Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014 Gemeente Asten
Asten, Besproken in het Platform Veiligheid op 6-10-10; Vastgesteld in Stuurgroep Veiligheid op 18 april 2011; Vastgesteld door het college op 10 mei 2011; Vastgesteld door de gemeenteraad op 4 juli 2011.
Pagina - 2 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Inhoudsopgave Kadernota Blz. Samenvatting
5
Evaluatie kadernota IVB 2007-2010
9
Leeswijzer
15
1. Inleiding 1.1. Wat is Integraal Veiligheidsbeleid? 1.2. Aanleiding 1.3. Gemeentelijke visie 1.4. Vertrekpunten
17 17 17 17 18
2. Veiligheidsanalyse; Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen? 2.1. Veilige woon- en leefomgeving 2.2. Bedrijvigheid en veiligheid 2.3. Jeugd en veiligheid 2.4. Fysieke veiligheid 2.5. Integriteit en veiligheid
23 24 28 29 30 31
3. Prioriteiten 3.1. Leefbaarheid 3.2. Buitenlandse werknemers 3.3. Evenementen 3.4. Jeugd 3.5. Handhaving 3.6. Georganiseerde criminaliteit
33 35 37 39 41 43 45
4. Strategie 4.1.Rode draad; a. Community safety en Burgerparticipatie b. Focus op preventie (Pro-actie, Preventie en Preparatie) c. Veiligheidshuis d. Tevreden burgers 4.2. Partners 4.3. Intergemeentelijke samenwerking 4.4. Integraliteit
47 47
5. Burgemeester, brandweer en politie 5.1. Bevoegdheden van de burgemeester 5.2. Brandweer en politie; ketenpartners in Veiligheid 5.2.1 Brandweer 5.2.2 Politie
53 53 54 55 55
6. Communicatie 6.1.Strategie
57 57
7. Veiligheid in de gemeentelijke organisatie: organisatorische borging 7.1. Ambtelijke inbedding 7.2. Politiek-bestuurlijke inbedding
59 59 61
Bijlage 1:
49 49 51
Het Toneelspel 63 Het toneelspel is als metafoor gebruikt om de multidisciplinaire samenwerking in samenhang met de 5 schakels van de ketenaanpak in beeld te brengen.
Pagina - 3 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Pagina - 4 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Samenvatting De kadernota Integraal Veiligheidsbeleid (IVB) 2011-2014 vormt de basis voor het veiligheidsbeleid in de gemeente Asten. Dit beleid borduurt voort op de kadernota IVB 2007-2010. De kadernota IVB beschrijft de prioriteiten en de strategie die als rode draad loopt door het Integraal Veiligheidsbeleid. Binnen het rapport is gewerkt volgens de nieuwe methode (2010) van de VNG; ‘kernbeleid veiligheid’. Door middel van de veiligheidsanalyses 2009 zijn door het Platform Veiligheid, de Stuurgroep Veiligheid, het College van B&W, en de Commissie AZ/C de prioriteiten open vastgesteld voor de nieuwe Kadernota IVB 2011-2014. Absolute veiligheid is overigens een illusie; er zal altijd een zekere mate van onveiligheid blijven. De prioriteiten (in willekeurige volgorde) zijn; a. Leefbaarheid b. Buitenlandse werknemers c. Handhaving d. Evenementen e. Jeugd f. Georganiseerde criminaliteit De prioriteiten verdienen in de beleidsplannen 2011-2014 méér aandacht. Dit betekent echter niet dat de overige strategische thema’s die niet zijn geprioriteerd, geen aandacht meer krijgen. De activiteiten die worden ondernomen staan in het uitvoeringsplan IVB 2011-2014. Rode draad a. Focus op preventie Asten is een relatief kleine gemeente. De scores voor leefbaarheid en veiligheid zijn goed. De meeste meldingen/incidenten die de politie verwerkt in haar systemen hebben betrekking op vormen van sociale overlast. Er zijn slecht enkele incidenten die kunnen worden herleid naar criminaliteit. De keuze om de focus op de eerste drie, preventieve, fasen van de veiligheidsketen te leggen is gebaseerd op: 1. De ernst, hoeveelheid en mate van criminaliteit en overlast die voorkomt in Asten. 2. Het feit dat sociale overlast het best aan te pakken is door preventief beleid. 3. De grootte van de Gemeente Asten; 16.000 inwoners. Door middel van preventief beleid, ondersteund door repressieve handvaten die de wetgeving de gemeente aanreikt, kan winst behaald worden. Belangrijk is dat binnen deze ‘focus op preventie’ de kosten voor de baten gaan. Door de focus te leggen op preventie, wordt in de toekomst winst gehaald op repressie. Alhoewel de situatie in de gemeente Asten overzichtelijk is en onder controle, blijven altijd aandachtspunten bestaan (zie hoofdstuk 3; prioriteiten).
Pagina - 5 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
b. Eigen verantwoordelijkheid, community safety en burgerparticipatie Door de focus te leggen op preventie wordt ook de eigen verantwoordelijkheid van de burgers en ondernemers belangrijker. Het een versterkt hierbij het ander. Onder de verantwoordelijkheid van de burgers en de ondernemers hoort ook vergroting van de zelfredzaamheid en het veiligheidsbewustzijn van de burgers en ondernemers. Hierbij sluit de gemeente Asten zich aan bij de lijn van het kabinet; Het kabinet wil dat het veiliger wordt op straat, in wijken en de openbare ruimte. De overheid kan dit niet alleen. Wij stoppen met betutteling en geven burgers en bedrijven de ruimte hun eigen bijdrage te leveren” (Ivo Opstelten, toespraak Veligheidscongres Zeist; 11-11-2010).
c. Veiligheidshuis Peelland Het veiligheidshuis gaat, preventief, dadergericht te werk bij het terugdringen van overlast, huiselijk geweld en criminaliteit. Door afstemming van de zorg- en strafketen ontstaat een integrale aanpak. De fysieke aanwezigheid van partners, die de hele veiligheidsketen bestrijken, bevordert de samenwerking. Het veiligheidshuis richt zich op de sociale veiligheidsproblemen, die in Asten de grootste vorm van de overlastmeldingen en/of incidenten betreft. d.Tevreden burgers De Astenaar is tevreden over de leefbaarheid in zijn of haar buurt en voelt zich veilig. Dat is op zich niet verwonderlijk want uit de politiecijfers blijkt ook dat Asten een veilige gemeente is. Toch is een (te) groot gedeelte van de Astense burgers niet tevreden over de inzet van de gemeente op het gebied van veiligheid en leefbaarheid. In de veiligheidsmonitor geeft de burger aan dat de gemeente hierop onvoldoende scoort. Om de zichtbaarheid van de gemeente te vergroten wordt in de toekomst sneller geanticipeerd op vragen en klachten van de burger en wordt het beleid ook meer zichtbaar gemaakt. Dus betere communicatie en terugkoppeling.
Doelstellingen kadernota IVB Alle keuzes, prioriteiten en acties zijn er op gericht om onderstaande strategische doelstellingen te bereiken. a. b. c.
d.
e.
Asten streeft naar een goed leef- en woonklimaat in alle buurten en wijken voor alle vertegenwoordigde doelgroepen. Asten gaat primair uit van de eigen verantwoordelijkheid van de burgers en de ondernemers. Asten streeft ernaar om een multidisciplinaire samenwerking te voeren waarbinnen de gemeente de regierol op zich neemt, de partners enthousiasmeert, signalen oppikt, coördineert, projecten en activiteiten oppakt, monitoren en evaluaties uitvoert. Asten streeft ernaar om alle veiligheidsrisico’s en incidenten waar mogelijk, op een systematische wijze aan te pakken en te bestrijden. Een preventieve aanpak geniet hier de voorkeur. Asten streeft naar een realistischer beeld bij de burger over de regierol en inzet van de gemeente in relatie tot het goede rapportcijfer voor veiligheid en leefbaarheid.
Pagina - 6 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Visie Door de Stuurgroep Veiligheid is onderstaande strategische visie geformuleerd. Uitvoering van deze nota moet bijdragen aan het laten ontstaan van een situatie zoals hierin beschreven staat.
Een veilig woon- en werkklimaat zijn belangrijke pijlers voor de Astense gemeenschap met haar verschillende kernen, wijken en buurten. Onder regie van een (pro-) actief, lokaal bestuur wordt primair uitgegaan van de eigen verantwoordelijkheid van ondernemers en burgers. Het veiligheidsbeleid krijgt op een systematische en samenhangende wijze vorm in een nauwe samenwerking met externe partners. De ketenbenadering staat hierbinnen centraal.
Pagina - 7 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Pagina - 8 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Evaluatie kadernota IVB 2007-2010 In de vorige kadernota zijn per veiligheidsveld prestatie-indicatoren opgenomen. In onderstaande tabel worden deze geëvalueerd. Hierbij wordt uitgegaan van de meest recente cijfers. In de meeste gevallen zullen dit cijfers ultimo 2010 zijn, doch de cijfers van de laatste Leefbaarheids- en veiligheidsmonitor (de subjectieve veiligheidsanalyse) dateert uit 2009.
Veiligheidsveld 1: Veilige Woon- en leefomgeving
Evaluatie
Door onderzoek is aangetoond dat de dorps- en wijkraden in 2010 op voldoende draagvlak kunnen rekenen bij zowel burgers als gemeente;
Uit het Wmo onderzoek (2010) blijkt dat 70% van de burgers bekend zijn met de dorps- en wijkraden. Dorpsraad Ommel is het meest bekend; wijkraad West het minst. Een ruime meerderheid van de respondenten is (zeer) tevreden over de vertegenwoordiging. Ruim één op tien is echter ontevreden. Het aantal meldingen blijft redelijk stabiel. Er is echter wel een stijging te zien in het aantal geregistreerde incidenten. Er moet rekening worden gehouden met een geringe aangifte-bereidheid. Factoren als angst kunnen hierbij een rol spelen. De dalende tendens is zeker nog niet waar te nemen. Vanaf 2006 lag het aantal incidenten van vernielingen altijd onder het indexcijfer van 2006. Vanaf 2009 is zelfs een sterke daling te zien met een beste score in 2010 van 133 registreerde incidenten. Sinds 2005 is een duidelijke afnemende trend te zien met betrekking tot het percentage Astenaren dat zich wel eens of vaak onveilig voelt. In 2009 is het percentage dat zich wel eens onveilig voelt gedaald tot 8%. Het percentage Astenaren dat zich vaak onveilig voelt is teruggelopen tot 1%. Volgens de leefbaarheids- en veiligheidsmonitor 2009 is dit percentage nu 28,5%.
Na een aanvankelijke stijging van de meldingen huiselijk geweld is als gevolg van de intensieve aanpak een dalende tendens te zien vanaf 2009;
Het aantal incidenten van vernielingen is in 2010 gedaald tot beneden het indexcijfer van 2006 van 278;
Minder dan 12% van de inwoners (cijfer 2005) voelt zich (vaak of soms) onveilig in de eigen buurt;
Minder dan eenderde van de inwoners van Asten (cijfer 2005) geeft aan in het afgelopen jaar te maken te hebben gehad met (kleine) criminaliteit in de eigen woonbuurt; Het rapportcijfer dat bewoners geven aan de veiligheid in hun wijk is in 2010 hoger dan het in 2005 gegeven cijfer 7,3;
Alhoewel de veiligheidsmonitor een positieve trend projecteert, geven de burgers een lager rapportcijfer voor de veiligheid in hun buurt en/of wijk t.o.v. de start van de kadernota IVB 2007-2010. Weliswaar een miniem verschil (7,2 in 2009 t.o.v. 7,3 in 2005), maar toch lager.
Pagina - 9 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Het rapportcijfer dat bewoners geven aan de leefbaarheid in hun wijk is in 2010 hoger dan het in 2005 gegeven cijfer …….7,4; Meer dan 75% van de inwoners vindt dat de Gemeente Asten voldoende aandacht heeft voor problemen in de wijk en haar inwoners voldoende betrekt bij veranderingen.
Volgens de leefbaarheids- en veiligheidsmonitor 2009 is het rapportcijfer nu 7.6 De Astenaar is tevreden over de leefbaarheid in zijn of haar buurt en voelt zich veilig. Dat is op zich niet verwonderlijk want uit de politiecijfers blijkt ook dat Asten een veilige gemeente is. Toch is een (te) groot gedeelte van de Astense burgers niet tevreden over de inzet van de gemeente op het gebied van veiligheid en leefbaarheid. In de veiligheidsmonitor wordt aangegeven dat de gemeente onvoldoende doet om de burger te betrekken bij het beleid op dit terrein. Er wordt onvoldoende gereageerd op de klachten en de gemeente komt onvoldoende haar afspraken na. Slechts 48% (of 54% indien de ‘weet niet/geen mening’ reacties niet meegeteld worden) geeft de gemeente een voldoende.
Veiligheidsveld 2: Bedrijvigheid en veiligheid De aangiften van bedrijfsinbraken zijn lager dan 35, zijnde het indexcijfer 2006;
Het aantal bedrijfsinbraken is de afgelopen jaren steeds onder de index gebleven. De index bedraagt nu 21%.
De incidenten overlast gerelateerd aan uitgaan liggen niet hoger dan het indexcijfer 2006 van 13;
Volgens 4% van de inwoners zijn er vaak dronken mensen op straat en 1,4% vindt dit van drugsoverlast. In Ommel en Heusden in relatief wat meer sprake van dronken mensen op straat.
De deelname van ondernemers aan beveiliging rondom bedrijventerreinen en winkelcentra is 20% hoger dan in 2006. Ondernemers onderkennen hierin hun eigen verantwoordelijkheid;
De afgelopen jaren hebben verschillende ontwikkelingen ervoor gezorgd dat de doelstelling niet is gehaald: - door het free-riders principe profiteren niet aangesloten bedrijven toch van de surveillance bij aangesloten bedrijven in de buurt en voelen geen noodzaak om lid te worden van CP DAS; uit de veiligheidsmonitor blijkt de afgelopen jaren een dalende trend in het aantal bedrijfsinbraken. Zowel integraal horecabeleid als het evenementenbeleid zijn inmiddels, met betrokkenheid van horeca en ondernemers, vastgesteld.
Duurzame betrokkenheid van/afstemming met lokale ondernemers heeft plaatsgevonden bij de opzet c.q. verdere uitwerking van het Integraal Horecabeleid en het evenementenbeleid.
Pagina - 10 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Veiligheidsveld 3: Jeugd en veiligheid Er is sprake van een vermindering van overlast door jeugd met 20% ten opzichte van het indexcijfer 2006 (105);
Het indexcijfer jeugdoverlast ligt nu op 80%. Hiermee is de doelstelling ruimschoots gehaald; dit is mede te danken aan het volgen van het protocol “Jeugd in beeld” waarbij de gemeente de regierol bij jongerenoverlast op zich neemt.
De aanpak voor begeleiding van problematische jongeren heeft geresulteerd in minder probleemjongeren. Deze tendens is waar te nemen uit cijfers van betrokken instanties c.q. projecten;
Deze tendens is nog niet waar te nemen. De afgelopen jaren is wel veel geïnvesteerd in structuren en afstemming. Met name de komst van het Centrum voor Jeugd en Gezin moet er voor zorgen dat in de komende jaren winst gehaald wordt.
De prestatiegegevens zoals vastgelegd in de beleidsnota “Alcohol en drugs in Asten: veilig en verantwoord” zijn gehaald.
De eerste resultaten van de intensieve aanpak zijn zichtbaar. Met name de jongste kinderen zijn minder en later alcohol gaan gebruiken. Aandacht blijft echter nodig; ook voor het gebruik van drugs en de combinatie van alcohol en drugs. Voor een volledige evaluatie wordt verwezen naar het evaluatierapport van het project.
