Sonnet 43 When most I wink, then do mine eyes best see, For all the day they view things unrespected; But when I sleep, in dreams they look on thee, And, darkly bright, are bright in dark directed; Then thou whose shadow shadows doth make bright, How would thy shadow’s form form happy show To the clear day with thy much clearer light, When to unseeing eyes thy shade shines so! How would (I say) mine eyes be blessed made By looking on thee in the living day, When in dead night thy fair imperfect shade Through heavy sleep on sightless eyes doth stay? All days are nights to see till I see thee, And nights, bright days, when dreams do show thee me. Het valt op dat circa 30 woorden samenhangen met ogen en licht (zien, niet-zien, bezien, kijken, zicht, dag, schijnen, helder, schaduw, schim). Het zijn de fundamentele woorden in een sonnet waarin het zien van de geliefde centraal staat.
Vertalingen door: L.A.J.Burgersdijk Jules Grandgagnage Robert Laterveer Arie van der Krogt Lucas Numan Peter Verstegen Albert Verwey
Lucas Numan Om ’t best te zien, ik moet mijn ogen luiken, beter: om op mijn best Wanneer ik mijn ogen het meest gesloten zijn, dan zien zij op hun best, want daags bekijken ze alles zonder acht, want heel de dag bezien zij de dingen zonder aandacht, maar slaap ik, zien ze in dromen ú opduiken, maar als ik slaap, kijken zij in dromen naar u, dan zenden steels ze hun stralen in de nacht. en heimelijk schijnend zenden zij hun stralen de duisternis in.
← beter
Dan gij, wiens schaduw schaduwen lichten doet, Dan gij, wiens schaduw schaduwen doet oplichten, ← beter hoe zie ‘k uw schaduws werper gloriëren hoe maakt de werper van uw schaduw furore bij daglicht met uw eigen* feller gloed, bij klare dag met uw nóg klaarder licht,
ingevoerde versterking
wen zelfs uw schim dicht oog kan fascineren? wanneer voor niet-ziende ogen uw schim al zo schittert? Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gestreeld Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gezegend,
(figuurlijk) er zacht, liefkozend over gestreken ← geloofd, geprezen
wanneer ‘k u zie in ‘t daaglijks levend licht, als ik naar u kijk tijdens de levende dag,
contrast met “dode nacht” (r.11) gemist
als in de nacht uw glansrijk, onaf beeld wanneer in de dode nacht uw schone, onvolmaakte schim bij slaap al raakt voor ‘t niet-ziend oog in ‘t zicht? gedurende diepe slaap al voor niet-ziende ogen verkeert? De dag lijkt nacht, totdat ik ú zie komen, Alle dagen zijn nachten om te zien, totdat ik u zie, nacht heldere dag, als ‘k ú aanschouw in dromen. en nachten heldere dagen, wanneer dromen mij u vertonen.
Peter Verstegen In diepste slaap pas onderscheid ik scherp, zie aantekening 1 Wanneer mijn ogen het meest gesloten zijn, dan zien zij op hun best, Want¹) heel de dag zie ik wat mij niet zint²), ¹) het redengevend want hiér niet van toepaswant heel de dag bezien zij de dingen zonder aandacht, [sing! ²) misinterpretatie! Maar¹) van mijn droom ben jij het onderwerp maar als ik slaap, kijken zij in dromen naar u,
¹) het tegenstellend maar hiér niet van toepassing!
Dat¹) ik, blind ziend²), in mijn zwart blikveld³) vind. ¹) zie aantekening 2 en heimelijk schijnend zenden zij hun stralen de duisternis in.
²/³) metaforen van [vertaler
Jij wiens afschaduwing het duister temt, metafoor van vertaler Dan gij, wiens schaduw schaduwen doet oplichten, Hoe blij zal van je schaduw ’t wezen zijn hoe maakt de werper van uw schaduw furore
zéér cryptisch
Bij dag, waarop je zoveel lichter bent, bij klare dag met uw nóg klaarder licht,
de connotatie “zélf licht gevend” ontbreekt
Als reeds je schim voor ’t nietsziend¹) oog zo²) schijnt! ¹) het is gesloten (niet-ziende!), maar het wanneer voor niet-ziende ogen uw schim al zo schittert? [ziet wél in dromen ²) “zo” schijnen? Hoe heerlijk¹) wordt mijn oog door jou²) gestreeld Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gezegend, Wanneer ik je in ’t¹) levend licht hervind²), als ik naar u kijk tijdens de levende dag,
¹) zie aantekening 3
²) ingevoerd
kjint” één “lettergreep” [4 heffingen]
¹) “
[²) hiér ontbreekt het specifieke “zien”!
