Inleiding Internet In Voorbereiding Interessant Introductie Interview Ingezonden Inzicht Intern Instroom Interactie Intercity Intersectie Itching Inzage
Inventief Intijds Internationaal Iets
260602
Inleiding Van het bestuur
Beste Leden, Over het afgelopen half jaar mag onze vereniging best tevreden zijn. Alle excursies werden zeer goed bezocht en de eerste aanmeldingsformulieren voor de komende excursies zijn alweer ontvangen. Voor het bestuur bestaat geen betere stimulans om ondertussen ook weer nieuwe excursies te organiseren. Daarom staan er weer spannende onderwerpen op de agenda voor het komende academiejaar, waaronder een driedaagse reis naar Hamburg omstreeks de herfstvakantie. Dat de VBT nu meer gaat sprankelen valt op te maken uit het feit dat ons bulletin nu samengesteld wordt door bijdragen van steeds meer leden. Ook de AAS-genomineerden voor Archiprix waren zeer bereid om hun inzendingen te publiceren in ons bulletin, waarvoor wij hen zeer erkentelijk zijn. Onze contacten met de andere regionale archi-tectuurfora worden intussen verstevigd. Regelmatig vinden verkenningen plaats van elkaars activiteiten maar concrete doelstellingen zijn hieruit nog niet voortgekomen. Wel kan hieruit worden gemeld dat op woensdag 24 juli ter gelegenheid van het 750jarige bestaan in het Topolis-paviljoen te Breda door een onzer bestuursleden een lezing zal worden verzorgd over een roemruchte exotische VBT-excursie uit de afgelopen jaren.
Colofon Redactie:
Jasper Knoop Leo van Beek
Redactieadres: Vereniging van Bouwkunst Tilburg Bisschop Zwijsenstraat 5 5038 VA Tilburg tel: 0877-874925 fax: 0877-873522
[email protected]
Op 8 februari werd aan de VBT gelegenheid gegeven om zichzelf te presenteren aan de studenten tijdens de academievergadering van de AAS. De VBT heeft hiermee een goede manier gevonden om een hechtere band met de AAS te scheppen en hopelijk zal deze presentatie zich dan ook jaarlijks herhalen. Aansluitend op de academievergadering en vooruitlopend op de komende Japan Excursie in 2003, gaf Jan Westra voor veel belangstellenden een lezing en video vertoning van zijn ervaringen in Japan. Daarop werd wegens het 15-jarig bestaan van de VBT een borrel aangeboden in de orgelzaal, welke gelegenheid door vrijwel alle aanwezigen werd aangegrepen om elkaar weer eens bij te praten. Het concept van deze drietrapsraket blijkt voor onze vereniging dus goed bruikbaar om op een prettige wijze de ontmoetingsfunctie te behouden van de in 1994 afgeschafte jaarlijkse algemene ledenvergadering. Tot slot mochten we recentelijk een aantal nieuwe leden begroeten en ook is het bestuur inmiddels uitgebreid met Marco Visser. Marco is stedebouwkundige, genomineerd geweest voor Archiprix en werkzaam bij de gemeente Tilburg en woonachtig in Tilburg. Daarbij geeft hij ook les op de Academie. Kortom een aanwinst voor ons bestuur, temeer daar wij de contacten met de Academie en de studenten aldaar willen versterken. Jasper Knoop
1
In voorbereiding
Interessant Excursie Breda, 19 januari 2002
Excursie- agenda 2002 - 2003
22 juni
Maas en Waal
14 september
Floriade
25/26/27 oktober(onder voorbehoud) maart 2003 (onder voorbehoud) mei 2003 (onder voorbehoud) Juni 2003 (onder voorbehoud)
Hamburg Dusseldorf Japan Neuweiler / Krefeld / Hombroich
