Evaluatieverslag Project Reïntegratie 2002 – 2004
Platform Verslavingszorg Katwijk Katwijk, augustus 2004
Evaluatieverslag Project Reïntegratie Katwijk 2002 - 2004 INLEIDING
2
1.
VOORGESCHIEDENIS
3
2.
DOEL, DOELGROEP EN ORGANISATIE Doel Doelgroep Organisatie Platform Verslavingszorg Katwijk Stuurgroep Begeleidingsteam Coördinatie Casemanager
4 4 4 4 4 4 5 5 5
3.
WERKWIJZE Criteria
6 6
4.
VERLOOP 2002-2004 De casemanager en medewerker van het Mobiele Team Mentoren Begeleidingsteam Stuurgroep Reïntegratie Werving deelnemers Overzicht herkomst van de aanmeldingen 2002-2004: Publiciteit Resultaten aanmeldingen
7 8 8 9 10 10 11 12 13
5.
FINANCIËN Rekening Project Reïntegratie 2002 - 2003 Voorlopige rekening Project Reïntegratie 2003 - 2004
14 15 16
6.
AANBEVELINGEN PROJECT REÏNTEGRATIE
17
BIJLAGE 1
OVERZICHT AANMELDINGEN 2002 - 2004
18
BIJLAGE 2.
PROCESGANG VAN HET TRAJECT
19
BIJLAGE 3
ONDERZOEK STUDENTEN Hogeschool De Horst Hogeschool Amsterdam
21 21 21
BIJLAGE 4
FOLDER
23
1
INLEIDING Het Project Reïntegratie startte officieel op 1 juni 2002 voor een proefperiode van 2 jaar, dankzij financiering vanuit de doeluitkering Leiden. Het Project Reïntegratie wil ex-gedetineerden en/ of ex-verslaafden bijstaan bij hun terugkeer in de maatschappij. Het project begeleidt mensen die na hun verblijf in de gevangenis of een afkickcentrum terugkeren in de eigen woonplaats en hulp willen bij problemen en het voorkomen van terugval in verslaving en/ of criminaliteit. Samenwerkende organisaties en professionele begeleiding zijn belangrijke factoren voor een geslaagde aanpak. Met het Project Reïntegratie bieden samenwerkende organisaties een aanvulling op de bestaande trajecten voor maatschappelijk herstel. Kenmerkend voor de aanpak is de intensieve persoonlijke begeleiding van de deelnemers door een casemanager èn de mentoren. Iedere deelnemer worden gekoppeld aan een mentor; een getrainde vrijwilliger, die als een soort buddy zorgt voor individuele begeleiding. Bij de start in 2002 was het streven om minimaal 15 exgedetineerden en/of ex-verslaafden toe te leiden naar het Project Reïntegratie en hen intensieve begeleiding te bieden. Dit verslag geeft de stand van zaken weer zoals opgemaakt op 1 juli 2004. Na twee jaar ervaring met het Project Reïntegratie is het Platform Verslavingszorg Katwijk (verder Platform) tevreden over het verloop. De hulp en ondersteuning biedt de deelnemers houvast en voor de lokale samenleving betekent het een vermindering van overlast. Doordat er regelmatig (veelal wekelijks) contact is met de deelnemers kan bovendien terugval in verslaving of criminaliteit voorkomen worden zonder dat een deelnemer eerst helemaal terugglijdt in criminaliteit en/ of verslaving. In de afgelopen proefperiode is veel tijd en energie gestoken in de begeleiding van deelnemers en mentoren en het ontwikkelen van een eenduidige aanpak (aanmelding, intakegesprek, uitwisselen van informatie, behandelplannen en urinecontroles). De aandacht voor psychosociale aspecten in de hulpverlening is een belangrijk onderdeel van de hulpverlening. Werken aan het zelfvertrouwen en het opbouwen en/ of herstel van het sociale netwerk van de deelnemer zijn een belangrijke voorwaarde voor integratie; vanuit dit gezichtspunt worden ook de partner en/ of ouders betrokken en krijgen ook zij hulp van professionele hulpverleners. Naast psycho-sociale hulpverlening en een duidelijke aanpak blijkt in de praktijk keer op keer dat nazorg in de vorm van, huisvesting, werk, inkomen en schuldhulpverlening minstens zo belangrijk is voor een geslaagde aanpak. Het Platform is ervan overtuigd dat er op dit gebied nog veel mogelijk is en wil deze aandachtsvelden verder uitbouwen. Het verloop van de afgelopen twee jaren heeft aangetoond dat het Project Reïntegratie de moeite waard is om verder te ontwikkelen en als voorbeeld kan dienen voor andere gemeenten. Door het tussentijdse vertrek van de casemanager en de aanstelling van een andere casemanager is het project met drie maanden verlengd en eindigt officieel op 1 oktober 2004. Gelet echter op de ervaringen van de afgelopen twee jaar en vooruitkijkend op de wens om het project ook na 1 oktober voort te zetten in dit verslag ook de aanbevelingen voor het vervolg.
2
1.
VOORGESCHIEDENIS
Het reïntegratieproject ex-gedetineerden en/of ex-verslaafden is ontstaan naar aanleiding van het project ‘Preventie Na Detentie’ van het Penitentiair Complex Scheveningen in 1997. Uit onderzoek in deze inrichting bleek dat 65% van de gedetineerden nog binnen de preventieve hechtenis op vrije voeten kwam en terugkeerde naar de gemeente van herkomst. Reïntegratiebeleid bestaat met name voor langdurig gedetineerden. Voor de genoemde 65% was er niets geregeld op het gebied van reïntegratie in de samenleving. In Katwijk werd in samenwerking met Stichting de Brug, een organisatie voor christelijke verslavingszorg, gestart met ‘het Gevangenisproject’ om deze lacune in te vullen. Kort nadat een bewoner uit Katwijk als gedetineerde in de penitentiaire inrichting verbleef, werd contact gelegd met Stichting de Brug. Medewerkers van de Brug bezochten de gedetineerde en boden opvang aan na de detentie. Deze manier van werken werd, voorzover mogelijk, ook toegepast in behandelingscentra voor verslavingszorg. De Katwijkse Vereniging voor Industrie en Handel (KVIH) signaleerde eveneens dit hiaat en initieerde het ‘Kruiwagenproject’; dit project richt zich op de bemiddeling tussen werkgevers en ex-gedetineerden/verslaafden. Na een succesvol beroep op het bedrijfsleven in Katwijk, om werkervaringsplekken te bieden, ging het KVIH aan de slag met de werving van vrijwilligers die bereid waren om de begeleiding op zich te nemen. Medewerkers van het Gevangenisproject van Stichting De Brug1 en een lokale advocaat signaleerden een gebrek aan opvang bij terugkeer van ex-gedetineerden en mensen die afgekickt waren. In het Platform Verslavingszorg Katwijk werden deze signalen besproken en ontstond het idee dat het veel effectiever zou zijn als er een sluitend netwerk van hulpverlening opgezet zou kunnen worden, waarin het aanbod en de mogelijkheden nader op elkaar zouden worden afgestemd. Op initiatief van het Platform Verslavingszorg Katwijk startte in 2001 de Stuurgroep Project Reïntegratie bestaande uit vertegenwoordigers van betrokken instellingen in de begeleidingsketen zoals de KVIH, Parnassia, Stichting de Brug, en de gemeente Katwijk. Deze bundeling omvat een breed terrein van arbeidstoeleiding, reclassering en verslavingshulpverlening, waarmee de kans op maatschappelijk herstel vergroot wordt. De Stuurgroep initieerde de opzet van een Project Reïntegratie Katwijk. De Stuurgroep heeft zich daarbij laten bijstaan door adviezen vanuit de advocatuur, de Vereniging van Relaties Gedetineerden, Politie Holland Midden, het Penitentiair Complex Scheveningen en Stichting de Hoop, behandelcentrum voor verslaafden. In april 2002 waren alle samenwerkingpartners van het Project Reïntegratie bereid om op de voorgestelde werkwijze van het Projectplan Reïntegratie samen te werken en uitvoering te geven aan het Project Reïntegratie. Het Project Reïntegratie zou als pilotproject voor twee jaar de kans krijgt om zich in de praktijk te bewijzen. Vanuit de doeluitkering ambulante verslavingszorg centrumgemeente Leiden werd een startfinanciering voor zowel het eerste als het tweede proefjaar ter beschikking gesteld. Op 1 juni 2002 ging het Project Reïntegratie officieel van start met de aanstelling van een casemanager (12 uur per week) voor een proefperiode van twee jaar op basis van het Projectplan Project Reïntegratie. De inzet van medewerkers uit de samenwerkende organisaties, zoals Parnassia en Politie Hollands Midden, wordt gefinancierd vanuit de eigen middelen, het zijn bestaande formatieplaatsen. 1
Stichting De Brug is een christelijke instelling voor verslavingszorg in Katwijk en omgeving. Naast professionele ambulante hulpverlening voor verslaafden, ouders en partners is er dagelijks een Inloophuis voor verslaafden en ex-verslaafden. 3
2.
