gemeente Eindhoven Raadsnummer 14R6022 Inboeknummer 14bst01443 Dossiernummer 14.40.406 30 september 2014
Raadsinformatiebrief Onderwerp: standpunt college t.a.v. de Ruit. Inleiding Elk najaar vindt er overleg plaats tussen de Minister van Infrastructuur en Milieu en de verschillende regio's in het land. In dit Bestuurlijk Overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (BO MIRT) worden afspraken gemaakt over strategische dossiers waar Rijk en regio gezamenlijk aan werken, zoals grote infrastructurele werken (weg, water en spoor) en gebiedsvisies. Het BO MIRT staat gepland voor 13 november 2014. De belangrijkste onderwerpen zijn deze keer het MIRT-onderzoek Brainport Avenue, de bereikbaarheid van Eindhoven Airport en de Ruit. Deelnemers aan het overleg zijn naast de Minister en de Staatssecretaris o.a. de gedeputeerden Van Heugten en De Boer, burgemeester Blanksma van Helmond als portefeuillehouder Mobiliteit van de Metropoolregio Eindhoven (MRE), wethouder Jacobs van Tilburg namens de B5 (bij toerbeurt) en deze keer ook wethouder Van Dorst als voorzitter van de Stuurgroep MIRT-onderzoek Brainport Avenue. Vorig jaar is de Ruit tijdens het BO MIRT niet aan de orde geweest. Echter, bij de behandeling van het MIRT in de Tweede Kamer is een motie van de Kamerleden Dik-Faber en Van Veldhoven aangenomen, waarop de Minister de provincie heeft verzocht een nieuwe MKBA te maken (bijlage 1). Zij heeft de provincie de ruimte heeft gegeven tot aan het BO MIRT van najaar 2014 om te bekijken hoe voortgang zal worden gegeven aan de Ruit en of de provincie mogelijk voorkeur heeft om andere projecten in de regio te versnellen. Gedeputeerde Staten heeft op 2 oktober een voorlopig voorkeursalternatief gepubliceerd. Het provinciebestuur kiest voor de ‘Verkeersruit Eindhoven-Helmond-Asten’ aangevuld met maatregelen om doorstroming van verkeer lokaal in Veghel en op de A67 tussen Leenderheide en Asten te verbeteren (de Noord Oost Corridor 2x2 zoals opgenomen in de tabel op pagina 1 van deze bijlage) zonder verbreding van de N279 tussen Veghel en Gemert. In ons coalitieakkoord "Expeditie Eindhoven" hebben wij afgesproken dat wij, in plaats van het aanleggen van een Ruit om Eindhoven, investeren in slimme bereikbaarheidsoplossingen. Ook de gemeenten Helmond, Nuenen en Son en Breugel spreken zich in hun coalitieakkoorden uit tegen de aanleg van de Ruit. In een poging om als 21 regiogemeenten op een lijn te komen heeft de Metropool Regio Eindhoven (MRE) afgelopen zomer een quick scan laten uitvoeren naar mogelijke alternatieven voor de Ruit. Dit heeft een pakket aanvullingen op en alternatieven voor de plannen van de provincie opgeleverd, opgebouwd volgens de Mobiliteitsladder (opgenomen in bijlage 2: Toelichting) en vervat in het rapport “Van A > Brainport – Brainport Beter Bereikbaar” van Raadhuis Advies. Op vrijdag 19 september 2014 heeft de MRE alle gemeenteraden in de regio hierover geïnformeerd. Het pakket ziet er in grote lijnen als volgt uit: b promoten mobiliteitsmanagement en beperking autogebruik door o.a. thuiswerken, het nieuwe werken, telewerken; b bevorderen fietsgebruik (E-bike) door het uitvoeren van geplande investeringen en extra investeren in regionale fietsinfrastructuur voor hogere snelheden en langere afstanden;
Raadsnummer 14R6022
b b b b b
uitvoeren van geplande verbeteringen in het openbaar vervoernetwerk (HOV) en verhogen van de frequentie van de sprinter op het traject Deurne-Best; beter benutten van de bestaande infrastructuur door te investeren in smart mobility; uitbreiden van de A67 met een extra rijstrook van Leenderheide tot Asten; ongelijkvloers maken van de N279 (dus geen verdubbeling) incl. een oostelijke omleiding om Dierdonk; nieuwe infrastructuur in de vorm van een oost-west verbinding tussen knooppunt Ekkersrijt en de N279 bij Laarbeek, uitgevoerd in 2x1 rijstroken.