Excursie Japan mei 2003 Kort na de excursie naar Mexico is al het idee geboren om de met volgende grote buitenland excursie naar Japan te gaan. Afgelopen januari is gepeild in hoeverre er onder de VBTleden voldoende belangstelling is om deze reis te organiseren. Als ‘opwarmertje’ voor deze excursie hebben we een lezing georganiseerd door Jan Westra. Hij heeft reeds een aantal malen Japan bezocht en kon ons dus zeker een beeld geven van de Japanse cultuur en architectuur. De opkomst voor deze lezing was enorm. Een twintigtal personen hebben interesse getoond voor deelname aan een excursie naar Japan. Voor ons als bestuur voldoende om de mogelijkheden verder te gaan onderzoeken. Inmiddels zijn we een half jaar verder en hebben enkele oriënterende bijeenkomsten gehad en hebben ook reeds contacten gelegd met personen en instellingen die ons zouden kunnen helpen bij de organisatie. Binnenkort krijgt ieder lid een brief waarin hij nogmaals zal worden gevraagd om deze belangstelling aan te geven. In september zal dan de definitieve aanmelding plaatsvinden voor deelname aan deze excursie. Een eerste aanzet voor een excursieprogramma is al opgesteld. De reis zal 17 dagen duren en je zult een behoorlijk deel van Japan zien. Er zal ook veel worden gereisd (ook met de supersnelle ‘kogeltrein’). De projecten die worden bezocht lopen uiteen van tempels, traditionele dorpen, hypermoderne steden, grote uitbreìdingsgebie-den, moderne architectuur van bekende Japanse architecten maar we vergeten ook zeker niet om enkele ‘rustdagen’ in te bouwen, zodat ook af en toe een moment van bezinning kan worden ingebouwd. Japan is een land van uitersten en dat proberen we ook in het excursieprogramma tot uiting te laten komen.
Een buitenproportioneel druk bezochte excursie naar Breda! Waar ligt dat nu aan; is dat omdat wij als bestuur gewaardeerd worden vanwege de compleetheid en perfectie van de organisatie van de laatste excursies? We zouden het willen, of is het gewoon omdat toevallig niemand iets beters te doen had die dag? Enfin we zullen het nooit te weten komen, hoewel ingeval van hypothese 1 zou onze volgende excursie (Nijmegen) ook druk moeten worden bezocht tenzij velen die dag toevallig nog betere dingen te doen hebben! We bezochten die dag Chassé-park inclusief een introductie en rondleiding door gemeentelijk projectleider Hans Thoolen, we konden diverse woningen van binnen zien, ons in de gelegenheid gesteld door enthousiaste nieuwbakken bewoners. We kregen een uitgebreide rondleiding door het majestueuze Chassétheater waarin Breda zich geenszins vertild heeft, werd ons nogmaals te verstaan gegeven. We bezochten villa Hoppen in Prinsenbeek, eveneens van binnen. Familie Hoppen nam een dag vrij om het huis in die staat te brengen waarin architecten het graag zien; leeg met uitzondering van de designmeubelen! En we bezochten de kantoormeubelen fabriek van Lensvelt al waar we als potentiële klanten werden onthaald met champagne en rondleiding; kortom keurig. Voor liefhebbers kon daarna Bourgondisch Breda nog worden bezocht.
Nogmaals bleek uit de reacties waarin de kracht van de Vereniging schuilt; gezelligheid en openheid! Zelfs met een grote groep blijft die sfeer zoals tie moet zijn, keuvelen over de architectuur met een vleugje contacten en altijd zonder op je qui vive te moeten zijn. Onder elkaar dus! Ivo Bastiaansen
Ivo Bastiaansen Arie van Kuijk Robin Janicki
2
3
Excursie Nijmegen, 13 april
Ingezonden Klein lexicon van een Romereis A Aansluiting. Op dag vier van ons verblijf in Rome wordt, waar anders dan in het Mediapark in Hilversum, Pim Fortuyn vermoord, de man die politiek bedreef door drie maal daags in tv-shows te verschijnen, de man die (vreemdelingen-)haat zaaide en geweld oogstte. In Nederland breekt de gekte uit: totale ontreddering, openbare hysteriesessies, heiligverklaringen. Zullen we bij terugkeer de aansluiting nog kunnen vinden bij de superieure Nederlandse cultuur? Wacht ons een verplichte herinburgeringscursus? B Wie Rome zegt, zegt Bernini. Zijn mooiste werk: de ovale Sant’Andrea al Quirinale. De bescheiden maat en schaal maakt de exuberantie hier draaglijk. Nergens zijn schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur met meer plezier vermengd als in de Heilige Andreassen die deze kerk bevolken.
