Van theorie naar werkelijkheid Om een vruchtbaarheidsbehandeling een redelijke kans op slagen te geven moet het onderliggende probleem zo goed mogelijk in kaart worden gebracht. Vandaar de grote aandacht die wordt besteed aan de voorafgaande onderzoeken. Op basis van de uitslag daarvan en na evaluatie van uw persoonlijke situatie wordt bepaald met welke behandeling u het beste geholpen kan worden.
Of een paar vruchtbaar is of niet, hangt af van het antwoord op de volgende vier vragen: • Zijn er (voldoende, gezonde) zaadcellen voorhanden? • Is er (op het juiste ogenblik) een eicel beschikbaar? • Kunnen ze bij elkaar komen? • Kan de bevruchte eicel innestelen? Een paar is ‘verminderd vruchtbaar’ als zwangerschap uitblijft na minstens één jaar van geregelde coïtus zonder enige vorm van geboortebeperking. Dat impliceert dat het antwoord op minstens één van de vier vragen negatief is. Bij veel paren gaat het om een combinatie van factoren; vandaar dat we nog zelden spreken over ‘mannelijke’ of ‘vrouwelijke’ onvruchtbaarheid, maar eerder over ‘de mannelijke/vrouwelijke factor’ in het vruchtbaarheidsprobleem. medische praktijk 25
medisch onderzoek van beide partners
In deze fase van uw behandeling is het best nuttig om de onderzoeken in UZ Brussel te laten uitvoeren: zo komen de resultaten via uw elektronisch dossier het snelst bij de CRG-arts terecht.
Aangezien voor zowel de vrouw als de man een cruciale rol is weggelegd in de behandeling, worden beide partners vooraf medisch onderzocht. Welke onderzoeken dat voor u impliceert wordt besproken tijdens uw eerste afspraak met een arts van het CRG. Om overbodige onderzoeken te vermijden is het belangrijk dat u de resultaten van eventuele eerdere tests en alle relevante medische informatie meebrengt. Als patiënt kan u een kopie vragen van uw medisch dossier, of zich dat bevindt bij uw huisarts, uw gynaecoloog of in het ziekenhuis waar u behandeld werd. De huidige wetgeving laat toe dat u dat zelf doet. De onderzoeken die de arts toch nodig acht, kan u zowel in UZ Brussel als elders laten uitvoeren. In het laatste geval krijgt u van de CRG-arts een aanvraagformulier mee; in het eerste geval maakt u een afspraak met de polikliniek van UZ Brussel, op het nummer +32 2 477 66 01.
Bloedonderzoek Bij vrouw en man wordt een bloedonderzoek uitgevoerd. Dit laat toe een gedetailleerde hormonenbalans op te stellen, het aantal en de structuur van de chromosomen te controleren en mogelijke antilichamen op te sporen tegen o.a. geelzucht (hepatitis), het HIVvirus (aids) en zaadcellen. In het geval van de vrouw wordt ook gecheckt of ze beschermd is tegen rode hond (rubella) en de kattenziekte (toxoplasmose). In beide gevallen gaat het om een aandoening die, als de vrouw ze in het begin van de zwangerschap krijgt, ernstige schade aan het kind kan berokkenen.
Screening op HIV en Hepatitis B en C
medische praktijk
Gevolg gevend aan de nieuwe Belgische wet op de weefselbanken, wordt de screening op HIV, hepatitis B en C en syfilis bij elke nieuwe IVF/ICSI poging herhaald. Van iedere patiënt die weefsel (eicellen, zaadcellen, embryo’s) afstaat moeten we namelijk vóór de start van elke nieuwe behandeling de resultaten van de infectieonderzoeken kennen. Dat impliceert dat de aanwezigheid van de man op de dag van pickup bijna altijd vereist is. Alleen als hij zijn spermastaaltje vooraf heeft afgeleverd en laten invriezen - of als het om een behandeling met donorsperma gaat - is dat niet nodig.
26
Praktisch gezien: bij de vrouw zal de bloedprik gebeuren in het Operatiekwartier, vóór ze de pick-up ondergaat; de man moet voor zijn bloedprik op de Verpleegeenheid zijn.
Baarmoederonderzoek Omdat de mogelijkheid van baarmoederhalskanker niet kan worden uitgesloten, wordt soms een uitstrijkje genomen (paptest). Ook wordt soms een beetje slijm uit de vagina verwijderd, dat op ontstekingen wordt gecontroleerd. Verder staat er een echografie op het programma, die een duidelijk beeld moet geven van de inwendige geslachtsorganen van de vrouw. Bij bepaalde indicaties wordt soms – vooruitlopend op de inseminatie of de embryotransfer – de lengte van de baarmoederhals en de baarmoeder gemeten, met een fijn latje via de vagina. Ook wordt soms een proeftransfer uitgevoerd, om te vermijden dat zich bij de echte transfer onvoorziene moeilijkheden zouden voordoen. Tot slot, als nog andere voorbereidende onderzoeken nodig zouden zijn (hysteroscopie, hysterosalpingografie, laparoscopie), dan zal uw arts dat met u bespreken. Zie ook p. 62 e.v. voor een korte beschrijving.
Sperma-onderzoek Aangezien de vruchtbaarheid van de man vooral samenhangt met het aantal zaadcellen in zijn sperma en de beweeglijkheid en de vorm van die cellen, wordt elk van deze drie elementen grondig bestudeerd. Meteen wordt nagegaan of er voldoende bruikbare zaadcellen kunnen worden afgezonderd voor de inseminatie of de bevruchting van de eicellen in het laboratorium. Voor de afgifte van een spermastaaltje (in het laboratorium andrologie, CRG, niveau +1) moet u steeds van tevoren een afspraak gemaakt hebben. Het staaltje zelf produceert u in het CRG, in een apart kamertje, al dan niet geholpen door uw partner. In uitzonderlijke gevallen aanvaarden we dat u het staaltje thuis of elders produceert, maar dan moet dat in een speciaal potje, dat u binnen het uur in het laboratorium afgeeft. Onderweg moet u het zorgvuldig op lichaamstemperatuur bewaren, bv. door het in de binnenzak van uw jas te stoppen.
17 17| Zaadcellen worden aangekleurd om hun vorm te beoordelen.
medische praktijk
SIS-kaart meebrengen! In principe moet u bij elke raadpleging van de medische sector uw SIS-kaart voorleggen. In de praktijk van ons ziekenhuis hoeft dat alleen als het al een tijdje geleden is dat uw kaart ingelezen werd (langer dan drie maanden). Tijdens een fertiliteitsbehandeling in het CRG vragen we niettemin dat u bij elke consultatie bij de arts, bij elke counseling en bij de eerste bloedprik aan het begin van de stimulatiekuur, uw SIS-kaart laat inlezen. U kan dat zelf doen aan onze SIS-kaartkiosk.
27
de begeleiding in het crg
18 18| In gesprek met een arts van het CRG.
Gedurende de hele behandeling wordt u professioneel begeleid door mensen uit het team van het CRG. Enerzijds is dat natuurlijk fertiliteitsarts, anderzijds kan u terecht bij een counselor. Dat is de verpleegkundige of vroedvrouw die instaat voor het verstrekken van informatie over, en voor de begeleiding tijdens uw behandeling. Een week of vijf na het eerste doktersconsult zijn alle voorbereidende onderzoeken uitgevoerd en de resultaten ervan bekend. Daarop volgt uw tweede afspraak bij de arts, waarin hij of zij samen met u de resultaten zal overlopen en op basis daarvan een concreet behandelingsschema zal voorstellen. Daarna moet u een afspraak maken met de counselor, voor een informatiesessie waarin uw behandeling vanuit verschillende invalshoeken wordt overlopen. Dat gesprek zal gaan over: • de praktische aspecten, zoals bv. de startdatum en het overleg met de planningsverantwoordelijke, de openingsuren, de manier om afspraken te maken in het CRG, het waar en wanneer van welke interventie, etc.; • het medische luik: wat uw behandeling inhoudt, welke medicatie u moet nemen, hoe u die moet toedienen en hoe u zich moet voorbereiden op een interventie; • uw communicatie met het CRG: met de Dagelijkse Patiënten monitoring (DM) tijdens uw behandeling, en daarna – bij een eventuele zwangerschap – met het follow-upteam; • de juridische aspecten, zoals welke contracten en toestemmings formulieren u moet ondertekenen; en • de financiële kant van de zaak, met – voor Belgische patiënten die mutualiteitsgerechtigd zijn – informatie over de voorwaarden tot terugbetaling van de behandeling.
medische praktijk
Vaak gestelde vraag Kan u zelf iets doen om de kans op succes van de IVF-behandeling te vergroten? Lees het antwoord op p. 81.
28
In het CRG kan u kiezen uit twee counselingformules: • er is de privécounseling, waarbij u het bovenstaande met de counselor bespreekt in een persoonlijk onderhoud van ongeveer anderhalf uur; • en er is de groepscounseling, die georganiseerd wordt voor maximum zes paren tegelijk en die zo’n twee uur tijd in beslag neemt. Anderhalf uur daarvan wordt besteed aan een gestructureerde presentatie over uw behandeling en aan algemene informatie; daaropvolgend is er voor elk paar de gelegenheid tot een kort, persoonlijk consult van tien à vijftien minuten. Dat geeft de counselor de gelegenheid om bepaalde, persoonlijke vragen te beantwoorden en om even dieper in te gaan op uw specifieke behandelingsschema. Dat is nl. op uw situatie toegespitst en kan daardoor erg verschillen van patiënt tot patiënt.
De hele fertiliteitsbehandeling lang fungeert de counselor als uw vertrouwenspersoon, die u tijdens de kantooruren steeds kan contacteren voor hulp en advies. Vanuit een jarenlange ervaring zal de counselor u begeleiden bij eventuele fysieke, psychische of praktische problemen. Indien nodig maakt hij of zij voor u ook een (nieuwe) afspraak met de behandelende arts of met de psycholoog van het centrum. Uiteraard staat de counselor ook bij elke eventuele volgende fertiliteitspoging paraat. Voor sommige onderdelen van de IVF-behandeling wordt u in de verpleegeenheid van het CRG verwacht. Daar wordt de rol van de counselor tijdelijk door het personeel van die eenheid overgenomen.
Startdatum stimulatie Op het medicatieschema dat bij uw behandeling hoort, staat een belangrijke datum: de dag waarop u met de stimulatiekuur mag beginnen. Dat is de geplande startdatum van uw behandeling. Zolang die niet werd vastgelegd, is uw behandeling niet in de planning van het CRG opgenomen en kan ze niet uitgevoerd worden.
Foliumzuur nemen! In het gesprek met de counselor wordt afgesproken dat de vrouw meteen nadat ze heeft beslist om een IVFbehandeling te ondergaan, begint met de inname van foliumzuurpillen. Van dat medicijn is immers bewezen dat het risico op een open rug bij de foetus er effectief door afneemt. Best is dat u dagelijks 0,4 mg foliumzuur minstens vier weken vooraf begint in te nemen en daarmee doorgaat tot ten minste de tiende week van de zwangerschap. Als u zwanger bent van een meerling, moet de dosis opgevoerd worden tot 4 mg vanaf het ogenblik dat u weet dat u zwanger bent tot de twaalfde week.
Waarom? Wij willen voor elke IVF-behandeling die in ons centrum uitgevoerd wordt de beste kwaliteit garanderen. Daarom besteden we bijzondere aandacht aan de eigenlijke in-vitrobevruchting: het laboratoriumwerk dus. Kwaliteitsnormen en controleprocedures zorgen er daar voor dat het resultaat optimaal is. Maar daardoor is het aantal handelingen dat de betrokken embryologen, verpleegkundigen en medici per dag kunnen stellen, beperkt. Het is dus nodig om een strikte planning op te stellen, en dié is gebaseerd op de startdatum van de stimulatiekuur.
19 19| Foliumzuurpillen.
Praktisch
medische praktijk
Als de IVF-behandeling die u ondergaat uw eerste is, wordt de startdatum vastgelegd in het gesprek met de counselor. Als de behandeling geen succes heeft gekend en u een volgende poging wil ondernemen, zal in overleg met uw gynaecoloog een nieuwe startdatum worden gezocht. In alle gevallen waar de startdatum nog niet definitief werd vastgelegd tijdens uw consultatie in het CRG of om een of andere reden moet worden gewijzigd, neemt u best zo vlug mogelijk contact op met de planningsverantwoordelijke, om de start van uw behandeling te kunnen plannen in functie van uw cyclus. Dat doet u op het nummer +32 2 477 66 19.
29
administratieve formaliteiten Als wij niet in het bezit zijn van de toestemming tot terugbetaling van de mutualiteit op de dag van de pick-up, zal de volledige laboratoriumkost aan u worden doorgerekend. Wettelijke leeftijdsrestrictie Los van de terugbetalingsvoorwaarden van de mutualiteit, waarbij de eindleeftijd vroeger valt – zie daarvoor p. 98 – heeft de Belgische wetgever sinds 2007 een absolute leeftijdslimiet voorzien. Zie daarvoor p. 20.
medische praktijk
Om van de fertiliteitsarts toestemming te kunnen krijgen om een embryotransfer te ondergaan, moeten alle contracten en toestemmingsformulieren in ons bezit zijn vóór de eicelpickup. Daarom zullen we u vragen om de documenten te ondertekenen aan het einde van het onderhoud met de counselor of ons ondertekend terug te bezorgen binnen de tien dagen daaropvolgend.
30
Aanvraag tot terugbetaling Als u onder het systeem van de Belgische mutualiteit valt en aan bepaalde voorwaarden voldoet, worden de meeste kosten van een IVF-behandeling terugbetaald, en dat voor maximaal zes behandelingscycli. De specifieke IVF-terugbetaling geldt voor de medicatie van de stimulatiekuur (op het remgeld na) en voor de laboratoriumkost. Naar aanleiding van uw eerste raadpleging bij de CRG-arts dienen wij een aanvraag tot terugbetaling in bij de mutualiteit. Daarop bezorgen zij een toestemmingsformulier voor maximaal zes behandelingen, hetzij rechtstreeks aan ons, hetzij aan u. In het laatste geval moet u ons dat toestemmingsformulier bezorgen, ten laatste op de dag van de pick-up, om zeker te kunnen zijn van de terugbetaling. Denk daar ook aan als uw vorige behandeling in een ander centrum zou zijn verlopen. De mutualiteit geeft namelijk meteen toestemming voor het maximale aantal behandelingscycli (zes), en vermoedelijk zullen veel centra dat toestemmingsformulier voor u bewaren in uw dossier. Vergeet het dus niet op te vragen als u van centrum verandert. Meer details over de kosten en de terugbetaling van (andere onderzoeken en ingrepen in het kader van) een IVF-behandeling vindt u in Wat gaat het kosten?, p. 98. Bent u een buitenlandse patiënt, dan gelden uiteraard niet de Belgische terugbetalingsregels. Meer informatie over de kostprijs van uw behandeling kan u opvragen bij het contactcentrum.
Schriftelijke toestemmingen In overeenstemming met de wettelijke bepalingen over medisch geassisteerde bevruchting moet u, vóór de start van uw behandeling in het CRG, allebei schriftelijk uw toestemming geven voor een aantal zaken. Daartoe moet u verschillende formulieren invullen en ondertekenen. Tijdens het gesprek met de counselor zullen ze samen met u worden doorgenomen. Om te beginnen moet u toestemming geven voor de fertiliteits behandeling zelf, of die nu bestaat uit kunstmatige inseminatie (KI) of uit een IVF-behandeling, al dan niet in combinatie met ICSI. Als bij die behandeling donormateriaal zal worden gebruikt – donor sperma bv. – moet u daarvoor uitdrukkelijk uw toestemming geven. Bij IVF worden één of twee – uitzonderlijk drie – embryo’s in de baarmoeder geplaatst. Heeft de eigenlijke in-vitrobevruchting meer embryo’s opgeleverd, dan kunnen boventallige embryo’s van goede kwaliteit worden ingevroren, voor gebruik bij een eventuele nieuwe poging. Maar u kan er ook voor kiezen om tijdens uw behandeling op te treden als donor, door hetzij eicellen, hetzij em-
Laarbeeklaan 101 – 1090 Brussel
Tel. +32 (0)2 477 66 99 – Fax +32 (0)2 477 66 49
www.brusselsivf.be
oveReeNkomsT oveR de BesTemmiNG vAN BoveNTALLiGe emBRyo’s
A02-N
Centrum Reproductieve Geneeskunde
Tussen de bank voor reproductief menselijk lichaamsmateriaal
en mevrouw k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
van het Universitair Ziekenhuis Brussel, vertegenwoordigd door
geboortedatum k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Prof. dr. H. Tournaye, beheerder van de bank en diensthoofd
en partner k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
van het Centrum voor Reproductieve Geneeskunde,
geboortedatum k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
hierna genoemd UZ Brussel, enerzijds,
wonende te (indien van toepassing beide adressen vermelden aub) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Conform de wet van 6 juli 2007 over medisch begeleide voortplanting (mBv) en de bestemming van gameten en boventallige embryo’s, moet de bestemming van boventallige embryo’s gekend zijn vóór enige implanting van embryo’s plaats kan vinden.