Tot op heden zijn de verschillende colleges van B&W in Zuidoost Brabant nog niet tot een eensluidend standpunt gekomen. In de quick scan van Raadhuis Advies en in het besluit van GS wordt geconcludeerd dat ondanks intensivering van investeringen in mobiliteitsmanagement, fiets, OV, benutting (smart mobility) en opwaardering van de A67 - toch een nieuwe weg nodig is. Wij staan als college op het standpunt dat we het aanleggen van nieuwe wegen overbodig moeten maken door andere vormen van mobiliteit te verbeteren en gebruik te maken van de mogelijkheden die nieuwe technologie ons biedt. In de berekeningen die zijn uitgevoerd, zowel voor de provinciale plannen voor de Ruit als voor het alternatief pakket van de MRE, komen nieuwe vormen van mobiliteit niet voor en worden voor het aandeel van de modaliteiten fiets en openbaar vervoer slechts aannames gedaan. Dit is de beperking van de verkeersmodellen waarover we beschikken. Wij gaan de komende tijd een aantal stappen verder: de onzekerheden in het voorspellen van verkeersgedrag worden verkleind door meer gebruik te maken van daadwerkelijk gemeten verkeersgegevens en, zo mogelijk, real time data. Wij gaan ons inspannen voor een transitie naar slimme en duurzame mobiliteit: hier liggen tal van kansen en mogelijkheden die nog niet benut worden. Dit is ook een kans voor de economie in onze regio: diverse bedrijven die voorop lopen in deze technologie zijn in de regio gevestigd. Denk aan NXP en de bedrijven op de High Tech Automotive Campus. De Roadmap Slimme en Duurzame Mobiliteit, die wij samen met de TU/e, de gemeente Helmond en de MRE gaan maken, zal hier invulling aan geven. De Ruit is nadrukkelijk gepositioneerd als een oplossing voor de regionale bereikbaarheid en is niet gericht op het (inter)nationale niveau. Met onze alternatieve aanpak kijken we niet alleen naar de bereikbaarheidsknelpunten in de regio, maar ook naar de belangrijke (inter)nationale achterlandverbinding tussen de Mainport Rotterdam en het Duitse achterland (de corridor A58-A67). Ook onze partners in de B5samenwerking en de gemeente Venlo zijn gebaat bij een aanpak die verder kijkt dan alleen de regio Zuidoost Brabant. Daarnaast vinden we niet alleen de bereikbaarheid van belang voor de regionale economie, maar kijken we ook naar de leefbaarheid en de landschappelijke waarden die onze stedelijke regio tot een aantrekkelijke woon- en werkomgeving maken. Dat is in het belang van zowel bedrijven als bewoners in onze regio. Met de aanleg van de Ruit worden die belangen niet gediend. Uit alle onderzoeken komt duidelijk naar voren dat geen enkele infrastructurele ingreep alle problemen oplost. De stedelijke problemen in Helmond en Eindhoven worden niet opgelost door de Ruit zoals voorgesteld door de provincie en evenmin door een nieuwe oost-west verbinding in 2x1 rijstroken zoals in het alternatief pakket van de MRE. In bijlage 2 vindt u een tabel, gebaseerd op bevindingen van Raadhuis Advies, waarin de vergelijking tussen deze twee infrastructurele ingrepen wordt gemaakt op basis van de doelstellingen van de Ruit. De aanpak die wij voorstaan, past prima in het Bereikbaarheidsakkoord 2007. De Mobiliteitsladder blijft het uitgangspunt voor de afwegingen die we maken. Het college is, ofschoon het Bereikbaarheidsakkoord destijds zonder volgordelijkheid als een integraal pakket is neergezet, van mening dat de Mobiliteitsladder consequent moet worden afgelopen. Wij vinden dat de benadering van de problematiek en de uitvoering van het Bereikbaarheidsakkoord moeten worden aangepast aan de actuele ontwikkelingen in de maatschappij en in de techniek.
