We popelden om na de voorbereidende toneeltjes in Ravelijn ECHT als (hulp)piraten aan de slag te kunnen en dinsdag was het eindelijk zo ver: op bosklassen… De dutsen van thuisblijvers stonden ons met grote zakdoeken uit te zwaaien en onze dubbeldekker snorde probleemloos tot aan het kamphuis waar de koks ons- op hun beurt welkom zwaaiden. We trachtten onze eigenste valies in de bagageberg terug te vinden en naar onze kamer te slepen. De mama’s hadden duidelijk niet op een T-shirt of twee gekeken want er zaten gewichtige gevallen tussen… De hoogslapers en de grondliggers kozen gezwind positie en hoeslakens werden rond onhandelbare matrassen gewurmd. De finishing touch was de frisse pyjama of de lieftallige knuffel en toen…. lokte ons vrolijk kamplied ons voor het eerst samen: Zang- en danstalent onder een stralende zon… De keuken geurde onweerstaanbaar en het klopte met wat eruit tevoorschijn werd getoverd: De koks waren al een dag eerder vertrokken en moesten de hele nacht soepkiekens geslacht, gepluimd en gekuist hebben want ’t was zelfgemaakte vol-au-vent in videetjes mét frietjes, sla en yoghurt als toetje Piet Piraat deelde - enthousiast als altijd - mee dat we per ploeg de afwas MOCHTEN doen . Wie had overigens anders verwacht op een piratenschip??? Aldus ontstond er een actieve zone binnenshuis en een ontspanningsruimte buiten, waar we zeepbellen mochten blazen, kleuren, keuvelen, kuieren, dansen, zingen of voetballen. De toneelzaal lonkte waar Piet Piraat dapper de confrontatie met de zwarte piraten aanging. Piet was er heilig van overtuigd dat wij best die zware piratenproeven aan konden terwijl de zwarte kapitein daar geen (kanon)bal van geloofde. Bewijzen dus: we leerden touwtrekken om drenkelingen te redden, rumvaten rollen, kanonkogels mikken, schatten overbrengen, water hozen en vlaggen maken. Meester Frederiek sneuvelde al in ’t eerste offensief over een boomstronk en moest sportief in een rolstoel… Wij werden met een piratendiploma beloond en plechtig op de Scheve Schuit verwelkomd: Een doodskop-bandana, een griezelige sticker en een sjaal behoorden tot het scheeps-uniform. Een ontroerend-plechtig moment toen onze vlaggen werden gehesen: we kregen een beetje kippenvel.
Dat stil moment was echter van korte duur want we kregen onmiddellijk een eerste actieve opdracht: de schatkist opgraven Ja, maar waar??? Na enkele nutteloze pogingen stootten onze spades dan toch op iets dat nogal “schattig” klonk Amai, dat was hier kort en krachtig opgelost – dachten we – maar helaas: de antieke kist was met een stoere ketting en 4 maalsloten serieus vergrendeld. Er lag wél een dictafoon (laat-middeleeuws model) waarop de cynische lach van de zwarte piraten weerkonk: TE LAAAAAT: zij hadden elk een sleutel en waren niet van plan die zomaar te lossen. Onze Piet Piraat ontstak daar in een Franse colère die gelukkig door het avondeten werd geblust: de scheepsbeschuiten waren heerlijk met haaienhesp belegd en kleurrijk door dagverse meloen en aardbeien omringd. Na de afwas verschenen de begeleiders in chique zwarte smokingjasjes en veranderde de binnenplaats zomaar in een casino. Met een pak euro’s in de hand mochten we aan het gokken. En reken maar dat we ons geld konden tellen. Als alle croupiers blut waren, volgde een massale poets- en opfrisbeurt waarna we aan onze eerste kampnacht begonnen. Ik zou liegen als ik zei dat die overal perfect begon… De begeleiders hielden echter nogal strak de wacht in de gangen en smoorden aldus mogelijke muiterij in de kajuiten in de kiem. ’s Morgens werden we eerst door oorverdovend bosgefluit en daarna door ons kamplied gewekt. En nu konden we van elkaar en van de leerkrachten eens zien wie wat aan ochtendhumeur leed: terwijl de enen al in ’t zeepschuim stonden te blinken, waren de anderen moeizaam uit de slaapzak te schudden.. Maar we geraakten op tijd aan ’t ontbijt, aan de afwas en in de toneelzaal; Piet Piraat verdeelde ons in 4 stapgroepen om de 4 zwarte piraten te gaan zoeken, te vangen en hun sleutel te ontfutselen: Via een fotozoektocht en/of een opdrachtenwandeling en veel courage slaagden we ook daarin om daarna – onder de grootste spanning – die 4 sloten te openen… Piet Piraat, niet vrij van enige naïviteit, waande zichzelf al rijk maar stortte bijna in elkaar toen de schatkist LEEG bleek, op een bruine envelop na: Alweer te laat: de boeven waren met onze schat weg en treiterden ons bovendien met een video-opname als bewijs van hun diefstal. Ze logen bovendien voortdurend over een zogenaamde schatkaart: nee, ons laatste restje vertrouwen was op: te veel is te veel. Maar onze Piet, met zijn aaibaarheidsfactor 40, sloot alweer een compromis: Zomaar eventjes 32 stukjes kaart verdienen in 2 uur: zelfs voor ons een superzware opdracht.
