Voortgangsrapport DOC.NR. AAN
- Economie
:
Kempense stakeholders en actoren
:
CC : AUTEUR
BETREFT
:
Mark Meesen
:
Streekpact: voortgangsrapport ‘Economie’
TER BESPREKING
TER INFORMATIE
DATUM
:
TER VERDUIDELIJKING
5 januari 2010
ANTWOORD A.U.B.
VERTROUWELIJK
Inleiding Dit document wil een eerste verkennend voortgangsrapport zijn voor de basispijler Economie van het Streekpact van RESOC Kempen. In dit voortgangsrapport wordt een inschatting gemaakt van de mate waarin de doelstellingen met betrekking tot de basispijler Economie reeds gerealiseerd zijn of uitgevoerd gaan worden. Op basis van deze analyse worden er vaststellingen en aanbevelingen gedaan. Concreet werd er een analyse gemaakt van volgende strategische doelstellingen: 1. Stimuleren van ondernemerschap 2. Voorzien van voldoende en goed uitgeruste economische infrastructuur 3. Mobiliteit: garanderen van de toegankelijkheid van de Kempen als regio, als van de woonkernen en economische centra in de Kempen zelf. 4. Innovatiekracht van de Kempen verhogen 5. Stimuleren lokaal economisch beleid 6. Promotie van de Kempen als woon-, werk-, investerings- en toeristische regio. Dit voortgangsrapport werd opgesteld op basis van een brede inventarisatieoefening die heeft plaatsgevonden van september tot december 2009. Via interviews met betrokken stakeholders (sociale partners, intermediairen, kennisinstellingen…1) werden lopende en toekomstige projecten in kaart gebracht. Deze informatie moet nog verwerkt worden in projectfiches. Deze zullen in een later stadium geconsulteerd kunnen worden.
1
VOKA,
UNIZO,
Innovatiecentrum
Antwerpen,
IOK,
SPK,
Innovatiesteunpunt
Boerenbond,
Vlaamse
Landmaatschappij, VITO, RURANT, VKW, Toerisme Provincie Antwerpen, Dienst Economie Provincie Antwerpen
1
Dit rapport is een eerste verkennend rapport. Het pretendeert geen volledig overzicht te bieden van alle in de Kempen lopende acties. Bij het bespreken van de vaststellingen en de aanbevelingen moet dit in het achterhoofd gehouden worden. Het voortgangsrapport is als volgt opgebouwd: - Inleiding - Analyse van de strategische doelstellingen - Samenvatting - Bijlagen
2
Analyse van de strategische doelstellingen STRATEGISCHE DOELSTELLING 1: Stimuleren van ondernemerschap
Om nieuwe en performante bedrijfsactiviteit te ontwikkelen, kunnen acties worden onderscheiden die zich richten op de opstart van nieuwe ondernemingen en de begeleiding van opgestarte ondernemingen. OPSTART NIEUWE ONDERNEMINGEN Einde 2008 telt de Kempen 30.098 actieve (BTW-plichtige) ondernemingen. Het aantal actieve ondernemingen is in de Kempen in de laatste jaren relatief sterk toegenomen. In de periode 2006 – 2008 is dit een stijging van 9,3 % tegenover een gemiddelde stijging van 6,9 % in Vlaanderen. Om het aantal actieve ondernemingen goed te kunnen evalueren, kan het aantal worden uitgedrukt als percentage van de actieve bevolking, dit is de zogenaamde ondernemersquote. De Kempen heeft in 2007 een ondernemersquote van 14,4% (tegenover 13,9% in 2005). Vlaanderen heeft in 2007 een ondernemersquote van 15,8% in Vlaanderen (tegenover 15,4% in 2005). De Kempen heeft de kloof tussen 2005 en 2007 nauwelijks verkleind. De oprichtingsratio in de Kempen (dit is het aandeel opgerichte ondernemingen in de loop van een jaar ten opzichte van het aantal actieve ondernemingen in het begin van het jaar) bedroeg 9,2% in 2008 (t.o.v. 8,5% in Vlaanderen). Het aandeel ondernemingen dat verdwijnt (uitgedrukt in procent van het aantal actieve ondernemingen) bedroeg in de Kempen 6,6% in 2008 (t.o.v. 6,4% in Vlaanderen). Wanneer de oprichtings- en uittrederatio aan elkaar worden gekoppeld bekomt men de netto groeiratio. Die geeft weer hoeveel ondernemingen er netto zijn bijgekomen in verhouding tot het aantal actieve ondernemingen. In 2008 ligt de netto groeiratio ligt hoger in de Kempen (2,6%) dan in Vlaanderen (2,1%).
Ratio
Regio
Oprichtingsratio
Kempen
9,5
9,2
Vlaanderen
8,8
8,5
Kempen
7,0
6,6
Vlaanderen
7,0
6,4
Kempen
2,5
2,6
Vlaanderen
1,8
2,1
Uittrederatio
Netto groeiratio
2007
2008
Tabel 1: oprichtingsratio, uittrederatio en netto groeiratio Arrondissement Turnhout en Vlaanderen Bron: Kruispuntbank van ondernemingen, (bewerking: RESOC Kempen)
Verbetering imago ondernemerschap bij het grote publiek en kansengroepen Een gunstig imago rond ondernemerschap creëren betekent onder meer dat succesvolle ondernemers naar waarde dienen geschat te worden, en falingen niet worden gestigmatiseerd. Er bestaan verschillende bottom-up acties in de Kempen. Aan de Open Bedrijvendag van 2009 namen in totaal 461 bedrijven uit Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest deel, waarvan 33 bedrijven uit het arrondissement Turnhout (7% van totaal). Deze Open Bedrijvendag stond in het teken van sociale economie. Vanuit de regio namen er 9 sociale economiebedrijven deel. De Stad Turnhout nam in 2007 deel aan de groepsactie Open 3
Bedrijvendag 2007. De stad en 12 bedrijven sloegen de handen in elkaar om de lokale economie en de stad te promoten. De Open Bedrijvendag 2010 vindt plaats op 3 oktober. Aan de Dag van De belangrijkste de klant (UNIZO) nemen jaarlijks vele Kempense zelfstandigen deel. ondernemersprijzen in de Kempen zijn de Excellente Onderneming Award van het arrondissement Turnhout (POM Antwerpen en Voka Kempen), de Ondernemersprijs (Voka Kempen), de Pluimen (Unizo Turnhout), de Kei van Mol (Unizo Mol), de Kempenaar (VKW) en de provinciale gazellen (Trends). Ook een aantal gemeenten reiken ondernemersprijzen uit (o.a. Prijs Ondernemen Laakdal). Het Maandblad Ondernemers (VOKA) en de Vakmansroute (UNIZO) tenslotte dragen bij tot de verbetering van het imago van het ondernemerschap. Aanbeveling: De opportuniteit van open bedrijvendagen moet aangewend worden als een vorm van PR en externe communicatie om draagvlak te creëren bij de Kempense bevolking rond de verschillende speerpuntsectoren. Concreet wordt er een specifieke, Kempense invulling van de open bedrijvendagen 2010 gevraagd, waarbij geconcentreerd wordt op een specifiek thema, bijvoorbeeld milieu- en energietechnologie. Rol van het onderwijs Het onderwijs kan bijdragen tot het bevorderen van ondernemerschap bij de leerlingen door de juiste attitude en ondernemerschapscompetenties te stimuleren. De leerkrachten en docenten vervullen hierbij een belangrijke rol. De verschillende acties om het ondernemerschap bij leerlingen te bevorderen vindt u in bijlage 1. Aanbeveling: Waar mogelijk moet een verdere afstemming van de bestaande projecten worden gerealiseerd. Zowel VOKA en VLAJO als UNIZO hebben waardevolle projecten en meer samenwerking kan leiden tot kruisbestuivingen. Er zijn extra inspanningen nodig om ook leerlingen uit ASO en BUSO te bereiken. VOKA, VLAJO en UNIZO moeten de bedrijven nog meer warm maken om aan deze initiatieven mee te werken door o.a. het aanbieden van bedrijfsbezoeken en de coaching van miniondernemingen.
RTC Antwerpen coördineert stages voor leerkrachten in de provincie Antwerpen. In 2008 volgden in heel Vlaanderen slechts 36 leerkrachten een stage. Omwille van het beperkt succes werden de stages recent door Vlaams Minister van Onderwijs Pascal Smet afgeschaft. Tweejaarlijks organiseren VLAJO en VKW een bedrijvendag voor leerkrachten/docenten uit basis-, secundair en hoger onderwijs. Het project ‘Train the trainer ‘ (UNIZO) wil ondernemerschap via workshops onder de aandacht brengen van de lesgevers.
Aanbeveling: Aan de Minister van Onderwijs wordt gevraagd om leerkrachtenstages opnieuw in te voeren en een flexibel kader te creëren waardoor het voor scholen en leerkrachten mogelijk is om zonder te veel organisatorische problemen hieraan deel te nemen. De stages moeten organiek ingebed worden in de opdracht van de leerkrachten en de administratieve rompslomp moet worden verminderd. Opstart van ondernemingen vanuit kansengroepen Het departement Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI) berekende dat in 2007 in Vlaanderen slechts 34% van de ondernemers van het vrouwelijke geslacht is en slechts 5% een andere nationaliteit heeft dan de Belgische.