Excursie Rome, 3 mei tot 12 mei Dit was een gezamenlijk georganiseerde excursie met de 1e jaars studenten van de AAS . De reis was door deze studenten voorbereid onder leiding van Rob van Leeuwen in het kader van het programma cultuurgeschiedenis. Als opmaat voor deze excursie gaf architectuurcriticus en publicist Hans Ibelings op 11 april jl. een drukbezochte lezing over de moderne architectuur in Italie in de periode 1920 1960, i.c. de architectuur voor, tijdens en na het fascisme.
C Clemente. Al een cappuchino gehad, een ommetje gemaakt, een verstandhouding met een zwerfkat opgebouwd, maar de reisgenoten blijven maar onder het aardoppervlak verborgen, meters onder de vloer van de San Clemente, in de ruïneuze resten van de twee kerken die onder de basiliek schuilgaan. Wat stenen, gangen en schaars verlichte kamers, meer is het niet. Voltrekt zich hier een scheiding der geesten? Ik sta hier oog in oog met de geschiedenis en wacht op de zogenaamde ‘historische ervaring’. Maar de brokstukken zeggen me niets. In de tekst over de San Clemente die ik heb gelezen werden louter feitelijkheden gemeld, alsof juist die van eminent belang waren: wat zijn de materialen, wie zwierf hier vroeger rond, in welk jaar gebeurde wat? Bekijk het maar. Zonder ruimte om te interpreteren zijn feiten dood. Op naar de villa’s en appartementen van de Monti Parioli voor een injectie twintigste-eeuwse virtuositeit! D Dertien. De dertiende rij, bij de nooduitgang, heeft dertig centimeter extra beenruimte. Altijd handig om te weten. Maar welk type vliegtuig was het ook alweer? E En terecht. Nadat de man één hap van zijn broodje albatros had genomen pakte hij zijn pistool en schoot zijn vriend dood. En terecht. Wat was er gebeurd? Antwoorden alleen met ja en nee. Een raadsel om de tijd door te komen als de Italiaanse spoorwegen de laatste trein in de donkere nacht naar Nederlands model proberen te laten rijden. F Fascistische stedebouw. In een poging het Pontijnse moerasgebied ten zuiden van Rome te ontwikkelen en te verlossen van de malaria initieerde Mussolini de bouw van vijf nieuwe steden: Pontinia, Littoria, Aprilia, Pomezia en Sabaudia. In dit laatste kleinschalige, rationalistisch opgezette stadje heeft de betonrot hard toegeslagen. Alleen de monumentale gebouwen onttrekken zich aan het verval.
4
5
De SS Annunziata laat mooi zien hoe de conventies uit de kerkenbouw kunnen worden uitgehold. Alles dat weg kon worden gelaten is weggelaten. Hier geen Pozzo om het plafond, zoals in de Sant’Ignazio di Loyola, in een uitnodigend paradijs om te toveren. De hemel in Sabaudia is een pleinvrees opwekkende leegte. Verlossing zoek je maar in het werken op het land, in dienst van het algemeen belang. G Gemist: de anamorfose van Emmanuel Maignan in het klooster van de San Trinità dei Monti. Grrr. H Hadid. De tentoonstelling van het werk van Zaha Hadid was uitstekend op zijn plaats in Il Centro d’Arte Contemporanea in Rome. Als een hogepriesteres van de architectuur was zij te werk gegaan: overdonderende maquettes en computersimulaties, maar geen idee van oriëntatie of materialisatie. De heilige boodschap wordt verkondigd, maar de nagalmtijd van de retoriek laat er slechts flarden van opvangen. Met het bezoek aan de prachtige tentoonstelling over Renzo Piano’s Auditorium (en het gedeeltelijk al opgeleverde concertgebouwencomplex zelf) staan we enkele uren later weer met beide voeten stevig op de grond. I Ivo Stativo. Personage uit de Romeinse mythologie. Dwaalt met zijn drietand door de stad. Hindert het verkeer. Alles moet stilgezet worden. Wie hij vangt met zijn blik wordt gefixeerd tot een bewegingloos beeld.