DOEL, DOELGROEP EN ORGANISATIE
Doel Het Project Reïntegratie wil een bijdrage leveren aan de gezondheidsbevordering door het bevorderen van reintegratie en het voorkomen van terugval in verslaving en criminalteit. Vanuit het Project Reïntegratie worden ex-gedetineerden en/of ex-verslaafden die een behandeling hebben ondergaan voor hun verslaving bijgestaan bij hun terugkeer in de maatschappij. Doelgroep Ex-verslaafden en/of ex-gedetineerden uit Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg die uit een justitiële inrichting of een behandelcentrum voor verslavingszorg ontslagen worden.2 Er geldt geen leeftijdsgrens en als hoge uitzondering worden ook deelnemers toegelaten vanuit de Duin- en Bollenstreek. Organisatie Platform Verslavingszorg Katwijk
Stuurgroep Project Reïntegratie
Casemanager
Medewerker Mobiele Team
Begeleidingsteam
Politie
De Brug
Mentoren
Parnassia
(KVIH)
Platform
Platform Verslavingszorg Katwijk Het Platform is een samenwerkingsverband van lokale en regionale organisaties die werken op het gebied van verslavingszorg of raakvlakken hebben hiermee. Het Platform coördineert en initieert activiteiten op het gebied van preventie, zorg en maatschappelijk herstel in opdracht van de gemeente Katwijk. Tijdens de maandelijkse platformvergaderingen en binnen verschillende project- en werkgroepen werken organisaties samen door uitwisseling, afstemming en daar waar nodig het oplossen van hiaten en knelpunten. Indien wenselijk initieert en ontwikkelt het Platform activiteiten; het Project Reïntegratie is hiervan een voorbeeld. Participanten: GGD ZHN, Parnassia, Stichting De Brug, Politie, AA, Bureau Jeugdzorg, Huisartsen, Stichting Factor Welzijn (sociaal cultureel werk) en andere organisaties. 3 Stuurgroep Voorwaarden scheppend niveau. De Stuurgroep Project Reïntegratie heeft het Projectplan gerealiseerd en kwam in de startfase eenmaal per 6 weken bijeen. Hierna werd de vergaderfrequentie minder. 2
3
Binnen deze doelgroep vallen ook ex-verslaafden en/of ex-gedetineerden uit de KRV-gemeenten die als dak- en thuislozen staan ingeschreven in de gemeente Leiden (vanwege het postadres). Op uitnodiging van het platform nemen ook andere organisaties deel aan de platformvergaderingen of maken deel uit van de werkgroepen van het Platform, zoals de Rijngeestgroep, Vereniging van Relaties van (Ex-) Gedetineerden en de Stichting B-Involved. 4
Samenstelling Stuurgroep: John Warmerdam (onafhankelijk voorzitter), Albert van der Plas (unitdirecteur gevangenis Zoetermeer), Anita van der Ree (bestuurslid Stichting De Brug), Mirjam Tullenaar (bestuurslid KVIH- tot september 2003), Rino Luijk (gemeente Katwijk, tot juni 2003), Andrea Westgeest (Parnassia Reclassering), Hans Moolenburgh (voorzitter Platform) en Thea Guijt (secretariaat Platform ). Begeleidingsteam Uitvoeringsniveau. Het Begeleidingsteam komt eenmaal per 6 weken bijeen om de voortgang van individuele deelnemers te bespreken. In de begeleidingsgroep vindt praktische afstemming plaats. De huidige samenstelling en activiteiten zijn in onderstaand schema weergegeven. Instelling De Brug
Contactpersoon D. Bancken, casemanager
Politie
IJ. v. der Plas
Platform
D. Taat
Parnassia
L. Van Beijnen m.i.v juni 2004 vervangen door I. Verkade L. de Milliano
Milliano Advocaten KVIH Platform
vacant H. Moolenburgh en T.Guijt
Activiteit in het kader van het project Intakegesprek/ informatie verzamelen/ begeleiding van deelnemers en mentoren. Verslaglegging/ evaluatie op individueel niveau. Cases voorbereiden en bespreken in begeleidingsteam. Bijeen roepen, verslaglegging en contacten onderhouden met begeleidingsteam Coördinatie vanuit de Brug en rapportage aan het Platform. Informeren over plaatsingen in P.I. van potentiële deelnemers voor het project Reïntegratie. Op de hoogte zijn wie deelneemt in het project en wanneer nodig en mogelijk bemiddelen. Gespreksleider begeleidingsteam. Indien gewenst aanwezig tijdens intakegesprek van een potentiële deelnemer. Contactpersoon KVIH. Contactpersoon voor justitiabelen in het project. Informatie en afstemming activiteiten
Adviseren m.b.t. justitiële problemen Zo nodig en op afroep beschikbaar. Samenwerking tussen betrokken partijen en KVIH coördineren. Werk en stageplaatsen verzorgen. Contact onderhouden met casemanager, begeleidingsteam en stuurgroep. Voortgangscontrole en coördinatietaken. Zorgdragen voor inhoudelijke en financiële rapportage.
Coördinatie Coördinerend niveau. Uitvoering van het Project Reïntegratie gebeurt door Stichting de Brug, op verzoek en onder verantwoordelijkheid van het Platform. Bij de start was de coördinator van de Stichting de Brug verantwoordelijk voor de afstemming tussen de casemanager en de partners en de verslaglegging van de voortgang naar het Platform. In mei 2003 is deze taak, vanwege het vertrek van de coördinator, overgenomen door de voorzitter en secretaris van het Platform. Casemanager Uitvoerend en coördinerend niveau. De casemanager is verantwoordelijk voor de uitvoering en de ontwikkeling van de klantgerichte werkzaamheden en de begeleiding van de mentoren. De casemanager wordt hierbij ondersteund door een medewerker van het Mobiele Team van Parnassia. De eindverantwoording ligt bij het Platform Verslavingszorg Katwijk. 5
3.
WERKWIJZE
De huidige werkwijze verloopt kort samengevat als volgt: 1. Aanmelding 2. Intakegesprek 3. Matchingsgesprek met een mentor en opbouw van de hulpverlening 4. Inventarisatie en nadere analyse op de acht leefgebieden (huisvesting, financiën/ inkomen, sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, lichamelijk functioneren, praktisch functioneren en dagbesteding) 5. Opstellen en ondertekenen van het behandelplan 6. Uitvoering van het behandelplan 7. Evaluatie van de uitvoeringsfase 8. Voortzetting of afronding van de hulpverlening De aanmeldingen komen binnen via de deelnemers zelf, familie of bekenden of via de samenwerkende organisaties, behandelingscentra, gevangenissen of andere instellingen. Tijdens of direct na de aanmelding, maakt de casemanager met behulp van een aantal gerichte vragen een eerste inschatting of de persoon in kwestie in aanmerking komt voor deelname. Daarna volgt een afspraak voor een intakegesprek al dan niet in het behandelcentrum of de gevangenis. Bij voorkeur en indien mogelijk start de begeleiding ruim een half jaar voordat de deelnemer terugkeert naar de woonplaats. Voor het intakegesprek, en zonodig ook erna, vraagt de casemanager informatie bij de samenwerkingspartners. Sinds kort ondertekent een deelnemer ook een verklaring van ‘geen bezwaar’. Na definitieve toelating volgt een zogeheten matchingsgesprek met de casemanager, de deelnemer en de mentor. Wanneer dit positief verloopt, start de begeleiding door de mentor. De casemanager stelt in samenspraak met de deelnemer een plan van aanpak voor reïntegratie op. Tijdens de hulpverleningsperiode vormt het behandelplan een leidraad voor zowel de deelnemer, de mentor als de casemanager. Zie ook bijlage 2: Procesgang van het traject. Het Project Reïntegratie is tweemaal betrokken geweest bij een onderzoek door studenten. In de bijlage zijn enkele conclusies uit de onderzoeksverslagen opgenomen. Criteria Voor de toelating en tijdens de deelname van het project gelden de volgende voorwaarden: - Clean zijn; - Wonen of geboren zijn in Katwijk, Rijnsburg of Valkenburg; - Een eigen woonruimte hebben of hulp hierbij willen; - Bereid zijn om te werken of een opleiding te volgen; - Bereid zijn om mee te werken aan urinecontroles. Locatie gesprekken Bij de start van het project vonden de gesprekken plaats in de ruimte van het Platform (Callaoweg 1 in Katwijk) en de ruimte van Stichting De Brug (Haringkade 2 in Katwijk). Momenteel vinden de gesprekken voornamelijk plaats in de gevangenis/ zorginstelling en de ruimte van De Brug. De mentoren kiezen ook in samenspraak met de deelnemers voor andere plekken, bijvoorbeeld bij de deelnemers thuis. Om de mogelijkheden voor de mentoren en deelnemers te verruimen ontvangen de mentoren sinds kort eenmaal per maand 10 euro, zodat ze bijvoorbeeld iets kunnen drinken in een strandpaviljoen.
