Psychosociale hulpverlening aan getroffenen van collectieve urgenties
Elke Allaert
Erik De Soir
PsychoSociaal Manager Oost-
Koninklijke militaire school
en West-Vlaanderen
Studiecentrum Stress en trauma
[email protected]
[email protected]
Wat is voor u een crisissituatie?
Enkele stellingen
Psychosociale hulpverlening aan de getroffenen van calamiteiten en rampen is nooit ‘gewoon’ het afwikkelen van een gestandaardiseerd en pre-geformatteerd protocol of draaiboek
Het is belangrijk om te beschikken over een draaiboek voor psychosociale interventie, maar daarbinnen moet ruimte blijven voor een initiële kwalitatieve analyse, gedifferentieerde hulp op maat van de getroffen groepen en soepele aanpassing in functie van de veranderende realiteit.
A. Wanneer is een collectieve noodsituatie een traumatische ervaring?
Stress, Trauma en PTSS
Wat is stress? • Een niet aangepaste reactie aan verhoogde eisen uit de omgeving • Post traumatische stress • Continue werkstress • Mogelijke stressoren: slaaptekort, werklading, gebrek aan communicatie, gebrek aan contact met thuis • Cumulatieve stress
1. Wat is een traumatische gebeurtenis? CENTRALE KENMERKEN
Traumatogene gebeurtenissen – zeer ernstige en extreme confrontatie met de dood – overweldigend, gevaarlijk, bedreigend en vereisen van de getroffene(n) buitengewone coping mechanismen. – vernietigen in één klap de basisassumpties en/of -verwachtingen die mensen over het leven koesteren: voorspelbaarheid, veiligheid, (zelf)controle en rechtvaardigheid
Wat is het verschil tussen stress en trauma? Soorten stress en gevolgen lange termijn -
Traumatogene stress -> ASS* Depressogene stress Cumulatieve stress Emotionele } Professionele } stress Fysieke }
*ASS
: Acute Stress Stoornis
**PTSS
: Post-Traumatische Stress Stoornis
-> PTSS** -> Depressie -> Uitputting -> Burnout
Wat is de kern van de traumatische ervaring? Door de confrontatie met het werkelijke gezicht van de dood ontstaat een overweldiging van het psychisme Deze overweldiging is onuitspreekbaar en woordenloos. In het psychisme zijn geen woorden, betekenisdragers of symbolen beschikbaar om de absolute horror en gruwel omtrent dit doodsbeeld aan vast te hangen. De getroffenen van dit soort ervaringen voelen zich totaal uitgesloten en niet meer behoren tot « de wereld van de sprekenden »
Type ervaringen • Depressogeen: verbreekt routine, verlies, verdriet, intense emoties (onmacht, schuld), emotioneel schokkend • Traumatogeen: ruptuur met verleden, heden en toekomst, hyperarousal, levensbedreiging (confrontatie met eigen dood), lichamelijke activatie: stijging hartritme, ademhaling
Modulation Model: Optimum Arousal Zone Minton & Ogden (2000); Siegel (1999)
High Arousal
A R O U S A L
Arousal Capacity: Optimum Arousal Zone
window of tolerance
Low Arousal
2. Gevolgen van traumatische ervaringen
In principe normale reacties op abnormale gebeurtenissen
Post-traumatische reacties (1) • Getroffenen voelen fysieke en psychische weerslag van confrontatie met de traumatogene gebeurtenis. Tijdens verkeerde het organisme in hyperactivatie. Resten niet “gemetaboliseerde” – “gekanaliseerde” energie geven aanleiding tot beven en natrillen. – Hyperactivatie had tot doel getroffene te doen vluchten, vechten, reageren en overleven.
Post-traumatische reacties (2) • Getroffenen worden makkelijk terug getriggerd en kunnen (opnieuw) dissociatief gedrag vertonen – Dissociatief gedrag: afsplitsing uit de realiteit (derealisatie), niet beseffen wat gebeurt met eigen persoon (depersonalisatie), tunnelzicht, black outs, amnesie, verdoving, helicopterzicht, etc.
Gevolgen van traumatische ervaringen • Primaire gevolgen: onmiddellijke weerslag op fysisch en op psychisch vlak bv.: • Slaapstoornissen • Hartkloppingen • Emotionele labiliteit • Duizeligheid • Neiging tot slappe lach • Overmatige bewegingsdrang • Pijn in de nek • ...
