Integraal veiligheidsbeleid 2015 - 2018 Gemeente Leidschendam-Voorburg
Inleiding Over de gehele linie bekeken is de veiligheid de afgelopen periode verbeterd. Met hier en daar sterke dalingen. Zo is het aantal woninginbraken in Leidschendam-Voorburg sterk verbeterd. In 2014 waren er nog 383 inbraken; ondanks dat elke woninginbraak er een te veel is, gaat het hier om een daling van bijna 20% ten opzichte van het jaar ervoor en vergeleken met 2011 is het zelfs met ongeveer 55% gedaald. Ook het aantal meldingen overlast van jeugd is afgenomen en tot afgelopen jaar was er een criminele jeugdgroep actief in Leidschendam-Voorburg, welke inmiddels is afgeschaald tot overlastgevend. De aanpak van woninginbraken, jeugdcriminaliteit en het tegengaan van overlastgevende jeugd waren in het vorige veiligheidsbeleid de topprioriteiten. Vanuit eerdere ervaringen kan ik stellen dat actieve betrokkenheid van partners en burgers leiden tot een succesvol veiligheidsbeleid. De projecten aanpak woninginbraken en JORP zijn daar een goed voorbeeld van. In beide projecten wordt op basis van analyses in samenwerking met ketenpartners bekeken welke acties ingezet moeten worden. Het in samenhang inzetten van verschillende activiteiten vanuit meerdere invalshoeken op hetzelfde doel en het regelmatig monitoren op effectiviteit van de inspanningen is succesbepalend. Hierin geven wij als gemeente ook de ruimte aan onze partners. Deze zogenoemde integrale multidisciplinaire ketenbenadering levert resultaten op. Ondanks de sprekende resultaten van de afgelopen jaren blijven de investeringen in veiligheid noodzakelijk. Nu de zaken op zijn beloop laten zal leiden tot mindere resultaten tot een verslechtering van het veiligheidsniveau waaraan we gezamenlijk met al onze partners hebben gewerkt. De komende beleidsperiode gaan we daarom met deze veiligheidsonderwerpen verder. Maar onze focus ligt daarnaast ook op nieuwe thema’s. Het veiligheidsthema ouderen en veiligheid is opgevoerd omdat de impact erg groot is op deze doelgroep, waarbij ook rekening gehouden moet worden gehouden met het feit dat Leidschendam-Voorburg een vergrijsde gemeente is. Met onze partners wordt bekeken hoe het met de veiligheid is ten aanzien van ouderen en zo nodig een gezamenlijke integrale aanpak opgesteld. Maar ook binnen de brandweer zijn er ontwikkelingen. Op het gebied van brandveiligheid worden de komende beleidsperiode meer aandacht gevestigd aan preventie door het uitvoeren van het Actieprogramma Brandveilig Leven. Voorwaarde voor een veilige gemeente is dat (groepen) mensen in gesprek met elkaar zijn. Voorkomen moet worden dat mensen vanuit onvrede, angst of negatieve berichtgeving doorslaan naar een situatie waarin bevolkingsgroepen tegenover elkaar komen te staan. Radicalisering is hierin een veiligheidsthema waarin we werken aan het netwerk. Ook richten we ons op de minder zichtbare criminaliteit, te weten ondermijning. De aanpak van de georganiseerde criminaliteit, mensenhandel en hennepkwekerijen is belangrijk omdat deze vormen van criminaliteit een ondermijnend effect hebben op de maatschappij. Dit integraal veiligheidsbeleid geldt tot eind 2018. De veiligheidsontwikkelingen worden in de tussentijdse voortgangsrapportages en overlegstructuren structureel gemonitord. Mochten onderwerpen naar voren komen, wordt dit tijdig gesignaleerd en kan zo nodig een aanpak ontwikkeld worden. Zoals ik in het begin al aangaf is de veiligheid binnen Leidschendam-Voorburg sterk verbeterd, maar om dit vast te houden is blijvende aandacht op de verschillende veiligheidsthema’s noodzakelijk. Daarom blijft in samenwerking met de partners gewerkt worden aan het verbeteren van veiligheidsproblemen en het voorkomen dat nieuwe ontwikkelingen veiligheidsproblemen gaan worden. Drs. J.W. van der Sluijs
1. Proces totstandkoming veiligheidsbeleid In mei 2014 is aan vertegenwoordigers van de raad(scommissie) het veiligheidsbeeld van LeidschendamVoorburg gepresenteerd. Hierin zijn de objectieve en subjectieve cijfers gepresenteerd. In de raadscommissie Algemene Zaken van 1 juli 2014 zijn een aantal veiligheidsthema’s als prioriteit en aandachtspunt aangeduid. Na de raadscommissie van 1 juli is gesproken met de (veiligheids)partners over het veiligheidsbeleid, de op te nemen prioriteiten en de aanpak op hoofdlijnen. Dit heeft geleid tot een toevoeging van prioriteiten en aandachtspunten. Zo is bijvoorbeeld ondanks dat er geen signalen van radicalisering zijn, het veiligheidsthema radicalisering opgevoerd. De reden dat thema is opgevoerd is vanwege de (inter)nationale ontwikkelingen op dit thema. Hierover is de raadscommissie Algemene Zaken ook geïnformeerd via een raadsbrief in januari 2015 waarin de tussenstand van het integraal veiligheidsbeleid is weergegeven. In samenwerking met de veiligheidspartners en de gemeenteraad is het veiligheidsbeleid en het eerste jaaractieprogramma opgesteld. In het beleid staat weergegeven wat we in 2018 bereikt willen hebben en op hoofdlijnen op welke wijze dit de komende jaren opgepakt gaat worden. In het Jaaractieprogramma 2015 is concreter opgenomen welke activiteiten worden uitgevoerd om aan de beleidsdoelstellingen te werken. 2. Leeswijzer A3 beleidsplan Integrale Veiligheid Eerst wordt vanuit het coalitieakkoord, de begroting en de sociale structuurvisie het kader waaronder het integraal veiligheidsbeleid valt geschetst. Vervolgens wordt beschreven op welke wijze inzichtelijk gemaakt wordt wat jaarlijks concreet uitgevoerd wordt en op welke wijze zicht wordt gehouden op de voortgang. Daarna is in een overzicht het lokaal integraal veiligheidsbeleid beschreven. Het beleidsplan is onder te verdelen in drie lagen. Boven; kader integraal veiligheidsbeleid In de bovenste drie kolommen geven het kader van het veiligheidsbeleid zelf weer. Hierin is de missie, de visie en de succesbepalende factoren op het gebied van veiligheid beschreven. In de missie is opgenomen wat de gemeente Leidschendam-Voorburg nastreeft. Het gaat hier vooral om het gesprek dat gevoerd wordt binnen de gehele veiligheidsketen om te bekijken wat hiervoor nodig is. In de visie wordt aangegeven op welke wijze de gemeente werkt aan veiligheid. Midden; veiligheidsdoelstellingen Op de tweede rij (kolommen 1 t/m 4) is opgenomen wat de lokale beleidsdoelstellingen voor de komende vier jaar zijn. Beschreven is welke resultaten we willen bereiken en voor wie/waarop; onze klanten en partners (1), intern (2), maatschappij (3) en regionale samenwerking en landelijke ontwikkelingen (4). De nummering zoals die voor elke doelstelling is opgenomen loopt niet parallel aan de hoogte van prioriteit, maar is slechts voor de leesbaarheid opgenomen. Achter ieder resultaat wordt verwezen naar de succesbepalende factoren waar aangegeven wordt wat succesvol is om het resultaat te behalen. Onder; aanpak op hoofdlijnen In de kolommen 5 t/m 9 wordt per doelstelling beschreven wat de aanpak op hoofdlijnen is voor de komende vier jaar. Ook wordt beschreven op welke onderwerpen er vanuit leiderschap een bijdrage geleverd moet worden om een positief resultaat te bereiken. Als laatste wordt weergegeven wat het algemene budget van veiligheid is.