I. Bewaartermijn met het oog op de invulling van een (toekomstige) kinderwens kunnen boventallige embryo’s afkomstig uit een ivF/iCsi-behandeling worden bewaard door invriezing. de bij wet bepaalde termijn voor de bewaring van embryo’s bedraagt vijf jaar en vangt aan op de dag van invriezen. Bij het verstrijken van de bewaartermijn voert UZ Brussel de instructies uit die de wensouder(s) heeft/hebben gegeven in deze overeenkomst. de termijn voor de bewaring van boventallige embryo’s die gebruikt worden in een programma voor embryodonatie (zie V) wordt vastgelegd door UZ Brussel.
II. Bestemming van de boventallige embryo’s maak uw keuze door A of B aan te kruisen en duid daaronder vervolgens slechts één keuzevak aan. A e de wensouder(s) verklaart/verklaren dat de boventallige embryo’s mogen worden ingevroren en bewaard. Zij geeft/geven de volgende bestemming aan de embryo’s zodra de bewaartermijn van vijf jaar is verstreken:
e afstand voor wetenschappelijk onderzoek (zie de Brochure Wo*); g akkoord voor alle onderzoeksdomeinen (zie VII) g akkoord, behalve voor onderzoeksdomein(en) met letter(s)
en . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
hierna de wensouder(s) genoemd anderzijds, wordt overeengekomen wat volgt.
B e de wensouder(s) verklaart/verklaren dat de boventallige embryo’s niet mogen worden ingevroren. Zij geeft/geven de volgende bestemming aan de boventallige embryo’s:
e afstand voor wetenschappelijk onderzoek (zie de Brochure Wo*); g akkoord voor alle onderzoeksdomeinen (zie VII) g akkoord, behalve voor onderzoeksdomein(en) met letter(s)
k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
e vernietiging.
III. Bestemming van de boventallige embryo’s in geval van (echt)scheiding, of wanneer één van de wensouders definitief niet meer in staat is om beslissingen te nemen, of wanneer de wensouders een onoplosbaar meningsverschil hebben de wensouder(s) geeft/geven in dat geval de volgende bestemming aan de boventallige embryo’s: (slechts één keuze aankruisen a.u.b.)
e afstand voor wetenschappelijk onderzoek (zie de Brochure Wo*); g akkoord voor alle onderzoeksdomeinen (zie VII) g akkoord, behalve voor onderzoeksdomein(en) met letter(s)
k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
e afstand voor anonieme donatie (ook V invullen a.u.b.; e vernietiging.
k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
e afstand voor anonieme donatie (ook V invullen a.u.b.); e vernietiging.
12/2011/DRUK
bryo’s af te staan aan paren die uitsluitend met donormateriaal kunnen worden geholpen. Bij embryo’s kan u dat ook achteraf nog doen, door de ingevroren embryo’s af te staan die u zelf niet meer nodig heeft. De nieuwe wetgeving rond geassisteerde bevruchting voorziet uitdrukkelijk dat u i.v.m. de boventallige embryo’s een aantal zaken moet beslissen vóór u aan de behandeling begint. Laat u ze invriezen of niet? Indien niet, schenkt u ze dan weg voor wetenschappelijk onderzoek of moeten ze vernietigd worden? Indien wel, wat moet ermee gebeuren als u ze niet meer nodig hebt: donatie aan een ander paar, wetenschappelijk onderzoek of vernietiging? Ook moet u nadenken (en uw beslissing in verband daarmee kenbaar maken in het ondertekende contract) over wat er met de bewaarde embryo’s moet gebeuren als er iets verandert in uw levenssituatie (echtscheiding, overlijden van één van beide partners). Tijdens de periode van bewaring kan u uw beslissing nog herzien, maar ook die herziening moet u steeds allebei ondertekenen.
A02-N.indd 1
20/01/12 12:20
Met de ondertekening van de contracten geeft u beiden te kennen dat u vóór de start van de behandeling uitgebreid geïnformeerd bent over alle medische, psychologische en onderzoeksaspecten ervan, en dat u op basis van die informatie een weloverwogen beslissing heeft kunnen nemen. Deze CRG-gids maakt deel uit van de informatieplicht die ons centrum tegenover u als patiënt(en) heeft.
Inschrijving Zodra u heeft beslist om te beginnen met de IVF-behandeling, is het tijd voor de ‘administratieve vooropname’. Hiervoor meldt u zich bij de dienst Inschrijvingen in de toegangshal van het Kinderziekenhuis van UZ Brussel, voorzien van uw identiteitskaart en SIS-kaart. Tenzij u de behandeling als alleenstaande wensouder ondergaat, moeten beide partners zich laten inschrijven. Buitenlandse patiënten hebben uiteraard geen SIS-kaart, maar een geldig identiteitsbewijs van beide partners is absoluut nodig om zich te kunnen laten inschrijven.
Beide partners zijn nodig Als u als paar aan een vruchtbaarheidsbehandeling begint, is het nodig dat u allebei aanwezig bent. Niet alleen tijdens de eerste consultatie bij de arts, maar ook tijdens het onderhoud met de counselor. Voor de behandeling is namelijk uw beider toestemming nodig en dus moet u allebei alle nodige contracten ondertekenen. Ook inschrijven doet u met zijn tweeën.
31
De IVF-Behandeling De essentie van een IVF-behandeling is dat de bevruchting niet in de eileider van de vrouw gebeurt – wat de natuurlijke gang van zaken zou zijn – maar in het laboratorium. Bij meer dan één vruchtbaarheidsprobleem ligt hierin de enige kans voor een paar om toch zwanger te raken.
hormonale bloedbepalingen & echografieën
medische praktijk
De dienst van het CRG die zich bezighoudt met de communicatie over deze herhaalde onderzoeken en die instructies geeft over de volgende stap(pen) in uw behandeling, is de Dagelijkse Patiëntenmonitoring (in deze brochure vaak afgekort tot DM).
32
Contactgegevens DM Tel. +32 477 88 88 Fax +32 477 88 89
[email protected]
Bloedprikken (bij de vrouw) horen onlosmakelijk bij IVF: de hele behandeling door worden ze op geregelde tijdstippen uitgevoerd. Via de hormonale analyse van deze bloedstaaltjes wordt de behandeling gecontroleerd en bijgestuurd, of wat heet ‘gemonitord’. Hetzelfde geldt voor echografieën. Een ‘echo’ is een pijnloos onderzoek waarbij, door ultrahoge geluidsgolven op organen te laten weerkaatsen, een beeld wordt verkregen van inwendige delen van het lichaam. Bij medisch geassisteerde bevruchting worden echo’s gebruikt om de baarmoeder en/of de eierstokken te bekijken. Er kan bijvoorbeeld mee worden nagegaan of er zich rijpe follikels in de eierstokken bevinden.
Praktisch Als u voor een bloedprik of echografie komt, vergeet dan uw identificatielabel niet mee te brengen. Dat is uw identificatie als patiënt van UZ Brussel, die u moet voorleggen bij elke interventie die u ondergaat.
Bovendien vragen we dat u voor de eerste bloedprik aan het begin van de stimulatiekuur, uw SIS-kaart inleest aan onze SIS-kaartkiosk.
Bloedonderzoeken praktisch Voor de bloedprikken kan u naar het Kinderziekenhuis van UZ Brussel komen. U mag vóór deze hormonale bloedbepalingen gegeten en gedronken hebben. Het precieze tijdstip voor de bloedprikken is zowel afhankelijk van wat uw behandeling vereist als van wat praktisch haalbaar is. Wat de locatie én het tijdstip betreft zijn er verschillende mogelijkheden: • als u in de voormiddag tegelijk een echoafspraak heeft – hetzij op een weekdag (tussen 8u. en 11u.30), hetzij op een feest- of weekenddag (tussen 8u. en 10u.) – wordt de bloedprik afgenomen in de wachtzaal van de echografie (CRG, niv. +2); • in de andere gevallen komt u naar de verpleegeenheid van het CRG (VPE 03, niv. +1). In de week kan u daar ’s ochtends terecht tussen 7u. en 9u., ’s avonds tussen 18u. en 20u. In de weekends en op feestdagen is dat ’s ochtends tussen 7u.30 en 9u., ’s avonds 18u. en 19u30. U hoeft vooraf geen afspraak te maken. Het ogenblik waarop de uitslag beschikbaar is, hangt af van het moment waarop de bloedprik heeft plaatsgehad. Dankzij de moderne analysetechnieken is de tijdspanne tussen die twee steeds kleiner. Als de bloedprik ’s ochtends in UZ Brussel heeft plaatsgevonden, dan zijn de resultaten nog in de loop van dezelfde dag beschikbaar; als het bloedstaal ’s avonds is afgenomen, dan volgt de uitslag uiteraard pas de volgende dag. De resultaten van de bloedonderzoeken leiden tot bepaalde conclusies en richtlijnen. Die worden u telefonisch meegedeeld door de DM. Zowel de bloedprik als het bloedonderzoek kunnen ook elders dan in UZ Brussel gebeuren. U kan bv. uw huisarts of een thuisverpleegkundige inschakelen en uw huisarts kan het genomen bloedstaaltje laten onderzoeken in het laboratorium van zijn of haar keuze. De resultaten moeten dan wel vóór 14u. per mail of per fax aan de DM worden bezorgd, zodat het team uw behandeling kan aanpassen aan de nieuwe resultaten en u daarover ’s namiddags instructies kan geven. De DM neemt zelf contact met u op, in principe tussen 15u. en 18u.
21 20| Op weekdagen kan u ’s voormiddags ook een bloedprik laten afnemen terwijl u wacht voor uw echo-afspraak: CRG, 2de verdieping, in de wachtzaal van de echografie. 21| De resultaten van uw bloedonderzoeken worden telkens in schema gezet.
Let wel! Voor de verwerking van externe analyses wordt een administratieve kost aangerekend. Zie Wat gaat het kosten?, p. 98.
medische praktijk
Als u om de een of andere reden geen nieuwe instructies van de DM heeft ontvangen, verdient het de voorkeur om de instructies van de vorige dag te volgen.
20
33
De echografieën voor follikelmeting gebeuren steeds vaginaal, behalve bij zeldzame uitzondering.
22
Echografieën praktisch Alle echoafspraken tijdens uw behandeling verlopen via de DM. Voor de interventie zelf meldt u zich op de dienst Consultatie CRG (niveau +2). Van maandag t.e.m. donderdag kan u daar ook ’s avonds terecht voor een echo, tussen 18u. en 20u. U neemt plaats in de wachtzaal, waar u gehaald zal worden als het uw beurt is. Voor het onderzoek wordt een kleine echosonde in de vagina gebracht. Anders dan voor een abdominale echografie, die gemaakt wordt via een sonde op de buik, heeft u voor een vaginale echo beter geen volle blaas. Net als na een bloedonderzoek zal de DM na een echo contact met u opnemen om te laten weten tot welke besluiten en richtlijnen het onderzoek heeft geleid. Als de echo ’s avonds werd gemaakt, kunnen wij u pas de volgende dag informeren, nadat we ook het resultaat van het bloedonderzoek kennen.
bij de vrouw: van stimulatie tot pick-up 23
24 22| Echografisch onderzoek. 23| Echografie: onder invloed van de stimulatiekuur komen verschillende follikels tot ontwikkeling. 24| Tijdens de dagelijkse monitoring worden de resultaten van uw behandeling besproken door een multidisciplinair team.
Om meerdere eicellen tegelijk tot ontwikkeling te brengen, worden uw eierstokken hormonaal gestimuleerd. Daarbij worden hormonen gebruikt die ook, zij het onder andere omstandigheden, door uw lichaam worden geproduceerd: voornamelijk FSH en soms ook LH, die gezamenlijk voorkomen in hMG (humaan menopauzaal gonadotrofine), het hormoon dat te vinden is in de urine van menopauzale vrouwen. De werking van (gezuiverd) hMG komt overeen met die van FSH, het hormoon dat zorgt voor het ontstaan en de groei van follikels in de eierstokken. Dat lichaamseigen FSH kan intussen ook synthetisch (uit ‘lichaamsvreemde’ elementen) worden samengesteld; dan spreken we van rec-FSH. Vandaag bestaan voor de stimulatie dus twee mogelijke medicaties: gezuiverde hMG of synthetisch rec-FSH. De stimulatie wordt steeds afgerond met de toediening van hCG (het zwangerschapshormoon). hCG sorteert hetzelfde effect als LH, het hormoon dat de eisprong veroorzaakt.
medische praktijk
Voorbereidend bloedonderzoek
34
De pick-up, zijnde de ingreep waarbij de rijpe eicellen worden verzameld, gebeurt doorgaans onder lokale verdoving en vraagt geen voorbereidend bloedonderzoek. Als echter wordt overeengekomen om de ingreep onder volledige verdoving te laten verlopen, hetzij op uw uitdrukkelijke vraag, hetzij op voorstel van de behandelende arts, wordt vooraf een pre-operatief bloedonderzoek uitgevoerd.
De stimulatiekuur De dosis hMG of rec-FSH kan variëren in aantal eenheden en aantal ampullen. De eerste doses worden bepaald aan de hand van het resultaat van de vooronderzoeken; de volgende doses worden indien nodig aangepast, naargelang van het effect van de toegediende hormonen. Voor de evaluatie van dat effect dienen zoals gezegd de herhaalde hormonale bloedbepalingen en de echografieën. De resultaten worden telkens besproken door het volledige DM-team. Het zijn zij die in deze fase van de behandeling permanent met u in contact staan om het verdere verloop te bepalen. De injecties worden subcutaan gegeven (onderhuids). U kan dat thuis zelf doen of het aan uw partner vragen, u kan ook de hulp van een verpleegkundige inroepen.
Mogelijke bijwerkingen Omdat onder invloed van de medicatie verscheidene follikels tegelijktot volle ontwikkeling komen, nemen de eierstokken in omvang toe. Dit kan een drukpijn veroorzaken en de buik lichtjes doen zwellen. Bij toediening van hMG kunnen de plaatsen waar de inspuitingen worden gegeven tijdelijk overgevoelig worden.
Opmerking De IVF-behandeling kan individueel worden aangepast. Zie Tips en opmerkingen 1, p. 53. Tip! Voorkom vergissingen in het inspuiten van hMG of rec-FSH. Zie Tips en opmerkingen 2, p. 53. Tip! Wees bereikbaar! Zie Tips en opmerkingen 3, p. 53. Vaak gestelde vraag Tast de stimulatie van de eierstokken de voorraad eicellen aan, waardoor een vroegtijdige menopauze kan optreden? Lees het antwoord op p. 81. Vaak gestelde vraag Zijn de hormoonbehandelingen schadelijk? Lees het antwoord op p. 82.
Monitoring van de stimulatiekuur Naarmate het oestrogenenpeil in het bloed stijgt, anders gezegd: naarmate het ogenblik nadert waarop in een natuurlijke cyclus de eisprong plaatsvindt, wordt meerdere keren een echografie gemaakt. Dat verschaft een beeld van de groei van de follikels en laat toe in te schatten wanneer de eicellen het best kunnen worden verzameld. Het aantal echo’s en hormonale bloedbepalingen hangt af van hoe u op de stimulatie van de eierstokken reageert. De stimulatie van de eierstokken kan op verschillende manieren verlopen. Bij de meeste patiënten wordt tegelijk met de stimulatiekuur de natuurlijke menstruatiecyclus onderdrukt. Dat kan gebeuren van vóór het begin van de stimulatie of pas op een later tijdstip. En soms wordt ook geopteerd om helemaal niét te onderdrukken: de stimulatie wordt dan afgestemd op uw eigen cyclus.
Lange procedure met agonisten
De keuze tussen de verschillende opties vindt zijn neerslag in een specifiek medicatieschema: in overleg tussen u (beiden) en de behandelende arts wordt bepaald welk voor u het meest geschikte is. Uiteraard gebeurt dat op basis van de resultaten van de vooronderzoeken, maar ook naargelang van wat in uw situatie praktisch het meest haalbaar is.
medische praktijk
Ongeveer drie weken vóór het begin van de stimulatie begint u met de onderdrukking van uw natuurlijke cyclus. Via de massale toediening van GnRH-analogen gaat de hypofyse versneld FSH en LH afscheiden, waardoor de voorraad daaraan uitgeput raakt. Daardoor komt vanuit de hersens geen enkele sti-
Dag één van uw cyclus = de dag dat u opstaat met rood menstrueel bloedverlies.
35
Belangrijk: de hele stimulatie lang, dat wil zeggen tot aan de hCG-inspuiting, moet u onverminderd met het gebruik van de GnRH-analogen doorgaan.
mulans meer om eicellen tot ontwikkeling en rijping te brengen. Die stimulans komt (in een later stadium) wel van de toegediende hMG of rec-FSH en hCG, die rechtstreeks op de eierstokken inwerken.
Mogelijke bijwerkingen pick-up (+3) of / ou / or
pick-up (+5) bryotransfer
Centrum Reproductieve Geneeskunde
Laarbeeklaan 101 – 1090 Brussel
Tel. +32 (0)2 477 66 99 – Fax +32 (0)2 477 66 49
r
www.brusselsivf.be SCHEMA-AGONIST-LONG
IVF/FIV
u. / h. Niveau/Level +1
Lange procedure met agonisten Procédure longue avec des agonistes Long procedure with agonists Onderdrukking natuurlijke cyclus Inhibition du cycle spontane Suppressing the natural cycle
dstip wordt u telefoeld door de VPE 03 / vous sera communione par le VPE 03 / e a telephone call from you the exact time for ent.
