Energiebesparing in de huursector van Wageningen en Ede Op donderdagavond 16 mei heeft in het Stadsatelier Ons-Huis te Wageningen de bijeenkomst “Energiebesparing in de huursector van Wageningen en Ede” plaatsgevonden. Corporaties, huurders en gemeenteraadsleden uit Wageningen en Ede gingen met elkaar in gesprek over de knelpunten en oplossingen om het tempo van de energiebesparing in de huursector te versnellen. De avond werd geleid door Michel Jehae (communicatieadviseur en debatleider). De bijeenkomst is georganiseerd door de Gelderse Natuur en Milieufederatie in het kader van het landelijk project Stookjerijk. Het programma bestond uit een tweetal presentaties gevolgd door Rondetafels met de corporaties, raadsleden en huurders uit Wageningen en Ede. Het verslag bestaat uit de volgende onderdelen: a. interview met Volkert Vintges, directeur GNMF; b. presentatie Woonbond over risicowijken, energiearmoede en oplossingen; c. presentatie GNMF over huidige situatie in de huursector van Wageningen en Ede en de energieprestaties 2012; d. Rondetafel met de corporaties; e. Rondetafel met de raadsleden; f. Rondetafel met huurdersverenigingen en bewonerscommissies; g. toelichting Stookjerijk Trofee 2013.
1
a.Driepartijenoverleg en nieuw convenant Directeur Volkert Vintges van de Gelderse Natuur en Milieufederatie (GNMF) geeft aan dat deze bijeenkomst de start vormt van een tweede serie van tien Rondetafelgesprekken in Nederlandse steden over energiebesparing in de huursector. In 2011 vond de eerste serie plaats. Doelstelling van de Rondetafel is dat de drie partijen (corporaties, huurders en raadsleden) samen oplossingen voor versnelling van de energiebesparing in de huursector bespreken. Meestal bespreken corporaties bilateraal met huurders óf met de gemeente over dit thema. Echter niet met de drie partijen samen en niet met álle corporaties en huurdersverenigingen binnen de gemeente. Juist dan vindt deling van kennis en ervaring plaats, aldus Volkert Vintges. Het nieuwe convenant `Energiebesparing in de huursector” (dd 28 juni 2012) bevat ondermeer de volgende belangrijke drie componenten: 1. een lokale aanpak en lokale afspraken met de drie partijen. 2. een nieuwe energiebesparingsdoelstelling: een huurvoorraad met gemiddeld energielabel B in 2020 (nu ligt het gemiddelde op energielabel D). Dat komt neer op 33% CO2 reduktie in de periode 2008-2020 oftewel gemiddeld 3% CO2 reduktie per jaar. 3. monitoring van de jaarlijkse energieprestaties van de corporaties. Dat vindt plaats met de landelijke monitor Shaere van Aedes. Een aantal corporaties houden de jaarlijkse energieprestaties zelf ook bij met een eigen monotor. Vergelijking van de energieprestaties tussen corporaties maakt het mogelijk om de beste aanpak bij het doorvoeren van energiemaatregelen te bepalen. b.Woonquote, energiearmoede en risicowijken (presentatie Woonbond) Jaap van Leeuwen van de Woonbond gaat in zijn presentatie in op de betaalbaarheid van de woonlasten voor huurders. Woonlasten bestaan uit de som van huur en energierekening. Het percentage van de woonlasten (huur en energierekening) als onderdeel van het inkomen noemt men de woonquote. Lokaal bespreken van de woonlastenontwikkeling De Woonbond is een belangenorganisatie van huurders(organisaties). Daarmee vertegenwoordigt de Woonbond 1.5 miljoen huurwoningen. Het gaat om (juridisch) advies, ondersteuning en lobby richting Haagse politiek. Het nieuwe convenant heeft als belangrijke doelstellingen: * gemiddeld energielabel B in 2020 voor alle (2.4 miljoen) huurwoningen in de sociale huursector; * lagere woonlasten voor huurwoningen; * het lokaal bespreken van de woonlastenontwikkeling. Relatief veel huurders met laag inkomen in energieonzuinige huurwoningen De vraag is of het wonen voor huurders nog betaalbaar blijft. Om dat na te gaan zijn er drie ‘woononderzoeken’ uitgevoerd. Uit het eerste onderzoek blijkt ondermeer dat: 2