4
• Ondernemen werkt Het ESF-project ‘Ondernemen werkt’ (11/2008 – 11/2010) wil werkzoekenden met ondernemersaspiraties begeleiden naar een zelfstandige activiteit. Het project is een samenwerking tussen VDAB, UNIZO, SVMB (Sociaal Verzekeringsfonds voor zelfstandigen) en Syntra. De VDAB detecteert werkzoekenden met ondernemersaspiraties en screent op ondernemerscompetenties. Indien de werkzoekende slaagt in de screening, wordt hij doorverwezen naar UNIZO. UNIZO neemt de trajectbegeleiding van de werkzoekenden op zich. De eerste fase omvat een intake en oriëntering en eventueel een opleiding bedrijfsbeheer. De tweede fase omvat de intensieve begeleiding naar de eigenlijke opstart van de zelfstandige activiteit door UNIZO of een activiteitencoöperatie. Tussen november 2008 en juli 2009 werden in het arrondissement Turnhout 65 werkzoekenden door de VDAB naar UNIZO werden doorverwezen (zie tabel 1). Hiervan werden 48 personen opgenomen in fase 1 bij UNIZO. Van de 13 personen die fase 1 reeds doorlopen hebben, kregen 3 personen een positief advies om verder te gaan naar fase 2 bij UNIZO of activiteitencoöperatie Coactief. Dit betekent dat 4,6% van de door de VDAB doorverwezen werkzoekenden uiteindelijk in fase 2 terechtkomt (tegenover 9,5% gemiddeld in Vlaanderen). Cijfers over het aantal personen dat effectief een zelfstandige activiteit opstart zijn voorlopig niet bekend.
1 Fase 1 Fase Arrondissement Doorverwijzing Fase VDAB opgenomen uitgevoerd bezig
2 Fase 2 bezig/ doorverwijzing VDAB (in%) 5,3
Antwerpen
150
126
39
8
Turnhout
65
48
13
3
4,6
Mechelen
34
24
8
4
11,7
VLAANDEREN
661
504
155
63
9,5
Tabel 2 : Aantal werkzoekenden in traject ‘Ondernemen werkt’ (cijfers van 11/08 tot en met 07/09) Bron: VDAB (bewerking: RESOC Kempen)
•
Activiteitencoöperatie Co-Actief
Co-actief, opgericht in 2005, is een activiteitencoöperatie die werkzoekenden begeleiding biedt bij de opstart van een eigen zaak. Co-Actief heeft naast de centrale werking in Antwerpen sinds 2009 ook een onthaalpunt in de werkwinkel van Turnhout. Kandidaat-ondernemers krijgen na een voorbereidende fase van 2 à 6 maanden gedurende 1 jaar het statuut van gesalarieerd ondernemer. De kandidaat-ondernemer behoudt zijn uitkering en kan extra inkomsten verdienen door de uitvoering van zijn activiteit. Na een interim-periode van maximum 1 jaar kan men besluiten of het project al of niet rendabel genoeg is om op zelfstandige basis verder uit te voeren. Co-actief telt momenteel 32 Co-actievers (kandidaten in de voorbereidende fase en de facturatiefase), waarvan 10 afkomstig uit het arrondissement Turnhout (31%). Vijf Kempenaars startten een eigen onderneming na het Co-Actief-traject. Zes Kempenaars kenden een andere positieve uitstroom (vb. werk, loondienst…).
Aanbeveling: In de regio stromen slechts weinig kansengroepen door naar ondernemingsprojecten. De oorzaken hiervan moeten onderzocht worden. Er moet verder ingezet worden op ondernemerschap bij vrouwen, allochtonen en 45+’ers.
5
Oproepen ondernemerschap Met de oproepen Ondernemerschap geeft het Agentschap Ondernemen (AO) steun aan ondernemerschapsprojecten via een wedstrijdprocedure. Ondernemingen en privaatrechtelijke entiteiten (vb. vzw’s) kunnen projecten indienen en de beste projecten worden weerhouden en gesubsidieerd. Er waren reeds drie oproepen met als thema’s kansengroepen (vrouwen en 45+), allochtonen en geïntegreerde financiering. Er werden in totaal 29 projecten goedgekeurd, geen enkel project uit de Kempen (zie bijlage 2) Momenteel loopt de vierde oproep waarbij projecten zullen worden ondersteund die inspelen op continuïteitsmanagement (overdracht/overname van ondernemingen) of groeipijnen van gazellen (snel groeiende ondernemingen). Aanbeveling: De oproepen Ondernemerschap van het AO dienen in de regio meer bekend gemaakt te worden door de werkgeversorganisaties. Kempense bedrijven moeten gestimuleerd worden om hierop in te tekenen.
BEGELEIDING OPGESTARTE ONDERNEMINGEN De stap naar het oprichten van een onderneming moet niet alleen aangemoedigd worden, ook verdere steun en advisering is nodig eens de onderneming is opgestart. Een professionalisering van de ondernemers via gerichte begeleiding en ondersteuning kan bijdragen aan de gezondheid van de onderneming en een daling van het aantal falingen teweegbrengen.
Startersbegeleiding De UNIZO Startersservice organiseert gratis infosessies in de Kempen, starterscursussen en eenmaal per jaar de Vlaamse startersdag. Het nieuwe project ‘Startinstructeur & startsimulator’ biedt persoonlijke begeleiding en een online stappenplan. Het project ‘De ondernemerscoach’ liep in 2008 in de Kempen maar wordt niet verder gezet in de streek. Bij VOKA worden starters in contact gebracht met deskundigen via startersavonden en de Week van de Starter. Tijdens de Week van de Starter wordt ook de Dag van de Groeier georganiseerd. Ook een aantal steden en gemeenten bieden advies aan voor starters. Aanbeveling: Het is belangrijk om de noden en behoeften van de startende ondernemingen blijvend in kaart te brengen en op te volgen om in een zo goed mogelijke begeleiding te kunnen voorzien.
Lerende netwerken en peterschapsprojecten De Kempen kent een ruim aanbod van lerende netwerken en peterschapsprojecten (voor een nietexhaustieve lijst zie bijlage 3). De thema’s die in deze programma’s aan bod komen zijn zeer divers. Er bestaan echter geen specifieke netwerken of projecten rond de speerpuntsectoren uit het streekpact.
6
Aanbeveling: De verschillende actoren moeten de mogelijkheid onderzoeken om netwerken of peterschapsprojecten op te richten die specifiek gericht zijn op de pijlers van het streekpact, namelijk milieu- en energietechnologie, logistiek en welzijn, zorg en life sciences.
STRATEGISCHE DOELSTELLING economische infrastructuur
2:
Voorzien
van
voldoende
en
goed
uitgeruste
BEDRIJVENTERREINEN De IJzeren Voorraad van de Kempen (op een termijn van 3 jaar) wordt geschat op 120 à 150 ha. Het voorzien van voldoende bedrijfsruimte kan gerealiseerd worden via verschillende sporen. In bijlage vindt u een stand van zaken van de projecten voor de ontwikkeling van greenfields (bijlage 4), voor het efficiënter invullen van bestaande terreinen (bijlage 5) en voor het saneren van bestaande, maar vervuilde gronden (brownfields, zie bijlage 6). De Kempen slaagt er vandaag niet in om de IJzeren Voorraad te realiseren. De belangrijkste knelpunten zijn het lange duur van het planningsproces en het verkrijgen van onteigeningsmachtiging (indien noodzakelijk). Voorlopig bestaat er geen up-to-date inventarisatie-instrument van de beschikbare bedrijventerreinen. Het Agentschap Ondernemen zou binnen afzienbare tijd de informatie over de ijzeren voorraad in kaart gaan brengen met informatie beschikbaar tot op perceelniveau. Aanbeveling: De overheden moeten alle belanghebbenden vanaf de beginfase zoveel mogelijk betrekken in permanent overleg zodat het planningsproces vlotter en sneller kan verlopen. Gemeentes kunnen een overzicht van de beschikbare bedrijventerreinen op hun website publiceren zodat deze informatie voor iedereen toegankelijk en duidelijk is.
Om deze bedrijventerreinen duurzaam te beheren, moet zoveel worden gebruik gemaakt van de mogelijkheden van parkmanagement. Parkmanagement is een techniek om bedrijventerreinen duurzaam te beheren en kan acties omvatten rond het energieprofiel van de terreinen, de duurzame inrichting van het terrein, duurzaam goederentransport, duurzaam woon-werkverkeer, aanleg van groen- en waterbuffers, afvalverwerking en –preventie, etc. In de Kempen staat parkmanagement nog in zijn kinderschoenen. Het bestaat slechts op een beperkt aantal terreinen. De intercommunale ontwikkelingsmaatschappij Kempen (IOK) heeft parkmanagement ingevoerd op het logistiek centrum Hazeldonk – Meer. Bij de verkoop van nieuwe terreinen wordt parkmanagement standaard ingeschreven. Het basispakket omvat de beschikbaarheid van een centraal aanspreekpunt (parkmanager), bewegwijzering en groen- en grijsonderhoud). De koper betaalt hiervoor een jaarlijkse vergoeding. Optioneel kan ook camera-bewaking gekregen worden en collectieve aankoop van diensten door een groep van bedrijven. De VZW Parkmanagement Turnhout is een koepelplatform waarin Stad Turnhout samen met ondernemers, de werknemers- en werkgeversverenigingen en IOK werkt aan de uitbouw van functionele bedrijventerreinen en een attractief ondernemersklimaat. Concrete acties zijn de groepsaankoop energie in 2008 en 2009 en de aanleg van ecologische bermen op het industrieterrein Veedijk (zie verder).