2
Raadsnummer 14R6022
We houden vast aan de doelstellingen die met het realiseren van de Ruit worden beoogd, namelijk: b garanderen van de bereikbaarheid van de economische centra;
b
verminderen van sluipverkeer en doorgaand verkeer in de dorpen;
b
verminderen van doorgaand verkeer in Eindhoven en Helmond;
b
zorgen voor robuust (regionaal) wegennet.
Ons voorstel voor de aanpak van de bereikbaarheids- en leefbaarheidsproblematiek aan de oostkant van de Brainport regio is opgesteld volgens de stappen op de Mobiliteitsladder. Voor een groot deel komt dit voorstel overeen met het alternatief pakket van de MRE, behalve de laatste stap, de aanleg van nieuwe infrastructuur. U vindt de stappen die wij gaan zetten in bijlage 2: Toelichting. Het is nu aan de gemeenteraden van de samenwerkende gemeentes om hun positie te kiezen. Daarna zullen op diverse momenten en in diverse gremia besluiten worden genomen over de bereikbaarheid van het oostelijk deel van de Brainport regio. Het proces dat de komende maanden doorlopen wordt vindt u in bijlage 2: Toelichting.
Actueel maatschappelijk onderwerp/probleem Coalitieafspraak Besluit van college van burgemeester en wethouders Het college neemt de voorkeursvariant van de provincie en de conclusie van Raadhuis Advies ten aanzien van het alternatief maatregelenpakket voor de Ruit - dat ondanks intensivering van investeringen in mobiliteitsmanagement, fiets, OV, benutting (smart mobility) en opwaardering van de A67 een nieuwe weg nodig is - niet over en stelt zichzelf tot taak het pakket van slimme en duurzame mobiliteitsmaatregelen zodanig uit te voeren dat een nieuwe oost-westverbinding overbodig wordt. Argumenten/kanttekeningen 1.1 Het college neemt het Bereikbaarheidsakkoord 2007 en de Mobiliteitsladder als uitgangspunten. Ofschoon het Bereikbaarheidsakkoord destijds als een integraal pakket is neergezet, dus zonder volgordelijkheid, is het college van mening dat de Ladder van Verdaas consequent moet worden afgelopen. 1.2 Er wordt maximaal ingezet op de eerste vijf stappen van de Mobiliteitsladder. We doorlopen de Mobiliteitsladder van bovenaf, conform het pakket van Raadhuis Advies. Stappen 1 t/m 5 (bijlage 2) worden uitgevoerd conform het Bereikbaarheidsakkoord, waarbij alle maatregelen opnieuw getoetst worden op actualiteit en effectiviteit. 1.3 De wegenstructuur in de kent nu al bereikbaarheidsknelpunten die aangepakt moeten worden. Ingrepen in de bestaande infrastructuur (o.a. A67, N279) zijn nodig verkeer in het gebied te beperken. 1.4 De aanleg van een nieuwe weg die het Dommeldal doorsnijdt is niet in overeenstemming met het coalitieakkoord. Kosten en dekking Aan dit besluit zijn op dit moment voor de gemeente Eindhoven geen kosten verbonden. Ter inzage gelegde stukken Op 19 september 2014 is door de MRE een persbericht en het rapport “Van A > Brainport – Brainport Beter Bereikbaar” van Raadhuis Advies naar alle betrokken gemeenteraden verspreid. Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
secretaris
3
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2013–2014
33 750 A
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2014
Nr. 52
