Jury Excellente Scholen Schoolrapport 2014
St. Michaël College VO | havo Zaandam
628507_O20_OM_[VOex]_1-1.indd 25
09-01-15 15:03
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
Schoolrapportage 1. Achtergrondgegevens van de school Gegevens van de school: 02TZ Aanvrager Adres Aangemelde schoolsoort
St. Michaël College mw. drs. Elly van Eerden Leeghwaterweg 7 Zaandam Havo
Leerlingenaantal
1235 (door de school zelf opgegeven, april 2014)
Bestuur:
Onderwijsstichting St. Michaël
Na een eerdere aanvraag in 2012 opteert het St. Michaël College opnieuw voor het predicaat Excellente School voor de afdeling havo. De school is een eenpitter en noemt zichzelf een netwerkschool vanwege de vele contacten en samenwerkingsverbanden waarin zij participeert. De school is in het recente verleden sterk gegroeid. Het leerlingenaantal lijkt zich nu te stabiliseren rond de 1240. De leerlingen zijn voornamelijk afkomstig uit de middenklasse en je kunt het St. Michaël College een ‘witte’ school noemen. Het schoolgebouw zou voor allochtone leerlingen te ver van de stad liggen. De school maakt een verzorgde en goed georganiseerde indruk.
2. Motivatie van de school De onderbouwing die het St. Michaël College bij de aanmelding als kandidaat Excellente School 2014 gaf, luidt als volgt. ‘Ons excellentieprofiel komt naar voren in het brede, gedifferentieerde onderwijsaanbod, curriculair en buitencurriculair. Ons leerproces is zo ingericht dat naast het reguliere aanbod er sprake is van buitencurriculair aanbod dat zowel onderwijsondersteunend als verbredend en verdiepend is. Bovenstaande is steeds in ontwikkeling en stevig geborgd. Daarnaast hebben wij aantoonbaar aandacht voor burgerschap en sociaal-emotionele en culturele vorming. De school kent een goede zorgstructuur met intensieve begeleiding van leerlingen, onder andere havo-zorgleerlingen. Het zeer gedifferentieerde aanbod voor alle typen leerlingen en de kwaliteit en verscheidenheid van onze curriculaire en buitencurriculaire activiteiten zijn gebieden waar onze school zich onderscheidt van andere scholen. De kwaliteit van deze drie facetten is stevig geborgd in alle beleidsterreinen. Dit in een lerende cultuur, een leergemeenschap waarbij opbrengstgerichtheid en waarden en gedrevenheid elkaar versterken. Dit in een schoolgrootte waar de menselijke maat zichtbaar is. Leerlingen en medewerkers weten zich veilig en gekend. Kenmerkend voor het SMC is de respectvolle omgang met elkaar. De instroomgegevens van leerlingen in klas 1 laten zien dat bij ongeveer de helft van de leerlingen twijfel bestaat aan het havo/vwo-niveau. Desondanks hebben wij in vergelijking met andere vo-scholen in de regio betere IDU- en examenresultaten en een hoge deelname aan de zwaarste profielen.’
3. De resultaten, breed opgevat (Criterium 1) Hierbij onderscheidt de jury drie gebieden:
1
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
1. resultaten op de kernvakken: Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen; 2. resultaten op de andere vakken en leergebieden; 3. resultaten op aanvullende gebieden zoals burgerschap, sociaal-emotionele vorming, culturele vorming, redzaamheid, internationale oriëntatie. 3.1 Resultaten op de kernvakken (Indicator I) Hieronder geven we een overzicht van de resultaten van het St. Michaël College over de periode 2011-2013 die de Inspectie van het Onderwijs aan de jury heeft verstrekt. Hierbij is gebruik gemaakt van de ruwe scores. Resultaatgegevens afkomstig van de Inspectie Rendement onderbouw* Rendement bovenbouw* Gemiddelde centraal examen* Gemiddeld verschil CE en SE** 3-jaarsgemiddelde CE-cijfer absoluut * Gemiddelde van de score op een vijfpuntsschaal 2011-2013. ** Gemiddelde over de periode 2011-2013.
Havo 3 4,3 4,3 -0,28 6,54
Havo 6,4 6,5 6,7 6,5
Gemiddeld cijfer CE 2011 Gemiddeld cijfer CE 2012 Gemiddeld cijfer CE 2013 Gemiddeld cijfer CE 2014* * Het landelijk gemiddelde CE 2014 is 6,4.
