UITVOERINGSPROGRAMMA 2012
INTEGRAAL VEILIGHEIDSBELEID
GEMEENTE BLADEL
Vastgesteld door B&W Bladel 28 - 02 - 2012.
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
1
INHOUDSOPGAVE
Pag.
Samenvatting
3
Hoofdstuk 1 INLEIDING 1.1 Nota Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel 2011 - 2014 1.2 Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 1.3 Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid Hoofdstuk 2
4
VEILIGHEIDSVELDEN
2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3
Veilige woon- en leefomgeving Buurtpreventie Burgernet Sociale kwaliteit / Overlast tussen bewoners / botsende leefstijlen
2.2 2.2.1 2.2.2 2.2.3 2.2.4
Bedrijvigheid en veiligheid Keurmerk Veilig Ondernemen Veilig uitgaan Coffeeshopbeleid Veilige evenementen
7
2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 2.3.4 2.3.5 2.3.6 2.3.7
Jeugd en veiligheid Uitvoeringsprogramma jeugdbeleid 2012 Protocol Jongeren in de Openbare Ruimte Project alcohol en jongeren Wild kamperen / kamperen bij de boer Schoolveiligheidsplan voor basisscholen Centrum voor Jeugd en Gezin Veiligheidshuis
8
2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4
Fysieke veiligheid Verkeer Brandweer Externe Veiligheid Voorbereiding op rampenbestrijding en crisisbeheersing
10
2.5 2.5.1
Integriteit en veiligheid Regionaal Informatie- en Expertise Centrum (RIEC)
12
Hoofdstuk 3 FINANCIËLE CONSEQUENTIES
5 6
8
9
12
Hoofdstuk 4 MONITORING EN RAPPORTAGE Hoofdstuk 5
COMMUNICATIE
Bijlage 1. Bijlage 2.
Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 Matrix: door de gemeente te nemen maatregelen in het kader van het Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
2
Samenvatting Het uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid is een vertaling van de in de Nota Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel 2011 - 2014 gestelde prioriteiten. Het bevat projecten / activiteiten, die tot doel hebben de sociale en fysieke veiligheid in de gemeente Bladel in 2012 te verhogen. De vier Kempengemeenten hebben, samen met de politie Afdeling de Kempen en het Openbaar Ministerie, het Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 opgesteld. In dit plan worden een aantal veiligheidsthema’s beschreven met, per discipline, de bijbehorende maatregelen. Dit Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 is in het driehoeksoverleg van woensdag 19 oktober 2011 vastgesteld en hierbij opgenomen als bijlage 1. De uit dit Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 te nemen maatregelen/activiteiten voor de gemeente zijn beschreven in de matrix in bijlage 2. Hierin wordt tevens de actiehouder benoemd. De aanvullende lokale veiligheidsthema’s en maatregelen voor onze gemeente in 2012, onder andere besproken in het Veiligheidsplatform, worden in dit Uitvoeringsprogramma nader beschreven. Veiligheidsthema’s met bijbehorende maatregelen die in het Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 zijn beschreven worden hier niet opnieuw beschreven.
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
3
Hoofdstuk 1
INLEIDING
1.1. Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel 2011 - 2014 De vier Kempen gemeenten willen, door hun partners de politie en het Openbaar Ministerie in een vroegtijdig stadium te betrekken bij activiteiten / maatregelen op het gebied van (integrale) veiligheid, beter uitvoering geven aan hun regierol. Deze aanpak biedt een beter inzicht en helderheid in datgene wat de drie veiligheidspartners van elkaar over de uitvoering van hun gemeenschappelijke veiligheidsactiviteiten kunnen en mogen verwachten. In 2011 hebben in alle vier de Kempen gemeenten de gemeenteraden een nieuwe Kadernota integrale veiligheid vastgesteld. In de gemeenten loopt de termijn van vastgestelde Kadernota’s Integrale Veiligheid synchroon met de bestuursperiode van de gemeenteraad. Bij het opstellen van de Kadernota’s zijn de Kempen gemeenten zo veel mogelijk samen opgetrokken. Er is echter ook ruimte gebleven voor lokale invulling en prioritering. De door de gemeenteraden van de vier Kempen gemeenten gezamenlijk geprioriteerde thema’s zijn: • Woninginbraken • Overlastgevende jeugdgroepen • Verkeersveiligheid • Georganiseerde criminaliteit • Huiselijk Geweld. •
Verloedering/kwaliteit woonomgeving (intensiveren van) de bestrijding van overlast door hondenpoep en zwerfvuil is in het Raadsprogramma van onze gemeente als prioriteit benoemd. Daarom is dit onderwerp aanvullend tot prioriteit benoemd in de gemeente Bladel.
