Jaarverslag 2008
a 1
Jaarverslag 2008 Nederlands Openluchtmuseum
Directie
Subsidienten
drs. Pieter-Matthijs Gijsbers Algemeen Directeur
Structureel Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
ing. Adelheid Ponsioen Directeur Bedrijfsvoering
Projectmatig Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer: infrastructuur
Leden van de Raad van Toezicht dr. A.H.E.M. Wellink, voorzitter jhr. drs. D. Laman Trip, vice-voorzitter mw. N.Y. Albayrak-Temur mw. P.W. Kruseman mw. drs. S.C. Shkolnik-Oostwouder MME mw. prof. E.A.van Zoonen drs. H.A. Doek drs. J.P. de Jong mr. G.H.N.L. van Woerkom
Leden van de Ondernemingsraad mw. G.M. Drent-Soer, voorzitter A.W.M. Jansen, secretaris mw. M.Braafhart mw. M. Wissenburg mw. C. Radstaat van der Vet M. den Boer W. Peters
Partners BankGiro Loterij VSBfonds Sponsoren en ondersteunende instellingen DHL Express (Netherlands) BV Intratuin Arnhem Dagblad De Pers Sonnema Berenburg SNS Reaal Fonds Heslinga Publicatiefonds Stichting Sam Klazes Prins Bernhard Cultuurfonds Boekenfonds Elisabeth Grent/F.J.A.M. v.d. Helm J.E. Jurriaanse Stichting Stichting Elise Mathilde Fonds Deelnemers Bedrijvenkring Nederlands Openluchtmuseum Vereniging Vrienden van het Nederlands Openluchtmuseum Diverse, niet met naam vermelde organisaties, instellingen, bedrijven en particulieren hebben tevens een kleinere, doch belangrijke bijdrage geleverd aan het realiseren van vele bijzondere projecten in het museum.
Stichting Het Nederlands Openluchtmuseum Schelmseweg 89 Postbus 649 6800 ap Arnhem Telefoon 026 357 61 11 Telefax 026 357 61 47
[email protected] www.openluchtmuseum.nl Inschrijving Kamer van Koophandel Centraal Gelderland: 41050671
Redactie: Erik van ’t Hull Vormgeving: Willem de Rooij, Esther de Bruijn Fotografie: Caroline Berkhof, Martin Wijdemans
5
6
Inhoudsopgave
Voorwoord van de Directie Bericht van de Raad van Toezicht
9 11
Algemeen
12
Collectie en Beheer
16
Presentatie en Educatie
22
Marketing en Communicatie
30
Commercie
34
Facilitaire Zaken
37
Personeel en organisatie
38
Verkort financieel verslag
40
Bijlagen
7
I Nevenfuncties leden Directie en Raad van Toezicht
48
II Profiel Raad van Toezicht
49
III Samenvatting Verantwoordelijk heidverklaring
50
Ervaring delen...
Voor een groot en breed publiek door levendige en interactieve presentaties aan de hand van authentieke gebouwen en voorwerpen ware verhalen vertellen over echte mensen en bezoekers prikkelen ook hùn ervaring met ons – en met elkaar – te delen.
Het beleid van het museum is gebaseerd op de volgende doelstellingen: Het ontwikkelen en bevorderen van: – inzicht in de cultuur van het dagelijks leven – kennis over onze nationale geschiedenis – respect voor ons cultureel erfgoed – begrip voor eigen en andermans culturele identiteit door presentatie van de collecties die door het museum worden gevormd, beheerd en geïnterpreteerd.
a Bron: Beleidsplan 2005–2008
8
Voorwoord van de Directie
Het laatste jaar van de beleidsperiode 2005-2008 was opnieuw een goed jaar voor het museum. Leidraad voor deze periode waren de te behalen doelstellingen uit het Beleidsplan 2005-2008 en de resultaatafspraken met het Ministerie van OCW. Het museum ontving in 2008 ruim 450.000 bezoekers. Het seizoen beleefde een trage start met ‘witte’ Paasdagen, waardoor museumbezoekers wegbleven. Het slechte weer zorgde ook voor tegenvallende Pinksterdagen, maar het prachtige winterweer in de Kerstvakantie zorgde voor een ongekende eindsprint, met op Tweede Kerstdag een nog niet eerder vertoond aantal bezoekers van 8.200. Hierdoor werd het aantal van 453.000 bezoekers in 2007 bijna geëvenaard. Het thema Relaties door de jaren heen werd positief gewaardeerd, organisatieaanpassingen maakten een beter functioneren van de organisatie mogelijk en het beleid voor de periode 2009-2012 werd vastgelegd in een nieuw beleidsplan. In de inmiddels toegekende subsidie voor deze periode door het Ministerie zijn extra middelen toegekend om het achterstallig onderhoud aan de museale gebouwen tot nul te reduceren. De resultaten van het jaar 2008 zijn tot stand gekomen onder leiding van Algemeen Directeur Jan Vaessen en van Directeur Bedrijfsvoering Adelheid Ponsioen. Jan Vaessen heeft aangegeven terug te willen treden als algemeen directeur. Op 20 en 21 maart 2009 is op grootse wijze afscheid van hem genomen na een succesvol directeurschap van ruim 19 jaar. Hij is op 1 april 2009 in de hoedanigheid van algemeen directeur opgevolgd door Pieter-Matthijs Gijsbers.
9
a De jaarstukken van het museum bestaan uit een jaarrekening en dit jaarverslag, dat tevens het activiteitenverslag voor het Ministerie van OCW is. Vanwege haar nieuwe reglement zijn de eisen van verslaglegging van het CBF verdeeld over jaarverslag én jaarrekening ter voorkoming van verdubbelingen. Wij willen onze grote dank uitspreken aan de eigen medewerkers en vrijwilligers en aan al diegenen (zoals overheden, fondsen en sponsoren) die er door hun opstelling in ruime mate blijk van geven vertrouwen te hebben in ons museum. Dankzij hen is het mogelijk geweest onze bezoekers een fantastische dag te laten beleven. Ook danken wij de Ondernemingsraad voor de constructieve wijze van samenwerken en zijn wij de Raad van Toezicht dankbaar voor zijn belangrijke ondersteuning en goede raadgevingen. Het Openluchtmuseum is bij uitstek een museum om samen te bezoeken, waar je anderen kunt ontmoeten - zoals medewerkers van het museum, maar ook elkaar en andere museumbezoekers - en waar je je ervaringen en herinneringen kunt delen. Komende beleidsperiode staat in het teken van Migratie, voor het jaar 2009 toegespitst op emigratie.
drs. Pieter-Matthijs Gijsbers Algemeen Directeur ing. Adelheid Ponsioen Directeur bedrijfsvoering
10
Bericht van de Raad van Toezicht
Samenstelling De Raad bestaat uit negen leden. Statutair is vastgelegd dat zij door de Minister van OCW worden benoemd op voordracht van de Raad, met een zittingsduur van twee keer maximaal vier jaar. Zowel directie als Ondernemingsraad worden vooraf gehoord aangaande de voordracht. Eén lid wordt voorgedragen door de Ondernemingsraad. De leden worden aangezocht op basis van hun specifieke deskundigheid en passend binnen het profiel van de Raad, dat voor het laatst gewijzigd is in de vergadering van 3 juli 2006. De samenstelling van de Raad is in 2008 ongewijzigd gebleven, mevrouw van Zoonen en de heer Doek zijn per 1 november 2008 voor een tweede termijn herbenoemd.
Wijze van toezicht houden De Raad is vijf keer bijeen geweest in aanwezigheid van de Directie. Daarnaast heeft de Raad één keer vergaderd buiten aanwezigheid van de Directie, in deze bijeenkomst is het eigen functioneren besproken. Tevens zijn er evaluatiegesprekken met de leden van de Directie gehouden door een delegatie van de Raad, met onder andere aandacht voor het realiseren van de doelstellingen. De Raad kent een vaste Financiële Commissie, bestaande uit de heren Laman Trip en Doek. Deze commissie is vier maal bijeen geweest in aanwezigheid van de Directie. De commissie heeft de Directie met raad en daad ondersteund, zowel inhoudelijk als ter voorbereiding van te agenderen financiële onderwerpen. In april zijn de heren Doek en de Jong aanwezig geweest bij een overlegvergadering van de Ondernemingsraad en de Directie, in december is de heer Laman Trip hierbij aanwezig geweest.
Toezicht Jaarrekening en jaarverslag 2007 zijn in aanwezigheid van de accountant besproken en goedgekeurd. De jaarstukken van de Stichting De Oude Bijenkorf (de horeca) werden eveneens goedgekeurd. De Raad heeft besloten de Stichting De Oude Bijenkorf niet juridisch te integreren in het 11
a
museum, maar de bestaande situatie te continueren: volledige organisatorische integratie van museum en horeca, maar juridisch gescheiden. De Raad houdt in de vorm van een personele unie toezicht op beide stichtingen. Gesproken is verder over de opvolging van de accountant, de organisatieaanpassingen, het liquiditeitsbeheer en de subsidietoekenning 2009-2012 door het Ministerie van OCW. In dit verband is het nieuwe beleidsplan voor de periode 2009-2012 goedgekeurd. Een belangrijke gebeurenis zal zijn het eeuwfeest in het jaar 2012. Eveneens zijn goedgekeurd het van het beleidsplan afgeleide jaarplan 2009 en begroting 2009. Op het gebied van good governance heeft de Raad besloten tot het opstellen van een eigen reglement. Op deze wijze kan, in relatie met de statuten, optimaal worden voldaan aan de principes en bepalingen van de Code Cultural Governance. Gesproken is over de ontwikkelingen rondom het Nationaal Historisch Museum. Tenslotte is de voorgenomen terugtreding en de opvolging van de algemeen directeur uitgebreid aan de orde geweest. De sollicitatiecommissie, bestaande uit mevrouw Albayrak en de heren Laman Trip en de Jong heeft een kandidaat voorgesteld. Zowel de Raad, de Directie, de Ondernemingsraad als de Minister hebben ingestemd met deze voordracht. Per 1 april 2009 is de heer drs. P.M. Gijsbers benoemd als opvolger van de heer dr. J.A.M.F. Vaessen. De Raad van Toezicht kijkt terug op een goed jaar voor het museum en dankt Directie, medewerkers en Ondernemingsraad voor het behaalde resultaat. Er is grote waardering voor de wijze waarop uitvoering gegeven is aan het beleid. Arnhem, 15 april 2009 Namens de Raade van Toezicht dr. A.H.E.M. Wellink, voorzitter
Algemeen
a
Beleid, resultaten en toekomst Het gevoerde beleid werd vastgelegd in het Beleidsplan 2005-2008. Voor deze periode heeft het Ministerie van OCW subsidie toegekend en zijn er prestatie afspraken gemaakt tussen museum en Ministerie. Afgeleid van het beleidsplan wordt elk jaar een jaarplan met bijbehorende begroting opgesteld en goedgekeurd door de Raad van Toezicht. Voor de nieuwe beleidsperiode 2009-2012 is een nieuw beleidsplan opgesteld en inmiddels goedgekeurd door de Raad van Toezicht. In dit plan is de beleidsperiode 2005-2009 uitgebreid geëvalueerd. Er kan geconstateerd worden dat het overgrote deel van het beleidsplan gerealiseerd is. Sommige zaken zijn nog in uitvoering of lopen door in 2009. Ook zijn er dingen niet gedaan of niet gelukt of zijn bij nader inzien niet nodig gebleken. Zo is de bewegwijzering binnen op het museumterrein nog niet optimaal voor bezoekers en is er geen muziektent verworven. Alle prestatie afspraken met het Ministerie zijn gehaald op twee zaken na. Als eerste is het aantal leerlingen dat een educatief project volgt achtergebleven. Dit wordt veroorzaakt door achterblijvende aantallen in de jaren 2005 en 2006, deze achterstand bleek niet meer in te halen. De ambitie met betrekking tot het aantal leerlingen dat het museum bezoekt zonder educatief project is ruimschoots gehaald. Als tweede daalt het aantal deelnemers aan inburgeringscursussen reeds enkele jaren, de reden is nog onbekend. Wat betreft de financiën heeft het museum in de afgelopen periode een zeer strak financieel beleid gevoerd, hetgeen geresulteerd heeft in een vermogensopbouw conform afspraak met de Raad van Toezicht. Het exploitatieresultaat over het jaar 2008 is positief. In overleg met de externe accountant heeft de directie besloten twee voorzieningen te gaan treffen, waardoor het uiteindelijke resultaat negatief uitkomt. Het nieuwe beleidsplan 2009-2012 geeft de richting aan voor de komende jaren wat betreft plannen en financiën. De centrale ambitie is het in optimale conditie brengen van het museum bij het 100-jarig jubileum in het jaar 2012. Concreet betekent dit het consolideren van de positieve 12
ontwikkelingen, het wegwerken van de achterstanden in het beheer van met name de onroerende collectie en het verder vernieuwen van de presentaties. De start van de nieuwe periode vindt helaas plaats onder de dreiging van de nog onbekende effecten van de heersende economische crisis. Daarnaast blijft de komst van het Nationaal Historisch Museum tot op heden een onzekere factor.