7
In 2008 werden door de POM Antwerpen in het kader van het project ‘stimuleren van duurzame acties op bedrijventerreinen’ tien projecten gesubsidieerd voor een totaal bedrag van 173.000 euro. Daarbij ook een project van de vzw Parkmanagement Turnhout rond groenbeheer dat een subsidie van 24.300 euro toegewezen kreeg. Einde 2009 werden nog eens tien projecten goedgekeurd. Het totale bedrag aan subsidies bedraagt 200.000 euro. Vijf projecten uit de Kempen werden goedgekeurd. De Kempen ontvangt zo 35% van het goedgekeurde subsidiebedrag. De bedrijfsvestiging De Basis op de terreinen van Kamp C in Westerlo is een typevoorbeeld van duurzame inrichting van een bedrijfsvestiging. Het heeft een totale oppervlakte van 10ha en bestaat uit een conferentiecentrum, een bedrijvencentrum en een bedrijventerrein. Na de opening van de eerste module in 2006, volgde op 3 oktober 2009 de officiële opening van het hele bedrijvencentrum en conferentiecentrum. In het conferentie- en bedrijvencentrum worden alle principes van duurzaam en energievriendelijk bouwen toegepast. Het bedrijventerrein is 4ha groot en is te koop aan bedrijven die actief zijn in de sector van duurzaam bouwen. Aanbeveling: Er zijn een aantal mooie eerste initiatieven opgezet, maar parkmanagement zou nog verder moeten worden gestimuleerd en verder uitgebouwd, zodanig dat alle bedrijventerreinen in de Kempen duurzaam beheerd worden. We sporen de lokale besturen, de ondernemingen en de werknemersorganisaties aan om per bedrijventerrein samen te bekijken welke maatregelen kunnen worden ingevoerd. Bij de verkoop van nieuwe bedrijventerreinen moet parkmanagement automatisch ingeschreven worden.
KLEINHANDEL De provincie Antwerpen laat in het kader van haar provinciaal detailhandelsbeleid een detailhandelsstudie uitvoeren. Het eerste deel van de studie bestaat uit een vraag- en aanbodanalyse. In april 2009 werd de detailhandel in de provincie Antwerpen in kaart gebracht. Per gemeente werd er een databank overhandigd met het aanbod binnen de eigen gemeente. In september 2009 werd het onderzoek naar de vraagzijde (koopgedrag) afgerond.. Het tweede deel van de detailhandelsstudie omvat een visievorming over het detailhandelsbeleid in de provincie Antwerpen op middellange termijn. In maart 2010 wordt deze visie voorgesteld aan de 70 steden en gemeenten van de provincie. TOERISTISCH-RECREATIEVE STRUCTUUR De verdere ontwikkeling van de toeristisch-recreatieve structuur is noodzakelijk om de Kempen als aangename woonomgeving te vrijwaren, om jobs te creëren (ook in de sociale economie) en om de lokale economie verder te ontwikkelen (kleinhandel en horeca). Voor de Kempense kanalen en hun omgeving zijn in het kader van het Interreg III-project ‘Beleef het water’ een aantal projecten gerealiseerd om de doorvoer voor jachten te verbeteren op het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten. De provincie Antwerpen is bezig aan een kaderplan voor het gebied van de Kempense Meren. Het kaderplan werd reeds tweemaal afgetoetst met een ‘klankbordgroep’ (in april en november 2009) waar de belangrijkste actoren en stakeholders zijn opgenomen. Het moet daarna door de deputatie worden goedgekeurd. Voor de productcluster rond het Netepark (Herentals) bestaat er voorlopig geen integraal beleid. Voor de Merodebossen, de kolonies van Wortel en Merksplas en het Turnhouts Vennegebied bestaat er integrale plannen om de toeristisch-recreatieve waarde van deze gebieden verder te 8
ontwikkelen. Er wordt samengewerkt met verschillende partners en waar mogelijk worden de mogelijkheden van de sociale economie benut. Aanbeveling: De betrokken organisaties moeten op de ingeslagen weg verdergaan en de verdere ontwikkeling van de gebieden realiseren in breed partnerschap en gebruik makend van de mogelijkheden van de sociale economie.
STRATEGISCHE DOELSTELLING 3: Mobiliteit: garanderen van de toegankelijkheid van de Kempen als regio, als van de woonkernen en economische centra in de Kempen zelf.
PERSONENVERVOER OVER DE WEG Wegwerken missing links •
Noord-Zuidverbinding
Onderdeel
Stand van zaken
Verbinding TurnhoutNederland
Niets voorzien. Wordt door Stad Turnhout meegenomen in de studie ‘gebiedsgerichte visie Noorderkempen’
Knelpunt R13 Turnhout
Masterplan opgemaakt. Overleg met kabinet Crevits in januari 2010 over financiering. MER-studie start in april 2010. Opmaak dossier voor stedenbouwkundige vergunning in januari 2011. Start werken ten vroegste half 2011.
Verbinding Kasterlee – Geel
Onderhandelingsprocedure voor aannemer en financier lopende. Start werken najaar 2010. Duur 30 maanden.
Fly-Over Geel
Is opgenomen in hetzelfde project als de verbinding Kasterlee – Geel
Ring rond Herselt
Niets voorzien.
Verbinding E314
Geel
–
Aarschot
zijn
Niets voorzien. Een aanpassing van het RSV is nodig.
Tabel 3: Stand van zaken Kempense Noord-Zuidverbinding Aanbeveling: Het doortrekken van de Noord-Zuidverbinding via de relatie Geel-Aarschot E314 is voor de regio Kempen een absolute prioriteit. De streek zal herhaaldelijk blijven aandringen op een aanpassing van het RSV in deze zin.
• Upgrading N118 Onderdeel
Stand van zaken
Selectie N118 als secundaire weg type II en N18 als secundaire weg type III
Opgenomen in partiële herziening van ruimtelijk structuurplan provincie Antwerpen (RSPA), beslissing verwacht in voorjaar 2010
Doortrekking en herinrichting ring Retie
Voorontwerp opgemaakt door IOK. Goedkeuring door gemeente Retie op korte termijn voorzien. Nog geen duidelijkheid over financiering. Start werken ten vroegste vanaf 2012.
9
Verbinding N118 en N18
Bestaat een noordelijke en zuidelijke variant. Aantal studies zijn lopende. Dit jaar wordt er nog een milieu-studie opgestart om variant te bepalen.
Verbinding N118 en N19/R14 (ring Geel)
Een oostelijke en noordelijke variant liggen op tafel. MER-procedure is opgestart en moet tegen einde 2010 afgerond zijn waarna ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) kan opgemaakt worden.
Tabel 4: Stand van zaken upgrading N118 Aanbeveling: RESOC Kempen vraagt aan de Vlaamse Overheid om bovengenoemde infrastructuuringrepen snel te realiseren (ook gezien de toenemende bedrijvigheid die te verwachten valt met de bergingsproject Cat A –afval op de site in Dessel). Concreet vraagt de streek om de planningsprocessen zo snel mogelijk af te ronden en de nodige budgetten te voorzien.
Opwaardering bestaande verbindingen •
E313
In het eerste kwartaal van 2010 wordt de PLANMER-studie aabesteed voor het wegvak AntwerpenOost Ranst. Het bestek daartoe is momenteel in opmaak en het nodige budget wordt voorgesteld op het programma 2010. De heraanleg van de oude op- en afritten tussen Ranst en de grens met Limburg werd grotendeels gerealiseerd. Enkel Herentals-industrie en Geel-oost moeten nog aangepakt worden. Dit is gepland voor 2010. Sinds januari 2009 is er tussen Geel-oost en Ranst richting Antwerpen een DVM-systeem (Dynamisch VerkeersManagement) operationeel. Ook de andere rijrichting (richting Luik) zal binnenkort van dezelfde telematica worden voorzien. Aanbeveling: RESOC Kempen vraagt aan de Vlaamse regering om: • •
• •
absolute prioriteit te geven aan de problematiek van de E313. een uitgebreide mix van maatregelen te nemen. Die maatregelen mogen zich niet beperken tot de grootste bottleneck vandaag, het wegvak Antwerpen- Ranst, maar moeten ingrijpen op het hele wegvak Antwerpen - Lummen. Door een uitbreiding van de capaciteit tussen Ranst en Borgerhout zal immers de E313 tussen Ranst en Lummen in beide richtingen zwaarder belast worden2. De verouderde infrastructuur van de E313 tussen Ranst en Lummen, nog gebaseerd op de situatie in de jaren ‘50, kan onmogelijk al die verkeersstromen verwerken. om een uitvoeringsgericht actieplan met timing en geprogrammeerde budgetten op te stellen als belangrijke stakeholder in dit dossier- betrokken te worden bij de opmaak en uitvoering van dit actieplan.