* 40% van de huishoudens met lage inkomens in huurwoningen met energielabel F en G woont. Het gemiddelde percentage energielabel F en G in de gehele huursector bedraagt ongeveer 10%. Dat houdt in dat er relatief veel huurders met een laag inkomen in energieonzuinige huurwoningen cq wonen. * 45% van de flats energielabel F of G heeft; * de energierekening van een energielabel G huurwoning tweemaal zo hoog is als van een energielabel A huurwoning. Maandinkomen aan energierekening Uit een tweede onderzoek naar energiearmoede blijkt ondermeer dat: * een huishouden 10% of meer van het inkomen (meer dan een maandinkomen) uitgeeft aan energie. Bij een laag inkomen bedraagt het deel van het inkomen dat aan huur wordt betaald ruim 20%. Dat houdt in dat de woonquote (huur en energierekening) bij lage inkomens ca een derde van het inkomen bedraagt, aldus Jaap van Leeuwen. * als een huurder een hoge woonquote heeft zal de huurder meer dienen te bezuinigingen op voeding, kleding en stoken. Dat houdt een risico voor de gezondheid in. * energiearmoede in drie jaar is gegroeid met 40%. Woonlastenonderzoek regio Haaglanden Uit een derde onderzoek uitgevoerd in de regio Haaglanden worden de volgende conclusies getrokken: * 24% van alle huurders leven onder de armoedegrens, na aftrek van woonlasten. Bij de huurtoeslagontvangers ligt het percentage op 44%. * risicowijken wat betreft energiearmoede zijn aan te wijzen. Het zijn de wijken waar huurders met een smalle beurs wonen in een energieonzuinige huurwoningen. Vaak gaat het dan om de krachtwijken (vroeger Vogelaarwijken genoemd). In mei zal de Woonbond een onderzoek naar energiearmoede publiceren. Risicowijken energiezuinig maken Oplossingen voor de korte termijn zijn volgens de Woonbond ondermeer: * lokaal woonlastenonderzoek; * gericht huurwoningen in risicobuurten opknappen; * het beperken van de huurverhoging voor laagste inkomens bij renovatie; * een energietoeslag (energiesubsidie) voor huurders en ondersteuning voor het bevorderen van energiezuinig gedrag bij huurders. Het bevorderen van energiezuinig gedrag kan gebeuren door het opleiden van energiecoaches. Huurwoning zonder energierekening in 2025: energienotaloze huurwoning Ook heeft de Woonbond gekeken naar oplossingen voor de lange termijn. Daarbij zijn de scenario`s uit het onderzoek van adviesbureau Rigo bij de Tilburgse huursector (dd 2009) betrokken. Ook heeft de Woonbond geconstateerd dat er een sterke variatie in gasprijs en huur is. Op basis hiervan is de Woonbond van mening dat de enige oplossing is dat alle 3
huurwoningen in 2025 energieneutraal zijn. Einddoel is een huurwoning zonder energierekening. Vragen daarbij zijn: * wat zijn zinvolle tussenstappen? Er is nu als tussenstap gemiddeld energielabel B in 2020 gesteld. Haal je met deze tussendoelstelling tijdig je einddoelstelling? Bijvoorbeeld klimaatneutraliteit in 2030 (doelstelling gemeente Wageningen)? Wat moet dan als doelstelling voor het gemiddelde energielabel van de whuur- en woningvoorraad in 2030 zijn? * waar moet je beginnen? Bij welke complexen? Andere lange termijn oplossingen zijn: * een woonlastenfonds zoals in Tilburg instellen; * het geld van de verkoop van energiebedrijven (dat provincies nu op hun bankrekening hebben staan) inzetten voor energiemaatregelen. Verhuurdersheffing ten koste van onderhoud en energiemaatregelen? De verhuurdersheffing die minister Blok de corporaties heeft opgelegd, bedraagt 1.7 miljard. Deze heffing kan niet worden ingezet voor duurzaamheidsmaatregelen. Minister Blok wil dat geld hebben om zijn bezuinigingsopgave te realiseren. Corporaties willen dit bedrag opbrengen door te bezuinigen op hun eigen bedrijfskosten en mogelijk door te minderen op onderhoud en het doorvoeren van energiemaatregelen. Daarnaast worden huren verhoogd. C. energieprestaties in 2012 in huursector Wageningen en Ede (presentatie GNMF) Maarten Visschers van de GNMF heeft een vergelijking uitgevoerd van de energieprestaties van de corporaties in Wageningen en en Ede in 2012. In zijn presentatie gaat hij in op vier onderwerpen: * de omvang van de corporaties en de energetische kwaliteit van hun huurvoorraad; * de huurdersparticipatie; * de energieambities in de prestatieafspraken tussen de gemeente en corporaties; * de energieprestaties van de corporaties in 2012. a. Omvang van de corporaties en huidige energetische kwaliteit Het aantal huurwoningen en de huidige energetische kwaliteit staat opgenomen in onderstaande tabel.
