven. 11. Kladpapier wordt door of vanwege de directeur verstrekt. 12. Het is niet toegestaan de antwoorden op open vragen of uitwerkingen van opdrachten met potlood te schrijven. Ook is het niet toegestaan middelen als Typex e.d. te gebruiken. Bij eventuele vergissingen dient de kandidaat de gemaakte fout door te strepen. 13. Gedurende het examen mag de kandidaat zich alleen met toestemming van een surveillant en onder begeleiding tijdelijk uit het examenlokaal verwijderen. 14. De kandidaat mag pas een half uur na aanvang van het examen het werk bij één van de surveillanten inleveren en het examenlokaal verlaten. 15. Aan het einde van het examen controleert één van de surveillanten of alle kandidaten hun werk hebben ingeleverd. 16. Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding van een surveillant het examenlokaal verlaten. In overleg met de examenkandidaat beoordeelt de directeur of de kandidaat na enige tijd het werk kan hervatten. Voor het centraal examen geldt dan het volgende: a. Indien de kandidaat na enige tijd het werk hervat, kan de gemiste tijd aan het einde van de zitting worden ingehaald. b. Indien de kandidaat het werk niet kan hervatten, kan de directeur, zo mogelijk op grond van een medische verklaring aan de Inspecteur verzoeken te beslissen, dat het voor een deel gemaakte werk ongeldig is. De kandidaat mag, indien de Inspecteur het werk ongeldig verklaart, in het eerstvolgende tijdvak opnieuw aan het betreffende examen deelnemen. 17. Gedurende alle examenzittingen is het kandidaten niet toegestaan mobiele telefoons bij zich te hebben in het examenlokaal. HOOFDSTUK IV - DE BEOORDELING VAN HET EINDEXAMEN Artikel 7 1. De directeur stelt de kandidaat zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval een week vóór het centraal examen van de beoordeling van het schoolexamen in kennis van: a. welke cijfers zijn behaald voor het schoolexamen; b. de beoordeling van vakken waarvoor geen cijfer wordt vastgesteld; c. de beoordeling van het sectorwerkstuk (zover van toepassing). 2. Het cijfer van het schoolexamen wordt uitgedrukt in een schaal van cijfers lopende van 1 tot en met 10. 3. Indien in een vak tevens centraal examen wordt afgelegd, worden de in het 2e lid genoemde cijfers met de daartussen gelegen cijfers met 1 decimaal gebruikt. Voor de vakken culturele en kunstzinnige vorming, lichamelijke opvoeding alsmede voor het sectorwerkstuk geldt de kwalificatie “voldoende”of “goed”. 4. De kandidaat controleert de beoordeling van zowel de onderdelen als de eindbeoordeling van het schoolexamen. 5. Een kandidaat die niet instemt met een toegekende beoordeling, kan zich binnen één week nadat het werk besproken is, schriftelijk wenden tot de secretaris van de examencommissie. De examencommissie neemt, na examinator en kandidaat gehoord te hebben, uiterlijk binnen 10 werkdagen een beslissing. Een kandidaat kan tegen deze beslissing in beroep gaan overeenkomstig het gestelde in artikel 11, lid 4, 5, 6 en 8. 6. Schriftelijke rapportage aan de kandidaten en hun ouders betreffende de beoordelingen van het schoolexamen geschiedt periodiek op door de directie vast te stellen momenten.