6
4.
VERLOOP 2002-2004
Tijdens het eerste proefjaar zijn de criteria voor toelating tot het project verruimd; ook verslaafden werden toegelaten tot het project. Enerzijds om de mentoren ervaring op te laten doen met de verslavingsproblematiek en anderzijds om tegemoet te komen aan de hulpvragen die terecht kwamen bij het project. Hierbij ging het met name om hulpvragen van mensen die niet clean waren, maar wel graag hulp wilden door gesprekken met de casemanager en de begeleiding door een mentor. Vooral in de beginperiode haakten deelnemers af, omdat zij teleurgesteld waren dat deelname aan het project geen (directe) oplossingen bood in de vorm van huisvesting en/ of werk. Vanuit de huidige aanmeldingen kan opgemaakt worden dat er meer duidelijkheid bestaat bij de deelnemers en dat hun verwachtingen minder gericht zijn op het ‘krijgen’ van een huis of werk. Het begrip ‘werkervaringsplaats’ is vervangen door ‘stageplaats’ waardoor er geen/minder financiële verwachtingen zijn. Uiteraard is daarmee de vraag naar huisvesting, inkomen en/of betaald werk niet minder. Aanvankelijk verliep de samenwerking met de Katwijkse Vereniging voor Industrie en Handel positief. De vertegenwoordiger droeg zorg voor de bemiddeling tussen bedrijven en deelnemers. In de periode 2002- 2003 zijn vier deelnemers gekoppeld aan een bedrijf voor een stageplaats. Vanwege terugval van de deelnemers zijn de stageplaatsen vroegtijdig gestaakt. In september 2003 trok de vertegenwoordiger van de KVIH zich terug uit het overleg vanwege tijdgebrek en andere prioriteiten. Hierna is het contact verwaterd. In 2003-2004 zijn vier deelnemers bemiddeld naar betaald werk bij plaatselijke bedrijven door de bemiddeling van teamleden van het Begeleidingsteam en/ of de mentoren; bij een fietsenmaker, een bedrijf voor grondwerkzaamheden, een binnenvaartschip en een laboratorium. Drie deelnemers werken nog bij dezelfde bedrijven. Vanwege de kennis en contacten met de (lokale) bedrijven hecht het Platform veel waarde aan de deelname van de KVIH. In mei 2004 zijn er met de voorzitter van de KVIH, de heer H.van der Plas, nadere afspraken gemaakt over de wijze waarop de KVIH in de toekomst (weer) een actieve bijdrage kan geven aan het project. De afgesproken inzet van uren die nodig waren voor werving, standaardisatie van de registratie en het behandelingsplan zijn vanwege het vertrek van de coördinator van De Brug in maart 2003 niet gerealiseerd. Het inwerken van de nieuwe coördinator (per 1 juli 2003) gaf evenmin ruimte om deze taken invulling te geven. Uiteindelijk heeft de nieuwe casemanager gezorgd voor de standaardisatie van werkzaamheden. Het wegvallen van de actieve bijdrage vanuit de KVIH en de bijdrage van de coördinator van de Brug aan het einde van het eerste proefjaar, betekende in de praktijk dat een aantal ontwikkelingen niet de gewenste invulling kon krijgen. Toen vervolgens het vertrek van de casemanager bekend werd, gaf dit voor het Platform aanleiding om te twijfelen aan de voortzetting van het project. Het bereik en de tevredenheid onder de deelnemers, het enthousiasme en de inzet van de mentoren en het Begeleidingsteam gaf uiteindelijk de doorslag om toch door te gaan. De tussentijdse evaluatie en het vertrek van de case-manager in juni 2003, is voor het Platform reden geweest om het project tijdelijk te onderbreken voor de duur van drie maanden. Tijdens deze periode zijn de mentoren wel doorgegaan met de begeleiding van de deelnemers waaraan zij gekoppeld waren. Aanvankelijk is aan Parnassia gevraagd om een nieuwe casemanager voor het project te leveren, maar het bleek niet mogelijk voor Parnassia om op de gewenste korte termijn een geschikte kandidaat te vinden. Op 1 oktober 2003 werd het project hervat met een andere casemanager. De casemanager werkt vanuit Stichting De Brug voor het Project Reïntegratie van het Platform voor 8 uur per week. De functie van casemanager voor het Platform wordt gecombineerd met de functie van 7
maatschappelijk werker voor De Brug. Om de inbreng, de expertise en het netwerk van Parnassia formeel aan het project te koppelen is daarnaast een dienstverband van 3 uur per week aangegaan met een medewerker van het Mobiele Team van Parnassia. Vanaf oktober 2003 heeft het project, vooral dankzij de deskundigheid en inspanning van de casemanager, een snelle en positieve groei doorgemaakt. Naar aanleiding van de tussentijdse evaluatie zijn de criteria aangescherpt. Tijdens het tweede jaar werden de (verplichte) urinecontroles vaker en op willekeurige momenten toegepast. Daarnaast is het werkgebied uitgebreid naar Rijnsburg en Valkenburg. Op diverse punten is het project verbeterd. Zo verlopen de registratie en de intake- begeleidings- en exitgesprekken volgens een duidelijke en herkenbare manier. Voor iedere deelnemer wordt een behandelingsplan opgesteld, waarbij de casemanager daar waar nodig een beroep doet op de deskundigheid en het netwerk van de Mobiele Teammedewerker. De wekelijkse gesprekken met de mentoren en de verslaglegging verlopen nu volgens een gestandaardiseerde werkwijze hetgeen de doelmatigheid en kwaliteit ten goede komt. Verder is al werkend meer duidelijkheid ontstaan in de handelingsruimte en afbakening van taken en verantwoordelijkheden van betrokken medewerkers en vrijwilligers. In januari 2004 is naar aanleiding van de snelle groei van het aantal aanmeldingen van deelnemers en mentoren een uitbreiding van 4 uur voor de casemanager aangevraagd en gehonoreerd. Met ingang van 1 februari 2004 tot 1 oktober 2004 is er subsidie beschikbaar voor 12 uur casemanagement en 3 uur op afroep voor de medewerker van het Mobiele Team van Parnassia.Voor de maand november is rekening gehouden met een uitloop van 4 uur per week. De casemanager en medewerker van het Mobiele Team De casemanager van het project draagt zorg voor de intakegesprekken met potentiële deelnemers, het opstellen en uitvoeren van de behandelplannen en de begeleiding van de mentoren. Bij aanvang van het project is vanwege de onervarenheid met verslavingsproblematiek van de toenmalige casemanager vanuit het Begeleidingsteam aangedrongen op een intakegesprek waarbij altijd iemand van het Begeleidingsteam aanwezig was. Deze noodzaak is niet (meer) van toepassing en in de praktijk komt dit ook steeds minder voor. De casemanager en de deelnemer formuleren in samenspraak de hulpvragen en vatten deze samen in het behandelingsplan. Als er aanleiding toe is wordt ook de medewerker van Parnassia hierbij om advies gevraagd. Zijn kennis, contacten en ervaringen met psychiatrische problematiek zijn in de praktijk een goede aanvulling. Gemiddeld eens per 3 weken hebben de casemanager en de medewerker van het Mobiele Team een overleg. Sinds kort woont de medewerker van het Mobiele Team op verzoek van de casemanager ook een intakegesprek bij wanneer er sprake is van complexe en/of psychiatrische problematiek. De deskundige inbreng vanuit het Mobiele Team van Parnassia wordt erg gewaardeerd en het beschikbare aantal uren m (3 uur per week op afroepbasis) blijkt in de praktijk toereikend te zijn. Mentoren De mentoren vallen onder de verantwoording van het Platform en worden beschouwd als vrijwilligers van het Platform. Via de Stichting Kocon is een verzekering afgesloten voor de mentoren. Het project is gestart met 8 mentoren, dit aantal is uitgebreid naar 14 mentoren. Twaalf mentoren komen uit Katwijk, één mentor komt uit Leiden en één uit Hillegom. Ondanks de ervaringen met terugval, die ook bij de mentoren teleurstelling geven, is er nog steeds sprake van een gemotiveerde en enthousiaste groep. Vier vrijwilligers van het eerste uur zijn gestopt omdat zij zelf nog te dichtbij stonden bij de verslavingsproblematiek. Ervaringen met verslaving of een relatie met iemand die verslaafd is (bijvoorbeeld als partner of als ouder) blijken soms de 8
