VERSLAG VAN DE OPENBARE VERGADERING D.D. 22 MAART 2012 VAN DE COMMISSIE SAMENLEVING VAN DE GEMEENTE HAARLEM Aanwezig de leden en plaatsvervangende leden: De heren Aynan (PvdA), Azannay (GroenLinks), Aynan (PvdA), Kal (GroenLinks), Schouten (SP), Stapelkamp (Haarlem Plus), Veen (VVD), Vrugt (Actiepartij) en Wiersma (CDA) en de dames Kerbert (D66), Langenacker (PvdA) en Özogul-Özen (SP) Mede aanwezig: de heren Van de Manakker (voorzitter), Van der Hoek (wethouder) en Nieuwenburg (wethouder, aanwezig tot en met agendapunt 6) en mevrouw Taets van Amerongen (secretaris) Verslag: de heer Timmermans (Notuleerservice Nederland)
1. Opening en mededelingen voorzitter De voorzitter opent de vergadering om 20.00 uur en heet iedereen van harte welkom. Mevrouw Langenacker vervangt mevrouw Koper en de heer Van der Bruggen. De heer Veen vervangt de heer Rutten. De heer Van den Raadt is verhinderd. De voorzitter meldt dat een meerderheid van de commissieleden hebben laten weten het stuk over Paswerk dat vorige week is besproken, niet rijp te achten voor raadsbehandeling. Wethouder Nieuwenburg kondigt aan te werken aan een gewijzigde versie van het stuk in reactie op de op- en aanmerkingen van de commissie. Hij verwacht het gewijzigde stuk binnen een week naar de commissie te kunnen sturen. 2. Spreektijd voor belangstellenden Er hebben zich geen belangstellenden gemeld. 3. Vaststellen agenda De agenda wordt conform het voorstel vastgesteld. 4. Inventarisatie rondvraag en mededelingen voor leden en collegeleden De heren Kal (GroenLinks) en Wiersma (CDA) kondigen vragen aan voor wethouder Van der Hoek. De heer Azannay (GroenLinks) heeft een vraag aan wethouder Nieuwenburg die hij van de voorzitter meteen mag stellen. Hij vraagt hoe het staat met de afwikkeling van de ID-banen en wat er is gebeurd met de door de raad vrijgemaakte middelen. Wethouder Nieuwenburg zegt dat de rapportage af is en een dezer dagen naar de raad zal komen. Daarin is ook verwerkt wat er met de motie gedaan is. Er zijn geen mededelingen. Ter advisering aan de raad 5. Beleidsnota Schulddienstverlening Insprekers Mevrouw Kroes van Kontext heeft bij alle waardering voor de beleidsnota die de mogelijkheden van de schuldenaar centraal stelt en niet het hulpaanbod, enkele vragen en opmerkingen. Zij merkt op dat Verslag van de openbare vergadering commissie Samenleving van 22 maart 2012
-1-
Kontext en Loket Haarlem veel mensen helpen die niet voldoen aan de criteria voor schuldbemiddeling, maar wel te kampen hebben met zorgwekkende schuldsituaties. Zij maakt zich grote zorgen over de mogelijkheden voor dienstverlening aan deze mensen, veelal in lage sociaaleconomische posities. Zij biedt haar hulp aan om mee te denken over een duidelijke afbakening van taken en verantwoordelijkheden tussen professionals en vrijwilligers. Zij wijst erop dat verwijtbaar gedrag in veel gevallen voortkomt uit een gebrek aan competenties of buiten de klant liggende factoren. Zij dringt daarom aan op overleg met de betrokken ketenpartner voordat een besluit genomen wordt over uitsluiting. Bij een aantal doelgroepen – zoals functioneel analfabeten en mensen met een chronische uitbehandelde psychische stoornis – is volgens haar niet te verwachten dat zij op termijn zelfstandig hun financiën kunnen regelen. Die zullen blijvende zorg nodig hebben om terugval te voorkomen. Mantelzorg en vrijwilligers worden door deze groepen vaak overvraagd en kunnen niet de nodige continuïteit bieden. Zij acht het niet haalbaar om hiervoor vrijwilligers met een re-integratiedoelstelling of mensen met een loonwaarde in te zetten. Kontext ziet het als een van haar belangrijkste taken binnen de Wmo om casusregie te voeren voor deze groepen. Wellicht kan de gemeente dat gaan bekostigen