2 In de richting van Antwerpen valt de uitstroombeperking weg en het voorheen verdreven verkeer maakt hier graag gebruik van. In omgekeerde richting valt het doseereffect vanwege onvoldoende aanvoer weg. De vier volle rijstroken die aan het knooppunt Ranst worden aangeboden overtreffen de stroomafwaartse capaciteit verder op de E313 o.a. doordat er meer uitstroom is naar de E313 dan naar de E34. De belasting op of in de buurt van capaciteit, gekoppeld aan het hoge vrachtaandeel en inhaalverbod voor vrachtwagens, resulteert in een toename van de problemen op het vak Ranst-Lummen in beide richtingen.
10
RESOC Kempen pleit voor de oprichting van een samenwerkingsverband met RESOC Antwerpen en Limburg om dit dossier blijvend op te volgen.
• Mobiliteitsstudie ‘Gebiedsgerichte visie in de Noorderkempen’ De provincie Antwerpen is op 1 oktober 2009 gestart met de mobiliteitsstudie ‘Gebiedsgerichte visie in de Noorderkempen’. De studie zal een looptijd van 3 jaar hebben. Er werden inmiddels al workshops georganiseerd voor de gemeenten en op 11 februari 2010 vindt een workshop onder het thema ‘logistiek in de Noorderkempen’ plaats waarop ook de sociale partners zijn uitgenodigd. Aanbeveling: De partners van RESOC Kempen moeten met een gemeenschappelijke stem deelnemen aan de studie en de workshops. Voorafgaande afstemming is daarom noodzakelijk. Verder blijft de regio vragende partij voor een mobiliteitsplan voor de hele regio.
ALTERNATIEVE VERVOERSMODI Busvervoer In onderstaande tabel worden de belangrijkste opportuniteiten(verbeterpunten) aangegeven en vergeleken met de in de Mobiliteitsvisie 2020 voorziene maatregelen van De Lijn.
Verbeterpunten voor de streek
Voorzien in de mobiliteitsvisie 2020
Turnhout als IC/IR knooppunt
Turnhout als IR knooppunt
Sneltram Antwerpen – Malle - Turnhout
Sneltram Antwerpen - Malle
Snelbus* Turnhout – Geel – Diest
Verbindende streeklijn** Turnhout ontsluitende lijn*** Geel - Diest
Snelbus Turnhout – Mol
Verbindende streeklijn Turnhout - Mol
Snelbusdiensten naar Eindhoven en Tilburg
Doorkoppeling van bestaande lijnen naar deze steden, geen snelbussen
Sneldienst Hoogstraten - station Brecht
Verbindende lijn Hoogstraten – station Brecht
Westerlo als knooppunt
Westerlo geen knooppunt
Rechtstreekse verbinding Arendonk - Geel
Geen rechtstreekse verbinding
Tabel 5: Opportuniteiten IOK vs. Mobiliteitsvisie 2020 De Lijn
–
Geel,
Bron: Vergelijking alternatief
streekvervoerplan Kempen en mobiliteitsvisie 2020, IOK Studiedienst, 2009. *snelbus: gewenste minimumsnelheid 50 km/u, gemiddelde minimale halteafstand 10 km **verbindende streeklijn: gewenste minimumsnelheid 35 km/u, halteafstand 1 tot 5 km ***ontsluitende lijn: gewenste minimumsnelheid 30 km/u, halteafstand 1 tot 5 km
Aanbeveling: De streek dringt er echter op aan om ook dringend actie te ondernemen naar de functionele lijnen toe. Het is meer dan wenselijk dat het gebruik van het busvervoer voor werknemers meer wordt gestimuleerd in het kader van woon-werkverkeer. Een goede ontsluiting van de bedrijventerreinen
11
in functie van het wegwerken van missing links en kwalitatieve verbetering (aanpassing dienstregeling aan ploegenarbeid) is dan ook meer dan noodzakelijk.
Treinvervoer Infrabel plant tegen 2014 de elektrificatie van de lijn 15 tussen Mol en Herentals. In 2010 zijn verdere studies, de opmaak van het lastenboek en het uitschrijven van aanbesteding gepland. In 2011 zouden de werken kunnen starten. De budgetten voor de elektrificatie (totaalbudget wordt geraamd op 23 milj. euro) zijn tot 2012 voorzien en zullen ook in de meerjarenplanning 2013-2025 van Infrabel worden ingeschreven. Tegelijk met de elektrificatie zal Infrabel ook de nodige infrastructuurwerken uitvoeren aan de betrokken stations (verlenging en verhoging van de perrons, “afschaffen” van de overwegen door ondertunneling of bruggen). De NMBS zal op korte termijn dieselmotorwagens in het buitenland huren om de capaciteitsproblemen op lijn 15 op te lossen. Op de relatie Turnhout–Brussel wil NMBS op korte termijn 10 M6-rijtuigen (dubbeldeksrijtuigen met 130 plaatsen in elk rijtuig of 1.300 plaatsen) inzetten. De ontdubbeling van lijn 29 (Herentals – Turnhout) is voorlopig niet voorzien. Dit is nochtans een van de belangrijkste prioriteiten voor de regio. De ingebruikname van het treinstation ‘Noorderkempen’ in Brecht moet leiden tot een verbeterde mobiliteit in de ruime regio rond Hoogstraten. Met de nieuwe dienstregeling die op 13 december 2009 inging, wordt de relatie Brecht – Antwerpen nu ook bediend in het weekend en na 22u ’s avonds. Aanbeveling: Een structureel spoorplatform moet worden uitgebouwd. In de schoot van dit spoorplatform moet een jaarlijks dialoogmoment ingesteld worden tussen RESOC Kempen enerzijds en topmensen van Infrabel, NMBS en leden van de betrokken kabinetten en administraties anderzijds waarbij knelpunten worden besproken en de evolutie van geplande maatregelen wordt opgevolgd.
Bedrijfsvervoerplannen Met de bedrijfsvervoerplannen wil de Vlaamse overheid de verplaatsingswijze van de werknemers beïnvloeden en het gebruik van het openbaar vervoer, bedrijfsbussen, carpooling, fietsen,…stimuleren. • Op niveau van bedrijventerreinen De Lijn zet sinds het najaar van 2008 zes extra buslijnen in om de bedrijven op de bedrijvenzone Geel-Oevel op maat te bedienen. Deze buslijnen zijn afgestemd op de uurroosters van de ploegenarbeid (6u-14u-22u), hebben een permanent opzet en verbinden de bedrijvenzone Geel– Oevel met de omliggende gemeenten, afgestemd op de woonplaatsen en de werkuren van de werknemers. De evaluatie van het project mag niet alleen gebeuren op basis van kwantitatieve elementen maar ook andere factoren (bijvoorbeeld de werken aan de fly-over Geel, economische crisis..) moeten mee in overweging genomen worden. •
Op niveau van bedrijven
Drie bedrijven uit de Kempen ontvingen in 2008 subsidies van het Pendelfonds (zie tabel 5). Dit fonds subsidieert projecten die een duurzaam woon-werkverkeer bevorderen. Projecten die tot doel hebben om het aantal autoverplaatsingen te verminderen kunnen in aanmerking komen voor een tegemoetkoming. Sinds zijn oprichting in 2006 subsidieerde het Pendelfonds 49 projecten in Vlaanderen voor een totaal bedrag van 16,7 miljoen euro.
12
Aanvrager
Gemeente
Subsidie (in euro)
Nike
Laakdal
817.000
Estée Lauder
Geel
136.000
ZKW
Herentals
52.000
Tabel 6: Subsidies Pendelfonds aan Kempense bedrijven Bron:
Dienst Mobiliteit Provincie
Antwerpen
Er gebeurt momenteel te weinig rond bedrijfsvervoerplannen industrieterreinen zijn nog steeds slecht ontsloten.
in
de
Kempen.
Veel
Aanbeveling: Bij individuele bedrijven met overlegorganen willen we aandringen om het thema op de agenda te plaatsen in het gebruikelijke sociaal overleg. Wat de bedrijfsvervoerplannen op het niveau van de bedrijventerreinen betreft, sporen we de lokale besturen, de ondernemingen en de werknemersorganisaties aan om samen per bedrijventerrein te bekijken welke maatregelen kunnen worden genomen. Iedere actor dient op zijn actieterrein verantwoordelijkheid op te nemen. De sociale partners en de lokale besturen moeten de mogelijkheden van het Pendelfonds een grotere bekendheid geven. Wat betreft de evaluatie van het bedrijfsvervoerplan Geel-Oevel is het belangrijk dat niet alleen kwantitatieve elementen in rekening worden genomen maar eveneens andere factoren (bijvoorbeeld de werken aan de fly-over Geel, economische crisis..) in de afweging worden betrokken.