5

7. Het schoolexamen is pas afgerond als voor alle kennistoetsen, de praktische opdrachten en praktijkopdrachten een cijfer dan wel de waardering voldoende, naar behoren of goed overeenkomstige het programma van toetsing en afsluiting is vastgesteld; alle handelingsopdrachten, het vak LO, het vak CVK en het sectorwerkstuk (zover van toepassing) dienen met de waardering voldoende, goed of naar behoren te zijn afgesloten. 8. De directeur en de secretaris stellen de uitslag van het eindexamen vast nadat het schoolexamen en het centraal examen zijn afgelegd. 9. Bij de vakken en programma’s waarvoor de CEVO alleen een referentieterm als N-term heeft vastgesteld, hanteert de directeur deze referentie-N-term, tenzij er sprake is van kennelijke omstandigheden die ertoe leiden dat toepassing van de referentie-N-term leidt tot voor de kandidaten onredelijke cijfers voor het (onderdeel van het) centrale examen. De directeur bepaalt of er van kennelijke omstandigheden sprake is op grond van een advies van de examencommissie. De examencommissie betrekt bij zijn advies het examen, de wijze waarop het examen is voorbereid en de door de kandidaten van de school behaalde resultaten en formuleert tevens een advies over de gewenste verhoging van de cijfers ten opzichte van de cijfers zoals die uit de referentie-N-term zouden zijn ontstaan. Indien de directeur besluit tot een afwijking van de referentie-N-term, stelt hij de afwijkende N-term vast. Deze afwijkende N-term geldt voor alle kandidaten van het betreffende vak/programma. In geen geval zal de directeur een N-term vaststellen die lager ligt dan de referentie-N-term. 10. Uit alle eindcijfers van de vakken waarin de kandidaat eindexamen heeft afgelegd, wordt een lijst opgesteld zodanig, dat de op deze lijst vermelde vakken een eindexamen vormen. 11. Het eindcijfer voor een vak is het rekenkundig gemiddelde van het cijfer van het schoolexamen en het cijfer van het centraal examen. Voor de in artikel 10b van de wet genoemde basisberoepsgerichte leerweg geldt in afwijking van de eerste volzin dat voor de bepaling van het eindcijfer het cijfer voor het schoolexamen tweemaal wordt meegerekend en het cijfer voor het centraal examen éénmaal. Is de uitkomst van de berekening niet een geheel getal, dan wordt het getal, indien het eerste cijfer achter de komma 4 of minder is naar beneden afgerond en indien dat cijfer 5 of meer is naar boven afgerond. 12. Indien in een vak alleen een schoolexamen is gehouden is het cijfer voor het schoolexamen tevens het eindcijfer, conform de berekening als in artikel 7, lid 11. 13. De kandidaat die eindexamen vmbo heeft afgelegd, is geslaagd, indien hij: a. voor al zijn examenvakken eindcijfers heeft behaald van 6 of meer; b. voor één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige eindexamenvakken eindcijfers heeft behaald van 6 of meer; c. voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken eindcijfers heeft behaald van 6 of meer waarvan tenminste één 7 of meer, dan wel, d. voor twee van zijn examenvakken, ook als beide behoren tot het sectordeel, het eindcijfer 5 heeft behaald, voor zijn overige examenvakken eindcijfers heeft behaald van 6 of meer waarvan tenminste één 7 of meer. e. het eindcijfer van het afdelingsvak in de basisberoepsgerichte en de kaderberoepsgerichte leerweg wordt meegerekend als twee eindcijfers. f. voor de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding en in de theoretische leerweg voor het sectorwerkstuk de kwalificatie “voldoende””of “goed” is behaald. 14. De kandidaat die eindexamen heeft afgelegd en die niet voldoet aan de in lid 13 bedoelde voorwaarden, is afgewezen behoudens de mogelijkheid tot herkansing.

