Jury Excellente Scholen

Jury Excellente Scholen Schoolrapport 2013

Casimirschool BO Gouda

622022_O20_BOniet_Omslag.pdf 1

06-01-14 10:28

Woord Vooraf Voor u ligt het rapport over uw school zoals dat is opgesteld door de Jury Excellente Scholen. Uw school heeft zich aangemeld voor het predicaat ‘Excellente School 2013’. De jury heeft de presentaties van en bezoeken aan alle aangemelde scholen bijzonder op prijs gesteld. De jury heeft gegevens over uw school vanuit verschillende bronnen bijeengebracht. Vooral belangrijk waren daarbij uw presentatie voor de jury, het bezoek aan uw school door een delegatie van de jury, de Inspectiegegevens, de Venstergegevens, tevredenheidonderzoeken en de referenties. Bij elkaar geven deze en aanvullende gegevens naar het oordeel van de jury een adequaat beeld van uw school. Dit rapport over uw school is het resultaat van een zorgvuldig en afgewogen proces waarin de jury de verschillende soorten informatie van uw school in een kader plaatst en een waardering uitspreekt. Het schoolrapport brengt de erkenning en de waardering door de jury voor de ontwikkelingen op uw school tot uitdrukking en kan andere scholen inspireren. Voor meer informatie over het proces en de gehanteerde criteria verwijs ik u graag naar het eindverslag 2013 van de jury: ‘Maatgevende Scholen II. Excellente scholen in primair, (voortgezet) speciaal en voortgezet onderwijs’. Dit is te vinden op http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/predicaat-excellentescholen/excellente-scholen.

Namens de Jury Excellente Scholen, Prof. dr. Fons van Wieringen

- Schoolrapportage Basisonderwijs – Excellente Scholen 2013

Schoolrapportage 1. Achtergrondgegevens van de school Gegevens van de school: 05VU Aanvrager Adres

Casimirschool W.J. Groot Groenweg 27 Gouda

Leerlingenaantal

311

Percentage gewogen leerlingen (2012)

2%

Bestuur:

Schoolvereniging neutraal bijzonder onderwijs Casimir

De Casimirschool ligt verscholen in het hart van de oude stadskern van Gouda. De school heeft in de aflopen jaren een forse groei doorgemaakt; tussen 2011 en 2013 hebben meer dan 70 leerlingen hun intrek genomen op Casimir. Per 1 oktober 2013 zijn 326 leerlingen ingeschreven. Door deze groei was de directie in staat de groepsgrootte van de klassen te verkleinen. De school valt onder de schoolvereniging voor neutraal bijzonder Daltonbasisonderwijs. Alle ouders zijn lid van deze vereniging zodra hun kind als leerling de school bezoekt. Ouders betalen een niet verplichte contributie en worden concreet betrokken bij het educatief partnerschap. Vanuit het Daltonprincipe is de leerkracht de begeleider van de individuele leerling. De leerling wordt begeleid in zijn/haar ontwikkeling naar een zelfbewuste levensstijl. Daarbij is het onderwijsaanbod evenwichtig gespreid over aspecten van deze ontwikkeling, te weten het cognitieve, creatieve en sociaal-emotionele. Casimir hanteert het pedagogische principe van de gedeelde sturing tussen leerkracht en leerling. Het klassieke hoofdgebouw kan de leerlingen niet meer plaatsen; klaslokalen in een noodgebouw op het schoolplein en in het streekarchief tegenover de school zorgen voor een tijdelijke oplossing. De directie onderhandelt met de gemeente Gouda over een oplossing voor het ruimteprobleem. De school is geliefd onder de ouders vanwege het schoolconcept van het educatief partnerschap, waarin ouders, omgeving en onderwijs samenwerken. Casimir geeft hiermee een eigentijdse invulling aan het onderwijs vanuit de Daltonvisie. In 2012 heeft de school zich gekandideerd voor het excellentiepredicaat; het predicaat werd echter niet behaald; zie hiervoor de rapportage 2012. De school heeft met waardering de adviezen van de jury ter harte genomen, wat geleid heeft tot een grotere bewustwording binnen het docententeam voor het versterken van het interne kwaliteitsproces, het verbeteren van de leeropbrengsten, het meer zichtbaar maken van leerwinst op basis van de analyses vanuit het leerlingvolgsysteem, het borgen van de resultaten en de versterking van de Casimiraanpak vanuit de Daltonvisie op onderwijs en opvoeding.