Enkele hoogtepunten Het jaarthema Relaties door de jaren heen is erg goed ontvangen. Op diverse locaties op het museumterrein konden de bezoekers van alles vinden ten aanzien van de rituelen en gebruiken die een rol speelden bij het vinden en houden van een partner. Bezoekers ontvingen een tijdschrift met achtergrondinformatie en een liefdestest. Een groots dating-evenement met onderzoeksbedoeling en twee grote publieksevenement omlijstten het jaarprogramma. Het museum is locatie geweest voor vier grote evenementen, waaronder het Techniektournooi en de World Teacher’s Day . Ook de winteropenstelling was boven verwachting. De programmering is verder uitgebreid, onder andere met een apart sledebaan bij de stellingmolen. Bezoekers waarderen het aanbod: het gehouden bezoekersonderzoek laat hoge scores zien, terwijl de niet-bezoekers een neutraal, dus geen negatief beeld (meer) hebben. Op het gebied van presentaties kan worden genoemd de opening van een volledig nieuwe speeltuin voor kinderen tot 12 jaar in april. De speeltuin is juist ook bedoeld voor kinderen met een handicap. Deze uitvoering is mogelijk gemaakt dank zij financiële steun van de Stichting Sam Klazes. Een hoogtepunt was zeker ook de presentatie in november van het boek ’ Wagens en karren, diversiteit van voertuigen op het platteland en de collectie van het Nederlands Openluchtmuseum’, geschreven door oud-conservator drs. W.F.Renaud. Dit lijvige standaardwerk is het resultaat van jarenlang onderzoek en documenteert tevens dit belangrijke deel van de museumcollectie.
13
14
Algemeen
a
Governance Het museum heeft te maken met enerzijds de Code Cultural Governance van het Ministerie van OCW en anderzijds met de Code Goed Bestuur voor Goede Doelen . Deze laatste code is verwerkt in het nieuwe reglement van het CBF, dat geldt vanaf het verslagjaar 2008. De stichting wordt bestuurd door een tweehoofdige directie. Zij wordt benoemd door de Raad van Toezicht voor onbepaalde tijd. Taakverdeling, verantwoordelijkheden en werkwijze zijn vastgelegd in het directiereglement. De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd door de Minister van OCW. Samenstellling, zittingsduur, taken, bevoegheden en verantwoordlijkheden zijn statutair geregeld. In maart 2008 zijn de statuten gewijzigd en door de Minister goedgekeurd, waarmee voldaan wordt aan de eisen van het CBF. De Raad heeft besloten tot het instellen van een eigen reglement, gebaseerd op de Code Good Governance, deze zal ingevoerd worden in het jaar 2009. Daarnaast kent de Raad een Financiële Audit Commissie, met een eigen reglement. In het kader van het nieuwe reglement van het CBF is een ‘ Verantwoordelijkheidsverklaring’ opgesteld, waarvan een samenvatting als bijlage bij dit verslag is bijgevoegd. Eveneens zijn bijgevoegd het profiel van de Raad van Toezicht en relevante nevenfuncties van de leden van het bestuur en toezichthouder. Op deze wijze wordt optimaal voldaan aan de Principes en Best Practise-bepalingen van beide code’s.
15
Collectie en Beheer
a
Onroerende collectie Dit verslagjaar zijn geen nieuwe gebouwen verworven of herbouwd. Wel zijn vele kleine en grote onderhouds- en restauratiewerkzaamheden uitgevoerd. Geheel gerestaureerd zijn het TBC-huisje uit Olst, het Bakhuis uit Denekamp, evenals de twee schuren behorende bij de boerderij uit Staphorst. Eén daarvan is, aan de hand van oude tekeningen, verlengd met een reconstructie van een kalverenhok. Beide schuren hebben een nieuwe rieten kap gekregen. De travalje is voorzien van een nieuw dak. Groot onderhoud is gepleegd aan het Bijenhuisje. De klokkentoren en goten van de kerk uit ’s Heerenhoek zijn onder handen genomen. De luiken van de zuivelfabriek ‘Freia’ zijn gerestaureerd en opnieuw geschilderd. Tenslotte is het onderwatergedeelte van de scheepshelling vervangen. Het onderhoud van de molens vraagt structurele aandacht. Met de beschikbare middelen is een deel van de de meest urgente kwesties aangepakt. Bij de stellingmolen uit Delft zijn planken op de stelling vervangen, is er een nieuwe rieten kap aangebracht en een nieuwe vlaggenstok geplaatst. Tevens is begonnen met het restaureren van de twee ingangspartijen van de molen. De standerdmolen is geheel geschilderd, na de uitvoering van noodzakelijke reparaties aan het houtwerk. De restauratie van het ‘aanbrengertje’ uit Gouda is vrijwel afgerond. De kademuren om de Paltrokmolen zijn geheel vervangen en in de Paltrokmolen zelf zijn onderdelen in het zaag-mechaniek aangegoten. Met de Monumenten Wacht zijn nieuwe afspraken gemaakt. Grote inspecties van de museale gebouwen vinden voortaan een keer per vier jaar plaats, inspecties van de daken frequenter. De molens vormen een aparte categorie, hierover wordt regelmatig met de MonumentenWacht overlegd.
Roerende collectie De roerende collectie is uitgebreid met 803 objecten. Het grootste deel daarvan betreft voorwerpen die in eerdere jaren verworven zijn, maar waarvan de inschrijving nog moest plaatsvinden, 16
zoals een grote verzameling simplicia. Het museum heeft meer aankopen gedaan dan de laatste jaren gebruikelijk was, waaronder de verzameling melkapparatuur van een particulier. De ongeveer tachtig apparaten geven een goed beeld van de ontwikkelingen op melkgebied in ons land van omstreeks 1920 tot 1970. Een interessante aankoop van geheel andere aard betreft twee portretten van Scheveningse vrouwen in dracht van de hand van Jacoba van Heemskerck van Beest. De Stichting Familiefonds Citters heeft een zeer fraaie doopdeken geschonken. De doopdeken, in 1760 vervaardigd met Zaans stikwerk en afgezet met een 20 cm brede rand van Brussels kloskant, is steeds via de mannelijke lijn van de familie doorgegeven. Een bijzondere schenking was ook die van zes wit linnen servetten ‘Wilhelmina Regina , 1898-1938’, die geweven zijn in opdracht van de Nederlandse Vereniging van Huisvrouwen, ter gelegenheid van het 40-jarig regeringsjubileum van Koningin Wilhelmina. Mooie aanwinsten zijn voorts enkele bijbels, die in het verleden deel uitmaakten van de inventaris van de kerk uit ’s Heerenhoek. Ook kwam bij deze schenking een deurtje mee dat oorspronkelijk tot het interieur van de kerk behoorde. De deelcollectie bordspelen is uitgebreid met enkele moderne ganzenbordspelen, het ‘Holland-Indiëspel’ en het ‘Noordpoolspel’; deze laatste twee zijn reclamebordspelen uit het interbellum. De deelcollectie winkelinterieurs is verrijkt met het interieur van de hoeden- en pettenwinkel van Bik uit Den Haag. Opmerkelijke schenkingen zijn een quilt die als hulpgoed na de Eerste Wereldoorlog uit Canada via het Rode Kruis naar Nederland is gestuurd en twee noodvoorraadblikken die ten tijde van de Cubacrisis (1962) onder de Nederlandse bevolking zijn uitgedeeld.
Registratie en beheer In samenwerking met de Rijksgebouwendienst is gewerkt aan het ruimtelijk programma van eisen voor het nieuwe centrale depot, ter vervanging van de depots in Tiel en Schaarsbergen. Na uitgebreid onderzoek naar de vochtproblemen in de sieradenkluis is deze ontmanteld en
17
18
Collectie en Beheer
a
zijn bouwkundige maatregelen getroffen om herhaling te voorkomen. De klimaatbeheersinginstallatie is vernieuwd en de v erwachting is dat begin 2009 de kluisruimte weer beschikbaar is. In het verleden zijn veelvuldig voorwerpen ‘omgenummerd’, dat wil zeggen dat bestaande inventarisnummers werden vervangen door nieuwe. De administratieve verwerking daarvan was incompleet, met veel onduidelijkheden tot gevolg. Al deze omnummeringen, bijna 4.400 stuks, zijn gecontroleerd en eenduidig verwerkt in AdLib. Dit heeft een belangrijke verbetering in de betrouwbaarheid van de database opgeleverd. De standplaatscontroles en fotografie van de bijna 12.000 objecten in de museale gebouwen is vrijwel afgerond, slechts 9% moet nog worden gedaan. In het Entreepaviljoen geldt dit voor 14% van de daar tentoongestelde voorwerpen. De registratie van de tekeningen van de boerderij uit Hoogmade is voltooid. Alle tegeltableaus en losse tegels zijn ontsloten aan de hand van het handboek ‘De Nederlandse Tegel, decors en benamingen‘. Met behulp van externe deskundigen zijn de papieren theaters uit de collectie geïnventariseerd en gewaardeerd, in 2009 zal de opslag worden verbeterd. Er is begonnen met een selectie- en afstotingsproject van de paardetuigen, dit zal in 2009 worden afgerond. Tenslotte is de deelcollectie bouwmaterialen van Van Beelen opnieuw geïnventariseerd en aan deskundigen voorgelegd ter beoordeling en advies. De bedoeling is om in 2009 tot verantwoorde selectie en afstoting over te gaan. Evenals vorig jaar heeft de Erfgoedinspectie dit jaar geen inspectie ter plaatse uitgevoerd.
Digitalisering Het museum heeft € 150.000,- subsidie toegezegd gekregen van het ‘Geheugen van Nederland’ voor het uitvoeren van het digitaliseren van bijna 8.000 objecten uit de streekdrachtencollectie. Het project is in oktober van start gegaan.Tevens is € 18.000,- subsidie toegezegd door ‘Metamorfoze’ voor het digitaliseren van bijna 1.900 centsprenten uit de industriële periode (na 1840). Dit project start in juni 2009. 19
De ruim 1.300 bouw- en opmetingstekeningen van onze museale gebouwen zijn gedigitaliseerd en ontsloten. Aan de website zijn selecties toegevoegd met voorwerpen uit de deelcollecties lappendekens, streekdrachten en landbouwvoertuigen en met voorwerpen die betrekking hebben op het thema Relaties door de jaren heen. Het museum heeft deelgenomen aan het consortium Nederlands Erfgoed Digitaal.
Conservering en restauratie Vrijwel alle tegeltableaus uit de collectie (135 stuks) bleken in het verleden op asbestplaten gemonteerd te zijn. Al deze tableaus zijn gesaneerd, de gezichtsbepalende tableaus zijn gerestaureerd en opnieuw gemonteerd, de overige zijn op een compacte wijze opgeslagen. Alle tableaus en tegels uit de collectie zijn uitgebreid beschreven in AdLib. De camion van Van Gend en Loos is in de presentatie zelf gerestaureerd, waardoor het publiek de werkzaamheden kon volgen. Voorts zijn onder meer negen lappendekens, tweeëntwintig pastels van de kunstenaar H. Heijenbrock en drie arrensledes gerestaureerd. Diverse houten voorwerpen zijn geconserveerd, waaronder kastjes, stoelen en enkele kisten.
Collectiemobiliteit Er zijn 16 reguliere, uitgaande, kortlopende bruiklenen verstrekt voor in totaal 221 voorwerpen. Er zijn negen langdurig bruiklenen verlengd, met in totaal 75 objecten. Twee daarvan zijn vernieuwd, omdat een deel van de objecten is geretourneerd. Er zijn drie kortlopende inkomende bruiklenen overeengekomen, in totaal betreft het 472 voorwerpen. In de oude bruikleenadministratie zijn 394 dossiers gecontroleerd en afgesloten.
