HET GEMEENTERAADSBLAD woordelijk verslag van de gemeenteraad van 26 mei 2015
stad brugge, burg 12 - b-8000 brugge | www.brugge.be |
[email protected] | t 050 44 80 10
gemeenteraad 26 mei 2015
AGENDA OPENBARE VERGADERING 1 Politie - jaarrekening 2014 - vaststelling. 2 Politie - begroting 2015 - wijziging 1 - vaststelling. 3 Politie - besluit burgemeester houdende opschorting van het besluit betreffende maatregelen naar aanleiding van de thuiswedstrijden van Club Brugge KV van de Belgische Jupiler competitie 2014-2015 - bekrachtiging. 4 Politie - tariefreglement op het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen in functie van deze werkzaamheden goedkeuring. 5 Politie - aankoop interventievoertuig Sint-Andries - voorstel - wijze van gunnen goedkeuring. 6 Politie - aankoop interventievoertuig Sint-Michiels - voorstel - wijze van gunnen goedkeuring. 7 Politie - aankoop bijzondere bewapening 5,56 met toebehoren - voorstel - wijze van gunnen - goedkeuring. 8 Politie - aankoop van 40 beschermvesten met voorarmbescherming - voorstel - wijze van gunnen - goedkeuring. 9 Politie - aankoop van 40 transparante ronddraaiende schilden - voorstel - wijze van gunnen - goedkeuring. 10 Politie - vacatures mobiliteitscyclus 2015-02 - vacantverklaring in het operationeel kader en vacantverklaring in het Calog-kader. 11 Toelagen - restauratie gevels van een hoekhuis, Nieuwe Gentweg 98, 8000 Brugge definitieve toekenning - uitbetaling. 12 Ruimtelijke ordening - herziening gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Brugge - bestek wijze van gunnen - gunningscriteria - samenstelling beoordelingscommissie - goedkeuring. 13 Urbanisatie - verkavelen van een terrein in drie kavels voor woningbouw, met inbegrip van aanleg van nieuwe wegenis, gelegen Hemelbeekstraat te 8000 Brugge - goedkeuring van de voorgestelde rooilijnen, de zaak der wegen en de kosteloze grondafstand voor inlijving in het openbaar domein.) 14 Mobiliteit - SAVE-charter Steden & Gemeenten - goedkeuring. 15 FINIWO - kapitaalverhoging Publi-T - intekening t.b.v. 2.457.775,67 euro. 16 Financiën - vaststelling jaarrekening 2014 met toelichting - kennisname decretale rapportering per 31 december 2014 en rapport interne controle 2014. 17 Financiën - budget 2015 wijziging nr. 1 - vaststelling. 18 Financiën - derde herziening meerjarenplan 2014-2019 - vaststelling. 19 Financiën/fiscaliteit - retributiereglement op het gebruik van een standplaats op de openbare weg en op het meren van huurbootjes op de stadsreien - wijziging reglement. 20 FINIWO - algemene vergadering van 22 juni 2015 - verslag door de bestuurders aanduiden vertegenwoordigers - vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger. 21 IMEWO - algemene vergadering van 22 juni 2015 - verslag door de bestuurders aanduiden vertegenwoordiger in de vergadering - vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger. 22 IVBO - bijzondere algemene vergadering én algemene vergadering van 24 juni 2015 verslag door de bestuurders goedkeuring statutenwijziging aanduiden vertegenwoordiger in de vergaderingen - vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger. 23 Erkende kerkbesturen - jaarrekening 2014 - Anglikaanse eredienst Oostende - Brugge (stad Brugge) - advies. 24 Erkende kerkbesturen - jaarrekeningen 2014 - centraal kerkbestuur 2 - 1) H. Godelieve en Karel de Goede 2) H. Hart en H. Philippus 3) H. Jozef en Kristoffel 4) H. Michiel 5) O.L.Vrouw-Onbevlekt -Ontvangen 6) O.L.-Vrouw-ten-Hemel-Opgenomen 7) Sint-Andries en Sint-Anna 8) Sint-Baafs 9) Sint-Katarina en 10) Sint-Willibrord - advies. 25 Intercommunale TMVW - statutenwijziging - splitsingsvoorstel TMVW in 3 ISV's TMVW, TMVR, TMVS - oprichtingsakten en statuten TMVR en TMVS - goedkeuring. Vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger Aanduiding vertegenwoordiging van de stad in de bestuursorganen van de 3 ISV's 26 Onderwijs - stedelijke basisscholen - gezamenlijk schoolreglement. 27 Toerisme - tarieven bootjes - vastlegging. 28 Toerisme - tarieven koetsen, minibusjes - vastlegging. 29 Cultuur - nieuw 'stedelijk reglement voor ondersteuning jubilerende Brugse verenigingen' goedkeuring.
1
gemeenteraad 26 mei 2015
30 31 32
Wegendienst - Mortierstraat, Kleine Kuipersstraat, Bollaardstraat - aangepast ontwerp goedkeuring. Wegendienst - natuurgebied Gemeneweidebeek te Assebroek - aanleg fietspad voorontwerp - goedkeuring.( Wegendienst - voetpaden Sint-Jozef 3e fase - meerwerken.
Voorstellen en interpellaties van raadsleden 33/1 Situatie gebouwen aan Arendstraat (Parochiaal centrum, sportzaal en pastorie). (Raadslid Jasper Pillen) 33/2 Kasseistenen en kinderarbeid. (Raadslid Patrick Daels) 33/3 Kleine stadsbussen. (Raadslid Mercedes Van Volcem) 33/4 Taxibeleid in Brugge. (Raadslid Mercedes Van Volcem) 33/5 Steenbrugge en de Dampoortsluis : veranderingen in zicht ? (Raadslid Charlotte Storme) 33/6 Het Olympiazwembad en overleg tussen provincie West-Vlaanderen en Stad Brugge. (Raadslid Arnold Bruynooghe) 33/7 Gratis parkeerkaart voor zorgverstrekkers. (Raadslid Bruno Mostrey) 33/8 Gemeenschapsmunt. (Raadslid Sammy Roelant) 33/9 Afgelasting Heilig Bloedprocessie. (Raadslid Ann Soete) Akten en mededelingen 34 Jeugd - algemene vergaderingen jeugdraad 2014 - kennisname.
2
gemeenteraad 26 mei 2015
OPENBARE VERGADERING Samenstelling van de gemeenteraad Voorzitter André Van Nieuwkerke Burgemeester Renaat Landuyt Schepenen Franky Demon, Annick Lambrecht, Boudewijn Laloo, Frank Vandevoorde, Hilde Decleer, Mieke Hoste, Jos Demarest, Philip Pierins, Martine Matthys, Dirk De fauw Gemeenteraadsleden Lieve Mus, Mercedes Van Volcem, Georgina Denolf, Paul Jonckheere (is verontschuldigd), Jean-Marie De Plancke, Charlotte Storme (is verontschuldigd), Dolores David, Ann Soete, Ingrid Vandamme (komt binnen na punt 3), Guy Rogissart, Alain Quataert, Pascal Ennaert (komt binnen na punt 3), Severine Maes (komt binnen na punt 21), Arnold Bruynooghe, Marcel Goemaere, Néedra Soltani, Sandrine De Crom (komt binnen na punt 1), Paul Desender, Minou Esquenet (komt binnen na punt 15), Sammy Roelant, Martine Bruggeman, Noelia Sanchez Arjona, Pablo Annys (komt binnen na punt 1), Gudrun Platevoet, Jasper Pillen (verlaat de zaal na punt 33/2), Sabine Helleputte, Geert Van Tieghem, Hugo De Bondt, Eric Lagrou, Mathijs Goderis, Patrick Daels, Pieter Marechal, Sanne Doms (is verontschuldigd), Sandra Wintein, Bruno Mostrey Adjunct-Stadssecretaris Colin Beheydt
*** [De vergadering wordt geopend om 18u30.] Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s, ik stel voor om de openbare vergadering te starten. Punt 1, politie jaarrekening 2014. Mijnheer de burgemeester. 1
Politie - jaarrekening 2014 - vaststelling.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u mijnheer de voorzitter, waarde collega’s. De politiejaarrekening 2014 vertoont een gunstig resultaat. Het algemeen begrotingsresultaat 2014 in de gewone dienst bedraagt 3.751.568, 66 euro. Uit de jaarrekening 2014 halen wij een balanstotaal van 43.165.906 euro. En uit de resultaatrekening een positief resultaat voor 2014 van 1.348.733 euro. De ontvangsten bestaan voor 99% uit subsidies waarvan 66% voor rekening van de stadsdotatie, 66% voor rekening van ons, en 34% afkomstig van de verschillende federale toelagen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Bruynooghe. Raadslid Arnold Bruynooghe. - Goede avond, geachte vergadering. Ik wens hier tussen te komen over die politiejaarrekening. Het is inderdaad zo dat de exploitatiekosten zeer nauwkeurig onder de loep werden genomen. En dat ze daardoor geëindigd zijn op 2.374.000 waar ze in het jaar voordien in 2013 nog meer dan 2.500.000 beliepen. En ik ben ook zeer tevreden over het positief resultaat van de resultaatrekening van 1.348.000 en iets. Ik wil ook wel de nadruk vestigen op de hoge realisatiegraad van het budget. Er is hier zeer goed gebudgetteerd geweest. De ontvangsten zijn voor 99,06%, dat is quasi voor 100% gerealiseerd. En bij de uitgaven doet men het iets minder goed maar het is toch nog zeer voortreffelijk en realiseert men 94,92%. Het is beter dat het zo is, dat de uitgaven wat lager zijn dan de ontvangsten. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog opmerkingen? Burgemeester Renaat Landuyt. - Wij hebben geen bezwaar dat de uitgaven lager zijn dan de inkomsten. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord collega’s? De Gemeenteraad, Gelet op de richtlijnen van het algemeen reglement op de politie comptabiliteit, in het bijzonder op art. 66, par.7; Gezien de begrotingsrekening per 31 december 2014;
3
gemeenteraad 26 mei 2015
Gezien de balans per 31 december 2014 met een totaal aan activa en passiva van € 43.165.906, en de resultatenrekening per 31 december 2014 met een boni van het dienstjaar van € 1.348.733, met toelichting; BEGROTINGSREKENING OVER HET DIENSTJAAR 2014 Netto-vastgestelde rechten (gewone dienst)
40.848.463,20
Vastgelegde uitgaven (gewone dienst)
- 37.096.894,54
Begrotingsresultaat (gewone dienst)
3.751.568,66
Over te dragen vastgelegde uitgaven (gewone dienst) Boekhoudkundig resultaat (gewone dienst)
Netto-vastgestelde rechten (buitengewone dienst)
1.501.604,94 5.253.173,60
1.351.978,39
Vastgelegde uitgaven (buitengewone dienst)
- 6.111.420,76
Begrotingsresultaat (buitengewone dienst)
-4.759.442,37
Over te dragen vastgelegde uitgaven (buitengew. dienst) +5.392.417,51 Boekhoudkundig resultaat (buitengewone dienst) + 632.975,14
BALANS PER 31 DECEMBER 2014
Vaste activa
34.307.692
Vlottende activa
8.585.214
Totaal van de activa
43.165.906
Eigen vermogen
13.924.219
Voorzieningen
0
Schulden
29.241.687
Totaal van de passiva
43.165.906
RESULTATENREKENING OVER HET DIENSTJAAR 2014
Exploitatieresultaat
1.196.822
Uitzonderlijk resultaat
151.911
Resultaat van het dienstjaar
1.348.733
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Besluit: 1. De begrotingsrekening per 31 december 2014 wordt vastgesteld. 2. Dit besluit zal samen met de begrotingsrekening aan de toezichthoudende overheid worden voorgelegd voor definitieve vaststelling. 3. De balans en de resultatenrekening per 31 december 2014 worden vastgesteld. 4. Het resultaat van het boekjaar van het dienstjaar 2014 wordt overgedragen naar het volgend boekjaar. 5. Dit besluit zal samen met de balans en resultatenrekening aan de toezichthoudende overheid worden voorgelegd voor definitieve vaststelling.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Volgend punt. Politiebegroting.
4
gemeenteraad 26 mei 2015
2
Politie - begroting 2015 - wijziging 1 - vaststelling.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 2, is een technische begrotingswijziging. Raadslid Sammy Roelant. – Over de politiebegroting in zijn totaliteit. Vorige maand heeft onze gewaardeerde korpschef zijn synoptisch verslag gepresenteerd, aansluitend op zijn verzoek tot een nieuw mandaat. En ik weet zeker dat iedereen hier aanwezig dat document over de Brugse politiewerking zeer aandachtig gelezen heeft. En dat ze dus ook nog levendig een bepaalde passage voor de geest kunnen halen die heel relevant is vandaag voor de budgetten van de politie. Het gaat over de passage die noemt “Tussen droom en daad” waarin de korpschef zegt dat er een grote tegenstelling bestaat tussen wat hij enerzijds noemt het managerieel discours: de wettelijke voorschriften, de excellente politiezorg, en anderzijds de plaatselijke politierealiteit. En hij voegt daaraan toe: “Dit geldt a fortiori voor Brugge.” Met andere woorden, de eigen korpschef zegt of stelt, dat onze Brugse politiedienst het moeilijker heeft dan politiediensten op andere plaatsen. Dat staat letterlijk in dat document. Nu, waar verwijst de korpschef naar? Hij zegt, enerzijds is er de KUL-norm die werd vastgelegd bij de politiehervorming, die voor een personeelstekort zorgt van twintig fulltime equivalenten in Brugge. Bijvoorbeeld door de politieinzet bij de gerechtshoven die niet werd meegeteld. Twee: een toename van de federale opdrachten sinds 2001. De inrichting van het gesloten centrum, de afdeling hoge veiligheid van het penitentiair complex, het samenbrengen van radicaliserende gedetineerden in twee gevangenissen waaronder Brugge, zorgen voor een grote begeleiding naar gerechtshoven. Ook het politieel evenementenbeleid zoals de korpschef dat noemt, in het bijzonder het voetbal, vergt enorm veel politie-inzet en weegt zwaar op het korps. Dat zorgt er in feite voor dat de politie van onze stad veel minder kan inzetten op de veiligheid van de Bruggeling dan nodig of gewenst. Daarom roep ik enerzijds het stadsbestuur in zijn volledigheid, maar ook de collega’s-politici die in de federale parlementen zitten of die deel uitmaken van de regeringspartijen op om een einde te maken aan deze ongelijke onrechtvaardige financiering waarvan de Brugse burger het slachtoffer is. De Brugse parlementairen stellen steeds dat zij in Brussel gaan zetelen om de belangen van onze stad te vrijwaren. En dit vind ik nu eens een dossier bij uitstek waarin de belangen van de Bruggeling eensluidend moeten behartigd worden zodat wij een nieuwe financieringsmanier krijgen vanuit de federale regering. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. – Goedenavond geachte heer voorzitter, geachte collega’s, geacht college. Veiligheid is inderdaad één van de zeventien prioritaire beleidsdoelstellingen van onze stad. En in deze vervullen onze politiemensen dan ook een zeer belangrijke maatschappelijke opdracht. In de eerste plaats toch een welgemeend dankwoord aan al deze mensen vanuit onze N-VA-fractie met aan het hoofd uiteraard onze korpschef Dirk Van Nuffel, maar ook aan zijn 439 manschappen tellend team dat dagdagelijks een kwalitatieve inzet betoont ten dienste van onze bevolking. Ik denk dat het dankwoord hier echt op zijn plaats is. Ik zou zeggen: oprecht dank u wel, beste politiemensen. En ook op financieel vlak scoort onze politie hoge ogen. Het algemeen resultaat van het begrotingsjaar 2014 is immers drie keer hoger dan initieel geraamd om af te klokken op 3,75 miljoen euro. Dat is zeer mooi, zoals ook gezegd door collega Bruynooghe. De uitgaven eigen dienstjaar wist men ook te beperken met bijna 2 miljoen euro. Inderdaad, er werd slechts 34 miljoen euro uitgegeven in plaats van de geraamde 36 miljoen euro. Nu komt vandaag de eerste begrotingswijziging op onze menukaart, en wat stellen wij vast? Dat de uitgaven eigen dienstjaar thans begroot worden op 39,6 miljoen euro, dat is een stijging met 5,5 miljoen euro of 16%. Dus een stijging met 16% op één jaar tijd. Eén komma vijf miljoen euro hiervan heeft wel, ietwat vreemd als u het mij vraagt, te maken met het feit dat de lonen van december 2014 pas in januari 2015 betaald werden, en blijkbaar niet meegenomen werden met het jaar 2014 maar geboekt werden in het jaar 2015. Maar toch hebben wij zo nog altijd een gebudgetteerde meerkost van 4 miljoen euro, ik dacht toch een niet onaardig bedrag, zijnde plus tien percent.
5
gemeenteraad 26 mei 2015
De stadsdotatie steeg in vergelijking met 2014 daarentegen met slechts 1,25 miljoen euro. En deze werd of wordt niet verhoogd. Ik wil u ook herinneren aan het feit dat in het jaar 2013 de stadsdotatie slechts met 500.000 euro werd verhoogd. Wij stellen dan ook de vraag: hoe rijmt u deze anomalie? Dat vragen wij ons af. De stadsdotatie van 25,25 miljoen euro vertegenwoordigt immers meer dan 60% van onze ontvangsten, wat de politie betreft. Zal dit niet leiden tot afbouw van mensen en middelen? Zal dit geen repercussies hebben op een verdere goede dienstverlening van ons politiekorps? Want ook veiligheid in onze stad kent nu eenmaal een minimale prijs. Ik dank u voor uw antwoord. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. – De tussenkomsten liggen een klein beetje buiten het punt dat op de agenda staat. Maar geen misverstand, ik steun collega Roelant in zijn afwijzen van de KULnorm. Wat de korpschef in een of ieder document heeft geschreven herhaalt hij al jaren en hij heeft al jaren mijn steun op dat vlak. Wat betreft collega Van Tieghem: uw dank is onze dank. Uw bezorgdheid wordt door ons niet helemaal gedeeld omdat je ziet uit de resultaten van vorig jaar en de omzetting naar dit jaar dat wij zeer nauwgezet begroten en dat wij ervan uitgaan dat wij de essentiële taken van de politie gaan kunnen verder zetten. Maar ik ga ervan uit dat u in deze ons in de komende maanden ook grondig zult begeleiden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. - Heel kort. Mijn tussenkomst gaat 100% over punt nummer 2. Ik weet niet wat u niet ziet dat ik zie. Als u nauwgezet begroot dan hebt u een tekort van 4 miljoen euro waar de stadsdotatie met 1,25 miljoen euro stijgt. Dus ik kan maar de vraag zo eenvoudig stellen: vanwaar deze anomalie? Ik zie alleen maar dat u middelen en mensen zult moeten afbouwen, want zonder geld kunt u niet koken. Zeker wat veiligheid betreft, toch een zeer belangrijke zaak in onze stad. Ik zie geen oplossing als u de stadsdotatie daar niet gaat verhogen. Burgemeester Renaat Landuyt. - U ziet cijfers, maar u trekt de verkeerde conclusies uit de cijfers. Uw bezorgdheid is een klein beetje voorbarig. U zult zien de komende maanden dat wij ook voor 2015 op een behoorlijke wijze zullen eindigen. En dat de politie ook nog altijd uw dank zal waard zijn op het einde van het jaar. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. - De gewone dienst van de politiebegroting over het dienstjaar 2015 wordt overeenkomstig de toelichtingen gewijzigd en de nieuwe uitkomst wordt vastgesteld in de hiernavolgende tabel: bedrag na oorspronkelijke begroting
verhoging +
verlaging -
bedrag na begrotingswijziging 1
algemeen begrotingsresultaat 2013
2.224.319,00
begrotingsresultaat 2014 (definitief)
-676.504,00
2.203.753,00
0,00
+1.527.249,00
2.224.319,00
algemeen begrotingsresultaat 2014 (definitief) begrotingswijziging 1/2015
1.547.815,00
2.203.753,00
0,00
3.751.568,00
ontvangsten eigen dienstjaar
38.027.547,00
131.938,00
338.612,00
37.820.873,00
uitgaven eigen dienstjaar
37.695.925,00
2.104.229,00
109.077,00
39.691.077,00
ontvangsten vorige jaren
0,00
0,00
0,00
0,00
uitgaven vorige jaren
1.879.437,00
1.927,00
0,00
1.881.364,00
ontvangsten overboekingen
0,00
0,00
0,00
0,00
uitgaven overboekingen
0,00
0,00
0,00
0,00
geraamd resultaat van de begroting 2015 geraamd algemeen begrotingsresultaat 2015
-1.547.815,00
-1.974.218,00
-229.535,00
-3.751.568,00
0,00
229.535,00
-229.535,00
0,00
6
gemeenteraad 26 mei 2015
Artikel 2. - De buitengewone dienst van de politiebegroting over het dienstjaar 2015 wordt overeenkomstig de toelichtingen gewijzigd en de nieuwe uitkomst wordt vastgesteld in de hiernavolgende tabel: bedrag na oorspronkelijke begroting
verhoging
verlaging
bedrag na begrotingswijziging 1
algemeen begrotingsresultaat 2013
0,00
0,00
0,00
0,00
begrotingsresultaat 2014 (definitief)
0,00
0,00
0,00
0,00
algemeen begrotingsresultaat 2014 (definitief) begrotingswijziging 1/2015
0,00
0,00
0,00
0,00
ontvangsten eigen dienstjaar
523.700,00
314.300,00
0,00
838.000,00
uitgaven eigen dienstjaar
523.700,00
331.300,00
37.000,00
818.000,00
ontvangsten vorige jaren
0,00
0,00
0,00
0,00
uitgaven vorige jaren
0,00
20.000,00
0,00
20.000,00
ontvangsten overboekingen
0,00
0,00
0,00
0,00
uitgaven overboekingen
0,00
0,00
0,00
0,00
geraamd resultaat van de begroting 2015 geraamd algemeen begrotingsresultaat 2015
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
-37.000,00
37.000,00
0,00
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s. Punt 3. 3
Politie - besluit burgemeester houdende opschorting van het besluit betreffende maatregelen naar aanleiding van de thuiswedstrijden van Club Brugge KV van de Belgische Jupiler competitie 2014-2015 - bekrachtiging.
Burgemeester Renaat Landuyt. – Punt 3 is een besluit van de burgemeester houdende de opschorting van het besluit betreffende de maatregelen naar aanleiding van de thuiswedstrijden van Club Brugge voor 2014-2015. Zoals u weet is er een overeenkomst gesloten met de uitbater van café ’t Putje en hebben wij daardoor onze maatregelen kunnen versoepelen. Ik moet zeggen dat de uitbater zich correct aan de afspraken heeft gehouden in de afgelopen matchen, waar er geen problemen zijn geweest. Dus is het de bedoeling dat wij ook voor de komende maanden en zelfs voor het volgend seizoen er goed zullen over waken dat wij het geweld aan de bron kunnen tegenhouden. Raadslid Sammy Roelant. - Dank u wel. Wij zijn tevreden met deze beslissing. Wij waren er voorheen ook al over tussengekomen, wij dachten dat er een soort verdringingseffect was door die sluiting. Maar aan de andere kant kan je natuurlijk geen wetteloosheid op de openbare weg toelaten. In die zin zijn wij wel benieuwd naar de bijkomende maatregelen die hierbij horen en wat de voorwaarden zijn voor het café. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dank u wel voorzitter. Ik ben eigenlijk tevreden met het feit dat het wordt opgeschort. Waarom? Uiteraard moeten wij zeggen dat er problemen waren aan ‘t Putje. Maar de beslissing om het café te sluiten met de matchen lost natuurlijk het probleem niet op, integendeel. Ik heb daar ook voor gewaarschuwd via schriftelijke brieven en ook de vorige keer met een interpellatie. Waarom? Omdat men dan eigenlijk niet goed weet waar de explosie zich zal voordoen. Er zijn ook diverse uitbaters van de plaats van Sint-Andries naar mij gekomen om te zeggen dat je ziet op de plaats van Sint-Andries dat de mensen die normaal naar ’t Putje gaan zich mengen op die plaats van Sint-Andries en dan moet je maar één keer een verkeerde duw geven en – dat is echt zo, ik heb dat vroeger nog meegemaakt –heel dat plein is aan het rollebollen of aan het vechten.