uit de overgehevelde AWBZ-gelden. Kontext wil graag in gesprek met de gemeente over het organiseren van hulp aan gezinnen met minderjarige kinderen. Zij vraagt of de gemeente een inschatting kan geven van het aantal mensen met problematische schulden dat de gemeente naar Kontext denkt door te sturen. Zij merkt op dat mensen dankzij de hulp vaak beter te motiveren zijn voor andere trajecten. Tot slot vraagt zij de aandacht voor jongeren met grote schulden en een lage scholingsgraad. Zij zouden hun kansen erg kunnen verbeteren als ze extra scholing konden volgen. Maar bij een WSNPtraject met de grote nadruk op het verwerven van inkomen, is scholing geen optie. Zij biedt aan daar een toegesneden aanbod op te ontwikkelen. De heer Aynan (PvdA) vraagt of Kontext geraadpleegd is bij het opstellen van deze nota. Mevrouw Kroes zegt dat iets meer overleg welkom was geweest. Mevrouw Özogul (SP) vraagt of Kontext veel te maken krijgt met mensen met psychische problemen die de hulp niet kunnen betalen. Mevrouw Kroes zegt dat de eigen bijdrage van 41 euro voor veel van deze mensen met lage inkomens inderdaad vaak niet haalbaar is. Zij haken af en blijven daardoor verstoken van de hulp die ze hard nodig hebben. De heer Azannay (GroenLinks) vraagt of hij goed begrepen heeft dat Kontext pleit voor schuldhulpverlening specifiek aan jongeren naast de preventieprogramma’s. Mevrouw Kroes zegt dat 80% van de jongeren die zich melden, in diepe schulden zit. Hoe eerder daar hulp geboden wordt, des te meer ellende voor later voorkomen kan worden. De heer Luijcks, penningmeester van het Informatiesteunpunt ISP, zegt dat zijn vrijwilligersorganisatie mensen die problemen hebben met formulieren de weg wijst. Daardoor doorlopen ze de procedures sneller. Ook weet ISP de weg te vinden naar alternatieve oplossingen met schuldeisers en bewindvoerders. De vrijwilligers zijn klantgericht en geven ook begeleiding in het natraject. ISP werkt kleinschalig en effectief. Hij vraagt de gemeente ervoor te zorgen dat ISP kan blijven bestaan. De heer Paardekooper (onder meer Landelijke Cliëntenraad) zegt dat de titel dienstverlening hem zorgen baart. Hulpverlening is in zijn ogen iets anders dan dienstverlening. De gemeente heeft een zorgplicht en wettelijke taken: elke zweem van vrijblijvendheid of het loslaten van verantwoordelijkheid acht hij uit den boze. Er staat in de nota naar zijn mening erg weinig over de inzet van vrijwilligers. Hij laakt het dat organisaties als PMO niet betrokken zijn bij de opstelling van Verslag van de openbare vergadering commissie Samenleving van 22 maart 2012
-2-
deze nota. Bij het overzicht van doelstellingen voor 2012 komen vrijwilligers niet eens aan bod. Hij vindt dat die acht nadrukkelijker betrokken moeten worden. Hij wijst erop dat veel informatie moeilijk toegankelijk is voor mensen in kwetsbare posities. Er moet een laagdrempelige begeleidingsfunctie zijn voor mensen die verstrikt raken in de regelgeving en op zoek zijn naar een second opinion of bemiddeling. De heer Aynan (PvdA) complimenteert de wethouder met de heldere koers voor deze tijd waarin de gemeente niet meer voor iedereen met schulden hulp kan bieden. Ook is hij het eens met het uitgangspunt dat wie de kluit belazert, zelf zijn problemen moet oplossen. Dat neemt echter niet weg dat steeds meer mensen – hoog- en laagopgeleiden – in steeds ingewikkeldere schulden geraken. Hij wijst in dit kader op zelfstandigen (zzp-ers) die vanwege uitstel van de belastingen niet kunnen voldoen aan de termijn van vier weken om actuele informatie aan te leveren. Een inkomensverklaring IB60 kan men immers pas overleggen als er belastingaangifte is gedaan. Daardoor loopt deze groep het risico voortijdig afgewezen te worden als hij een