1.2. Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 Jaarlijks maken de vier Kempen gemeenten een Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid. De daarin opgenomen activiteiten worden meegenomen in de afdelingsplannen binnen de eigen gemeente en voor zover noodzakelijk binnen de eigen gemeentelijke begroting. In het Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012, vastgesteld in het driehoeksoverleg op 16 oktober 2011, zijn de genoemde prioriteiten nader uitgewerkt. Per onderwerp zijn daarbij de probleemstelling, de politiecijfers, de gemeenschappelijke doelstelling en door de partners te ondernemen acties uitge1 werkt. De doelstellingen zijn zoveel als mogelijk SMART geformuleerd. Het Gemeenschappelijk Jaarplan Veiligheid 2012 is als bijlage 1 bijgevoegd. De te ondernemen acties voor de gemeente vanuit dit Gemeenschappelijk Jaarplan zijn beschreven in een maatregelenmatrix, die als bijlage 2 is toegevoegd.
1.3. Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid Lokale veiligheidsthema’s zoals besproken in het Veiligheidsplatform, aanvullend aan de te ondernemen acties uit het Gemeenschappelijke Jaarplan 2012, worden in dit Uitvoeringsprogramma nader beschreven. Het Uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks, op basis van de prioritering en naar aanleiding van jaarcijfers en recente enquêtes, geactualiseerd en aangevuld met nieuwe maatregelen. Veiligheidsproblemen en de aanpak daarvan vormen geen statisch geheel, maar vragen om een dynamische benadering. Ook tijdens de looptijd kunnen aan het Uitvoeringsprogramma maatregelen worden toegevoegd. Het Veiligheidsplatform vraagt daarom voor het Uitvoeringsprogramma 2012 een flexibele aanpak naar aanleiding van de trimester- en kwartaalrapportages vanuit de politie, zodat prioriteiten verlegd kunnen worden. Een goede tussentijdse terugkoppeling vanuit de politie en andere partners in het Veiligheidsplatform is hierbij dus wezenlijk. Het Uitvoeringsprogramma en de evaluatie ervan worden ter kennis gebracht aan de commissie Middelen en Algemene zaken (MAZ).
1
Specifiek – Meetbaar – Acceptabel – Realistisch - Tijdgebonden
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
4
Hoofdstuk 2
VEILIGHEIDSVELDEN
Veiligheidsveld
Veiligheidsthema’s en subthema’s
Veilige woon- en leefomgeving
Sociale kwaliteit - Overlast tussen bewoners/botsende leefstijlen - Drugs- en alcoholoverlast Fysieke kwaliteit - Verloedering/kwaliteit woonomgeving Objectieve veiligheid/veel voorkomende criminaliteit - Huiselijk geweld - Woninginbraak - Voertuigcriminaliteit - Geweld op straat - Overige veel voorkomende criminaliteit Subjectieve veiligheid/veiligheidsgevoel - Onveiligheidsgevoelens
Bedrijvigheid en veiligheid
Jeugd en veiligheid
Fysieke veiligheid
Integriteit en veiligheid
Veilig winkelgebied Veilige bedrijventerreinen Veilig uitgaan Veilige evenementen Veilig toerisme Overlast jeugdgroepen - Criminele jeugdgroepen Individuele criminele jongeren Jeugd, alcohol en drugs Veilig in en om de school Verkeersveiligheid Brandveiligheid Externe veiligheid - Risico’s gevaarlijke stoffen / externe veiligheid Voorbereiding op rampenbestrijding - Risico’s (natuur) rampen - Risico’s infectieziekten Polarisatie en radicalisering - Terrorisme Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit - Organisatiecriminaliteit Ambtelijke en bestuurlijke integriteit
2.1.
Veilige woon- en leefomgeving
2.1.1. -
Buurtpreventie Buurtpreventie is een gerichte aanpak om de veiligheid en leefbaarheid in de buurt te verbeteren. In onze gemeente zijn momenteel achttien buurtpreventieprojecten actief. Door voorlichting over buurtpreventie en het houden van informatieavonden willen we burgers stimuleren tot het e oprichten van een buurtpreventieproject in hun wijk. Een 3 jaarsstudent van de Avans Hogeschool in Den Bosch heeft de huidige stand van zaken wat betreft buurtpreventie binnen onze gemeente in beeld gebracht en zal hieruit conclusies trekken en aanbevelingen doen. Deze worden meegenomen in de aanpak voor 2012. Een nieuw project in buurtpreventie is “Veilig Leven”. Doel is dat vrijwilligers aan medebewoners in huis advies geven over veilig leefgedrag. De vrijwilligers zullen daarvoor opgeleid worden. Hiervoor zullen in principe in eerste instantie mensen benaderd worden die ongewild bui-
-
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
5