6

HOOFDSTUK V - HERKANSING Artikel 8 1. Het bevoegd gezag kan bepalen dat de kandidaat die eindexamen of deelexamen aflegt voor één of meer vakken van het schoolexamen waarin geen centraal examen wordt afgenomen deze opnieuw kan afleggen met dien verstande dat het bevoegd gezag dit recht in elk geval verleent voor het vak maatschappijleer behorend tot het gemeenschappelijk deel van de leerwegen, indien de kandidaat voor dat vak een eindcijfer heeft behaald lager dan 6. Het herexamen omvat door het bevoegd gezag aangegeven onderdelen van het examenprogramma. In het programma van toetsing en afsluiting wordt dit uitgewerkt. 2. Het hoogste van de cijfers behaald bij het eerder afgelegde schoolexamen en het cijfer van het herexamen als bedoeld in lid 1 geldt als definitief cijfer. 3. Eventuele herkansingsmogelijkheden voor delen van het schoolexamen of voor schoolexamens waarin wel een centraal examen wordt afgelegd, worden geregeld in het programma van toetsing en afsluiting. 4. Indien één of meer tentamens van het schoolexamen worden verschoven tot na de begindatum van het centraal examen, vindt het centraal examen voor dat vak of die vakken plaats tijdens het tweede en/of derde tijdvak van het centraal examen. 5. Op de herkansing van het centraal examen is artikel 51 van het besluit van toepassing. HOOFDSTUK VI – OVERIGE BEPALINGEN Artikel 9 1. De schoolexamenresultaten behaald in het voorlaatste leerjaar komen te vervallen als de kandidaat niet wordt bevorderd van het voorlaatste tot het laatste leerjaar. 2. De schoolexamenresultaten, behaald in het laatste leerjaar, komen m.u.v. het sectorwerkstuk te vervallen als de kandidaat niet slaagt voor het examen en het examenjaar overdoet. 3. Voor de kandidaat die tot het voorlaatste of het laatste leerjaar wordt toegelaten, nadat reeds toetsen zijn gehouden, stelt de directeur een regeling vast in overleg met de betrokken docent(en) en de kandidaat. HOOFDSTUK VII - DIPLOMA’S, CIJFERLIJSTEN EN CERTIFICATEN Artikel 10 1. De directeur reikt aan elke kandidaat die eindexamen heeft afgelegd een lijst uit waarop voor zover van toepassing zijn vermeld: a. de cijfers voor het schoolexamen en de cijfers voor het centraal examen; b. het thema van het sectorwerkstuk, alsmede de beoordeling daarvan; c. de beoordeling van het vak culturele en kunstzinnige vorming en het vak lichamelijke opvoeding uit het gemeenschappelijke deel; d. de eindcijfers voor de examenvakken, alsmede, e. de uitslag van het eindexamen. 2. De directeur reikt aan elke voor het eindexamen geslaagde kandidaat een diploma uit

7

3.

4. 5. 6. 7. 8.

waarop de leerweg is vermeld die bij de bepaling van de uitslag is betrokken. Duplicaten van diploma’s worden niet verstrekt. Indien een kandidaat examen heeft afgelegd in meer vakken dan in de vakken die tenminste samen een eindexamen vormen, worden de eindcijfers van de vakken die niet bij de bepaling van de uitslag zijn betrokken vermeld op de cijferlijst, tenzij de kandidaat daartegen bezwaar heeft. Onze Minister stelt het model van de cijferlijst vast. De directeur en de secretaris van het eindexamen tekenen de diploma’s en de cijferlijsten. De directeur reikt aan de definitief voor het eindexamen vmbo afgewezen kandidaat die de school verlaat en die voor één of meer vakken van het laatst afgelegde eindexamen een eindcijfer van 6 of meer heeft behaald, een certificaat uit. Het certificaat vermeldt in ieder geval het vak of de vakken waarvoor de kandidaat een eindcijfer van 6 of meer heeft behaald en het thema van het sectorwerkstuk, voor zover beoordeeld met “voldoende” of “goed”. Onze Minister stelt het model van het certificaat en de cijferlijst vast. HOOFDSTUK VIII - ONREGELMATIGHEDEN Artikel 11