Nu in het duister zelfs je schaduwbeeld de dode nacht tegenover de levende dag! wanneer in de dode nacht uw schone, onvolmaakte schim Nog zichtbaar blijft¹) als slaap het oog verblindt²)! ¹) gedurende diepe slaap al voor niet-ziende ogen verkeert
is!
²) zie aantekening 4
Mijn dag is nacht tot ik terug zal komen, ritme / zie aantekening 5 Alle dagen zijn nachten om te zien, totdat ik u zie, Mijn nacht dag als ik jou zie in mijn dromen. ritme en nachten heldere dagen, wanneer dromen mij u vertonen.
Aantekening 1: De begrippen “ogen” en “zien” spelen in dit sonnet een fundamentele rol. Al op de eerste regel presenteert de dichter er twee (ogen en zien) in een opmerkelijke uitspraak. De vertaler echter omzeilt beide en opent met een regel die de kwintessens van de originele regel niét weergeeft en de lezer al bij het exposé in de kou laat staan. Aantekening 2:
Maar van mijn droom ben jij het onderwerp Dat ik, blind ziend, in mijn zwart blikveld vind.
De zin Maar van mijn droom ben jij het onderwerp dat ik in mijn blikveld vind mag grammaticaal kloppen, erg bevredigend komt het gebruik van het betrekkelijk voornaamwoord “dat” niet over: een “onderwerp” in je blikveld vinden, klinkt niet echt lékker. En dat euvel doet zich niet voor na enig herschikken van de woorden en het gebruik van een ánder betrekkelijk voornaamwoord: Maar het onderwerp van mijn droom ben jij Die ik, blind ziend, in mijn zwart blikveld vind. Aantekening 3: Vleien, strelen betekent aangenaam aandoen, welbehagen geven. Hieraan kan geen heerlijk meer worden toegevoegd (pleonasme)! Aantekening 4: Dat slaap ”het oog zou verblinden”, is een absurde bewering. Men spreekt van een “verblind oog” als het door fel licht voor een ogenblik blind is gemaakt! Dat een slapende in zijn dromen wel degelijk een en ander “waarneemt”, gebeurt in feite niet via de ogen, maar in zijn poëtisch wereldbeeld laat de dichter zulks rustig plaatsvinden. Hij suggereert dat bij het inslapen de ogen normaal blijven functioneren, maar spreekt daarna van “niet-ziende” ogen, omdat ze tijdens de slaap gesloten zijn. Maar zodra de droom begint “gaan ze weer open”. Dan toch van “blinde ogen” spreken zou meteen een eind aan het hele verhaal maken. Aantekening 5:
All days are nights to see till I see thee, Mijn dag is nacht tot ik terug zal komen, Alle dagen lijken nachten om te zien, totdat ik u zie,
Dit is eigenlijk geen aantekening, maar een verzuchting. Als de vertaler zélf niet in de gaten had dat deze “vertaalde” regel eigenlijk niet zo goed was gelukt, waarom heeft dan niet één medewerker van Van Oorschot (mede-uitgever van vertalers boekje “Mijn liefde is een koorts”) nog vóór het manuscript naar de drukker ging zijn vinger opgestoken? En al die jubelende recensenten en adepten daarna… Arme lezers ook, die zo’n maar niet konden begrijpen…
L.A.J.Burgersdijk
Welke onverlaat heeft dit zeldzame prul het oeuvre van de nestor onzer Shakespeare-vertalers weten binnen te smokkelen?
