Slide 1
Eric Matto Onderdirecteur Monetaire en Economische Zaken Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
1
Slide 2
Inhoud 1.
Beleggingsregel institutionele beleggers.
2. Karakteristieken beleggingen institutionele beleggers. 3. Lokale kapitaalmarkt. 4. Conclusies.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
2
•
Beleggingsregel: Wat houdt die regel in? Waarom is die regel er? Welke versoepelingen zijn de afgelopen jaren doorgevoerd?
•
Beleggingskarakteristieken: Samenstelling van de beleggingsportefeuille. Rendementsontwikkeling in enkele beleggingsinstrumenten. Impact daarvan op de instellingen.
•
In welke richting moet de lokale kapitaalmarkt ontwikkeld worden voor een voldoende aanbod van aantrekkelijke beleggingsmogelijkheden?
Slide 3
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
3
Slide 4
Doelstellingen CBCS Het bevorderen van de stabiliteit van de waarde van de geldeenheid van de Landen. 2. Het bevorderen van de gezondheid van het financiële systeem van de Landen. 3. Het bevorderen van een veilig en efficiënt betalingsverkeer in de Landen. 1.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
4
•Doelstellingen CBCS zijn in artikel 3, lid 1 van het Centrale Bankstatuut opgenomen. • 1e doelstelling betreft het monetaire toezicht; beleggingsregel is onderdeel van het monetaire toezicht. • 2e doelstelling betreft het bedrijfeconomische of prudentiele toezicht.
Slide 5
Monetair toezicht Handhaving vaste koers van de NAf/CMg met de US$ (US$ 1 = NAf 1,79 sinds 1971). Operationele doelstelling: handhaving niveau officiële reserves (excl. goud) om 3 maanden importen te kunnen dekken.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
5
Slide 6
Importdekking 6.0 5.0 4.0 3.0
Importdekking
2.0
Norm
1.0 0.0
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
6
De grafiek toont aan dat de importdekking vanaf 2002 rond de norm fluctueert en dat we vanaf 2009 ruim boven de norm zitten. Dit komt vooral door de schuld-sanering, maar in 2009 daalden ook de importen a.g.v. lagere grondstofprijzen en de lichte krimp van de economie. De vaste koppeling met de dollar is daarom solide.
Slide 7
Instrumenten monetair toezicht 1.
Monetair beleid.
2. Deviezenbeleid: Vergunningen voor kapitaaltransacties; Beleggingsregel voor institutionele beleggers.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
7
•
Monetair beleid: vooral gericht op de beinvloeding van de bedrijfsactiviteiten van de lokale banken. Ik ga daar echter vandaag niet verder op in.
• • •
Deviezenbeleid: Voor bepaalde kapitaaltransacties is een vergunning van de centrale bank vereist. In principe worden deze vergunningen altijd versterkt. Het dient vooral een informatiedoel voor een complete en correcte registratie in de betalingsbalans (kapitaaltransacties betreffen doorgaans grote bedragen). Echter, in een crisissituatie (bijvoorbeeld een sterke afname van de deviezenreserves) biedt het de mogelijkheid om transacties te verbieden.
•
Slide 8
Beleggingsregel Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7: aan lokale verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen wordt een algemene vergunning verleend om in het buitenland te beleggen, mits minimaal volgens de volgende formule lokaal wordt belegd:
40% van de eerste NAf 10 mln. aan voorzieningen en schulden; 50% van de tweede NAf 10 mln. aan voorzieningen en schulden; 60% van de resterende voorzieningen en schulden. Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
8
Slide 9
Beleggingsregel Motieven voor deze regel: 1. Bescherming deviezenreserves. 2. Bevorderen dat lokale besparingen aangewend worden voor de ontwikkeling van de lokale economie. 3. Ontwikkeling lokale kapitaalmarkt.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
9
Opmerkingen bij bullets 2 en 3 2. Het is van belang dat een deel van de lokale besparingen wordt gebruikt voor de financiering van projecten die een bijdrage leveren aan de duurzame ontwikkeling van de economie en daarmee de toekomstige welvaart van de spaarders. 3. Door ervoor te zorgen dat er financiele middelen beschikbaar zijn om lokaal te investeren, wordt de ontwikkeling van beleggingsproducten gestimuleerd, waardoor de verdere ontwikkeling van de lokale kapitaalmarkt wordt bevorderd.