20
Collectie en Beheer
a
Onderzoek
Terreinen en dierenverzorging
Er is onderzoek gedaan ten behoeve van de invulling van het seizoenthema, de winterprogrammeringen het documenteren van de aanwinsten. Van groot belang is de publicatie op 9 november van het boek ‘Wagens en Karren, diversiteit van voertuigen op het platteland en de collectie van het Nederlands Openluchtmuseum’ door drs. W.F. Renaud, oud-conservator van het museum. Het boek is het resultaat van een jarenlange studie en beschrijft de ontwikkeling, vervaardiging en gebruik van wagens en karren in ons land in het algemeen én ontsluit de collectie van het museum. In zijn soort is het het enige standaardwerk, de laatste wetenschappelijke publicatie verscheen in 1926. Het onderzoek naar de bergkisten is vanwege de uitdiensttreding van de uitvoerende conservator voortijdig stil komen te staan. Naar de achtergronden van de hoeden- en pettenwinkel van Bik is onderzoek gedaan, evenals naar die van de SRV-wagen. Beide onderzoeken hebben uitgebreide verslagen opgeleverd. Het ontsluiten en conserveren van de ongeveer 2.100 stuks knipwerk gaat gestaag voort en is ruim over de helft. Een kleine selectie uit deze deelcollectie wordt in 2009 op de website geplaatst. De ontsluiting van de centsprenten en merklappen heeft door andere prioriteiten enige vertraging opgelopen, maar de voortgang ervan blijft in de aandacht. De ontsluiting van de collectie schaven verloopt volgens plan.
De grote vijver bij de Zaanse Buurt heeft een grondige onderhouds- en schoonmaakbeurt gekregen. In de loop der jaren heeft zich een dikke laag slib gevormd, deze is van de bodem verwijderd en daar waar nodig is de asfaltbodem gerepareerd. De ganzen en vissen hebben een nieuwe eigenaar gekregen, vanwege de vervuiling die als gevolg van hun aanwezigheid was ontstaan. De sloot bij de boerderij uit Midlum is schoongemaakt en de afdichting is geheel vernieuwd met een lemen laag op folie. De slootranden zijn hierdoor veel minder kwetsbaar en zien er fraaier uit als het waterpeil zakt. Helaas is het Nederlands trekpaard Bart overleden, in zijn plaats zijn een Gelders en een Gronings paard gekocht. Beide dieren passen binnen het museumbeleid om (uitsluitend) oudhollandse dierenrassen op te nemen. De dierenstapel is sterk uitgebreid, met schapen, koeien, varkens en kippen. In de kippenhokken die in 2007 zijn gebouwd zijn inmiddels uiteenlopende rassen ondergebracht, waaronder het Hollandse kuifhoen, het Nederlandse baardkuifhoen en Drentse bolstaarten. Voor het bestrijden van onkruid worden geen chemische bestrijdingsmiddelen meer gebruikt. Hoewel er in het afgelopen jaar geen klachten zijn binnengekomen over onkruid, behoeft de biologische methode nog wel verbetering.
21
Presentatie en Educatie
a
Algemeen Het jaar 2008 is het vierde jaar waarbij met een seizoenthema is gewerkt: Relaties door de jaren heen. Het thema wordt als een rode draad door de presentaties geweven, waardoor de bezoeker meer samenhang in de presentaties gaat ontdekken. Het jaar 2008 is het vijfde jaar geweest met een uitgebreid winterprogramma. In de periode van 22 maart t/m 26 oktober is het museum dagelijks geopend geweest van 10.0017.00 uur. Buiten deze periode is het museum dagelijks geopend geweest van 11.00-16.30 uur, met een intensivering tijdens het winterhoogseizoen (6 december t/m 18 januari 2009) : van 12.00-20.00 uur. Alleen op Eerste Kerstdag en Nieuwjaarsdag is het museum gesloten geweest.
Zomerseizoen: werken met het seizoenthema Relaties door de jaren heen: uitgangspunt is het plaatsen van het thema in een historische en actuele context. Vandaag de dag zijn mensen heel vrij in de keuze hoe en met wie zij hun (liefdes) leven delen. Samenwonen is volstrekt normaal en partnerloos is niet per definitie kinderloos. Oude vrijsters en verstokte vrijgezellen van vroeger zijn tegenwoordig zelfstandige alleengaanden of zijn gelukkig met een partner van hetzelfde geslacht. Trouwen is niet altijd meer ‘voor altijd’, al hopen we dat natuurlijk wel. Is er een groot verschil tussen vroeger en nu? Of zijn er vooral overeenkomsten. Tieners maken nu hun verkering uit per SMS. In vroeger tijden wees een meisje haar vrijer af door hem een stevige schop tegen de schenen te geven of koffie in een blauw kopje te aan te bieden: ‘ een blauwtje lopen’. In hoeverre spelen economische motieven een rol en is er verschil tusssen stad en platteland?
Activiteiten rondom het thema Bij binnenkomst in het Entreepaviljoen kwamen de bezoekers uitgebreid in aanraking met het thema: grote foto’s benadrukten de diverse 22
invalshoeken . Tevens ontvingen zij het magazine ‘Relaties’ met achtergrondinformatie over het jaarthema, een interview met Yvonne Jaspers (presentatrice van ‘Boer zoekt vrouw’), een liefdestest en de plattegrond van het museum met de nieuwe route. In de benedenhal was onder andere een tentoonstelling te zien van merklappen en knottedoeken onder de titel ‘Met liefde op linnen’, in samenwerking met de jubilerende vereniging ‘Merkwaardig’. Als blikvanger op het entreeplein was een versierde bruiloftswagen opgesteld en een versierde bruiloftsboog als herkenningsteken voor de presentaties van de wandelroute. Route De wandelroute voerde langs het blauwe loshoes uit Harreveld( spinavond: sjans op het platteland), de boerderij uit Kadoelen (bruiloft, uitzet en feest), de boerderij uit Beltrum (pas getrouwd, wij horen bij elkaar), de boerderij uit Staphorst (venstervrijen doe je met z’n tweeën, maar je trouwt met de hele familie), de stolpboerderij uit Zuid-Scharwoude ( wat is mijn dochter waard), een kijkkast bij de brug uit Ouderkerk (een moluit Kaag aan de Zaan (zin om uit te gaan, kom selschippen), bakkerij ( liefdesbrief van …koek) en tenslotte de fotosalon. Kinderprojecten Het Kindererf, de boerderij, erf en bijgebouwen waar kinderactiviteiten plaatsvinden, is de centrale plaats voor gezinnen met jonge kinderen. Kinderen van 4 t/m 12 jaar kunnen op het erf en in de schuur ’karweitjes van vroeger’ doen. Specifiek voor kinderen van 3 t/m 5 jaar is de begeleide activiteit ‘Keuterboeren’. Ook konden onze jonge bezoekers deelnemen aan verschillende activiteiten in het kader van het jaarthema. De kinderactiviteiten voor individuele kinderen met ouders of gezin waren geconcentreerd in de weekenden en de schoolvakanties. In de voor- en najaarsperiode werden kinderen uitgedaagd om te laten zien dat ze stoere kerels of flinke meiden waren. Dit was vroeger op het platteland belangrijk om gekozen te worden als huwelijkspartner. Het meidenwerk bestond uit het verzorgen van een koe, melken en boter maken; het mannen-
a
23
Presentatie en Educatie
a
werk bestond uit paarden inspannen, ploegen en eggen en aardappels rooien. Kinderen konden aan zowel het mannen- als het meidenwerk meedoen. Tijdens het zomerproject konden kinderen meehelpen met het versieren van het erf en de boerderij voor de boerenbruiloft die ‘morgen’ gehouden zou worden. Kinderen konden meehelpen met het versieren van het erf en de boerderij. Ze timmerden bogen, versierden ze met groen en met zelfgemaakte bloemetjes. Ruim 9.500 kinderen hebben actief deelgenomen aan de programma’s rond het jaarthema. Evenementen Het eerste evenement van het jaar werd georganiseerd in samenwerking met de Radbouduniversiteit Nijmegen en het landelijk dagblad De Pers. Het betrof een speeddate voor de wetenschap: op 5 april beproefden 560 singles tussen 25-40 jaar hun kansen. Het evenement werd een groot succes en gaf heel veel publiciteit. Naast een leuke avond met kans op sjans, namen de singles deel aan een onderzoek over relaties van psycholoog dr. Geertjan Overbeek van de Radboud Universiteit. In september werden de onderzoeksuitslagen gepresenteerd. Het evenement ‘Vind je lief’ op 27 april moest museumbezoekers, jong en oud, inspireren om hun lief te vinden. Speciaal voor singles reed de ‘singles-only tram’ door het park. Verder verwoorden schoonschrijvers op verzoek de diepste gevoelens in prachtige liefdesbrieven, konden kinderen smakelijke liefdesdrankjes brouwen en – omdat liefde door de maag gaat – was er een proeverijtje van romantische gerechten in een landelijke lentewei. Het evenement trok 3.100 bezoekers. Op 12 oktober organiseerde het museum het evenement ‘Zullen we het nog een keertje overdoen’, een dag vol activiteiten rondom de uit Amerika overgewaaide gewoonte om na een aantal jaren symbolisch opnieuw te trouwen met je eigen man of vrouw. In het museumpark werd een relatietestparcours uitgezet. Bezoekers onderzochten, soms met hulp van hun kinderen, 25
of hun relatie de tand des tijds had doorstaan. Kozen ze nog steeds voor elkaar dan gaven ze elkaar symbolisch opnieuw het ja-woord. In het Zeeuwse kerkje wachtte een plechtige ambtenaar en in een boerenschuur zorgde ‘Mister Love’ voor een ludieke herbevestiging van hun liefde. In het Houten Hart Theater op het entreeplein veroverden verrassende optredens de harten van de bezoekers. Het evenement trok 3.800 bezoekers. Het evenement is georganiseerd in samenwerking met studenten van het ROC RijnIJssel te Arnhem als een eerst proef. De proef heeft inmiddels geleid tot het afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst tussen museum en ROC.
Zomerseizoen : vaste presentaties Er wordt al een aantal jaren gewerkt aan bezoekersparticipatie en verlevendiging van de presentaties op het museumterrein. Dit uit zich door op een toenemend aantal plekken (op dit moment ongeveer 40) activiteiten te laten verrichten door vaste medewerkers en vrijwilligers. Dankzij de bijdragen van de BankGiro Loterij is het mogelijk een langlopend programma op het gebied van verlevendiging uit te voeren. Voor 2008 zijn onder meer te noemen de nieuwe inrichting van de bijenpresentatie, compleet met demonstratiekorf, het afronden van het kledingproject voor de presentatiemedewerkers en de restauratie van het Vocalion in de kerk uit ’s Heerenhoek. De afgekeurde speeltuin kon geheel worden vervangen door een eigentijdse. Dankzij de hulp van de Stichting Sam Klazes is het mogelijk gebleken de speeltuin ook speciaal geschikt te maken voor gehandicapte kinderen. Verder zijn er conform planning en afspraak twee deelverzamelingen in Dingenliefde gewisseld (Pinoccio en Pin Ups uit de jaren ’50). Tot de vaste evenementen worden gerekend de traditionele kermis rond Pinksteren, de landelijke draaiorgeldag op 8 juni, het handboogschiettournooi op 17 augustus, het dorsen in het laatste weekend van augustus, de dag voor visueel gehandicapten begin oktober en tenslotte de slachtdag eind oktober.
Presentatie en Educatie
a
Winterseizoen: winteropenstelling
Educatie
Op zondag 7 december ging het winterseizoen van start met de vroegste Elfstedentocht in de honderdjarige geschiedenis van deze tocht. Een tocht ter ere van de Arnhemse Elfstedenwinnaar Coen de Koning, die de tocht in 1912 en 1917 op zijn naam schreef. Om 12.30 uur viel het startschot op de ijsbaan waarna deelnemers op een barre tocht langs elf winterse opdrachten in het museumpark moesten klunen. Iedereen die vóór 17.00 uur binnen was in ‘Leeuwarden’ mét alle elf stempels, kon het felbegeerde kruisje in ontvangst nemen. Overtrof de winteropenstelling van de twee vorige seizoenen de verwachtingen, de winteropenstelling 2008-2009 werd een nog groter succes: op 18 januari 2009 hadden ruim 88.000 bezoekers de winteropenstelling bezocht.