ten het arbeidsproces staan en die zich toch nuttig kunnen maken op deze manier. E.e.a. zal in overleg met de afdeling Welzijn geschieden. Ons streven is er op gericht in 2012 minimaal twee nieuwe buurtpreventieprojecten op te richten, of huidige wijken uit te breiden, zodat binnen een paar jaar de gehele gemeente is “gedekt” door buurtpreventiewijken. 2.1.2. Burgernet Op 15 december 2011 werden alle SMS-Alert abonnees in Brabant Zuid-Oost omgezet naar Burgernet. Burgernet is de opvolger van SMS-Alert, waarbij de techniek is verbeterd en de inzetmogelijkheden zijn uitgebreid. Burgernet kan in vergelijking met SMS-Alert ook gebruik maken van spraakberichten op de mobiele en vaste telefoon en e-mail voor achtergrondinformatie. In Brabant Zuid-Oost maken we vooralsnog alleen gebruik van SMS-jes. De protocollen en werkwijze voor Burgernet verschillen in de basis niet zoveel met die van SMS-Alert. Het belangrijkste verschil is dat alle burgers die in een actie zijn geselecteerd, via het speciale telefoonnummer 0800-0011 direct met de betreffende centralist in contact kunnen komen. De voordelen van Burgernet zijn: - inschrijven via de website is mogelijk:www.burgernet.nl; - mogelijkheid om zelf aanwezigheid of afwezigheid door te geven (bijvoorbeeld tijdens vakantie); - mogelijkheid om met meerdere adressen (postcodes) aan te melden; - indien een e-mailadres wordt doorgegeven, kunnen in de toekomst e-mailnieuwsbrieven verstuurd worden; - bij terugmelden n.a.v. een actie kunnen deelnemers rechtstreeks met de meldkamer bellen. Ook de gemeente kan dit systeem in de nabije toekomst gebruiken om bijvoorbeeld te waarschuwen voor heidebranden, voor vals geld tijdens een groot evenement of een zeer gevaarlijk wegdek door een breuk in de riolering. In 2012 zullen binnen onze regio de mogelijkheden hiervoor onderzocht worden. 2.1.3. Sociale kwaliteit / Overlast tussen bewoners / botsende leefstijlen Voor burgers (met beperkingen) blijft het lastig om in het totale aanbod van wonen, zorg en welzijn de ondersteuning te vinden die aansluit op hun situatie. Voor de kwetsbare burgers met een psychische problematiek (en hun mantelzorger!) is dat nog veel moeilijker. Vaak zijn zij door hun situatie zodanig belast dat ze het overzicht kwijt zijn en het moeilijk vinden om zelf aan te geven wat ze nodig hebben. In de Wet(mo) is daarom bepaald dat de taak van de gemeente niet beperkt moet blijven tot informatie en advies maar zich nadrukkelijk ook moet richten op cliëntondersteuning voor de (psychisch) kwetsbaren. Deze groep heeft behoefte aan één ingang voor het hele pakket dat ze nodig hebben en integrale afstemming van dat pakket tussen de verschillende aanbieders. Tegelijkertijd geeft dit (zorg)aanbieders de mogelijkheid om hun zorginzet op elkaar af te stemmen. In het gemeentelijke Beleidskader Welzijn, Maatschappelijke ondersteuning en Zorg 2012-215 is als prioritaire doelgroep de zelfstandig wonende met verstandelijke en psychische/psychiatrische beperking aangemerkt. Deze groep gaat o.a. door de verschraling van de AWBZ (bv beëindiging begeleiding met een IQ hoger dan 70) een nadrukkelijkere rol krijgen in de ‘normale’ Bladelse samenleving. Dat levert zonder een professionele adequate begeleiding, vanwege een vaak ‘afwijkende’ leefstijl, problemen op voor de cliënt zelf maar zeker ook overlast voor zijn omgeving. Eind 2007 hebben in de gemeente Bladel verschillende professionele organisaties de handen ineen geslagen om steun te geven aan deze groep van kwetsbare burgers met psychische problematiek. Dit ‘verbeterteam sociale participatie’, genaamd SPAR, heeft als doel kwetsbare burgers met een psychische problematiek uit hun geïsoleerde positie te halen en te ondersteunen in leven en wonen. Zo’n netwerk wordt ook wel een Maatschappelijk Steunsysteem genoemd. De deelnemers aan het overleg zijn: Zorgloket van de gemeente Bladel (voorzitter) GOW Welzijnswerk, MEE, de Boei, Beschermd wonen Bladel, Lunetzorg en de Lumensgroep (maatschappelijk werk) en GGzE. De medewerkers van het verbeterteam gaan bij de mensen langs. Ze gaan in gesprek met mensen over hun behoefte en drempels die ze tegenkomen als ze mee willen doen en ze geven steun. Soms wordt er een psychische problematiek gesignaleerd waar gespecialiseerde hulp voor nodig is. Daarover worden dan afspraken gemaakt in het SPAR. Doorontwikkeling
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
6