Op grond van de resultaten die het St. Michaël College in 2011, 2012 en 2013 heeft behaald, stond de school niet in een voorselectie die de Inspectie van het Onderwijs aan de jury heeft verstrekt. De onderstaande gemiddelde cijfers bij het centraal examen over de periode 2011-2013 zijn door de school zelf aangeleverd bij haar aanmelding. Eindexamenresultaten havo (CE) 2011 2012 Nederlands 6,1 6,0 Engels 6,5 6,6 Wiskunde 6,8 6,7
2013 6,4 6,9 6,7
2014 (landelijk gemiddelde) 6,5 (6,3) 7,0 (6,9) 6,9 (6,5)
De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De drie kernvakken scoren boven het landelijk gemiddelde. Bij Nederlands en Engels zien we een stijging over vier jaar bij Nederlands van 0,4 en bij Engels van 0,5. Wiskunde blijft nagenoeg gelijk (stijging 0,1). De kwaliteit van de opbrengsten is bovengemiddeld. De eindexamenresultaten zijn bovengemiddeld en stabiel. De discrepanties tussen SE en CE blijven ruim binnen de daarvoor gestelde normen. Aanzienlijke verbetering heeft de school gerealiseerd bij het rendement onderbouw. Eigen analyses hebben geleid tot een aantal acties: in samenspraak met vo-scholen in de regio is contact gezocht met het basisonderwijs om tot afspraken te komen die moeten leiden tot een zorgvuldige transitie van leerlingen tussen po en vo. Ook heeft de school zelf een aantal maatregelen genomen om leerachterstanden na plaatsing weg te werken. Het gaat met name om taal en
2
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
rekenen, maar ook om het sociaal-emotioneel welbevinden van leerlingen. De opbrengstenkaart 2014 van de Inspectie van het Onderwijs meldt dat 93% van de leerlingen zonder zittenblijven in leerjaar 3 komt en dat 65% vanuit leerjaar 3 zonder zittenblijven het diploma behaalt. Er is gekeken naar de toegevoegde waarde van het havo: 15,8% van de havo-gediplomeerden had bij aanvang van de school een mavo-advies. Aan de andere kant is het aandeel zittenblijvers met 17% hoger dan het landelijk gemiddelde van 10%. Het gemiddelde van 6,53 over alle cijfers CE 2014 levert het SMC de percentielscore 82 op. Dat wil zeggen dat het SMC tot de 20% best presterende havo’s van Nederland behoort. Reflectie Score Dronkers 2013 Waardering Elsevier 2014
8,5 +
3.2 Resultaten op andere leergebieden uit het standaardcurriculum (Indicator II) Ook het gemiddelde over de overige vakken bij het centraal examen (2011-2013) heeft de school zelf aangeleverd bij haar aanmelding. Eindexamenresultaten havo (CE) 2011 2012 2013 2014 Gemiddelde overige examenvakken* 6,4 6,5 6,7 6,3 * De som van het gemiddelde op de overige examenvakken gedeeld door het aantal overige examenvakken.
De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. Uit de presentatie van de school bleek dat het rendement onderbouw in 2011 een dip vertoonde. Na zorgvuldig onderzoek bleek dat de stelregel die men hanteerde (‘Er mag in de 1e klas niemand blijven zitten’) een druk legt op het zorgvuldig determineren. Met behulp van gedegen analyses van de samenstelling van de toetsen en de opbrengsten zocht de school de oplossing in eerder en duidelijker eisen stellen. Hierdoor kwam de lat hoger te liggen en is er beter gewerkt. Acht van de elf overige vakken scoorden boven het landelijk gemiddelde. Alles overziend merkt de delegatie van de jury op dat het SMC in staat is gebleken de opbrengsten licht te verbeteren. Als de opbrengsten van 2014 erbij betrokken worden, is een lichte daling te zien, maar het CE-cijfer blijft boven het landelijk gemiddelde. 3.3 Resultaten op aanvullende leergebieden (Indicator III) In haar aanmelding geeft de school aan dat ze over de volgende aanvullende gebieden aantoonbaar zeer goede resultaten boekt: · burgerschap; · sociaal-emotionele vorming; · extra en buitencurriculair programma. De systematiek die de school daar volgens de aanmelding bij hanteert, is als volgt. ‘Beoordeling en becijfering, meten van kwantiteit en kwaliteit van de activiteiten.’ (bij burgerschap)
3
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
‘PDCA, evaluaties, enquêtes, audits, panels.’ (bij sociaal-emotionele vorming) ‘PDCA, evaluaties, feedback, interviews bij doelgroepen.’ (bij extra en buitencurriculair programma) In haar aanmelding noemt de school de volgende vorderingen die ze bij deze aanvullende gebieden boekt. · Lagere uitstroom dan het landelijk gemiddelde, stijging van deelname aan niet-verplichte activiteiten (bij burgerschap). · Lagere uitstroom dan het landelijk gemiddelde, audits, hogere deelname nietverplichte activiteiten (bij sociaal-emotionele vorming). · Stijging prestaties, verhoging motivatie, hogere deelname aan activiteiten (bij extra en buitencurriculair programma). De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school kent traditiegetouw een rijke schakering aan buitenlesactiviteiten. Ze organiseert veel excursies, buitenlandse reizen en kennismakingsreizen. Deze activiteiten weet het SMC op een vindingrijke wijze te integreren in wat de leerlingen op school moeten leren. Zo leert een flink cohort leerlingen vaardigheden in de dertien commissies die activiteiten ‘voor en door leerlingen’ organiseren. Aan buitenlandse excursies en evenementen op school worden profielwerkstukken gekoppeld. Aan deze profielwerkstukken gaat een zorgvuldige voorbereiding vooraf, vastgelegd in een plan van eisen met vele aanwijzingen en hints voor de leerlingen. De school doet aan alle olympiades mee. De leerlingen maken de opdrachten en de school stuurt de vijf beste werkstukken in. De school gebruikt de methode Leefstijl voor sociale vaardigheidstraining en ontwikkeling.
