www.in2nature.eu
–
[email protected]
BSO ‘in 2 nature’ Bushraft activiteit
Thema Vuur stichting in2nature www.in2nature.eu
[email protected] Johan en Sandra Van der Wielen Verbindingsweg 22 3921DM Elst (ut) 0318-471974 Triodos: 390288675 KvK: 30264584
Inleiding en voorbereiding Veiligheidsmaatregelen Vuur is héél belangrijk! Vuur is één van de meest veelzijdige en belangrijke thema’s bij het ‘overleven’. Vuur staat voor veiligheid (denk aan het verjagen van wilde dieren, maar ook muggen), warmte, licht en het bereiden van voedsel. Vuur is ook soms gevaarlijk, een beetje eng maar wel altijd magisch en heeft een enorme aantrekkingskracht op jong en oud! Deze activiteit duurt ca. 1,5uur.
Benodigde materialen: • • • • • • • • • •
Kaartjes voor het ‘vuurspel’ (zie de extra pagina) Vuurplek: bijv. ton, bak, kampvuurkuil. Lucifers Blus- en veiligheidsmaterialen (zie de extra pagina) Jerrycan met water Rooster om ketel en/of pan op te zetten Ketel en/of pan die op het vuur mogen, evt. lege conservenblikken Zeepkloppers op stokken Etenswaren: theezakjes, popcornmaïs, olie, zout en/of poedersuiker Koffiefilters voor de popcorn en mokjes voor de thee
• • • • • • • • • • • • • •
Vertel alle kinderen goed over vuur: gevaarlijk en erg warm. Geen brandbare kleding bij het vuur, zoals fleece of nylon. Afgesloten vuurplek, bijv. in een ton, bak of kampvuurkuil. Ver weg van bomen / takken Geen brandbare materialen in de buurt. Vuur niet op de grond, zorg voor tegels of zand eronder Blusmateriaal gereed: emmer met water, brandblusser, schep voor zand. Zorg dat je weet hoe de brandblusser werkt! Branddeken bij het vuur Goed hout: vermijd hout dat vonkt en knetter (naaldhout en m.n. lariks) Stapel brandhout ver genoeg weg van het vuur Gebruik NOOIT vloeibare brandstoffen: explosiegevaar!! Gooi nooit van afstand brandstof in het vuur: risico van uitspatten Bouw het vuur niet te hoog op: instortingsgevaar
Voorbereiding • • • • •
stichting in2nature
Als het nodig is een stookvergunning bij de gemeente aanvragen en/of melden bij de brandweer Inlichten ouders over ‘vuur’ en kledingadvies Verzamelen en evt. kopen van benodigde materialen Kijken waar de kinderen brandhout kunnen vinden, anders zelf meenemen Kijken waar de vuurplek ingericht kan worden
Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
pagina 2
Activiteitbeschrijving 1. Introductie: “wat is vuur?”
4. Vuur opbouwen en aansteken
Duur: 5 minuten
Duur: 30 minuten
• • •
Met het kleine aanmaak materiaal en wat tondel, bijv. stro of hooi, kan het vuurtje opgebouwd worden. Zie voor uitgebreide beschrijving over hoe een goed vuur te bouwen de Extra pagina.
Wat denken jullie wat ‘vuur’ is? Zie de beschrijving in de bijlage Waarom is vuur zo belangrijk? Licht, warmte, veiligheid en om op te koken. Wat heb je nodig voor vuur? Brandstof, zuurstof (of lucht) en warmte (of de juiste ontbrandingstemperatuur).
2. Actief: het ‘vuurspel’ Duur: 10 minuten Er zijn drie soorten kaartjes gedrukt van een boom, vuurtje en water (zie extra pagina). Ieder kind krijgt 1 kaartje en dan mogen ze elkaar tikken. Het hangt af van de combinatie wie wint. Wie gewonnen heeft mag het kaartje van de ander houden. Degene die verloren heeft mag een nieuw kaartje halen. De winnaar mag een punt laten registreren door het gewonnen kaartje in te leveren (en krijgt een streepje achter zijn/haar naam). Degene met de meeste punten wint het spel. • de boom wint van het water (boom drinkt water) • het water wint van het vuur (water blust het vuur) • het vuur wint van de boom (vuur verbrandt de boom)
3. Hout verzamelen Duur: 15 minuten Alle kinderen gaan in de omgeving hout verzamelen. Niet alleen grote takken maar vooral ook kleine takjes. Belangrijk is: • Dood hout: alleen hout / takken die op de grond liggen, geen takken van bomen • Droog: te herkennen aan dat het ‘knakt’ in plaats van ‘buigt’ Laat de kinderen verschillende hoopjes maken met verschillende ‘grootte’. Dus een hoopje klein en dun, een hoopje met wat groter en een hoopje met dikkere takken. Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
Geef de kinderen een luciferdoosje met slechts één lucifer, het moet dus lukken want we hebben maar één kans. Eén van de oudere kinderen mag het vuur aansteken. Laat ze allemaal helpen met blazen en, als het vuur eenmaal brandt, voorzichtig nieuwe takjes op het vuur doen.