1


Dit juryrapport beschrijft de ontwikkeling van de school over de afgelopen jaren en zoomt in op enkele waarnemingen uit het juryrapport 2012 waarmee de school aan de slag is gegaan. De school heeft sinds begin 2013 een uitwisselingsprogramma met twee excellente basisscholen in Gouda en Reeuwijk. Er vindt tussen docenten een uitwisseling plaats op thema’s. De Casimirschool maakt geen gebruik van de cito-eindtoets, maar van de gegevens uit het leerlingvolgsysteem en de eindtoets NIO.

2. Motivatie van de school De onderbouwing die de Casimirschool bij de aanmelding als kandidaat Excellente School 2013 gaf, luidt als volgt. ‘De Casimirschool verdient het predicaat Excellente School omdat de Casimirschool een school is die brede kwaliteit realiseert. Kwaliteit op het gebied van kwalificering ( onderwijsresultaten), socialisering (via ons Daltonconcept) en persoonlijkheidsontwikkeling (profiel zelfbewuste leerling). Door samen werken, samen leren en samen leven geven wij vorm en inhoud aan deze onderdelen van brede kwaliteit. Samen werken, samen leren en samen leven geldt voor iedereen, leerlingen, ouders, leerkrachten en omgeving. Door onze brede kwaliteit is de school populair en kan ze niet alle leerlingen plaatsen die worden aangemeld. De school staat bekend als een goede school.’

3. De resultaten, breed opgevat (Criterium 1) Hierbij onderscheidt de jury drie gebieden: 1. resultaten op de kernvakken: taal en rekenen-wiskunde; 2. resultaten op de andere leergebieden: oriëntatie op jezelf en de wereld, kunstzinnige oriëntatie, bewegingsonderwijs en sport, en Engels; 3. resultaten op aanvullende gebieden zoals burgerschap, sociaal-emotionele vorming, redzaamheid, wetenschap en techniek, ondernemen, filosofie, internationale oriëntatie. 3.1 Resultaten op de kernvakken (Indicator I) Hieronder presenteren we de eindresultaten van de school in de periode 20102013. De gegevens zijn afkomstig van de Inspectie van het Onderwijs. Het gaat om gegevens die de Inspectie heeft gecorrigeerd naar het aantal nietdeelnemers. Eindresultaten Jaar 2010 2011 2012 2013

Score entree: 284,9 entree: 303,5 lvs bl: 3,1(de) rw: 3,1(de) lvs bl: 69,0(vdh) rw:113,4(vdh)

Aantal deelnemers 25 32 32 29

Aantal niet-deelnemers 3 0 0 1

Op grond van de resultaten die de Casimirschool in 2010, 2011 en 2012 heeft behaald, stond de school niet in een voorselectie die de Inspectie van het