Het SPAR is nu (nog) vooral gericht op het bevorderen van de sociale participatie. De problematiek van kwetsbare zelfstandig wonenden (met een psychische beperking/verslaving) en zijn omgeving neemt echter toe. Zowel in aantallen, doelgroepen en ‘zwaarte’. Het SPAR moet mee in deze veranderende vraag. De inzet moet niet langer uitsluitend gericht zijn op sociale participatie maar ook op afstemming op casusniveau van zorghulpverlening en het voorkomen van overlastsituaties van kwetsbaren. Dit veronderstelt een extra inzet van de deelnemende partijen. Zeker van het Zorgloket Bladel die als voorzitter het initiatief zal moeten nemen om deze veranderende rol van het SPAR te agenderen. Het SPAR moet uitgroeien tot het Bladelse afstemmingsoverleg voor professionals op casuïstiekniveau 2 voor alle kwetsbaren . Dat betekent dat het SPAR moet worden aangevuld met Novadic-Kentron en Jeugdpunt en/of de coördinator Centrum Jeugd en Gezin. De coördinator CJG is belangrijk om de verbinding te maken met het ketenoverleg van het CJG. De vertegenwoordiger van het Jeugdpunt is de verbinding naar het Jongeren in Openbare Ruimteoverleg (waar onder andere overlastsituaties van jongeren worden besproken). Naast het (doorontwikkelde) SPAR zullen wij ook nadrukkelijker gaan participeren in het 24-uurs overleg De Kempen. In dit overleg bespreken politie, woningbouwvereniging De Zaligheden en zorgaanbieders (potentiële) overlastsituaties (van huurders) en uithuiszettingen. Door de verdergaande scheiding van wonen en (Awbz-)zorg verwachten wij dat nieuwe doelgroepen meer ondersteuning nodig hebben bij het zelfstandig (kunnen) blijven wonen. Wij zoeken daarbij, in een zo vroeg mogelijk stadium, aansluiting bij het 24-uurs overleg om uitzettingen en overlastsituaties te voorkomen. De gemeente Eindhoven fungeert (mede namens de regiogemeenten) als centrumgemeente voor maatschappelijke opvang (van zwervenden/verslaafden). Deze opvang is georganiseerd in het Stedelijk Kompas. Ook ‘zwervenden’ (in Eindhoven) met een oorsprong in Bladel worden begeleid via het Stedelijk Kompas. Door een toename van de schuldenproblematiek neemt ook het aantal mensen dat begeleid wordt door het Stedelijk Kompas toe. Het uiteindelijke doel van het stedelijk kompas is terugkeer naar een normale woon- en leefsituatie. Dat kan niet uitsluitend in Eindhoven worden gerealiseerd. Ook de regiogemeenten (en met name de lokale woningbouwcorporaties) zullen deze ‘herintreders’ moeten huisvesten en opvangen. Daarbij geldt het principe, terugkeer naar de oorspronkelijke gemeente. Om de terugkeer met sociale kwaliteit van de herintreder en zo min mogelijk overlast voor de omwonenden te laten verlopen is goede afstemming met het (doorontwikkelde) SPAR, het Stedelijk Kompas en het 24-uursoverleg De Kempen noodzakelijk. 2.2. Bedrijvigheid en veiligheid 2.2.1. Keurmerk Veilig Ondernemen Doel van het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) is het door een gezamenlijke aanpak van ondernemers, gemeente, politie, brandweer en eventuele andere partners verhogen van de subjectieve en objectieve veiligheid op een bedrijventerrein of in een winkelgebied en om criminaliteit en overlast aan te pakken. De praktijk heeft uitgewezen dat maatregelen die in het kader van het KVO worden uitgevoerd effect hebben. Tijdens de jaarlijkse schouw worden tekortkomingen in de openbare ruimte (defecte verlichting, snoeiwerkzaamheden, bestrating, defect straatmeubilair) terstond aangepakt. Bedrijven krijgen zo nodig tijdens deze ronde schriftelijk advies over beveiliging, verlichting, brandveiligheid ed. Per 1 januari 2011 bestaat een samenwerkingsovereenkomst Stuurgroep Parkmanagement Gemeente Bladel. De projectgroep KVO-B maakt vanaf dat moment onderdeel uit van Parkmanagement Gemeente Bladel onder de naam Werkgroep veiligheid. De andere twee werkgroepen zijn: Beheer en Onderhoud en Communicatie. Alle aspecten van schoon, heel en veilig komen in de Werkgroep veiligheid aan de orde. Op het moment dat geconstateerd wordt dat signalen knelpunten worden en deze mogelijk aanleiding geven tot wijziging in beleid, wordt dit teruggelegd bij de stuurgroep om te bepalen of hier een project aan gewijd moet worden. De werkgroep Veiligheid KBP is destijds ingesteld om vanaf het eerste uur mee te kunnen denken over de veiligheid van het te ontwikkelen Kempisch Bedrijvenpark. Deze intergemeentelijke werkgroep is na de vaststelling van het Bestemmingsplan opgeheven. De werkzaamheden in het kader van de integrale 2
Volgens het POP en de Expertgroep > mensen men een verstandelijke en psychische/psychiatrische beperking met aanvullende aandacht voor verslaafden en jongeren.
