Voorstel aan de raad Nummer: 131027418
Portefeuille: Programma: Programma onderdeel: Steller: Afdeling: Telefoon: E-mail:
Burgemeester 2.6 Voor de Lelystedeling 2.6.1 Gemeentelijke dienstverlening
G.M. Asselman BLD Beleid
Punt 8a. van de agenda voor de vergadering van 14 mei 2013. Onderwerp: Gemeentelijke opschaling, regionale samenwerking en decentralisaties Voorgesteld besluit 1. In te stemmen met de volgende besluitpunten van het college over de gemeentelijke opschaling, regionale samenwerking en de decentralisaties: Het college heeft vastgesteld dat: 1. de gemeente Lelystad de juiste schaalgrootte heeft en dat er vanuit het kabinetsbeleid geen dwingende noodzaak is voor gemeentelijke opschaling; 2. voor de regionale samenwerking op het ruimtelijk-economisch domein het volgende geldt: - het betreft vooral de thema’s ruimtelijke ontwikkeling (stedelijke ontwikkeling en wonen), verkeer en vervoer, natuur en regionaal economisch beleid; - de belangrijkste regionale samenwerking voor deze thema’s vindt plaats binnen de Metropoolregio Amsterdam (MRA), waarbij de belangrijkste samenwerkingspartners Almere, Amsterdam/stadsregio Amsterdam en de provincie Flevoland zijn; - voor het thema ‘wonen’ en de woningmarkt dient de samenwerking met Almere en de partners in de MRA versterkt te worden; - de regionale samenwerking met Almere en de provincie Flevoland en binnen de MRA gebaat is met een constructief samenwerkingsklimaat, met openheid en inzichtelijkheid; 3. voor de regionale samenwerking op het sociale domein het volgende geldt: - de zes Flevolandse gemeenten (Lelystad, Almere, Zeewolde, Dronten, Noordoostpolder en Urk) hebben de intentie uitgesproken om samen te werken aan de drie decentralisaties AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet. Uitgangspunt daarbij is ‘lokaal waar mogelijk, regionaal waar nodig’; - voor Lelystad zijn de belangrijkste drie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden die met zes Flevolandse gemeenten (in de provincie Flevoland en in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein), die met gemeente Almere (deelregio Lelystad -Almere dat als arbeidsmarktgebied (inclusief onderwijs) onderdeel uitmaakt van de MRA), en die met de gemeenten Zeewolde, Noordoostpolder en Urk voor de uitvoering van de sociale werkvoorziening de GR IJsselmeergroep; 4. voor de specifieke decentralisatiedossiers geldt: - AWBZ: het vertrekpunt is lokaal, maar indien nodig kan worden opgeschaald naar regio- of provincieverband.
HB1304
paginanummer 1
Nummer: 131027418
5.
6.
7. 8.
Congruente samenwerking met de zes Flevolandse gemeenten in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein. Voor de AWBZ is geen wettelijk verplichte samenwerking; - Jeugdzorg: zoveel mogelijk op lokaal niveau organiseren en bovenlokaal waar samenwerking wettelijk wordt voorgeschreven of waar samenwerking een meerwaarde voor de kwaliteit en beschikbaarheid van zorg en expertise heeft. Congruente samenwerking met de zes Flevolandse gemeenten in het kader van Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein; - Participatiewet: vertrekpunt is lokaal, maar in wisselende intergemeentelijke samenwerking kan naar het Flevolandse niveau met de zes Flevolandse gemeenten (in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein) of naar de deelregio Lelystad- Almere in het MRA-verband opgeschaald worden: voor de verplichte taken SUWI-wetgeving binnen de Arbeidsmarktregio Flevoland/wethouders sociale en economische zaken; voor de arbeidsmarkt: binnen de samenwerking met Almere en de partners in de MRA. Vanuit het belang van de MRA voor de Lelystadse arbeidsmarkt is deze incongruente samenwerking te beargumenteren; het recent gesloten akkoord in de Stichting van de Arbeid, zeer waarschijnlijk vergaande implicaties heeft voor de invulling van de regionale sociale infrastructuur op het terrein van arbeid, en daarmee de gemeentelijke autonomie t.a.v. de uitvoering arbeidsmarktbeleid en sociale zekerheid; dat het Bestuurlijk Overleg Transitie Sociaal Domein namens alle zes Flevolandse gemeenten voor 15 mei 2013 een gezamenlijke reactie heeft gestuurd naar het ministerie van BZK en de VNG betreffende de samenwerkingsverbanden waarin de uitvoering van de decentralisaties plaatsvindt; voor het ruimtelijk-economisch domein en het sociale domein uitgegaan wordt van regionale samenwerking op basis van overleg, waarbij iedere gemeente zelf afzonderlijk verantwoordelijk blijft voor de te nemen besluiten; samenwerking m.b.t. de bedrijfsvoering via ambtelijke poolvorming (wel of niet via een matrix) uitgewerkt kan worden.