verzoek om schuldhulpverlening aanvraagt. Als gevolg van de kredietcrisis komt in Haarlem een krat van de aanvragen van ZZP’ers. Hij vraagt in deze gevallen een extra regeling te treffen rond die indieningstermijn van vier weken. Hij is het met de nota eens dat er veel winst te halen valt bij de ketenpartners. Meteen actie ondernemen zodra zich de eerste betalingsachterstanden voordoen, kan veel ellende voorkomen. Daarvoor zouden convenanten moeten worden afgesloten met alle mogelijke schuldeisers, van corporaties en nutsbedrijven tot Wehkamp. Dan kunnen de beperkte middelen verder ingezet worden voor de mensen die de hulp het hardst nodig hebben. Bij vroeg ingrijpen bij betaalachterstanden is een cursus over omgaan met geld ook het meest effectief. Spreker ziet dan ook uit naar de door hem gevraagde evaluatie van het huisuitzettingsbeleid en de uitvoering van de motie over stapelingen. Bij bijzondere doelgroepen met multiproblemen is het moeilijk te spreken van verwijtbaar handelen. Maar zij voldoen vaak niet aan de instroomcriteria of vallen juist vanwege hun problemen buiten de boot tijdens het traject. Hij pleit ervoor deze groepen binnenboord te houden. Hij is benieuwd of mensen die rond het minimum zitten in aanmerking kunnen komen voor vergoeding via de bijzondere bijstand van de eigen bijdrage voor stichting Budget. Hij is benieuwd of er voorzien wordt in het aanreiken van de benodigde expertise aan vrijwilligers. Wellicht verdient het aanbeveling ISP als ketenpartner te beschouwen. Voor jongeren acht hij vooral preventie van belang. Hij wijst op de lespakketten van stichting LEF (Leven en financiën). Tot slot vraagt hij opheldering over de 281.000 euro voor externe inhuur. De heer Kal (GroenLinks) sluit zich bij de vragen van de PvdA aan. Hij is bang dat de eigen bijdrage bij stichting Budget veel mensen afhoudt van de schuldhulpverlening waar ze juist zo dringend behoefte aan hebben. Hij vraagt waarom de organisaties niet meer betrokken zijn bij de voorbereiding van dit beleid. Hij vraagt of er scholing is georganiseerd voor vrijwilligers en welke waarborgen er zijn voor hun deskundigheid. Niet om zaakjes helemaal van bovenaf te regelen en te controleren, maar om hen te faciliteren zodat ze hun vrijwilligerswerk goed kunnen uitvoeren. Hij mist specifiek beleid voor jongeren in schulden. De heer Stapelkamp (Haarlem Plus) denkt dat men de eigen kracht van mensen in schulden niet moet overschatten. Hij is benieuwd wat er gebeurt met mensen die eigen kracht ontberen. Hij wijst op het belang van vroegtijdig signaleren, cursussen voor de jeugd en nazorg om herhalingen te voorkomen. Mevrouw Kerbert (D66) noemt het een goed onderbouwde en weloverwogen beleidsnota die anticipeert op nieuwe wetgeving en ontwikkelingen binnen de branche. Zij ziet verbanden met de transities in het sociale domein. Zij juicht de aandacht voor effectiviteit en samenwerking in de keten en het rekening houden met meer aspecten, ook dat van de schuldeiser, toe. Mevrouw Özogul (SP) vindt dat deze nota lang op zich heeft laten wachten. Bij een werkbezoek aan de afdeling is haar veel duidelijk geworden, maar haar zorgpunten zijn niet weggenomen. Zij begrijpt nu waarom verslaafden niet in deze trajecten komen, maar ze dreigen ook van andere hulptrajecten verstoken te blijven. Gewoon bewind werd voorheen betaald door de bijzondere bijstand, maar dat is Verslag van de openbare vergadering commissie Samenleving van 22 maart 2012
-3-