7
gemeenteraad 26 mei 2015
Dus ik denk dat het terugkomen op de beslissing van de burgemeester een wijze beslissing is. En ik ben ook zeer tevreden want de uitbaters van de plaats van Sint-Andries zijn zeer tevreden, ook de mensen van ’t Putje hebben zich geëngageerd en ook de supporters van Club Brugge van welk café dan ook, kunnen nu terug hun gang gaan. Dus, ik dank u voor uw beslissing in deze. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Neen? Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Ik wil toch verduidelijken dat het geen intrekken is van de beslissing. Het is een vorm van opschorten van de beslissing gebaseerd op acht afspraken die wij gemaakt hebben met de uitbaters. De afspraak zit ook normaal in het dossier, maar ik wil die met u overlopen. De uitbaters zal een groep van vijf zogenaamde sfeerbegeleiders aanstellen, wat gebeurd is. Er zijn een vijftal mensen die waken over de toestand en die ook in contact staan met de politie. Er wordt ook gekeken om alle mogelijke onwettelijke handelingen die zouden gebeuren tijdig te voorkomen. Er is ook een stuk verantwoordelijkheid inzake het zien van drugsgebruik. Ze zijn volledig ingeschakeld in het bestrijden van het fenomeen. Drie uur voor de aanvang van de thuiswedstrijd worden er al maatregelen genomen. Er is uitdrukkelijk gewezen ook op de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de uitbater zelf. Vanaf 23 uur zijn er bijzondere maatregelen inzake de muziek. Er is een regeling in verband met de schade. En er is een afspraak om geregeld verder afspraken te maken en te verfijnen. Als men zich hier niet aan houdt dan nemen wij dezelfde maatregelen het volgende seizoen. Omdat het echt de bedoeling is om bepaalde mensen duidelijk te maken dat ze niet welkom zijn en dat wij het fenomeen niet terug willen laten bloeien. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord collega’s? De Gemeenteraad, Besluit: Het besluit van de burgemeester d.d. 08 mei 2015 houdende opschorting van het besluit betreffende maatregelen naar aanleiding van de thuiswedstrijden van Club Brugge KV, wordt bekrachtigd overeenkomstig artikel 134 van de nieuwe gemeentewet.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan kunnen wij overgaan naar punt 4. 4
Politie - tariefreglement op het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen in functie van deze werkzaamheden - goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 4 is een tariefreglement op het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen. Wij waren praktisch de enige stad of centrumstad die nog volledig gratis gebruik van het openbaar terrein toeliet inzake werkzaamheden. Het is niet onze bedoeling om daar bij manier van spreken geld aan te verdienen. Het is wel onze bedoeling om ervoor te zorgen dat men zo weinig mogelijk tijd neemt, dus zo weinig mogelijk plaats inneemt van het openbaar terrein. De doelstelling van de maatregelen is om heel specifiek zo weinig mogelijk ruimte te gebruiken. En de hantering van een retributie leek ons hier het beste middel. We worden teveel geconfronteerd met belemmeringen die niet meer nodig zijn. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Burgemeester, ik zou in verband met wegenwerken dan toch eens iets willen vragen. Iets heel concreets, iets dat gebeurt, ik zou bijna durven zeggen, aan uw achterdeur. Maar het is niet uw achterdeur, het is om de hoek. Er zijn mij vorige week en in het weekend verschillende buren komen aanspreken over het feit dat aan de Sint-Walburgakerk, de wegenwerken blijkbaar opgeschort zijn of stil liggen. Er staan daar grote zakken met kasseien, maar er wordt al een hele week niet meer verder gewerkt. Nu heb ik gehoord dat er daar een probleem zou zijn en ik zou graag toch eens willen weten wat er daar specifiek aan de hand is. Het is in die zin ook een gevaarlijke situatie: er staan daar grote zakken
8
gemeenteraad 26 mei 2015
met kasseien, waar in het weekend kasseien uitgehaald worden en verspreid over heel de straat. Ik heb nog geen weet van mogelijke vandalismestreken met die kasseien maar vroeg of laat zou dat toch wel eens kunnen gebeuren. Die zakken staan ook gewoon open, dus niet overdekt, dat zijn van die grote zakken zoals je wel kent. Wat is de stand van zaken daar eigenlijk? Terwijl wij hier nu toch over wegenwerken of belemmeringen in verband met wegenwerken bezig zijn. Kan er mij daar iemand uitleg over geven? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik zou voorstellen dat wij eerst het punt behandelen en dan …Dit is een punctuele vraag. Burgemeester Renaat Landuyt. - Het is een punctuele vraag over mijn achterdeur. Maar mijn achterdeur is uw voordeur. [gelach] Raadslid Ann Soete. - Neen, uw achterdeur heb ik nog nooit gezien. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de schepen. Schepen Philip Pierins. - Dank u voorzitter. Het is inderdaad zo, mevrouw Soete, dat er daar een probleem gerezen is. Een probleem waar eigenlijk noch onze mensen van de dienst, noch eigenlijk de aannemer aan kan doen. Het is inderdaad zo dat er nog tweehonderd vierkante meter bestratingswerken tekort komen, en dat er daar de laatste week eigenlijk niet meer gewerkt is Die zakken met die stenen staan daar voor alle veiligheid natuurlijk. Maar in ieder geval zouden wij ook liever hebben dat ze verdwijnen. Wat is er gebeurd? De stenen voor het plein werden door de aannemer besteld bij een leverancier en die resterende tweehonderd vierkante meter moeten nog geleverd worden. Maar heden blijkt dat de leverancier de boeken heeft neergelegd. Het is dus niet bekend of het saldo van die tweehonderd vierkante meter stenen nog aanwezig is in de magazijnen, reeds geproduceerd was en beschikbaar was. Na aanstelling van een curator zal dit duidelijk blijken. In ieder geval, ik zal dat verder opvolgen. De eerste stap zou zijn, moest dit inderdaad kunnen, dat de curator eventjes de hekkens opendoet en voor die aannemer die tweehonderd vierkante meter stenen levert. Dan zal het vlug opgelost zijn. In het andere geval moeten wij een beslissing nemen ….[Schepen Pierins pauzeert, raadslid Ann Soete is in drukke conversatie met mederaadsleden.] Mevrouw Soete, luistert u nog? Raadslid Ann Soete. - Ik ging juist zeggen: u zit hier met minstens drie advocaten in het schepencollege en die straat blijft daar maar liggen. Ik zeg niet dat het uw schuld is. Maar mensen, dat is toch niet serieus zeg! Schepen Philip Pierins. - Wij zijn dus op de hoogte gesteld geweest van die feiten. De stenen zijn niet beschikbaar, ook niet bij een andere leverancier. Ze zijn dus niet te vinden, exclusief. Om de verbinding naar het plein alsook de toegang van het plein tot zowel de basisschool als het Europacollege op korte termijn terug mogelijk te maken stellen wij als wegendienst voor om, als wij die stenen niet vinden, in ieder geval die tweehonderd vierkante meter voorlopig te verharden met beton in afwachting van de levering van die voorziene stenen. Raadslid Ann Soete. - En wanneer zal dat gebeuren? Schepen Philip Pierins. - Zo vlug mogelijk. Het is een beslissing die vandaag nog in het college kan genomen worden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Dank u wel. Onze fractie wenst zich uitdrukkelijk te verzetten tegen het invoeren van een nieuwe belasting. Wij vinden dat als de stad Brugge een beleid voert waarbij men veel middelen inzet op evenementen, waarbij men veel wil inzetten opdat er hier iets te beleven valt, het geen goed systeem is om een retributie te vragen bij het gebruik van het openbaar domein. Vergeet niet dat het openbaar domein iets is waar elke belastingbetaler reeds aan meebetaalt. Ik vind dat dit dus absoluut niet kan, maar ik ga daar nu niet over uitweiden, mijn betoog zal ik straks voeren. Brugge had dat niet, ik vond dat eigenlijk iets positiefs, en dat is nu iets dat verandert. Ik begrijp niet dat het bestuur dit goedkeurt. Dat is eigenlijk alleen maar op verzoek van de politie omdat zij dan meer budget zouden hebben, meer budget ter beschikking zouden hebben. Ik keur dit absoluut niet goed. Ik vind dat je evenementen, het gebruik van openbaar domein, moet kunnen regelen zonder dat daarvoor retributies moeten betaald worden. Integendeel, je kan dat regelen met een vergunning. U kan bijvoorbeeld zeggen, als je niet correct bent dan krijg je de volgende keer geen vergunning meer. Er zijn andere mogelijkheden genoeg. Ik vind niet dat je aan de ene
9
gemeenteraad 26 mei 2015
kant vijf miljoen euro voor evenementen kan besteden in uw begroting en aan de andere kant terugnemen. Bovendien maakt dat het administratief ook niet eenvoudiger voor de klant. Dus wij zijn absoluut tegen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Dank u wel. Een van de eerste tussenkomsten die ik hier ooit deed was over het invoeren van het stopprincipe bij openbare werken. En ik denk dat dit reglement de ideale gelegenheid is om in de algemene voorwaarden toe te voegen dat aannemers die gebruik maken van de openbare weg het stopprincipe zouden moeten respecteren. Dat is één. Dan twee over de werfborden. Ik heb daarover een schriftelijke vraag gesteld. En het blijkt dat er in de binnenstad jaarlijks een 6.100 vergunningen voor werfborden worden gegeven. Wetende dat dit vaak voor een langere periode is en voor meerdere plaatsen kun je ervan uitgaan dat er dagelijks eigenlijk meer dan honderd tot waarschijnlijk een veelvoud daarvan plaatsen in de binnenstad door werfborden worden ingenomen. Dat zorgt natuurlijk voor een serieuze parkeerdruk voor de bewoners van die buurten. Ik reken er dan ook op dat bij de opmaak van het mobiliteitsplan, als de cijfers worden opgelijst en dergelijke, deze cijfers zeker mee worden genomen want die zijn opvallend hoog. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Bruynooghe. Raadslid Arnold Bruynooghe. - Dank u wel voorzitter. Ik ben blij, burgemeester, dat u zo vlug reageert op mijn interpellatie van vorige maand, waarbij ik hier tussenkwam om te stellen dat als de wegwerkzaamheden gedaan zijn er heel wat borden blijven staan. U deelde ook deze bezorgdheid hebt u dan gezegd. Maar dat u met zo een retributiestelsel zou voor de dag komen, had ik niet gedacht. Eerst en vooral, als je bijvoorbeeld gewoon wil verhuizen, dan lees ik hier dat je een vergunning moet aanvragen van 20 euro. Stel dat die verhuiswagen drie betalende parkeerplaatsen nodig heeft, dan komt daar nog eens 60 euro bij. Dan heb je nog 30 euro nodig voor het huren van de borden. Dat was helemaal niet de bedoeling, integendeel. De mensen die zulke zaken doen, verhuizingen, verbouwingswerken, een particulier, houden zich meestal zeer goed aan de regels. Het zijn vooral de aannemers die hier nogal slordig mee omspringen. De werken zijn gedaan en de borden blijven gewoon staan. Ik had gehoopt dat u daar een reglement tegenover zou stellen. Trouwens ik lees hier in artikel 9 dat er een vrijstelling verleend wordt aan zij die in opdracht van openbare besturen wegenwerken uitvoeren. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Als het ook gaat over evenementen dan ging ik gewoon vragen of jullie voor jullie eigen evenementen dan ook een retributie zullen invoeren. Want als er iets te doen is op de Burg dan staat de omgeving hier ook vol met camions op de laad- en loszones, op de parkeerplaatsen. Gaan jullie dat dan ook voor jullie zelf doen? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u. Ik wil benadrukken dat het inderdaad een algemeen probleem is dat er in de stad en in de binnenstad enorm veel verkeersborden blijven staan, dat men op een gemakkelijke wijze daarvan gebruik maakt. Dit reglement komt er naar aanleiding van die vaststelling, want ik herinner mij uw vraag, maar voordien leefde al de vaststelling ook van collega Roelant dat dit toch veel plaats innam. En men heeft mij uitgelegd dat wij praktisch de laatste centrumstad zijn die dat proberen te beheersen door daar een retributie op te heffen. Het gaat wel degelijk over wegenwerken, over de afsluiting die men gebruikt voor werken - en let eens op het gemak waarmee vroegtijdig geplaatst wordt, en hoelang het er staat terwijl de werken van kortere duur zijn – en dus om tegenover die ergernis effectief op te treden. Het gaat over enorm veel aanvragen. Want uw vraag is praktisch klaar, wij kunnen alleen niet weten hoeveel parkeerplaatsen er effectief gebruikt worden. Hiermee gaan wij dat nu ook veel beter kunnen weten. Nogmaals het gaat over een beheersingsinstrument, het is geen fiscaalinstrument. Ten andere het zou ook niet door mij behandeld worden, mocht het vanuit fiscaal oogpunt bekeken worden.
10
gemeenteraad 26 mei 2015
Wat evenementen betreft, dat is een heel andere problematiek, waar er wel sprake is van taksen, maar dat is al jarenlang zo. Er zijn daar situaties van vrijstellingen en niet-vrijstellingen. Het is al lang zo dat wij voor ontspanning en het gebruik van het openbaar domein over vergoedingen kunnen spreken in sommige gevallen. Hier gaat het effectief over het bezetten van de weg omwille van werken aan privégebouwen en ook aan overheidsgebouwen, voor alle soort werken die je kunt hebben in de stad. En het is optreden in antwoord op een vorm van ergernis die leeft bij de bewoners. En nogmaals: wij zijn hierin niet de voorlopers, wij zijn hier de achterkomers. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, stemgedrag. N-VA, Open VLD en Vlaams Belang stemmen tegen; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, B e s l u i t: Artikel 1: Termijn Vanaf 1 september 2015, en voor onbepaalde duur, wordt er een retributie gevestigd op het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen in functie van deze werkzaamheden. Artikel 2: Begripsomschrijving
Eenmalige vergunning: Onder eenmalige vergunning wordt verstaan een vergunning voor het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van één werfzone of één verkeersbelemmering op één locatie. De eenmalige vergunning is beperkt in tijd afhankelijk van het gebruik van het openbaar domein.
Doorlopende vergunning: Onder doorlopende vergunning wordt verstaan een vergunning die afgeleverd wordt voor het regelmatig gebruik van het openbaar domein, voor meerdere werfzones of verkeersbelemmeringen en op verschillende locaties en tijdstippen. De doorlopende vergunning gaat in vanaf de aflevering van de vergunning en geldt tot 31 december van het lopende jaar.
Artikel 3: Retributieplichtige De retributieplichtige is de persoon die het openbaar domein gebruikt, of die als retributieplichtige de vergunningsaanvraag heeft ondertekend. Dit kan een natuurlijk persoon of een rechtspersoon zijn. Artikel 4: Vergunningsplicht 1. Voor het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen in functie van deze werkzaamheden moet men over een vergunning beschikken. Dit geldt ook voor:
het aanbrengen van verkeerstekens op het openbaar domein naar aanleiding van werken buiten het grondgebied van de Stad Brugge of buiten het openbaar domein
het parkeren van voertuigen op het openbaar domein voor zover men wil afwijken van de bestaande parkeerregeling of het retributiereglement op het parkeren.
2. De vergunning wordt afgeleverd door de burgemeester of zijn gemachtigde, conform de aanvraag- en vergunningsmodaliteiten door deze vastgesteld. 3. Met het oog op de opvolging en coördinatie van werken en verkeersbelemmeringen alsmede het toezicht op de verkeers- en veiligheidsmaatregelen die in het kader van deze werken en verkeersbelemmeringen zijn opgelegd, wordt aan elke vergunning een meldingsplicht gekoppeld. Deze meldingsplicht wordt in de vergunningsmodaliteiten vastgelegd. Artikel 5: Tarieven voor het afleveren van vergunningen
11
gemeenteraad 26 mei 2015
1. Voor het afleveren van een eenmalige vergunning wordt er een tarief van 20,00 euro aangerekend. 2. Voor het afleveren van een doorlopende vergunning is het vergunningsbedrag afhankelijk van het aantal keer dat men gebruik maakt van het openbaar domein binnen de termijn van de doorlopende vergunning: Aantal ingebruiknames openbaar domein Tussen 1 en 50 Tussen 51 en 100 Tussen 101 en 500 Tussen 501 en 1000 Tussen 1001 en 1.500 Vanaf 1.501
Vergunningsbedrag 750,00 EUR 1.500,00 EUR 2.600,00 EUR 3.700,00 EUR 4.800,00 EUR 6.000,00 EUR
3. Wanneer een doorlopende vergunning wordt aangevraagd verstrekt de retributieplichtige een raming van het aantal ingebruiknames van het openbaar domein dat hij verwacht binnen de termijn van de doorlopende vergunning te zullen uitvoeren. Op 31 december van elk kalenderjaar wordt een afrekening gemaakt van het werkelijk aantal ingebruiknames openbaar domein en wordt het eventueel teveel betaald bedrag teruggestort of wordt er een bijkomende aanrekening opgemaakt. Artikel 6: Tarieven voor het innemen van betalende parkeerplaatsen Bovenop het tarief voor het afleveren van de vergunning wordt voor het innemen van betalende parkeerplaatsen een tarief van 20,00 euro per betalende parkeerplaats per dag aangerekend. Artikel 7: Tarieven voor het huren, plaatsen en ophalen van parkeerverbodsborden. In functie van een verhuis, een levering of een ruiming kan men voor de duur van maximum 1 dag parkeerverbodsborden huren bij de lokale politie Brugge. Bovenop het tarief voor het afleveren van de vergunning wordt voor het plaatsen, huren en weghalen van die borden, een tarief van 30,00 euro aangerekend. Artikel 8: Tarieven voor ambtshalve vaststellingen 1. Voor het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeers-belemmeringen in functie van deze werkzaamheden, zonder vergunning wordt een tarief van 200,00 euro aangerekend. 2. Bij het niet naleven van de meldingsplicht in het kader van de eenmalige vergunning met betrekking tot: -
de aanvang van de werken
-
het einde van de werken
-
de aanvang van de parkeermaatregelen
-
het einde van de parkeermaatregelen,
wordt een tarief van 25,00 euro per nalatigheid aangerekend. 3. Het niet melden van een ingebruikname openbaar domein in het kader van een doorlopende vergunning wordt gelijkgesteld met de ingebruikname van het openbaar domein zonder vergunning. Hiervoor wordt een tarief van 200,00 euro aangerekend. 4. Voor elke tussenkomst van de bevoegde overheid in het kader van de vaststelling van een wederrechtelijk gebruik en/of een niet of slecht gesignaleerd gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen of voor het achterlaten van signalisatie of andere verkeersbelemmeringen wanneer de vergunning zonder voorwerp is geworden door het einde van de werken of van de reden waarvoor de vergunning werd aangevraagd, wordt een tarief van 100,00 euro aangerekend. 5. Voor een interventie, inbegrepen het aanbrengen van de vereiste signalisatie en het nemen van de nodige veiligheidsmaatregelen of wanneer de tussenkomst er toe strekt de vastgestelde nalatigheid door de dienst verkeersbelemmeringen te doen ophouden, wordt een bedrag van 200,00 euro aangerekend.
12
gemeenteraad 26 mei 2015
6. Wanneer bij een interventie bijzondere (veiligheids-)maatregelen en tussenkomsten zijn vereist met inbegrip van de door de overheid gevorderde gespecialiseerde dienst of firma, wordt naast het tarief van 200,00 euro ook de werkelijke kostprijs aangerekend. Deze werkelijke kostprijs wordt slechts aangerekend voor volgende tussenkomsten:
In geval van niet (langer) vergunde wegenwerken, een niet (langer) vergund gebruik van het openbaar domein of een niet vergunde plaatsing van verkeerstekens, indien de signalisatie- en veiligheidsmaatregelen onvoldoende of onwettelijk zijn of het openbaar domein in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid ontruimd moet worden.
In geval van vergunde werken en verkeersbelemmeringen, indien de signalisatie- en veiligheidsmaatregelen onvoldoende of onwettelijk zijn of het openbaar domein in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid ontruimd moet worden voor zover de opgeroepen verantwoordelijke niet binnen het uur na de oproep ter plaatse is, weigert ter plaatse te komen, weigert zelf in te staan voor de uitvoering van de nodige maatregelen of te kennen geeft niet in de mogelijkheid te zijn zelf in te staan voor het realiseren van de opgelegde signalisatie- en veiligheidsmaatregelen.
In geval van gevaarsituaties als gevolg van onvoorziene omstandigheden, schade aanof slechte staat van wegen en gebouwen, wegenis en bouwwerken, indien de verantwoordelijke wegbeheerder, eigenaar/bouwheer, uitvoerder van werken of de veroorzaker van een verkeersbelemmering nalaat, weigert of niet in staat is om binnen een redelijk vastgestelde termijn in te staan voor de signalisatie en beveiliging.
In geval dat op het openbaar domein geplaatste en/of achtergelaten voorwerpen, materialen, toestellen, verkeers- en werfsignalisatie, enz… waarvoor geen vergunning werd afgeleverd of de vergunning is verlopen, verwijderd moeten worden voor zover de opgeroepen verantwoordelijke binnen de door de bevoegde overheid gestelde termijn het openbaar domein niet kan ontruimen, dit nalaat of weigert, of te kennen geeft niet in staat te zijn om binnen een redelijk vastgestelde termijn in te staan voor de ontruiming. Indien de verantwoordelijke persoon niet gekend is of niet bereikt kan worden, wordt zonder voorafgaande verwittiging overgegaan tot het ontruimen van het openbaar domein.
Artikel 9: Vrijstellingen Is vrijgesteld van de retributie bepaald in artikel 5 en 6 van dit tariefreglement : het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen in functie van deze werkzaamheden door of in opdracht van openbare besturen. Artikel 10: Algemene bepalingen 1. De retributie is betaalbaar betalingsuitnodiging.
binnen
de
30
dagen
na
het
versturen
van
een
2. Bij niet betaling binnen de 30 dagen wordt een herinnering verstuurd met het verzoek te betalen binnen de 14 dagen na datum van de herinnering. 3. Bij niet-betaling binnen de 14 dagen na het versturen van de herinnering wordt een laatste waarschuwing aangetekend verstuurd met het verzoek te betalen binnen de 8 dagen na datum van opmaak van de aangetekende laatste waarschuwing. Er wordt bovenop de kosten voor de aangetekende zending ook een administratiekost aangerekend van 10 euro per dossier. 4. Bij niet betaling binnen de betaaltermijn van 8 dagen na het versturen van de laatste waarschuwing wordt het dossier voor invordering overgemaakt aan de gerechtsdeurwaarder. De kosten hiervoor vallen integraal ten laste van de retributieplichtige. 5. Artikel 94, 2° van het gemeentedecreet is eveneens toepasselijk op de invordering van retributies. Met het oog op de invordering van niet-betwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen kan de financieel beheerder een dwangbevel uitvaardigen. Het dwangbevel wordt betekend bij gerechtsdeurwaardersexploot. 6. Bij betwisting bij het bestuur is het college van burgemeester en schepenen bevoegd. Inzake geschillen zijn de gewone burgerlijke rechtbanken bevoegd.
13
gemeenteraad 26 mei 2015
Artikel 11: Inwerkingtreding 1. Dit reglement vervangt met ingang van 1 september 2015 het tariefreglement op het gebruik van het openbaar domein naar aanleiding van het uitvoeren van wegenwerken, bouwwerken en andere werkzaamheden en het oprichten of veroorzaken van verkeersbelemmeringen van 27 januari 2004. 2. Dit reglement wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed Punt 5. 5
Politie - aankoop interventievoertuig Sint-Andries - voorstel - wijze van gunnen goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 5 is de aankoop van een interventievoertuig voor regio West Sint-Andries. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: De aankoop van het interventievoertuig Volkswagen Transporter overeenkomstig het raamcontract DSA 2012 R3 619 perceel 57A, in toepassing van art. 2, §4° van de wet van 15 juni 2006 inzake de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten van werken, leveringen en diensten voor aankopen, goed te keuren.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 6. 6
Politie - aankoop interventievoertuig Sint-Michiels - voorstel - wijze van gunnen goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 6 is de aankoop van een interventievoertuig voor regio West Sint-Michiels. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: De aankoop van het interventievoertuig Volkswagen Transporter overeenkomstig het raamcontract DSA 2012 R3 619 perceel 57A, in toepassing van art. 2, §4° van de wet van 15 juni 2006 inzake de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten van werken, leveringen en diensten, goed te keuren.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 7. 7
Politie - aankoop bijzondere bewapening 5,56 met toebehoren - voorstel - wijze van gunnen - goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 7 is de aankoop van bijzondere bewapening, 5,56 met toebehoren. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. - De aankoop van 2 collectieve vuurwapens (kaliber 5,56 mm) met toebehoren ten behoeve van de lokale politie Brugge wordt goedgekeurd. Artikel 2. - De opdracht zal het voorwerp uitmaken van een onderhandelingsprocedure na prijsaanvraag bij meerdere leveranciers conform artikel 26, §1 van de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten.
14
gemeenteraad 26 mei 2015
Artikel 3. - De totale uitgave van maximaal 15.000 euro zal benomen worden op begrotingsartikel 33030/744-51/BU-2015 en wordt gefinancierd met een lening.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 8. 8
Politie - aankoop van 40 beschermvesten met voorarmbescherming - voorstel wijze van gunnen - goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 8 is de aankoop van veertig beschermvesten met voorarmbescherming - voor de politie weliswaar. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Geen bezwaar? Neen? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. - De aankoop van 40 beschermvesten en 40 paar voorarmbeschermingen wordt goedgekeurd. Deze zullen aangekocht worden in het kader van het contract DSA 2009 R3 258 van de geïntegreerde politie bij de firma Vandeputte Medical N.V., Prins Boudewijnlaan 43 te 2650 Edegem. Artikel 2. - De totale uitgave van € 18.630,61 zal benomen worden op begrotingsartikel 33030/744-51/2015 BU en wordt gefinancierd met eigen middelen.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 9. 9
Politie - aankoop van 40 transparante ronddraaiende schilden - voorstel - wijze van gunnen - goedkeuring.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 9 is de aankoop van veertig transparante ronddraaiende schilden voor de politie. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. - De aankoop van 40 ronde transparante ronddraaiende schilden wordt goedgekeurd. Deze zullen aangekocht worden in het kader van het contract DSA 2009 R3 211 van de geïntegreerde politie bij de firma Menten NV, Rietmusweg 99 te 3700 Tongeren. Artikel 2. - De totale uitgave van € 9.514,96 zal benomen worden op begrotingsartikel 33030/744-51/2015 BU en wordt gefinancierd met eigen middelen.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 10. 10
Politie - vacatures mobiliteitscyclus 2015-02 - vacantverklaring in het operationeel kader en vacantverklaring in het Calog-kader.
Burgemeester Renaat Landuyt. - Punt 10 is de vacantverklaring in het operationeel kader en de vacantverklaring in het Calog-kader. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. De vacantverklaring en de selectieprocedure in het kader van de tweede mobiliteitscyclus – dienstjaar 2015 goed te keuren. Artikel 2. Het vastleggen van de selectiemodaliteiten:
15
gemeenteraad 26 mei 2015
1. Het houden van een interview met de kandidaat door de plaatselijke selectiecommissie samengesteld conform art. VI.II.61 RPPol voor de functies in het operationeel kader en CALog-kader. 2. Voor de functies binnen het middenkader wordt bijkomend een adviserende kennistest en postbakoefening georganiseerd. Voor de functie van teamcoach recherche wordt eveneens een rollenspel georganiseerd. 3. Voor de functie van inspecteur van politie, wijkinspecteur (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve) wordt tijdens het interview met de kandidaat een rollenspel (tweegesprek) georganiseerd. 4. Voor de functie van inspecteur van politie, rechercheur (gespecialiseerde functie, met mobiliteitsreserve) wordt een adviserende dossierproef, een adviserende kennistest en een rollenspel georganiseerd. 5. Voor de functie binnen het CALog-kader van adviseur, diensthoofd HR-beheer en welzijn - psycholoog (met mobiliteitsreserve) wordt een adviserende kennistest, een adviserende postbakoefening en een rollenspel georganiseerd. Er dient een presentatie te worden voorbereid. Tijdens het interview vindt een face to face rollenspel plaats.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan gaan wij over naar de punten van schepen Demon. Punt 11. 11
Toelagen - restauratie gevels van een hoekhuis, Nieuwe Gentweg 98, 8000 Brugge - definitieve toekenning - uitbetaling.
Schepen Franky Demon. - Dank u. Punt 11 is de uitbetaling van de toelage voor de restauratie van de gevels van een hoekhuis, Nieuwe Gentweg 98. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord? De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. Er wordt een toelage van 18.750 euro toegekend als stadstussenkomst in de restauratiekosten van de gevels voor het pand gelegen Nieuwe Gentweg 98, 8000 Brugge. Deze kunstige herstelling wordt beschouwd als zijnde uitgevoerd wegens openbaar nut. Artikel 2. De stadstoelage wordt slechts uitbetaald na het verlijden van een akte van erfdienstbaarheid "non-modificandi" op de gerestaureerde delen. Deze akte zal ook voorzien dat de stad Brugge het recht heeft om de nodige werken uit te voeren op kosten van de eigenaars die hun verbintenissen niet naleven. De kosten van deze akte vallen voor de helft ten laste van het stadsbestuur. Artikel 3. Ingeval van verkoop van het gebouw binnen een periode van 10 jaar na datum van uitbetaling van de toelage, is deze integraal terug te betalen door de verkrijger. De erfdienstbaarheid "non-modificandi" blijft gevestigd. Artikel 4. Deze uitgave zal benomen worden op beleidsitem BI072000, actie RB072000, rekening 66420000 2015.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 12.
16
gemeenteraad 26 mei 2015
12
Ruimtelijke ordening - herziening gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Brugge bestek - wijze van gunnen - gunningscriteria - samenstelling beoordelingscommissie - goedkeuring.
