Zevenwatermolens fietsroute Deze route volgt de bovenloop van de Grote Molenbeek, het begin van de Vliet. In een 37 km lange fietstocht waarbij 20 keer over de Grote Molenbeek rijdt langs vele bezienswaardigheden.. Hoe bereiken ? Met de auto
Vanuit Brussel of Antwerpen neem je de A12 tot Londerzeel, waar je dan richting Steenhuffel-Malderen neemt Met de Trein
Met de trein tot aan het station van Malderen of Londerzeel op de spoorlijn (Mechelen met Gent-Sint-Pieters), stations van Merchtem of Mollem op de lijn Brussel-Dendermonde. Waar starten ?
Er zijn drie mogelijke startpunten nabij verschillende horeca-zaken met voldoende parkeergelegenheid. • Kerkplein Steenhuffeldorp (Londerzeel) • Parking rechtover de kerk te Merchtem. • Kerkplein Mollem Dorp (Asse) Recente info en foto's op www.opdorp.be
Routeplan
De route is NIET bewegwijzerd. Maar achteraan vindt u een duidelijk routeplan. Ontwerp Het concept, lay-out, route-indeling en routeplan zijn ontworpen door Stijn Laureys, Buggenhout-Opdorp. Enkel afdrukken voor persoonlijk gebruik is toegestaan. Verspreiding of commercieel gebruik, is enkel toegestaan mits schriftelijk akkoord van de ontwerper.(bereikbaar via www.opdorp.be)
Bezienswaardigheden op de route De informatie over de gebouwen werd gehaald op de site van “Het Vlaams Instituut voor het Onroerend Erfgoed” We kiezen als startpunt het kerkplein te Steenhuffel(Steenhuffeldorp , Londerzeel). Parochiekerk Heilige Genoveva en Nicolaas Steenhuffeldorp 16A Het neoclassicistisch schip op Dorische zuilen werd (herinnering eerstesteenlegging in 1826 in de zuidermuur) in 1909 vergroot, voorzien van bijgebouwen (onder meer een doopkapel) en afgewerkt met een neobarokke westgevel. De rechthoekige toren van zandsteen tussen schip en koor, heeft een romaanse kern (12de eeuw) die echter door bijgebouwen wordt omsloten, zodat slechts een miniem gedeelte zichtbaar is: boven het dak van het zuiderbijgebouw; het uitstekend zandstenen gedeelte in regelmatig verband, is een latere verhoging met spitsboogvormige galmgaten verbonden door een kordon (15de eeuw).
Gotisch koor (15de eeuw) van twee traveeën met driezijdige sluiting; spitsboogvormige drielichtvensters (vernieuwd maaswerk) tussen de hoge steunberen zonder versnijding; kruisribgewelven op consoles. Schilderijen onder meer : • een door chronogram gedateerd Nicolas Revotum (1661) • een Onze-Lieve-Vrouw met Heiligen (hoofdaltaar) G. De Craeyer (17de eeuw) • Onze-Lieve-Vrouw met Sint-Dominicus, G. De Craeyer (17de eeuw) • merkwaardige renaissance glasramen in het koor (1532 noord- en 1533 zuidzijde) • beeld van Heilige Anna in gotische trant (16de eeuw) • beeld van Heilige Nicolaas en Heilige Genoveva (17de- en 18de eeuw) in barokstijl Meubilair. Altaren, biechtstoelen, koorlambrisering uit 17de- en 18de eeuw; talrijke grafstenen in de vloer. We bekijken de gebouwen van brouwerij Palm. De brouwerij is te bezoeken op afspraak. Het Brouwershuis en het kapelletje aan de ingang van de kerk. We rijden de Brouwerijstraat in. Aan voormalig station van Leireken draaien we rechts in en volgen het fietspad. Deze oude spoorlijn, Leireken, is nu een fietsroute van Aalst tot Londerzeel. We hebben hier een mooi zicht op het Diepensteyn kasteel. In de stallingen is de stoeterij met de beroemde Brabantse trekpaarden van de Palm reclames. Zowel het kasteel als de stoeterij is te bezoeken op afspraak. Als je geluk hebt zie je de paarden hier grazen of zelfs in een kar ingespannen oefenen voor wedstrijden. We rijden een eerste maal over de Grote Molenbeek. Kasteel Diepensteyn, Diepensteyn 1, Steenhuffel De geschiedenis van de heerlijkheid Diepenstein, aanvankelijk in het bezit der Bouchouts, klimt op tot einde 13de eeuw. Leen van het hertogdom Brabant, wordt het in het laatste kwart van de 17de eeuw tot graafschap verheven ten voordele van E.A. van Maldegem. In die tijd was Diepenstein een groots ensemble waarvan slechts het hoekgebouw links op de door Harrewijn (1695) gemaakte gravure nog overblijft. De overige gebouwen werden gesloopt in 1825 en de vijvers en grachten die het omringden werden gedempt. Heden is Diepenstein een fraai gelegen goed, toegankelijk langs twee lange bomendreven, met de behouden merkwaardige kasteelvleugel uit de 17de eeuw. Twee verdiepingen hoog kasteel op rechthoekige plattegrond met afgesnuite noordwesthoek en een uitspringend kapelletje ten oosten, afgedekt met een schilddak (leien en kunstleien), in traditionele bak- en zandsteenstijl uit de 17de eeuw. De kasteelvleugel bewaart in sommige vertrekken de oorspronkelijke tegelvloer, de eikenhouten zolderingen, sommige met bewaarde beplanking, fraaie moerbalken met geprofileerde sloffen en kraagstenen van zandsteen. Op de begane grond is het zuidervertrek van het woondeel voorzien van een fraaie arduinen renaissanceschouw met wortelmotief op elk der standen (eerste kwart 17de eeuw?) en het noordelijk vertrek van een traditionele schouw van baksteen. Gemerkt traditioneel dakgebint. In het kapelletje treffen we resten van muurschilderingen. Aan het einde gaan we naar links op het tweerichtings fietspad. Ter hoogte van de Diepensteyn watermolen(privébezit) rijden we opnieuw over de Grote Molenbeek. Watermolen Diepensteyn ,Watermolenstraat 35, Steenhuffel De Diepensteynmolen is een watermolen die gedateerd is "1795", maar wordt reeds op die plaats vermeld in 1279. Het woonhuis werd gerestaureerd en binnenwerk van de molen werd geïntegreerd in het gebouw. Sluiswerk en waterrad zijn verdwenen; de bakstenen sluismuren en strekdam zijn nog aanwezig. Maalzolder op halve hoogte op houten structuur met gedateerde frontbalk "1795". Drie koppels maalstenen (1 La Ferté, 1 Andernach, 1 kunstst.) in frontale opstelling waarvan er twee aangedreven worden door een elektromotor CEB via riem, riemwiel en gietijzeren raderwerk (tweede helft 19de eeuw) met putwiel en lantaarn op gesmeed onderijzer, voor aandrijving met waterkracht. Twee taatspotten bevinden zich op een gietijzeren console, één taatspot op een houten balk. Uit- en inschakeling van rondsels door middel van spanring; twee x Bladzijde 2