afgeschaft. Ze krijgen nu zwaardere bewindtrajecten aangeboden, maar als ze die weigeren, wordt hen gezegd dat het dus hun eigen keuze is om zich niet te laten helpen. Dat gaat haar te ver, omdat het mensen zijn met veelkoppige problemen. Tot voor kort kregen deze mensen eens per week een afgepast bedrag aan weekgeld. Nu krijgen ze eens per maand een stevig bedrag en als dat op is, hebben ze niets meer. Dat leidt tot problemen. Als mensen nu een bewindvoerder willen hebben, moeten ze daar een eigen bijdrage voor betalen. Dat is voor veel mensen een belemmering. Veel mensen voelen ook niet voor het dure beschermingsbewind, maar zouden wel voelen voor het voormalige gewone bewind. Het zijn niet alleen maar hulpmijders met wie geen afspraken te maken zijn. Zij heeft niets tegen zelfredzaamheid, maar het mag geen excuus worden om mensen zelf de schuld te geven en aan hun lot over te laten. De gemeente blijft hier een taak houden. Zij heeft een groot vraagteken bij de term schulddienstverlening. Zij vraagt zich af hoe het zit met mensen die vanwege hoge lasten nog maar 50 euro per week over hebben om te eten. Moeten die ook die eigen bijdrage betalen? Kunnen ze een beroep doen op bijzondere bijstand en zo ja, waarom wordt daar niet meer bekendheid aan gegeven? De ketenpartners en vrijwilligersorganisaties doen in haar ogen prima werk en leren mensen hun administratie bij te houden. Maar ze maakt zich vanwege de bezuinigingen zorgen over het voortbestaan van de kleine organisaties. Humanitas is een grote partner die het wel zal redden. Bij vroegtijdige schoolverlaters signaleert ze een bijkomend probleem dat die hun studieschuld moeten terugbetalen. Dat komt bovenop de schulden die ze elders hebben opgelopen. Preventie lijkt haar zeker geboden voor de jeugd. De heer Snoek (CDA) roemt juist wel de nadruk op eigen verantwoordelijkheid en kracht in het stuk. Mensen die voor zichzelf en voor elkaar zorgen, is volgens hem de grootste kracht. De overheid moet aanvullend zijn voor de meest zwakken. Dat vindt hij allemaal terug in de nota. Hij is alleen geschrokken van het verhaal van Kontext over het mogelijk overvragen van mantelzorgers door cliënten en vraagt zich af of de overheid daar iets tegen kan doen. Hij is een voorstander van een verplichte cursus over omgaan met geld voor mensen die een beroep doen op schulddienstverlening. De heer Vrugt (Actiepartij) merkt op dat deze gemeente met zijn half miljard schuld een heel goed voorbeeld geeft hoe het moet. Wellicht is ook binnen de eigen organisatie een cursus budgetbeheer geboden. Hij wil graag een vinger aan de pols houden bij het maken van beleidsregels en kan dus niet instemmen met de tweede bullet van besluitpunt 1. Hij maakt zich grote zorgen dat er minder ambtenaren komen om het groeiend aantal mensen met schulden te bedienen. Hij vraagt wat bedoeld wordt met de zin over het niet realiseren van een schuldenvrije toekomst bovenaan op pagina 8. Hij vraagt wat er gebeurt met mensen die tijdens het traject weer meer schulden maken en hun afspraken niet nakomen. Hij hoort vaker van mensen wier automatische betalingen niet verwerkt worden, waardoor ze dieper in de problemen raken. Hij vraagt naar de reden om de externe stichting Budget, die eigen bijdrages vraagt, in te schakelen. Hij pleit voor meer inzet op vrijwilligers- en zelforganisaties. Veel geld gaat nu vanuit het rijk naar projecten van Humanitas. Hij wil weten waarom het project hulpmaatjes van Stem in de Stad niet wordt genoemd. Wethouder Nieuwenburg zegt dat getracht is degelijk beleid te ontwikkelen voor mensen die wegens schulden diep in de problemen zitten. Daarin moeten goede keuzes gemaakt worden zodat mensen met eigen kracht niet meer hulp krijgen dan ze nodig hebben. Tot voor kort werd een groot deel van de capaciteit ingezet voor die groep. De inzet is nu meer gericht op de mensen die de hulp echt nodig hebben, al zullen ook die aangesproken worden op hun eigen verantwoordelijkheid. Deze doelgroep krijgt niet drie maar zes maanden om zijn financiële