5. Popcorn bakken en thee zetten Duur: 30 minuten
Natuurlijk is het vuur niet voor niets! Als er vuur is maken we iets klaar op het vuur. Leuk en makkelijk is thee zetten door een ketel water op een rooster boven het vuur, evt. kun je lege conservenblikken gebruiken. Popcorn bakken kan met een pan en olie. Laat de kinderen helpen een laagje olie in de pan te doen en de bodem te bedekken met popcornmaïs (als de pan nog niet op het vuur staat). Met deksel op het vuur en luisteren naar het ‘poppen’. Niet te lang laten staan want het kan snel verbranden. Daarna in kleine bakjes of koffiefilters met poedersuiker of zout. Leuker is als de kinderen het zelf kunnen doen en zien. Neem daarvoor ‘zeepkloppers’ op een lange stok. Een klein laagje popcornmaïs erin en de kinderen houden ze boven de kolen, niet boven de vlammen. De kinderen kunnen nu zien hoe de mais popt. pagina 3
stichting in2nature
Tips en ideeën voor meer activiteiten met ‘vuur’ Uitbreiding naar de groene, duurzame BSO Kinderen zijn dol op vuur en eenmaal ermee vertrouwd willen ze ermee verder. Hier vind je tips en ideeën wat je nog meer kan doen met ‘vuur’ en hoe je dit thema kunt gebruiken voor de dagelijkse praktijk en groene BSO
Tips voor de jongste kinderen Vuur is voor de kleinsten al snel eng. Belangrijk is dat ze gerustgesteld worden en er vertrouwd mee raken. Terwijl de oudere kinderen het vuur aanmaken en onderhouden kunnen de kleinsten helpen met: • Hout verzamelen en controleren of de takjes wel droog zijn door ze te knakken • Vuur beleven: het voelen van de warmte en kijken naar de rook en verhalen (laten) vertellen bij het vuur
Meer activiteiten met vuur Wanneer je vaker met ‘vuur’ aan de gang wilt gaan is het leuk om verder te gaan in vuurtechnieken en nieuwe dingen uit te proberen. Zeker met oudere kinderen.
Het thema ‘vuur’ kan worden aangegrepen om met de kinderen bezig te gaan met de betekenis van vuur in de dagelijkse praktijk, denk daarbij aan brand en energie. • Vuur in de keuken: gasfornuis, kinderen helpen mee theezetten of koken en leren over het fornuis en de veiligheid. • Brand: wat is brand in het gebouw, hoe blus je brand, in het gebouw op zoek gaan naar verschillende blusmiddelen, hoeveel ‘uitbordjes’ hangen er in het gebouw? Doe een brand oefening! • Brandweer: een bezoekje aan de plaatselijk brandweer of de brandweer uitnodigen bij de BSO, zelf een brandje blussen. • Energie: wat is energie, hoe wordt energie / elektriciteit gemaakt, bezoekje aan een energiecentrale, wat voor energie is er in het gebouw (stroom, verwarming, gas, etc.), waar heb je allemaal energie voor nodig. • Duurzame energie: Hoe kun je zuinig omgaan met energie? Waarom is dat nodig? (lampen uit, led verlichting, verwarming zachter, deuren dicht, stopknop op WC, etc.). Doe mee aan de ‘warme truien dag’ (www.warmetruiendag.nl)! Zoek in het gebouw naar energiebesparende maatregelen! Wat voor ‘duurzame, groene energiebronnen’ zijn er? Bezoek er eentje (windmolen) • Doe activiteiten uit het project: http://www.sarahswereld.nl/
Denk hierbij aan: • Experimenteren met vuursoorten • Vuur maken met vuurstenen • Vuur maken met de vuurboog • Petroleum Fakkels maken • Houtvergassers van conservenblikken • Letse vuren maken • Een kampvuur met kampvuurprogramma (liefst ’s avonds)
stichting in2nature
Meer informatie en beschrijvingen vind je op de extra pagina’s of op www.mpse.nl Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
pagina 4
Extra: alles over ‘vuur’ Wat is ‘vuur’? Vuur is magisch voor iedereen! Vuur heeft een magische aantrekkingskracht bij kinderen, vuur is gevaarlijk maar ook indrukwekkend en spannend. Kinderen spelen graag met vuur en gaan er op den duur bijna allemaal mee experimenteren. Door kinderen op jongere leeftijd al met vuur kennis te laten maken wordt vuur minder ‘eng’ en zullen ze op latere leeftijd minder de drang hebben om (op soms gevaarlijke wijze) te gaan experimenteren (denk aan vuurwerk, spuitbussen en vloeibare brandstoffen).
