Jaarverslag 2006 Stichting Pensioenfonds SNT
Datum rapport Auteur
19 juni 2007 Bestuur
Nummer/versie Telefoon
Concept
Profielschets Stichting Pensioenfonds SNT is een ondernemingspensioenfonds. Het pensioenfonds voert de pensioenregeling uit voor het personeel met een arbeidsovereenkomst van KPN Telecommerce B.V. (voorheen SNT Group N.V.). Als deelnemer wordt in het fonds opgenomen (tenzij in de arbeidsovereenkomst anders is bepaald) de werknemer van 22 jaar en ouder met wie een arbeidsovereenkomst is gesloten en de werknemer die door het bestuur als deelnemer in het fonds is toegelaten. Het beleid van het pensioenfonds wordt bepaald door het bestuur. De uitvoering van de pensioenregeling en het vermogensbeheer heeft het bestuur volledig uitbesteed aan TKP Pensioen B.V. Daarnaast maakt het bestuur gebruik van de werkzaamheden van de externe actuaris en accountant. Het overlijdensrisico en het arbeidsongeschiktheidsrisico zijn volledig herverzekerd bij Zwitserleven. Het pensioenfonds wordt bestuurd door zes bestuursleden. Drie bestuursleden (werkgeversleden) worden benoemd door de vennootschap. Drie bestuursleden worden benoemd door de Ondernemingsraad. Vanuit de werkgeversleden wordt de voorzitter benoemd. Vanuit de bestuursleden namens de deelnemers wordt de secretaris benoemd. De bestuursleden werken onafhankelijk van de benoemende partijen en zijn eindverantwoordelijk voor het beleid. Er is sprake van een paritaire stemmenverhouding. De pensioenregeling van Stichting Pensioenfonds SNT is een beschikbare premieregeling. De premie voor deze regeling wordt ingebracht door de werkgever en de deelnemers. De doelstelling van het pensioenfonds is het op lange termijn garanderen van de nominale pensioenrechten, alsmede het streven (voorwaardelijk: voor zover de middelen van het fonds het toelaten en afhankelijk van de dekkingsgraad) naar het gedurig welvaartsvast houden van ingegane pensioenen en premievrije pensioenaanspraken.
1
Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.1.4 4.1.5 4.1.6 4.1.7 4.2 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.2.4 4.3 4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4 4.4 4.4.1 4.4.2 4.4.3 4.4.4 4.4.4.1 4.4.4.2 4.5 5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.4.1 5.4.1.1 5.4.1.2 5.4.1.3 5.4.1.4 5.4.2 5.4.3 5.4.4 5.5 6. 6.1 6.2 6.3 6.4 7.
Kerncijfers Personalia Voorwoord Bestuursverslag Organisatie Algemeen Goed Pensioenfonds Bestuur Bestuursaangelegenheden Risicobeheer Deskundigheids- en integriteitstoets en opleiding Gedragscode Organisatie en uitvoering Financiering Financieel Toetsingskader Huidig financieringssysteem Premies en grensbedragen Ontwikkeling vermogenspositie Pensioenen Externe ontwikkelingen Pensioenregeling Dienstverlening aan deelnemers Bestandsontwikkeling Beleggingen Algemeen Beschikbare premieregeling Regulier vermogen Beleggingscategorieën Aandelen Vastrentende waarden Verwachte gang van zaken Jaarrekening Balans Rekening van baten en lasten Kasstroomoverzicht Toelichting op de jaarrekening Algemeen Wettelijke bepalingen Risicoparagraaf Netto-omzet Bestemming resultaat Waarderings- en berekeningsgrondslagen Specificaties van de posten van de jaarrekening Specificaties van de posten van de Rekening van baten en lasten Actuariële analyse Overige gegevens Accountantsverklaring Actuariële verklaring Informatie over de financieringsovereenkomst Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten Begrippenlijst
2
3 4 5 6 6 6 6 6 7 7 8 8 9 9 9 9 10 11 11 11 13 14 14 14 14 15 15 15 16 17 18 18 19 20 21 21 21 21 22 22 23 26 29 31 33 33 35 37 38 39
1.
Kerncijfers
Bedragen x € 1.000
2006
2005
2004*
30-09-2002 31-12-2003*
Aantal verzekerden Deelnemers, actief en voortgezet Gewezen deelnemers Ingegane pensioenen Totaal aantal verzekerden
3.334 1.203 83 4.620
2.998 839 23 3.860
3.492 349 2 3.843
1.430 79 0 1.509
Premie
5.849
7.333
5.240
2.263
117
94
10
10
1,71%
1,18%
n.v.t.
n.v.t.
17.755
13.369
6.051
1.638
16.333
12.684
5.310
1.449
639
788
199
18
542
372
338
50
17.692
13.318
5.704
1.503
1.094
501
294
29
265
133
100
0
16.333
12.684
5.310
1.474
150%
174%
215%
272%
Uitkeringen, afkoop pensioen en premierestitutie Indexatie Betreft ingegane pensioenen en premievrije rechten Beleggingen Balanswaarde waarvan uit hoofde van Beschikbare Premie Regeling Beleggingsopbrengsten Vermogenspositie Eigen vermogen (vpv rekenrente 4%) Pensioenverplichtingen VPV (rekenrente 4%) waarvan: VPV risico pensioenfonds VPV herverzekerd VPV risico deelnemers
Dekkingsgraad (rekenrente 4%) Eigen vermogen (vpv op marktwaarde) Pensioenverplichtingen VPV (marktwaarde)
350
13.340
waarvan: VPV risico pensioenfonds
522
VPV herverzekerd
134
VPV risico deelnemers
12.684
Dekkingsgraad (marktwaarde) * aangepast voor vergelijking
167%
3
2.
Personalia
Bestuur Benoemd namens de werkgever: Bestuurslid vanaf
Bestuurslid tot en met
Functie/in dienst van
bestuurslid
20-01-2006
01-09-2006
Manager ICT &
bestuurslid
01-09-2006
30-09-2008
Manager Human
drs. C.J. van Kempen
bestuurslid
01-01-2005
01-06-2007
Manager Financiën
drs. H. Smitshoek RA
bestuurslid
01-06-2007
30-09-2008
Manager Finance &
drs. J.G.A. Visser
voorzitter
01-07-2005
30-09-2008
Manager Operations
Bestuurslid vanaf
Bestuurslid tot en met
Functie/in dienst van
Naam
Functie bestuur
drs. ir. M.
in
Aarnoudse drs. B.M.B.E. van
Portfolio
den Eijnden-Goderie
Resources
Facilities
Benoemd namens de deelnemers: Naam
Functie bestuur
in
mw. P.M.L. Boersma-
bestuurslid
01-09-2006
30-09-2008
Teammanager SNT
mr. E.J.J. de Jong
bestuurslid
30-09-2002
01-09-2006
Manager Training &
M.R. Patijn
bestuurslid
20-01-2006
01-09-2006
HR Beleidsadviseur
mw. M.T. Roorda van
secretaris
30-09-2002
30-09-2008
Scripting
bestuurslid
01-09-2006
30-09-2008
Coördinator
Hersbach Scripting
Eijsinga mw. M.A.F. de WitBiermans
personeelsadministratie SNT
Management Het beheer van het fonds is opgedragen aan TKP Pensioen managementteam op 31 december 2006 als volgt is samengesteld: mr. F.F.F. de Beaufort, algemeen directeur E.J.W. de Bie RA, directeur pensioenen drs. A. Laning RA RC, financieel directeur mw. R. van Wijk, directeur beleggingen Beleggingscommissie De beleggingscommissie van TKP Investments bestaat uit: prof. dr. J.J. van Duijn, voorzitter prof. dr. R.A.H. van der Meer drs. J. Mensonides Adviseurs PricewaterhouseCoopers Accountants NV, extern accountant Watson Wyatt Brans & Co, extern actuaris
4
BV,
waarvan
het
3.