Het Kindererf is niet alleen de boerderij van waaruit kinderactiviteiten worden georganiseerd, het is tevens het startpunt voor veel schoolprojecten. Het educatieve aanbod voor het onderwijs bestaat inmiddels uit een twaalftal projecten: tien ervan zijn speciaal bedoeld voor leerlingen van het primair onderwijs (variërend van groep 1 t/m groep 8) en twee speciaal voor het VMBO klas 1 en 2. De schoolprogramma’s sluiten aan bij de kerndoelen van het onderwijs. Kenmerkend voor alle programma’s is het zèlf actief bezig zijn van de kinderen, ontdekkend leren in een uitdagende omgeving. Het educatieve gehalte van de programma’s verschilt per project, dit houdt verband met de vraag vanuit de diverse scholen. Het ‘Project Brood’ heeft bijvoorbeeld een lichter educatief gehalte dan het ’Dossier Kinderarbeid’. Een van de acht projecten heeft speciaal betrekking op de winteropenstelling. De scholen reserveren één of meerdere projecten en worden vanuit het museum begeleid. Ook zonder project kunnen leerlingen terecht: het museum heeft een viertal speurtochten ontwikkeld, waaronder één speciaal voor peuters en kleuters. Voor de begeleidingstaken in de schoolprojecten werden, naast de vaste medewerkers, voor het tweede jaar oproepkrachten ingeschakeld: de pieken in het seizoen konden daardoor beter opgevangen worden. In het jaar 2008 zijn 35.537 leerlingen ontvangen (2005: 25.988; 2006: 26.287; 2007: 36.877) uit het primair- en voortgezet onderwijs. Van het totaal aantal leerlingen namen 15.088 deel aan een project en bezochten 20.499 het museum zonder project. De lichte daling van het bezoek van scholieren komt geheel voor rekening van de periode ná de zomervakantie. Een eenduidige verklaring is hier niet voor te geven. Een deel van de terugloop is wellicht toe te schrijven aan het wegvallen van de boekingen die de jaren hiervoor specifiek voor het najaar via de organisatie EDU-ART verliepen. Door een reorganisatie levert deze geen direct wervende bijdrage meer voor schoolbezoeken
Programmering Thematiek en opzet waren gelijk aan die van voorgaande jaren. Nieuw was de definiteve plaats van de poffertjeskraam op het Zaanse plein. Dit plein werd hierdoor, net als de ijsbaan, een centrum van volwaardige activiteiten en voorzieningen. Een tweede noviteit was de sleebaan bij de Delftse molen. Maar ook het Kindererf gonsde van de activiteiten, vooral het broodbakken trok veel belangstelling, evenals de levende Kerststal en de Adventskalender. Veel belangstelling was er voor het breien, vooral bij oma’s en kleindochters. In totaal hebben ongeveer 20.000 kinderen aan de activiteiten op het Kindererf deelgenomen. De winterse locaties werden verbonden door lange slingers met verlichting. In het donker gaf dit een sprookjesachtig schouwspel. Een van de positieve effecten van deze betere programmering is een betere spreiding van bezoekersover het museumterrein, ondanks dat was met name de ijsbaan toch weer overvol. Individuele bezoekers konden gebruik maken van een speciale winterroute. Voor groepen waren er twee arrangementen beschikbaar, met onder meer een elfstedentocht met winterse opdrachten en voor scholieren een winter(s)schoolreisje.
26
27
Presentatie en Educatie
a
Een klankbordgroep vanuit het primair onderwijs is actief betrokken bij het voorbereiden van het nieuwe schoolproject ‘Wat wil je later worden’ voor groepen 3 en 4. In het voorjaar 2009 kunnen leerlingen aan het project gaan deelnemen, het laat jonge kinderen kennis maken met ambachtelijke werkzaamheden. Vernieuwend is de nauwe samenwerking met de afdeling Presenteren van het museum in totstandkoming én uitvoering van dit nieuwe project. Ter voorbereiding van het nieuwe seizoen zijn de schoolbrochure voor het primair onderwijs en de flyer voor het VMBO qua vormgeving geheel herzien. Om overlastsituaties door scholieren van het voortgezet onderwijs (meestal door groepen die geen project geboekt hebben) te voorkomen is gewerkt aan een preventieplan, dat vanaf april 2009 uitgevoerd zal gaan worden. Een betere spreiding van schoolprogramma’s door de week en over het hele jaar blijft een punt van aandacht.
Publieksbegeleiding Het museum streeft ernaar op zoveel mogelijk locaties in het museum enige vorm van publieksbegeleiding te laten plaatsvinden. Op allerlei manieren laten medewerkers en vrijwilligers de bezoekers de geschiedenis van het dagelijks leven beleven en geven zij uitwerking aan het thema van dat jaar. Zij geven demonstraties, begeleiden de bezoekers bij activiteiten, vertellen verhalen, laten bezoekers proeven en dergelijke. Dit is het geval in het zomerseizoen, maar ook tijdens de winteropenstelling. Ook bij de ontvangst van groepen en partijen zijn museummedewerkers op verschillende manieren betrokken. Heel specifiek zijn de huwelijksvoltrekkingen: er is een toenemende belangstelling bij bruidsparen om juist in het museum te trouwen: er hebben 86 burgerlijke huwelijksvoltrekkingen plaatsgevonden en drie kerkelijke inzegeningen (2007: in totaal 59).
29
Rondleidingen Voor de rondleiders was het jaar 2008 een bijzonder jaar. Vijfentwintig jaar geleden, in 1983, werd op initiatief van de Vereniging Vrienden gestart met een groep van 20 vrijwillige rondleiders. Op basis van een vooral inhoudelijke scholing werden zij opgeleid tot rondleiders. Van deze eerste groep van ‘pioniers’ zijn nog steeds drie medewerkers actief als rondleider. Het 25-jarig bestaan is op gepaste wijze door de huidige groep rondleiders gevierd. Er zijn 12 nieuwe rondleiders opgeleid, zij hebben succesvol het scholingsprogramma van 13 dagdelen gevolgd. Enkele rondleiders namen na jaren van trouwe inzet afscheid. Aan het eind van het jaar waren 48 rondleiders aan het museum verbonden. Het aantal vrije en betaalde rondleidingen is vrijwel gelijk gebleven en zijn er in totaal 1.073 rondleidingen verzorgd. Ruim 20.000 bezoekers hebben hiervan kunnen profiteren. De drukke maanden waren april, mei, juni, september en oktober. In een vreemde taal werden 170 rondleidingen verzorgd (voornamelijk Engels, vervolgens Duits en incidenteel Frans en Italiaans). Naast algemene rondleidingen zijn er specifieke: genoemd moeten worden de dinsdagavondrondleidingen in de zomervakantie in de kruidentuin en kwekerij (in totaal 414 bezoekers). Het aantal rondleidingen in het kader van inburgering bedroeg 32 met 504 deelnemers (in 2007: 691).
Marketing en Communicatie
Marketing Het seizoen 2008 stond in het teken van Relaties door de jaren heen. Het museum sloot hiermee aan bij de trend van het daten via internet, het flirten via MSN en SMS en de enorme aandacht voor het programma ‘Boer zoekt vrouw’. Tegenwoordig zijn er meer singles dan ooit tevoren. Een partner vinden is niet altijd even gemakkelijk. Hoe was het vroeger eigenlijk? Door middel van presentaties, evenementen en kinderactiviteiten kregen de bezoekers antwoord op vragen over de liefde in het verleden of werden ze aangemoedigd zelf te vertellen hoe het was. Er werd een tijdschrift over Relaties samengesteld met een echte liefdestest.
Promotie Er is een campagnebeeld van ‘twee amoureuze klompen’ontwikkeld voor het thema. Dit beeld werd als grote posters in Arnhem in driehoeksborden werd geplaatst en de stadsbussen werden er mee bestickerd. In samenwerking met ‘Made in Arnhem’ werden er 25.000 boomerangcards met kussende klompjes gemaakt en verspreid onder de doelgroep van 25-40 jarigen in café’s, theaters, bioscopen en sportverenigingen. Het speeddate-evenement werd met deze boomerangcards aangekondigd. In de winter werden er naast de A0 posters ook zeer grote billboards geplaatst langs snelwegen in de omgeving van Arnhem. Het campagnebeeld werd ook gebruikt in het cultuurblok TV Gelderland en in de Ster en Cultuur tv- spot. Deze laatste spot werd gemaakt in samenwerking met ‘Made in Arnhem’; het museum presenteerde zich hier samen met het Watermuseum en Burger’s Zoo. Het aantal bezoekers van de website is gestegen tot 303.787, een stijging van circa 6% ten opzichte van 2007. December was de drukst bezochte maand met 48.888 bezoekers, gevolgd door augustus met 42.949 bezoekers. Opvallend is dat de pagina met vacatures erg vaak geraadpleegd is: 95.019 keer ( wellicht een gevolg van het feit dat de vacature van algemeen directeur op de site stond). Er werd ook 4.414 keer doorgelinkt 30
a
vanuit de website www. culturele-vacatures.nl. Ook is er een stijging te zien op de educatieve pagina’s (42.687 pageviews) en de pagina’s die betrekking hebben op groepsproducten (150.704 pageviews). Via de website werden dit jaar 3.605 entreekaarten voor het museum verkocht. Er zijn diverse middelen ingezet om e-mailadressen van geïnteresseerden in het museum te verkrijgen. Op verschillende locaties, zoals op beurzen of bij de videozuil in het zomerprogramma en het videofilmpje in de winteropenstelling van het museum konden mensen hun e-mailadres achterlaten. Ook via de website van het museum en websites van andere organisaties of na afloop van een bezoek aan het museum werd men gestimuleerd om zich aan te melden voor een nieuwsbrief. In 2008 werden 105 nieuwsbrieven verstuurd naar de hoofddoelgroepen van het museum. Het e-mailadressenbestand is gegroeid tot 15.000 adressen. Het museum was ook dit jaar weer vertegenwoordigd op een aantal beurzen. Zo was het museum aanwezig op de Uitmarkt Amsterdam, de Uitmarkt Arnhem 2008, de 50+ beurs, de Infomarkt groepsidee NBTC, het Management Support Event en de Busidee beurs. Op de uitmarkt in Amsterdam werd het museumbier getapt. Naast de vele publiciteit rondom het thema Relaties door de jaren heen in het algemeen en in het bijzonder het speeddate evenement, stond het museum ook regelmatig in de belangstelling als het ging om het Nationaal Historisch Museum, het vertrek van algemeen directeur Jan Vaessen en de grote evenementen van derden Tijdens de winterperiode kreeg het museum de nodige aandacht op tv in de live uitzending Plein 5/NCRV (uitzending op 26 december), in Hallo Gelderland (live opname op 18 december) en in de dagelijkse uitzendingen van de ijsbaan in het museum op TV Gelderland. Bijzonder dit jaar was dat algemeen directeur Jan Vaessen gevraagd werd voor een aantal Gelderse programma’s: op 18 oktober een interview met Jan Vaessen in ‘De torenkamer’ met Peter van
Marketing en Communicatie
den Hout ; ‘Gelderland Zomerland’, waarin Jan Vaessen de kijker wekelijks mee op pad nam langs bijzondere gebouwen in Gelderland en tenslotte waarin hij vertelde over geschiedenis in ‘Wij Gelderlanders’. Dit jaar werd in opdracht van het museum een marktonderzoek uitgevoerd door het bureau Geerts & Jurgens uit Nijmegen. De 1.335 ondervraagde bezoekers die een digitale enquête retour stuurden, gaven het museum een 8,3, tegen een 7,8 voor de dagattractie die zij recent daarvoor bezochten. Dit laatste cijfer komt overeen met de waardering van ‘niet-bezoekers’ van het museum voor een recent bezochte dagattractie. Bezoekers schetsen een beeld van het museum als professioneel, uitnodigend, zeer geschikt voor kinderen en met een goede balans tussen vermaak en serieuze informatie. Een museum met een traditionele uitstraling en een breed aanbod aan activiteiten. Niet-bezoekers hebben een neutraal imago van het museum. Ook in een extern onderzoek wordt het museum hoog gewaardeerd. Uit de Dagattractiemonitor van GfK Panel Services Benelux, waarvoor 8.000 respondenten uit de GfK ConsumerJury zijn ondervraagd, blijkt dat het museum de op twee na best gewaardeerde Nederlandse dagattractie is en het hoogst gewaardeerde museum! (de Efteling staat op één met een rapportcijfer van 8.2 en Dierenpark Emmen volgt met een 8.1. De derde plaats wordt ingenomen door het Nederlands Openluchtmuseum met een 8,0). Zelfs de winteropstelling van het museum werd nummer één in top 5 ‘Er op uit in de kou’ (organisatie: vvv.nl).
