Rick Jongerius Visual essay Hogeschool van de Kunsten Utrecht
‘Some people believe football is a matter of life and death. I am very disappointed with that attitude. I can assure you it is much, much more important than that.’ – Bill Shankly
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING pagina 7
BROOD EN SPELEN pagina 8 – 25
TRADITIE DER HERALDIEK pagina 26 – 65
VOETBAL VERSUS RELIGIE pagina 66 – 83
BIBLIOGRAFIE pagina 84 – 85
INLEIDING
Binding tussen medegelovigen, geloof in hogere krachten, rituelen en het op een voetstuk zetten van charismatische personen. Waar de traditionele kerken te maken lijken te hebben met een leegloop, vervult voetbal deze nog steeds aanwezige drang naar onderlinge binding in de samenleving. Wonderen vinden nu plaats op tochtige bijvelden in de polder, in tot de nok uitverkochte stadions en op schoolpleintjes met krijt getekende doelen. Het opstaan voor de wedstrijd, het omkleden, de manier van het veld opgaan, het vieren van doelpunten. Het gebeurt allemaal op een specifieke manier. Samen ben je dankbaar en vier je uitbundig hoogtepunten en samen steun je elkaar bij het verwerken van een verlies. Maar, alles onder het credo: ons bloed, ons zweet, hun tranen.
Rick Jongerius
6
7
BROOD EN SPELEN
Door de gehele mensengeschiedenis heen zijn er ter vermaak, religieuze of politieke redenen vaak bloederige spelen gehouden. Geef het volk brood en spelen, datgene waarmee het volk tevreden wordt gehouden. Zoals bijvoorbeeld de gladiatorengevechten in het Romeinse rijk. Brood en spelen (panem et circenses in het Latijns) betekent letterlijk ‘eten en amusement’. Deze uitdrukking is bedacht door de Romeinse schrijver Juvenalis. Hij gebruikte de term brood en spelen sarcastisch: hij wilde ermee aangeven dat het Romeinse volk oogkleppen op had voor het verval van het Romeinse Rijk. Zolang er maar brood werd uitgedeeld en spelen werden georganiseerd, was het volk tevreden, en keek het niet verder dan zijn neus lang was. In 71 v.Chr. werd al begonnen met het gratis uitdelen van brood, omdat de kosten voor het levensonderhoud in Rome voor veel mensen te hoog waren en er een hongersnood dreigde. De spelen die georganiseerd werden, waren paarden- en wagenrennen, vaak afgewisseld met demonstraties van rijkunst, worstelwedstrijden en bloedige gevechten tussen mens en dier, of tussen dieren onderling. Maar waarom hebben wij als mensen altijd zo de behoefte gehad aan deze spellen? En wat is het verschil met de spellen van toen en nu? 8
9
Of het nu een videospel, bordspel of een fysiek spel is zoals voetbal. Het is niet zo dat het je leven kan kosten als je niet scoort. En als dat wel zo zou zijn, waarom zou je dan uberhaupt een tegenstander uitnodigen die wil voorkomen dat je scoort? Het doel van een spel is dus door de geschiedenis heen veranderd. De Britse schrijver Bernard Suites1 omschreef het moderne principe van een spel als volgt: ‘A game is a voluntary attempt to overcome unnecessary obstacles’. We zoeken dus vrijwilig de uitdaging op en creëren daarmee een onnodig probleem voor ons zelf. Het is onnodig omdat de beloning niet van essentieel belang voor ons. Maar wat is precies de definitie van spel? Videogame designer Chris Crawford 2 heeft dit proberen uit te leggen in zijn boek.