4
Tabel 1. Omvang huurvoorraad en huidige energetische kwaliteit Aantal huurwoningen
Percetage A, B, C labels (eind 2011)
Woonstede (Ede)
9.300
43%
Plicht Getrouw (Bennekom; onderdeel Woonstede) De Woningstichting (Wageningen)
800
5.100
24%
Idealis (Studentenhuisvesting Wageningen) Particuliere huursector
4.500
9%
onbekend
onbekend
Gemiddeld energielabel huurvoorraad; energieindex huurvoorraad 2012 Gemiddelde nadert label C; energieindex 1.64 in 2012 (1)
Label D; energieindex 1.83 in 2012 (2) 9% label A/B/C ; 67% label D; 23% label E en 1% label F (3) onbekend
1. Bron: Review voor management 2012, Atriensis. Opdrachtgever Woonstede. 2. Conceptjaarverslag 2012 Woningstichting. 3. Jaarverslag Idealis 2011. b. Huurdersparticipatie Voor de mate van huurdersparticipatie (invloed van huurders op beleid van de corporatie) is gekeken naar een aantal onderwerpen: * de aanwezigheid van een huurdersvereniging; * het aantal bewonerscommissies (BCs); * contactgegevens van de BCs op de website van de corporaties of huurdersvereniging. Huurders kunnen zo gemakkelijk contact opnemen met hun bewonerscommissie en onderling contact wordt hierdoor bevorderd. * het werken met een huurderspanel. In geval een huurdersvereniging ontbreekt, werken corporaties wel met een zgn huurderspanel. Het panel wordt door middel van vragen over onderwerpen gevraagd naar haar visie. Een huurderspanel is een nieuwe vorm van participatie. In tabel 2 staan per corporatie een overzicht van bovenstaande criteria.
5
Tabel 2. Huurdersparticipatie
Huurdersvereniging
Aantal bewonerscommissies
Woonstede (Ede)
Ja, 25 Huurdersbond Ede
Woningstichting (Wageningen) Plicht Getrouw (Bennekom) Idealis
Nee
15
Contactgegevens huurderspanel BCs op website corporatie of huurdersvereniging Ja, op website Nee Woonstede. incl telefoonnummers en mailadres Nee internetpanel
Ja
Geen
Nee
Nee
Ja, Stichting Flat Overleg (SFO)
12
Nee. Alleen namen zonder contactgegevens
Nee
Bij Woonstede is de huurdersparticipatie van een kwalitatief goed niveau. Er is een goed functionerende huurdersvereniging, Huurdersbond Ede, met vijf bestuursleden. De 25 bewonerscommissies zijn telefonisch en per mail goed bereikbaar. Zie: http://www.woonstede.nl/bewonerscommissie-ede De 15 bewonerscommissies van de Woningstichting bespreken met corporatie de Woningstichting een aantal malen per jaar over actuele onderwerpen. Er is een agendacommissie participatie. Zie: http://www.de-woningstichting.nl/1/Welkom-bij-deWoningstichting/Ik-ben-huurder/Bewonersparticipatie.html . Contactgegevens van de bewonerscommissies zijn niet te vinden op de website van de Woningstichting. Stichting Flat Overleg (SFO) bestaat uit de twaalf contactpersonen die op de website van SFO staan (zonder nadere contactgegevens): http://www.toreachidealliving.nl/index.php?eng=5 . SFO heeft periodiek overleg met Idealis. Beperkte huurverhoging bij energiemaatregelen Woonstede en Woningstichting vragen bij het doorvoeren van energiemaatregelen een beperkte financiele bijdrage: * Woonstede vraagt als bijdrage 50% van de investering; * de Woningstichting vraagt voor nieuwe kozijnen met HR++ glas, dak- en gevelisolatie geen huurverhoging. Voor vloerisolatie wordt een huurverhoging van 4 tot 5 euro per maand gevraagd; voor zonnepanelen 12 euro/mnd (bij zes panelen) tot 20 euro/mnd (bij 12 panelen). Idealis neemt geen energiemaatregelen in de bestaande studentenflats. Om de nieuwbouw te bekostigen wordt ondermeer de streefhuur opgetrokken.