lichtsysteem door middel van bedieningswiel; 1 x lichtsysteem door middel van op en neer bewegen van houten ijzerbalk die met bout kan vastgezet worden. De steenkoppels hebben een volledig houten toebehoren met uitzondering van één der steenkisten die bestaat uit een houten geraamte met zinken bekleding. Drie vierkante archaïsche steenkistringen. Afzonderlijke meelgoten. Eén houten galg. Eén graankuismachine (op zolder 1) voorziet één van de maalstenen van graan via houten goot. Eén builinstallatie "Van de Velde Haaltert", hout, vijf uitgangen (gelijkvloers). Binnenluiwerk, volledig in hout (klauwwiel met houten klauwen) met riemaandrijving, inschakeling via meervoudig systeem van hefbomen. Menger met riemaandrijving en conische tandradkoppeling. Gietijzeren haverpletter, elektrisch aangedreven. De Elektro-motor C.E.B. wordt bediend via reostaat met bedieningswieltje; één weegschaal; één wanmolen. De molen is beschermd onroerend erfgoed. We steken hier de weg over en rijden de veldweg in. Na een tiental meter rijden we opnieuw over de sterk meanderende Grote Molenbeek. Na een scherpe rechtse bocht, zien we links van ons een langerekte bomenrij naar het noorden. Hier liep ooit de Leireken spoorlijn tot in het station van Londerzeel. Zo belanden we in de Drietorenstraat. We gaan naar links en rijden voorbij kasteel Drie Torens. Kasteel Drie Torens ,Drietorenstraat 41 Feodaal goed, afhankelijk van het land van Dendermonde, tot einde 16de eeuw in het bezit van een sedert het tweede kwart van de 13de eeuw vermelde familie van Ursene; in 1753 wordt het toenmalige kasteel met afhankelijkheden verkocht aan G.J. Boote; sedertdien verviel het door vererving aan de Spoelbergs (Referentieaandeelhouder AB Inbev). Alhoewel er reeds in de 16de eeuw een slot wordt vermeld, dateert het huidige kasteel van 1786; uitgestrekt en fraai, naar Engelse stijl aangelegd park met slotgrachten en vijvers, gevoed door de Kleine Molenbeek. Kasteel met vierkante plattegrond. Drie gevels omspoeld door de brede watergracht, de vierde zijde is toegankelijk langs een als een breed perron opgevat terras; links hiervan, de gevelsteen met bouwjaar "XXVI AP/ MDCCLXXXVI". Bij de ingang, als paardenstal ingericht wagenhuis met een jaarsteen in de zijgevel "14 MEY 1787". Links van het kasteel, voormalige hoeve, in kern opklimmend tot de 17de-18de eeuw doch gewijzigd. Iets verderop in het park gelegen watermolen die grondig werd verbouwd maar waarvan de oude kern wordt aangegeven in de zijpuntgevel aan de beekkant, namelijk een bakstenen plint afgeboord met een profiel van zandsteen. Eveneens een alleenstaande en heden in onbruik geraakte kapel in neomiddeleeuwse stijl, met jaartal 1884 in een herinneringssteen. Deze is goed te zien van op de openbare weg. Een alleenstaande ijskelder (wellicht vierde kwart 18de eeuw?), door de plaatselijke bevolking "de spits" genoemd; ondergrondse onderbouw van baksteen met een piramidale bovengrondse bekroning van groenachtige zandsteen. We draaien links Moorhoek in. Wie niet graag over een onverharde veldweg rijdt gaat hier rechts de spoorweg over, daarna links de spoorlijn blijven volgen, over de beek tot in Herbodin. De anderen gaan gewoon rechtdoor. De baan draait naar links. Op de splitsing nemen we rechts. En juist voor het laatste huis nemen we rechts de veldwegel. We rijden over de beek en gaan rechts richting Beekstraat. Hier kunnen we kiezen of we even voor 500 m Herbodin inrijden om de Herbodinnemolen te zien. Echt dichtbij kan je toch niet geraken. Watermolen Herbodinnemolen, Herbodin 3-5 , Malderen De molen zou twee raderen hebben gehad, één op grondgebied Londerzeel en één in Malderen, een graanmolen en een oliemolen. In 1780 werd de watermolen herbouwd met slechts één rad. Aanvankelijk wordt hij Ten Broeckemolen geheten, daar hij samen met het hof ten Broecke een leengoed vormde van Brabant, en waarvan de eerste heren van Groenhove de bezitters waren; sedert de 15de eeuw echter vermeld als Herbodinnenmolen en afzonderlijk leengoed. De molen is beschermd onroerend erfgoed en wordt soms ook
geschreven als Herbodinnemolen Sowieso moeten we terugkeren naar de Beekstraat. We volgen de Beekstraat tot aan de Plas. Die volgen we naar rechts tot we opnieuw aan het voormalige station van Leireken komen. We draaien rechts de Leirekensroute in. We rijden over de Vuilbeek, een zijtak van de Grote Molenbeek, die in de winter Steenhuffel regelmatig onder water zet. We nemen de eerste links (enkel verboden voor motorvoertuigen) en op het einde bereiken we het Van Doorslaerstraatje. We steken recht over en rijden de veldwegel naast huisnummer 16 in. Zo belanden we in Steenhuffeldorp. We steken over. Ooit zullen we hier misschien rechtdoor kunnen, recht de wijk(Ebbing) in. Maar nu rijden we het fietspad op naar links. We gaan de eerste rechts de Lekkestraat in. En nemen rechts een klein paadje dat ons in Ebbing brengt. We blijven rechts volgen tot we de Sint-Niklaasstraat kunnen oversteken en rechtdoor het veld in duiken. We bereiken nu een mooi pic-nic plekje waar de Molenbeek samenvloeit met de Robbeek. We volgen de Robbeek tot in Kouhagen waar we naar rechts gaan. We rijden opnieuw over de Grote Molenbeek en belanden in de Robbroekstraat die volgen we voor 100 meter naar rechts en steken over, waar we de Bontestraat in rijden. Op kruispunten blijven we steeds rechtdoor gaan en we uiteindelijk in Merchtem in Terlinden belanden. Op de splitsing gaan we links. En draaien dan rechts in, recht naar de hoogspanningslijn. We rijden onder de hoogspanningen door, de baan krinkelt een beetje. Dan gaan we links een doodlopend straatje in waar we rechts de asfalt veldwegel nemen. We rijden voorbij 'tHof Tiendeschuur Hoeve " 't Hof Tiendeschuur" te Merchtem Voormalige boerderij, eertijds omgracht (waarvan sporen), heden daterend uit begin 19de eeuw, doch met een oudere kern. Volumineus, laat-classicistisch getint herenboerenhuis met twee bouwlagen boven een souterrain, afgedekt met een schilddak (leien), bekroond met een windwijzer waarin het bouwjaar 1805, en een erbijhorend en ertegenaan leunend dienstgebouw links, met oudere kern. Beluikte rechthoekige vensters in de vier haast identieke gevels, waarvan drie voorzien zijn van een arduinen deur met bekronende geprofileerde druiplijst en de vierde (vroegere grachtkant) met een arduinen gootsteentje onder een der vensters. We rijden verder over de Puttenbeek even verder het debiet van de Grote Molenbeek met een derde doet toenemen. Uiteindelijk belanden we in de Burchtlaan. We steken deze over en gaan rechtdoor het fietsbaantje in. Opgelet neem het rechter want links is privaat ! Zo komen we in de langensteenweg, die draaien we naar links in. Zo belanden we in de Reedijk. We kruisen de Korte Ridderstraat en draaien rechts het plein Kerkstraat in. Dekenij pastorie, Kerkstraat 9 Dubbelhuis met twee verdiepingen en steil leien schilddak, gedateerd in een gevelsteen "Anno 1789" doch aangepast tijdens de 19de eeuw. Gecementeerde voorgevel met begane grond gemarkeerd door dieperliggende voegen en een hoger middelrisaliet uitlopend op een driehoekig fronton met radvenstertje. Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw reedijk 1 De inplanting in de buurt van de voormalige burcht, buiten de dorpskom, zou wijzen op de eigenkerk-oorsprong met Sint-Pieter als patroonheilige, evoluerend naar een parochiale functie. Afhankelijk van de abdij van Affligem sinds het eerste kwart van de 12de eeuw. Groeiende verering van "OnzeLieve-Vrouw-ten-Nood" en stijgend belang van de parochie in de loop van tweede helft van de 13de eeuw en de 14de eeuw, waardoor de kerk voortaan werd gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw. Bewogen bouwgeschiedenis: de toren en beuk van de gotische kerk werden tweemaal door brand en instorting getroffen, gevolgd door een noodzakelijke algehele restauratie met aanpassing of toevoeging van sommige Bladzijde 4
bouwonderdelen (voornamelijk 17de- en 19de eeuw). In zijn huidige vorm vertoont de plattegrond een ingebouwde westertoren met kern uit de 14de eeuw (?), een driebeukig schip van vier traveeën opklimmend tot de 17de eeuw, een noordkapel van twee traveeën met afgekante sluiting uit de 16de eeuw, wordt getypeerd door haar hoge steunberen met drievoudige versnijding en hoge gotische spitsboogvensters. En een gelijksoortige zuidkapel van 1662-6-4; koor van twee traveeën en een driezijdige absis verhoogd tijdens het vierde kwart van de 15de eeuw en aangepast in het vierde kwart van de 18de eeuw. Verruimde zuidersacristie, gedateerd 1860, op de zuidgevel. Het huidige klokvormige torendak met slanke naaldspits zou dateren van na 1815. Monumentaal classicistisch westportaal van arduin (tweede helft 18de eeuw), overgebracht van de abdij van Affligem en hier wederopgericht in 1838 zoals aangegeven door de chronogram AVgVstae ChrIstI fIDeLIVM aVXILIA. Het koor en de absis, eenvoudige rondboogvensters, als vermoedelijke aanpassing ten tijde van de classicistische overwelving (1776). Helder, opengewerkt koor met classicistisch tongewelf en halve koepel boven de absis, met stuc omlijste rondboogvensters (1776: jaartal op een absisvenster). • • • • •
Barok zijaltaar (1631) preekstoel door P.J. Tambuyser, 1826, schilderij Maria-altaar met Hemelvaart (G. de Crayer ,1634), (zuidkapel) Heilige Antonius (G. de Crayer ,1645), (noordkapel); kleine Brabantse Onze-Lieve-Vrouw-in-Nood, gotisch, 15de eeuw, (zuidaltaar) met recentere polychromie
Louis XVI-koorlambrizering (laatste kwart 18de eeuw) Louis XV-biechtstoel, (derde kwart 18de eeuw) We draaien opnieuw de Reedijk in. En net voor de bocht gaan we rechts de kaseiweg in naar restaurant De Passerel. Binnenmolen Watermolen, Reedijk 18, Merchtem Zogenaamd "Binnenmolen", watermolen op de Grote Molenbeek eertijds deeluitmakend van het domein dat de hertogen van Brabant ca. 1400 afstonden aan de Pipenpoys, die er lang een slot bewoonden dat einde 16de eeuw werd platgebrand; het met een gracht omringd perceel achter de kerk wordt heden nog "de burcht" genaamd. De huidige watermolen bewaart een traditionele kern uit de 17de eeuw doch werd in de 19de-20ste eeuw aangepast en verhoogd met één verdieping. Rechts, bijgebouw uit de 19de eeuw. De Bantmolen of Binnemolen is gelegen in het centrum van Merchtem, vlakbij de kerk met aansluiting op de kerkvijver. De molen werd al vermeld in 1269. Tot omstreeks 1320 was hij een banmolen (Waar men verplicht was het graan te laten malen) van de hertogen van Brabant, die hem aan de Pipenpoy's (heren van Merchtem) afstonden. Was in de 15de eeuw een drafmolen. In 1902 werd het waterrad, dat binnen stond, vervangen door een Francisturbine (firma Schneider-Jacquet uit Neudorf bij Straatsburg). Deze turbine is nog aanwezig en bevindt zich in de raderput. Momenteel is het gebouw uitgebaat als taverne-restaurant "De Passerel". We rijden verder het domein op en draaien links de brug over de Molenbeek op. Vanop de brug heb je zicht op het kroosrooster en de stuw. Dit paadje krinkelt verder tot in de Puursstraat. Daar gaan we naar links en kruisen de drukke Brussselsesteenweg. We rijden zo recht de Maurits Sacréstraat in. We rijden rechts ,net voor de school,een klein wegeltje in. We rijden over de Molenbeek. We draaien daarna links de Lt. J. Dewindestraat in. Zo belanden we in de Meiregemstraat. We volgen deze naar links en daarna opnieuw links de Kalkovenlaan in. We rijden opnieuw over de Molenbeek en draaien rechts de Robbroeklaan in. Maar kijk eerst even rechts over het muurtje waar in de diepte de Molenbeek
stroomt. Daarna tweede straat links de Slagmolenlaan in. Daarna rechts een smal baantje in en opnieuw rechts het fietswegeltje in. We blijven deze wegel volgen en rijden zo parallel met de Molenbeek. We belanden in de Koeweidestraat en draaien rechts. Rijden over de Molenbeek en belanden opnieuw in de Meiregemstraat. Net voor de spooroverweg draaien we links de asvaltweg in. Daarna links de Ichelgemstraat in. "Trappenhoeve" “Ichelgem watermolen”, Ichelgemstraat te Mollem(Asse). De oudste vermelding van de genoemde molen zou dateren van 1129. Volgens een 13deeeuws cartularium schonk Arnoldus de Lombeka in 1276 "dua molendina in Molnhem" samen met een vijver en dries aan de abdij van Affligem. Eertijds maakte deze watermolen deel uit van een cijnshof dat in de 15de en 16de eeuw eigendom was van de familie 'T Serclaes. Vermoedelijk was hij toen echter 200 of 300 meter verder op de Molenbeek gelegen. Afgaande op het jaartal 1721 op de deurimposten en 1733 in de gevel werd de molen (type bovenslagmolen) in eerste helft van de 18de eeuw naar hier overgebracht. Oorspronkelijk deed de benedenverdieping van het molenhuis dienst als woonruimte, de eigenlijke molen lag op de bovenverdieping. In het jaar 1935 werd de molen definitief buiten gebruik gesteld; in dezelfde periode werd het nieuwe woonhuis van de hoeve opgetrokken en de resten van het vroegere molenhuis werden in gebruik genomen als opbergruimte en garage. Thans maakt het gebouw deel uit van de landbouwuitbating Ten oosten op het erf van de “Trappenhoeve” liggen de resten van de vroegere Ichelgemmolen, Ukkelgemmolen of Molen van O.L.Vrouw waarvan enkel de benedenverdieping bleef bewaard. Het houten molenrad verdween in een storm in de