Veiligheidsveld 4: Fysieke veiligheid De dalende tendens in het aantal aanrijdingen blijft zich voortzetten;
Het aantal “loos alarm” meldingen bij de brandweer is met 30% gereduceerd; (index 2006; 52)
Over het geheel is de afgelopen jaren een daling te zien. Het aantal aanrijdingen met alleen materiële schade is vanaf 2010 niet meer goed te meten doordat de politie in principe niet meer naar deze aanrijdingen toegaat. Het grote aantal personen dat doorrijdt na een aanrijding blijft verontrustend. Zowel landelijk als lokaal blijkt de tendens van het toenemend aantal (loze) automatische brandmeldingen door te zetten. Het is ook in Asten niet gelukt om onder de index uit te komen; het aantal “loos alarm” meldingen is zelfs gestegen tot een index van 62. De eerder voorgenomen aanpak middels Handhaving blijkt uiteindelijk geen begaanbare weg. Inmiddels zijn er landelijke initiatieven waarbij door middel van aanpassing van de wetgeving een reductie van 50% wordt nagestreefd. Tot dan zal de huidige werkwijze (onderzoek naar
Pagina - 11 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
nagenoeg elke melding) worden voortgezet. De risicovolle bedrijven en de risicovolle transportassen zijn in 2010 geheel in beeld en de risico’s zijn op adequate wijze met de burgers gecommuniceerd; Alle woongebieden en bedrijventerreinen zijn goed bereikbaar en toegankelijk voor de brandweer;
De risicokaart is actueel en voor de burger digitaal te raadplegen. In 2009 is de “risicowijzer” huis aan huis verspreid. De bereikbaarheid van industrieterreinen is zoveel als mogelijk geoptimaliseerd. Daar waar een knelpunt is blijven bestaan (Van Kuppenveldweg) is dit opgevangen door geen risicovolle industrie toe te staan. Bij woongebieden stroken aspecten zoals verkeersremmende maatregelen (drempels/rotondes) en smalle straten in combinatie met het (tweezijdig) parkeren, niet altijd met een goede bereikbaarheid voor de brandweer. Het blijft een uitdaging om een juiste afweging te maken van de verschillende belangen.
Het rampenplan is actueel en beoefend.
Het huidige rampenplan van Asten is vastgesteld tot 2011. Inmiddels zijn er verschillende wijzigingen in het regionale format rampenplan aangebracht. Deze wijzigingen zijn doorgevoerd in de draaiboeken waarmee wordt gewerkt binnen de rampenbestrijding. Het rampenplan wordt volledig geactualiseerd en vastgesteld als het regionaal crisisplan is voltooid. Jaarlijks zijn opleidings- en oefenplan opgesteld en uitgevoerd. Deze worden vastgesteld door de Stuurgroep Veiligheid en college.
Veiligheidsveld 5: Integriteit en veiligheid Er is een geactualiseerd convenant hennepkwekerijen waarbij naast de DAS gemeenten, de politie, justitie en woningbouwverenigingen ook de energiebedrijven als partner participeren;
Er is een vastgesteld BIBOB beleid;
Er is een geactualiseerd convenant doch hierbij zijn gemeenten geen partner. Dit betekent dat momenteel een tweetal convenanten actueel zijn. Door de ontwikkelingen is er wel continue aandacht voor deze materie. Lokaal BIBOB-Beleid is, naar regionaal voorbeeld, opgesteld. Hierin is gekozen voor een gefaseerde invoering en toepassing. Er is begonnen met de toetsing van
Pagina - 12 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Er is vastgesteld beleid rondom de bestuurlijke boete;
Signalen van radicalisering zijn serieus genomen en hebben geleid tot een adequate aanpak;
Er is een vastgesteld prostitutiebeleid.
vergunningen op het gebied van de Drank- en Horecawet, horecaexploitatie en speelautomatenhallen. In 2011 wordt beslist op welke wijze de gemeente Asten de zg. 2de fase , het beleid op Ruimtelijk Ordeningsgebied, gaat invoeren. Hierin zal afstemming met Deurne en Someren gezocht worden. Vanaf 1 december 2010 kunnen gemeenten kiezen voor bestuurlijke strafbeschikkingen. In 2011 wordt een nieuw handhavingsbeleidsplan gemaakt. De inzet van BOA’s en de bestuurlijke strafbeschikking wordt hierin opgenomen. De nieuwe wettelijke mogelijkheden voor BOAsamenwerking en inhuur onderzocht. Vanaf 2008 kunnen Astense burgers gebruik maken van het meldpunt discriminatie. Inmiddels is dit een wettelijke verplichting die wij regionaal hebben ingevuld. In de afgelopen jaren heeft een melding slechts een enkele maal geleid tot een klacht. Er is voor gekozen om het wel dan niet toestaan van prostitutiebedrijven te regelen via de APV en bestemmingsplannen. Een separaat prostitutie beleid heeft geeft meerwaarde.
Pagina - 13 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Pagina - 14 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Leeswijzer Voor u ligt de Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid (IVB) 2011-2014 van de gemeente Asten. De kadernota heeft betrekking op de bestuursperiode 2011-2014 en wordt door de raad vastgesteld. Het eerste inleidende hoofdstuk geeft inzicht in de gedachtengang van de gemeente met betrekking tot het integraal veiligheidsbeleid. De vertrekpunten van beleid waaronder de strategische doelstellingen en de visie worden beschreven. In hoofdstuk 2 wordt de huidige situatie van Asten geschetst conform de veiligheidsvelden van de VNG. Deze veiligheidsanalyse wordt gezien als nulmeting voor de komende jaren. In hoofdstuk 3 worden de strategische elementen beschreven die de hoofdkoers zijn voor het IVB beleid in 2011-2014. Aan het einde van dit hoofdstuk wordt ingegaan op de relevante veiligheidspartners van de gemeente Asten en de flankerende bedrijfsprocessen. Op basis van de veiligheidsanalyse uit hoofdstuk 2, worden in hoofdstuk 4 de prioriteiten voor de kadernota IVB 2011-2014 weergegeven. Hoofdstuk 5 beschrijft de bevoegdheden van de burgemeester en de bijzondere positie die de politie en de brandweer innemen binnen het integraal veiligheidsbeleid. Hoe vindt de juiste afstemming en aansturing plaats? De gemeente Asten hecht veel waarde aan de eigen verantwoordelijkheid van de burgers en van ondernemers. Binnen een democratisch gestuurde organisatie staan de wensen en verwachtingen van de burger centraal. Communicatie is gericht op het verantwoording afleggen aan en het vertrouwen winnen van de burger. Dit wordt verder uitgewerkt in hoofdstuk 6. Het laatste hoofdstuk beschrijft de ambtelijke en politiek-bestuurlijke inbedding van het IVB beleid binnen de gemeente. Op welke wijze is de ambtelijke en politieke-bestuurlijke inbedding geregeld en op welke wijze vindt de interne/externe afstemming plaats.
Pagina - 15 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Pagina - 16 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
1. Inleiding 1.1. Wat is Integraal Veiligheidsbeleid (IVB)? Het begrip veiligheid heeft in de afgelopen eeuw een vogelvlucht gemaakt. Zag men veiligheid vroeger nog als een synoniem van criminaliteit dan ziet men veiligheid tegenwoordig in een veel breder perspectief1. Door uit te gaan van het bredere begrip veiligheid, is duidelijk geworden dat er een ketenbenadering vereist is, waarbij veel partners betrokken moeten worden, zoals gemeente, politie, brandweer maar ook de gezondheidszorg, justitie, woningbouwcorporaties, belangenverenigingen en last but not least de inwoners van Asten. Ieder met een eigen aandachtsveld en taak binnen de veiligheidsketen. Een brede en samenhangende aanpak van veiligheid is noodzakelijk en het lokale bestuur voert hierin een strakke regie. Deze regierol voor het lokale bestuur is in 2010 wettelijk verankerd. Het streven naar een samenleving die ‘vrij van gevaar’ is, is een nobel maar een onrealistisch streven. Het is een utopie te denken dat de gemeente een “volledig veilige” situatie kan creëren. Onze maatschappij, de risicomaatschappij zoals de Duitse socioloog Ullrich Beck deze noemde in 1986, is dermate doorontwikkeld, dat bedreigingen, incidenten en calamiteiten niet geheel zijn uit te sluiten. De gemeente streeft ernaar om zijn inwoners te beschermen tegen onveiligheid, zonder dat de privacy wordt aangetast. De burgers van Asten hebben samen met de gemeente en de partners in veiligheid de taak om te komen tot een zo veilig mogelijke woon- en leefomgeving in alle buurten en wijken. 1.2. Aanleiding De ontwikkelingen op het gebied van (on)veiligheid gaan razendsnel. De maatschappij ontwikkelt nieuwe methoden om veiligheid te meten en te waarborgen door middel van beleid. De Rijksoverheid reageert daarop met wetten, besluiten, gewijzigd beleid en oproepen aan de lokale overheden. Om deze ontwikkelingen te borgen wordt er iedere vier jaar een nieuwe kadernota Integraal veiligheidsbeleid opgesteld waarbinnen nieuwe beleidskaders voor het veiligheidsbeleid worden vastgelegd. De kadernota IVB 20072010 loopt af en wordt vervangen door deze nieuwe kadernota voor de jaren 2011 tot en met 2014. 1.3. Gemeentelijke visie Strategische doelstelling Door de Stuurgroep Veiligheid zijn onderstaande strategische doelstellingen geformuleerd. Alle keuzes, prioriteiten en acties zijn er op gericht om deze strategische doelstellingen te bereiken. 1. Asten streeft naar een goed leef- en woonklimaat in alle buurten en wijken voor alle vertegenwoordigde doelgroepen. 2. Asten gaat primair uit van de verantwoordelijkheid van de burgers en de ondernemers. 3.Asten streeft ernaar om een multidisciplinaire samenwerking te voeren waarbinnen de gemeente de regierol op zich neemt, de partners enthousiasmeert, signalen oppikt, coördineert, projecten en activiteiten oppakt, monitoren uitvoert en evaluaties uitvoert. 4. Asten streeft ernaar om alle veiligheidsrisico’s en incidenten waar mogelijk, op een systematische wijze aan te pakken en te bestrijden. Een preventieve aanpak geniet hier de voorkeur.
1
’sociale en fysieke veiligheid binnen de lokale/regionale sferen’
Pagina - 17 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Uit bovenstaande strategische doelstellingen is onderstaande strategische visie gevormd; Een veilig woon- en werkklimaat zijn belangrijke pijlers voor de Astense gemeenschap met haar verschillende wijken, kernen en buurten. Onder regie van een (pro-) actief, lokaal bestuur wordt primair uitgegaan van de verantwoordelijkheid van ondernemers en burgers. Het veiligheidsbeleid krijgt op een systematische en samenhangende wijze vorm in een nauwe samenwerking met externe partners. De ketenbenadering staat hierbinnen centraal.
1.4. Vertrekpunten Uitgangspunten Bij de vorming van het integraal veiligheidsbeleid zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: • Bij het opstellen van de kadernota IVB 2011-2014 wordt, voor zover relevant, de geactualiseerde Kernbeleid Veiligheid2 methode gebruikt. Binnen deze methode wordt uitgegaan van 5 veiligheidsvelden met daaraan gekoppeld 20 veiligheidsthema’s; (zie schema op pagina 9) • Binnen de kadernota IVB is sprake van een goede afstemming en wisselwerking tussen het landelijke/regionale en lokale beleid; • De veiligheidsrisico’s op het gebied van de 5 veiligheidsvelden zijn bekend en worden zoveel mogelijk beheerst en gereduceerd; • Er is sprake van een regierol door de gemeente, doch de beleidsvorming en uitvoering wordt in samenwerking met externe partners opgepakt; • Er is aandacht voor zowel objectieve maatstaven als voor subjectieve veiligheidsbeleving; • De focus van de aanpak binnen de kadernota IVB is gericht op een wijkgerichte aanpak; • De eigen verantwoordelijkheid van de burger is basis en wordt gestimuleerd; • Voor zover mogelijk wordt gekozen voor een regionale samenwerking; • Er wordt uitgegaan van de ketenbenadering. De veiligheidsketen bestaat uit de volgende vijf schakels: pro-actie, preventie, preparatie, repressie en nazorg. De kracht van de veiligheidsketen wordt bepaald door de zwakste schakel; • Er is een blijvende aandacht voor actuele ontwikkelingen die zich vertaalt in een alerte, anticiperende houding. Definities Het begrip Integraal veiligheidsbeleid is erg breed en een zogenoemd clusterbegrip. Wat wordt er binnen Asten verstaan onder het lokaal veiligheidsbeleid? Om een antwoord op deze vraag te kunnen geven is het noodzakelijk om eerst het begrip veiligheid af te bakenen in een definitie. Binnen Asten wordt er uitgegaan van de volgende definitie voor het integrale veiligheidsbeleid; ‘op een systematische en samenhangende manier werken aan het behoud of verbetering van de lokale veiligheid in al haar facetten, onder regie van de gemeente, uitgevoerd in een samenhangend geheel van maatregelen die zich richten op het bestrijden, voorkomen en beheersbaar maken van onveiligheid’.
2 Deze VNG handreiking is in samenwerking met BMC Advies en Management te Amersfoort en het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid te Utrecht tot stand gekomen. Het betreft de druk van september 2010.
Pagina - 18 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
In deze definitie wordt veiligheid “in al haar facetten” benoemd, de gemeente verstaat hieronder; Objectieve veiligheid: Feitelijke/daadwerkelijke aantastingen Subjectieve veiligheid: Gevoelens van onveiligheid Naast bovenstaand onderscheid kan er ook een onderscheid worden gemaakt tussen sociale veiligheid en fysieke veiligheid; Sociale veiligheid: is gericht op (on)veiligheid die een verband toont met intermenselijke verhoudingen. Hierbij kan gedacht worden aan veiligheidsthema’s als overlast, jeugdproblematiek en dergelijke. Fysieke veiligheid: is gericht op veiligheid in de fysieke omgeving van de Astenaren. Het gaat risico’s en (on)veiligheden die betrekking hebben tot gebouwen, gevaarlijke stoffen, natuur en verkeer. Hieronder vallen ook brandveiligheid, externe veiligheid (opslag, bewerking en transport van gevaarlijke stoffen) en rampenbestrijding. Binnen de nota wordt uitgegaan van de regierol als; ‘Regie kan worden omschreven als een bijzondere vorm van sturen die is gericht op de afstemming van actoren, hun doelen en handelingen tot een samenhangend geheel, met het oog op een bepaald resultaat. (hoofddossier 24539 Tweede Kamerstuk).