Na het beleidsplan wordt in gegaan op de organisatie van veiligheid en welke overlegstructuren en partners er zijn. Vervolgens is op een A3 het jaaractieprogramma 2015 beschreven. Hierin staan in de
bovenste kolom dezelfde doelstellingen opgenomen als in het beleidsplan. Daaronder wordt per beleidsdoelstelling weergegeven welke activiteiten in 2015 worden uitgevoerd. 3. Kader veiligheidsbeleid In het coalitieakkoord 2015-2018 ‘Ondernemend, sociaal, duurzaam en dichtbij’ is opgenomen: Leidschendam-Voorburg is een gemeente met een stevig sociaal beleid, die goede zorg biedt aan inwoners die dat nodig hebben, waar iedereen de kans krijgt zich te ontwikkelen en waar inwoners, instellingen en bedrijven in een veilige, groene omgeving kunnen wonen, werken, ondernemen en waar inwoners en bezoekers hun vrije tijd kunnen besteden. Leidschendam-Voorburg is een gemeente die goed bereikbaar is, met oog voor duurzaamheid, waar gewerkt wordt aan het versterken van de ruimtelijke kwaliteit en waar voldoende aandacht is voor de balans tussen binnenstedelijk bouwen, groen en water. Leidschendam-Voorburg is een ambitieuze, moderne, financieel gezonde gemeente met een goede dienstverlening aan inwoners, instellingen en bedrijven, die gericht is op regionale samenwerking. Vanuit de paragraaf integraal veiligheidsbeleid van het coalitieakkoord, de begroting en sociale structuurvisie is het volgende opgenomen: Inwoners voelen zich prettig in een veilige omgeving en ervaren de veiligheid in en rond hun woning en op straat van groot belang. Voor de veiligheid in onze gemeente zijn wij mede afhankelijk van inwoners, instellingen en bedrijven. Wij stimuleren preventieve maatregelen door particuliere woningbezitters die zijn gericht op het keurmerk veilig wonen. Wij stimuleren de oprichting van buurtpreventieteams door hen optimaal te faciliteren en te ondersteunen. Deze extra inzet moet ertoe leiden dat wij de dalende trend van woninginbraken vasthouden. Wij hebben blijvende aandacht voor jeugd en veiligheid. Ook willen wij in samenspraak met de politie en andere relevante (maatschappelijke) partners verkennen wat de mogelijkheden zijn om bijzondere aandacht te geven aan ouderen en veiligheid. We luisteren en maken gebruik van de informatie, kennis en deskundigheid van betrokkenen. We staan open voor initiatieven uit de samenleving.
4. Jaaractieprogramma’s en voortgangsrapportages De doelstellingen van het veiligheidsbeleid worden vertaald in jaarlijkse actieprogramma’s. In deze zogenoemde jaaractieprogramma’s wordt beschreven wat in het betreffende jaar specifiek wordt uitgevoerd. Deze actieprogramma’s zijn vooral gericht op nieuwe acties. In de bijlagen is een overzicht van de al bestaande (beheersmatige) acties (projecten) opgenomen. Na afronding van de acties die zijn opgenomen in het actieprogramma, kunnen deze in het structurele beheer worden opgenomen. Andere acties zijn eenmalig. Anderzijds vervallen beheersmatige activiteiten indien deze niet meer worden ondernomen. Het opzetten en uitvoeren van een lokaal integraal veiligheidsbeleid is een belangrijke stap in het veiliger maken van de gemeente, maar dat alleen is niet voldoende. Het veiligheidsbeleid moet ook (systematisch) worden gemonitord zodat op tijd nieuwe ontwikkelingen zichtbaar worden en het beleid hierop aangepast. Monitoring geschiedt via geregistreerde criminaliteit (objectieve veiligheid) en via de resultaten van de integrale Veiligheidsmonitor (subjectieve veiligheid). Op grond van periodieke politiecijfers kunnen de ontwikkelingen op het gebied van de objectieve veiligheid worden gevolgd. De cijfers dienen mede als input voor het districtsoverleg en voor bestuur- en managementrapportages die aansluiten op de gemeentelijke planning- en controlcyclus. Op operationeel niveau worden ook de activiteiten qua voortgang worden gemonitord.
BELEIDSPLAN INTEGRALE VEILIGHEID 2015 – 2018
Beleidsdoelstellingen
Kader
Veiligheidsmissie Het is onze ambitie om de veiligste gemeente te worden binnen de top 50 van Nederlandse gemeenten
1. Klanten en partners 1. Het aantal woninginbraken valt niet hoger uit dan het aantal inbraken in 2014 (1,2,4) 2. Het aantal fietsdiefstallen wordt teruggebracht tot het niveau van 2010 (282 aangiften) (1,4) 3. Op het gebied van brandveiligheid willen we een toename van de bewustwording en preventieve maatregelen bij risicogroepen (1,4,5) 4. Het aantal diefstallen uit/vanaf voertuig wordt teruggebracht tot het niveau van 2010 (326 aangiften) (1,4,5) 5. Het aantal meldingen jeugdoverlast valt niet hoger dan 600 per jaar. Daarnaast blijft het aantal criminele jeugdgroepen op 0 staan (1,2,3,4)
1. Klanten en partners Woninginbraken - Trekken de lijn door die in 2012 is ingezet - Multidisciplinaire integrale ketenaanpak; op basis van analyses, probleemgericht, informatie gestuurd en in samenwerking met burgers en partners Fietsdiefstal - Aandacht naar het verbeteren van de situaties rondom de stations van NS en Randstadrail - Probleempunt is opstelling van NS ten aanzien van grondeigendommen rondom de stations Aanpak op hoofdlijnen
Veiligheidsvisie 2018
Brandveiligheid - Opstellen van een integraal actieplan - Komende jaren inzet op het verhogen van veiligheidsbewustzijn d.m.v. ‘Actieprogramma Brandveilig Leven’ met daarin onder meer: - Voorlichtingsactiviteiten - Huisbezoeken/rookmeldersacties - Nazorg na incidenten - Horecabezoeken - Focus op risicogroepen (ouderen, lage inkomensgroepen en kinderen) Diefstal uit/vanaf voertuig - Hanteren hierin eenzelfde aanpak als bij de woninginbraken; multidisciplinaire ketenaanpak - Lastig te bestrijden probleem vanwege de verschijningsvormen (type en omvang auto) evenals de grote variëteit in locaties Jeugdoverlast en -criminaliteit - Voortzetting van JOSO en Veilige School Overleg - Aanpak van overlast/criminaliteit vanuit de lokale kamer en het Veiligheidshuis op casus- en gezinsniveau - Samenwerking tussen lokale kamer, Veiligheidshuis en de teams binnen de 3D’s
Succesbepalende factoren
Binnen de gemeente Leidschendam-Voorburg zijn en voelen onze inwoners zich veilig. Vanuit het regieprincipe sturen wij als gemeente aan, werken we samen met partners vanuit ieders eigen verantwoordelijkheid en geven wij de ruimte aan partners voor eigen inbreng. Op basis van gedegen analyses, vanuit ieders eigen kracht en een effectieve monitoring pakken wij veiligheidsproblemen aan. Zo nodig zoeken we regionale samenwerking op. 2. Intern 1. Een verhoging van de bewustwording van risico’s van ondermijning door externe partijen (1)
2. Intern Ondermijning (ook onder kopje maatschappij en regionale samenwerking en landelijke ontwikkelingen) - Ondermijning is een containerbegrip waar diverse vormen van georganiseerde misdaad geschaard worden (hennepteelt, mensenhandel, milieucriminaliteit, fraude en witwassen) - Richten ons op een integrale aanpak in samenwerking met het RIEC - Binnen de integrale aanpak organiseren we de samenwerking met de fiscale, strafrechtelijke en bestuursrechtelijke partners. - Inzet van preventieve maatregelen zoals Wet BIBOB - Inzet van repressieve maatregelen zoals het afpakken van geld/ goederen, dat ‘verdiend is’ - Het verhogen van awareness bij burgers, bedrijven, branches en publieke partijen - Hebben van aandacht voor het thema ondermijning bij de decentralisaties - Organiseren van de lokale aanpak van hennepkwekerijen aan de hand van de districtelijke aanpak
1. Werken op basis van gedegen analyses en zoeken de samenwerking op (beleidsmatig en op uitvoerend niveau) 2. Focus op de high impact crimes (HIC) 3. Beleid ten aanzien van overlastgevende, criminele en afglijdende jeugd 4. We werken samen met burgers en ketenpartners 5. Verschuiving naar preventie (voorkomen) binnen veiligheidsaanpakken
3. Maatschappij 1. Ouderen zijn en voelen zich veilig in de gemeente (1,4) 2. Buurtpreventieteams zijn als instrument ingezet t.b.v. de realisering van de beleidsdoelstellingen (1,2,4,5) 3. Beschikken over een aanpak van radicaliseringsproblematiek (1,4,5) 4. Alle gesignaleerde misstanden op het gebied van ondermijning worden aangepakt (1,4)
1. 2. 3. 4. 5.