STRATEGISCHE DOELSTELLING 4: Innovatiekracht van de Kempen verhogen
Het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) verleent financiële steun aan O&O-projecten voor bedrijven, onderzoeksinstellingen en innovatie-actoren in Vlaanderen. In 2005 ging meer dan 7% van de totale IWT-steun naar de Kempen. In 2006 en 2007 ging dit aandeel fors naar beneden om in 2008 opnieuw tot 7% te stijgen (zie Tabel 6).
2005 Kempen Vlaanderen Aandeel tov Vlaanderen
2006
2007
2008
13.300
10.215
13.126
18.187
173.767
211.813
219.301
250.128
7,65%
4,82%
5,99%
7,27%
Tabel 7: Totale IWT-steun aan bedrijven, onderzoeksinstellingen en innovatie-actoren (in K€) Bron: IWT (Bewerking RESOC Kempen) Deze cijfers moeten met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd aangezien de Kempen niet over een eigen universiteit beschikt. Wanneer we enkel de financiële steun aan O&O-projecten voor bedrijven in aanmerking nemen, ligt het aandeel van de steun die naar de Kempen gaat hoger (zie tabel 7). In 2005 gaat meer dan 11% van de steun naar bedrijven uit de Kempen. Er is opnieuw een dip in 2006 en 2007 maar in 2008 stijgt het aandeel boven de 12%. 13
2005 Kempen Vlaanderen Aandeel tov Vlaanderen
2006
2007
2008
9.330
7.802
9.755
14.636
80.250
94.413
106.908
115.686
11,63%
8,26%
9,13%
12,65%
Tabel 8: IWT-steun aan O&O-projecten voor bedrijven (in K€) Bron: IWT (Bewerking RESOC Kempen)
ONDERZOEK EN ONTWIKKELING Wat kenniscreatie betreft kan een onderscheid worden gemaakt tussen de kennisinstellingen en de bedrijven. De Kempen heeft een aantal kennisinstellingen die actief zijn in de sector van milieu en energie: VITO, SCK (Studiecentrum Kernenergie) en KAMP C. De KHK (Katholieke Hogeschool Kempen) focust op ouderenzorg, biomedische technologie en energiemanagement. De drie Kempense proefcentra rond landbouw werken rond specifieke landbouwthema’s. De kenniscreatie binnen de bedrijven gebeurt in de Kempen voornamelijk in de farmaceutische en grafische sector. Het MYRRHA-project van SCK wacht nog steeds op financiering van de federale overheid. De begrotingscontrole vanjanuari 2010 is de laatste kans om middelen te voorzien in de begroting 2010. Indien dit niet gebeurt, mag gevreesd worden voor de toekomst van MYRRHA en de rol van SCK als toonaangevende onderzoeksinstelling van internationaal niveau. Aanbeveling: RESOC Kempen streeft naar een betere verankering van de kennisinstellingen in de streek. De Kempen dient dan ook haar troeven voor deze kennisinstellingen beter uit te spelen. Dit kan door een betere promotie van de streek in functie van het aantrekken van arbeidskrachten, als door een betere samenwerking tussen de aanwezige kennisinstellingen en Kempense bedrijven (ook KMO’s). Het project Kempen Duurzaam speelt hierin een cruciale rol. De streek dient er alles aan te doen opdat dit project slaagt.
KENNISVERSPREIDING Vooraleer onderzoek en ontwikkeling kan worden toegepast, dient het in veel gevallen ook nog te worden verspreid naar bedrijven en instellingen. Hier is een belangrijke rol weggelegd voor intermediaire organisaties en kennisnetwerken. Intermediaire organisaties kunnen een brug slaan tussen enerzijds de onderzoekswereld en anderzijds de verschillende bedrijven en organisaties waarvoor de onderzoeksresultaten een belangrijke (economische) meerwaarde kunnen bieden. De volgende intermediaire organisaties zijn actief in de Kempen: Innovatiecentrum Antwerpen, vzw Innotek, Strategische Projectenorganisatie Kempen (SPK), Vlaams Innovatiecentrum voor grafische
14
communicatie (VIGC), Innovatiesteunpunt Land- en tuinbouw. De meeste van deze organisaties zijn voldoende bekend en worden niet verder toegelicht. Kennisdeling wordt ook gestimuleerd door het opzetten van kennisnetwerken, waarin idealiter zowel bedrijven als onderzoeksinstellingen vertegenwoordigd zijn. Het project Koplopers van Strategische Projectenorganisatie Kempen (SPK) is een verzameling van mensen met zeer diverse achtergronden die willen nadenken en brainstormen over hoe kunnen de Kempen kan uitgebouwd worden tot een voorbeeldregio op het vlak van duurzaamheid. Met het project Kempen Duurzaam (RESOC en SPK) worden, vertrekkende vanuit de aanwezige competenties in de regio, samenwerkingsverbanden opgezet in een sfeer van open innovatie in de sectoren chemie, bouw, zorg en nucleair. De Katholieke Hogeschool Kempen (KHK) bekijkt hoe een netwerk Kempen Inc. kan worden opgericht. SPK maakt een soortgelijke oefening met het Kempen Netwerk. KENNISTOEPASSING De intermediaire organisaties en de werkgeversorganisaties spelen ook een belangrijke rol bij de kennistoepassing in bedrijven en organisaties. Begeleiding en sensibilisering van bedrijven Intermediaire organisaties en organisaties van werkgevers kunnen bedrijven begeleiden bij de effectieve implementatie van toepassingen van de onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten, bijvoorbeeld bij het zoeken naar financiering. Daarnaast hebben zij ook een belangrijke rol te spelen om bedrijven te sensibiliseren en bewust te laten worden van het belang van innovatie in de kennistoepassing. Naast het innovatiecentrum Antwerpen (zie hoger) hebben ook VOKA en UNIZO aandacht voor innovatie zowel binnen de reguliere werking als in verschillende projecten. UNIZO heeft de innovatiecoach, VOKA heeft o.a. het lerend netwerk innovatie en het project Challenge-Me. In het najaar van 2009 zijn twee nieuwe projecten van start gegaan: Research@lunch en Innovatie@gemeente. Beide projecten zijn een samenwerking tussen het Innovatiecentrum Antwerpen, UNIZO en VOKA en hebben als doel bedrijven te sensibiliseren voor innovatie. Spin-off werking •
Innotek
Het EFRO project ‘Meer ondernemerschap door industriële en diensten spin-offs’ loopt van maart 2009 t.e.m. maart 2010. Doel is om bedrijven te motiveren om ook uit niet-kernactiviteiten economische waarde te creëren in Vlaanderen door kandidaat-ondernemers aan te sporen tot de opstart van een nieuw bedrijf (externe spin-off) of een nieuwe business unit (interne spin-off). Streefdoel is de opstart van 50 spin-offs in Vlaanderen (met een impact van 150 jobs). New Business Development-project (NBD): Het NBD-initiatief wil geselecteerde ondernemingsideeën door een hands-on business development aanpak ondersteunen tot de creatie van rendabele bedrijven met een duurzame tewerkstelling in de regio. Voornaamste bedoeling van het nieuwe NBD-platform is binnen de expertisedomeinen milieu en energie aan venture counseling te gaan doen. Niet uitgesloten is dat, eens de bedrijven opgericht, het platform ook winstbewijzen of warrants in de ondernemingen neemt. In 2008 werd het businessconcept en het businessplan uitgewerkt. Officiële start van het project is voorzien begin 2010. •
Katholieke Hogeschool Kempen (KHK)
De KHK heeft in haar beleidsplan opgenomen dat in alle stadia van het onderzoek aandacht moet zijn voor het valorisatiepotentieel. Ze wil de toepassing van de aanwezige kennis stimuleren door optimaal gebruik te maken van de diensten van LRD (Leuven Research&Development). Recent werd er een business development manager aangesteld. Er lopen inmiddels voorbereidende studies voor het opstarten van spin-off activiteiten in meerdere onderzoeksdomeinen
15
•
SPK en VITO
De samenwerking tussen SPK energietechnologie besproken.
en
VITO
wordt
in
het
voortgangsrapport
Milieu-
en
Vaststelling en aanbeveling: De Kempen kent een aantal sterke spelers die innovatief bezig zijn. Bovendien is de Kempen geografisch zeer goed geleden, centraal in het ELAt-gebied en dicht bij innovatieve steden zoals Eindhoven en Leuven. Toch wordt hier voorlopig te weinig mee gedaan. De bestaande kennis wordt te weinig gedeeld en verspreid. Het project Kempen Duurzaam kan een sleutelrol spelen om een succesvol innovatieverhaal in de regio tot stand te brengen. Het is van belang dat het project deze coördinerende rol opneemt. Ook de gemeenten en de provincie moeten een visie ontwikkelen rond innovatie. De stad Turnhout is geeft het goede voorbeeld met het geplande innovatiepark. De samenwerking tussen het Innovatiecentrum Antwerpen, UNIZO Kempen en VOKA Kempen wordt door alle partijen als zeer positief ervaren, maar de dienstverlening van het Innovatiecentrum dient nog meer bekend gemaakt te worden. Een groot Kempens event rond open innovatie met sprekers van internationale allure, interactieve workshops, een innovatiebeurs waar innovatieve organisaties hun ideeën en producten voorstellen, kan de Kempen als innovatieve regio op de kaart zetten en de Kempense ondernemers verder sensibiliseren.