Aanleiding In het regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ van de VVD en PvdA (29 oktober 2012) heeft het kabinet aangekondigd de bestuurlijke organisatie van Nederland te veranderen. Voor de lange termijn is o.a. het perspectief geschetst van gemeenten van tenminste 100.000 inwoners. In bijgevoegde notitie ‘Gemeentelijke opschaling, de regionale samenwerking en de decentralisaties’ wordt ingegaan op recente ontwikkelingen rondom gemeentelijke opschaling, regionale samenwerking en decentralisaties en de betekenis daarvan voor Lelystad. In het kader van de decentralisatiedossiers AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet dient Lelystad voor 31 mei 2013 de vraag te beantwoorden inzicht te geven in welke samenwerkingsverbanden de uitvoering van de decentralisatiedossiers georganiseerd gaat worden. Inmiddels is bekend geworden dat Lelystad niets hoeft aan te leveren maar dat de VNG een actieve uitvraag uitzet. Van belang is wel dat de aan te leveren informatie aan de VNG over de samenwerkingsverbanden bestuurlijk gedragen wordt. Beoogd effect
HB1304
Een door de raad gedragen besluitvorming m.b.t. de thema’s gemeentelijke opschaling, regionale samenwerking in zijn algemeenheid en specifiek in het kader van de uitvoering van de decentralisatiedossiers. Voor 31 mei 2013 een door de raad gedragen beantwoording van de vraag van het ministerie van BZK in welke samenwerkingsverbanden Lelystad de uitvoering van de decentralisatiedossiers gaat organiseren.
paginanummer 2
Nummer: 131027418 Argumenten Voor een gedetailleerde onderbouwing van alle voorgestelde besluiten wordt verwezen naar de notitie ‘Gemeentelijke opschaling, regionale samenwerking en de decentralisaties’ en de daarbij behorende bijlagen. 1. Geen noodzaak voor gemeentelijke opschaling Vanuit het kabinetsbeleid is er voor Lelystad geen dwingende noodzaak is om zich over het vraagstuk van de schaalgrootte druk te maken. De gemeentelijke opschaling dient van onderop te komen en het perspectief van 100.000 inwoners is door de minister van BZK losgelaten. Lelystad heeft de juiste schaal. Lelystad heeft voldoende bestuurskracht. Lelystad is een zelfstandige gemeente met een eigen bestuurlijke verantwoordelijkheid en eigen beleidsruimte om de complexe opgaven op zowel het sociale domein als het ruimtelijk-economisch domein op te pakken en uit te kunnen voeren. De gemeente heeft een eigenverantwoordelijkheid om maatwerk te leveren en daarvoor - indien nodig ter versterking van de uitvoeringskracht - regionale samenwerking aan te gaan. 2. Regionale samenwerking ruimtelijk-economisch domein Voor de regionale samenwerking op het ruimtelijk-economisch domein het volgende geldt: Het betreft vooral de thema’s ruimtelijke ontwikkeling (stedelijke ontwikkeling en wonen), verkeer en vervoer, natuur en regionaal economisch beleid. De belangrijkste regionale samenwerking voor deze thema’s vindt plaats binnen de Metropoolregio Amsterdam (MRA), waarbij de belangrijkste samenwerkingspartners Almere, Amsterdam/stadsregio Amsterdam en de provincie Flevoland zijn. In dit kader is het belangrijk te constateren dat de belangen van Lelystad, Almere en de provincie Flevoland in behoorlijke mate gelijk oplopen. Voor het thema ‘wonen’ en de woningmarkt dient de samenwerking met Almere en de partners in de MRA versterkt te worden. De regionale samenwerking met Almere en de provincie Flevoland en binnen de MRA gebaat met een constructief samenwerkingsklimaat, met openheid en inzichtelijkheid. Voor het realiseren van de gezamenlijke opgaven zijn geen ingrepen in de huidige bestuurlijke organisatie vereist. 3. Regionale samenwerking sociaal domein Voor de regionale samenwerking op het sociale domein het volgende geldt: De zes Flevolandse gemeenten (Lelystad, Almere, Zeewolde, Dronten, Noordoostpolder en Urk) hebben de intentie uitgesproken om samen te werken aan de drie decentralisaties AWBZ, Jeugdzorg en Partipatiewet, zowel bestuurlijk (Bestuurlijk Overleg Transitie Sociaal Domein Flevoland) als ambtelijk (vier ambtelijke werkgroepen: generalisten, AWBZ, Jeugdzorg en Participatie). Uitgangspunt daarbij is ‘lokaal waar mogelijk, regionaal waar nodig’. Voor Lelystad zijn de belangrijkste drie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden die met zes Flevolandse gemeenten (in de provincie Flevoland en in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein), die met gemeente Almere (deelregio Lelystad - Almere dat als arbeidsmarktgebied (inclusief onderwijs) onderdeel uitmaakt van de MRA), en die met de gemeenten Zeewolde, Noordoostpolder en Urk voor de uitvoering van de sociale werkvoorziening de GR IJsselmeergroep. 4. Decentralisaties Voor de specifieke decentralisatiedossiers geldt: AWBZ:
HB1304
het vertrekpunt is lokaal, maar indien nodig kan worden opgeschaald naar regio- of provincieverband. Congruente samenwerking met de zes Flevolandse gemeenten in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein. Voor de AWBZ is geen wettelijk verplichte samenwerking.