4. De omstandigheden waarbinnen de school werkt (Criterium 2) In haar aanmelding stelt het St. Michaël College dat er omstandigheden zijn die van invloed zijn op de resultaten die ze met de leerlingen behaalt. 4.1 Leerlingkenmerken en procesinrichting (Indicator IV) De omstandigheden die de school in de aanmelding noemt, zijn de volgende. ‘Onze school ligt in de risicoregio zuidelijk Noord-Holland. Met name op het gebied van taalvaardigheid en algemene ontwikkeling blijven de leerlingen van de afdelingen achter. Instroomgegevens vanuit het po laten dit ook zien. 36% van de instromende leerlingen heeft een NIO-score die lager is dan op grond van het advies verwacht mag worden. De leerlingen zijn afkomstig uit ‘gemiddelde milieus’, maar de regio kent ook zwakke groepen met taalachterstand en tekorten in algemene ontwikkeling (een traditionele arbeiderscultuur, men kiest niet voor het hoogst haalbare schoolniveau). Dit resulteert in minder havo/vwo-adviezen. Desondanks kent de havo-afdeling in de bovenbouw 42% leerlingen met een bètaprofiel.’ Het betreft 36% van de leerlingen. Volgens de aanmelding houdt de school daar op de volgende wijze rekening mee. ‘Diagnostische toetsing, RTTI (rekening houden met verschillen in cognitieve niveaus), remedial teaching taal en rekenen, individuele vakbegeleiding van
4
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
leerlingen op verschillende cognitieve niveaus, gehele systeem van de zorg, integrale screening van klas 1 op sociaal-emotionele risico’s en/of medische risico’s, trajectgroep, individuele zorgplannen, sociale vaardigheidstraining, studiesteungroep, studentassistenten (PAL).’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek vastgesteld dat de school de in de aanmelding aangegeven activiteiten uitvoert. Hieraan kan ze toevoegen dat de school zich aanmeldde voor een bijzondere voorziening in de regio. Deze regionale voorziening voor leerlingen met bijvoorbeeld een leer- of sociale stoornis wordt ‘trajectgroep’ genoemd. De school heeft voorzieningen getroffen om deze speciale groep leerlingen (circa 25) op te vangen. Met deze extra aandacht is het mogelijk deze groep leerlingen onderwijs te laten volgen in de reguliere klassen/groepen. Het SMC maakt het mogelijk voor toptalenten op gebied van sport, muziek, dans en dergelijke de ontwikkeling van hun talent te combineren met de opleiding op school. De delegatie van de jury sprak zo’n toptalent (waterpolo). Zij was blij met de begeleiding die ze van haar mentor en vakdocenten krijgt. Docenten blijken onder andere vanwege de goede discipline van deze talenten graag iets extra’s voor hen te doen. 4.2 Leerlingkenmerken en resultaten (Indicator V) De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De resultaten die de school met haar leerlingen behaalt, liggen boven het landelijk gemiddelde, hoewel zij leerlingen opneemt met taal- en/of rekenachterstand. Nadat de school de beginsituatie van de leerlingen heeft bepaald, wordt gekeken welke maatregelen nodig zijn in termen van rekenen en taal of zorg en begeleiding om tot een passend aanbod te komen. Dat kan erop wijzen dat de remediërende activiteiten voor taal en rekenen in de onderbouw succes hebben. 4.3 Benutting van het inzicht in leerwinst bij onderscheiden categorieën leerlingen (Indicator VI) In de aanmelding geeft de school het volgende voorbeeld waaruit blijkt dat ze leerwinst probeert bij te houden. ‘Een voorbeeld is: in leerjaar 1 worden de leerlingen individueel geanalyseerd naar aanleiding van de RTTI-rekenmodule, waaruit significante leerwinst/verlies blijkt. Bij deze analyse speelt het monitoren van de individuele adviezen van de basisschool (po) ten opzichte van onze adviseringen tijdens de maartrapportage een grote rol.’ De school beschrijft in de aanmelding de wijze waarop ze de cijfers over de leerwinst gebruikt als volgt. ‘Gegevens worden gebruikt voor het inzetten van leerstrategieën voor individuele leerlingen en het inzetten van gerichte werkvormen voor hele groepen. Resultaten worden tevens ingezet voor de determinatie en voor verwijzing naar remediërende voorzieningen en faciliteiten en maatwerktrajecten.’ In de aanmelding geeft de school het volgende voorbeeld waaruit blijkt dat ze de cijfers over leerwinst vertaalt naar differentiaties aan de onderkant en aan de
5
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
bovenkant (zwak- en goedpresteerders). ‘Door deze analyse van leerlingen op individueel cognitief niveau kunnen wij hen aan de onder- en bovenkant een gericht gedifferentieerd leeraanbod geven. Remediërende programma’s aan de “onderkant” en deelname aan wetenschappelijke programma’s, olympiades (SMC is Olympiadeschool) voor het hoogste segment.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De school treft adequate voorzieningen om leerlingen die met een achterstand op gebied van taal en/of rekenen binnenkomen, de gelegenheid te geven deze weg te werken. Door de vele data die de school verzamelt van toetsen, ook genormeerde, kent ze de sterke en zwakke leerlingen en biedt hen vervolgens maatwerk aan. Leerlingen die extra leertijd of uitleg nodig hebben, maken gebruik van de zogenoemde V-uren. Op het SMC is er elke middag huiswerkbegeleiding waar in alle rust gewerkt kan worden. Er is dan geen bijles maar wel kunnen leerlingen worden overhoord of geholpen worden bij het plannen van hun werk. Er is ook een tutorsysteem waarbij ouderejaars leerlingen uit de onderbouw helpen. Vaak gebeurt dit bij de exacte vakken. Gemiddelde van de cijfers bij het centraal examen van de 20% beste leerlingen (2013, gegevens Duo) Nederlands 6,65 Engels 7,35 Wiskunde 7,55 Gemiddelde avo-vakken 7,16