2


Onderwijs aan de jury heeft verstrekt. De school haalt hoge resultaten voor taal; de resultaten voor rekenen verbeteren. De opbrengsten van de school zijn aan het einde van de schoolperiode voor Nederlandse taal en voor studievaardigheden goed te noemen. Een vaardigheidsscore begrijpend lezen van 69 in 2013, halverwege groep 8, ligt duidelijk boven het landelijk gemiddelde. De excellentiegrens voor scholen met minder dan 15% gewicht is 60. Gelet op de samenstelling van de leerlingenpopulatie, met hoog opgeleide ouders, dient de school boven het landelijk gemiddelde van de vaardigheidsscore 53 te liggen. Voor begrijpend lezen behoudt de school daarmee een goed prestatieniveau. Voor rekenen heeft de school in 2013, halverwege groep 8, een score van 113,4 gehaald. Daarmee ligt de school boven het landelijk gemiddelde van 108 en in de buurt van de excellentiegrens. De excellentiegrens voor scholen met minder dan 15% gewicht is 113. Vergeleken met de entreetoetsen uit voorgaande jaren heeft de school in 2013 duidelijke stappen voorwaarts gemaakt. De entreetoets groep 7, 2013 laat een score zien van 108,8, bij een landelijke norm van 99. De school noemt deze score hoog en verwacht een vaardigheidsgroei van minimaal 8 punten en een uitkomst van 116,8 (2013: 113). Op basis van deze prognose van de opbrengsten 2014 concludeert de jury dat de scores voor deze groep boven de inspectienorm liggen. 3.2 Resultaten op andere leergebieden uit het standaardcurriculum (Indicator II) Over de opbrengsten van de overige vakken kan geen oordeel gevormd worden. De overige vakken worden niet in de cito-entreetoets getoetst. Casimir voorziet niet in een andere toetsing die landelijk genormeerd is. 3.3 Resultaten op aanvullende leergebieden (Indicator III) Aanvullende gebieden waarop de school aantoonbaar zeer goede resultaten boekt, zijn burgerschap, sociaal-emotionele vorming en culturele vorming. Voor burgerschap en sociaal-emotionele vorming is er een leerlijn. Culturele vorming is herkenbaar in het professionaliseringsbeleid van de school. De resultaten van burgerschap en sociaal-emotionele vorming worden aantoonbaar systematisch bijgehouden via een portfolio. De school ontwikkelt op hoog niveau haar vakoverstijgende leergebieden. Samen met ouders en partners uit de culturele en ondernemende sector levert de school een veelheid aan resultaten af. Musicals, kookboeken, kooroptredens, zowel projecten voor de school als voor de buurt; gebrandschilderde ramen en drama zijn voorbeelden uit een rijk onderwijsassortiment voor alle leerjaren.

4. De omstandigheden waarbinnen de school werkt (Criterium 2) In de aanmelding heeft de school omstandigheden benoemd die van invloed zijn op de resultaten die ze met de leerlingen behaalt.

3


4.1 Leerlingkenmerken en procesinrichting (Indicator IV) De school noemt in het aanmeldingsformulier de volgende omstandigheden: ‘Binnen ons Daltononderwijs werken wij met taken. Hierin differentiëren we naar niveau en begaafdheid. Voor de basisvakken zitten wij in een proces van handelingsgericht werken. Voor spelling hebben wij dit al ingericht; rekenen volgt komend schooljaar. Voor kinderen die meer aankunnen, werken we met een Da Vinci-taak. Hiernaast zijn er ook extra lessen voor meerbegaafde leerlingen, die door ouders gegeven worden.’ De school heeft de kenmerken van de populatie scherp in beeld via het leerlingvolgsysteem. Ouders kiezen de school bewust vanwege de eigentijdse aanpak van het Daltononderwijs. De leerlingen zijn daarom ook afkomstig uit heel Gouda. Er zijn nauwelijks ouders met een laag opleidingsniveau. De school volgt de ontwikkelingen van haar leerlingen via het leerlingvolgsysteem en heeft in de afgelopen jaren een Casimiraanpak ontwikkeld. Binnen de Casimiraanpak wordt het handelingsgericht werken gecombineerd met het taakgericht werken vanuit de Daltonvisie, dat zowel naar niveau als naar begaafdheid differentieert. Deze Casimiraanpak is aantoonbaar binnen spelling en ontwikkelt zich binnen rekenen. Voor elke leerling wordt een ontwikkelingsperspectief voor spelling en rekenen vastgesteld en bijgehouden. Voor leerlingen die niet kunnen meekomen met de lesstof, wordt het ontwikkelingsperspectief opnieuw bepaald. Het einddoel wordt vervolgens opnieuw vastgesteld en de leerling zal op een ander niveau gaan meedoen in de groep. Voor begaafde leerlingen wordt volgens de school het normale leerprogramma ingekort; deze leerlingen krijgen taken die een beroep doen op hun creatief denkvermogen, of een eigen Da Vinci-taak. Voor deze begaafde leerlingen worden ook ouders ingeschakeld die speciale lessen geven in verschillende vakgebieden. 4.2 Leerlingkenmerken en resultaten (Indicator V) De school noemt in het aanmeldingsformulier de volgende omstandigheden. ‘De school werkt samen met ouders en omgeving aan het onderwijs van de leerlingen. Door educatief partnerschap kunnen wij werken aan onze brede kwaliteit. Burgerschap, sociaal-emotionele vorming en culturele vorming spelen hierbij een belangrijke rol.’ Verhouding van de eindresultaten tot de excellentiegrens Jaar Eindresultaten ruim boven de verwachting* 2010 Nee 2011 Ja 2012 Ja 2013 Ja * NB Hierbij hanteert de jury een andere norm dan die de scholen kennen van de Inspectie. De jurynorm ligt boven de bovengrens die de Inspectie trekt voor scholen met een vergelijkbaar percentage gewichtenleerlingen.