GEWIJZIGDE MOTIE VAN DE LEDEN DIK-FABER EN VAN VELDHOVEN TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 36 Voorgesteld 3 december 2013 De Kamer, gehoord de beraadslaging, constaterende dat het Rijk een bijdrage van 268 mln euro heeft gereserveerd voor de Ruit Eindhoven; overwegende dat de MKBA en second opinion op de MKBA voor de Ruit Eindhoven negatief zijn, de commissie MER in een tussenrapportage bij de Notitie Reikwijdte en Detailniveau kritisch is over dit project en de Provinciale Omgevingscommissie van mening is dat nut en noodzaak nog onvoldoende onderbouwd zijn; overwegende dat maatregelen op de A27, A58 & A67 die de (inter)nationale bereikbaarheid van Noord-Brabant sterk verbeteren, zijn getemporiseerd (A27, A58) of geschrapt (A67); overwegende dat de temporisering van de Rijksbijdrage de versnelde aanpak van de A58 middels voorfinanciering door bedrijfsleven en provincie/gemeenten belemmerd; verzoekt de regering, nu nog geen bestuursovereenkomst voor realisatie van de Ruit Eindhoven te tekenen, het project te optimaliseren en daarbij rekening te houden met (potentiële) natuurwaarden van de EHS en een nieuwe MKBA te maken met zowel een hoog als een laag groeiscenario op basis van actuele verkeersprognoses (op basis van verkeersmodel van Rijkswaterstaat); verzoekt de regering, de Rijksbijdrage voor de Ruit Eindhoven niet te schrappen, maar te temporiseren en eerst in te zetten op:
kst-33750-A-52 ISSN 0921 - 7371 ’s-Gravenhage 2013
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 750 A, nr. 52
1
–
– –
– –
realisatie van maatregelen die voortkomen uit het MIRT-onderzoek Brainport Avenue, waaronder realisatie van station Eindhoven Acht/Airport; realisatie 1e fase van een volwaardig knooppunt A27 Hooipolder (klaverturbine of klaversterturbine); realisatie van verbreding A27 Werkendam-Scheiwijk uiterlijk in 2019 beginnen en zo mogelijk versnellen en bij dit project optimaal rekening te houden met een toekomstige spoorlijn Breda–Utrecht; ongedaan maken van de temporisering van de A58 (in ieder geval Eindhoven–Tilburg) zodat versnelde realisatie mogelijk blijft; een in overleg met gemeenten en provincie op te stellen pakket maatregelen voor de Rijksinfrastructuur in de regio Eindhoven (en hierbij verbreding A67 Leenderheide–Geldrop en no-regret pakket A67 te betrekken), waarbij ook de principes van Beter Benutten worden betrokken;
en gaat over tot de orde van de dag. Dik-Faber Van Veldhoven
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 750 A, nr. 52
2
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2013–2014
33 750 A
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2014
Nr. 57
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 17 december 2013 Tijdens de stemmingen op 2 december over de moties van het notaoverleg MIRT van 25 november 2013 is de gewijzigde motie van de leden Dik-Faber en Van Veldhoven (Kamerstuk 33 750-A, nr. 36) over de Ruit Eindhoven aangenomen. De motie vraagt mij de Rijksbijdrage voor de Ruit Eindhoven te temporiseren en deze bijdrage in te zetten op een aantal andere projecten in de regio. Deze projecten zijn echter deels niet geprogrammeerd. Het inzetten van het gereserveerde budget voor de Ruit Eindhoven voor deze projecten betekent het schrappen van (een deel van) de bijdrage voor de Ruit. De motie verzoekt dat echter niet, zij spreekt alleen over temporiseren. Ik zal de wens van de Kamer om het project te optimaliseren en daarbij rekening te houden met (potentiële) natuurwaarden van de EHS, en een nieuwe MKBA te maken met zowel een hoog als een laag groeiscenario op basis van actuele verkeersprognoses aan de provincie overbrengen. Ik zal geen overeenkomst met de regio over dit project tekenen, en dus ook geen rijksbijdrage verlenen, voordat de resultaten van dit onderzoek bekend zijn. Ik zal de provincie de ruimte geven tot aan het bestuurlijk overleg MIRT van najaar 2014 om te bekijken hoe voortgang zal worden gegeven aan de Ruit en of zij mogelijk voorkeur heeft om andere projecten in de regio te versnellen. Tot dat moment zal ik het budget van de Ruit nog niet temporiseren.