Slide 10
Beleggingsregel Knelpunten: 1. Aanbod lokale beleggingsmogelijkheden tegen een aanvaardbaar (concurrerend) rendement/risicoprofiel. 2. Prudentieel toezicht institutionele beleggers.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
10
•Beschikbaarheid van lokale beleggingsmogelijkheden met een aanvaardbaar rendement/risicoprofiel wordt vaak te beperkt gevonden. • Het prudentieel toezicht is gericht op een adequate dekking van de toekomstige (pensioen)verplichtingen. Beleggingsbeslissingen van de instellingen om die dekking te realiseren, kunnen gehinderd worden door de beleggingsregel.
Slide 11
Beleggingsregel 1e versoepeling: Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7A van 1 oktober 2005 Onder bepaalde voorwaarden mogen lokale institutionele beleggers extra beleggingen in het buitenland doen indien daar tegenover een even groot bedrag aan kwalificerende lokale beleggingen staat.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
11
• Gegeven deze knelpunten en de adequate importdekking vonden we de tijd rijp om met een versoepeling van de beleggingsregel te beginnen in oktober 2005. • Kwalificerende lokale belegging: een belegging in de vorm van (quasi) eigen vermogen in een project dat een bijdrage levert aan de economie (deviezen genereren). Deze versoepeling komt neer op een 50/50 regel voor deze beleggingen.
Slide 12
Beleggingsregel 2e versoepeling: Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7B van 1 april 2006 Lokale institutionele beleggers mogen minder lokaal beleggen dan het minimum vereiste, maar tegen een heffing.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
12
De heffing is gelijk aan het 3-maands dollar libid in een kwartaal vermeerderd met een aantal basispunten. Libid: London Interbank Bid Rate; 3-maands dollar libid ligt 0,125% onder 3-maands dollar libor.
Slide 13
Beleggingsregel Heffing (%) 8 7 6 5 4 3 2 1 0
Opslag
2006-QII QIII QIV 2007-QI QII QIII QIV 2008-QI QII QIII QIV 2009-QI QII QIII QIV 2010-QI QII QIII
Gem. 3-maands US$ libid
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
13
•1e anderhalf jaar was de heffing prohibitief (opslag 150 basispunten). • Vanaf 4e kwartaal 2007 begonnen met afbouwen van de opslag; vanaf 3e kwartaal 2008 is deze 0 basispunten. • Vanaf 1e kwartaal 2008 is dollar libid gaan dalen als gevolg van verlaging rente door centrale banken in reactie op de financiele crisis. • Vanaf 3e kwartaal 2009 heeft de heffing niet meer dan 0,3% bedragen, waardoor in feite geen sprake meer is van een restrictie op beleggingen in het buitenland. • Als dollar libid weer gaat stijgen, stijgt natuurlijk ook de heffing.
Slide 14
Beleggingsregel 3e versoepeling: Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7A van 1 januari 2009 Reikwijdte kwalificerende lokale belegging uitgebreid met leningen.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
14
•Alleen belegging in (quasi) eigen vermogen bleek te beperkt; er werden maar weinig verzoeken hiervoor ingediend. • Meer verzoeken ontvangen voor belegging in de vorm van een lening, die ook in verschillende gevallen zijn gehonoreerd. • Deze versoepeling formaliseerde dan ook de praktijk.
Slide 15
Beleggingsregel 4e versoepeling: Bekendmaking inzake het Deviezenverkeer K.7C van 1 januari 2009 Ontvangen bedragen in het kader van de aflossing van schulden van het Land en de eilandgebieden van de Nederlandse Antillen door Nederland mogen geheel in het buitenland worden uitgezet.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
15
•Nederland betaalt de aflossingen in euro (deviezen). Dus zelfs als deze gelden vervolgens geheel in het buitenland worden herbelegd, heeft dit geen negatief effect op de netto deviezenpositie. • Alleen institutionele beleggers die schuldtitels van de overheid in portefeuille hebben, profiteren van deze versoepeling.
Slide 16
Beleggingsregel Aandeel (%)
2005
2006
2007
2008
Pensioenfondsen - Binnenland
51
50
49
55
- Buitenland
49
50
51
45
- Binnenland
56
64
64
62
- Buitenland
44
36
36
38
- Binnenland
69
66
53
62
- Buitenland
31
34
47
38
Levensverzekeringsmaatschappijen
Schadeverzekeringsmaatschappijen
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
16
•Pensioensector wijkt af van de regel: soepele toepassing van de beleggingsregel in de praktijk, waarbij rekening wordt gehouden met specifieke omstandigheden van individuele instellingen. verschuiving in 2008 komt vooral door waardedaling buitenlandse beleggingen (met name aandelen). • Levensverzekerings- en schadeverzekeringssector voldoen aan de regel. De sterk afwijkende verdeling bij de schadeverzekeringsmaatschappijen in 2007 komt door een incidentele factor bij één maatschappij.