J Japan. Ook geen zin in urenlange wachttijden bij het Vaticaans Museum en het voetje voor voetje temidden van drommen toeristen door de Sixtijnse Kapel schuifelen? Ga naar Japan! In Kyoto bevindt zich sinds 1995 Tadao Ando’s betoverende Garden of Fine Art, een openluchtmuseum, magistraal geënsceneerd door middel van betonnen hellingbanen en wanden van vallend water. En daar staat, in volle glorie, onder de onbedekte hemel, een reproductie van Michelangelo’s Laatste Oordeel. Op ware grootte. K Kerk. Die kerk aan dat pleintje, dat was toch wel het hoogtepunt van de vakan…, ehm, studiereis. L Lexicon. Wie als (architectuur-)toerist de eeuwige stad bezoekt doet losse impressies op, zapt door de tijd, accepteert het toeval als leidraad. Weg met de altijd te dik wordende readers die greep op het totaal proberen te krijgen, leve het lexicon!
6
M Monumentaal, dat is het zeker, dat Rome. Wie de kerken, kunstwerken en ruïnes wel gezien heeft wijkt uit naar Napels. Dezelfde stad, in omvang, kleur, geur en geluid, maar dan zonder monumenten, zonder assen, zonder pleinen, zonder kerken. Zelfs aan de Dom loop je bijna voorbij. Rome en Napels: het moeten wel twee verhalen uit Italo Calvino’s Onzichtbare steden zijn. Zo verschillend en tegelijkertijd identiek kan de geschiedenis ze niet maken. N Nolli. De kaart van Nolli wordt opeens werkelijkheid als je ziet hoe het Pantheon in de stad ligt: als een drempelloze voortzetting van de openbare straatruimte nodigt het je uit je wandeling binnen voort te zetten. Een moderne Nolli-ervaring is op te doen in het sportpaleis van Nervi. Binnenkomend door onaanzienlijke klapdeurtjes sta je pardoes in de ronde, bekoepelde sportzaal. Uit een tijd dat er nog geen behoefte was aan intermediërende ruimten voor controle en commercie. Ruimte waar je nog ouderwets welkom bent. O Obelisk. De negentien obelisken in Rome zijn niet alleen effectieve stedebouwkundige markeringen, het zijn ook manifestaties van parasitaire beschavingen, die zich voedden met geroofde kunstschatten. Als de misdaden twintig eeuwen oud zijn is de schande wellicht te dragen. Bij de drieduizend jaar oude Obelisk van Axum, bij het Circus Maximus, ligt dat anders. Dit is geen eeuwenoude trofee; hij is pas in 1937 door Mussolini uit Ethiopië geroofd. Tijdens de olympische spelen van 1960 liep Abebe Bikila ‘s nachts, vanwege de hitte, en blootvoets, vanwege gebrek aan schoeisel, naar de eerste Afrikaanse gouden medaille in de geschiedenis. De route liep niet alleen over de met fakkels verlichte Via Appia en onder de boog van Constantijn door, maar voerde ook langs de oorlogsbuit uit het land van de atleet. Onder de obelisk zette Bikila zijn beslissende demarrage in. Bij tekening van het vredesverdrag in 1947 had Italië zich verplicht het monument aan Ethiopië terug te geven. Tot op de dag van vandaag staat hij op de Piazza di Porta Capena. Op 20 juli 2001 citeerde de BBC Vittorio Sgarbi van het Italiaanse ministerie van Cultuur: ‘Anything that is here for 73 years has by now become naturalised and Italian’. Ook een mooie is deze: ‘Returning the obelisk to Ethiopia would be inopportune. At its age it would arrive broken.’ P Pilotis. Het voormalig olympisch dorp in het noorden van de stad: een woonwijk op pilotis. Dit ideaal van de moderne stedebouw werkt hier zowaar eindelijk een keer. Omdat het geen flats zijn in kijkgroen waar niemand verantwoordelijkheid voor voelt. De huizenstroken zijn slechts drie lagen hoog. Een opgetilde tuinstad, niet massaal, maar bijna kleinburgerlijk. De ruimte onder de gebouwen heeft als belangrijkste verdienste overzicht te bieden over de eigen leefomgeving: alles wordt van jou. Q Quirinaal. Tja, je moet wat met die q. Wat was dat ook alweer, een quirinaal? De huiskamervraag. 1) Een kardinaal die na ontucht met tenminste drie koorknaapjes promotie heeft gemaakt. 2) De pauselijke bokaal die degene die eruit drinkt in staat stelt in 148 talen ‘vrolijk pasen’ te stamelen. 3) Het geheime bacchanaal dat jaarlijks in vele parochies wordt aangericht als de voorjaarscollectie priestergewaden is binnengekomen.