6
b. de energieambities in de prestatieafspraken tussen de gemeente en corporaties Ede Doelstelling van het klimaatbeleid in Ede is een jaarlijkse CO2 reduktie van 3%. Het convenant 2011-2018, afgesloten tussen Woonstede, Huurdersbond Ede en gemeente Ede, heeft als doelstelling voor de huurvoorraad gemiddeld energielabel C in 2018 en gemiddeld energielabel C in 2025. Volgens het Managementreview Duurzaamheid 2012 van Woonstede nadert de huurvoorraad van Woonstede al energielabel C. Wageningen Doelstelling van het klimaatbeleid in Wageningen is klimaatneutraliteit in 2030. In de Prestatieafspraken is als doelstelling een overgang van gemiddeld energielabel D naar gemiddeld energielabel B voor de huurvoorraad van de Woningstichting in 2020 opgenomen. Idealis heeft als doelstelling CO2 reduktie door nieuwbouw. In de huidige huurvoorraad worden geen energiemaatregelen meer genomen. Dat is te kostbaar. Bovendien is er een tekort aan studentenwoningen. Er worden 700 nieuwe studentenkamers gebouwd. Volgens Bart van As wordt hiermee een doelstelling van 20% CO2 reduktie in 2020 niet gehaald. Vraag is of het bereiken van de doelstelling van klimaatneutraliteit in 2030 in Wageningen niet in gevaar komt. Idealis koopt daarvoor elektriciteit en gas klimaatneutraal in. CO2 besparing als eerste stap heeft daarbij minder prioriteit. d. Energieprestaties van de corporaties in 2012 Woonstede Woonstede laat door een extern bureau (Atriensis) de jaarlijkse CO2 reduktie bepalen. De reduktie staat opgenomen in onderstaande tabel. Bureau INNAX bouwkundig adviesbureau levert namens Woonstede jaarlijks gegevens aan Aedes ten behoeve van de landelijke Share monitor. Beide bureau`s zorgen daarmee voor een borging van de kwaliteit van aangeleverde gegevens. Tabel 3. CO2 reduktie Woonstede 2008-2012
CO2 uitstoot (in ton/j) 2008 2011 2012 Prognose 2013
31.900 29.300 23.200 19.400
Percentage CO2 reduktie tov 2008 8.3% 27.4% 39.1%
Volgens de opgave is de Energie-index van 1.82 in 2008 gedaald naar 1.64 in 2012 (daling 7
van 10.4%). Uitgaande van 10.000 huurwoningen bedraagt de uitstoot per huurwoning 2.32 ton CO2/ jaar in 2012. De forse stappen in CO2 reduktie zijn gemaakt door: 1. diverse sloop-nieuwbouwprojecten; 2. aansluiting van huurwoningen op een klimaatneutrale warmtebron. In 2013 worden 1500 huurwoningen aangesloten op de houtgestookte bio-WKK (Bio-energie De Vallei, BDV). De CO2 uitstoot van deze huurwoningen daalt dan tot nul. De warmte afkomstig van de bioenergiecentrale is CO2 neutraal. De daling van de CO2 uitstoot bedraagt dan ca 3750 ton CO2 (1500 maal 2.5 ton). Na de eerste 1500 woningen worden daarna nogmaals 1500 huurwoningen aangesloten. Een ringnet van 5.5 km wordt aangelegd. In totaal worden 3000 van de 9300 huurwoningen aangesloten. Volgens de planning vindt op 31 november 2013 de aansluiting van de eerste 1500 plaats en is op 31 januari 2014 dit operationeel. Bij een piekvraag wordt het tekort met gas aangevuld. Huurders betalen voor de warmte niet meer dan de overeenkomstige gasprijs (zgn. niet meer dan anders principe). Vijf flats worden aangesloten: de twee Mariendaalflats, de twee Groenendaalflats, de Langehorstflat en het ketelhuis Burgwijk. Deze 1500 huurwoningen hebben prioriteit. Aansluiting op een houtgestookte WKK betekent dat de warmtevoorziening CO2 neutraal is. In 2014 denkt Woonstede energielabel C te bereiken. De doelstelling uit het nieuwe convenant van 33% CO2 reduktie denkt Woonstede wel te halen. Dit vindt dan niet zozeer plaats door CO2 reduktie maar wel door CO2 compensatie. Woningstichting In het conceptjaarverslag 2012 staat aangegeven dat de jaarlijkse CO2 reduktie zowel in 2010 als in 2011 2% bedroeg. De CO2 reduktie in 2012 dient nog vastgesteld te worden. Uitgaande van 5.100 huurwoningen en een uitstoot van 2.2 ton CO2 per woning (Shaere monitor) bedraagt in 2012 de totale