Bernard Suites: The Grasshopper: Games, Life and Utopia (1978) 1
Chris Crawford, Chris Crawford on Game Design (2003) 2
10
Spellen zijn leuk om te doen. Een boek lezen of een film kijken is ook leuk om te doen maar het zijn beide géén spellen omdat ze van oorsprong niet interactief zijn. Maar zodra iets leuk én interactief wordt onstaat er ‘interactive play’. Dit is weer onder te verdelen in twee categoriën. De eerste categorie is ‘speelgoed’. Neem bijvoorbeeld speelgoed autootjes. Het spelen is leuk en interactief maar er wordt geen doel gesteld. Als het leuk, interactief en een duidelijk doel heeft spreek je van een ‘uitdaging’. De uitdaging kent ook twee vormen. Als de uitdaging geen interactie bevat met andere mensen spreek je van een ‘puzzel’. De tegenhanger hiervan bevat vanzelfsprekend wel interactie met anderen. Deze vorm heet dan een ‘conflict’. Een hardloop wedstrijd is zo’n conflict. En alhoewel er interactie is met de andere lopers, mag je je niet bemoeien met je tegenstanders. Dit heet een ‘competitie’. Maar mag je je bemoeien met de tegenstander en die mag hetzelfde bij jou doen dan vormt zich een ‘game’ (spel). 11
What is a game?
interactive play
game You are allowed to interact and interfere with the other competitors and they can do the same to you.
Fun ánd interactive
Puzzle When the challenge involves no other people.
Toy
competition
Fun to play with, but no goal or objective associated with it.
When you are not allowed to interfere with the other competitors, like in a footrace.
Challenge Fun to play with and with a clear objective.
ConFLict When there are other people involved.
12
13
Kort samengevat is een ‘game’ dus interactief, doelgericht en je hebt te maken met andere mensen die invloed hebben op jou en elkaar. Technisch gezien zou je hier uit kunnen leiden dat het echte leven één grote game is. In deze beredenering zit de essentie op het vraagstuk waarom we spelen. Het zit in de aard van zowel mensen als dieren om op hele jonge leeftijd te spelen. Er is een theorie dat dit spelen wellicht ontstaan is als een manier van de natuur om onze lichamen fysiek voor te bereiden voor de momenten dat we het echt nodig zullen hebben. Bijvoorbeeld bij levensbedreigende situaties. Dit klinkt misschien aannemelijk, maar je kunt hier je vraagtekens bij plaatsen. In de natuur kan spelen ook juist leiden tot gevaar omdat je minder voorzichtig bent. Daarnaast verspil je ook nog eens kostbare energie, heb je de kans om een verwonding op te lopen en komt het simuleren van het gevaar qua intensiteit niet eens in de buurt van de werkelijkheid. Misschien is spelen niet zozeer het fysiek voorbereiden van het lichaam, maar het voorbereiden van de hersenen. Spelen is goed voor de hersenen, zeker in de vormende jaren als kind zijnde 3. In deze periode ben je sowieso vooral bezig met spelen en gek doen. Hier is ook wetenschappelijk onderzoek naar gedaan met ratten. Het bleek dat de ratjes die met veel leeftijdgenootjes opgroeiden, meer speelden en groter ontwikkelde hersens hadden dan hun leeftijdsgenootjes die opgroeiden met volwassen ratten. Het is nog niet bewezen dat het spelen cruciaal is bij de ontwikkeling van de hersens maar wel dat het een rol speelt bij de ontwikkeling van bepaalde delen van de hersenen. New York Times, Taking Play Seriously (2008) 3
14
15
‘Five days shalt thou labour, as the Bible says. The seventh day is the Lord thy God’s. The sixth day is for football.’ – Anthony Burgess
16
17