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
7
veiligheid zijn overgenomen door het KVO-KBP wat gecertificeerd is. De integrale veiligheidsbelangen worden hierin nu en in de toekomst behartigd. Bij de totstandkoming en inrichting van het gehele terrein worden steeds de veiligheidsaspecten afgewogen. In Bladel heeft het winkelgebeid reeds een certificaat KVO, in Hapert wordt hard gewerkt aan het behalen van het KVO certificaat in 2012. De intentieverklaring voor samenwerking is reeds ondertekend door de partners. 2.2.2. Veilig uitgaan Volgens de nieuwe Drank- en Horecawet (DHW) gaat het toezicht op naleving van de DHW vanaf 2012 (na goedkeuring door de Eerste Kamer) over van de nieuwe Voedsel- en Waren Autoriteit (nVWA) naar de gemeente. De gemeente zal zich hierop voor gaan bereiden. De optie om de toezicht en handhavingstaken op te pakken in samenwerking met andere gemeenten wordt daarbij onderzocht. 2.2.3. Coffeeshopbeleid Binnen de Veiligheidsregio wordt bezien of onder de burgemeesters de bereidheid bestaat om de problematiek van de coffeeshops (die op dit moment alleen in Eindhoven en Helmond te vinden zijn) op een of andere manier te delen. Na protest van diverse gemeenten in het land heeft de minister invoering van de strengere regels voor de coffeeshop vertraagd en aangepast. De regio kent circa 40.000 sofdrugsgebruikers. Hiervan komt 60% uit de gemeenten Eindhoven en Helmond en 40% uit de regiogemeenten. In Eindhoven zijn 17 coffeeshops te vinden en in Helmond 1. Van deze coffeeshops zullen er 3 hun deuren moeten sluiten met het oog op het afstandscriterium. Het beleid van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) voorziet in een identificatieplicht en gesloten clubs waarbij per coffeeshop 2.000 gebruikers ‘lid’ kunnen worden. Als Eindhoven en Helmond 30.000 gebruikers gaan bedienen betekent dit dat de regiogemeenten de overige 10.000 gebruikers moeten bedienen. Onze gemeente hanteert, evenals de overige Kempengemeenten, de nuloptie. Via het Regionaal College zal in 2012 een standpunt ingenomen worden ten aanzien van het coffeeshopbeleid. 2.2.4. Veilige evenementen Bij het organiseren van evenementen komt veel kijken. De regels op het gebied van veiligheid zijn de laatste jaren aangescherpt. Er is behoefte aan eenduidigheid en afstemming binnen de gemeenten in onze regio, om zodoende de inzet van mensen en middelen goed te kunnen beoordelen. Daarom ontwikkelt de bestuurlijke werkgroep Evenementen, onder voorzitterschap van onze burgemeester, een “Regionale handreiking evenementenveiligheid”. Deze handreiking heeft een faciliterende functie voor de gemeenten en hulpdiensten bij de uitvoering van het (lokaal) evenementenveiligheidsbeleid. De handreiking is bedoeld als aanvulling op lokaal beleid m.b.t. evenementenveiligheid en bevat de hiertoe regionaal gemaakte en voor organisatoren, gemeenten en hulpdiensten in Brabant-Zuidoost bruikbare procedures en afspraken. De handreiking is mede gebaseerd op de Landelijke Handreiking Evenementenveiligheid 2011 en leunt daarmee op een procesmodel waarbij evenementenveiligheid in geordende stappen wordt bezien. In 2012 zal na vaststelling van dit beleid in elke gemeente binnen de Veiligheidsregio de implementatiefase volgen. Bladel is in dit project dus de 'kartrekker' door het leveren van de voorzitterschap en het secretariaat. 2.3. Jeugd en veiligheid 2.3.1 Uitvoeringsprogramma jeugdbeleid Begin 2011 heeft het college de stand van zaken van de uitvoering van de jeugdnota 2007 ter kennisname aan de raad gebracht. In 2012 zal de jeugdnota vernieuwd/herijkt worden door de afdeling Welzijn. 2.3.2. Protocol Jongeren in de Openbare Ruimte Voor jongeren is contact met leeftijdgenoten belangrijk. Het liefst doen ze dat op niet geplande momenten en plaatsen. Meestal levert dit geen probleem op voor de omgeving. Soms leiden de bijeenkomsten van jongeren op straat, speelterrein of park wel tot overlast. Lawaai, bedreiging door taalgebruik en gedrag, vandalisme, rommel, drank- en/of druggebruik spelen in dit soort situaties nogal eens een rol. In een protocol ligt de structuur voor een integrale aanpak, gericht op een spe-
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
8