motivatie te zijn voor een vrijwilliger om zich op te geven als mentor. In het begin van het project is het nadeel hiervan onderschat; nu is dit een belangrijk aandachtsveld tijden het aanmeldingsgesprek en de voortgangsgesprekken met een vrijwilliger. Het streven is dat de mentor iedere week een gesprek heeft met de deelnemer die hij of zij begeleid. De mentoren krijgen een reiskostenvergoeding voor het bezoek van de deelnemer in de gevangenis of het behandelcentrum. Jaarlijks wordt een etentje/ barbecue aangeboden als dank voor hun inzet. Eén mentor is vanwege zijn kennis en ervaring meer betrokken geraakt op coördinerend niveau. Tijdens het eerste jaar nam hij deel aan het intakegesprek en hij treedt op als gespreksleider van de bijeenkomsten van het Begeleidingsteam. Uitwisselingsbijeenkomsten mentoren
De mentoren worden individueel begeleid door de casemanager. In september 2002 is gestart met tweemaandelijkse uitwisselingsbijeenkomsten voor de mentoren. In totaal vonden 12 bijeenkomsten plaats, waarbij, op een enkele uitzondering na, alle mentoren trouw aanwezig zijn. Tijdens deze bijeenkomsten vindt uitwisseling plaats over de ervaringen met deelnemers en komen diverse onderwerpen vanuit de praktijk aan de orde, zoals ‘Hoe motiveer ik iemand’. In 2003 werden enkele gasten uitgenodigd; een medewerker vanuit de PI Scheveningen, de voorzitter van het Platform en een politiemedewerker. Op verzoek van de mentoren is sinds 2003 ook de politievertegenwoordiger van het Begeleidingsteam aanwezig; hij kent veel van de deelnemers persoonlijk en zijn inbreng wordt zeer gewaardeerd. Omdat de groep mentoren is uitgebreid is gaandeweg een knelpunt ontstaan; er is veel tijd en aandacht nodig voor de uitwisseling, waardoor er geen of nauwelijks tijd is voor het bespreken van onderwerpen.Gezocht wordt nog naar oplossingen, bijvoorbeeld extra themabijeenkomsten. Training mentoren: mei 2003 en juni 2004
Medewerkers van Parnassia hebben voor de mentoren van het project twee trainingen verzorgd. De training in mei 2002 werd bijgewoond door 9 deelnemers. Hierin stonden kennisoverdracht van genotmiddelen en signalering van gebruik centraal. De deelnemers ontvingen een uitgebreide informatiebundel die besproken werd tijdens de vier trainingsbijeenkomsten. Binnen deze training waren ook excursies georganiseerd naar PI Haaglanden, Triple-Ex en De Hoop. In juni 2004 startte een tweede training met 14 deelnemers. De training bestaat, net zoals de eerste training, uit vier dagdelen Twee bijeenkomsten in juni en twee bijeenkomsten in november. Onderwerpen die aan bod komen zijn: kennisoverdracht van genotmiddelen, herkennen van gedrag van verslaafden, signaleren en begeleiden van terugval. De betrokken partijen en deelnemers ervaren de trainingen als positief. De informatiebundel van Parnassia wordt door veel mentoren regelmatig gebruikt als naslagwerk. Begeleidingsteam Op 9 september 2002 vond de eerste bijeenkomst plaats van het Begeleidingsteam. Het Begeleidingsteam komt sinds de start van het project om de zes weken bij elkaar. Het team is samengesteld uit vertegenwoordigers van de betrokken organisaties die in de praktijk in aanraking komen met de (potentiële) deelnemers en kennis hebben van de problematiek. Het team bespreekt op deelnemerniveau de ontwikkelingen en de hiaten in het project. Bij medische of juridische vragen n.a.v. het intakegesprek wordt een beroep gedaan op het bestaande netwerk. Daarnaast vormt het overleg van het Begeleidingsteam voor het Platform ook het informatiekanaal voor de voortgang en wordt daar waar nodig (praktische) afspraken gemaakt voor de aanvullende werkzaamheden vanuit het platform. Bij de start van het project werd de beslissing voor toelating van een deelnemer genomen door het Begeleidingsteam. In de huidige situatie hebben de leden van het Begeleidingsteam 9
regelmatig, meestal wekelijks overleg waardoor er nu ook op kortere termijn op basis van de beschikbare informatie een beslissing wordt genomen over toelating. Dit gebeurt uiteraard op basis van de toelatingscriteria. Deze aanpak heeft voor de deelnemer het voordeel dat hij of zij veel eerder zekerheid heeft over zijn of haar deelname. In juni 2004 is de vertegenwoordiger vanuit Parnassia gestopt vanwege een nieuwe functie en vervangen door een nieuwe vertegenwoordiger. Vanwege de korte lijnen en de mogelijkheden voor overleg op kortere termijn is de noodzaak voor het Begeleidingsteam om in de huidige frequentie de ontwikkelingen op cliëntniveau door te spreken niet meer nodig. In de toekomst kan de frequentie terug gebracht worden. In september 2004 bespreekt het Begeleidingsteam de werkwijze, de agenda en de frequentie. De verwachting is dat de bespreking over de voortgang van de individuele deelnemers beperkt zal worden tot hoofdlijnen en dat de aandacht verschuift naar afstemming en de aanpak van knelpunten. De samenstelling zal eveneens aangepast worden aan de (nieuwe) bespreekonderwerpen en taken van het Begeleidingsteam. Stuurgroep Reïntegratie Na de start van het project in juni 2002 is de frequentie van de bijeenkomsten van de Stuurgroep sterk afgenomen. Enerzijds omdat het projectplan inmiddels was afgerond , anderzijds omdat de voornaamste (overgebleven) taak ‘het vinden van een structurele financiering’ moeizaam verliep. Ook de moeizame afstemming van agenda’s van betrokken vertegenwoordigers speelde hierin een rol. De subsidieaanvraag en de financiële verantwoording voor het project is overgedragen aan de Stichting Kocon4. Ook de taak om op zoek te gaan naar vervolgfinanciering is ter hand genomen door het bestuur van de Stichting Kocon. In de praktijk blijkt het enorm moeilijk te zijn om een ingang te vinden. De overheid stimuleert weliswaar het ontwikkelen van initiatieven die een bijdrage leveren aan de integratie van ex-verslaafden en exgedetineerden, maar het vinden van financieringsbronnen blijkt geen eenvoudige opgave te zijn. Tijdens het project gaf de voortgang van het project geen directe noodzaak om de Stuurgroep bijeen te roepen, anders dan de stand van zaken terug te koppelen en het vervolg te bespreken. Veel van de lopende zaken rond het project zijn in de praktijk afgehandeld door de voorzitter en secretaris van het Platform. In het najaar 2004 wordt de taak en functie van de Stuurgroep nader besproken waarbij het niet uitgesloten is dat de Stuurgroep wordt opgeheven. Werving deelnemers In juni 2002 zijn er informatiepakketten en folders verstuurd naar verschillende instellingen in het hele land. De volgende stap, het bezoeken van instellingen en opbouwen van contacten vroeg (te) veel tijd. Het vinden van de juiste personen en een enkele keer ziekte betekende vertraging. In de periode juni 2002 tot juli 2004 zijn er contacten gelegd met: - PI Haaglanden , locatie Zoetermeer - PI Haaglanden , locatie Scheveningen - Teylingereind Sassenheim - Stichting De Hoop, Dordrecht - Begeleidingsprogramma Drugs Katwijk (methadon) - Parnassia - Gevangenenzorg Nederland - Vereniging Relaties (Ex) Gedetineerden Katwijk 4