• Secundaire gevolgen: uitgestelde gevolgen bv. • Hartkwalen • Angststoornissen • Relatieproblemen • Ontslag • ...
Post-Traumatische Stress Stoornis (volgens de DSM-IV of de ICD-10) • Gebeurtenis en de manier van ze te beleven voldoet aan de criteria A1 en A2 van de DSM-IV • Criterium B – Minstens één symptoom van herbeleving • Criterium C – Minstens drie symptomen van vermijding en ontkenning • Criterium D – Minstens twee symptomen van verhoogde activatie en prikkelbaarheid • Criterium E – Verstoring van het sociale-, beroepsmatigeof privé-leven op verschillende domeinen • Criterium F - Duur van de stoornis = minstens 1 maand
3. Psychosociale opvang na een traumatisch keerpunt THEORIE
Psychosociale opvang na een traumatisch keerpunt
Het doorwerken in fasen 1. 2. 3.
Acute impact fase: van 24 à 72 uur post-impact Doorwerkingsfase: van enkele dagen tot 4 à 6m Trauma-fixatiefase: restletsels na 6m à 2 jaar -
De grote meerderheid van de hulpverleners verwerkt een traumatogene gebeurtenis of interventie spontaan, slechts een minderheid kampt met blijvende restletsels
-
Grosso modo: 70 à 80% herstelt spontaan, 15 à 20% heeft ernstige doorwerkingsproblemen en ongeveer 1,5 à 3% zal er een blijvend trauma aan overhouden
-
In sommige situaties zullen die cijfers beduidend hoger liggen: brandrampen (verminkingen), rampen met eigen collega’s zwaar gewond of dood, rampen met kinderen
Psychosociale opvang na traumatogene gebeurtenis: acute fase • Machteloosheid en hulpeloosheid, ‘in een traumatische •Mogelijkheid om veiligheid, geborgenheid rust roes verkeren’, onbesef van draagwijdteen van gevolgen, periodes van derealisatie, hyper/hypo-actief gedrag, aanparadoxaal, te bieden zodat de impact langzaam kan doordringen agressief en cynisch gedrag •Informatie verschaffen (over de situatie, de feiten, de gevolgen,de voorziene hulp, etc.) •Ventilatie: praten, gevoelens uiten, tijd
Psychologische stabilisatie • De getroffene/hulpverlener binnen een venster van aangepaste activatie houden • Recuperatieherstel: lichamelijke rust • Gronden: goed en diep inademen en ademhaling vertragen, voor jezelf ‘stop-signalen’ gebruiken, controle nemen.
Psychosociale opvang na traumatogene gebeurtenis: doorwerkingsfase •De omgeving kan helpen:heen luisteren, begrip tonen, • Dialectiek van emoties, en weer beweging tussen de herbeleving van debespreekbaar gebeurtenis en erkenning bieden en dingen maken vermijding van de herinneringen die de •Ondersteunende werkomgeving, ook van de leiding getroffene terug met de gebeurtenis confronteren •Trauma-doorwerking op collectieve wijze: contact met lotgenoten (community-based response) •Praatgroepen, debriefings met hulpverleners, etc.
Psychosociale opvang na traumatogene gebeurtenis: de fase van trauma-fixatie • De traumatogene gebeurtenis is niet kunnen doorgewerkt worden en heeft nog geen vaste ‘plaats in het leven’ gekregen • Getroffenen zijn volledig komen vastzitten in herbeleving en/of vermijding/ontkenning van de traumatogene gebeurtenis die steeds meer van hun dagelijkse energie opeist – Steeds meer en steeds heviger trauma-symptomen •Curatieve aanpak dringt zich op, in de vorm van een psychotrauma therapie bij een gespecialiseerde psychotherapeut (psycholoog of psychiater)
Hoe kan je deze theorie omzetten in praktijk?