Echografie Echographie Ultrasound scan
Starten met onderdrukking met GnRH-analogen Debut de l’inhibition de GnRH-analogues Start suppressing of GnRH analogues
chap en baby’s e et des bébés ancy and baby’s
IVF FIV IVF
Bloedprikken Prises de sang Blood samples
Wachten op het resultaat En attendant le résultat Waiting for the result
hCG-inspuiting Injection de hCG hCG injection
Bloedprikken Prises de sang Blood samples
Dag / Jour / Day 21 Bloedprik Prise de sang Blood sample
d over de dag. tervalle régulier. he day.
Stimulatie eierstokken Stimulation ovarienne Ovarian stimulation
Pick-up Zwanger of maandstonden Grossesse ou règles Pregnant or menstruation
Spermastaaltje Echantillon de sperme Semen sample
Inspuitingen met hMG of (rec-)FSH Injections de hMG ou (rec-)FSH hMG or (rec-)FSH injections
IVF FIV
Embryotransfer Transfert d’embryon(s) Embryo transfer
Bloedprikken en echo’s Prises de sang et échographies Blood samples and ultrasound scans
In feite veroorzaken de GnRH-analogen tijdelijk een kunstmatige menopauze, wat kan leiden tot typische menopauzeverschijnselen zoals warmte-opwellingen, prikkelbaarheid en hoofdpijn. Ook kan zich onregelmatig vaginaal bloedverlies voordoen. Die bijwerkingen zijn onaangenaam, maar gelukkig onschuldig en tijdelijk. Ze verdwijnen zodra met de stimulatie van de eierstokken wordt gestart.
Bloedprikken Prises de sang Blood samples
of / ou / or
sfer verwachten wij u inq semaines après le vous attendons pour ive weeks after the ou an ultrasound scan.
21
-2 -1 P
De onderdrukkingsfase
1 2 3 4 5
Bloedprik Prise de sang Blood sample
Genetica (CMG) verultatie twee maanden Vous êtes priés de vous onsultation du CMG ue) deux mois et un re expected with your Medical Genetics) s and one year after
Progesteron Progestérone Progesterone
2›3
WEKEN / SEMAINES / WEEKS
Voor alle instructies tijdens uw behandeling
ointment via
d’arrêter.
12 › 20
DAGEN / JOURS / DAYS
±2
6 ou / of / or 8 DAGEN / JOURS / DAYS
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
WEKEN / SEMAINES / WEEKS
Echografie / Echographie / Ultrasound scan
wordt u gecontacteerd door de Dagelijkse
Zonder afspraak / Sans rendez-vous / Without
Uitsluitend op afspraak
Patiëntenmonitoring / Pour toutes instruc-
appointment
Seulement sur rendez-vous
tions durant votre traitement le Monitorage
Ma. – Vrij. / Lun. – Ven. / Mon. – Fri.
Only on appointment
Journalier des Patients vous contactera / The
7 – 9u. / h. & 18 – 20u. / h.
Daily Patient Monitoring will call you for all
Weekend en feestdagen / Fin de semaine et jours
CRG, UZ Brussel
instructions during your treatment
de fériés / Weekend and holidays
ingang / entrée / entrance 3, niveau / level +2
Dagelijkse Patiëntenmonitoring / Monitorage
7.30 – 9u. / h. & 18 – 20u. / h.
T. + 32 2 477 88 88
Journalier des Patients / Daily Patient Monitoring (DPM)
CRG, UZ Brussel
T. + 32 2 477 88 88 (15 – 18u./h.)
ingang / entrée / entrance 3, niveau / level +1
04/2008/DRUK
ellor
25
pick-up (+3) of / ou / or
pick-up (+5)
Centrum Reproductieve Geneeskunde
bryotransfer
Laarbeeklaan 101 – 1090 Brussel
Tel. +32 (0)2 477 66 99 – Fax +32 (0)2 477 66 49
r
www.brusselsivf.be
SCHEMA-ANTAGONIST
IVF/FIV
u. / h. Niveau/Level +1
Procedure met antagonisten Procédure avec des antagonistes Procedure with antagonists Pil Pillule Pill
Onderdrukking en stimulatie Inhibition et stimulation Suppression and stimulation
jdstip wordt u telefoeld door de VPE 03 / vous sera communione par le VPE 03 / e a telephone call from you the exact time for ent.
Dag 1 cyclus Jour 1 du cycle Day 1 of cycle
IVF FIV IVF
Wachten op het resultaat En attendant le résultat Waiting for the result
hCG-inspuiting Injection de hCG hCG injection Bloedprik Prise de sang Blood sample
Dag 2 Bloedprik Jour 2 Prise de sang Day 2 Blood sample
Pick-up Inspuitingen met hMG of (rec-)FSH Injections de hMG ou (rec-)FSH hMG or (rec-)FSH injections
d over de dag. ntervalle régulier. the day.
chap en baby’s e et des bébés ancy and baby’s
sfer verwachten wij u inq semaines après le vous attendons pour s after the embryo n ultrasound scan.
1 2
7
Embryotransfer Transfert d’embryon(s) Embryo transfer
3
WEKEN SEMAINES WEEKS
pointment via
-2 -1 P
d’arrêter.
2›3
WEKEN / SEMAINES / WEEKS
Bloedprikken Prises de sang Blood samples
of / ou / or
1 2 3 4 5
Progesteron Progestérone Progesterone
Antagonist Antagoniste Antagonist
Genetica (CMG) verultatie twee maanden Vous êtes priés de vous onsultation du CMG ue) deux mois et un re expected with your Medical Genetics) hs and one year after
Zwanger of maandstonden Grossesse ou règles Pregnant or menstruation
Spermastaaltje Echantillon de sperme Semen sample IVF FIV
Bloedprikken en echo’s Prises de sang et échographies Blood samples and ultrasound scans
6 ou / of / or 8 DAGEN / JOURS / DAYS
±2
WEKEN / SEMAINES / WEEKS
Voor alle instructies tijdens uw behandeling
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Echografie / Echographie / Ultrasound scan
wordt u gecontacteerd door de Dagelijkse
Zonder afspraak / Sans rendez-vous / Without
Uitsluitend op afspraak
Patiëntenmonitoring / Pour toutes instruc-
appointment
Seulement sur rendez-vous
tions durant votre traitement le Monitorage
Ma. – Vrij. / Lun. – Ven. / Mon. – Fri.
Only on appointment
Journalier des Patients vous contactera / The
7 – 9u. / h. & 18 – 20u. / h.
Daily Patient Monitoring will call you for all
Weekend en feestdagen / Fin de semaine et jours
CRG, UZ Brussel
instructions during your treatment
de fériés / Weekend and holidays
ingang / entrée / entrance 3, niveau / level +2
Dagelijkse Patiëntenmonitoring / Monitorage
7.30 – 9u. / h. & 18 – 20u. / h.
T. + 32 2 477 88 88
Journalier des Patients / Daily Patient
04/2008/DRUK
ellor
Monitoring (DPM)
CRG, UZ Brussel
T. + 32 2 477 88 88 (15 – 18u./h.)
ingang / entrée / entrance 3, niveau / level +1
26
medische praktijk
25-26| Twee voorbeelden van behandelingsschema’s. De voorzijde toont het schematisch overzicht van uw behandeling … (zie ook pagina 36-37).
36
Met de onderdrukking van uw natuurlijke cyclus moet u hetzij op dag één hetzij op dag 21 beginnen. Dezelfde dag moet u ook een bloedonderzoek laten uitvoeren. Het toedienen van GnRH-analogen is heel eenvoudig. Ze zijn verkrijgbaar in de vorm van een neusspray. Gespreid over de dag, zowat om de drie uur, moet u zich zes keer één verstuiving toedienen, afwisselend in het linker en het rechter neusgat, en dat elke dag opnieuw. In plaats van met de neusspray wordt soms gewerkt met een dagelijkse of maandelijkse injectie van GnRH-analogen. Bij het gebruik van de GnRH-analogen horen geregelde bloed onderzoeken naar het effect ervan. En vóór de voorziene startdatum van de stimulatie wordt via een echografie gecontroleerd of er zich geen cysten (met vocht gevulde blaasjes) in de eierstokken hebben gevormd. Indien wel kan het zijn dat die eerst moeten wordenleeggeprikt, in casu als het cysten zijn die zelf hormonen produceren. Zie ook Mogelijke andere ingrepen, p. 64.
De stimulatie: inspuitingen met hMG of rec-FSH Op de avond van de voorziene startdatum van de stimulatie – als de hormonale bloedbepaling van die dag heeft aangetoond dat uw eigen cyclus volledig is onderdrukt, en uit de echografie is gebleken dat er geen cysten aanwezig zijn – deelt de DM telefonisch mee dat met de hormonale stimulatie begonnen mag worden. Tijdens de stimulatie, die gemiddeld tien dagen duurt, moet u elke avond hMG of rec-FSH (laten) inspuiten. Dat gebeurt onderhuids (subcutaan). Afgerond wordt de stimulatiefase met een hCG-inspuiting (zie p. 38).
Korte procedure met agonisten Soms wordt het onderdrukken van de natuurlijke cyclus met GnRH-analogen van meet af aan gecombineerd met het stimuleren van de eierstokken. Er is dus geen voorafgaande onderdrukking. Deze korte procedure start op dag twee van uw menstruatiecyclus. Op dag één laat u een bloedonderzoek uitvoeren. De dag erna wordt begonnen met de toediening van GnRH-analogen en op dag drie met de inspuiting met hMG of recFSH. Vanaf dan verloopt de procedure zoals hiervoor besproken: bloedonderzoeken, echografieën en de bespreking in de DM bepalen de doses die moeten worden toegediend; en de stimulatiefase eindigt met een hCG-inspuiting (zie p. 38).
Onderdrukking natuurlijke cyclus Inhibition du cycle spontane Suppressing the natural cycle Week / Semaine / Week
1
Dag / Jour / Day
van cyclus / du cycle / of cycle
1
Week / Semaine / Week
= Dag 1 = de eerste ochtend dat u opstaat met rood bloedverlies / Jour 1 = premier jour où en vous levant vous avez des pertes de sang rouges / Day 1 = the first morning of your period (red loss of blood)
Dag / Jour / Day Bloedprik Prise de sang Blood sample
21
›
Na confirmatie van DPM starten met onderdrukking. Dagelijks, gespreid over de dag, zes keer één verstuiving met GnRHanalogen (bv. Suprefact) om de 3u.
2
Stimulatie eierstokken – Van eerste dag inspuitingen met hMG of (rec-)FSH tot dag vóó Stimulation ovarienne – Du premier jour d’injections de hMG ou (rec-)FSH au jour avant Ovarian stimulation – From day 1 of hMG or (rec)FSH-injections to the day before Week / Semaine / Week
Dag Jour Day
Na / après /after
Na / après /after
1 week / semaine / week Bloedprik Prise de sang Blood sample
3
Dag Jour Day
1
Dag Jour Day
2
›
›
Dagelijks, gespreid over de dag, zes keer één verstuiving met GnRHanalogen (bv. Suprefact) om de 3u.
GnRH-analogen cfr. vorige weken / GnRHanalogues comme les semaines passées / GnRH-analogues see previous weeks.
Chaque jour, à intervalle régulier, six fois une inhalation de GnRHanalogues (p.ex. Suprefact) toutes les 3 heures.
De laatste week van de onderdrukking vindt een echografie plaats / La dernière semaine de l’inhibition une échographie sera effectué / An ultrasound scan will be carried out in the final week of cycle suppression.
Daily, spread over the day, six times one squirt of GnRH analogues (e.g. Suprefact) every 3 hours.
Uw afspraak / votre rendez-vous / your appointment:
Après confirmation du DPM debut de l’inhibition. Chaque jour, à intervalle régulier, six fois une inhalation de GnRH-analogues (p.ex. Suprefact) toutes les 3 heures.
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Deze startdatum moet vooraf zijn vastgelegd Cette date de début de stimulation doit être planifiée au préalable This starting date has to be planned in advance.
Ja / Oui / Yes
Ja / Oui / Yes
›
Nee / Non / No
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Ja / Oui / Yes u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Ja / Oui / Yes
Ja / Oui / Yes Nee / Non / No
Dag Jour Day
8
Ja / Oui / Yes u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Ja / Oui / Yes u. / h.
Nee / Non /
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
›
Nee / Non / No
Ja / Oui / Ye u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Nee / Non /
’S AVONDS / EVENING SC i SC injection de hMG of / ou /
Nee / Non / No
Ja / Oui / Yes u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Nee / Non / No
Ja / Oui / Yes u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Nee / Non / No
Procedure met antagonisten
u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
De hele stimulatie lang, tot aan de hCG-inspuiting, gaat u onverminderd door met het gebruik van de GnRH-analogen (bv. Suprefact). Durant toute la stimulation, vous continuez l’administration de GnRH-analogues, jusqu’au jour de l’injection de hCG (p.ex. Suprefact). You will continue the administration of GnRH-analogues all stimulation long, till the day of hCG injection (e.g. Suprefact).
Dankzij de introductie van nieuwe medicatie – die we aanduiden met de verzamelnaam ‘antagonisten’ – is de laatste jaren ook een andere behandelingsmethode mogelijk geworden. In tegenstelling tot de agonisten – die zoals gezegd het GnRH-hormoon vooraf uitputten – zorgen de antagonisten ervoor dat er geen LH vrijkomt. Dat is het hormoon dat de eisprong uitlokt. Het voordeel van deze methode is dat ze een kortere behandelingstijd mogelijk maakt en een kleiner aantal injecties vraagt. Het nadeel is dat de ontwikkeling van de follikels nauwer moet worden opgevolgd dan in de andere procedures, wat resulteert in een hogere frequentie aan echografieën.
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No
Ja / Oui / Yes u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Nee / Non / No
Ja / Oui / Ye
Nee / Non / No
Ja / Oui / Yes u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Echografie / Ec Ultrasound sca
›
Nee / Non / No
Ja / Oui / Ye u. / h.
’S AVONDS / LE SOIR / IN THE EVENING SC inspuiting met / SC injection de / SC injection of hMG of / ou / or (rec-)FSH eenheden / unités / units
Nee / Non /
’S AVONDS / EVENING SC i SC injection de hMG of / ou /
De hele stimulatie lang, tot aan de hCG-inspuiting, gaat u onverminderd door met het gebruik van de Gn Durant toute la stimulation, vous continuez l’administration de GnRH-analogues, jusqu’au jour de l’injec You will continue the administration of GnRH-analogues all stimulation long, till the day of hCG in
27 27| Op de binnenzijde van het behandelingsschema worden de dag na dag vereiste medicatiedoses genoteerd.
De behandeling begint na een bloedafname op dag één of dag twee van uw menstruatiecyclus. Op dag twee wordt begonnen met de inspuiting van hMG of rec-FSH. Vanaf dag zes van de stimulatie (d.w.z dag zeven van de cyclus) wordt ook gestart met de toediening van de antagonisten. Zoals bij de andere stimulatiemethodes hangt het verdere verloop af van de richtlijnen van de DM. Afgerond wordt de stimulatie als steeds met de hCG-inspuiting (zie hierna).
Procedure met antagonisten en pil
medische praktijk
Deze stimulatiekuur is identiek aan de hiervóór beschreven procedure, alleen wordt ze voorafgegaan door een periode waarin u de anticonceptiepil neemt. Op de eerste of de tweede dag van uw menstruatiecyclus begint u met de orale inname van een pil die minstens 30 microgram oestrogenen bevat, en u gaat daar minstens twee weken mee door.
Nee / Non /
Echografie / Echographie / Ultrasound scan
›
14
Bloedprik / Pris Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
›
Dag Jour Day
13
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
›
Dag Jour Day
12
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
›
Dag Jour Day
11
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
›
Stimulatie eierstokken – Van eerste dag inspuitingen met hMG of (rec-)FSH tot dag vóó Stimulation ovarienne – Du premier jour d’injections de hMG ou (rec-)FSH au jour avant Ovarian stimulation – From day 1 of hMG or (rec)FSH-injections to the day before Dag Jour Day
10
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
›
Dag Jour Day
9
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No
›
Nee / Non / No
Echografie / Ec Ultrasound sca
De hele stimulatie lang, tot aan de hCG-inspuiting, gaat u onverminderd door met het gebruik van de Gn Durant toute la stimulation, vous continuez l’administration de GnRH-analogues, jusqu’au jour de l’injec You will continue the administration of GnRH-analogues all stimulation long, till the day of hCG in
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Echografie / Echographie / Ultrasound scan
Ja / Oui / Ye
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
u. / h.
Dag Jour Day
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
5
Bloedprik / Pris Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
Stimulatie eierstokken – Van eerste dag inspuitingen met hMG of (rec-)FSH tot dag vóór hCG-inspuiting. Stimulation ovarienne – Du premier jour d’injections de hMG ou (rec-)FSH au jour avant l’injection de hCG. Ovarian stimulation – From day 1 of hMG or (rec)FSH-injections to the day before hCG injection.
7
Dag Jour Day
4
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
Ja / Oui / Yes
Nee / Non / No Echografie / Echographie / Ultrasound scan
After confirmation by DPM start suppressing. Daily, spread over the day, six times one squirt of GnRH analogues (e.g. Suprefact) every 3 hours.