4. Regionale samenwerking en landelijke ontwikkelingen Regionale samenwerking binnen de VRH/Oranje Kolom (1,4) Regionale samenwerking op sleutelrollen voor de crisisbeheersing (1,4) Koppeling tussen de 3D’s, veiligheid en ondermijning (1,3,4) Verder vorm geven aan de samenwerking in districtsverband (1,2,4,5) Lokale aanpak hennepkwekerijen n.a.v. de districtelijke aanpak (1,4)
3. Maatschappij Ouderen en veiligheid - Door analyse van delictsvormen, slachtofferschap en cijfers proberen we zicht te krijgen op aard, omvang en ernst van het probleem - Met (veiligheids)partners gaan we bekijken wat er tegen gedaan kan worden, op welke wijze we hieraan vorm kunnen geven en worden de kosten inzichtelijk gemaakt - Doelstelling aanscherpen na analyse - Van belang is het bereiken van ouderen en het steunsysteem in hun omgeving - Inzet van communicatie gericht op effectieve preventie zonder mensen nodeloos ongerust te maken
4. Regionale samenwerking en landelijke ontwikkelingen Crisisbeheersing - Uitvoering geven aan de visie ‘Bevolkingszorg op orde, de vrijblijvendheid voorbij’ waarin wordt uitgegaan van de volgende uitgangspunten; - Zelfredzaamheid van burgers en bedrijven - Realistische voorbereiding - Sleutelrollen binnen de regionale crisisorganisatie worden regionaal op piket gezet om specialisme, efficiëntie en effectiviteit te verhogen - Ook wordt aandacht geschonken aan de voorbereiding de incidenten waarbij sprake is van een grote maatschappelijke impact maar met een lage operationele inzet
Buurtpreventie - Streven naar uitbreiding van het aantal teams - In samenspraak met de buurtpreventieteams proberen wij de teams zo goed mogelijk te faciliteren - Met de buurtpreventieteams gaan we in gesprek over mogelijke rollen en taken bij relevante veiligheidsprojecten
Koppeling tussen de 3D’s, veiligheid en ondermijning - In 2014 is de samenwerking tussen het Veiligheidshuis en de lokale kamer enerzijds en anderzijds de teams binnen de decentralisaties op papier gezet. Deze wordt getest de komende periode - Aandacht voor ondermijning bij de inkoop van in relatie tot de decentralisaties
Radicaliseringsproblematiek - Ondanks dat er geen signalen in L-V zijn, schenken wel aandacht aan dit thema n.a.v. de (inter)nationale ontwikkelingen - Gezamenlijk met ketenpartners wordt een notitie radicalisering opgesteld - Het creëren en onderhouden van netwerken om informatie effectief en efficiënt te kunnen delen
District Zoetermeer/Leidschendam-Voorburg - Leidschendam-Voorburg zit samen met de gemeenten Zoetermeer, PijnackerNootdorp en Wassenaar in het politiedistrict Zoetermeer/ LeidschendamVoorburg - Veiligheidsaanpakken worden hierin gezamenlijk opgesteld of afgestemd - Onderwerpen vanuit het regionaal beleidsplan worden ook in districtsverband opgepakt
5. Leiderschap Gemeenschappelijk - Uitdragen van de missie, visie en succesbepalende factoren van het veiligheidsbeleid - Veiligste gemeente top 50 gemeenten - Regiefunctie - Op basis van analyses pakken we problemen probleemgericht, informatie gestuurd en in samenwerking met burgers en partners vanuit eigen verantwoordelijkheid aan Richten ons op de thema’s: - Woninginbraken - Jeugdoverlast en criminaliteit - Ouderen en veiligheid - Brandveiligheid - Fietsdiefstal - Diefstal uit/vanaf voertuig - Ondermijning - Radicalisering - Buurtpreventie
6. Veiligheidsbudget Integrale veiligheid Jeugdoverlast en – criminaliteit Bijdrage VRH Veiligheidshuis Crisisbeheersing Totaal
€ 79.479,€ 150.000,€ 5.680.000,€ 22.300,€ 47.155,€ 5.978.934,-
5. Organisatie van veiligheid De regierol van het lokaal veiligheidsbeleid ligt bij de gemeente en betekent dat de beleidsontwikkeling en de uitvoering van het beleid aan de gang moeten worden gehouden. Vele interne en externe partners zijn actief op het terrein van veiligheid. Om een versnipperde aanpak te voorkomen voert de gemeente regie. Dit kan niet zonder een goede organisatie en borging daarvan. Onderscheid moet worden gemaakt in de politiek-bestuurlijke regie en de ambtelijke regie. De regierol betekent niet dat de verantwoordelijkheid een exclusieve aangelegenheid van de gemeente is. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid met de andere (veiligheids)partners, zowel overheidsinstanties als particuliere bedrijven, verenigingen, stichtingen etc., en niet in de laatste plaats de inwoners zelf. De burgemeester is portefeuillehouder van het integraal veiligheidsbeleid en is tevens verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid. De burgemeester heeft het gezag over de politie en heeft het opperbevel bij rampen en crises. Het gezag over de politie betekent niet dat hij zich kan mengen in beheersmatige zaken van de politie of in zaken waarin de politie strafrechtelijk optreedt onder gezag van justitie (opsporing en vervolging). Als lid van het Regionaal Bestuurlijk Overleg is de burgemeester wel bij beheersmatige zaken betrokken. Het college van burgemeester en wethouders voert het veiligheidsbeleid uit onder meer door het opstellen van jaarlijkse actieprogramma’s. Deze actieprogramma’s worden gezamenlijk met de partners opgesteld. De raadscommissie Algemene Zaken wordt jaarlijks over deze programma’s geïnformeerd. De gemeenteraad stelt als hoofd van de gemeente de kaders vast door middel van het vaststellen van dit beleidsplan. Dit beleidsplan geeft de missie, visie en ontwikkelingsrichting van het veiligheidsbeleid weer. Aan het eind van de looptijd zal het beleid worden geëvalueerd en gekoppeld aan een geactualiseerde veiligheidsanalyse aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Deze analyse vormt de basis tot de totstandkoming van een nieuw integraal veiligheidsplan.
ook medeverantwoordelijk voor het integraal veiligheidsbeleid. Binnen de gemeente vindt hierover op ambtelijk niveau afstemmingsoverleg plaats. 6. Partners Er zijn vele externe partners op het gebied van veiligheid. De partners zijn onder andere: 1. Politie 2. Openbaar Ministerie 3. Brandweer 4. Jongerenwerk 5. Woningcorporaties 6. Scholen 7. Midden Klein Bedrijf 8. Secuwatch 9. Participatieraad 10. Buurtpreventieteams 11. Inwoners 12. Keurmerk Veilig Ondernemen partners 13. Geestelijke Gezondheidszorg 14. Halt 15. Teams vanuit de decentralisaties 16. Gemeentelijke afdelingen: o Strategie, Communicatie en Control o Ruimtelijke Ontwikkeling o Sociaal Maatschappelijke Ontwikkelingen o Handhaving o Stadsbeheer o Klant Contact Centrum Vertegenwoordigers van de in- en externe partners vormen de ‘Kerngroep Veiligheid’. Deze groep fungeert als adviesorgaan, waaraan belangrijke beleidsstukken op het gebied van veiligheid worden voorgelegd. Binnen deze groep vinden discussies plaats over belangrijke veiligheidsvraagstukken.
De lokale driehoek is het overleg tussen de burgemeester, teamchef van de politie LeidschendamVoorburg en de gebiedsofficier (Openbaar Ministerie). Dit overleg vindt alleen nog plaats voor specifieke lokale cases. De beleidszaken en operationele zaken worden in het districtscollege besproken.
In het Veiligheidshuis Haaglanden werken de strafrechtpartners, zorgpartners en gemeenten samen op casus- en gezinsniveau aan de veiligheid. Elke gemeente heeft daarnaast een lokale kamer waarin de lokale partners participeren. Het Veiligheidshuis en de lokale kamer werken samen met de teams binnen de decentralisaties. Voor het Veiligheidshuis Haaglanden komen de burgemeesters tweemaal per jaar bijeen in het Periodiek Overleg van Bestuurders om de jaarstukken te bespreken en vast te stellen. Op ambtelijk niveau komen de beleidsmedewerkers openbare orde en veiligheid structureel bijeen om de lopende zaken te bespreken.
Het districtscollege is het overleg tussen burgemeesters van het betreffende district, de districtschef en de gebiedsofficier (Openbaar Ministerie). Hierin vindt afstemming over bovenlokale veiligheidsvraagstukken plaats, inzet van het flexteam van de politie en worden operationele onderwerpen (veiligheidsontwikkelingen en politieprestaties) besproken. Daarnaast vindt er een prioritering, planning en afstemming plaats ten behoeve van inzet politie, gemeente en Openbaar Ministerie op het niveau van het district. Leidschendam-Voorburg zit in het district Zoetermeer/Leidschendam-Voorburg met de gemeenten Zoetermeer, Pijnacker-Nootdorp en Wassenaar.
In het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) werken lokale, regionale en landelijke overheden samen. Door deze samenwerking wordt het mogelijk om criminele organisatiestructuren bloot te leggen en aan te pakken. Binnen het RIEC werken onder andere het Openbaar Ministerie, politie, Belastingdienst, Douane, Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst (FIOD) en de Koninklijke Marechaussee samen. Het RIEC adviseert de gemeente op het gebied van BIBOB en handhavingsknelpunten. Binnen de gemeente Leidschendam-Voorburg is een lokaal RIEC overleg actief. Hierin worden de lokale signalen en knelpunten besproken en aangepakt.
Het Regionaal Bestuurlijk Overleg is het overleg tussen de burgemeesters van de gemeenten binnen de eenheid Den Haag, de politie en het Openbaar Ministerie. Hierin komen onder andere de volgende onderwerpen aan bod; vaststelling van het regionaal beleidsplan, beheerstaken van de politie en regionale samenwerking.
In de Veiligheidsregio Haaglanden wordt de veiligheidszorg op het gebied van brandweer, rampenbestrijding en crisisbeheersing en geneeskundige hulpverlening gebundeld in een gemeenschappelijke regeling. Bestuurders komen bijeen in een dagelijks bestuur en een algemeen bestuur waar de besluitvorming ook plaatsvindt (eventueel met tussenkomst van de negen gemeenteraden).