5. De inrichting van het onderwijsproces (Criterium 3) 5.1 Schoolspecifieke aanpak en proceskwaliteit (Indicator VII) In het aanmeldingsformulier noemt het St. Michaël College de volgende drie facetten als het meest kenmerkend voor de onderwijsaanpak die ze nastreeft: · differentiatie in het aanbod; · begeleiding van leerlingen; · buitencurriculaire activiteiten; In de aanmelding licht de school dit als volgt toe. ‘Wij scholen en vormen de leerlingen zo breed mogelijk, zoals verwoord in onze visie/missie (Schoolplan 2012-2016). Gedifferentieerd aanbod, sociaal-emotionele begeleiding van leerlingen en buitencurriculaire activiteiten zijn belangrijkste pijlers. Vormgegeven door middel van aanbod van vakken, breed en diep. In de onderbouw is sprake van verrijkende en verdiepende accentmodules en remediërend programma’s in taal en rekenen. Bij het begeleiden van leerlingen streven wij naar een veilige leeromgeving ter bevordering van de sociale cohesie. Positieve aandacht voor elkaar leidt tot betere resultaten en dus hogere opbrengsten. Qua schoolprestaties maar ook sociaal-emotioneel. Borgen en vergroten van betrokkenheid van leerlingen bij buitencurriculaire activiteiten dienen hetzelfde doel.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan.
6
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
In de onderbouw, leerjaren 1 en 2, kunnen de leerlingen kiezen voor accentmodules. Deze modules vormen een breed (extra)curriculair aanbod waaruit leerlingen kunnen kiezen. In een ‘band’ in het rooster worden de leerlingen ingedeeld naar hun onderwerpkeuze. Omdat de keuze leidend is, zitten leerlingen van verschillende afdelingen in een groep bij elkaar. De leerlingen worden goed geïnformeerd over de modules. De modules zijn verplicht en maken integraal deel uit van de lessen. De school biedt zeven modules aan: drama; English Worldwide; eten & weten; kunst; natuur, leven en technologie; Programmeren kun je leren; Spaanse taal en cultuur. Het kwaliteitsbeleid is op orde, dit wordt planmatig aangestuurd door de conrector onderwijs. De PDCA-cyclus (plan-do-check-act) is in het beleid duidelijk herkenbaar aanwezig. Schriftelijke evaluaties zijn voorhanden. De school zet intensief in op het borgen van de zaken die goed verlopen, zoals de opbrengsten. Uit de stabiele, goede resultaten, blijkt dat zij dat goed doet. De ouders en natuurlijk ook de leerlingen kunnen via Magister alle behaalde resultaten volgen. 5.2 Schoolspecifieke aanpak en organisatiekwaliteit (Indicator VIII) In het aanmeldingsformulier noemt de school de volgende drie facetten als het meest kenmerkend voor de wijze waarop ze is georganiseerd: · personeelsbeleid; · schoolklimaat; · het uitdragen van excellentie. In de aanmelding licht de school dit als volgt toe. ‘Wij streven naar excellentie en geven prioriteit aan verbreding, verrijking en verdieping van aanbod. Het schoolklimaat, waarin wij bij ons handelen de vier kernwaarden centraal stellen, garandeert een leergemeenschap waarin we komen tot hoge kwaliteit en professionaliteit. In ons personeelsbeleid brengen wij samenhang aan tussen missie, doelstellingen, docentkenmerken en competenties aan de ene kant en persoonlijke ontwikkeling aan de andere kant. Er zijn vier speerpunten: sturen op kwaliteit door proactief zijn, deskundigheidsbevordering, professionalisering en het versterken van het opbrengstgericht werken. Daarnaast is er de beleidsrijke invoering van de functiemix, HRM-cyclus met jaarlijks lesbezoek en bekwaamheidsdossier. Medewerkers krijgen mogelijkheden aangereikt om zich professioneel en persoonlijk te ontwikkelen.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek niet alle facetten van de in de aanmelding genoemde zaken kunnen nalopen. Wel is opgevallen hoe consistent er in de verschillende groepen die delegatie van de jury sprak op haar vragen over zeer uiteenlopende onderwerpen werd geantwoord. De docenten zijn tevreden over de werksfeer, de ruimte en de hulp die ze van de school ontvangt. Dit jaar zijn tien nieuwe docenten aangesteld. Een collega met een adequate competentie begeleidt deze docenten. In aanvang zijn er wekelijks besprekingen, worden lessen bijgewoond en nabesproken. Overigens bestaat schoolbreed de mogelijkheid om de ‘docentencoach’ om advies te vragen. Vaak gebeurt dit naar aanleiding van een vraag over klassenmanagement. In een klassenbezoek worden video-opnamen gemaakt en met de betrokkene nabesproken. Overigens zijn de leerlingen eraan gewend dat er video-opnamen worden gemaakt.