Luikt slaap mijn oog, dan ziet het *) best; den luister het / zie aantekening 1 Wanneer mijn ogen het meest gesloten zijn, dan zien zij op hun best, Versmaadt het, waar de held’re dag meê praalt; poëtische bombast / (én onzin: een oog want heel de dag bezien zij de dingen zonder aandacht, [verwerpt waarmee de dag pronkt…) Doch slaap ik, droomend ziet het u in ’t duister, maar als ik slaap, kijken zij in dromen naar u,
ingevoerd
En straalt van glans, wijl gij zo helder straalt. straal… straalt / misinterpretatie! en heimelijk schijnend zenden zij hun stralen de duisternis in. Verlicht uw schim de schaduw van de nacht, Dan gij, wiens schaduw schaduwen doet oplichten, Hoe zou¹) de vorm²), die zulk een schaduw geeft, hoe maakt de werper van uw schaduw furore Den dag verlichten¹) met ²) veel lichter pracht,
¹)
misinterpretatie! (wat is “de [schaduw van de nacht”?)
zal ¹)
²) hier “form” met vorm vertalen [verschaft weinig helderheid!
misinterpretatie!
²)
uw!
bij klare dag met uw nóg klaarder licht.
Daar* ge als een lichtbeeld zelfs voor blinden zweeft! voegwoord van causaliteit wanneer voor niet-ziende ogen uw schim al zo schittert? [i.p.v. veronderstelling! O zalig, als mijn oog op u weêr blikt, Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gezegend,
bombast / rijm zoekend gerammel
In ’t leven van de dag uzelf¹) aanschouwt²), als ik naar u kijk gedurende de levende dag,
¹) “u in levenden lijve”(?) ingevoerd [²) nodeloze “herhaling” van “ziet!
Zoo in den slaap uw schim mijn oog verkwikt, bombastisch gerijmel! wanneer in de dode nacht uw schone, onvolmaakte schim Schoon doode nacht¹) zijn blik gekerkerd²) houd’³)! ¹) néé, gesloten ooglid! ²) metafoor van gedurende diepe slaap al voor niet-ziende ogen verkeert? [vertaler ³) aanvoegende wijs??
3e kwatrijn onbegrijpelijk! Nacht blijft de dag¹), aanschouwt mijn oog u niet²), ¹) Burgerdijkse spagaat (dag is onderwerp) Alle dagen zijn nachten om te zien, totdat ik u zie, [zie aantekening 2 ²) onterechte ingreep! En nacht wordt dag, zodra mijn droom u ziet. “droom” ziet niet! / toont! en nachten heldere dagen, wanneer dromen mij u vertonen. Aantekening 1: Door in “luikt slaap mijn oog, dan ziet het het best” het tweede “het” weg te laten, verandert “best” in een bijwoord van modaliteit en staat er eigenlijk “dan ziet het best wel” (“dan ziet het niettemin”). Aantekening 2: Het distichon is gebaseerd op de tegenstelling: r.13: dagen lijken nachten / r.14: nachten lijken dagen (chiasme). Vertaler haalt de pit eruit met de tournure: r.13) nacht blijft de dag / r.14) en nacht wordt dag. Oorzaak: verwringing van “de dag blijft nacht”, wat hier zelfs ritmisch véél beter zou uitkomen…Maar ja, het rijm wil ook wat, dus: de Burgerdijkse spagaat maar weer eens van stal gehaald…
Albert Verwey Wanneer ik sluimer zien mijn ogen ’t best, de ogen zijn het meest gesloten tijdens de slaap! Wanneer mijn ogen het meest gesloten zijn, dan zien zij op hun best, Want heel de dag zien ze onverschillige dingen, metafoor van vertaler want heel de dag bezien zij dingen zonder aandacht, gefundeerd, gebouwd, gegrond? (lijkt op “ge[vestigd”, maar van Dale verwijst niét!)
Maar als ik droom, dan zijn ze op u gevest, maar als ik slaap, kijken zij in dromen naar u,
Daar donker-klaar ze in ’t klare donker dringen. tweemaal nonsens! en heimelijk schijnend zenden zij hun stralen de duisternis in. Maar gij, wiens schaduw schaduwen verlicht, Dan gij, wiens schaduw schaduwen doet oplichten,
← beter
Hoe zou¹) uw schaduws lichaam schoon²) verschijnen ¹) zal hoe maakt de werper van uw schaduw furore ← beter
²)
schoon verschijnen?
In klare dag met uw veel klaarder licht, bij klare dag met uw nóg klaarder licht, Als ’t niet-ziend oog uw schaduw zoo ziet schijnen. rime riche wanneer voor niet-ziende ogen uw schim al zo schittert? Wat blijdschap werd¹) mijn oogen toegebracht²) ¹) wordt Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gezegend, Door u te zien waar ’t open daglicht blaakt, als ik naar u kijk tijdens de levende dag,
²) iemand blijdschap toebrengen?
r.10 waar (bijwoord van plaats) – r.11 waar [(voegwoord van causaliteit): verwarrend!