7
R Ruggewervels. Stel: broeder Harry en broeder Sander komen te overlijden. Wat doet u? U weekt ze enkele dagen in een zoutoplossing, kookt ze gaar in de grote kannibaalpan – een van de handige souvenirs van de excursie naar donker Afrika – en ontbeent ze vervolgens – pardon, u ontvleest ze vervolgens, zodat u de beenderen overhoudt. Hoe u van het vlees afkomt is van latere zorg. Op de pezen en aanhechtingen moet u nog flink hakken, want u wilt alle botjes graag afzonderlijk kunnen benutten. De schedels schraapt u zorgvuldig leeg via de oogkassen. De wervelkolommen dient u stevig beet te pakken en dan met een kleine aanloop overhoeks tegen een muur te beuken totdat ze in delen uiteenvallen. U wilt immers – als lid van het creatief-in-de-crypte-team van de kapucijner monniken van de Via Vittorio Veneto – graag met de afzonderlijke wervels leuke guirlandes op het plafond samenstellen. S Sleutelgat. Hoe maak je een armoedig uitzicht, half belemmerd door een van de zeven heuvelen, toch tot spektakel? Met de sleutelgatmethode, natuurlijk! Piranesi was niet voor één gat te vangen. Het perspectief, dat hij in zijn etsen liet oplossen in een oneindige ruimte, wordt in de tuin van de kerk voor de Malteser ridders op de Aventijn net zo makkelijk uitgebuit voor een scenogra-fische, welhaast sacrale ervaring. Door een sleutelgat in een deur, langs een lange as van hagen, is in de verte de koepel van de Sint Pieter te ontwaren. Wordt het Vaticaan te kijk gezet als object van voyeurisme? En welke goede christen spiedt er nu door sleutelgaten? Of zou het zo niet bedoeld zijn? Dat is het leuke aan Piranesi: zijn werk is niet eenduidig, maar is op verschillende wijzen te interpreteren. Waar Bernini razend knap is en louter lof en bewondering oogst, provoceert Piranesi en scherpt hij de geest.
T De Tempietto van Bramante bij de San Pietro in Montorio moet het hebben van zijn, zoals dat heet, ‘perfecte proporties’. Er waren twee hoofdstromen in de renaissancistische proportieleer. De eerste was gebaseerd op de muziek. ‘Wat goed is voor het oor, is ook goed voor het oog’, luidde de toverspreuk. De ruimtelijke vertaling van consonanten leidde tot goedgekeurde maatverhoudingen. Nog afgezien van het feit dat het onderscheid tussen consonant en dissonant historisch en cultureel bepaald blijkt, is de uitgangsstelling natuurlijk volstrekt arbitrair. De tweede hoofdstroom, door Bramante gevolgd, met de ‘Vitruviaanse mens’ als logo, is gebaseerd op een zo mogelijk nog onhoudbaarder uitgangspunt: ‘de mens is geschapen naar het evenbeeld van God’.
Vandaar dat de menselijke verhoudingen goddelijk zouden zijn en architecten die deze verhoudingen ‘vertaalden’ naar de bouwkunst goddelijke perfectie zouden bereiken. Proportieleer is bedoeld voor architecten die willen maskeren zelf geen ideeën te hebben. U U mag zelf ook wel een tekstje verzinnen, hoor. V Vespasianus. Het wordt steeds gekker met de toeristenindustrie in Rome. Nadat eerder al op diverse plaatsen gladiatoren met plastic zwaarden opdoken waarmee u op de foto kon (metalen zwaarden werden onlangs door de autoriteiten uit veiligheidsoverwegingen verboden), is nu niemand minder dan keizer Vespasianus, bouwer van het Colosseum, in de stad gesignaleerd. Zijn doel is hetzelfde: uw geld uit uw zak kloppen. Trap er niet in: het betreft hier slechts een zwartwitreproductie waarvan bovendien wordt beweerd dat hoofd en lichaam op Frankensteiniaanse wijze aan elkaar zijn gemonteerd! W Wereldtentoonstelling in 1942? Die ging niet door. X Dieci. Bernardo Celentano, Il Consiglio dei Dieci, 1861: een van de hoogtepunten uit de collectie van de Galleria Nazionale d’Arte Moderna. Niet vaak zal de combinatie van almacht, arrogantie en gesmiespel zo treffend weergegeven zijn als in het schilderij van Celentano. De Raad van Tien was een uit de veertiende eeuw stammend tribunaal van de doge, een soort binnenlandse veiligheidsdienst, met vergaande bevoegdheden en geheime vergaderingen. Censuur, spionage, inquisities en martelingen behoorden tot het vaste repertoire. Macchiavelli is er nog even secretaris van geweest.