1. Indien vóór of tijdens het eindexamen blijkt, dat een kandidaat zich niet houdt aan de bij het besluit of de bij of krachtens dit reglement gegeven voorschriften, of zich aan enige onregelmatigheid ten aanzien van dit examen of een onderdeel daarvan schuldig maakt, kan de directeur maatregelen nemen. Onder onregelmatigheid wordt mede verstaan het zonder geldige redenen niet aanwezig zijn bij een onderdeel van het eindexamen, het niet tijdig inleveren van het (de) voorgeschreven werkstuk(ken), het niet tijdig inleveren van het leesdossier, kortom iedere afwijking van de in dit reglement of in het programma van toetsing en afsluiting vastgestelde regels. 2. De maatregelen, bedoeld in lid 1, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets of een onderdeel van een toets van het schoolexamen of het centraal examen, b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toetsen of onderdelen van toetsen van het schoolexamen of het centraal examen, c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen of onderdelen van toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen, d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de directeur aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen bedoeld in de vorige volzin betrekking heeft op één of meer onderdelen van het centraal examen legt de kandidaat dat examen af in het volgend tijdvak van het centraal examen, dan wel ten overstaan van de staatsexamencommissie. 3. Alvorens hij een beslissing als bedoeld in het vorige lid neemt, hoort de directeur binnen drie schooldagen in het bijzijn van een volwassene de kandidaat. De kandidaat kan zich daarbij door een door hem aan te wijzen meerderjarige laten bijstaan. De directeur deelt zijn beslissing nog dezelfde dag mede aan de kandidaat, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. In de schriftelijke mededeling wordt tevens gewezen op het bepaalde in lid 4. De schriftelijke mededeling wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze minderjarig is. 4. De kandidaat kan tegen een beslissing van de directeur in beroep gaan bij de commissie van beroep als bedoeld in artikel 12.

8

5.

6. 7. 8.

Het beroep moet binnen drie schooldagen nadat de beslissing aan de kandidaat is bekend gemaakt, schriftelijk bij deze commissie worden ingediend. De commissie hoort de directeur en de kandidaat. De tweede volzin van lid 3 is van overeenkomstige toepassing. Vervolgens stelt de commissie een onderzoek in en beslist zij binnen twee weken na de ontvangst van het beroepsschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van lid 2. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze minderjarig is, alsmede aan de directeur en de Inspectie. Door het instellen van beroep wordt de werking van de beslissing bedoeld in lid 3 niet geschorst. Indien na afloop van het examen onregelmatigheden worden ontdekt, kan de directeur de kandidaat het diploma onthouden. De leden 3 tot en met 5 zijn van overeenkomstige toepassing. Als een in het eerste lid genoemde maatregel is genomen door de gemandateerde locatiedirecteur en betrekking heeft op (een onderdeel van) het schoolexamen kan de kandidaat tegen de beslissing van de locatiedirecteur in beroep gaan bij de vestigingsdirecteur. De handelwijze is verder gelijk aan de in het vorige lid beschrevene, waarbij als postadres voor de indiening van het beroep het schooladres van de vestigingsdirecteur van toepassing is. HOOFDSTUK IX - DE COMMISSIE VAN BEROEP Artikel 12

1. Iedere school heeft een commissie van beroep, bestaande uit drie leden, te weten a. een personeelslid van de school, dat niet betrokken is onderscheidenlijk is geweest bij het examen van de betreffende kandidaat, aangewezen door de directeur, b. een ouder, aangewezen door de medezeggenschapsraad van de school en c. een door het bevoegd gezag al dan niet uit zijn midden aangewezen lid. De commissie wijst uit haar midden een voorzitter aan. 2. Het adres van alle commissies van beroep is: Postbus 451, 1500 EL Zaandam. HOOFDSTUK X - GEHEIMHOUDING EN BEWAARTERMIJNEN Artikel 13 Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van het besluit en van dit reglement en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijk karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van dit besluit en dit reglement de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.

9

Artikel 14 1. Het centraal examenwerk inclusief de daarbij behorende opgaven van de kandidaten worden gedurende ten minste zes maanden na het examen in de school bewaard. 2. Aan de kandidaat wordt op diens verzoek in aanwezigheid van een lid van de schoolleiding inzage gegeven in het door hem vervaardigde centraal examenwerk. De kandidaat mag zich daarbij laten vergezellen door een ouder. Het is kandidaat niet toegestaan het origineel van het centraal examenwerk of een kopie daarvan mee naar huis te nemen. 3. De directeur kan besluiten, als daartoe gegronde redenen zijn, het schoolexamenwerk aan de ouders van de kandidaat in kopie mee naar huis te geven, na autorisatie van de beoordeling door de examinator. Artikel 15 De cijferlijsten van het schoolexamen en van het centraal examen worden gedurende zes maanden na afloop van het centraal examen in de school bewaard. HOOFDSTUK XI - PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING Artikel 16 1. De directeur stelt jaarlijks namens het bevoegd gezag een programma van toetsing en afsluiting voor het schoolexamen vast. 2. In het programma van toetsing en afsluiting worden in ieder geval opgenomen: a. bepalingen omtrent de onderwerpen en de vakken van het schoolexamen, b. verdeling van de examenstof over de toetsen of onderdelen van toetsen van het schoolexamen, c. de wijze waarop het schoolexamen plaats vindt, d. de tijdvakken waarbinnen de toetsen van het schoolexamen aanvangen, de herkansing daaronder mede begrepen, e. de wijze van herkansing van het schoolexamen, f. de wijze waarop het cijfer van het schoolexamen onder toepassing van artikel 7, lid 2 en 3, wordt vastgesteld, g. de registratie van de behaalde cijfers op de cijferlijsten. 3. Het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting worden door de directeur jaarlijks vóór 1 oktober toegezonden aan de Inspectie en ter hand gesteld aan de kandidaten.