jaren 1950 en het molenwerk ging verloren in de jaren 1970. De oostelijke, thans verlaagde puntgevel draagt in de top een zandstenen jaarsteen met vermelding "ANNO 1733"; voorts twee getraliede, rechthoekige venstertjes met zandstenen rechtstanden en een houten latei. We rijden niet over het brugje. Op de terugweg zullen we oversteken en de watermolen bekijken. Wij blijven op de linkeroever. Merk op dat we hier op grondgebied Mollem(Asse) zijn, op de linkeroever van de Molenbeek en slechts op een boogscheut van Merchtem. We nemen nu rechts het paadje richting Mollem. De Molenbeek passeert in Mollem op slechts 100 meter van het centrum. De rechteroever is daar nochtans grondgebied Merchtem, waardoor de watermolen daar op grondgebied Merchtem ligt. We belanden in Schemershoek. Merk links de hoge gebouwen van de voormalige brouwerij. We blijven de Molenbeek volgen en belanden in de Neerkamstraat, die we oversteken het aarden paadje in. Wie liever op asfalt rijdt gaat hier links en dan rechts. We rijden nu aan de beekkant van de Neerkammolen, die je alleen in de winter goed kan zien, maar op de infoborden kan je hem ook zien . Van in de Neerkamstraat kan je de voorkant bekijken. Watermolen Neerkam, Neerkamstraat 1 , Merchtem (doch op 20 meter van Mollem) Nog functionerende watermolen met jaartal 1735 in een ingemetselde steen van de gevel aan de beekkant, naast de resten van een zandstenen vensteromlijsting. Rondboogdeur van arkoze met sleutel en imposten eertijds met jaartal 1768 (?) en bekronend oculus, onlangs ingemetseld en naar verluidt afkomstig van een afgebroken hoeve tegenover het kasteel Innes te Waarbeek. Een eerste watermolen op de Grote Molenbeek bestond al in 1126. Grondig verbouwd in 1921-'22. Het waterrad werd weggenomen in 1931 en vervangen door een Francisturbine in 1941. De laatste molenaar was Emile Berben (°1924). Op 10 maart 1994 werd de molen beschermd als monument, waarin begrepen zit: het molengebouw, de sluis, de damwanden, de turbine met afdekking, het mechanisme. We rijden naar rechts het dorp Mollem in. Waar vele monumenten te zien zijn. Links zien we de pastorie. Op de rechterkant op de hoek , het gemeentehuis. Pastorie Mollem, Dorp 22 Pastorie met ommuurde, omringende tuin, gebouwd in 1762 op kosten van de abdij van Affligem. De pastorie werd met inbegrip van de omheining aan de straat beschermd als monument en maakt bovendien deel uit van Bladzijde 6
het beschermde dorpsgezicht van Mollem. Het uitzicht beantwoordt aan de klassieke typologie voor pastorieën en het gebouw is als dusdanig zichtbaar in het Kaartboek van de parochiale tienden in Mollem, opgemaakt in 1776 door landmeter Guillielmus de Deken De bakstenen tuinmuur wordt geritmeerd door pijlers onder een dekplaat van blauwe hardsteen en wordt ter hoogte van de pastorie geopend door een ijzeren hek tussen bakstenen pijlers Sint-Stefanuskerk , Dorp, Mollem Al in 1126 schonk bisschop Burchard het altaar van Mollem aan de abdij van Affligem te Hekelgem, die het begevingsrecht behield tot het einde van het ancien regime. Hieruit kan afgeleid worden dat de capella van Mollem al in 1126 een zelfstandige parochie was. Aangezien de toenmalige kerk, in het kaartboek van de abdij van Affligem anno 1718 afgebeeld met een vieringtoren en omringend kerkhof, vrij bouwvallig en bovendien te klein was geworden, werd in de 18de eeuw door de abdij toelating verleend om op ongeveer dezelfde plaats een nieuwe kerk te bouwen. In 1753 werd besloten een nieuwe kerk te bouwen, omdat het gewelf op vele plaatsen gescheurd was. Deze nieuwe kerk werd op aandringen van de gelovigen tussen 1754 en 1758 gebouwd door de abdij van Affligem. Zij werd opgetrokken in barokstijl, met een deuromlijsting in rococostijl. Op 28 juni 1760 werd de kerk ingezegend door aartspriester De Bruyne van de dekenij Aalst en plechtig ingewijd op 16 juni 1776 door Kardinaal Aartsbisschop Johannes Henricus Graaf van Frankenberg die het hoogaltaar wijdde. Tijdens de Eerste Wereldoorlog, op 4 september 1914, werd de toren door de Duitsers opgeblazen en dit terwijl de toenmalige pastoor De Munter in de kerk werd opgesloten door de bezetters. Ze wilden hem als getuige dat ze alleen de toren wilden vernietigen. Na de oorlog werd in 1919, de toren met giften van de parochianen hersteld. Grondige herstellingswerken om redenen van algemeen verval gebeurden volgens een herinneringsplaat in het interieur in de jaren 1957-1958. Schilderijen: • Drieluik met taferelen uit het leven van de Heilige Stephanus, begin 17de eeuw • Christus aan het kruis, M. Vervoort, 1762 • Maria Hemelvaart en De steniging van de Heilige Stephanus, beide van N. Smeyers uit Mechelen, 1757 • Triomf van het Heilig Sacrament, Vlaamse school, 17de eeuw • Piëta, 17de eeuw • Onze-Lieve-Vrouw met Kind, 16de eeuw(?) • Geschilderde kruisweg, O. Tulpinckx (Brugge), 1877-1878 Beeldhouwwerk: • Heilige Amelberga, begin 17de eeuw en afkomstig uit de in 1976 gesloopte Amelbergakapel van 1626 • Gepolychromeerde houten piëta, Mathias Zens, 1896. Meubilair: •
• • • • • • • • •
Hoofdaltaar en noordelijk portiekaltaar (Onze-Lieve-Vrouw) zuidelijk portiekaltaar (Heilige Stephanus) in de zijbeuken 1759, Guillielmus van Cutsem, gemarmerd en geschilderd hout, het marmeren gebeurde in 1762 door J. Hainaux; lambrisering en koorgestoelte, Guillielmus van Cutsem, 1757-1758; lambrisering in het transept, 1775, Henricus Reraux; preekstoel, 1758, Jacques de Koninck; biechtstoelen, C. van den Elsken, 1752; classicistische biechtstoel voor hardhorigen in de sacristie, 1791; de communiebank, thans verbouwd tot altaar, werd in 1763 gesneden door N. van Elske en geplaatst in 1766 doksaal van 1755, Charles Randour; het orgel werd gebouwd in 1759-1761 door E. Le Blas uit Brussel, orgelkast afkomstig van de kerk van Asse, in 1783 en in het begin van de 19de eeuw werd het orgel gerestaureerd en uitgebreid. 18de-eeuwse doopvont van rood marmer