Psychosociale opvang na een traumatisch keerpunt PRAKTIJK
Psychosociale opvang - praktisch • Primaire preventie: bijvoorbeeld een cursus of training met de voorlichting van reacties na schokkende gebeurtenissen en methodes voor begeleiding • (H)erkenning van de effecten van herhaaldelijke blootstelling aan stresserende en traumatiserende incidenten • Uitbouwen van buddy aid en peer support
Psychosociale opvang - praktisch • Rol van het diensthoofd / leiding in de uitbouw van een opvangnetwerk – ! Wetgeving op de psychosociale arbeidsbelasting
• Belang van een goede team spirit: collega’s vangen elkaar op (na opleiding en training) • Groepsactiviteiten niet op het werk • Belang van opvolging van crisisopvang • Zich kwetsbaar ‘willen’ en ‘durven’ opstellen • Cultuur binnen de organisatie
Psychosociale opvang - praktisch • Opvang in groep / individueel -> stress buster sessies en psychologische defusing/debriefing • Structuur? Intramuros structuur of outsourcing? • Stress-teams, FIST, multidisciplinaire netwerken, etc. • Hulp door externen: psychologen uit de ‘boekjes’, commercieel uitgebouwde trauma-opvang, etc.
Oefening Gasontploffing Gellingen
De getroffenen • Primaire G: de direct getroffenen: alle slachtoffers die aanwezig waren op het rampterrein. • Secundaire G: de betekenisvolle anderen: familie, vrienden, collega’s • Tertiaire G: hulpverleners die rechtstreeks contact hebben gehad met de primaire en secundaire SO
Preventie • Primaire P: voorbereiding, opleiding, structuren ter preventie van psychosociale trauma’s + eerste psychologische hulp • Secundaire P: detecteren van posttraumatische psychosociale problemen d.m.v. de gepaste interventie • Tertiaire P: de curatieve hulpverlening
Framework for Psychosocial Crisis Response THE PSYCHOSOCIAL MATRIX FOR THE PREVENTION OF POST-TRAUMATIC SEQUELAE
Primary Prevention Primary Victims Secondary Victims Tertiary Victims
Secondary Prevention
Tertiary Prevention
Psychological Individual First Help Trauma Immediate Support Counseling Psychological Trauma First Help Counseling
Individual Trauma Therapy Trauma Therapy
Immediate Support
Victims & MSO Trauma Therapy & Individual Treatment
Demob/Defusing Immediate Recuperative Support Sessions
M S O = MOST SIGNIFICANT OTHERS
for MSO Postimmediate Uncoupling Sessions
Oefening psychosociale matrix
B. Principes van eerste psychologische hulp
Belang van psychosociale zorg • Preventie van psychosociale en postimpact restletsels bij getroffenen • Big Five (REIMS) van de Victimologie – – – – –
1. 2. 3. 4. 5.
Rituelen Erkenning Informatie Mantelzorg Secundaire victimisatie
Rituelen Geven een uiterlijke vorm aan menselijk leed
Erkenning Betekent respect voor de beleving van de getroffenen
Ere-Gouverneur Balthazar op het rampenterrein (kettingbotsing op de E-17 te Nazareth)
Belangenvereniging Slachtoffers BSVE (vuurwerkramp Enschede)
Informatie Als beginpunt voor het aanvaardings- en doorwerkingsproces
Mantelzorg De natuurlijke hulp vanuit het sociale weefsel rond de getroffenen
Secundaire Victimisatie Onhandigheden, fouten, gebrek aan begrip, respect en erkenning treffen de getroffenen een tweede keer
• •
Aspecten van crisisbeheer- en communicatie! Geruchten, onnauwkeurigheden, vergeten van bepaalde groepen getroffenen, administratie, procedures, juridisch onderzoek, pers, etc.
Principes van Eerste Psychologische Hulp De ONVEE - principes Onmiddellijkheid - Werken volgens het principe van proactiviteit d.w.z. een actieve contactname met groepen getroffenen vanuit een preventieve ingesteldheid i.p.v. af te wachten
Nabijheid - Werken met getroffenen volgens het principe van geografische en sociale nabijheid t.a.v. de ramp, bijzonder contact tussen lotgenoten gebruiken in opvang
Verwachting - Vanuit de verwachting van legitimiteit en normaliteit van de reacties vanwege de groepen slachtoffers en de verwachting van een “return to normal life” (ASAP)
Eenvoud - Acute psychosociale hulp berust op eenvoudige handelingen (herstellen van gevoel van
veiligheid, geborgenheid, basisbehoeften, emotionele steun, etc.) maar dat is daarom niet gemakkelijk
Eenheid - Vanuit een eenheid van visie (vanwege de psychosociale intervenanten) en een éénduidigheid in aanpak en nazorg
Oefening Opvang na een dodelijk ongeval
Dodelijk ongeval 1. Situatie Een leerlinge van een secundaire school overlijdt door een ongeval tijdens een schoolreis in het buitenland. Een groep van 50 leerlingen van ong.17 jaar en 5 begeleiders/leerkrachten.