De methode Kernbeleid veiligheid gaat uit van vijf veiligheidsvelden. Deze worden in onderstaand schema weergegeven: Schema veiligheidsvelden en veiligheidsthema’s3 Veiligheidsvelden
Veilige woon- en leefomgeving
Tabel 1 Veiligheidsthema’s • Sociale kwaliteit (o.m. woonoverlast, overlast zwervers en verslaafden) • Fysieke kwaliteit (o.m. vernieling, graffiti, zwerfvuil) • Objectieve veiligheid/veelvoorkomende criminaliteit (o.m. woninginbraak, fietsendiefstal, geweldsdelicten) • Subjectieve veiligheid/veiligheidsgevoel
Bedrijvigheid en veiligheid
• • • • •
Veilig winkelgebied Veilige bedrijventerreinen Veilig uitgaan Veilige evenementen Veilig toerisme
Jeugd en Veiligheid
• • • •
Overlastgevende jeugd Criminele jeugd/individuele probleemjongeren Jeugd,alcohol en drugs Veilig in en om de school
Fysieke veiligheid
• • • •
Verkeersveiligheid Brandveiligheid Externe veiligheid Voorbereiding op rampenbestrijding
Integriteit en veiligheid
• • •
Radicalisering en polarisatie Georganiseerde criminaliteit Ambtelijke en bestuurlijke integriteit
3
Bron: VNG Kernbeleid Veiligheid; Handreiking voor gemeenten, pagina 49
Pagina - 19 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Veiligheidsketen In de veiligheidsketen zijn 5 schakels te onderscheiden: pro-actie, preventie, preparatie, repressie en nazorg. Ook hier geldt dat de keten zo sterk is als de zwakste schakel. In paragraaf 4.2 (partners) en in bijlage 1 (het toneelspel) wordt dit verder uitgewerkt. Opbouw kadernota IVB Het Integraal Veiligheidsbeleid bestaat uit 2 delen genaamd; Deel 1, de nota IVB, is het beleidsdeel waarin, naast dit inleidende hoofdstuk, is opgenomen: onze visie, ambitie, de afbakening en definitie van Integrale Veiligheid, de bijzondere positie c.q. aansturing van de brandweer en politie, de veiligheidsthema’s, de prioritering, de overlegstructuren en de organisatorische borging. De nota IVB heeft een werking van 4 jaar (2011-2014) en wordt door de gemeenteraad vastgesteld. Deel 2 betreft het uitvoeringsprogramma 2011-2014 waarin het beleidsdeel wordt vertaald in maatregelen. Dit uitvoeringsprogramma wordt tegelijkertijd met de nota IVB aan de gemeenteraad voorgelegd maar deze hoeft in principe niet door de gemeenteraad te worden vastgesteld. Het uitvoeringsprogramma 2011-2014 wordt in een jaarlijks integraal actieprogramma verder geconcretiseerd (Voor het jaar 2011 is dit integraal opgenomen in het uitvoeringsprogramma). Dit wordt door het college vastgesteld en wordt ter kennis gebracht van de gemeenteraad. Stuurgroep en Platform Veiligheid Ten behoeve van de ontwikkeling van de nota IVB is gekozen voor begeleiding en advisering door de Stuurgroep Veiligheid en het Platform Veiligheid. De Stuurgroep Veiligheid wordt voorgezeten door de burgemeester. Verder bestaat de stuurgroep uit; de brandweercommandant, de netwerkinspecteur van de politie, de gemeentesecretaris, het afdelingshoofd van de afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling en de coördinator Integraal Veiligheidsbeleid. In de stuurgroepvergadering van 9 september 2010 is het plan van aanpak om te komen tot de nota besproken en geaccordeerd. Daarna zijn in de maandelijkse overleggen met name de strategische keuzes gemaakt en is de voortgang besproken. Het Platform Veiligheid bestaat uit externe partners, namelijk een vertegenwoordiging van de dorps- en wijkraden, centrummanagement, ONIS, VVN afd. Asten, OVA, ICAS, horeca Nederland afd. Asten, de politie, de brandweer, de woningbouwverenigingen Bergopwaarts@bow en WoCom, Prodas, het Varendonck College, KBO Heusden en KBO Asten-Ommel. Het Platform Veiligheid is op 4 oktober 2010 bij elkaar gekomen. Vooraf aan deze bijeenkomst hebben de leden van het platform de veiligheidsmonitor 2009 en de veiligheidsanalyse 2009 toegezonden gekregen als voorbereidende informatie. Naast het bespreken van de beide veiligheidsanalyses en een toelichting van de politie (verborgen criminaliteit) en brandweer(veiligheidsketen) zijn prioriteiten aangegeven door het platform Veiligheid. Kader Door vaststelling van de programmabegroting 2010 heeft de gemeenteraad van Asten ingestemd met de ontwikkeling van een nieuwe kadernota Integraal Veiligheidsbeleid (nota IVB). De nieuwe Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014 vervangt de nota Veiligheidsbeleid 2007-2010 die op 26 juni 2007 door de gemeenteraad van Asten werd vastgesteld. Beleidscyclus/termijnen Volgens onderstaande beleidscyclus wordt gewerkt: - Het ontwikkelen van een strategische beleidsnota Integraal Veiligheidsbeleid met een looptijd van 4 jaar met daaraan gekoppeld een uitvoeringsprogramma. - Het jaarlijks opstellen van een operationeel integraal actieprogramma, waarin alle veiligheidsprojecten met doelstellingen voor het komende jaar zijn opgenomen. - Het tweejaarlijks evalueren van het integraal actieprogramma, waarin de voortgang en de resultaten van de projecten worden geëvalueerd.
Pagina - 20 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
- Het jaarlijks actualiseren van de lokale objectieve veiligheidsmonitor en het vierjaarlijks actualiseren van de subjectieve veiligheids- en leefbaarheidsmonitor, waarin de effecten van het integraal veiligheidsbeleid zichtbaar worden. - Een beleidsmatige evaluatie na de looptijd van de beleidsnota IVB. Hierbij wordt opgemerkt dat de stappen 2 en 3 zoveel mogelijk aansluiten op de gemeentelijke planning en controlcyclus. Dit betekent dat het concept actieprogramma IVB 2012 opgenomen wordt in de voorjaarsnota 2011. Besluitvorming vindt plaats bij de vaststelling van de begroting in de raad van oktober 2011 (Verantwoording via jaarplan). Financiën - Facetbeleid Integraal Veiligheidsbeleid is facetbeleid. Daarom zal de bekostiging van activiteiten zoveel mogelijk worden begroot en gefinancierd vanuit de budgetten van de inhoudelijk verantwoordelijke afdelingen. - Lokaal IVB budget Mocht de focus nadrukkelijk op ‘veiligheid’ liggen dan wordt de dekking gefinancierd vanuit het Integraal Veiligheidsbeleid- (IVB-) budget. Hiervoor is in de begroting een structureel budget van € 24.500,-- geraamd. Uit dit bedrag wordt onder andere de subjectieve veiligheidsmonitor, de kosten t.b.v. antidiscriminatie en (pilot) projecten zoals buurtbemiddeling gefinancierd. Het college heeft aangegeven dat hieruit ook de kosten ten behoeve van het Regionaal Informatie en Expertisecentrum (RIEC) en Veiligheidshuis Peelland gefinancierd moeten worden. - Regionaal IVB budget Naast het lokale IVB-budget wordt jaarlijks € 0,25 per inwoners betaald ten behoeve van regionale projecten die geïnitieerd worden door het Regionaal College. Hieruit worden onder meer de kosten voor het Prostitutie Controle Team (PCT) betaald en de opstartkosten en pilotfase van het RIEC. Dit budget wordt beheerd door de Veiligheidsregio.
Pagina - 21 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Pagina - 22 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
2. Veiligheidsanalyse;
Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen? In de veiligheidsanalyse is gebruik gemaakt van objectieve en subjectieve gegevens. Subjectieve gegevens hebben betrekking op het gevoel dat burgers hebben over de veiligheidssituatie. Objectieve veiligheidsgegevens gaan over de feitelijke veiligheid. De stand van zaken wordt op hoofdlijnen beschreven aan de hand van de vijf veiligheidsvelden van het Kernbeleid Veiligheid. Het gaat om de volgende veiligheidsvelden: 1.
2. 3. 4.
5.
Veilige woon- en leefomgeving; dit betreft de veiligheid in de alledaagse woon- en leefomgeving, dat wil zeggen: de woning, de straat, de buurt, de wijk; indicatoren voor de veiligheid op dit veld zijn de sociale kwaliteit in de buurt (inclusief overlast), de fysieke kwaliteit van de woonomgeving (inclusief verloedering), criminaliteit/objectieve veiligheid (inclusief diverse vormen van geweld) en veiligheidsgevoel/subjectieve veiligheid; Bedrijvigheid en veiligheid; dit betreft de sociale veiligheid rond winkel- en horecavoorzieningen en bij evenementen en op bedrijventerreinen Jeugd en veiligheid; hierbinnen vallen jeugdoverlast en –criminaliteit, jeugd & alcohol en ‘veilig in en om de school’ Fysieke veiligheid; hierbinnen vallen de ‘klassieke’ fysieke veiligheidsthema’s, te weten: verkeersveiligheid, brandveiligheid (preventieve en repressieve brandweerzorg), externe veiligheid (veiligheid rond inrichtingen met en vervoer van gevaarlijke stoffen) en de voorbereiding op rampenbestrijding (in het bijzonder de gemeentelijke kolom) Integriteit en veiligheid; binnen dit veld vallen maatschappelijke verschijnselen die haaks staan op fundamentele regels van onze samenleving en in die zin de integriteit van onze samenleving fundamenteel bedreigen; in dit kader gaat het dan vooral om ‘radicalisering en polarisatie’ en vormen van georganiseerde criminaliteit.
In de gemeente Asten gaat het goed met de veiligheid4, mede door de beleidsplannen die voortgekomen zijn uit de kadernota IVB 2007-2010 en de inzet van de partners in veiligheid. In de volgende paragrafen worden de belangrijkste trends en ontwikkelingen gesignaleerd door de veiligheidsanalyses, bondig beschreven. Voor een gedetailleerde beschrijving van de huidige veiligheidssituatie, onderbouwd met cijfers, wordt verwezen naar; a. b.
Veiligheidsmonitor Asten 2009; Veiligheidsanalyse 2009;
Binnen de analyse wordt veelal gebruik gemaakt van de termen ‘melding’, ‘incident’ of ‘aangifte’. Ter verduidelijking: Meldingen komen altijd via de regionale meldkamer bij de politie binnen. Het aantal incidenten geeft het totaalbeeld weer; naast de meldingen vallen hier dus ook de aandacht vragende situaties onder die op andere wijze de politie bereiken of door hen zelf wordt geconstateerd (preventief surveilleren). Als gesproken wordt over aangiften is er een proces-verbaal opgemaakt. Op de volgende pagina worden de belangrijkste trends en ontwikkelingen per veiligheidsveld weergegeven in grafieken. Voor de technische gegevens van het onderzoek wordt verwezen naar de veiligheidmonitor Asten 2009; pagina 3.
4 De veiligheidsmonitor 09’ projecteert een positief beeld omtrent veiligheid in de gemeente Asten. De bevolking voelt zich veiligheid en de partners in veiligheid geven aan dat het goed gaat met de veiligheid in de gemeente Asten.
Pagina - 23 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
2.1 Veilige woon- en leefomgeving Rapportcijfers Asten is een gemeente met een veilige woon- en leefomgeving. Evenals voorgaande jaren kennen de burgers ruimvoldoendes toe aan zowel de veiligheid als de leefbaarheid en de kwaliteit van de leefomgeving.
Figuur 1. Rapportcijfers Asten 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 2005 Rapportcijfer Veiligheid
2007
Rapportcijfer leefbaarheid
2009
Rapportcijfer Woonomgeving
Bron: Veiligheidsmonitor
Onveiligheidsgevoelens Sinds 2005 is er een duidelijke afnemende trend te zien met betrekking tot het percentage Astenaren dat zich wel eens onveilig voelt. In 2009 is het percentage dat zich wel eens onveilig voelt afgenomen met 12,1% (dit is 65% onder de index van 20042008). Het % Astenaren dat zich vaak onveilig voelt is teruggelopen tot 1%.
Figuur 2. Onveiligheidsgevoelens (%) Astenaren 30 27
27
25
23,7 21,8 20,1
20 15 10
8 5
4,5
0 2004
4,8
3,8
3,9
3,1 1
2005
2006
Wel eens onveilig
Vaak onveilig
2007
2008
2009
Bron: Veiligheidsmonitor
Pagina - 24 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Overlast en vernielingen Sinds 2006 is er een afnemende trend te zien van het aantal incidenten gerelateerd aan overlast. In 2009 en 2010 is deze trend zeer sterk zichtbaar, hierbij moet echter rekening gehouden worden met een ander registratie systeem door de politie. Het aantal vernielingen is na een stijging in 2008, in 2009 en 2010 sterk gedaald. Het is overigens opvallend dat in een toeristische gemeente als Asten waar jaarlijks duizenden toeristen vertoeven géén noemenswaardige hieraan gerelateerde problemen zijn.
Figuur 3. Totaal incidenten van overlast en vernielingen Asten 300 250 200 150 100 50 0
2006
2007
2008
2009
Overlast
264
236
225
154
110
Vernielingen
162
176
214
180
133
Overlast
2010
Vernielingen
De specificatie van de overlast in 2010 laat zien dat meer dan de helft van de overlastincidenten betrekking heeft op jongeren (61 incidenten). Het aantal incidenten gerelateerd aan jongeren is echter sterk gedaald t.o.v. 2009 te weten van 104 incidenten naar 61 in 2010.
Figuur 4. Specificatie Overlastincidenten Asten 7
2
14
Overlast Jeugd Overlast geluid Overlast door overspannen persoon 61
Overlast zwerver s Overlast vuurwer k
26
Bron: Politie DAS
Pagina - 25 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Woninginbraken De afnemende trend van het aantal aangiften van een woninginbraak zet zich in 2010 niet door. In 2010 ligt het aantal aangiften van een woninginbraak precies op de index van 49. Grafiek 5: Woninginbraken Asten
Figuur 5. Aangiften en pogingen tot woninginbraak Asten 90 80
83
70 60 50
49
40
40
39 34
30 20
16
10
8
8
2007
2008
10
9
0 2006
Aangiften Woninginbraak
2009
INDEX
2010
poging tot woninginbraak
Bron: Politie DAS
Huiselijk Geweld Het aantal meldingen van Huiselijk geweld blijft redelijk stabiel. De cijfers 2010 (nog niet opgenomen in onderstaande grafiek) spreken van 12 aangiften. Opmerkelijk is echter dat de incidenten van huiselijk geweld een stijging laten zien van 38 incidenten in 2007 tot 55 in 2010. Er moet rekening worden gehouden met de aangifte bereidheid. Factoren als angst beïnvloeden het aantal meldingen.
Figuur 6. Aantal meldingen van Huiselijk geweld Asten - DAS 1000
284
354
376
19
19
358
100
10
12
10
1 2006
2007
Meldingen totale regio
2008
INDEX Asten
2009
Asten
Pagina - 26 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014 Bron: Politie DAS
Bron: Politie DAS
Alcohol en Drugsoverlast Er is een groeiende trend te zien in het aantal Astenaren dat zich meldt bij Novadic Kentron. In 2009 ligt het aantal 13 respectievelijk 43 % boven de index. Deze stijging zet zich ook voort in de buurgemeenten Deurne en Someren. De stijging in DAS verband is 17 respectievelijk 45% boven de index. Figuur 7. Cliënten Novadic Kentron
180 160 140 120 100 80 60 40 20 0
2005
2006
2007
2008
2009
Drugs
8
7
10
14
11
Alcohol
8
16
15
17
18
Asten
16
31
30
40
43
DAS
53
127
126
149
166
Bron: Novadic Kentron
Figuur 7. ‘Cliënten novadic Kentron’ projecteert een lichte stijging (3) van het aantal cliënten uit Asten dat in behandeling is bij Novadic Kentron. Deze stijging is te herleiden tot de leeftijdscategorie van cliënten tussen de 24-50 jaar (stijging van 9 cliënten). De twee andere leeftijdscategorieën laten een daling zien.
Figuur 8. Leeftijd cliënten uit Asten in Behandeling bij Novadic Kentron 45 40 35 30 25
Jonger dan 24 jaar
20
Tussen 24 –50 jaar Ouder dan 50 jaar
15 10 5 0 2005
2006
2007
2008
Index
2009
Bron: Novadic Kentron
Pagina - 27 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
2.2 Bedrijvigheid en veiligheid Bedrijfsinbraken en Winkeldiefstal Het aantal aangiften van bedrijfsinbraken is gedaald ten opzichte van 2009 tot licht onder de index van 21. Het aantal aangiften van een winkeldiefstal is met 5 aangiften gedaald ten opzichte van 2009. In 2010 ligt het aantal aangiften van een winkeldiefstal 60% onder het index. Aandachtspunt hierbij is de aangiftebereidheid. Grafiek 9: Aantal Bedrijfsinbraken en Winkeldiefstallen
Figuur 9. Aantal bedrijfsinbraken en Winkeldiefstallen in Asten 30
27 25
25
25 21 20
18
19
18
Bedrijfsinbraken Winkeldiefstal
15
Index Bedrijfsinbraken 11
Index winkeldiefstallen
10 6
5 5 0 2006
2007
2008
2009
2010 Bron: Politie DAS
Grootschalige evenementen Zowel het aantal beschikkingen als het aantal geregistreerde evenementen is na een stijging in de afgelopen jaren vorig jaar voor het eerst gedaald tot 315 respectievelijk 115. Dit is mede een gevolg van de deregulering op dit gebied.