Gelukkig was mevr. De Groote er intussen om een efficiënt handje toe te steken en waren we door een stevig middagmaal in volle demarragesfeer: Met ooglappen, verrekijkers, haakarmen en houten benen deden we praktische proeven: torens omverkegelen, diepzeeduiken, vissen, kanonskogels vangen, rijmen, tekenen, zeemansliedjes zingen, bootschilderen, dekschrobben, zeemeermin-restaureren, piraat-perforeren, tatoeëren.. Ik kan er me geen 32 herinneren maar we deden ze wél. Mevr. De Groote kaapte ondertussen beleefdweg een plaatselijke ijskar en trakteerde haar ploeg hardwerkende matrozen wat ons nog harder deed werken uiteraard. Meester Wannes plaagde met nattigheid en werd jolig door zijn directie gestalkt en mevrouw De Groote waste klinkende munten wit in zeepsop: ’t was gonzend en bruisend en zonnig en fijn…. We hadden onze schatkaart en ons avondmaal verdiend: boterhammen met multiple-choice beleg en sla en tomaat voor de fitte school. De knikkebollende piraten mochten hun kajuit opzoeken en voor de anderen was het tijd voor wat denk- en geheugenwerk in de vorm van een quiz over de piraten We raadden en gokten, we wisten en riepen, we gingen in discussie maar kwamen overeen om het antwoord te noteren, ’t was op zijn Ravelijns Nu ook de hersencellen vermoeid waren was ’t méér dan bedtijd… Nog even filevorming in de toiletten en aan de wastafels en daarna collectief onder de wol. Juffen en meesters deelden naar goede gewoonte nachtzoentjes uit, droogden een heimweetraantje of voorspelden aan de ongerusten wat er morgen zou gebeuren. Ons kamplied dreunde door de morgengangen: de enen lagen er al op te wachten terwijl de anderen struisvogelachtig hun slaapzak over hun oren trokken. Niemand ontsnapte aan het waakzame oog van de kamerbegeleiders: de washand was verplicht. En’t was méér dan de moeite om op te staan want in de eetzaal leek het zondag: ’t was ontbijtbuffet als in een 4 sterren hotel: reuzenmanden knapperige broodjes, krentenbrood en boterhammen de koks glunderden achter hun spek en ei, wel 10 soorten ontbijtgranen, fruitsap, yoghurt, verse fruitsalade, chocomelk, kaas- en charcuteriesoorten, chocolade, peperkoek, speculoos
Enfin: Bourgondisch veel en Breugheliaans lekker: dank u wel kookploeg!! Na de afwas en de kampdans haalde een wat hese Piet Piraat onze schatkaart boven en huppelde enthousiast het bos in, op de voet gevolgd door zijn bonte bende piraten die nu toch stilaan schat-rijp waren. Op zee kan hij zich misschien wel oriënteren maar aan wal is ’t echt geen held. Hij vroeg de weg aan een Limburgse landman, aan een praatpaal, aan een nest processierupsen maar desondanks zijn we wel 5 keer verkeerd gelopen. Gelukkig werkte onze GPS wél beter en onder een berg wrakhout vonden we…. DE KIST!!!! Trots sleurden de sterksten ze richting kamphuis, luidop dromend over wat we allemaal zouden kunnen kopen: Piet Piraat een nieuwe boot en een snicker. In de toneelzaal mochten we op het podium en onder tromgeroffel het deksel openen en…. De kist zat vol oude lappen en vodden. We hadden het eigenlijk al verdacht gevonden dat de schat zo licht was maar anderen wisten dan weer dat een koffer vol eurobiljetten ook niet veel weegt. Eerlijk, bij sommigen stond het wenen nader dan het lachen: we hadden al zoveel inspanningen gedaan en wéér niets. Piets onverwoestbaar optimisme begon ons een beetje op de zenuwen te werken maar het goede nieuws was dat we nu eindelijk die 4 zwartjekkers bij de lurven mochten vatten én opsluiten: Ze lagen een aperitieftukje onder de bomen te doen en werden dus via een verrassingsaanval opgepakt en vastgebonden. Kapitein Pikachou begon zich er weer uit te liegen met een totaal ongeloofwaardig spokenverhaal: Ze hadden vorige nacht zo weinig geslapen omdat 3 spoken hen hadden gedwongen de schat overal verspreid in het bos te begraven…. Ze zagen er inderdaad wat vermoeid uit maar… dat leek ons toch bijzonder ver gezocht… Onze Piet aanhoorde die zever echter weer met engelengeduld en wij hadden het weer zitten… Het middagmaal was SOBER dit keer in ’t vooruitzicht van onze avond barbecue maar we mochten kiezen: tomatensoep met balletjes of aspergeroomsoep. De koks doen tussen hun (v)uren ook aan pedagogie want ze moesten er eentje van overtuigen dat “die vreemde voorwerpen in de soep” wél eetbaar waren… Juf Beatrijs’ zus kwam langs en liet als een zomer-Sinterklaas een spoor van snoep achter voor ons en enkele flessen witte wijn voor onze begeleiders, waarvoor de bemanning haar hartelijk wenst te danken. Juf Beatrijs geeft de boodschap, al dan niet in een fles, door…. Daarna: afwas of platte rust: een typische kampuitvinding die voor velen nuttig bleek aan de oorverdovende kamerstilte te horen.