STRATEGISCHE DOELSTELLING 5: Stimuleren lokaal economisch beleid
Gemeenten moeten een ondernemersvriendelijk beleid voeren door het beperken van hinder bij openbare werken, het transparant maken van het lokaal fiscaal beleid en het verbeteren van het informatie- en communicatiebeleid. BEPERKEN VAN HINDER BIJ WERKEN De bereikbaarheidsmanager van UNIZO fungeert op provinciaal niveau als centraal aanspreek- en informatiepunt voor de communicatie tussen ondernemingen en de diverse actoren betrokken bij openbare werken. Openbare werken belemmeren vaak de toegang tot een zaak. Het project ‘Rentetoelage bij hinder door openbare werken’ (Agentschap Ondernemen) geeft de onderneming de mogelijkheid om een
tijdelijk cashflow-probleem op te vangen door een krediet af te sluiten bij een erkende kredietinstelling. De Vlaamse overheid komt tussen in de rentelast. Sinds het ontstaan van het project in juli 2007 keurde het Agentschap Ondernemen een 30-tal dossiers goed, waarvan twee dossiers van bedrijven uit Herentals. Aanbeveling: De openbare werken moeten in de mate van het mogelijke op elkaar worden afgestemd. De stad of gemeente waar openbare werken plaatsvinden dient duidelijk en helder te communiceren met alle belanghebbenden. In haar communicatie naar zelfstandigen en ondernemers moet ze steeds verwijzen naar de mogelijkheden van de rentetoelage.
TRANSPARANT MAKEN VAN HET LOKAAL FISCAAL BELEID
16
Alle Vlaamse gemeenten hebben in 2008 het fiscaal pact ondertekend waarmee ze zich onder meer engageerden om de belastingsdruk voor 2009 te bevriezen en hun belastingssystemen bedrijfsvriendelijker te maken. Uit de lokale fiscale barometer 2009 van Voka blijkt dat de gemeenten zich vrij goed hebben gehouden aan het fiscaal pact. Maar er is nog veel ruimte voor verbetering. Nog volgens Voka bestaan er in Vlaanderen maar liefst 47 verschillende ‘eigen belastingen’ van gemeenten. Gevolg is een ondoorzichtige administratieve rompslomp voor de bedrijven. Bovendien is het niet altijd duidelijk in welke gemeenten welke belastingen bestaan. De websites van de Kempense gemeenten bieden in de meeste gevallen wel een overzicht van alle belastingen die in de gemeente bestaan, maar het is voor een (potentiële) ondernemer moeilijk en tijdrovend om uit te vinden aan welke belastingen zijn onderneming nu precies onderworpen is. De nieuwe website van de gemeente Mol (www.ondernemeninmol.be) komt hieraan beter tegemoet en is een stap in de goede richting. Aanbeveling: De gemeenten kunnen via hun websites de transparantie van de belastingen voor ondernemers verhogen. Hierbij is het niet voldoende om louter een opsomming van alle bestaande belastingen te geven. De webpagina moet zo opgevat worden dat de ondernemer in een oogopslag of in enkele muisklikken kan weten aan welke belastingen een onderneming onderworpen is.
VERBETEREN VAN HET INFORMATIE- EN COMMUNICATIEBELEID Een goed informatie- en communicatiebeleid in de gemeente moet de wederzijdse kennis tussen gemeenten en hun bedrijven verhogen. Op 1 september 2009 ging het project ‘Ondernemersvriendelijke Kempen’ van de Stad Geel en de Stad Turnhout van start. De doelstelling is de dienstverlening aan en de communicatie met de ondernemers te verbeteren. De eerder aangehaalde punten over de transparantie van beschikbare bedrijventerreinen, transparante gemeentelijke belastingen en het uniek ondernemersloket voor kleinere gemeenten worden in dit project meegenomen. Ook het opzetten van netwerken tussen ambtenaren lokale economie en ondernemers is een doelstelling van het project. Het IOK zal het project vertalen naar de andere Kempense gemeenten. De steden Turnhout, Geel, Herentals hebben een uniek bedrijvenloket. Maar hoe kleiner de gemeente, hoe minder goed het ondernemersloket is uitgebouwd. De gemeente Mol lanceerde einde 2009 de nieuwe website ‘Ondernemen in Mol’. Ondernemers vinden hier alle gemeentelijke informatie over afval, wegen en verkeer, bouwen, terrassen en uitstallingen, vergunningen, markten en kermissen, netwerken voor ondernemers, subsidies,… De website bevat tevens een online bedrijvengids. Met het project ‘administratieve vereenvoudiging’ wil de Provincie Antwerpen de administratieve overlast naar de bedrijven reduceren. De lokale netwerken van ondernemingen (LON’s) van Voka zijn belangrijk om de informatieuitwisseling tussen bedrijven en lokale besturen te bevorderen. Binnen Voka Kempen zijn er acht LON’s actief. Aanbeveling: Kleine gemeenten moeten samen werken samen om een performant bedrijvenloket uit te bouwen. De uitbouw van netwerken tussen bedrijven en ambtenaren lokale economie moet verder worden gestimuleerd.
STRATEGISCHE DOELSTELLING 6: 17
Promotie van de Kempen als woon-, werk-, toeristische en investeringsregio.
Het EFRO-project ‘Merk Kempen’ (promotor RURANT) wil de rurale economie (horeca, toerisme, streekproducten) via een beeldmerk stimuleren. Daarvoor werden eerst de typische karakteristieken van de Kempen in kaart gebracht. Uit het onderzoek van de Katholieke Hogeschool Kempen bleek dat het imago van de Kempen bij niet-Kempenaars zeer positief is. Op basis van de resultaten van het onderzoek werd een logo ontworpen (een heidebloem en de slogan ‘Pure Kempen’) dat in februari 2010 zal worden gepresenteerd. Een nog op te richten certificiëringscommissie zal het logo vanaf het voorjaar van 2010 toekennen aan typische Kempense producten, diensten en evenementen. Het logo past in een groot communicatieplan om de Kempen een grotere herkenbaarheid te geven. Het zal de lokale economie stimuleren door een toegevoegde waarde te geven aan lokale producten en diensten en door innovatie en netwerking te promoten. Promotie van de Kempen als vestigingsplaats voor bedrijven. De regional branding van de Kempen door het project ‘Merk Kempen’ kan ook een positieve invloed uitoefenen op het aantrekken van bedrijven. Een recente studie3 toont aan dat 60% van de bedrijven in Vlaanderen bij de keuze van de vestigingsplaats het imago van de regio van belang vinden. Het EFRO-project ‘Green Valley Kempen’ (promotor Kamp C) wil de regio Kempen positioneren en promotoren als een duurzame regio op lokaal en Europees niveau via promotie en demonstratie van toonaangevende duurzame voorbeeldprojecten. De ‘Marketplace International and Innovation’ wil oplossingen uit de Kempen rond energie en andere thema’s voorstellen in binnen- en buitenland rond (start in 2010). Aanbeveling: Het beeld van de Kempen als toeristische regio en investeringsregio moet blijvend naar buiten gedragen en promoot worden.