Figuur10: 10.Grootschalige Grootschalige evenementen Grafiek evenementen
Asten
400 300 200 100 0
2006
2007
2008
2009
Index
2010
Beschikkingen ten behoeve van evenementen
318
355
374
332
345
315
Aantal geregistreerde evenementen
171
108
110
154
136
115
Beschikkingen ten behoeve van evenementen
Aantal geregistreerde evenementen
Bron: Gemeente
Pagina - 28 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
2.3 Jeugd en veiligheid Jeugdoverlast De stijging van jongerenoverlast in 2009 is niet een op een te vergelijken met het daadwerkelijke aantal incidenten van voorgaande jaren. Waar ‘incidenten’ in 2008 uit echte fysieke voorvallen bestonden, worden aan het woord ‘incidenten’ in 2009 ook preventieve controles van de politie toegevoegd. In 2010 is een daling te zien naar 61. Door deze veranderde systematiek bij de politie gaat de gemeente vanaf 2010 uit van haar eigen JIB registratie. In 2010 zijn er 27 klachten binnengekomen, hierop zijn 26 plannetjes van aanpak uitgezet. Het gestegen aantal overlast incidenten gaat gepaard met een afname van het aantal Halt-afdoeningen. Grafiek 11: Inc identen jeugdoverlast
Figuur 11. Jeugd- overlastincidenten Asten
120
104
100 89 80
80
80
80
80
80
71 61
60
55
40 26 20
23
19
16 15
10
7
10
0 2006 Aantal incidenten
2007 HALT afdoeningen
2008 JPP
2009
2010
Index incidenten
Bron: Politie DAS
Grafiek 12: Overzic ht Netwerk jeugdzorg Asten
120 100
Figuur 12. Overzicht netwerk jeugdzorg Asten
80 60 40 20 0
jaar 05/06
jaar 06/07
jaar 07/08
jaar 08/09
jaar 09/10
Begin schooljaar
27
44
48
52
48
Nieuw ingebracht
29
32
31
12
12
Van lijst gehaald
12
28
27
16
42
Index Totaal
85
85
85
85
85
Totaal besproken
75
82
99
82
91
Index Nieuw
31
31
31
31
31
Begin schooljaar
Nieuw ingebracht
Van lijst gehaald
Index Totaal
Totaal besproken
Index Nieuw Bron: Gemeente
Netwerk jeugdzorg Asten In het schooljaar 2009/2010 zijn meer kinderen besproken in het NJA dan in voorgaande jaren. In totaal betreft het 91 kinderen.
Pagina - 29 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
2.4 Fysieke veiligheid Verkeersveiligheid De politie gaat in principe niet meer naar aanrijdingen met alleen materiele schade, vandaar de grote daling in het aantal aangiften in 2010. Opvallend is de forse stijging van het doorrijden na een aanrijding. Grafiek 13: Verkeersveiligheid
350 300 Totaal aantal aanrijdingen 250
Aanrijding alleen materieel excl. Doorijden na aanrijding
Figuur 13. Verkeersveiligheid Asten 200
Aanrijding met letsel
150
Aanrijding ziekenhuis gewonden Dodelijke aanrijding
100
Doorrijden na aanrijding 50 0 Totaal aantal aanrijdingen
301
274
256
239
268
164
150
Aanrijding alleen materieel excl. Doorijden na aanrijding
181
185
153
140
165
50
44
Aanrijding met letsel
29
26
26
31
28
21
9
Aanrijding ziekenhuis gewonden
12
14
18
13
14
11
18
Dodelijke aanrijding
3
2
1
1
2
2
3
Doorrijden na aanrijding
85
59
76
67
72
45
76 Bron: Politie DAS
Grafiek 14: Brandveiligheid Asten
200 180 160
Brand Klein
140
Brand Middel
120 100
Hulpverlening Groot
80
Hulpverlening Geen
60
Loos alarm
40 20
Totaal uitrukken
0
Hulpverlening Spoed
‘05
‘06
‘07
‘08
INDEX
‘09
10
44
72
64
32
53
52
32
Brand Middel
5
2
3
11
5
3
2
Hulpverlening Groot
0
1
1
0
1
0
0
Hulpverlening Spoed
25
33
53
22
33
37
22
Hulpverlening Geen
24
26
21
35
27
34
27
Loos alarm
75
70
62
43
63
62
52
Totaal uitrukken
173
204
204
144
181
164
135
Brand Klein
Bron: Brandweer Asten
Pagina - 30 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Brandveiligheid Het totaal aantal uitrukken is ten opzichte van 2009 afgenomen en ligt ruim onder de index. Ondanks het lagere aantal uitrukken is 2010 een van drukste jaren gebleken. Extreem druk waren de zomermaanden waar onder andere geassisteerd werd bij de branden in Valkenswaard, Helmond en de Strabrechtse Heide.
2.5 Integriteit en veiligheid Hennepkwekerijen Zuidoost Brabant wordt beschouwd als de graanschuur voor hennepkwekerijen. Alhoewel dit nog niet uit de cijfers blijkt is dit ook voor Asten een belangrijk aandachtspunt. In 2008 werden in totaal 3 hennepkwekerijen ontdekt en ontmanteld. In 2009 waren dit er 5 met in totaal 1300 planten. De cijfers 2010 spreken van 4 hennepkwekerijen waarbij op één locatie sprake was van ruim 6000 planten. Door de groeiende (regionale) aandacht zal dit aantal de komende jaren waarschijnlijk toenemen.
Figuur 15. Ontmantelde hennepkwekerijen Asten - DAS - Zuidoost Brabant
Grafiek 15: Ontmantelde Hennepkwekerijen
14 12
12
10 8 6 5
5
4
4 3
2 0 2006
2007
2008
2009
2010
Bron: Politie DAS
Pagina - 31 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Pagina - 32 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
3. Prioriteiten Aan de hand van de gegevens van de veiligheidmonitor en de input van het Platform Veiligheid en leden van de Commissie AZ/C zijn onderstaande prioriteiten leidend voor het nieuwe integrale veiligheidsbeleid. In de wettelijke verankering van het integraal veiligheidsplan is de gemeente verplicht dat het integraal veiligheidsplan in ieder geval een beschrijving bevat van de beoogde doelen die de gemeente nastreeft en de resultaten die met het beleid worden beoogd. Daarnaast moet het integraal veiligheidsplan ook een beschrijving van de inspanningen (op hoofdlijnen) bevatten die de gemeente zal verrichten. De prioriteiten in combinatie met bovenstaande wettelijke verplichting is terug te vinden in de volgende paragrafen. Let wel, het betreft een beschrijving op hoofdlijnen. Voor een concretere beschrijving van de ambitie, de prestatie-indicatoren en een uitwerking van de acties, wordt verwezen naar het integraal uitvoeringsprogramma 2011-2014.
tabel 2 Veiligheidsvelden
Prioriteit Veiligheidsthema’s Hoog Normaal
Veilige woon- en Leefomgeving
1. Leefbaarheid
2. Buitenlandsewerknemers
3. Handhaving Bedrijvigheid en Veiligheid
4. Evenementen
Jeugd en veiligheid
5. Jeugd
Fysieke veiligheid
Integriteit en veiligheid
Specificatie prioriteiten
1.Woninginbraak 2.Voertuigencriminaliteit 3.Alcoholoverlast 4.Drugsoverlast 5.Geweld 6.Onveiligheidsgevoelens 7.In en om de woning/Huiselijk geweld/tegengaan verloedering
Leefbaarheid; a. overlast tussen bewoners/botsende levensstijlen; Buitenlandse werknemers a. huisvesting en integratie Handhaving a. preventieve insteek (BOA) en prioriteiten handhavingsbeleid
1.Veiligheid op bedrijventerreinen en winkelcentra 2. Uitgaan/horeca 3. Toerisme en onveiligheid 4. Uitgaan en overlast
Evenementen a. door de grote gevolgen die een ongeluk op een evenement met zich meedraagt streeft de gemeente naar een zo hoog mogelijk veiligheidsniveau op evenementen Jeugd a. overlastgevende jeugdgroepen b. aanpak individuele risicojongeren c. overlast uitgaan incl. vandalisme d. alcohol/drugsgebruik-overlast e. veilig in en om de school f. vroegtijdig schoolverlaten
1. Rampenbestrijding 2. Risico’s gevaarlijke stoffen/externe veiligheid 3. Verkeersveiligheid 6.Georganiseerde criminaliteit
Georganiseerde criminaliteit a. hennepkwekerijen b. witwassen c. drugshandel d. BIBOB e. RIEC
Pagina - 33 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Uitleg prioritering: Een hoge prioriteit leidt tot meer acties die eerder opgepakt worden in vergelijking met de veiligheidsthema’s die een normale prioriteit (ook overige strategische thema’s genoemd) kennen. De resultaten van de prioritering worden weergegeven in het uitvoeringsprogramma 2011-2014 en het jaarlijks actieprogramma. In de volgende paragrafen wordt per prioriteit de stand van zaken alsmede de aanpak voor 2011-2014 beschreven.
Pagina - 34 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
3.1 Leefbaarheid Beschrijving Leefbaarheid en dan met name ‘Overlast tussen bewoners en/of botsende levensstijlen’, is opgenomen als prioriteit in het Integrale Veiligheidsbeleid. In het programma leefbaarheid dat de gemeente vaststelt, wordt leefbaarheid bezien vanuit het perspectief van de Wet maatschappelijke ondersteuning (verder: Wmo). Het betreft het eerste prestatieveld van de Wmo: het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten. In het beleidsplan Wmo heeft de gemeente Asten de volgende speerpunten vastgesteld: het accent op zorg en welzijn bij burgerinitiatieven, de integratie van kwetsbare burgers, de Wet Werk en Bijstand en een veranderend accommodatie aanbod (zoals een BMV). Werken aan leefbaarheid en sociale samenhang kan voor de gemeente belangrijke voordelen opleveren als er een lokale visie is op burgerschap. Teneinde een start te maken met de invulling hiervan komt een programma leefbaarheid en sociale samenhang tot stand. Botsende levensstijlen die te maken hebben met onder andere verschillen in afkomst en cultuur, inkomen en opleidingsniveau, hebben uitwerkingen op de wijze hoe mensen met elkaar omgaan. De gemeente ziet samen met haar interne en externe partners aandacht vragende situaties ontstaan tussen bewoners. Deze aandachtvragende situaties hebben betrekking op overlast tussen bewoners onderling en ongewenste situaties die ontstaan door botsende levensstijlen. De aanpak is de afgelopen jaren gericht op; a. in 2010 is de fysieke omgeving – in samenspraak met de bewoners - aangepakt, nieuwe speeltoestellen en hekwerken geplaatst in de Paddestoelenwijk, het groen is aangepakt, daarnaast het ad-hoc zoeken naar oplossingen bij knelpunten botsende culturen b. het inzetten van een wijkbeheerder om overlast aan te pakken c. het afstemmen tussen de afdelingen veiligheid, leefbaarheid en handhaving d. het afstemmen met externe partners zoals politie, buurtbemiddeling, Onis, de woningbouwcorporaties, Atlant etc. e. het oprichten van de Participatieraad, waarbinnen een Platform Leefbaarheid opereert.
In 2011-2014 is de aanpak gericht op: a. De prioriteit ligt in Asten-oost. Fysieke ingrepen in de wijk zijn aanleiding om samen met de externe partners bewoners te begeleiden om zo de sociale cohesie te versterken zodat het beroep op het sociaal vangnet achteraf vermindert. b. Het verbeteren van de zichtbaarheid van de politie alsmede het toezicht.
Doel Verbeteren van de sociale cohesie (Asten-oost)
Actie Opstellen Integraal Wijkontwikkelingsplan (iWOP) Asten-Oost
Aanwezigheid in de wijken
Zichtbaarder inzetten buurtbrigadier en BOA
Tabel 3 Actoren Gemeente Inwoners Politie woningbouwcorporaties wijkraad Politie Boa
Pagina - 35 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Participatie van burgers bij beleidsontwikkeling
Betrekken bij projecten: - wijkontwikkelingsplannen; - maatschappelijke voorzieningen en accommodaties; - beleidsplan WMO 20122015
Platform Leefbaarheid, Onis, Dorps- en wijkraden, Gemeente
Pagina - 36 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
3.2 Arbeidsmigranten Beschrijving De problematiek rond de arbeidsmigranten is tot speerpunt van beleid benoemd. Deze problematiek is divers. Zo bestaat er een probleem met het op een sociaal- en maatschappelijk verantwoorde manier huisvesten van de vele arbeidsmigranten. Het alcoholgebruik in het verkeer is bovengemiddeld. Daarnaast bestaat er problematiek door taal- en cultuurverschillen, waardoor deze groep mensen deels ook in een maatschappelijk isolement vertoeft. Mede daardoor bestaat het gevaar voor een afhankelijkheidspositie wat weer kan leiden tot uitbuiting in arbeidsrelaties en mensenhandel. In 2009 is door de gemeenteraad beleid rondom de huisvesting van buitenlandse werknemers vastgesteld. De provincie stelt echter dat het Astense beleid, om werknemers óók te huisvesten in het buitengebied en een gedeelte van recreatiepark Prinsenmeer, niet strookt met het provinciale beleid (enkel huisvesting in de kom). Vanuit veiligheidsoogpunt ondersteunen brandweer en politie het provinciale beleid. Zij zijn tevens voorstander van huisvesting op een afgescheiden gedeelte op Prinsenmeer. De provincie heeft zich bereid verklaard om een pilot te starten voor de huisvesting van buitenlandse werknemers op Prinsenmeer (op een afgesloten gedeelte). Per 31-12-2010 zijn in Asten 832 arbeidsmigranten gehuisvest op 95 loccaties. Aantal arbeidsmigranten
Aantal locaties
12; 13% 191; 23% Asten Heusden
318; 38%
Ommel
Asten 32; 34%
51; 53%
Heusden Ommel
323; 39%
De aanpak is de afgelopen jaren gericht op: a. Uitvoeren van controles bij bekende en nieuwe locaties waar buitenlandse werknemers zijn gehuisvest, waarbij tevens de brandveiligheid getoetst is. b. Het beëindigen of legaliseren van bestaande situaties. c. Juridische aanschrijving bij strijdige situaties evenals het geven van juridisch advies.
Pagina - 37 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Knelpunt hierbij is de discrepantie tussen het lokale en provinciale beleid.
Bewoning binnen/buiten bebouwde kom 323
350
316
318
300 250 200
250 191
150 100
115 76
50
59 7
9
0 Asten Heusden Totaal Binnen bebouwde kom Buiten bebouwde kom
Ommel Prinsenmeer
Actiepunten voor de komende jaren: a. Inschrijven in het GBA5 of een eventueel in te stellen landelijk RNI (Register niet ingezetenen). Het is van belang een goede registratiemethodiek te ontwikkelen die enerzijds in beeld brengt waar de buitenlandse werknemers gehuisvest zijn en anderzijds de werkgevers niet met een overmaat aan administratieve lasten confronteert”. b. De discrepantie opheffen tussen lokaal en provinciaal beleid. c. Uitvoeren van controles bij bekende en nieuwe locaties waar buitenlandse werknemers zijn gehuisvest, waarbij tevens de brandveiligheid getoetst is. d. In samenspraak met Onis een lokaal informatiepunt Arbeidsmigranten oprichten voor arbeidsmigranten burgers en werkgevers. e. Goede communicatie omtrent het informatiepunt uitzetten. Tabel 4 Doel Besluit nemen over een registratiemethodiek
Situatie Nieuw
Actoren Gemeente
Discrepantie lokaal-provinciaal beleid opheffen
Nieuw
Gemeente Provincie
Uitvoeren van controles op huisvesting
bestaand
gemeente
Informatiepunt opzetten
Nieuw
Gemeente Onis
5
Politierapport Moelanders; Doordat mensen niet zijn ingeschreven in het GBA weten gemeente en politie niet wie er woonachtig zijn in haar gemeente. Uit politiegegevens is gebleken dat van de Midden en Oost Europeanen de Polen verhoudingsgewijs erg vaak bij ongevallen betrokken waren waarbij alcoholgebruik van invloed was op de oorzaak van het ongeval.
Pagina - 38 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
3.3 Evenementen Beschrijving De gemeente verstaat onder een evenement alle publieksgerichte activiteiten, zowel binnnen als buiten, die rust en openbare orde kunnen verstoren, (geluid)hinder c.q. overlast kunnen veroorzaken en waarbij veiligheid gewaarborgd dient te worden. Grote evenementen brengen risico’s met zich mee omdat grote groepen mensen samenkomen. Naast een aantal grote evenementen worden in Asten heel veel kleine evenementen georganiseerd. De gemeente ondersteunt deze initiatieven maar is alert op extra risico’s. Binnen de gemeente Asten zijn tot nu toe geen evenementen uit de hand gelopen. Dit belet de gemeente echter niet om veel waarde te hechten aan de veiligheidseisen van een evenement. Het organiseren van een evenement is niet alleen een aangelegenheid van de organisator maar ook van de overheid. Ieder evenement vereist samenwerking en onderlinge afstemming. De organisator van een evenement is integraal verantwoordelijk voor de in de vergunningsaanvraag genoemde handelingen en maatregelen op het terrein waar het evenement wordt gehouden of in de omgeving daarvan; ’bijvoorbeeld op de speciaal ingerichte parkeerterreinen, toegangswegen en dergelijke’. Als beheerder van de openbare ruimte is de gemeente verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid. Op naleving van de vergunning en de daaraan verbonden voorschriften wordt dan ook nadrukkelijk door de gemeente en politie toegezien. Voordat deze vergunning wordt verleend hebben o.a. de politie, brandweer, openbare werken, GHOR, milieu, bouwen/RO, (civiel) technische projecten, groen/natuur/landschap deze integraal beoordeeld. Vanuit de wettelijke taak is de burgemeester eindverantwoordelijke op het gebied van openbare orde en veiligheid. Daarnaast is er bestuurlijk overleg gevoerd tussen de wethouder die evenementen(beleid) in zijn portefeuille heeft en de vergunningverlener en de beleidsmedewerker. Alle evenementen staan geregistreerd in een regionaal systeem; Digimak. Tabel 5
Doel Eigen verantwoordelijkheid van de organisator benadrukken.