Dodelijk ongeval Noden
Wie?
Opvang van de familie van Gwen Onmiddellijk
Directeur heeft het overlijden aan de familie gemeld. Iemand van DSI heeft de familie begeleid naar het buitenland.
Opvang van de groep leerDirecteur, leerkrachten, CLB lingen en leerkrachten bij en DSI terugkeer Nabijheid Eenvoud Opvang van de begeleiders
DSI
Dodelijk ongeval Debriefing klasgenoten van Gwen Verwachting
Titularis, graadcoördinator en onderdirecteur.
Bezoek van de begeleiders aan de ouders van Gwen.
Voorbereidend gesprek met de dokter van het CLB.
Nabijheid Ondersteunig voor de familie.
Slachtofferhulp. Eenheid
Specifieke acties • 1 minuut stilte. • Overlijdensbericht. • Weekkalender voor de leerkrachten. Nabijheid
• Informatievergadering voor de ouders en medeleerlingen. Eenheid
V e r w a c h t i n g
C. PsychoSociaal InterventiePlan THEORIE
Algemene noodplanning
1 medische hulpverlening MIP
2
3 psychosociale hulpverlening PSIP
4
5
Federaal gezondheidsinspecteur
1 half time psychosociaal manager per provincie
Doel van het PSIP coördinatie en activering van ondersteunende acties voor de getroffenen • herstel psychosociaal evenwicht • preventie restletsels / PTSS • Stimuleren van hulpverlening tussen de betrokkenen • voor alle betrokkenen
REACTIEF D I S C O N T I U I T E I T
C O N T I N U I T E I T
UNI-DISCIPLINAIR MULTIDISCIPLINAIR
PROACTIEF
Hulpdiensten dagelijks leven
PSIP
COLLECTIEF INDIVIDUEEL
P R E V E N T I E F
OP BASIS VAN LOKALE NETWERKEN SPECIFIEKE HULPSTRUCTUUR
C U R A T I E F
Interdisciplinaire samenwerking in collectieve urgenties vergt dus veel flexibiliteit en openheid van geest Volgens de 4 C’s van crisis management Communication, Compentences, Coordination, Cooperation
PSIP PRAKTIJK
I. Eerste acties 1. Opvang van de niet gewonden op het rampterrein 2. Transport van de niet gewonden weg van het rampterrein 3. Opvang van de niet gewonden in een onthaalcentrum 4. Het openen van een telefooninformatiecentrum 5. Het verwerken van de namenlijsten 6. Opvang van familie en vrienden van slachtoffers