10

HOOFDSTUK XII - SLOTBEPALINGEN Artikel 17 1. In alle gevallen waarin dit eindexamenreglement en het programma van toetsing en afsluiting niet voorzien of onduidelijk zijn, treft het bevoegd gezag de nodige voorzieningen en neemt het de nodige beslissingen. 2. Waar in dit reglement gelezen wordt “de ouders”, kan ook gelezen worden “de ouder”, de verzorger(s)” of “voogd(en)”. 3. De directeur behoudt zich het recht voor de ouders van meerderjarigen over alle examenzaken inlichtingen te verschaffen, tenzij de meerderjarige schriftelijk kenbaar maakt dat hij/zij dit niet wenst. Artikel 18 Door de directeur ter uitvoering van dit reglement gegeven voorschriften dienen tevoren door het bevoegd gezag te worden goedgekeurd. Artikel 19 Met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit reglement treedt het in de plaats van het “Eindexamenreglement openbaar voortgezet onderwijs Zaanstad”, vastgesteld bij besluit van de Bestuurscommissie Openbaar Voortgezet Onderwijs Zaanstad van 10 juni 1999. Artikel 20 Dit reglement draagt de naam “Eindexamenreglement VMBO Openbaar Voortgezet Onderwijs Zaanstad” en kan worden aangehaald als “Eindexamenreglement VMBO”. Het treedt in werking op 1 oktober 2004. Aldus vastgesteld door de Bestuurscommissie Openbaar Voortgezet Onderwijs Zaanstad in haar vergadering van 24 juli 2004.

J. Oud

voorzitter.

N. Salomons-Grobben

secretaris.

11

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Duitse taal Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets

Toetsduur of werktijd

Opmerking

Weging

S401

K3,4, 5, 7 en 1

Schriftelijke toets

1 lesuur

Onderdelen luister- en

1x

Proefwerken per hoofdstuk; toepassen van het geleerde uit de methode Neue Kontakte