CO2 uitstoot ca 11.220 ton. Met een jaarlijkse reduktie van 2% CO2 behaalt Woningstichting vooralsnog niet de doelstelling uit het nieuwe convenant (gemiddeld 3% per jaar). Wethouder Henk Hoefsloot en beleidsmedewerker energiebesparing gebouwde omgeving van de gemeente Wageningen zijn niet aanwezig. De vraag of en op welke wijze de gemeente Wageningen het klimaatprogramma jaarlijks monitort en de gemeente daarbij corporatie Woningstichting (en Idealis) in de monitoring meeneemt, kan niet worden beantwoord. Ook van de gemeente Ede is niet bekend of het klimaatprogramma met betrekking tot jaarlijkse CO2 reduktie wordt gemonitord en de corporatie Woonstede daarbij meeneemt. Idealis Idealis koopt elektriciteit en gas voor de 4500 studentenwoningen en voor de eigen bedrijfsvoering klimaatneutraal in. Daarmee is de gehele corporatie klimaatneutraal. 8
Volgens Bart van As gaat het om een compensatie van 100 ton per jaar. Compensatie vindt plaats via het zgn Golden Standard. De compensatie van 100 ton per jaar komt neer op 0.02 ton CO2 per studentenwoning oftewel ca 1% van de CO2 uitstoot van een gemiddelde woning (van ca 2 ton CO2 per jaar). Dat wordt als erg laag ervaren. Idealis houdt de jaarlijkse CO2 uitstoot niet bij. CO2 reduktie wordt behaald door nieuwbouw. In CO2 reduktie in bestaande bouw wordt niet geinvesteerd. Voor een goede vergelijking van de CO2 reduktie dienen de drie corporaties duidelijk onderscheid te maken tussen CO2 reduktie en CO2 compensatie. D. Rondetafel corporaties Aan deze Rondetafel nemen deel Hans Rijken, adviseur Duurzaamheid van Woonstede, Richard Coenen, Hoofd Vastgoed van Woningstichting en Bart van As, Hoofd Vastgoed van Idealis. Resultaten vergelijking De drie corporaties kunnen zich vinden in de cijfers en de getoonde vergelijking. Het zijn ook hun eigen gegevens. Bart van As geeft aan dat er onjuistheden zitten in de bepaling van de energielabels voor onzelfstandige kamers zoals studentenkamers. In het puntensysteem voor de huurvaststelling van onzelfstandige wooneenheden is geen energielabelling opgenomen en ook geen omgeving ( bijvoorbeeld wijk, grondgebonden of flat). Isolatie wordt daarmee niet gestimuleerd. Dat bemoeilijkt voor hem de discussie. Opgemerkt wordt dat hij ook de energieprestatie van Idealis in CO2 reduktie kan uitdrukken in plaats van in energielabels. Dat wordt wenselijk geacht. Richard Coenen geeft aan dat de jaarlijkse 2% CO2 reduktie te weinig is om klimaatneutraliteit in 2030 te halen. Er dienen nog klappers te worden gemaakt. Na de tussendoelstelling van gemiddeld label B in 2020 dienen nog systeemstappen te worden gezet. Zowel Woonstede als de Woningstichting willen zélf ervaring opdoen met het verregaand energiezuinig maken van huurwoningen en met energieneutrale nieuwbouw. Draagvlak huurders energiemaatregelen nog beperkt In de Staatsliedenbuurt in Lunteren wilde Woonstede een groot onderhoud van 150 G-, F- en E-woningen starten. Dak- en spouwmuurisolatie en ventilatie zouden worden doorgevoerd. Bij dit groot onderhoud hoefden huurders hun huurwoning niet te verlaten (bij renovatie wel). Er wilden slechts 40 huurders meedoen. Dat komt neer op ca 25%, terwijl ca 70% nodig is. Er is door Woonstede veel werk verricht om huurders over de streep te trekken: * de Woonbond heeft een beoordeling gedaan van de gevraagde huurverhoging en het bod goedgekeurd. De huurders gaan er in woonlasten op vooruit. * Ook voorzitter Hans Kregting van Woonbond Ede heeft zich akkoord verklaard. * er is gebruik gemaakt van ambassadeurs en modelwoningen. 9