Voorwoord
De pensioenwereld is volop in beweging. De Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/Prepensioen en introductie levensloop (Wet VPL) is per 1 januari 2006 ingevoerd en na een jaar uitstel is het Financieel Toetsingskader (FTK) verplicht gesteld met ingang van 1 januari 2007. Op 1 januari 2007 is tevens de nieuwe Pensioenwet in werking getreden. In de Pensioenwet zijn de principes van Goed Pensioenfonds Bestuur zoals deze door de Stichting van de Arbeid zijn opgesteld, wettelijk verankerd. Belangrijk kenmerk van deze ontwikkelingen is toenemende eisen aan communicatie en transparantie. Aangezien de gemiddelde marktrente (rentetermijnstructuur DNB) per 31 december 2006 hoger lag dan 4%, is bij de vaststelling van de voorziening pensioenverplichtingen uitgegaan van een rekenrente van 4% overeenkomstig de ABTN. Voor de vaststelling van de voorziening pensioenverplichtingen per 31 december 2005 is uitgegaan van de rekenrente van 3,7%, aangezien de gemiddelde marktrente lager was dan de vaste rekenrente van 4%. Met ingang van 2007 zal van de gemiddelde marktrente uitgegaan worden bij de vaststelling van de voorziening pensioenverplichtingen. In 2006 was het rendement op beleggingen in totaal 4,3% (2005: 1,7%). Het rendement van de benchmark was 5,8%. Het beleggingsrendement van de totale portefeuille was 1,4% lager dan de benchmark. De dekkingsgraad is gedaald van 167% naar 150%. Deze daling wordt voornamelijk veroorzaakt door een stijging van de voorziening pensioenverplichtingen voor risico van het pensioenfonds. Het bestuur heeft eind 2005 besloten de ingegane pensioenen en de premievrije pensioenaanspraken (conform artikel 27 van het reglement) per 1 januari 2006 te indexeren met de ‘Consumentenprijsindex alle huishoudens’. De hoogte van de indexatie bedroeg 1,71%. Gelet op de financiële positie van het fonds, waren de middelen hiervoor toereikend. Per 1 januari 2007 heeft het bestuur, gelet de financiële positie van het fonds, besloten om de ingegane pensioenen en de premievrije pensioenaanspraken (conform artikel 27 van het reglement) te verhogen met 1,14% (Consumentenprijsindex alle huishoudens). Heldere communicatie naar alle belanghebbenden toe vindt het bestuur van groot belang. Omdat in een jaarverslag diverse vaktechnische begrippen gebruikt worden, is een begrippenlijst opgenomen in hoofdstuk 7. Hoewel er steeds zwaardere eisen worden gesteld aan het bestuur van een pensioenfonds, is het bestuur van mening over voldoende deskundigheid en draagvlak te beschikken voor het adequaat besturen van het fonds.
Zoetermeer, 19 juni 2007
drs. J.G.A. Visser, voorzitter
mw. M.T. Roorda van Eijsinga, secretaris
5
4.
Bestuursverslag
4.1
Organisatie
4.1.1
Algemeen
Het fonds draagt de verantwoording voor een goede uitvoering van de pensioenregeling voor (gewezen) deelnemers en gepensioneerden, in overeenstemming met wet- en regelgeving. De inhoud van de pensioenregeling is het resultaat van het overleg tussen CAO-partijen. Als bestuur zijn wij verantwoordelijk voor de verwezenlijking van de doelstelling van het pensioenfonds, de strategie, het beleid en de uitvoering hiervan.
4.1.2
Goed Pensioenfonds Bestuur
Goed Pensioenfonds Bestuur behelst het integer en transparant handelen door het bestuur, het geven van rekenschap, en het afleggen van verantwoording over het uitgeoefende toezicht. Het bestuur is zich bewust van zijn verantwoordelijkheid voor het goed besturen van het pensioenfonds en zal alles doen wat nodig is voor de handhaving van het vertrouwen in het pensioenfonds en de pensioensector. Vanuit diverse geledingen zijn aanbevelingen gedaan om te komen tot een invulling van het thema Goed Pensioenfonds Bestuur. De Stichting van de Arbeid heeft in 2005 een advies uitgebracht aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over dit onderwerp. Meest in het oog springende elementen daarin zijn de voorstellen om te komen tot een intern toezichthoudend orgaan en een orgaan waaraan het bestuur verantwoording af dient te leggen. De principes van Goed Pensioenfonds Bestuur gaan met ingang van 1 januari 2008 gelden. Wettelijke verankering van de principes heeft plaatsgevonden in de Pensioenwet. Het onderwerp heeft in 2006 de bijzondere aandacht van het fondsbestuur gehad. In de bestuursvergaderingen is veel gesproken over de invulling van zowel een verantwoordingsorgaan als het interne toezicht. Het bestuur heeft gekozen voor een visitatiecommissie als toezichthoudend orgaan. Het bestuur heeft tevens besloten om een verantwoordingsorgaan te kiezen van zes mensen (twee werkgeververtegenwoordigers, twee werknemervertegenwoordigers en twee vertegenwoordigers van gepensioneerden), bestaande uit drie vanuit SNT en drie vanuit KPN Contact. Het bestuur streeft er naar dat het verantwoordingsorgaan in de loop van 2007 kan starten.
4.1.3
Bestuursaangelegenheden
Het bestuur heeft in 2006 een aantal wijzigingen ondergaan. Per 1 september 2006 zijn mevrouw drs. ir. M. Aarnoudse (namens de werkgever), de heer mr. E.J.J. de Jong en de heer M.R. Patijn (namens de deelnemers) afgetreden als bestuurslid. Per diezelfde datum is mevrouw drs. B.M.B.E. van den Eijnden-Goderie benoemd als bestuurslid namens de werkgever. Mevrouw P.M.L. Boersma-Hersbach en mevrouw M.A.F. de Wit-Biermans zijn per 1 september 2006 door de Ondernemingsraad benoemd als bestuurslid namens de deelnemers. Per 1 juni 2007 is de heer drs. C. van Kempen (namens de werkgever) afgetreden
6
als bestuurslid. Per diezelfde datum is de heer drs. H. Smitshoek RA benoemd als bestuurslid namens de werkgever. Het bestuur is mevrouw Aarnoudse, de heer de Jong, de heer van Kempen en de heer Patijn erkentelijk dat zij deze functie voor het pensioenfonds hebben vervuld. Bestuurders hebben zitting voor een periode van drie jaren, met een maximum van twee zittingstermijnen. Bestuursleden zijn herbenoembaar. Een bestuurder benoemd ter voorziening in een tussentijds ontstane vacature heeft zitting voor de tijd die zijn voorganger nog te vervullen had. Het bestuur acht zich onafhankelijk in de uitoefening van zijn functie en zorgt ervoor dat alle belanghebbenden zich op evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen. Het bestuur vindt het belangrijk om inzicht te hebben in het eigen functioneren en beleid, evenals in de uitvoering van het reglement en het beleid van de uitvoeringsorganisatie. Om de twee jaar houdt het pensioenfonds een klanttevredenheidsonderzoek onder de deelnemers en gepensioneerden. In het verslagjaar is drie keer vergaderd. Participatie van bestuursleden bij de vergaderingen was van een goed niveau, per bestuursvergadering waren gemiddeld vijf van de zes bestuursleden aanwezig. In alle vergaderingen is het voor besluitvorming noodzakelijk quorum aanwezig geweest. Op de gebruikelijke pensioen- en beleggingsonderwerpen die in deze vergaderingen aan de orde zijn geweest, wordt nader ingegaan in de hoofdstukken Pensioenen en Beleggingen.
4.1.4
Risicobeheer
Belangrijke taak van het bestuur is het beheersen van de risico’s die het fonds loopt, te onderscheiden in beleggingsrisico’s, verzekeringsrisico’s (waaronder financiering en actuarieel) en operationele risico’s. In de paragrafen Beleggingen en Financiering wordt nader verantwoording afgelegd over het beleid van het bestuur hierin. In de jaarrekening is een afzonderlijke risicoparagraaf opgenomen waarin diverse risico’s nader worden beschreven. Tevens is in de jaarrekening de actuariële analyse opgenomen.
4.1.5
Deskundigheids- en integriteitstoets en opleiding
Het bestuur is van mening dat men voldoende deskundig is om zijn taak adequaat uit te voeren. De Nederlandsche Bank (DNB) heeft regels vastgesteld om besturen en directies van pensioenfondsen te toetsen. Concreet houden deze regels in dat bestuurders en directieleden van pensioenfondsen, voordat zij worden benoemd, worden getoetst op integriteit en deskundigheid door DNB. De bestuursleden van het pensioenfonds zijn getoetst en DNB heeft met de benoeming van alle voorgestelde bestuursleden ingestemd. Het bestuur vindt het belangrijk dat zijn deskundigheid op peil wordt gehouden, mede gezien de ontwikkelingen op pensioen- en beleggingsgebied. Het bestuur volgt hiertoe actief de voor het fonds relevante, nieuwe pensioenontwikkelingen. Tevens worden bestuursleden in de gelegenheid gesteld (vervolg)cursussen, seminars en themabijeenkomsten bij te wonen. De nieuwe bestuursleden hebben op 1 december een pensioencursus gevolgd, waarbij onder meer de volgende onderwerpen aan de orde zijn geweest: de Pensioen- en spaarfondsenwet, de fiscale aspecten
7
van pensioen, de financiering van pensioen, de pensioenregeling van STPS en pensioendocumenten, de nieuwe Pensioenwet en pensioencommunicatie. Daarnaast wordt er jaarlijks door de uitvoeringsorganisatie voor de bestuursleden een bestuurdersdag georganiseerd. In het verslagjaar heeft deze dag in het teken gestaan van de toekomst van het stelsel van pensioenvoorzieningen in Nederland, beleggen op lange en korte termijn, de visie van DNB op het FTK, indexatiematrix, pensioencommunicatie en het FTK in de praktijk. Bestuursleden worden gefaciliteerd om hun taak goed te vervullen.
