Basiskennis Ondernemerschap
Correctiemodel
Vraag 1
Toetsterm 1.1 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 In Alkmaar wordt elke vrijdag een kaasmarkt gehouden. De kazen worden aangeleverd door de producenten en verkocht aan handelaren. Van welke soort markt is dit een voorbeeld? a abstracte markt b concrete markt c consumentenmarkt Juiste antwoord: B
Vraag 2
Toetsterm 1.2 - Beheersingsniveau: T - Aantal punten: 1 Onderneming A heeft een omzet van € 1.200.000,-- en een marktaandeel van 20%. Onderneming B heeft een omzet van € 2.640.000,--. Hoe groot is het marktaandeel van onderneming B? Vul een geheel getal in (zonder decimalen). Juiste antwoord: 44%
Vraag 3
Toetsterm 1.3 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Bij welke marktvorm is er sprake van één aanbieder? a b c d
monopolie monopolistische concurrentie oligopolie volledige mededinging
Juiste antwoord: A Vraag 4
Toetsterm 1.4 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Een ondernemer houdt een marktonderzoek. Hij informeert bij de gemeente naar de bevolkingsgegevens. Waar is hier sprake van? a deskresearch b fieldresearch Juiste antwoord: A
Vraag 5
Toetsterm 1.5 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 In welke fase van de levenscyclus blijft de omzet stabiel? a introductie b terugval c volwassenheid Juiste antwoord: C
Vraag 6
Toetsterm 1.6 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Waar zijn fruit en aardappelen voorbeelden van? a gebruiksgoederen b verbruiksgoederen Juiste antwoord: B
Vraag 7
Toetsterm 1.7 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Als een product een prijs heeft van € 19,99 is er sprake van een a afgeronde prijs b korting c psychologische prijs Juiste antwoord: C
Vraag 8
Toetsterm 1.8 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Als een fabrikant reclame maakt om daarmee de consument naar de winkel te trekken is er sprake van a pull strategie b push strategie Juiste antwoord: A
Vraag 9
Toetsterm 1.9 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Shirtreclame is een voorbeeld van a b c d
actiereclame collectieve reclame public relations sponsering
Juiste antwoord: D Vraag 10
Toetsterm 1.10 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Marketing kan omschreven worden als het stimuleren van de a inkoop b productie c verkoop Juiste antwoord: C
Vraag 11
Toetsterm 2.2 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Jan is vrijwilliger bij de reddingsbrigade. Waarom is hier geen sprake van een arbeidsovereenkomst? a Het kenmerk gezag ontbreekt. b Het kenmerk loon ontbreekt. c Het kenmerk persoonlijke arbeid ontbreekt. Juiste antwoord: B
Vraag 12
Toetsterm 2.1 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Ron krijgt van zijn werkgever een tijdelijk contract. Hier is sprake van een a arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. b arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Juiste antwoord: A
Vraag 13
Toetsterm 2.4 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Wat is geen plicht van een werknemer? a arbeid naar beste vermogen verrichten b arbeid persoonlijk verrichten c werken op zondag Juiste antwoord: c
Vraag 14
Toetsterm 2.4 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Jan wordt ontslagen, omdat hij geld gestolen heeft uit de kas van het bedrijf waar hij werkte. De arbeidsovereenkomst eindigt in dit geval door a faillissement b gewichtige reden c wederzijds goedvinden Juiste antwoord: B
Vraag 15
Toetsterm 2.5 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 De werkgever mag de arbeidsovereenkomst niet opzeggen a bij wederzijds goedvinden b gedurende de eerste twee jaar van ziekte c gedurende de proeftijd Juiste antwoord: B
Vraag 16
Toetsterm 2.6 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Wat is een voorbeeld van een volksverzekering? a b c d
Algemene Ouderdomswet Werkloosheidswet Wet Werk en Bijstand Ziektewet
Juiste antwoord: A
Vraag 17
Toetsterm 2.7 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Een voorbeeld van een primaire arbeidsvoorwaarde is a b c d
het aantal uren dat u werkt. een abonnement op de sportschool. een auto van de zaak. gratis lunch op het werk.