Schepen Franky Demon. - Punt 12: de gunningscriteria en de samenstelling van de beoordelingscommissie naar aanleiding van de herziening van het GRS. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Daels. Raadslid Patrick Daels. - Goede avond collega’s, dank u mijnheer de voorzitter. Schepen Demon, een kort vraagje. Zodra de opmaak van dit fameuze GRS effectief van start zal gaan, hopen wij om als gemeenteraadsfractie en als gemeenteraad zou ik zeggen ook de kans te krijgen om actief inspraak te hebben in de opmaak van dit GRS. Kunt u ons eventjes zeggen hoe dat in de praktijk kan gebeuren? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de schepen. Schepen Franky Demon. - Sowieso is het de bedoeling dat wij een heel groot draagvlak gaan creëren want zoals u in het dossier gezien hebt, hebben wij - naast alle andere plannen die er zijn, ik denk aan het klimaatplan, mobiliteitsplan - geopteerd om een raamcontract af te sluiten voor alles wat communicatie is en participatie naar de burgers toe. Dus ook het GRS zal ruimschoots bekeken worden naar de burgers toe. Ik heb er ook geen enkel probleem mee om eens in het berek iets te presenteren op het moment dat er zich voldoende zaken voordoen, er voldoende informatie is. Maar u zelf zit in de Gecoro, en eigenlijk is de Gecoro, waar ook de vertegenwoordigers van de verschillende politieke fracties aanwezig zijn, denk ik, de ultieme commissie waar dit ook het meest strak moet opgevolgd worden. Maar ik heb geen probleem om in het berek iets te presenteren als het zover is. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik vind het een goede zaak dat dit gebeurt, laat dat duidelijk zijn. Maar eigenlijk gaat dit over de toekomst van Brugge, burgemeester en schepen, dit is de toekomst van Brugge. En vandaag worden hele grote participatieprocessen opgezet naar aanleiding van De toekomst van Brugge en hebben mensen ik weet niet hoeveel ideeën kunnen spuien - ik denk dat er driehonderd weerhouden zijn, er worden extra sessies en ateliers voorbereid. Maar uiteindelijk zijn dat losse ideeën die meestal een budgettaire impact hebben of geen budgettaire impact hebben, maar eigenlijk zeer nauw aansluiten bij ruimtelijke planning. Want als je iets wil doen heb je meestal ook ruimte nodig, heb je ook een vergunning nodig en moet het stroken met de ruimte. Dus mijn vraag is: dat GRS, zal dat eenzelfde participatief- of een progressief proces kennen dat in samenspraak gaat met de bevolking? En zal dat ook op de manier gebeuren van De toekomst van Brugge? Hoe zal die rolverdeling gebeuren? Of hoe gaat dat? Dat is eigenlijk een beetje mijn vraag. Dat wij niet aan de ene kant De toekomst van Brugge, concertgebouw, werkgroepen en ateliers hebben en dan aan de andere kant een studiebureau. Er moet toch minstens een soort match zijn zodanig dat die ideeën kunnen geïntegreerd worden en dat de plannen die mensen hebben, die daar ook energie in steken, ook ruimtelijk kunnen worden uitgevoerd. Want de mensen begrijpen dat niet: als zij een goed idee hebben maar ruimtelijke voorschriften laten dit niet toe, dat is een beetje kafka. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Neen? Mijnheer de schepen. Schepen Franky Demon. - De mensen, de burgers die betrokken zijn bij De toekomst van Brugge of de burgers die zelfs niet betrokken zijn bij dat traject maar die wel interesse hebben zullen zeker betrokken worden. Daarom is het net zo belangrijk dat wij met dat ene communicatiebureau dat traject afgelegd hebben. Natuurlijk moeten wij ook niet naïef zijn: op sommige momenten wanneer wij de bevolking horen - wij hebben ook verschillende sectorale plannen, ik denk aan het klimaatplan, ik denk aan het mobiliteitsplan, ik denk aan open ruimte, en aan waar wij in de toekomst met sportinfrastructuur naar toe gaan en met wat dat allemaal teweegbrengt - gaan er ook zaken zijn die niet combineerbaar zijn. En dan zullen het een stuk de bevolking maar ook een stuk het studiebureau en het college zijn die daar knopen in doorhakken. Dus het zal niet zo zijn dat we met zijn allen een praatje gaan maken,
17
gemeenteraad 26 mei 2015
we gaan goed luisteren maar het is ook niet de bedoeling dat we er een heel document, een zwaar document van maken. Het is vooral, denk ik, een kwestie van waar gaan we naar toe, de grote lijnen die moeten gezet worden. En dat gaan we samen, via dat communicatiebureau dat verantwoordelijk is voor de communicatie van alles wat Brugge aangaat, proberen te realiseren. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed. Iedereen akkoord? Raadslid Mercedes Van Volcem. - Mag ik nog even? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Ik heb nog een aanvullende bemerking: het mobiliteitsplan zou af zijn tegen eind 2015. Ik denk dat de dag van vandaag een vlotte mobiliteit zeer belangrijk is, als je tot een goede ruimtelijke ordening wilt komen. Dus ja, een integratie van mobiliteit in de ruimtelijke ordening, daar ben ik zeer voorstander van. Mijn vraag is hoe je aan dat GRS zal beginnen zonder dat dat mobiliteitsplan zijn traject heeft afgelopen. U moet zorgen dat u door al uw verschillende plannen niet vast geraakt. Schepen Franky Demon. - Het spreekt voor zich dat als we kijken naar alle centrumsteden, één van de grote uitdaging de verdichting is. Hoe we die verdichting gaan combineren met een goede ontsluiting, met een goede mobiliteit: dat gaat hand in hand moeten gaan. En als collega Lambrecht klaar is, ik dacht oktober, november 2015, dan is dat mooi op tijd om dit allemaal te gaan integreren in ons GRS. Want op de dag van vandaag worden de gunningscriteria vastgelegd en wij hopen in de maand juli naar de jury te kunnen trekken, dus in september zal het bureau aangeduid worden. Ja, dan zitten we met een maandje, daar maak ik mij geen zorgen over eigenlijk. Maar u hebt gelijk: mobiliteit zal de sleutel zijn van waar we kunnen gaan verdichten, en waar we dan aan de andere kant open ruimte gaan houden. Dus dat zal absoluut nodig zijn, maar ik denk dat die tijdslijn eigenlijk ideaal ligt, in mijn ogen. Raadslid Mercedes Van Volcem. – U spreekt nu over die verdichting, het is mij niet zo duidelijk, schepen. Aan de ene kant zegt u: in Brugge willen we open ruimte houden en dan is er de beslissing van Klein Appelmoes. Ik vond dat een zeer goede beslissing, wij hadden ook in ons programma staan om dit groen te laten. Dan zegt u: we willen verdichten. Verdichten is ook belangrijk maar een klein nadeeltje daarvan kan zijn dat als je niet voldoende parkeerplaatsen hebt, dat een druk geeft op de verdichting. Dat is het tweede. Maar als je dan zegt: ik wil open ruimte houden en ik wil verdichten, en je zegt in elk interview ook dat je een huisje en een tuintje wil, dan vraag ik: hoe gaat u verdichten met huisjes en tuintjes? U zegt dat ik in artikelen voor hoogbouw was. Bij mijn weten heb ik in mijn vorige beleidsperiode niets hoog gebouwd, integendeel. Het hoogste misschien dat ik gebouwd heb, was aan de Ezelpoort maar dat is niet hoger dan de gebouwen ernaast, de herenwoningen ernaast zijn ook drie bouwlagen en een dak. Dus, ik vraag mij af en dat is de uitdaging voor de vraagstukken van morgen: hoe u enerzijds open ruimte zal open houden, zal verdichten met niet te verdichten, en hoe u dan die mobiliteit daartoe zal aanpakken. Ik vind persoonlijk dat als je aan een GRS begint, je eerst eigenlijk met een college of met een gemeenteraad of met de bevolking zou moeten kunnen een aantal basisprincipes naar voor schuiven, niet ingewikkeld, waarbij je zegt: kijk, dat is de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling die wij als stadsbestuur, als bevolking willen. Om daar nadien een studiebureau op te zetten, hoe je dat op de beste manier kan realiseren. Nu is het een beetje een open vraagstuk, waarbij ik de indruk heb dat het studiebureau de toekomst van Brugge zal bepalen. En ja, eens dat dat er dan ligt natuurlijk, dan is het ook voer voor de Raad van State, als de colleges daar van afwijken en wanneer dat niet op een even deskundige manier is onderbouwd. Ik geef alleen maar suggesties eigenlijk, het is geen kritiek. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Demon. Schepen Franky Demon. - Eerst en vooral: de intentienota, u zal die waarschijnlijk ook in de collegenota die voorligt, de gemeenteraadsnota die voorligt, gelezen hebben. Daar staat in - ik denk dat het toch heel belangrijk is, we hebben het ook gepresenteerd in het berek - hoe we willen werken. Ik herhaal nog even de woorden: evaluatie en actualisatie. Waar zitten we? Welke RUP’s zijn er lopende, waar zitten we vast? De verschillende beleidsplannen, waarvoor we de processen op elkaar willen afstemmen. We hebben de mobiliteit, we hebben de sportinfrastructuur, we hebben de speelruimte, we hebben de open ruimte. Heel belangrijk dat we zeggen: hoe gaan we naar duurzaam ruimtegebruik en naar die verdichting gaan, naar de klimaatneutrale stad. Dat zijn allemaal zaken die ik uit die intentienota haal. We willen naar een klimaatneutrale stad. Ik denk, zonder dat met een grote pretentie te zeggen, dat als je naar een klimaatneutrale stad gaat, het GRS bijna het enige instrument is waarmee je daar zaken gaat kunnen realiseren. We gaan
18
gemeenteraad 26 mei 2015
prioriteiten bepalen. We hebben de schaal bepaald waarop alles gaat gebeuren, hoe we dat gaan doen naar bewoners, een verbeeldend plan, waar we zeggen: kijk, we gaan het mooi doen met de groenstructuren, de waterstructuren zodanig dat de bevolking onmiddellijk mee kan denken. Dus ik denk dat er door dit college toch al heel veel stappen gezet zijn vóór we naar een bureau gaan. Ik denk dat we daar heel duidelijke beleidslijnen gezet hebben. Het is waar dat er nog enkele plannen bezig zijn die zullen moeten geïntegreerd worden. Uw vraag naar open ruimte en verdichting toe. We hebben samen nog voor de binnenstad het openruimteplan gemaakt. We blijven daar heel sterk aan houden. En samen met collega Pierins zijn we bezig voor de deelgemeenten. Dat is ook al, dacht ik, gegund - Philip? Ja, dat is ook al gegund. Er zijn plaatsen waar we gaan verdichten. Ik denk bijvoorbeeld aan de Tir: daar kunnen we toch tenminste zeggen dat we gaan verdichten. Op andere plaatsen, sites waar we al over gesproken hebben, moet het volgens mij kunnen om te gaan voor huisje-tuintje, om de jongeren naar hier te halen. Ik denk, hopelijk in de toekomst, aan Olympia. Ik denk bijvoorbeeld aan de verkaveling op Zwankendamme maar evengoed aan die op Sint-Michiels, die voor het moment bezig is aan Casenbroot - zo noemt dat daar, daar is ook een verkaveling bezig. Daar wordt dan effectief gekozen voor het huisje-tuintje, zoals we het zo graag noemen. Ik denk dat we daar goede keuzes aan het maken zijn. U weet van die ontgroening en u kent de noodzaak om jonge gezinnen aan te trekken. Dit college heeft in zijn beleidsnota geschreven dat we daarvoor willen inzetten op die grondgebonden woningen. Maar verdichting waar mogelijk, bijvoorbeeld de Tir. En er gaan nog andere projecten zijn, zullen we zien, waar er aan verdichting gedaan wordt. Ik denk dat het een goed instrument zal zijn, dat we niet alles uit onze eigen duim kunnen zuigen, dat we daarom een goede studie zullen voorleggen van het GRS waar er verdere ontwikkelingen mogelijk zijn. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed. Dan stel ik voor goed te keuren. Geen probleem? De Gemeenteraad, Besluit: 1. Het bestek en de aanbestedingswijze: onderhandelingsprocedure met bekendmaking, worden goedgekeurd. 2. Er wordt akkoord gegaan met de gunningscriteria. 3. Er wordt akkoord gegaan met de samenstelling van de beoordelingscommissie, nl.: -
Renaat Landuyt, burgemeester-voorzitter Franky Demon, schepen ruimtelijke ordening Barbara Lefebure, directeur dienst ruimtelijke ordening Niels Everaerd, Ans Vanhevel, Nele Verhiest, Tristan Gobyn, Korneel Morlion, ruimtelijk planners Sofie Rapsaet, coördinator Toekomst van Brugge.
4. De uitgave, geraamd op 200.000 euro btw inb., wordt benomen via rekeningnr. 21400007, beleidsitem BI061000, actienr. RB061000.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 13, schepen. 13
Urbanisatie - verkavelen van een terrein in drie kavels voor woningbouw, met inbegrip van aanleg van nieuwe wegenis, gelegen Hemelbeekstraat te 8000 Brugge - goedkeuring van de voorgestelde rooilijnen, de zaak der wegen en de kosteloze grondafstand voor inlijving in het openbaar domein.
Schepen Franky Demon. – Punt 13: het verkavelen van een terrein in drie kavels voor woningbouw met inbegrip van de aanleg van de nieuwe wegenis, gelegen Hemelbeekstraat te Koolkerke. Goedkeuring van de voorgestelde rooilijnen, de zaak der wegen en de kosteloze grondafstand voor inlijving in het openbaar domein. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord collega’s?
19
gemeenteraad 26 mei 2015
De Gemeenteraad, Besluit: 1. Kennis te nemen van het resultaat van het georganiseerd openbaar onderzoek (twee ongegronde bezwaarschriften ingediend). 2. Goedkeuring van de voorgestelde rooilijnen, de zaak der wegen en de kosteloze grondafstand voor inlijving in het openbaar domein.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan het punt van schepen Lambrecht. Punt 14. 14
Mobiliteit - SAVE-charter Steden & Gemeenten - goedkeuring.
Schepen Annick Lambrecht. - In punt 14 vraag ik uw goedkeuring voor de ondertekening van het SAVE-charter Steden & Gemeenten. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. – Als ik het goed heb, is de aanleiding hiervan de onthulling van een SAVE-bord in de Diksmuidse Heerweg, waar in 2013 een spijtig ongeluk gebeurd is met Kylian en Femke waarbij beide jongeren overleden zijn. Dat is een heel tragisch verlies zeker voor diegenen die achterblijven, voor de ouders, de mensen die hen graag zien. Wij vinden het een heel goede zaak dat dit verlies niet nutteloos zal zijn maar hopelijk zal verhinderen dat er in de toekomst nog zo’n tragische ongelukken gebeuren. In die zin is de ondertekening van dat charter een heel goede stap. Vooral als je kijkt naar de inhoud van dat charter. Er staan daar echt doortastende dingen in waar wij volledig achter staan. Bijvoorbeeld rond de invoering van het STOP-principe, waarbij fietsers en wandelaars voorrang krijgen. En ik citeer nu letterlijk uit de tekst: “…dat verkeersveiligheid en verkeersleefbaarheid prioritair worden in de mobiliteitsvisie boven vlotte doorstroming en parkeren.” Er staan daar nog andere dingen in, bijvoorbeeld om bij de dienstverplaatsingen het STOP-principe te hanteren. Wij kunnen daar volledig achter staan en wij willen graag ook de collega’s van alle fracties in de gemeenteraad erop wijzen dat als zij dit goedkeuren en dus ervan uitgaan dat dit de uitgangspunten worden van het mobiliteitsbeleid, wij hen daar dan zullen aan herinneren op het moment dat het mobiliteitsdebat gevoerd wordt in november. Dus dat als zij dit goedkeuren zij wel degelijk de stap zetten om bijvoorbeeld het STOP-principe in te voeren en om de verkeersleefbaarheid primordiaal te stellen. Dat is een engagement waarvan ik hoop dat het niet alleen lippendienst zal zijn. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Schepen Annick Lambrecht. - Dank u wel, Sammy. De vraag voor dit SAVE-charter kwam eigenlijk van de vzw Ouders voor verongelukte kinderen en er is contact geweest met de ouders van de kinderen die u vernoemde. Ik denk dat u weet dat verkeersveiligheid en verkeersleefbaarheid heel hoog op de agenda van mobiliteit staan van dit bestuur. Dit past perfect binnen een doorgedreven verkeersveiligheidsbeleid dat wij willen gaan voeren samen met heel wat diensten, politie, preventie ook. Het spreekt voor zich of misschien spreekt het niet voor zich, maar het is toch zo dat het SAVEcharter en alle zeven initiatieven die hier worden opgesomd meegenomen worden in het mobiliteitsplan. Dus u zal er ook door mij aan herinnerd worden dat het er is, wij nemen het zeer serieus. Wij zijn één van de eerste grote steden die dit gaan ondertekenen. En het is geen vodje papier, het wordt opgevolgd. Na een jaar komt er een evaluatie vanuit de vzw of wij wel degelijk doen waarvoor wij ons geëngageerd hebben. Het STOP-principe staat hierin. Maar ik wil er u op wijzen dat wij dit eigenlijk ook al goedgekeurd hebben toen wij het beleidsprogramma hebben goedgekeurd voor deze legislatuur. Ik denk niet dat dit veel ter discussie staat. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Akkoord collega’s?
20
gemeenteraad 26 mei 2015
De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. Stad Brugge ondertekent het SAVE-charter. Artikel 2. Met BW2 2015 wordt 1.200 euro voorzien op BI020001 (mobiliteit), RB020001, rekening 64910000 (subsidie vzw Ouders van Verongelukte Kinderen) met bestelbon met inkoopordernummer 601150005507.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Dan gaan wij over naar de punten van schepen Laloo. Punt 15. 15
FINIWO - kapitaalverhoging Publi-T - intekening t.b.v. 2.457.775,67 euro.
Schepen Boudewijn Laloo. - Dank u voorzitter. Collega’s, In punt 15 keuren wij een intekening goed van stad Brugge op de kapitaalverhoging in Publi-T via het kanaal Finiwo. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Mostrey. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u voorzitter. Goede avond, geachte collega’s. Deze kapitaalsverhoging dient de financiering van een aantal grotere projecten die expliciet belangrijk zijn voor de bevoorradingszekerheid. Zo kunnen we ook lezen in het dossier. Maar er zijn ook een aantal van die grotere projecten waar Brugge expliciet mee te maken heeft: het Stevinproject en het Nemoproject. Dit zijn goede projecten noodzakelijk, zoals gezegd, voor de bevoorradingszekerheid maar ook voor een aantal verduurzamingen die o zo noodzakelijk zijn. Ik wil een kanttekening maken: wij vinden eigenlijk dat dergelijke investering eigenlijk zou mogen gebeuren door de overheid. Maar goed, deze situatie is nu niet aan de orde en wij vinden dat, als een intercommunale hierin investeert dat ook zeer belangrijk is, zeker en vast al omwille van de publieke verankering - kwestie dat ons net niet in handen komt van multinationals in landen, ik weet niet waar. Voorzover wij dat kunnen beoordelen, lijkt dit ook een financieel betrouwbare investering, het is eigenlijk een gereguleerde markt, dus ik denk dat het een goede zaak zou zijn als stad Brugge effectief intekent op deze aandelen. Wij stemmen voor. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Bruynooghe. Raadslid Arnold Bruynooghe. - Dank u wel voorzitter. Wij ook vinden dat het een goede zaak is voor Brugge. Vooral omdat men hier gebruik maakt van een financiële truc waardoor het de stad geen geld kost, door namelijk in te spelen op de rekeningcourant van de desbetreffende onderneming. Bovendien wil ik ook nog eens de aandacht vestigen op de aankoopprijs die zeer voordelig is. Dat aandeel van Elia, want daar gaat het eigenlijk over, staat nu veertig euro en er wordt maar gekocht aan vijfentwintig euro. Dus dat is een zeer positieve zaak. Wel heb ik nog een vraag naar de schepen toe. Er wordt van uitgegaan dat een aantal gemeenten niet zal of kan ingaan op deze kapitaalsverhoging en dan komt er een bijkomende intekening vrij. Gaat de stad Brugge daar op ingaan? Schepen Boudewijn Laloo. - Ik ga daar heel kort op reageren. Of zijn er nog vragen, voorzitter? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de schepen. Schepen Boudewijn Laloo. - Ik wil daar heel kort op reageren. Als zich dat voordoet, zal mijn advies in ieder geval positief zijn. Laat ons niet vooruit lopen op wat zich mogelijk kan voordoen. maar mijn advies gaat in ieder geval positief zijn. Want ik heb vandaag nog eventjes met onze financieel adviseur daarover gepraat en ik verwacht daar ongeveer een rendement van 5,3 procent. Dat lijkt mij toch heel goed. Dus ik denk dat wij hier een zeer positieve beslissing nemen, voorzitter. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord?
21
gemeenteraad 26 mei 2015
De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. Finiwo te verzoeken voor rekening van de gemeente/stad de kapitaalverhoging van Publi-T te onderschrijven voor een proportioneel toegewezen bedrag van 2.457.775,67 euro. Artikel 2. Finiwo opdracht te geven van dit proportioneel toegewezen bedrag 1.773.454,20 euro te financieren door de aanwending van beschikbare middelen op de rekening-courant ter financiering van een kapitaalverhoging Finiwo “F8”. Artikel 3. Finiwo te verzoeken voor rekening van de gemeente/stad een banklening aan te gaan voor het saldo van 684.321,47 euro en zich voor dat bedrag onherroepelijk en onvoorwaardelijk borg te stellen tegenover de financiële instelling die na een aanbestedingsprocedure door de raad van bestuur van Finiwo wordt gekozen als kredietverstrekker. De gemeente/stad stelt vast dat Finiwo over 4.153.046,43 euro uitstaande en nietopgevraagde waarborgen beschikt die in 2011 zijn toegekend met oog op de aanwending van een thesaurieprogramma van KBC Bank ter financiering van de investeringen in projecten voor energieopwekking door middel van hernieuwbare energie (de zogenaamde “F1” projecten). De raad beslist van deze waarborgen 684.321,47 euro te herkwalificeren als een onherroepelijke en onvoorwaardelijke waarborg tegenover de financiële instelling die na een aanbestedingsprocedure door de raad van bestuur van Finiwo wordt gekozen als kredietverstrekker en dat met oog op het gebruik van een lange termijn banklening ter financiering van een kapitaalverhoging van Publi-T.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Volgend punt: 16. 16
Financiën - vaststelling jaarrekening 2014 met toelichting - kennisname decretale rapportering per 31 december 2014 en rapport interne controle 2014.
17
Financiën - budget 2015 wijziging nr. 1 - vaststelling.
18
Financiën - derde herziening meerjarenplan 2014-2019 - vaststelling.
Schepen Boudewijn Laloo. - Volgend punt, even positief eigenlijk. Het gaat over punten 16, 17 en 18, die ik zal proberen samen te behandelen en die vragen toch een inleiding. Het gaat dus over de rekening 2014, de budgetwijziging 1 voor het budget 2015 en de herziening van het meerjarenplan. En vooraf wil ik toch gebruik maken van mijn spreekrecht om de financiële diensten van harte te bedanken, die onder leiding van Cathy Brouckaert, Monique Rammelaere en Jan Dhiedt, werkelijk prachtwerk hebben geleverd. Het is niet zo eenvoudig als het soms zou lijken want het is een gans ander systeem en ik moet zeggen: 2014 is terzelfder tijd een memorabel jaar in de financiële geschiedenis van onze stad. De jaarrekening 2014 die voorligt werd gevoerd in de nieuwe BBC-boekhouding en is dus een eerste toets van de werkelijke realisatie van onze bestuurlijke voornemens in deze legislatuur. Bij het analyseren van de documenten hebt u ongetwijfeld gemerkt dat het bijzonder moeilijk is om de BBC-cijfers nog te vergelijken met het vorig boekjaar omdat de boekhoudprincipes zodanig verschillen. De kerncijfers die in het eerste boekdeel zijn opgenomen, en die door de financiële diensten werden toegelicht in het berek, geven een goede indruk van de financiële resultaten van dit drukke werkjaar 2014. De realisatie van de doelstellingen inzake prioritair beleid werd gedetailleerd opgenomen in een afzonderlijk boekdeel en hebben wellicht uw volle aandacht genoten. Collega’s, eerst overloop ik met u kort even de resultaten van deze jaarrekening 2014. Het resultaat dat u ongetwijfeld het meest opvalt in deze jaarrekening 2014 is het negatief resultaat op kasbasis, namelijk min 13.865.797 euro. Collega’s, dit negatief cijfer springt in het oog en is uiteraard onmiddellijk voer voor kritiek voor een BBC-boekhoudleek. Iemand met een
22
gemeenteraad 26 mei 2015
grondige BBC-kennis weet echter dat dit negatief cijfer kunstmatig samengesteld is en in laatste instantie opgelegd is door de decreetgever. Dit negatieve resultaat op kasbasis is inderdaad louter en alleen een gevolg van volgende opgelegde boekhoudtechnische factoren. Ten eerste: de verplichte opname van 20,75 miljoen euro aan thesauriebewijzen als kortetermijnfinanciering in de balans en niet in het budgettair resultaat. Ze worden met de begrotingswijziging hernomen. En ten tweede: de verplichte verwerking van 22,76 miljoen euro extra investeringsuitgaven voor de overname van aandelen Electrabel in 2014, terwijl de tegenboeking pas in 2015 mag voorzien worden, wat dus uiteindelijk financieel een nuloperatie wordt, maar hierdoor wordt boekhoudkundig een compleet vertekend beeld gegeven. Veel steden en gemeenten worden met deze onlogische boekhoudtoepassing geconfronteerd. Zonder de technische aanpassing, collega’s, vertoont de rekening 2014 een positief kasresultaat van 29,65 miljoen, een bedrag dat strookt met de boekhoudkundige realiteit van de financiële toestand van de stad Brugge. Deze positieve teneur vindt u verder terug in alle resultaten. Het exploitatieresultaat, dit is het verschil tussen de dagelijkse ontvangsten en uitgaven met uitzondering van de terugbetalingen van leningen, is trouwens bijzonder gunstig in 2014 en bedraagt 28,59 miljoen euro in plaats van de geraamde 8,36 miljoen euro. Dit heeft een rooskleurig effect op het financieel draagvlak van de stad: 31,41 miljoen euro in plaats van 11,23 miljoen euro geraamd, en is ook goed voor de autofinancieringsmarge die eind 2014 19,6 miljoen euro is in plaats van de geraamde min 1,87 miljoen euro. Ter herinnering: wettelijk dient de autofinancieringsmarge enkel in 2019 positief te zijn. De bestemde gelden of de reservefondsen, collega’s, stijgen eind 2014 tot een niveau van 72,7 miljoen euro. Deze verhoging heeft vooral te maken met opname van gelden uit het Stedenfonds voor uitgaven die in 2014 nog niet werden uitgevoerd of gefactureerd, een verhoging van het museaal investeringsfonds en extra voorzieningen voor investeringen ingevolge de dading met Elia voor 8 miljoen euro. Het toekomstfonds bleef onverminderd behouden op 50 miljoen euro. De uitstaande stadsschuld - leningen - bedraagt eind 2014 slechts 93,5 miljoen euro en daalt ten opzichte van de vorige boekjaren. De schuldgraad eind 2014 blijft bijgevolg bijzonder gunstig. Tenslotte nog een woordje over de nieuwe BBC-balans. Ook hier zou de BBC-boekhoudleek een foutieve interpretatie van de gegevens kunnen maken. De herwerkte Brugse balans evolueert op 1 januari 2014 door de overstap naar BBC naar 955,26 miljoen euro. Deze daling van de waarde van het patrimonium ontstaat omdat het kunstpatrimonium of erfgoed van de stad voortaan dient gewaardeerd te worden aan 1 euro in plaats van de geschatte of historische waarde. De stad Brugge is dus niet armer geworden in 2014. Tenslotte merkt u ook aan de berekende ratio’s: autofinancieringsmarge, cash-flow, liquiditeit, dat de financiële situatie van stad Brugge eind 2014 goed zit op de diverse fronten. Na de werkelijkheid van de cijfers van de rekening 2014 gaan we over naar het budget 2015, meer bepaald de budgetwijziging 2015 nummer 1 en de derde herziening van het meerjarenplan. Inderdaad, we moeten het meerjarenplan 2014-2019 opnieuw herzien. Ondanks het feit dat we de autofinancieringsmarge met deze budgetwijziging positief kunnen houden, moeten we bij elke daling, zelfs met één euro, het meerjarenplan herzien. De beperkte aanpassingen in de jaren 2016 tot en met 2019 zijn het gevolg van het logisch doortrekken van budgetwijzigingen of verschuiven van investeringskredieten tussen de budgetjaren. Op de algemene cijfers kom ik op het einde nog terug. Bij deze budgetwijziging stijgen de exploitatie-ontvangsten met 648.000 euro en de exploitatieuitgaven met 1.700.000 euro, waardoor het saldo exploitatie met circa 1 miljoen euro afneemt. Bij de ontvangsten hebben we de nieuwe toeristentaks die voor een half jaar is ingecalculeerd in 2015 Aan de andere kant dalen de opbrengsten van de personenbelasting en onroerende voorheffing ingevolge de laatste ramingen met ongeveer 2 miljoen euro. Bij de uitgaven springen de personeelskosten in het oog. Het college heeft in twee zittingen een aantal dringende personeelsnoden goedgekeurd. Deze leiden tot een meeruitgave van circa 1,4 miljoen euro. Dit wordt voor een groot deel gecompenseerd doordat we verwachten dat de spilindex in 2015 niet wordt overschreden. Dit staat los van de indexsprong, waardoor ook in 2016 de wedden niet zullen worden geïndexeerd. Tenslotte hebben we een aantal ontvangsten en uitgaven aangepast in functie van de cijfers van de rekening 2014 zoals toegangsgelden musea en energiekosten. De investeringsuitgaven stijgen met 21,24 miljoen euro tot 61,46 miljoen euro, waarvan 23 miljoen euro niet-gebruikte kredieten van 2014 en vermindering kredieten 2015 met 2,1 miljoen euro. Bij de investeringen laat BBC namelijk
23
gemeenteraad 26 mei 2015
toe om zonder budgetwijziging niet-gebruikte kredieten van 2014 over te zetten naar het huidig boekjaar. Dit wijst er op dat de diensten hun investeringsuitgaven beter moeten ramen volgens de uitvoering. Een groot deel van de daling uitgaven einde dienstjaar met 2,1 miljoen euro, is te verklaren doordat een aantal investeringen - alhoewel ze al gegund kunnen zijn - geheel of gedeeltelijk in een later jaar vallen dan 2015. De investeringsontvangsten stijgen met 31 miljoen tot 43,3 miljoen euro. Bij de investeringsontvangsten van het huidig dienstjaar vinden we een belangrijke technische boeking van 23 miljoen euro rond de exit van Electrabel uit Imewo, waarvan ik u alle details bespaar. Daarnaast zijn er 8 miljoen overgedragen investeringsontvangsten van 2014. Bij de liquiditeiten valt de schijnbaar enorme stijging op van de op te nemen leningen van 26,25 miljoen euro. We zijn zeker niet van plan om onze schuldenlast te doen exploderen, maar dit is weerom een techniciteit die ons door de Vlaamse overheid wordt opgelegd. Van de 26,5 miljoen euro zijn er 20,75 miljoen euro bestaande thesauriebewijzen die van de toezichthouder niet in de rekening 2014 mochten opgenomen worden, maar wel in het meerjarenplan, en 5,5 miljoen euro heropname niet opgenomen leningen 2015. Kortom, onze schuldenlast neemt niet toe. Tenslotte zijn er nog een aantal wijzigingen aan de bestemde gelden in functie van de rekening 2014. Een nieuwe zaak is de 943.000 euro bestemd geld voor vervangingsinvesteringen Concertgebouw, waarbij Vlaanderen eenzelfde bedrag heeft toegezegd. Tot slot kan ik stellen: ons resultaat op kasbasis in de periode 2015-2019 blijft elk jaar positief en vermeerdert zelfs met de derde herziening van het meerjarenplan! Ten tweede: onze autofinancieringsmarge is elk jaar positief, terwijl dit enkel in 2019 verplicht positief moet zijn. Dank u voor uw aandacht, collega’s. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u mijnheer de schepen. Dan kunnen we nu een algemene bespreking houden. Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. - Goede avond nogmaals, mijnheer de voorzitter, geacht college, geachte raadsleden, geachte mensen in de zaal. Vooreerst wens ik mij aan te sluiten met hetgeen schepen Laloo in zijn voorwoord uitte. Ook wij wensen in de eerste plaats onze bijzondere dank te uiten aan mevrouw Cathy Brouckaert en haar volledig financieel team - ik dacht vijfendertig doorzetters rijk, want die mensen worden inderdaad als doorzetter bestempeld. Ik wil die mensen bedanken voor de toch wel bijzondere inspanningen die geleverd werden in het kader van de eerste opmaak van een nieuwe jaarrekening 2014 volgens de gloednieuwe spelregels van de beleids- en beheerscyclus. Gelet op de bijzondere complexiteit en dito omvang is dat steevast geen gemakkelijke klus. Dat zal ieder raadslid die de rapporten doornam wel beamen. De stukken hebben ons zweet en tranen gekost, weliswaar geen bloed maar af en toe een keer een Duvel en een aantal, toch wel zeer korte nachten. Een oprechte dank nogmaals aan het volledige team voor het doorzettingsvermogen en het geleverde werk, dat mag gezien worden. Inderdaad beste mensen, sedert januari 2014 moet ook Brugge de zogenaamde beleids- en beheerscyclus toepassen, een gloednieuw systeem voor planning, budgetopmaak, boekhouding, beleidsvoering en de rapportering. Het beleidsmatige- en het financiële luik vormen vanaf 2014 ook in Brugge één geheel. De nadruk ligt in de BBC op de beleidsevaluatie, in vergelijking met het meerjarenplan 2014-2019. Iedere stad of gemeente moet immers kunnen aantonen dat ze financieel gezond is en ook financieel gezond blijft. Vandaag ligt dus de jaarrekening van de stad anno 2014 op de tafel en die geeft een vergelijking tussen de budgetcijfers en de rekeningcijfers, en is een onderdeel van de evaluatie van het beleid. En, mijnheer de schepen, wij wensen u onmiddellijk op uw gemak te stellen. We zullen beginnen met een boutade, die u allen vertrouwd in de oren zal klinken in deze raadszaal: in feite zijn we blij. We zijn blij met de cijfers van de stad wat het jaar 2014 betreft. Onze stad heeft het cijfermatig - cijfermatig - relatief goed tot zeer goed gedaan, veel beter, veel beter dan in 2013 en veel beter dan gebudgetteerd. De rekeningcijfers overtreffen ruim de budgetcijfers. En dat stemt u en ons en wellicht eenieder in deze zaal, alle raadsleden, alle mensen gelukkig. Bravo! Maar een euforisch hoeragevoel hebben we niet. Enfin, nog niet. Want cijfers zeggen uiteraard niet alles en moeten gerelativeerd en genuanceerd worden, zeker deze van de jaarrekening 2014, het eerste jaar van de beleids- en beheerscyclus. Laten we eens beginnen met onze exploitatie-inkomsten van het jaar 2014. Wel, beste mensen, onze exploitatie-inkomsten waren begroot op 239,7 miljoen euro. En deze klokken vandaag 9,1 miljoen hoger af: op 248,8 miljoen euro. Prima! Prima! Maar de niet-
24
gemeenteraad 26 mei 2015
gebudgetteerde schadevergoeding van 8 miljoen euro ten gevolge van een dadingsovereenkomst tussen de stad en Elia heeft daar een eenmalig gunstig effect op gehad. Dus als we die eenmalige schadevergoeding van 8 miljoen euro aftrekken van onze ontvangsten, dan komen we eigenlijk min of meer uit op het ontvangstenbudget. En toch ontvingen we 2,1 miljoen euro meer dan gebudgetteerd aan opcentiemen op de onroerende voorheffing, dankzij de Bruggeling, de Brugse belastingbetaler. Wat ons uiteraard, jawel, en het stadsbestuur natuurlijk bijzonder verheugt. Want ik wens er eventjes op te wijzen: de twee vorige jaren hebben we wel wat anders meegemaakt. Toen behaalden we een gemiddeld realisatiepercentage, wat de ontvangsten betreft, van amper 94 à 95 procent. Dat zou in die hypothese een minderontvangst betekend hebben van ongeveer 14 miljoen euro en dat zou het ganse plaatje niet hebben doen kloppen, het had in feite een fikse kater betekend voor de stad. Ik ben dus blij dat wij in feite onze inkomsten, onze ontvangsten relatief juist gebudgetteerd hebben, anders hadden we vandaag, als we dat in analogie met de vorige jaren niet hadden gedaan, wel een probleem met alle repercussies ten gevolge. Dus een positieve evolutie. Dat zal, dacht ik, niemand ontkennen. Wat de exploitatie-uitgaven betreft, wat kunnen we daarover zeggen? Deze werden in het jaar 2014 begroot op 231,3 miljoen euro. Wel, deze liggen vandaag 11,1 miljoen euro lager - lager! - om uit te komen op slechts 220,2 miljoen euro. Met andere woorden, dat is zeer mooi, terug cijfermatig gezien. Wij vragen ons dan ook af: heeft het bestuur de weg van de zuinigheid en de efficiëntie gevonden? Werd er zorgzamer omgesprongen met de te besteden middelen? Hanteren we dan toch een strengere budgetcontrole of misschien heeft ook de geboorte van een financiële cockpit, die er gekomen is op onze vraag, er iets mee te maken? Want vandaag de dag zou het bestuur in staat moeten zijn om budget en rekening continu maand per maand op te volgen en te evalueren op basis van historische ervaringscijfers. Zo kan proactief het beleid financieel bijgestuurd worden indien noodzakelijk, wat voorheen niet het geval was. Helaas worden de raadsleden, wat mij betreft, in de loop van het jaar nog te weinig geïnformeerd over de tussentijdse stand van zaken, ondanks de belofte die gemaakt werd eind vorig jaar. Beste mensen, de toekomst zal het wel uitwijzen maar ik denk dat er ook andere elementen een belangrijke rol spelen teneinde het ganse verhaal wat de exploitatie-uitgaven betreft te nuanceren. En ik heb er drie gevonden. Ten eerste: vanaf 2014 wordt er in de BBC-boekhouding enkel rekening gehouden met de effectief gefactureerde en geboekte cijfers. Dus, enkel de gerealiseerde prestaties worden heden ten dage geboekt. Dat was voorheen niet zo. Dus uitgaven worden nu steeds later geboekt. Met andere woorden een vergelijking maken met vorige boekjaren is zeer moeilijk, zo niet onmogelijk, gelet op de totaal verschillende boekhoudprincipes. Dit maakt dat we de cijfers, zeker langs de uitgavenzijde, met de nodige omzichtigheid moeten benaderen en zelfs relativeren. In die context zijn er zeker en vast heel wat te betalen facturen en prestaties doorgeschoven naar het jaar 2015. Een eerste element. Tweede element: in de BBC-boekhouding wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen de vorige jaren en het huidige dienstjaar. Alles wordt geboekt op het jaar 2014. Een derde element dat een belangrijke rol speelt, denken wij: dat de uitgaven onder het budget bleven heeft ons inziens ook te maken met het feit dat heel wat geplande acties in onze stad in 2014 niet of niet volledig gerealiseerd werden. Zeer opvallend is dat er in de diverse beleidsdomeinen aanzienlijke sommen niet werden aangerekend. Voorbeelden: het algemeen bestuur: 4 miljoen euro minder; cultuur, toerisme, vrije tijd: ongeveer 5 miljoen euro minder. Ook voor de bezoldigingen van het personeel werd er voor het eerst ongeveer 1,2 miljoen euro minder aangerekend dan gebudgetteerd. De personeelskosten van de stad stagneren voor het eerst in vele, vele jaren op ongeveer 106,6 miljoen euro. De geplande indexaanpassing die er anno 2014 niet is gekomen, heeft daar uiteraard mee te maken en uiteraard ook het feit dat drie keer of minstens drie keer zoveel mensen op pensioen gingen dan gebudgetteerd. Ook de andere genomen maatregelen met betrekking tot het niet-stelselmatig vervangen van personeel hebben een positieve impact gehad op het kostenplaatje wat personeel betreft. Een financiële evaluatie van de zeventien prioritaire beleidsdoelstellingen ondersteunt trouwens dit derde argument. Lees: geen of onvoldoende uitvoering van acties. Ik verwijs daarvoor naar het derde boekdeel dat wij mochten ontvangen. Hiervoor, dus voor onze prioritaire acties, was er een uitgave gebudgetteerd van 39,5 miljoen euro. Opvallend is er dat er slechts 29,4 miljoen euro werd uitgegeven zijnde een realisatiegraad van 74 procent. Met andere woorden: vele geplande acties met betrekking tot prioritair beleid werden niet of nog niet uitgevoerd. Dat is eigenlijk veel. En in feite, als je het mij vraagt, een teneur die we merken bij het lezen van de jaarrekening: we hebben het nog niet gedaan, het wordt uitgesteld, het wordt verplaatst naar toekomstige jaren.