4.1.6
Gedragscode
Het pensioenfonds beschikt over een gedragscode. Het doel van de gedragscode is het bijdragen aan het transparant en integer handelen van bestuurders ten behoeve van alle belanghebbenden en tot het waarborgen van de goede naam en reputatie van het pensioenfonds als marktpartij. De gedragscode bevat onder meer regels over hoe een bestuurslid moet omgaan met vertrouwelijke informatie, voorwetenschap, relatiegeschenken en het vervullen van nevenfuncties bij andere ondernemingen en instellingen. De voorzitter van het bestuur is belast met het toezicht op de naleving van de op grond van de gedragscode geldende bepalingen. De uitvoeringsorganisatie hanteert een gedragscode die gelijkwaardig is.
4.1.7
Organisatie en uitvoering
De uitvoering van het pensioenfonds is uitbesteed aan TKP Pensioen en TKP Investments, onderdelen van AEGON NV. Deze uitvoering behelst het administreren van pensioenen, vermogensbeheer en de integrale advisering van het pensioenfonds inzake het beleid op communicatie-, juridisch, fiscaal, actuarieel en beleggingsterrein. Besluitvorming over het beleid vindt plaats door het bestuur. De netto beheerskosten over 2006 bedroegen € 674.000,- tegenover € 679.000,over 2005, een daling van 0,7%. De vergoeding voor TKP Pensioen is mede gebaseerd op aantallen deelnemers en aantallen verrichtingen. Over 2006 is van TKP Pensioen een SAS70-rapport ontvangen met betrekking tot alle aan TKP Pensioen uitbestede pensioen- en vermogensbeheerprocessen. Dit rapport bevat een gedetailleerde beschrijving van de wijze waarop TKP Pensioen de kwaliteit van de dienstverlening waarborgt overeenkomstig de Amerikaanse norm voor de certificering van de interne beheersing ‘Statement on Auditing Standards number 70’. Op grond van dit rapport zijn wij van oordeel dat de kwaliteit van de procesvoering bij TKP Pensioen van hoog niveau is.
8
4.2
Financiering
4.2.1
Financieel Toetsingskader
In 2006 hebben zich opnieuw de nodige ontwikkelingen met betrekking tot de invoering van het Financieel Toetsingskader (FTK) voorgedaan. Met ingang van 1 januari 2007 is overgegaan op het FTK. De waardering van de pensioenverplichtingen vindt dientengevolge plaats op basis van marktwaarde. Het gevolg hiervan is dat de voorziening pensioenverplichtingen fluctueert door renteveranderingen. In het beleggingsbeleid en het indexatiebeleid zal hiermee rekening worden gehouden.
4.2.2
Huidig financieringssysteem
De premie voor de basisregeling bestaat uit een beschikbare premie die gebaseerd wordt op een leeftijdsafhankelijke staffel en een premie voor het partnerpensioen die per individu wordt bepaald. De premies voor de aanvullende modules worden per individu bepaald. Zowel het overlijdensrisico als het arbeidsongeschiktheidsrisico wordt volledig herverzekerd. Financieringsovereenkomst en ABTN Bij het oprichten van het pensioenfonds is overeengekomen dat de werkgever geen aanvullende betalingsverplichtingen ten aanzien van toegekende periodieke uitkeringen heeft wanneer de middelen van het fonds ontoereikend zijn ten opzichte van de verplichtingen.
4.2.3
Premies en grensbedragen
Voor 2006 golden de volgende premies en grensbedragen: - franchise van € 12.656; - de premie voor de beschikbare premieregeling wordt aan de hand van een leeftijdsafhankelijke staffel bepaald. Voor het partnerpensioen wordt separaat een premie in rekening gebracht; - de premie voor de aanvullende modules WIA-excedent en ANW-aanvulling worden per individu bepaald.
9
4.2.4
Ontwikkeling vermogenspositie
De samenstelling van het resultaat over het boekjaar 2006 kan als volgt worden weergegeven: 31-12-2006
31-12-2005
Resultaat op premie Resultaat op beleggingen Resultaat op kosten Resultaat op herverzekering Aanpassing actuariële grondslagen Overige resultaten Overgang rentetermijnstructuur
-1 9 10 129 0 23 22
55 3 0 7 -10 -21 -22
Resultaat boekjaar
192
12
Bedragen * € 1.000
Het resultaat is toegevoegd aan het eigen vermogen: Verloop eigen vermogen
31-12-2006 31-12-2005
Bedragen * € 1.000
Stand begin boekjaar Mutatie: Resultaat boekjaar Stand einde boekjaar
350
338
192 542
12 350
De voorziening pensioenverplichtingen voor risico van het pensioenfonds bedraagt ultimo 2006 € 1.094.000 (2005: € 522.000). De dekkingsgraad (eigen vermogen + voorziening pensioenverplichtingen risico pensioenfonds) / (voorziening pensioenverplichtingen risico pensioenfonds) komt ultimo 2006 uit op 149,5% (2005: 167,0%). Wanneer tevens rekening gehouden wordt met de herverzekerde verplichting van € 265.000 bedraagt de dekkingsgraad ultimo 2006 139,9% (2005: 153,3%).
10
4.3
Pensioenen
4.3.1
Externe ontwikkelingen
Pensioenwet Op 1 januari 2007 is de Pensioenwet, als vervanger van de Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW) in werking getreden. De herziening van de PSW werd noodzakelijk geacht vanwege de vele ontwikkelingen die zich sinds de invoering van de PSW (1953) op pensioenterrein hebben voorgedaan. De Pensioenwet heeft tot doel waarborgen te verschaffen voor financiële zekerheid, individuele zekerheid en uitvoeringszekerheid. In de Pensioenwet is het aantal informatievoorschriften drastisch uitgebreid. Het wetsvoorstel heeft de bijzondere aandacht van het bestuur gehad in 2006. Het pensioenreglement is aangepast aan de bepalingen in de Pensioenwet die al gelden met ingang van 1 januari 2007. Wet VUT, prepensioen en levensloop (VPL) Wet VPL is op 1 januari 2006 in werking getreden. Met deze wetgeving is de fiscale begeleiding van VUT-regelingen en pensioenregelingen met een eerdere ingangsdatum voor ouderdomspensioen dan de 65-jarige leeftijd, beperkt. Achterliggende gedachte van de overheid daarbij is het vergroten van de arbeidsparticipatie van voornamelijk oudere werknemers. De wet VPL heeft geleid tot wijzigingen in de pensioentoezegging voor bepaalde groepen deelnemers. Voor deelnemers die op 31 december 2005 deelnemer waren aan de 62-jaar pensioenregeling en geboren zijn na 31 december 1949 is de 62-jaar pensioenregeling vervangen door de 65-jaar regeling. Wet WIA Om het groeiende aantal arbeidsongeschikten te beperken is de WAO met ingang van 1 januari 2006 vervangen door de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). Voor het fonds heeft de invoering van WIA ertoe geleid dat het WAOaanvullingspensioen met terugwerkende kracht tot 1 januari 2004 niet meer van toepassing is. Het pensioenreglement is aangepast aan nieuwe arbeidsongeschiktheidswetgeving.
4.3.2
Pensioenregeling
De pensioenregeling is van kracht sinds 1 januari 2003 en vastgelegd in het Pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds SNT. De belangrijkste kenmerken van de pensioenregeling zijn: •
Basisregeling: • Beschikbare premieregeling met een leeftijdsafhankelijke premiestaffel. De standaard pensioendatum is 65 jaar. Het is mogelijk de pensioendatum te vervroegen (tussen 60 en 65 jaar); • In de beschikbare premie staffel is inbegrepen een opslag van 5% voor premievrijstelling bij invaliditeit; • De BPR-premie moet worden ingelegd in één van de zeven beleggingsdepots van pensioenfonds STPS met verschillende risicoprofielen. De risico’s zijn voor rekening van de deelnemer;
11
•
•
•
Op de pensioendatum wordt het BPR-saldo omgezet in een pensioenaanspraak tegen de dan geldende actuariële grondslagen waarbij rekening wordt gehouden met de solvabiliteitseisen van DNB; • Partnerpensioen op basis van 1,25% van de pensioengrondslag per deelnemersjaar, verzekerd op risicobasis. Aanvullende regelingen: De onderstaande regelingen zijn optioneel en de premies voor deze regelingen komen volledig voor rekening van de deelnemer: • Aanvullende regeling WIA-excedent voor de arbeidsongeschiktheidsdekking voorzover het salaris hoger is dan de WIA-loongrens; • Aanvullende regeling ANW-aanvulling voor de dekking van het ANW-hiaat; • Aanvullende regeling prepensioen geldend voor de werknemer die op 1 januari 2006 deelnemer was en die geboren is vóór 1 januari 1950, voor de periode tussen 62 jaar en 65 jaar en een aanvullende regeling partnerpensioen op basis van een leeftijdsafhankelijke premiestaffel; • De premies moeten worden ingelegd in één van de zeven beleggingsdepots van pensioenfonds STPS met verschillende risicoprofielen. Het beleggingsrisico is voor rekening van de deelnemer; • Op de pensioendatum worden de saldi omgezet in een pensioenaanspraak tegen de dan geldende actuariële grondslagen. Ingegane pensioenen kunnen per 1 januari worden herzien. Deze herziening is afhankelijk van de dekkingsgraad die behoort tot de ingegane pensioenen, en wel op de volgende wijze: • Indien de dekkingsgraad lager is dan het minimumniveau kan het bestuur besluiten tot vermindering van de ingegane pensioenen; • Indien de dekkingsgraad hoger is dan de minimale reservegrens kan het bestuur besluiten tot verhoging van de ingegane pensioenen. Deze verhoging zal niet uitgaan boven de ontwikkeling van de kosten van levensonderhoud uitgaande van het consumentenprijsindexcijfer voor alle huishoudens (oktober - oktober).