7
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
Ook het SMC heeft weleens te maken met een vak waarvan de opbrengsten uit de toon vallen. De delegatie van de jury heeft documenten ingezien waaruit blijkt dat de school dit soort problemen constructief en weloverwogen aanpakt. Men gaat in gesprek met de betrokken sectie en vraagt de sectie ontwikkeldoelen zo concreet mogelijk (smart) op te stellen. Vervolgens zet men meerdere didactische en pedagogische interventies in en biedt de hulp die daarbij hoort. Binnenkort verlaten enkele ervaren wiskundedocenten de school. Het SMC is zo verstandig om hierop te anticiperen. Soms blijkt dat ondanks intensieve hulp en begeleiding een docent niet coachbaar is. In die gevallen werd afscheid genomen van betrokkene. Het SMC heeft zo enkele docenten zien vertrekken. Pensionering was in een enkel geval de oplossing. Het SMC heeft haar team aanzienlijk verjongd en hanteert bij de werving en selectie consequent haar eigen docentenprofiel. Het schoolklimaat is veilig en stimulerend. Dat blijkt uit de tevredenheidonderzoeken, maar ook uit de interviews met leerlingen en docenten. De leerlingen en medewerkers die de delegatie van de jury sprak in de ‘uitgenodigde groepen’, maar ook degenen die ze in de school aansprak, waren unaniem lovend over de prettige sfeer op school. Door het grote aantal leerlingen is het schoolgebouw vrij vol, maar dat leidt nergens tot spanningen. De omgang tussen de leerlingen is ronduit prettig.
6. Verband tussen de inrichting van het onderwijsproces en de resultaten die de school boekt (Criterium 4) 6.1 Veranderingen vanwege resultaten (Indicator IX) In het aanmeldingsformulier is aan het St. Michaël College gevraagd of ze een uitgewerkt systeem kent voor periodieke analyse van opbrengsten op verschillende niveaus: leerling, (jaar)groep, vakgebied, docent. De school geeft aan daarover te beschikken. In de aanmelding omschrijft de school dit systeem als volgt. ‘Opbrengstgericht werken met behulp van MMP (Magister Managementinformatie Platform), managementinformatiesysteem, Magistercijferanalyse, managementmodule, Vensters voor Verantwoording op alle niveaus (docent, vakgroep, team, management, bestuur). Driemaal per jaar.’ Tijdens haar presentatie voor een delegatie van de jury heeft de school onder meer aandacht besteed aan de relatie tussen de aanpak van de school en de resultaten die ze boekt. Tijdens de presentatie lichtte het Sint Michaël College haar aanpak kort toe. De school hanteert een analysecyclus en analyses op cognitieve niveaus. Cyclus en analyses bestrijken verschillende niveaus (van individueel tot afdelingsniveau). Mocht er aanleiding toe zijn, dan worden verbeterplannen geformuleerd. De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. Het kwaliteitsbeleid van het Sint Michaël College is op orde. Ze zorgt ervoor dat de vastgestelde procedures nauwkeurig worden gevolgd. Ook is aangegeven op welke manier de school ingrijpt als de opbrengsten van een vak/docent tegenvallen.