Onlosmakelijk verbonden met spelen en spelletjes zijn de beloningen die erbij horen. Het doel van een spel spelen is het behalen van de beloning. Waarom we deze beloningen zo nastreven heeft te maken met onze persoonlijke behoeften. Psycholoog Abraham Maslow 4 publiceerde de ‘Piramide van Maslow’. Dit was een hiërarchische ordening van deze menselijke behoeften. Het schema geeft een inkijkje waarom we dingen doen en waarom soms juist niet. Het principe van de piramide is simpel. Het komt erop neer dat een mens niet omhoog kan ‘groeien’ totdat de behoeftes zijn voldaan waar hij of zij zich in bevind. De behoefte om bijvoorbeeld nieuwe dingen te leren of op ontdekking te gaan zal er niet zijn als de persoon moet overleven in bepaalde situatie. Spelen zou ook vallen in de hogere segmenten van de piramide. Mensen en dieren spelen, maar niet als ze honger hebben of gestressed zijn. De lagere behoeftes in de piramide zijn vrij helder voor ons. Als je honger hebt, eet je totdat je voldaan bent. Maar hoe hoger in de piramide, hoe gecompliceerder de behoeftes en de manieren die vereist zijn om die te voldoen. Dit zou je weer kunnen weer leiden op de uitspraak van Chris Crawford dat het leven het grootste en moeilijkste spel is. Het spelen van het leven vereist namelijk meer dan alleen maar slapen, ademhalen en eten. In het leven is het niet altijd even makkelijk om te bepalen wat je volgende stap wordt. Je weet vaak niet of de keuzes die je gemaakt hebt de juiste waren op dat specifieke moment. En als je het te weten komt is het vaak veel later of te laat. In het leven zijn de regels ingewikkeld, het doel is niet vast gesteld en de manier waarop je dit doel moet bereiken is onbekend of voor elk persoon verschillend. Daarnaast moet je vaak erg lang wachten op je beloning of komt die zelfs helemaal niet. 18
Abraham Maslow, Behoefte piramide van Maslow (1943) 4
19
morality, creativity, spontaneity, problem solving, Self-actualization
lack of prejudice, acceptance of facts self-esteem, conFIdence,
Esteem
achievement, respect of and by others
friendship, family, sexual intimacy love/belonging
security of: body, employment, resources, morality, the family, Safety
Physiological
20
health, property
breathing, food, water, sleep, sex, homeostasis, excretion
21
Dus als je het zo bekijkt is het eigenlijk volkomen logisch dat we extra spellen hebben uitgevonden binnen ons spel van het leven. We hebben deze zo ontworpen dat ze snel, makkelijk te begrijpen en duidelijke beloningen hebben. Daarom hebben we bij spellen spelregels bedacht. In het leven zitten teveel onzekerheden. Je weet bijvoorbeeld niet zeker of je collega wel echt 100% achter je staat. Bij sportspellen in teamverband bestaat hier geen twijfel over. Je draagt allebei hetzelfde tenue dus hoor je bij elkaar. Teamsport is bij uitstek de manier om aan onze behoefte naar beloningen te voldoen zonder alle onzekerheden van het leven. Zelfs het kijken naar sport als passieve toeschouwer kan al helpen bij het voldoen van sommige van Maslow’s behoeften. Je kan het gevoel krijgen dat je ergens bij hoort, door bijvoorbeeld een team aan te moedigen als supporter. Het succes van jouw team wordt automatisch ook een beetje jouw succes. De Engelse term hiervoor is BIRG (Basking in Reflected Glory). Deze term kent ook een tegenpool, namelijk CORF (Cutting Off Reflected Failure). Als een team gezichtverlies lijdt kan je gemakkelijk zeggen dat je eigenlijk toch niet zo’n grote fan was van ze. Deze begripen reiken eigenlijk nog veel verder dan alleen sport. We passen dit toe op school, werk, familie, verkiezingen etc. Je zou kunnen zeggen dat spellen die door de mens zijn bedacht zijn bedoeld om ons snel en makkelijk psychologische voldoening te geven in het leven, en wij daarin als wezens uniek zijn op deze planeet.