De veiligheidscoördinator is primair verantwoordelijk voor de ambtelijke regie (samen met het managementteam en de gemeentesecretaris). Hij heeft een belangrijke coördinerende en aanjagende rol bij de uitvoering van de diverse acties. De veiligheidscoördinator vormt het aanspreekpunt voor de afdelingshoofden, trekkers van acties, andere medewerkers en externe partners waar het gaat om ondersteuning bij hun taken op het terrein van veiligheid. Daarnaast initieert en/of participeert de veiligheidscoördinator in projecten, onderhoud hij de interne en externe contacten, bewaakt de voortgang en vastlegging van veiligheidsbeleid en volgt de landelijke en regionale ontwikkelingen. Andere medewerkers binnen diverse afdelingen: het veiligheidsterrein is veelomvattend en divers. Diverse inhoudelijke veiligheidsonderwerpen zijn belegd bij verschillende onderdelen van de gemeentelijke organisatie. Gedacht kan worden aan het terrein van welzijn, verkeersveiligheid, milieu en bouwveiligheid. De afdelingen zijn verantwoordelijk voor de veiligheid binnen hun eigen beleidsterrein en
Binnen het project woninginbraken is er een werk- en regiegroep. Binnen de regiegroep. Worden de ontwikkelingen gevolgd op het gebeid van woninginbraken binnen Leidschendam-Voorburg en de aanpak van de hotspots van woninginbraken in het bijzonder. De regiegroep bespreekt eventuele (financiële) knelpunten, monitort en evalueert de genomen maatregelen. De werkgroep formuleert preventieve (investerings)maatregelen op beïnvloedbare aspecten voor de situationele aanpak (wooncomplex en openbare ruimte) van woninginbraken op de hotspots. Over de voortgang van de opgenomen activiteiten wordt periodiek gerapporteerd aan de regiegroep woninginbraken.
Beleidsdoelstellingen
JAARACTIEPROGRAMMA VEILIGHEID 2015 1. Klanten en partners 1. Het aantal woninginbraken valt niet hoger uit dan het aantal inbraken in 2014 2. Het aantal fietsdiefstallen wordt teruggebracht tot het niveau van 2010 (282 aangiften) 3. Op het gebied van brandveiligheid willen we een toename van de bewustwording en preventieve maatregelen bij risicogroepen 4. Het aantal diefstallen uit/vanaf voertuig wordt teruggebracht tot het niveau van 2010 (326 aangiften) 5. Het aantal meldingen jeugdoverlast valt niet hoger dan 600 per jaar. Daarnaast blijft het aantal criminele jeugdgroepen op 0 staan 1. Klanten en partners 1. Woninginbraak (1.1) - Verder uitvoering geven aan de integrale hotspotgerichte aanpak van woninginbraken: - Bewonersbijeenkomsten - Verschillende activiteiten om woninginbraken onder de aandacht te brengen, zoals licht acties, voetjesacties - Communicatiecampagne rondom zomerperiode - Donkere dagen offensief - Inzet van besmettingsbrieven en Burgernet
Aanpak 2015
2. Fietsdiefstal (1.2) - Uitvoering geven aan het pva fietsdiefstal - Deelname fietsdiefstalweken - Hotspotgerichte aanpak (extra fietsnietjes, snoeien groenvoorziening, verlichting en lokfietsen) 3. Brandveiligheid (1.3) - In samenwerking met brandweer, politie en woningbouwcorporaties opstellen van een integrale aanpak brandveiligheid - Uitvoering geven aan ‘Actieprogramma Brandveilig Leven’ met speciale aandacht voor risicogroepen (ouderen, lage inkomensgroepen en kinderen): - Voorlichtingsbijeenkomsten - Huisbezoeken/rookmeldersacties - Nazorg na incidenten - Horecabezoeken 4. Diefstal uit/vanaf voertuig (1.4) - Het onder de aandacht brengen van het risico op diefstallen uit/vanaf voertuigen d.m.v.: attentieborden en flyeracties - Inzet van een lok-auto - Schouwen van mogelijke hotspots en treffen van maatregelen (snoeien groenvoorziening en extra verlichting) 5. Jeugdoverlast en –criminaliteit (1.5 en 4.3) - Persoonsgerichte aanpak in lokale kamer en Veiligheidshuis Haaglanden - Actie n.a.v. overlastmeldingen in JOSO, inzet van jongerenwerk en nieuwe locaties Dobbelaan en Fransstraat - Samenwerking tussen veiligheid en de decentralisatieteams - Met de partners evalueren van ‘Veilige School Convenant’ - In samenwerking met de VO scholen inventariseren van activiteiten t.b.v. het tegengaan van grooming en sexting
2. Intern
3. Maatschappij
1. Een verhoging van de bewustwording van risico’s van ondermijning door externe partijen
1. Ouderen zijn en voelen zich veilig in de gemeente 2. Buurtpreventieteams zijn als instrument ingezet t.b.v. de realisering van de beleidsdoelstellingen 3. Beschikken over een aanpak van radicaliseringsproblematiek 4. Alle gesignaleerde misstanden op het gebied van ondermijning worden aangepakt
1. 2. 3. 4. 5.
2. Intern
3. Maatschappij
1. Ondermijning (2.1/3.4/4.5) - Uitvoering geven aan het lokaal overleg - Integraal bespreken van signalen en knelpunten - Aanpakken van casussen - Samenwerking met het RIEC (strafrechtelijk, bestuursrechtelijk en fiscale aanpak) - Inzet van preventieve maatregelen zoals Wet BIBOB - Onderzoeken van de mogelijkheden vanuit het regionaal inkoop- en aanbestedingsbureau om ondermijning bij de inkoop van zorg tegen te gaan - Opzetten lokale aanpak hennepkwekerijen a.d.h.v. districtelijke plan van aanpak hennepkwekerijen - Opstellen plan van aanpak illegale massagesalons
1. Ouderen en veiligheid (3.1) - In samenwerking met ketenpartners bekijken of en waarop ouderen vaker slachtoffer worden - Op basis van de bevindingen het opstellen van een integrale aanpak - Inzichtelijk maken van de kosten - Opstellen van een doelstelling op basis van de analyses
2. Buurtpreventie (3.2) - In afstemming met de buurtpreventieteams wordt een notitie buurtpreventie opgesteld: - BPT’s worden vroeg betrokken bij relevante veiligheidsprojecten om te bekijken of en wat hun rol kan zijn - Inzet van de BPT’s wordt bij brandveiligheid wordt verkend - Uitvoeren van een communicatiecampagne met als doel: werven van meer buurtpreventen en het verhogen van het aantal wijken met een BPT 3. Radicalisering (3.3) - Het in samenwerking met interne en externe partners opstellen van een notitie radicalisering - Aandacht aan het beheren en uitbreiden van een netwerk om signalen effectief en efficiënt te kunnen delen - Organiseren van netwerkbijeenkomst radicalisering om bewustwording te verhogen en een netwerk op te bouwen/ te verstevigen
4. Regionale samenwerking en landelijke ontwikkelingen 1. Crisisbeheersing (4.1/4.2) - Sleutelrollen binnen de crisisorganisatie worden regionaal op piket gezet - Implementatietraject voor regionale crisisfunctionarissen: - trainingen, benodigde apparatuur (pager e.d.) - Eerste achtervang wordt georganiseerd met Wassenaar - Wassenaar en wij geven elkaar als eerste achtervang bij incidenten - Naar aanleiding van de regionale veranderingen worden de lokale werkprocessen aangepast - Bekend maken en beoefenen van aangepaste werkprocessen bij/met de lokale crisisfunctionarissen - Afspraken maken met lokale partners zoals Raad van Kerken en de woningcorporaties - Opzetten van een processchema aanpak van niet GRIPincidenten/crises en incidenten waarbij de crisisbeheersingsstructuur niet wordt gebruikt
2. District Zoetermeer/ LeidschendamVoorburg (4.4 en 4.5) - Het volgen van de ontwikkelingen op het gebied van veiligheid - Aandacht voor en het concreter maken van regionale prioriteiten/aanpakken op hoofdlijnen - Het in districtsverband opzetten van integrale aanpakken
4. Regionale samenwerking en landelijke ontwikkelingen Regionale samenwerking binnen de VRH/Oranje Kolom Regionale samenwerking op sleutelrollen voor de crisisbeheersing Koppeling tussen de 3D’s, veiligheid en ondermijning Verder vorm geven aan de samenwerking in districtsverband Lokale aanpak hennepkwekerijen n.a.v. de districtelijke aanpak 8. Leiderschap 2015
1. Algemene boodschap Bij buurtbijeenkomsten, regionale en lokale overleggen uitdragen van de algemene boodschap veiligheidsbeleid als inleiding zoals opgenomen in het veld leiderschap in het beleidsplan 2. Woninginbraken (1.1) Het uitdragen van het belang van de aanpak en de rol van verschillende partijen bij themabijeenkomsten en in de regiegroep door burgemeester, teamchef politie en trekker woninginbraken. Burgemeester en trekker zijn aanjager om het draagvlak bij partners te vergroten/creëren om mee te werken aan het tegengaan van woninginbraken 3. Buurtpreventie (3.2) Burgemeester als ambassadeur voor buurtpreventie bij BPT bijeenkomsten, andere buurtbijeenkomsten en bij de communicatiecampagne 4. Ouderen veiligheid (3.1) Het door de burgemeester uitdragen van het belang bij ketenpartners om gezamenlijk te onderzoeken of en waaruit de problematiek uit bestaat en op basis daarvan gezamenlijk een integrale aanpak opstellen