Joint promotion Het jaarthema bood goede mogelijkheden voor samenwerkingsverbanden met verschillende sponsorpartijen, met name op het gebied van joint-promotion. Mede dankzij de BankGiro Loterij is het tijdschrift Relaties tot stand gekomen, dat tijdens het seizoen bij binnenkomst aan onze bezoekers werd uitgereikt. Met Intratuin Arnhem is een bijzondere samenwerking aangegaan, wat geleid heeft tot een geslaagde joint promotion in april en een spon32
a
soring in natura, zowel voor het thema als voor de winteropenstelling. En de ‘grootste speeddate aller tijden’ in april 2008 heeft geleid tot een uniek partnerschap met Dagblad De Pers. In het kader van het thema zijn er ook joint promotions geweest met ‘Made in Arnhem’ en RBT KAN. Daarnaast is er een barterdeal afgesloten met Wegener .
Sponsoring en fondsenwerving In april is de nieuwe speeltuin van het museum geopend. Deze speeltuin is mede tot stand gekomen met belangrijke steun van de Stichting Sam Klazes, de Vereniging Vrienden van het Nederlands Openluchtmuseum en Stichting Elise Mathilde Fonds. Met de jaarlijkse bijdrage van de BankGiro Loterij kon het langlopende project van verlevendiging van de vaste presentaties verder worden voortgezet. In 2008 is met deze bijdrage onder andere het vocalion uit 1897 in het Zeeuwse kerkje volledig gerestaureerd (het instrument is weer geheel bespeelbaar) en is de presentatie in de Bijenstal gerestaureerd en verlevendigd. Rondom het thema Migratie zijn in 2008 met verschillende partijen belangrijke contacten gelegd voor de realisatie van de Pottenbakkersgang. De eerste toezeggingen voor dit project zijn inmiddels binnen en in 2009 moet dit verder gestalte gaan krijgen. In november verscheen het boek over wagens en karren en de collectie van het museum. Deze uitgave is tot stand gekomen mede dankzij het Heslinga Publicatiefonds, het SNS Reaal Fonds, het Prins Bernhard Cultuurfonds, de Stichting Boekenfonds Elisabeth Grent/F.J.A.M. van der Helm en de J.E. Jurriaanse Stichting.
Bedrijvenkring In 2008 is regionale bedrijvenkring verder gegroeid en heeft zij drie nieuwe leden kunnen verwelkomen: Bakker Hydraulic, Stichting Kinderopvang SKAR en Aannemersbedrijf De Combi, vestiging Elst. Bakker Hydraulic is geen nieuwe sponsor, maar ondersteunt het museum al sinds 2001 met een
Marketing en Communicatie
vaste jaarlijkse bijdrage. Begin 2008 heeft Bakker Hydraulic dit omgezet in een driejarig lidmaatschap van de Bedrijvenkring. De overige leden van de bedrijvenkring zijn DHL, ING Bank District Arnhem – Nijmegen, Thieme groep - Roos en Roos, Grontmij – Technical Management, Kema Nederland BV, Akkermans Van Elten, Vivare, SigmaKalon Deco, Combine IT en Ahoud Schilders en Decorateurs. Sponsorgelden uit de bedrijvenkring zijn in 2008 besteed aan de realisatie van verschillende activiteiten ten behoeve van het seizoenthema .
Klachten Er zijn 155 meestal schriftelijke en digitale reacties ontvangen van individuele bezoekers, waarvan 90 als echte klachten aan te merken zijn (2007: 116, 2006: 111), 29 pluimen, 12 opmerkingen of suggesties en tenslotte 32 vragen. De winteropenstelling leverde in totaal 13 klachten op, dit aantal neemt sterk af. Er is nog steeds een constant dalende tendens in het aantal klachten per bezoeker (thans ongeveer 1 op de 5.000 bezoekers). Het accent van de klachten lag dit jaar op de kassa’s (de bezoeker wil steeds vaker geld terug), parkeren en toegang, klant(on)vriendelijkheid bij zowel museum als horeca en letselschade. Bij de winteropenstelling vallen op klachten over de horeca (kwaliteit en prijs). Opvallend bij de pluimen zijn de opmerkingen over de kwaliteit van het gebodene, klantvriendelijkheid, de winterprogrammering en de EHBO-voorziening. Steeds vaker wordt de opmerking gemaakt over het (te vroege) tijdstip van sluiten en het ontbreken van Engelstalige toelichting. Het museum beschikt over een digitaal enquêtesysteem voor groepsbezoek. Van de 734 ontvangen groepen hebben er 431 gereageerd. Ontvangen zijn ongeveer 100 opmerkingen en suggesties. De klachten en opmerkingen zijn vrijwel identiek aan die van vorig jaar en betreffen in hoofdzaak de ontvangst en wachttijden bij de kassa’s, onze interne coördinatie, de uitstaling van de tijdelijke voorziening bij de kasteelboerderij en de rondleidingen. De suggesties betreffen de bewegwijzering en de rolstoeltoegankelijkheid.
33
a
Commercie
a
Horeca De horeca-activiteiten worden in eigen beheer uitgevoerd, maar wel in de vorm van een aparte stichting. Vanuit een zevental locaties worden zowel individuele bezoekers als groepen voorzien van hun natje en droogje. De markt voor grootschalige evenementen, bruiloften en avondpartijen groeit nog streeds. Maar wat betreft de markt voor koffietafels voor groepen is het maximum wel bereikt. De poffertjeskraam heeft nog vóór de start van het winterseizoen zijn definitieve plaats gekregen aan de rand van het Zaanse plein. Deze van oorsprong ambulante kraam is aangepast voor gebruik het hele jaar door, dus ook in het winterseizoen. Gebleken is dat de nieuwe kraam een groot succes is en sterk bijdraagt aan de sfeer van het plein. Voor de groepenmarkt is het huidige restaurant te klein. Daarom wordt al enkele jaren gebruik gemaakt van een aanbouw in de vorm van een ‘vaste’ tent. Een onderzoek naar de uitbreidingsmogelijkheden zal in 2009 plaats gaan vinden. Groepen die gebruik maken van de horeca komen vanwege de ambiance, de locatie, de sfeer en in mindere mate vanwege de mogelijkheden tot het afnemen van enig museaal product. Toch is ook hiervoor een toenemende belangstelling. Elk jaar geeft het museum een banquetingmap uit. De kwaliteitscriteria van de horeca hebben betrekking op eigen productie, verse en authentieke producten en gerechten. Verder is het de bedoeling toe te gaan treden tot de markt van exclusieve diners voor grotere groepen.
Sales en reserveringen Er is gestart met het actief en zelf benaderen van de markt voor avondpartijen. De resultaten zullen pas in 2009 zichtbaar worden. Het aantal bruiloften in het museum stijgt jaarlijks. Speciaal voor dit segment is een nieuw product ontwikkeld. Ook hier zullen de effecten pas in 2009 merkbaar worden, temeer daar voor dit soort feestelijkheden een lange reserveringstermijn gebruikelijk is.
34
Het museum is locatie geweest voor een viertal commerciële evenementen. Op zaterdag 15 maart vierde de woningcorporatie Volkshuisvesting Arnhem haar 100-jarig bestaan in het museum. Meer dan 5.500 huurders, relaties en medewerkers deelden mee in de feestvreugde en genoten van een onvergetelijke dag! Op donderdag 5 juni 2008 vond in het Nederlands Openluchtmuseum het Techniek Toernooi 2008 plaats, de grootste landelijke techniekwedstrijd voor alle groepen van het primair onderwijs. Met dit toernooi willen de organisatoren de bètavakken onder de aandacht brengen van het primair onderwijs als leuk, spannend, leerzaam én essentieel voor onze kennissamenleving. Een paar duizend scholieren, hun begeleiders en supporters streden om de felbegeerde titel ‘Beste Techniekers van Nederland’. In totaal deden er ruim tweehonderd teams mee aan de techniekwedstrijd. Het Techniek Toernooi is een initiatief van de Nederlandse Natuurkundige Vereniging (NNV). In het jaar 1966 heeft de Unesco 5 oktober als World Teachers’ Day aangewezen.Het is een feestdag voor alle leerkrachten en is opgericht om de aandacht op het belang van goed onderwijs te vestigen en daar waardering voor uit te spreken. In het jaar 2007 werd in Nederland op initiatief van SBL (Stichting Beroepskwaliteit Leraren) een start gemaakt voor een concrete invulling voor deze dag. Dit leidde tot een tv-uitzending waarin de drie beste leerkrachten van het jaar werden gekozen. Ook in 2008 stond deze verkiezing weer op de agenda en werd er voor het eerst een speciale dag voor en door leraren georganiseerd. Op zondag 5 oktober, tijdens de Nationale Onderwijsweek, werden alle leerkrachten van Nederland uitgenodigd voor een bezoek aan het museum. Er werden workshops gegeven op diverse locaties rondom het thema ínspiratie. Het was slecht weer, toch was er een redelijke belangstelling, onder andere ook van minister Plasterk en minister van Bijsterveld. Op 19 november werd in het museum de Canonkaravaan gehouden. Tijdens dit congres werden docenten uit Gelderland voorgelicht over het gebruik van de vijftig vensters uit de canon van de commissie Van Oostrom. Het programma had
Commercie
a
een algemeen gedeelte met lezingen door Herman Beliën, lid van de commissie Van Oostrom, Jan Vaessen en Liesbeth Tonckens, consulente van Gelders Erfgoed. Daarnaast kon iedere deelnemer een keuze maken uit workshops en interactieve presentaties. De canon kreeg tijdens deze karavaandag een kunstzinnige interpretatie door de ‘Waterlanders’, een Wagenings kunstenaars/ theatermakers-collectief. Het congres werd georganiseerd door EDU-ART in samenwerking met het museum en werd mede mogelijk gemaakt door Gelders Erfgoed en Erfgoed Nederland.
Retail In december 2007 werd de werkende brouwerij geopend. Na één jaar proefdraaien en productie zijn de volgende resultaten te melden. Er zijn vijf soorten bier geproduceerd (wit bier, pils, Herfstbok, Dubbel en een speciaal bier voor de winter). De exploitatie sluit nagenoeg op nul, voor een eerste jaar een goed resultaat. Er is in totaal 130 hectoliter bier geproduceerd. In deze commerciële locatie werd zowel met de vaste medewerkers als ook met medewerkers en vrijwilligers uit de sector Presentatie en Educatie gewerkt. Er zijn plannen gemaakt om in 2009 buiten de grenzen van het museum het bier af te gaan zetten in een Arnhemse bar en in een Arnhemse bierspeciaalzaak.
36
Wat betreft de museumwinkel is besloten de grote wijzigingen in het concept te koppelen aan een gewenste aanpassing en verbouwing van het Entreepaviljoen. Dit zal pas naar verwachting in 2012 gaan plaatsvinden.Wel is er een speciaal presentatiemeubel ontwikkeld en in 2009 in gebruik genomen, waarbij meer en beter de relatie gelegd kan worden met museale producten en afgeleiden daarvan. In dit kader zijn er ook meer museale producten aan het bestaande assortiment toegevoegd. In samenwerking met de Vereniging Vrienden is een artikel gemaakt dat door de vereniging aan alle leden gegeven is. In het algemeen is de winkelomzet gestegen met ongeveer 10% en is de gemiddelde besteding gestegen tot € 0,76 per bezoeker. De verkoop van artikelen uit de merchandiselijn’t Goeye Goet is redelijk stabiel ten opzichte van het jaar 2007. Met uitzondering van bier en kaas (die goed gestegen zijn) blijven de overige artikelen op het niveau van 2007. In totaal zijn er nu acht artikelen die onder deze naam verkocht worden : stroop, papier, lijnolie, kaas, bier , touw, spijkers en theedoeken. De verkopen via de webwinkel zijn nog niet bemoedigend te noemen.