8
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
De school onderzoekt op dit moment de effectiviteit van het 60 minutenrooster. Zijn de argumenten die er bij invoering waren om naar 60 minuten over te gaan nog van toepassing? Vorig jaar is een onderzoek afgerond naar de opbrengsten van de derde klas. Mede in het kader van RTTI heeft de school de toetsen van alle vakken tegen het licht gehouden. Het bleek dat de verhouding tussen reproductievragen en inzichtvragen uit balans was. Deze verhouding is hersteld en de school gaat ervan uit dat meer inzichtvragen een grotere uitdaging voor de leerlingen vormen en een betere determinatie tot gevolg zullen hebben. 6.2 Vasthouden van resultaten (Indicator X) In de aanmelding noemt de school het volgende voorbeeld van een aantoonbaar geslaagde interventie die ze naar aanleiding van de periodieke analyses heeft toegepast. ‘Verbeterplannen van vakgroepen naar aanleiding van resultaten in de bovenbouw die met behulp van de PDCA-cyclus hebben geresulteerd in een blijvende verbetering. Herstructurering van de onderbouw qua indeling en programma.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. De secties analyseren de resultaten systematisch. Op tegenvallende resultaten reageert het management met interventies ter verbetering. Bij goede resultaten binnen de secties wordt de good practice gedeeld. Dit vindt ook plaats binnen clusters van vakken zoals de moderne vreemde talen, en natuurkunde, scheikunde en biologie, die in school groepsgewijs een eigen vleugel hebben. 6.3 Kwalificatie, professionaliteit, schoolkennis (Indicator XI) In de aanmelding geeft de school het volgende voorbeeld van de wijze waarop ze kennisdeling en ontwikkeling binnen de school vormgeeft. ‘Doel: kennis delen en vergroting ter verhoging van de opbrengsten. Expertgroepen in de school (RTTI, ict), coaching/beeldcoaching, scholing individueel en in teamverband (bijvoorbeeld door middel van lerarenbeurs) voor alle geledingen, visitaties en Critical Friends-bijeenkomsten in de regio, deskundigheidsbevordering met betrekking tot differentiatie voor verschillende cognitieve niveaus, organiseren van lesbezoeken binnen de vakgroepen. Resultaat: verhoogde deskundigheid, vergroot RTTI-inzicht, verbreding van “spreken van een gezamenlijke taal”, gedeelde kennis, vergrote professionaliteit, verhoogde opbrengsten.’ Als belangrijkste thema’s binnen het professionaliseringsbeleid noemt de school in de aanmelding het volgende. · ‘RTTI; differentiatie op grond van de verschillen tussen de leerlingen op cognitief niveau. Dankzij de analyses zijn docenten in staat om opbrengstgericht te werken. Vanaf klas 1 tot en met de examenresultaten in de bovenbouw. · Gebruik en ontwikkelen van digitaal lesmateriaal via de elektronische leeromgeving (implementatiebeleid Laptop per leerling en E-learning). · Deskundigheidsbevordering van het hele team door middel van individuele en teamgerichte scholing. Deze bekwaamheidsverhoging en borging van het niveau van deskundigheid richten zich zowel op kennis van het vakgebied als
9
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
op de vergroting van de didactische expertise.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. In gesprekken met docenten en leerlingen komt naar voren dat vooral in de klassen 1 tot en met 3 veelvuldig gebruik wordt gemaakt van ict in de lessen. Alle leerlingen van deze leerjaren beschikken over een laptop voor € 13,50 per maand, de laptop is na drie jaar eigendom. Sommige vakken zijn in het gebruik van ict wat verder dan andere. Wiskunde is hierin ver. Oefeningen en opdrachten bij dit vak worden direct door het programma nagekeken. De delegatie kreeg een uitgebreide evaluatie mee van de bijeenkomsten Critical Friends van de vakken biologie, Engels, aardrijkskunde, Frans, scheikunde en Nederlands. De meest recente tevredenheidonderzoeken zijn afgenomen in 2012, 2013 en 2014. Gemiddelde score op de tevredenheidonderzoeken Gemiddelde score school Medewerkertevredenheid* 2,5 Oudertevredenheid 7,5 Leerlingtevredenheid 7
Landelijke score 2,4 7,2 6,8
* Score op een vijfpuntsschaal
In haar aanmeldingsformulier geeft de school aan dat ze naar aanleiding van de tevredenheidonderzoeken de volgende stappen heeft gezet. · ‘Na analyse verbeterplannen laten opstellen door alle betrokkenen, laten uitvoeren en borgen (PDCA). · Verbeterplannen van de decanen naar aanleiding van resultaten tevredenheidsonderzoek LOB. · Naar aanleiding van resultaten ouders scholing aangeboden voor de begeleiding van leerlingen thuis, bij het maken van huis- en thuiswerk.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek de volgende waarnemingen en bevindingen gedaan. Aan het begin van dit schooljaar zijn drie avonden georganiseerd voor ouders. In verschillende groepen is aan ouders door vakdocenten verteld hoe zij hun kinderen kunnen begeleiden bij het maken van huiswerk. De ouders zijn vooral te spreken over de veiligheid en de sfeer op school. Ook de leerlingen slaan deze aspecten hoog aan. Bovendien scoort bij de leerlingen de extra begeleiding hoog. De leerlingen die we spraken, waren enthousiast over de school. Veel goede dingen over de school hoorden ze al voordat ze zelf voor de school kozen. Het is waar gebleken. De mentoren zijn erg betrokken en helpen je als dat nodig is. ‘Ze blijven altijd in je geloven!’ Op het SMC heb je goede leraren. Ze luisteren goed naar je, zeker als je met goede argumenten komt, en ze geven goed les. De leerlingen roemen de sfeer op school. Er zijn vaak leuke dingen te doen door de programma’s van Spectrascholair, dat zijn activiteiten die onder begeleiding grotendeels door leerlingen zelf georganiseerd wordt (kerstviering, disco, enzovoorts). Het SMC heeft haar personeelsbeleid op orde, de gesprekkencyclus wordt
10
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
nageleefd, iedere docent krijgt lesbezoek, docentcoaches zijn voorhanden. Het betrokken team zet zich vol in voor haar leerlingen. Zoals een leerling zei: ‘Ze proberen hier het beste uit je halen!’