25
gemeenteraad 26 mei 2015
Beste mensen, koken kost geld en als je niet kookt dan heb je ook geen geld dat je spendeert. Ik geef u een aantal markante voorbeelden die wij terugvinden in het derde boekdeel, ook in het eerste boekdeel. Het niet-afronden van de organisatiestudie; het niet-realiseren van het speelruimtebeleidsplan; het wachten op het nieuwe mobiliteitsplan; het onvoldoende realiseren van speelruimte voor kinderen; het niet-uitvoeren van het verhogen van het comfort aan de bushaltes; het wachten op het plan “Winkelaanbod en horeca”; het niet-realiseren van het creatief centrum voor jonge starters in het kader van het concept Handmade in Brugge; het uitstellen van de renovatie van het stedelijk zwembad Jan Guilini; de niet-oprichting van een studentenrestaurant; het uitstellen van het project Streetart; het niet-uitvoeren van aanpassingswerken aan de fuifzalen en jongerenhoreca; geen acties met betrekking tot het voorkomen van fietsdiefstallen; de nietopmaak – jawel- van een beleids- en actieplan “Publiek sanitair” - publiek sanitair, waar we, dacht ik, hier in Brugge al vele jaren over praten: het is er niet gekomen, andermaal. Et cetera, et cetera. Deze prioritaire zaken waren budgettair voorzien in 2014, men is er gewoon nog niet aan begonnen. In boekdeel drie wordt trouwens een overzicht gegeven van de prioritaire acties 2014 en de actuele stand van zaken. Boekdeel drie, dat u allemaal uiteraard bij de hand hebt. En we hebben eens geteld. Er waren zesenzeventig prioritaire acties die niet ingepland werden in 2014 of die niet werden uitgevoerd. Zesenzeventig! En meer dan honderd acties zijn in 2014 in opstart en dus nog lopende met uiteraard – laten we eerlijk zijn – een positieve impact op de financiën. Nog een voorbeeld van een geplande actie - een prioritaire actie voor alle duidelijkheid - was: “Er wordt meer proactief gewerkt rond mogelijke problematieken inzake ziekteverzuim of alcoholbeleid.” Dat is een geplande actie die voorzien was in 2014, die niet werd uitgevoerd. Wat leren ons bijvoorbeeld vandaag de cijfers wat de absenteïsmegraad in onze stad betreft? Wel: de absenteïsmegraad, beste mensen, is in onze stad sedert 2011 fors gestegen en bedraagt actueel in 2014 9,57 procent. Deze van het OCMW bijvoorbeeld bedraagt vandaag 12,51 procent, het hoogste peil in vele jaren. Een triest record eigenlijk. De uitbouw van een positief absenteïsmebeleid is ons inziens dan ook dringend en noodzakelijk zoals het een goed werkend bedrijf betaamt. De stad schuift deze problematiek gewoon door naar de toekomst in plaats van deze met daadkracht aan te pakken. Dat is ons inziens onbegrijpelijk. De opvolging en evaluatie van de beleidsdoelstellingen en de actieplannen gebeurt op basis van financiële- en operationele indicatoren. Dat lezen we in de werkstukken. Het weze duidelijk: heel wat geplande acties, zoals gezegd, werden in 2014 niet uitgevoerd of werden doorgeschoven naar de toekomst. Hetgeen natuurlijk wel het financieel plaatje van de stad nu, nu vandaag, ten goede komt en zich uiteraard positief vertaalt in de cijfers van de jaarrekening 2014. Ook wat het recurrente beleid betreft, is het veel te vaak koffiedik kijken wat het bestuur zal doen of net niet doen. Ik geef een aantal voorbeelden: het Huis van de Bruggeling, het congrescentrum, de functie van de Beurshalle, functie Poortersloge, mobiliteitsplan, centrumparking, KMO-loket, noem maar op. Een actie die wel gretig en actief in 2014 werd vervolgd, is het ongezien en ongebreideld verder verdelen, herverdelen, cumuleren zonder enige schroom van betaalde mandaten in allerlei Brugse instellingen onder de leden van de kleine meerderheid. De grote minderheid die blijft andermaal in de kou. Deze gulzigheid kent geen grenzen. Onze burgemeester, helaas, spant in deze de kroon met bijna twintig mandaten, betaalde mandaten. U moet het maar doen natuurlijk! Van ethiek gesproken. Terug naar de cijfers nu. We behalen in 2014 een positief exploitatieresultaat van 28,6 miljoen euro, 20,2 miljoen euro hoger dan gebudgetteerd. Zeer mooi. Opmerkelijk natuurlijk. Als we weten dat we zowel in 2012 als in 2013 een begrotingsresultaat hadden (eigen dienstjaar weliswaar) met een min: in 2012 hadden we 2,4 miljoen negatief, vorig jaar 2,9 miljoen euro eigen dienstjaar negatief exploitatieresultaat, en vandaag 28 miljoen positief (weliswaar over de dienstjaren heen) is dat inderdaad een zeer goed resultaat. Natuurlijk, hier begint alles mee. Het mooie exploitatieresultaat heeft een zeer gunstig effect op ons financieel draagvlak, dat 31,4 miljoen euro bedraagt en ook uiteraard op onze autofinancieringsmarge die afklokt op 19,6 miljoen euro. De autofinancieringsmarge geeft aan of een bestuur structureel in staat is de gevolgen van de leningen te dragen, en hoeveel nieuwe investeringen of bijkomende leninglasten mogelijk zouden kunnen zijn in onze stad. Deze was immers wat 2014 betreft, mag ik u herinneren, begroot op 1,9 miljoen negatief en we klokken af op 19,5 miljoen euro positief. Dat is een enorme Copernicaanse wending in positieve zin. Cijfermatig mooi dus allemaal maar de echte financiële toets/test voor de stad komt mijns inziens pas vanaf 2015, het tweede jaar van de beleids- en beheerscyclus, waarbij we een meer objectieve vergelijking zullen kunnen maken met het jaar 2014, gelet op alle voorgaande elementen.
26
gemeenteraad 26 mei 2015
Opmerkelijk in het jaar 2014 is ook, dat onze investeringsuitgaven (schepen Laloo heeft het ook gezegd) meer dan 23 miljoen euro lager lagen dan gebudgetteerd - dat is wel opmerkelijk, dat is veertig procent die we niet uitgegeven hebben. En dat de investeringsontvangsten meer dan 7,5 miljoen euro lager lagen dan het budget. Wij hebben slechts 2,5 miljoen euro investeringsuitgaven gerealiseerd in plaats van de voorziene 10,2 miljoen euro investeringsuitgaven. Er werd vorig jaar bijvoorbeeld in onze stad maar 637.000 euro aan gebouwen verkocht in plaats van het voorziene budget verkoop van 3,7 miljoen euro. De niet-opgebruikte hoge transactiekredieten worden natuurlijk wel meegenomen naar het jaar 2015, zoals ook schepen Laloo daarstraks zei. Zo staat bijvoorbeeld in 2015 de verkoop van 9 miljoen euro gebouwen gepland in onze stad, in tegenstelling tot vorig jaar waar we amper 637.000 euro aan gebouwen verkocht hebben. De stad Brugge heeft in het jaar 2014 weinig geleend, slechts voor 5,5 miljoen euro aan thesauriebewijzen. Er was 11 miljoen euro geraamd. Dus er was duidelijk minder nood aan leningen, wat in zich goed is. Dat komt immers onze stadsschuld ten goede en die daalt natuurlijk, als je minder leent dan daalt uw schuld, die daalt naar 93 miljoen euro. Maar in 2015 maken we dat terug goed in de relatieve zin, we plannen terug leningen ten belope van 19 miljoen euro en 5,5 miljoen euro, de overdracht. Dus we plannen in 2015 24,5 miljoen euro aan leningen en uiteraard zal dat onze stadsschuld terug fors doen toenemen. We vragen ons terug af of de stad verder een beroep zal doen op bulletleningen, dat zijn leningen waarbij het kapitaal pas volledig op de eindvervaldag wordt terugbetaald. Of zullen de thesauriebewijzen die vandaag de dag lopen, omgezet worden in een bulletlening? Dat is ons niet altijd zo duidelijk en wij zouden het op prijs stellen, mocht het bestuur ook in deze wat meer transparantie vertonen en wat proactiever communiceren naar de mensen van de minderheid. We wensen wel het bestuur nogmaals te waarschuwen voor de risico’s van dergelijke bulletleningen, ook al betaalt u weinig intrest: u schuift gewoon de volledige financiële last door naar de toekomst, naar de volgende legislaturen, dus ook al legt u daarvoor een zogenaamd amortisatiefonds aan. Het budgettair resultaat. Beste mensen, ik zal u niet teveel met cijfers om de oren slaan, maar toch, het gaat over financiën natuurlijk. Het budgettair resultaat van het jaar 2014 eindigt op een negatief punt, boekhoudkundig dan toch, van 36,6 miljoen euro. Dat betekent concreet heel eenvoudig gezegd dat we 36,6 miljoen euro meer hebben uitgegeven dan ontvangen. Het is negatief maar het is, louter dit jaar, moet ik u wel zeggen, een fictief getal - zoals ook door de schepen gezegd. We moeten daar eigenlijk de virtuele investeringsuitgaven van de aandelen van Electrabel (22,7 miljoen) gaan bijtellen. We moeten onze thesauriebewijzen van 4,25 miljoen daar gaan bijtellen en daar van aftrekken dan de schadevergoeding van 8 miljoen. Als we dat allemaal plus en min gaan omdelen, komen we aan een negatief budgettair resultaat van min 17,65 miljoen euro en dat is in feite een getal dat beter de realiteit gaat omschrijven dan hetgeen op de stukken staat. Het gecumuleerde budgettair resultaat 2014 zijnde ons werkkapitaal, het geld dat we nog hebben, de middelen die we hebben om nog uit te geven, dat zakt wel sterk in het jaar 2014 - maar terug, het is boekhoudkundig - naar 58,8 miljoen euro. Maar - het spijt mij, het zijn nu eenmaal de boekhoudkundige spelregels - je moet daar terug de thesauriebewijzen bijtellen, je moet daar ook die aandelen van Electrabel gaan bijtellen en in feite komen we dan wel aan een virtueel gecumuleerd budgettair resultaat van 94,4 miljoen euro, maar het is terug een daling. Mag ik toch opmerken: in het jaar 2013 hadden we een spaarpot werkkapitaal van 108 miljoen, nu stranden we in feite virtueel op 94 miljoen euro. Voor het eerst hebben we ook meer bestemde, lees: gereserveerde, gelden voor exploitatie, voor investeringen, voor andere zaken. Die zijn gestegen naar 72 miljoen euro en dat is een mooi getal natuurlijk. Die reservefondsen die we hebben zitten wel vervat in ons werkkapitaal natuurlijk anders waren wij superrijk - maar het is opvallend dat onze reservefondsen vandaag de dag een recordhoogte bereikt hebben, we hebben dus heel wat geld gereserveerd. Dat betekent natuurlijk wel dat onze vrije middelen zienderogen aan het dalen zijn. Zo eindigt in feite het jaar 2014 op financieel vlak negatief - terug: boekhoudkundig - met 13,8 miljoen euro wat in feite, zoals onze schepen ook gezegd heeft, wettelijk niet kan. Dat klopt, dat moet elk jaar positief zijn. Maar geen paniek, beste mensen, het is eigenlijk alleen maar op papier negatief, het is alleen maar boekhoudkundig negatief. Want we moeten daar in feite onze thesauriebewijzen gaan bijtellen van 20,5 miljoen euro, die op het einde van de rit toch als ontvangsten mogen geboekt worden - gelukkig voor ons. En we moeten dan in feite ook de stukken of de aandelen van Electrabel van 22,7 miljoen euro daar gaan bijtellen en in feite komen we dan aan een positief resultaat op kasbasis, virtueel, van 29 miljoen euro. Wat hoe dan ook een mooi resultaat is.
27
gemeenteraad 26 mei 2015
Wat het jaar 2015 en volgende jaren betreft, denk ik dat we vanuit de stad zeker de werkingssubsidies, dat is immers de grootste inkomstensbron, strikt moeten gaan opvolgen. Ik doel dan vooral op het Gemeentefonds, ook de toelagen voor het onderwijzend personeel en het Stedenfonds. Ik denk vooral aan het Gemeentefonds. Immers, deze subsidies worden in 2015 begroot op 109 miljoen euro en die zouden, als we de stukken lezen, tegen 2019 moeten doorstijgen volgens budget naar 140,6 miljoen euro. Dat is een stijging op vier jaar tijd van 29 procent. In de huidige tijden van lage inflatie denk ik dat dit wel wat irrealistisch is. Bovendien zijn onze inkomsten van het Gemeentefonds, in 2015 begroot op 69 komma zoveel miljoen euro, vorig jaar op 27 miljoen euro, toch ietwat onzeker, denk ik. Volgens de actuele regelgeving immers zou het mogelijk kunnen zijn dat Brugge een grote som aan subsidie zou kunnen verliezen, 13 miljoen euro. Als bijvoorbeeld de stad Leuven boven de 100.000 inwoners uitstijgt, dan moet die pot herverdeeld worden en dan hebben we toch het risico dat de stad daar een heel stuk inkomsten zal kunnen verliezen. Ik stel mij de vraag of de stad zich wel voldoende van bewust is van dit potentiële risico. De stad Leuven telt vandaag om en bij de 99.000 inwoners. Als zij boven de 100.000 inwoners uitstijgen en als de regelgeving niet wijzigt, hebben wij wel, denk ik, een budgettair probleem. Nu, we hopen hoe dan ook dat de stad, en ik sluit af, de relatief goede cijfers van 2014 kan doortrekken, echt kan doortrekken in 2015 door het voeren van een efficiënt, zuinig en klantvriendelijk beleid. Zo versterken we terug ons financieel draagvlak, moet er minder geleend worden en is er meer ruimte ook voor noodzakelijke investeringen en dat in het belang van onze inwoners en onze stad. En uiteraard, wij herhalen het graag: N-VA is steeds bereid om daar constructief aan mee te werken. Ik dank u voor uw aandacht. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Goderis. Raadslid Mathijs Goderis. - Goede avond, beste collega’s, goede avond college. Als we naar de algemene financiële situatie van de stad kijken dan zien we dat zowel de exploitatie-ontvangsten als de exploitatie-uitgaven stijgen. Maar het exploitatiesaldo daalt met ongeveer 1 miljoen euro. Zowel de uitgaven als de ontvangsten zijn bij de hoogste van de Vlaamse centrumsteden en toch blijft het saldo van de exploitatie onder het Vlaamse gemiddelde. De ontvangsten bestaan voor vijfenveertig percent uit subsidies en voor veertig percent uit fiscale opbrengsten en dat is ongeveer een gelijkaardige trend als de voorgaande jaren. De grootste hap subsidies komt uiteraard uit het Gemeentefonds, maar onze fractie merkt met genoegen op dat we er ook steeds meer en meer in slagen om andere middelen binnen te halen. Bij de fiscale ontvangsten hebben we uiteraard de nieuwe toeristentaks die voor een half jaar reeds ingecalculeerd is in 2015 en die goed is voor een opbrengst van 1 miljoen euro. Dat is volgens ons een faire belasting want de mensen die onze stad komen bezoeken, leveren vanaf nu ook een eerlijke bijdrage. Bovendien is het een belasting die de Bruggelingen zelf niet raakt. Aan de andere kant dalen de opbrengsten van de personenbelasting en de onroerende voorheffing met ongeveer 2 miljoen euro door een herraming van de FOD Financiën. Bij de uitgaven vallen de personeelskosten inderdaad op. Het college heeft een aantal dringende aanwervingen goedgekeurd en dat leidt tot een meeruitgave van 1,4 miljoen euro. En er zijn ook een aantal ontvangsten en uitgaven aangepast in functie van de cijfers van de rekening 2014. We mogen in Brugge terecht trots zijn op de investeringen die we doen en die we de volgende jaren nog zullen doen in onze stad. Waar andere steden en gemeenten hun investeringen moeten terugdringen, kunnen wij dankzij een goed bestuur onze investeringsstrategie fors verder zetten. Onze fractie blijft het belang van deze investeringen benadrukken, zeker in een periode waarin we de sputterende economie terug aan de gang moeten krijgen. De meest opvallende wijziging bij de investeringen zijn de meerkost voor de beveiligingswerken in de Brugse musea en de investeringen in de centralisatie van de uitleendienst. Ook de investeringsontvangsten stijgen vooral door de belangrijke technische boeking van 23 miljoen euro rond de exit van Electrabel uit Imewo. En daarnaast zijn er voor 8 miljoen euro overgedragen investeringsontvangsten van 2014. Wat betreft de liquiditeiten kunnen we stellen dat er in het algemeen zo verstandig mogelijk wordt omgegaan met kredieten. Door voorfinanciering uit eigen middelen worden leningen pas aangegaan als investeringen ook werkelijk betaald zijn. Op deze manier vermijden we onnodige intresten. Toch merken we bij de liquiditeiten schijnbaar een grote stijging in de op te nemen leningen, dit voor een bedrag van 26,25 miljoen euro. In tegenstelling tot wat sommigen misschien zullen beweren vanavond zijn we niet van plan om onze schulden te laten escaleren. Maar zoals schepen Laloo al uitgelegd heeft, dit is een techniciteit die ons door Vlaanderen wordt opgelegd.
