Kikker en een heel bijzondere dag Handleiding voor de leerkracht - Groep 1-2
Colofon © Cubiss Tilburg, 2006 Herz.uitg. Juni 2009 J:\Klantenservice Cubiss\Rode Draad\Handleiding leerkracht\kikker en een heel bijzondere dag leerkr groep 1-2 190609.doc
Inhoudsopgave
pagina
1.
Inleiding
5
2. 2.1 2.2 2.3
Inhoud, opzet en voorbereiding van het project Inhoud Opzet van het project Voorbereiding
6 6 6 6
3. 3.1 3.2
Introductie en verjaardagkaart maken Introductie Verjaardagskaart maken
6 6 7
4.
Feesthoek
7
5. 5.1
De dagen van de week Kringspel rondom de dagen van de week
8 8
6.
Emoties
9
7.
Kleuren
10
8.
De vrienden van kikker
11
9.
Oefenen voor een afsluiting
12
10.
Het feest van Kikker
12
11.
Verder spelen met de dierenmaskers
12
12.
Kikker op de computer of digibord
12
13.
Interessante links
13
14. 14.1 14.2
Twee suggesties bij andere kikkerboeken Suggestie bij Kikker is verliefd Suggestie bij Kikker is bedroefd
13 13 14
1.
Inleiding Het project ‘Kikker, een heel bijzondere dag’ is onderdeel van het leesbevorderingsprogramma Rode Draad van Cubiss, waarbij plezier beleven aan een boek centraal staat. In groep 1 en 2 ligt het accent daarbij op voorlezen. Voorlezen, het samen bekijken van prentenboeken en er over praten, versjes lezen en liedjes zingen zijn belangrijke elementen in leesbevordering voor de kleuters. Door voorlezen en plaatjes kijken komen kinderen actief en passief met taal in aanraking. Er is een positieve samenhang vastgesteld tussen het voorlezen en het aanvankelijk en begrijpend lezen van kinderen. Ook speelt het boek een grote rol bij de ontwikkeling van fantasie en creativiteit, bij de uitbreiding en herkenning van de leefwereld en bij het herkennen van en leren omgaan met gevoelens. Dit komt nadrukkelijk aan de orde bij het werken met prentenboeken in de klas. Dit prentenboek biedt veel aanknopingspunten om in de klas mee te werken. Samen genieten van een boek is het hoofddoel van dit project. Door het prentenboek minimaal een tweetal weken centraal te stellen, door eruit voor te lezen en activiteiten rondom het boek uit te werken, zal het verhaal zeker indruk maken bij de kinderen. Met de kikkerpop en de dierenmaskers creëert de leerkracht een vertelsfeer waardoor de kinderen op het puntje van hun stoel zullen zitten om het echte verhaal van Kikker en zijn vrienden te horen. In deze handleiding zijn verschillende voorlees- en verwerkingsactiviteiten uitgewerkt. Daarbij wordt een bepaalde volgorde gehanteerd. Aansluitend bij de thema’s van het verhaal zijn activiteiten uitgewerkt rondom feest, dagen van de week, emoties en kleuren. Inzet in onderwijspraktijk Het project Kikker een heel bijzondere dag sluit aan op de Kerndoelen basisonderwijs (2006): - 9: De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten. De kerndoelen geven aan wat in elk geval aan alle leerlingen moet worden aangeboden in de periode waarin zij het basisonderwijs bezoeken. De leesbevorderingsactiviteiten in deze Handleiding leerkracht zijn gebaseerd op de Tussendoelen & Leerlijnen Nederlands. De kerndoelen zijn door SLO en Expertisecentrum Nederlands uitgewerkt in tussendoelen en leerlijnen. Hierin wordt het mogelijke onderwijsaanbod bij de verschillende kerndoelen per leerjaar beschreven. Meer informatie over Kerndoelen basisonderwijs en Tussendoelen & Leerlijnen vindt u op http://tule.slo.nl en www.slo.nl.
5
2.
Organisatie
2.1.
Inhoud van het project Kikker een heel bijzondere dag Het project bestaat uit: - prentenboek Kikker en een heel bijzondere dag van Max Velthuijs (Leopold); - vijf stoffen maskers; - kikkerpop; - collectie Kikkerboeken van Max Velthuijs (optioneel); - handleiding leerkracht.