De school maakt in toenemende mate de leerwinst inzichtelijk met vaardigheidsscores. Het ontwikkelingsperspectief van elke leerling voor taal, lezen en rekenen wordt vastgesteld en bijgehouden met vaardigheidsscores. De

4


genormeerde toetsen voor taal, rekenen en lezen zijn afkomstig uit het citoleerlingvolgsysteem. De prestaties van leerlingen kunnen worden afgezet tegen de prestaties van het landelijk gemiddelde. Leerlingen die onder de maat scoren, worden op deze manier gesignaleerd en verder geholpen. De school heeft onlangs de citotoets studievaardigheid aangeschaft voor groep 5 en 6. De jury heeft met de school gekeken naar de scores voor het vak rekenen uit de leerjaaranalyses van ParnasSys). Op basis van de scores van de groepen 8 (2009-2013) heeft de jury geconstateerd dat er sprake is van een constant niveau in de vaardigheidsscores. Daar waar de onvoldoende leerwinst werd geboekt, hebben interventies veelal geleid tot hogere scores. Gelet op de leerlingenpopulatie is het zeker mogelijk nog een grotere leerwinst te realiseren. 4.3 Benutting van het inzicht in leerwinst bij onderscheiden categorieën leerlingen (Indicator VI) Een voorbeeld uit het aanmeldingsformulier waaruit blijkt dat de school leerwinst probeert bij te houden en de cijfers over leerwinst vertaalt naar differentiaties aan de onderkant en aan de bovenkant (zwak- en goedpresteerders) is het volgende. ‘De resultaten van de leerlingen worden stelselmatig geëvalueerd. De behaalde leerwinst (vaardigheidsgroei) is hierbij het criterium. Deze analyse is de basis voor de groepsplannen. Voor elke leerling wordt een ontwikkelperspectief vastgesteld. Kinderen met specifieke zorg krijgen die van de remedial teacher of externe specialisten.’ De school vertaalt in toenemende mate de opbrengsten van genormeerde toetsen naar groepsplannen en handelingsplannen. Ze verwerkt de opbrengsten van de genormeerde toetsen voor spelling in groepsplannen. Ook voor rekenen start de school met deze toetsen. De leerkrachten stellen twee keer per jaar groepsplannen op, die ze tussentijds evalueren en bijstellen. Trendanalyses worden besproken en leiden tot interventies op groeps- en individueel niveau. De school heeft in het afgelopen jaar meer werk gemaakt van de beschikbare data afkomstig uit de genormeerde toetsen. Volgens de directie heeft dat geleid tot het formuleren van een gemiddelde A-norm voor de hele leerlingenpopulatie voor de komende jaren.