Y IJs. Tip van de dag uit d’n Trotter. Da Quinto, Via di Tor Milina 16: een klein, eenvoudig zaakje dat al twintig jaar in handen is van een sympathieke, uitbundige knaap. Zijn vader had vroeger op deze plek een eettentje zonder kapsones, met onbreekbare glazen en papieren servetten. Zijn zuster zit bij de zusters karmelietessen, vandaar de verzameling bidprentjes linksboven achter de kassa. Die zorgen er op hun beurt weer voor dat elke dag om stipt vijf over half vijf drie jezuïten een ijsje komen halen. Sinds mensenheugenis likken ze al dezelfde smaken: banaan, chocola en hostiatella, die dan ook zijn uitgegroeid tot de specialeiten van het huis. Let op de handigheid waarmee ze, het ijsje al in de hand, een kruis slaan voordat ze de delicatesse met devote gulzigheid tot zich nemen. Z Zzzzz. Wat slaapt het toch lekker als je dag in dag uit van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat op pad bent. Thuis ook eens proberen? Nah, laat maar… Arthur Wortmann
8
9
10
11
Inzage Kritische Massa Het project “Kritische Massa” gaat in op de vragen: Welke rol speelt architectuur als de sociale druk in onze complexe gelaagde samenleving wordt opgevoerd? Wat is de wisselwerking tussen architectuur en gebeurtenis? Naar aanleiding van de roman “De Torenflat” van J.G. Ballard (1) hebben deze vragen hun uitwerking gekregen in het ontwerp van een torenflat op een fictieve stedelijke locatie. Het programma omvat zo’n 1000 woningen, een sportcomplex, school, permanente marktplaats, zwembad en diverse commerciële functies, zoals winkels, horeca en een bioscoop. In onze maatschappij komt een veelheid aan informatie op ons af. Deze wordt door de samenleving opgenomen, gefilterd en in een nieuwe context geplaatst. Hierdoor ontstaan beelden met een steeds hogere dichtheid aan informatie. Ik herken in deze beelden een vorm van complexiteit. Het begrip complexiteit wordt in de chaostheorie omschreven als een fase die ontstaat wanneer orde overgaat in chaos. Ook onze maatschappij doet zich voor als een complex systeem. Architectuur kan niet anders dan zich hier rekenschap van te geven.
die afwisselend aan de atriumgevel of aan de buitengevel ligt. De woningen profiteren zo van het atrium en van de stad. Door de plaatsing van het programma en de activiteiten die in het atrium plaatsvinden ontstaat een levendige binnenruimte die zich duidelijk manifesteert tegenover de stad. Vanaf een bepaald niveau wordt het grote atrium opgedeeld in drie kleinere atria door een smalle toren die zich in het hart van het gebouw bevindt. Deze toren bevat, naast compacte eenpersoonsappartementen, een restaurant en een permanente marktplaats, die vanaf drie zijden middels loopbruggen vanuit het atriumgebouw te bereiken is. Naast de diverse trap- en liftkokers start vanaf het maaiveld in het hart van de toren een schacht waarlangs glazen liften aan de buitenzijde omhoog lopen die alle delen van de toren doorkruisen, via de lagen met winkels, straten en nauwe stegen het grote atrium in en halverwege het atrium de middelste toren in, via een ruime schacht die hierin is uitgehold. Op de top van het atriumgebouw bevindt zich rondom een dakterras met ruimte voor spel, sport en recreatie. Kyra Frankort Mentor: Arjen Oosterman Docenten: Pnina Avidar & Martien Jansen Noten: (1) J.G. Ballard, De Torenflat, A.W. Bruna & Zoon, 1977
De druk in de torenflat wordt opgevoerd door de dichtheid van bewoning en de variatie aan activiteiten op een zodanige manier te organiseren dat in hun onderlinge relaties een “Kritische Massa” wordt bereikt. Deze “Kritische Massa” kan dan beschouwd worden als de massa als synoniem voor het gebouw dat kritisch is in zijn houding tegenover de maatschappij of tegenover zijn bewoners, of als de massa die op een kritiek punt tot complexiteit komt. De toren ligt ingebed in zijn omgeving en speelt de rol van een verticaal stukje stad. Hij functioneert als een reactor waarbinnen de architectuur de gebeurtenis kan veranderen en waarbinnen de gebeurtenis de architectuur kan veranderen. Het ontwerp heeft de vorm van een atriumgebouw waarin het atrium functioneert als openbaar gebied. De ruimte wordt zo bespeeld dat ze enerzijds als interactie en anderzijds als bufferzone werkt om de verschillende programmaonderdelen te laten functioneren. De woningen