1. OPVANG VAN DE NIET GEWONDEN OP HET RAMPTERREIN
ONTHAALCENTRUM IN DE GEMEENTE
2.TRANSPORT VAN DE NIET GEWONDEN: bvb. BURGEMEESTER VORDERT EEN BUS
ONTHAALCENTRUM IN DE GEMEENTE
3. Openen van een onthaalcentrum: A. Een eerste opvang bieden (rust, veiligheid, drankje, informatie)
3. Openen van een onthaalcentrum: B. Registratie van de aanwezigen (naam,adres, leeftijd, telefoon, etc.)
De eerste hulpverlener vergeet men nooit
4. TELEFOONINFORMATIECENTRUM EEN TELEFOONNUMMER WAAROP FAMILIE EN VRIENDEN VAN SLACHTOFFERS KUNNEN BELLEN
5. CENTRAAL INFORMATIEPUNT: de namenlijsten van de slachtoffers
Wie is waar? Ziekenhuis X Ziekenhuis Y
Centraal informatiepunt
onthaalcentrum overledenen
Disaster Information System Registratie van slachtoffers: gewonden en niet gewonden
6. OPVANG VAN FAMILIE EN VRIENDEN
II. De spelers in het PSIP Dir-Med Onthaalcentrum Dsi Lokale Telefooninformatiecentrum actoren RAMP
Opvang verwanten Burgemeester/ Gouverneur Fgi Psm
Dsi LokaleZiekenhuizen actoren
Centraal informatiepunt Dsi Lokale actoren
Coördinatiecomité gem/prov
PsychoSociaal Manager (PSM) Functie: • Federaal vertegenwoordiger (FOD VG) van het PSIP bij de provincies • Psychosociaal raadgever FGI • Psychosociaal raadgever gouverneur Taken: • Preventief: uitbouw psychosociaal netwerk • Operationeel: coördinatie psychosociale hulpverlening tijdens acute- en nazorgfase
Draaiboek PSIP • basisstructuur • actiekaarten • aandachtspunten Hoe uitwerken? Door middel van een
Psychosociaal Hulpverleningsnetwerk (lokaal verankerd)
Criteria:
-transport van de niet gewonden
binnen het uur -opening onthaalcentrum
binnen het uur -opening telefooninformatiecentrum
binnen het uur
Lokale actoren in het PSIP: psychosociaal hulpverleningsnetwerk üKennis
van de lokale structuur üKennis van de lokale cultuur üVlug ter plaatse ocmw, politie, mutualiteit, sociale
dienst stad, sociale dienst ziekenhuis, … Oost-Vlaanderen: Aalst en Eeklo West-Vlaanderen: Oostende, Kortrijk, Roeselare; Politiezones: Grensleie,Westkust, Polder, Spoorkin
Een goed psychosociaal noodplan wordt warm gehouden door een motor.
III. Na de acute fase… • Psychosociaal coördinatiecomité: PSM roept comité samen met mandaat van burgemeester/ gouverneur
Informatiebijeenkomst
Psychologische debriefing
Formeel deel
Informatie
Informeel deel
Erkenning
Contact
Ritueel
Herdenking
Hulp aan getroffenen • Slachtofferbejegening: in de schoot van de politie • Slachtofferonthaal: diensten van het parket • Slachtofferhulp: Centra Algemeen Welzijnswerk • Fire Stress Teams (FiST) • Lokale multidisciplinaire netwerken (vb. Stressteam Tielt, COP-teams, ASPIC Namur, etc.)
Onmiddellijke acties Eerste opvang, registratie, informatie, namenlijsten, opvang familie
Post crisis balans Psychosociaal coördinatiecomité
1. Doelgroepen 2. Impact 3. Behoeften 4. Acties 5. Wie? 6. Evaluatie
Acties in de nazorg Informatiebijeenkomst, psychologische debriefing, Praktische regelingen, herdenking
Psychosociaal coördinatiecomité: Aandacht voor de getroffenen: slachtoffers EN hulpverleners
FIST: Fire Stress Team
Wat? • Collegiale opvang binnen de brandweer • Vrijwillige deelname • Nationaal en provinciaal gestructureerd: Supervisor, coördinatieteam, dokter, secretaris, antennes, debriefers • Nationaal coördinator: Erik de Soir • Opleiding: Je hoeft geen psycholoog te zijn om een eerste opvang te doen • Tussenkomst van FiST is niet beperkt tot het eigen korps
Waarom? uSystematische,
gestructureerde interventie tveiligheid, rust en sereniteit creëren tdoorwerkingsproces op gang brengen teigenwaarde en controle op situatie herwinnen
uCognitieve
herstructurering treconstructie traumatic incident puzzle tnormaliseren, legitimeren emotionele reacties tpsychotrauma educatie
uVersterking
collectieve identiteit
Te exploreren binnen eerste opvang ü Emotionele steun (veilige omgeving, luisteren, lichamelijk contact kan!) ü Informatie en advies geven (over feiten en emoties) ü Gezelschap (Mantelzorg) – isolatie tegengaan ü Praktische hulp verschaffen (gedoseerd, oppassen met verwachtingen scheppen)