22
23
I eat football, I sleep football, I breathe football. I’m not mad, I’m just passionate. —Thierry Henry
24
25
TRADITIE VAN HERALDIEK
Binnen de sport heb ik vanuit een grafisch perspectief altijd een fascinatie gekoesterd voor de club emblemen. Er zit ontwerp in maar bovenal ook geschiedenis en traditie. Het gebruik van beeldmerken om verschillende kampen te defineren is afkomstig uit de heraldiek. Heraldiek is het systematisch gebruik van erfelijke symbolen bijeengebracht op een schild. Het aanbrengen van deze emblemen gaat terug tot de Griekse en Romeinse oudheid. Rond de 12e eeuw begonnen edellieden en ridders hun uitrusting, met name schilden, te beschilderen met eenvoudige vormen en contrasterende kleuren. Het systeem achter de symbolen kwam vooral tot stand door familienaam erfenis zodat families zich van elkaar konden onderscheiden. In het slagveld kregen de symbolen ook nog een praktische functie. Krijgers konden worden herkend aan de helm die gebruikt werd in het embleem. De keuze van het embleem waaraan een ridder zich wilde laten herkennen werd beïnvloed door de waarde die hij hechtte aan dierlijke eigenschappen zoals vechtlust, adel, sluwheid of behendigheid. Het schild waaruit zich later het wapenschild ontwikkelde, werd beladen of versierd met heraldische motieven die erg verschillend en ingewikkeld konden zijn. Variërend van mytische beesten en vogels tot en met strijdwapens. Zodoende veranderde simpele schilden langzaam maar zeker in complexe emblemen. 26
27
Onderdelen van een wapen (1) motto (2) grond (3) ordeteken (4) schildhouder (5) schild (6) helm (7) dekkleden (8) wrong (9) rangkroon (10) helmteken 28
29
1
4
7
2
5
8
3
1
2
3
4
5
6
6
9
Wapenkleuren Schildverdelingen De achtergrond van een wapenschild bestaat uit een van deze 3 wapenkleuren: een metaal, een kleur of een bont, waarvan de namen uit het Oud-Frans en Perzisch zijn afgeleid. De metalen or (1) en argent (2) zijn afgebeeld als geel en wit. De 5 hoofdkleuren zijn azuur (3), keel (4), sinopel (5), purper (6), en sabel (7). Tot de gestilereerde bont voeringen behoren hermelijn (8) en vair (9). 30
Voorbeelden van schildverdelingen en kleurcombinaties zijn: Geldeeld in keel en zilver (1), doorsneden in goud en sabel (2), geschuind in goud en keel (3), schuingevierendeeld in goud en sabel (4), gevierendeeld in sinopel en goud (5), en verdeeld volgens de gaffelsnede in keel, zilver en azuur (6). 31
Wapenvelden Wapenvelden zijn algemeen gebruikte geometrische figuren die op de achtergrond van het schild zijn aangebracht. In de heraldiek wordt eerst de kleur van de achtergrond genoemd en dan de naam en kleur van de hoofdfiguur.
1
2
3
1
4
5
8
3
4
5
6
6
7
2
7
8
9
10
9
Schildvormen Bovenstaande schilden dragen: in zilver een azuur schildhoofd (1), in goud een dwarsbalk in keel (2), in zilver een sabele paal (3), in azuur een gouden schuinbalk (4), in sinopel een gouden keper (5), in azuur een zilveren gaffel (6), in keel een zilveren kruis (7), in goud een keel kruis (8), in goud, purper gekruisd (9,) 32
Het schild is het belangrijkste component van een wapenschild, varieert in vorm van eenvoudige 13e eeuwse vormen (1, 2,3 ), tot de meer ongregelmatige vormen uit het 14e eeuwse Italïe en Duitsland ( 4, 5 ). De eenvoudige schilden van de 15e en 16e eeuw werden gevolgd door de krulvorm (9) van de 17e eeuw een een sierlijke 19e eeuwse vorm (10). 33