De Stichting Kocon – Gemeenschappelijk alcohol- en drugsbeheer- is de rechtspersoon van het Platform en verantwoordelijk voor de aanvraag en het beheer van subsidies, sponsorgelden, fondsen en juridische aangelegenheden. 10
In 2003 werden contacten gelegd met de medewerkers van Parnassia Reclassering binnen de PI Haaglanden, locatie Zoetermeer en Scheveningen. Deze contacten verliepen inhoudelijk nuttig en prettig, maar leverde aanvankelijk geen concrete aanmeldingen op. Sinds kort bestaat er heel goed contact met de interne trajectbegeleiders van de gevangenissen Scheveningen en Zoetermeer. Tot op heden zijn er nauwelijks aanmeldingen vanuit de gevangenissen en behandelcentra(zie overzicht). Dit heeft voor een deel te maken met de onbekendheid met het project bij verwijzers en interne trajectbegeleiders. Reclasseringsmedewerkers geven aan dat zij niet na kunnen gaan welke deelnemers uit de KRV-gemeenten afkomstig zijn. Dit is deels een praktische aangelegenheid omdat reclasseringsmedewerkers die binnen detentie werkzaam zijn deze gegevens niet eenvoudig kunnen achterhalen, daarnaast geven de medewerkers aan dat zij om redenen van privacy deze informatie niet kunnen faciliteren voor het project. Opmerkelijk is dat de deelnemers zelf geen enkele moeite hebben een verklaring van geen bezwaar te ondertekenen voor het opvragen/uitwisselen van informatie. Mogelijk biedt dit in de toekomst nadere mogelijkheden. Vanuit het onderzoek van de studenten van de Hogeschool kwam nog een andere reden naar voren voor het achterwege blijven van aanmeldingen vanuit verslavingsreclassering (Parnassia). Ex-verslaafden en/of ex-gedetineerden die al een reïntegratieprogramma doorlopen (zoals Triple-Ex en Re-entry) zouden niet in aanmerking komen voor het Project Reïntegratie. Het Platform rekent de groep ex-verslaafden/ gedetineerden die een behandeling/ programma hebben gevolgd vanuit reclassering ook tot de doelgroep van het Project Reïntegratie. Immers na het gevolgde programma binnen de muren van een reclasseringsinstelling volgt de reïntegratie in de woonplaats. Voor de toekomst volgt hierover nadere verduidelijking en afstemming.. Overzicht herkomst van de aanmeldingen 2002-2004: No Aantal Aanmeldingen via
1. 2. 3. 4. 5. 6.
2 2 4 11 6 1
7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.
8 1 1 2 1 1 1 1 43
5 6 7 8
Parnassia 5 Gemeente Katwijk6 Familie, vriend of kennis Zelf De Brug (Inloophuis) Factor Welzijn (Jongerenwerk) Politie 7 KVIH 8 Platform De Hoop Gevangenenzorg Nederland PI Scheveningen PI Zoetermeer Advocaat
Aantal in 2002 7 maanden
Aantal in 2003 Aantal in 2004 12 maanden 4 maanden
2 2 1 3 2 1
2 5 4 1
1 3 -
2
4 1 1 1
13
19
2 1 1 1 1 1 11
Begeleidingsprogramma Drugs, locatie Katwijk Afdeling Sociale Zaken Eenmaal een verwijzing via Justitie als opgelegde maatregel van een jeugdige Katwijks Vereniging voor Industrie en Handel 11
Het overzicht laat zien dat de aanmeldingen vooral binnen komen via de deelnemers zelf en de lokale samenwerkingspartners (politie en het Inloophuis De Brug en politie). Lokaal is het project redelijk goed bekend; de werving van mentoren en deelnemers vindt vaak plaats via de lokale ‘mond-op-mond’ reclame. Publiciteit De lokale publiciteit in de KRV-gemeenten en de verspreiding van de folder leidde direct bij de start van het project in het gemeentehuis van Katwijk tot een aantal aanmeldingen. Ook na de start in juni 2002 zijn regelmatig artikelen geplaatst in de lokale (kabel-)kranten en het Leidsch Dagblad over het project en voor de werving van mentoren. Om verwarring te voorkomen en te onderstrepen dat het Project Reïntegratie een activiteit is van het Platform wordt voor folders en brieven het briefpapier met het logo van het Platform gebruikt. Op aangeven van de deelnemers zelf is in het tweede jaar de vermelding ‘Platform Verslavingszorg Katwijk’ achterwege gelaten; zij zijn immers niet (meer) verslaafd. De folder is tussentijds bijgesteld (zie de bijlage) en wordt in het najaar 2004 op grotere schaal verspreid.
12
Resultaten aanmeldingen In totaal waren er 49 aanmeldingen, 12 personen nemen nog deel in het project en 2 personen hebben het project succesvol afgerond. Bij de start van het project werd het aantal aanmeldingen ingeschat op 15; het werkelijke aantal aanmeldingen was dus groter dan vooraf ingeschat.9 De 12 huidige deelnemers nemen al langer dan een jaar deel en het verloop van hun reïntegratietraject is bemoedigend. Resultaten juni 2002 tot juli 2003:
Van juni 2002 tot juli 2003 (12 maanden) waren er 23 verschillende aanmeldingen. 6 personen zijn direct na het intakegesprek afgewezen en doorverwezen omdat zij niet voldeden aan de voorwaarden van het project. (niet clean, psychiatrisch, onvoldoende motivatie of reclasseringscontact dat werd verzwegen). Met 17 personen heeft daadwerkelijk een intakegesprek plaats gevonden, 2 personen haakten na hun intakegesprek af. In totaal werden 15 personen daadwerkelijk als deelnemer toegelaten en begeleid. Toelichting resultaten: • 15 personen namen deel aan het project: 9 deelnemers zijn na een langere periode van deelname vanwege (grote) terugval doorverwezen naar een vervolgbehandeling; 1 persoon besloot buiten de duin- en bollenstreek te gaan wonen; 2 personen het behandeltraject inmiddels succesvol afgerond; 3 personen uit de eerste termijn nemen in juni 2004 nog steeds deel aan het project en de resultaten zijn zeer hoopvol. Bij deze deelnemers is weliswaar sprake van een enkele keer een terugval, maar vanwege urinecontroles en de intensieve begeleiding van de mentoren leidt dit niet tot algehele terugval. Resultaten oktober 2003 tot juli 2004:
Van juni tot oktober 2003 vonden geen nieuwe intakegesprekken plaats omdat er geen casemanager was. Eén persoon is door een medewerker van het Inloophuis va De Brug op een wachtlijst gezet. Van oktober 2003 tot juli 2004 (9 maanden) waren er 26 verschillende aanmeldingen. Omdat bij voorbaat bekend en duidelijk was dat 4 personen sowieso niet in aanmerking zouden komen voor deelname (vanwege de omvang van de verslavingsproblematiek) zijn zij niet uitgenodigd voor een intakegesprek maar direct doorverwezen. Deze aanmeldingen worden zijn ook niet opgenomen en het overzicht in de bijlage. In totaal werden 20 personen toegelaten. Toelichting resultaten: • 20 personen namen deel aan het project: 2 personen verschenen na 3 maanden niet meer op afspraken en waren onvindbaar; 5 personen zijn na een langere periode van deelname vanwege terugval afgehaakt en doorverwezen 1 persoon kreeg werk op een binnenvaartschip waardoor de wekelijkse begeleiding is stop gezet. Er is regelmatig contact; de reïntegratie verloopt tot nog toe succesvol. • 12 personen nemen op dit moment deel aan het project en worden intensief begeleid door zowel de casemanager en een mentor. 1 persoon komt uit Noordwijk, 1 uit Lisse en één heeft geen vaste woon- en verblijfplaats
9
Een overzicht van de aanmeldingen is opgenomen in Bijlage 1. 13
5.