vormen het intermediair tussen het atrium en de stad. De voet van de toren is opgebouwd uit een complex systeem van volumes en straten die hun aansluiting vinden op de directe omgeving. Via de straten kan men naar boven lopen tot men op een plein komt waaraan een bioscoop en een zwembad liggen. Bij de bioscoop is het plein vrij omsloten, bij het zwembad opent het zich naar de stad. Boven het plein verheft zich een enorm atrium. De “wanden” van dit atrium bestaan uit eengezinswoningen die variëren in grootte en reiken van atriumgevel tot buitengevel. Volgens het principe van de Unité van Le Corbusier bevindt zich om de twee verdiepingen een gang die de woningen ontsluit, waardoor iedere woning aan één zijde een dubbel hoge ruimte heeft
12
13
M.A.S. Museum aan de Stroom - Antwerpen Ontwerpen gaat steeds gepaard met onzekerheid. Twijfel over keuze en beslissingen, twijfel over mijn eigen visie en kennis. Het project werd gebaseerd op een prijsvraag, uitgeschreven door de stad Antwerpen. Men wil drie aparte musea bundelen op het Eilandje, te venieuwen deel van de Antwerpse Haven. Het betreft de collecties uit het Scheepvaartmuseum, het Volkskundemuseum en het Vleeshuis. Vertrekkende vanuit een cartografie van onzekerheden werd de geprojecteerde functie getoetst aan locale / regionale en continentale krachtenvelden. Dit om tegenspraak met de ambities van de Stad aan te tonen. Er rezen immers vragen over de status en de gevolgen die zulk een programma op die plaats met zich meebrengt. Aanvankelijk hoefde dit ontwerp a priori helemaal geen gebouw te zijn. De bestaande loods werd alvast behouden en gecopieerd. hierdoor bekwam ik niet een maar twee identieke musea. Het nieuwe werd verschoven en gekanteld. Samensmelting volgde waarbij in de laatste ontwerpfase voor afbraak van de bestaande loods werd geopteerd. Samen met de aanwezige ruines van het Hanzahuis (18e eeuw) en de restanten van de bestaande loods archiveert het nieuwe museum naast de diverse collecties ook haar eigen verleden. Vervolgens bracht een vormelijk onderzoek me tot een ruimte principe dat toeliet om verschillende gescheiden niveau's continu ervaarbaar te maken door middel van beweging door de structuur. De betrekking van een holle op een bolle vorm werd voelbaar in de doorsnede. De ontsnapping of omkanteling die je doormaakt wanneer je door de structuur heenbeweegt, maakt de illusie van begrenzing en massa duidelijk. Tegelijkertijd lag aan de basis van dit onderzoek een programmatische organisatie die zowel aansluiting zoekt met de directe buitenomgeving als met onderlinge functionele en inhoudelijke verbanden. De uitdaging was om programmaonderdelen met verschillende gevoelswaarden tegelijkertijd te scheiden als te vervlechten. De geplooide structuur doet de bezoeker steeds een verdieping overslaan. Het is echter mogelijk om alle pro-grammaonderdelen achtereenvolgens af te werken in een continue beweging. Het gebouw werd daarom georganiseerd rond-om een openbare binnenstraat. Deze voetgangers en fietserszone zorgt voor de verbinding tussen het stadscentrum en de havenbuurt. Deze openluchtgang is tegelijkertijd de inkomhal voor de tijdelijke tentoonstelling, het cafe, het auditorium en de polyvalente zaal. De vloer bestaat uit typische kasseikoppen van het Eilandje. In diverse niches is ruimte voor gesprek. Een verzonken gang in het water leidt naar een extra expositieruimte in het midden van het bassin. Immense gaten in vloer en plafond tonen flarden van de collectie ne haar bezoekers. De houten trappen en vloeren kraken onder de voetstappen. Kleine schepen, oude en nieuwe, kunnen binnenvaren in de kanalen die het museum binnendringen. De projectie van de laatavondfilm weerkaatst in het water terwijl de plaatselijke fanfare haar deuntjes oefent in het glazen verlengde van de polyvalente zaal op zolder. Ralf van der Donck
14
15
De laatste plaats De laatste plaats is een project waar alle vormen van rouw, cremeren en begraven samen komen op Kop van Zuid te Rotterdam. Het terrein is gelegen tussen de Spoorweghaven en de Laan op Zuid en heeft uitzicht over het centrum van Rotterdam, de Maas en de Erasmusbrug. De locatie biedt een stedelijke context die noodzakelijk is om de dood opnieuw een plaats in de huidige samenleving te geven. De dood als dagelijkse realiteit.