* hulp bij het inpakken van spullen om ruimte te maken voor isolatie. Bijvoorbeeld hulp bij het vrijmaken van een deel van de zolder ten behoeve van het isoleren aan de binnenkant van het dak. Het niet doorgaan van deze renovatie was demotiverend voor Woonstede. Woonstede heeft veel tijd besteed aan communicatie. Het waren wat oudere bewoners die niet tijdelijk in een verbouwing wilden zitten. Argumenten van meer comfort , kostenbesparing en volgende generaties werkten niet cq onvoldoende. De les die Woonstede heeft geleerd, is de communicatie eerder te starten. Zeker twee jaar van te voren. Een op een communicatie met huurders is ook belangrijk. Aanpak draagvlak bij Haverlanden bij Woningstichting De Woningstichting heeft bij het groot onderhoud bij de wijk Haverlanden het Wageningse communicatiebureau Lynx voor het gehele complex ingeschakeld. Gemeente Wageningen heeft dit financieel ondersteund. Lynx heeft de argumenten voor de huurverhoging van 25 euro gecommuniceerd. Dit is op diverse manieren gecommuniceerd: * via een brochure; * via presentaties; * via een proefwoning met zonnepanelen. Met een energiemeter met de opbrengst aan zonne-energie aan de buitenkant. Uiteindelijk heeft 80% van de huurders uit complex Haverlanden gekozen voor zonnepanelen op het dak. Voor volgende projecten is de bewonerscommissie van Haverlanden ambassadeur. Men hoopt dat dit goed zal werken. In Haverlanden is muurisolatie door een nieuwe buitenschil gerealiseerd (stuklaag op isolatielaag). De spouw zelf is te dun voor verregaande isolatie. De basis à la Haverlanden zal zijn: isolatie, installatietechniek (HR ketel) en zonnepanelen. Dit leidt tot energielabel B/A. Voor de volgende projecten zal maatwerk per complex altijd nodig blijven. Bij het complex Irenebuurt van de Woningstichting heeft sloop gevolgd door nieuwbouw plaatsgevonden. Met dit voorbeeld loopt de sloop-nieuwbouw bij het complex Patrimoniom al weer beter (goed voorbeeld doet goed volgen). Energieneutraal renoveren De Woningstichting voert geen nieuwbouw meer uit. Complexen die na Haverlanden energiezuiniger worden gemaakt, zijn Kortenoord en twee andere complexen. Woningstichting ligt qua energieprestaties wat achter op Woonstede omdat Woningstichting later met onderhoud gestart is. Verder ligt spouwmuurisolatie ook nog moeilijk. Wageningen heeft geen warmtenet (zoals in Ede). Het klimaatneutraal maken van de warmtevoorziening ligt daardoor moeilijk. Woningstichting zet daarom in op energieneutraal renoveren. Rijnveste Sustainability Challenge Idealis heeft een nieuwbouw studentencomplex Rijnveste gebouwd. Green Offive 10
Wageningen, een studentenorganisatie die zich inzet voor duurzame initiatieven op de Wageningse campus, heeft een energiebesparingswedstrijd georganiseerd. De wedstrijd vindt plaats in samenwerking met Idealis. In de periode april 2013 - januari 2014 wordt het maandverbruik aan elektriciteit en gas zeven maal gemeten. De maandprijs gaat uit naar de 4-kamer en 6-kamerwoning met het laagste verbruik. Aan het einde van de meetperiode wordt een Top 3 van de zuinigste huizen gepubliceerd waarbij van het zuinigste huis het werkelijke verbruik wordt gepubliceerd. De prijs voor de winnaar is het een maand geen huur betalen. Studenten zijn niet erg gevoelig voor energiebesparing. Redenen kunnen zijn dat: * ouders toch wel de huur en energierekening betalen; * de energierekening in de vier sterflats (met elk ca 600 studentenkamers) collectief wordt betaald. Er is geen individuele bemetering per studentenkamer en daarmee geen prikkel om energie te besparen. * de energierekening slechts een beperkt deel uitmaakt van de maandelijkse huur. De maandelijkse gasrekening bedraagt gemiddeld ca 25 euro. De totale servicekosten bedragen 100 euro en de kale huur 200 euro. Daarmee bedraagt de gasrekening minder dan 10% van de totale woonlasten. Besparing wordt dan niet zo snel door de student in de beurs gevoeld. Bij een gezin ligt de verhouding tussen gebouwgebonden energieverbruik en gedragsgebonden energieverbruik op 70: 30. Bij studentenflats ligt de verhouding op 50: 50 en daarmee lager. Studenten gebruiken dus relatief meer energie voor