5. De inrichting van het onderwijsproces (Criterium 3) 5.1 Schoolspecifieke aanpak en proceskwaliteit (Indicator VII) De school noemt in het aanmeldingsformulier drie facetten het meest kenmerkend voor de onderwijsaanpak die ze nastreeft: • structurering van de leerstof; • benutting van onderwijstijd; • opbrengstgericht werken. De school licht de onderwijsaanpak in de aanmelding als volgt toe. ‘Binnen ons Daltonconcept ontwikkelen we het eigenaarschap van de leerling. Naast leerkrachtgestuurd onderwijs vindt er steeds meer gedeelde sturing tussen leerkrachten en leerlingen plaats. Leerlingen stellen regelmatig eigen leerdoelen.

5


Door het werken heeft de leerling de mogelijkheid om de onderwijstijd effectief te benutten en opbrengstgericht te zijn. Reflectie en feedback zijn instrumenten om de effectiviteit te evalueren. Leerlingen worden uitgedaagd hun eigen leren vorm te geven aan de hand van hun eigen leerbehoefte.’ Casimir ontwikkelt het Daltononderwijs op eigen wijze. Binnen het primaire proces worden de drie aspecten van het Daltononderwijs gerealiseerd in het werken aan de taak. Dit geeft de leerlingen de ruimte onder eigen verantwoording zich zelfstandig of samenwerkend te ontwikkelen. Leerlingen leren via het taakmodel eigen keuzen te maken op het terrein van planning, gebruik van hulpmiddelen en tempo. Casimir heeft binnen het primaire proces het eigenaarschap van de leerling verder ontwikkeld. Casimirleerlingen leren zich meer te richten op het formuleren en behalen van de leerdoelen, op het beter omgaan met onderwijstijd in relatie tot de opbrengsten. Docenten begeleiden leerlingen steeds meer vanuit het principe van gedeelde sturing. De opbrengsten handelingsgerichte aanpak binnen het primaire proces van Casimir doet niets af aan de brede insteek van het onderwijsaanbod ter wille van het opvoeden van zelfbewuste leerlingen. 5.2 Schoolspecifieke aanpak en organisatiekwaliteit (Indicator VIII) De school noemt in het aanmeldingsformulier drie facetten het meest kenmerkend voor de wijze waarop ze is georganiseerd: • schoolklimaat; • ouderbetrokkenheid; • de rol van de school in haar omgeving. De school licht dit in de aanmelding als volgt toe. ‘Een positief klimaat is belangrijk om tot leren te komen. Binnen de Daltonpijlers gaat het om verantwoordelijkheid geven en nemen; verantwoording afleggen en vragen, en vertrouwen schenken en vragen. Wij zijn gezamenlijk met ouders verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs. Graag benutten wij de kwaliteiten van de ouders voor ons onderwijs en het maken van kwaliteit. Binnen de schoolvereniging spelen de ouders een belangrijke rol. Zij vormen het besluitvormende orgaan. Er is een zeer actieve samenwerking met verschillende partners in de omgeving. Door onderlinge afhankelijkheid en co-creatie werken we samen. Het streekarchief, de bibliotheek, het Jeugdtheaterhuis, de weekendschool en buitenschoolse opvang, excellente scholen uit de omgeving zijn voorbeelden van deze samenwerking.’ De Casimiraanpak leidt tot een verhoging van de kwaliteit van de organisatie. Casimir spreekt de verwachting uit dat ‘de combinatie van de handelingsgerichtheid vanuit de docent en de persoonlijke verantwoordelijkheid van de leerling zullen leiden tot het behalen van hogere leerlingresultaten’. De totale opbrengsten van Casimir zullen daarmee aanzienlijk kunnen verbeteren, veronderstelt de jury. De Casimirmethodiek is op weg naar een beredeneerde aanpak. Sinds cursusjaar 2012-2013 werken de klassenteams meer doelgericht aan het