9. Budget voor activiteiten 2015 Woninginbraak Fietsdiefstal Brandveiligheid Diefstal uit/vanaf voertuig Jeugdoverlast (lokale kamer) Veiligheidshuis Grooming en sexting Ondermijning Ouderen en veiligheid Buurtpreventie Radicalisering Crisisbeheersing
€ 5.000,€ 5.000,Bijdrage VRH € 5.000,€ 150.000,€ 22.300,€ 0,€ 0,Aanvraag in kadernota € 30.000,€ 0,€ 35.000,-
6. Bijlagen In de bijlagen zijn de volgende paragrafen opgenomen: 1. Toelichting van de in het Jaaractieprogramma 2015 opgenomen activiteiten 2. Lijst met bestaande activiteiten 3. Lijst met regionale prioriteiten 6.1 Toelichting activiteiten 2015 Nummer 1.1 Onderwerp Woninginbraken Trekker Raoul Verbrugge Doelstelling Het aantal woninginbraken valt niet hoger uit dan het aantal inbraken in 2014 Toelichting In 2015 wordt wederom uitvoering gegeven aan de integrale hotspotgerichte aanpak van woninginbraken. Op basis van een hotspotanalyse wordt in regie- en werkgroepsverband besproken welke maatregelen worden ingezet. Daarnaast worden de volgende activiteiten uitgevoerd: - Er wordt een bijeenkomst voor de inwoners van Oud-Voorburg georganiseerd met als thema het pilot Veilig Wonen Scan. Hierin kunnen bewoners zich aanmelden voor een gratis woningscan - Januari t/m maart 2015 wordt door inzet van vrijwillige politie in de donkere maanden drie maal per week 2 uur een licht actie gehouden - In mei wordt door de politie de zogenoemde ‘voetjesactie’ gehouden. Hierin worden bewoners gewaarschuwd voor insluiping in de woning door inbrekers. - In juni/juli vindt er een communicatiecampagne plaats waarin inwoners worden opgeroepen om preventieve maatregelen te treffen tegen woninginbraak gedurende de vakantieperiode - Van oktober tot maart 2016 staat de zogenoemde ‘donkere dagen offensief’ gepland met onder andere inzet van tekst-aanhangwagens, posteractie en driehoeksborden. Het huidige plan voor de donkere dagen offensief wordt voor de situatie in 2015 geactualiseerd - De hotspotsurveillance wordt weer toegepast; op de hotspots, hottimes surveilleren door politie en Gemeente Leidschendam-Voorburg - Als de ontwikkelingen van de politiecijfers daartoe aanleiding geven wordt (waar mogelijk) in overleg met het betreffende buurtpreventieteam een wijkbijeenkomst georganiseerd - Besmettingsbrieven worden ingezet om mensen te waarschuwen en op te roepen om preventieve maatregelen te treffen wanneer sprake is van een toename van het aantal woninginbraken in een bepaalde straat of wijk. Betrokken Handhaving & Veiligheid, Stadsbeheer, Politie, Openbaar Ministerie, Communicatie partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling Toelichting
Betrokken partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling
1.2 Fietsdiefstal Hilde van Zon Het aantal fietsdiefstallen wordt teruggebracht tot het niveau van 2010 (282 aangiften) In 2015 wordt verder uitvoering gegeven aan de al ingezette integrale ketenaanpak. Hotspots worden in beeld gebracht, deze worden geschouwd en op de problemen worden daar waar mogelijk maatregelen getroffen. Te denken valt aan de herinrichting van de fietsenstallingen rondom stations Leidschendam-Voorburg en Voorburg ’t Loo, het snoeien van groenvoorziening, het verbeteren van de verlichting en het inzetten van lokfietsen. Maar ook ontvangt de fietser bij de hotspots preventietips. Ook wordt dit jaar deelgenomen aan de fietsdiefstalweken waarin mensen hun fiets kunnen graveren en waarin aandacht wordt gevraagd voor het goed stallen van de fiets (aan een vast voorwerp). Handhaving & Veiligheid, Stadsbeheer, Ruimtelijke Ontwikkelingen, Communicatie, Politie
1.3 Brandveiligheid Hilde van Zon Op het gebied van brandveiligheid willen we een toename van de bewustwording en
Toelichting
Betrokken partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling Toelichting
Betrokken partijen Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling
Toelichting
preventieve maatregelen bij risicogroepen In samenwerking met de brandweer, politie en woningbouwcorporaties wordt in 2015 een integrale aanpak opgesteld. Hierin wordt beschreven wat de komende jaren in gezamenlijkheid wordt opgepakt. Vooral wordt aandacht geschonken aan de risicogroepen ouderen, lage inkomensgroepen en kinderen (op dit thema ligt een raakvlak met het thema ouderen en veiligheid). Daarnaast wordt in 2015 door de brandweer uitvoering gegeven aan het ‘Actieprogramma Brandveilig Leven’. Ook hierin wordt extra aandacht geschonken aan de risicogroepen. Activiteiten als voorlichtingsbijeenkomsten, huisbezoeken, rookmeldersacties, nazorg na incidenten en horecabezoeken vallen onder dit actieprogramma. Ook wordt in overleg met de brandweer en de buurtpreventieteams bekeken naar de mogelijkheden om de buurtpreventieteams te betrekken bij het thema brandveiligheid. Handhaving & Veiligheid, Brandweer, Politie, Woningbouwcorporaties, Communicatie
1.4 Diefstal uit/vanaf voertuig Raoul Verbrugge Het aantal diefstallen uit/vanaf voertuig wordt teruggebracht tot het niveau van 2010 (326 aangiften) De ontwikkelingen op dit thema worden in de gaten gehouden. De afgelopen jaren werd dit delict verspreid door de gehele gemeente voltrokken. Hierdoor waren er niet direct hotspots aan te wijzen. Mocht dit tussentijds veranderen wordt een hotspotaanpak opgezet. Gemeentebreed wordt aandacht gevraagd aan dit veiligheidsthema door het plaatsen van attentieborden ‘Let op: Autokraker zoekt buit’. Ondanks dat er nog geen hotspots zijn worden deze borden wel geplaatst waar op dat moment een aantal diefstallen zijn geweest. Naast de attentieborden wordt in samenwerking met het voortgezet onderwijs in de wijk geflyerd door leerlingen. Deze acties worden regelmatig herhaald en daarbij wordt ook de samenwerking met de buurtpreventieteams gezocht. Naast deze acties om aandacht te vragen voor dit thema wordt er ook een popnagelactie georganiseerd waarin mensen hun nummerplaat goed kunnen laten vastzetten om diefstal van de nummerplaat te voorkomen. Ook wordt daar waar nodig (gezien vanuit veiligheid) extra gesnoeid van de groenvoorziening om donkere plekken te voorkomen. Als laatste wordt ook dadergericht gewerkt door de inzet van een lok-auto en surveillance. Handhaving & Veiligheid, Politie, Communicatie, Buurtpreventie, Voortgezet Onderwijs
1.5 Jeugdoverlast en -criminaliteit Alie van der Ark 1. Het aantal meldingen jeugdoverlast valt niet hoger uit dan 600 per jaar. Daarnaast blijft het aantal criminele jeugdgroepen op 0 staan. 2. Koppeling tussen de 3 D’s, veiligheid en ondermijning Op het gebied van jeugd worden vele instrumenten ingezet. Zo wordt er persoons- en gezinsgericht een aanpak opgesteld in de lokale kamer of het Veiligheidshuis Haaglanden. In de lokale kamer en het Veiligheidshuis werken strafrechtelijke, bestuursrechtelijke en zorgpartners samen om overlast en criminaliteit te verminderen/tegen te gaan. Vanuit de lokale kamer en het Veiligheidshuis worden personen besproken, maar deze personen kunnen ook in beeld zijn bij een van de decentralisatieteams. Tussen beide gremia moet samengewerkt worden om te voorkomen dat personen/gezinnen/gezinsleden op verschillende plekken behandeld worden. Afgelopen jaar is de samenwerking op papier gezet. In 2015 wordt deze samenwerking getest. In het Jeugd Op Straat Overleg (JOSO) worden de overlastmeldingen van groepen jeugd besproken, wordt contact gezocht met de melder en worden zo nodig de interventies bepaald en de uitvoering ervan gemonitord. Daarnaast wordt om jeugdoverlast tegen te gaan nieuwe locaties in gebruik genomen (Dobbelaan en Fransstraat) en wordt jongerenwerk ingezet. Met de partners van het ‘Veilige School Convenant’ wordt het convenant geëvalueerd.