verwarming. Energiemaatregelen vier Sterflats Drie sterflats hebben energielabel D en sterflat Dijkgraaf heeft energielabel E vanwege aluminium kozijnen. Vervanging van het HR glas bij Dijkgraaf door HR++ glas vergt 1.4 miljoen euro (2300 euro per kamer). De hoge investering is het gevolg van het feit dat het vervangen van glas bij een flat moeilijker is dan bij laagbouw. E. Rondetafel raadsleden De raadsleden Jo Soolsma (SP Wageningen), Jan te Hennepe (Groenlinks Wageningen) en dhr. Osinga (VVD Wageningen) hebben zich vanwege omstandigheden afgemeld. Rol van de raadsleden bij dit onderwerp Mathilde Maijer (raadslid van de PvdA Wageningen) geeft aan dat de raad bij het onderwerp ‘energiebesparing in de huursector’ zich wat meer luisterend opstelt. Wouter Schotsman (PvdA Ede) geeft aan dat dit onderwerp in de Edese gemeenteraad wel jaarlijks wordt besproken. Verder geeft hij aan dat armoedebeleid niet door energiebeleid moet worden vervangen. Jos van Heuveln (ChristenUnie Ede) stelt dat het onderwerp tot nu toe niet tot veel reuring leidt. De vraag is wat de huurder ook zelf kan doen. Woonlastenontwikkeling en energiearmoede zijn ook punten van aandacht. Voor het stimuleren van energiezuinig 11
gedrag kunnen thema-avonden worden georganiseerd. Ruud Smits (GroenLinks Ede) geeft aan dat het bevorderen van bewustwording over energieverspilling belangrijk is. Kennisniveau raadsleden en behoefte aan meer informatie Behoefte aan meer informatie kan worden ingevuld door bijvoorbeeld: * de energieverbruiksgegevens op postcodeniveau, op te vragen bij Liander. Zo kan bekeken worden in welke wijken het energieverbruik relatief hoog is. Op die wijken dient de focus te liggen. * goede voorbeelden een podium geven. Wethouder Henk Hoefsloot van Wageningen wil dit meer centraal stellen in de klimaatuitvoeringsprogramma van Wageningen. Goede voorbeelden zijn bijvoorbeeld de renovatie van Haverlanden door Woningstichting. * een toelichting door Jaap van Leeuwen van de Woonbond over woonlastenontwikkeling in de gemeenteraden van Wageningen en Ede. Rol landelijke politiek Avondvoorzitter Michel Jehae geeft aan dat de landelijke politiek het nog alleen heeft over huurlasten; nog niet over woonlasten. Jos van Heuveln geeft aan dat objectieve criteria bij deze discussie over woonlasten van belang zijn. F. Rondetafel huurders Wat kan de huurder betekenen? Wat is de rol van de huurder? Hans Kregting van Huurdersbond Ede stelt dat de huurder nog niet echt op dit onderwerp zit te wachten. De Huurdersbond Ede is daarom het project ‘Huurders coachen huurders’ gestart. Het project is gestart met een energieavond waarbij informatie is verschaft over zelf te nemen energiemaatregelen en energiezuing gedrag. In aansluiting op deze avond zijn energiecoaches opgeleid. Dit zijn huurders die andere huurders coachen. Met de energiecoaches hoopt men een olievlekwerking te krijgen. Vanavond zijn drie energiecoaches aanwezig. Een goede energiecoach heeft enthousiasme als drijfveer. De Huurdersbond Ede wil graag de bewonerscommissies van de Woningstichting uitnodigen om informatie te geven voor het opleiden van energiecoaches. Bij oplevering van grootonderhoud-projecten en renovaties wordt ook aandacht besteed aan energiezuinig gedrag. De oplevering als moment leent zich hiervoor goed. Hoe meer huurders op de been? De vraag wordt gesteld hoe men meer huurders op de been kan krijgen. Een financiele vergoeding werkt minder, denkt een meerderheid. Het is beter als het vanuit een betrokkenheid komt. Als oplossingen wordt aangegeven: * vrijwilligers goed betrekken en verzorgen. Zorgen dat ze graag komen. De 12