Waar zelfs uw vage schaduw* in de nacht schim (ook al op de 8e regel genegeerd!) wanneer in de dode nacht uw schone, onvolmaakte schim Door ’t slaapzwart heen¹) ’t blinde oog zoo zalig maakt²). gedurende diepe slaap al voor niet-ziende ogen verkeert? Dagen zijn nachten, waarin
gij niet woont, Alle dagen zijn nachten om te zien, totdat ik u zie,
¹) absurde metafoor van vertaler [²) bombast
misinterpretatie!
En nachten dagen als de droom me u toont. en nachten heldere dagen, wanneer dromen mij u vertonen.
Arie van der Krogt Als ik mijn ogen sluit*, zie ik het meest, drukt niet specifiek slapen uit! Wanneer mijn ogen het meest gesloten zijn, dan zien zij op hun best, ← beter Omdat ik overdag het mooiste mis; misinterpretatie! want heel de dag bezien zij dingen zonder aandacht, Maar dromend haal ik* jou steeds voor mijn geest: de ogen zijn uit het verhaal! / zie aantekemaar als ik slaap, kijken zij in dromen naar u, [ning 1 Een duister licht verlicht de duisternis. lariekoek! en heimelijk schijnend zenden zij hun heldere stralen de duisternis in. Jouw schim maakt alle schimmen helder licht. gebrekkige formulering Dan gij, wiens schaduw schaduwen doet oplichten, O, als jij zelf verschijnt*, wat stralend zou hoe? waar? hoe maakt de werper van uw schaduw furore Het daglicht zijn, nu ik met ogen dicht bij klare dag met uw nóg klaarder licht,
misinterpretatie!
Jouw schim zo helder stralend al
aanschouw. wanneer voor niet-ziende ogen uw schim al zo schittert? 2e kwatrijn onverteerbare gehaktbal! En wat een zegen, zeg ik, zou het zijn ¹) Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gezegend,
is het (wéér de ogen genegeerd!)
Als ik je in het levend licht¹) zag²) komen,
contrast met “dode nacht” (r.11) gemist
¹)
als ik naar u kijk tijdens de levende dag,
[²)
zie!
Nu in de zwarte nacht jouw schim al schijnt* het gaat niet om het schijnen maar het verkeren wanneer in de dode nacht uw schone, onvolmaakte schim [van de schim voor niet-ziende ogen! voor mijn verblinde* ogen, in mijn dromen. niet-ziende ogen zijn gesloten ogen! gedurende diepe slaap al voor niet-ziende ogen verkeert? Totdat jij komt, zijn alle dagen grauw, Alle dagen zijn
nachten!
nachten om te zien, totdat ik u zie,
En nachten helder, als ik droom van jou. en nachten heldere
heldere dagen! / zie aantekening 2
dagen, wanneer dromen mij u vertonen.
Aantekening 1: Dromen is een gebeuren dat zich in de menselijke geest afspeelt en waarop men weinig grip heeft. Zich iets of iemand voor de geest halen daarentegen is een bewuste handeling. Het is dus absurd te stellen dat men zich al dromend iemand voor de geest zou halen! Aantekening 2: Totdat jij komt, zijn alle dagen grauw, En nachten helder, als ik droom van jou. De twee regels blijken samengetrokken op Totdat jij komt, zijn… Zij luiden volledig: 1) Totdat jij komt, zijn alle dagen grauw, 2) En [totdat jij komt, zijn] nachten helder, als ik droom van jou. Jammerlijk gebroddel dus.
Robert Laterveer Het beste zie ik met mijn ogen dicht: géén connotatie met slapen Wanneer mijn ogen het meest gesloten zijn, dan zien zij op hun best, Bij dag bezien ze vele vage dingen, het redengevend verband is zoek! want heel de dag bezien zij dingen zonder aandacht, Maar ’s nachts is ’t jouw beeld dat mijn slaap verlicht, maar als ik slaap, kijken zij in dromen naar u,
ritme!