Aanpassing ingegane pensioenen De ingegane pensioenen en de premievrije pensioenaanspraken zijn per 1 januari 2006 aangepast, overeenkomstig het indexatiebeleid van het pensioenfonds. Kern van dit beleid is de voorwaardelijkheid van de indexatie. Dit betekent dat er geen recht op indexatie is en het ook op lange termijn niet zeker is of en in welke mate indexatie zal plaatsvinden. Omdat de dekkingsgraad per 1 januari 2006 hoger was dan het streefniveau, hebben wij besloten de ingegane pensioenen en de premievrije pensioenaanspraken per 1 januari 2006 te verhogen met de consumentenprijsindex ‘alle huishoudens’ (1,71%).
12
4.3.3
Dienstverlening aan deelnemers
Begin 2006 is de nieuwe pensioenregeling bekend geworden. In de ‘STPSpensioenkrant’ is uitgebreid aandacht besteed aan de deze nieuwe regeling. Pensioenopgave: opgebouwde stand in de oude pensioenregeling In maart is de pensioenopgave met opgebouwde stand per 31 december 2005 verstuurd. Pensioenopgave: te bereiken pensioenen in de nieuwe pensioenregeling De pensioenopgave aan de actieve deelnemers van de pensioenregeling is eind 2006 verstuurd op basis van de nieuwe pensioenregeling per 1 januari 2006. De pensioenopgave voldoet aan de richtlijnen van het landelijk verplichte het ‘Uniform Pensioenoverzicht (UPO)’. Aandacht voor Beleggingsrisico oudere werknemers De medewerkers die 50 jaar of ouder zijn en beleggen in de depots A en B (75% of meer aandelen) hebben een brief ontvangen over de risico’s bij beleggen in samenloop met de relatief korte beleggingshorizon. Vernieuwde website www.stps.nl Het pensioenfonds heeft al haar uitingen naar de doelgroep aangepast aan de nieuwe regelgeving. De website www.stps.nl volledig vernieuwd, waarbij iedere doelgroep met slechts een paar muisklikken specifieke informatie kan vinden. Tegelijkertijd met het verzenden van het ‘Uniform Pensioenoverzicht’ is de pensioenplanner op het afgeschermde gedeelte van de website beschikbaar gesteld. Instroom deelnemers vanuit pensioenfonds KPN Per 1 juli 2006 is een grote groep deelnemers (ruim 600 personen) opgenomen in de pensioenregeling van SNT. Deze deelnemers waren tot dat moment deelnemer waren bij pensioenfonds KPN. Deze deelnemers hebben de mogelijkheid gekregen om hun aanspraken bij pensioenpensioenfonds KPN over te dragen naar STPS. De meeste deelnemers hebben geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. Pensioenwet Op 1 januari 2007 is de Pensioenwet in werking getreden, als vervanger van de Pensioen- en spaarfondsenwet. In dezelfde periode is het communicatieplan 2007 geschreven, waarin onder andere de voorschriften vanuit de Pensioenwet zijn geconcretiseerd. Het jaar 2007 geldt als overgangsjaar.
13
4.3.4
Bestandsontwikkeling Stand ultimo vorig verslagjaar
Actieven
Bij
Stand ultimo verslagjaar
Af
2.929
887
567
Vutters
69
18
2
85
Slapers
839
500
136
1.203
23
75
15
83
Gepensioneerden
3.249
waarvan: ouderdomspensioen (incl TOP)
18
73
15
76
arbeidsongeschiktheidspensioen
2
1
0
3
partnerpensioen
3
1
0
4
wezenpensioen
0
0
0
0
3.860
1.480
720
4.620
Totaal:
4.4
Beleggingen
4.4.1
Algemeen
Voor de beleggingen van het fonds kan een onderscheid worden gemaakt tussen het vermogen uit hoofde van de beschikbare premieregeling en het reguliere belegde vermogen.
4.4.2
Beschikbare premieregeling
Het vermogen uit hoofde van de beschikbare premieregeling wordt naar keuze van de deelnemer belegd in één van de voor het fonds beheerde beleggingsdepots, met verschillende risicoprofielen. Zolang nog geen omzetting in pensioen of premievrije aanspraken heeft plaatsgevonden loopt het pensioenfonds geen risico ten aanzien van de tegenover dit vermogen staande verplichtingen. Over het gehele jaar bezien werd het hoogste rendement in depot A gerealiseerd. Per ultimo 2006 was in totaal circa € 16,3 miljoen belegd via de beschikbare premieregeling. Depot
Samenstelling
Omvang (bedrag in € 1.000)
Rendement 2006
A 100% aandelen, 0% obligaties 525 14,8% B 75% aandelen, 25% obligaties 591 11,6% C 50% aandelen, 50% obligaties 3.239 8,2% D 25% aandelen, 75% obligaties 2.955 4,1% E 0% aandelen, 100% obligaties 4.844 0,0% F 50% aandelen*, 50% obligaties 336 5,6% G 100% Money market fund 3.843 2,8% *) betreft aandelen die voldoen aan sociaal verantwoorde criteria.
14
4.4.3
Regulier vermogen
Het bestuur van het pensioenfonds stelt, voor het vermogen uit hoofde van het ingegane pensioen en de premievrije pensioenaanspraken (conform artikel 27 van het reglement) het strategische beleggingsbeleid vast. Vaststelling van het strategisch beleggingsbeleid vindt in beginsel telkens voor een periode van één jaar plaats. Het voor beleggingen beschikbare deel van het reguliere pensioenvermogen is vanaf het eerste kwartaal voor 33,3% belegd in het Money Market Fund, 33,3% in vastrentende waarden en 33,4% in aandelen. Het Money Market Fund heeft een zeer laag risicoprofiel en kan worden vergeleken met een spaarrekening. Resultaten 2006 Rendement Aandelen Vastrentende waarden Money market fund Totaal
2006 Portefeuille 10,9 -0,6 2,8 4,3
Benchmark 14,7 -0,5 3,1 5,8
Relatief -3,3 -0,2 -0,3 -1,4
De underperformance is grotendeels gelegen in de gemaakte transactiekosten. Omdat stortingen en onttrekkingen, in verhouding tot de omvang van het regulier belegd vermogen, op het moment van storten of onttrekken relatief groot zijn geweest, waren de met stortingen en onttrekkingen samenhangende transactiekosten uitgedrukt in een percentage ook relatief hoog.
4.4.4 4.4.4.1
Beleggingscategorieën Aandelen
Marktontwikkelingen De rendementen op de wereldwijde aandelenmarkten waren over het algemeen goed. Een belangrijke reden hiervan was de solide economische groei die de grootste regio’s beleefden, zij het dat de Amerikaanse economie tekenen van afkoeling begon te vertonen. De inflatie bleef laag, de renteniveaus waren historisch gezien laag en de bedrijfswinsten waren goed. De MSCI Wereld index (total return in euro’s) steeg met 8,2% in 2006. Hoge rendementen werden in Latijns Amerika en Euroland behaald. De Japanse aandelenmarkt presteerde relatief slecht, mede door de depreciatie van de yen.