Slide 17
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
17
Slide 18
Beleggingsportefeuille Institutionele beleggers (2007-2008) Obligaties en andere vastrentende waarden 10%
4% 37%
10%
Aandelen Leningen algemeen
19%
Hypotheekleningen 20% Deposito's Overig
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
18
Gemiddelde van 2007 (vóór financiele crisis) en 2008 (start financiele crisis) genomen.
Slide 19
Beleggingsportefeuille Pensioenfondsen (2007-2008)
10%
Obligaties en andere vastrentende waarden
4% 32%
9%
Aandelen Leningen algemeen
18% Hypotheekleningen 27% Deposito's Overig
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
19
•Wat opvalt t.o.v. de gezamenlijke institutionele beleggers is dat pensioenfondsen een groter aandeel in aandelen hebben belegd, ten koste van obligaties en andere vastrentende waarden. • Dit kan worden verklaard door het lange termijn karakter van pensioenopbouw en de daarmee corresponderende beleggingshorizon: aandelen zijn dan een aantrekkelijk beleggingsinstrument.
Slide 20
Beleggingsportefeuille Levensverzekeringsmaatschappijen (2007-2008)
9%
Obligaties en andere vastrentende waarden
4%
11%
Aandelen 49%
Leningen algemeen Hypotheekleningen
25%
Deposito's 2%
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
Overig
20
•Levensverzekeringsmaatschappijen hebben bijna de helft van hun beleggingen zitten in obligaties en andere vastrentende waarden en 25% in leningen. • Aandelen vormen de kleinste categorie (slechts 2%). Dit is verrassend laag. Je zou wel een kleiner aandeel dan bij de pensioenfondsen verwachten, omdat ook producten met kortere looptijden worden aangeboden: die worden dan gematched met beleggingen met kortere looptijden. • Aandelen van de overige categorieen komen overeen met de gezamenlijke institutionele beleggers.
Slide 21
Beleggingsportefeuille Schadeverzekeringsmaatschappijen (2007-2008) Obligaties en andere vastrentende waarden
7%
Aandelen
28%
50%
Leningen algemeen Hypotheekleningen
10% Deposito's
3% 2%
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
Overig
21
•Schadeverzekeringsmaatschappijen hebben net zoals levensverzekerings-maatschappijen ongeveer de helft van hun beleggingen in obligaties en vastrentende waarden zitten en heel weinig in aandelen. Dit laatste is logisch, omdat de meeste verplichtingen een korte termijn karakter hebben. • Verder valt het relatief grote aandeel van deposito’s op (28%) en het relatief kleine aandeel van leningen.
Slide 22
Rendement obligaties 10 jaar 12 10 8 6
Curacao
4
VS
2
Nederland
0
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
22
•Rendement op lokale overheidsobligaties bedroeg tot 2008 ongeveer het dubbele van het rendement op vergelijkbare Amerikaanse en Nederlandse overheidsobligaties. • Door “staande inschrijving” van Nederland is het rendement op lokale overheidsobligaties vrijwel gelijk geworden aan het rendement op vergelijkbare Amerikaanse en Nederlandse overheidsobligaties. • Recente emissies van Curaçao en St. Maarten i.h.k.v. de afronding van de schuldsanering hadden een rendement van ongeveer 2,5% voor een 10-jarige lening tot 3,0% voor een 30jarige lening.
Slide 23
Aandelenkoersen Dow Jones
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
23
•Piek vóór crisis tot dal crisis: -49%. • Herstel per 11 november 2010: +56%; niveau vóór de hausse van 2006.
Slide 24
Aandelenkoersen AEX
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
24
•Piek vóór crisis tot dal crisis: -61%. • Herstel per 11 november 2010: +57%; niveau vóór de hausse van 2005.
Slide 25
Aandelenkoersen
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
25
•Piek vóór crisis tot dal crisis: -60%. • Herstel per 11 november 2010: +142%; bijna de piek vóór de crisis bereikt.