28
gemeenteraad 26 mei 2015
Ook bij de bestemde gelden zijn er nog enkele veranderingen, onder andere de 8 miljoen euro voor de aankoop van een stuk grond in Zeebrugge uit de dading met Elia. En de bestemde middelen voor het museaal investeringsfonds dat wordt opgetrokken met ruim 1 miljoen euro. Maar wat het meest opvalt, is uiteraard de 943.000 euro bestemd voor de investeringen in het Concertgebouw waarbij Vlaanderen eenzelfde bedrag heeft toegezegd. En over de jaarrekening kunnen wij inderdaad zeggen, dat het negatieve resultaat op kasbasis van een kleine 14 miljoen euro hoofdzakelijk een gevolg is van de twee opgelegde boekhoudkundige technische factoren. Namelijk zoals reeds gezegd: de verplichte opname van 20,75 miljoen euro thesauriebewijzen als korte termijnfinanciering en de verplichte verwerking van 22,76 miljoen euro extra investeringsuitgaven voor de overname van de aandelen van Electrabel. Dit zal uiteindelijk resulteren in een nuloperatie waardoor het een vertekend boekhoudkundig beeld geeft. Zonder deze technische aanpassingen, het is al gezegd geweest, zouden we een positief kasresultaat hebben van 29,65 miljoen euro. Ook de autofinancieringsmarge is, zoals wettelijk voorgeschreven, op het einde van de legislatuur positief maar eigenlijk doen we het daar al veel beter dan decretaal voorgeschreven door al vanaf 2015 een positieve autofinancieringsmarge voor te leggen. We kunnen dus besluiten dat stad Brugge er financieel goed voorstaat, en deze meerjarenplanning is voor ons ook een garantie dat dat zo zal blijven in de toekomst. Wat de inhoud van de herziene meerjarenplanning betreft, vinden wij het belangrijk op te merken dat er eigenlijk relatief weinig veranderd bij de originele versie. Dat geldt trouwens ook in belangrijke mate voor het financiële plaatje. Dit is voor ons het bewijs dat onze diensten er in slagen om de werkelijke geest van de nieuwe beheers- en beleidscyclus te volgen. Dat is volgens ons ook alvast een goede zaak voor Brugge. Maar er zijn misschien wel andere redenen om ongerust te zijn. Vanaf 2016 laat de Vlaamse regering de steden en gemeenten vrij om al dan niet de Vlaamse subsidie voor lokaal beleid inzake jeugd, sport, cultuur, onderwijsflankering, kinderarmoede, ontwikkelingssamenwerking, integratie en andere beleidsdomeinen te gebruiken voor gelijk welk ander beleidsdomein. In Brugge kiezen we er resoluut voor om niet te besparen op deze beleidsdomeinen. Maar de bestemming van deze subsidies, de zogenaamde oormerking: door die af te schaffen verdwijnt de garantie dat ook andere lokale besturen nog investeren in sportkampen of in jeugdbeleid. Andere lokale besturen zullen er misschien in de toekomst voor kiezen om middelen in te zetten voor bijvoorbeeld wegenonderhoud of riolering. Nog andere zullen dan weer genoodzaakt zijn om prioriteit te geven aan een financieel evenwicht. En zo komt de toegang tot de collectieve voorzieningen voor informatie, jeugd, sport, cultuur, enzovoort, nochtans een basisrecht, op de helling te staan. Hiermee zullen de verschillen tussen betrokken gedreven gemeenten en andere, tussen rijke en arme gemeenten nog verder groeien. En mogelijks gaan inwoners van kleinere gemeenten dan ook meer beroep doen op de infrastructuur en de voorzieningen van centrumsteden, die dan weer opnieuw de rekening betalen. Bovendien is het nogal een gemakkelijke manier om de verantwoordelijkheid weer af te schuiven op het lokale niveau. Nu is het aan de gemeenten zelf om te kiezen tussen kinderopvang of een nieuw rondpunt, tussen de sportzaal of een nieuwe straat aanleggen. Het gezegde “kiezen is verliezen” is hier jammer genoeg wel heel erg toepasselijk. Ik wil ook afronden met de mensen van de dienst financiën, de financieel beheerder en iedereen die heeft meegewerkt aan deze jaarrekening en begrotingswijziging van harte te bedanken. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Goede avond, college, burgemeester of burgemeester, college en ook collega’s van de gemeenteraad. Ik moet zeggen dat het opvallend is hoe mijn tussenkomst eigenlijk gelijkt op die van de collega van de N-VA. Niet in de details maar wel in de analyse. Ten eerste, wat stellen wij vast vanuit onze partij? Dat het stadsbestuur haar werk niet doet. Er is stilstand op talloze beleidsdomeinen. En het is niet iets dat ik opmerk, maar wel iets dat letterlijk staat op pagina 15 van de jaarrekening 2014, waarbij je eigenlijk een evaluatie hebt van wat dat college van burgemeester en schepenen, u zit hier met elf, gedaan heeft in het jaar 2014. En waarom ga ik echt over cijfers spreken? Omdat het deze keer echt ondermaats is, wat ik vaststel. De stad heeft dus vorig jaar 23 miljoen euro, dat is bijna 1 miljard oude Belgische frank - want ik ben ook nog een beetje van de generatie die soms nog eens moet terugtellen – van haar budget niet gespendeerd. En men kan zeggen dat je de boekhouding niet kan vergelijken - ik moet zeggen ik heb daar ook heel veel werk in gestoken - maar wat je wel kan zien, en daar is er een analyse over gemaakt: het jaar 2014. Dus ik spreek niet over 2013, ik spreek niet over 2015, ik spreek
29
gemeenteraad 26 mei 2015
over 2014. Wat heeft dat college van haar zeventien beleidsprioriteiten, die ze zelf heeft naar voor geschoven in haar programma, gedaan? Wat heeft ze daarvan niet gedaan? Dus 23 miljoen euro. U weet dat van de 220 miljoen euro ongeveer, die in de begroting staat, er al 106 miljoen euro dient voor personeelskosten. Dus eigenlijk heeft een stad in haar beleid, in haar investeringen, eigenlijk niet zoveel marge. Als ik met andere burgemeesters spreek, ja, dan heeft Brugge eigenlijk altijd nog veel budget om beleid te voeren. En er was ook 57,5 miljoen euro voorzien voor het stadsbestuur in 2014 en daarvan moest 40 miljoen euro dienen voor de exploitatie en 17,5 miljoen euro voor de investeringen en wat werd daarvan gerealiseerd? 29 miljoen euro en 4 miljoen euro. Dus van de voorziene investeringen van 17 miljoen euro zijn er slechts 4 miljoen euro gerealiseerd. Positief is, ze hebben het niet opgedaan, het staat daar nog, het is niet weg. Ik zou zeggen spaar verder, spaar vooral verder, maar het is niet goed. Omdat het er eigenlijk echt op wijst dat dat bestuur in Brugge niet daadkrachtig is, absoluut niet daadkrachtig! Het jaar 2014 was een jaar van stilstand. En ik zou zeggen, was het nu 2013 geweest, oké. Maar de proefperiode is voorbij. Ik moet zeggen: in de private sector, als ik die cijfers bekijk en het behalen van de beleidsdoelstellingen en de realisatiegraad, zou de helft al een ontslag hebben en daarvan zeker ook een aantal om dringende redenen. En de reden voor de C4 zou simpel zijn: het is slecht voor de Bruggeling, geen teamspelers, onderling tegenwerken, geen professionaliteit, stilzitten, stilstand onbewust of bewust in de hand werken. Ik heb dan ook eens die beleidsdoelstellingen een voor een overlopen en er zijn er een paar die het goed doen en er zijn er eigenlijk, ja, die... - maar niemand moet zich persoonlijk geviseerd voelen. Ik kijk gewoon naar de cijfers. Want er zijn mensen die ik graag heb die niet goed scoren en omgekeerd. [Gelach] Dus het heeft daar niets te maken, het is gewoon de zuivere analyse, de zuivere analyse! Een goede financiële situatie op lange termijn, 92 procent realisatiegraad, wel, ik zou zeggen, u spant de kroon, mijnheer Laloo. Bravo. U bent de beste leerling van de klas. [Applaus] Maar dan begint het. U zit natuurlijk ook een beetje aan het roer en wat u zelf voorop stelt, realiseert u natuurlijk. Ik zeg het, objectief gezien en ik heb u in deze ook graag: u hebt goed gescoord. Maar “De stad waar medewerkers samenwerken en de structuur van de organisatie”, beleidsdoelstelling nummer twee, dat is toch een klein beetje ontgoochelend. Slechts 29 procent van het exploitatiebudget is gerealiseerd en nul procent van de investeringen. Dus dat is toch wel een buis voor schepen Demarest en ik hoop dat hij dat…[Gelach] Ik hoop dat dat in 2015, 2016…[Raadslid Van Volcem maakt haar zin niet af]. Het is natuurlijk geen gemakkelijke opdracht. Ik weet ook waar u voor staat met uw Nenoproject en de organisatie. Maar u heeft blijkbaar in 2014 niet goed gewerkt of niet voldoende gewerkt of misschien heeft u gewerkt maar niet voldoende uw doelstellingen gerealiseerd. “Brugge biedt een klantgerichte dienstverlening.” Dat is punt drie. Uw eigen doelstelling. 51 procent van de exploitatie, 43 procent van de investering. Ik denk dat dat iets is voor iedereen maar dus ook op dat vlak onvoldoende. Het is niet het gemiddelde van 50 procent. Dan de vierde beleidsdoelstelling, waar veel campagne rond gevoerd is geworden: “Brugge is een stad waar wonen aantrekkelijk is…” - ja, dat is het natuurlijk, het is een zeer mooie stad met veel groen - “…dat betaalbaar moet zijn, kwaliteitsvol en duurzaam.” Daar zien we dat 72 procent van de exploitatie is gerealiseerd en maar 30 procent van de investeringen, terwijl de ontvangsten tot 122 procent zijn gestegen. Dat is eigenlijk voor mij zeer ontgoochelend. Waarom? Omdat het budget voor dat departement al zo laag is en omdat ik weet hoe moeilijk het is om meer middelen voor dat departement vrij te krijgen. En als je dan ziet dat er daar nog een onderbenutting is, dan is er echt iets mis. En ik denk dat de sp.a het ook heeft ingezien want op 30 mei - jullie zijn allemaal uitgenodigd, het is een open congres - doet de sp.a een congres over wonen. Dus ze zien het in dat er iets moet gedaan worden rond wonen in onze stad en ze geven ook toe dat er niet veel gebeurt. We kunnen misschien allemaal met de gemeenteraad daar de goede voorstellen aanhoren en ook de sprekers – ik weet het niet. Maar ja, dat gaat zo een beetje vandaag in het college. De CD&V doet een congres over mobiliteit en de sp.a doet een congres over wonen. Dat is de goede samenwerking. En in de krant kunnen ze dan elkaars voorstellen mee opnemen. Dat werkt zo. Ik zie niets van een stadsontwikkelingsbedrijf. Ik zeg niet dat ik daarin geloof, maar dat was de grote oplossing. We zijn bijna halverwege, er is nog niets, dus wellicht zal daar deze beleidsperiode ook niets van komen of nog iets kunnen mee gerealiseerd worden, als je ziet wat de doorlooptijd van een project is. Er zijn woongelegenheden vergund, aan de voorkant van het station, op de Albert I-laan zijn er gesprekken lopende, zaken vergund. In Zeewege zijn er nog geen stappen vooruit gezet, geen enkel extra budget noch maatregel om wonen an sich aantrekkelijk te maken voor de gezinnen. Dus wat dat betreft, vind ik dat het beleid absoluut faalt. Maar het kan misschien
30
gemeenteraad 26 mei 2015
een hulp zijn dat ik dat heel expliciet zeg, zodat er toch iets gebeurt. In mijn tijd mocht er niets gebeuren want ik zou iets kunnen veranderd hebben en ermee gescoord hebben. Ik hoop doordat ik er nu uit ben, dat er misschien toch iets verandert. Voilà. “Brugge is een duurzame en propere stad.” Er werd een budget voorzien van 192.000 euro en er is slechts 18.700 euro uitgegeven. Dat is een realisatiegraad van maar tien procent terwijl we overal lezen en de Bruggelingen klagen op sociale media en in de krant dat Brugge niet meer zo proper is en zo goed onderhouden als vroeger. Ik vraag mij af: hoe kan dat nu? Want je hebt middelen en het wordt niet gedaan. “Brugge vermindert CO²-uitstoot”: 29 procent realisatiegraad. Schepen Hoste, ik vind dat u duidelijk eens een tandje moet bijsteken. Heel veel zaken zijn in studie maar niets is afgerond in 2014. “De stad Brugge zet in op een duurzaam en veilig en participatief beleid.” Slechts 12 procent realisatie in de exploitatie en 65 procent in de investeringen. Dat betekent eigenlijk dat Brugge nog steeds zijn participatie niet in de recurrente middelen van de exploitatie heeft opgenomen: 12 procent. Dus nog veel werk aan de winkel en niet enkel show, congressen, enzomeer. Neen, voeg de daad bij het woord, niet alleen bij de grote zaken, maar ook bij de kleine projecten. “Brugge ontwikkelt zijn economisch beleid met focus op een bloeiend detailhandelapparaat, ondernemen in Brugge en haar regio’s, sociale economie.” Een budget van - wat ik laag vind voor een stad als Brugge – 624.000 euro waarvan slechts 58 procent van de exploitatie wordt gerealiseerd. Ik vind dat een schande, zeker als we geen terreinen hebben. Er worden studies besteld, die studies zijn definitief begroot maar we zien daar niets van. En ook de 350.000 euro, die was voorzien voor een creatief ondernemerscentrum is uitgesteld. Ik vind, mevrouw, dat u eens uit uw Unizokring moet komen en een visie moet maken voor het globale ondernemen voor jong en oud, voor modern, voor de detailhandel, voor iedereen die hier iets creatief wil doen. We zien in tal van steden pop-ups, we zien alles en Brugge blijft op dat punt achter. U bent tien jaar,meer dan tien jaar, bevoegd voor uw beleidsdomein, en toch laat een studie halverwege de legislatuur nog op zich wachten. Ik moet zeggen, ik ben daarin ontgoocheld. “Citymarketing”: niets voorzien. Ik zou zeggen, wijze beslissing want als je niet goed bezig bent, moet je er ook geen geld aanhangen om dat te promoten. Dus daar krijgt u al uw punten voor. “Brugge is een internationale cultuurtopbestemming.” 4 miljoen euro aan exploitatiebudget en 100.000 euro om te investeren. Burgemeester, 92 procent realisatiegraad ondanks uw mandaten. Proficiat! De helft van uw investeringen zijn onbenut: 50.000 euro. Nochtans, u zet Brugge op het water maar toch blijft dat ook in deze een zeer moeilijke oefening. Want u bent gestart en we zien het ponton en we zien een huisje op het water en we zien aan de Sint-Salvatorskerk vele ramen in vele kleuren die niet in hout zijn en ik zou zeggen: laat u alstublieft niet boycotten, dat dat ponton niet zakt, dat men ’s nachts dat huisje niet naar beneden haalt want het zou gemakkelijk kunnen zinken, het is in triplex. En maak ook alstublieft dat Dries Van den Abeele niet passeert aan SintSalvator, of Unesco alom. [Gelach] “Brugge is een werelderfgoedstad. Brugge is jong, trendy, dynamisch, en hip en historisch gaan hand in hand.” Daar werd 84 procent gerealiseerd maar nul procent van de investering werd gerealiseerd, niettegenstaande Brugge vandaag geen jonge bevolking kent - de cijfers van de Stadsmonitor en de Vlaamse regering zijn gekend, en Brugge absoluut nog niet met trendy wordt geassocieerd - ik hoop met de Triënnale dat dat een stuk verbetert. Want in de historische gebouwen of rond historische gebouwen kan men toch een zekere moderne spirit krijgen en ik denk dat dat belangrijk is. In een oud gebouw kan je ook moderne functies hebben, kun je moderne bewoners hebben, kun je herbestemming hebben, kun je tijdelijkheid hebben en daarom is er ook nood aan een soepelere reglementering in plaats van de starre reglementering in deze stad, omdat onze gebouwen op zich al zeer star zijn. “Brugge is ook een stad waar jongeren zich volledig kunnen ontplooien.” Ik moet zeggen dat dat eigenlijk zeer slecht is. Want ik dacht dat men inzet op jongeren maar nul procent van de investeringen werden gerealiseerd. Ik ga daar nog in detail op terugkomen. Maar wat stellen we vast? Er is 70.000 euro niet besteed aan het voorziene krediet voor uitgangsmogelijkheden voor jongeren. De tussenkomst voor jonge conceptorganisatoren werd gebruikt op recurrent beleid. Nog opmerkelijker is dat het jaarlijks project - en dat vind ik eigenlijk toch ongelooflijk – rond Streetart ten belope van 100.000 euro niet werd benut, terwijl we in Brugge een kunstenaar hebben die zeer hoge ogen gooit in heel de wereld. In Brugge doet men daar niets mee. Niets! Hij is de meest invloedrijke artiest op wereldniveau, hij wordt zo genoemd in de internationale pers en wat zien we? Dat hier iets dat tijdelijk kan, die jongen heeft ooit aan een geveltje iets gedaan, er direct weer af moest. Dat men eigenlijk dat budget niet benut. Ik vraag mij af: wie volgt jonge talenten op in Brugge? Ik vind dat ongelooflijk! Ik vind dat een schande en dat toont dat de
31
gemeenteraad 26 mei 2015
accenten verkeerd liggen. Men voorziet budget, men heeft zo iemand, men heeft de top in Brugge en uw budget is niet benut. De oprichting van een studentenrestaurant: 500.000 euro, uitgesteld omdat er geen eindbeslissing is genomen. Dat staat letterlijk in de papieren - dus ik vind dat niet uit, dat staat letterlijk in het verslag. Het voorziene budget voor fuifzalen ten belope van 100.000 euro: niet aangewend; 100.000 euro voor aanpassingswerken aan jongerenhoreca: niet aangewend. Ik weet het niet, wat jeugdbeleid betreft denk ik dat men veel te veel ruziet over wie is tewerkgesteld in de Entrepot en daar gevechten uitvecht, dan dat men zich concentreert op de zaken die nodig zijn. Ik denk dat een schepen met dergelijke budgetten, die budgetten ook echt moet benutten want daarmee bepaal je het beleid in je stad. Dus ik zou zeggen: werk samen. Ik weet het niet, ik stel niet, ik denk niet dat de schepen lui is, absoluut niet, maar ja, die budgetten zijn weg. En dat begrijp ik niet. Ik vind dat echt triestig. “De stad voert een kwalitatief en integraal vrijetijdsbeleid.” Het grootste budget in exploitatie in de stad ten belope van meer dan 5 miljoen euro en daar wordt 89 procent gerealiseerd. En er is ook 62 procent aan investeringen gerealiseerd. Dus, mevrouw Lambrecht, u bent technisch één van de betere leerlingen van de klas in dit college maar toch heeft u de perceptie tegen. U neemt zelfs ontslag als voorzitter onder druk van de oppositie terwijl u eigenlijk nooit voorzitter bent geweest. [Applaus] Dat moet toch ook eens gezegd worden. En nu hoor ik ook al dat u misschien parlementair zal worden als Johan Vande Lanotte zijn functie zou opgeven. Ik zou zeggen, laat u onder dezelfde druk ook niet wegjagen uit Brugge. U bent één van de personen met de hoogste realisatiegraad. Dus wat ons, wat de oppositie betreft: als u aan onze oppositie zo gemakkelijk toegeeft, mag u ook blijven. [Gelach] “Stad Brugge zorgt voor informatie van burgers, die mee vormgeven aan een stad.” Wel, 67 procent realisatie. Informatie scoort dus beter dan participatie. “Brugge is een sociale en solidaire stad”: 69 procent realisatie van de exploitatie maar ook zelfs daar met een socialistische burgemeester worden maar 9 procent van de investeringen gerealiseerd. “Brugge is een onderwijsstad”: 88 procent realisatie, geen investeringen voorzien, evenwel met een klein budget van een 200.000 euro. En wat veiligheid betreft: ook geen realisatie van investeringen en 79 procent realisatie van de exploitatie. Conclusie. Van de zeventien beleidsdomeinen of beleidsdoelstellingen kregen er maar zestien een budget. En van de zestien prioritaire beleidsdoelstellingen zijn er negen doelstellingen waarvan het investeringsprocent de helft niet haalt. En dan waren er van die zestien nog eens die op hun investeringsbeleid nul kregen. In drie beleidsprioriteiten werd dus niets voorzien. Dat maakt dat de helft van de beleidsdepartementen op nul heeft gestaan naar investeringen toe. Dat kan tellen, burgemeester. Slechts drie beleidsdepartementen doen het goed. In navolging van het Eurosongfestival geven we dan ook de gehele beleidsploeg voor haar stilstand, de onderbenutting van voorziene kredieten, voor haar eigen beleidsprioriteiten, maar een vier op tien. Want u realiseert ook niet meer. U kan zeggen: ik zal het in 2015 doen, maar het is een jaar verloren geweest. U zal in 2015 niet dubbel doen en ik zie al uit naar de budgetten van 2015. U hebt nu al een aanpassing van 2,1. De helft van het college, denk ik, zou eigenlijk beter de eer aan zichzelf houden. Maar dertig procent realiseren op de beleidsdoelstellingen is absoluut niet goed te noemen. Er moeten duidelijk meer beslissingen worden genomen en er moet meer daadkracht worden getoond. Het stilzitten heeft er wel toe geleid dat aan het toekomstsfonds - waar ook niets mee gebeurt, maar daar hebben we het nu niet over, dat is voor later – die 23 miljoen euro wordt toegevoegd. Daardoor hebben we nu 73 miljoen euro in dat toekomstsfonds plus de 8 miljoen die je nog eens hebt van uw dading met Elia. Meer bepaald eigenlijk doordat het college haar werk niet doet, zijn er budgetten over, die aan een spaarpot worden toegevoegd. Wij stellen eigenlijk iets anders voor. Laat de inwoner gewoon zelf zijn budget beheren en verlaag de belastingen. U hebt marge, u zou voor 23 miljoen euro de belastingen kunnen verlagen. Het is een verloren jaar. Een klein voorbeeldje - zeer gemakkelijk te doen maar het is misschien een te goede suggestie. De inning van de gelden voor administratieve akten, de retributies, dat brengt 82.000 euro op, om iedere keer drie en vijf euro te innen. Ik ben ervan overtuigd, en ik heb daar al eens naar gevraagd, dat het bijhouden van die boekhouding meer kost aan personeel en aan administratie en aan logistiek dan de 82.000 euro die dat opbrengt. Alstublieft, schaf dat af. De mensen betalen in Brugge al veel belasting, meer dan in de gemiddelde centrumsteden. Ze betalen 1.600 opcentiemen op hun onroerende voorheffing en 6,9 procent op de personenbelasting. Dus ze mogen wel iets terugkrijgen. En als we zien dat de opcentiemen in Brugge met ongewijzigd tarief
32
gemeenteraad 26 mei 2015
opcentiemen zijn gestegen van 43 miljoen euro in 2010 naar 53 miljoen euro in 2014 dan betekent dat, en we zien dat ook in de cijfers, dat de Bruggeling veel renoveert. Maar van zodra u renoveert, komen ze uw K.I. herschatten en dat heeft natuurlijk tot gevolg dat u meer inkomsten hebt. Wel, laten we nu eens alleen al maar met die opbrengst van die onroerende voorheffing, die 9 miljoen euro die je gewoon iedere keer bij hebt, zelfs met een gelijk tarief, en met hetgeen je niet doet en dat verloren is gegaan, nieuwe zaken doen. Ten eerste, waarom zou men niet in een centrumstad als Brugge waar men er altijd de mond vol van heeft dat het hier duur is om te wonen, aan de mensen die een eerste woning kopen en die afbetalen een vrijstelling geven van onroerende voorheffing of een verlaging van de onroerende voorheffing. Dat is vandaag perfect mogelijk. Dat zou een goede zaak zijn. Want nu moeten mensen die hun woning aan het afbetalen zijn, jaarlijks als het ware een vermogenstaks betalen op iets dat ze afbetalen! Wel, doe er iets aan. Maar er zijn ook een aantal andere zaken. Ik zeg het, het afschaffen van de gemeentebelasting op administratieve stukken, 82.000 euro, maar ook het afschaffen bijvoorbeeld van een jaarlijkse milieubelasting voor de Bruggeling. Dat is 2,6 miljoen euro. Bedrijfsbelastingen: 1,6 miljoen euro. We zijn een regio waar er het minst van al aanbod is aan bedrijventerreinen. De mensen die hier blijven, staan heel veel in de file ook. De mensen die hier blijven, worden nog altijd getaxeerd, niet op basis van hun winst, maar op basis van oppervlakte. In Zeebrugge hebben we er die het zeer moeilijk hebben, zijn er tal van bedrijven die heel wat oppervlakte hebben maar die eigenlijk geen winst hebben. En toch krijgen ze de grote jaarlijkse bedrijfsbelastingen. Ik begrijp niet dat u schepen Laloo, uit het Unizo-midden, dat nog langer kunt verdedigen. Dat als je 23 miljoen euro niet hebt besteed dit jaar, je dan in tijden van crisis niet eens iets kan terugdoen voor de mensen die ondernemen in onze stad. Wij stellen ook voor om de belasting op terrassen, stoelen en tafels af te schaffen. We moeten buitenkomen, we moeten de mensen laten ondernemen, de horeca en het toerisme zijn zeer belangrijk. Wel, laten we daar iets voor doen. En als je dat allemaal uitrekent, dan heb ik nog de helft niet van de 9.244.228 euro op jaarbasis, die u int aan gemeentebelastingen. De vier maatregelen die ik voorstel, zijn nog niet de helft van dat bedrag. Dus met een loutere indexering van uw K.I. kan u die belastingverminderingen doorvoeren. De mensen betalen immers geen belastingen opdat jullie zouden sparen. De mensen betalen belastingen voor een goede dienstverlening, opdat er een beleid zou zijn in de stad. De mensen zijn volwassen genoeg om hun eigen centen zelf te beheren en te kiezen wat zij zelf willen doen. Dus daarom zeggen wij: als u er niets mee doet en u steekt dat louter maar in een pot voor de toekomst, wel, laat dat dan gewoon aan de Bruggeling en heb nu eens vertrouwen in de Bruggeling dat hij zelf zijn portemonnee kan beheren. Ik zou hier nog vijfentwintig zaken kunnen opnoemen, maar ook collega Van Tieghem heeft dat gedaan, die allemaal niet werden gerealiseerd. Zelfs de publieke toiletten werden niet gerealiseerd, dat was ook iets voor een bedrag van 25.000 euro. Zelfs dat niet, wat toch in elk foldertje en elk ding vroeger heeft gestaan. Zelfs daartoe is men nog niet in staat. Ook de taxicheque, 10.000 euro, is er niet gekomen. Reden: er was overleg nodig. Ja, amai! Is dat nu zo moeilijk om overleg te plegen? Ook 22.000 voorzien voor comfort aan bushaltes - dat is toch ook iets waar de sp.a enorm voor staat - werd totaal niet gerealiseerd. Er zijn tal van zaken die eigenlijk betreurenswaardig zijn. Ik versta niet waarom je nog niet naar huis bent. Weet je, moest ik daar zitten, ik zou echt beschaamd zijn. Je hebt een prachtige stad, ik krijg daar kippenvel van. Dit is een prachtige stad, die zo mooi is, waar zoveel mee te doen is, jullie hebben een unieke kans, wij dromen om daar te zitten en jullie doen niets. Het is echt een schande! En ik hoop dat je het nu beter doen maar dat de mensen het zich herinneren en dat jullie allemaal afgestraft worden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Rogissart. Raadslid Guy Rogissart. - Goede avond, collega’s, schepencollege. Goede avond, beste gemeenteraadsleden en geacht publiek. Ik ben blij dat ik hier mag staan want wij kunnen opnieuw goede cijfers voorleggen [Gelach en applaus] en dat is eens een ander verhaal. Maar ik ben ook blij dat de oppositiepartijen ook al gezegd hebben dat de cijfers van 2014 zeer goed zijn. Ik heb mijnheer Van Tieghem horen zeggen: excellent. Maar ook die van het meerjarenplan zijn zeker goed te noemen en geven ons een basis voor een financieel gezond bedrijf. Maar laat mij eerst toe ook aan te sluiten bij de felicitaties voor de financiële diensten met Cathy Brouckaert als financieel beheerder. Ik wil hen van harte danken en feliciteren met de moeilijke opgave om al die boeken klaar te krijgen en ook zeer gestoffeerd, gedetailleerd en zeer overzichtelijk aan ons te kunnen overbrengen. Dank u wel daarvoor.
33
gemeenteraad 26 mei 2015
Als wij de rekeningen hebben bekeken van 2014 en ook de budgetten van het meerjarenplan 2014-2019 dan hebben we ons een tweetal vragen gesteld. Eén: wat we realiseren in 2014, is dit conform de budgetten - hetgeen andere partijen ook gedaan hebben. Twee, en dat is toch heel belangrijk en essentieel in dit debat: zijn de resultaten ook in lijn met de doelstellingen om onze eerste bedrijfsdoelstelling te kunnen realiseren: een financieel gezond bedrijf. Tot slot wil ik het dan ook nog eventjes hebben over de realisatiegraad waar mijn collega’s daarnet ook iets hebben over gezegd. Maar laat mij voorafgaand, en ik moet daar niet teveel tijd aan spenderen, toch opmerken bij de financiële boeken - ik ben blij dat mijn collega’s daar zeer correct in zijn: het resultaat op kasbasis is een puur technisch cijfer. Ik denk dat we het daar allemaal over eens zijn. Het is negatief en wij kennen allemaal de redenen waarom dit zo is. Als we echt kijken naar de kasbasis in 2014 dan zien we daar een positief saldo van bijna 30 miljoen euro. Dit wou ik toch voorafgaand zeggen, want dit is belangrijk om een quotatie te geven aan die kerncijfers van 2014. De eerste vraag van onze fractie was: zijn de budgetten of zijn de realisaties, de reële cijfers, in lijn met de budgetten? En als ik de rekeningen neem en ik kijk eerst naar de exploitatie, dan zien we duidelijk dat het saldo in lijn is met de budgetten. We hebben in de exploitatie een overschot van 28 miljoen euro. Als ik dat vergelijk met het initieel budget - want ik vind het ook wel goed om dit te doen – dan zie je daar een meersaldo van 13 miljoen en daar zal de dading met Elia zeker voor een stuk de reden van zijn. De uitgaven zijn ook minder dan we gebudgetteerd hebben en de ontvangsten zijn hoger. Wat eigenlijk wel een goed beheer is in onze reguliere budgetten. Want dit zijn de budgetten die door stad Brugge dagdagelijks worden uitgevoerd. Dus, eerste punt: de budgetten worden zeker gerespecteerd. Als we kijken naar de investeringen dan zien we een saldo van bijna 60 miljoen, maar we weten dat de Electrabel aandelen - wat een vestzak-broekzakoperatie is dus eigenlijk geven we dat niet uit – dit impacteren. Als we die aftrekken van ons saldo exploitatie dan gaan we daar ook het initieel budget respecteren. In de rubriek “andere” heb je de thesauriebewijzen die daar een rol spelen, waardoor wij een ander saldo budget hebben. Dus als ik mag concluderen: die cijfers voor 2014 zijn getrouw in consistentie met de budgetten, zelfs deze die we initieel hadden vooropgezet. Dus ik denk dat dat zeker een mooi resultaat is, hier past een dikke felicitatie voor het schepencollege Dan kijk ik naar het volgende: is de basis nog altijd gezond in onze stad? Hebben we een financieel gezonde stad? We hebben vooreerst de kerncijfers genomen, de kerncijfers waarvan wel een simulatie is gebeurd naar het verleden. Men zegt dat men niet kan vergelijken maar de diensten hebben de moed gehad om dit te simuleren of toch uit te rekenen hoe dit zou zijn de voorbije jaren. En dat staat op bladzijde 11. Het is een mooi overzicht, waarin je de evoluties ziet van die verschillende kerncijfers. Wat stel ik vast? Ik stel vast, één: als ik kijk naar de ontvangsten, dan heb je daar altijd een stijgende curve. Dit is goed: de ontvangsten groeien en die groeien al een aantal jaren. En ik ben overtuigd dat die ook naar de toekomst toe zullen blijven groeien of toch zeker stagneren, behouden blijven. Bijvoorbeeld de opbrengsten vanuit de werking: die stijgen met tien procent naar 28 miljoen, wat toch wel een zeer goed resultaat is. Als we dan kijken naar de uitgaven, dan zien wij daar in die kerncijfers vooral dalende grafieken. En heel specifiek, het is al gezegd: de uitgaven van de exploitatie zijn voor een groot deel voor personeel. Dit moeten wij onder controle houden. En wat zien we in de cijfers en de vergelijking met de vorige jaren? We zien duidelijk dat daar een kentering komt in 2014, daar is een stagnering, daar is bijna geen groei. En dit is het resultaat van de moedige beslissingen die het schepencollege heeft genomen om dit onder controle te houden, waardoor ook de exploitatie in 2014 onder controle is. Die personeelsuitgaven zijn dus onder controle en trouwens alle kerncijfers voor de uitgaven geven die dalende trend. Ik wil eindigen met de leningen, die we toch ook moeten onder controle houden. Daar zie je ook in de kerncijfers dat die dalen met vijf procent. Wij gaan dus niet de volgende generaties opzadelen met leningschulden. Nee, wij nemen onze verantwoordelijkheid, wij differentiëren de leningen om een goede rente te hebben op een gemiddelde aflossingstermijn die waardig is voor onze volgende generaties. Ik denk dat dat duidelijk blijkt uit de cijfers en uit de gegevens die we hier hebben. Kortom: naar kerncijfers, die wel kunnen vergeleken worden met de vorige jaren, zitten wij financieel goed en dit is de basis die zich al een aantal jaren manifesteert in Brugge. Dit is niet omwille van nieuwe financiële tools die wij hebben - uiteraard helpt dit - maar het is zeker juist dat
34
gemeenteraad 26 mei 2015
dit iets is waar wij al jaren op letten, wat wij al jaren opbouwen en waar wij nu de resultaten kunnen van plukken. Als ik dan kijk naar de twee parameters die belangrijk zijn en die ook hogere overheden ons opleggen, om te zien: is dit positief - het zijn twee parameters: het resultaat op kasbasis en de autofinancieringsmarge - dan zien we duidelijk twee positieve getallen. Ik heb het niet over de technische kasbasis, ik heb het over de reële kasbasis – ik heb het daar al over gehad. De autofinancieringsmarge: we zien dat die beter is, veel beter dan verwacht, en dat die een saldo heeft van 19 miljoen euro. Waar die dading van 8 miljoen ook wel een invloed zal op hebben maar als je die aftrekt, heb je nog altijd een zeer positief resultaat. Deze parameters zijn dus positief voor 2014. En niet alleen voor 2014, ik maak nu een stapje naar het meerjarenplan: als je kijkt naar de budgetten voor 2015 tot 2019 dan zijn beide parameters positief, waar wij voor de autofinanciering decretaal niet moeten aan voldoen. Wij moeten op het einde van de rit positief zijn, maar wij doen dit elk jaar. Ik herhaal het, ik heb het vorig jaar gezegd, ik zeg het dit jaar, ik zal het volgend jaar opnieuw herhalen: dit zijn de basissen en de cijfers, de facts die ons moeten vertrouwen geven dat de financiering in Brugge zeer positief is. En in datzelfde meerjarenplan zien we dat we het exploitatiebudget ook onder controle hebben. Het exploitatiebudget is altijd positief, al de budgetjaren tot en met 2019. Dat we stilstaan is toch wel kort door de bocht. Wij staan niet stil, wij investeren elk jaar, ook dit jaar hebben we geïnvesteerd en ook de volgende jaren gaan we de investering aanhouden met een investering – en ik moet eventjes spieken – van elk jaar gemiddeld 36 miljoen euro. Dat is vijftien procent van het regulier budget en daar heb ik het toekomstsfonds nog niet bijgerekend, dat wij ook zullen aanwenden als de acties en de grote projecten landen, om die te financieren. Dus wat betreft mijn tweede, of onze tweede vraag: hebben we een financieel gezonde stad: de feiten zijn er. We hebben kerncijfers van 2014 die zeer goed zijn, die een zeer goede evolutie hebben en we hebben een meerjarenplan dat naar de toekomst toe ook dat vertrouwen moet geven. En als ik dan mag afronden met die realisatiegraad. We hebben het er hier over gehad en mevrouw Van Volcem heeft het vooral gehad over die financiële realisatiegraad. Maar de financiële realisatiegraad is één manier om te kijken naar gebeurende dingen. We moeten ook weten dat als we dingen uitgeven, als we investeringen doen in bepaalde acties, we die gaan boeken in het jaar waarin we die zullen uitgeven. Dus één actie, één investering zal niet helemaal in één jaar worden uitgegeven. Het is ook een zeer ambitieus plan met heel wat bedrijfsdoelstellingen, met heel wat acties en de financiële realisatie van 74 procent in 2014 is zeker al een zeer goede basis om op verder te bouwen en op het einde van de rit zeker al deze realisaties te kunnen uitvoeren. Maar ik heb liever te vergelijken met een andere realisatie. Ik heb ook het boekje bekeken dat een overzicht geeft van alle acties die er zijn om de verschillende doelstellingen te bereiken. In totaal zijn er 364 acties - ik had ze geteld maar ik zag toen dat ze genummerd waren – dus 364 acties en daarvan zijn er 60 die niet gepland waren in 2014 - mijn collega heeft gezegd: in totaal 76, ik had blijkbaar verkeerd geteld, maar het kan zijn – en er zijn er een aantal niet opgestart. Maar laat er ons eens van uitgaan dat we er een zeventigtal niet hebben gedaan waarvan we er zestig niet hadden gepland in 2014. Want niet alle acties kan je doen in hetzelfde jaar, één. En twee: soms moet je ook een volgorde geven aan die acties. Je kan niet met één ding beginnen als het andere nog niet gerealiseerd is. We hebben het daarnet gehad over mobiliteit en over structuurplannen, daar moet een bepaalde visie, een volgorde inzitten om geen middelen te spenderen die niet nodig zijn. Wel, van de 290 die potentieel kunnen starten, in totaal dus, in 2014, zijn er 19 niet opgestart. Dus van de 290 zijn er 19 niet opgestart, wat voor mij een realisatie of toch een begin van realisatiegraad geeft van meer dan 94 procent. Dit is een ander cijfer dan de financiële realisatiegraad van 75 procent. En acties doe je niet in één jaar. Acties hebben tijd nodig om uitgevoerd te worden. Maar het feit dat van alle acties, mevrouw Van Volcem, van de 290, er een zeventien of negentien niet zijn opgestart, dat geeft 94 procent en dat is een totaal andere kijk die je hebt op investeringen en op acties - waarvan je zelf weet dat je dit doet over een ganse legislatuur en dat je dit altijd ook pragmatisch moet opbouwen en niet in een one shot. Maar goed, dit zal de politiek zijn, het spel, dat wij moeten debatteren rond die zaken. Onze conclusies zijn heel duidelijk: we hebben zeer goede, excellente kerncijfers 2014. We hebben financieel gezonde parameters die we voor elk jaar ook respecteren en die ook naar de toekomst toe zeer gezond zijn. De realisatiegraad van onze verschillende acties is 94 procent en dit gaan wij ook doen. Op het einde van de rit mag de Bruggeling ons zeker afrekenen op het al dan niet realiseren van dit meerjarenplan. Ik wil het schepencollege, de schepen van financiën maar gans het schepencollege, van harte proficiat wensen en veel succes met het vervolg. Dank u wel.