Situatie Bestaand
Actoren Brandweer Politie Ghor Gemeente
Afstemming evenementenbeleid en prioritering in handhavingsbeleid, jaarplannen politie en brandweer Afstemming en Integraliteit (volgens processchema)
Nieuw
Coördinator Handhaving Politie Brandweer Vergunningverlener Politie Brandweer Openbare werken Milieu
Registratie Digimak
Bestaand
Gemeente
Meer aandacht voor balans tussen uitvoering en projecten in het centrum.6
Nieuw
Gemeente
Actualiseren
Pagina - 39 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Ontwikkelen van een evenementenstappenplan incl. Ontwikkelen en toekennen van Bestuursrechtelijke handvaten
Nieuw
Gemeente Politie O.M. Boa
Pagina - 40 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
3.4 Jeugd Beschrijving De gemeente Asten werkt met een integraal jeugdbeleid. Integraal jeugdbeleid heeft tot doel aandacht te besteden aan alle aspecten die met jeugd te maken hebben. Het leven van kinderen en jongeren speelt zich af op veel verschillende plaatsen: thuis, bij de kinderopvang en peuterspeelzaal, op school, in de buurt, in en op ontmoetingsplaatsen en bij de sportvereniging. Opvoeden en opgroeien gebeurt dan ook niet alleen thuis, in het gezin, maar ook op andere plaatsen. Integraal jeugdbeleid beperkt zich daarom niet tot één specifiek beleidsterrein, maar legt juist verbindingen tussen de verschillende beleidsterreinen. In de Nota Integraal Jeugdbeleid, gemeente Asten 2009/2012 heeft de gemeente de volgende ambitie geformuleerd:
De gemeente Asten wil optimale ontwikkelingskansen creëren in een doorgaande ontwikkelingslijn, gericht op volwaardige maatschappelijke participatie en sociale integratie van de Astense jeugd tot 18 jaar en voor die jongvolwassenen van 18-23 jaar die nog extra steun nodig hebben.
De aanpak is de afgelopen jaren gericht op; a. JIB (Jongeren in Beeld) Jeugdoverlast is de meeste voorkomende overlast in Asten. Meer dan de helft van de overlastmeldingen hebben betrekking tot jeugd. Het Jongeren in Beeld protocol (JIB) biedt een handvat om door middel van een integrale aanpak (gemeente, politie, jongerenwerk en bewoners), situatiegericht en preventief op te treden tegen overlast (lawaai, bedreiging door taalgebruik en gedrag, vandalisme, rommel , drank- en/of drugsgebruik) veroorzakende jongeren. In 2010 zijn er 27 klachten binnengekomen, hierop zijn 26 plannetjes van aanpak uitgezet. Er zijn 13 plekken in de gaten gehouden. b. NJA (Netwerkoverleg Jeugd Asten) In het verleden werden jongeren met probleemsituaties uit Asten besproken in het Netwerkoverleg Jeugd Asten. Eind januari 2010 is gestart met het Centrum Jeugd en Gezin (CJG) Asten-Someren. Hierdoor verandert de zorgstructuur binnen de gemeente en op de basisscholen. c. Schoolveiligheidsplan Het opstellen van een schoolveiligheidsplan is verplicht voor het primair en voortgezet onderwijs. Het gaat om een plan rondom veiligheid, gezondheid en milieu. In het plan moeten zowel aandacht zijn voor fysieke als sociale veiligheid. Het Varendonck college werkt al geruime tijd met het schoolveiligheidsplan. Jaarlijks wordt onder meer de incidentenregistratie besproken. d. Aanpak vroegtijdig schoolverlaten Een voortijdig schoolverlater is een jongere tot en met 22 jaar die zonder startkwalificatie de school of het ROC verlaat en die vervolgens niet binnen één jaar een nieuwe opleiding begint. Het terugdringen van het voortijdig schoolverlaten gebeurt in de eerste plaats op de school zelf. Als de niet-leerplichtige leerling toch uitvalt kan hij een persoonlijk begeleider van het RMC (Regionale Meld- en Coördinatiefunctie) (casemanager) krijgen. Deze begeleider tracht de jongere alsnog naar een kwalificerende opleiding terug te leiden. Of, als dat niet haalbaar is, naar een passende plaats op de arbeidsmarkt. Daarbij werkt de casemanager onder meer samen met regionale opleidingen centra, instellingen voor jeugdhulpverlening, Sociale Diensten, het UWV werkbedrijf en andere instanties.
Pagina - 41 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
e. Jeugdpreventieproject (JPP) Om vroegtijdig te signaleren wanneer het met jongeren en hun gezinnen dreigt mis te gaan, werken de politie en jeugdhulpverlening in de regio samen in het Jeugd Preventie Programma (JPP). Dit is een gewaardeerde en kwalitatief goede aanpak voor een specifieke groep risico jongeren. De gemeente Asten koopt op dit moment per jaar 10 trajecten in. Deze trajecten worden gedeeltelijk door de provincie en gedeeltelijk door de gemeente Asten gefinancierd.
Totaal aantal onderwijsdeelnemers en aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters 2005-2006
2006-2007
2007-2008
2008-2009
Totaal
1.496
1.508
1.500
1.508
VSV Asten
51
44 (2.9%)
39 (2.6%)
44 (2.9%)
(3.4 %)
ambitie 09/10
36
Bron: Ministerie van VWS De verbeterpunten: Prioriteit Verminderen van Overlastgevende jeugdgroepen
Alcohol en drugsgebruik en overlast
Veilig in en om de school
Doel D.m.v. van een integrale aanpak situatiegericht en preventief op te treden tegen overlast veroorzakende jongeren
Het terugdringen van riskant alcohol- en drugsgebruik onder jongeren Alle scholen voor primair en voortgezet onderwijs hebben een school veiligheidsplan
Aanpak voortijdig schoolverlaten
Het aantal jongeren met een startkwalificatie neemt jaarlijks toe met 8 jongeren.
Aanpak individuele risicojongeren
Snelle toeleiding naar de juiste hulp
Tabel 6 Acties a. Verder structureren van het JIB protocol b. Samenwerking met Someren c. Aansluiting bij het veiligheidshuis d. De coördinator CJG krijgt een belangrijke rol binnen het JIB protocol e. Doorontwikkelen CJG a. Deelname regionaal project ’laat je niet flessen’2010-2013 b. Uitvoering lokale activiteiten in samenwerking met Someren a. De basisscholen in Asten stellen een schoolveiligheidsplan op b. Jaarlijks overleg tussen gemeente,politie,Varendonck college omtrent de incidenten registratie (signalering trend en uitzetten acties) a. Optimalisering van de regionalisering van de leerplicht door de centrale leerlingenadministratie en versterking uitvoering leerplicht b. Continueren sintiverzuimbegeleiding van de GGD a. Samenwerking met Someren (NJA en JNS gaan op in een lokaal ZAT) b. Alle basisscholen krijgen een zorgteam c. Maatschappelijk werk op scholen d. Doorontwikkeling centrum CJG
Pagina - 42 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
3.5 Handhaving Beschrijving Asten wordt door de burgers gezien als een veilige gemeente waar een goed woon- en leefklimaat heerst. De problemen die voorkomen hebben betrekking op overlast en niet zo zeer op criminaliteit. Door het Platform Veiligheid en leden van de commissie AZ/C is op 4 oktober 2010 aangegeven dat de gemeentelijke handhavingteams een belangrijke rol kunnen spelen bij de aanpak van de aanwezige overlastvormen. De gemeente beaamt dit en heeft dit ook als prioriteit opgenomen in het integraal veiligheidsbeleid voor 2011-2014. De prioriteiten van het integraal handhavingprogramma worden ondersteund door het integraal veiligheidsbeleid; Deze beleidsterreinen kunnen los van elkaar niet optimaal functioneren. Het een vormt de input van de ander en andersom. De aanpak is de afgelopen jaren gericht op; a. Opstellen en werken middels een handhavingsprogramma. b. Het toezicht houden, waarnodig handhaven, door het team toezicht en handhaving om zo de veiligheid en gezondheid te waarborgen alsmede het hinder en de rechtsongelijkheid te beperken. c. Het aanstellen van een BOA. De verbeterpunten in de aanpak zijn; a. Een handhavingsstappenplan opstellen conform de handhavingstrategie waarbinnen sanctiebevoegdheden worden toegekend aan het team Handhaving en Toezicht om zo repressief sterk op te kunnen treden ten tijde van het in de wind slaan van bijvoorbeeld aanwijzingen van toezichthouders rondom brandveiligheid / niet vrijhouden van nooduitgangen. b. Prioriteiten integraal handhavingsbeleid, integraal veiligheidsbeleid en het leefbaarheidsbeleid op elkaar afstemmen, waarbij aandacht voor de specifieke plaats in de keten van het betreffende beleidsterrein. De thema’s die vanuit veiligheid in het handhavingsprogramma prioriteit verdienen zijn; a. Overlast (Jeugd, leefbaarheid en APV gerelateerd) b. Risicovolle bedrijven (wettelijk verplicht) c. Bestemmingsplan buitengebied (Vrijkomende agrarische bebouwing) d. Illegale huisvesting en Buitenlandse werknemers e. Evenementen c. Betere mate van afstemming tussen de preventieve taken van de Brandweer en het team team Toezicht en Handhaving. d. Verminderen van de werkdruk binnen het team Toezicht en Handhaving, die is ontstaan door deregulering7 en de toegenomen focus op kerntaken binnen het politiebestel. e. Formatie en prioritering op elkaar afstemmen. f. Onderzoek naar schade verhalen op vandalen.
Pagina - 43 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Tabel 7 Actoren Team handhaving
Doel Opstellen van een handhavingsstappenplan; Sanctiebevoegdheden toekennen aan het team handhaving
Situatie Nieuw
Integraal veiligheidsbeleid, Integraal handhavingsbeleid, leefbaarheidsbeleid naadloos op elkaar laten aansluiten zodat zij elkaar ondersteunen en versterken
Bestaand/ Nieuw
Team veiligheid Team handhaving Team leefbaarheid
Afstemming omtrent de preventieve taken (zie onderstaand figuur)
Nieuw
Consequentie deregulering alsmede het focussen van de politie op kerntaken voor team Toezicht en Handhaving Formatie afstemmen op prioritering
Nieuw
Team Veiligheid en Brandweer Team Handhaving Team Handhaving (Boa’s)
Nieuw
Team Handhaving
Schade verhalen op vandalen beter vormgeven
Nieuw
Team veiligheid Team handhaving Team Financiën
Handhavingsbeleid
Veiligheidsbeleid
Coördinator Toezicht en Handhaving (uitvoering) Partners in de uitvoering: a. Politie b. Brandweer Figuur 16. Afstemming preventieve taken Toelichting: Zowel ‘veiligheid’ als ‘handhaving’ leveren input voor de uitvoerende coördinator van het team Handhaving en Toezicht. De coördinator probeert de vraag op een zo effectieve manier in te passen. Het team Handhaving en Toezicht bezit specialisme op bijvoorbeeld bouwen, wonen en milieu. Voor specialistische kennis kan het team Handhaving en Toezicht een beroep doen op de brandweer en/of de politie. Een goede afstemming waarbinnen vraag en aanbod wordt afgewisseld door geven en nemen is cruciaal voor een goed functionerend geheel. De politie en de brandweer zijn ‘instrumenten van de uitvoering’ omtrent handhavingsaspecten die voortvloeien uit het veiligheidsbeleid.
Pagina - 44 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
3.6 Georganiseerde criminaliteit Beschrijving De criminaliteit begint in de huidige samenleving steeds meer georganiseerde structuren aan te nemen. Het is grensoverstijgende criminaliteit die betrekking kan hebben op bijvoorbeeld; drugshandel, mensenhandel/-smokkel, wapenhandel maar ook bouwfraude, mestfraude en de hormonenmaffia zijn onderdelen van georganiseerde criminaliteit. Georganiseerde criminaliteit schaadt het ondernemingsklimaat en de leefbaarheid in de gemeenten. Zonder ingrijpen verliest de overheid controle en nemen misbruik, onderdrukking, overlast, verloedering en chantage toe. Ook de overheid zelf kan hiervan doelwit worden. Daarom dienen dit soort praktijken met man en macht tegengegaan te worden. Politie en Openbaar Ministerie pakken de misdaad aan via het strafrecht, maar de overheid beschikt ook over bestuursrechtelijke mogelijkheden om de misdaad tegen te houden. De instelling van een Taskforce tegen de drugsproblematiek in (delen van) Brabant is een voorbeeld van de bestuurlijke aanpak. De ontwikkeling van de bestuurlijke aanpak vergt leiderschap van de burgemeester en de laatste jaren is er al veel op dit terrein gebeurd. Zo is een aantal jaren geleden door gemeentebesturen besloten tot de invoering van de wet BIBOB in de regio, hebben gemeenten convenanten gesloten ter bestrijding van de hennepteelt en hebben zij de Vrijplaatsenaanpak vormgegeven samen met o.a. de Belastingdienst. Ook wordt er door de gemeenten in de regio samengewerkt in de bestrijding van illegale prostitutie en mensenhandel middels het PCT (Prostitutiecontroleteam)8 en wordt er samengewerkt met het RCF (Regionaal Coördinatiepunt Fraudebestrijding) en het Servicepunt Handhaving van de SRE (Seph). De laatste jaren hebben gemeenten en andere bestuursorganen, in aanvulling op de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet, ook steeds meer mogelijkheden (en verplichtingen) gekregen om op lokaal niveau bestuur(srechte)lijk te handhaven en criminaliteit tegen te gaan. RIEC In de praktijk blijkt het lastig voor m.n. kleine gemeenten om de nieuwe wet- en regelgeving uit te nutten. Daarom is door het Rijk het Programma versterking aanpak georganiseerde misdaad (PVAGM) opgezet. Op basis van dit programma heeft het kabinet in 2008 besloten dat er een landelijk dekkend netwerk dient te komen van Regionale Informatie & Expertise Centra (RIEC). Deze RIEC’s dienen als aanjagers van de bestuurlijke aanpak van de georganiseerde misdaad. In 2009 het pilotproject RIEC Brabant-Zuidoost gestart. Dit pilotproject loopt tot 2012. Eind 2010 hebben alle 21 regiogemeenten een convenant ondertekend waarin de samenwerking wordt onderschreven. Lokale doorvertaling Doel van het RIEC is de bestuurlijke aanpak van de misdaad door de gemeente te versterken, zo nodig door samenwerking met landelijke en regionale diensten. Op deze wijze ontstaat er een geïntegreerde aanpak. De aanpak moet lokaal geïmplementeerd worden. In 2011 wordt samen met Deurne en Someren bezien hoe lokale inbedding vormgegeven wordt. Ook vindt afstemming binnen de Driehoek plaats. Deelname aan het RIEC heeft voor de gemeente in 2011 geen directe financiële consequenties. De gemeentelijke bijdrage wordt gefinancierd uit het zogenaamde OOVpotje (jaarlijkse bijdrage van € 0,25 per inwoner voor veiligheidsprojecten). Voor 2012 en verder dient er gezocht te worden naar een structurele oplossing voor de financiering van het RIEC. Er kan dan namelijk geen gebruik meer gemaakt worden van het OOV-fonds. Daarnaast is niet duidelijk hoe de financiering vanuit het Rijk en de provincie er dan uit zien.