huurdersorganisatie moet daar op zijn ingericht. * mogelijk kan de gemeente faciliteren bij het opleiden van energiecoaches. De cursus kost geld. Het gaat echter om bescheiden investeringen. * investeren in kennis over het onderwerp bij huurders. * provincie Gelderland geeft particuliere huizenbezitters wél een premie van 500 euro voor woningisolatie. De huursector krijgt geen financiele ondersteuning. De vraag is of de huursector ook ondersteuning kan krijgen. Team Energie en Afval Woningstichting Om huurders te stimuleren en inzicht te geven in welke mogelijkheden er zijn om zelf maatregelen te nemen, is de Woningstichting in samenwerking met de gemeente Wageningen en Solidez een besparingscampagne gestart. Dit gebeurt door huisbezoeken van het team Energie en Afval. De medewerkers van het team (werkzoekenden) adviseren de huurders over afvalscheiding en energiebesparende maatregelen zoals spaarlampen, radiatorfolie en tochtstrippen ed. Continuiteit Continuiteit is bij deze initiatieven als energiecoach en energieteam wel belangrijk. Het moet niet op termijn inzakken. Van belang is er steeds over na te denken hoe je het stabiel houdt Opgemerkt wordt dat een energiecoach zichzelf zeker terugbetaalt. Huurders mobiliseren huurders Rob Barnhoorn en Berry Onderstal van de Bewonerscommissie Riemsdijkstraat geven aan hoe zij als bewonerscommissie het initiatief hebben genomen. De huurders in de flat kregen hun woning `s winters niet meer warm. Riemsdijkstraat betreft een flat met lage inkomens en hoge energierekening (ook door electrische verwarming). Ze zijn gestart met een enquete over de klachten en wensen van de huurders. Daarnaast hebben ze de Energiebus van de Woonbond voor een second opinion laten komen. Vervolgens is het gesprek met de Woningstichting op gang gekomen. Dak- en glasisolatie gaan nu plaatsvinden. Ook hebben de bewonerscommissies het nieuwe Milieubeleidsplan 2013-2017 van de Woningstichting kunnen becommentarieren. Dit voorbeeld laat zien dat huurders andere huurders kunnen mobiliseren. BC Centraal Wonen Johan Feenstra van de bewonerscommissie Centraal Wonen `t Binnenveld van de Woningstichting geeft aan dat er bij hun Centraal Wonenproject al veel betrokkenheid is. Zij hebben gezamenlijk zelf geinvesteerd in zonnepanelen. Er is veel aandacht bij hun voor duurzaamheid en energiebesparing. Dat kan andere bewonerscommissies inspireren. g. Toelichting Stookjerijk Trofee 2013 Tot slot van de avond geeft Volkert Vintges aan dat in 2013 opnieuw de Stookjerijk Trofee wordt uitgereikt aan de best presterende corporatie, huurdersvereniging/ 13
bewonerscommissie en gemeente binnen het project. Hij stelt dat het belangrijk is om goede prestaties te belonen en als voorbeeld te laten dienen voor anderen. Vanaf vandaag tot eind oktober kunnen nominaties worden ingediend. De criteria zijn dezelfde als vorig jaar: Voor corporaties: * transparantie over het energiebesparingstempo; * hoogte van het jaarlijkse energiebesparingstempo; * actieve communicatie met huurders; * mede realisatie van lokaal overleg en lokale afspraken conform nieuw convenant. Voor huurdersverenigingen en bewonerscommissies: * inzet met betrekking tot ambitie van het energiebeleid en de realisatie daarvan door de corporatie; * communicatie over energiebesparing richting eigen huurders en richting corporatie; * huurdersvereniging als ambassadeur; * mede realisatie van lokaal overleg en lokale afspraken conform nieuw convenant. Voor de gemeente: * ambitie met betrekking tot energiebesparing huursector: * aanpak (smart) van en monitoring van energieprestaties en woonlastenontwikkeling; * mede realisatie van lokaal overleg en lokale afspraken conform nieuw convenant. De Stookjerijk Trofee 2013 wordt uitgereikt tijdens de Slotbijeenkomst op donderdagavond 21 november te Utrecht. Voordrachten voor nominaties kunnen worden ingediend bij Maarten Visschers,
[email protected] .
Afsluiting Michael Jehae bedankt de deelnemers aan de Rondetafels en de deelnemers in de zaal voor 14
hun bijdragen en wenst iedereen een goede reis naar huis. De deelnemers praten na bij een drankje.
15