6


verbeteren van de onderwijsresultaten door alle leerjaren. Onder het personeel bestaat draagvlak voor deze ontwikkeling. Naast klassenteams werken er verbeteren activiteitenteams aan diverse thema’s. De versterking van het samen analyseren van de opbrengsten en het samen verbeteren van de kwaliteit van het organisatie is in gang gezet, mede door de waarnemingen van de jury in haar rapport 2012. Het analyserend en lerend vermogen van het team is volgens betrokkenen duidelijk gegroeid. Een bijzonder onderdeel van de Casimiraanpak is het educatief partnerschap met de ouders en omgeving/ondernemers. De school benoemt deze drie ‘o’s’ als de pijlers van haar organisatie. De brede opvoedings- en scholingsdoelstelling ‘verplicht’ Casimir tot het aangaan en vasthouden van directe contacten met ouders en omgeving/ondernemers op het terrein van onderwijs en cultuur. Vele kunst- en cultuurprojecten komen tot stand mede door de inbreng en co-creatie van ouders en ondernemers. Omdat Casimir meer wil zijn dan een school en een verzameling klassen, worden ouders via het digitale project Educipatie betrokken bij de school en de klas als community, waarvan zij deel uitmaken. Educipatie stimuleert ‘het informatie halen en brengen’ tussen school en thuis en maakt de communicatie van de school makkelijker.

6. Verband tussen de inrichting van het onderwijsproces en de resultaten die de school boekt (Criterium 4) 6.1 Veranderingen vanwege resultaten (Indicator IX) In het aanmeldingsformulier is de school gevraagd toe te lichten op welke wijze haar aanpak (zowel het primaire proces als de organisatie daaromheen) bijdraagt aan de leerlingresultaten. ‘Het Daltonconcept geeft ons mogelijkheden tot differentiatie en biedt leerlingen ruimte om eigenaarschap te ontwikkelen voor het eigen leren. Zelfstandigheid en samenwerken en samen leren zijn basisprincipes binnen ons onderwijs.’ Volgens de aanmelding draagt de organisatie van de school op de volgende wijze bij aan de resultaten. ‘De Casimirschool is een lerende organisatie waarbij ontwikkeling belangrijk is. Gedeeld leiderschap en professionele leergemeenschappen hebben wij op een praktische manier vormgegeven. Ook hier staat samen werken, samen leren en samen leven centraal.’ De Casimiraanpak heeft geleid tot het verbeteren van de resultaten. Casimir is in toenemende mate meer doelgericht en gestructureerd gaan werken aan haar leeropbrengsten. Beter analyseren van de opbrengsten, draaien van herstelprogramma’s indien nodig, aanscherpen van de doelstellingen en verbeteren van de professionele aanpak per leerjaar zijn een paar onderdelen uit het Casimirprogramma ‘samen werken, samen leren, samen leven’. 6.2 Vasthouden van resultaten (Indicator X) De school kent een uitgewerkt systeem voor kwaliteitszorg (gericht op de analyse van de opbrengsten op verschillende niveaus).

7


‘De school werkt met een kwaliteitszorgsysteem op basis van INK en KPI’s. Kwaliteitsbepaling door INK, creëren van kwaliteit door PLG’s en PDSA, het monitoren van de kwaliteit door middel van KPI’s.’ Casimir borgt haar resultaten in toenemende mate. Casimir heeft in het afgelopen jaar laten zien dat zij kan omgaan met het verbeteren van de knelpunten binnen het vak rekenen. Aandacht voor ‘een vinger aan de pols via een INK-model’ en het werken met kritische prestatie-indicatoren (KPI’s) zijn daarbij vermoedelijk behulpzaam. Docenten leren kijken naar ontwikkelingen, en werken toe naar een gemiddelde A-schaalscore. De inzet tot kwaliteitsverbetering is duidelijk van de grond gekomen. Het handelingsgericht werken is in 2012-2013 gestart voor spelling; in de komende jaren volgen de andere basisvakken. Daarmee zet de school een forse stap in het volgen, verbeteren en vasthouden van de resultaten van haar leerlingen. 6.3 Kwalificatie, professionaliteit, schoolkennis (Indicator XI) Het meest recente tevredenheidonderzoek is afgenomen in 2011. Gemiddelde score op de tevredenheidonderzoeken Medewerkertevredenheid Oudertevredenheid Leerlingtevredenheid