15
Latijns Amerika Euroland Verre Oosten Verenigd Koninkrijk Hong Kong Canada Verenigde Staten Japan Wereld * MSCI All Countries World Index
t/m december 2006 Lokaal EUR 37,3 28,1 21,9 21,9 24,7 17,4 14,6 16,8 30,4 16,6 17,4 5,4 14,7 2,6 7,3 -5,0 8,2
Activiteiten De aandelenbeleggingen van het fonds vinden plaats via multi-manager fondsen die beheerd worden door TKP Investments, een 100% dochter van TKP Pensioen. De fondsen maken voor de aandelenselectie gebruik van gespecialiseerde externe vermogensbeheerders. De beheerders leveren de regionale expertise. Er wordt gestuurd op een evenwichtige verdeling van themamandaten, zodat een gematigd risicoprofiel ontstaat. 4.4.4.2
Vastrentende waarden
Marktontwikkelingen De kapitaalmarktrente (10-jaarsrente) in Euroland was in 2006 erg beweeglijk met een maximum van circa 4,2% en een minimum van circa 3,3%. Per saldo steeg de kapitaalmarktrente in 2006 met 68 basispunten tot 4,0%. De stijging van de lange rente werd grotendeels veroorzaakt door de versnelde economische groei, een toename in de groei van de geldhoeveelheid en de stijging van de korte rente. De renteniveaus zijn voor de huidige fase van de economie historisch gezien nog aan de lage kant. Activiteiten De vastrentende beleggingen vinden plaats via deelname in door TKP Investments beheerde fondsen. Naast het passieve fonds (staatleningen binnen Euroland) is er een “plus” fonds dat actief van aard is. Dit fonds heeft een multi-manager aanpak en streeft outperformance na met behulp van thema’s. De thema’s in de verslagperiode waren: staatsobligaties in Euroland, Amerikaanse bedrijfsobligaties, bedrijfsobligaties in Euroland, EMU convergentie landen en wereldwijde emerging markets schuldpapier.
16
4.5
Verwachte gang van zaken
Op 1 januari 2007 is het Financieel Toetsingskader (FTK) ingevoerd. Vanaf deze datum is het pensioenfonds overgegaan op waardering van de pensioenverplichtingen voor risico pensioenfonds tegen marktwaarde. Dit aspect van het FTK zorgt ervoor dat deze voorziening gaat fluctueren door renteveranderingen. De voorziening pensioenverplichtingen per ultimo 2006 is gewaardeerd tegen een vaste rekenrente van 4%, aangezien de gemiddelde marktrente per deze datum boven 4% lag. Indien tegen marktwaarde zou zijn gewaardeerd zou de voorziening pensioenverplichtingen voor risico van het pensioenfonds € 1.065.000 bedragen. De dekkingsgraad (exclusief de herverzekerde verplichting) zou bij marktwaardewaardering uitkomen op 153,6%, inclusief de herverzekerde verplichting op 143,0%.
Zoetermeer, 19 juni 2007 mw. P.M.L. Boersma-Hersbach drs. B.M.B.E. van den Eijnden-Goderie mw. M.T. Roorda van Eijsinga, secretaris drs. H. Smitshoek RA drs. J.G.A. Visser, voorzitter mw. M.A.F. de Wit-Biermans
17
5.
Jaarrekening
5.1
Balans 31-12-2006
31-12-2005
[1] [2] [3]
3.973 8.517 3.843 16.333
3.160 6.534 2.990 12.684
[4]
1.422
685
17.755
13.369
Bedragen x € 1.000 ACTIVA Beleggingen voor risico deelnemers Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal beleggingen voor risico deelnemers Beleggingen voor risico pensioenfonds Totaal beleggingen Herverzekerde rechten
[5]
265
134
Vorderingen en overige activa
[6]
284
600
18.304
14.103
542
350
TOTAAL ACTIVA
PASSIVA Eigen vermogen
[7]
Voorziening pensioenverplichtingen: voor risico deelnemers herverzekerd voor risico pensioenfonds Totaal voorziening pensioenverplichtingen
[8] [9] [10]
16.333 265 1.094 17.692
12.684 134 522 13.340
Schulden en overige passiva
[11]
70
413
18.304
14.103
TOTAAL PASSIVA
[] de tussen haken vermelde nummers verwijzen naar de toelichting op de balans op vanaf pagina 27.
18
5.2
Rekening van baten en lasten
Bedragen x € 1.000 BATEN Premie-inkomsten Beleggingsresultaten Waardeovernames Overige baten
[12] [13] [14] [15]
Totaal baten
2006
2005
5.849 639 3 6
7.333 788 1.365 0
6.497
9.486
4.352 117 866 296 0 674
7.636 94 576 471 18 679
6.305
9.474
192
12
LASTEN Mutatie voorziening pensioenverplichtingen Pensioenuitkeringen Waardeoverdrachten Herverzekeringscontract Overige lasten Uitvoeringskosten
[16] [17] [18] [19] [20] [21]
Totaal lasten Resultaat
[] de tussen haken vermelde nummers verwijzen naar de toelichting op de Rekening van Baten en lasten vanaf pagina 30.
19
5.3
Kasstroomoverzicht 2006
Bedragen x € 1.000 Pensioenactiviteiten Ontvangsten Premies en koopsommen Waardeovernames Overig
Uitgaven Pensioenuitkeringen Waardeoverdrachten Herverzekering Uitvoeringskosten en overige lasten
5.327 3 6 5.336
7.924 1.365 0 9.289
138 866 -68 655 1.591
84 576 1.411 689 2.760
Totale kasstroom uit pensioenactiviteiten Beleggingsactiviteiten Ontvangsten Directe beleggingsopbrengsten Verkopen (marktwaarde) resp. aflossingen beleggingen: Aandelen Vastrentende waarden Overig
Uitgaven Aankopen beleggingen: Aandelen Vastrentende waarden Toe- en uittredingskosten Totale kasstroom uit beleggingsactiviteiten Saldo van ontvangsten en uitgaven Liquide middelen primo boekjaar Liquide middelen ultimo boekjaar waarvan: voor risico deelnemers voor risico pensioenfonds
20
2005
3.745
6.529
0
31
731 2.381 92 3.204
811 634 36 1.512
1.263 4.450 7 5.720
2.532 4.065 12 6.609 -2.516
-5.097
1.229 3.348 4.577
1.432 1.916 3.348
3.843 734
2.990 358
5.4
Toelichting op de jaarrekening
5.4.1
Algemeen
5.4.1.1 Wettelijke bepalingen De jaarrekening is opgesteld volgens de voorschriften die zijn vastgelegd in Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, in het bijzonder Richtlijn 610 Pensioenfondsen. Op een aantal punten maakt het fonds op grond van artikel 362 lid 4 gebruik van de mogelijkheid om af te wijken van de voorschriften, omdat dit vereist is voor het verschaffen van een juist inzicht. Overigens is dit in overeenstemming met de Richtlijn voor de jaarverslaggeving. Dit betreft de volgende punten: • Beleggingen worden gerangschikt naar het onderliggende opbrengsten- en risicoprofiel, ongeacht de juridische vorm waarin de belegging plaatsvindt. • Voor de indeling van het kasstroomoverzicht is niet gekozen voor de standaard indeling naar kasstromen voortvloeiend uit operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. In plaats daarvan wordt onderscheid gemaakt naar kasstromen die voortvloeien uit de uitvoering van het pensioenreglement en die welke samenhangen met de beleggingsactiviteiten. 5.4.1.2
Risicoparagraaf
Beleggingen voor risico pensioenfonds De beleggingen worden beleidsmatig ingedeeld naar de aard van de beleggingsmandaten, waarbij overeenkomstig de vastgestelde strategische beleggingsmix drie categorieën worden gehanteerd, namelijk aandelen, vastrentende waarden en liquide middelen. Renterisico Renterisico is het risico wat optreedt bij wijzigingen in de beleggingen als gevolg van de wijziging van de marktrente. Kredietrisico Het kredietrisico dat wordt gelopen op de verschillende beleggingsmarkten waarin het pensioenfonds actief is, is beperkt, omdat weinig wordt belegd in schuldtitels van ondernemingen. Het tegenpartijrisico verbonden aan de inzet van afgeleide financiële instrumenten wordt op marktconforme wijze beheerst. Marktrisico Marktrisico wordt gelopen op de verschillende beleggingsmarkten waarin het pensioenfonds op basis van het vastgestelde ALM-beleid actief is. De beheersing van het risico is geïntegreerd in het beleggingsproces. Valutarisico Bij beleggingen in aandelen wordt de Amerikaanse dollar strategisch afgedekt naar de euro. Bij beleggingen in vastrentende waarden worden nagenoeg alle valuta strategisch afgedekt naar de euro. Van het totaal van de beleggingen voor risico pensioenfonds luidt omgerekend per saldo € 109.608 (ultimo 2005: € 49.244) het vreemde valutarisico niet afgedekt.
21
Verzekeringsrisico Verzekeringsrisico is het risico wat voortvloeit uit de mogelijke afwijkingen van actuariële inschattingen. In de actuariële analyse worden de afwijkingen geanalyseerd. Operationeel risico Operationeel risico is het risico wat optreedt bij de uitvoering van de pensioen- en beleggingsactiviteiten. Dit risico wordt afgedekt door het SAS70rapport dat het fonds van de uitvoerder TKP Pensioen ontvangt.
5.4.1.3 Netto-omzet De netto-omzet kan als volgt worden berekend (x € 1.000): 2006 5.849 8 5.857
Premie-inkomsten Directe beleggingsopbrengsten Totaal netto-omzet
2005 7.333 18 7.351
5.4.1.4 Bestemming resultaat Er zijn geen statutaire bepalingen betreffende de bestemming van het resultaat. Conform de bepalingen in de financieringsovereenkomst is het saldo van de rekening van baten en lasten over 2006 toegevoegd aan de algemene reserve.