7. Het excellentiebeleid van de school (Criterium 5) Het uitgangspunt van de jury is dat een excellente school zeer goede resultaten behaalt en een weloverwogen onderwijsinrichting laat zien. Daarenboven kan een school op een specifiek excellentiegebied uitblinken. Dat kan betrekking hebben op diverse zaken en bijvoorbeeld gericht zijn op een inhoudelijk domein en/of op een specifieke groep leerlingen. 7.1 Het schooleigen excellentiebeleid (Indicator XII) Volgens de aanmelding kent het St. Michaël College een excellentiegebied waarop de focus wordt gelegd. De school licht dit in haar aanmeldingsformulier als volgt toe. ‘Differentiatie op het gebied van excellent aanbod, talentontwikkeling, leerstrategieën en studiebegeleiding voor havo- en zorgleerlingen, maatwerk, Spectrascholair voor en door leerlingen.’ De aandacht voor het excellentiegebied is gericht op alle leerlingen van deze school. Ook tijdens haar presentatie voor een delegatie van de jury heeft de school aandacht besteed aan haar excellentiebeleid. In de aanmelding noemde het Sint Michaël College al de gedifferentieerde aanpak als haar excellentieprofiel. Tijdens de presentatie illustreert de school dit aan de hand van onder meer het Spectrascholair-programma en de accentmodules. De delegatie van de jury vindt daarnaast de actieve samenwerking met het voortgezet onderwijs in de regio een interessant aspect van deze school. 7.2 Erkenning door externe partijen (Indicator XIII) In de aanmelding stelt de school dat het gebied respectievelijk de gebieden waarop ze uitblinkt wordt/worden erkend door externe partijen (bijvoorbeeld andere scholen, ouders of andere partners). De school licht dit in haar aanmeldingsformulier als volgt toe. ‘Naast feedback uit visitaties werd door de Jury Excellente Scholen in 2012 het volgende genoemd: “De school werft docenten die meer willen en kunnen met excellentie. Er zijn financiële middelen voor excellent onderwijsaanbod. SMC beschikt over formatie, taakomschrijving en beleidsplannen betreffende leerlingenzorg. Visie van de school beschrijft kenmerken van burgerschap, culturele en sociaal-emotionele vorming. Beleidsvoornemens worden hieraan gespiegeld.” Andere scholen tonen belangstelling voor beleidsplannen, draaiboeken en organisatiestructuur voor: Cambridge Engels, buitenschoolse activiteiten, extracurriculair aanbod, commissiestructuren, invoering laptop per leerling, mentorprogramma’s, kwaliteitszorgplan examens, trajectgroep en tutorendraaiboek, werken met PAL’s. Referenten noemen SMC excellent.’ De herkenbaarheid van het excellentiegebied blijkt volgens de aanmelding verder uit: · externe bezoekers specifiek gericht op dit gebied;
11
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
· · · ·
deelname aan een netwerk dat betrekking heeft op dit gebied; verworven projectgelden op dit gebied; vermelding in publicatie(s) over dit gebied; rapportage Inspectie.