FINANCIËN
Voor de periode van 2002-2003 is een bedrag van € 25.491,- projectsubsidie toegekend en uitgekeerd aan Stichting De Brug. De eindafrekening van dit eerste jaar werd afgesloten met een positief saldo van € 1248,00 euro dat door De Brug is terug gestort. Voor de periode 2003-2004 is een bedrag van € 25.585,toegekend en uitgekeerd aan Stichting Kocon. Vervolgens is in 2004 vanwege de snelle groei van het project de financiering van het project aangevuld met een bedrag van € 6.500,- voor de uitbreiding van 4 uur van de casemanager. Het Project kan financieel nog niet worden afgesloten. In dit verslag de stand van zaken tot en met juni 2004. In maart 2005 volgt de eindafrekening. De verwachting is dat er een tekort zal ontstaan door een toename van het aantal deelnemers en mentoren; onder andere door hogere reis- en deelnemerskosten. Het Platform zoekt naar aanvullende financiering bijvoorbeeld dit jaar door in te tekenen voor de Hein Roethofprijs en contacten te leggen met het ministerie van Justitie. Dit heeft helaas niet tot het gewenste resultaat geleid, maar het Platform blijft proberen extra financieringsbronnen te vinden. Voor het vervolg van het project vraagt het Platform de gemeente Leiden om het project met ingang van oktober 2004 structureel te financieren, waarbij de Stichting Kocon aangewezen wordt voor de financiële verantwoording. Het Platform wil als coördinerende organisatie, cq opdrachtgever de voortgang bewaken en het secretariaat van het Platform draagt zorg voor een jaarlijkse rapportage. Financieel overzicht Project Reïntegratie 2002 - 2004 Overzicht van de kosten, gemaakt in de periode vanaf 1 juni 2002 tot en met 30 juni 2004
Uitgaven 1. 2. 3. 4.
Arbeidskosten Vrijwilligerskosten Kopieer-, druk- en verzendkosten Overige kosten
€ € € €
41.674,15 1977,27 883,64 380,73
€
44.915,79
€
56.328, -
€
11.412,21
€ €
14.899,00 3486,79
Kosten totaal
Inkomsten Ontvangen subsidie Project Reïntegratie 2002-2004 Saldo positief t/m juni 2004 10
Schatting te verwachten kosten t/m september 2004 Geschat negatief saldo 10
Geschatte kosten t/m oktober 2004: Casemanager t/m oktober: 17 weken x 12 uur x 42,50 = 8670,Casemanager nov. 2004: 4 weken x 4 uur x 42,50 = 680,Medewerker Mobiele Team: 17 weken x 3 uur x 65,00 per uur = 3315,Adm. dienstverlening De Brug Declaratie periode tot juni 2004: 210,Adm. dienstverlening De Brug 17 weken x 1 uur x 12,00 = 204,Reiskosten + ‘zakgeld’ mentoren : mei t/m oktober, 6 mnd. x 80,- = 480,- + 6x14x10,00=840,00 Overige kosten: Drukwerk, kopieerkosten, zaalhuur, consumpties, etc : 500,14
Rekening Project Reïntegratie 2002 - 2003 Overzicht van de kosten, gemaakt in de periode vanaf 1 juni 2002 tot en met 30 mei 2003
Uitgaven
Subtotaal
1. Arbeidskosten Casemanager en administratieve ondersteuning jaar 2002 jaar 2003
€
22.719,-
€
979,-
€
545,-
Kosten totaal
€
24.243,-
Inkomsten totaal
€
25.491,-
Saldo positief 13
€
1248,-
2. Vrijwilligerskosten 11 Attentie vrijwilligers Reiskosten vrijwilligers
3. Kopieer- druk- en verzendkosten Drukwerk (500 folders) en dossiermateriaal Overige kantoorkosten 4. Overige kosten12 Zaalhuur en consumpties voor bijeenkomsten mentoren, begeleidingsteam en stuurgroep
€ 16.009,€ 6710,-
€ €
825,154,-
€ €
395,150,-
€
0,-
Inkomsten Ontvangen subsidie Project Reïntegratie 2002-2003
11
12
13
De excursiekosten en consumpties voor de vrijwilligers zijn vergoed door de betrokken samenwerkingspartners. De betrokken vrijwilligers hebben voor hun inzet voor het Project Reïntegratie een etentje en een attentie ontvangen. Zaalhuur en consumpties voor de stuurgroep, het begeleidingsteam en de mentoren zijn vergoed vanuit de reguliere begroting van het Platform Verslavingszorg. Het positieve saldo ad 1248,00 euro is teruggestort naar de Gemeente Leiden. 15
Voorlopige rekening Project Reïntegratie 2003 - 2004 Overzicht van de kosten, gemaakt in de periode vanaf 1 juni 2003 tot en met 30 juni 2004
Subtotaal
Uitgaven 1. Arbeidskosten Casemanager jul-sep03? jaar 2003, okt-dec 2003 104 a 42,47 jaar 2004, jan-jun 2004 288 a 42,47 Reiskosten Casemanager 427 km a 0,28 Administratieve ondersteuning jaar 2003 en 2004 18 a 11,55 Medewerker Parnassia – Mobiele Team Okt. 2003 - juni 2004 30,5 a 64,90
€ 18.955,15 € 4.416,88 € 12.231,36 € 119,56 € €
207,90 1.979,45
2. Vrijwilligerskosten 14 Attentie vrijwilligers eten mentoren 24/6 + traktatie Reiskosten vrijwilligers
€ €
617,75 380,52
€
998,27
3. Kopieer-, druk- en verzendkosten Drukwerk ((500 folders) en dossiermateriaal) Overige kantoorkosten
€ €
186,83 151,81
€
338,64
4. Overige kosten Zaalhuur en consumpties voor bijeenkomsten 15 Aanschaf publicatie (Nelissen) Reiskosten en presentje studenten
€ € €
273,03 31,50 76,20
€
380,73
Kosten totaal
Inkomsten Ontvangen subsidie Project Reïntegratie 2003-2004 Aanvullende subsidie 2004
14
15
16
€ 20.672,79
€ 25.585,€ 6.500,-
€ 32.085,-
Saldo positief 16
€ 11.412,21
De excursiekosten en consumpties voor de vrijwilligers zijn vergoed door de betrokken samenwerkingspartners. De betrokken vrijwilligers hebben voor hun inzet voor het Project Reïntegratie een etentje en een attentie ontvangen. Het Begeleidingsteam en de Stuurgroep kon zonder kosten gebruik maken van de ruimte van het Platform. Daarnaast werd diverse malen een grote zaal en audiovisuele materialen gehuurd. Het huidige saldo (tot 1 juli 2004) valt positief uit omdat nog niet alle declaraties zijn ingediend. Het proefproject loopt officieel t/m oktober 2004. Verwacht wordt een negatief saldo vanwege de toename in het aantal deelnemers, het aantal mentoren en de hogere reiskosten doordat meer deelnemers worden bezocht in de gevangenissen en afkickcentra. In maart 2005 volgt de eindafrekening. 16
6.
AANBEVELINGEN PROJECT REÏNTEGRATIE
Voor de start van de proefperiode is het bereik, de benodigde begeleidingstijd en het positieve neveneffect van vroegsignalering onderschat. Het aantal aanmeldingen was groter dan verwacht. Het gegeven dat het vooral de deelnemers zelf zijn die zich komen aanmelden is een verrassende uitkomst van de afgelopen twee jaar. Het Platform is erg tevreden over deze uitkomsten; deelnemers geven aan dat zij graag willen deelnemen en zijn tevreden over de aanpak. Ook heel positief is dat de groep vrijwilligers is uitgebreid naar 14 en na twee jaar nog steeds enthousiast meedoen. De conclusie is dan ook dat het de moeite waard is om de ingeslagen weg voort te zetten. Na een proefperiode van 21 maanden is zondermeer duidelijk dat het grotere aantal aanmeldingen en de begeleidingstijd die daarvoor nodig was, in de praktijk betekende dat de casemanager de beschikbare tijd volledig benut heeft voor de begeleiding van de deelnemers en de mentoren. Het Platform heeft veel waardering voor de betrokken casemanager en lokale samenwerkingspartners èn de mentoren die zich niet hebben laten verlammen door wat er nog niet geregeld was, maar steeds met veel enthousiasme en inzet zijn door gegaan. Uitgangspunt voor het Project Reïntegratie is dat de verschillende instanties en organisaties die betrokken zijn bij de problematiek met elkaar samenwerken. Alle betrokkenen zijn het er ook over eens dat er nog veel mogelijkheden liggen, maar hiervoor is een uitbreiding van uren nodig. Op die manier is in de toekomst ook uitbreiding naar de regio een mogelijkheid. Aanbevelingen voor het vervolg van het Project Reïntegratie: • Voortzetten van het project op structurele basis. • Uitbreiden van de uren van de casemanager van het Project; van 12 uur naar 20 uur • Voortzetten inzet vanuit het Mobiele Team van Parnassia voor 3 uur per week op afroepbasis. • Uitbreiden administratieve ondersteuning van 1 naar 2 uur per week. • Nadere contacten, overleg, afstemming en samenwerking realiseren met de KVIH, bedrijven en instellingen zoals woningbouwcorporaties, het CWI, Jeugdreclassering en de afdeling Sociale Zaken van de KRV-gemeenten. Het Platform buigt zich op dit moment over de problemen rond huisvesting en is in gesprek met de KVIH. • Het project nader uitwerken en onder de aandacht brengen voor de groep jeugdigen (en minderjarigen) die in aanraking zijn geweest met justitie en/ of drugs. • Uitbreiden van contacten en samenwerkingsverbanden met het gevangeniswezen en behandelklinieken. • Het aantal mentoren uitbreiden, met name mannen. • De werving richten op de KRV-gemeenten en de bollenstreek. • De folder aanpassen en opnieuw verspreiden.