S402

Schrijfvaardigheid

Behaald resultaat

leesvaardigheid K1 en 7

Schriftelijke toets

2 lesuren

Examen B/C-toetsen -

2x

afsluiting basisvorming S403

Kijk- en/of luistervaardigheid

K5

Kijk en/of luistertoets

1 lesuur

Examen B/C-toetsen

3x

S404

Gespreksvaardigheid

K6

Mondelinge toets

25 minuten

Redemittel uit de methode

3x

Neue Kontakte S405

Proefwerken per hoofdstuk; toepassen van het geleerde uit de

K3,4, 5, 7 en 1

Schriftelijke toets

1 lesuur

methode Neue Kontakte S406

Schrijfvaardigheid


1x


Schriftelijke toets

2 lesuren


3x



K5


1 lesuur

Examen B/C-toetsen

3x

S408

Gespreksvaardigheid

K6

Mondelinge toets

25 minuten


3x

Neue Kontakte S409

Leesvaardigheid

K2, 3 en 4

Schriftelijke toets

1 lesuur

Leesboekje en/of teksten

2x

S410

Proefwerken per hoofdstuk; toepassen van het geleerde uit de

K3,4, 5, 7 en 1

Schriftelijke toets

1 lesuur


1x

methode Neue Kontakte S411

Schrijfvaardigheid


Schriftelijke toets

2 lesuren


3x



K5


1 lesuur

Examen B/C-toetsen

3x

S413

Gespreksvaardigheid

K6

Mondelinge toets

25 minuten


4x

Neue Kontakte

Duitse taal BB leerjaar 4, blad 1

Het schoolexamencijfer over klas 3 en 4 voor het vak Duitse taal BB komt als volgt tot stand: (1xS301+ 1xS302+ 1xS303+ 2xS304+ 2xS305+ 1xS306+ 1xS307+ 1xS308+ 2xS309+ 2xS310+ 1xS311+ 1xS312+ 1xS313+ 2xS314+ 2xS315+ 1xS401+ 2xS402+ 3xS403+ 3xS404+ 1xS405+ 3xS406+ 3xS407+ 3xS408+ 2xS409+ 1xS410+ 3xS411+ 3xS412+ 4xS413) : 53

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Economie Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

S401

EC/K/5

Diverse toetsvormen

50 minuten

Het cijfer is het gemiddelde

1x

hs 8: Werk voor de overheid

Behaald resultaat

van het aantal gegeven toetsen S402

hs 9: Geld voor de overheid

EC/K/5

Diverse toetsvormen

50 minuten


1x


hs 10: Laat nog wat over

EC/K/6 en 7

Diverse toetsvormen

50 minuten


1x


hs 11: Nederland en de rest van de wereld

EC/K/6 en 7

Diverse toetsvormen

50 minuten


1x


hs 12: Niet alleen op de wereld

EC/K/8

Diverse toetsvormen

50 minuten


1x

van het aantal gegeven toetsen

Het schoolexamencijfer over klas 3 en 4 voor het vak Economie BB komt als volgt tot stand: (1xS301+ 1xS302+ 1xS303+ 1xS304+ 1xS305+ 1xS306+ 1xS307+ 1xS401+ 1xS402+ 1xS403+ 1xS404+ 1xS405) : 12

Economie BB leerjaar 4, blad 1

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Engels Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

S401

K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel

Cijfer is het gemiddelde van

1x

Toets algemene taalvaardigheden

Behaald resultaat

een aantal toetsen S402

Leesvaardigheid

K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel

Cijfer is een gemiddelde van

1x


Schrijfvaardigheid

K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schoolonderzoek kijk/luistervaardigheid

K1-K7

Diverse toetsvormen

1 lesuur

S405


K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel

2x Cijfer is het gemiddelde van

1x


Leesvaardigheid

K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schrijfvaardigheid

K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schoolonderzoek brief

K1-K7

Diverse toetsvormen

1 lesuur

S409


K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel

2x Cijfer is het gemiddelde van

1x


Leesvaardigheid

K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schrijfvaardigheid

K1-K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schoolonderzoek mondeling

Spreekvaardig-

Diverse toetsvormen

15 minuten

Handelingsopdracht

Variabel

2x

heid/portfolio H401

Portfolio

K4-K5-K6

Teksten/boekje/TV/film/toneel

Moet voldoende

poëzie/songteksten e.d.

zijn

Engels BB leerjaar 4, blad 1

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Engels Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

H402

K4-K5-K6

Handelingsopdracht

Variabel


Moet voldoende


zijn


Moet voldoende


zijn

H403

Portfolio

Portfolio

K4-K5-K6

Handelingsopdracht

Variabel

Behaald resultaat

Het schoolexamencijfer over klas 3 en 4 voor het vak Engels BB komt als volgt tot stand: (1xS301+ 1xS302+ 1xS303+ 1xS304+ 1xS305+ 1xS306+ 1xS307+ 1xS308+ 1xS309+ 1xS401+ 1xS402+ 1xS403+ 2xS404+ 1xS405+ 1xS406+ 1xS407+ 2xS408+ 1xS409+ 1xS410+ 1xS411+ 2xS412) : 24

Engels BB leerjaar 4, blad 2

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Handel- en administratie Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