Slide 26
Termijndeposito 1 jaar 6 5 4 3 Curacao
2
VS
1 0
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
26
•Rendement termijndeposito Curacao ligt in het algemeen boven die in de VS. • Pas vanaf 2008 is een overeenkomstige ontwikkeling te zien. Sterke daling Curacao door de toenemende overliquiditeit in het bankwezen, o.a. door het sterk verslechterde internationale beleggingsklimaat.
Slide 27
Gevolgen ontwikkelingen financiële markten Negatief rendement op belegd vermogen. Daling dekkingsgraad pensioenfondsen.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
27
•Negatief rendement in 2008 volledig toe te schrijven aan de buitenlandse portefeuille. • Waardedaling beleggingen heeft geleid tot een negatief resultaat in de pensioensector in 2008. Dit komt door het relatief grote aandeel van aandelen in de beleggingsportefeuille. De levensverzekerings- en schadeverzekeringssector realiseerden wel een positief resultaat in 2008. • Dekkingsgraad is bij meeste pensioenfondsen boven 100% gebleven en nam in 2009 weer toe. De meeste pensioenfondsen boekten weer een positief resultaat in 2009.
Slide 28
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
28
Slide 29
Overheidsobligaties 3,500.0 3,000.0
(mln. NAf.)
2,500.0 2,000.0 Curacao
1,500.0
Land
1,000.0 500.0 0.0 2000 2001 2002 2003 2004 200520062007 20082009 2010 mei Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
29
•Overheidsobligaties domineren vermogensaanbod op de lokale kapitaalmarkt, maar aanbod neemt sinds 2009 af door de schuldsanering. Bovendien is het rendement op nieuwe uitgiften sterk gedaald. • Ongeveer 75% van de uitstaande overheidsobligaties is in handen van de institutionele beleggers.
Slide 30
Ontwikkelingsmogelijkheden 1.
Consortiumleningen.
2. Obligatiemarkt. 3. Aandelenmarkt.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
30
•
Verschillende financiele instellingen bundelen de krachten voor de financiering van een groot project: • In het verleden toegepast bij hotelprojecten, SEHOS; • Recente mogelijkheden: CUC (BOO), nieuw ziekenhuis.
•
Overheids-NV’s en particuliere bedrijven: • In het verleden vooral door St. Maartense overheids-NV’s gebruik van gemaakt (PJIA, St. Maarten Harbour Holding Company); recent voorbeeld is de uitgifte van obligaties door Aqualectra. • Grote regionaal georienteerde particuliere bedrijven.
•
Hieraan kan de Dutch Caribbean Securities Exchange (DCSX) een belangrijke bijdrage leveren: • Grote regionaal georienteerde particuliere bedrijven. • Venture capital fund. • Ook uitgifte obligaties. • Regionale orientatie trekt buitenlandse beleggers (verhoogt succes emissies) en vermogensvragers (nieuwe buitenlandse beleggings-mogelijkheden) aan.
Slide 31
Conclusies Sinds oktober 2005 zijn verschillende versoepelingen van de beleggingsregel doorgevoerd. 2. Verdere ontwikkeling lokale kapitaalmarkt om afname overheidsobligaties te compenseren. 3. Institutionele beleggers hebben crisis goed doorstaan, maar langere periode van lage rente vormt grote uitdaging. 1.
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
•
31
Nu heffing op tekort lokale beleggingen marginaal is (0,3%), is er in feite momenteel geen sprake van een restrictie op buitenlandse beleggingen. Maar deze situatie duurt slechts voort zolang de internationale rente zeer laag blijft. Verdere versoepelingen zijn zeker niet uitgesloten, maar zullen altijd gebaseerd zijn op een afweging tussen de deviezenpositie en de situatie in de sector.
•
Ontwikkeling kapitaalmarkt richting obligaties van bedrijven (overheid en particulier) en aandelen om alternatieve lokale beleggingsmogelijkheden te kunnen aanbieden tegen verschillende rendement-/risicoprofielen.
•
Lage rente is vooral een internationaal fenomeen, versterkt door de schuldsanering en de “staande inschrijving.” Dit is nu eenmaal een gegeven. De uitdaging is het beleggingsbeleid zodanig aan te passen dat voldoende rendement wordt behaald om de toekomstige verplichtingen te kunnen nakomen.
Slide 32
Seminar Onzekere Pensioenzekerheid 17 november 2010
32