Dag Jour Day
Dag Jour Day
3
3 weken / semaines / weeks Bloedprik Prise de sang Blood sample
37
Dag Jour Day
pick-up (-2)
De IVF-fase begint op de dag waarop wordt beslist om de inspuiting met hCG te geven. Tegelijk stopt de inname van GnRH-analogen en van hMG en (rec-)FSH. La phase de FIV commence le jour òu est décidé d’administrer l’injection de hCG. Au même moment l’administration de GnRH-analogues et de hMG et de (rec-)FSH est terminée. The IVF-phase starts on the day on which is decided to administer the hCG injection. That day the administration of GnRH-analogues and hMG and (rec-)FSH is stopped too. Twee ampullen van 5.000 eenheden Pregnyl / Deux ampoules de 5.000 unités de Pregnyl / Two ampoules of 5.000 units of Pregnyl stipt om exactement à precisely at
u. / h.
Dag Jour Day
pick-up (-1)
‘s morgens bloedprik le matin prise de sang in the morning blood sample Starten met progesteron (Utrogestan) Premier jour de l’administration de progestérone (Utrogestan)
Dag Jour Day
pick-up (0)
Vrouw / femme / woman Twee uur voor pick-up zich nuchter aanmelden / Deux heures avant pickup se présenter à jeun / Two hours before pick-up report without having eaten or drunk.
Dag Jour Day
pick-up (+3) of / ou / or
pick-up (+5) Embryotransfer
Embryotransfer om / à / at u. / h. CRG, VPE 03, Niveau/Level +1
Pick-up om / à / at u. / h. CRG, VPE 03, Niveau/Level +1
u. / h. om / à / at CRG, VPE 03, Niveau/Level +1
Het precieze tijdstip wordt u telefonisch meegedeeld door de VPE 03 / L’heure précise vous sera communiqué par téléphone par le VPE 03 / You will receive a telephone call from VPE 03 giving you the exact time for your appointment.
DAG VOOR PICK-UP / LE JOUR AVANT LE PICK-UP / DAY BEFORE THE PICK-UP Progesteron: ter ondersteuning van de innesteling. Dagelijks 3 x 200 mg Utrogestan, vaginaal, gespreid over de dag. Progestérone: stimulation de la nidation. Chaque jour 3 x 200 mg d’Utrogestan, par voie vaginale, à intervalle régulier. Progesterone: encouraging implantation. Daily 3 x 200 mg of Utrogestan, via the vagina, spread over the day.
Wachten op resultaat – ± 15 dagen En attendant le résultat – ± 15 jours Waiting for the result – ± 15 days
Bij zwangerschap Dans le cas de grossesse If pregnant
Centrum Reproductieve Geneeskunde
Laarbeeklaan 101 – 1090 Brussel
Tel. +32 (0)2 477 66 99 – Fax +32 (0)2 477 66 49
www.brusselsivf.be
Lange procedure met agonisten Procédure longue avec des agonistes Long procedure with agonists
Onderdrukking natuurlijke cyclus Inhibition du cycle spontane Suppressing the natural cycle
First day of progesterone administration (Utrogestan) Man / homme / man Spermastaaltje Echantillon de sperme Semen sample
Dan wordt met die inname gestopt. Vijf dagen later is er een bloedafname en op de zesde dag wordt begonnen met de stimulatie van de eierstokken in de vorm van hMG- of rec-FSH-injecties. Die gaan IVF/FIV opnieuw gepaard – vanaf een vooraf bepaald tijdstip, tegelijk met of enkele dagen na de start van de stimulatiekuur – met de toediening van de antagonisten. Mogelijke bijwerking: in de eerste dagen na het stoppen met de pil kan u wat bloedverlies hebben. Bloedprikken Prises de sang Blood samples
Dag / Jour / Day 21 Bloedprik Prise de sang Blood sample
IVF FIV IVF
Bloedprikken Prises de sang Blood samples
Wachten op het resultaat En attendant le résultat Waiting for the result
hCG-inspuiting Injection de hCG hCG injection
Echografie Echographie Ultrasound scan
Starten met onderdrukking met GnRH-analogen Debut de l’inhibition de GnRH-analogues Start suppressing of GnRH analogues
Opvolging zwangerschap en baby’s Suivi de la grossesse et des bébés Following up pregnancy and baby’s
Stimulatie eierstokken Stimulation ovarienne Ovarian stimulation
SCHEMA-AGONIST-LONG
IVF – 6 of 8 dagen. Van dag hCG-inspuiting tot dag embryotransfer. FIV – 6 ou 8 jours. Du jour de l’injection de hCG au jour du transfert d’embryon(s). IVF – 6 or 8 days. From the day of hCG injection to the day of embryo transfer.
Pick-up
Zwanger of maandstonden Grossesse ou règles Pregnant or menstruation
Spermastaaltje Echantillon de sperme Semen sample
Inspuitingen met hMG of (rec-)FSH Injections de hMG ou (rec-)FSH hMG or (rec-)FSH injections
IVF FIV
Embryotransfer Transfert d’embryon(s) Embryo transfer
Bloedprikken en echo’s Prises de sang et échographies Blood samples and ultrasound scans
Bloedprikken Prises de sang Blood samples
of / ou / or
Dag Jour Day
17
na pick-up après pick-up after pick-up
Zwangerschapsbepaling / Détection de grossesse Pregnancy test
In geval van zwangerschap en voor de verdere opvolging ervan: één bloedprik per week. Dit wordt afgebouwd (volgens instructies van de Dagelijkse Patiëntenmonitoring). Si vous êtes enceinte et afin de suivre la grossesse: une prise de sang par semaine (sauf instruction autre du DPM).
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample Dag Jour Day
na pick-up après pick-up after pick-up
Zwangerschapsbepaling / Détection de grossesse Pregnancy test Indien niet zwanger, stoppen met Utrogestan en bloedprik op dag 3 van de maandstonden. Pas enceinte, arrêter l’Utrogestan et prise de sang jour 3 des règles. If not pregnant, stop taking Utrogestan and have a blood test on day 3 of menstruation.
When you are pregnant and by way of follow-up: one blood sample a week (based on instruction from DPM).
Vijf weken na de embryotransfer verwachten wij u terug voor een echografie / Cinq semaines après le transfert d’embryon(s), nous vous attendons pour une première échographie / Five weeks after the embryo transfer we expect you an ultrasound scan. Het Centrum voor Medische Genetica (CMG) verwacht u en uw baby op consultatie twee maanden en één jaar na de geboorte / Vous êtes priés de vous rendre avec votre bébé à la consultation du CMG (Centre de Médecine Génétique) deux mois et un an après la naissance / You are expected with your baby at the CMG (Centre for Medical Genetics) for a consultation two months and one year after heaving given birth. Afspraak / Rendez-vous / Appointment via +32 477 60 71
Progesteron. Verdere inname Utrogestan tot de DPM zegt dat u mag stoppen. Progestérone. Continuez à prendre l’Utrogestan jusqu’au moment le DPM vous autorise d’arrêter. Progesterone. Further intake of Utrogestan till the DPM department tells you to stop.
Zonder onderdrukking 21
-2 -1 P
1 2 3 4 5
Bloedprik Prise de sang Blood sample
In plaats dat de natuurlijke menstruatiecyclus onderdrukt wordt vóór of tijdens de stimulatiefase, kan er ook voor gekozen worden worden om de bevruchting in het laboratorium volledig af te stemmen op het natuurlijke verloop van de cyclus. Via bloedonderzoeken wordt dan de hormonale voortgang in de gaten gehouden, en via echografieën de ontwikkeling van de follikel(s). Soms wordt toch een lichte ovariële stimulatie gegeven, hetzij vroeg in de cyclus, hetzij zodra een follikel 15 mm. heeft bereikt. In het laatste geval wordt soms nog een antagonist bijgegeven, om met zekerheid een spontane ovulatie te vermijden. Wel is er bij dit protocol een hoog risico dat geen embryotransfer kan plaatsvinden. Progesteron Progestérone Progesterone
2›3
WEKEN / SEMAINES / WEEKS
Voor alle instructies tijdens uw behandeling
12 › 20
DAGEN / JOURS / DAYS
6 ou / of / or 8 DAGEN / JOURS / DAYS
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
±2
WEKEN / SEMAINES / WEEKS
Echografie / Echographie / Ultrasound scan
wordt u gecontacteerd door de Dagelijkse
Zonder afspraak / Sans rendez-vous / Without
Uitsluitend op afspraak
Patiëntenmonitoring / Pour toutes instruc-
appointment
Seulement sur rendez-vous
tions durant votre traitement le Monitorage
Ma. – Vrij. / Lun. – Ven. / Mon. – Fri.
Only on appointment
Journalier des Patients vous contactera / The
7 – 9u. / h. & 18 – 20u. / h.
Daily Patient Monitoring will call you for all
Weekend en feestdagen / Fin de semaine et jours
CRG, UZ Brussel
instructions during your treatment
de fériés / Weekend and holidays
ingang / entrée / entrance 3, niveau / level +2
Dagelijkse Patiëntenmonitoring / Monitorage
7.30 – 9u. / h. & 18 – 20u. / h.
T. + 32 2 477 88 88
Journalier des Patients / Daily Patient
Stempel / Cachet / Stamp Counselor / Conseiller / Counsellor
28 28| De laatste pagina van het behandelingsschema vermeldt de instructies voor de ‘ingrepen’ van pick-up, embryotransfer of inseminatie, evenals wat u de dagen (en weken) daarna nog moet doen.
Monitoring (DPM)
CRG, UZ Brussel
T. + 32 2 477 88 88 (15 – 18u./h.)
ingang / entrée / entrance 3, niveau / level +1
04/2008/DRUK
Bloedprik / Prise de sang / Blood sample
medische praktijk
De inspuiting met hCG
38
De rijping van de eicel wordt afgerond en de ovulatie uitgelokt door de toediening van hCG (zwangerschapshormoon, zie ook p. 15 e.v.). Als de echografie een voldoende aantal goed ontwikkelde follikels te zien geeft, wordt het licht op groen gezet voor de hCGinspuiting. Vanaf die inspuiting stopt de vrouw met de rec-FSH- of hMG-injecties en – desgevallend – met het gebruik van de GnRH-analogen of van de antagonisten. Aangezien hCG de eisprong op gang brengt, worden de eierstokken 36 uur na de inspuiting, dat is net voor de eisprong, aangeprikt. Zo kunnen de rijpe eicellen worden verzameld voor bevruchting in het laboratorium. Om ervoor te zorgen dat de pick-up van eicellen overdag kan plaatsvinden, wordt de hCG-inspuiting ’s avonds of ’s nachts gegeven. De DM bepaalt zowel de juiste dag als het juiste uur. De inspuiting gebeurt onderhuids, en gewoon bij u thuis. De volgende ochtend moet u een bloedonderzoek laten doen om na te gaan of de hCG-injectie haar werk heeft gedaan. Als u de agonistenprocedure volgt, moet u diezelfde dag ook starten met het in de vagina brengen van progesteron (zie p. 47). In de antagonistenprocedure wacht u daarmee tot de dag ná de pick-up.
De pick-up (verzamelen van de eicellen) De DM bepaalt het exacte tijdstip van de pick-up. Al twee uur vóór de ingreep moet u in de verpleegeenheid (VPE 03) van het CRG zijn. Stiptheid is essentieel: we moeten er immers voor zorgen dat we de eisprong vóór blijven. Door zelf op tijd te zijn zorgt u er bovendien voor dat de andere die dag nog op het programma staande pickups geen vertraging oplopen. Voor de pick-up mag u rechtstreeks naar de VPE 03 komen (CRG, niveau +1). Zes uur vóór de pick-up mag u niets eten of drinken (en ook niet roken). Met het vaginaal inbrengen van progesteron moet u op de dag van de pick-up wachten tot 16u., dat is tot ná de ingreep. Voor het goede verloop der dingen is het erg belangrijk dat u op de dag van de pick-up een aantal zaken meebrengt: • uw identificatielabel en dat van uw partner; • alle ondertekende documenten in verband met uw behandeling; bv. de toestemming voor IVF of ICSI, uw beslissing i.v.m. boventallige embryo’s, uw beslissing i.v.m. wetenschappelijk onderzoek, indien u aan een donatieprogramma deelneemt, de contracten daarover; • niet gebruikte medicatie hoeft u niet mee te brengen, aangezien de apotheek die niet terugneemt. Alleen als u de medicatie voor uw behandeling gratis ter beschikking kreeg van het CRG, vragen wij u om de niet gebruikte doses mee te brengen; • voor patiënten die onder het Belgische mutualiteitssysteem vallen, het toestemmingsformulier van de mutualiteit, als wij dat nog niet in ons bezit zouden hebben. In de VPE 03 wordt u een bed toegewezen. Nadat u zich heeft omgekleed (u krijgt van ons een operatieschort, een mutsje en een armband met uw naam) wordt u premedicatie toegediend. Die werkt ontspannend en verhoogt uw pijnbestendigheid. Make-up en nagellak worden verwijderd, evenals eventuele contactlenzen.
baarmoeder
sonde
eierstok naald 29
29| De pick-up schematisch voorgesteld.
Belangrijk! Als u ons de toestemming van de mutualiteit niet heeft bezorgd ten laatste op de dag van pick-up, zijn wij verplicht om de laboratoriumkost van uw behandeling aan u te factureren.
Belangrijk! In de meeste gevallen zal op de dag van de eicel-pick-up bloed geprikt worden bij beide partners voor het infectie-onderzoek naar HIV en Hepatitis B & C. De aanwezigheid van de man op de dag van de pick-up is dus in de meeste gevallen vereist. Voor meer uitleg, zie p. 26-27.
medische praktijk
Dan wordt u naar het Operatiekwartier gebracht, waar u even moet wachten. Er wordt een infuus geplaatst, dit om een goede vochtbalans te verzekeren en mogelijke problemen tijdens de pickup (misselijkheid, bloedingen,…) te kunnen opvangen. Met een injectie ter hoogte van de baarmoederhals wordt voor een plaatselijke verdoving gezorgd. Terwijl de verdoving inwerkt, wordt de vagina ontsmet. Het verzamelen van de eicellen gebeurt onder echografische controle (zie tekening). Zoals bij alle andere echo’s wordt een kleine sonde in de vagina gebracht, waarmee een beeld van de eierstokken wordt verkregen. Dan brengt de gynaecoloog een fijne, holle naald in de vagina, die voorzichtig door de vaginawand wordt
blaas
vagina
39
Let wel! Veel eicellen betekent niet noodzakelijk veel embryo’s. Zie Tips en opmerkingen 4, p. 54.
gedreven tot bij de eierstokken. Eén voor één worden de rijpe follikels leeggeprikt, en het folikkelvocht, dat de eicellen bevat, wordt via de holle naald opgezogen. U kan de hele ingreep volgen op een beeldscherm. Hou er rekening mee dat het om praktische redenen niet toegestaan is dat uw partner bij de pick-up aanwezig is. Eventueel kan hij in de VPE 03 op u wachten. Daar wordt u na de ingreep terug heen gebracht, om er wat te rusten. Na enige tijd wordt het infuus verwijderd, daarna mag u naar huis. In het laboratorium werden intussen in het follikelvocht de eicellen opgespoord: u verneemt dan ook voor u het ziekenhuis verlaat hoeveel er konden worden verzameld.
Sedatie Is de pick-up pijnlijk? Omdat u plaatselijk wordt verdoofd, zal het met de pijn vermoedelijk meevallen. Sommige vrouwen merken helemaal niets, anderen voelen een duidelijke maar draaglijke pijn wanneer de eierstokken worden aangeprikt. Als u daar uitdrukkelijk de voorkeur aan geeft, kan het verzamelen van de eicellen onder algemene verdoving gebeuren. Er wordt dan gebruik gemaakt van een ‘sedatie’, die even het bewustzijn uitschakelt. Met een sedatie voelt u niets van de pick-up en deze lichte verdoving is ook niet schadelijk voor de eicellen. Als u een sedatie wenst, moet u dat uw counselor of gynaecoloog in het CRG laten weten uiterlijk na één week stimulatiekuur. Komt uw verzoek later, dan kan het niet meer worden ingewilligd. Voor een sedatie geldt de procedure zoals beschreven in Verloop van een ingreep onder verdoving (zie Praktisch, p. 101).
medische praktijk
30
40
30| De pick-up verloopt onder echografische controle.
bij de man: tijd voor een spermastaaltje Voor in-vitrofertilisatie worden liefst verse zaadcellen gebruikt. Dan is de kans op bevruchting het grootst.
Uit ejaculaat De normale gang van zaken is dat u – de man uiteraard – op de dag van de pick-up een spermastaaltje produceert. Daarvoor wordt u in de VPE 03 van het CRG verwacht (niveau +1). Om het laboratorium de kans te geven er nog dezelfde dag de meest beweeglijke zaadcellen uit te halen, moet het sperma ’s ochtends worden bezorgd. Het precieze tijdstip wordt door de DM bepaald. Na aflevering van het staaltje moet u zich nog een uur beschikbaar houden, voor het geval uit de preparatie van het zaad blijkt dat het sperma niet vodoet. In dat geval zal u een tweede staaltje moeten afleveren. Als u niet aanwezig kan zijn of vreest dat u op het cruciale moment niet in staat zal zijn een spermastaaltje te produceren, kan u vooraf zaad bezorgen en dat laten invriezen. De eicellen van uw partner kunnen dan met dat (gedooide) zaad worden bevrucht. Voor de aflevering van het staaltje maakt u wel eerst een afspraak met het labo andrologie.