Aangezien de heraldiek oorspronkelijk gebruikt werd om herkenning op het slagveld te vergemakkelijken, werden alleen de helderste en krachtigste kleuren gebruikt. Zoals rood, in de heraldiek keel genaamd, blauw (azuur), groen (sinopel), zwart (sabel), en wit (argent of zilver). Goud (or) en zilver die in de heraldiek als metalen bekend staan, waren ook gebruikelijk. De heraldiek beperkte zich niet tot adelijke families en ridders, en spreidde zich ook uit naar ambachtelijke gildes en het katholieke geloof. Binnnen de glasschilderkunst werd steeds meer gebruik gemaakt van de rijkelijk versierde emblemen. Deze leende zich hier uitstekend voor vanwege hun felle kleuren en duidelijke ontwerpen. Heraldiek in de katholieke kerk wordt nog steeds toegepast. Omdat de heraldiek van de krijgshaftige ridders, in de kerk “burgerlijke heraldiek” genoemd, niet bij de vredelievende kerk paste, is er in de loop der eeuwen een eigen kerkelijke heraldiek ontstaan waarvan de regels en de ornamenten afwijken van die van de burgers. Het doel van de heraldiek is net als buiten de kerken het aanduiden van personen en hun rang of kwaliteit. De paus is een fons honorum en kan daarom wapens, titels en eerbewijzen verlenen die overal worden erkend. Daarnaast is hij ook aartsbiscchop van Rome. Zijn kenmerkende insignia waren twee gekruiste sleutels en een tiara. Echter, in 2006 koos de nieuwgekozen Paus Benedictus XVI een wapen dat brak met de eeuwenoude traditie. De al sinds de dood van Paus Paulus VI niet meer gedragen tiara werd vervangen door een mijter en voor het eerst in de geschiedenis werd een pallium (de vreemd uitziende vorm onderaan) aan het wapen toegevoegd. Het wapen van de huidige Paus is hier ook van afgeleid. 34
Wapen van Harwich Town in glas in lood 35
Het (lege) klassieke wapen van een Paus
36
Het ingevulde wapen van Paus Paulus VI
37
Paus Benedictus XVI en zijn wapen
38
39
(De huigide) Paus Franciscus en zijn wapen
40
41
I told myself before the game, ‘he’s made of skin and bones just like everyone else’ - but I was wrong. —Tarcisio Burgnich (about Pelé)
42
43
Het gebruik van emblemen maakt de vrij complexe structuur van het Vaticaan een stuk helderder. Elke rang heeft als het ware een ‘nul-waarde’ embleem. Deze wordt individueel ingevuld. In het embleem komen elementen naar voren zoals speciale taken of nevenfuncties, afkomst en geschiedenis. Zoals bijvoorbeeld bij kardinalen: Sinds 1775 mag iedere kardinaal, ongeacht rang (kardinaal-diaken, kardinaal-priester of kardinaalbisschop), de rode kardinaalshoed met aan weerszijden 30 rode kwasten voeren. Is de kardinaal geen bisschop gewijd, dan ontbreekt ook de bisschopsstaf. Is de kardinaal wel bisschop gewijd, dan staat achter het wapenschild staat een bisschopsstaf met Latijns kruis met enkele dwarsbalk. Betreft het een aartsbisschop (dat mag titulair zijn), dan mag de kardinaal een patriarchaal kruis voeren. Is de kardinaal ook nog eens metropoliet, dan mag het pallium in het wapen worden toegevoegd. In het verleden kwamen in kardinaalswapens ook kronen, schildhouders, onderscheidingen, overdadige hoeveelheden kwasten (soms wel veertig), en kromstaven voor maar deze werden in de loop der jaren steeds meer weggelaten.
Kardinaal, maar niet bisschop gewijd
Kardinaal, bisschop gewijd, maar géén aartsbisschop en géén metropoliet.
Kardinaal, bisschop gewijd én (al dan niet titulair) aartsbisschop, maar géén metropoliet.
Kardinaal, bisschop gewijd, (al dan niet titulair) aartsbisschop én metropoliet.
Zo zijn er net als de kardinalen vele vormen en regels per rang om de structuur weer te geven.