3
CABUS P. e.a., ‘Vestigingsgedrag van bedrijven in Vlaanderen: een analyse in functie van het ruimtelijk economisch beleid’, Leuven, september 2008. 18
Samenvatting Strategische doelstelling 1: stimuleren van ondernemerschap Stimuleren van ondernemerschap
Succesfactoren
Knelpunten
Aanbevelingen
- Oprichtingsratio stijgt tot 9,2% in de Kempen in 2008
- Achterstand in ondernemersquote t.o.v. Vlaanderen blijft
- Groepsactie Open Bedrijvendag in de Kempen rond een speerpuntsector, bijvoorbeeld milieu- en energietechnologie
- Afschaffing stages leerkrachten
- Bevorderen van ondernemerschap bij leerlingen: oproep aan de actoren tot meer samenwerking, zowel onderling als met bedrijven en extra inspanningen voor bereiken van leerlingen ASO en BUSO
- Talrijke initiatieven rond verbetering imago - Talrijke initiatieven ter bevordering van ondernemerschap bij leerlingen - Groot aantal lerende netwerken en peterschapsprojecten
- Weinig startende ondernemers uit kansengroepen - Oproepen ondernemerschap van Agentschap Ondernemen worden niet opgepikt door Kempense bedrijven
- Vraag naar herinvoering leerkrachtenstages - Behoeften van startende ondernemingen verder in kaart brengen om in optimale begeleiding te voorzien - Oprichten van netwerken/peterschapsprojecten rond milieu-en energietechnologie, logistiek en welzijn, zorg en life sciences
19
Strategische doelstelling 2: voorzien van voldoende en goed uitgeruste economische infrastructuur Economische infrastructuur
Succesfactoren
Knelpunten
Bedrijventerreinen
Groot aantal ontwikkelingsprojecten in de pijplijn (zowel greenfields, efficiëntere invulling van bestaande terreinen en brownfields)
- IJzeren voorraad gerealiseerd
Aanbevelingen wordt
niet
- Lange planningsprocedure - Geen up-to-date inventarisatie
- Goede communicatie met belanghebbenden om planningsprocedure vlot te laten verlopen - Overzicht beschikbare terreinen op gemeentelijke websites
Parkmanagement
- Bij verkoop van nieuwe terreinen van IOK wordt parkmanagement automatisch ingeschreven
- Nog onvoldoende verspreid
- Groepsaankoop energie en groenbeheer door vzw Parkmanagement
- Lokale besturen en sociale partners bekijken parkmanagement op niveau van bedrijventerreinen - Bij verkoop parkmanagement inschrijven
Toeristische infrastructuur
- Integrale plannen voor de ontwikkeling van de belangrijkste gebieden
- Nog geen uitgewerkte visie voor Netepark (Herentals)
terrein automatisch
- Ontwikkeling van de gebieden in breed partnerschap met aandacht voor mogelijkheden sociale economie
Strategische doelstelling 3: Mobiliteit: garanderen van de toegankelijkheid van de Kempen als regio, als van de woonkernen en economische centra
Personenvervoer over de weg
Succesfactoren
Knelpunten
Aanbevelingen
Noordzuidverbinding
Goedkeuring onderhandelingsprocedure voor aannemer en financier voor Verbinding Kasterlee – Geel en Fly-over Geel
Niets voorzien voor verbinding Turnhout – Nederland, ring Herselt en verbinding Geel – Aarschot E314
- Blijvend aandringen op realisatie verbinding Geel – Aarschot E314 - Verbinding Turnhout – Nederland
20
meenemen in mobiliteitsstudie ‘gebiedsgerichte visie Noorderkempen’ E313
- Heraanleg wegvak Antwerpen-Oost – Ranst op korte termijn
- Niets voorzien voor heraanleg wegvak Ranst – Lummen
- Uitgebreide mix van maatregelen en uitvoeringsgericht actieplan
- Heraanleg op-en afritten tussen Ranst en Limburg grotendeels gerealiseerd
- Afritten Herentals-Industrie en Geel-oost nog niet heraangelegd
- Betrokkenheid van RESOC Kempen in partnerschap met de regio
- Dynamisch verkeersmanagement tussen Geel en Ranst
- Oprichting samenwerkingsverband met RESOC’s Antwerpen en Limburg om dossier blijvend op te volgen.
Alternatieve vervoersmodi
Succesfactoren
Knelpunten
Aanbevelingen
Busvervoer
Mobiliteitsvisie 2020 van de Lijn biedt oplossingen voor een aantal knelpunten
- In mobiliteitsvisie: Turnhout geen IC/IR knooppunt, geen sneltram Antwerpen-Turnhout
Opzetten dialoog met De Lijn over:
- Woon-werkverkeer en slechte ontsluiting bedrijventerreinen
- Maatregelen ter verbetering van functionele lijnen (vnl. woonwerkverkeer)
- Geen ontdubbeling lijn 29 (Herentals – Turnhout) voorzien
Instelling jaarlijks dialoogmoment met NMBS, Infrabel en betrokken kabinetten en administraties
-
- Thema op agenda sociaal overleg individuele bedrijven
Treinvervoer
- Electrificatie lijn 15 Herentals – Mol voorzien in 2014 + nodige infrastructuurwerken aan stations
- Realisatie verbeterpunten vergelijkend onderzoek IOK
- Aanpak capaciteitsproblemen lijn 15 op korte termijn door inzet bijkomende dieselmotorwagens en extra rijtuigen - Uitgebreide dienstregeling station Noorderkempen Brecht Bedrijfsvervoerplannen
Bedrijvenzone Geel-Oevel, aantal individuele bedrijven
Er worden nog te weinig bedrijfsvervoerplannen opgemaakt
- Op niveau van bedrijventerreinen 21
-
Het Pendelfonds wordt onvoldoende aangewend
overleg tussen sociale partners en lokale besturen - Bekendheid Pendelfonds verhogen
Strategische doelstelling 4: innovatiekracht van de Kempen verhogen
Innovatie
Succesfactoren
Knelpunten
Aanbevelingen
- Aantal sterke spelers: kennisinstellingen, aantal grote bedrijven en KMO’s
- Gebrekkige samenwerking en kennisuitwisseling tussen kennisinstellingen en bedrijven en tussen bedrijven onderling
- Promotie van de streek in functie van het aantrekken van goede arbeidskrachten
- Geografische ligging in hart van ELAt
- MYRRHA-project
- MYRRHA-project
- Samenwerking en kennisuitwisseling stimuleren o.a. door het project ‘Kempen Duurzaam’ - Gemeentelijke en provinciale visie rond innovatie - Organisatie groot Kempens event rond innovatie
Strategische doelstelling 5: stimuleren lokaal economisch beleid
Stimuleren lokaal economisch beleid
Succesfactoren
Knelpunten
Aanbevelingen
Een aantal projecten ter verbetering van informatie- en communicatiebeleid waaronder:
- Verscheidenheid aan ‘eigen belastingen’ van gemeenten
- Transparant maken van belastingen via een beter design van de gemeentelijke websites
- ‘ondernemersvriendelijke gemeenten’ (stad Turnhout en Geel) - ‘administratieve vereenvoudiging’
- Gemeentelijke belastingen zijn niet transparant - Geen uniek ondernemersloket in kleinere gemeenten
- Een uniek loket per groep van kleine gemeenten - Uitbouw netwerken tussen bedrijven en ambtenaren lokale 22
(provincie Antwerpen)
economie
Strategische doelstelling 6: Promotie van de Kempen als woon-, werk-,toeristische en investeringsregio
Promotie
Succesfactoren
Knelpunten
Aanbevelingen
- Positieve imago van de Kempen bij niet-Kempenaars
- Typische randvoorwaarden zoals mobiliteit moeten vervuld zijn
- Project ‘Merk Kempen’ ter stimulering van lokale economie
- Promotie als investeringsregio vereist voldoende bedrijfsruimte
Het beeld van Kempen als toeristische regio en investeringsregio blijvend naar buiten brengen
23
Bijlagen BIJLAGE 1: PROJECTEN TER BEVORDERING VAN ONDERNEMERSCHAP BIJ LEERLINGEN Promotor
Project PURO-fair trade
Stad Turnhout, KHK, Miko VLAJO VOKA
-
Mini-onderneming
VLAJO KHK VLAJO
&
Small business projects Droomfabriek
VLAJO VLAJO
VOKA VOKA & PROVANT RETO UNIZO UNIZO UNIZO UNIZO
UNIZO
BLIK (Beroep, Loopbaan en IK) Jieha! (Jong Initiatief voor Ethische handel) Proeftuin Paradijs Vliegende startersbrigade Prikkelstage Leerondernemingen Prijs ondernemingszin Leren op de werkvloer Koffer vol ondernemingszin
Onderwijsvakmans route
Omschrijving
Doelgroep
Uitwerken en uitvoeren van een businessplan om de fair trade koffie Puro te introduceren in de non-profit sector
Laatste jaar middelbaar en hogeschool
Via een proefonderneming een zelfgekozen product commercialiseren
3e graad SO (16-18 jaar)
Via een proefonderneming een zelfgekozen product commercialiseren Doe-leerprojecten ter stimulatie van ondernemend gedrag Ondersteuning geven in studiekeuzeproces. Opdrachten met economische of wetenschappelijke invalshoek In bedrijfsvorm commercialiseren van Fair Tradeproducten (non-food)
Werkplekleren binnen het onderwijs Infosessies in scholen rond ondernemerschap Een bedrijf schrijft een opdracht uit waar de leerlingen gedurende drie maanden een oplossing voor zoeken. Onderneming op school, opgericht en beheerd door de leerlingen Projecten die creativiteit, gevoel voor verantwoordelijkheid en zin voor initiatief stimuleren komen in aanmerking voor een geldprijs Stages voor studenten in KMO’s
Hogescholen en universiteiten (19-25 jaar) Eerste kleuterklas tot zesde leerjaar ? 3e, 4e en 5e jaar SO (14 -17 jaar)
(Voor)laatstejaars secundair onderwijs 5e en 6e lager, 1e graad secundair Secundair en hoger onderwijs Basis, secundair, hoger en universitair onderwijs Stagairs
Pedagogisch instrument waarmee de leerkracht ondernemend gedrag in de klas kan stimuleren en uitbouwen
Basisisschool
Bedrijfsbezoek voor leerlingen
Derde graad basisonderwijs en eerste graad secundair 24
KHK
KHK
Postgraduaat ondernemerschap (in voorbereiding) Bachelor in entrepreneurship (in voorbereiding)
Aanvullende opleiding in ondernemerschap
Hoger onderwijs
Bachelor in ondernemerschap
Hoger onderwijs
25
BIJLAGE 2: OPROEPEN ONDERNEMERSCHAP AGENTSCHAP ONDERNEMEN Tabel: Oproepen Ondernemerschap Agentschap Ondernemen Oproep
Jaar
Goedgekeurde projecten
Thema
Goedgekeurde Kempense projecten
Eerste
2005
Kansengroepen (vrouwen en 45+)
15
0
Tweede
2007
Allochtonen
9
0
Geïntegreerde financiering
5
0
Derde 2007 Bron: Agentschap Ondernemen
BIJLAGE 3: LERENDE NETWERKEN EN PETERSCHAPSPROJECTEN •
VOKA
De lerende netwerken van VOKA worden weergegeven in onderstaande tabel. Aankoop en Interne Logistiek CFO Competentiemanagement Human Resources Kaderleden
Management Assistants
Innovatie
Multinationals Veiligheid en Milieu Productiedirecteuren ICT
Export- Importdocumenten Kwaliteit Energie-efficiëntie Technologiemarketing
Daarnaast bestaan er de lokale netwerken van ondernemingen (LON’s), het netwerk Jong Voka en de Bright young enterpreneurs.