Pagina - 45 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Openbaar Ministerie
Gemeenten
Kernteam RIEC
Politie
Belastingdienst
FIOD/ SIOD/ ECD Figuur 17. Partners RIEC
De verbeterpunten: Tabel 8 Doel verdere besluitvorming na pilotperiode 2009-2011
Situatie Nieuw
Actoren Gemeente
Lokale implementatie RIEC
Nieuw
Gemeente
Pagina - 46 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
4. Strategie Uit de veiligheidsanalyse blijkt dat het in meerdere opzichten goed gaat met de veiligheid en de leefbaarheid in de gemeente Asten. Door de veiligheidsanalyse zijn echter ook veiligheidsaspecten belicht die aandacht behoeven. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de strategische hoofdkoers- en uitgangspunten van het veiligheidsbeleid, de partners belast met taken omtrent veiligheid en de interne/externe flankerende beleidsprocessen. De kernpartners van de gemeente op het gebied van veiligheid, politie en brandweer, worden besproken in het volgende hoofdstuk. De strategische koers toont een samenhang met de visie van de gemeente Asten; ‘Een veilig woon- en werkklimaat zijn belangrijke pijlers voor de Astense gemeenschap met haar verschillende wijken, kernen en buurten. Onder regie van een (pro-) actief, lokaal bestuur wordt primair uitgegaan van de verantwoordelijkheid van ondernemers en burgers. Het beleid krijgt op een systematische en samenhangende wijze vorm in een nauwe samenwerking met externe partners. De ketenbenadering staat hierbinnen centraal.’ 4.1. Rode draad De rode draad binnen de vernieuwde strategie kan worden beschreven aan de hand van 4 hoofdelementen namelijk; 1. Eigen verantwoordelijkheid, Community safety en Burgerparticipatie 2. Focus op preventie (pro-actie, preventie en preparatie) 3. Veiligheidshuis 4. Tevreden burgers 1. Eigen verantwoordelijkheid, Community safety en Burgerparticipatie De gemeente Asten gaat primair uit van de eigen verantwoordelijkheid van de ondernemers en burgers in Asten. In hoofdstuk 6 wordt hieraan uitgebreid aandacht besteed. Community safety onderstreept de verantwoordelijkheid van de burgers en ondernemers. Het vergroot het veiligheidsbewustzijn van de burgers zodat het nut van preventieve maatregelen (zoals bijvoorbeeld rookmelders) wordt ingezien. Een integrale aanpak van het veiligheidsbewustzijn van de burgers door partners als; brandweer, politie e.d. maar ook scholen, woningbouwcoöperaties e.d. staat centraal. 2. Focus op preventie, In de nieuwe kadernota IVB wordt de primaire focus, nadrukkelijker dan in de kadernota IVB 2007-2010, gelegd op de eerste drie voorbereidende en preventieve fasen van de veiligheidsketen; ‘pro-actie, preventie en preparatie’. Waarnodig wordt gericht ingestoken op repressie. De verschillende fasen van de veiligheidsketen worden in paragraaf 4.2 nader uitgelegd. We kiezen hiervoor omdat binnen Asten geen sprake is van een situatie waarbinnen veiligheidsproblematiek de overhand neemt. Integendeel, bijna alle gesignaleerde feiten hebben betrekking op overlast en niet of nauwelijks betrekking op criminele activiteiten en/of gedragingen. Overlast is het best aan te pakken door preventief beleid. Belangrijk is dat binnen deze ‘focus op preventie’ de kosten voor de baten gaan. Door de focus te leggen op preventie, wordt in de toekomst winst gehaald op repressie. Waarnodig wordt gericht ingestoken op de repressieve fasen van de veiligheidsketen (repressie en nazorg). Er wordt ten slotte gesproken over een ketenbenadering echter ‘Een eenzijdige strafrechtelijke benadering is niet voldoende om overlast en criminaliteit effectief en duurzaam terug te dringen’ (kamerstuk_19763). Bovenstaande strategie wordt gedeeld door onze ketenpartners de brandweer en politie.
Pagina - 47 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Kort samengevat gaat de gemeente het integrale veiligheidsbeleid preventief insteken ondersteund door de repressieve handvaten9 van het kabinet Rutte ter ondersteuning in tijde van escalatie. 3. Veiligheidshuis Peelland In 2006 is een start gemaakt met het Veiligheidshuis regio Helmond. Dit veiligheidshuis is nu 4 jaar operationeel. De eerste jaren hebben zich gekenmerkt als pioniersfase, waarin het “huis” een stevig fundament heeft gekregen. Het nieuwe kabinet benadrukt de meerwaarde van het veiligheidshuis en pleit voor een effectievere positionering van de veiligheidshuizen binnen gemeenten. In het regeerakkoord van het kabinet Rutte staat in het hoofdstuk veiligheid o.a. het volgende beschreven: “De aanpak van veiligheidshuizen is gericht op resocialisatie van de dader ten behoeve van onderwijs en arbeidsparticipatie. Daders moeten in hun eigen omgeving worden aangepakt. De veiligheidshuizen, samenwerkingsverbanden van verschillende organisaties, gaan dadergericht te werk bij het terugdringen van overlast, huiselijk geweld en criminaliteit. De voordelen van deze wijze van preventief werken hebben tot goede resultaten geleid. De veiligheidshuizen zullen worden voortgezet en verder ontwikkeld.”
Voor de 45 veiligheidshuizen in het land is dit een positieve ontwikkeling. Ook het Veiligheidshuis Peelland staat o.a. hierdoor aan de vooravond van haar doorontwikkeling. De gemeente benadrukt de meerwaarde van het veiligheidshuis en wil de meerwaarde van deze multidisciplinaire aanpak ook voor de bewoners van Asten. De gemeente verstaat onder de meerwaarde o.a.: a. Afstemming tussen de zorg en strafketen binnen een systeem waardoor een integrale aanpak ontstaat; b. De fysieke aanwezigheid van partners waardoor integrale aanpak wordt bevorderd; c. De individuele aanpak, die wordt vormgegeven door casusbesprekingen, bevordert de integrale (oplossingsgerichte) denkwijze. d. Het halen en brengen van informatie door partners werkzaam binnen de gehele veiligheidsketen waardoor de integrale aanpak wordt bevorderd; 4. Tevreden burgers De Astenaar is tevreden over de leefbaarheid in zijn of haar buurt en voelt zich veilig. Dat is op zich niet verwonderlijk want uit de politiecijfers blijkt ook dat Asten een veilige gemeente is. Toch is een (te) groot gedeelte van de Astense burgers niet tevreden over de inzet van de gemeente op het gebied van veiligheid en leefbaarheid. In de veiligheidsmonitor wordt aangegeven dat de gemeente onvoldoende doet om de burger te betrekken bij het beleid op dit terrein. Er wordt onvoldoende gereageerd op de klachten en de gemeente komt onvoldoende haar afspraken na. Alhoewel de veiligheidsmonitor een positieve trend projecteert, geven de burgers een lager rapportcijfer voor de veiligheid in hun buurt en/of wijk t.o.v. de start van de kadernota IVB 2007-2010. Weliswaar een miniem verschil (7,2 in 2009 t.o.v. 7,3 in 2006), maar toch lager. De gemeente hecht veel waarde aan de mening van de burgers en past onderstaande strategie toe om meer tevreden burgers te sorteren; a. Het sneller anticiperen op vragen en klachten van de burger. Het inbouwen van kortetermijn acties, zodat voor de burger zichtbaar wordt dat de gemeente hen serieus neemt. Het ervaren probleem zo mogelijk direct oplossen. Deze korttermijn successen krijgen in de uitvoeringsplannen meer aandacht. Het is niet de bedoeling of de intentie dat er alleen gewerkt wordt vanuit kortetermijnpolitiek. Dit zou ongezond zijn voor een duurzame oplossing. Een
Pagina - 48 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
lange termijn strategie is, zoals in de vorige kadernota IVB, de basis van het veiligheidsbeleid maar wordt versterkt door ingebouwde korte termijn oplossingen. b. Het beter communiceren van ons beleid. De methode van communiceren wordt nader beschreven in hoofdstuk 6. c. Het terugschroeven van het vele aantal onderzoeken dat onder de burgers wordt gehouden. Als gemeente moeten we er voor de inwoners zijn en ze niet constant bestoken met onderzoeken. Communicatie speelt een belangrijke rol binnen de strategie. Zo belangrijk dat gekozen is voor een apart hoofdstuk voor de communicatiestrategie. 4.2. Partners Vanzelfsprekend kan een Integraal Veiligheidsbeleid niet bestaan uit slechts het beleid en de onderliggende strategie. Een goed veiligheidsbeleid moet bestaan uit een multidisciplinaire samenwerking waarbinnen een balans is aangebracht in samenhang met de vijf schakels van de veiligheidsketen. Men moet zich ervan bewust zijn dat veiligheid geen momentopname is maar een traject. Het investeren in de pro-actie fase kan extra kosten voorkomen in de repressieve fasen. De vijf schakels van de veiligheidsketen zijn: 1. Pro-actie kan worden beschreven als het structureel voorkomen van onveiligheid. Er moet op lange termijn worden gedacht aan veiligheid, alvorens wordt begonnen met het vormgeven van de plannen. 2. Preventie: tegengaan van onveiligheid door vooraf genomen maatregelen. 3. Preparatie: de daadwerkelijke voorbereiding op situaties als het echt ‘fout gaat’. Zaken als opgeleid en getraind personeel, voldoende en kwalitatief goed materieel en voorzieningen alsook procedures en plannen vormen de basis voor een doelmatig optreden. 4. Repressie: de bestrijding van onveiligheid en overlast 5. Nazorg: alle middelen en activiteiten die moeten worden ingezet om weer zo snel mogelijk terug te keren naar de gewenste situatie. Hierbij is aandacht voor opvang en begeleiding van slachtoffer. Maar ook voor opsporing, vervolging en/of begeleiding van daders. In bijlage 1 worden aan de hand van een metafoor de 5 schakels van de veiligheidsketen toegelicht. Als metafoor is gekozen voor een toneelspel. Hierin werken onder leiding van de regisseur diverse partners samen. Iedere deelnemer heeft zijn eigen taak. In ‘het toneelspel’ staat beschreven welke partners een rol hebben binnen de veiligheidsketen en wat deze rol behelst. 4.3. Intergemeentelijke samenwerking Aansluiten bij het Veiligheidshuis Peelland, aansluiten bij het RIEC, aansluiting bij de Veiligheidsregio, externe veiligheid, drugs- en alcoholproblematiek, jeugdoverlast, discriminatie-aanpak, rampenbestrijding. Dit is slechts een greep uit de onderwerpen waarbij in de afgelopen jaren voor een intergemeentelijke samenwerking is gekozen.
Pagina - 49 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Door krachten te bundelen wordt kennis en informatie uitgewisseld en kunnen problemen nog daadkrachtiger, effectiever en efficiënter worden aangepakt. Kortom: door samen te werken, valt veel winst te behalen. Op de eerste plaats wordt samenwerking gezocht met de gemeente Someren; maar samenwerking met Deurne of andere Peelgemeenten of zelfs met de 21 gemeenten in Zuidoost Brabant is mogelijk. Per onderwerp wordt automatisch geschakeld naar de gewenste vorm van samenwerking. De volgende uitgangspunten staan centraal binnen deze intergemeentelijke samenwerking; 1. Afzonderlijke gemeenten blijven vanzelfsprekend autonoom. Met inachtneming van de wettelijke taken van andere partijen blijft de gemeenteraad, het college dan wel de burgemeester bevoegd; 2. Het huidige (hoge) ambitieniveau van de gemeente Asten is uitgangspunt en blijft behouden.
Pagina - 50 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
4.4. Integraliteit Integrale veiligheid heeft een grote diversiteit aan dwarsverbanden met de andere beleidsterreinen binnen de gemeente. Het is een beleidsterrein op zichzelf maar kan alleen optimaal worden ingevuld met behulp van de ondersteunende beleidsterreinen. Samenwerking en afstemming zijn van cruciaal belang. De belangrijkste dwarsverbanden kunnen gelegd worden met het jeugdbeleid, het integraal handhavingsbeleid, het communicatiebeleid en het leefbaarheidsbeleid.
Jeugdbeleid Het jeugdbeleid is een belangrijke interne schakel gezien de uitkomsten van de veiligheidsanalyse en de veiligheidsmonitor. Binnen de nieuwe kadernota heeft “Jeugd” prioriteit. Afstemming tussen de portefeuillehouders voor Veiligheid en die voor Jeugd is noodzakelijk; evenals de ambtelijke afstemming. De interne afstemming wordt nader beschreven in hoofdstuk 7. Leefbaarheidsbeleid Veiligheid en leefbaarheid zijn beleidsterreinen die een grote overlap vertonen. Binnen de nieuwe kadernota is prioriteit gegeven aan de aanpak van overlast tussen bewoners en de aanpak van overlast door botsende levensstijlen. De interne afstemming wordt nader beschreven in hoofdstuk 7. Integraal Handhavingsbeleid Het integraal handhavingsbeleid is een belangrijke schakel binnen het integrale veiligheidsbeleid. Handhaving draagt bij aan het veiliger maken van Asten door middel van onderzoek naar mogelijk illegale/gevaarlijke activiteiten. De interne afstemming wordt nader beschreven in hoofdstuk 7. Communicatiebeleid Het communicatiebeleid speelt een belangrijke rol in de vernieuwde veiligheidsstrategie. Dit beleid en de nut en noodzaak van een goed communicatiebeleid wordt nader verklaard in hoofdstuk 6.
Pagina - 51 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Onderstaand worden alle interne en externe ondersteunende beleidsprocessen kort weergegeven; Interne ondersteunende beleidsprocessen Evenementenbeleid Bestemmingsplan Programmabegroting Reconstructiebeleid Jeugdbeleid Volkshuisvestingsbeleid VROM beleid Lokaal gezondheidsbeleid Horecabeleid Toeristenbeleid Integraal handhavingsbeleid Economisch beleid Onderwijsbeleid Centrumvisie leefbaarheidsbeleid Verkeer/Vervoerplan Ouderenbeleid Communicatiebeleid (H6)
Tabel 9 Externe ondersteunende beleidsprocessen Beleidsplannen politie en O.M Beleidsplannen van de Provincie Beleidsplannen van de ministeries BZK en Justitie Landelijke beleidsplannen Wet en regelgeving (medebewind) Beleidsplannen Veiligheidshuis
Pagina - 52 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
5. Burgemeester, brandweer en politie 5.1. bevoegdheden van Burgemeester De burgemeester heeft bevoegdheden inzake openbare orde en veiligheid maar ook over de inzet van de brandweer en de politie. Onderstaand worden deze bevoegdheden uiteengezet. Wetgeving •
•
•
•
Politiewet. Gezag en de rol van de burgemeester in het driehoeksoverleg waarin de handhaving van de openbare orde en de strafrechtelijke handhaving vanuit het Openbaar Ministerie samenkomen. Wet Veiligheidsregio's. Bevoegdheden die samenhangen met het kader waarin de crisisbeheersing en rampenbestrijding in Nederland (regionaal en nationaal) zijn geregeld. Wet Versteviging regierol gemeenten lokaal veiligheidsbeleid. Ter versterking van de regierol van gemeenten in het lokaal veiligheidsbeleid is een voorstel tot wijziging van de Gemeentewet ingediend. De wijziging van de Gemeentewet omvat twee elementen: - De verplichting voor gemeenteraden om vierjaarlijks een integraal veiligheidsplan vast te stellen. - Een zorgplicht voor de burgemeester op gebied van lokaal veiligheidsbeleid Algemene Plaatselijke Verordening. Bevoegdheden die voortkomen uit de door de eigen gemeenteraad vastgestelde APV.
Algemene bevoegdheden en noodbevoegdheden •
•
•
Algemene bevoegdheid tot handhaving van de openbare orde. Artikel 172 Gemeentewet (GemW) belast de burgemeester met de handhaving van de openbare orde. Noodbevel. Het bevel dat kan worden ingezet als sprake is van oproer, ernstige wanordelijkheden, rampen of zware ongevallen of de vrees daartoe (art.175 GemW). Noodverordening. Een algemeen verbindend voorschrift ter handhaving van de Openbare Orde of beperking van gevaar (art. 176 GemW).