35
gemeenteraad 26 mei 2015
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Dank u wel. Burgemeester, schepenen, collega’s en mensen in de zaal. Eerst en vooral wil ik natuurlijk ook de financiële diensten bedanken voor hun degelijke en uitgebreide werk, zoals steeds. Ik had tot nu toe steeds de indruk dat socialisten, sociaaldemocraten, centrumlinkse christendemocraten eigenlijk volleerde Keynesianen waren. Dat betekent dat ze de mening zijn toegedaan dat overheden, ook lokale, extra moeten investeren in de economie tijdens crisisperiodes om zo de conjunctuur om te buigen. En als Groenen kunnen we tot op zekere hoogte deze redeneertrant volgen. Met dien verstande dat wij verlangen dat die investeringen gebeuren op een zeer toekomstgerichte manier: namelijk dat ze dienen om te investeren in een duurzame, groene of blauwe economie. Een economie die zelf schone energie produceert, haar afhankelijkheid van grondstoffen vermindert, de transitie mogelijk maakt van een oude, traditionele economie naar een toekomstgericht project. Investeringen ook die een multiplicatoreffect hebben: elke euro brengt een veelvoud op. We hebben dan ook altijd het principe van een toekomstfonds gesteund. Zelfs als er geen duidelijkheid was waaraan het geld zou besteed worden. We gingen er van uit dat het geld zo lang het nog niet uitgegeven was, zeker al niet slecht uitgegeven was en dat de stad in tussentijd door het voortschrijdend inzicht in de communicatie met burgers en middenveld tot goede ideeën zou komen. We dachten hierbij aan het Klimaatforum, de Covenant of Mayors, de adviesraden, De toekomst van Brugge, waar veel enthousiaste Bruggelingen met gouden ideeën op afkomen, tot bijvoorbeeld de prachtige ideeën van stadsplanner Jan Gehl op de opening van de Triënnale. Er zijn zoveel mogelijkheden voor Brugge. We kunnen zoveel mooie keuzes maken die onze toekomst beter maken. En dit is van levensbelang voor een stad als Brugge, die zoveel last heeft van ontgroening, die zoveel last heeft van het verdwijnen van de jongeren. Trouwens dat de studie rond de ontgroening en migratie nog altijd niet gerealiseerd werd, is daarbij een triestig, maar hopelijk toevallig en eenmalig feit in deze budgetten. Nu zijn we halverwege de legislatuur en begin ik stilaan te vrezen dat het rechtse austeritydenken ook ons stadsbestuur heeft besmet, en zo een angst om te investeren tot leven heeft gewekt. We stellen immers vast dat er halverwege de legislatuur van het befaamde toekomstfonds, dat de uitvoering van het beleidsplan moet garanderen, nog geen nikkel of cent is uitgegeven. En als het dan niet zou komen door een rechts beknibbeldenken, waarom komen die investeringen er dan niet? Zijn er geen frisse goede ideeën binnen het bestuur voor die 51 miljoen? Wel, luister dan rond u, er leeft zoveel bij de Bruggelingen. En we willen u gerust ook nog wat ideeën aan de hand doen met Groen. Of is er een andere reden? Is het hommeles tussen de meerderheidspartijen en gunnen ze elkaar geen successen? Dat zou zodanig spijtig zijn voor deze stad dat ik echt hoop dat dat niet de oorzaak is. Ego's, strategietjes en politiek-electorale spelletjes mogen immers nooit de bovenhand krijgen op het belang van onze burgers. Of ontbreekt het aan daadkracht om de logge tanker in beweging te krijgen? Zijn de ambtelijke lasten zo zwaar, dat elke vijs, elke nagel die wordt aangekocht een driejarenplan vereist? Wel doe daar dan iets aan. Of als je hiervoor de moed en energie of het voluntarisme niet meer hebt, ruim dan baan voor een jonge partijgenoot met veel goesting en daadkracht. Ik denk dat mensen als Pieter of Mathijs gerust met plezier zullen overpakken dan. Maar laat het asjeblieft vooruitgaan. Ondertussen is wonen nog altijd problematisch duur in Brugge, vertrekken de jongeren nog altijd naar andere steden, groeit de armoede bij velen en groeien meer en meer kinderen op in armoede. Zijn dit geen problemen die het bestuur met daadkracht wil aanpakken? Laat dus uw stadsontwikkelingsbedrijf geen lege doos zijn, voer nu eindelijk die taxicheques in, investeer eens echt centen in dat klimaatplan, maak eindelijk eens een sterke doorstart met het project Vismarkt, zorg eindelijk voor die overdekte skatepiste, ontwerp duurzame bedrijventerreinen. Maar laat het asjeblieft vooruitgaan. Daarbuiten verandert de wereld snel. De internationale politiek is log en immobiel. Het is lokaal dat het moet gebeuren: neem jullie verantwoordelijkheid. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Bruynooghe. Raadslid Arnold Bruynooghe. - Geacht schepencollege en geachte gemeenteraadsleden en het publiek aanwezig.
36
gemeenteraad 26 mei 2015
Ik ga hier niet over tot een fijne analyse van alle cijfers, die is hier al gebeurd door collega’s. Ik ga mij beperken tot de zaken die onvoldoende belicht zijn. De cijfers zijn goed en dat komt door een aantal meevallers. Maar wat mij ongerust maakt, is dat het gecumuleerd budgettair resultaat dat je elk jaar meeneemt, elk jaar ongeveer tien miljoen lager ligt dan gebudgetteerd. Als je kijkt naar de realiteit van 2013 en als je kijkt naar het gebudgetteerd cijfer van 2014, dan zie je dat dat eveneens weer 10 miljoen lager ligt en dat het bovendien ook relatief daalt. Dat is het enige wat ik hier nog wil aan toevoegen, wat betreft de cijfers. Aan de andere kant is het ook zo dat dankzij het onverdroten werk van het financiënteam hier uiteindelijk een meerjarenrekening wordt gepubliceerd en waarschijnlijk zal het wel de eerste centrumstad zijn die het zo tijdig en goed heeft afgewerkt. En ook dat is vanavond nog niet gezegd. En wat ook een groot voordeel is: dat je door die beleids– en beheerscyclus inderdaad het geplande, het budget, kunt vergelijken met wat gerealiseerd is wat zoals aangegeven tot waanzinnige cijfervergelijkingen leidt. Als dat in 2015 weer zo zal zijn, ja, dan is de keuze gauw gemaakt voor het beleid hier. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Ik stel voor dat de schepen antwoordt op de algemene beleidsvragen inzake financiën. En dat we dan in een tweede ronde ook de vakschepenen de kans geven om te repliceren. Schepen Boudewijn Laloo. - Dank u collega’s. Ik meen dat ik mag concluderen dat er niemand, noch meerderheid noch minderheid, de positieve resultaten in twijfel trekt. Dat is toch een heel belangrijke conclusie. Ik heb altijd gezegd bij het voorbrengen van het budget ieder jaar in de maand november: beoordeel mij en de financiële toestand van stad Brugge niet op het moment van het budget. Nee, beoordeel mij en de stad Brugge en haar financiële werking op het moment van het voorbrengen van het resultaat. En we zitten hier werkelijk met een heel goed resultaat: Brugge is financieel heel goed bezig. Ik ga kort maar ook heel kort, toch enkele kenmerkende cijfers nog even benadrukken. Het resultaat op kasbasis, meerdere keren gezegd, bedraagt 30 miljoen euro, als wij de technische correcties uitvoeren. 30 miljoen euro! Ik zie geen enkele centrumstad die ons dat kan nadoen. De autofinancieringsmarge die in november 2013 gebudgetteerd was op min 1,87 miljoen wordt 19,6 miljoen positief. En moet eigenlijk maar positief zijn in 2019. De bestemde gelden, onze reserves, bedragen 72,6 miljoen euro en er was in het budget 59 miljoen euro ingeschreven. We zitten nog altijd, ten vierde, met een toekomstfonds. Niet aangeraakt, burgemeester. Vijftig miljoen euro in ons toekomstfonds of ons investeringsfonds. De gemeenteschuld, collega’s, toch enorm belangrijk. Ik herinner mij nog, ik heb het hier wel voor mij staan: in 2000, 2006 zelfs, zaten wij ongeveer aan een 140 miljoen euro gemeenteschuld. En nu zitten we in 2014 op 93,5 miljoen euro, dat is zelfs een daling ten opzichte van 2013, waar het nog 99,2 miljoen euro was. Dat zijn allemaal concrete cijfers, geen budgetcijfers. De schuldratio, die goed is als het één is. Wij zitten op 0,38, stel je voor; 0,38. Waar vroeger de stadsschuld tweemaal de ontvangsten bedroeg, is de schuld minder dan de helft van de ontvangsten. Stel je voor: 93 miljoen ten opzichte van 249 miljoen exploitatie. De totale fiscaliteit van de stad Brugge gaat van 93,5 miljoen naar 95,6 miljoen, dat is een stijging met minimaal 2 procent. De personeelskosten, dames en heren, waar wij bij het begin van het beleid altijd de nadruk hebben op gelegd, hebben wij volledig onder controle. Netto bedroegen die in 2013: 62,5 miljoen euro, in 2014, een jaar nadien, een half miljoen euro meer: 63 miljoen euro. Zoals ook collega’s Goderis en Rogissart stelden: we hebben een financieel gezonde stad. Ik heb het inderdaad gezegd: beoordeel ons op de resultaten, niet op het budget. En dan ga ik ook hetzelfde antwoord geven aan de collega’s die hier al die beleidsdoelstellingen opsomden, burgemeester, die die 17 beleidsdoelstellingen gedetailleerd opsomden: beoordeel ons niet op vandaag wat het beleidsplan betreft, beoordeel ons in 2018 of wij alle beleidsdoelstellingen zullen gerealiseerd hebben.
37
gemeenteraad 26 mei 2015
En om eventjes naar mijn goede vriendin Mercedes Van Volcem toe te komen, nu zij mij die belangrijke trofee overhandigde. Ik zou zegen: stel u voor dat wij al onze beleidsdoelstellingen al hadden gerealiseerd, dan pas waren wij hier niet verder nodig vooraan. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Zijn er naar schepen Laloo toe nog opmerkingen? Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. - Dank u wel, mijnheer de schepen. Collega’s, Ik denk inderdaad, het is gezegd, wat N-VA betreft gaan we over de cijfers niet flauw doen. Die zijn goed, veel beter dan gebudgetteerd. Iemand die dat niet ziet, die heeft dat niet gelezen. Nu hebben we wel een aantal punten aangehaald, objectieve elementen die de goede realisatiegraad verantwoorden. Ik denk dat de zaken die hier gezegd werden ons toch wel tot nadenken moeten stemmen in die zin dat we niet kunnen ontkennen dat er toch heel wat stilstand is geweest in de stad wat 2014 betreft. Als u het derde stuk, het derde boekdeel, aandachtig leest – ik heb dus wel degelijk goed geteld dan heb je daar vier rubrieken: de zaken die gestart zijn, prioritaire zaken; de zaken die niet gestart zijn, de zaken die uitgesteld werden en dan de zaken die in opstart zijn. En er zijn er van twee soorten zaken: deze die niet gestart zijn, waarvoor niets gedaan werd en zaken die uitgesteld werden, wel degelijk zesenzeventig. En wij hebben ze ook geteld: honderd en een beetje zijn in opstartfase. En ik moet u wel zeggen, als u die zaken goed leest, die acties goed leest, dan wordt er al heel snel gezegd dat iets in opstartfase is. Ik ga nu geen voorbeelden geven maar er wordt snel een kruisje gezet op de tweede kolom, “iets is in opstart”. Maar in feite is er daadwerkelijk op het terrein niets gebeurd. Ook opmerkelijk zijn, zoals gezegd, in het jaar 2014 de investeringen. U hebt die geraamd op 58, 59 miljoen euro, jullie hebben 23 miljoen euro niet uitgegeven. Uiteraard, is dat financieel goede zaak, maar dat is toch veertig procent van uw budget dat u niet spendeert. Het is evident dat dat repercussie heeft op uw daadkracht, op de zaken die u wilde, op de investeringen die u niet gedaan hebt. Wat economie en ondernemingen betreft, stel ik vast zoals gezegd ook in de vorige gemeenteraad dat de stad heel weinig budgetteert en spendeert. En ik ben ervan overtuigd, ik merk dat elke dag, dat de stad geen ondernemend hart heeft. Het resultaat op kasbasis is inderdaad positief, daar moeten we ook niet flauw over doen, dat is 30 miljoen euro positief. De budgetten zijn gerespecteerd. Wat de personeelsuitgaven betreft, tot slot: iedereen die de studie van Ethias goed gelezen heeft, weet dat een kentering in de personeelsuitgaven hoe dan ook een conditio sine qua non was. Hadden we daar niet ingegrepen, dan zaten we vandaag de dag met een serieuze kater. Dat weet eenieder in deze zaal die die studie gelezen heeft. Bij ongewijzigd beleid zaten wij echt in de problemen, hadden wij nooit zulke cijfers kunnen voorleggen, zaten wij zeker op het einde van de rit, op het einde van deze legislatuur met een onnoemelijk probleem en zouden wij ook niet beantwoorden aan de normen van de beleids- en beheerscyclus. Wat de leningen betreft, wil ik ook nog iets zeggen. Die waren gebudgetteerd op 11 miljoen euro vorig jaar, 5,5 miljoen euro is uitgegeven, wel er staat voor het jaar 2015, maal vier, 24,25 miljoen euro gebudgetteerd. Uiteraard zal dat uw resultaat op kasbasis, wat 50 miljoen euro betekent, ten goede komen. Als u die leningen vandaag schrapt, dan hebt u een probleem in 2015 wat uw resultaat op kasbasis betreft. Tot slot. Wat er ook gezegd is, is wel opmerkelijk en dat is ook een belangrijke parameter: dat het gecumuleerd, gebudgetteerd resultaat toch andermaal daalt. We komen van 2013 met 108 miljoen en inderdaad als u los van boekhoudkundige elementen dat goed berekent, komt u uit op 94 komma en een beetje miljoen euro, dat is een daling en dat is ons werkkapitaal, dus daar kunnen we, denk ik, niet naast kijken. Dat was wat ik nog wilde toevoegen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. – Ik zal het zeker niet herhalen. Maar u kan het mij niet kwalijk nemen, mijnheer Laloo, dat wij de beoordeling maken op hetgeen vandaag voorligt. En u hebt zelf een budget opgemaakt, u hebt zelf beleidsdoelstellingen vooruit geschoven, u hebt daar budgetten aan gekoppeld waarvan u zélf hebt gezegd dat u deze zou realiseren in 2014. Wat stellen wij vast? Dat er inderdaad veertig procent niet is gerealiseerd. En als u vandaag zegt dat dat zal uitgevoerd
38
gemeenteraad 26 mei 2015
worden in de komende jaren, wel, zoals altijd zullen we rustig zijn en we zullen dat dan bekijken volgend jaar. En uiteraard zullen wij in 2018 u ook evalueren, daarom zitten wij hier. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Wij ontkennen natuurlijk inderdaad niet dat Brugge in vergelijking met andere centrumsteden relatief veel geld heeft. Wat wij wel zeggen, is dat het niet goed gebruikt wordt om te investeren. En ik denk dat met hetgeen voorligt er daar geen speld tussen te krijgen is. Het is zelfs zo als ik mij goed herinner dat (was het in 2014?) toen alles vastgesteld werd er een verloop geschetst werd van hoeveel we telkens uit het toekomstsfonds zouden nemen per jaar en dat er dan een rest was van 35 miljoen. Dus zelfs als je al de dingen die je nu al plant, realiseert, dan nog zal er daar 35 miljoen in zitten. Dat betekent dat je eigenlijk nu dringend op zoek zou moeten zijn of heel perceptief zou moeten zijn over nieuwe projecten die zich aandienen. En dat mis ik toch. Ik mis de dynamiek die je soms proeft op bepaalde momenten, in De toekomst van Brugge, als die Jan Gehl komt en er veel jonge Bruggelingen zijn die er goesting in hebben, die denken aan de toekomst. Ik mis die gedrevenheid in de keuzes van investeringen die nu gemaakt worden. Maar dat je veel geld hebt, dat ga ik niet ontkennen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s. Zijn er vanuit het college nog opmerkingen? Zijn er nog collega’s die willen punctueel tussenkomen? Dan stel ik voor dat we stemmen per agendapunt. Punt 16. N-VA, Open VLD, Groen en Vlaams Belang onthouden zich; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: 1. De gemeenteraad stelt de jaarrekening 2014 met toelichting vast. 2. Dit besluit zal samen met de begrotings- en de jaarrekening aan de voogdijoverheid worden voorgelegd voor definitieve vaststelling. 3. De gemeenteraad neemt kennis van de decretale rapportering van de financieel beheerder per 31 december 2014. 4. De gemeenteraad neemt kennis van het rapport interne controle 2014 van de stadssecretaris.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 17, idem? N-VA, Open VLD, Groen en Vlaams Belang onthouden zich; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. De budgetwijziging 2015 nr. 1 vast te stellen volgens het voorliggend ontwerp, financieel in evenwicht als volgt: resultaat op autofinancieringsmarge: 984.901
kasbasis:
15.037.473
Artikel 2. Dit besluit wordt samen met de documenten aangaande de eerste wijziging aan het budget 2015 overgemaakt aan de provinciegouverneur.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 18, idem? N-VA, Open VLD, Groen en Vlaams Belang onthouden zich; de overige raadsleden keuren goed.
39
gemeenteraad 26 mei 2015
De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. De derde herziening van het meerjarenplan 2014-2019 vast te stellen volgens het voorliggend ontwerp, financieel in evenwicht als volgt: Budget 2014
Rekening 2014
resultaat op kasbasis
9.675.576
-13.865.797
autofinancieringsmarge
-1.872.336 Budget 2016
resultaat op kasbasis autofinancieringsmarge
Initieel budget 2015 1.222.636
2015 na BW1 15.037.473
19.635.725
2.037.051
984.901
Budget 2017
Budget 2018
Budget 2019
14.870.446
16.395.383
14.805.089
3.405.228
5.424.826
6.543.866
25.024.524 8.041.862
Artikel 2. Dit besluit wordt samen met de documenten aangaande de derde herziening van meerjarenplan 2014-2019 overgemaakt aan de provinciegouverneur.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u, collega’s. Dan gaan we over naar punt 19. 19
Financiën/fiscaliteit - retributiereglement op het gebruik van een standplaats op de openbare weg en op het meren van huurbootjes op de stadsreien - wijziging reglement.
Schepen Boudewijn Laloo. - Voorzitter, excuseer. Maar ik moet eventjes mijn papieren proberen te vinden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - We gaan u de nodige tijd geven. Schepen Boudewijn Laloo. - Nee, ik heb ze al. Oké. We gaan over naar punt 19, zei de voorzitter. Punt 19 betreft het retributiereglement op het gebruik van een standplaats op de openbare weg en op het meren van huurbootjes op de stadsreien. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. - Dank u voorzitter. Schepen Laloo, we kunnen dit eigenlijk niet goedkeuren en ik ga u uitleggen ook waarom. Het is het laatste jaar maar al te vaak gebeurd dat de koetsen ofwel niet konden rijden ofwel een andere standplaats moesten gaan opzoeken om te kunnen rijden. Ook in verband met de bootjes heb ik al eens een interpellatie gedaan enkele maanden geleden omwille van het feit dat zij niet meer mochten, niet rijden, maar varen vanaf bepaalde steigers of buiten bepaalde uren. Dus ik vind dat het hier veel te veel is, niet van geven en nemen, maar van nemen vooral. De bootjesmannen maar ook de koetsiers en de mensen van de huurauto’s zijn ook mensen die ondernemen en die investeren en het wordt veel te vaak vanuit de ene kant bekeken: jullie mogen wel rijden en jullie maken gebruik van de openbare weg en van de reitjes enzovoort, enzovoort, en daarvoor moeten jullie betalen. Maar ik vind dat u langs de andere kant ook een beetje soepel moet zijn, het zijn ambassadeurs voor onze stad. Ik vind dat jullie daarin een verkeerde keuze maken en we kunnen dit dus niet goedkeuren. Schepen Boudewijn Laloo. - Mevrouw Soete, die prijsbepalingen - maar ik laat straks de schepen van koetsen en bootjes aan het woord: ik denk dat er overeengekomen is dat ze hun prijzen mochten verhogen met een bepaald percentage en dat wij hetzelfde percentage gingen toepassen op de retributie die zij aan ons betalen. Ik denk dat er een akkoord was met de boten, en met de koetsen, dus … Raadslid Ann Soete. –’t Is pakken en pakken.
40
gemeenteraad 26 mei 2015
Schepen Boudewijn Laloo. – U gaat niet akkoord maar de sector blijkbaar wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Ik stel voor om over het punt te stemmen. N-VA stemt tegen; Open VLD en Vlaams Belang onthouden zich; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Beslist: Artikel 1: Termijn Vanaf het jaar 2016 wordt voor onbepaalde duur een jaarlijkse retributie geheven per ingenomen vergunde standplaats op de openbare weg door huurkoetsen en huurauto’s en per vergunde aanlegsteiger voor het meren van huurbootjes op de stadsreien. Artikel 2: Retributieplichtige en tarief De retributie is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die vergunninghouder van een standplaats is en bedraagt: 1) 6.523 euro per vergunde huurkoets 2) 3.500 euro per vergunde huurauto 3) 700 euro per vergunde huurboot. De retributie is per vergunde standplaats of per vergunde aanlegsteiger voor het volledige jaar, forfaitair en ondeelbaar verschuldigd. Artikel 3: Algemene bepalingen vestiging en invordering De retributie wordt gevestigd via betalingsuitnodiging. De retributie dient betaald te worden binnen de 30 dagen na het versturen van de betalingsuitnodiging. Bij niet betaling binnen de 30 dagen wordt een maning verstuurd met het verzoek te betalen binnen de 14 dagen na datum van de maning. Bij niet betaling van de maning wordt een aangetekende laatste waarschuwing verstuurd met het verzoek te betalen binnen de 8 dagen. De kosten voor de aangetekende zending en een administratiekost van 10 euro per dossier vallen ten laste van de retributieplichtige. Bij niet betaling van de laatste waarschuwing wordt het verschuldigd retributiebedrag voor invordering aan de gerechtsdeurwaarder overgemaakt. De kosten hiervoor vallen integraal ten laste van de retributieplichtige. Artikel 94, 2° van het gemeentedecreet is toepasselijk op de invordering van retributies. Met het oog op de invordering van niet-betwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen kan de financieel beheerder een dwangbevel uitvaardigen. Het college van burgemeester en schepenen viseert het dwangbevel en verklaart het uitvoerbaar. Het dwangbevel wordt betekend bij gerechtsdeurwaardersexploot. Artikel 4: Betwistingen en klachten Klachten of betwistingen moeten binnen een termijn van 60 dagen volgend op de datum van de betalingsuitnodiging schriftelijk aan het college van burgemeester en schepenen, Burg 12 te 8000 Brugge gericht worden. Indien het college van burgemeester en schepenen de klacht of betwisting gegrond acht, is de retributie niet verschuldigd. Indien het college van burgemeester en schepenen de klacht of betwisting ongegrond acht, is de retributie verschuldigd en wordt de retributie ingevorderd conform de bepalingen van artikel 3 van onderhavig retributiereglement. De gewone burgerlijke rechtbanken zijn bevoegd. Artikel 5: Inwerkingtreding Dit retributiereglement vervangt vanaf 1 januari 2016 het retributiereglement op het gebruik van een standplaats op de openbare weg en op het meren van huurbootjes op de stadsreien, vastgesteld in zitting van 24 november 2014. Dit retributiereglement wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Punt 20, schepen.
41
gemeenteraad 26 mei 2015
20
FINIWO - algemene vergadering van 22 juni 2015 - verslag door de bestuurders aanduiden vertegenwoordigers - vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 20, voorzitter, betreft Finiwo, de algemene vergadering van 22 juni 2015, vaststellen van het mandaat voor onze vertegenwoordiger en die is daar mevrouw Georgina Denolf. Het verslag wordt gegeven door de voorzitter van Finiwo, schepen De fauw. Schepen Dirk De fauw. - Dank u wel, mijnheer de voorzitter. In de algemene vergadering van 22 juni worden de jaarrekening en de resultatenverdeling van 2014 voorgelegd. De resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar van 30.553.000 euro. Dit is veel in verhouding tot andere jaren maar dat komt door de exceptionele opbrengst van de verkoop van ECS-aandelen, de participatie in ECS, die een meerwaarde realiseerde van 21,7 miljoen, waarvan 1,9 miljoen uitgekeerd werd aan de stad Brugge in thesaurie. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dank u, schepen. De Gemeenteraad, Besluit: 1. Volgende personen aan te duiden om de stad Brugge te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van FINIWO op 22 juni 2015: effectief: mevr. Georgina Denolf. 2. Aan de vertegenwoordiger van de stad op voormelde vergadering wordt toestemming gegeven in te stemmen met alle punten van de dagorde zoals voorgesteld door de raad van bestuur, in het bijzonder de jaarrekening en de resultatenverdeling 2014.