kst-33750-A-57 ISSN 0921 - 7371 ’s-Gravenhage 2013
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 750 A, nr. 57
1
Dit is ruim op tijd om de geprogrammeerde projecten A27 HoutenHooipolder en de A58 Eindhoven-Tilburg alsnog te versnellen. De start van deze projecten kan pas op zijn vroegst in 2018 plaatsvinden. De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 750 A, nr. 57
2
Bijlage 2: Toelichting Treden van de mobiliteitsladder zijn: Mobiliteitsladder, ook bekend als de Ladder van Verdaas: De ladder biedt een systematiek voor het onderzoeken van mogelijke oplossingen bij verkeersproblemen en is gericht op uitstellen en beperken van het aanleggen of uitbreiden van infrastructuur door het eerst toepassen van andere oplossingen, waarbij de volgorde is: 1. Een ruimtelijke visie en programma gericht op voorkomen van mobiliteit; 2. Anders betalen voor mobiliteit (prijsbeleid, rekeningrijden); 3. Mobiliteitsmanagement en stimulering van fietsgebruik; 4. Verbeteren/optimaliseren van het openbaar vervoer; 5. Benutten van bestaande infrastructuur; 6. Aanpassen van bestaande infrastructuur; 7. Aanleggen van nieuwe infrastructuur.
Vergelijking tussen infrastructurele ingrepen. In onderstaande tabel, gebaseerd op bevindingen van Raadhuis Advies, wordt een vergelijking gemaakt tussen twee infrastructurele ingrepen: 1. de Ruit zoals voorgesteld door de provincie; 2. een nieuwe oost-west verbinding in 2x1 rijstroken zoals in het alternatief pakket van de MRE.
NOC = Noord Oost Corridor; VKA = Voorkeursalternatief; Sc2 = Scenario2
Voorstel voor de aanpak van de bereikbaarheids- en leefbaarheidsproblematiek Brainport Oost. Ons voorstel voor de aanpak van de bereikbaarheids- en leefbaarheidsproblematiek aan de oostkant van de Brainportregio is opgesteld volgens de stappen op de Mobiliteitsladder. Voor een groot deel komt dit voorstel overeen met het alternatief pakket van de MRE, behalve de laatste stap, de aanleg van nieuwe infrastructuur: Stap 1 - Ruimtelijke Visie: De ruimtelijke ontwikkeling van de stad en de regio blijvend concentreren op plekken met een goede bereikbaarheid, bij voorkeur per fiets en openbaar vervoer. Stap 2 - Prijsbeleid: Beprijzing van verkeer is voorlopig op landelijk niveau niet aan de orde. Het enige waar gemeenten zelf invloed op hebben zijn de parkeertarieven. De ervaring leert dat verhoging van de tarieven geen of nauwelijks mobiliteitswinst oplevert. We nemen daarom op dit punt nu geen extra maatregelen. Stap 3 - Mobiliteitsmanagement en fiets: Wij zetten in de regio maximaal in op de fiets en e-bike inclusief de daarvoor benodigde infrastructuur. Dit zijn investeringen die bovenop de afspraken in het Bereikbaarheidsakkoord komen. Stap 4 - Openbaar Vervoer: De in het Bereikbaarheidsakkoord voorziene investeringen in het Openbaar Vervoer moeten worden uitgevoerd. Daarnaast bepleiten wij bij de NS verhoging van de treinfrequentie tussen Deurne en Best, streven wij in het
1
kader van de ontwikkeling van Eindhoven Airport en Brainport Avenue op termijn naar een nieuw vervoersknooppunt in Acht en werken wij aan de verbetering van de internationale spoorverbindingen naar Duitsland en België. Stap 5 - Benutten van bestaande infrastructuur: Samen met o.a. de MRE en de gemeente Helmond zet het college maximaal in op Smart Mobility via een regionale Roadmap. We zetten de kennis in die in onze regio aanwezig is (o.a. TU/e, Automotive Campus Helmond, NXP, TomTom), maar ook in Tilburg, om grote stappen te zetten in het benutten van de capaciteit van de bestaande infrastructuur. In het Bereikbaarheidsakkoord was benutten puur gericht op (dynamisch) verkeersmanagement. Nieuwe technologie biedt intussen veel meer mogelijkheden. Dat zou er toe kunnen leiden dat er minder infrastructuur nodig is. Stap 6 - Opwaarderen van bestaande wegen: In een consequente toepassing van de Mobiliteitsladder zoals wij