22
5.4.2
Waarderings- en berekeningsgrondslagen
Algemeen De grondslagen zijn gericht op het weergeven van de economische posities. Belangen in door de uitvoerder van het fonds beheerde beleggingsfondsen worden naar rato van het belang hierin gewaardeerd op hun onderliggende marktwaarde en geclassificeerd bij de betreffende beleggingscategorie. De liquide middelen die deel uitmaken van portefeuilles in aandelen, vastrentende waarden en onroerend goed, zijn bij de betreffende beleggingscategorie vermeld. Conform de aanbeveling van de Raad voor de Jaarverslaggeving worden participaties met een beleggingskarakter niet aangemerkt als een groepsmaatschappij en/of deelneming. Voorzover niet anders wordt vermeld, worden de jaarrekeningposten gewaardeerd op nominale waarde. Valuta De jaarrekening is opgesteld in euro’s. Alle balansposten in vreemde valuta (inclusief valutatermijntransacties en currency futures) zijn in de jaarrekening omgerekend naar euro’s met de valutakoers ultimo het jaar. Mutaties in de loop van een jaar zijn omgerekend tegen de dagkoersen. De koersverschillen worden verwerkt onder de opbrengsten uit beleggingen. Aandelen De in de onderliggende fondsen begrepen aandelen, opties op aandelen en converteerbare obligaties zijn gewaardeerd tegen de beurswaarde per balansdatum. Tevens zijn hier, omgerekend tegen beurswaarde, opgenomen uitgeleende aandelen en shortposities in aandelen. Vastrentende waarden De in de onderliggende fondsen begrepen obligaties worden gewaardeerd tegen beurswaarde per balansdatum. Leningen op schuldbekentenis worden gewaardeerd tegen marktwaarde, berekend op de contante waarde van de toekomstige kasstromen volgens de actuele rentetermijnstructuur, rekening houdend met het risicoprofiel van de leningen. Herverzekerde rechten Dit betreft de vordering op de herverzekeraar inzake de herverzekerde pensioenaanspraken uit hoofde van arbeidsongeschiktheid, berekend op dezelfde grondslagen als de voorziening pensioenverplichtingen. Liquide middelen Dit betreft uitgezette en opgenomen deposito's en callgeld, alsmede direct opeisbare tegoeden in rekening-courant bij banken, inclusief de lopende interest per balansdatum. De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Vorderingen en kortlopende schulden Deze zijn gewaardeerd tegen nominale waarde verminderd met de noodzakelijk geachte voorziening voor oninbaarheid.
23
Eigen vermogen Algemene reserve Voor de algemene reserve is het weerstandsvermogen, zoals gedefinieerd in de ABTN, van belang. Nagestreefd wordt een eigen vermogen van 16,67% van de technische voorziening. Dit percentage is afhankelijk van de strategische assetmix. Voorziening pensioenverplichtingen Voor risico pensioenfonds Er wordt een voorziening aangehouden voor de pensioenverplichtingen als gevolg van pensionering, overlijden en arbeidsongeschiktheid. Tevens is er een voorziening gevormd voor latent partnerpensioen en extra pensioenopbouw. Aan de berekening van de voorziening pensioenverplichtingen en te hanteren premies en koopsommen liggen de volgende actuariële grondslagen en onderstellingen ten grondslag: • •
•
•
•
•
Een rekenrente van 4%, tenzij (vanuit prudentie) de relevante lange rente per balansdatum (2005: 3,75%) lager is dan 4%. Sterftekansen ontleend aan de tafels GBM/GBV 2000-2005 (2005: GBM/GBV 19952000) met een leeftijdsterugstelling van 2 jaar. Voor kinderen worden de sterftekansen verwaarloosd. Jaarlijks wordt vooruitlopend op de nieuwe overlevingstafel, een opslag op de voorziening berekend van 0,5% per verstreken jaar, sinds de laatste publicatie van de overlevingstafel. Zolang nog geen pensioenuitkering is ingegaan, wordt de voorziening voor partnerpensioen berekend met het onbepaalde partner systeem met een partnerfrequentie van 100%, voor gepensioneerden wordt de voorziening berekend m.b.v. het bepaalde partner systeem. Verder wordt verondersteld dat de man drie jaar ouder is dan de vrouw. Alleen voor ingegane wezenpensioenuitkeringen wordt een voorziening aangehouden. Voor wezen jonger dan 18 jaar wordt aangenomen dat het wezenpensioen voortduurt tot de 18-jarige leeftijd, voor wezen van 18 jaar of ouder tot de 27-jarige leeftijd. Voor arbeidsongeschikte deelnemers voor wie de pensioenopbouw zonder verdere betaling van bijdragen wordt voortgezet, wordt de voorziening pensioenverplichtingen gelijk gesteld aan de contante waarde van de in totaal bereikbare aanspraken. Aanspraken op arbeidsongeschiktheidspensioen en /of de WAO aanvulling worden niet in aanmerking genomen zolang het pensioen niet is ingegaan. Voor excassokosten wordt een opslag van 1% op de koopsom en premie respectievelijk de voorziening pensioenverplichtingen gelegd, ter dekking van toekomstige administratiekosten wordt de voorziening pensioenverplichtingen met 2% verhoogd.
Voor risico deelnemers Betreft de verplichtingen jegens verzekerden op grond van de Beschikbare Premie Regeling, voortvloeiend uit de ingelegde premies en het hierop behaalde beleggingsrendement. Herverzekerde deel Dit betreft de contante waarde van de herverzekerde pensioenaanspraken uit
24
hoofde van arbeidsongeschiktheid, berekend op dezelfde grondslagen als de voorziening pensioenverplichtingen en van de toekomstige premievrije inleg. Opbrengsten uit beleggingen Dit betreft de indirecte beleggingsopbrengsten uit hoofde van herwaardering van de beleggingsfondsen waarin geparticipeerd wordt en de directe beleggingsopbrengsten uit hoofde van inkomsten uit interest, onder aftrek van de beleggingskosten. Deze opbrengsten worden verwerkt in de periode waarop zij betrekking hebben. Het beleggingsrendement is de time weighted return berekend op dagbasis. Kosten Kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Overige baten en lasten Overige baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. Dit houdt in dat alle ontvangsten en uitgaven ook als zodanig worden gepresenteerd.
25
5.4.3
Specificaties van de posten van de jaarrekening
Bedragen x € 1.000 [1] Aandelen Stand begin boekjaar Aankopen Boekwaarde verkopen Beurs- en valutakoersverschillen Stand einde boekjaar Gemiddelde omloopsnelheid aandelen
2006
2005
3.160 359 0 454 3.973
1.096 2.464 -823 423 3.160
0,68
0,78
De verkrijgingsprijs van de aandelen per balansdatum is totaal € 4.362 De gemiddelde omloopsnelheid wordt gedefinieerd als het gemiddelde van aankopen en verkopen gedeeld door het gemiddeld vermogen.
Bedragen x € 1.000 [2] Vastrentende waarden Stand begin boekjaar Aankopen Boekwaarde verkopen en aflossingen Beurs- en valutakoersverschillen Stand einde boekjaar Gemiddelde omloopsnelheid Vastrentende waarden
2006
2005
6.534 2.088 -120 15 8.517
3.039 3.997 -611 109 6.534
0,38
0,45
De verkrijgingsprijs van de vastrentende waarden per balansdatum is totaal € 8.666 De gemiddelde omloopsnelheid wordt gedefinieerd als het gemiddelde van aankopen en verkopen gedeeld door het gemiddeld vermogen.
Bedragen x € 1.000 [3] Liquide middelen Participaties Money Market Fund
Totaal beleggingen voor risico deelnemers
Bedragen x € 1.000 [4] Beleggingen voor risico pensioenfonds: Aandelen Vastrentende waarden Participaties Money Market Fund Banken, rekening-courant Totaal De tegoeden bij banken staan ter vrije beschikking van het fonds.
26
2006
2005
3.843
2.990
16.333
12.684
2006
2005
348 340 339 395 1.422
157 170 72 286 685
2006 265
Bedragen x € 1.000 [5] Herverzekerde rechten
2005 134
Het aandeel van de herverzekeraar inzake arbeidsongeschiktheid heeft het karakter van een Langlopende lening en wordt voldaan door een jaarrente tot de pensioendatum van de betrokken deelnemers.