Specifieke bevoegdheden •
•
•
•
Aanwijzen Veiligheidsrisicogebied/Preventief fouilleren. Mogelijkheid om ter handhaving van de openbare orde een zogeheten Veiligheidsrisicogebied aan te wijzen en tot preventief fouilleren over te gaan (art. 151b GemW). Cameratoezicht. Toezichtsregel om met camera's toezicht te houden op openbare plaatsen, voor zover deze in het belang zijn van het handhaven van de openbare orde (art. 151c GemW). Bestuurlijke ophouding. Bevoegdheid om een verstoring van de openbare orde te voorkomen door een groep personen maximaal 12 uur te laten vasthouden of insluiten (art. 154a en 176a GemW) Bevelen bestrijding ernstige overlast. De burgemeester heeft de bevelsbevoegdheid om op te kunnen treden tegen
Pagina - 53 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
•
•
•
•
•
•
•
•
mensen die herhaaldelijk individueel of groepsgewijs de openbare orde verstoren (art. 172a GemW). Toezicht op openbare vermakelijkheden en inrichtingen. Toezicht op voor het publiek openstaande gebouwen en erven, openbare samenkomsten en vermakelijkheden (art. 174 GemW). Sluiten woning (Victoria). Bevoegdheid tot sluiting van een woning, of een niet voor het publiek toegankelijk lokaal bij verstoring van de openbare orde rond die woning door gedragingen in die woning (art. 174a GemW). Sluiting drugspanden (Damocles). Bevoegdheid om bestuursdwang toe te passen en woningen of voor het publiek toegankelijke gebouwen te sluiten als daar sprake is van drugshandel (art. 136 Opiumwet). Wet Tijdelijk huisverbod. Bevoegdheid om een persoon van wie een ernstige dreiging van huiselijk geweld uitgaat in beginsel 10 dagen de toegang tot zijn/haar woning te ontzeggen. Wet Openbare manifestaties. Bevoegdheid om openbare bijeenkomsten, betogingen of demonstraties te reguleren en/of te verbieden. Wet Publieke gezondheid. Bevoegdheden die zich uitstrekken over het domein van de publieke gezondheid en de aanpak van infectieziekten. Wet BOPZ. Wet Bijzondere opneming in psychiatrische ziekenhuizen die de procedure beschrijft om voor de bevoegdheid tot het gedwongen opnemen van personen in psychiatrische ziekenhuizen. Wet Bibob. De wet bevordert de integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur en geeft instrumenten die inmenging van georganiseerde criminaliteit moet verhinderen.
Wetgeving in aantocht De bevoegdheden van de burgemeester zijn geen statisch gegeven. De burgemeester is belast met de handhaving van de openbare orde en veiligheid. Om die verantwoordelijkheid waar te kunnen maken, staan hem tal van bevoegdheden ter beschikking. Maatschappelijke omstandigheden wijzigen, jurisprudentie vormt zich en met regelmaat verandert de wetgeving. Op korte termijn gaat het om: •
• •
Wijziging Drank en Horecawet. Wijzigingen in de bevoegdheden die onder het regime van de Drank- en Horecawet vallen. Doorzettingsmacht Wet centra jeugd en gezin. Herziening stelsel kinderbeschermingsmaatregelen
5.2. Brandweer en politie; ketenpartners in veiligheid In de vorige paragraaf is ingegaan op de bevoegdheden van de burgemeester. De uitvoering geschiedt veelal in samenwerking met politie en brandweer. De brandweer en de politie nemen daardoor een aparte positie in. Naast het feit dat beiden zeer belangrijke partners zijn in de veiligheidsketen is de burgemeester belast met de handhaving van de openbare orde en heeft hij formeel het opperbevel bij calamiteiten. Onderstaand wordt ingegaan hoe de lokale sturing aan brandweer en politie wordt vormgegeven, op welke wijze dit zichtbaar is en geëvalueerd kan worden. Daarnaast wordt ingegaan op de sturing vanuit de regio en landelijke overheid en de relatie met het lokale integrale veiligheidsbeleid.
Pagina - 54 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
5.2.1. Brandweer Regie op brandweer blijft lokaal De brandweer speelt een belangrijke rol bij het voorkomen en bestrijden van branden, ongevallen en rampen. Mede doordat haar activiteiten de gehele veiligheidsketen bestrijken, van pro-actie tot en met nazorg, is zij een belangrijke factor in het lokaal veiligheidsbeleid. De regie voor een goede lokale brandweerzorg hoort daarom te liggen in het lokale Integrale Veiligheidsbeleid, vastgesteld door de eigen gemeenteraad. Dit neemt niet weg dat een regionale samenwerking binnen de Veiligheidsregio onmisbaar is en dus wenselijk. Veiligheidsregio De Wet veiligheidsregio’s (Wvr) is begin 2010 aangenomen en is per 1 oktober 2010 in werking getreden. De nieuwe wet vervangt de Brandweerwet 1985, de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (Wghor) en de Wet rampen en zware ongevallen (Wrzo). De Veiligheidsregio is formeel verantwoordelijk voor de aan haar wettelijk toebedeelde taken. Dit zijn o.a.: a. Voorbereiding op de bestrijding van branden en zware ongevallen en het organiseren van rampenbestrijding en crisisbeheersing b. Inrichten en in stand houden van de informatievoorziening binnen de diensten van de veiligheidsregio en tussen deze diensten en de andere diensten en organisaties die betrokken zijn. c. Adviseren van het bevoegd gezag over risico’s van branden, rampen en crises in de bij of krachtens de wet aangewezen gevallen, maar ook in de gevallen die in het beleidsplan zijn bepaald; Daarnaast geeft zij in de ondersteunende sfeer gevraagd en ongevraagd adviezen aan gemeenten over de volle breedte van de brandweerzorg. Veiligheidsregio Brabant Zuidoost De Veiligheidsregio Brabant Zuidoost is per 1 januari 2007 een feit. Het besluit van 2007 betreffende de overdracht van de lokale brandweercommandanten alsmede de Officieren van Dienst (OvD’s) naar de veiligheidsregio is inmiddels uitgevoerd. In 2008 is besloten dat ook de 3P taken (pro-actie, preventie, preparatie), uiterlijk per 1-7-2012, uit te besteden aan de Veilgheidsregio. De vrijwilligers blijven (vooralsnog) in lokale dienst. De 21 burgemeesters vormen het algemeen bestuur en hebben hierdoor een sturende rol. Focus op pro-actie en preventie Steeds meer blijkt dat (landelijk gezien) de ernorme kostenstijging (x4) in de afgelopen jaren niet resulteert in een toegenomen veiligheidssituatie. De uitdaging voor de komende jaren is een zo goed mogelijke brandweerzorg tegen een zo laag mogelijke prijs. In de toekomst zal de brandweer daarom meer inzetten op pro-actie en preventie. Afstemming en aansturing De brandweer is als cluster van het team Veiligheid en Brandweer opgenomen in de gemeentelijk organisatie. In totaal heeft de brandweer een personele sterkte van 3 fte. verdeeld over 4 functionarissen namelijk; regionaal adviseur (voorheen brandweercommandant), de korpscoördinator en twee preventie medewerkers. Daarnaast beschikt de afdeling over 33 parttime medewerkers (vrijwilligers). De regionale adviseur en de korpscoördinator hebben periodiek overleg met de burgemeester, zijn lid van de Stuurgroep Veiligheid en hij, of één van zijn medewerkers, participeert in diverse projecten en overleggen. 5.2.2 Politie Politiewet 1993: Artikel 12 Gezag en toezicht over de politie In artikel 12 van de Politiewet wordt ten aanzien van het gezag en toezicht het volgende vermeld: “Indien de politie in een gemeente optreedt ter handhaving van de openbare
Pagina - 55 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
orde en ter uitvoering van de hulpverleningstaak, staat zij onder gezag van de burgemeester”. De burgemeester kan de betrokken ambtenaren van politie de nodige aanwijzingen geven voor de vervulling van de in het eerste lid bedoelde taken. Indien de politie optreedt ter strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde, dan wel taken verricht ten dienste van de justitie, staat zij, tenzij in enige wet anders is bepaald, onder gezag van de officier van justitie.” Kerntaken Volgens het beleidsplan Nederlandse Politie (BNP) heeft de politie de operationele regie. De politie houdt zich bezig met de wettelijke kerntaken; opsporing, handhaving en hulpverlening. In het visiedocument ‘politie in ontwikkeling’ uit 2005 zijn hier ook de taken signaleren en adviseren aan toegevoegd. De politie is een onmisbare partner binnen het veiligheidsbeleid. Nationale politie De decentraal georganiseerde politie gaat binnenkort over tot een Nationale Politie, met de minister van Veiligheid en Justitie aan het hoofd. De 25 regionale politiekorpsen en het Korps landelijke politiediensten (KLPD) gaan op in een Nationale Politie, die weer is onderverdeeld in tien regionale eenheden en een of meer landelijk werkende eenheden zoals de Nationale Recherche. Belangrijk is echter dat bij een ontwikkeling richting de Nationale Politie sterk rekening wordt gehouden met de lokale inbedding. Netwerkinspecteur en buurtbrigadiers De netwerkinspecteur onderhoudt de contacten met ondermeer burgemeester en coördinator Veiligheid en participeert in overleggen waarbij de inbreng van politie gewenst is. Onze gemeente heeft de beschikking over één netwerkinspecteur. De buurtbrigadiers hebben vanuit het principe van gebiedsgebonden politie een belangrijke rol in buurt, wijk en gemeente. In dat gebied zijn ze primair belast met de handhaving, de opsporing, de hulpverlening, het verzamelen van informatie en het netwerken. Dit doet de buurtbrigadier niet alleen, maar daar waar nodig krijgt hij / zij ondersteuning vanuit de afdeling. De buurtbrigadiers worden in principe niet gepland voor de noodhulpdiensten. Per 5000 inwoners is in principe één buurtbrigadier beschikbaar. Voor onze gemeente betekent dit dus 3 buurtbrigadiers. Afstemming en aansturing De afstemming met de politie vindt op verschillende niveaus plaats. Momenteel is nog sprake van een decentraal georganiseerde politie waarbij regionale afstemming plaats vindt in het Regionaal College. Het Regionaal College bestaat uit alle burgemeesters van de politieregio Brabant Zuidoost, de hoofdofficier van Justitie en de korpschef. Op basis van de politiewet worden de vergaderstukken van het Regionaal College ter inzage gelegd voor de gemeenteraad (commissie AZ/C). Zodra het beheer van de politie landelijk wordt geregeld, zijn er geen regionale korpsbeheerders meer nodig. Wel blijven er waarschijnlijk regioburgemeesters. Dit zijn de burgemeesters van de grootste gemeente in een regionale eenheid. Hoe een en ander precies vorm gaat krijgen is nog niet bekend. In het Driehoeksoverleg is de politie, naast de burgemeesters van de DAS gemeenten en de officier van Justitie, één van de partners. In de praktijk is sprake van een Driehoehoeksoverleg Deurne Asten Someren (DAS) waarin onder andere het IVB beleid van de 3 DAS gemeenten besproken wordt, alsmede de beleidsplannen van justitie en politie. Ook worden de speerpunten benoemd die door de politieafdeling, naast hun eigen prioriteiten, worden opgepakt. Zo is voor de gemeente Asten ‘arbeidsmigranten’ opgenomen als prioriteit.
Pagina - 56 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
6. Communicatie 6.1 Strategie Inleiding De gemeente Asten hecht veel waarde aan de eigen verantwoordelijkheid van de burgers en van ondernemers. Binnen een democratisch gestuurde organisatie horen de wensen en verwachtingen van de burger centraal te staan. Communicatie is gericht op het verantwoording afleggen aan en het vertrouwen winnen van de burger. Uitgangspunten De communicatie omtrent het integraal veiligheidsbeleid richt zich op zowel kennis-, houding- en gedragsniveau. a. Voldoende informeren; b. Burgerparticipatie bevorderen; c. Bevorderen eigen verantwoordelijkheid van de burgers en de ondernemers; d. De goede veiligheidssituatie in Asten e. Handelingsperspectief bieden Doelstellingen In Asten heerst een goed veiligheidsgevoel. Slecht een klein percentage heeft aangegeven zich wel eens of vaak onveilig te voelen (zie hoofdstuk 2)10. Als inwoners gevraagd wordt of zij zich veilig voelen gaat het met name over het veiligheidsgevoel omtrent de sociale veiligheid. De burger moet zich meer bewust worden van fysieke vormen van onveiligheid die in de eigen woon- en leefomgeving voor kunnen komen. Het is dus van uiterst belang dat de gemeente door middel van voldoende informatieverstrekking en het creëren van bewustzijn de burger aanzet tot handelen. Randvoorwaarde is dat burgers bereid zijn de juiste informatie tot zich te nemen en hun eigen verantwoordelijkheid indeze onderkennen. De burgers moeten voorbereid zijn op een langdurige stroomuitval, storm en soortgelijke calamiteiten, maar ook preventieve handvatten krijgen om zoveel mogelijk schade te voorkomen.Het voorbereid zijn op een ramp of incident is van groot belang voor het zo goed mogelijk borgen van ieders veiligheid. In het regeringsakkoord wordt deze verantwoordelijkheid en het belang van een veilige samenleving benadrukt. In het nieuwe integrale veiligheidsbeleid wordt de burger op de meest uiteenlopende manier geïnformeerd en geconfronteerd met communicatieve middelen die het veiligheidsbewustzijn moeten vergroten, hetgeen uiteindelijk ook de handelingsbekwaamheid van de burgers vergroot. De communicatie omtrent het integraal veiligheidsbeleid hanteert de volgende doelstellingen als rode draad: a. Handelingsbekwaamheid van de burgers en ondernemers vergroten; b. De subjectieve beleving conformeren aan de objectieve gegevens; c. Verbeteren van de zichtbaarheid van de gemeente en kennis over de rol van de gemeente. Middelen De doelstellingen worden gerealiseerd door het gebruik van onderstaande middelen; a. Mondelinge en schriftelijke publicaties; b. Social Media; c. Informatiebijeenkomsten ; d. Risicokaart / Risicowijzer; e. Community safety; f. Publicaties door dorp- en wijkraden;
Pagina - 57 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
g. h. I j. k.
Bijeenkomsten platformveiligheid; Natuurlijke momenten benutten; Crisis.nl; Omroep Brabant; SIRIS.
Pagina - 58 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
7. Veiligheid in de gemeentelijke organisatie: organisatorische borging 7.1 Ambtelijke inbedding: Het beleidsterrein ‘integrale veiligheid’ is een dynamisch terrein dat de gemeente Asten noopt tot alertheid voor nieuwe ontwikkelingen. De maatschappij vraagt om alert preventief en curatief overheidshandelen. De Rijksoverheid reageert daarop met wetten, besluiten, gewijzigd beleid en oproepen aan de lokale overheden. Uitgangspunten bij de borging van integrale veiligheid binnen de gemeentelijke organisatie zijn ondermeer: een goede coördinatie van de veiligheidstaken; het adequaat volgen van de snelle ontwikkelingen op het gebied van veiligheid en een verandering van een reactieve houding in een pro-actieve houding; een goede verhouding tussen beschikbare personele capaciteit en werklast en een daarbij horende duidelijke organisatiestructuur. Dit heeft geleid tot de volgende positionering van (integrale) veiligheid binnen de gemeente Asten. Team Veiligheid en Brandweer De gemeente is de regisseur van het integraal veiligheidsbeleid. Zoals al is aangegeven zijn brandweer en politie hierin de belangrijkste kernpartners van de gemeente. De gemeente Asten heeft daarom gekozen voor een team Veiligheid en Brandweer waarbij tijdens overleggen ook de politie aansluit. Op deze wijze zijn onderstaande kerntaken op het gebied van veiligheid bij elkaar gebracht: - Openbare Orde en Veiligheid (politie en gemeente) - Coördinatie Integrale Veiligheid (gemeente) - Coördinatie Rampenbestrijding (gemeente) - Coördinatie Externe Veiligheid (gemeente) - Beleid rondom APV, horeca, evenementen; (gemeente) - Brandveiligheid (brandweer en gemeente) In de praktijk betekent dit dus een team waarbij teamleden verschillende werkgevers (gemeente, Veiligheidsregio, politie) hebben en waarbij vanuit verschillende lokaties (gemeentehuis, brandweerkazerne, politiebureau) gewerkt wordt.In totaal zijn binnen het team 5 fte (7 personen) werkzaam, excl. politie. Daarnaast is juridische ondersteuning beschikbaar. Het team Veiligheid en Brandweer heeft onderstaande visie geformuleerd: Het team Veiligheid en Brandweer staat voor een veilige woon- en leefomgeving voor de Astense burger. Ze heeft een signaalfunctie voor politiek-bestuurlijk gevoelige veiligheidszaken en adviseert daarin de burgemeester op het gebied van openbare orde en veiligheid. Daarnaast geeft zij gevraagde en ongevraagde (strategische) adviezen zowel intern als extern, zorgt voor adequaat en actueel beleid en regelgeving, participeert in projecten en is projectleider voor eigen initiatieven. Deze liggen op het terrein van de sociale veiligheid, de brandveiligheid, externe veiligheid en rampenbestrijding. Voor het relatief kleine team Veiligheid en Brandweer is het belangrijk om hierin strategisch te opereren en als spin in het web de afstemming en samenwerking te zoeken met zowel lokale partners (bijvoorbeeld politie en brandweervrijwilligers), regionale (ondermeer Veiligheidsregio en Regionaal College) als intergemeentelijke partners (samenwerking Asten/Someren en overige regiogemeenten). Op inspirerende wijze naar elkaar toe maar ook naar onze partners stelt het team Veiligheid en Brandweer zich proactief op en profileert het team zich duidelijk binnen de organisatie. Succesfactoren zijn: proactief, signaleren, inspireren, adviseren en samenwerken. Het team Veiligheid en Brandweer is een onderdeel van de afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling.