2.2
Opzet van het project Het prentenboek Kikker en een heel bijzondere dag van Max Velthuijs vormt de inspiratiebron voor dit project. In deze handleiding staan verschillende voorlees- en verwerkingsactiviteiten die aansluiten bij de thema’s van het verhaal: feest, dagen van de week, emoties en kleuren. Met het project kan circa twee weken gewerkt worden. De voorgestelde verwerkingsactiviteiten kunt u naar eigen inzicht verspreiden over verschillende dagen. Het verhaal kan meerdere keren in de projectperiode voorgelezen worden: door de leerkracht, kinderen kunnen het verhaal vertellen, maar ook Kikker(pop) kan bijvoorbeeld het verhaal voorlezen in de poppenkast. Indien er in de projectperiode voldoende ruimte is, kan ook nog tijd worden besteed aan het voorlezen en/of verwerken van een aantal andere kikkerboeken van Max Velthuijs.
2.3
Voorbereiding U treft de volgende voorbereidingen voor de beschreven verwerkingsactiviteiten: - Blanco ansichtkaarten (3.2.Verjaardagskaart maken). Uit één A4-vel (dik papier) kunt u 4 kaarten snijden. Op de achterkant tekent u een vakje voor de postzegel en wat lijntjes voor de geadresseerde. - Knutselbenodigdheden voor het maken van feestartikelen (4. Feesthoek). - Zeven bordjes met dagen van de week (5. Dagen van de week). - A4-vellen met afbeelding van Kikker zonder mond (6. Emoties). - Witte blanco vlaggetjes (7. Kleuren).
3.
Introductie en verjaardagkaart maken
3.1
Introductie Prentenboek Kikker en een heel bijzondere dag Haas heeft aan Kikker beloofd dat het een hele bijzondere dag zou worden. Maar wat er zo bijzonder aan is, dat weet Kikker niet. Hij vraagt het aan zijn vriendjes. Eend vindt het een gewone dag, Varkentje zegt: ‘Wasdag’ en Rat vindt iedere dag bijzonder. Boos gaat Kikker naar Haas. Haas is niet thuis en op zijn deur hangt een brief. Kikker kan één woord uit de brief lezen: ‘feest’. Verdrietig gaat hij naar huis want Haas is naar een feest en hij is niet uitgenodigd. Wat een verrassing, als blijkt dat in het huis van Kikker een groot feest is ter ere van zijn verjaardag. 6
Met de kikkerpop introduceert u het verhaal. Een suggestie daarvoor is de volgende: Kinderen zitten in de kring. U heeft Kikker op schoot en stelt hem voor aan de kinderen. Daarna voert u of Kikker een gesprekje met de kleuters: - Wie kent Kikker? Hoe hebben ze Kikker leren kennen? - Wie weet er een verhaal over Kikker? - Wie kent de vriendjes van Kikker: Eend, Varkentje, Haas en Rat? U laat Kikker in uw oor fluisteren dat hij een boek meegenomen heeft. Dat boek wil hij aan de kleuters laten zien en vraagt aan u om het voor te lezen. Het prentenboek heet ‘Kikker en een heel bijzondere dag’. U vraagt de kleuters waar het boek over zal gaan: - Kennen ze een bijzondere dag? - Wanneer is het een bijzondere dag? Misschien noemen de kleuters bijzondere dagen op zoals verjaardag, dierendag, moederdag, vaderdag, Koninginnedag, Sinterklaas of Kerstmis. - Wat doe je op zo’n bijzondere dag? Na deze introductie zet u Kikker naast u op een kleine stoel, zodat hij ook kan luisteren naar het verhaal dat u gaat voorlezen. Het voorlezen van het verhaal zal weinig problemen opleveren. De woordkeus is eenvoudig en het verhaal heeft een duidelijk herkenbaar plot en verhaallijn: een pakkend begin – dieptepunt – positieve climax met eind goed al goed. 3.2
Verjaardagskaart maken Na het voorlezen vertelt u de kinderen dat u een geweldig idee heeft. Kikker moet daarvoor even op de gang of in de teamkamer. Kikker krijgt in het verhaal geen verjaardagskaarten, maar zou daar wel heel blij mee zijn. Elk kind gaat een mooie verjaardagkaart maken voor Kikker. De verjaardagskaarten gaan in een mooie postzak en u zorgt ervoor dat ze bij Kikker bezorgd worden. Na deze verwerkingsactiviteit mag Kikker weer de klas in en krijgt hij een prominente plaats toegewezen.