Gemeentehuis Mollem, Dorp 1, Mollem Voormalig gemeentehuis met achteraan aansluitende klassenvleugel, thans in gebruik als bibliotheekfiliaal en gelegen in het beschermde dorpsgezicht van Mollem. Het gemeentehuis vertoont een nagenoeg identiek uitzicht als dat van Bekkerzeel (Notelaarstraat nr. 6) en Kobbegem (Lierput nr. 15) en werd kadastraal ingetekend in 1864. Links van de deur gedenksteen voor de gesneuvelde oud-leerlingen van de Eerste Wereldoorlog. Via de Kasteelstraat rijden we verder richting Bollebeek. Via Velm bereiken we de Assesteenweg in Bollebeek. We steken over tot op het fietspad. Wie het wenst kan hof te Bollebeek gaan bekijken. Hoeve "Hof te Bollebeek", Bollebeekstraat 2, Bollebeek Typisch Brabantse hoeve met huidig gebouwenbestand opklimmend tot de 17de en 18de eeuw. Het complex werd beschermd als monument van het beschermde dorpsgezicht in Bollebeek-centrum. In 1117 schonk hertog Godfried I van Brabant zijn domein in Bollebeek, aan de vrouwenabdij in Vorst bij Brussel. Zo kwam niet alleen het Hof van Bollebeek, centrum van het domein, in handen van de abdij, maar verwierf de abdij ook het patronaat van de parochiekerk. De naam "Hof te Bollebeek" komt voor het eerst voor in een pachtbrief van 1438. Eeuwenlang oefende dit hof als één van de oudste bezittingen van de abdij van Vorst, een belangrijke impact uit op zijn omgeving. Bij het hof hoorde oorspronkelijk ook een inmiddels verdwenen watermolen. In loop van de 16de eeuw werd een eerste stenen huis gebouwd, maar in 1684 werd het grootste deel van het complex door brand vernield; voortgaande op de "Cronicke van Vorst" werd in 1687 gestart met de heropbouw "den 9 april 1687 hebben wij beginnen bauwen op het pachthof te Bollebeke een nieuwe scheure, waegenhuys, stalleken ende vier nieuwe poorten ende het hof alsoo rontom gesloten". Tot op dat ogenblik was het een open hoeve, bestaande uit losse bestanddelen met strodaken en doorkruist door de baan naar Asse, zoals blijkt uit de kaart opgemaakt door Ph. De Dyn in 1632; bij de heropbouw door de abdij werd de baan verlegd en evolueerde het hof naar een gesloten complex met binnenplaats. In dezelfde periode werd het hof trouwens gesplitst in een "Groot Hof" (Hof te Bollebeek) en een "Nieuw Hof", het huidige Hof ter Heiden (Terheidenboslaan 15,Kobbegem) volgens de kronieken van Vorst werden beide hoven in 1687 op kosten van de abdij verbonden door een lange eikendreef. In 1704 werd het opnieuw door brand geteisterd, maar in 1706 was alles met uitzondering van de schuur en het wagenhuis hersteld. Gesloten, monumentaal hoevecomplex met een ruime, gekasseide binnenplaats, waarvan de oudste bestanddelen opklimmen tot de 17de eeuw. Het ensemble vertoont een onregelmatige vijfzijdige plattegrond met het woonhuis en een aansluitende stal ten zuidwesten, bijkomende stallingen aan de zuid-, oost- en noordoostzijden en een monumentale schuur aan de noordwestzijde; de oorspronkelijk ommuurde moestuin en een poel liggen ten zuidwesten, en wel aan de buitenzijde van het gesloten complex, dat toegankelijk is via een eenvoudige, overluifelde poort in de noordelijke hoek tussen schuur en stal; in de houten latei staat het jaartal 1700 gegraveerd. Een tweede poort, de zogenaamde veldpoort, ligt in de westelijke hoek en gaf toegang tot de omliggende landbouwgronden. Centraal op de binnenplaats ligt de mestvaalt en ter hoogte van de woning staat een oude weegschaal. De noordwestzijde wordt volledig ingenomen door de monumentale, tweebeukige langsschuur met talrijke lichtgleuven in de zijpuntgevels. In de noordelijke zijgevel zitten twee rondboogpoorten in een zandstenen omlijsting met sluitsteen en imposten met vermelding AN NO 16 87; de linkerpoort, de voormalige toegang tot het erf, is thans gedicht; de sluitsteen hier draagt een afbeelding van de abdissenstaf. We rijden naar links. Hier komen we in het centrum van Bollebeek. Pastorie Bollebeek, Assesteenweg 7, Bollebeek Met begraasde voortuin en aflopende, omhaagde achtertuin. Het pand maakt deel uit van het beschermde dorpsgezicht in Bollebeek-centrum. Vrijstaand breedhuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder kunstleien zadeldak met de nok parallel aan de straat en sporen van een vroeger klokkentorentje, volgens A. Wauters gebouwd in 1829, kadastraal ingetekend Bladzijde 8
in 1892. We draaien rechts de Steenweg naar Kobbegem in. Parochiekerk Bollebeek, Pastoor Isidoor Stallaertplein 2, Kobbegem Georiënteerd, classicistisch zaalkerkje van 1759-1760 met ommuurd omringend kerkhof. De kerk en het orgel werden beschermd als monument. De kerk maakt bovendien deel uit van het beschermde dorpsgezicht in Bollebeek-centrum. Vóór de twaalfde eeuw maakte Bollebeek deel uit van een oud domein van de abdij van Nijvel; volgens J. Verbesselt stichtte de abdij hier in de tiende eeuw een parochie toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw; in 1117 verwierf de abdij van Vorst, dochterklooster van Affligem, het patronaatsrecht en dit tot het einde van het ancien regime. Volgens een afbeelding uit het kaartboek van Vorst van 1632 had het toenmalige kerkje vermoedelijk een romaans uitzicht met een klein rechthoekig koor en een romaanse toren. De huidige kerk werd gebouwd in 1759-1760, vermoedelijk met hergebruik van de zandsteen van de oude kerk voor de toren en westgevel. Volgens J. Ockeley, die zich baseert op kerkrekeningen, ging het om een volledig nieuwe bouw. Op 23 juni 1776 werd de kerk plechtig geconsacreerd. De plattegrond vertoont een éénbeukig schip van vier traveeën met ingebouwde westertoren en een driezijdige koorsluiting. Onderaan rechts is ingemetselde jaarsteen 1759. Hogerop een gevelsteen met het wapenschild van toenmalige abdis Marie-Françoise de Landas, zie initialen MFDL, en jaartal 1759. Ter hoogte van de kopgevel van het koor een gietijzeren Christus aan het kruis, gedateerd 1891. Schilderijen: • • • • •
Heilige Jacobus, zijluik van een drieluik, begin 17de eeuw Bekoring van de Heilige Antonius, circa 1760 Heilige Rochus van Montpellier, circa 1760 Aanbidding van de drie Wijzen, 18de eeuw altaarstuk Calvarie met Maria Magdalena, 19de eeuw.
Beeldhouwwerk: • • • • •
Sint-Anna-ten-Drieën, tweede helft 16de eeuw, vernieuwd gepolychromeerd hout; Heilige Antonius abt, eerste helft 17de eeuw, vernieuwd gepolychromeerd hout; Heilige Apollonia, eerste helft 17de eeuw, gepolychromeerd hout; Heilige Rochus van Montpellier, eerste helft 19de eeuw, gepolychromeerd hout; Beeldengroep Onze-Lieve-Vrouw met kind overhandigt de rozenkrans aan de Heilige Dominicus, tweede helft 19de eeuw, gepolychromeerd hout.
Meubilair: • • • • • •
Barok portiekaltaar van gemarmerd hout, circa 1760. Koorgestoelte, communiebank, thans verbouwd tot altaar daterend uit de bouwperiode. Preekstoel en biechtstoelen, alle van eik en daterend uit de bouwperiode. Orgel uit de periode 1835-1850, F. Loret-Vermeersch. Arduinen doopvont met deksel van messing, circa 1760. Eiken lambrisering met heiligenmedaillons, circa 1760.