De vuurdriehoek Bij de introductie van het thema vuur is al beschreven dat vuur een reactie is tussen brandstof en zuurstof. Maar ook dat vuur pas begint als er een energiebron bij komt die deze reactie kan starten. Vuur bestaat dus uit 3 elementen die samen de ‘vuurdriehoek’ vormen: • Zuurstof: denk aan het aanblazen van het vuur, maar ook de wind bij een bosbrand. • brandstof: het materiaal wat gaat branden, bijv. hout, stro, papier of benzine • warmte: Om te ontbranden moet er eerst warmte worden toegevoegd; ontbrandingstempratuur (bijv. door lucifers). Het is echter ook belangrijk dat deze elementen in de juiste verhouding aanwezig zijn. Een lucifer, een boomstam en hard blazen geeft geen vuur. Wanneer er maar weinig warmte is om iets te ontsteken, bijv. een lucifer, moet je ook maar heel zacht blazen en hele kleine, makkelijk brandbare brandstof nemen. Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
Dit lijkt een hele makkelijke vraag maar eigenlijk weet bijna niemand het antwoord! “vuur is heet” of “vuur is vlammetjes”, maar wat dan vlammetjes zijn weten we vaak ook niet. ‘vuur’ is een uiting van een chemische reactie. Brandstof reageert met zuurstof en verandert daardoor van structuur. De overgebleven as is duidelijk anders dan hout. Bij deze reactie komen ook hele kleine nieuwe stoffen vrij, zoals gassen. De bekendste is CO2. Verder is de reactie zó heftig dat er veel energie vrijkomt (warmte). Door die energie gaan de gassen gloeien: vlammetjes. Eenmaal aan de gang blijft deze reactie doorgaan tot één van de elementen op is (vuur blijft branden zolang er brandstof en zuurstof is). Maar om de reactie te starten (vuur aan te maken) is wel eerst warmtetoevoer nodig: bijv. een lucifer. Vuur komt dus niet vanzelf!
Doven en blussen Door één of meer van deze elementen weg te nemen gaat het vuur weer uit, alle manieren van doven of blussen zijn hierop gebaseerd: • uitblazen kaars: wegnemen van warmte • blussen met water: wegnemen van warmte èn zuurstof • verspreiden van vuur: wegnemen van brandstof • branddeken: wegnemen van zuurstof • doven met zand: wegnemen van zuurstof èn warmte
stichting in2nature
pagina 5
Extra: hoe maak je een (goed) vuur? Hoe maak je een goed vuurtje? Om een vuur te maken kun je niet meteen beginnen met grote balken. Het is belangrijk om klein te beginnen èn alle benodigde materialen al klaar te hebben liggen vóór je het gaat aansteken. Als je nog hout moet zoeken als je vuur al brandt moet je niet alleen je vuur onbeheerd achterlaten maar loop je ook het risico dat je vuur weer uit is als je terugkomt. Wat je nodig hebt voor het vuur is: • Plek: Een plek om vuur te maken (bijv. kampvuurkuil, vuurton, etc.) • Veiligheidsmaatregelen: zie activiteiten beschrijving • Tondel: materiaal om te ontsteken, bijv. stro, hooi, krantenpapier of hele kleine droge twijgjes • Klein aanmaakmateriaal: dunne droge twijgjes en takjes, bedoelt om als eerste te branden • Groter materiaal: van kleine takken naar grote takken tot uiteindelijk goede blokken voor als het vuur goed brandt.