situatie te stabiliseren. Die uitzondering is er om hen wat meer rust te bieden. Mensen met budgetbeheer krijgen nog gewoon hun weekgeld om eten te kunnen kopen. Hij nodigt de raadsleden van harte uit eens een tijdje mee te lopen met de uitvoerders van dit beleid om de praktijk te leren kennen. Het staat de commissie volstrekt vrij de nota voor de uitvoering te agenderen voor bespreking. Die nota is waarschijnlijk volgende week klaar. De cliëntenraad heeft met dit beleid ingestemd. Met de organisaties zit de gemeente geregeld om tafel. Een formele rol in de voorbereiding van deze nota was niet nodig. Dat laat onverlet dat de gemeente haar eigen beleid bepaalt, ook waar het gaat om jeugdzorg. De gemeente heeft de rol om uitgangspunten en beleidscriteria te formuleren op grond waarvan de uitvoeringsorganisaties hun werk Verslag van de openbare vergadering commissie Samenleving van 22 maart 2012
-4-
moeten doen. De gemeente moet sturen en maakt daarbij natuurlijk wel dankbaar gebruik van de expertise van de organisaties die dat beleid moeten gaan uitvoeren. Dat leidt tot uitvoerbaar beleid. Er zijn al voorbereidingen voor deskundigheidsbevordering van vrijwilligers. Als er een tekort is, wordt dat bij Humanitas aangevuld door consulenten. Maar hij is het eens met de heer Snoek dat de gemeente niet alles moet willen dichtregelen en ook moet vertrouwen op de passie en deskundigheid van de vrijwilligers. De gemeente let op de beschikbaarheid en hanteert een paar criteria voor een objectieve toets. Hij zegt toe nog eens extra naar de kwestie van de ZZP’ers te kijken. Als er geen schuldhulpregeling getroffen is, moeten mensen conform een eerder besluit zelf betalen voor budgetbeheerkosten. Het bedrag van 280.000 euro heeft te maken met de betaalde dienstverlening voor andere gemeenten. De capaciteit voor Haarlem zelf komt geheel ten laste van de bestaande personeelsformatie. Hij is zich scherp bewust van de problemen bij jongeren en onderschrijft de gehoorde aanbevelingen van harte. De samenwerking met de ketenpartners is van wezenlijk belang. Binnenkort komt de evaluatie van het beleid ter preventie van huisuitzettingen. Er liggen verbindingen met dit beleid, maar die vormen geen belemmering voor het aannemen van deze nota. De gemeente is net als corporaties aangesloten bij de NVVK en heeft daardoor ook zicht op betalingsachterstanden van mensen in kwetsbare posities. Hij zal alle complimenten voor de nota doorgeven aan de ambtenaren. Hij zegt toe vóór de raad met een antwoord te komen op de vraag van de heer Snoek en Kontext wat er te doen valt aan het ervaringsfeit dat mantelzorgers en vrijwilligers door mensen met een laag niveau en beperkte psychosociale vaardigheden vaak overvraagd worden. De heer Hasselman (ambtenaar) zegt dat het standpunt is dat mensen die niet te maken hebben met een regelbare schuldensituatie, hun budgetbeheer zelf kunnen betalen. Mensen op bijstandsniveau worden ook geacht 46 euro per maand te betalen voor budgetbeheer. Mevrouw Özogul (SP) zegt dat haar eerder verteld is dat deze mensen niet zouden worden verplicht om van 37,50 euro per week te leven. Verder is zij benieuwd hoeveel mensen er voor dit doel gebruikmaken van de bijzondere bijstand. De heer Hasselman zegt dat elke aanvraag voor bijzonder bijstand individueel beoordeeld wordt, niet categorisch. Deze vorm van bijstand gaat altijd om maatwerk en uitzonderingen. En daar wordt soms ook voor deze gevallen gebruik van gemaakt. Wethouder Nieuwenburg zegt dat deze kwestie al eerder in de raad is gemeld. De bijzondere bijstand is een soort hardheidsclausule, geen beleidsinstrument. Dat geldt dus eigenlijk ook voor de vraag van de heer Snoek over de mantelzorgers, waar hij bij nader inzien weinig meer antwoord