31
32 31| Het CRG beschikt over aparte kamertjes, waar u zich als man terug kan trekken om een spermastaaltje te produceren. 32| In het laboratorium wordt het zaad eerst ‘geprepareerd’.
Ingrepen voor sperma-extractie
medische praktijk
De gang van zaken die we hierboven hebben geschetst, geldt zowel in het geval van ‘klassieke’ IVF – waarbij de zaadcellen in een broedschaaltje bij de eicellen worden gebracht – als in de meeste gevallen van ICSI. ICSI (uitspraak: ‘iksi’) of intracytoplasmatische sperma-injectie is een geavanceerde laboratoriumtechniek om eicellen te bevruchten: daarbij wordt (telkens) één spermacel geïnjecteerd in het cytoplasma van de eicel. Doorgaans zijn die spermacellen afkomstig uit een vers spermastaaltje, dat u via masturbatie heeft geproduceerd. Maar het is ook mogelijk dat u een ingreep moet ondergaan die specifiek bedoeld is om zaadcellen te verzamelen. Bij sommige mannen levert het spermavocht immers onvoldoende of enkel onbeweeglijke zaadcellen op, maar kunnen ze via een ingreep wel verzameld worden. Dankzij het bestaan van de ICSI-techniek hoeven dat er niet véél te zijn. Ze hoeven ook niet volledig matuur te zijn (een staart te hebben): zodra ze aangemaakt zijn dragen ze het genetisch materiaal van de man, en kunnen ze in het laboratorium in de eicel geïnjecteerd worden om die te bevruchten. Doorgaans heeft de ingreep plaats op dezelfde dag als de eicelpick-up van uw partner, zodat we in dat geval nog altijd kunnen
41
spreken van ‘vers’ sperma. Dat verdient bij ICSI immers de voorkeur. Wel levert de ingreep vaak voldoende zaadcellen op voor drie of vier ICSI-sessies. Als op alle rijpe eicellen ICSI is verricht, kunnen de overblijvende zaadcellen worden ingevroren voor een eventuele volgende behandeling.
Indicaties weg van de zaadcellen
33
medische praktijk
33| Het traject van de zaadcellen.
42
ICSI is een hulp voor paren van wie de man verminderd vruchtbaar is. Als uit het medisch onderzoek van de man blijkt dat zijn sperma te weinig bruikbare zaadcellen bevat om de klassieke IVF-techniek kans op slagen te geven, dan wordt geopteerd voor ICSI. Maar ook als de methode met het schaaltje geen bevruchting oplevert en dat duidelijk aan de zaadcellen ligt, zal bij de volgende poging ICSI worden toegepast. Welke techniek gebruikt wordt om de zaadcellen te verzamelen – PESA/MESA, TESE/FNA, vibro- of elektrostimulatie – hangt onder meer af van de oorzaak van het vruchtbaarheidsprobleem. Bij anejaculatie zijn hetzij medicatie, hetzij vibro- of elektrostimulatie aangewezen. Anejaculatie betekent dat u voldoende goede zaadcellen produceert, u heeft ook geen erectieproblemen, maar u kan niet ejaculeren. Voor zover dat een zuiver toevallige aangelegenheid is – bv. veroorzaakt door de stress van de dag – kan u sinds de ontwikkeling van Viagra en aanverwante middelen gewoon met medicatie worden geholpen. Een kleine minderheid van de mannen echter verkeert altijd in de onmogelijkheid om te ejaculeren, hetzij door een psychische oorzaak, hetzij door een fysieke. Dat komt vaker voor dan men zou denken: o.m. bij neurologische schade door een kwetsuur aan de wervelkolom (bv. bij mannen met een verlamd onderlichaam); na een chirurgische ingreep voor zaadbalkanker; als gevolg van multiple sclerose; als gevolg van diabetes met zenuwaantasting; ... Bij azoöspermie worden de vier andere technieken gebruikt. Azoö-spermie betekent dat er geen of enkel dode zaadcellen in het ejaculaat voorkomen. Voor een goed begrip: ook in een normale zaadproductie komen niet álle zaadcellen die aan de bron aangemaakt worden in het ejaculaat terecht. Onderweg gaan er altijd een heel aantal verloren. Maar als er in het ejaculaat nauwelijks of geen zaadcellen aangetroffen worden kan dat het gevolg zijn van een verstopping onderweg: dat noemen we obstructieve azoöspermie. De productie verloopt m.a.w. normaal, maar de zaadcellen raken niet naar buiten. In dat geval komt elk van de vier ingrepen in aanmerking. Het is ook mogelijk dat de oorzaak van de azoöspermie bij de productie van de zaadcellen ligt: er worden er te weinig aangemaakt,
of ze rijpen niet. Dan spreken we van niet-obstructieve azoöspermie en is TESE de enig mogelijke optie. Tot slot: heel af en toe heeft azoöspermie een hormonale oorzaak. In dat geval hoeft er niet operatief ingegrepen te worden: indien mogelijk wordt het probleem via medicatie geremedieerd.
bijbal zaadbal
De ingrepen praktisch PESA, TESE en FNA kunnen zowel onder algemene als onder plaatselijke verdoving uitgevoerd worden, MESA gebeurt steeds onder algemene verdoving. Vibrostimulatie verloopt uiteraard zonder verdoving, elektrostimulatie soms onder plaatselijke, soms zonder verdoving (bij volledige verlamming en dus gevoelloosheid van het onderlichaam). In elk geval kan u steeds dezelfde dag nog naar huis (dagopname), u hoeft niet in het ziekenhuis te overnachten. Meer informatie over de procedure bij verdoving in het CRG en UZ Brussel vindt u onder Praktisch, p. 101. De keuze tussen de verschillende opties – zowel wat de ingreep zelf als de soort verdoving betreft – wordt in overleg tussen u en de behandelende arts bepaald. Uiteraard gebeurt dat op basis van de resultaten van de vooronderzoeken, maar er wordt ook rekening gehouden met wat in uw situatie praktisch het meest haalbaar is. Tot slot, als u wenst dat de overblijvende zaadcellen die via een ingreep werden verzameld, worden ingevroren, moet u een toestemmingsformulier ondertekenen en dat aan de verpleegkundige op de VPE 03 afgeven voor u de ingreep ondergaat. Uw toestemming op zich impliceert natuurlijk niet dat vriesbewaring mogelijk is. Ook is de bewaring niet gratis: wel in het jaar zelf van uw behandeling, daarna wordt een (geïndexeerde) bewaarkost aangerekend per jaar bewaring.
34
35 34| PESA schematisch voorgesteld. 35| Zoeken naar een naald in de hooiberg: links twee gevulde zaadbuisjes tussen diverse lege.
MESA & PESA: zaad uit de bijbal
medische praktijk
Bij obstructieve azoöspermie zijn zoals gezegd de zaadcellen aangemaakt en tot rijping gekomen, maar raken ze niet uit de bijbal, bv. doordat de zaadleiders verstopt zijn of volledig ontbreken. Via MESA (microchirurgische epididymaire sperma-aspiratie) worden de zaadcellen operatief uit één van de bijballen gehaald. Onder algemene verdoving wordt een insnijding in de balzak gemaakt en met een speciale microscoop wordt een geschikt deel van een bijbal geselecteerd, waaruit dan zaadvloeistof wordt opgezogen. Voor PESA (percutane epididymaire sperma-aspiratie) moet geen insnijding worden gemaakt: onder lokale verdoving wordt de bijbal door de huid heen blind aangeprikt om de zaadcellen op te zuigen. Dit is een vrij eenvoudige techniek, die echter niet altijd altijd het gewenste resultaat oplevert.
43
Nog tijdens de MESA- of PESA-ingreep controleert het laboratorium of het verkregen zaadstaaltje voldoende spermacellen op levert. Eventueel wordt de ingreep herhaald aan de andere bijbal.
TESE en FNA: zaad uit de zaadbal
36 36| TESE. Zo ziet testikelweefsel er in het laboratorium uit.
In sommige gevallen wordt ervoor gekozen om zaadcellen uit de testikels te verzamelen, d.w.z. vóór ze ter rijping naar de bijbal zijn gegaan. Deze TESE- en FNA-ingrepen zijn een alternatief voor MESA en PESA, alleen worden er veel minder zaadcellen verzameld. Bij niet-obstructieve azoöspermie is TESE meestal de enig mogelijke optie, en dan best onder algemene verdoving. Bij TESE (testiculaire sperma-extractie) wordt chirurgisch een klein beetje weefsel uit een testikel verwijderd. In het laboratorium kijkt men hoe het zit met de aanwezigheid en de kwaliteit van de zaadcellen in dat proeffragment. Afhankelijk van de bevindingen wordt dan meer weefsel uit dezelfde testikel of een fragmentje uit de andere testikel verwijderd. Hoewel niet-obstructieve azoöspermie precies voortkomt uit het feit dat de productie aan zaadcellen ter hoogte van de zaadbal minimaal is of volledig afwezig, kan TESE in de helft van de gevallen toch voldoende zaadcellen opleveren om ICSI mogelijk te maken. Bij FNA (fijne-naaldaspiratie) wordt met een fijne naald in een testikel geprikt, om zo te proberen voldoende zaadcellen eruit op te zuigen. Het gaat hier om een kleine ingreep, die echter niet altijd het beoogde resultaat oplevert.
Vibro- en elektrostimulatie
medische praktijk
Vaak gestelde vraag Komen afwijkingen meer voor bij IVFkinderen dan bij andere? Lees het antwoord op p. 85.
44
Bij mannen die in de onmogelijkheid verkeren om te ejaculeren en die niet met medicijnen kunnen worden geholpen, kan via ofwel vibro-, ofwel elektrische stimulatie vaak toch een zaadstorting worden veroorzaakt. Bij vibrostimulatie produceert een apparaatje dat op de penis wordt gedrukt vibraties, en wordt zo eventueel een ejaculatie uitgelokt. Bij elektro-ejaculatie wordt een speciale sonde in de endeldarm gebracht, die via een elektrische stroom van lage spanning in een ejaculatie uitmondt.
in het laboratorium: de bevruchting Enkele uren na de pick-up worden in het laboratorium de zaadcellen in een schaaltje bij de eicellen gevoegd, doorgaans op de klassieke manier (IVF), zoniet via ICSI. Daarna gaat het schaaltje in het broedapparaat, dat zorgvuldig de omstandigheden in de eileider nabootst: dezelfde temperatuur, dezelfde atmosfeer. Een dag later wordt met behulp van de microscoop gecontroleerd of er bevruchting heeft plaatsgehad. Indien wel, dan wordt weer een dag later gekeken of uit de bevruchte eicellen embryo’s zijn ontstaan. Is dat zo, dan worden die op hun kwaliteit gecontroleerd. Uiteindelijk worden op dag drie of dag vijf na de in-vitrobevruchting één of twee van die embryo’s in de baarmoeder geplaatst. Het kan ook zijn dat de bevruchting of de vorming van embryo’s minder succesvol verloopt en u te horen krijgt dat de embryotransfer moet worden afgelast. In dat geval wordt ervoor gezorgd dat u spoedig de gynaecoloog kan ontmoeten, die u zal uitleggen wat er is gebeurd.
37
38
Klassieke IVF Jarenlang bestond er maar één manier om in het laboratorium de bevruchting tot stand te brengen: door het samenbrengen in een broedschaaltje van de eicellen van de vrouw met een heleboel zaadcellen van de man. In geval van succes ontstonden – en ontstaan – daaruit één of meerdere bevruchte eicellen. Om de kans op succes te vergroten, wordt het sperma eerst ‘geprepareerd’: de beste en meest beweeglijke zaadcellen worden geselecteerd en in het schaaltje gebracht. Hoewel voor in-vitrofertilisatie het best vers sperma wordt gebruikt, is de methode ook perfect toepasbaar met ingevroren sperma dat afkomstig is van een ejaculaat. Als er voor de behandeling een beroep gedaan wordt op sperma van een donor, is dat trouwens de enige mogelijkheid. In dat geval verloop de invitrobevruchting ook altijd via ICSI.
ICSI injectie van één zaadcel in elke eicel
40 37| Het team van het laboratorium van het CRG. 38| Klassieke IVF: eicellen in het inseminatieschaaltje gebracht. 39| ICSI: één zaadcel wordt uit het sperma in de naald gezogen… 40| … en in de eicel geïnjecteerd.
medische praktijk
Bij ICSI wordt in het laboratorium in elke eicel die door de hormonale stimulatie is verkregen één zaadcel geïnjecteerd. Eerst wordt met behulp van de microscoop een geschikte zaadcel geselecteerd. Die wordt opgezogen met een uiterst fijne glazen pipet en rechtstreeks in het cytoplasma (de celinhoud) van de eicel gebracht. De pipet doorboort de eicel, waarna de zaadcel wordt losgelaten. De bevruchting komt bijgevolg mechanisch tot stand en per eicel is maar één enkele zaadcel vereist. Die geavanceerde laboratoriumtechniek bestaat sinds het begin van de jaren 1990 en heeft in het Centrum voor Reproductieve Ge-
39
45
41
neeskunde van UZ Brussel zijn beslissende vorm gekregen. Sindsdien wordt hij overal ter wereld met veel succes toegepast. ICSI is een delicate maar doeltreffende techniek. Van alle eicellen die na een hormonale stimulatie kunnen worden verzameld, is gemiddeld tachtig procent rijp voor bevruchting en dus geschikt voor sperma-injectie. Bij het toepassen van ICSI gaat zo’n tien procent van die rijpe eicellen verloren. Van de eicellen die de spermainjectie overleven, ontwikkelt goed zeventig procent zich tot een embryo. Resultaat: van alle eicellen die via hormonale stimulatie worden verkregen, kan na ICSI ongeveer vijftig procent als embryo in de baarmoeder worden geplaatst. De kans op innesteling van een embryo, anders gezegd: de kans dat de vrouw zwanger wordt, is even groot als bij klassieke IVF.
Geen extra risico 42
Zijn er bij de negentig procent rijpe eicellen die worden bevrucht, ook eicellen die beschadigd worden door de ICSI? Niets wijst in die richting. Bij kinderen die hun bestaan aan ICSI danken, komen afwijkingen maar even vaak, of beter: even zelden, voor als bij kinderen die geboren zijn na een spontane zwangerschap. Een rijpe eicel is overigens een overwegend lege structuur: de kern met de chromosomen, dragers van de erfelijkheid, bevindt zich helemaal aan de rand van de cel. Het gevaar voor beschadiging is dus klein.
Sluitende identificatieprocedures 43
Betrouwbaarheid is uiteraard een topprioriteit. Zowel bij de bevruchting in het laboratorium als bij de latere embryotransfer worden sluitende identificatieprocedures gehanteerd. U kan er vast van op aan dat de eicellen, zaadcellen en embryo’s waarmee in de loop van uw IVF-behandeling wordt gewerkt, effectief die van u en uw partner zijn.
terug naar de vrouw De embryotransfer 44 41| Het embryo op dag drie na IVF (achtcellig). 42| Het embryo op dag vijf na IVF. 43| Zo wordt het embryo opgezogen in het catheter… medische praktijk
44| … en zo wordt het in de baarmoeder geplaatst.
46
Het in de baarmoeder plaatsen van de embryo’s die ‘in vitro’ tot ontwikkeling zijn gekomen gebeurt hetzij op dag drie, hetzij op dag vijf na de pick-up van de eicellen. Voor de ingreep moet de vrouw andermaal naar de VPE 03 van het CRG komen. Op de dag in kwestie verneemt u in de late voormiddag (meestal na 11u.) telefonisch hoe laat u daar moet zijn. U mag er rechtstreeks heen: CRG, niveau +1. Het kan wel gebeuren dat de transfer iets later plaatsvindt dan voorzien en dat u even moet wachten. De embryotransfer duurt maar kort en is zowel pijn- als risicoloos. Om de toegang tot de baarmoeder te vergemakkelijken, wordt een
speculum in de vagina geplaatst. Daarna brengt de gynaecoloog, gebruikmakend van een fijn buisje, via de baarmoederhals één of twee embryo’s in de baarmoeder. De ingreep vereist geen verdoving, en anders dan bij de pick-up mag uw partner u gezelschap houden. Na de embryotransfer mag u even rusten voor u naar huis gaat. Daarna mag u onmiddellijk het normale leven hervatten: dat heeft geen enkele nadelige invloed op de slaagkans van de IVF-poging (zie ook Vaak gestelde vragen, p. 83).