2006
2005
181
0
7 0 96 284
285 315 0 600
Bedragen x € 1.000 [7] Eigen vermogen ALGEMENE RESERVE Stand begin boekjaar Mutatie: Resultaat boekjaar Stand einde boekjaar
2006
2005
350
338
192 542
12 350
Bedragen x € 1.000 [8] Voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers Stand begin boekjaar Toevoeging boekjaar Stand einde boekjaar
2006
2005
12.684 3.649 16.333
5.310 7.374 12.684
Verloop voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers Stand begin boekjaar Inleg en waardeovernames Beleggingsresultaten Afname als gevolg van pensioneren Afname als gevolg van overlijden Waardeoverdrachten/afkopen Overige oorzaken Stand einde boekjaar
12.684 4.340 599 -366 -21 -875 -28 16.333
5.310 7.265 752 -101 -13 -585 56 12.684
Bedragen x € 1.000 [6] Vorderingen en overige Premies en koopsommen Herverzekeraar, claims arbeidsongeschiktheid 2004 Herverzekeraar, afrekening Herverzekeraar, claim 2006 Totaal einde boekjaar
activa overlijden en 2005 2005
en
27
Bedragen x € 1.000 [9] Voorziening pensioenverplichtingen voor risico pensioenfonds (herverzekerd) Stand begin boekjaar Toevoeging boekjaar Waardering marktwaarde (maximum 4%) Stand einde boekjaar
2006
2005
134 132 -1 265
100 33 1 134
Bedragen x € 1.000 [10] Voorziening pensioenverplichtingen voor risico pensioenfonds Stand begin boekjaar Toevoeging boekjaar Stand einde boekjaar
2006
2005
522 572 1.094
294 228 522
Verloop voorziening voor risico pensioenfonds Stand begin boekjaar Toename als gevolg van pensioneren Toename als gevolg van overlijden Koopsom extra opbouw pensioneren Benodigde intrest Uitkeringen/Afkopen Waardering marktwaarde (maximum 4%) Overige oorzaken Stand einde boekjaar
522 344 74 191 35 -100 -21 49 1.094
294 96 176 86 19 -15 21 -155 522
2006
2005
0 34 11 25 70
339 34 16 24 413
Bedragen x € 1.000 [11] Schulden en overige passiva Betreft: Restitutie werkgever premie WAOaanvulling 2004/2005 minus afrekening premie 2005 Kosten externe accountant/actuaris Afrekening fee TKP Overige schulden Totaal einde boekjaar
28
5.4.4
Specificaties van de posten van de Rekening van baten en lasten 2006
2005
5.175 0 674 5.849
6.794 -140 679 7.333
2006
2005
512 19 100 15 -7 639
500 234 36 30 -12 788
waarvan: Directe opbrengsten Indirecte opbrengsten
8 631
18 770
Bedragen x € 1.000 [14] Waardeovernames
2006 4
2005 1.365
Bedragen x € 1.000 [12] Premie-inkomsten Premie en koopsommen Inleg premie (BPR, prepensioen e.d.) Restitutie premie WAO-aanvulling 2004 Opslag voor uitvoeringskosten Totaal Premie-inkomsten
Bedragen x € 1.000 [13] Beleggingsresultaten Indirecte opbrengsten aandelen Indirecte opbrengsten vastrentende waarden Indirecte opbrengsten liquide middelen Directe opbrengsten liquide middelen Toe- en uittredingskosten Totaal
Betreft ontvangen koopsommen inzake waardeoverdrachten inclusief interest, waarvan in totaal ontvangen van Stichting Pensioenfonds KPN 1.316.
Bedragen x € 1.000 [15] Overige baten Interest overig Totaal
2006
2005
6 6
0 0
Bedragen x € 1.000 [16] Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers voor risico pensioenfonds (herverzekerd) voor risico pensioenfonds Totaal mutatie voorziening pensioenverplichtingen
2006
2005
3.649 131 572
7.374 34 228
4.352
7.636
29
Bedragen x € 1.000 [17] Pensioenuitkeringen Ouderdomspensioen Partnerpensioen Anw-aanvulling Afkoop pensioenen Premierestitutie Totaal
2006
2005
27 7 15 55 13 117
2 2 9 75 6 94
Bedragen x € 1.000 [18] Waardeoverdrachten
2006 866
2005 576
Betreft betaalde koopsommen inzake waardeoverdrachten inclusief interest, waarvan in totaal betaald aan Stichting Pensioenfonds KPN 494.
2006
2005
577 -43 0 -96 -11 0 -131 296
792 3 -115 -162 0 -13 -34 471
Bedragen x € 1.000 [20] Overige lasten Interest rekening-courant herverzekeraar Totaal
2006
2005
0 0
18 18
Bedragen x € 1.000 [21] Uitvoeringskosten Door TKP Pensioen in rekening gebrachte Tarieven inzake: Pensioenbeheer Vermogensbeheer
2006
2005
561 58 619 55 674
588 57 645 34 679
Bedragen x € 1.000 [19] Herverzekeringscontract Premie herverzekering Afrekening premie voorgaande jaren Restitutie premie WAO-hiaat 2004 Claim inzake overlijden Afrekening overlijden 2004/2005 Claim inzake arbeidsongeschiktheid Mutatie herverzekerde rechten (arb.ong.) Totaal
Overige kosten Totaal
De statutaire bestuurders van het fonds ontvangen geen bezoldigingen van het fonds voor de uitvoering van de functie als bestuurslid.
30
5.5
Actuariële analyse
Bedragen x € 1.000 Actuariële analyse voor risico pensioenfonds Resultaat op premie Resultaat op beleggingen Resultaat op kosten Resultaat op herverzekering Aanpassing actuariële grondslagen Overige resultaten Waardering marktwaarde (maximum 4%) Totaal resultaat
2006
2005
-1 9 10 129 0 23 22
55 3 0 7 -10 -21 -22
192
12
Het resultaat op herverzekering bestaat uit vier componenten: - De opslag in de premie voor premievrijstelling is groter dan de verschuldigde premie aan de herverzekeraar, dit levert een positief resultaat van € 38.000,-; - Voor de overleden deelnemers bleek het verzekerde kapitaal hoger dan de toename in de voorziening als gevolg van het overlijden voor een totaalbedrag van € 47.000,-; - In 2006 is een bedrag van € 43.000,- ontvangen van de herverzekeraar zijnde restitutie van teveel betaalde premie in voorgaande jaren. - Resultaat op arbeidsongeschiktheid ter grootte van € 1.000,Het resultaat op aanpassing actuariële grondslagen is dit jaar nihil. Dit wordt als volgt verklaard. Enerzijds is een toevoeging op de voorziening gedaan van 0,5%, zijnde de jaarlijkse toevoeging vooruitlopend op de nieuwe overlevingstafel. Anderzijds treedt een vrijval op als gevolg van de invoering van de nieuwe overlevingstafel. Het saldo van deze twee posten komt op nul uit. De post overige resultaten bestaat hoofdzakelijk uit resultaat als gevolg van pensioneren. Bij pensionering wordt het opgebouwde saldo sekseneutraal omgezet in aanspraak, waarbij rekening gehouden wordt met de door DNB vereiste buffers. Hierdoor zal in het algemeen de waarde van het aangekochte pensioen lager uitvallen dan het opgebouwde spaarsaldo, waardoor een positief resultaat resteert. Het resultaat van € 22.000,- inzake overgang rentetermijnstructuur wordt veroorzaakt door de overgang van waardering op basis van de rentetermijnstructuur 31-12-2005, met een gemiddelde lange rente van 3,75%, naar waardering tegen een vaste rekenrente van 4%. Zoetermeer, 19 juni 2007 Mw. P.M.L. Boersma-Hersbach drs. B.M.B.E. van den Eijnden-Goderie mw. M.T. Roorda Van Eijsinga, secretaris drs. H. Smitshoek RA
31
drs. J.G.A. Visser, voorzitter mw. M.A.F. de Wit-Biermans
32
6.