17
BIJLAGE 1
OVERZICHT AANMELDINGEN 2002 - 2004
Datum
Geboortejaar
Aanmelding (via)
1) juni 2002 1) febr. 2002 2) juli 2002 3) juli 2002 4) mei 2002 5) januari 2002 6) sept. 2002 7) okt. 2002 8) okt. 2002 9) nov. 2002 10) dec. 2002 11) dec. 2002 12) dec 2002 13) jan 2003 14) jan 2003 15) jan 2003 16) jan 2003 17) jan 2003 18) feb 2003 19) mrt 2003 20) mrt 2003 21) juni 2003 22) juni 2003
1975 1965 1978 1972 1961 1965 1982 1980 1977 1984 1976 1979 1980 1971 1959 1970 1984 1986 1959 1977 1976 1985 1986
Parnassia Katwijk Gemeente Katwijk Kennis (ex-verslaafde) Zelf contact opgenomen Zelf contact opgenomen Gemeente Katwijk Parnassia Katwijk Inloophuis De Brug Zelf contact opgenomen Via jongerenwerk Factor Welzijn Politie Katwijk Politie Katwijk Inloophuis De Brug Inloophuis De Brug Zelf brief geschreven Politie Katwijk Heraanmelding via Factor Welzijn Moeder nam contact op Inloophuis De Brug KVIH Platform Verslavingszorg Politie Katwijk Politie Katwijk
23) September 2003 17 24) Oktober 2003 25) oktober 2003 26) Oktober 2003 27) Oktober 2003 28) November 2003 29) November 2003 30) December 2003 31) December 2003 32) Januari 2004 33) Januari 2004 34) maart 2004 35) maart 2004 36) april 2004 37) april 2004 38) april 2004 39) april 2004 40) mei 2004 41) juni 2004 42) juni 2004
1975 1977 1953 1969 1975 1982 1981 1969 1972 1956 1976 1971 1981 1973 1963 1972 1980 1959 1977 1975
Inloophuis De Brug Zelf contact opgenomen De Hoop Politie Inloophuis De Brug Vriend Zelf contact opgenomen Zelf contact opgenomen Zelf contact opgenomen Gevangenenzorg Nederland De Hoop Politie Politie Zelf contact opgenomen Via PI Scheveningen Zelf contact opgenomen Via ouder Zelf contact opgenomen Via PI Zoetermeer (Interne Traject Begel.) Via advocaat (stond eerst bij juli vermeld)
17
Vanaf het tweede proefjaar (vanaf nr. 24) zijn alleen de aanmeldingen opgenomen van deelnemers waarmee een intakegesprek heeft plaats gevonden. Dit in tegenstelling tot het eerste deel van het overzicht. 18
BIJLAGE 2.
PROCESGANG VAN HET TRAJECT
Nr. Uitvoering door Activiteit 1. Casemanager Intake afnemen
2.
Casemanager
3.
Casemanager
Informatie opvragen bij verwijzers Bespreken toelating van deelnemer met begeleidingsteam
4.
Casemanager
Koppeling mentor
5.
Casemanager
Opstellen individueel behandelplan
6.
KVIH
Bemiddeling van een stageplaats of werk
7.
Mentor en Casemanager
Uitvoering traject
Toelichting Aanmelding via de casemanager; telefonisch of met behulp van een brief. Daarna vindt op korte termijn een intakegesprek plaats. Elementen die in de intakeprocedure aan de orde komen: arbeid, inkomen, huisvesting, sociaal netwerk, vrije tijd, gezondheid, psychiatrie, schulden en levensbeschouwing. De casemanager vraagt onderzoeksgegevens en informatie op. De aanmelder wordt besproken met teamleden van het begeleidingsteam en/ of de medewerker van het Mobiele Team op basis waarvan de uiteindelijke beslissing wordt genomen over de toelating van de deelnemer tot het project. Wanneer de deelnemer is toegelaten wordt er door de casemanager een mentor aan de deelnemer toegewezen. De casemanager stelt i.s.m. de deelnemer een plan van aanpak op, In dit behandelplan worden onder andere de volgende punten omschreven Wat zijn de leerpunten en doelen van de deelnemer Is er een uitkering, huisvesting geregeld. Naar welke sector van werk gaat de voorkeur van de deelnemer. Zijn er schulden en is er schuldhulpverlening Op welke tijdstippen heeft de deelnemer contact met de casemanager en de mentor Op welke tijden wordt met wie een evaluatie gepland ………….. Wanneer de deelnemer vrij komt vindt er indien mogelijk een bemiddeling plaats voor een stageplaats of werk. Ideaal zou zijn als de deelnemer terugkeert in de woonplaats dat een stageplaats is geregeld en de deelnemer direct aan de slag kan. De werkgever biedt: Een werkbegeleider: een medewerker van het bedrijf die de deelnemer tijdens het werk begeleidt. Een vast gestelde onkostenvergoeding per werkdag. De werkgever houdt samenspraak met de casemanager over de voortgang van het traject. De stageplaats biedt de deelnemer de gelegenheid om werkervaring op te doen. De productie van het bedrijf mag geen schade lijden door de komst van de deelnemer. Gedurende het traject wordt de deelnemer door de mentor en casemanager begeleid op basis van het behandelplan. Na elk gesprek koppelt de mentor de 19
Mentor
Tussenevaluatie
8.
9. Casemanager
Exit gesprek
voortgang terug naar de casemanager met behulp van een verslag. Na 3 maanden vindt er een tussenevaluatie plaats aan de hand van het behandelplan tussen de deelnemer en de mentor. 2 maanden later is de casemanager bij aanwezig. Met de eventuele werkbegeleider vinden aparte evaluatiegesprekken plaats. Het traject zal worden afgesloten als de doelen van de deelnemer zijn behaald en de begeleiding overbodig is geworden De deelnemer terug is gevallen en/of overgedragen wordt aan de verslavingszorg De deelnemer de afspraken die gelden voor deelname niet nakomt. Afsluiting vindt plaats vinden d.m.v. een afsluitend gesprek.