Gemiddelde score school 8,4 7,9 8,8

Landelijke score 7,6 7,5 8,1

De school noemt in de aanmelding de volgende observaties uit de tevredenheidonderzoeken. ‘Team, populatie, profiel, communicatie en gebouw worden door ouders en team bovengemiddeld en ver bovengemiddeld gewaardeerd.’ Tijdens de presentatie noemt de school het volgende: • samen werken, samen leren, samen leven; • kindgesprekken/portfolio: leerlingen zijn eigenaar van eigen leerproces; • kwalificering, socialisering (leren van normen en waarden) en persoonlijkheidsvorming (talentontwikkeling). Casimir werkt aan ‘het samenwerkend leren’ van het team. Volgens de school is teamwerk of het werken in teams de succesformule voor Casimir. Vanuit de positieve ervaring in het werken met projecten heeft Casimir besloten om de komende jaren het werken in teams te gaan uitbouwen. Binnen de school is een leiderschapsteam gevormd. De jury heeft inzage gekregen in het beleidsstuk Werken in teams. Elk team vertegenwoordigt meerdere geledingen van de school en staat onder leiding van een MT-lid. ’Om gedeeld leiderschap te bevorderen kan de vertegenwoordiging elk jaar wisselen. De directie draagt er zorg voor dat het team professioneel wordt opgeleid en gefaciliteerd om leiding te kunnen geven aan 21e-eeuws leren en verbeteren.’ Een leiderschapsteam is verantwoordelijk voor het realiseren van missie, visie, draagt zorg voor verbinding, samenhang en samenwerking en formeert tijdelijk professionele verbeterteams. Daarnaast draaien er klassenteams.

8


Het werken in teams is volgens de directie van groot belang voor het handhaven van de succesformule van Casimir. Hierbij zijn gezamenlijke verantwoordelijkheid, eigenaarschap, open communicatie en heldere doelstellingen belangrijke instrumenten.

7. Het excellentiebeleid van de school (Criterium 5) Het uitgangspunt van de jury is dat een excellente school zeer goede resultaten behaalt en een weloverwogen onderwijsinrichting laat zien. Daarenboven kan een school op een specifiek excellentiegebied uitblinken. Dat kan betrekking hebben op diverse zaken en bijvoorbeeld gericht zijn op een inhoudelijk domein en/of op een specifieke groep leerlingen. 7.1 Het schooleigen excellentiebeleid (Indicator XII) De school kent een excellentiegebied waarop ze de focus legt. De school licht dit in het aanmeldingsformulier als volgt toe. ‘Ons excellentiebeleid richt zich op zelfbewustzijn. Zelfbewustzijn wordt gevoed door zelfvertrouwen, zelfkennis en sociale bekwaamheid. Door kwaliteit te maken van kwalificering, socialisering en persoonlijkheidsontwikkeling weten leerlingen wat ze kunnen, wat ze willen, wat ze lastig vinden, wat ze nodig hebben om te kunnen functioneren in de toekomstige maatschappij.’ De aandacht voor het excellentiegebied is gericht op alle leerlingen. De school noemt tijdens de presentatie de volgende excellentiefocus: • ouderbetrokkenheid, onder andere via Educipatie; • 70% van de leerlingen gaat naar havo/vwo; • weektaken zijn toegespitst op wat leerlingen kunnen bereiken. Casimir focust op eigentijds Daltononderwijs. Ze richt zich op het versterken van het zelfbewustzijn van haar leerlingen door het verbeteren van leerresultaten op basis van handelingsgericht werken, door de socialisering van het leren samenwerken en door het versterken van de persoonlijkheidsontwikkeling met een breed onderwijsaanbod en het leren stellen van eigen leerdoelen. De Casimiraanpak krijgt in toenemende mate de karakteristieken van een beredeneerde aanpak. 7.2 Erkenning door externe partijen (Indicator XIII) Externe partijen (bijvoorbeeld andere scholen, ouders, andere partners) erkennen het gebied waarop de school uitblinkt. Casimir licht dit in het aanmeldingsformulier als volgt toe. ‘Onze kwaliteit wordt erkend door ouders, scholen waarmee we samenwerken, Al Qalam en de Venen, beide excellente scholen, en andere instellingen.’ De herkenbaarheid van het excellentiegebied blijkt volgens de aanmelding verder uit: • externe bezoekers specifiek gericht op dit gebied; • deelname aan een netwerk dat betrekking heeft op dit gebied. Twee benaderde referenten (afkomstig van een ontvangende school en een collega-school buiten het bestuur) onderschrijven in grote lijnen het beeld van de