En in scherp close-up door ’t duister komt dringen. misinterpretatie! / scherpe en heimelijk schijnend zenden zij hun stralen de duisternis in. [(“close-up” mannelijk) Jij wiens schaduw schaduwen doet verdwijnen, Dan gij, wiens schaduw schaduwen doet oplichten,
raadselachtig…!!!
En ogen die dromen zo helder daagt, hoe maakt de werper van uw schaduw furore
ritme? [4 heffingen] / zie aantekening 1
Hoe zou jouw verschijning een dag beschijnen bij klare dag met uw nóg klaarder licht,
misinterpretatie!
Met licht dat d’helderste dagen vervaagt! kolder! wanneer voor niet-ziende ogen uw schim al zo schittert?
zijn! / ritme? [4 heffingen]
Hoe gezegend zouden* de ogen zijn Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gezegend,
¹)
Die jou op een klaarlichte dag aanschouwden*, als ik naar u kijk tijdens de levende dag,
aanschouwen
Als ’n nachtvoorstelling van jouw schone schijn wanneer in de dode nacht uw schone, onvolmaakte schim
zijn er nog plaatsen [verkrijgbaar?
Zelfs blinde ogen in zijn ban kan houden! waar stáát dat? gedurende diepe slaap al voor niet-ziende ogen verkeert? Tot ik jou weer zie is de dag mij nacht, Alle dagen zijn nachten om te zien, totdat ik u zie,
ritme
Mijn nacht een dag waar in dromen jij *) wacht. mij! / zie aantekening 2 en nachten heldere dagen, wanneer dromen mij u vertonen.
Aantekening 1:
Jij wiens schaduw schaduwen doet verdwijnen, En [wiens schaduw] ogen die dromen zo helder daagt,
Als het overgankelijke dagen betekent ontbieden, uitdagen of beginnen zich te vertonen, wat houdt die tweede zin dan eigenlijk in? Met de nodige verbeteringen (die de misinterpretatie niét wegnemen!) zou nog gedacht kunnen worden aan: En [met] ogen die dromen zo helder [doen] dagen, Met dagen in de betekenis van beginnen zich te vertonen.
Aantekening 2:
Tot ik jou weer zie is de dag mij nacht, Mijn nacht een dag waar in dromen jij wacht.
De twee regels blijken samengetrokken op Tot ik jou weer zie is… Zij luiden dus volledig: Tot ik jou weer zie is de dag mij nacht, [Tot ik jou weer zie is] mijn nacht een dag waar in dromen jij wacht.
. Jammerlijk gebroddel dus.
Jules Grandgagnage
eindrijm ontbreekt
Wanneer ik mijn ogen sluit zie ik u het scherpst, onterecht ingevoerd Wanneer mijn ogen het meest gesloten zijn, dan zien zij op hun best, Terwijl bij dag zij achteloos naar alles kijken, want heel de dag bezien zij de dingen zonder aandacht, Maar als ik slaap beschouwen z' u in dromen, maar als ik slaap, kijken zij in dromen naar u, En lichten stralend in de duisternis. en heimelijk schijnend zenden zij hun stralen de duisternis in. Dan gij, wiens schaduw schaduwen verheldert, Dan gij, wiens schaduw schaduwen doet oplichten, ← beter Hoe sterk zou uw vorm* dan niet zijn hoe maakt de werper van uw schaduw furore
“vorm” enkelvoud is hier conditie: [“u zou een sterke conditie hebben”
Bij klare dag en zoveel klaarder licht, bij klare dag met uw nóg klaarder licht, Als zelfs uw schim bij dichte blik zo schittert? wanneer voor niet-ziende ogen uw schim al zo schittert? Hoe worden, zeg ik, mijn ogen steeds gezegend Hoe worden (zeg ik) mijn ogen steeds gezegend, Wanneer ze in 't levend licht u mogen zien? als zij naar u kijken tijdens de levende dag,
contrast met “dode nacht” (r.11) gemist
Als zelfs 's nachts uw schone, vage schim te vermijden clash wanneer in de dode* nacht uw schone, onvolmaakte schim Zijn beeld kan werpen op niet-ziende ogen? Grandgagnage i.p.v. Shakespeare gedurende diepe slaap al voor niet-ziende ogen verkeert? Een dag is nacht, tot ik u weer zie komen, Alle dagen zijn nachten om te zien, totdat ik u zie, En nacht is dag als ik van u kan dromen. droom en nachten heldere dagen, wanneer dromen mij u vertonen.