4.
Feesthoek
Kinderen zitten in de kring en Kikker zit weer bij de leerkracht op schoot. Kikker vertelt aan de kleuters (of fluistert in uw oor) dat hij een zak vol met verjaardagskaarten heeft gekregen. Hij haalt er een paar uit de zak en laat ze aan de kinderen zien. U hangt de kaarten in de klas op. Kikker heeft al feest gevierd met zijn vrienden, maar wil met de kleuters nog een keer zijn verjaardag vieren. Met de kinderen voert u (en Kikker) een gesprekje over het onderwerp feest. Wat heb je nodig bij een feest: slingers, vlaggetjes, muziek, bloemen, ballonnen, taart, limonade. U leest nogmaals het verhaal van Kikker voor om samen met de kinderen te ontdekken of ze niets vergeten hebben bij het opnoemen van feestbenodigdheden. Als verwerkingsactiviteit volgt hierna het maken van feestartikelen. Bijvoorbeeld een slinger met vlaggetjes, een versierde stoel voor Kikker, een feestmuts, muziekinstrumenten en bloemen van papier. Knutselboeken of methodes voor handvaardigheid geven hiervoor volop inspiratie. Na deze activiteit richt u samen met de kleuters een feesthoek of feesttafel voor Kikker in. Ook Kikker kan op een versierde stoel daar een plaats krijgen. 7
5.
De dagen van de week
‘Eend,’ vroeg Kikker, ‘wat voor dag is het vandaag?’ ‘Even denken,’ zei Eend. ‘Vrijdag, geloof ik. Nee, woensdag. Of misschien dinsdag.’ ‘Maar is er iets bijzonders aan deze dag?’ vroeg Kikker. ‘Welnee, het is gewoon vandaag,’ antwoordde Eend. In het verhaal spelen de dagen van de week een belangrijke rol. De meest belangrijke dag voor Kikker is vandaag, want vandaag is het een bijzondere dag volgens Haas. U kunt vanaf nu de voorleesactiviteiten rondom het prentenboek van Max Velthuijs steeds beginnen met een ritueel: Vandaag is het een bijzondere dag. Welke dag is het vandaag? (versje opzeggen): Is het maandag, dinsdag, woensdag? Is het donderdag ja of nee? Is het vrijdag, zaterdag of zondag? Wie o wie heeft er een idee?? ………………………………… En waarom is deze dag zo bijzonder? Omdat we weer gaan lezen en spelen met het verhaal ‘Kikker en een heel bijzondere dag’. Kleutergroepen werken vaak met een kalender of met dagritmekaarten waarmee leerkrachten elke dag aandacht besteden aan: de dag van de week en de activiteiten van die dag. Elke dag heeft in de kalender een kleur en een pictogram. Deze kalender of kaarten kunt u bij de activiteit rondom de dagen van de week betrekken. 5.1
Kringspel rondom de dagen van de week Voorbereiding Maak zeven bordjes in verschillende kleuren met daarop de dagen van de week en geef e iedere dag een nummer: maandag is de 1 dag enzovoort. Sluit met de kleuren van de bordjes zoveel mogelijk aan bij de kleuren van de kalender die in de klas wordt gebruikt. Suggesties voor pictogrammen voor de bordjes: maan = maandag, dinosaurus = dinsdag, hond (woef) = woensdag, wolk met bliksem (donder) = donderdag, ijsje (ij in vrij) = vrijdag, zaag = zaterdag, zon = zondag. Kringspel Spreektekst: Wiele wiele wagen, een week heeft zeven dagen De eerste is de maandag en achteraan komt zondag Maak een grote kring: kinderen hebben elkaars handen vast. In het midden liggen de zeven bordjes met de dagen van de week. Een kind komt binnen de kring en kiest het bordje maandag. Terwijl de kring naar rechts draait wordt de spreektekst gezegd. Het kind binnen de kring gaat in tegengestelde richting. Na afloop van de spreektekst kiest het kind binnen de kring een ander kind erbij, dat het bordje dinsdag uitzoekt.