deze nu zien zou dit pas in beeld moeten komen als de eerste vijf stappen doorlopen zijn. Tegelijkertijd zien we dat de A67 nu een bottleneck is, die veel onnodig verkeer door het gebied stuurt. Als deze weg goed gedimensioneerd is, kan deze weg verkeer uit het gebied weg trekken. De A67 vormt samen met de A58 een van de belangrijkste verbindingen tussen de Randstad, Brabant, het Ruhrgebied en verder. Een goede doorstroming van het verkeer op deze as is van groot economisch belang voor de BV Nederland, voor Brabant, voor Brainport en voor de steden Breda, Tilburg, Eindhoven, Helmond en Venlo. Op de overige wegen in het gebied moet vooral worden ingezet op het verbeteren van de leefbaarheid. Het opwaarderen van de N279 tussen Asten en Veghel door het ongelijkvloers maken van de kruisingen en een omleiding bij Dierdonk, past hierin. Dit sluit aan op het belang van Helmond, dat in de opwaardering naar 2x2 rijstroken, zoals voorgesteld door de Provincie, flinke leefbaarheidsknelpunten ziet. Stap 7 - Aanleg van nieuwe infrastructuur: De oost-westverbinding zetten we in de ijskast. Wij geven ons de opdracht de alternatieve maatregelen goed en volledig uit te voeren, zodat deze nieuwe infrastructuur uiteindelijk niet nodig zal blijken te zijn. Het gaat het college te ver om nu te beginnen met de aanleg van die weg, met alle gevolgen van dien, zonder te weten wat de effecten van de overige maatregelen daadwerkelijk zijn. We nemen geen voorschot op de toekomst ten koste van waardevolle natuur en landschap. Proces dat de komende maanden doorlopen wordt Het is nu aan de gemeenteraden van de samenwerkende gemeentes om hun positie te kiezen. Daarna zullen op diverse momenten en in diverse gremia besluiten worden genomen over de bereikbaarheid van het oostelijk deel van de Brainport regio. Het proces ziet er als volgt uit: 1.
2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.
Gedeputeerde Staten heeft op 2 oktober een voorlopig voorkeursalternatief gepubliceerd. Het provinciebestuur kiest voor de ‘Verkeersruit Eindhoven-Helmond-Asten’ aangevuld met maatregelen om doorstroming van verkeer lokaal in Veghel en op de A67 tussen Leenderheide en Asten te verbeteren (de Noord Oost Corridor 2x2 zoals opgenomen in de tabel op pagina 1 van deze bijlage) zonder verbreding van de N279 tussen Veghel en Gemert. De project-MER (Milieueffectrapportage), de MKBA (maatschappelijke kosten baten analyse) van de Ruit en het rapport “Van A > Brainport – Brainport Beter Bereikbaar” van Raadhuis Advies, dienen als basis voor verdere advisering en besluitvorming. Op basis hiervan wordt aan de Stuurgroep Brainport Oost advies gevraagd t.a.v. het voorkeursalternatief. Tegelijkertijd wordt de Adviesgroep Brainport Oost gevraagd om voor eind oktober een advies te formuleren voor de Stuurgroep. In de maand oktober zijn de diverse gemeenteraden in de gelegenheid om hun standpunten t.a.v. het voorkeursalternatief en de onder 1. genoemde documenten te bepalen. Op 9 oktober vindt een informatiebijeenkomst voor raadsleden, statenleden en algemeen besturen van de waterschappen plaats. Eind oktober brengt de Adviesgroep Brainport Oost advies uit aan de Stuurgroep. De Stuurgroep Brainport Oost brengt op 5 november advies uit aan Gedeputeerde Staten. Op 13 november vindt het BO MIRT met de minister plaats. Gedeputeerde Staten zal, gehoord de commissie Mobiliteit/Financiën van Provinciale Staten, in november een definitief voorkeursalternatief bepalen. Eind november / begin december wordt het MIRT in de Tweede Kamer besproken. Begin 2015 zal een voorontwerp PIP (provinciaal inpassingsplan) gereed zijn, waarin het tracé van het voorkeursalternatief van GS wordt vastgelegd. Over het PIP vindt het wettelijk vooroverleg met de gemeenteraden plaats in het voorjaar 2015. Besluitvorming door Provinciale Staten over het PIP is voorzien in de 2e helft van 2015.
2