Het tweede gebouw is de plaats van afscheid en het biedt diverse scenario¹s aan waarmee de nabestaanden op hun eigen manier afscheid kunnen nemen van de overledene. Er zijn twee aula¹s en ruimtes voor samenkomst voor en na de dienst die synchroon en onafhankelijk van elkaar kunnen functioneren. Na de dienst is er keuze voor crematie, begraven, bij te zetten of uitstrooien. Het gebouw is volledig transparant met daaromheen horizontale houten lamellen die naar behoefte kunnen worden gesloten. Tijdens de diensten heeft men uitzicht over de Maas en het centrum.
De laatste plaats is een plaats waar tijd en ruimte is voor verschillende manieren van rouw en afscheid nemen. Het concentreert zich op de diversiteit en individualiteit van de doodsbeleving. Het project geeft de nabestaanden en de overledenen de vrijheid om te kiezen voor een afscheid zoals ze dat zelf graag willen. Er is een plaats voor rouw, een plaats voor het nemen van afscheid en de mogelijkheid te cremeren, te begraven, uit te strooien of bij te zetten. de laatste plaats is geschikt voor de meest in Nederland voorkomende culturen. De gebouwen dragen deze culturen echter niet uit, maar bieden mogelijkheden aan, die de diversiteit aan rituelen en tradities kunnen verwerken. Het project bestaat uit een viertal onderdelen: een rouwplaats, een plaats van afscheid, een galerij en een begraafplaats. Het derde onderdeel is een galerij over twee verdiepingen die de twee gebouwen met elkaar verbind en die plaats biedt aan grafnissen en urnengalerijen. Deze galerij omsluit het terrein en is op maaiveld volledig geopend.
De rouwplaats, is een gebouw dat de nadruk legt op individualiteit en diversiteit. Het biedt plaats aan verschillende manieren van rouw, rituele wassingen en opbaren, De 20 rouwkamers en opbaarkamers zijn ruimtelijk maar ook programmatisch verschillend van elkaar, zo zijn er voorzieningen om gezamenlijk te eten, herdenkingsdiensten te houden en te overnachten. Het gebouw bestaat uit zeven bouwlagen met in het midden een groot atrium. De gevel is van gestraald glas en het interieur van het gebouw is in hout.
Het vierde onderdeel is een begraafplaats, een parkachtige tuin en heeft het karakter van een vrijplaats. Er is een minimum aan regels, het is een plaats waar de individualiteit en creativiteit van de overledene en de nabestaanden gerespecteerd wordt. De begraafplaats bestaat uit diverse 'groene kamers¹ met ieder een eigen karakter waardoor men kan kiezen voor de sfeer die bij de overledene past. Voor de verstrooiing van de as kan men kiezen uit een strooiveld of een uitstrooiplateau in de Spoorweghaven. Het totale terrein ligt 1,2 meter onder maaiveld en wordt omsloten door het water van de Spoorweghaven. Het is bereikbaar door een drietal bruggen naar de rouwplaats, de plaats van afscheid en de begraafplaats. Ilona van Alphen
16
17
18
19
Een goede vakantie 20