21
IMEWO - algemene vergadering van 22 juni 2015 - verslag door de bestuurders aanduiden vertegenwoordiger in de vergadering - vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 21, Imewo, de algemene vergadering van 22 juni, het vaststellen van het mandaat voor onze vertegenwoordiger, voorzitter André Van Nieuwkerke. Het verslag wordt gegeven door collega Pablo Annys. Raadslid Pablo Annys. - Voorzitter, collega’s. De algemene vergadering van Imewo komt inderdaad samen op 22 juni en heeft een normale dagorde, zijnde het jaarverslag en de jaarrekening en een aantal statutaire bepalingen. Een kort woordje over de jaarrekening zelf. Het dividend voor de stad is stabiel, zijnde een kleine 4,4 miljoen euro netjes verdeeld over elektriciteit en gas. Misschien nog een paar kleine hoogtepunten uit het activiteitenverslag van 2014. Er was inderdaad de exit van Electrabel als aandeelhouder uit de distributienetbeheerders, dit gekoppeld aan het vertrek van de publieke sector uit ECS. Er was in 2014 ook heel wat aandacht voor de gevolgen van de mogelijke elektriciteitsschaarste tijdens de komende winters. Vorig jaar werd ook beslist het doel van de distributienetbeheerder uit te breiden tot de ontwikkeling en het aanleggen, exploiteren van warmtenetten en de levering van al dan niet zelfgeproduceerde warmte. Imewo investeerde vorig jaar voor meer dan 141 miljoen euro. Het distributienet wordt verder ook geleidelijk omgebouwd naar een smart, slim aangestuurd tweerichtingsnet waar op elk moment afname en injectie op elkaar kunnen worden afgestemd. Wat betreft de dienstverlening naar gemeenten toe, daar zijn vorig jaar opnieuw een aantal initiatieven gestart om beter toe te zien op de herstelling van voetpaden, puttenbestand opvolgen en communicatie rond de timing van werken. Daarnaast is er ook een nieuwe webtool ter beschikking gesteld met betrekking tot de openbare verlichting en verder werden de energiediensten voor lokale besturen uitgebreid. Dit was het. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord, collega’s? De Gemeenteraad, Besluit: 1. Volgende personen aan te duiden om de stad Brugge te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van IMEWO op 22 juni 2015:
42
gemeenteraad 26 mei 2015
effectief: de heer André Van Nieuwkerke. 2. Aan de vertegenwoordiger van de stad tijdens voormelde vergadering een mandaat te geven om in te stemmen met alle punten van de dagorde zoals voorgesteld door de raad van bestuur, in het bijzonder de jaarrekening 2014.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Volgend punt. 22
IVBO - bijzondere algemene vergadering én algemene vergadering van 24 juni 2015 - verslag door de bestuurders - goedkeuring statutenwijziging - aanduiden vertegenwoordiger in de vergaderingen - vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 22, IVBO, de bijzondere algemene vergadering én algemene vergadering van 24 juni 2015, vaststellen van het mandaat voor onze vertegenwoordiger, collega Philip Pierins. Het verslag wordt gegeven door de voorzitter, schepen Vandevoorde. Schepen Frank Vandevoorde. - Dank u wel, collega. De algemene en de bijzondere statutaire vergadering van IVBO grijpen plaats op 24 juni van dit jaar. Het is een beetje verschillend in die zin, dat dus naast de algemene vergadering met de gewone statutaire bepalingen, de winstverdeling en alles wat daarbij komt kijken, er ook een bijzondere algemene vergadering is omdat er een statutenwijziging komt bij IVBO met name het feit dat wij als een vennootschap worden beschouwd. Wat zijn consequenties heeft op het fiscale vlak. Ik zou daar heel veel zou over kunnen vertellen maar ik denk dat dat in deze vergadering nu niet direct aan de orde is. Tenzij men er vragen over heeft, dan wil ik daar rustig op ingaan. Maar dat zijn zowat de belangrijkste feiten. Voor wat de winstverdeling betreft: er zal een winst voorgelegd worden ten bedrage van 3.512.725,18 euro en de verdeling van die winst zal als volgt gebeuren. Toevoeging aan de wettelijke reserve ten belope van 15.406 euro. Uitkeren - niet onbelangrijk, misschien ten laatste male - van het statutair toegelaten maximumdividend aan de vennoten, dus ten bedrage van 5 procent of in totaal: 298.412,70 euro. Dan een toevoeging aan de belastingvrije reserves ten belope van 3.198.906,48 euro. Geen toevoeging aan de overige reserves noch aan de over te dragen winst, wat voor een stuk al een gevolg is van wat ik daarstraks zei in verband met het gepromoot worden tot vennootschap. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Dank u wel, mijnheer de schepen. Ik wil even ingaan op het verslag van IVBO. “In 2014 werd 162.797 ton verbrand. Wat meer is dan de vorige jaren, zonder dat daarover euforisch moet gedaan worden.” Dat is een citaat rechtstreeks uit het voorstel van verslag van IVBO. Nog eentje: “Verder zekerstellen van de nodige aanvoer ter verbranding is een prioriteit.” We hebben hier dus te maken met een organisatie die zoveel mogelijk afval wil verbranden om haar businessmodel in leven te houden. Het gaat zelfs zo ver dat men afval importeert uit Engeland om het te kunnen verbranden. We leven in een wereld waarin zowat alle wetenschappers pleiten om een einde te maken aan de cradle-to-grave-economie. Een extractie-economie waarbij we alle reserves in de wereld uitputten, zonder acht te slaan op de gevolgen voor ons milieu, ons nageslacht en onszelf. Een wereld, waarin een afvalmaatschappij quote unquote van de overheid, als eerste plicht zou moeten hebben om afval te vermijden en, indien ze er is, verbranden als voorlaatste optie te kiezen. Ik verwijs hier naar de Ladder van Lansink als principe, wat reeds eind de jaren zeventig werd geïntroduceerd, dus zeker geen nieuwerwetse dingen. Ik zal zelfs meer zeggen. We leven in een wereld waarin grondstoffen binnen afzienbare tijd zo duur zullen zijn dat de afvalproductie zelfs met een blinde doofstomme overheid zal slinken. En in een wereld met zo’n metatendenzen zitten wij met een afvalmaatschappij die haar financieel model probeert staande te houden op het verbranden van afval. Dat vinden wij schrijnend. Nochtans bestaan er alternatieven. Waar overal ter wereld initiatieven worden genomen voor een cradle-to-cradle-economie, zou IVBO hier lokaal een voortrekkersrol moeten in spelen, de nieuwste innovatieve trends volgen, daar economisch op inspelen, een actieve partner zijn in het creëren van netwerken tussen bedrijven wiens afval een grondstof kan zijn voor andere bedrijven. We zien overigens dat IVBO deel uitmaakt van een platform bij VVSG dat precies dit tot doel stelt. Maar in de werking, in het verslag vinden wij daar niets van terug.
43
gemeenteraad 26 mei 2015
Een andere uitdaging is het personeelsbeleid. We merken een gestage daling van het aantal personeelsleden. Bovendien is er een veroudering gaande van het personeel en zijn er steeds meer mensen met rugklachten, hetgeen begrijpelijk is. Zeker als deze tendens zich verder zet, zal de druk van de ophaling op een steeds kleiner en ouder team terechtkomen. En we moeten te allen prijze vermijden dat bij een van de zwaarste beroepen maar ook een van de meest nuttige beroepen die er zijn, en voor mijn part een van de best betaalde, de arbeidsdruk op deze mensen nog zou toenemen. Wij pleiten daarom voor het invoeren van een statiegeld voor blikjes en petflessen. Niet alleen kan dat het zwerfvuilprobleem aanzienlijk verminderen maar we zijn er ook van overtuigd dat je met de invoering hiervan een ophaalronde van de blauwe zakken per maand kan uitsparen, hetgeen een grote afname van de werkdruk zou betekenen bij een dalend personeelsbestand. Groen diende hier in de Provincie al een motie naar de hogere overheid over in, om dit overal in Vlaanderen in te voeren en het statiegeld door te rekenen aan de producent. Maar in afwachting van zo’n systeem pleiten we al voor een lokale invoering van dat systeem. Daarnaast heb ik nog twee punctuele vragen, twee citaten waar ik wil op reageren. Er wordt hier gesteld dat “…het juiste evenwicht tussen een goede zuivering en een laag chemicaliënverbruik zal moeten gevonden worden.” Ik zou graag willen weten wat dit precies betekent. En bij de controle van het afvalwater lees ik: “Het blijft een zeer moeilijke evenwichtsoefening tussen de hoeveelheid polluenten in het afvalwater en de hoeveelheid in het slib.” En ook hierbij zou ik wat nadere toelichting willen. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Nee? Mijnheer de schepen. Schepen Frank Vandevoorde. - Collega Roelant, u hebt mij de moeite ontnomen - ik ben u er dankbaar voor - om de lectuur van het verslag zelf te geven. Ik heb dat dan niet moeten doen. Maar ik moet wel zeggen dat u een tamelijk eenzijdige lectuur van het verslag gemaakt hebt. U hebt namelijk dat eruit gehaald wat u kan dienen in uw stelling, en andere dingen die er in staan, heeft u dus waarschijnlijk bewust over het hoofd gezien. Waar uw tussenkomst in essentie over gaat - en dat is ook terecht uiteraard als groene partij, maar niet alleen de groene partij ook anderen staan er achter - is het feit dat we meer moeten gaan voor afvalpreventie zoals u dat Angelsaksisch hebt uitgedrukt, in plaats van afvalverwerking. Eerst en vooral wil ik zeggen dat IVBO een bedrijf is dat niet alleen ophaling doet en uit hoofde van die ophaling probeert zo veel mogelijk selectief op te halen en waar het kan ook preventief te werk te gaan. Dat is één feit. Maar daarnaast is het ook een verwerkingsbedrijf en een verwerkingsbedrijf is nu eenmaal een bedrijf dat moet draaien. En als u van oordeel bent dat dat bedrijf geen afval meer moet zoeken om optimaal te kunnen functioneren, dan betekent dat dat u inderdaad voorstander bent van het feit dat dat bedrijf binnen een afzienbare tijd failliet gaat, met alle sociale gevolgen van dien. Ik laat dat voor uw rekening, ik heb daar een ander standpunt over. Laat dat duidelijk zijn. Ten tweede, om tot preventie terug te keren: u hebt niet gelezen dat de restafvalcijfers op intergemeentelijk vlak, voor wat de bewoners van het IVBO-gebied betreft, gedaald zijn in 2014 met 1,3 kilogram per inwoner. Er kan maar één verklaring voor zijn, dat is dat er minder afval geproduceerd wordt door de bewoners as such, met andere woorden dat de politiek die gevoerd wordt om aan preventie van afval te doen, hier ook cijfermatig wordt duidelijk gemaakt. Wat het afvalpreventiebeleid betreft: u hebt zelf het voorbeeld van het statiegeld aangehaald, en ik weet dat Groen daar heel goede ervaringen mee heeft in het verleden op regeringsvlak. Dat is de taak van de hogere overheid, in de eerste plaats van OVAM, en ik kan u geruststellen: OVAM is daar volop mee bezig. Er zijn al enkele vergaderingen van OVAM geweest en ze zijn dus van plan om via afvalpreventie de aanvoer van restafval nog verder te beperken. Zij spreken uiteraard voor gans Vlaanderen, en dus voor gans Vlaanderen zijn ze van plan om in de komende jaren via verdere afvalpreventie, vertaald in tonnage, 20.000 ton minder restafval naar de huisvuilverbrandingsinstallaties te doen gaan. Dat zou het gevolg daarvan zijn. Met andere woorden, uw ongerustheid over niet voldoende preventie kan ik bij deze toch cijfermatig tegenspreken. Daar staat dan inderdaad tegenover dat we geconfronteerd worden met een verminderde aanvoer van afval voor de verbrandingsinstallaties en de conclusie daarvan kan alleen maar zijn dat wij moeten proberen om het tekort dat dreigt en dat ondertussen volop realiteit is, te compenseren. En er is nu eenmaal iets als Europa en de Europese markt laat dus toe om afval bijvoorbeeld uit Groot-Brittannië naar hier te brengen om dit tekort aan te vullen. Dus wat dat betreft, zie ik niet goed in wat we daar verkeerd aan het doen zijn. Laat dat duidelijk zijn. Nu wat uw personeelspunt betreft. U hebt het uiteraard terecht aangehaald: de intercommunale is dertig jaar actief, en heel veel mensen die al die dertig jaar actief geweest zijn in die sector geraken inderdaad op medisch vlak onder de invloed van de zwaarte van de arbeid die ze daar
44
gemeenteraad 26 mei 2015
gedaan hebben. We moeten daar oog voor hebben en rekening mee houden, dat is een feit en we zijn daar ook volop mee bezig. Maar wat meer is: door het feit dat de bevolkingspiramide - als ik het zo mag uitdrukken – de leeftijdspiramide van de personeelsgroep zo hoog geworden is, gaan we in de toekomst er moeten voor zorgen dat die mensen op een kwalitatieve wijze vervangen worden. En dat is een uitdaging waar we toch ook oog moeten voor hebben. Wat we ook niet mogen vergeten, u heeft dat ook niet gelezen, maar dat is iets dan men hier in de stad ook zeer goed kent: de problematiek van de statutaire pensioenen mogen we ook niet uit het oog verliezen. Dat is ook iets dat als een financiële zware dobber op ons afkomt, en waar we heel zware solidariteitsbijdragen zullen moeten voor betalen naar de toekomst toe. Mijn buur hier naast mij weet perfect waarover ik het heb en kent ook de mogelijke ernstige uitdagingen waar we voor staan maar waar we dus zonder twijfel ook zullen aan voldoen. U had daar nog een vraag, wat men bedoelt met de rookgaszuivering die optimaal is - ik kan u dat verzekeren - en die met bepaalde technologieën gebeurt. Dat is een van de zaken waar we mee bezig zijn, en die we dit jaar zullen afronden. Om die rookgassen te zuiveren, heb je chemicaliën nodig. Een studie omtrent rookgaszuivering is in de loop van de voorbije jaren stilletjes aan, stap voor stap, opgebouwd en is nu volop aan het draaien. En het is uiteraard de bedoeling om te proberen die rookgaszuivering even optimaal te laten verlopen als tot nu toe maar met een zo min mogelijks gebruik van chemicaliën. Dat is een normaal proces, dat volop aan het lopen is en waar we mee bezig zijn. En wat uw vraag betreft rond het evenwicht tussen afvalwater en slib, daar moet ik u eerlijkheidshalve bekennen dat ik dat niet weet. Maar ik ga dat navragen voor u. Ik vermoed dat dat ook een kwestie is van chemicaliën, van chemische evenwichten en van productieprocessen die eens moeten van nabij bekeken worden, maar ik ga u het antwoord schriftelijk geven. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Dank u wel voor het antwoord, mijnheer de schepen. Toch dit. Ik vind het een interessante retorische oefening die u maakt om bij bepaalde wereldtendensen die tot dalend afval leiden mij de verantwoordelijkheid in de schoenen te schuiven, als zou ik niet willen dat IVBO een goed draaiend bedrijf is. Nee, integendeel! Ik verwittig u dat die tendensen op u afkomen en dat u moet diversifiëren en op een andere manier, met een andere visie met afval moet omgaan. En inderdaad, u verwijst naar een marginale teruggang in afvalproductie bij de Bruggelingen. Of dat een gevolg is van preventie, dat laat ik in het midden want dergelijke dingen komen niet uit het verslag naar voor. Ik heb nergens iets gelezen rond een preventieplan, rond cradle-to-cradle. Ik heb ook dat woord niet teruggevonden. Dus vergeef mij als ik dan een zogezegd eenzijdige lezing geef van dit document. Het is omdat ik het er niet in terugvind. Maar goed. Bedankt voor uw antwoord en voor uw zorg dat u dit volgend jaar dan nog strikter zult opvolgen. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord, collega’s? Schepen Frank Vandevoorde. - Mag ik, mag ik? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de schepen. Schepen Frank Vandevoorde. - Laat het duidelijk zijn, mijnheer Roelant: Vlaanderen is kampioen op het vlak van selectieve ophaling en preventie. Geen enkel land in Europa scoort zo goed als Vlaanderen. Laat dat toch ook eventjes gezegd zijn. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s. Akkoord met dit punt? De Gemeenteraad, Besluit: 1. De voorstelde statutenwijzing wordt goedgekeurd. 2. Volgende personen worden aangeduid om de stad Brugge te vertegenwoordigen op de buitengewone algemene vergadering en de algemene vergadering van IVBO op 24 juni 2015: effectief: schepen Philip Pierins. 3. Aan de vertegenwoordiger van de stad tijdens voormelde vergadering wordt mandaat gegeven om in te stemmen met alle punten van de dagorde zoals voorgesteld door de
45
gemeenteraad 26 mei 2015
raad van bestuur, in het bijzonder de goedkeuring van de statutenwijziging en de jaarrekening 2014.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 23, schepen Laloo. 23
Erkende kerkbesturen - jaarrekening 2014 - Anglikaanse eredienst Oostende Brugge (stad Brugge) - advies.
Schepen Boudewijn Laloo. - Dank u voorzitter. Punt 23: de jaarrekening 2014 van de Anglikaanse eredienst Oostende-Brugge, voor advies van deze gemeenteraad. De Gemeenteraad, Besluit: De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de hierbovenvermelde jaarrekening 2014, resulterend voor Brugge in een overschot op de exploitatie van 10.013,48 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014.
24
Erkende kerkbesturen - jaarrekeningen 2014 - centraal kerkbestuur 2 - 1) H. Godelieve en Karel de Goede 2) H. Hart en H. Philippus 3) H. Jozef en Kristoffel 4) H. Michiel 5) O.L.-Vrouw-Onbevlekt -Ontvangen 6) O.L.-Vrouw-ten-HemelOpgenomen 7) Sint-Andries en Sint-Anna 8) Sint-Baafs 9) Sint-Katarina en 10) Sint-Willibrord - advies.
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 24: de jaarrekeningen 2014 van het centraal kerkbestuur 2. De Gemeenteraad, Besluit: 1. H. Godelieve en Karel de Goede. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 10.365,55 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 2. H. Hart en H. Philippus. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 16.026,19 euro en een tekort op de investeringen van 3.844,51 euro (= resultaat van het nog te betalen aandeel van het gemeentebestuur Oostkamp voor schilderwerken in de sacristie van 2011 en een nog te betalen investeringstoelage van stad Brugge gezien stad de factuur van Gianny schilderwerken nog moet ontvangen van het kerkbestuur). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 3. H. Jozef en Kristoffel. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 24.677,30 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 4. H. Michiel. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 14.419,71 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 5. O.L.-Vrouw-Onbevlekt-Ontvangen. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 31.822,64 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014.
46
gemeenteraad 26 mei 2015
6. O.L.-Vrouw-ten-Hemel-Opgenomen. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 23.431,31 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 7. Sint-Andries en Sint-Anna. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 29.545,73 euro en een overschot op de investeringen van 23.602,15 euro (= investeringsresultaat 2013). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 8. Sint-Baafs. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 49.381,58 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 9. Sint-Katarina. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 33.695,00 euro en een overschot op de investeringen van 2.297,01 euro (= investeringsresultaat 2013). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014. 10. Sint-Willibrord. De gemeenteraad uit een gunstig advies tot goedkeuring van de jaarrekening 2014, resulterend in een overschot op de exploitatie van 18.726,79 euro (investeringsresultaat = 0,00 euro). Er is geen enkel verschil tussen de kastoestand en de jaarrekening 2014
25
Intercommunale TMVW - statutenwijziging - splitsingsvoorstel TMVW in 3 ISV's TMVW, TMVR, TMVS - oprichtingsakten en statuten TMVR en TMVS - goedkeuring. Vaststellen mandaat voor de vertegenwoordiger Aanduiding vertegenwoordiging van de stad in de bestuursorganen van de 3 ISV's
Schepen Boudewijn Laloo. - Punt 25: de intercommunale TMVW, statutenwijziging, splitsing TMVW in drie intergemeentelijke samenwerkingsverbanden: TMVW, waar de W staat voor Water, TMVR, waar de R staat voor Recreatie, TMVS, S voor Services. Oprichtingsakten en statuten, voor goedkeuring; het vaststellen van het mandaat voor de vertegenwoordiger, en in de gemeenteraad van 29 januari 2013 werd mevrouw Georgina Denolf voor de ganse legislatuur aangeduid. En dan aanduiding van de vertegenwoordiging van de stad in de bestuursorganen van de drie ISV’s. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Van Tieghem. Raadslid Geert Van Tieghem. - Beste collega’s. Vandaag ligt de partiële splitsing van de Intercommunale TMWV op tafel. Het eindresultaat zijn drie intergemeentelijke samenwerkingsvormen: Watervoorziening, Recreatiebeheer en Servicevoorziening. De splitsing wordt opgelegd door het Vlaamse decreet Intergemeentelijke Samenwerking - dat dateert van 6 juli 2011 - dat bepaalt dat er zoiets is als onverenigbaarheid tussen opdrachthoudende- en dienstverlenende activiteiten. En de TMVW – voluit de Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Waterbedeling, opgericht trouwens in 1923 – onderging het laatste decennium een ware metamorfose. Ze oefent heel wat activiteiten uit die niets meer met haar kerntaak, zijnde drinkwaterlevering, te maken hebben. Ze bouwt en beheert sporthallen, sportterreinen, ze onderhoudt groen, ze legt wegen aan, voetpaden, rotondes, ze beheert gebouwen en informatica – enfin, zowat alles. Eén van de voornaamste bedoelingen van de samenwerking was destijds: de BTW op investeringen te recupereren. Een gemeente, een stad is inderdaad niet BTW-plichtig en kan aldus de BTW niet gaan aftrekken. Een ander voordeel is wellicht ook wel de schaalgrootte, de efficiëntiewinst, waardoor het wellicht wat sneller, goedkoper, efficiënter kan gerealiseerd worden. Tot daar volgen we nog. Maar toch zijn er ook wat nadelen en risico’s aan dit verhaal. Door de samenwerking met TMVW wordt de begroting van een stad of een gemeente mooi opgesmukt door schulden en leningen uit de balans te houden. Lokale politici verliezen zo het zicht op de financiële situatie van hun stad of gemeente. Bovendien torst de gemeente – de stad hoe dan ook een financieel risico, ook al is dit niet zichtbaar in de rekeningen.
47
gemeenteraad 26 mei 2015
Vandaar mijn twee korte vragen. Ten eerste had ik graag geweten: voor welke taken naast drinkwaterlevering doet de stad vandaag beroep op TMWV? Wij vermoeden ook – maar ik heb geen tijd meer gehad gelet op het budget en de jaarrekening om dat allemaal op te zoeken – afvalwaterbehandeling en sportinfrastructuur. En ik heb ook gelezen dat in 2009 er door TMWV in onze stad rioleringswerken zouden uitgevoerd zijn voor twee miljoen euro. En de tweede vraag, ook belangrijk: welke investeringen heeft de stad Brugge het laatste decennium verricht in samenwerking met TMVW - jaar, aard en bedrag? Kan het stadsbestuur de latente financiële risico’s met betrekking tot TMVW in alle transparantie in kaart brengen voor de gemeenteraad? Voor alle duidelijkheid: op deze tweede vraag hoeft u vandaag niet te antwoorden, u hebt nog wat tijd, maar wij hadden toch graag eens wat transparantie gekend omtrent dit verhaal gelet op het financiële risico dat een bedrijf als TMVW toch draagt.,U mag bijvoorbeeld niet vergeten dat TMVW vandaag een schuld torst van meer dan 800 miljoen euro. Dat is acht keer meer dan onze schuld, dus dat is niet niks. Laten we zeggen dat we een tweede Dexiaverhaal in onze stad niet nodig hebben. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Mostrey. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u voorzitter. Met Groen hebben we geen bezwaren tegen deze omvorming waartoe de regelgever ons dwingt. Maar ik wil iets anders zeggen. Geachte schepen, u heeft daarnet kunnen merken toen ik tussenkwam op de kapitaalsverhoging rond Publi-T, dat ik daar met kennis van zaken kon over spreken. U heeft dat ongetwijfeld gemerkt. Maar dat is niet alleen mijn verdienste. Dat is ook de verdienste van Imewo, Finiwo, die eigenlijk veel moeite doen om raadsleden te informeren op gezette tijden, ook met nieuwsbrieven, enzoverder. Ik merk dat dat bij TMVW toch veel minder het geval is. En ik zou een oproep willen doen om nu met de nieuwe structuren die hier in voege zullen treden, daar vanuit de raden van bestuur meer aandacht voor te hebben. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Bruynooghe. Raadslid Arnold Bruynooghe. - Dank u wel, voorzitter. Wat betreft deze transitie is positief te melden dat het aantal bestuursmandaten gelijk blijft. Dat is een tweetal jaren geleden serieus verminderd en dat blijft ondanks de opsplitsingen in diverse maatschappijen hetzelfde. Het is inderdaad zo dat die aanpassing er komt naar aanleiding van naar aanleiding van, dus niet uit oorzaak van - het decreet op de intergemeentelijke samenwerking. De TMVW heeft één klant in Henegouwen en daarom is die intergemeentelijke samenwerking noodzakelijk. Maar eigenlijk gaat het over een fiscale aangelegenheid. Het is zo dat sedert begin dit jaar de intercommunales en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden onderhevig zijn aan de vennootschapsbelasting, dat is ook het geval voor IVBO bijvoorbeeld. Zeer discriminerend is, in mijn ogen, dat bepaalde van die intercommunales en ISV’s ontsnappen aan die vennootschapsbelasting, ik bedoel diegene die in die energiesector zitten, omdat ze de prijzen mogen verhogen met wat ze aan de belasting betalen. TMVW zit niet in dat geval. TMVW maakte in 2014 een winst van 11 miljoen en zou dus, als men dezelfde cijfers haalt in 2015 en onderhevig is aan de vennootschapsbelasting van ongeveer 34 procent, 3,4 miljoen belasting moeten betalen. En er is vanavond al gewezen op hun moeilijke situatie qua leningen. Dus passen ze een truc toe om te ontsnappen aan die vennootschapsbelasting: ze vragen toepassing van de RPB-belasting, dat is de rechtspersonenbelasting, gemeenzaam bekend als de vzw belasting. Dan betaal je slechts 0,17 procent, 0,17 procent op de bezittingen en op je vaste activa en of je veel winst maakt of weinig winst speelt niet mee. Dat willen ze bekomen. Maar om aan dat RBP-systeem onderhevig te zijn, moet je een aantal voorwaarden vervullen. Je mag wel winst maken maar je mag geen dividenden uitkeren. Dat wil dus zeggen: als men hier deze omschakeling goedkeurt op TMVW-niveau krijgt de stad geen dividenden meer van TMVW, want als je dividenden uitkeert zijn die de oorzaak van vennootschapsbelasting. Aan de andere kant, die twee andere maatschappijen: TMVR voor de Recreatie - ik heb dat gevraagd in het berek aan de algemeen beheerder die langskwam - daar zijn geen winstvooruitzichten voor, dus geen vennootschapsbelasting; en wat betreft TMVServices, TMVS, daar zijn wel winstvooruitzichten maar pas op lange termijn. Wij kunnen ons dus onmogelijk vinden hier in deze statutenwijziging. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer De Plancke. Raadslid Jean-Marie De Plancke. - Ik heb maar één vraagje, mijnheer de schepen. Wat kost deze operatie nu precies aan onze stadskas? Wat moeten wij derven?
48
gemeenteraad 26 mei 2015
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Nee? Mijnheer de schepen. Schepen Boudewijn Laloo. - Collega’s. Om te antwoorden op de vragen van collega Van Tieghem. Voor welke taken doet de stad Brugge beroep op TMVW en welke investeringen verricht stad Brugge via TMVW, dat waren de twee vragen. U zegt: u moet niet direct antwoorden op de tweede vraag maar op de eerste vraag kan ik eigenlijk ook niet antwoorden. Neem het mij niet kwalijk. Ik zou wel kunnen zeggen dat we eigenlijk, aangezien wij zowel in de W zitten, in de R als de S, voor alles wat de W voorziet, de R voorziet en de S, met de stad toch een stukje beroep op TMVW, R of S. Ik ga u een schriftelijk antwoord geven, dan zal het ook meer concreet zijn. Want dat gaat bij manier van spreken van fotokopiemachines tot zwembaden, tot watervoorziening, tot rioleringen, tot saneringen, enzoverder. Ik moet dat ten gronde laten uitwerken door de administratie zodat je daar een duidelijk zicht op hebt. Wat mijnheer Mostrey aanhaalt, dat is terecht - wat u aanhaalde mijnheer Van Tieghem, was ook terecht uiteraard. Hij zegt: de raadsleden worden te weinig geïnformeerd over de activiteiten van TMVW. Ik weet van Imewo, Finiwo, dat er regelmatig infoavonden zijn voor raadsleden. Ik denk dat wij met de mensen die vertegenwoordigd zijn in TMVW er ook moeten op aandringen dat dat op een regelmatige basis gebeurt. En ik denk persoonlijk maar ik kan daar geen garantie voor geven, dat men door het feit van de omschakeling naar intercommunale samenwerkingsverbanden daartoe ook verplicht is. Maar daar durf ik geen woord op geven. Ik geef u wel mijn woord dat ik ervoor zal tussenkomen om de raadsleden in maximale zin te informeren naar de activiteiten toe. Mijnheer Bruynooghe heeft daar terecht een punt, wanneer hij aanhaalt dat TMVW en uiteraard ook stad Brugge, zullen geconfronteerd worden met het feit dat wij een verlies aan dividenden zullen moeten acteren. Want van zodra u één euro aan dividend geeft, betekent dat ook dat u winst hebt en dat u valt onder de vennootschapsbelasting. Nu is er een persnota - en dit is wel heel recent - van de ministerraad van 21 mei, we zijn nu 26 mei, en er zat dan nog gisteren een vrije dag tussen - waarin men nog eens benadrukt dat alle intercommunales nu onder de vennootschapsbelasting vallen enzoverder, enzoverder, en waar men in de slotzin zegt - ik ga niet gans het persbericht aanhalen: ziekenhuizen die onder de vorm van een intercommunale bestaan worden vrijgesteld, hetzelfde geldt voor intercommunales die een activiteit van waterdistributie uitoefenen. Dus men stelt eigenlijk - zo interpreteer ik het toch, want als stadsbestuur kun je eigenlijk niet voortgaan enkel op persberichten - dat wij niet onder die vennootschapsbelasting vallen. En langs de andere kant, als je onder de rechtspersonenbelasting valt, ja, dan kan je ook geen dividend uitkeren, dus we zitten daar met een probleempje. Ik heb daar nog gisteren op de vrije dag - voor sommigen vrije dag bedoel ik dan – de mensen van TMVW mee geconfronteerd en men heeft mij dan nog eens die perstekst bezorgd. Men stelt dat TMVW, Farys noemt dat nu, naar een alternatief rendement probeert te zoeken en dat wij daaromtrent als stadsbestuur zullen gerapporteerd worden vóór de zomervakantie. En indien daarbij een aanpassing van de statuten in het najaar zich eventueel opdringt, zal dit niet uit de weg worden gegaan. Dus men is daar mee bezig, en ik ga daar ook hard voor gaan want voor stad Brugge betekent het dat in 2016 het dividend zou afgeschaft zijn - en het dividend bedraagt toch ongeveer een 380.000 euro. Maar wij zitten ook nog met een periodieke vergoeding op onze rioleringen, die in 2018 toch ook een 584.000 euro is. Dus ik denk wel dat onze vertegenwoordigers dat van nabij zullen volgen. En men stelde hier gisterenavond laat nog dat de eerste concrete voorstellen zullen voorgelegd worden aan de raad van bestuur van 18 juni, dus men is er wel degelijk mee bezig. Maar ik zit nu ook een beetje met een zeer recent persbericht. En dan de vraag van mijnheer De Plancke: wat is de kost? Momenteel is er daar geen kost, mag ik zeggen, het is een opsplitsing. Maar - en dat heeft hier ook iemand aangehaald, het was mijnheer Van Tieghem – er is nog altijd het principe van BTW recupereren, schaalgrootte. De rekening van iedere vennoot per activiteit wordt afzonderlijk bekeken. Dus het is niet omdat een intergemeentelijk samenwerkingsverband iets doet in andere gemeenten dat wij daardoor financieel nadeel zouden ondervinden. Nee, de rekening wordt per vennoot gemaakt en dat wordt wel door onze vertegenwoordigers van zeer nabij gevolgd. Tot daar, voorzitter. Ik denk dat ik geantwoord heb op alle vragen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed. Stemgedrag? Vlaams Belang? Raadslid Arnold Bruynooghe. - Mag ik nog even reageren? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - U mag nog eventjes reageren, ja.