Na het kamplied: aan de vlaggenmasten verzamelen om per groep in het bos 49 apart begraven schatten op te spitten. En alsof dat in die intussen zwoele hitte niet lastig genoeg was, doolden er 3 agressieve spoken rond die ons de schatten probeerden te ontfutselen én ons tot onbeweeglijke standbeelden konden doen verstenen. Gelukkig waren er ook 3 bosnimfen die dat weer ongedaan konden maken. Kortom een zéér goed doordacht bosspel waar meester Bernard tijdens zijn ziekteverlof uitgebreid op had zitten broeden omdat hij voor het eerst sinds zijn babytijd niet kon sporten. Moegewroet en stoffig en dorstig mochten we EINDELIJK de goedgevulde schatkist van Piet Piraat bewonderen: zilverwerk, gouden bekers, klinkende munten, dollarzakjes en kasbons… Piet, met zijn gul karakter, beloofde onmiddellijk een reuzenfeest ’s avonds: Een fuif, een barbecue en een gratis (cola)vat voor zijn bemanning. De dappersten gingen nog op spokenjacht en gooiden die gevulde lakens met groot enthousiasme in ’t spokenkot, waarna we op een fruitig 4-uurtje werden getrakteerd: Banaan, appel of druiven. Daarna was een douche méér dan nodig want een coalitie van zweet en zand durft wel eens blijven plakken. Andere activisten sleurden alweer moedig tafels en banken buiten want voor een bosklas barbecue hebben we wat over. Mevrouw De Groote en juffrouw Lut moesten ons samen met Marieke verlaten en hun getoeter bij ’t wegrijden klonk wat melancholisch… Stilaan druppelden de eerste feestgangers in vol ornaat buiten: Beste kleren, een snufje parfum, dansschoenen, een vleugje oogschaduw, een strikje of een das., Juffen deelden gul aperitiefhapjes, het vuur rook heerlijk, onze muziek speelde, de vreugde om wat we de voorbije dagen samen gepresteerd hadden, en dat alles in een zwoele zomeravondsfeer… En toen de BBQ ook nog gevisualiseerd op onze borden lag, door wel 7 soorten groenten begeleid, en we grenzeloos op cola of fanta werden getrakteerd en we de begeleiders zo genietend zagen, ja, dan heet dat: gewoonweg gelukkig zijn. Vrijwilligers schoten meester Pieter te hulp voor het klaarzetten van de fuifzaal: Het kanon werd eventjes opzij geschoven, het decor in de gauwte weggezet, de lichten gemonteerd en de toneelzaal was dancing… De fuif was schitterend, de begeleiders dansten mee, Frederik bleek een natuurtalent als DJ, het zweet dampte tegen de ruiten en het podium vulde zich spontaan met BV’s. Meester Pieter moest bikkelhard zijn om in dergelijke ambiance de schaar te zetten maar het moest: d’er waren er die dansend in slaap vielen…
Een kattenwasje en –plasje was vanavond toegestaan want ’t moest eventjes snel gaan. Onze laatste morgen op bosklas: Er waren er die al voor het kamplied hun valies gepakt hadden maar er waren er ook die zelfs nu nog van geen opstaan wilden weten. Na het ontbijt: hét zwaarste moment van de ervaren kampganger: hoe krijg ik dat in godsnaam weer allemaal in die koffer???? De begeleiders kweten zich gewetensvol van hun taak, probeerden verdwaalde onderbroeken en washandjes thuis te wijzen, hielpen ons met man en macht om kreunende valiezen toe te ritsen en slaapzakken te minimaliseren. Het ontbijt verliep iets stiller dan anders want je zag sommige gedachten naar het thuisfront afdwalen. Meester Bernard had nog een competitie-spel over beroepen in petto: postbodes tegen journalisten, bakkers tegen vuilnismannen, militairen tegen verplegers. Zonder CAO’s verliepen deze vreemdsoortige combinaties vreedzaam doch zeer actief. De koks hun galgemaal was een zeer lekkere spaghetti en toen…. Echt wel zenuwen, zenuwen en naar de bus uitkijken. En de thuiskomst: moe, hees, enthousiast, zoveel willen vertellen en niet weten waar beginnen… Blij weer thuis te zijn maar samen zoveel meegemaakt… Dank aan alle piraten van de SCHEVE SCHUIT ’t waren fijne dagen op bosklassen in de Kalei Met dank aan onze nimfschrijver: juf Martine Vergeet ook niet naar onze website te gaan kijken voor meer foto’s: www.ravelijn.be (ten laatste maandag!)