cifieke situatie en uitgaand van preventief optreden, vast. Op 7 december 2011 hebben de politiechef en de burgemeesters van de Kempengemeenten ten behoeve van de informatie uitwisseling het Wpg-protocol ondertekend wat hoort bij het Protocol Jongeren in de Openbare Ruimte. Het protocol zal in 2012 in alle vier de gemeenten van de politie afdeling de Kempen gehanteerd gaan worden. De beleidsmedewerker jeugdzaken van de afdeling Welzijn overlegt op dit terrein met de Kempen collega’s. De afdeling Welzijn is verantwoordelijk voor het jeugdbeleid. 2.3.3. Project alcohol en jongeren Overmatig drankgebruik veroorzaakt overlast tijdens het uitgaansleven. Wij willen door alcoholtesters in te zetten de bewustwording onder jeugdigen en ouders vergroten. Tijdens het eindejaarsfeest van het Pius X college en tijdens het evenement Blaal Barst Los werd in 2010 extra gecontroleerd op: verkoop van alcohol aan 16-minners, alcoholgebruik door 16-minners en overmatig alcoholgebruik in het algemeen. Dit alles in het kader van het project Laat je niet Flessen. Ook in 2012 zullen dergelijke gerichte acties plaats kunnen vinden. 2.3.4. Wild kamperen / kamperen bij de boer In 2011 werd het wild kamperen gecontroleerd en gehandhaafd op basis van de APV. Vóór het kampeerseizoen 2012 zal de juridisch medewerker van de afdeling BMO met de politie en de jongerenopbouwwerker het wild kamperen 2011 evalueren. Verder zal in samenspraak met de gemeente Reusel-De Mierden waarschijnlijk aanvullende regelgeving worden ontwikkeld. Alcoholgebruik onder de 16 jaar alsook overmatig alcoholgebruik tijdens het kamperen krijgen hierbij zeker de aandacht. 2.3.5. Schoolveiligheidsplan voor basisscholen De basisscholen zijn wettelijk verplicht een schoolveiligheidsbeleid uit te voeren. De Inspectie van het Onderwijs ziet erop toe dat de scholen een dergelijk veiligheidsbeleid implementeren en borgen. De gemeente heeft de basisscholen ondersteund bij de opzet van de schoolveiligheidsplannen. Alle scholen beschikken vanaf 1 januari 2011 over een schoolveiligheidsplan. Het vervolg hierop is het afsluiten in 2012 van een convenant “veilige scholen gemeente Bladel”. De bedoeling is dat alle scholen in Bladel hierin opgenomen worden. 2.3.6. Centrum voor Jeugd en Gezin In het Centrum Jeugd en Gezin Bladel kunnen ouders, kinderen, jongeren tot 23 jaar en professionals terecht met vragen over opvoeden en opgroeien. Komen er zwaardere problemen binnen, dan coördineert het CJG de zorg of verwijst door. Kernpartners van het CJG zijn Zuidzorg, GGD, Dommelregio, Jeugdpunt en Bureau Jeugdzorg. Samenwerking tussen het CJG en (partners van) de veiligheidsketen, waar mogelijk via het Veiligheidshuis, is van essentieel belang voor een goede aansluiting tussen de strafrechtelijke aanpak van jongeren en de achterliggende gezinsproblematiek. De samenwerking zal in 2012 meer gestalte gaan krijgen. 2.3.7. Veiligheidshuis Het algemene doel van het Veiligheidshuis is het creëren van een sluitende keten rond zorg- en risicogevallen om te voorkomen dat ze uitvallen, shopgedrag gaan vertonen of (weer) afglijden in de criminaliteit. De daarbij betrokken organisaties hebben hun eigen doelstellingen, maar door de samenwerking ontstaat focus op het gemeenschappelijke doel. Het Veiligheidshuis richt zich op personen en groepen. Personen die risico lopen om af te glijden in ongewenst gedrag, die worden verdacht van een strafbaar feit of daarvoor al gestraft zijn. Het Veiligheidshuis is er ook voor slachtoffers. Het Veiligheidshuis geeft invulling aan de samenhang tussen preventie, repressie en zorg. Dat leidt ertoe dat minder mensen tussen wal en schip raken en ook dat recidivecijfers verbeteren. Het Veiligheidshuis kan ook bijdragen aan het oplossen van veiligheidsproblemen die voor gemeenten individueel lastig te organiseren zijn, bijvoorbeeld vanwege een beperkt aantal casussen, zoals nazorg aan ex-gedetineerden of vanwege benodigde expertise, zoals eergerelateerd geweld. Bovendien vindt men in het Veiligheidshuis diverse justitiële partners die er voor gekozen hebben om van daaruit te opereren. Alle gemeenten in de regio krijgen de mogelijkheid deel te nemen in het Veiligheidshuis. Dit voornemen past bij de ontwikkeling die landelijk is ingezet. Deelname van gemeenten bouwt voort op bestaande
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
9
lokale en bovenlokale initiatieven en casusoverleggen, om onder één dak te komen tot meer en betere resultaten in het voorkomen en verminderen van criminaliteit en overlast en het verbeteren van de zorg aan slachtoffers en daders. Door te kiezen voor twee locaties binnen de regio, sluit de operationele werkwijze in het Veiligheidshuis maximaal aan bij bestaande samenwerkingsverbanden tussen gemeenten en de wijze waarop maatschappelijke organisaties zijn georganiseerd. Het College heeft reeds ingestemd met: 1) Deelname in het Veiligheidshuis Brabant Zuid-Oost 2) De organisatiebeschrijving als uitgangspunt te nemen 3) Het beschikbaar stellen van een budget voor 2012 4) Voor 2013 via de Kadernota/begroting een bedrag te ramen van minimaal de bijdrage 2012 per jaar 5) Voorgenomen integratie van de werkprocessen en personele inzet op de locaties Helmond en Eindhoven 6) Verkennend onderzoek naar de wenselijkheid en haalbaarheid van opschaling naar een Veiligheidshuis op het niveau van Oost- Brabant. Vanaf 2012 is jaarlijks een bedrag van € 5.042,00 opgenomen in de begroting voor deelname in het Veiligheidshuis. 