Facilitaire Zaken
a
Aanleiding
Arbo, milieu en veiligheid
In de Rijksmuseumperiode waren tal van facilitaire activiteiten ondergebracht in de afdeling Algemene Zaken. Na de privatisering raakten deze activiteiten, om diverse redenen, steeds meer versnipperd over meerdere afdelingen en bedrijfsonderdelen. Tegelijk breidde het aantal gebouwen met specifieke technische installaties zich steeds meer uit, kwamen er steeds meer presentaties met ieder hun eigen tentoonstellingsapparatuur en kreeg het museum specifieke bedrijfsinstallaties overgedragen. Daarnaast breidde de bedrijfshuisvesting zich steeds meer uit en groeide het ICT-gebruik enorm. Deze ontwikkelingen maakten een decentrale bedrijfsvoering steeds moeizamer. Daarom is besloten tot het oprichten van een sector Facilitaire Zaken, met daarin onder gebracht de personeelshuisvesting (inclusief de ondergrondse infrastructuur van het museumterrein en milieu), techniek ( met oa. klimaatinstallaties, alle AV en de trambaan), huishoudelijke dienst, beveiliging en receptie. Afhankelijk van de ontwikkeling zal ook de ICT in deze sector worden ondergebracht en zal centrale inkoop gestalte moeten gaan krijgen.
De uitvoering van het Arbo-beleid is wat achtergebleven. Met de aanstelling van een medewerkster begin 2009 speciaal voor Arbo-zaken zal een nieuwe impuls worden gegeven: uitvoering van bestaande zaken en actualisering. Wat betreft dit laatste is met name de nieuwe poffertjeskraam geheel geschikt gemaakt om ook gedurende de winteropenstelling in bedrijf te zijn. Wat betreft het veilig rijden met de trams wordt jaarlijks een veiligheidsonderzoek uitgevoerd, zowel technisch als naar het gedrag van tramvrijwilligers en de veiligheidsprotocollen. Het voldoen aan alle milieubepalingen blijft een hele opgave en vergt soms enige creativiteit van medewerkers en overheden. Het museum heeft een geldige milieuvergunning en er zijn nauwelijks milieu-incidenten geconstateerd. De 24-uurs beveiliging gaat weer uitgevoerd worden door een dubbele bezetting. Dit betekent dat overdag ook op het museumterrein direct een beveiligingsmedewerker aanwezig is. Er is een functionerende BHV-organisatie, gebaseerd op het vigerende calamiteitenplan. Het plan moet op een aantal punten geactualiseerd worden, ook in het kader van het uit te voeren beveiligingsplan. Ook voor de bezoekers heeft het museum een functionerende BHV/EHBO. In bijzondere gevallen wordt een beroep gedaan op extra EHBO-ondersteuning, zoals bij avondpartijen en gedurende de winteropenstelling (ijsbaan: permanente bezetting ter plaatse). Gedurende het jaar hebben zich ongeveer 15 zwaardere EHBOgevallen voorgedaan, met name tijdens de winteropenstelling (veelal de ijsbaan). Tenslotte hebben zich drie kleine bedrijfsongevallen bij de medewerkers voorgedaan.
Ontwikkeling tot nog toe In september kon een sectormanager worden aangetrokken. Zijn eerste taak was het realiseren van de eigen sectororganisatie en het herplaatsen en overplaatsen van medewerkers uit de diverse afdelingen van het museum, evenals het werven van nieuwe leidinggevenden. Op dit moment zijn alle vacatures vervuld, hebben grote delen van de sector hun vorm gekregen en kan het jaarplan 2009 in uitvoering worden genomen. In verband met de opening per 1 april 2009 is de dubbele bezetting van de beveiliging reeds gerealiseerd en zijn er plannen ontwikkeld om samen met de afdelingen Presentatie en Educatie mogelijk wangedrag van jongeren beter het hoofd te gaan bieden.
37
Personeel en Organisatie
Formatie De formatie van het museum bestaat uit een vaste kern, inclusief tijdelijke medewerkers en een aantal medewerkers dat op seizoen- of contractbasis voor een bepaalde periode of voor een bepaald aantal uren in dienst is. Deze periode kan binnen het kalenderjaar liggen, maar vanwege de winteropenstelling ook daarbuiten. Daarom is het lastig over een geheel jaar de precieze formatie aan te geven. Onderstaand overzicht is de situatie ultimo december. De horeca valt buiten dit overzicht. Vergeleken met het jaar 2007 is het aantal medewerkers gelijk gebleven, maar is het aantal fte’s iets toegenomen. De oorzaak hiervan is gelegen in het feit dat het museum inmiddels volledig een continubedrijf geworden is, waardoor een aantal tijdelijke contracten omgezet zijn in een vast contract en het vanwege de toegenomen productie noodzakelijk is meer (en soms nieuwe) uren in te zetten. Bij de medewerkers is de verhouding man-vrouw inmiddels weer omgedraaid: zowel bij de vaste als bij de tijdelijke medewerkers zijn de mannen nu in de meerderheid. Bij de vrijwilligers is de tram een uitgesproken mannenbolwerk, bij de andere vrijwilligers is de verhouding ongeveer fifty-fifty. Wat
2008
Totaal
Omvang formatie (fte)
147,5
Aantal medewerkers Verhouding m/v
230 123/107
Vrijwilligers:
360
Tram
105
Rondleiders
Presentatie en Educatie
Personen uit dienst gegaan
68
Verzuim:
38
Personeelszorg Het verzuim is wat opgelopen tot 3,9% (2007: 3.3%, 2006: 4,9%), ongeveer de helft van dit percentage wordt overigens veroorzaakt door enkele langdurig zieken. De frequentie van ziekmelding is verder gedaald tot 1.0 (2007: 1.3, 2006: 1.7): medewerkers melden zich steeds minder vaak ziek. Regelmatig is vanuit de betrokken Arbo-dienst de verzuimconsulent aanwezig geweest: elke medewerker kan zonder afspraak deze consulent raadplegen. De conclusie is dat het ingezette actieve verzuimbeleid tot goede resultaten leidt. Op het gebied van gastvrijheid worden medewerkers getraind in klantvriendelijkheid; dit jaar zijn de trammedewerkers en –vrijwilligers getraind. Het komt steeds vaker voor dat leerlingen van sommige (typen) scholen zich agressief gedragen of vernielin-
Vast
Tijdelijk
163
67
90/73
33/34
207 71
(excl. zwangerschap) frequentie ziekmelding langer dan 6 weken ziek
betreft de leeftijdsopbouw van de medewerkers en vrijwilligers zet de trend van verdergaan-de vergrijzing zich voort. Ten tijde van de privatisering in de periode 1987-1990 zijn grote aantallen 55+-ers vertrokken. Toenmalige medewerkers van middelbare leeftijd behoren inmiddels tot de de huidige categorie 55+-ers en dragen mede bij aan de optredende vergrijzing.
48
Personen in dienst gegaan
a
3,9% 1,0 1,9%
Personeel en Organisatie
gen aanrichten. Om dit te minimaliseren is een museumbreed gedragen plan ontwikkeld hier wat aan te doen. Een van de zaken die in het jaar 2009 zullen worden uitgevoerd is het trainen van alle publieksmedewerkers in (eigen) weerbaarheid en effectief optreden bij agressie. Wat betreft de interne communicatie vinden naast regulier werkoverleg de maandelijkse ‘maandagochtendbijeenkomsten’ plaats. Deze worden op een dusdanig tijdstip gehouden, dat ook seizoenmedewerkers en vrijwilligers aanwezig kunnen zijn. Daarnaast is dagelijks het dagblad verschenen met allerlei praktische informatie betreffende juist die dag. Het personeelsorgaan ‘Priori’ is vier maal verschenen; in tegenstelling tot het dagblad gaat het hierbij om meer inhoudelijke- en achtergrondinformatie, zoals het jaarthema of de winterprogrammering. Onderwerpen als bedrijfscultuur worden met enige regelmaat besproken in gezamenlijke bijeenkomsten met alle leidinggevenden. Deze kwartaalbijeenkomsten dienen ook voor het uitwisselen van informatie, het bespreken van de kwartaalresultaten of van inhoudelijke onderwerpen. Voor de uitvoering van haar presentatieve taken is het museum afhankelijk van de inzet van vrijwilligers. Het museum heeft een vrijwilligersbeleid vastgesteld en voert dit uit. De vrijwilligers worden vertegenwoordigd door een vrijwilligersplatvorm, waarin specifieke zaken kunnen worden besproken met de leidinggevenden van de betrokken afdelingen. Met name bij de tramvrijwilligers wordt extra aandacht besteed aan veiligheidszorg en is voor hen een leeftijdsgrens ingesteld van 75 jaar. Voor alle vrijwilligers loopt er een collectieve ongevallenverzekering.
Organisatie Om meerdere redenen is het noodzakelijk gebleken de organisatiestructuur aan te passen, het ging hierbij om principiële en ook heel praktische overwegingen om het werk zo efficiënt mogelijk te kunnen doen. Bestaande groepen zijn samengevoegd tot de sectoren Presentatie en Educatie enerzijds en Collecties en Beheer anderzijds. De horeca en bestaande commerciële activiteiten (zoals Sales en Reserveringen) zijn ondergebracht in één nieuw gevormde sector Commercie. Een belangrijke stap 39
a voorwaarts is gezet door de vorming van een aparte sector Facilitaire Zaken, met daarin opgenomen de huisvesting, schoonmaak, bewaking en beveiliging, receptie en een afdeling Techniek (klimaatinstallaties, AV en dergelijke). De voormalige groep Marketing en Communicatie is een stafafdeling geworden, de andere stafafdelingen zijn gehandhaafd. Wat betreft de administratieve organisatie zijn grote vorderingen gemaakt op het terrein van de AO/ IC. Gefocussed is op voortgang en continuïteit van de administratieve processen als geheel, waarbij meteen de aanbevelingen van de externe accountant konden worden uitgevoerd. Genoemd kunnen worden verbeteringen op het gebied van de betalingsorganisatie, afstemming tussen kassasystemen en de financiële administratie en het splitsen en opnieuw inrichten van de databases van de kassa’s van zowel museum als horeca. Dit heeft ertoe geleid dat onder meer maandelijks financiële rapportages kunnen worden gemaakt. Tevens is de bezetting van de administratie uitgebreid en zijn de werkzaamheden meer over de diverse medewerksters verdeeld. Daardoor is de afdeling minder kwetsbaar geworden bij ziekte en verlof.