44
45
Kardinaal Simonis
Kardinaal Marchisano
Kardinaal Danneels
Kardinaal Wetter
Angelo Sodano
Kardinaal Jean-Loius Tauran
Kardinaal Gulbinowicz
Kardinaal Martins
46
47
Gezien het feit dat heraldiek van oorsprong dus werd gebruikt op het slagveld, is het hedendaags helemaal niet vreemd dat teams ook gebruik maken van emblemen. Het embleem en het kleurgebruik van de kleding zorgen voor de herkenning en voorkomen verwarring op tijdens de (wed)strijd. Hoewel de gebruikte stijl een stuk minder klassiek is, blijft het in de basis heraldiek. De logo’s bevatten kenmerkende gebouwen, symbolische dieren of Latijnse strijd motto’s. Zoals al eerder beschreven veroorzaakt sport een sterk gevoel van onderlinge binding. Mensen kunnen een enorm sterke affiniteit ontwikkelen met een vereniging. De vererniging of club bestaat eigenlijk alleen op papier. Je kan erbij horen door wedstrijden te bezoeken, óf daar je uit te dossen in de clubkledij. Dit veroorzaakt dat het clubembleem méér wordt dan een platte afbeelding. Het geeft supporters een gevoel van trots en een gevoel van warmte. Het logo staat symbool voor de tijden die de club zo groot hebben gemaakt. Tradities en emoties spelen voornamelijk een hele grote rol. Het wijzigen van een club logo of tenue is niet geheel ongebruikelijk maar gaat zelden zonder slag of stoot. Fans van Ajax voeren al jaren grootschalig actie tegen de gecommercialiseerde variant van hun geliefde logo en recentelijk zijn fans van Everton F.C. uit Liverpool een petitie gestart om de doorvoering van een nieuw logo te voorkomen. Maar ook het shirt is heilig. Recentlijk zijn fans van Vitesse boos geworden op het bestuur omdat deze had besloten af te stappen van het traditionele geel-zwart gestreepte shirt, en het veranderen van de clubkleur van blauw naar rood (omdat de clubeigenaren uit Maleisië dat onderdeel vonden van grote veranderingen) viel ook niet goed bij de supporters. Van tradities dien je nu eenmaal afblijven.
48
49
50
51
‘You can change your wife, your politics, your religion, but never, never can you change your favourite football team.’ – Eric Cantona
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
‘Soccer is the biggest thing that’s happened in creation. It’s bigger than any ‘ism’ you can name.’ — Alan Brown
64
65
VOETBAL VERSUS RELIGIE
Voetbal is oorlog. Maar voetbal is ook religie. Het zijn beide gevleugelde uitspraken. Als je voetbal en religie naast elkaar legt hebben ze eigenlijk ook best veel kenmerken gemeen. Een hoop dingen die we in religie zien, gebeuren ook op of rondom het voetbalveld. Bijvoorbeeld het vereren van virtuoze spelers en trainers. Deze kunnen nog lang nadat ze vertrokken zijn bij een club rekenen op een onaantastbare status die zelfs respect afdwingt bij mensen die ze nooit hebben zien spelen. (oud-)Spelers zoals Johan Cruijff, Pelé, Eusebio en Maradona genieten zijn dat soort 'mytische legendes', waarbij er voor laatstgenoemd in Argentinië zelfs een eigen religie is opgericht. The Church of Maradona (compleet met eigen kerk, afbeeldingen en relikwieën). Er zijn nog meer rechtstreekse vertalingen te vinden die vanuit de religie worden geleend. Supporters van Ajax zien hun spelers als de 'Godenzonen' en associëren zichzelf met Joden. Johan Cruijff zijn benaam was 'El Salvador' (vertaald De Verlosser). Het Wembley stadion in Engeland heeft het Heilige Gras en de Kuip in Rotterdam is de voetbaltempel van Nederland. Zelf uitwassen van religie zoals fundamentalisme en extremisme komen zelfs voor in de vorm van rellen en hooligans. Maar hoe verhouden religie en voetbal zich inhoudelijk tot elkaar? Kan iets als voetbal uiteindelijk religie doen vervangen?