We rijden verder richting Kobbegem. Bemerk rechts het bosrijke stroomgebied van de Grote Molenbeek die hier uiteraard Bollebeek wordt genoemd.We nemen het tweede straatje naar links, Veldeken. Tenzij je ook Kobbegem en één van de bronnen van de Molenbeek wil bezoeken. We vervolgen met de informatie over de monumenten in Kobbegem. Een bron van de Molenbeek vindt je in de Broekstraat op de linkerkant een mooie vijver. Brouwerij "Den Hert", nu "Mort-Subite",Lierput 1, Kobbegem Voorheen brouwerij "Den Hert", thans "Brouwerij Mort-Subite", één van de weinige nog actieve lambicbrouwerijen.
Volgens de meest recente gegevens zou er al in 1604 sprake zijn van een brouwerij met pachthof die tot 1694 eigendom was van een zekere Joris Van der Hasselt. In 1721 werd er gebrouwen door de familie Bastaerts. Door huwelijk en nalatenschap kwamen de brouwerij en het bijhorende pachthof via Jan Baptist Bastaerts (1787-1869) in 1869 in het bezit van Felix Jan De Keersmaeker (1840-1912) wier afstammelingen zich zouden toespitsen op de artisanale productie van geuze en lambic "Mort Subite". Bij het begin van de 20ste eeuw telde de boerderij 44 ha weiland en akkers, negen paarden en een dertigtal runderen; daarmee was het één van de grootste landbouwbedrijven uit de omgeving. De brouwerij produceerde toen lambic met gerst, tarwe en hop van eigen gewin. De uitbating van de hoeve werd stopgezet en geleidelijk kwam de brouwerij opnieuw tot bloei. In 1989 werd een samenwerkingsakkoord gesloten met de Alken-Maesgroep en in 2001 werd de brouwerij volledig opgenomen in deze groep. Beeldbepalend bedrijfscomplex met brouwzaal en bijhorende brouwerswoning uit de jaren 1940, gelegen op de hoek met de Lepperstraat. Enkele brouwerij- en hoevegebouwen,waarvan de oudste gedeelten opklimmen tot de tweede helft van de 19de eeuw, doch grotendeels daterend uit de eerste helft van de 20ste eeuw, bleven bewaard maar grondig aangepast en zijn thans gedeeltelijk buiten gebruik. Functionele baksteenarchitectuur op het kadaster ingetekend in 1943. De brouwerswoning wordt bovendien gemarkeerd door meerdere erkers, een balkon en oculi, eigen aan de ontwerpperiode. De brouwzaal met de koperen brouwketels uit 1936 zijn zichtbaar vanop de straat. Op de derde bouwlaag staat de ijzeren putwaterbak en een oude graanpletmolen (LMS, Jupille-Liège-Belgique), De oude stallingen ten noordoosten zijn thans ingericht als administratieve ruimten en omvatten nog de oorspronkelijke troggewelfjes op ijzeren zuiltjes; de stallen verder ten noordoosten zijn thans in gebruik als opslagruimte. Parochiekerk Sint-Gorik en -Magdalena, Lierput 7, Kobbegem Georiënteerde, gotische pseudo-basiliek, opklimmend tot het einde van de 14de eeuw of het begin van de 15de. De kerk ligt in een bocht van de klimmende straat en wordt tot op heden omgeven door een ommuurd kerkhof. Rechts van de toegang ligt het monument voor de gesneuvelden. De kerk is beschermd als monument sinds1938. De dubbele patroonheilige refereert aan het bestaan van twee kerken in Kobbegem in de 14de-15de eeuw. Eenerzijds de Sint-Gorikskerk nabij het huidige Torenhof, (Torenhof 7), en de Maria-Magdalenakapel op deze plaats. Aanvankelijk bestond Kobbegem immers grotendeels uit een agrarisch domein waarvan de opbrengst in de 8ste-9de eeuw in handen kwam van de Sint-Baafsabdij van Gent. Tot dit domein, waarvan de kern zich situeerde in het gebied ten zuiden van de Molenbeek in de omgeving van het huidige Torenhof, behoorde ook een kerk, de Sint-Gorikskerk, die ontstaan was als eigenkerk op het einde van de 8ste of in het begin van de 9de eeuw. Circa 1100 verkreeg ook de abdij van Affligem vaste voet in Kobbegem, meer bepaald in het onbebouwde en onontgonnen gedeelte ten noorden van de Molenbeek die de gemeente nagenoeg halveert. Hierdoor ontstond een nieuwe woonkern in de omgeving van de huidige Sint-Goriks- en Magdalenakerk. Op het einde van de 14de of in het begin van de 15de eeuw, volgens J. Verbesselt in 1356, werd hier een kapel gebouwd die werd toegewijd aan Maria-Magdalena. Jarenlang was er een sterke concurrentie tussen beide kerken, strijd die in de 16de eeuw beslecht werd in het voordeel van Sint-Magdalena aangezien de bevolkingskern rondom de Magdalenakapel geleidelijk aan belang won, vermoedelijk mee bepaald door de veiliger ligging over de Molenbeek in een periode waarin Kobbegem geteisterd werd door oorlog en geweld. Er vond een dorpsverschuiving plaats van de oude naar de nieuwe kerk, de eredienst evenals de patroonheilige werden naar hier overgebracht. De oude Sint-Gorikskerk bleef na de godsdiensttroebelen in puin liggen. De huidige middenbeuk zou als oudste deel van de kerk opklimmen tot het einde van de 14de of het begin van de 15de eeuw; J. Verbesselt haalt in deze context het jaartal 1356 aan. De laatgotische westertoren werd volgens geschreven bronnen opgetrokken in het begin van de 16de eeuw; bouwkundig onderzoek leverde echter geen elementen om aan te nemen dat de toren onafhankelijk van het schip werd gebouwd; het blijft dus een open vraag of de toren al dan niet gelijktijdig met het schip is opgericht zoals J. Verbesselt aanneemt. De zijbeuken werden toegevoegd in het begin van de 17de eeuw na de teloorgang van de Sint-Gorikskerk. In 1645 werd de kerk vergroot waardoor de oorspronkelijk aan drie zijden vrijstaande westertoren ingebouwd werd, zie jaarsteen in de zuidelijke zijbeuk. Wellicht werd in dezelfde periode het kruisribgewelf aangebracht ter vervanging van het voorheen houten plafond, zie jaartal 1649 op een kraagsteen. Het koor werd opgetrokken in de tweede helft van de 18de eeuw, kort na 1765 toen werd het bouwvallige, smallere koor vervangen. De sacristie ten slotte dateert uit het begin van de 20ste eeuw. Bladzijde 10