Leeftijdsopbouw 2008
medewerkers: vrijwilligers:
Leeftijd onbekend < 24 25-34 35-44 45-54 55-64 65 >
Aantal 0 23 30 46 76 55 0 230
Aantal 33 11 7 11 25 114 159 360
Verkort financieel verslag
a
Balans per 31 december 2008
Activa Materiële vaste activa
2008 EUR 2.324.098
Totale vaste activa Voorraden Vorderingen Liquide middelen
155.589 1.097.735 9.577.080
Totale activa
Algemene reserve Bestemmingsreserves Bestemmingsfondsen
2007 EUR 2.276.631
2.324.098
Totale vlottende activa
Passiva
EUR
2.276.631 114.482 1.126.807 8.969.766
10.830.404
10.211.055
13.154.502
12.487.686
2008 EUR 1.071.654 1.214.806 5.661.754
Totale Eigen Vermogen
EUR
EUR
2007 EUR 1.378.493 1.112.080 5.040.221
7.948.214
EUR
7.530.794
Voorziening prepensioen 1.199.993 1.486.734 Voorziening pensioensparen 150.000 140.703 Voorziening jubileumgratificatie 92.000 96.879 Voorziening overig 145.000
Totale Voorzieningen Lening
1.869.316 1.169.057
Totale Langlopende schulden Schulden aan leveranciers Kortlopend deel langlopende schuld Gelieerde rechtspersonen Belastingen en premies sociale verzekeringen Pensioenlasten Overige schulden Overlopende passiva
Totale Kortlopende schulden
40
1.441.993 1.402.868
1.169.057 1.037.609 233.811 92.363
1.402.868 861.278 233.811 94.056
33.373
168.695 – 650.312 103.879
127.877 585.978 56.904 2.167.915
2.112.031
13.154.502
12.487.686
Verkort financieel verslag
a
Categoriale exploitatierekening 2008
2008 EUR
Begroting EUR
2007 EUR
3.946.767 68.216 511.799
3.687.500 100.000 512.000
3.994.274 57.915 458.974
4.526.782
4.299.500
4.511.163
Indirecte opbrengsten
540.283
592.000
521.317
Totale Opbrengsten
5.067.065
4.891.500
5.032.480
2.273.388
2.082.675 5.163.217
Baten - Publieksinkomsten - Sponsorinkomsten - Overige inkomsten Directe opbrengsten
- Onderdeel huren - Onderdeel exploitatiebijdrage
5.345.349
2.160.000 5.215.000
Subsidie Ministerie OCW CuNo
7.618.737
7.375.000
7.245.892
Overige subsidies/bijdragen
2.223.928
1.578.500
3.811.531
Totale Bijdragen
9.842.665
8.953.500
11.057.423
totale baten
14.909.730
13.845.000
16.089.903
6.646.892 573.724 2.053.317 13.861 5.694.784
6.050.000 590.200 2.036.000 7.000 5.451.800
5.820.782 580.491 1.987.464 2.821 6.844.179
14.982.578
14.135.000
15.235.737
Saldo rentebaten/-lasten Saldo bijzondere baten/-lasten
410.706 79.561
273.000 –
286.062 16.369-
exploitatieresultaat
417.419
-17.000
1.123.859
Lasten Salarislasten Afschrijvingen Huur Aankopen Overige lasten
totale lasten
41
Verkort financieel verslag
a
Toelichting
Materiële vaste activa
Algemeen Stichting het Nederlands Openluchtmuseum, Nationaal museum voor Nederlandse volkskunde, is gevestigd op de Schelmseweg 89, 6816 SJ te Arnhem. Het beleid van het Nederlands Openluchtmuseum is gebaseerd op de volgende doelstellingen: Het ontwikkelen en bevorderen van: • inzicht in de cultuur van het dagelijks leven; • kennis over onze nationale geschiedenis; • respect voor ons culturele erfgoed; • begrip voor eigen en andermans culturele identiteit door presentatie van de collecties die door het museum worden gevormd, beheerd en geïnterpreteerd. (bron: Ervaring delen. Beleidsplan 2005-2008)
Gebouwen en inventaris Alle museale gebouwen in gebruik bij Stichting Het Nederlands Openluchtmuseum zijn eigendom van de Staat der Nederlanden. Alle overige gebouwen worden gehuurd bij de RGD. In enkele gebouwen heeft de Stichting zelf geïnvesteerd. Deze investeringen en de overige inventaris worden lineair afgeschreven op basis van de verkrij¬gingprijs en de economische levensduur.
Het verkort financieel verslag 2008 geeft een overzicht van de belangrijkste financiële feiten van 2008. Voor gedetailleerde gegevens wordt verwezen naar de jaarrekening 2008 van Stichting het Nederlands Openluchtmuseum waarvan een exemplaar kan worden opgevraagd bij het directiesecretariaat van de Stichting.
Waarderingsgrondslagen Algemene grondslagen Het verkort financieel verslag is opgesteld overeenkomstig het handboek verantwoording cultuursubsidies musea van het Ministerie van OCW. Dit heeft tot gevolg dat het Eigen Vermogen wordt onderverdeeld in een algemene reserve, bestemmingsfondsen en bestemmingsreserves. Bijdragen die worden ontvangen en waaraan een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven door derden worden verantwoord in een bestemmings¬fonds. De mutaties op deze bestemmingsfondsen worden middels resultaatbestemming verwerkt in de jaarrekening.
Bedrijfsinstallaties Per 1 januari 2005 heeft het museum het economisch eigendom van de bedrijfsinstallaties om niet verkregen van het Ministerie van OCW. In overeenstemming met de gemaakte afspraken tussen de VRM en het Ministerie van OCW zoals uitgewerkt in de beschikking van 16 december 2004, dient er een waarde te worden toegekend aan deze bedrijfsinstallaties. Op basis van de door de RGD aangegeven vervangingswaarde en vervangingstermijnen is de boekwaarde per 1 januari 2005 en de economische levensduur van de verschillende installaties bepaald. Museale gebouwen en overige museale collectie De museale gebouwen en de overige museale collectie, welke ten tijde van de verzelf¬standiging aanwezig waren, zijn niet gewaardeerd. De museale gebouwen en de museale collectie zijn in bruikleen ontvangen van de Staat der Nederlanden. Kosten van onderhoud worden ten laste van de exploitatie van het Museum gebracht. Kosten van aanschaffingen inzake de overige museale collectie worden rechtstreeks ten laste van het resultaat gebracht. Parkeerterrein De inrichting van het parkeerterrein wordt gewaardeerd op verkrijgingprijs. De afschrijving is gebaseerd op de geschatte economische levensduur. Overige bedrijfsmiddelen Inventaris van kantoren en vervoermiddelen worden gewaardeerd op verkrijgingprijs. De afschrijving is gebaseerd op de geschatte economische levensduur.
42
Verkort financieel verslag
Bijzondere waarde vermindering van materiële vaste activa De stichting verantwoordt materiële vaste activa in overeenstemming met de in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen voor financiële verslaglegging. Volgens deze grondslagen dienen materiële vaste activa te worden beoordeeld op bijzondere waardevermindering wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de toekomstige netto kasstromen die het actief naar verwachting zal genereren. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte toekomstige kasstroom wordt een bedrag voor bijzondere waardevermindering ten laste van het resultaat geboekt voor het verschil tussen de boekwaarde en de reële waarde van het actief. Consolidatie van gelieerde rechtspersonen Stichting De Oude Bijenkorf kwalificeert als een gelieerde rechtspersoon. In overeenstemming met de bepalingen in het handboek verantwoording cultuursubsidies musea van het Ministerie van OCW wordt deze gelieerde rechtspersoon niet meegeconsolideerd. In plaats daarvan wordt de jaarrekening van deze rechtspersoon verstrekt aan het Ministerie. Voorraden Deze worden gewaardeerd tegen inkoopprijzen onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening voor incourantheid. Vorderingen Vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde, onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening wegens incourantheid.
a Bestemmingsfondsen Het gedeelte van het eigen vermogen welke wordt afgezonderd omdat daaraan een beperk¬tere bestedingsmogelijkheid is gegeven door derden. Bestemmingsfonds OCW OCW subsidie die nog niet is besteed aan de doeleinden waarvoor de subsidie is verstrekt dient opgenomen te worden in een bestemmingsfonds OCW. Bestemmingsreserves Het gedeelte van het eigen vermogen welke wordt afgezonderd omdat daaraan een beperk¬tere bestedingsmogelijkheid is gegeven door de directie. Voorzieningen Voorziening prépensioen De voorziening prepensioen wordt gevormd voor de uit de overgangsregeling per 1 januari 2002 voortvloeiende prepensioenverplichtingen, die in de in het voorjaar van 2006 tot stand gekomen CAO zijn omgezet in aanvullende ouderdomspensioenrechten. Voorziening pensioensparen De voorziening pensioensparen wordt gevormd voor de regeling welke de werknemers de mogelijkheid bood pensioen op te bouwen over (structureel) uitbetaald ORT. Voorziening jubileumuitkeringen De voorziening voor jubileumuitkeringen wordt gevormd voor de in de CAO opgenomen toekomstige jubileumuitkeringen. Voorziening overig De overige voorziening is gevormd voor een claim van een oud medewerker van het NOM en is gewaardeerd op nominale waarde.
Eigen vermogen Algemene reserve Het gedeelte van het eigen vermogen waartoe de daartoe bevoegde organen zonder belem¬mering door wettelijke of statutaire bepalingen kunnen beschikken voor het doel waarvoor de organisatie is opgericht. 43
Overige activa en passiva De overige activa en passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Resultatenrekening De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop deze betrekking hebben.
Verkort financieel verslag
Pensioenen Toegezegde bijdrageregeling Verplichtingen in verband met bijdragen aan pensioenregelingen op basis van toegezegde bijdragen worden als last in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarover de bijdragen zijn verschuldigd. Toegezegde pensioenregeling (garantieregeling prepensioen) De nettoverplichting van de Stichting uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen wordt voor iedere regeling afzonderlijk berekend door een schatting te maken van de pensioenaanspraken die werknemers hebben opgebouwd in ruil voor hun diensten in de verslagperiode en voorgaande perioden. Deze pensioenaanspraken worden gedisconteerd om de contante waarde te bepalen, en de actuele waarde van de fondsbeleggingen wordt hierop in mindering gebracht. De disconteringsvoet is het rendement per balansdatum van obligaties met een waardering van de kredietwaardigheid van AAA
a waarvan de looptijd de termijn van de verplichtingen van de Stichting benadert. De berekening wordt uitgevoerd door een erkende actuaris volgens de ‘projected unit credit’-methode. Resultaat bestemming De resultaatbestemming 2008 is als volgt: van het exploitatieresultaat van EUR 417.419 blijft na dotatie aan en onttrekking van bestemmingsfondsen en –reserves een exploitatieresultaat als basis voor bepalen “niet bestede OCW subsidie” van EUR -240.326 over. Op basis van de verhouding van de subsidie van het ministerie van OCW ten opzichte van de totale baten wordt dit resultaat verdeeld over het bestemmingsfonds OCW en de Algemene reserve (59%, 41%). Tevens heeft de directie besloten om in het kader van het 100 jarig bestaan van het museum in 2012 een bestemmingsreserve te vormen. Aan deze bestemmingsreserve is EUR 250.000 gedoteerd.
Resultaatbestemming
Exploitatieresultaat
2008 EUR 417.419
Dotatie bestemmingsfondsen/reserves Onttrekking bestemmingsfondsen/reserves
- 894.325 236.580
Exploitatieresultaat als basis voor bepalen “niet bestede OCW subsidie”
-240.326
Dotatie aan Bestemmingsfonds OCW Dotatie aan Bestemmingsreserve 100 jaar museum Dotatie aan Algemene reserve
141.793 -250.000 348.533 * -240.326
* Deze post bestaat uit EUR 98.533 uit hoofde van onttrekking van het exploitatieresultaat als basis voor het bepalen van de
niet bestede OCW subsidie en EUR 250.000 uit hoofde van het vormen van een bestemmingsreserve ‘100 jaar museum’.
44
Verkort financieel verslag - CBF
a
CBF
Eigen Vermogen
In 2006 heeft het museum het CBF-keurmerk als kansspelbegunstigde verworven. Het CBF stelt specifieke eisen aan de jaarverslaglegging. Dit is vastgelegd in artikel 17 van het reglement CBF, dat naar specifieke artikelen in de Richtlijn 650 “Verslaggeving Fondsen¬wervende Instellingen” verwijst. In het verkort financieel verslag worden de onderstaande punten nader gespecificeerd: •de onderverdeling van het Eigen Vermogen in vrij besteedbaar vermogen en vastgelegd vermogen; •het toelichten van de kosten en opbrengsten van de fondsenwervende activiteiten. De overige eisen m.b.t. het bestuursverslag, de begroting 2009, de gecombineerde balans en categoriale exploitatierekening van Stichting Het Nederlands Openluchtmuseum en Stichting De Oude Bijenkorf (horeca) en de verschillenanalyse realisatie versus begroting zijn opgenomen in de jaarrekening.
In het Eigen Vermogen dient een onderscheid gemaakt te worden in het vrij besteedbaar vermogen en het vastgelegde vermogen. Tot het vrij besteedbaar vermogen behoren de algemene reserve en de bestemmingsreserves. Tot het vastgelegde vermogen de bestemmings¬fondsen en de fondsen activa doelstelling en activa bedrijfsvoering. Fonds activa doelstelling is vermogen dat is vastgelegd in activa en direct en volledig wordt aangewend om de doelstelling te realiseren. Voor het museum bestaan de activa die worden toegewezen aan de doelstelling aan: apparatuur, gereedschap, vervoermiddelen, winkel¬inrichting, tramspoor en de voorraden. Fonds activa bedrijfsvoering is vermogen dat is vastgelegd in activa en wordt aangewend voor de bedrijfsvoering. Voor het museum bestaan de activa die worden toegewezen aan de bedrijfsvoering uit: computers, meubilair en overige inventaris.