66
67
68
69
Om te beginnen hebben de traditionele religies de afgelopen jaren te kampen met een leegloop. Bijvoorbeeld het aantal Nederlanders dat een religieuze dienst bezoekt, is de afgelopen jaren fors afgenomen. In 2010 en 2011 ging een op de zes mensen minstens één keer in de maand naar een kerk of moskee. Tussen 1997 en 1999 was dat nog een op de vier. Dit zou je kunnen verklaren door te zeggen dat de jongere generaties zich niet kunnen vinden de theologie van deze religies. Het betekend echter niet dat religie in de breedste zin van het woord geen enkele rol meer speelt. Buiten de kerken ontwikkelen zich namelijk allerlei vormen van niet-institutionele geloven die op de een of andere wijze wel raakvlakken hebben met spiritualiteit. Dit zijn vaak stromingen waarin god of goden nauwelijks nog een rol spelen maar wel voldoen aan verdere kenmerken van religie, zoals rituelen en het geloof in niet vast te stellen krachten.Sport in het algemeen, en voetbal in het bijzonder zou je zo'n stroming kunnen noemen. En hoe je het ook wend of keert, de sport heeft min of meer de plaats ingenomen die ooit voorbehouden was aan de religie. Dit heeft het misschien gedaan doordat het dezelfde maatschappelijke functies heeft overgenomen, namelijk; het overbrengen van (nieuwe) normen en waarden, saamhorigheidsgevoel en met name het vormen van een nieuwe identiteit. Vroeger had je een stuk minder keuzes bij het ontwikkelen van je eigen ideniteit. Als je een Limburger was, dan was je automatisch Katholiek. Werd je echter geboren in Gelderland dan was je Protestants. Mede door het razend snelle veranderen van onze maatschappij in de afgelopen decennia is dit gegeven volledig weg. Deze grote keuzevrijheid heeft natuurlijk ook een keerzijde. We leven in dus danig veel vrijheid dat we bijna alles zelf kunnen bepalen. 70
De manier waarop je je kleedt, wat je wilt eten, het beroep wat je uitoefent etc. Te veel opties kan verlammend werken en onzekerheden opwekken. Onzekerheid is uiteraard een slechte raadgever in het grote 'Spel van het Leven'. Daarin kan het fijn zijn jezelf te wijden aan een doel of zaak waarin bepaalde dingen al zijn vastgesteld. Religie is eigenlijk een verzameling rituelen, aangevuld met de theologie. Wat voetbal en religie gemeen hebben is dat je een tijdje 'buiten de tijd leeft' (liminaal). Op het moment dat het ritueel plaatsvindt houd je je alleen en enkel daar mee bezig. Er bestaat tijdelijk geen andere werkelijkheid. Daarnaast hebben een dienst of een wedstrijd een duidelijk begin en een duidelijk einde op een vast gestelde plek (heterotopia). Dit is een locatie die anders is dan alle anderen en gemaakt speciaal voor het ritueel. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een stadion, arena, gemeentehuis of een kathedraal. Wat voetbal bijzonder maakt is de (heilige?) geest van het voetbal. Het is de combinatie van groepsbinding tegen de oppositie die ervoor zorgt dat het publiek enorm bij het ritueel betrokken wordt en actief onderdeel wordt binnen het grotere ritueel van voetbal. Het kruisje slaan van een speler voor een wedstrijd is dus maar een fractie van het grotere plaatje. De rituelen beginnen al bij de 'pelgrimage' die de supporters maken naar het stadion toe, lang voordat de scheidsrechter fluit voor de start van de wedstrijd. En vanzelfsprekend eindigen de rituelen ook veel later dan wanneer de scheidsrechters fluit voor het eindsignaal.
71
‘If God had wanted us to play football in the clouds, he’d have put grass up there.’