•
PLATO (SPK)
PLATO is een begeleidings- en ondersteuningsprogramma voor KMO-bedrijfsleiders gebaseerd op het peterschapsprincipe. De doelstelling van PLATO™ is het professionaliseren van de KMO door middel van kennis- en informatieoverdracht,ervaringsuitwisseling en netwerkvorming. projecten worden in onderstaande tabel opgelijst.
De lopende PLATO-
26
Naam PLATO 1300
Thema’s / Groepen Strategisch management, personeelsbeleid, marketing en verkoop, financieel beleid, organisatie en leiderschap
PLATO INTENSIEF
5 groepen: Commercieel, Financieel, Personeel, Continuïteit, Innovatie 3 groepen: Leadership, Strategie, Voeding
PLATO FOCUS
Looptijd 01/2008 – 04/2010
Deelnemende KMO’s 73
01/2008 – 04/2010
69
01/2009 – 12/2009
62
De bovenstaande PLATO-projecten worden gesubsidieerd door het Agentschap Ondernemen via de oproepen Peterschapsprojecten. In 2009 zijn nieuwe subsidies goedgekeurd voor PLATO 1400 en de verderzetting van PLATO INTENSIEF (mei 2010 – augustus 2012). •
OVERIGE NETWERKEN
Netwerk
Omschrijving
UNIZO KMO-contact
Ervaringsuitwisseling met andere ondernemers over verschillende thema’s
VKW Kempen
biedt ondernemers en managers een platform waar ze kennis kunnen delen en elkaar inspireren
Junior Chambre International (JCI) Kempen
Onderdeel van een internationale organisatie van jonge leiders en ondernemende mensen
Rotaract Zuiderkempen
verenigt jongeren uit de regio Geel - Herentals - Westerlo die zich inzetten om activiteiten te organiseren om met de hieruit verkregen inkomsten sociale projecten te ondersteunen
Vlaamse Management Associatie
nationale en regionale netwerk voor het top- en middenmanagement
BIJLAGE 4: STAND VAN ZAKEN ONTWIKKELING GREENFIELDS Regionaal bedrijventerrein Stand van zaken
Nettooppervlakte (ha) *
Balen - Holven 3
Infrastructuurwerken volledig klaar, zone voor aaneengesloten bebouwing is volledig uitverkocht. Enkele percelen 8 voor regionale bedrijvigheid toegewezen.
Grobbendonk Beverdonk
Project door NV De Scheepvaart, Eerste spadesteek nieuwe toegangsweg op 10/12/2009.
Herentals -
Volledige zone is verkocht aan 2 bedrijven.
2 27
Geelseweg Beerse - BeerseZuid
Archeologisch vooronderzoek is gestart. De aanleg van de bufferzone en gemeenschappelijke parking kan volgen 31,7 na verkrijgen van vergunning.
Herentals Dompel
Wachten op vergunning verleggen waterloop, daarna kunnen infrastructuurwerken starten na verkrijging 3 vergunning.
Olen -Portaal Lammerdries
Onteigeningsmachtiging verkregen. Enkel nog wachten op verwerving gronden Ministerie van Landsverdediging 5 indien deze vrij van gebruik zijn.
Oud-Turnhout Bentel
Wachten op verkrijgen vergunning voor infrastructuurwerken. Gronden hopelijk beschikbaar tegen einde 2010.
Turnhout Veedijk Hoogstraten - De Kluis
Archeologisch vooronderzoek is afgerond. Momenteel in laatste fase van ontwerp infrastructuurplan en wachten op 48,8 goedkeuring MER-ontheffingsdossier.
Dessel - Stenehei 3
Is voorlopig mee opgenomen in lopend afbakeningsproces kleinstedelijk gebied Mol.
Geel - Liessel Mol Berkenbossen
GRUP is goedgekeurd. Minnelijke onderhandeling zijn lopende, maar verlopen moeizaam.
13,8
Onteigeningsplan definitief goedgekeurd door Raad van Bestuur van IOK. Onteigeningsmachtiging wordt 45 eerstdaags aangevraagd. Parallel worden gronden in kader van lokale grondenbank verworven.
9 -
Is voorlopig mee opgenomen in lopend afbakeningsproces kleinstedelijk gebied Mol. 24,1
Lokaal bedrijventerrein Laakdal Langvoort
RUP Nikelaan ligt bij bestendige deputatie voor definitieve goedkeuring/aanvaarding. IOK heeft al diverse gronden 9 minnelijk verworven.
Lille - De Leend
Geen bedrijventerrein wenselijk door gemeente. Ook ongelukkige ligging van een aardgasleiding.
Meerhout - De Zeggeman 2
RUP is in opmaak.
Retie - De Bempdekens Arendonk - Hoge Mauw
Wachten op stand Agentschap Infrastructuur rond timing doortrekking ring. IOK heeft ontwerpplan opgemaakt.
3
Goedkeuring onteigeningsplan door Raad van Bestuur is voorzien op 15/12/2009. Daarna kunnen minnelijke 8,3 onderhandelingen en aanvraag onteigeningsmachtiging starten.
28
Geel - De Heze
Opmaak RUP is lopende.
Kasterlee Opmaak RUP is lopende. Gierlebaan Geel - Kievermont Is voorlopig mee opgenomen in lopend afbakeningsproces kleinstedelijk gebied Geel. Merksplas Geen concrete acties tot hiertoe. * schatting op basis van gegevens uit 2006
12 -
BIJLAGE 5: STAND VAN ZAKEN EFFICIENTERE INVULLING VAN BESTAANDE TERREINEN Bijkomende oppervlakte (ha)
Bedrijventerrein
Stand van zaken
Herentals - Wolfstee
Gronden zijn volledig toegewezen aan één bedrijf. Enkel nog wachten op verkrijgen vergunning verleggen 4,7 waterloop en infrastructuur. Daarna volgt uitvoering.
Herentals - Hannekenshoek
IOK maakt hiervoor een ruimtelijke visie op. Medio 2009 werd de strategienota door de betrokken 10 partijen goedgekeurd. Verdere uitwerking en concrete vertaling naar uitvoering moet nu nog volgen.
Olen - Hoogbuul
Onderhandelingen met eigenaars zijn lopende, maar verlopen moeizaam.
9
Eindhoutsebaan
Terrein is ontsloten, wegen en nutsinfrastructuur zijn klaar. Laatste concessie naar Leysen NV
24,8
BIJLAGE 6: STAND VAN ZAKEN SANERING BROWNFIELDS Terrein
Stand van zaken
Oppervlakte (ha)
Balmatt
De sloop van de gebouwen werd afgerond in februari 2009.(in opdracht van SOV) De 1ste fase van de bodemsaneringswerken is opgestart op 2 juni 2009 en deze werden afgerond in de maand december 2009. Het betreft de ontgravingswerken in kader van sanering van perceel 1445 k2, dit perceel is dus gesaneerd voor wat betreft het vaste deel van de aarde. De 2de fase van werken zal begin 2010 worden aanbesteed, dit omvat de
6,2
29
ontgraving op het andere perceel van Balmatt. De werken zouden ook in 2010 kunnen opstarten. De 3de fase van werken, met name de aanpak van het verontreinigde grondwater zal pas opstarten na uitvoering van vorige fasen, via het verwijderen van de kernen van verontreiniging, en via de bemaling die hiervoor nodig is (met nodige waterzuivering) zal immers ook al een deel van het grondwater gesaneerd zijn na afloop van die eerste 2 fasen. Indien mogelijk zal OVAM voor het lanceren van de opdracht van de 2de fase contact opnemen met de eigenaar/herontwikkelaar teneinde de sanering af te stemmen op het toekomstig gebruik. Belgonucleaire
De ontmanteling van de site zal ongeveer 5 jaar duren. De werknemers die momenteel aan de slag zijn bij Belgonucleaire hebben een opleiding gekregen over veiligheidsvoorschriften en ontmantelingstechnieken. Deze werknemers zijn nu bezig met de ontmanteling van de eerste handschoenkasten. De volgende drie jaar zullen er per jaar ongeveer vijftig handschoenkasten worden verwerkt. Het vijfde en laatste jaar wordt de infrastructuur in de gebouwen van Belgonucleaire volledig ontmanteld.
30