Het Eigen Vermogen ziet er als volgt uit: 2008 EUR Vrij besteedbaar vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserves
2007 EUR
453.490 1.214.806
EUR 976.552 1.112.080
1.668.296 Vastgelegd vermogen Bestemmingsfondsen Fonds activa doelstelling Fonds activa bedrijfsvoering
Totaal Eigen Vermogen
45
EUR
5.661.754 403.822 214.342
2.088.632 5.040.221 268.432 133.509
6.279.918
5.442.162
7.948.214
7.530.794
Verkort financieel verslag - CBF
a
Fondsenwervende activiteiten
Accountantsmededeling
In 2006 heeft het museum het CBF-keurmerk als kansspelbegunstigde gekregen. In de regel¬geving van het CBF is het verplicht om aan te geven welke kosten en opbrengsten er specifiek gemoeid zijn met alleen fondsenwervende activiteiten. In 2007 zijn er op beperkte schaal activiteiten gepleegd in het kader van fondsenwerven. Het museum heeft 0,6 fte beschikbaar voor fondsenwervende- en sponsoractiviteiten. De totale salariskosten hiervan zijn EUR 43.675. Daarnaast worden door de directie en het hoofd marketing werkzaamheden verricht voor het binnenhalen van fondsen en sponsoren. In 2008 zijn voor het digitaliseren van de collecties subsidies verkregen van Het geheugen van Nederland en Metamorfose van in totaal EUR 156.927. Daarnaast is veel aandacht besteed aan het realiseren van het project migratie voor de komende beleidsperiode. Dit heeft geresulteerd in afspraken en toezeggingen van potentiële geldschieters en concreet een bijdrage van EUR 200.000 van het ministerie van VROM. Tevens heeft het museum wederom van de Bank Giro Loterij EUR 500.000 ontvangen voor verlevendiging van het museum.
Wij zijn van oordeel dat het verkort financieel verslag 2008 van Stichting het Nederlands Openluchtmuseum te Arnhem op juiste wijze is ontleend aan de jaarrekening 2008. Bij deze jaarrekening hebben wij op 15 april 2009 een goedkeurende accountantsverklaring verstrekt. Voor het inzicht dat vereist is voor een verantwoorde oordeelsvorming omtrent de financiële positie en de resultaten van de Stichting dient het verkort financieel verslag 2008 te worden gelezen in samenhang met de volledige jaarrekening waaraan deze is ontleend, alsmede met de door ons daarbij op 15 april 2009 verstrekte goedkeurende accountantsverklaring.
46
Arnhem, 15 april 2009 KPMG ACCOUNTANTS N.V. C. in’t Veld RA
Bijlagen
a
I Hoofdfunctie en relevante nevenfuncties leden van Directie en Raad van Toezicht *
Directie De heer dr. J.A.M.F. Vaessen Oud-directeur Nederlands Openluchtmuseum Voorzitter wetenschapscommissie Meertens Instituut te Amsterdam Lid beleidsgroep acquisitie NAI te Rotterdam Lid Algemeen Bestuur NMV te Amsterdam Lid advies commissie Mondriaan Stichting Mevrouw ing. A.M.C.J. Ponsioen Directeur Bedrijfsvoering Lid Raad van Toezicht Boekman Stichting Amsterdam Bestuurslid Kröller-Müller Fonds te Otterloo Lid Raad van Advies CASA te Arnhem Voorzitter Stedelijk Netwerk te Arnhem
Mevrouw N.Y. Albayrak-Temur Voorzitter Raad van Bestuur Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers Bestuurslid Atlantic & Exchange Program Juryvoorzitter Diversiteitsprijs Politie Nederland Lid Raad van Toezicht Medisch Centrum Haaglanden Lid Bestuur Oranje Fonds Lid Geletterdheidsforum A tot Z Mevrouw P.W. Kruseman Oud-directeur Amsterdams Historisch Museum Lid Raad van Toezicht Nationaal Historisch Museum Lid Raad van Toezicht Anne Frank Stichting Lid Bestuur Huis Marseille, museum voor hedendaagse fotografie Commissaris Triodos Cultuur Fonds Mevrouw drs. C.S. Shkolnik-Oostwouder MME Lid College van Bestuur Graafschap College Procesmanager Professionalisering MBO 2010 Lid Stichting Vrienden van het Slingeland Ziekenhuis Mevrouw prof. dr. E.A. van Zoonen Hoogleraar Media en Populaire Cultuur UvA
Raad van Toezicht De heer dr. A.H.E.M. Wellink President De Nederlandsche Bank Voorzitter Koning Willem I Stichting Penningmeester Raad van Toezicht Stichting Koninklijk Kabinet van Schilderijen Mauritshuis Voorzitter Raad van Toezicht Universiteit Leiden Lid Governing Counsil en Nederlandse General Counsil ECB De heer jhr. drs. D. Laman Trip Vice- voorzitter Raad van Toezicht en Raad van Commissarissen ANWB Counseller bij Top Executive Coaching Voorzitter Adviesraad EZ Microcredieten in Nederland Voorzitter Bio Vakantieoord te Arnhem Voorzitter Rosendaelsche Golfclub te Arnhem Voorzitter Stichting NDDO te Amsterdam Bestuurslid Arnhem Mode Biënnale Lid Raad van Advies Burgers’ Zoo te Arnhem Bestuurslid Stichting Koningsheide te Arnhem Penningmeester Day for Change te Amsterdam Lid Nicolai Broederschap te Arnhem
48
De heer drs. H.A. Doek Lid Eerste Kamer der Staten Generaal Lid Bestuur NJO: Nederlandse Orkest- en EnsembleAcademie te Apeldoorn Lid Bestuur Introdans te Arnhem Voorzitter Raden van Toezicht Geldersch Landschap/ Geldersche Kasteelen te Arnhem Voorzitter Raad van Toezicht Karakter te Ede Lid Vereniging Aegon N.V. te Den Haag Lid Raad van Toezicht Hannema de Stuers Fundatie te Heino/Zwolle Lid Bestuur Nederlands Kamer Opera Festival te Zwolle Lid Raad van Advies Nationaal Park de Hoge Veluwe te Hoenderloo Commissaris Robbers & Van den Hoogen B.V te Arnhem
De heer drs. J.P. de Jong Zelfstandige adviespraktijk ‘Achter de Duinen’ Lid Raad van Commissarissen Circulus B.V. te Apeldoorn Lid Raad van Toezicht HIVOS te Den Haag Vice-voorzitter Raad van Commissarissen Stichting Mitros Wonen te Utrecht Lid Raad van Toezicht Kunstgebouw te Rijswijk Voorzitter Voordrachtscommissie Vereniging Toezichthouders Woningsector Lid Raad van Commissarissen Twente Milieu N.V., tijdelijk belast met het bestuur van de onderneming
Bijlagen
a
De heer mr. G.H.N.L. van Woerkom Hoofddirecteur ANWB Voorzitter Effie-jury 2009 Voorzitter Jury ‘De Meest Markante Horecaondernemer’ Vice president FIA World Counsel for Auto, Mobility and Tourism Lid Dagelijks bestuur AW VN Lid Algemeen Bestuur VNO-NCW Lid Raad van Toezicht Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen Lid Raad van Toezicht Het Nederlands Watermuseum te Arnhem Lid Raad van Toezicht Internationale Hotelschool voor Hotelmanagement te Den Haag * Stand van zaken april 2009
II Profiel Raad van Toezicht Bij de samenstelling van de Raad is het een vereiste dat expertise op de volgende gebieden vertegenwoordigd is: • Algehele leiding, management en bestuur; • Personeelszaken en sociaal beleid, (één lid met deze expertise bij voorkeur te benoemen op voordracht van de OR); • Geschiedenis of Europese etnologie (beide in combinatie met museale affiniteit); • Openbaar bestuur; • Marketing en promotie • Toerisme en recreatie; • Interesse van consumenten van cultuur, jongerencultuur en nieuwe media; • (Basis- en voortgezet) onderwijs. Algemeen Gestreefd zou moeten worden naar een gelijke verdeling tussen manlijke en vrouwelijke leden, meer multiculturaliteit en een evenwichtige leeftijdsopbouw. De leden van de Raad functioneren/hebben gefunctioneerd in landelijke netwerken op het gebied van hun expertise en hebben affiniteit met het werkterrein van het Nederlands Openluchtmuseum.
49
Bijlagen
a
III Samenvatting Verantwoordelijkheidsverklaring
Governance Het museum heeft een CBF-keurmerk als kansspelbegunstigde. In haar nieuwe reglement heeft het CBF de Code Goed Bestuur voor Goede Doelen verwerkt. Een van de gevolgen is dat elke keurmerkhouder een Verantwoordelijkheidsverklaring op dient te stellen, welke het CBF toegezonden moet worden. De bedoeling van deze verklaring is dat de keurmerkhouder aangeeft hoe een drietal bestuurlijke principes in de betreffende organisatie zijn vorm gegeven. Deze principes zijn: • onderscheid tussen de functies toezicht houden, besturen en uitvoeren • het optimaliseren van effectiviteit en efficiency van de bestedingen • het optimaliseren van de omgang met belanghebbenden. Bestuur Het museum kent een tweehoofdig bestuur. Elk directielid heeft een eigen specifieke portefeuille. Beide directieleden zijn gezamenlijk bevoegd, één hunner treedt op als algemeen directeur. Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn geregeld in een directiereglement, vastgesteld door de Raad van Toezicht. Uitvoering Het museum stelt voor elke vier jaar een beleidsplan op, dat qua periode gelijk op loopt met de periode van subsidietoekenning door het Ministerie. Beleidsplan en prestatie-afspraken met het Ministerie zijn de basis van de uit te voeren werkzaamheden. Elk jaar stelt het museum hier van af geleid een werkplan en bijbehorende begroting op. Toezicht Het museum kent een strak systeem van toezicht houden op de voortgang en rapportages. Op het gebied van AO/IC is een verbeterprogramma in uitvoering. De externe accountant ziet hier op toe en doet over de voortgang verslag aan bestuur en toezichthouder. Als toezichthouder fungeert de Raad van Toezicht. Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn statutair geregeld. De Raad heeft een eigen reglement, evalueert zijn eigen functioneren en beoordeelt de bestuursleden. Toezicht op behoud en beheer van ’s Rijks collecties wordt uitgeoefend door de Erfgoed Inspectie van het Ministerie.
50
Besteding van middelen Inzet is met de toch beperkte middelen zo maximaal mogelijk de museale taken te kunnen uitvoeren. De basis van de werkzaamheden wordt gelegd door werkplan en begroting van het betreffende jaar. In termen van presentatie kent het museum een zomer- en een winterprogrammering. Doelstelling en resultaten worden in kadernota’s vastgesteld, evaluatie vindt na afloop plaats. Monitoring en bijsturing vindt op verschillende niveau’s plaats. Het museum kent een georganiseerde vorm van werkoverleg, vooral van belang als het gaat om onderlinge afstemming en planning van publieks-, educatieve- en onderhoudsactiviteiten. Nieuwe projecten/presentaties worden pas gerealiseerd zodra de financiering van zowel bouw en inrichting alsmede de kosten van tenminste 10 jaar exploitatie volledig gedekt zijn. Het museum kan niet functioneren zoals zij doet zonder de inzet van ruim 350 vrijwilligers. Het museum heeft een vrijwilligersbeleid vastgesteld, wat goedgekeurd is door de Raad van Toezicht. De belangen van de vrijwilligers worden behartigd via een vrijwilligersplatform. Belanghebbenden Bovenaan staat het Ministerie van OCW, als eigenaar van de collecties en als structureel subsidiënt (jaarverslaglegging, prestatie-afspraken). Huisvester van het museum is het Ministerie van VROM (de RGD, gestructureerd overleg). Met de gemeente Arnhem zijn veelvuldig contacten (eigenaresse van de gronden en bosopstanden, bestemmingsplannen, vele vergunningen , waaronder brandweer, horeca, milieu en bouwzaken). Het museum heeft een eigen beveiligingsdienst, daarom zijn er incidentele contacten met het Ministerie van Justitie (vergunning wet op de weerkorpsen). Voor de financiering van nieuwe projecten is het museum mede afhankelijk van fondsen, loterijen, sponsoren en overheden als de provincie Gelderland. Contacten worden gelegd via eigen speciaal hiervoor aangetrokken medewerkers. Sponsoring is maatwerk; het museum heeft een breed pakket aan tegenprestaties ontwikkeld. De bezoekers zijn een van de belangrijkste spelers, zij komen voor een plezierige dag en daar moet het museum voor zorgen. Daarom wordt er veel aandacht besteed aan gastvrijheid en het krijgen van inzicht in wat de bezoekers vinden (bezoekersonderzoek, maar ook een systeem van klachtenafhandeling). Dit geldt zowel voor individuele bezoekers als voor hen die in groepsverband komen. De groepenmarkt wordt voor het museum steeds belangrijker, daarom wordt veel aandacht besteed aan marketing en sales voor juist dit marktsegment.
a 52