9


Casimirschool als excellente school. Een citaat: ‘Er is naast de goede cognitieve resultaten ook tijd voor ontwikkeling van de creatieve kanten van de leerlingen. Er is ruimte en waardering voor als leerlingen bijvoorbeeld uitblinken op muzikaal gebied en hiermee vergroot de school het zelfvertrouwen van de leerlingen.’ 7.3 Versterking van het excellentiebeleid in de toekomst (Indicator XIV) De school heeft plannen om haar excellentiefocus in de toekomst verder te versterken. Casimir licht dit in het aanmeldingsformulier als volgt toe. ‘Het onderwijs is altijd in ontwikkeling. Om een goede school te blijven, willen we juist als het goed gaat hard werken aan onze kwaliteit. Het handelingsgericht uitbouwen voor alle basisvakken, structureel aanbod voor meer begaafden, kwaliteit van reflectie en feedback verhogen en verder uitwerken van gedeeld leiderschap.’ Voor de genoemde toekomstplannen geldt volgens de aanmelding dat: • de plannen aansluiten op de specifieke behoeften van (subgroepen) leerlingen van de school; • de plannen aansluiten bij de door de school gehanteerde didactische aanpak; • de plannen leiden tot een verbreding van de werking van het excellentieprogramma naar andere subgroepen leerlingen. Het excellentiebeleid wordt versterkt. Het profiel van de school krijgt in de komende jaren meer karakter indien de Casimiraanpak leidt tot aantoonbaar hogere resultaten.

8.

Opmerkingen Inspectie Geen aanvullende opmerkingen.

9.

Conclusie van de jury De Casimirschool behaalt goede resultaten op de kernvakken en zeer goede resultaten op aanvullende leergebieden zoals burgerschap, sociaal-emotionele vorming en culturele vorming. De school heeft via haar leerlingvolgsysteem goed zicht op de kenmerken van de leerlingen met hoogopgeleide ouders uit de hele regio Gouda. De inrichting van het leerproces kenmerkt zich door een consequente eigen invulling van de Daltonaanpak gericht op eigenaarschap en zelfstandigheid bij kinderen. Het verband tussen de inrichting van het onderwijsleerproces en de resultaten is duidelijk te zien door een toename van opbrengstgericht werken op basis van toetsing en analyses. Het eigen excellentieprofiel van de school komt naar voren in de duidelijke eigen Daltonaanpak met gerichtheid op zelfbewustzijn van de leerlingen, zich uitend in zelfvertrouwen, zelfkennis en sociale bekwaamheid. De school als geheel heeft een coherent verhaal (de aanpak komt voort uit een visie en leidt tot resultaten) en heeft in vergelijking met vorig jaar belangrijke stappen vooruit gezet in de kwaliteit van haar onderwijs. Alles overziende is de jury van oordeel dat de school op basis van de door de jury waargenomen kenmerken en gerapporteerde bevindingen het predicaat

10


Excellente School 2013 nog niet toekomt, wel zijn de voorwaarden aanwezig om de school op termijn te doen ontwikkelen naar een excellente school.

11

Jury Excellente Scholen

Recommend Documents