Hoe de nabespreking organiseren in de tijd? Eerstelijns
vs
Tweedelijnsopvang
FiST ANTENNES
–
FiST DEBRIEFFERS
Psychotrauma-educatie – onmiddellijk na inzet – collegiale steun – 1ste ontladingsgesprek t wat is er gebeurd? t wat heb ik gedaan? t wat was moeilijk? t hoe gaat het nu? t verder praten? – follow up FiST antennes: Psychologische stabilisatie en triage Interventies FIST debriefers voorbereiden
Psychotrauma-educatie - opvang gespreid in tijd - collegiale en prof steun - ontlading & loskoppeling t1ste ontladingsgesprek t follow up (management) t doorwerkingsproces t multidisciplinair gesprek t hulp/steunschema So - follow up FiST debriefers
>
Debriefing fasen
Rondvraag Introductiefase
Leerfase
Feitenfase Symptoomfase
Reacties Gedachten
Gevoelensfase
>
Feiten versus emoties Leerfase
Wat is er veranderd in je werk? • Vragen naar tekenen van herstel • Dag nadien tov nu
>
Leerfase
Tunnelervaring = aanvankelijk (op het terrein) normaal mechanisme, maar nu bij triggering teken van mogelijke chronificatie
>
Leerfase
Draagvlak
D. Uitdieping van enkele interventies
Interventies • Busongeval Limoges – maart 2001
• Busongeval Denderhoutem – juni 2001
• Voedselvergiftiging Kortrijk – september 2001
• Ongeluk Como - school Deinze – april 2002
• Ontploffing Sidmar Gent – mei 2002
Interventies • Ongeval E40 Nevele – juli 2002
• Treinongeval Lede – juli 2002
• Kettingbotsing Waasmunster – augustus 2002
• Brand Gent – november 2002
• Overstromingen – december 2002 – januari 2003
Interventies • Busongeval Duitsland – januari 2003
• Busongeval E17 Destelbergen – april 2003
• Busongeval E17 St-Niklaas – april 2003
• Busongeval E17 Gentbrugge – mei 2003
• Busongeval E40 Merelbeke – juli 2003
Interventies • Gasontploffing Gellingen – juli 2004
• Tsunami - december 2004
• Herdenking 10 jaar na de kettingbotsing E17 Nazareth - juni 2006
• Busongeval Duitsland - januari 2007
• Treinongeval Izegem – april 2007
- Infonummer call-center Volksgezondheid - training telefonisten
Samenwerking overheidsdiensten
Opvang Families overledenen Opvang families vermisten
TSUNAMI
folder
Informatiebijeenkomst
Herdenking na 1 jaar
Een ruimte voor het PSH om informatie te verzamelen Opvang van verontruste familie
Namenlijsten van de getroffenen
Treinongeval Izegem
Beantwoorden oproepen nr telnr.vrijgegeven in de media
PSCC met burgemeester, NMBS, PSH en PSM
Informatiebijeenkomst 25 mei
Herdenking kettingbotsing Nazareth • 10 jaar na de kettingbotsing op de E17 in Nazareth. Organisatie door de gouverneur en de burgemeester.
Herdenking kettingbotsing Nazareth • Bijeenkomst van families van overledenen, getroffenen, hulpverleners.
Herdenking kettingbotsing Nazareth • 10 overledenen
Herdenking kettingbotsing Nazareth • Erkenning geven door zang
Herdenking kettingbotsing Nazareth • Ritueel. Bezoek aan de plaats naast de E17 waar een gedenksteen werd geplaatst 1 jaar na de ramp. Bloemen worden neergelegd.
Kettingbotsing Waasmunster (1)
• 5 augustus 2002 • Afkondiging MIP • 2 overledenen, 12 gewonden, 15 niet-gewonden • Eerste opvang door DSI en de politie
Kettingbotsing Waasmunster (2) • PSCC 08/08/03 onder mandaat van de burgemeester Aanwezig: de burgemeester, de gemeentesecretaris, de rampenambtenaar, de geneesheer van de brandweer, lokale politie, verkeerspolitie, slachtofferonthaal, slachtofferhulp, DSI, CCP en de PSM.
Kettingbotsing Waasmunster (3) •
Doelgroepen:
1. Families van de overledenen 2. Gewonden en niet-gewonden (waaronder 8 personen afkomstig van Frankrijk) 3. Hulpverleners
Kettingbotsing Waasmunster (4) •
Acties
1. Individuele begeleiding 2. Brief naar alle betrokkenen 3. Meldpunt binnen de gemeente 4. 1 jaar later: brief naar hulpverleningsdiensten
Aandachtspunten voor de brandweer • Opvang op het rampterrein: - toegang tot de rode en oranje zone
• • • • •
Communicatie op terrein: V-PSH? Communicatie vooraf: PSH? Onthaalcentra? Transport niet gewonden Nafase Opvang in eigen team
Dank je wel voor de aandacht. De psychosociale zorg start onmiddellijk ?Vragen? na de crisis maar stopt niet wanneer de laatste hulpverlener het rampterrein verlaten heeft.