2.4. Fysieke veiligheid 2.4.1. Verkeersveiligheid Afronding van de randweg Bladel in 2013 zal de veiligheid in de kern van Bladel in positieve zin beïnvloeden doordat dan voortaan minder verkeer gebruik zal maken van Helleneind, Europalaan en Bleijenhoek. Verder zal de uitruktijd van de brandweer post Bladel hierdoor verkort worden. 2.4.2. Brandveiligheid De brandweer pakt in 2012 de volgende onderwerpen op: a. Participeren in het gemeentelijk veiligheidsbeleid b. Uitvoeren van controles brandveiligheid bij evenementen c. Meewerken aan uitvoering brandweer lespakket bij basisscholen d. Voorlichting aan verminderd zelfredzamen (o.a. appartementen) e. Samenwerking met bedrijven/instellingen aan (brand) veiligheid(KVO) f. Medewerking verlenen aan maatschappelijke stages Middelbaar Onderwijs g. Vakbekwaam worden met hoogwerker h. Vakbekwaam blijven i. Opstarten systeem aantoonbare vakbekwaamheid j. Preventievoorlichting (excursies, lezingen, etc) k. Uitvoering geven aan Buurtpreventie l. Ondersteuning aan beleid terugdringen nodeloze alarmeringen m. Uitvoeren van meerjarenplanning opleiden en oefenen n. Risico inventarisatie en evaluatie uitvoeren (jaarlijks). 2.4.3. Externe veiligheid Op 3 juni 2009 heeft de gemeenteraad de beleidsvisie Externe veiligheid vastgesteld, waarin staat hoe de gemeente om wil gaan met externe veiligheid binnen de gemeente, waaronder de ruimtelijke scheiding tussen risicovolle activiteiten en kwetsbare objecten. In 2012 zal deze visie worden geëvalueerd en mogelijk herzien. In de beleidsvisie is een meerjaren werkprogramma opgenomen. In 2012 zal ook uitvoering gegeven worden aan het werkprogramma. 2.4.4.
Voorbereiding op rampenbestrijding en crisisbeheersing
Op 1 oktober 2010 is de Wet veiligheidsregio’s in werking getreden. Deze wet bepaalt dat reguliere hulpverleningsdiensten, zoals de brandweer, gemeenten, GHOR en politie in beleidvorming meer gezamenlijk moeten optrekken. Ook de samenwerking met actoren van publiek en private organisaties (crisispartners) moet verder worden opgebouwd en geïntensiveerd. De Wet veiligheidsregio’s stelt drie planvormen verplicht. a. Het regionaal risicoprofiel
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
10
Het regionaal risicoprofiel is een inventarisatie en analyse van de in een veiligheidsregio aanwezige risico’s, inclusief relevante risico’s uit aangrenzende gebieden. De risico-inventarisatie omvat een overzicht van de aanwezige risicovolle situaties en de soorten incidenten die zich daardoor kunnen voordoen. Op basis van het risicoprofiel worden door professionals adviezen geformuleerd voor het bestuur over mogelijk te nemen generieke en specifieke beleidsmaatregelen in alle schakels van de veiligheidsketen. In het regionaal risicoprofiel wordt geïnventariseerd om welke aantallen operationele capaciteiten het daadwerkelijk gaat (inclusief bijstand) en binnen welke termijn deze inzetbaar zijn. b. Het regionaal crisisplan Het regionaal crisisplan treedt op 3 januari 2012 in werking en beschrijft de inrichting van de regionale multidisciplinaire crisisorganisatie. De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de organisatie in het kader van rampenbestrijding en crisisbeheersing worden vastgelegd. Dit regionale plan vervangt het gemeentelijke rampenplan. In het regionaal crisisplan wordt beschreven over welke soorten operationele capaciteiten een regio kan beschikken en hoe de leiding en coördinatie hierover plaatsvindt. c. Het regionaal beleidsplan Het regionaal beleidsplan beschrijft hoe in het gebied van de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost de komende jaren wordt samengewerkt aan het belangrijke thema crisisbeheersing en rampenbestrijding. In het beleidsplan wordt beschreven welk beleid wordt gevoerd om de operationele capaciteiten te borgen en eventueel te versterken. De Oranje Kolom - Bevolkingszorg De tijd dat rampenbestrijding en crisisbeheersing vooral een onderwerp was voor de hulpdiensten, ligt achter ons. Van de gemeente wordt immers verwacht dat zij net als de hulpdiensten snel reageert bij een ramp of crisis. Om dit te kunnen realiseren dient de gemeente te beschikken over een goed opgeleide en toegeruste crisisbeheersingsorganisatie. Gebleken is echter dat een gemeente een incident van enige omvang niet zelfstandig aan kan door een gebrek aan voldoende mensen en middelen. Dat alles maakt samenwerking in regionaal verband tussen gemeenten noodzakelijk. Regionale teams Met het vaststellen van het ‘Organisatieplan