De jury heeft diverse referenten gevraagd in hoeverre ze de kwaliteit van het St. Michaël College onderschrijven en het excellentiebeleid van de school herkennen. Van vier referenten kreeg de jury een reactie. Uit deze referenties komt onder meer naar voren dat de resultaten excellent zijn, dat de school de leerlingen goed in beeld heeft, dat ze innovatief is en continu op zoek is naar verbeteringen en vernieuwen en dat het bètaonderwijs zeer sterk is. Alle referenten omschrijven het St. Michael College als excellent. 7.3 Versterking van het excellentiebeleid in de toekomst (Indicator XIV) Het St. Michaël College heeft plannen om haar excellentiefocus in de toekomst verder te versterken. De school beschrijft deze plannen in haar aanmeldingsformulier als volgt. ‘Ontwikkeling technasium, projectonderwijs met betrekking tot 21e-eeuwse vaardigheden; onderzoek en ontwerpen, schoolbreed implementeren van diagnose- en analyse-instrument RTTI.’ Volgens de aanmelding sluiten de plannen op de volgende wijze aan op specifieke behoeften van (groepen) leerlingen. ‘Betreft een gerichte aanvulling op het aanbod en sluit aan bij de wens naar maatwerk passend bij een heterogeniteit van de leerlingen. Projectonderwijs doet verder een beroep op tal van studievaardigheden, zoals planmatig werken, samenwerken, doorzettingsvermogen, inventiviteit en creativiteit.’ In de aanmelding wordt de aansluiting op de door de school gehanteerde didactische aanpak als volgt beschreven. ‘Biedt meer mogelijkheden tot differentiatie in aanbod en niveau. Sluit verder aan op ontwikkelingsbehoefte van leerlingen (havo). Wij zijn een school waar leerlingen zich met volledige inzet naar eigen mogelijkheden ontwikkelen en het tonen van initiatief, het creëren van een eigen uitdaging, creativiteit in denken en doen worden beloond. Verder spreken wij leerlingen aan op hun talenten en dagen hen uit om deze te gebruiken.’ De delegatie van de jury heeft tijdens het schoolbezoek kennis genomen van bovenstaande plannen, zoals opgenomen in de beleidsdocumenten (schoolplan, taalbeleidsplan, kwaliteitsbeleid) van de school. Ze stelt vast dat deze plannen aansluiten bij het gevoerde beleid. Ze wijst erop dat de ambitie van het SMC om het onderwijs meer op de leerbehoeften van de individuele leerling af te stemmen (gepersonificeerd leren) en de invoering van RTTI en de invoering van het technasium duidelijk maken dat dit een ambitieuze school is, maar ook dat de spankracht van de school hierdoor stevig aangesproken wordt. Dit vraagt om zorgvuldige prioritering!
8. Opmerkingen Inspectie Geen aanvullende opmerkingen.
12
- Schoolrapportage Voortgezet onderwijs – Excellente Scholen 2014
9. Conclusie van de jury Het Sint Michaël College, afdeling havo, laat een positief beeld zien met enkele kanttekeningen. De school heeft zich sinds het vorige bezoek in 2012 goed ontwikkeld. De eindexamenresultaten zijn bovengemiddeld en stabiel; de discrepanties blijven ruim binnen de daarvoor gestelde normen. Aanzienlijke verbetering heeft de school gerealiseerd bij het rendement van de onderbouw. Eigen analyses hebben geleid tot een aantal acties: in samenspraak met voscholen in de regio is contact gezocht met het basisonderwijs om tot afspraken te komen die hebben geleid tot een zorgvuldige transitie van leerlingen tussen po en vo in de regio. Het Sint Michaël College heeft bovendien zelf een aantal maatregelen genomen om leerachterstanden bij vooral rekenen en taal van inkomende leerlingen weg te werken. Ook de verdere determinatie door de school verloopt zorgvuldiger. Dit beleid heeft vruchten afgeworpen. Toegevoegde waarde realiseert de school met de ruim 15% leerlingen met mavo-advies die de school vorig jaar verlieten met een havo-diploma. Sterke punten van de school die ze eerder aan de jury heeft gepresenteerd, zijn nog van toepassing, of zijn verder ontwikkeld. De school heeft een breed (buiten)curriculair aanbod voor alle leerlingen waardoor ze goed inspeelt op de leerbehoeften van individuele leerlingen. Zo kan de leerling via het programma Spectaculair zelf leren wat het betekent om activiteiten voor medeleerlingen te organiseren met kerst, disco, enzovoort. Dit betreft grote aantallen leerlingen. Ook de excellente Spitsbergenreis, waar een groep leerlingen leert wat het is om onder moeilijke omstandigheden in de Arctische zone te overleven en daar natuuronderzoek te doen, alles in relatie tot het profielwerkstuk, is een goed voorbeeld van uitdagend onderwijs waarbij leerlingen hun talenten kunnen ontwikkelen. Het kwaliteitsbeleid is op orde. Er wordt actieve sturing gegeven zowel aan de opbrengsten, die kort gevolgd worden, als aan de onderwijsleerprocessen, met onder andere ict-toepassingen, meer aandacht voor leervragen van het individu en RTTI bij de toetsing. Het veilige en stimulerende schoolklimaat was en is een sterk punt van de school. Zoals een leerling tegen de delegatie van de jury zei: ‘Ze proberen hier het beste uit je halen!’ Een punt van aandacht is de veelheid van innovaties (RTTI, gepersonificeerd leren, technasium). Al deze ontwikkelingen doen een aanzienlijk beroep op de spankracht van het team, zowel van het management als van de docenten. Dit vraagt om zorgvuldige prioritering. Alles overziende is de jury van oordeel dat het St. Michaël College op basis van de door de jury waargenomen kenmerken en gerapporteerde bevindingen het predicaat Excellente School (havo) 2014 toekomt.
13