In 1895 werden de vensters gerestaureerd en nieuwe glas-in-loodramen werden ingebracht. In de periode 19091913 werden naast dringende herstellingswerken aan de toren ook algemene restauratiewerken uitgevoerd. Bovendien werd in deze periode de neogotische sacristie gebouwd. Een nieuwe herstel- en onderhoudscampagne gebeurde in de periode 1967-1971. Ten gevolge van de complexe bouwgeschiedenis waarbij de diverse delen in uiteenlopende perioden werden opgetrokken, vertoont de kerk een vrij heterogeen uitzicht met gevarieerde stijlkenmerken en een sterk wisselend dakenspel. De plattegrond ontvouwt een Latijns kruis met een kort driebeukig schip van twee traveeën en een ingebouwde, vierkante westertoren. De laatgotische westertoren met octogonale traptoren met spiltrap en lichtgleuven op de noordwestelijke hoek. Een rondboogpoort zit gevat in een bij de barok aansluitende, geprofileerde en geringde omlijsting van blauwe hardsteen met jaartal 1683 in de voluutvormige sluitsteen. De tweede travee aan de zuidzijde draagt sporen van een gedichte rondboogdeur, de vroegere paradijspoort of rechtstreekse toegang tot het kerkhof. De zuidelijke transetparm is vrij eenvoudig met spitsboogvenster met neogotisch maaswerk en een jaarsteen 1645. De noordelijke transeptarm daarentegen is verrijkt met gesculpteerde maskerkopconsooltjes, uitgewerkte schouderstukken en krulspieankers. Het koor met een gedrukt tongewelf is versierd met achttiende-eeuws stucwerk in de vorm van een stralenmedaillon met de voorstelling van de Heilige Geest omringd door engelenfiguurtjes Schilderijen: altaarstuk met de Kruisafname, tweede helft 17de eeuw. Beeldhouwwerk: • Sint-Gorik, 18de eeuw, gepolychromeerd hout; • Sint-Magdalenaschrijn van circa 1750, afkomstig van een gesloopte kapel in de Langestraat, lindehout. Meubilair: • Barok hoofdaltaar met 18de-eeuwse beelden van de patroonheiligen en jaartal 1649, gemarmerd hout. • Zijaltaren respectievelijk toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Gorik, beide van zandsteen; deze altaren kwamen aan het licht bij de algemene restauratiewerken in 1912 en dateren uit het einde van de 13de of het begin van de 14de eeuw, ze zijn mogelijk afkomstig van de oude Sint-Gorikskerk. • Koorlambrisering met medaillons van de vier evangelisten, C.G. Van der Haegen, 1789-1790. • Eiken biechtstoel door J.B. De Vidts, 1737. • Orgel, P.J.(?) De Volder, 1815(?). • Glasramen uit het einde van de 19de eeuw, in koor en transept respectievelijk 1896 en 1895 gedateerd. Gemeentehuis Lierput 15, Kobbegem Voormalig gemeentehuis uit het derde kwart van de 19de eeuw met bijhorende klassenvleugel van circa 1950. Het gemeentehuis vertoont een gelijkaardig uitzicht als dat van Bekkerzeel en Mollem en werd op het kadaster ingetekend in 1871. Pastorie Kobbegem, Broekstraat 14 De huidige pastorie werd opgetrokken in 1792-1794 in een sobere classicistische stijl en beantwoordt aan de klassieke typologie betreffende pastorieën: een vrijstaand breedhuis met dubbelhuisopstand van vijf traveeën en twee bouwlagen onder pannen zadeldak met de nok parallel aan de straat. De gevonden steenkappertekens zouden naar analogie van elders geregistreerde tekens verwijzen naar steenkapper N. Boudart in de tweede helft van de 18de eeuw. We rijden Veldeken in en merken links de kapel Kapel van Heilige Isidorus, Veldeken , Bollebeek Kapel toegewijd aan de Heilige Isidorus. Schuin ingeplante kapel op rechthoekige plattegrond. Eenvoudig baksteenbouw op gecementeerde plint onder overkragend zadeldak, uit het einde van de 19de eeuw, kadastraal ingetekend in 1898. Houten altaar met neorococo decoraties en nis met beeld van de Heilige Isidorus, patroon van de landbouw. We draaien mee naar links en daarna draaien we rechts Broekweg in. We rijden
over een zijtak van de Molenbeek en belanden opnieuw in Merchtem(Brussegem) hoewel we op 200 meter van de kerk van Bollebeek zijn. We komen aan de Steenweg op Asse en rijden naar links. We steken de Steenweg over en rijden de Koolterstraat in. En draaien daarna links de Kersgatstraat in. Net voor we de Molenbeek oversteken zien we links een kapel. Na een stevig klimmetje bereiken we onder de hoogspanning opnieuw Velm. We draaien rechts in. En bereiken opnieuw de Kasteelstraat. Boerenhuis, Kasteelstraat 12, Mollem Vrijstaand, achttiende-eeuws boerenhuis, als monument beschermd en gelegen in het beschermde dorpsgezicht van Mollem. De jaarsteen 1708 boven de deur verwijst vermoedelijk naar het bouwjaar. De oorspronkelijke indeling met uiterst links de opkamer boven een gewelfde kelder en rechts een op de woning aansluitende stal, bleef behouden. Ook de oorspronkelijke balkenstructuur met onder meer een moerbalk op sloffen en de gotische schouwen bleven bewaard; opkamer met bakstenen Vlaamse haard en zwart-rode tegelvloer; gewelfde kelder. We rijden via Mollem dorp opnieuw naar de Neerkamstraat om daar het molengebouw van de andere kant te bekijken. We draaien links tot we in de boven in Schemershoek komen. We rijden naar rechts waar we even naar de voormalige brouwerij kijken. Voormalige brouwerij, Schemershoek 12, Mollem Voormalige brouwerswoning met links de voormalige brouwerij, uit het begin van de 20ste eeuw, kadastraal ingetekend in 1903. Het gesloten complex, dat in de loop van de 20ste eeuw meermaals werd aangepast en/of uitgebreid, bestaat uit functionele bakstenen gebouwen met vrij gesloten uitzicht en rechthoekige muuropeningen. Onderkelderde brouwerswoning in de vorm van een vrij eenvoudig, neoclassicistisch herenhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder schilddak, uit het begin van de 20ste eeuw. Beglaasde ijzeren deur met monogram RD. Rechts naast de deur een voetschraper. Aflijnende houten kroonlijst op klossen boven een rij steigergaten met leeuwenkopvulling. Daarna draaien de volgende straat rechts in en dan links het doodlopend straatje in om dezelfde weg terug te keren langswaar we vanuit Merchtem kwamen. Zo komen we terug aan de Ichelgem Watermolen. Nu gaan we “te voet” rechts over de brug. En dan naar links. Dit is een prachtig romantisch plekje zelfs zonder het waterrad. We gaan rechts de aardenweg naar boven. Tenzij je niet van een klimmetje houdt. Dan keer je terug en gaat weer de brug over om via de Koeweidestraat en Meiregemstraat Merchtem te bereiken. Maar wij nemen het klimmetje door het bos te voet of met een kleine fietsversnelling. Boven gekomen gaan we rechtdoor en nemen daarna de Strijdlandstraat naar links. Van hierboven hebben we mooi zicht op de loop van de Grote Molenbeek. We rijden naar beneden en gaan op de T-splitsing naar links. Voor de brug gaan we rechts en volgen het paadje naast de Molenbeek tot in Merchtem. Het eerste paadje links en we belanden in de Slagmolenlaan. Die we naar rechts inrijden. Daarna komen we in de. Als we een beetje naar rechts gaan zien we aan de overkant de Slagmolenhoeve. Hoeve "Slagmolenhof", Maurits Sacréstraat 58, Merchtem Hoeve "Slagmolenhof" eertijds deel uitmakend van het goed Terspelt doch er nadien als bruidsgift van gescheiden. Middelgrote hoeve met geplaveide binnenplaats beschaduwd door een notelaar, met behouden traditionele kern uit 17de-, 18de eeuw. Deze hoeve is beschermd erfgoed. In Kalkovenlaan rijden we dus naar links en onmiddellijk over de beek naar rechts De zippe in. Vervolgens rechts de fietsweg in. Over de beek onmiddellijk naar rechts. Zo rijden we nu voorbij de Slagmolenhoeve. Daarna rijden we links de Maurits Sacréstraat in. Tot aan de drukke Brusselsesteenweg die we oversteken en waar we de Puursstraat inrijden. Na 200 meter links het paadje in waar we opnieuw de Binnemolen bereiken. Bladzijde 12