Juiste antwoord: A Vraag 18
Toetsterm 2.8 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Vanaf welke leeftijd geldt het wettelijk minimumloon? a vanaf 18 jaar b vanaf 21 jaar c vanaf 23 jaar Juiste antwoord: C
Vraag 19
Toetsterm 2.9 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Waar moet u een VAR aanvragen? Bij de a belastingdienst b Kamer van Koophandel Juiste antwoord: A
Vraag 20
Toetsterm 2.10 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Wat is waar? a een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) is een mondelinge afspraak. b een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) wordt afgesloten tussen werknemersorganisaties en de overheid. c een CAO wordt afgesloten door 1 of meer werkgevers, 1 of meer werkgeversorganisaties en 1 of meer werknemersorganisaties. Juiste antwoord: C
Vraag 21
Toetsterm 3.1 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Een ondernemer heeft vijftig werknemers in dienst. De ondernemer is de enige eigenaar. Wat is de ondernemingsvorm? a eenmanszaak b maatschap c vennootschap onder firma Juiste antwoord: A
Vraag 22
Toetsterm 3.2 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Wat is een taak van de Kamer van Koophandel? a het stimuleren van het regionale bedrijfsleven b het toekennen van een btw-nummer c het verzorgen van verzekeringen Juiste antwoord: A
Vraag 23
Toetsterm 3.3 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Welke belasting betaalt u over de winst van een besloten vennootschap (bv)? a inkomstenbelasting b omzetbelasting c vennootschapsbelasting Juiste antwoord: C
Vraag 24
Toetsterm 3.4 - Beheersingsniveau: T - Aantal punten: 1 Een ondernemer draagt zijn vorderingen over aan een gespecialiseerd bedrijf. Waar is hier sprake van? a aanmanen b factoring c incassoprocedure Juiste antwoord: B
Vraag 25
Toetsterm 3.5 - Beheersingsniveau: T - Aantal punten: 1 Voor het opstellen van een factuur zijn de volgende gegevens bekend: verkoopprijs € 1.000,- korting 10% btw 21% Bereken het eindbedrag van de factuur in hele euro's. Juiste antwoord: € 1.089,--
Vraag 26
Toetsterm 3.6 - Beheersingsniveau: T - Aantal punten: 1 Werk de volgende post bij op de kasstaat: 10-1 Verkocht per kas € 1.000,-Kasstaat x € 1 Datum Omschrijving
9-1
Ontvangsten
Uitgaven
Saldo
€ 2.000,--
Saldo
Juiste antwoord: Kasstaat x € 1
Vraag 27
Datum
Omschrijving
9-1
Saldo
10-1
Verkoop
Ontvangsten
Uitgaven
Saldo
2.000 1.000
Toetsterm 3.7 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Er wordt een bedrag bij de factuur opgeteld om de klant te stimuleren snel te betalen. Waar is hier sprake van? a korting voor contant b kredietbeperkingstoeslag Juiste antwoord: B
Vraag 28
3.000
Toetsterm 3.8 - Beheersingsniveau: B - Aantal punten: 1 Sandra neemt in haar ondernemingsplan de volgende drie hoofdstukken op: de ondernemer, het marketingplan en het financiële plan. Onder welk hoofdstuk valt de exploitatiebegroting? a een ondernemer b het marketingplan c het financiële plan Juiste antwoord: C
Vraag 29
Toetsterm 3.9 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Algemene voorwaarden zijn voorwaarden die bedoeld zijn om deel uit te maken van een aantal overeenkomsten. a waar b niet waar Juiste antwoord: A
Vraag 30
Toetsterm 3.10 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Welke van de genoemde balansposten zijn vaste activa? Let op: meerdere antwoorden zijn juist. a b c d e f
banktegoed bedrijfsauto's debiteuren gebouwen inventaris voorraad goederen
Juiste antwoorden: BDE Vraag 31
Toetsterm 3.11 - Beheersingsniveau: T - Aantal punten: 1 Tom start een winkel. Hij heeft de volgende gegevens verzameld voor de investeringsbegroting: Inventaris € 17.000,- bedrijfsauto € 19.000,- voorraad € 64.000,- btw € 21.000,- bank € 5.000,-Wat is het totaalbedrag van de investeringsbegroting? Juiste antwoord: € 126.000,--
Vraag 32
Toetsterm 3.12 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Bij welke kredietvorm is er een onroerend goed als zekerheid nodig? a b c d
achtergestelde lening financial leasing hypothecaire lening rekening courant krediet
Juiste antwoord: C Vraag 33
Toetsterm 3.13 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Tom wil een winkel starten. In zijn investeringsbegroting staat een totaalbedrag van € 150.000,--. Tom kan € 50.000,-- spaargeld inbrengen. De bank wil 50% van het bedrag van de investeringsbegroting lenen aan Tom. Hoeveel moet Tom bij zijn ouders lenen om te kunnen starten? Juiste antwoord: € 25.000,--
Vraag 34
Toetsterm 3.14 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 De bank kijkt naar de verhouding tussen de winst en het eigen vermogen. Wat beoordeelt de bank? a de liquiditeit b de rentabiliteit c de solvabiliteit Juiste antwoord: B
Vraag 35
Toetsterm 3.15 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Hoe noemt men de uitkomst van het aantal verkochte eenheden x de verkoopprijs? a b c d
de aflossing de cashflow de inkoopwaarde omzet de omzet
Juiste antwoord: D Vraag 36
Toetsterm 3.16 - Beheersingsniveau: T - Aantal punten: 1 Welke van de genoemde posten horen thuis op een exploitatiebegroting? Let op: meerdere antwoorden zijn juist. a b c d e f
aflossing lening afschrijvingskosten bankschuld crediteuren inkoopwaarde omzet omzet
Juiste antwoorden: BEF
Einde correctiemodel
