EUROPEES PARLEMENT
2009 - 2014
Commissie juridische zaken
2009/0009(CNS) 11.1.2010
ONTWERPADVIES van de Commissie juridische zaken aan de Commissie economische en monetaire zaken inzake het voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat de factureringsregels betreft (COM(2009)0021 – C6-0078/2009 – 2009/0009(CNS)) Rapporteur voor advies: Alexandra Thein
PA\801089NL.doc
NL
PE438.143v01-00 In verscheidenheid verenigd
NL
PA_Legam
PE438.143v01-00
NL
2/5
PA\801089NL.doc
BEKNOPTE MOTIVERING Achtergrond In de richtlijn over het gemeenschappelijke btw-stelsel nemen de op voorstel van de Commissie te wijzigen factureringsregels maar weinig plaats in. Toch vormen facturen een essentieel element in het btw-stelsel, daar zij als belangrijk belastingbewijs voor de btw-aftrek een sleutelrol vervullen in het zakelijk verkeer. De geldende factureringsregels veroorzaken echter onnodige administratieve rompslomp en zijn in de praktijk grotendeels ondeugdelijk gebleken. Talrijke protesten van economische actoren hebben de Commissie ertoe aangezet de factureringsregels te herzien. Ten eerste is nu een vereenvoudiging van de regels en een gedeeltelijke harmonisering gepland om het grensoverschrijdende zakelijke verkeer van ondernemingen te vergemakkelijken. Daarnaast wordt rekening gehouden met de vooruitgang van de techniek doordat wordt voorgesteld het onderscheid tussen elektronische verzonden facturen en papieren facturen te laten vervallen. Als belangrijk belastingbewijs heeft de factuur ook een belangrijke functie voor de belastingautoriteiten; het voorstel van de Commissie voorziet in dit verband daarom in vereenvoudigde maatregelen ter bestrijding van btw-fraude. Standpunt van de rapporteur De rapporteur sluit zich aan bij de redenen en doelstellingen van het Commissievoorstel. Onnodige administratieve rompslomp kost ondernemingen geld en belemmert groei en innovatie. De voorgestelde maatregelen zullen vooral bijdragen tot vergemakkelijking van het zakelijk verkeer voor kleine en middelgrote ondernemingen. Het is met name een goede zaak dat de eis dat elektronisch verzonden facturen een geavanceerde elektronische handtekening moet hebben of via EDI moet worden verzonden, zal worden geschrapt. Gelijke behandeling van elektronische en papieren facturen zal tot meer gebruik van elektronische facturen leiden en biedt ondernemingen aldus goede kansen om de kosten te drukken. De rapporteur is niet van mening dat alleen een elektronische handtekening of de EDIprocedure voldoende bescherming tegen belastingfraude bieden. Ten eerste is de factuur niet het enige document waaruit conclusies over de concrete aanwezigheid van een prestatie kunnen worden getrokken. Ten tweede hebben veel ondernemingen reeds veiligheidsmaatregelen in hun bedrijfsprocedures opgenomen die een veilige verzending van gegevens langs elektronische weg waarborgen. Ten derde verhinderen de huidige strengere eisen nu ook niet dat er frauduleuze handelingen worden gepleegd. En tenslotte kan alleen worden nagegaan of er de een reglementaire btw-handeling heeft plaatsgevonden door een bedrijfsaudit uit te voeren. Een kritische kanttekening plaatst de rapporteur bij het feit dat de Commissie weliswaar uitgaat van een lastenverlichting van 18 miljard EUR, maar heeft nagelaten een uitgebreide effectbeoordeling op te stellen waaruit kan worden afgeleid op welke basis deze lastenverlichting is berekend. Hiermee gaat de Commissie volgens de rapporteur in tegen haar eigen richtsnoeren inzake de uitvoering van effectbeoordelingen van januari 2009. Verder is de rapporteur van mening dat de voorgestelde herformulering van artikel 249 niet acceptabel is. In de huidige versie staat het artikel onlinetoegang tot computers van belastingplichtigen alleen toe aan de autoriteiten van de lidstaat waar de belastingplichtige gevestigd is. Dit is ook van toepassing wanneer de belastingplichtige zijn belastingbescheiden in PA\801089NL.doc
3/5
PE438.143v01-00
NL
een andere lidstaat dan die van zijn vestiging bewaart. Indien een belastingplichtige in uitzonderlijke gevallen buiten de lidstaat waarin hij gevestigd is, belastingplichtig wordt, is de betrokken lidstaat voor de controle van verdachte gevallen aangewezen op de procedure inzake wederzijdse bijstand. Dit dient zo te blijven. Volgens het Commissievoorstel zou in de toekomst echter ook in de genoemde uitzonderlijke gevallen onlinetoegang mogelijk moeten zijn. Dat betekent dat voortaan bijvoorbeeld Duitse belastingautoriteiten elektronisch toegang kunnen krijgen tot de gegevens van een bedrijf dat in België gevestigd is, indien dit bedrijf in Duitsland belastingplichtig zou worden. Op deze manier zou het mogelijk worden dat een lidstaat langs elektronische weg inzage krijgt in de btwhandelingen van een onderneming die in een andere lidstaat gevestigd is. Het is moeilijk voor te stellen hoe onlinetoegang tot concrete gegevens zou moeten plaatsvinden zonder dat gelijktijdig inzage mogelijk is in gegevens die geen verband houden met de btw-handeling in kwestie. Ook al staat buiten kijf dat doeltreffende fraudebestrijding een noodzaak is, toch mag dit geen rechtvaardiging vormen voor een dusdanig verregaande grensoverschrijdende bevoegdheid tot inmenging in economische rechten van ondernemingen. Er moet een adequaat evenwicht zijn tussen het belang van fraudebestrijding en het belang van gegevensbescherming. De Commissie licht ook niet toe waarom zij een dusdanig verregaande inmenging nodig acht.
AMENDEMENTEN De Commissie juridische zaken verzoekt de ten principale bevoegde Commissie economische en monetaire zaken onderstaand amendement in haar verslag op te nemen: Amendement 1 Voorstel voor een richtlijn – wijzigingsbesluit Artikel 1 – punt 35 Richtlijn 2006/112/EG Artikel 249 Door de Commissie voorgestelde tekst
Amendement
Wanneer een belastingplichtige de door hem verzonden of ontvangen facturen elektronisch bewaart waarbij een onlinetoegang tot de gegevens in kwestie wordt gewaarborgd, hebben de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar deze belastingplichtige gevestigd is en, wanneer de btw in een andere lidstaat verschuldigd is, de bevoegde autoriteiten van die lidstaat, voor controledoeleinden het recht van toegang tot alsmede downloading en gebruik van deze facturen.
Wanneer een belastingplichtige de door hem verzonden of ontvangen facturen elektronisch bewaart waarbij een onlinetoegang tot de gegevens in kwestie wordt gewaarborgd, hebben de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar deze belastingplichtige gevestigd is voor controledoeleinden het recht van toegang tot alsmede downloading en gebruik van deze facturen.
Or. de PE438.143v01-00
NL
4/5
PA\801089NL.doc
Motivering Waar de belasting in een andere lidstaat verschuldigd is, is de huidige regeling in de praktijk deugdelijk gebleken. Om de concrete btw-handeling te toetsen en voor een doeltreffende bestrijding van fraude is het niet nodig dat een lidstaat langs elektronische weg inzage verkrijgt in alle btw-handelingen van een bedrijf dat in een andere lidstaat gevestigd is en onderworpen is aan uitgebreide controle door de belastingautoriteiten van die lidstaat.
PA\801089NL.doc
5/5
PE438.143v01-00
NL