– Brian Clough (on his dislike for long balls)
72
73
74
75
Naast de vele overeenkomsten zijn er wel ook interessante en aanzienlijke verschillen tussen de twee. Binnen religie draait het vooral om het niet lichamelijke, waarbij voetbal zich richt op het extreem lichamelijke van de mens. Het hiernamaals speelt een grote rol bij religie staat weer recht tegenover het hier en nu van voetbal. Bij religeuze rituelen lijkt de tijd stil te staan en wordt er geen tijd opgemeten. In voetbal is tijd van vitale betekenis en ben je voortdurend bewust hiervan (denk aan het scorebord, blessuretijd etc.) Daarnaast is er vanuit de religeuze hoek vaak ter verdediging te horen dat sport geen antwoord geeft op fundamentele levensvragen, iets wat religie pretendeert wel te bieden.
Dat de twee verschijnselen elkaar niet mogen is duidelijk, maar het blijft voor mij fascinerend hoe dicht ze elkaar benaderen en de wijze waarop de focus van religie is verschoven naar andere niet-institutionele geloven. Antwoorden op levensvragen zullen we altijd blijven zoeken, en vaak niet of pas te laat krijgen. Die worden niet gevonden in zowel religie als voetbal. Wel geloof ik dat er bij voetbal rituelen plaats vinden die breder kunnen worden getrokken dan alleen het spel van elf tegen elf, zoals bijvoorbeeld het niet zomaar genoegen met een tweede plaats. Altijd alles geven en werken naar je volledige capiciteiten. Maar ook kameraad- en broederschap en bereid te zijn daar voor door het (spreekwoordelijke) vuur te gaan. Voor mij is het de ultieme combinatie van individualisme en collectivisme.
Wouter van Beek 6, hoogleraar antropologie van de Religie aan de Universiteit van Tilburg, omschrijft de uiteindelijke verhouding als volgt:
Jij en wij tegen de rest. Religie en sport lijken op elkaar omdat ze tegengestelde virtuele werkelijkheden genereren. Ze zijn elkaars omgekeerde spiegelbeeld.En dat betekent dat zij elkaar eigenlijk niet mogen. Zij houden niet van elkaar. Beide virtueel, beide het sublieme belichamend, beide vaak zeer emotioneel, maar precies het tegendeel. Daarom flirten ze misschien met elkaar, maar is er van echte liefde geen sprake. Als sport en religie soortgelijke functies in de maatschappij hebben, dan is dat omdat zij beide virtuele werelden zijn, waarin men zich beschermd weet. In zo'n wereld kan men veilig emoties investeren, heftige emoties die heel duidelijk worden getoond. Men kan ziel en zaligheid geven tijdens ritueel of wedstrijd, zich geheel verliezend in die vreemde, 'heilige' handelingen. Het is toch maar een tijdelijk gebeuren, na afloop wacht weer de gewone wereld. 76
Wouter van Beek, Religie en sport houden niet van elkaar (2012) 6
77
78
79
80
81
‘Whoever invented football should be worshipped as a God.’ – Hugo Sanchez
82
83
BIBLIOGRAFIE
Boeken: Spectrum, Gebrandschilder glas: schilderen met licht (1977) Floor Wesseling, Blood In Blood Out (2010) Leonard G. Lee, Encyclopedia of Monograms (2010) Guillaume van der Stighelen, Echt (2012) Artikelen: Ymke Kuiper, Is voetbal een nieuw soort religie? (2008) New York Times, Taking Play Seriously (2008) Wikipedia, Kerkelijke Heraldiek de Volkskrant, Anton C. Zijderveld en Mark van Ostaijen, Godenzonen, het heilige gras en de verlosser: voetbal is een religie (2012) Trouw, Paul Post, In de Oranjegekte vieren we onze nationale identiteit (2012) Wouter van Beek, Religie en sport houden niet van elkaar (2012) Uitzendingen: Ymke Kuiper, Sport & Antropologie (2010) RKK, Hand van God (2012) RKK, Kruispunt: Religieuze beleving van het balspel (2012) VSauce, Why Do We Play Games? (2013) Overig: www.footballculture.com www.indehekken.net 84
85