paginanummer 3
Nummer: 131027418 Jeugdzorg:
zoveel mogelijk op lokaal niveau organiseren en bovenlokaal waar samenwerking wettelijk wordt voorgeschreven of waar samenwerking een meerwaarde voor de kwaliteit en beschikbaarheid van zorg en expertise heeft. Congruente samenwerking met de zes Flevolandse gemeenten in het kader van Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein.
Participatiewet:
vertrekpunt is lokaal, maar in wisselende intergemeentelijke samenwerking kan naar het Flevolandse niveau met de zes Flevolandse gemeenten (in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein) of naar de deelregio Lelystad- Almere in het MRA verband opgeschaald worden: i. Voor de verplichte taken SUWI wetgeving binnen de Arbeidsmarktregio Flevoland/ wethouders sociale en economische zaken ii. Voor de arbeidsmarkt: binnen de samenwerking met Almere en de partners in de MRA. Vanuit het belang van de MRA voor de Lelystadse arbeidsmarkt is deze incongruente samenwerking te beargumenteren.
5. Sociaal Akkoord Het recent gesloten akkoord in de Stichting van de Arbeid, zeer waarschijnlijk vergaande implicaties heeft voor de invulling van de regionale sociale infrastructuur op het terrein van arbeid, en daarmee de gemeentelijke autonomie t.a.v. de uitvoering arbeidsmarktbeleid en sociale zekerheid. 6. Gezamenlijke reactie Flevolandse gemeenten Het Bestuurlijk Overleg Transitie Sociaal Domein wil namens alle zes Flevolandse gemeenten voor 15 mei 2013 een gezamenlijke reactie sturen naar het ministerie van BZK en de VNG. Basis daarvoor is de door het bestuurlijk overleg vastgestelde notitie Regionale Samenwerking Sociaal Domein (bijlage 1 bij notitie). De concept aanbiedingsbrief namens de zes Flevolandse gemeenten volgt nog. Voorgesteld wordt dat het college de gezamenlijke reactie via welke samenwerkingsverbanden de decentralisaties worden uitgevoerd (aanbiedingsbrief en notitie) vaststelt en niet afzonderlijk naar BZK en VNG reageert. 7. Samenwerkingsvormen Voor het ruimtelijk-economisch domein en het sociale domein uitgegaan wordt van regionale samenwerking op basis van overleg, waarbij iedere gemeente zelf afzonderlijk verantwoordelijk blijft voor de te nemen besluiten. Voor het realiseren van de gezamenlijke opgaven is geen verandering van de bestuurlijke organisatie nodig. 8. Samenwerking in de bedrijfvoering Voor de bovenstaande beleidsonderwerpen kan de daaraan gerelateerde samenwerking in de bedrijfsvoering via ambtelijke poolvorming (wel of niet via een matrix) nadere uitgewerkt worden. Alvorens nieuwe samenwerking te starten is echter het advies om eerst de lopende ‘pilots’ m.b.t. inkoop, belastingen en back office sociale zaken af te ronden en daaruit de lessen te trekken. Financiële aspecten Geen. Kanttekeningen Geen.