Aantal ingebrachte embryo’s Het aantal embryo’s dat zal worden ingebracht, wordt vooraf overlegd tussen u als paar, de gynaecoloog en een embryoloog. De keuze van het aantal wordt grotendeels bepaald door de leeftijd van de vrouw (de vruchtbaarheid daalt met het ouder worden), de kwaliteit van de embryo’s en het aantal embryo’s dat beschikbaar is; slechts in beperkte mate door uw eigen voorkeur. Maar ook het resultaat van eerdere IVF-pogingen speelt een rol: als u na enkele pogingen met één embryo nog niet zwanger bent, kan dat een reden zijn om bij een volgende poging twee – uitzonderlijk drie – embryo’s in de baarmoeder te plaatsen. Hierdoor stijgt echter ook de kans op een meerlingenzwangerschap (tweeling, drieling), met de bijbehorende gezondheidsrisico’s voor moeder en baby’s (zie Vaak gestelde vragen, p. 82). De bezorgdheid over die gezondheidsrisico’s weerspiegelt zich in de wettelijke regeling: een IVF-behandeling wordt maar terugbetaald door de Belgische mutualiteit (aan patiënten die daar recht op hebben) als voldaan is aan de wettelijke voorwaarden over het aantal terug te plaatsen embryo’s (zie p. 98).
Boventallige embryo’s Vaak gestelde vraag Is het invriezen van embryo’s wel verstandig? Lees het antwoord op p. 83.
45 45| Invriestoestel.
medische praktijk
Heeft de in-vitrofertilisatie meer embryo’s opgeleverd dan nodig voor de transfer, dan kunnen boventallige embryo’s van goede kwaliteit worden ingevroren. ‘Kwaliteit’ is in deze context het sleutelwoord. Veel embryo’s overleven nl. de dooiprocedure niet: zelfs als alleen de beste worden ingevroren, kunnen gemiddeld maar vijftig procent na ontdooiing gebruikt worden voor de transfer. Of de boventallige embryo’s ingevroren mogen worden of niet, heeft u bepaald tijdens de counseling aan het begin van uw IVFbehandeling. Overeenkomstig de wettelijke bepalingen heeft u toen nl. een formulier ingevuld over de bestemming van de embryo’s en daarin voor een aantal zaken uw toestemming gegeven. Als u beslist heeft dat de boventallige embryo’s mochten worden ingevroren, verneemt u enige weken na de transfer schriftelijk hoeveel er voor u konden worden bewaard. Om misverstanden te vermijden wordt hierover geen mondeling informatie gegeven.
47
De voorbereiding op de zwangerschap Na de embryotransfer volgt een moeilijke periode. Ongeveer twee weken lang moet u immers het resultaat van de IVF-behandeling afwachten: zwangerschap of maandstonden.
Progesteron toedienen Ondertussen moet u regelmatig progesteron in de vagina inbrengen. Dit hormoon bevordert de opbouw van het baarmoederslijmvlies en vergemakkelijkt de innesteling van een embryo. Met het toedienen van progesteron wordt ofwel een dag vóór ofwel een dag na de pick-up gestart; er mag pas mee worden gestopt als de Dagelijkse Patiëntenmonitoring dat zegt. In geval van zwangerschap varieert dat van enkele weken tot maximaal drie maanden. Progesteron wordt ‘ingenomen’ in de vorm van capsules: u brengt drie keer per dag 200 mg diep in de vagina in, met regelmatige tussenpozen (bv. om 8u., 16u. en 22u.). Om het gevaar voor vaginale ontstekingen te verkleinen doet u dat best steeds met schoongewassen handen. Aangezien de ingebrachte capsules onvermijdelijk voor een beetje vaginale afscheiding zorgen, is het gebruik van inlegkruisjes aanbevolen. Voor alle duidelijkheid: hoewel de bijsluiter ook de mogelijkheid vermeldt de capsules via de mond in te nemen, moet u ze consequent in de vagina inbrengen. Zolang u progesteron moet gebruiken, is het belangrijk dat u er voldoende van gebruikt. Een hoge dosis houdt geen gevaren in. Beter enkele capsules te veel dan te weinig.
hCG-inspuiting Soms wordt de progesteronbehandeling in de eerste week na de embryotransfer ondersteund of vervangen door de toediening van hCG. Dit zwangerschapshormoon stimuleert immers de aanmaak van progesteron door het lichaam zelf. In dat geval wordt ofwel eenmalig een inspuiting gegeven van 5.000 eenheden, ofwel wordt op drie verschillende dagen telkens een dosis van 1.500 eenheden toegediend. De keuze voor al dan niet toediening en zo ja, voor welke dosis, wordt gemaakt op basis van de hormonale bloedresultaten.
medische praktijk
In afwachting van het resultaat
48
Opmerking Na een mislukte IVF-poging wacht u beter enige tijd voor u met een nieuwe behandeling begint. Zie Tips en opmerkingen 5, p. 54.
Omstreeks de vijftiende dag na de embryotransfer kan worden uitgemaakt of u zwanger bent. Daarom wordt op dag 17 na de eicelpick-up een bloedanalyse uitgevoerd. Daarmee wordt het progesterongehalte in het bloed geverifieerd én het hCG-gehalte gemeten (m.a.w. een zwangerschapstest uitgevoerd). Op basis daarvan kunnen wij u meedelen of er sprake is van een beginnende zwangerschap of niet.
Krijgt u uw maandstonden, dan is het belangrijk dat u op dag drie daarvan nog een laatste bloedstaaltje opstuurt. Dat laat ons toe om een eventuele laattijdige zwangerschap op te sporen. Op het aanvraagformulier voor het bloedonderzoek moet heel precies het begin van de menstruatie worden vermeld. Let erop dat u het laatste bloedstaaltje, in de ontgoocheling die de maandstonden wellicht veroorzaken, niet vergeet.
Afronding Na elke IVF-poging wordt u beiden in het CRG verwacht voor een ontmoeting met de gynaecoloog. De afspraak hiervoor maakt u nadat u het resultaat van de zwangerschapstest kent. De ontmoeting is een goede gelegenheid om terug én vooruit te blikken. Blijkt u zwanger te zijn, dan wordt u de eerste weken nog door de DM gevolgd via een echo en bloedonderzoeken (zie volgende alinea). Maar wat de strikt medische opvolging betreft, kan uw dossier in het centrum worden afgesloten. Is de behandeling niét gelukt, dan kan dat hard aankomen. Nogal wat paren zoeken in dat geval de schuld bij zichzelf: ‘Wat hebben wij fout gedaan?’ Maar doorgaans luidt het antwoord: ‘Niets.’ Want behalve nauwgezet de richtlijnen van de behandeling volgen, is er na de embryotransfer niets wat u kan doen om het resultaat te beïnvloeden. Met de gynaecoloog zal u tijdens de consultatie de medische opties bespreken, zoals of u een nieuwe poging wil wagen en zo ja, wanneer u dat best doet met welk behandelingsschema, etc.
Opvolging van de zwangerschap
medische praktijk
Blijkt de IVF-poging gelukt, dan verwachten wij u vijf weken na de embryotransfer in het CRG voor een laatste echografie (na ca. zeven weken zwangerschap). Het juiste tijdstip zal u door de DM worden meegedeeld. Ook laat u vanaf dag vijftien na de embryo transfer één keer per week een bloedonderzoek uitvoeren. Als u na de twaalfde week nog ondersteunende medicatie zou nemen, doet u dat nog één keer om de twee weken. De bloedonderzoeken worden afgebouwd op instructies van de DM. De bloedonderzoeken en echografie kunnen ook door een externe gynaecoloog uitgevoerd worden, maar dan krijgen we de resultaten graag doorgefaxt naar de DM. Dat is zowel van belang voor de vervollediging van uw medisch dossier als voor onze statistieken over de uitkomst van onze behandelingen. In de zestiende week gebeurt bij alle zwangere patiënten een bloedafname voor onderzoek op trisomie 21 (mongolisme). In dit verband verwijzen we ook naar het hoofdstuk Meer dan medisch, waar nog andere prenatale onderzoeken worden besproken (p. 91 en verder).
Follow-up van zwangerschap en bevalling voor wetenschappelijke doeleinden Zodra u zwanger bent door de IVF/ ICSI-behandeling zal u verder gevolgd en begeleid worden door uw eigen gynaecoloog. Niettemin zal u van ons nog twee vragenlijsten ontvangen over het verloop van uw zwangerschap en bevalling. Die kaderen in het wetenschappelijk onderzoek dat het CRG permanent voert naar de gevolgen van vruchtbaarheidsbehandelingen voor de baby en de moeder. Daarom vragen wij al onze patiënten om ons die vragenlijsten ingevuld terugte bezorgen. U helpt daarmee niet alleen het wetenschappelijk onderzoek vooruit, maar u dient er ook vele toekomstige patiënten mee.
49
De zwangerschap zelf wordt bij voorkeur begeleid door de huisarts of gynaecoloog die u naar ons heeft verwezen. Wel zal uw counselor meteen na de vaststelling van de zwangerschap contact nemen met het Centrum voor Medische Genetica (CMG) van UZ Brussel (zie ook p. 86). Dit om hen op de hoogte te brengen van uw zwangerschap en hen in staat de stellen om het controleonderzoek van uw kind te plannen, twee maanden en één jaar na de geboorte.
Mogelijke bijwerking: het ovarieel hyperstimulatiesyndroom
46 46| Hyperstimulatiesyndroom: deze echografie geeft twee sterk opgezette eierstokken te zien.
Sommige vrouwen krijgen na de embryotransfer te maken met het ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). De symptomen beperken zich meestal tot een gezwollen buik en wat buikpijn, maar kunnen ook ernstiger zijn: misselijkheid, braken, hevige buikpijn, een forse gewichtstoename, ademhalingsmoeilijkheden,… Het hele syndroom is een gevolg van de hormonen die tijdens de IVF-behandeling worden toegediend. Na het stimuleren van de eierstokken met hMG of rec-FSH wordt een hCG-inspuiting gegeven. hCG voltooit de rijping van de eicellen, maar stimuleert tegelijk opnieuw de eierstokken. En als de vrouw door de behandeling zwanger is geworden, begint ook haar eigen lichaam hCG te produceren (zie Theorie, de natuurlijke bevruchting, p. 15 e.v.). Van stimulatie van de eierstokken naar hyperstimulatie is het dan nog maar een kleine stap. De hyperstimulatie komt hierop neer dat in de eierstokken de restanten van de vele follikels een soort cysten gaan vormen, waarin vocht wordt opgestapeld. Dat vocht sijpelt door naar allerlei lichaamsholten, en dan in de eerste plaats naar de buikholte, waardoor de waterhuishouding wordt ontregeld. Gelukkig is OHSS in het algemeen niet gevaarlijk. De klachten verdwijnen vrijwel altijd vanzelf. Rusten, matig drinken, een eiwitrijke voeding (vlees, vis, kaas,…) en een beetje geduld zijn de belangrijkste aanbevelingen. In de zeldzame gevallen waarin het syndroom zich krachtig mani festeert en u bijvoorbeeld snel aan gewicht wint of problemen krijgt met urineren of ademhalen, moet u onmiddellijk contact opgnemen met de VPE 03 van het CRG. Een opname in het ziekenhuis kan dan noodzakelijk zijn.
medische praktijk
de terugplaatsing van gedooide embryo’s
50
Als een eerdere IVF-poging niet is gelukt of als u nog een kind wil en u over een aantal ingevroren embryo’s beschikt, dan ziet de IVF-behandeling er eenvoudiger uit. Hetzelfde geldt als u de behandeling ondergaat met donorembryo’s. In die gevallen is het niet nodig om via hormonale stimulatie meerdere eicellen te la-
ten rijpen en die, net voor de eisprong, te verzamelen. Sinds in 2007 de nieuwe wetgeving over medische begeleide voortplanting van kracht is geworden, is het trouwens verplicht om bij elke volgende IVF-poging eerst uw eventuele voorraad ingevroren embryo’s aan te spreken, vóór u een poging met vers materiaal kan ondernemen. Hoewel de kans op een geslaagde zwangerschap bij gebruik van gedooide embryo’s kleiner is dan bij gebruik van verse embryo’s, betekenen die FRET’s (frozen embryo transfer) toch extra kansen op de vervulling van uw kinderwens. U krijgt immers – als Belgische patiënt die aangesloten is bij een mutualiteit – maar zes pogingen (met vers materiaal) terugbetaald. De transfers met gedooide embryo’s tellen daarbij niet mee: dat zijn dus extra pogingen.
47
Afgestemd op de natuurlijke cyclus Doorgaans vindt de transfer van ingevroren en gedooide embryo’s plaats binnen de natuurlijke menstratiecyclus van de vrouw. Tijdens de hele behandeling bent u aangewezen op de richtlijnen van de Dagelijkse Patiëntenmonitoring (DM). Vanaf enkele dagen voor de verwachte eisprong wordt begonnen met bloedafnames. Als de bloedwaarden aantonen dat de eisprong nadert, wordt een echografie gepland om de ontwikkeling van het baarmoederslijmvlies te beoordelen. Zodra dat dik genoeg blijkt te zijn, wordt ofwel de eisprong uitgelokt met een injectie hCG, ofwel gewacht op de natuurlijke LH-piek om de ontdooiing en de transfer van de embryo’s te plannen. Soms worden ter ondersteuning van de natuurlijke cyclus de eierstokken lichtjes gestimuleerd. U slikt dan van dag drie tot en met dag zeven anti-oestrogenen in de vorm van capsules, één of twee per dag. Of u krijgt (geeft zichzelf) gedurende minstens vijf dagen inspuitingen met hMG of rec-FSH. De mogelijke bijwerkingen beperken zich in het geval van antioestrogenen tot een opgezet gevoel in de buik, opvliegers en – uitzonderlijk – het waarnemen van lichtflitsen; in het geval van de hormonale inspuitingen tot een weinig buikpijn. Het tijdstip voor de embryotransfer wordt bepaald in functie van de eisprong en zal u worden meegedeeld door de DM. Soms zal op dat moment worden voorgeschreven dat u vanaf de eisprong enkele weken lang drie keer per dag 200 mg progesteron in de vagina moet inbrengen, om de innestelling van het embryo te bevorderen.
48
49 47| Echografie ter evaluatie van de dikte van het baarmoederslijmvlies. 48| De embryobank. 49| Na ontdooiing worden de embryo’s gecontroleerd op hun kwaliteit.
medische praktijk 51
Op basis van een kunstmatige cyclus Soms is het nodig om de natuurlijke cyclus (helemaal) door een kunstmatige te vervangen. Dat is uiteraard zo als u geen natuurlijke cyclus meer heeft, bijvoorbeeld omdat uw eierstokken zijn verwijderd. De baarmoeder wordt dan met oestrogenen, voorhanden in capsules die moeten worden ingeslikt, voorbereid op de komst van het embryo. Met het innemen van de oestrogenen, die geen bijwerkingen hebben, moet minstens twee weken vóór de embryotransfer worden begonnen. Het gebeurt ook dat u nog wel een natuurlijke cyclus heeft, maar dat die, bijvoorbeeld onder invloed van stress, niet normaal verloopt. In dat geval wordt de natuurlijke cyclus stilgelegd met GnRHanalogen. Na drie weken moet u het gebruik van GnRH-analogen combineren met het slikken van oestrogenen. Ten vroegste twee weken later kan dan de embryotransfer worden uitgevoerd. Omdat op geen enkele manier met een eisprong rekening moet worden gehouden, laat een kunstmatige cyclus een nauwkeurige planning toe. Er kan ruim vooraf worden bepaald op welke dag de embryotransfer zal plaatsvinden. Dat is in het bijzonder van belang voor paren die gebruik willen maken van donoreicellen. Tot voor kort konden eicellen immers niet worden ingevroren en moesten ze in het laboratorium meteen bevrucht worden met het sperma van de partner van de acceptor. Recent is het invriezen van eicellen wel mogelijk geworden, maar veel donatiebehandelingen maken nog steeds gebruik van verse eicellen. Ideaal is dat dan één of twee van de embryo’s die uit de invitrobevruchting zijn ontstaan, in de baarmoeder van de acceptor worden geplaatst op dag drie of dag vijf na de bevruchting. Met een kunstmatige cyclus valt dat gemakkelijk te regelen. Zowel oestrogenen als GnRH-analogen mogen langdurig worden genomen, wat toelaat om de acceptor een hele tijd voorbereid te houden op een embryotransfer. Ze kan dan rustig wachten tot er donoreicellen beschikbaar zijn. Natuurlijk moet ook bij een kunstmatige cyclus de vrouw enkele dagen vóór de embryotransfer starten met het in de vagina inbrengen van progesteron.
medische praktijk
Bloedonderzoeken na de transfer
52
Het bloedonderzoek ter controle van het progesterongehalte en voor de zwangerschapstest wordt uitgevoerd op dag 15 na de embryotransfer. Als de transfer niet tot zwangerschap heeft geleid, moet er ook op dag drie van de maandstonden een bloedanalyse worden uitgevoerd. Let erop dat u die laatste bloedanalyse, in de teleurstelling die de maandstonden wellicht veroorzaken, niet vergeet!
opmerkingen & tips 1. De IVF-behandeling kan individueel worden aangepast De ene mens is de andere niet. Om de kans op zwangerschap te vergroten en eventuele ongemakken te verkleinen, wordt de IVFbehandeling meer dan eens individueel aangepast. Het kan dus best zijn dat de concrete gang van zaken hier en daar afwijkt van wat in deze gids wordt verteld. Laat ook niet te gauw de moed zakken. Het kan bijvoorbeeld dat de stimulatie van de eierstokken de eerste keer niet goed lukt. Geen paniek, dikwijls volstaat een wijziging van de stimulatie om alles een volgende keer wél vlot te laten verlopen. In het algemeen biedt IVF veel ruimte voor bijsturing. Het CRGteam streeft ernaar om de voor u meest geschikte behandelingsvariant te vinden.