Pagina - 59 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Coördinator integrale veiligheid Het ideaal plaatje van de coördinator integrale veiligheid zoals is beschreven in de methode Kernbeleid Veiligheid wordt door ons onderschreven. Hierin staat aangegeven dat de ideale coördinator IVB lijntjes samen pakt, overlegt met de interne en externe partners, knelpunten signaleert en oplossingen weet te creëren, de vaart in beleid en uitvoering houdt, evalueert, afstemt, nieuwe projecten bedenkt en de kadernota en uitvoeringsprogramma’s IVB schrijft. Tegelijkertijd verwijst de coördinator IVB voor de inhoudelijke uitvoering van het beleid direct naar de verschillende vakafdelingen. De coördinator integrale veiligheid houdt het overzicht, stuurt eventueel bij, bewaakt de resultaten en geeft feedback. Daarnaast neemt zij wel veel “sleurwerk” voor haar rekening. Voordat nieuwe items en projecten van de grond komen, moeten partijen overtuigd worden, moet een aanzet gemaakt worden en moeten lijnen worden uitgezet. Veel van deze acties liggen bij de coördinator integrale veiligheid. Het past bij de coördinerende, regisserende rol nieuwe accenten te ontwikkelen, toe te voegen in het palet en er dan weer tijdig op een afstandje van komen te staan.
Afstemming Veiligheid-Handhaving-Leefbaarheid In paragraaf 4.4 is ingegaan op de noodzaak van integraliteit en de sterke verwevenheid tussen veiligheid en de beleidsterreinen handhaving en leefbaarheid. Om tot een goede afstemming te kunnen komen is er een 2-wekelijks overleg tussen deze disciplines (zowel op uitvoerings- als beleidsniveau). In verschillende gemeenten is gekozen om deze beleidsterreinen onder één team of afdeling samen te voegen, zodat aansturing en afstemming op een meer “natuurlijke” wijze vorm krijgt. Vanuit de 3 disciplines geniet dit ook in onze gemeente de voorkeur. Vanuit organisatorische overwegingen is hier in onze gemeente (nog) niet voor gekozen. Stuurgroep, Platform, Driehoek en andere overleggen In de gemeente Asten is sprake van de Stuurgroep Veiligheid, het Platform Veiligheid, het driehoeksoverleg, het politieoverleg, het brandweeroverleg, afstemmingoverleg veiligheid/leefbaarheid/handhaving en (ad hoc) overleggen tussen de coördinator en vakafdelingen en regio. Al deze overleggen laten het facetkarakter van het veiligheidsbeleid zien: het snijdt dwars door alle taakgebieden heen (leefbaarheid, vergunningen, milieu, handhaving etc.). Maar het laat ook zien hoe breed en intensief de ontwikkelingen op het gebied van veiligheid de laatste jaren zijn uitgegroeid. Op enkele overlegvormen wordt hieronder iets uitgebreider ingegaan. De Stuurgroep Veiligheid wordt bemensd door de burgemeester (voorzitter), de coördinator IVB (secretaris), de gemeentesecretaris, het afdelingshoofd Maatschappelijke Ontwikkeling, de politie-inspecteur en de brandweercommandant. De stuurgroep geeft sturing op hoofdlijnen en bespreekt de majeure ontwikkelingen op veiligheidsgebied. Het Platform Veiligheid bestaat uit externe partners. Een integrale aanpak is namelijk alleen mogelijk als er sprake is van samenwerking met betrokken instanties, zoals dorpsen wijkraden, woningbouwverenigingen, scholen, horeca, bedrijven en maatschappelijke instellingen. Deze instellingen zijn op bepaalde onderdelen van het veiligheidsbeleid direct betrokken en deskundig. Het Platform Veiligheid fungeert als klankbord. Het Driehoeksoverleg bestaat uit de burgemeesters van de gemeenten Deurne, Asten en Someren, de officier van justitie en de politiechef van de afdelingen DAS en GemertLaarbeek en de afdelingsleiding van DAS, aangevuld door de coördinatoren integrale veiligheid van de DAS gemeenten. In het Driehoeksoverleg is afgesproken om de aanpak en de inhoud van het IVB binnen de politieafdeling DAS zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen en samen te werken. Het
Pagina - 60 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
plan van aanpak en de nota IVB van de gemeenten Deurne, Asten en Someren (DAS) zijn zoveel mogelijk op elkaar afgestemd, waarbij er ruimte is gelaten voor de invulling van specifieke lokale veiligheidsproblemen (zie hiervoor ook paragraaf 4.3). 7.2 Politiek-bestuurlijke inbedding Een goede politiek bestuurlijke inbedding is nodig voor het laten slagen van het integraal veiligheidbeleid. Op de verschillende rollen van de gemeenteraad, de burgemeester en het college wordt hieronder verder ingegaan. Gemeenteraad Een daadkrachtige betrokkenheid van de gemeenteraad is één van de belangrijkste voorwaarden voor het welslagen van het lokale integrale veiligheidsbeleid. Alleen met een actieve en sturende bijdrage van de gemeenteraad mag worden verwacht dat lokaal veiligheidsbeleid tot volle bloei komt. Binnen het duale stelsel stelt de raad de kaders van het integraal veiligheidsbeleid vast, door het stellen van prioriteiten, het scheppen van randvoorwaarden en het beschikbaar stellen van financiën. Door het vaststellen van de nota Integraal Veiligheidsbeleid wordt inhoud gegeven aan deze wettelijk vastgelegde, kaderstellende taak.
De burgemeester De burgemeester is de portefeuillehouder van het lokaal integraal veiligheidsbeleid. Dit vraagt om betrokkenheid en verantwoordelijkheid van de burgemeester die verder gaat dan het invullen van zijn wettelijke verantwoordelijkheid voor het openbare orde- en veiligheidsbeleid. De burgemeester moet als bestuurlijke spil van het veiligheidsbeleid de gemeentelijke regisseursrol vorm geven. De bestuurlijke regisseursrol houdt in: - het betrekken van wethouders; - het betrekken van externe partners; - het verkrijgen van permanent draagvlak in de raad. Daarnaast heeft de burgemeester als taak: - bestuurlijke coördinator en bewaker van de voortgang van de projecten; - het kiezen van de juiste maat; - lokale aansturing van de politie. Het college Dualisering houdt in dat de primaire verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het beleid bij het college van burgemeester en wethouders ligt. Het college is verantwoording schuldig aan de gemeenteraad. In Asten zijn de wethouders verantwoordelijk voor onderdelen van het veiligheidsbeleid, zoals jeugdbeleid, evenementen, horeca en verkeer. Door middel van de Veiligheidsanalyses, het jaarlijkse actieprogramma en de evaluatie kan het college verantwoording afleggen aan de raad.
Pagina - 61 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Pagina - 62 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Bijlage 1: Het Toneelspel Aan de hand van een metafoor worden de 5 schakels van de veiligheidsketen toegelicht. Als metafoor is gekozen voor een toneelspel. Hierin werken onder leiding van de regisseur diverse partners samen. Iedere deelnemer heeft zijn eigen taak. In ‘het toneelspel’ staat beschreven welke partners een rol hebben binnen de veiligheidsketen en wat deze rol behelst.
Het Toneelspel; Opstart/Regie Regisseur
Partners in veiligheid Gemeente
Verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid De gemeente ontwikkelt en voert regie op het lokale veiligheidbeleid. Zij voorziet haar partners en burgers van informatie, ondersteuning en coördinatie. Ter bevordering van de veiligheid en de leefbaarheid beheert, onderhoud en ziet de gemeente toe op de openbare ruimte en handhaaft deze op een gepaste wijze.
Provincie en Rijk (ondersteunend)
Ondersteunen (ondermeer door wettelijke bevoegdheden) en faciliteren van (sociale) veiligheidsprojecten. Een toetsende rol bij bijvoorbeeld rampenplannen.
Voorbereiding (eerste 3 fasen keten)
Partners in veiligheid
Verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid
Generale Repetitie
Gemeente
Ontwikkelen van en regie voeren op integraal veiligheidsen zorgbeleid, ondersteunen en faciliteren van (sociale) veiligheidsprojecten, veilig ontwerpen, beheren en onderhouden van de openbare ruimte, gemeentelijk toezicht en handhaving. Het (laten) organiseren van activiteiten voor verschillende bevolkingsgroepen en ondersteunen initiatieven van bewoners.
Brandweer
Binnen de koude kant van de brandweer moet er door de brandweer gezorgd worden dat de kans op brand en ongevallen zo klein mogelijk is en blijft(pro-actie en preventie) en dat de toegangswegen, bluswatervoorzieningen en apparatuur ten tijde van een brand op orde zijn(preparatie) zodat er optimaal kan worden opgetreden. (opstellen rampenplannen, bereikbaarheidskaarten, etc.) In de voorbereidende fasen is het de taak van de politie om problematiek tijdig, dus voor dat het escaleert/manifesteert, te signaleren. Burgers en ondernemers hebben een eigen verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid. Zij zorgen ervoor dat zij voldoende kennis op dit gebied hebben en nemen de preventieve maatregelen die nodig zijn. Het platform veiligheid wordt intensief betrokken bij het opstellen van de kadernota IVB en de daarbijhorende programma’s. In de vorm van casusbesprekingen personen die afwijkend gedrag vertonen begeleiden. Problemen zijn vaak gerelateerd aan drugs,geweld, alcohol e.d. Verder fungeert het Veiligheidshuis als kenniscentrum. De raad verricht onderzoek in geval van verdachte situaties en brengt advies uit.
Het stuk wordt geschreven en vervolgens geregisseerd door de gemeente. Hierbij is uitgegaan van de in paragraaf 1.4 opgenomen uitgangspunten opgenomen. De gemeente zorgt voor informatie en coördinatie.
Het stuk is geschreven, nu is het van belang dat alle decorstukken klaar worden gezet en er wordt gekeken dat alle attributen naar behoren functioneren. Zie dit als de generale repetitie. Er moet worden voorkomen dat een situatie escaleert in ongewenste gedrag. Het repeteren is een alsmaar doorgaande cyclus die de aanpak versterkt.
Politie
Burgers en ondernemers
Platform Veiligheid
Veiligheidshuis Peelland
Raad Kinder Bescherming
Pagina - 63 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Centrum voor jeugd en gezin
Novadic Kentron
GGD brabant Zuid-oost
Actie! (repressie) Uitvoering Het beleid is geschreven en alle voorbereidingen zijn getroffen. Nu begint het spel waarbinnen ongewenste situaties zoals brand, criminaliteit en rampen moeten worden bestreden. Het is een samenspel van alle veiligheidsactoren in de repressieve keten die gezamenlijk een escalerende situatie bestrijden.
De Centra voor Jeugd en Gezin zijn bedoeld als plek waar ouders en jeugdigen dichtbij en gemakkelijk hun vragen over opgroeien en opvoeden kunnen stellen. Dit om te voorkomen dat een ‘kleine’ opvoedvraag uitmondt in een ‘grotere’ zorgvraag. Novadic Kentron is een zorgverlenende instelling gericht op verslavingszorg. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan alcohol-, drugs-, gokverslaving. Jeugdgezondheidszorg, medische milieukunde, sociaal¬medische advisering, technische hygiënezorg, medische opvang asielzoekers, bevolkingsonderzoeken, epidemiologie, gezondheidsvoorlichting, openbare geestelijke gezondheidszorg, infectieziektebestrijding, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen
Partners in veiligheid
Verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid
Politie
Mocht er, ondanks de preventieve aanpak, toch een situatie escaleren is de politie bevoegd om de situatie beheersbaar te maken (politiewet). De politie is de hulpverlener in nood.
O.M.
Het O.M. is verantwoordelijk voor de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde (opsporing en vervolging). Mocht er, ondanks de preventieve aanpak, toch een situatie escaleren is de gemeente bevoegd om de situatie beheersbaar te maken (handhaving). Mocht er, ondanks de preventieve aanpak, toch een situatie escaleren is de brandweer er om de schade aan personen, dieren, milieu en objecten zo effectief mogelijk te bestrijden en te beperken. Jongeren die verdacht worden van een misdrijf worden door middel van een traject in de gaten gehouden. Mochten er jongeren in de fout zijn gegaan coördineert de Raad van de Kinderbescherming zelf de (uitvoering van de) taakstraffen. Moet hier ook niet iets staan als kinderen daadwerkelijk beschermd moeten worden? Het bureau Jeugdzorg wordt ingeschakeld door andere instanties en is een toezichthoudende organisatie die door kan verwijzen naar (hulpverlenende) organisaties. Het beschermen van de gezinsvoogdij is van essentieel belang. De taken van de BOA zoals deze momenteel zijn hebben vooral betrekking op de toezicht en de handhaving (van de vergunningverlening). De BOA is preventief aanwezig op straat. In de toekomst zal de BOA ook kunnen worden ingezet voor incidenten met betrekking tot vandalisme. Hierover wordt in de strategie meer beschreven. Novadic Kentron is een zorgverlenende instelling gericht op verslavingszorg. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan alcohol-, drugs-, gokverslaving. Jeugdgezondheidszorg, medische milieukunde, sociaal¬medische advisering, technische hygiënezorg, medische opvang asielzoekers, bevolkingsonderzoeken, epidemiologie, gezondheidsvoorlichting, openbare geestelijke gezondheidszorg, infectieziektebestrijding, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR). In de repressieve fase zijn de burgers zeer belangrijk. Een mede inwoner helpen tijdens een ongeluk, tijdens een escalerende situatie is belangrijk. ‘Samen staan we sterker’ moet hier het motto zijn. Ketenaanpak op operationeel niveau- fysiek samengebracht. (in zicht hebben van… en beleid opstellen voor.)
Gemeente
Brandweer
Raad kinderbescherming
Bureau Jeugdzorg
Boa
Novadic Kentron
GGD Brabant Zuidoost
Inwoners en bezoekers Asten
Veiligheidshuis Peelland
Pagina - 64 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Afronding (Nazorg) De mensen verlaten langzaam de zaal Het spel rondt zich af, nu is het tijd om alle betrokken de weg te wijzen naar buiten, en ze weer normaal mee te laten draaien in de maatschappij. Denkt u bijvoorbeeld aan nazorgtrajecten en resocialisatietrajecten.
Partners in veiligheid
Verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid
Gemeente
De gemeente is verantwoordelijk voor het evalueren. Ging het allemaal goed? Wat ging fout? Wat moeten we veranderen? Is extra nazorg nodig? Wijzigingen moeten worden gecommuniceerd. Begeleiden van trajecten, toezichtstelling, gedragsinterventies en trainingen. Bieden van hulp na een misdrijf of verkeerongeluk door middel van praktische en juridische adviezen en emotionele steun. Mocht er een jongeren een strafbaar feit hebben gepleegd wordt veelal doorverwezen naar bureau halt. Bureau halt coördineert de taakstraffen. Coördineren van persoongerichte trajecten veelplegers, exgedetineerden, jeugdige daders en daders/slachtoffers van huiselijk geweld. Aanbieden van programma’s aan gedetineerden voor bevordering van de socialisatie.
reclassering Slachtofferhulp
Bureau halt
Veiligheidshuis Peelland penitentiaire en Justitiële inrichtingen
Pagina - 65 - van 65 Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014