HB1304
paginanummer 4
Nummer: 131027418 Communicatie en voortgang Na besluitvorming via persbericht en een gezamenlijke reactie van de zes Flevolandse gemeenten naar het ministerie van BZK. Lelystad, 23 april 2013. Het college van de gemeente Lelystad, de secretaris,
de burgemeester,
N. Versteeg
M. Horselenberg
HB1304
paginanummer 5
Raadsbesluit Nummer: 131027418 De raad van de gemeente Lelystad, op voorstel van het college van de gemeente Lelystad d.d. 23 april 2013; B E S L U I T: in te stemmen met de volgende besluitpunten van het college over de gemeentelijke opschaling, regionale samenwerking en de decentralisaties: Het college heeft vastgesteld dat : 1. de gemeente Lelystad de juiste schaalgrootte heeft en dat er vanuit het kabinetsbeleid geen dwingende noodzaak is voor gemeentelijke opschaling; 2. voor de regionale samenwerking op het ruimtelijk-economisch domein het volgende geldt: - het betreft vooral de thema’s ruimtelijke ontwikkeling (stedelijke ontwikkeling en wonen), verkeer en vervoer, natuur en regionaal economisch beleid; - de belangrijkste regionale samenwerking voor deze thema’s vindt plaats binnen de Metropoolregio Amsterdam (MRA), waarbij de belangrijkste samenwerkingspartners Almere, Amsterdam/stadsregio Amsterdam en de provincie Flevoland zijn; - voor het thema ‘wonen’ en de woningmarkt dient de samenwerking met Almere en de partners in de MRA versterkt te worden; - de regionale samenwerking met Almere en de provincie Flevoland en binnen de MRA gebaat is met een constructief samenwerkingsklimaat, met openheid en inzichtelijkheid; 3. voor de regionale samenwerking op het sociale domein het volgende geldt: - de zes Flevolandse gemeenten (Lelystad, Almere, Zeewolde, Dronten, Noordoostpolder en Urk) hebben de intentie uitgesproken om samen te werken aan de drie decentralisaties AWBZ, Jeugdzorg en Participatiewet. Uitgangspunt daarbij is ‘lokaal waar mogelijk, regionaal waar nodig’; - voor Lelystad zijn de belangrijkste drie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden die met zes Flevolandse gemeenten (in de provincie Flevoland en in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein), die met gemeente Almere (deelregio Lelystad -Almere dat als arbeidsmarktgebied (inclusief onderwijs) onderdeel uitmaakt van de MRA), en die met de gemeenten Zeewolde, Noordoostpolder en Urk voor de uitvoering van de sociale werkvoorziening de GR IJsselmeergroep; 4. voor de specifieke decentralisatiedossiers geldt: - AWBZ: het vertrekpunt is lokaal, maar indien nodig kan worden opgeschaald naar regio- of provincieverband. Congruente samenwerking met de zes Flevolandse gemeenten in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein. Voor de AWBZ is geen wettelijk verplichte samenwerking; - Jeugdzorg: zoveel mogelijk op lokaal niveau organiseren en bovenlokaal waar samenwerking wettelijk wordt voorgeschreven of waar samenwerking een meerwaarde voor de kwaliteit en beschikbaarheid van zorg en expertise heeft. Congruente samenwerking met de zes Flevolandse gemeenten in het kader van Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein;
HB1304
paginanummer 6
Nummer: 131027418 -
5.
6.
7. 8.
Participatiewet: vertrekpunt is lokaal, maar in wisselende intergemeentelijke samenwerking kan naar het Flevolandse niveau met de zes Flevolandse gemeenten (in het kader van het Flevolandse Overleg Transitie Sociaal Domein) of naar de deelregio Lelystad- Almere in het MRA-verband opgeschaald worden: voor de verplichte taken SUWI-wetgeving binnen de Arbeidsmarktregio Flevoland/wethouders sociale en economische zaken; voor de arbeidsmarkt: binnen de samenwerking met Almere en de partners in de MRA. Vanuit het belang van de MRA voor de Lelystadse arbeidsmarkt is deze incongruente samenwerking te beargumenteren; het recent gesloten akkoord in de Stichting van de Arbeid, zeer waarschijnlijk vergaande implicaties heeft voor de invulling van de regionale sociale infrastructuur op het terrein van arbeid, en daarmee de gemeentelijke autonomie t.a.v. de uitvoering arbeidsmarktbeleid en sociale zekerheid; dat het Bestuurlijk Overleg Transitie Sociaal Domein namens alle zes Flevolandse gemeenten voor 15 mei 2013 een gezamenlijke reactie heeft gestuurd naar het ministerie van BZK en de VNG betreffende de samenwerkingsverbanden waarin de uitvoering van de decentralisaties plaatsvindt; voor het ruimtelijk-economisch domein en het sociale domein uitgegaan wordt van regionale samenwerking op basis van overleg, waarbij iedere gemeente zelf afzonderlijk verantwoordelijk blijft voor de te nemen besluiten; samenwerking m.b.t. de bedrijfsvoering via ambtelijke poolvorming (wel of niet via een matrix) uitgewerkt kan worden;
Lelystad, 14 mei 2013. De raad van de gemeente Lelystad, de griffier,
HB1304
de voorzitter,
paginanummer 7