S401

HA/K/3 en 6 t/m

Diverse toetsvormen

Afhankelijk

Het cijfer is een gemiddelde

2x

van de

van het aantal afgenomen

toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Afhankelijk


van de


toetsvorm

toetsen

Werkplekkensimulatie

10

S402

Theorie afdelingen

HA/K/1 t/m 3 en

Diverse toetsvormen

5 t/m 10

S403

S404

Toetsenbordvaardigheid en kantoorautomatisering


HA/K/4

HA/K/3 en 6 t/m

Diverse toetsvormen

Diverse toetsvormen

10

S405

Theorie afdelingen

HA/K/1 t/m 3 en

Diverse toetsvormen

5 t/m 10

S406

S407



HA/K/4

HA/K/3 en 6 t/m

Diverse toetsvormen

Diverse toetsvormen

10

S408

Theorie afdelingen

HA/K/1 t/m 3 en

Diverse toetsvormen

5 t/m 10

S409


HA/K/4

Diverse toetsvormen

Behaald resultaat

2x

1x

2x

2x

1x

2x

2x

1x

Handel- en administratie BB leerjaar 4, blad 1

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Handel- en administratie Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

S410

HA/K/1 t/m 10

Diverse toetsvormen

2 weken


2x

Grote praktische opdracht: stage

Behaald resultaat

van een aantal gemaakte opdrachten. H401

Schoolmaatschappelijke taak

HA/K/1 t/m 3

Handelingsopdracht

Afhankelijk

Moet voldoende

van de

zijn

opdracht(en)

Het schoolexamencijfer over klas 3 en 4 voor het vak Handel- en administratie BB komt als volgt tot stand: (2xS301+ 2xS302+ 1xS303+ 4xS304+ 4xS305+ 2xS306+ 4xS307+ 4xS308+ 2xS309+ 6xS310+ 6xS311+ 2xS312+ 10xS313+ 2xS401+ 2xS402+ 1xS403+ 2xS404+ 2xS405+ 1xS406+ 2xS407+ 2xS408+ 1xS409+ 2xS410) : 66

Handel- en administratie BB leerjaar 4, blad 2

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Lichamelijke opvoeding Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

S401

LO/K/3

Praktische opdracht

Tijdens de

Indien leerlingen door een

1x

periode

langdurige blessure niet aan

Leervaardigheden in het vak LO, fase 1 (gedrag, motivatie en inzet)

Behaald resultaat

minimaal 80 % van de gymnastieklessen kunnen deelnemen, dient een vervangende opdracht te worden gemaakt., dit in overleg met de vakdocent LO. S402

Diverse taken vervullen in de LO-les

LO/K/3

Praktische opdracht

1 lesuur

Zie toetsnummer S401

3x

S403


LO/K/3

Praktische opdracht

Tijdens de


1x


1x

periode S404


LO/K/3

Praktische opdracht

Tijdens de periode

Het schoolexamencijfer over klas 3 en 4 voor het vak Lichamelijke opvoeding BB komt als volgt tot stand: (1xS301+ 1xS302+ 1xS303+ 1xS304+ 1xS305+ 1xS306+ 1xS307+ 1xS308+ 1xS309+ 1xS310+ 1xS311+ 1xS312+ 1xS313+ 1xS314+ 1xS315+ 1xS401+ 3xS402+ 1xS403+ 1xS404) : 21

Lichamelijke opvoeding BB leerjaar 4, blad 1

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Nederlands Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

S401

Divers

Diverse toetsvormen

50 minuten

De leerstof wordt door de

1x

Toets algemene taalvaardigheden.

Behaald resultaat

docent opgegeven. S402

Leesvaardigheid.

NE/K/6

Diverse toetsvormen

Variabel

Het cijfer wordt vastgesteld op

1x

grond van het gemiddelde van het aantal afgenomen toetsen. S403

Schrijfvaardigheid.

NE/K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x



Divers

Diverse toetsvormen

50 minuten


1x


Leesvaardigheid.

NE/K/6

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schrijfvaardigheid.

NE/K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schoolonderzoek

Divers

Diverse toetsvormen

50 - 100

De stof voor het

minuten

schoolonderzoek wordt

1x

ontleend aan de behandelde leerstof. S408


Divers

Diverse toetsvormen

50 minuten


1x


Leesvaardigheid.