We rijden over de kasseien en belanden op de Reedijk die we oversteken en het grindpaadje inrijden. Zo komen we in de Burchtlaan waar we recht op “De Motte” rijden. We steken over en gaan naar rechts. Dienstgebouw van kasteel De Motte , Burchtlaan 41, Merchtem "De Motte", of eertijds "den Bergh", voormalige eigendom der heren van Merchtem die er na de verwoesting van hun eerste burcht , de zogenaamd "De Borght" of "de Burcht". Kavel naast de kerk en bij de Molenbeek, omringd door een brede watergracht, en waarop de burcht was opgetrokken die circa 1400 samen met de naburige Binnenmolen door de hertogen van Brabant aan de Pipenpoys werd afgestaan en circa 1580 werd verwoest; nadien bouwden de plaatselijke heren een nieuw kasteel op een kavel ertegenover, de Motte. Heden staat er op de burcht(Reedijk) een landhuis van 1883. In 1580 werd een nieuw kasteel optrokken. Het Louis XV-kasteel dat in 1768 door M. Peeters werd gebouwd doch in 1796 en 1798 reeds gedeeltelijk verwoest was, werd, pas hersteld, in 1822 ten slotte afgebroken. Het bestond uit een ruime hoofdvleugel, twee losstaande haakse dienstgebouwen (paardenstal en koetshuis) waarnaar een in 1714 aangelegde dreef heen leidde. Het kasteel en een der aanhorigheden werd afgebroken, het goed werd verkaveld, de dreef vernield. Het overblijvend dienstgebouw werd, na de aanpassing tot woonhuis in 1822, een tweede maal circa 1955 verbouwd . Dit dienstgebouw vinden we hier terug op Burchtlaan nr41. Verspreid in de tuin liggen bewaarde sluit-, boog- en pijlerstenen van arduin (toegangspoort), het gesmeed ijzeren hek, en enkele zandstenen blokken afkomstig van de kroonlijst van het andere, afgebroken dienstgebouw. Heden éénlaags, gecementeerd woonhuis met schilddak (pannen), waarvan de constructie, de houten dakkapellen, de kroonlijst (?, zelfde profiel als de stukken in de tuin) en de arduinen deur nog oorspronkelijk zijn. Een gelijkaardige Louis XV-deur doch verbreed en twee losse sluitstenen van arduin werden in het naburig recente huis (nr. 39) herbruikt (circa 1964): posten en steekbooglatei met breed, doorlopend profiel en grote schelpsluitsteen. We rijden juist voor de grote parking links het asfalt paadje in. Let op dat je niet in de Molenbeek rijdt want ze kronkelt en ligt op amper 1 meter van het fietspad. We gaan over de Molenbeek en rijden nu op de linkeroever. We berijken nu de Langevelde watermolen. En gaan rechts de brug over. Watermolen Langevelde, Langevelde 6, Merchtem Heropgebouwd in 1914, jaartal en initialen JDS/ 19 VDB/ 14 op de consoles van de inrijpoort. Op 19 juli 1487 verleende de ontvanger van Overzenne, Gosuin Vandernoot, de toestemming aan de erfgenamen van Sire Hendrik Pipenpoy (heer van Merchtem) om een wateroliemolen te bouwen. In 1559 werd de molen gebruikt als drafmolen. In 1837 werd de molen omgevormd in papiermolen, maar sinds 1842 werd er enkel graan gemalen. Rond 1900 werd het onderslag waterrad vervangen door een turbine. De laatste molenaar was Cyriel De Smedt. De molen werd in 1961 stilgelegd, waarbij de turbine werd verwijderd. Het gebouw werd gerenoveerd. Een gedeelte van het binnenwerk is nog aanwezig. In de molen staat nog een pletmachine, aangedreven door elektriciteit waarmee nog af en toe graan wordt geplet door dierenvoeding. 10 meter voorbij de molen kan je opnieuw links op een brugje een mooi zicht op de stuw van molen bekijken. We blijven Langvelde volgen langs links tot we het kruispunt bereiken. We draaien links Terlinden in. We rijden over de Grote Molenbeek en de Oude beek. We blijven rechts aanhouden tot we in de Bontestraat komen. Waar deze straat scherp naar links draait gaan wij rechtdoor de veldweg in. Zo rijden we voorbij de samenvloeiing van beide beken. We bereiken de Marselaermolen en draaien rechts en rijden over de beek. Wie niet graag op een hobbelige aarden wegel rijdt. Draait met de Bontestraat mee naar links. En draait de eerstvolgende naar rechts het doodlopend straatje in. Marselaersmolen Bontestraat 35 Steenhuffel
Hij is gelegen aan de Bontestraat te Steenhuffel en werd in de jaren '80 beschermd als monument. Een waardevolle molenaarswoning sluit op de Marselaersmolen aan. De maalinrichting is nog steeds aanwezig. De molen was eertijds als leengoed in het bezit van de gelijknamige, sedert de 12de eeuw vermelde familie, en achterleen van Brabant. Het huidig molenaarshuis behoudt nog een kern uit het eerste kwart van de 18de eeuw, doch werd, evenals de overige dienstgebouwen en de schuur, aangepast tijdens de 19de eeuw. De molen is beschermd onroerend erfgoed. Eens we over de beek zijn kan je kiezen hoe je rijdt. Ik opteer links nog even de beek te volgen. Maar je kan ook rechtdoor. Je belandt sowieso in de drukke Robbroekstraat. Die volgen we op het fietspad eventjes naar rechts. En steken dan over om een bijna onzichtbare aarden weg in te rijden. Maar geen nood want de weg wordt snel beter. We rijden over de Robbeek en komen in de Robbeekstraat die we naar links volgen. Dan gaan we links de Rossemstraat in. Op de T-splitsing nemen we links “Over de beek”. Na 200 meter gaan we links het smalle asfalt pad in. Rijden over de Grote Molenbeek en bereiken opnieuw Steenhuffel. We steken de Sint-Niklaasstraat over en gaan 10 meter naar links, daarn rechts in en rechtdoor tot op de T-splitsing en daar naar rechts. Zo belanden we opnieuw aan de kerk in Steenhuffel.
Afdrukken van de plannetjes in zwart-wit. Wie de plannetjes in zwart-wit afdrukt moet er op letten dat de legende de juiste grijstinten heeft. De afdruk van de legende moet van boven naar onder steeds donkerder worden.
Als dit niet zo is, dan zal het plan moeilijk leesbaar zijn. Gebruik dan in Acrobat Reader de “Geavanceerde” afdrukopties : “Afdrukken als afbeelding” en/of “Printer de kleuren laten bepalen”
Bladzijde 14
7 watermolens fietsroute © copyright Stijn Laureys, Buggenhout-Opdorp
Bladzijde 16