2. Voorkom vergissingen bij het inspuiten van hMG of rec-FSH Voor het welslagen van de IVF-behandeling is het belangrijk dat u alle richtlijnen goed opvolgt. Let er daarom op dat bij de stimulatie van de eierstokken de hormooninspuitingen correct worden toegediend, of dat nu door uzelf of uw partner gebeurt, of door een derde. Bij Menopur (hMG), dat aangeboden wordt in de vorm van poeder dat moet worden opgelost in een oplosmiddel, zitten het poeder en oplosmiddel afzonderlijk verpakt in hetzelfde doosje. Vermijd dat alleen het oplosmiddel wordt ingespoten, want dan is er natuurlijk geen sprake van enige stimulatie. Daarnaast, als wordt gevraagd twee ampullen hMG in te spuiten, dan wordt bedoeld: twee ampullen poeder opgelost in één ampul van het oplosmiddel. Zolang u niet meer dan vier ampullen poeder moet gebruiken, volstaat één ampulle oplosmiddel. Vanaf vijf ampullen poeder gebruikt u best twee ampullen oplosmiddel. Bij Gonal-F of Puregon (rec-FSH) stelt dat probleem zich niet: beide worden in reeds opgeloste vorm aangeboden met doseer pennen. Maar ook dan moet u erop letten dat u de juiste dosis toedient of laat toedienen. Kortom, blijf bij elke inspuiting even waakzaam: ook dokters of verpleegkundigen durven zich wel eens te vergissen.
Alle inspuitingen die u voor uw behandeling moet (laten) toedienen, gebeuren onderhuids (subcutaan). Geen enkele medicatie moet nog intra musculair ingespoten worden.
3. Uw bereikbaarheid is essentieel medische praktijk
In de loop van de IVF-behandeling zal de DM u meer dan eens telefoneren om informatie en richtlijnen door te geven. U begrijpt dat het essentieel is dat we u altijd op het juiste moment kunnen bereiken. Daarom geven we de voorkeur aan uw gsm-nummer.
53
4. Veel eicellen betekent nog niet veel embryo’s Als de pick-up veel eicellen oplevert, is dat natuurlijk prachtig. Maar het garandeert nog geen overvloed aan embryo’s. Het komt voor dat in het laboratorium uit vijftien of twintig eicellen maar enkele of zelfs helemaal geen embryo’s ontstaan. Juich dus niet te vroeg, want dat maakt een eventuele latere teleurstelling alleen maar groter. Anderzijds moet u alles ook niet te vlug somber inzien. Geen embryo’s de ene keer en tien de volgende keer, ook dát kan.
5. Mag na een ‘vruchteloze’ IVF-poging onmiddellijk met een volgende worden begonnen?
medische praktijk
Voor paren bij wie zwanger worden moeilijk lukt, zijn er patiëntenorganisaties zoals De Verdwaalde Ooievaar.
54
Wij raden paren aan om niet onmiddellijk opnieuw te starten. Zo heeft de vrouw de tijd om lichamelijk én psychisch helemaal te recupereren. Het is belangrijk dat de eierstokken rustig kunnen ontzwellen, de stress en de ongemakken van de behandeling een poosje worden vermeden en dat de teleurstelling over het falen van de vorige poging (door u beiden) kan worden verwerkt. Normaal gesproken worden in één jaar ten hoogste vier IVF-pogingen ondernomen. Een nieuwe poging kan u overigens pas aanvatten nadat u daar in de raadpleging met uw gynaecoloog toestemming voor heeft gekregen.
Kunstmatige inseminatie Het gebeurt dat de man te weinig goede, beweeglijke zaadcellen produceert om de vrouw op een natuurlijke manier te kunnen bevruchten. Of dat de baarmoederhals van de vrouw een niet te nemen barriére vormt voor de zaadcellen van de man. Of dat een paar ongewenst en zonder dat een reden wordt gevonden zonder kinderen blijft. In die gevallen kan kunstmatige inseminatie soms de oplossing bieden.
Bij kunstmatige inseminatie wordt het zaad – hetzij dat van de eigen partner (KI), hetzij dat van een donor (KID) – via een tech nische ingreep in het lichaam van de vrouw gebracht. Eerst worden in het laboratorium de beste, meest beweeglijke zaadcellen uit het sperma afgezonderd. Daarna wordt dat geselecteerde staaltje via een fijn plastic buisje rechtstreeks in de baarmoeder van de vrouw gebracht. Die techniek staat bekend als ‘intra-uteriene inseminatie’ (IUI). Kunstmatige inseminatie is op zich een eenvoudige en pijnloze interventie, die evenwel nauwgezet moet worden getimed en onder de beste omstandigheden uitgevoerd.
de behandeling Vaak gestelde vraag Kan u zelf iets doen om de slaagkans van uw behandeling te vergroten? Lees het antwoord op p. 81.
medische praktijk
Kunstmatige inseminatie verloopt nagenoeg gelijk voor paren die gebruik kunnen maken van eigen sperma en zij die aangewezen zijn op donorsperma. Dat laatste is het geval als de man helemaal geen zaadcellen produceert of te weinig om een bruikbaar staaltje op te leveren voor de inseminatie.
55
Laarbeeklaan 101 – 1090 Brussel
Tel. +32 (0)2 477 66 99 – Fax +32 (0)2 477 66 49
www.brusselsivf.be
ToesTemminG vooR kunsTmaTiGe inseminaTie meT donoRspeRma
d01-n
Centrum Reproductieve Geneeskunde
Tussen het universitair Ziekenhuis Brussel,
en mevrouw k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
vertegenwoordigd door professor dr. p. devroey,
en partner k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
klinisch en wetenschappelijk diensthoofd
wonende te k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
van het Centrum voor Reproductieve Geneeskunde, en hierna genoemd uZ Brussel, enerzijds,
Als het om ‘te weinig’ zaadcellen gaat, kan IVF met ICSI (zie hiervóór, p. 45 e.v.) ook een uitkomst zijn, omdat die techniek het mogelijk maakt één geselecteerde zaadcel te injecteren in elke eicel die via de pick-up verzameld werd. Maar uiteraard is die behandeling veel ingrijpender dan een KID.
................................................................................................. .................................................................................................
hierna de acceptanten genoemd, anderzijds, wordt overeengekomen wat volgt.
de acceptanten geven uZ Brussel toestemming om bij hen een kunstmatige inseminatie met donorsperma te verrichten. Zij verbinden er zich toe nooit de identiteit van de donor te zullen opsporen. Bij toevallige kennisneming van de identiteit van de donor verbinden zij er zich toe geen rechtsgeding tegen hem te zullen ondernemen, noch op enige andere wijze contact te zullen zoeken. Zij zijn ervan op de hoogte dat de behandeling voor uZ Brussel het onderwerp is van een inspanningsverbintenis en dat het welslagen van de behandeling niet verzekerd kan worden. Zij verklaren vóór de aanvang van hun behandeling uitgebreid geïnformeerd te zijn door uZ Brussel over alle aspecten – medische en andere – van hun onvruchtbaarheid en de behandeling daarvan. Zij verklaren die informatie ook ontvangen te hebben in de vorm van de gedrukte brochure, waarin alle behandelingsaspecten worden besproken, inclusief de bijbehorende onderzoeksprocedures én de risico’s en de ongemakken die de behandeling met zich kan brengen. Zij verklaren dat zij die informatie ontvangen, gelezen en begrepen hebben, en dat ze voldoende was om er hun weloverwogen beslissing op te steunen. opgesteld te Brussel op k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . in twee originele exemplaren, waarvan iedere partij verklaart er één ontvangen te hebben.
Gelieve binnen de 10 werkdagen ondertekend terug te sturen t.a.v. valérie mycke van het CRG, of getekend mee te brengen op uw eerstvolgende afspraak in het centrum.
gelezen en goedgekeurd Handtekening vrouw k
gelezen en goedgekeurd Handtekening partner k
11/2009/DRUK
Prof. Dr. P. Devroey
We overlopen hier de verschillende stappen van de inseminatiebehandeling, maar uiteraard wordt die soms individueel aangepast. Het is dus niet vreemd als in uw geval de concrete aanpak enigszins afwijkt van wat hier staat. Hoe dan ook wordt u voor een KI(D)-behandeling op dezelfde manieropgevangen en begeleid door het CRG-team als voor een IVF-behandeling. Lees daarover meer op p. 27-28.
Administratief KI(D) gaat – zoals elke vruchtbaarheidsbehandeling – gepaard met een aantal verplichtingen. Voor de algemene administratieve gang van zaken in UZ Brussel of de kost van de behandeling verwijzen we naar het hoofdstuk Praktisch, resp. p. 95 en p. 98. Hier vermelden we alleen dat u voor KI allebei een contract moet ondertekenen waarin u instemt met de behandeling. Bij KID komt daar het contract bij waarin u allebei uw toestemming geeft voor het gebruik van donorsperma.
Met de ondertekening van de contracten geeft u beiden te kennen dat u vóór de start van de behandeling uitgebreid geïnformeerd bent over alle medische, psychologische en onderzoeksaspecten ervan, en dat u op basis van die informatie een weloverwogen beslissing heeft kunnen nemen. Deze CRG-gids maakt deel uit van de informatieplicht die ons centrum tegenover u als patiënt(en) heeft.
medische praktijk
Foliumzuur Elke vrouw die pogingen doet om zwanger te worden (zelfs al is dat op de natuurlijke manier), doet er goed aan om meteen te beginnen met de inname van foliumzuurpillen. Van dat medicijn is immers bewezen dat het risico op een open rugje bij de foetus er effectief door vermindert. Meer details? Zie p. 28.
56
Medisch voortraject Behalve de gebruikelijke onderzoeken die aan elke vruchtbaarheidsbehandeling voorafgaan, wordt bij vrouwen ouder dan 37 jaar een voorafgaand onderzoek uitgevoerd naar de toestand van de eileiders. Dat gebeurt via een laparoscopie of een hysterosalpingografie (zie verder in dit hoofdstuk, p. 62 e.v.). Ook als de vrouw jonger is en succes uitblijft na drie inseminatiecycli, wordt zo’n onderzoek aanbevolen als voorbereiding op de volgende poging.
Voorbereiding op de inseminatie Cruciaal voor een goede slaagkans is dat de eicel en zaadcellen elkaar op het juiste moment ontmoeten: beide hebben immers maar een beperkte levensduur. Tegelijk wordt er in recente jaren de voorkeur aan gegeven om de inseminatiebehandeling te laten aansluiten op uw natuurlijke cyclus. Daarom wordt het verloop daarvan nauwgezet opgevolgd: enerzijds via bloedanalyses om
de hormonale waarden te bepalen, anderzijds via één (soms meer) echografie(en) om de ontwikkeling van de follikel te evalueren. De behandeling begint op dag drie van uw cyclus: dan laat u een bloedprik nemen. Op basis van de hormonale waarden die daarin gemeten zijn, zal u telefonisch de nodige instructies krijgen van de DM. Als in uw behandeling voorgeschreven werd om de eierstokken licht te stimuleren (zie hieronder), hoort u in dit telefoongesprek of u daarmee mag beginnen of nog even moet wachten. Ook de afspraak voor de echografie krijgt u via de DM. Als u op dag drie het seintje krijgt dat u mag doorgaan met uw behandeling of starten met de stimulatie, zal tegelijk de echografie gepland worden, doorgaans rond dag elf of twaalf van uw cyclus.
Lichte stimulatie van de eierstokken Hoewel zoals gezegd de voorkeur uitgaat naar het afstemmen van de inseminatiebehandeling op uw natuurlijke cyclus, is het soms nodig om de eierstokken licht te stimuleren. Dat gebeurt ofwel aan de hand van anti-oestrogenen die u in de vorm van tabletten inneemt, ofwel via de toediening van injecties met gonadotrofines.
Dag één van uw cyclus is de dag dat u opstaat met rood, menstrueel bloedverlies. Als u de bloedanalyse van dag drie elders dan in UZ Brussel laat uitvoeren, moet u het resultaat vóór 14u. aan de DM bezorgen, hetzij per mail, hetzij per fax. De DM zal u dan tussen 15u. en 18u. bellen voor verdere instructies. Contactgegevens DM Tel. +32 477 88 88 Fax +32 477 88 89
[email protected]
In de behandeling met het anti-oestrogeen clomifeencitraat neemt u elke dag vanaf dag drie tot en met dag zeven van uw cyclus het voorgeschreven aantal tabletten. Als anti-oestrogenen in het begin van de menstruatiecyclus worden ingenomen, krijgen de hersens immers het signaal dat het oestrogenenpeil laag is, wat ze proberen te verhelpen door sneller FSH en LH vrij te geven. Daardoor worden de eierstokken licht gestimuleerd, wat zal leiden tot de gelijktijdige ontwikkeling van enkele follikels. De mogelijke bijwerkingen beperken zich tot een opgezet gevoel in de buik, warmte-opwellingen en – uitzonderlijk – het waarnemen van lichtflitsen.
medische praktijk
Een andere optie is de inspuiting van hMG of rec-FSH: die hormoonpreparaten werken rechtstreeks in op de eierstokken en stimuleren ze om meerdere eicellen tot ontwikkeling te brengen. De injectiedoses moeten secuur bepaald worden, want het is niet de bedoeling – zoals wél in het geval van IVF – om tot een superovulatie te komen. Daarom volgt u bij deze behandeling precies de richtlijnen van uw arts, zowel qua keuze van medicijn en bepaling van de doses als qua dagen om daarmee te beginnen en te stoppen. De injecties worden subcutaan gegeven (onderhuids). U kan dat zelf doen of de hulp van een thuisverpleegkundige inroepen. Als eventuele bijwerking kan u bij deze stimulatiekuur een weinig buikpijn hebben.
57
Echografie en bloedonderzoek
50
medische praktijk
50| Deze echo geeft een mooi ontwikkelde follikel te zien.
51
51| Ook bij kunstmatige inseminatie wordt het zaad eerst ‘geprepareerd’: de beste, meest beweeglijke spermacellen worden afgezonderd.
58
Op de dag van de echo – d.w.z. hooguit enkele dagen vóór de eisprong – moet ook een bloedonderzoek uitgevoerd worden: > als uw echoafspraak in de voormiddag valt – hetzij op een weekdag tussen 8u. en 11u.30, hetzij op een feest- of weekenddag tussen 8u. en 10u. – wordt de bloedprik afgenomen in de wachtzaal van de echografie (CRG, niv. +2); > zoniet laat u de bloedprik afnemen in de VPE03, CRG niv. +1, tijdens de geafficheerde openingsuren. U hoeft daar geen afspraak voor te maken. Het bloedonderzoek moet duidelijk maken of de LH-piek, die zo’n 40 uur voorafgaat aan de eisprong, zich al heeft voorgedaan. De echo is om na te gaan of zich in de eierstokken minstens één mooie follikel (het vochtblaasje met de eicel) bevindt. Tussen 15u. en 18u. van nog steeds dezelfde dag, als de resultaten van echo en bloedonderzoek bekend zijn, neemt de DM contact met u op. Vanaf dat moment zijn er verschillende mogelijkheden: > ofwel geeft uw bloedanalyse een LH-piek te zien. De eisprong is nakend. De DM geeft u dan meteen een afspraak voor de inseminatie, binnen de 36 uur; > ofwel toont de bloedanalyse nog geen LH-piek. Dan bepaalt het resultaat van de echografie wat er moet gebeuren: > als de follikel nog te klein is, plant u samen met de DM een nieuwe echografie en (voorafgaande) bloedanalyse; > als de echografie min. één en max. drie rijpe follikels toont, moet u op het ogenblik dat de DM bepaalt de aangegeven doses hCG (laten) inspuiten, het substitutiehormoon dat de eisprong uitlokt. U krijgt dan ook een afspraak voor de inseminatie zelf; > ofwel geeft de echografie méér dan drie rijpe follikels te zien. Dan is de kans op een meerlingzwangerschap (wat belangrijke risico’s inhoudt voor zowel de moeder als de babies) te groot om de behandeling gewoon te laten doorgaan. In overleg met u beiden wordt beslist wat er moet gebeuren: > er kunnen een aantal follikels worden aangeprikt, zodat er slechts één, maximum twee overblijven en de inseminatie plaats kan vinden; > de kunstmatige inseminatie wordt vervangen door een volledige IVF-behandeling en alle rijpe eicellen worden geoogst voor bevruchting in het laboratorium; > de (huidige) behandeling wordt gestopt. Bij eventuele latere pogingen wordt de stimulatiekuur mogelijk aangepast; > de eicellen worden verzameld en ingebankt. Sinds de ontwikkeling van een nieuwe vriestechniek, die we vitrificatie noemen, is het namelijk mogelijk om eicellen te bewaren. Als tijdens uw inseminatiebehandeling teveel follikels tot ontwikkeling zijn gekomen bestaat daarom nu ook de optie
dat we ze verzamelen en invriezen met het oog op een eventuele latere IVF-behandeling.