8
Terwijl de kring weer rondgaat wordt de spreektekst gezegd, loopt het tweede kind achter het eerste aan: Wiele wiele wagen, een week heeft zeven dagen De tweede is de dinsdag en achteraan komt zondag Elke keer komt er weer een kind in de kring erbij en tenslotte lopen er zeven kinderen in de kring. De spreektekst wordt telkens aangepast met het noemen van een andere dag. Als deze spelvorm bekend is, kan de spreektekst 'groeien'. Zeven andere kinderen komen aan de beurt om in de kring te lopen. Bij iedere herhaling wordt de tweede regel uitgebreid: Wiele wiele wagen, een week heeft zeven dagen de eerste is de maandag, de tweede is de dinsdag, de derde is de woensdag…. en achteraan komt zondag. Bovenstaande suggestie is een bewerking uit: Ding-dong van José Bakker (Combo, 1995).
6.
Emoties
Tijdens het voorlezen kunt u de kinderen wijzen op de gezichtsuitdrukkingen van Kikker. Op de illustraties is goed te zien hoe Kikker zich steeds voelt: opgewekt als hij wakker wordt, serieus als hij vragen stelt aan zijn vriendjes, somber als hij er maar niet achter kan komen wat er nu bijzonder is aan deze dag, boos als hij denkt dat Haas hem voor de gek houdt, verdrietig omdat hij denkt dat hij een feest mist, verbaasd als hij de deur van zijn huis opendoet en blij omdat zijn vriendjes voor hem een feest organiseren. De gezichtsuitdrukkingen van Kikker laat u door de kleuters uitbeelden: hoe kijkt Kikker opgewekt, serieus, somber, boos, verdrietig, verbaasd en blij? Een verwerkingsuggestie hierbij is de volgende: u tekent op een A4-vel Kikker zonder mond na uit het prentenboek en u maakt kopieën voor alle kinderen. De kleuters kleuren Kikker en geven hem een gezichtsuitdrukking door de mond in te tekenen. U schrijft onder elke tekening de gemoedstoestand van Kikker: Kikker is blij, Kikker is boos... U kunt hiervoor ook een kleurplaat downloaden van Kikker bijvoorbeeld via www.kikkertiendaagse.nl (kikker voor kids). Voordat u kopieën maakt kunt u op de kleurplaat Kikker in het bootje de mond van kikker weglakken. Voor de volgende verwerkingsuggestie heeft u de cd ‘Kikker heeft de blues’ nodig. Luister met de leerlingen de liedjes op de cd en bespreek met de leerlingen hoe hij zich voelt.
9
7.
Kleuren
Kikker keek omhoog en zag overal vlaggetjes. Rode, gele, blauwe en groen. Precies zoals hij het zich had voorgesteld. U herinnert de kinderen aan de passage in het boek waar Kikker zich een feest voorstelt met vlaggetjes in allerlei kleuren. Op zijn feest zijn er ook werkelijk vlaggetjes! Laat de kinderen de betreffende illustraties nog eens zien. Daarna wordt het volgende spel rondom kleuren gespeeld.
Aanleren In een grote vaas staan witte blanco vlaggetjes. U neemt een witte vlag en tekent daarop twee rode stippen en zingt het lied. Aan het slot wijst u een kind aan. Dit kind kiest een kleur (bv. geel) en mag met een stift of potlood twee gele stippen op de tweede vlag maken terwijl u het lied weer zingt. Aan het slot wijst u een ander kind aan dat ook een kleur kiest enz. Vooraf bepaalt u hoeveel kleuren u in het lied laat voorkomen. Eventueel legt u verschillende kleuren stiften of potloden klaar. Als u alle kinderen aan de beurt wilt laten komen dan kunnen op dezelfde vlaggen meerdere stippen in dezelfde kleur worden gekleurd. Telkens begint u het lied met de door het aangewezen kind gekozen kleur. Zo wennen de luisterende kinderen eraan dat het lied steeds met een ander woord begint. Wisselzang De kinderen zingen het eerste gedeelte, u neemt het over bij ‘k Heb een vlag voor jou… en wijst bij jij een kind aan. Dat kind kiest een kleur en neemt de vlag uit de vaas en zwaait er mee. Het lied wordt weer gezongen met deze kleur; nu mag het kind dat de kleur koos het tweede gedeelte zingen en weer iemand anders aanwijzen. Spelvorm Opstelling: een grote kring, handen vast; binnen de kring staat een vaas of mand vol vlaggen met gekleurde stippen. Eén kind begint, stapt de kring binnen en kiest een vlag. De kring gaat zingend rond, het kind in de kring gaat in tegengestelde richting. Bij: ‘k Heb een vlag… staat de kring stil, zingt niet, maar wacht stil af wie er gekozen wordt bij jij. Het kind binnen de kring loopt wel door en zingt het laatste gedeelte van het lied alleen. Bij jij wijst het een ander kind uit de kring aan. Dit kind komt binnen de kring, kiest een kleur en neemt de vlag van deze kleur uit de vaas of mand. Van deze kleur wordt gezongen als het spel opnieuw begint. Nu lopen beide kinderen binnen de kring; het laatst bijgekomen kind kiest weer een ander kind erbij, enzovoort. Bovenstaande suggesties Zijn een bewerking uit: ‘Ding-dong’ van José Bakker (Combo, 1995).