Begin met een laagje brandstof op de bodem van de vuurplek, zo voorkom je dat de spaarzame warmte van het beginnende vuur verdwijnt in bijv. het ijzer van de vuurton of het koude steen van de kampvuurkuil. Daarbovenop leg je het tondel in een hoopje, zódanig dat er wel genoeg lucht bij en tussen kan komen. In dit hoopje maak je een kleine opening waar je straks het vuur aan gaat steken, plaats deze opening in de wind zodat de wind via deze opening in het hoopje kan blazen en jou helpt het vuur aan te maken. Heb je nog niet zoveel ervaring, werk dan met een bundeltje droog stro, dat werkt erg goed, geeft niet teveel rook en brandt lang genoeg om het vuur goed aan te maken. Beter dan hooi of kranten! Vuur gaat omhoog, leg het aanmaakmateriaal dus erboven op en niet ernaast. Na het aansteken kun je langzaam verder bouwen met het grotere materiaal. Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
pagina 6
stichting in2nature
Extra: kaartjes vuurspel Het ‘vuurspel’ Er zijn drie soorten kaartjes gedrukt van een boom, vuurtje en water. Ieder kind krijgt 1 kaartje en dan mogen ze elkaar tikken. Het hangt af van de combinatie wie wint. Wie gewonnen heeft mag het kaartje van de ander houden. Degene die verloren heeft mag een nieuw kaartje halen. De winnaar mag een punt laten registreren door het gewonnen kaartje in te leveren (en krijgt een streepje achter zijn/haar naam). Degene met de meeste punten wint het spel. • de boom wint van het water (boom drinkt water) • het water wint van het vuur (water blust het vuur) • het vuur wint van de boom (vuur verbrandt de boom)
Deze pagina kun je een aantal keer printen of kopiëren en de kaartjes uitknippen. Zorg voor voldoende kaartjes om het spel te spelen, minstens 1 van elk element per kind, dus totaal minstens 3x zoveel als kinderen die meedoen
stichting in2nature
Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
pagina 7
Extra: vuursoorten 1 Wanneer je vaker vuur maakt en de kinderen gewend zijn aan het opbouwen van vuur kun je ook eens experimenteren met het bouwen van een specifieke vuursoort. Dat zijn vuren voor een bepaald doel.
Het piramide- of teepee-vuur Een goed begin is het halve werk. Dit vuur is niet geschikt als permanent vuur maar wordt veel gebruikt om een vuur aan te maken. Dit vuur bouw je op door rond het tondel dunne droge takjes (aanmaakhout) als een wigwam op te stapelen. Als het vuur doorbreekt bouw je rond de brandende wigwam een ander vuur op, bijvoorbeeld een pagodevuur.
Het pagodevuur Dit vuur maak je als je een echt groot vuur wilt hebben, bijv. een kampvuur. Door grote balken rond een brandend piramidevuur te stapelen krijg je een groot vuur waar zuurstof zeer goed bij kan. Voor een langzaam brandend vuur kun je zwaar hout nemen (beuk, eik, etc.). Let op: na verloop van tijd kan het vuur wel inzakken!!
Het zwerversvuur.
Het stervuur
Dit is eigenlijk niet een apart vuur maar een methode om een pan of ketel boven een klein vuurtje (als een zwever) te hangen. Als vuurtje kan een mengvorm van een piramidevuur en een stervuur . Dit ziet eruit als een ingezakt piramidevuur.
Dit vuur is bedoeld als er weinig brandstof is en je maar een klein, langzaam vuur wilt hebben. Je legt de balken in een ster tegen het vuur aan en schuift ze na een tijdje een beetje dichterbij.
Het tafelvuur. Het A-vuur. Bij dit vuur bouw je een piramidevuur tegen een A van grote balken. De wind (pijltje) kan nu goed bij het vuur komen. Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
stichting in2nature
Dit vuur is speciaal om te koken als het niet op de grond kan. Maak een “kribbe” en bedek deze met plaggen gras die je er ondersteboven op legt (gras naar onderen). Daarop kun je het vuur maken.
pagina 8
Extra: vuursoorten 2 Het houthakkersvuur Het reflectorvuur Achter een piramidevuur bouw je van palen een soort scherm. De warmte wordt nu weerkaatst. Als je wil koken kun je het scherm ook nog met aluminiumfolie bedekken waardoor nog meer warmte weerkaatst wordt.
Het dakotahol Deze lijkt erg op het commandovuur maar je maakt gebruik een heuvel. Zorg dat je de windrichting kent (pijltje). Met wat houten balken of een rooster kun je je pan boven het vuur
Je bouwt een vuur tussen twee grote balken. Hierdoor hou ja het vuur in de hand en kun je er gemakkelijk een pan boven hangen.
Bij het houthakkersen het jagersvuur staan de balken, daar waar de wind vandaan komt, verder uit elkaar dan aan de andere kant, voor de trek.
Het jagersvuur Dit vuur is eigenlijk hetzelfde als een houthakkersvuur alleen kook je meteen op de balken. Deze zullen niet zo zelf gaan branden omdat ze groot en van zwaar hout (beuk, eik, etc.) zijn.
Het commandovuur
stichting in2nature
Dit is een grondvuur wat als voordeel heeft dat er weinig warmteverlies heeft en dat er erg gemakkelijk op te koken is. Zorg wel voor een zeer goede trek (let op windrichting).
Bushcraft activiteit voor BSO: thema ‘vuur’
pagina 9