20
BIJLAGE 3
ONDERZOEK STUDENTEN
Hogeschool De Horst In januari 2004 onderzocht een studente SPH van Hogeschool De Horst de reïntegratie en resocialisatie van jongeren gebaseerd op literatuurstudie en informatie van Centrum Maliebaan te Utrecht en het Platform. Dit onderzoek resulteerde in het meesterstuk met als titel ‘Begeleiden in het wegsturen!’ 18 Enkele conclusies uit dit meesterstuk: • Het hulpverleningstraject voor reïntegratie en nazorg voor ex-verslaafde jongeren is onvoldoende gefaseerd. Reïntegratie voor jongeren zou moeten starten met een observatie en opnameperiode in een leefgroep. Vanuit een leefgroep kunnen jongeren zich, meer begeleid en ondersteunt, verder ontplooien en laat de grote samenleving nog even op zich wachten. Vanuit deze veilige ontwikkelingsplek volgt dan een doorstroom naar kamertraining. Hierin komt de zelfstandigheid en de maatschappij een stuk dichterbij waardoor de jongere meer voorbereid en gefaseerd werkt aan een plek in onze samenleving. • Nauwere samenwerking tussen jeugdhulpverlening en verslavingszorg is nodig. De deskundigheid van deze twee koppelen voor reïntegratie en nazorgtraject van jongeren uit detentie. Hierbij ook hulp van politie in nazorg en reïntegratie of betere afstemming op problematiek van jongeren uit de jeugddetentie. • Reïntegratietraject/nazorg zou geen keuzemogelijkheid moeten zijn, maar onderdeel van straf of behandeling. Nazorg en reïntegratie staan vaak los van behandeling of detentie. Nazorg en reïntegratie zou onderdeel moeten zijn in het hulpverleningstraject die de jongere in het begin, al dan niet, verplicht inslaat en is zeker zo belangrijk als het afkicken zelf en geeft een adequater antwoord op de problematiek van ex-verslaafde jongeren en moeilijkheden die reïntegratie en nazorg voor ex-verslaafde jongeren met zich meebrengt. • Samenwerken met justitie Er is onvoldoende samenwerking tussen jeugdzorg, justitie en de verslavingszorg. Samenwerken met justitie is erg belangrijk voor het reïntegratieproces. Hogeschool Amsterdam Zes voltijd studenten van de Hogeschool Amsterdam hebben gedurende drie maanden gewerkt aan een externe opdracht van het Platform met als onderzoeksvraag: “Hoe kunnen de knelpunten verbeterd worden en zijn er hiaten in het Project Reïntegratie met betrekking tot de hulpverlening?” . Op 22 juni hebben zij de resultaten gepresenteerd en het eindproduct van deze opdracht werd aangeboden als adviesrapport 19. Enkele aanbevelingen uit dit adviesrapport: • De naamsbekendheid en het bereik van het Project Reïntegratie vergroten door: - verzenden van informatie naar behandelcentra en gevangenissen en zorgen voor follow-up; - aanpassen van de huidige informatiefolder, o.a. door minder zakelijk taalgebruik; - Informatiefolder verspreiden op verschillende locaties op plekken waar potentiële deelnemers, familie of andere belanghebbenden toegang hebben. • De voorbereidingen van nieuwe mentoren kan meer gestructureerd worden door een algemeen informatiepakket te bieden bij de start. 18
19
Meesterstuk ‘ Begeleiden in het wegsturen!’, Student: Aloy van Kempen, Hogeschool De Horst, Studentnummer: 1102845, SPH vt Fase 3, Expert: Henny Göbel. April 2004 Adviesrapport ‘Project Reïntegratie Katwijk’. Ellen Dijkstra, Anabel Lucas, Danny Mau Asam, Marieke van Schuppen, Jorien Vonk, Sofie van Waarden. Docent: Kees Voorhoeve. Externe opdracht Hogeschool Amsterdam. Juni 2004. 21
• Voortzetten van de trainingen, waarin met name de behandeling van verschillende gesprekstechnieken, is van belang voor alle mentoren. • Opbouwen van een breed netwerk, waardoor meer mogelijkheden gecreëerd voor het project. • Nadere gegevens (laten) verzamelen over het aantal potentiële deelnemers zodat meer inzicht ontstaat over de te verwachten ontwikkelingen en het beantwoorden van de vraag welk beroep er in de toekomst te verwachten is en of het project in staat is om aan deze vraag te voldoen. De interviews afgenomen door de studenten bij enkele medewerkers van gevangenissen en reclassering gaf verschillende reacties en inzichten. Medewerkers van gevangenissen waren zeer positief over de mogelijkheden van het project. Tegelijkertijd gaven zij ook aan dat het lastig is om een dergelijk project onder de aandacht te brengen van potentiële deelnemers en uitwisseling van gegevens is zeer moeilijk zoniet uitvoerbaar.
22
BIJLAGE 4
FOLDER
Tekst van de folder (A5-formaat) Project Reïntegratie - mei 2004
Project Reïntegratie Voor ex-gedetineerden en ex-verslaafden uit Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg
Een nieuwe start?!
23
Nà de bajes of een verslavingskliniek… Je zit in de bajes of in een verslavingskliniek. Je denkt na hoe je straks verder met je leven wilt. Het liefst wil je een nieuwe start maken. Je wilt dit goed aanpakken en het zou fijn zijn als je hierbij geholpen wordt. Dan is misschien het Project Reïntegratie de oplossing voor jou! Er wordt persoonlijke begeleiding gegeven bij praktische en niet praktische zaken. In deze folder leggen we je uit wat het project je te bieden heeft. Voor Katwijkers, Rijnsburgers en Valkenburgers Het is vaak moeilijk om na de gevangenis of een afkickcentrum de draad weer op te pakken. Het project Reïntegratie van het Platform Verslavingszorg Katwijk biedt hulp bij de terugkeer in de maatschappij. Je kunt een beroep doen op dit project als je uit Katwijk, Rijnsburg of Valkenburg komt. Verschillende organisaties, vrijwilligers en het bedrijfsleven werken samen om ervoor te zorgen dat er na het uitzitten van je straf of na je behandeling een helpende hand is. Voorwaarden Aan de deelname van het project zijn geen kosten verbonden. Voor de aanmelding en tijdens je deelname, gelden de volgende voorwaarden: -
je bent clean of je gebruikt methadon;
-
je bent in aanraking geweest met justitie en/ of drugs;
-
je komt uit Katwijk, Rijnsburg of Valkenburg;
-
je bent bereid om na te denken over een daginvulling;
-
je bent bereid om mee te werken aan urinecontroles
24
Aanmelden Aanmelden voor het project kun je zelf doen, maar ook via de reclassering of je persoonlijke begeleider. Na de aanmelding zal de casemanager een afspraak met je maken voor een eerste gesprek. Uit dit gesprek zal moeten blijken of je aan de voorwaarden kunt voldoen zodat je aanmelding definitief kan worden. Daarna zal de casemanager een plan van aanpak opstellen en kun je aan je toekomst gaan werken. De manier van werken Na je definitieve aanmelding volgt een kennismakingsgesprek met de mentor die je gaat begeleiden. Een mentor is een vrijwilliger die zich heeft opgegeven als persoonlijke begeleider, vergelijkbaar met een ‘buddy’. Wanneer het ‘klikt’ tussen jullie, dan heb je regelmatig contact met je mentor en kun je op hem of haar terugvallen voor steun. Voorbereiden Het belangrijkste is dat duidelijk wordt hoe je een nieuwe start wilt maken (je leerdoelen). In het plan komen ook allerlei praktische afspraken te staan over bijvoorbeeld wonen, werk, uitkering, schulden en verzekeringen. Zo kunnen er bijvoorbeeld al tijdens je verblijf in een gevangenis of afkickcentrum een aantal zaken geregeld worden zodat je na je vrijlating voorbereid bent om terug te keren in de maatschappij. Kruiwagenproject Wanneer jezelf moeite hebt met het vinden van werk dan is het mogelijk om vanuit het Kruiwagenproject van de Katwijkse Vereniging voor Industrie en Handel (KVIH) een stageplek voor je te regelen. Je kunt dan met behoud van uitkering drie tot maximaal zes maanden werkervaring opdoen in Katwijk of omgeving. Een medewerker van het bedrijf zal je daarbij begeleiden. Na je ‘stage’ krijg je hulp bij het vinden van een vaste baan bij een ander bedrijf.
25
Na je vrijlating of behandeling Na je vrijlating ga je verder aan de slag met het plan van aanpak, waarbij je hulp blijft houden van je mentor. De casemanager en de organisaties die samenwerken in dit project helpen hierbij. Je deelname aan het project wordt afgesloten als je doelen bereikt zijn. Meer informatie, afspraak maken Wanneer je mee wilt doen aan dit project, neem dan contact op met Diana Bancken, de casemanager van dit project. Zij kan ook je vragen beantwoorden en bij je langs komen om verder te praten over de manier van werken en je eventuele aanmelding bij het project. Diana Bancken is te vinden bij Stichting de Brug in Katwijk. Hier kunnen ook familieleden of hulpverleners voor nadere informatie terecht. Het telefoonnummer is: 071 – 403 37 33 E-mail:
[email protected]
Het Project Reïntegratie is een samenwerkingverband van: Platform Verslavingszorg Katwijk Stichting De Brug Politie Hollands Midden Psycho-Medisch Centrum Parnassia Gemeente Katwijk, Sociale Dienst Katwijkse Vereniging voor Industrie en Handel
Uitgave: Platform Verslavingszorg Katwijk, Callaoweg 1, 2223 AS, Katwijk. Secretariaat, tel. : 071- 4015216 / 4033323. E-mailadres:
[email protected]
26
Callaoweg 1 2223 AS Katwijk
Secretariaat en contactpersoon Platform Verslavingszorg Katwijk: Thea Guijt Telefoon: 071-4015216 E-mail :
[email protected] Casemanager Project Reïntegratie Diana Bancken Telefoon : 071-403 3733 E-mail:
[email protected]