NE/K/6

Diverse toetsvormen

Variabel


1x


Schrijfvaardigheid.

NE/K7

Diverse toetsvormen

Variabel


1x

grond van het gemiddelde van

Nederlands BB leerjaar 4, blad 1

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Nederlands Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

Behaald resultaat

het aantal afgenomen toetsen. S411

Kijk-/luistertoets

NE/K/4

Diverse toetsvormen

50 minuten

Herkansing mogelijk

1x

S412

Spreekvaardigheid.

NE/K/8

Diverse toetsvormen

Variabel

De onderwerpen en tijdstippen

2x

worden gedurende het schooljaar bekend gemaakt. H401

Fictiedossier n.a.v. boek/film/toneelstuk/poezie/songteksten/e.d.

NE/K/8

Handelingsopdracht

10 uur

Inleverdatum wordt aan het

Moet voldoende

begin van het schooljaar

zijn

opgegeven. H402

Fictiedossier n.a.v. boek/film/toneelstuk/poezie/songteksten/e.d.

NE/K/8

Handelingsopdracht

10 uur

Inleverdatum wordt aan het

Moet voldoende

begin van het schooljaar

zijn

opgegeven.

Het schoolexamencijfer over klas 3 en 4 voor het vak Nederlands BB komt als volgt tot stand: (1xS301+ 1xS302+ 1xS303+ 1xS304+ 1xS305+ 1xS306+ 1xS307+ 1xS308+ 1xS309+ 1xS310+ 1xS311+ 1xS312+ 1xS313+ 1xS314+ 1xS401+ 1xS402+ 1xS403+ 1xS404+ 1xS405+ 1xS406+ 1xS407+ 1xS408+ 1xS409+ 1xS410+ 1xS411+ 2xS412) : 27

Nederlands BB leerjaar 4, blad 2

Programma van toetsing en afsluiting voor de basisberoepsgerichte leerweg vmbo Vak: Wiskunde Cursusjaar: 2007-2008 Leerjaar: 4 Toetscode Leerstof

Eindtermen

Soort toets


Opmerking

Weging

S401

Rekenen, meten en schatten.

Wi/K/5

Diverse toetsvormen

variabel

2x

S402

Situaties en verbanden.

Wi/K/4

Diverse toetsvormen

variabel

2x

S403

Vlakke meetkunde

WI/K/6

Diverse toetsvormen

variabel

2x

S404

Toets behandelde leerstof

Wi/K/4, Wi/K/5,

Diverse toetsvormen

variabel

2x

Behaald resultaat

Wi/K/6 S405

Gegevens verwerken

WI/K/7

Diverse toetsvormen

variabel

2x

S406

Ruimtemeetkunde

Wi/K/6

Diverse toetsvormen

variabel

2x

S407

Rekenen met gegevens

Wi/K/5,Wi/K/7

Diverse toetsvormen

variabel

2x

S408

Toets behandelde leerstof

Wi/K/4, Wi/K/5,

Diverse toetsvormen

variabel

2x

Wi/K/6 S409

Oplossingen zoeken

Wi/K/4,Wi/k/5

Diverse toetsvormen

variabel

2x

S410

GWA

Wi/K/2

Praktische opdracht

variabel

2x

S411

Diverse

Wi/K/1-7

Diverse toetsvormen

variabel

Toets over op te geven leerstof

2x

Het schoolexamencijfer over klas 3 en 4 voor het vak Wiskunde BB komt als volgt tot stand: (1xS301+ 1xS302+ 1xS303+ 1xS304+ 1xS305+ 1xS306+ 1xS307+ 1xS308+ 1xS309+ 1xS310+ 1xS311+ 2xS401+ 2xS402+ 2xS403+ 2xS404+ 2xS405+ 2xS406+ 2xS407+ 2xS408+ 2xS409+ 2xS410+ 2xS411) : 33

Wiskunde BB leerjaar 4, blad 1

Examenreglement. Programma van toetsing en afsluiting. leerjaar 4. Cursus

Recommend Documents