Betrokken partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling
Toelichting
Betrokken partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling Toelichting
Betrokken partijen
Daarnaast wordt in samenwerking met de VO scholen geïnventariseerd wat voor maatregelen er getroffen kunnen worden ten behoeve van het tegenaan van grooming en sexting of het bij de leerlingen bekend maken van de risico’s. Bij grooming gaat het om het via sociale media in contact komen met mensen –zoals loverboys of digitale kinderlokkers- met het doel om misbruik te maken van het kind. Sexting is het verspreiden of delen van seksueel getinte foto’s of berichten via mobiele telefoons of het internet. Sociaal Maatschappelijke Ontwikkelingen, Handhaving & Veiligheid, Politie, Openbaar Ministerie, Veiligheidshuis, zorgpartners, decentralisatieteams, Reclassering, Jongerenwerk
2.1 Ondermijning Raoul Verbrugge 1. Een verhoging van de bewustwording van risico’s van ondermijning door externe partijen 2. Koppeling tussen de 3D’s, veiligheid en ondermijning Ondermijning is een veiligheidsthema dat niet op de voorgrond treedt qua zichtbaarheid. Dit is ook gelijk een onderdeel van de aanpak van ondermijning. In 2015 wordt daarom verder uitvoering gegeven aan het lokaal RIEC overleg. In dit zitten de volgende partijen: Handhaving en Veiligheid, Klant Contact Centrum, Werk en Inkomen, Ruimtelijke Ontwikkeling, Belastingdienst, Openbaar Ministerie, Politie en het RIEC. In dit overleg worden signalen van mogelijke casussen besproken. Daarnaast wordt indien zich een casus zich voordoet dit vanuit het lokaal RIEC overleg integraal aangepakt (strafrechtelijk, bestuursrechtelijk en fiscaal). Daarin wordt de samenwerking met het RIEC gezocht. Daarnaast wordt de Wet BIBOB ingezet op het preventieve vlak. In 2015 zal vanuit de afdeling Bedrijfsvoering in werkgroepverband worden verkend of en op welke wijze het instrument vanuit de gemeente breder kan worden ingezet dan tot op heden het geval is. In deze werkgroep zijn vertegenwoordigers vanuit verschillende afdelingen betrokken. Onderzocht wordt in hoeverre het Klant Contact Centrum al bekend is met de signalen van ondermijning. Op basis van de resultaten kan een zo nodig een training worden georganiseerd. Afgelopen jaar is in districtsverband (Zoetermeer, Pijnacker-Nootdorp, Wassenaar en Leidschendam-Voorburg) een integrale aanpak van hennepkwekerijen opgesteld. Op basis van dit plan wordt lokaal met de partners een aanpak opgezet. Ondermijning kan ook spelen bij de inkoop van zorgtrajecten naar aanleiding van de decentralisaties. Onderzocht wordt of vanuit het regionaal inkoop- en aanbestedingsbureau maatregelen getroffen kunnen worden om dit tegen te gaan. Als laatste ontvangen we signalen malafide praktijken in massagesalons. Naar aanleiding van de aanpak van de gemeente Den Haag verplaatst dit probleem zich naar andere gemeenten. Om die reden wordt dit jaar een aanpak van illegale massagesalons opgesteld. Handhaving & Veiligheid, Politie, RIEC, Klant Contact Centrum, Ruimtelijke Ontwikkeling, Werk & Inkomen, Openbaar Ministerie, Belastingdienst
3.1 Ouderen en veiligheid Raoul Verbrugge Ouderen zijn en voelen zich veilig in de gemeente In 2015 richten we ons samen met de ketenpartners op het thema ouderen en veiligheid. Dit thema staat los van specifieke criminaliteitsdelicten en risico’s maar wordt benaderd vanuit het slachtofferschap van deze kwetsbare groep. Met de ketenpartners – zoals politie, brandweer, participatieraad, zorgpartners - eerst op het in inzicht krijgen van de problematiek omtrent ouderen en veiligheid. Op basis van dat beeld wordt integraal bekeken wat daaraan gedaan kan worden en op welke wijze daaraan vorm wordt gegeven. Ook worden daarin de kosten meegenomen. Handhaving & Veiligheid, Sociaal Maatschappelijke Ontwikkelingen, Politie, Brandweer, Participatieraad, Burgers, zorgpartijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling Toelichting
Betrokken partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling Toelichting
Betrokken partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling Toelichting
3.2 Buurtpreventie Hilde van Zon Buurtpreventieteams zijn als instrument ingezet t.b.v. de realisering van de beleidsdoelstellingen Voor het onderwerp buurtpreventie wordt dit jaar samen met de buurtpreventieteams een notitie buurtpreventie opgesteld. Hierin proberen we op een zo goed mogelijke wijze de buurtpreventieteams te faciliteren en te ondersteunen door themabijeenkomsten te organiseren en bijeenkomsten waarin de verschillende teams ervaringen onderling kunnen delen. Ook wordt dit jaar een communicatiecampagne gestart met als doel; het werven van meer buurtpreventen en het verhogen van het aantal buurtpreventieteams. Vanuit zowel de brandweer als de buurtpreventieteams zelf is de vraag naar voren gekomen om iets te doen met brandveiligheid. Dit jaar wordt onderzocht op welke wijze de buurtpreventieteams een bijdrage kunnen leveren aan het thema brandveiligheid. Handhaving en Veiligheid, Buurtpreventieteams, Politie, Brandweer, Woningbouwcorporaties, Stichting Duivenvoorde, Communicatie, Stadsbeheer
3.3 Radicalisering Alie van der Ark Beschikken over een aanpak van radicaliseringsproblematiek In samenwerking met de interne en externe partijen - zoals politie, Openbaar Ministerie, raad van kerken, Stichting Eenheid en anderen – wordt een notitie radicalisering opgesteld. Hierin wordt aangegeven welke stappen/activiteiten worden uitgevoerd om radicalisering tegen te gaan. In maart wordt een netwerkbijeenkomst georganiseerd waarin alle (lokale) partners worden uitgenodigd. Het doel van de bijeenkomst is om de bewustwording te verhogen en om een netwerk op te bouwen/te verstevigen. Ook worden er twee functionarissen aangewezen als vertrouwenspersoon radicalisering. Bij hen kunnen signalen van radicalisering worden gedeeld. Alle lokale kamer partners
4.1 Crisisbeheersing Wouter Arends 1. Regionale samenwerking binnen de VRH/Oranje Kolom 2. Regionale samenwerking op sleutelrollen voor de crisisbeheersing Binnen de crisisbeheersing dragen gemeenten zorg voor de bevolkingszorg. Elke gemeente heeft een (lokale) crisisbeheersingsorganisatie. Naar aanleiding van de Wet op de Veiligheidsregio’s is in regionaal verband (Veiligheidsregio Haaglanden) een regionale crisisstructuur neergezet waardoor de negen Haaglandse gemeenten op hoofdlijnen dezelfde crisisbeheersingsorganisatie hebben. Voor functionarissen binnen de crisisbeheersingsorganisatie is het lastig ervaring opdoen omdat –gelukkig- crises zich niet vaak voordoen. Daarnaast vult elke gemeente haar eigen crisisbeheersingsorganisatie. Om een efficiëntere en effectievere organisatie te hebben is in 2014 gestart met het organiseren van een regionale invulling op gemeentelijke crisisbeheersingsrollen. Het gaat hierbij om rollen vanuit de hoofdstructuur en communicatie. Op dit moment loopt de regionale werving hiervoor. Als dat afgerond is start de implementatie. Lokaal moeten de werkprocessen worden aangepast aan de regionale ontwikkelingen en bekend gemaakt worden aan de functionarissen van de lokale crisisbeheersingsorganisatie. De regionale veranderingen worden ook meegenomen in de trainingen. Met de gemeente Wassenaar zijn eind 2014 afspraken gemaakt omtrent samenwerking. Afgesproken is dat aan elkaar in eerste instantie bijstand wordt verleend bij incidenten. Hiervoor worden de werkprocessen nader op elkaar afgestemd. Vervolgens worden deze werkprocessen en samenwerking getest door middel van een oefening. Daarnaast worden lokaal afspraken gemaakt met andere partners dan de traditionele crisispartners. Met de Raad van kerken worden afspraken gemaakt wanneer en op welke