Overige gegevens
6.1
Accountantsverklaring
Aan het bestuur van Stichting Pensioenfonds SNT Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag op pagina 20 tot en met 34 opgenomen jaarrekening 2006 van Stichting Pensioenfonds SNT te Groningen bestaande uit de balans per 31 december 2006 en de staat van baten en lasten over 2006 met de toelichting gecontroleerd. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 boek 2 BW. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controleinformatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico's van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de stichting. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de stichting heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
33
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Pensioenfonds SNT per 31 december 2006 en van het resultaat over 2006 in overeenstemming met Titel 9 boek 2 BW. Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften van regelgevende instanties Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e BW melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam. 19 juni 2007
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. M. van Ginkel RA
34
6.2
Actuariële verklaring
Opdracht Ingevolge de mij door Stichting Pensioenfonds SNT te Zoetermeer verleende opdracht tot actuariële certificering is de financiële positie per 31 december 2006 van het fonds door mij beoordeeld ten opzichte van de actuariële risico’s die het fonds loopt. Tevens zijn de overige taken, voor de certificerend actuaris voortvloeiend uit de wet, door mij vervuld. Gegevens De gegevens, waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door het pensioenfonds. Overeenkomstig de rihtlijn ‘Samenwerking tussen accountant en actuaris ter zake van de controle van verantwoordingen van verzekeringsinstellingen’ heeft de accountant van het fonds mij Geïnformeerd over de betrouwbaarheid en de volledigheid van de administratieve basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeelsvorming van belang zijn. De opgebouwde pensioenaanspraken en –rechten behoren tot de genoemde administratieve basisgegevens. Voor de toetsing van de fondsmiddelen en voor de beoordeling van de financiële positie heb ik mij gebaseerd op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening 2006. Werkzaamheden Bij de actuariële beoordeling van de financiële positie zijn conform artikel 10b van de Pensioen- en Spaarfondsenwet de aangehouden voorziening pensioenverplichtingen en de overige verzekeringstechnische voorzieningen door mij onderzocht. De uitgangspunten, grondslagen en methoden, die zijn toegepast bij de vaststelling van de verzekeringstechnische voorzieningen, respectievelijk bij de voorbereiding van de uitgevoerde toetsen van de toereikendheid van de fondsmiddelen, heb ik beoordeeld. De berekeningen voor de vaststelling van de voorzieningen en die voor de uitgevoerde toetsen zijn zowel globaal als steekproefsgewijs door mij beoordeeld. Deze beoordelingen zijn zodanig gepland en uitgevoerd, dat met een redelijke mate van zekerheid kan worden gesteld dat de desbetreffende berekeningsresultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. Voorts heb ik de financiële opzet van het pensioenfonds beoordeeld. De mate van zekerheid waarmee het pensioenfonds de tot balansdatum opgebouwde pensioenverplichtingen zal kunnen nakomen is door mij geëvalueerd. De beschreven werkzaamheden zijn in overeenstemming met binnen het actuariële beroep geldende normen en gebruiken, en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor het hierna te geven oordeel. Oordeel De bevindingen van de accountant ten aanzien van de door het fonds verstrekte administratieve basisgegevens zijn zodanig dat die gegevens door mij als uitgangspunt van de daarop voortbouwende en de door mij beoordeelde berekeningen zijn aanvaard.
35
Voorzieningen Hiermede verklaar ik mij te kunnen verenigen met het geheel van methoden en gronslagen voor de berekening van de voorziening pensioenverplichtingen en de overige verzekeringstechnische voorzieningen. Deze voorzieningen zijn, met inachtneming van artikel 9a van de Pensioen-, en spaarfondswet, getoetst uitgaande van door mij realistisch geachte grondslagen. Naar mijn oordeel is de hoogte van de in de jaarrekening genoemde voorziening en de overige verzekeringstechnische voorzieningen, als geheel bezien, per balansdatum prudent. Toetsing van de fondsmiddelen aan criteria van DNB De toets conform de richtlijnen van DNB wijst uit dat de op balansdatum aanwezige middelen van het pensioenfonds ten minste gelijk zijn aan de door DNB voor de ondergrens gestelde norm. Gemeten naar deze maatstaf is ten aanzien van de verplichtingen, aangegaan tot de balansdatum, dus sprake van dekking. De totale reserves bij het pensioenfonds zijn op de balansdatum ten minste gelijk aan de daartoe door DNB gestelde norm. Financiële positie van het pensioenfonds Bij mijn beoordeling van de financiële positie is bepalend de mate van waarschijnlijkheid dat het pensioenfonds zal kunnen voldoen aan de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum. De financiële positie van Stichting Pensioenfonds SNT is naar mijn mening voldoende, mede gelet op het voorwaardelijk zijn van toeslagen.
Apeldoorn, 19 juni 2007
ir. drs. G. Veluwenkamp AAG verbonden aan Watson Wyatt B.V..
36
6.3
Informatie over de financieringsovereenkomst
Bij het oprichten van het pensioenfonds is overeengekomen dat de werkgever geen aanvullende betalingsverplichtingen ten aanzien van toegekende periodieke uitkeringen heeft wanneer de middelen van het fonds ontoereikend zijn ten opzichte van de verplichtingen. In 2006 is de financieringsovereenkomst en de Actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN) aangepast aan de nieuwe wetgeving inzake arbeidsongeschiktheid.
37
6.4
Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten
Het bestuur bestaat uit een even aantal, maar ten minste uit vier personen. KPN Telecommerce BV (voorheen SNT Group NV) heeft statutair het recht om ten minste twee bestuursleden, waaronder de voorzitter, te benoemen. De Ondernemingsraad van KPN Telecommerce BV heeft statutair het recht om ten minste twee bestuursleden, waaronder de secretaris, te benoemen.
38
7.
Begrippenlijst
ABTN Afkorting voor Actuariële en Bedrijfstechnische Nota. In deze, door de wet verplicht gestelde nota, wordt het beleid van het fonds beschreven op het gebied van financiering, beleggingen, pensioenen en indexering. Actuariële analyse In deze analyse wordt de invloed verklaard van opgetreden verschillen tussen de actuariële grondslagen en de werkelijke ontwikkelingen. Asset Liability Management (ALM) Het in kaart brengen van de onderlinge samenhang van pensioenverplichtingen, premiebeleid en beleggingsmix. Met behulp van ALM-simulatiemodellen worden beelden geschetst van de kansen en bedreigingen voor het pensioenfonds in diverse economische scenario’s. Beleggingsdepot Ten behoeve van de beschikbare premieregeling en/of de regeling individueel pensioensparen heeft een deelnemer de keuze uit diverse beleggingsdepots. Elk beleggingsdepot heeft een bepaald risicoprofiel en daarbij behorende samenstelling van aandelen, obligaties en geldmarktinstrumenten. Beleggingsfonds Instelling die geld van derden belegt in aandelen of andere beleggingssoorten. Beleggingsmix De verdeling van beleggingen over verschillende beleggingscategorieën, bijvoorbeeld aandelen, vastrentende waarden, alternatieve beleggingen en overlay strategieën. Ook wel beleggingsportefeuille. Beleggingshorizon Periode waarover wordt belegd. Benchmark Representatieve herbeleggingsindex waartegen de prestaties van de beleggingsportefeuille worden afgezet. Beschikbare premie regeling (BPR) Deelnemers bouwen pensioen op in de beschikbare premieregeling. De premie wordt gestort in een beleggingsdepot van eigen keuze. Code Tabaksblat De Nederlandse Corporate Governance Code. Dekkingsgraad De dekkingsgraad is de verhouding tussen de netto activa en de voorziening pensioenverplichtingen, uitgedrukt in een percentage. Dit verhoudingsgetal geeft aan in hoeverre op lange termijn de pensioenverplichtingen kunnen worden nagekomen. De netto activa zijn het saldo van het belegde vermogen, de andere activa en de schulden.
39
DNB De Nederlandsche Bank. Eigen vermogen Buffer om mogelijke waardedalingen van de in het fonds aanwezige middelen op te vangen. Pensioenfondsen zijn verplicht om te beschikken over een voldoende grote buffer. Met een toereikendheidstoets kan jaarlijks worden vastgesteld of het eigen vermogen groot genoeg is. Financieel Toetsingskader (FTK) De door de Nederlandsche Bank uitgevoerde methodiek voor toetsing van de financiële opzet en toestand van pensioenfondsen die vanaf 1 januari 2007 verplicht worden. Franchise Het deel van het salaris dat niet wordt meegenomen bij het berekenen van de pensioengrondslag. Gemiddelde omloopsnelheid De gemiddelde omloopsnelheid wordt gedefinieerd als het gemiddelde van aankopen en verkopen gedeeld door het gemiddelde vermogen. Marktwaarde De marktwaarde is het bedrag waarvoor recht of een verplichting kan worden afgewikkeld tussen terzake goed geïnformeerde partijen, die tot een transactie bereid en onafhankelijk van elkaar zijn. Outperformance/underperformance Het rendement dat een vermogensbeheerder heeft behaald over een door hem beheerde portefeuille ten opzichte van het rendement van de benchmark. Pensioenplanner Een internettoepassing waarmee deelnemers inzicht hebben in hun opgebouwde pensioenrechten en berekeningen kunnen maken op basis van (mogelijke) veranderingen in persoonlijke en/of werksituatie. Pensioenwet Naar verwachting zal de huidige PSW op 1 januari 2007 worden vervangen door de Pensioenwet. De Pensioenwet heeft tot doel de waarborgen te verschaffen voor financiële zekerheid, individuele zekerheid en uitvoeringszekerheid. Pension fund Governance Goed pensioenfonds bestuur, waarbij integer en transparant handelen door het bestuur en het toezicht daarop zijn inbegrepen. Daarbij legt het bestuur verantwoording af over het gevoerde beleid. Quorum Het quorum is het aantal leden dat aanwezig moet zijn in een vergadering om geldige besluiten te kunnen nemen
40
Waardeoverdracht(en) Het naar een andere pensioenregeling overdragen van de waarde van het opgebouwde pensioenrecht.
41
Colofon Uitgegeven door Stichting Pensioenfonds SNT Stationsplein 9, Groningen Correspondentieadres: Postbus 501 9700 AM GRONINGEN Telefoon 050 582 19 90 Fax 050 313 82 01 website www.stps.nl emailadres
[email protected]
Realisatie TKP Pensioen BV Postbus 501 9700 AM GRONINGEN
42