Inseminatie
met sperma van de eigen partner
Voor kunstmatige inseminatie met sperma van de eigen partner worden liefst verse zaadcellen gebruikt. Dan is de kans op bevruchting het grootst. Daarom moet de man kort voor de inseminatie via masturbatie een spermastaaltje produceren (zie ook p. 41). Dat gaat naar het laboratorium, waar de beste zaadcellen eruit worden afgezonderd. Hou er rekening mee dat de voorbereiding van het sperma zo’n anderhalf uur in beslag neemt: de inseminatie kan dus pas een uur of twee na afgifte van het staaltje plaatsvinden. Als de man afwezig is op de dag van de inseminatie of vreest dat hij op het cruciale moment geen spermastaaltje zal kunnen produceren, kan hij dat vooraf bezorgen en laten invriezen. De inseminatie kan dan met dat zaad gebeuren, als de kwaliteit na ontdooiing het toelaat.
52
53
met sperma van een donor (KID) Bij KID worden de zaadcellen gebruikt van een andere man dan de partner. Die zorgvuldig uitgekozen donor blijft voor het paar volstrekt anoniem; ook hijzelf weet niet wie met zijn zaad wordt bevrucht. Voor KID wordt altijd ingevroren sperma gebruikt, dat kort voor de inseminatie wordt ontdooid. De reden daarvoor is dat het CRG er absoluut zeker van wil kunnen zijn dat het sperma gezond is. In principe kan het enkele maanden duren voor een besmetting met geelzucht (Hepatitis B, C) of met het HIV-virus, dat aids veroorzaakt, aan het licht komt. En dus bewaart het CRG alle donorsperma minstens zes maanden voor het, na nog eens grondig te zijn getest, eventueel wordt gebruikt.
52| Het moment van de inseminatie. 53| Donorspermabank.
Opvolging van het resultaat Na de inseminatie volgt een moeilijke periode: gedurende bijna twee weken moet u gewoon het resultaat afwachten. Intussen begint u eventueel met een progesteronkuur.
Innesteling vergemakkelijken met progesteron
medische praktijk
Afhankelijk van de evolutie van uw behandeling zal u al dan niet worden gevraagd om vanaf de dag van de inseminatie progesteroncapsules diep in de vagina in te brengen. Progesteron bevordert de opbouw van het baarmoederslijmvlies en vergemakkelijkt de innesteling van een embryo.
59
Als u een progesteronkuur wordt voorgeschreven, begint u daarmee op de dag van de inseminatie, ’s avonds (één keer). Vanaf de dag erna brengt u de capsule(s) drie keer per dag in, op regelmatige tijdstippen (bv. om 8u., 16u. en 22u.). U gaat daarmee door tot de DM zegt dat u mag stoppen. Om het gevaar voor vaginale ontstekingen te verkleinen, doet u dat best met schoongewassen handen. Aangezien de ingebrachte capsules onvermijdelijk voor een beetje vaginale afscheiding zorgen, raden we het gebruik van inlegkruisjes aan.
Bloedonderzoek: zwanger? Na afronding van de KI-behandeling moet u op dag 15 na de inseminatieeen bloedanalyse laten doen als zwangerschapstest. Uit de bepaling van het hCG-gehalte (het zwangerschapshormoon) moet blijken of de behandeling geslaagd is of niet. Samen met u duimen wij voor een positieve uitslag. Maar ook als inmiddels de maandstonden zijn begonnen, blijft de bloedprik wenselijk, en wel op dag drie van uw menstruatie. Uit het bloed kan worden afgeleid of er een normale eisprong heeft plaatsgehad, wat met het oog op een toekomstige poging belangrijk is.
1
Graag terugsturen naar De Databank CRG
Vragenlijst 1 – Zwangerschap na KI(D) Mevr. «VRNAAM» «NAAM» «STRAAT» «STRAATNR» «POSTCODE» «STAD» «LAND»
Ref. «DOSSIERNR» – «CNR»
Uw geboortedatum: «geboortedatVr»
Datum inseminatie in UZ Brussel: «DateInsem»
Arts of vroedvrouw die de zwangerschap opvolgt Naam: ................................................................................................................................................................................................................. Adres: .................................................................................................................................................................................................................. .............................................................................................................................................................................................................................. Tel. ......................................................................
E-mail: ..........................................................................................................................
1. Echografische bevindingen Als u op de eerste echo zwanger was van een tweeling of drieling, gelieve dat zeker te vermelden, ook al evolueerde uw zwangerschap naar een eenling of tweeling.
7 weken
12 weken
22 weken
Datum echografie
……………
……………
……………
Aantal vruchtzakken
…………….
……………
……………
ECHOGRAFIE Echografist
……………
Aantal foetussen
Foetale hartactiviteit
…………… ……………
……………
…………… …………… ……………
Ja Neen
Ja Neen
Ja Neen
(bij tweeling): foetus 2
Ja Neen
Ja Neen
Ja Neen
……………
……………
……………
Zo ja, welke afwijking (2) Behandeling (1) Behandeling (2)
Indien tweeling: eeneiig twee-eiig
…………… …………… ……………
Ga door naar de volgende pagina
Model vragenlijst follow-up.
medische praktijk
……………
Afwijking: foetus 1
Zo ja, welke afwijking (1)
60
……………
…………… …………… ……………
Follow-up van zwangerschap en bevalling voor wetenschappelijke doeleinden Zodra u zwanger bent door de KI(D)-behandeling zal u verder gevolgd en begeleid worden door uw eigen gynaecoloog. Niettemin zal u van ons nog twee vragenlijsten ontvangen over het verloop van uw zwangerschap en bevalling. Die kaderen in het wetenschappelijk onderzoek dat het CRG permanent voert naar de gevolgen van vruchtbaarheidsbehandelingenvoor de baby en de moeder. Daarom vragen wij al onze patiënten om ons die vragenlijsten ingevuld terugte bezorgen. U helpt daarmee niet alleen het wetenschappelijk onderzoek vooruit, maar u dient er ook vele toekomstige patiënten mee.
…………… …………… ……………
slaagkans Bij kunstmatige inseminatie worden enkel de meest geschikte zaadcellen gebruikt en ze worden meteen tot voorbij de baarmoederhals gebracht, die anders minstens een groot deel van de zaadcellen tegenhoudt. Daarmee stijgt de kans op bevruchting aanzienlijk. Hoe groot die kans is, hangt mee af van het vruchtbaarheidsprobleem waarmee u als paar kampt. Is er sprake van ondoordringbaarheid van de baarmoederhals of een niet te verklaren onvruchtbaarheid, dan bedraagt de slaagkans tien à elf procent per menstruatiecyclus. Is de kwaliteit van het zaad het probleem, dan daalt die kans tot vijf à zeven procent per cyclus.
Als de vrouw na drie cycli kunstmatige inseminatie nog niet zwanger is, moet de onvruchtbaarheid van het paar opnieuw worden bekeken. Soms kan IVF hier alsnog een uitweg bieden, eventueel na het uitvoeren van een aantal bijkomende onderzoeken.
1
80
3
2
4
5
6
70
60
Aantal bevallingen (op 100 vrouwen)
50
40
30
20
10
0 Aantal inseminatiecycli
54 100 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
90
80
70
60
50 Aantal bevallingen (op 100 vrouwen)
Dat laatste verklaart meteen waarom de gemiddelde slaagkans bij KID groter is dan bij KI met eigen sperma: donorsperma wordt vooraf onderworpen aan een strenge selectie en is daarom steeds van goede kwaliteit. De slaagkans bedraagt ongeveer elf procent per menstruatiecyclus. Een ander fenomeen is dat de meeste vrouwen die een beroep doen op inseminatie met sperma van de eigen partner in de leeftijdscategorie van 32 tot 37 jaar vallen. Dat is relatief ‘oud’, en zoals u weet daalt de vruchtbaarheid van de vrouw met het ouder worden. Omwille van dat laatste fenomeen, maakt de grafiek hiernaast voor inseminatie met eigen sperma geen onderscheid in leeftijdscategorie, terwijl die voor inseminatie met donorsperma dat wel doet. In die groep patiënten varieert de leeftijd namelijk sterk, aangezien de behoefte aan donorsperma uiteenlopende oorzaken kan hebben (sociaal, medisch, genetisch,…). Algemeen kunnen we zeggen dat bij KI en bij vrouwen onder de 37 jaar de bevallingskans – dus niet de kans op zwangerschap, maar op een baby – 50% bedraagt binnen de zes cycli. Bij KID is dat 61%. Zowel bij KI als bij KID ligt dat percentage voor vrouwen ouder dan 37 gevoelig lager.
40 20–29 jaar 30
30–34 jaar 35–37 jaar
20
38–39 jaar 10
40–45 jaar
gemiddelde >
0 Aantal inseminatiecycli
20–45 jaar
55
Beide grafieken tonen de verwachte bevallingskans bij kunstmatige inseminatie: 54| de resultaten met eigen sperma; 55| de resultaten met donorsperma.
medische praktijk 61
Mogelijke andere ingrepen
in het kader van onvruchtbaarheid Ter voorbereiding of in het kader van uw IVF-behandeling kunnen nog andere onderzoeken of ingrepen nodig zijn. We bespreken hier kort de belangrijkste.
hysteroscopie: de baarmoeder in beeld
56
medische praktijk
56| Zicht in de baarmoederhals tijdens een hysteroscopie.
62
Als een vrouw na meerdere IVF-pogingen nog niet zwanger is, of soms vóór het starten met IVF, kan de gynaecoloog voorstellen om via een hysteroscopie de baarmoeder en het baarmoederslijmvlies eens grondig te bekijken. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat een poliep (een goedaardig gezwel op een steeltje) een zwangerschap in de weg staat, of dat een misvorming in de baarmoederholte de inplanting van een embryo verhindert. Een hysteroscopie is een eenvoudig en pijnloos diagnostisch onderzoek, dat best in de eerste helft van de menstruatiecyclus, ná de maandstonden en vóór de eisprong, wordt uitgevoerd. U mag zich op het afgesproken tijdstip rechtstreeks naar het Operatiekwartier CRG begeven (niveau +1), u hoeft zich niet eerst aan te melden bij de dienst Inschrijvingen. ’s Ochtends mag u een lichte maaltijd hebben gebruikt. Verder is het belangrijk dat u de voorgeschreven geneesmiddelen heeft genomen. De hysteroscopie gebeurt onder plaatselijke verdoving en duurt maar een kwartiertje. De baarmoeder wordt met fysiologisch serum verwijd, nadat via de vagina een kijkapparaat – een soort fijne telescoop – werd ingebracht. Op een beeldscherm kan u mee
volgen wat de kijker registreert. Na de ingreep mag u onmiddellijk naar huis. Omdat u bij het verlaten van het ziekenhuis beter niet zelf autorijdt, is het wenselijk dat u door iemand wordt vergezeld.
Hysterosalpingografie: Het traject van de eicel in beeld Bij een hysterosalpingografie volgt de camera in omgekeerde richting het traject dat normaal wordt afgelegd door de eicellen (vanuit de eierstok door de eileiders tot in de baarmoeder). Daartoe wordt via het baarmoederhalskanaal een contrastvloeistof ingespoten, die doorloopt naar de baarmoederholte en de eileiders. Boven de onderzoekstafel hangt een camera, die het traject van de contrastvloeistof registreert. Op het beeldscherm kan u volgen wat de camera ziet. Een hysterosalpingografie is een eenvoudig onderzoek met weinig risico, dat geen overmatige pijn veroorzaakt. Het verloopt dan ook zonder verdoving en ambulant. U maakt vooraf een afspraak met de dienst Radiologie van UZ Brussel, waar u op het afgesproken tijdstip rechtstreeks naartoe mag. Ter voorbereiding van de ingreep moet u enkele dagen vooraf een aantal medicijnen nemen, die u worden zullen worden voorgeschreven door uw (CRG-)arts. Hoewel hysterosalpingografie een licht onderzoek is, wordt het vaak als onaangenaam ervaren. Daarom laat u zich best vergezellen op de weg terug naar huis.
57
58 57| Hysterosalpingografie van een normale baarmoeder en eileiders . 58| Een laparoscopie.
laparoscopie: de buikholte in beeld Een laparoscopie is een kijkoperatie in de buikholte: via de navel wordt het kijkapparaat gedeeltelijk in uw buik gebracht. Soms is het doel zuiver diagnostisch: het onderzoeken van de inwendige geslachtsorganen. Soms ook zit aan de ingreep een therapeutische kant, bijvoorbeeld de behandeling met de laser of een schaartje van endometriose. Dat laatste – de woekering van baarmoederslijmvlies, bv. ter hoogte van de eierstokken of eileiders – is een geregeld voorkomende aandoening en een belangrijke oorzaak van onvruchtbaarheid. Zowel de diagnostische als de werklaparoscopie verlopen altijd onder algemene verdoving en worden bijna altijd gecombineerd met een hysteroscopie. Voor de praktische organisatie zie Procedure bij verdoving (p. 101). medische praktijk 63
aanprikken van cysten Tijdens een IVF-behandeling worden in de periode vóór de hCGinspuiting enkele echo’s gemaakt. Dat gebeurt onder meer om te controleren of er zich in de eierstokken geen cysten bevinden. Doorgaans zijn deze cysten functioneel: ze ontstaan door de normale werking van de eierstok. Er is dus geen reden tot ongerustheid als de echo hun aanwezigheid onthult. Alleen als ze zelf hormonen produceren en daarmee het geplande verloop van de behandeling in het gedrang dreigen te brengen, moeten ze worden verwijderd. Het is de Dagelijkse Patiëntenmonitoring die daarover beslist en de afspraak voor de ingreep regelt. Het verwijderen van cysten gebeurt door ze aan te prikken. Er zijn veel overeenkomsten met de pick-up van eicellen. Onder echografische controle wordt een fijne naald door de vaginawand tot bij de eierstokken gedreven, waarna de cysten één voor één worden aangeprikt en leeggezogen. De ingreep duurt maar kort en is weinig pijnlijk. Of een plaatselijke verdoving wenselijk is, hangt af van het aantal cysten en hun ligging. Vaak kan de ingreep zonder verdoving worden verricht. ’s Ochtends mag u een lichte maaltijd hebben gebruikt en twee uur na het verwijderen van de cysten mag u alweer naar huis. Vóór de ingreep hoeft u zich niet aan te melden bij de dienst Inschrijvingen, u mag zich rechtstreeks naar het Operatiekwartier van het CRG (niveau +1) begeven.
onderbreken van een nietevoluerende zwangerschap Bij ongeveer vijf procent van de vrouwen die door medisch geassisteerde bevruchting zwanger worden, moet de vrucht worden verwijderd omdat hij zich niet normaal ontwikkelt.
medische praktijk
59| Deze genetische kaart van een miskraam toont een verdubbeling van alle chromosonen.
64
59
Dat gebeurt steeds vaker via een medicamenteuze behandeling. In dat geval moet u twee keer medicatie innemen, met één dag tussen de twee doses in. De tweede dosis moet in het ziekenhuis worden genomen, omdat de vrucht vrij snel daarna wordt uitgedreven.
Soms echter is de medimanteuze behandeling niet aangewezen, soms ook zal ze niet lukken. Dan is curettage de andere optie, het leegmaken van de baarmoeder via aspiratie. Dat gebeurt onder plaatselijke verdoving en in het Operatiekwartier, waar u op het afgesproken tijdstip rechtstreeks naartoe mag komen (CRG, niveau +1). Voor beide behandelingen hoeft u maar enkele uren in het ziekenhuis te blijven. Omdat u naderhand wellicht last zal hebben van krampen in de onderbuik en beter nog niet zelf achter het stuur gaat zitten, is het wenselijk dat iemand u vergezelt. Die kan u tegelijk emotioneel ondersteunen in dit moeilijke moment.
Vaak gestelde vraag Komen afwijkingen meer voor bij IVFkinderen dan bij ‘gewone’ kinderen? Lees het antwoord op p. 85.
behandeling van buitenbaarmoederlijke zwangerschap Het komt voor dat een bevruchte eicel of een embryo zich niet in de baarmoeder maar in een eileider of op nog een andere plaats in de buikholte innestelt. Zo’n buitenbaarmoederlijke zwangerschap kan soms medicamenteus behandeld worden, zoniet moet de vrucht operatief worden verwijderd. In het laatste geval geldt andermaal de procedure bij verdoving (p. 101).
Vaak gestelde vraag Komt een buitenbaarmoederlijke zwangerschap vaker voor bij IVF? Lees het antwoord op p. 85.
hersteloperatie van eileiders of zaadleiders (reanastomose) Gesteriliseerde mensen die (nog) een kind willen, zijn niet automatisch op medisch geassisteerde bevruchting of adoptie aangewezen. Na reanastomose, een ingreep die tot doel heeft een gesteriliseerde vrouw of man opnieuw vruchtbaar te maken, is de kans reëel dat de zwangerschap op de natuurlijke manier kan plaatsvinden. Bij de vrouw wordt reanastomose uitgevoerd via een laparatomie, een open-buikoperatie onder algemene verdoving. Bij de man kan de ingreep zowel onder plaatselijke als onder algemene verdoving worden uitgevoerd. Er wordt ofwel geprobeerd om de afgebonden eindjes zaadleider opnieuw met elkaar te verbinden, ofwel (bij een obstructie in de bijbal) om de zaadleider te laten aansluiten op een (vrij) kanaaltje in de bijbal. Noch bij de man, noch bij de vrouw betekent reanastomose een gegarandeerd herstel van de vruchtbaarheid.
60
61
61| De twee eindjes zaadleider opnieuw aan elkaar gezet.
medische praktijk
60| Een hersteloperatie van de eileider.
65
66
medische praktijk