10
Het volgende versje past ook prima binnen een dag rondom kleuren: Rood rood, ‘k heb geen rood. ‘k Moet nog rood gaan zoeken, hier in alle hoeken. Groen groen, ‘k heb geen groen. ‘k Moet nog groen gaan zoeken, hier in alle hoeken. Enzovoort Een kind zoekt na het opzeggen van het versje voorwerpen in de genoemde kleur (of kinderen die deze kleur dragen) en brengt die in de kring.
8.
De vrienden van Kikker
En daar waren zijn vrienden: Eend, Varkentje, Haas en Rat. ‘Lang leve Kikker!’ riepen ze. ‘Hoera!’ Kikker zit weer op uw schoot of zit op zijn versierde stoel naast u. Hij vraagt aan de kinderen (of u vraagt het namens hem) of iedereen nog weet wie zijn vrienden zijn. Kinderen beantwoorden deze vraag. Daarna vertelt Kikker dat hij zijn vrienden heeft meegebracht. Eén voor één haalt u de maskers die u bij het project heeft ontvangen uit een doos. Vooraf heeft u de maskers over ballonnen getrokken en kleine emmers of conservenblikken klaargezet. Hierin kunt u na de introductie de vrienden van Kikker (maskers met ballon) een plaats geven zodat ze rechtop blijven staan. Eventueel hangt u de maskers met een dunne nylondraad op. Na de introductie van de vriendjes laat u de kinderen het dierengeluid van een kikker, een eend, een varken, een haas en een rat nadoen. Daarna kunnen de kinderen ook het bewegen van de verschillende dieren spelen. De maskers kunnen de kinderen bij deze spelletjes ook opzetten. Met de maskers kan ook een variatie op het spelliedje Een klein zigeunermeisje gezongen worden. Hierbij zitten kinderen in een kring. Eén kind heeft het kikkermasker op. Alle kinderen wijzen naar het kind met het kikkermasker dat in de kring zit te huilen. Bij de vierde regel staat dat kind op en kiest iemand uit de kring om een dansje mee te maken. Daar zat een groene kikker huilend op een steen. Huilend, huilend, helemaal alleen. Sta op, kikkerlief, en droog je traantjes af. Kies een vriendje uit de kring, Want anders ben je af. Tralala, tralala etc. Na het lied krijgt een ander kind het kikkermasker op en begint het spel opnieuw.
11
9.
Oefenen voor een afsluiting
Het project Kikker en een heel bijzondere dag kunt u afsluiten met het naspelen van het verhaal. Eventueel nodigt u hiervoor ouders uit of het dramaspel wordt door de kleuters tijdens een weeksluiting uitgevoerd. Het decor bestaat uit: het huis van Kikker, het huis van Haas en een weg tussen de twee huizen. Samen met de kinderen maakt en verzamelt u de benodigde decorstukken. Het spel: u leest het verhaal voor en vijf kinderen spelen de figuren uit het boek. De andere kinderen vervullen rollen zoals de zon, spelen muziek en zingen feestliedjes aan het einde van het spel. Kinderen kunnen ook tijdens het spel het decor verwisselen: nadat Kikker uit zijn huis vertrekt en naar het huis van Haas gaat, versieren ze het huis van Kikker. Na het fragment waarin Kikker verdrietig tegen een boomstam zit kan ook de variatie op het liedje Daar zat een klein zigeunermeisje (zie 8. De vrienden van Kikker) gespeeld worden met een deel van de groep. Ondertussen versieren een vijftal kleuters het huis van Kikker. Voor een goede uitvoering is het nodig om een aantal dagen tijdens de projectweken te oefenen. De feestliedjes (zie 10. Feestliedjes) passen hier ook uitstekend bij. Daarnaast kunnen de kleuters toegangskaartjes, uitnodigingen of aankondigingaffiches maken.