Betrokken partijen
Nummer Onderwerp Trekker Doelstelling Toelichting
Betrokken partijen
wijze zij kunnen ondersteunen bij opvang bijvoorbeeld. Met de woningcorporaties worden ook nadere afspraken gemaakt over samenwerking. Tot slot wordt een processchema opgesteld om ook niet GRIP-incidenten/crises het hoofd te kunnen bieden. Niet elk incident of GRIP-incident wordt de crisisbeheersingsorganisatie ingezet, maar is coördinatie wel gewenst. Voor die gevallen wordt een processchema opgesteld. Veiligheidsregio Haaglanden, Bureau Gemeentelijke Crisisbeheersing, 9 gemeenten binnen Haaglanden, Raad van kerken, Woningcorporaties
4.2 District Zoetermeer/Leidschendam-Voorburg Wouter Arends Verder vorm geven aan de samenwerking in districtsverband Met de komst van de Nationale Politie wordt samengewerkt in districtsverband. Er is geen lokale driehoek meer (alleen bij lokale casuïstiek) en de voormalig driehoeksbesluiten worden genomen in het districtscollege. Leidschendam-Voorburg zit in het district Zoetermeer/Leidschendam-Voorburg samen met Zoetermeer, Pijnacker-Nootdorp en Wassenaar. Naast de gemeenten zit het openbaar ministerie en de districtschef van de politie in het districtscollege. In het districtscollege worden de ontwikkelingen op het gebied van veiligheid gevolgd en besproken. Gezamenlijk wordt besloten waar aandacht aan geschonken moet worden. Daarnaast wordt in het district de regionale prioriteiten/aanpakken op hoofdlijnen verder geconcretiseerd. Zo wordt onder andere dit jaar aandacht geschonken aan georganiseerde ondermijnende criminaliteit. Gemeenten Zoetermeer, Pijnacker-Nootdorp, Wassenaar, Politie, Openbaar Ministerie, RIEC, Regionaal Bestuurlijk Overleg, Handhaving & Veiligheid
6.2 Bestaande activiteiten Nr. Veiligheidsthema’s 1 Overlast tussen bewoners/botsende leefstijlen 2
Verloedering/kwaliteit woonomgeving
3 4
Onveiligheidsgevoelens Huiselijk geweld
5
Geweld op straat
6
Woninginbraak
7
Voertuigcriminaliteit
8 9
Drugs- en alcoholoverlast Nazorg ex-gedetineerden
10
Veilige jaarwisseling
11
Veiligheid in winkelcentra
12 13
Uitgaan/horeca Evenementen
14
Jeugd en alcohol
15
Veilig in en om school
16
12-minners
17
Crisisbeheersing
Acties Uitvoeren project buurtbemiddeling Plan van aanpak tegengaan vernielingen tijdens jaarwisseling Richtlijnen voor vreugdevuren Frequent onderhoud aan JOP's Afdeling Wijkbeheer ‘ogen en oren in de wijk’ Project Bovenveen Burgernet Buurtpreventie Protocol huiselijk geweld Wet op de Meldcode Haaglandse aanpak Handhavingconvenant HTM Geprioriteerde repressieve aanpak bij constatering Politiekeurmerk Veilig Wonen ZIP (zorg inbraak pakket) Schouw geparkeerde voertuigen (preventie envelop) Politiekeurmerk Veilig Wonen (veilige omgeving) Alcoholverbod gebieden Nazorgplan ex-gedetineerden Project Bestuurlijke Informatie Justiabelen Project jaarwisseling Richtlijnen voor vreugdevuren Keurmerk Veilig Ondernemen Verkeerscontroles rond winkelcentra Gezamenlijk appél voor particuliere bewakingsdienst, vervoersmaatschappijen en politie Zichtbare aanwezigheid politie Regionaal evenementenkalender Veiligheidsplan bij de grotere evenementen Evenementenuitvoeringsplan Alcoholverbod voor aantal JOP's Surveillance indrinkplaatsen Schoolwijkagent Verkeerscontroles rond scholen Convenant sociale veiligheid in en rond school Uitvoering Leerplichtwet Aanpak volgens protocol 12-minners Beheren risicokaart (externe veiligheid) Risicocommunicatie regio Regionaal risicoprofiel, beleidsplan en crisisplan Lokaal opleidings- en oefenplan crisisbeheersing
6.3 Regionale prioriteiten Binnen de eenheid Den Haag (bestaande uit 34 gemeenten vanuit de Veiligheidsregio’s Haaglanden en HollandsMidden, het Openbaar Ministerie en de Politie eenheid Den Haag) is een regionaal Beleidsplan 2015 – 2018 opgesteld. De gezamenlijke missie is; ‘’In het werkgebied van de regionale eenheid Den Haag werken gemeenten, Openbaar Ministerie en politie samen met hun ketenpartners en burgers aan Veiligheid en Vertrouwen’’. De veiligheidspartners (gemeenten, politie en OM) dragen elk hun eigen specifieke verantwoordelijkheid en positie bij aan de realisatie van de gezamenlijke doelen. De gemeenten voeren de regie op het lokale veiligheidsbeleid; gemeenten hebben de taak om ‘’lokale daadkracht’’ binnen het veiligheidsnetwerk te organiseren. Door de werelden van gezin, school en straat met elkaar te verbinden, kunnen veiligheidsproblemen effectief en bij de oorsprong worden aangepakt. Gezamenlijk stellen we ons ten doel om te doen wat nodig is in de aanpak van onveiligheid. Als er keuzes gemaakt moeten worden, wordt voorrang gegeven aan de problemen die de burger het meest raken. De kracht van de veiligheidssturing ligt in de ‘’bottum-up’’ benadering; beginnend bij de problemen in wijken en buurten. De gezamenlijke prioriteiten op regionaal niveau betreffen veiligheidsvraagstukken die in meerdere gemeenten spelen, waarop een gezamenlijk integrale aanpak noodzakelijk is en waarvoor bestuurlijk draagvlak aanwezig is om hierover op regionaal niveau afspraken te maken. Voor het regionaal beleidsplan 2015 – 2018 gaat het om de volgende prioriteiten: -
Geweld Woninginbraken Jeugdoverlast en –criminaliteit Ondermijning Overlast en maatschappelijke overlast
Landelijke veiligheidsagenda Naast de regionale prioriteiten wordt invulling gegeven aan de landelijke veiligheidsagenda, die gezamenlijk is opgesteld door de minister van Veiligheid & Justitie, de regioburgemeesters en het College van procureurs-generaal. Deze prioriteiten richten zich op de aanpak van maatschappelijke veiligheidsproblemen die zowel op landelijk als lokaal niveau spelen en waar afstemming op landelijk niveau nodig is voor een zo optimaal mogelijk resultaat. Een aantal regionale prioriteiten zijn ook opgenomen in de landelijke veiligheidsagenda. De volgende thema’s zijn opgenomen: -
Ondermijnende criminaliteit Cybercrime (horizontale) fraude Kinderporno High impact crimes en de aanpak van jeugdcriminaliteit
De gemeenschappelijke veiligheidsagenda geeft per thema een beschrijving van het probleem, de focus van de aanpak, de doelstelling, de beleidsdoelstelling voor de politie en de bijdragen van de partners. De afspraken zijn gemaakt vanuit het besef dat gezamenlijk verantwoordelijk wordt gedragen en men onderling afhankelijk is van elkaar voor een succesvolle aanpak van de veiligheidsproblemen in Nederland. Vanuit deze rollen en verantwoordelijkheid wordt gewerkt aan de uitvoering van de veiligheidsagenda. De onderwerpen op de gemeenschappelijke veiligheidsagenda komen grotendeels overeen met de gezamenlijke prioriteiten op regionaal niveau. De gezamenlijke veiligheidsagenda en de prioriteiten op regionaal en lokaal niveau zijn complementair. De realisatie van de landelijke beleidsdoelstellingen mag dus niet ten koste gaan van de lokale en regionale prioriteiten.
Voor de lokale prioriteiten die ook in het regionale beleidsplan zijn opgenomen geldt dat de samenwerking gezocht wordt binnen de regio. Op het gebied van woninginbraken is anderhalf jaar geleden een regionale aanpak op hoofdlijnen opgesteld. De aanpak die in Leidschendam-Voorburg wordt gehanteerd was hiervoor onder andere een leidraad. Voor de andere thema’s worden op regionaal niveau kaders of best practices opgesteld welke districtelijk en of lokaal geïmplementeerd kunnen worden als dat thema ook lokaal speelt.