op zou weten. De heer Snoek (CDA) zegt dit een helder antwoord te vinden. De heer Vrugt (Actiepartij) vraagt of Humanitas de enige organisatie in Haarlem is die geld krijgt van het Rijk. Wethouder Nieuwenburg zegt dat de gemeente ook samenwerkt met Stem in de Stad. Daarom ontvangt Stem in de Stad ook subsidie van het Rijk. De voorzitter vraagt hoe dit stuk in de raad behandeld zal worden. De heer Vrugt (Actiepartij) zegt een motie te willen indienen over de eigen bijdrage van 46 euro en wellicht een over het tweede deel van besluit 1. Mevrouw Özogul (SP) zegt een motie te overwegen. De heer Aynan (PvdA) kondigt eveneens een motie aan, maar zonder herhaling van de discussie. De voorzitter stelt vast dat het stuk als bespreekstuk naar de raad gaat, met mogelijk enkele moties. Verslag van de openbare vergadering commissie Samenleving van 22 maart 2012
-5-
Overige punten ter bespreking 6. Brief van wethouder Nieuwenburg aan de raad d.d. 7 februari 2012 inzake notitie aanmelding en toelating V.O. schooljaar 2011/2012 De heer Snoek (CDA) zegt dat deze brief onvoldoende is om de toezegging van de wethouder van 10 maart 2011 in te lossen. Hij verzoekt de wethouder nu dringend om een onafhankelijk onderzoek naar alternatieven voor loting en de mogelijke rollen van de lokale overheid daarbij. Dat onderzoek moet op korte termijn plaatsvinden, zodat het nog van betekenis kan zijn voor de toelatingen op VO-scholen in 2013. Mevrouw Kerbert (D66) sluit zich daarbij volledig aan. Zij wil in het onderzoek ook voorbeelden van elders zien, de mogelijke betrokkenheid van ouders en een adviesvraag aan de schoolbesturen over de verschillende opties. De heer Veen (VVD) zegt dat de afwegingen en overwegingen voor kinderen begrijpelijk moeten maken dat deze keuze op een rechtvaardige wijze tot stand komt. Wethouder Nieuwenburg zegt dat hij deze overwegingen mee zal nemen in de evaluatienotitie. Hij zal in de volgende commissievergadering laten weten wanneer die startnotitie verwacht kan worden. 7. Uitvoeringsnota aanpak huiselijk geweld 2012 De heer Aynan (PvdA) vraagt naar aanleiding van een artikel in het HD van vorig jaar hoe de preventie en nazorg in de praktijk werken. Hij mist in het stuk aandacht voor eergerelateerd geweld en merkt op dat Haarlem geen lid is van het landelijk platform huiselijk geweld. De heer Azannay (GroenLinks) zegt vorig jaar al aandacht gevraagd te hebben voor eerwraak. Toch staat er weer niets over in deze nota voor 2012. Hij vraagt of de bestemming van het restant van 380.000 euro uit 2011voor verwante doeleinden in overeenstemming is met de afspraak met het ministerie dat het alleen voor hetzelfde doel mag worden ingezet in 2012. De heer Schouten (SP) mist aandacht voor mannelijke slachtoffers van huiselijk geweld. De heer Stapelkamp (Haarlem Plus) vraagt waarom zo veel geld in 2011 niet besteed is. De heer Wiersma (CDA) vindt het te billijken dat er minder accent gelegd wordt op preventie. Er worden wel cursussen uitgezet voor huisartsen en gezondheidswerkers om signalen te leren herkennen. Hij vraagt wel of de preventie na 2013, als de financiële situatie beter is, weer kan worden opgepakt. Hij vraagt een toelichting op de wens van Castricum zich aan te sluiten bij Alkmaar en of dat aan geld of aan de mogelijkheden ligt. Hij informeert naar het klanttevredenheidsonderzoek over 2011. Hij is benieuwd of de wethouder iets kan doen aan de kennelijk belabberde huisvesting in IJmuiden. Mevrouw Özogul (SP) mist eveneens aandacht voor eergerelateerd psychisch geweld tegen meisjes die een voor haar familie onwelgevallige vriend hebben. Zij weet uit haar eigen omgeving dat dit onder bepaalde bevolkingsgroepen vaak voorkomt. Wethouder Van der Hoek zegt niet op de hoogte te zijn