10. Het feest van Kikker
En toen was het feest! Ze aten taart en Rat speelde op zijn viool. Ze zongen en dansten tot diep in de nacht. Tijdens de projectweken werkt u toe naar het feestje van Kikker. Samen met de kleuters en De Kikker viert u het verjaardagsfeest van Kikker. Inmiddels is er een feesthoek ingericht, er zijn versieringen, feestmutsen en muziekinstrumenten gemaakt. Bekende feestliedjes zoals Er is een jarig, De kop van de kat is jarig, Twee violen en een trommel en een fluit, Ei ei ei en we zijn zo blij en natuurlijk Lang zal hij leven mogen tijdens het feest niet ontbreken. U vindt deze feestliedjes onder andere in de bundel Liedjes met een hoepeltje erom samengesteld door Joke Linders en Toine Duijx (Van Holkema & Warendorf, 1994).
11.
Verder spelen met de dierenmaskers
Met de dierenmaskers kunnen uiteraard ook de andere Kikkerboeken van Max Velthuijs nagespeeld worden zoals: Kikker is verliefd, Kikker en het vogeltje, Kikker in de kou, Kikker is een held, Kikker en de vreemdeling, Kikker is bang en Kikker is bedroefd.
12
12.
Kikker op de computer of het digibord
Op de website www.frogandfriends.com kunt u bij het onderdeel Frog’s World een digitale wandeling maken met Kikker of met één van zijn vriendjes. De wandeling gaat langs de verschillende huizen van Kikker, Rat, Eend en Varkentje. In de huizen kunnen spelletjes worden gespeeld en er kunnen kleurplaten geprint worden. U kunt de website op het digibord laten zien of kinderen kunnen in twee- of drietallen aan de slag op een computer.
13.
Interessante links
Ga voor leuke kikkerartikelen zoals kleurplaten naar www.kikkervriendjes.nl of www.kikkertiendaagse.nl. Op internet zijn veel lessuggesties te vinden met voorbeelden van lesmateriaal en van knutselwerkstukken (rekenlessen, kralenplank, stempelkaarten, foto’s van knip- en plakwerkjes). Bijvoorbeeld: www.jufjanneke.nl (zie projecten Kikker) en www.kleutergroep.nl (zie Boekenpagina Kikker).
14.
Twee suggesties bij andere kikkerboeken
14.1
Suggesties bij Kikker is verliefd Voorlezen en praten Het verhaal van Kikker leent zich uitstekend om over na te praten. Neem hiervoor de personages uit het boek als uitgangspunt. Enkele suggesties: Wie doen er allemaal in dit verhaal mee? Wie is er in dit verhaal het belangrijkst? Hoe weet je dat? Meestal staat de belangrijkste figuur in een boek op elke bladzijde en op de voorkant van het boek én wordt zijn of haar naam vaak in de titel genoemd. Wat is er met Kikker aan de hand? Hoe weet je dat? Hoe zie je dat op de prenten in het boek? Wijs de kinderen op de gezichtsuitdrukking van Kikker in het begin van het verhaal en op het eind van het verhaal. Hoe laat Kikker aan Eend zien dat hij verliefd is? Hoe loopt het verhaal af? Spelen en zingen Luister samen met de kinderen naar liedjes over verliefd zijn of naar instrumentale nummers die passen bij verliefd zijn. Een serenade of aubade is het toezingen van een geliefde. Daar heeft Kikker niet aan gedacht! Geef alle kinderen een muziekinstrument en maak een mooi liefdeslied voor Eend.