Regionale activiteiten per prioriteit voor de komende vier jaar Regionale activiteiten geweld 2015-2018 Algemeen 1 Gezamenlijke, regionale publieks/voorlichtingscampagne op specifieke thema’s 2 Uitwisseling kennis en ervaringen t.a.v. burgerparticipatie via het RSIV 3 Delen van betekenis/meerwaarde en benutten nieuwe wetgeving (Wet MBVEO, DHW, Wet Middelentest, etc) via het RSIV Overvallen en straatroof 4 Uitvoeren gezamenlijk actieprogramma (donkere dagen offensief) 5 Uitwisseling en uitrol best-practices rond vergroting heterdaadkracht via het RSIV 6 Evaluatie en eventuele actualisatie van het model (oud Hgl) voor de gemeentelijke nazorg Geweld rond uitgaan 7 Opstellen van een regionaal kader uitgaansgeweld, ondersteund door het RSIV 8 Maken van regionale afspraken over de inzet van camera’s en de daarmee gemoeide kosten 9 Uitwisseling van ervaringen, aanpak en resultaten ‘’Veilig stappen’’ via het RSIV Huiselijk geweld en kindermishandeling 10 Doorontwikkeling ketenaanpak; een samenhangend aanbod van preventie, vroeg signalering, repressie, adequate opvang, hulpverlening en nazorg voor slachtoffers, plegers en omstanders. Benutting ZSM 11 Consequente toepassing Wet tijdelijk huisverbod (ook bij kindermishandeling en geweld tegen ouders/ouderen) 12 Vormgeven systeemgerichte manier van werken Geweld in maatschappelijk verkeer (Veilige Publieke Taak, Verkeersveiligheid, Geweld tegen LHBT’s, geweld en sport 13 Consequent melding maken en registreren van incidenten, stimuleren van een actief aangifte- en vervolgingsbeleid 14 Optimaliseren van de bekendheid, uitvoering en borging van protocollen Veilige Publieke Taak, via het RSIV 15 Uitwisseling van kennis en ervaring rond aanpak, delen van best-practices, via het RSIV 16 Werknemers toerusten op de werking van social media 17 Informatie-uitwisseling tussen partners en het organiseren van aanspreekpunten bij betrokken organisaties als het gaat om veiligheid in het OV, via het RSIV
1
2
3 4
Samenhang regionaal beleidsplan en lokale prioriteiten Voor sommige landelijke en regionale prioriteiten geldt dat hierin overlap zit in de lokale prioriteiten. Op hoofdthema’s gaat het hierbij om de prioriteiten woninginbraak, jeugdoverlast & jeugdcriminaliteit en ondermijning. Maar ook het onderwerp radicalisering is zowel een lokale als een regionale (deel)prioriteit. Die overlap in prioriteiten komt doordat veiligheidsproblemen niet gemeentegrens gebonden zijn en zich dus voordoen op meerdere niveaus.
5 6
Regionale activiteiten woninginbraak 2015-2018 Vormgeven van een integrale, probleemgerichte aanpak rond hotspots, hotshots / -goups, hottimes (conform the best of three worlds). Op basis van de plannen van aanpak die po districtsniveau zijn opgesteld, zal door het RSIV een toolkit woninginbraak worden ontwikkeld Bij een piek in het aantal woninginbraken worden door gemeenten, OM, politie en andere (in)direct betrokken (voorlichtings)activiteiten ontplooid, om burgers te stimuleren alert te zijn op hun woonomgeving, melding te doen van verontrustende situaties, preventiemaatregelen te treffen en deel te nemen aan burgeractiviteiten zoals buurtpreventieteams e.d. (ijzer smeden als het heet is) Gemeenten streven ernaar het percentage woningen met het KVW in hun gebied te verhogen. Concretisering van deze ambitie vindt plaats op lokaal niveau De politie zet in op het vergroten van de pakkans van daders van woninginbraken, o.a. door het vergroten van de heterdaadkracht door het gebruik van real time intelligence, social media, Burgernet en innovatieve toepassingen De politie doet onderzoek naar dadergroepen en hun methoden en stelt deze kennis, o./m. via het RSIV, ter beschikking aan de andere partners De politie organiseert minimaal twee keer per jaar een grootschalige interventie, gericht op mobiel banditisme
7
8
Mogelijke implementatie Digitaal Opkopersregister (DOR) in de eenheid Den Haag, op basis van de resultaten van de pilot in de gemeente Den Haag en bestuurlijke besluitvorming hieromtrent. De gemeenten spannen zich in om de gelegenheidsstructuur rond mobiel banditisme te doorbreken. Kennis en ervaringen hieromtrent worden regionaal uitgewisseld via het RSIV.
4 5
1
2
3 4
5
6
1 2 3 4
5
6
7 8
1
2
3
Regionale activiteiten jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit 2015-2018 Jaarlijks (minimaal) wordt het aantal problematische jeugdgroepen geïnventariseerd, zolang niet voorzien is in een dynamisch systeem dat recht doet aan het actuele beeld. In de lokale driehoek of het districtscollege wordt besloten over de prioritering. De politie voert Probleemgerichte (P-DGA) en een Tactische Dadergroepanalyses (T-DGA) uit op geprioriteerde jeugdgroepen en deelt deze informatie met de betrokken partners ten behoeve van de integrale aanpak Er wordt (landelijk) een nieuwe methodiek ontwikkeld om problematische jeugdgroepen in kaart te brengen Er wordt in de regio verder gewerkt aan het realiseren van een gedegen, sluitende ketenstructuur van waaruit de aanpak van hinderlijke, overlastgevende en criminele jongeren structureel wordt vormgegeven. Daarbij is sprake van een snelle en complete informatie-uitwisseling tussen de ketenpartners, heldere samenwerkingsverbanden en een adequate aansluiting op elkaars taken en bevoegdheden. Basis vormen de Veiligheidshuizen en lokale casusoverleggen Bredere toepassing Wet MBVEO. Veiligheidspartijen en ketenpartners maken afspraken over de informatie-uitwisseling voor dossieropbouw met het oog op het nemen van maatregelen op grond van deze wet Gemeenten voeren de in 2014 vastgestelde preventie- en handhavingsplannen Drank- en Horecawet uit. Waar mogelijk wordt samengewerkt in de uitvoering van de handhaving van de DHW en worden best-practices uitgewisseld (via het RSIV) Regionale activiteiten ondermijning 2015-2018 Algemeen Jaarlijks wordt een Bestuurlijke Criminaliteitsbeeldanalyse opgesteld door het RIEC, waarin steeds een ander thema wordt uitgediept Verbreding van de aanpak afpakken naar integraal afpakken (strafrechtelijk, fiscaal, bestuurlijk) Intensiever gebruik van de Wet Bibob bij het verlenen van vergunningen, toewijzen van subsidies en gunnen van aanbestedingen Vergroting van de awareness rond ondermijnende criminaliteit bij zoveel mogelijk spelers in het publieke domein, dus ook wijkagenten, Boa’s, bouw- en woningtoezicht, burgers, etc. OMG’s Voeren van een integrale aanpak tegen OMG’s. Onderzoeken en uitvoeren van bestuurlijke maatregelen om ride-outs en andere evenementen dor OMG’s te voorkomen Mensenhandel en prostitutie Opstellen regionaal handhavingsarrangement op het terrein van prostitutie en escortservices, ondersteund door het RSIV Hennepteelt Intensivering integrale aanpak hennepteelt Fraude Verder vormgeven en intensiveren integrale aanpak fraude Regionale activiteiten overlast en maatschappelijke onrust 2015-2018 Overlast Opstellen en proefdraaien met diverse modellen t.b.v. de intensivering va de samenwerking boa’s – politie, ondersteund door het RSIV Drugsgerelateerde overlast Regionale uitwisseling kennis, aanpak en ervaringen en verkenning evt. regionale aanpak, via het RSIV Hulpverlening GGZ/Verwarde personen Integraal vormgeven van de opvang van verwarde personen. Monitoring van ervaringen
6
7 8
9
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
met de OVP in Den Haag, onderzoek naar behoeften aan – en mogelijkheden van een dergelijke voorziening elders in de regio Terugkeer delinquenten Regionale uitwisseling kennis, aanpak en ervaringen via het RSIV Polarisatie en radicalisering Vormgeven integrale aanpak politie, OM, gemeenten en de NCTV (via de Veiligheidshuizen). Waar nodig, afsluiten van convenanten. Verbreding netwerken en vroegsignalering Discriminatie Consequent melding maken en registreren van incidenten, stimuleren van actief aangifteen vervolgingsbeleid. Uitvoering van aanwijzing Discriminatie. Politie geeft vorm aan programma Gelijkwaardigheid en Diversiteit Evenementen en jaarwisseling Regionale samenwerking en afstemming rond evenementenbeleid, via Veiligheidsregio’s en RSIV Opstellen van regionale beleidsuitgangspunten en tolerantiegrenzen bij grootschalige evenementen als EK en WK, koningsdag alsmede de jaarwisseling (ter vaststelling in driehoek of districtscollege) Jaarlijkse actualisatie beleidsuitgangspunten. Uitwisseling ervaringen actieve inzet burgers en evt. implementatie succesvolle initiatieven, via het RSIV en de Veiligheidsregio’s Landelijke activiteiten 2015-2018 Aanpak cybercrime Verdere ontwikkeling van de integrale aanpak, in verbinding met de Cyber Security Strategie, om de kans op cybercrime zoveel mogelijk te beperken (aan de voorkant) Activering van het bedrijfsleven als het gaat om het nemen van preventieve maatregelen De verbinding in het kader van de internationale samenwerking Opleidingen digitale expertise Inzet op bewustwording bij burgers en het lokale bedrijfsleven Betere bescherming van de overheidsinfrastructuur Aanpak kinderporno Verdere aanscherping van de wetgeving. Zo bestaat de behoefte aan uitbreiding strafbaarstelling misbruik zonder fysiek contact (‘grooming’) Het betrekken van bedrijven/reisbranche/NGO’s in kader van de aanpak van kindersekstoerisme Het betrekken van landen van herkomst en de KMar in het kader van de aanpak van kindersekstoerisme Samenwerking met andere landen ter bestrijding van kinderporno Inzet Internationale Liasion Officers Lokale inzet en samenwerking van GGZ, Reclassering en OM, om het toezicht verder te versterken