Oranje kolom’ is de samenwerking tussen de gemeenten binnen de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost vormgegeven. Besloten is om de gemeentelijke processen “Bevolkingszorg” gezamenlijk in te vullen. De afspraken worden vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst. Tijdens een daadwerkelijke ramp of crisis wordt er gewerkt met regionale teams die samengesteld zijn uit medewerkers van de 21 gemeenten. Deze teams worden ‘ingevlogen’ om de getroffen gemeente(n) te ondersteunen bij de uitvoering van de processen Bevolkingszorg. Lokale teams Voor een aantal deelprocessen geldt dat gezamenlijke invulling geen meerwaarde biedt en dat het wenselijk is om een lokale verankering in stand te houden. Bij deze deelprocessen wordt daarom geen regionaal team geformeerd, maar wordt volstaan met een team bestaande uit lokale medewerkers. Voor deze processen dient er in de voorbereiding wel een draaiboek opgesteld te worden. De samenstelling van het team, de planning en uitvoering van opleidingen, trainingen en oefeningen voor deze deelprocessen blijft lokaal liggen. Het gaat hierbij om de volgende deelprocessen: - Ruimtebeheer en Bouwbeheer (voorheen genoemd het proces Toegankelijk en Begaanbaar maken) - Bestuursondersteuning (inclusief facilitaire ondersteuning) financieel, protocollair en juridisch - Opvang, Veiligheid en Nazorg personeel - Team “lokale kennis”. Vanuit dit team worden medewerkers met specifieke kennis over de lokale situatie aan de processen toegevoegd. In 2012 zullen door verdeling van taken en samenwerking alle processen Bevolkingszorg uitgewerkt en vastgesteld gaan worden. De lokale en regionale teams worden daarna bemenst, zodat zo snel mogelijk deze personen opgeleid en beoefend kunnen worden om daadwerkelijk op te kunnen treden in deze nieuwe situatie.
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
11
2.5. Integriteit en veiligheid 2.5.1.
Regionaal Informatie- en Expertise Centrum (RIEC)
De georganiseerde misdaad vormt een sluipende bedreiging voor de integriteit van het financieeleconomische stelsel en ondermijnt uiteindelijk het functioneren van de rechtstaat. Dit vergt een stevige geïntegreerde aanpak van OM, politie, lokaal bestuur en de fiscus. Daarom hebben de partners in Brabant Zuid-Oost het RIEC convenant ondertekend. De recente ontwikkelingen in Noord-Brabant met de aanpak van de georganiseerde misdaad laten zien hoe belangrijk de inzet van gemeenten is binnen die geïntegreerde aanpak. Thema’s zijn misbruik van / fraude met vastgoed, Bibob, aanpak vrijplaatsen, georganiseerde/grootschalige hennepteelt en witwassen. Ook onze gemeente draagt zo nodig casussen aan en neemt deel als partner aan de overleggen.
Hoofdstuk 3
FINANCIELE CONSEQUENTIES
Voor het jaar 2012 blijft uitgangspunt bij de uitwerking budgettair neutraal werken. Voor een aantal uit te werken actiepunten is geld opgenomen in de begroting. Zo is voor aansluiting bij het Veiligheidshuis vanaf 2012 structureel een bedrag van € 5.042,00 opgenomen in de begroting en voor de regionale piketdienst Bevolkingszorg vanaf 2012 structureel een bedrag van € 6000,00 in de bijdrage aan de Veilgheidsregio. In het kader van de bezuinigingen is de eerder geplande Veiligheidsmonitor in 2009 en 2011 komen te vervallen. In 2012 zal bezien worden of deelname in 2013 noodzakelijk cq. gewenst is als input voor de Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2015-2018. Aan de uitvoering van een groot aantal maatregelen zijn, buiten de inzet van bestaande ambtelijke formatie, geen extra kosten verbonden.
HOOFDSTUK 4. MONITORING EN RAPPORTAGE Het is van belang om de voortgang van de activiteiten en de resultaten van de inspanningen periodiek te monitoren om zaken zonodig tijdig te kunnen bijstellen. De voortgang van het uitvoeringsprogramma en de beoogde resultaten worden besproken in het Veiligheidsplatform. Het uitvoeringsprogramma 2012 en de evaluatie daarvan zullen ter kennis worden gebracht aan de commissie MAZ (Middelen en Algemene Zaken).
HOOFDSTUK 5. COMMUNICATIE Een goede uitwerking van dit uitvoeringsprogramma vraagt om structurele aandacht voor communicatie. Het gaat daarbij om communicatie naar de burgers en andere externe partners maar ook binnen de gemeente. Het belangrijkste doel van communicatie is het permanent verwerven van steun voor de uitvoering van beleid / maatregelen in termen van draagvlak onder de bevolking en actieve betrokkenheid van burgers, bedrijven en organisaties bij de uitvoering van het actieprogramma. De communicatiekalender wordt jaarlijks opgesteld en plaatsing van artikelen aangaande veiligheid vindt plaats in de Lantaarn.
Uitvoeringsprogramma 2012 Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Bladel
12