13
Doen - Een liefdesdrank maken. Verzamel allereerst met de kinderen verschillende lieve woordjes. Bijvoorbeeld: blij, lief, zoen, hartje, schatje, lammetje of vlinder. Schrijf de woordjes op strookjes papier en stop ze in een strooibus. Een strooibus is ook eenvoudig te maken van een potje met deksel waarin gaatjes zijn geprikt. Vul een grote pan met rode limonade. Roer in de pan en zeg samen met de kinderen de volgende spreuk: Wiede wadde wei Lieve woordjes blij Wiede wadde wan Woordjes in de pan Wiede wadde waar Lief zijn voor elkaar Schud boven de pan met de strooibus en vraag de kinderen de lieve woordjes uit de strooibus te roepen. Dit ritueel kan een paar keer herhaald worden. Daarna is de liefdesdrank klaar en krijgt iedereen een slokje. - Stempelen. Leg in de schrijfhoek gestempelde kaartjes met woorden die de kinderen verzameld hebben. U kunt ook kaartjes met Kikker, Eend, Varkentje en Haas hieraan toevoegen. Laat de kinderen de woordjes nastempelen en een tekening erbij maken. - Collage maken. Kikker geeft Eend mooie geschenken. Laat de kinderen in tijdschriften en reclamefolders dingen zoeken die je zou kunnen geven aan iemand die je lief vindt. Maak daarvan samen met de kinderen een collage. - Kikkersprongen. Kikker wil het wereldrecord hoogspringen verbeteren! Oefen met de kinderen verschillende kikkersprongen. - Op www.voorleesvriendjes.nl vindt u bij fun een kleurplaat van Kikker en Eend. 14.2
Suggesties bij Kikker is bedroefd Voorlezen en praten Het verhaal van Kikker leent zich uitstekend om over te praten. Lees het boek voor aan de leerlingen en laat de illustraties zien. Kikker is bedroefd, hij weet alleen niet waarom. Lees de titel en de eerste pagina van het boek nogmaals voor, laat de illustraties zien en vraag de leerlingen of dat wel eens mee hebben gemaakt: bedroefd voelen zonder te weten waarom. Weten de leerlingen nog wanneer zij zich bedroefd voelden? Op welk moment werden zij weer vrolijk en waardoor kwam dat? In het boek probeert Rat Kikker op te vrolijken. Eerst lukt het niet, maar dan krijgt Rat een goed idee. Hij haalt zijn viool en speelt een vrolijk lied voor Kikker. Maar, Kikker vindt de muziek van Rat zo mooi, dat hij ervan gaat huilen! Gelukkig wordt Kikker weer vrolijk en lacht hij samen met zijn vrienden. Vraag de leerlingen of zij wel eens zo gelachen hebben als Kikker. En wanneer was dat en waarom? Spelen en muziek Rat probeert op allerlei manieren om Kikker aan het lachen te krijgen: hij danst, trekt gekke bekken en doet kunstjes. Laat alle kinderen even zijn als Kikker: ze kijken net zo bedroefd. Wie van de leerlingen wil Rat zijn en proberen met zijn kunsten alle kikkers aan het lachen te krijgen? Welke kikker kan het langst bedroefd blijven kijken? De muziek van Rat is zo mooi, dat Kikker er vreselijk van moet huilen. Laat de kinderen naar verschillende soorten (viool)muziek luisteren. Van welke muziek worden ze vrolijk en van welke verdrietig? 14
Luisteren ze vaak naar muziek en welke muziek vinden ze mooi? Vraag aan de kinderen of ze een bandje of cd met hun lievelingsmuziek mee naar school mogen nemen en luister er samen naar. Doen - Lees het gedicht ‘Dirigent' voor en praat erover met de kinderen. Wie bespeelt een muziekinstrument of zou dat graag willen leren? Ik word later dirigent van de diere-liere-band met op saxofoon de rat en op klarinet de kat op triangel speelt de haai en op drums de papegaai en op basgitaar de stier en op altviool de mier op piano de fazant en op slurf de olifant. Uit: Ik word later ... psychiater / Erik van Os & Elle van Lieshout (Gottmer, 2003).
-
-
Muziekinstrumenten. Maak samen met de leerlingen een Kikkerband. Elke leerling mag een muziekinstrument naar keuze maken speciaal voor Kikker. Speel de Kikkerband na met de leerlingen op muziek naar keuze. Collage maken. Kikker is bedroefd. Laat de kinderen in tijdschriften en reclame folders plaatjes zoeken van dingen die Kikker weer kunnen opvrolijken. Maak daar samen met de leerlingen een collage van. De plaatjes kunnen eventueel opgeplakt worden in de vorm van een muziekinstrument.
15