van het specifieke geval dat de heer Aynan aanroert. Hij zal het laten nazoeken. In 2012 wordt vooral ingezet op vroegsignalering door professionals. Het meeste wordt vanuit de gemeente gedaan in de vorm van convenanten en het aanbieden van cursussen. Het platform is bij de gemeente niet bekend. Eergerelateerd wordt gezien als een element in de brede aanpak van huiselijk geweld. Er wordt wel veel aan gedaan. Er is bijvoorbeeld een apart casusoverleg in het Veiligheidshuis. Bij het steunpunt is er ook aandacht voor de situatie van meisjes. Hij belooft het onderwerp in een volgende Verslag van de openbare vergadering commissie Samenleving van 22 maart 2012
-6-
uitvoeringsnota specifiek op te nemen. Het bedrag van 380.000 euro was niet alleen bestemd voor vrouwenopvang, maar voor inzet in de hele brede aanpak van huiselijk geweld. Er zijn ook opvangplekken voor mannen die het slachtoffer geworden zijn van huiselijk geweld. De beschikking van het ministerie voor de aanpak van ouderenmishandeling kwam pas laat in het jaar af, vandaar dat er minder geld is uitgegeven. Deze nota geeft een schets van de huidige beschikbare middelen. In de volgende nota zal er gewerkt worden met de budgetten die de raad dan beschikbaar gesteld heeft voor preventie. Er zijn gesprekken gaande met de Blijfgroep, de eigenaar, over een betere huisvesting in IJmond op een andere locatie. Vooral de privacy van moeders is in de huidige locatie in het geding. Men is nog in gesprek met de uitvoerders van het klanttevredenheidsonderzoek 2011 in combinatie met een effectiviteitsonderzoek. Het rapport wordt media 2012 verwacht. De tevredenheid is groot, zeker gezien de problematiek. De gemeente Castricum wil zich bestuurlijk richten op Alkmaar en trekt zich uit allerlei samenwerkingsverbanden terug. Volgens het regionaal Kompas moet de centrumgemeente, Haarlem dus, daar toestemming voor geven omdat het nogal wat nadelige financiële effecten oplevert. Zijn standpunt is dat de afbouw geleidelijk moet gaan om die effecten te dempen. De kosten die Castricum maakt, worden voor zover redelijk verwerkt in de vergoedingen. De voorzitter stelt vast dat het stuk voldoende besproken is. 8. Actielijst en jaarplanning Lang niet alle leden blijken het stuk op tijd ontvangen te hebben voor een vruchtbare bespreking. Op voorstel van de voorzitter wordt de bespreking verdaagd naar de volgende vergadering van 5 april. 9. Rondvraag De heer Wiersma (CDA) informeert of het juist is dat er een informatiebijeenkomst van het Leger des Heils en de Brijderstichting op stapel staat over de Unilocatie. Wethouder Van der Hoek zegt dat hij deze bijeenkomst vermeld heeft in zijn brief aan de raad over de voortgang en vertraging in het proces. Het gaat om dezelfde presentatie die de twee instellingen hier eerder hebben gegeven. De bijeenkomst is komende maandag in de raadzaal. De raadsleden zijn niet expliciet uitgenodigd, maar wel welkom. De afspraak was immers dat het college het proces zou volgen met de klankbordgroep. De heer Kal (GroenLinks) vraagt of de wethouder bekend is met de stichting Bedenk die de raadsleden heeft uitgenodigd voor een werkbezoek. Is er wellicht een werkplan bij de gemeente beschikbaar? Ze zitten bij de kinderboerderij en doen daar kennelijk educatieve projecten. Wethouder Van der Hoek zegt te zullen laten nagaan of er informatie beschikbaar is. Hij zegt de stichting niet te kennen. De voorzitter merkt op dat in de commissie Beheer al gewezen is op het ongelukkige moment voor het werkbezoek. 10. Agenda komende commissievergadering(en) Er worden geen ingekomen stukken geagendeerd. 11. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 21.55 uur.
Verslag van de openbare vergadering commissie Samenleving van 22 maart 2012
-7-