49
gemeenteraad 26 mei 2015
Raadslid Arnold Bruynooghe. - Dank u, voorzitter. Ik had nochtans een seintje gegeven maar het was waarschijnlijk niet opgemerkt door u. Ik zou graag, schepen Boudewijn Laloo, op de hoogte blijven van de evolutie ter zake. Dus als u meer weet, kunt u mij dit ook berichten? Ik bedoel, omtrent de raad van bestuur wat er daar uiteindelijk beslist is en zo van die zaken. En ten tweede, ik zou het ook op prijs stellen om meer betrokken te worden als er dus informatievergaderingen zouden kunnen georganiseerd worden, zoals bij Finiwo en Imewo. Schepen Boudewijn Laloo. – Wat die informatievergaderingen betreft, heb ik al geantwoord aan de heer Mostrey dat ik zelf zal aandringen op meer informatievergaderingen. Wat de mogelijkheid betreft van een alternatief rendement moeten wij eerst afwachten en u zult ook de gevolgen daarvan zien, al dan niet, in het budget dat voorgelegd wordt voor 2016 en volgende jaren. Want als wij daaruit geen rendement kunnen halen dan zitten wij, ik ga niet zeggen met een probleem, maar dan zitten wij met minder inkomsten en moeten wij dat ook budgettair vertalen. Maar ik zal daar altijd heel open over zijn, als wij iets meer weten, zal dat ook aangekondigd worden. Want ik denk persoonlijk dat TWVW niet de enige intercommunale zal zijn die geen dividend meer zal uitkeren. Eigenlijk vallen alle intercommunales onder de vennootschapsbelasting en dus alle intercommunales zullen het probleem hebben met de dividenden. Maar goed, ik moet niet antwoorden voor de andere intercommunales. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Stemgedrag? Vlaams Belang onthoudt zich; de overige raadsleden keuren goed. De Gemeenteraad, Besluit: Artikel 1. Het voorstel van statutenwijziging IC TMVW tot opdrachthoudende vereniging conform het decreet van 6 juni 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, inclusief de wijziging van het statutair doel wordt goedgekeurd. Artikel 2. De voorgestelde partiële splitsing IC TMVW wordt goedgekeurd, alsook de oprichtingsakte en de statuten van TMVR EN TMVS. Artikel 3. Volgende personen worden aangeduid bestuursorganen van de 3 ISV's:
om
TMVWater Algemene Vergadering: -
Effectief: mevr. Georgina Denolf
-
Plaatsvervanger: mevr. Ingrid Vandamme
Adviescomité: -
Mevr. Hilde Decleer
-
Dhr. Philip Pierins
-
Dhr. Renaat Landuyt
TMVRecreatie Algemene Vergadering: -
Effectief: mevr. Georgina Denolf
-
Plaatsvervanger: mevr. Ingrid Vandamme
Adviescomité: -
Mevr. Annick Lambrecht
50
de
stad
te
vertegenwoordigen
in
de
gemeenteraad 26 mei 2015
TMVServices Algemene Vergadering: -
Effectief: mevr. Georgina Denolf
-
Plaatsvervanger: mevr. Ingrid Vandamme
Adviescomité: -
Mevr. Annick Lambrecht
-
Dhr. Franky Demon
-
Dhr. Boudewijn Laloo
Artikel 4. Aan de vertegenwoordiger van de stad wordt mandaat gegeven om in te stemmen met de punten op de agenda's van de algemene vergaderingen.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – We zijn nu aanbeland bij punt 26 van schepen Vandevoorde. 26
Onderwijs - stedelijke basisscholen - gezamenlijk schoolreglement.
Schepen Frank Vandevoorde. - Dank u wel, voorzitter. In punt 26 wordt gevraagd om het gezamenlijk schoolreglement voor de stedelijke basisscholen goed te keuren. Het is namelijk zo dat de bestaande schoolreglementen moesten aangepast worden voor een aantal zaken die eigenlijk wel belangrijk zijn, maar nu niet ter zake doen. Maar we hebben eigenlijk van die gelegenheid gebruik gemaakt om de bestaande afzonderlijke schoolreglementen harmonisch om te vormen tot één enkel schoolreglement dat van toepassing is op alle scholen. En daarbij hebben we gebruik gemaakt van het model van het OVSG. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord, collega’s? De Gemeenteraad, Besluit: Het voorstel tot schoolreglement voor alle stedelijke basisscholen wordt m.i.v. 1 juni 2015 goedgekeurd en vervangt de bestaande schoolreglementen.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 27, schepen Hilde Decleer. 27
Toerisme - tarieven bootjes - vastlegging.
Schepen Hilde Decleer. - Dank u voorzitter. Collega’s. In het punt 27 wordt gevraagd om de huidige tarieven van de bootjes terug met één jaar te verlengen, namelijk acht euro voor volwassenen, zeven euro voor groepen en vier euro voor kinderen, en de overeenkomst tussen de exploitanten en de stad Brugge te behouden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord, collega’s? De Gemeenteraad, Besluit: 1. Om de tarieven voor de bootjes in de periode 01 januari 2016 tem 31 december 2016 als volgt vast te leggen: -
volwassenen: 8 euro groepen vanaf 20 personen en Bruggelingen: 7 euro kinderen van 4 tot 11 jaar, of in groeps- of schoolverband: 4 euro.
2. Om de overeenkomst tussen Stad Brugge en de bootjesexploitanten in 2016 niet aan te passen gelet op de ongewijzigde tarieven 2016.
51
gemeenteraad 26 mei 2015
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 28. 28
Toerisme - tarieven koetsen, minibusjes - vastlegging.
Schepen Hilde Decleer. - In punt 28 wordt gevraagd om de tarieven voor de koetsen vast te leggen op vijftig euro, deze voor de huurauto’s op twintig euro voor volwassenen en vijftien euro voor kinderen van zes tot elf, en de looptijd van de nieuwe tarieven vast te leggen vanaf één januari 2016 met een termijn van vier jaar. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord, collega’s? De Gemeenteraad, Besluit: 1. Tarieven voor de koetsen voor een rondrit van een half uur: 50 euro. 2. Tarieven voor de huurauto's: -
voor individuelen voor een rondrit van 50 minuten: 20 euro voor kinderen van 6 tot 11 jaar voor een rondrit van 50 minuten: 15 euro.
3. Looptijd nieuwe tarieven met ingang vanaf 01 januari 2016 voor 4 jaar.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 29, schepen Mieke Hoste. 29
Cultuur - nieuw 'stedelijk reglement voor ondersteuning jubilerende Brugse verenigingen' - goedkeuring.
Schepen Mieke Hoste. - Dank u voorzitter. Collega’s, in punt 29 wordt de goedkeuring gevraagd voor het nieuw stedelijk reglement voor ondersteuning van jubilerende Brugse verenigingen. Het oude reglement dateerde van 2000 en was echt aan een update toe. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Akkoord, collega’s? De Gemeenteraad, Besluit: 1. Het ontwerp 'Stedelijk reglement voor ondersteuning jubilerende Brugse verenigingen' wordt goedgekeurd en is van kracht vanaf 1 januari 2016. 2. De lijst van zalen die gratis kunnen bekomen worden n.a.v. dit reglement wordt goedgekeurd en kan voor eventuele toekomstige wijzigingen aangepast worden door het college van burgemeester en schepenen. 3. De bepaling in artikel 4E van het ontwerp van reglement (voorzien van een aandenken voor jubilerende verenigingen) wordt wel/niet opgenomen. 4. Indien punt 3 wordt goedgekeurd mag de dienst public relations en onthaal het nodige doen om een geschikt aandenken voor jubilerende verenigingen aan te kopen. 5. Het reglement wordt één jaar na invoering, geëvalueerd. 6. Met de inwerkingtreding van het nieuwe reglement d.d. 1 januari 2016 worden volgende beslissingen opgeheven:
de beslissing van de gemeenteraad d.d. 01 maart 2000 waarmee het huidig 'Reglement bij jubilea van verenigingen: subsidiëring, logistieke en infrastructurele steun en officiële ontvangst door het stadsbestuur' werd goedgekeurd.
de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 17 april 2000 waarmee het toepassingsgebied van dit reglement werd verfijnd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan de punten van schepen Pierins. Punt 30.
52
gemeenteraad 26 mei 2015
30
Wegendienst - Mortierstraat, Kleine Kuipersstraat, Bollaardstraat - aangepast ontwerp - goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. - Dank u voorzitter. In punt 30 vragen we de goedkeuring voor het aangepast ontwerp voor de Mortierstraat, Kleine Kuipersstraat en Bollaardstraat. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Mus. Raadslid Lieve Mus. - Voorzitter, burgemeester, collega’s. Een kleine bedenking of een vraag rond dit punt. Is dat geen goed punt (natuurgebied waar een aanleg van een fietspad gebeurt) om in te schrijven in het actieplan SAVE-charter? Want ik zie daar bij het advies van de wegendienst dat een uitvoeringstermijn van één jaar niet haalbaar is en dat er ook extra budget moet zijn voor de wegendienst. Eigenlijk vermoed ik dat er hier budget voorzien is en dat dan misschien haalbaar is. Dat kan al één van de acties zijn binnen dat SAVEcharter. Als u daar de handen in mekaar slaat, denk ik, dat dat al een stap is in de goede richting. Schepen Philip Pierins. - We gaan ons best daarvoor doen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Soete. Raadslid Ann Soete. – Ik zou gewoon willen aandringen bij de schepen dat er deze keer toch genoeg stenen besteld worden, dat men niet in hetzelfde straatje terechtkomt als aan de Walburgakerk. [Gelach] Schepen Philip Pierins. - Ik zal daar op toezien. [Raadslid Lieve Mus. - Het zijn geen stenen, het is beton!] De Gemeenteraad, Besluit: Het aangepast ontwerp voor de heraanleg van de Mortiersstraat, Kleine Kuipersstraat, Bollaardstraat wordt goedgekeurd.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 31. 31
Wegendienst - natuurgebied Gemeneweidebeek te Assebroek - aanleg fietspad voorontwerp – goedkeuring.
Schepen Philip Pierins. - In punt 31 vragen we de goedkeuring voor de aanleg van een fietspad in het natuurgebied Gemeneweidebeek te Assebroek. Het is dus de bedoeling om de Lindelaan, de Zomerstraat en de Vossensteert te verbinden, zoals u leest, tot aan de Zuiderakker ter hoogte van Hoeve Hangerijn. Het voorontwerp behelst 1.145 meter nieuw fietspad door een mooie groene omgeving dat als waardig alternatief voor de gevaarlijke Vossensteert kan beschouwd worden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Beste schepen. Het verwonderde me tijdens het lezen van dit dossier hoe weinig adviezen er werden ingewonnen. Dit plaatste mij voor heel wat vraagtekens: hoe is die beslissing precies tot stand gekomen? Wat is de rationaliteit van die beslissing? Wij kunnen bijvoorbeeld onmogelijk uitmaken hoe groot de behoefte is aan dit fietspad, noch voor hoeveel mensen het een alternatief zal zijn voor de Vossensteert. Bovendien wordt er hier een kilometer beton getrokken in natuurgebied en toch kunnen we nergens uitmaken wat de impact hiervan zal zijn op de natuurwaarden. Elk advies hierrond ontbreekt. In een stad waar zelfs de hoogte van de letters in de etalages gemeten wordt, vind ik dit nogal een vreemde gang van zaken. Alsof de stad zichzelf onttrekt aan plichten die ze de burger oplegt. Je kunt niet ontkennen dat een kilometer beton een invasieve ingreep is, toch wordt dit dossier naar de gemeenteraad gestuurd ter goedkeuring zonder zelfs maar een letter hieraan gewijd. Vanwaar komt dit idee? Welke onderzoeken en studies gingen er aan vooraf? Waarom werd er niet meer advies ingewonnen? Maar goed.
53
gemeenteraad 26 mei 2015
Zoals iedereen weet, heeft Groen Brugge zich steeds actief getoond rond de onveiligste fietsstraat van Brugge, de Vossensteert. Wij nemen dit dossier zeer ernstig en we hebben het dan ook grondig bediscussieerd, de buurtbewoners gecontacteerd en ik heb dit traject deze week nog afgestapt met mijn collega Bruno. En wij hebben een aantal vaststellingen daarover. Eén. Wij volgen het advies van de fietsambtenaar Wim Steeman, dat dit pad op geen enkele manier afbreuk mag doen aan investeringen in fietsveiligheid in de Vossensteert. Zelfs met deze route erbij zal de Vossensteert nog steeds intensief befietst worden en zal ze nog steeds even onveilig zijn. Misschien zelfs een klein beetje minder door dat de “safety in numbers” waar men het altijd over heeft, een stukje zal verminderen. Ook willen we opmerken dat het stuk fietspad, dat start in Zuiderakker en eindigt in Zuiderakker een rustige woonstraat met nauwelijks verkeer verbindt met zichzelf. De meerwaarde van dit stuk qua verkeersveiligheid of ontsluiting is nul. Ik herhaal: niets. Dat is gewoon vijfhonderd meter beton die kan geschrapt worden en waarvan de centen zouden kunnen gespaard worden voor maatregelen op de Vossensteert. Drie. Uit de profielschets blijkt dat het fietspad twee en een halve meter breed zal zijn. In het stuk tussen Zuiderakker en Zomerstraat bijvoorbeeld, is dat exact de breedte tussen de bomenrij en de waterkant. Dat betekent dat fietsers en voetgangers zich op één en hetzelfde pad moeten begeven. Dat heeft mijns inziens niets van doen met het STOP-principe waar we het daarnet nog over hadden. Zeker niet als de eerste doelgroep schoolgaande kinderen zijn die hun verkeersbekwaamheden nog oefenen. Vier. We zijn ook niet akkoord met de keuze voor beton. Indien moest worden volhard in dit project dat nog niet onderbouwd is in onze ogen, dan zou het zeker aangewezen zijn om een andere doorlaatbare bodembedekking te gebruiken. Vijf. Over de inspraak: die is post factum, het project ligt al voor en nu mogen de bewoners nog reageren op punten en komma’s. Echte inspraak zou maken dat de buurt cocreator is van een verkeersveilige situatie, zodat eerst de echte behoefte kan worden onderzocht en daarmee aan de slag kan worden gegaan. Wegens verschillende ontbrekende elementen die ons de kans ontnemen te oordelen hoe intensief dit mogelijks zal gebruikt worden, hoe de Vossensteert hiermee ontlast wordt, of over de invasiviteit van de ingreep qua natuurwaarde, gaan wij ons onthouden. Wij vinden dat het stadsbestuur haar huiswerk opnieuw moet doen en met een voldragen dossier naar de gemeenteraad moet komen, zodat de raad inhoudelijk kan debatteren en reageren over de wenselijkheid van dit fietspad. Ons oordeel is: herexamen fietsveiligheid in de Vossensteert. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Mus. Raadslid Lieve Mus. - Sorry, voorzitter, maar mijn tussenkomst van daarstraks was eigenlijk bedoeld op dit punt. Dus ik was een beetje voor op de punten. Maar ik vind, na de tussenkomst van Sammy: het gaat hier over een voorontwerp waarvan ik toch veronderstel dat dat ook naar de burgers gaat, naar de omgeving. En het is toch op vraag van burgers en blijkbaar van schepenen, dus ik denk dat op die basis toch een voorontwerp kan gemaakt worden. Ik wil nog eens vragen - schepen Lambrecht is hier intussen - om het te kaderen in het SAVE-charter, waar het dan ook kan thuishoren om op korte tijd binnen dat actieplan opgenomen te kunnen worden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de schepen. Schepen Philip Pierins. - Collega’s. Inderdaad is door de burgers en vooral ook de scholen in de omgeving duidelijk gesteld dat de Vossensteert een zeer gevaarlijke straat is. Dat is trouwens al meerdere malen in de krant gekomen. Een oplossing was zeker voor die binnengebieden om een fietspad aan te leggen, waar er al een fietspad is. Dus er is voor het ogenblik een fietspad maar dat fietspad wordt voortdurend kapot gereden, niet kapot gewandeld maar kapot gereden, door mensen die graag met mountainbikes rondrijden en dat is inderdaad voor die kinderen zeer ongemakkelijk rijden. En ik wil echt niet meemaken dat er daar in de Vossensteert een accident zou gebeuren zonder dat we ooit een stap zouden gezet hebben in de richting van een nieuw fietspad daar op die plaats. Dat nieuw fietspad, dat hebben we allemaal ook wel goed bekeken. En je mag zeker zijn dat het absoluut geen enkele impact heeft op de natuur daar, wat er ook van gezegd moge worden. Want om zo natuurvriendelijk mogelijk te werken, is het grondverzet ook zo klein mogelijk gehouden en daarom zal er enkel teelaarde worden weggenomen ter plaatse van het fietspad en zal die dan ook
54
gemeenteraad 26 mei 2015
ter plaatse gebruikt worden om te werken aan het nieuwe fietspad. Hierdoor ligt het nieuwe fietspad lichtjes hoger dan het origineel peil en kan het ook mede door een helling van twee ten honderd zijdelings afgewaterd worden naar de zijkant van het fietspad, en zal er nooit water staan op het fietspad. Dit is volledig in de geest en naar de letter van het hemelwaterdecreet, waar duidelijk gestipuleerd wordt dat alle water ter plaatse op hetzelfde kadastraal perceel moet worden geïnfiltreerd. Dat is duidelijk met dit ontwerp het geval waar een meter zijdelings wordt afgevoerd. Dus, op dat gebied hebben we al onze punten. Waarom komt dit er? Inderdaad, de scholen waren echt vragende partij in dat verhaal. Je ziet een groot aantal smekende kinderen samen met de juffen en de directeurs, die vragen: alstublieft, doe daar iets mee, het is gevaarlijk voor die kinderen. We hebben heel wat kinderen die gebruik maken van dat fietspad in ternair zand maar die er bij regenweer absoluut niet door kunnen crossen, op geen enkele manier. Het is gevaarlijk ook, het gaat om kinderen tot twaalf jaar, dus dat zijn nog kleine ukken, die het heel moeilijk hebben, maar waar we toch blij voor zijn dat ze met de fiets proberen de school te bereiken. En dat is niet de vraag van één persoon, dat is de vraag die we binnengekregen hebben van tientallen personen. We hebben dat met de fietsambtenaar allemaal doorworsteld. We hebben dat met iedereen die daar nodig voor is ook besproken en ik zou zeggen: komt alstublieft naar de opening van dat fietspad. Dan zal u zien welke vreugde er daar zal ontstaan aan die scholen bij het zien van dat nieuwe fietspad. Daarmee ontsluit je ook een doodlopende laan, de Lindelaan, en ook de Zomerstraat waar je dus ook direct de mensen met de fiets een betere natuurbeleving zal kunnen geven. Die natuurbeleving is er dan ook voor de gehandicapten van Hoeve Hangerijn, die op geen enkele andere manier door het Gemeneweidebeek-gebied kunnen met de rolkarren of met andere benodigdheden om de natuur te bereiken. Er is geen enkele andere mogelijkheid, anders zijn het gewoon paadjes in ternair zand waar we ook alle respect voor blijven houden. En ik blijf erbij, de impact van het verhaal van dat fietspad is zo minimaal tegenover de veiligheid die er geboden wordt om toch maar geen accidenten te krijgen voor die enkele kinderen daar in de Vossensteert. Ik denk dat iedereen die hier kinderen heeft absoluut akkoord zou zijn en zeker zij die daar in die omgeving wonen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Ik denk inderdaad dat er al lang de vraag bestaat naar een verkeersveilige Vossensteert, met scholen aan beide kanten van de Vossensteert ten andere. Dat betekent niet dat er vraag was naar dit. Het betekent ook niet dat dit per se een slechte oplossing is, dat heb ik niet gezegd. Maar ik heb gezegd: er ontbreken adviezen, er ontbreken studies die dit verantwoorden en vooral: dit mag geen alternatief zijn om de investeringen op de Vossensteert, die broodnodig zijn, niet door te voeren. Want ik hoor u al op kousenvoeten afkomen van: dit is wat de bewoners gevraagd hebben. Nee, de bewoners hebben een verkeersveilige Vossensteert gevraagd. Bovendien heb ik ook nog steeds geen goed antwoord gehoord over het stuk dat eigenlijk dezelfde straat verbindt die eigenlijk - we zijn daar geweest - een rustige bijna verkeersloze straat is. Dus over dat stuk van het fietspad heb ik toch wel zeker mijn vragen. Schepen Philip Pierins. – Ik zou daar zeker geen vragen over hebben want dat zijn de kinderen die daar passeren. Ik denk niet dat zij die grote overlast zullen geven in een doodlopende straat, waar eigenlijk reeds een pad bestaat. Want dat moet u ook bekijken: er bestaat daar een pad. Maar het is een pad dat bijna niet berijdbaar is in ieder geval, en zeer moeilijk bewandelbaar. En er starten daar ook heel veel natuurwandelingen in die omgeving. We blijven erbij: nu kunnen die kinderen en zelfs volwassenen, oudere mensen en gehandicapten gebruik maken van het pad om daar op een veilige manier ook eens het natuurgebied te bekijken. Er is daar geen enkele zware impact. Integendeel, ik denk dat daar heel veel mensen gelukkig om zijn. Ik ben natuurlijk akkoord dat dat geen stop-punt zou moeten zijn voor het verhaal van de verkeersveilige Vossensteert. En ik denk dat mijn collega Annick Lambrecht van mobiliteit honderd procent met mij akkoord is, dat los van het feit dat er werken zijn aan dat fietspad, ook in de Vossensteert nog moet gekeken worden voor oplossingen die het absoluut voor de fietser veilig moeten maken. En dan hebben we nog niet gedaan. We zijn ook nog aan het werken aan het project dat daar nu al tien jaar vastligt, het fietspad aan de Veltem, dat dan moet uitkomen aan het Zandtiende. Dat is de andere kant van de Vossensteert. Als we dat kunnen bewerkstelligen dan kan ik zeggen dat we de kinderen toch al een stukje veiliger naar de school kunnen laten gaan. En laat ons zeggen, er zijn daar verschillende scholen in de buurt, grotere en kleinere maar in ieder geval werken we daar aan een veilig fietsverkeer in Brugge, ook voor onze jonge kinderen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u.
55
gemeenteraad 26 mei 2015
Om geen misverstanden te hebben, collega Roelant: we hebben vandaag het Verkeersveiligheidscharter getekend. Wat mij betreft, betekent dit dat we de Vossensteert zullen aanpakken. Deze straat is wellicht het symbool van verkeersonveiligheid. Ik denk dat we echt onze wegenwerken en prioriteiten moeten herbekijken om die straat aan te pakken. Raadslid Sammy Roelant. - Oké. Dat hoor ik graag. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed collega’s, akkoord met dit punt? De Gemeenteraad, Besluit: Het voorgelegd ontwerp voor de aanleg van een fietspad in het natuurgebied Gemeneweidebeek te Assebroek, omvattende de beschrijvende en samenvattende opmeting met raming en plannen wordt goedgekeurd. De communicatiedienst opdracht geven een inspraakvergadering te organiseren.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan punt 32. 32
Wegendienst - voetpaden Sint-Jozef 3e fase - meerwerken.
Schepen Philip Pierins. – Punt 32 zijn de meerwerken voor de voetpaden van Sint-Jozef, derde fase. De Gemeenteraad, Besluit: De meerwerken, voetpaden Sint-Jozef 3de fase, in uitvoering door de BVBA Verkinderen uit Eernegem, sluitend op 105.100,00 euro + 17.283,00 euro BTW in meer, waarvan 22.800,00 euro ten laste van TMVW en 82.300,00 euro + 17.283,00 euro BTW = 99.583,00 euro ten laste van stad Brugge, wordt goedgekeurd. Het gedeelte ten laste van stad Brugge wordt benomen op beleidsitem BI020002 - actie RB020002 - algemeen rekeningnummer 22400007.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Collega’s, dan zijn we toegekomen aan de voorstellen en interpellaties. Ik geef het woord aan collega Pillen in verband met de situatie van de gebouwen aan de Arendstraat. Mijnheer Pillen.
Voorstellen en interpellaties van raadsleden 33/1
Situatie gebouwen aan Arendstraat (Parochiaal centrum, sportzaal en pastorie). (Raadslid Jasper Pillen)
Raadslid Jasper Pillen. - Dank u voorzitter. Collega’s, De problematiek met betrekking tot de genoemde gebouwencluster aan de Arendstraat, zoals de voorzitter zei: parochiaal centrum, sportzaal en pastorie, is normaal gezien genoegzaam bekend, zeker binnen de raadsledengroep. Ik heb daarover al een interpellatie gedaan in 2013, het was toen mijn eerste interpellatie. Ik heb daarover ook al verschillende schriftelijke vragen gesteld, waarop ik telkens een stipt antwoord kreeg van schepen Laloo, onder andere nog twee, één in november en één in december vorig jaar. Ik had graag eens opnieuw vernomen wat de visie is van de stad met betrekking tot deze cluster te Koolkerke. Zijn er daarover concrete of grote plannen? En ook, heel specifiek dan, de plannen met betrekking tot de pastorie. En we moeten dat toch eventjes in de plooien zien waar dit dossier momenteel is in gevallen. Het gebouw staat leeg, na het vertrek van de laatste, voorlopig de laatste, pastoor van Koolkerke, die op pensioen is vertrokken. Het is een beschermd gebouw en er is budget voorzien - een heikel thema, kwam daarnet nog aan bod: 750.000 euro in het Stedenfonds. Dus, the time is now. Ik probeer dat toch zoveel mogelijk te doen. Ik wil dat
56
gemeenteraad 26 mei 2015
natuurlijk positief opvatten, vandaar ook meteen het voorstel dat ik ook eerder lanceerde in het Brugsch Handelsblad: een dienstencentrum zou bijvoorbeeld voor dit gebouw een zeer goede optie zijn. Denk maar aan De Garve in Sint-Jozef, nabij gelegen, waar de senioren en de buurtbewoners kunnen samenkomen, een koffie kunnen drinken, en dergelijke meer. Zeker in het licht van het vertrek van het voorlaatste volkscafé in Koolkerke, De Ketel, dat helaas sloot eind vorig jaar, zou dit een goed idee kunnen zijn. Een kindercrèche voor een sterk jonge deelgemeente, die toch wel zeer veel instroom had van jonge gezinnen de laatste pakweg tien, vijftien jaar, zou ook een zeer goede optie zijn om voor te kiezen. Want de instroom aan nieuwkomers in gebouwen die te groot zijn geworden voor de eerder toch senioren op de deelgemeente is toch wel nog altijd zeer steeds groot. Maar we mogen het uiteraard niet alleen hebben over de pastorie, dat zou te beperkt zijn. Ik wil hier van deze interpellatie dus ook echt gebruik maken om te pleiten om het te bekijken, zoals ik het in de titel van mijn interpellatie heb genoemd, als een cluster. We moeten deze site aan het dorpsplein aan de Arendstraat te Koolkerke echt zien als een site, die dus ook zo moet beschouwd worden op ruimtelijk vlak. De pastorie heb je er, je hebt het parochiaal centrum, je hebt de sportzaal, je hebt de kerk uiteraard, de school wat verder, de bibliotheek, die gelukkig een tiental jaar geleden wel vernieuwd is geweest, de krachtbal die na een tijdje in eerste klasse nu terug in tweede is gegaan dit seizoen en dus toch wel alle steun verdient. Op de nieuwjaarsrecepties van de krachtbal zien we ook altijd verschillende schepenen aanwezig, wat zeer positief is en wat er toch op wijst dat die krachtbal echt alle kansen verdient. Alles zit daar mooi gecentraliseerd, rond dat dorpsplein, rond die sportvelden, aan die Arendstraat, dus we moeten dit echt ruimtelijk gaan beschouwen en daar bieden toch wel een aantal zaken zich aan. Dus ten eerste de pastorie, een beschermd gebouw, waar er ruimte is, en geld voorzien is. Maar bijvoorbeeld ook de sportzaal: wat zijn daaromtrent de plannen? Eerder kreeg ik al relatief positieve signalen in antwoorden op schriftelijke vragen van schepen Lambrecht en van schepen Decleer, neem ik dan aan, bijvoorbeeld over het vernieuwen van de vloer, bijvoorbeeld over het bekijken door de gebouwendienst van de douches. Die zijn echt wel een probleem, als je weet dat een paar matchen geleden de meisjeskrachtbalgroep zich heeft moeten omkleden in de toiletten, dus naast de urinoirs en naast de toiletpotten. Dat is natuurlijk een situatie die je niet verwacht in een stad als Brugge. Een rijke stad, dat hebben we daarnet gezien, en dus hier kan alleen maar alles beter. Dan het parochiaal centrum. Schepen Laloo, ik hoor dat daar van alles verandert, wijzigt. Ik had daarnet nog de eer, schepen Matthys, om met uw mensen van het SAK te bellen - wat een minder aangename ervaring was, maar bon – die ook meteen zeiden: Laloo doet daar allemaal niets aan. Dus de sfeer is werkelijk zeer goed, ook te Koolkerke, tussen mensen van dan nog dezelfde partij. Het zijn nu eens niet twee partijen die op elkaars kap zitten, het is binnen dezelfde partij dat ze fantastisch goed overeenkomen. Het is hartverwarmend, werkelijk! Alleen jammer dat ik er deze keer helaas tussen ben gesandwicht, maar dit geheel terzijde. Het parochiaal centrum, Schepen Laloo, wat zijn daar precies de ontwikkelingen? We horen van alles waaien. U weet het evengoed als ik, die situatie is absoluut ontoereikend op het vlak van bijvoorbeeld het sanitair. Ik was drie jaar geleden in de steppen van Rusland, om daar aan verkiezingswaarnemingen te doen in scholen en ik kan u verzekeren, ik heb daar sanitair aangetroffen dat ongeveer de vergelijking met Koolkerke momenteel doorstaat. Het is echt triestig, het stinkt, het is vuil, in de zomer zit het vol vliegen, het is echt voor een stad als Brugge nogmaals onwaardig om dergelijke toestand te blijven tolereren, zeker in een deelgemeente waar het eigenlijk de enige plek is waar een communiefeestje, waar een kaartnamiddag, waar een quiz van de Harmonie en dergelijke meer kunnen doorgaan. Dus graag, schepen Laloo, want ik vermoed dat u op dat stuk zal antwoorden. Hoe zit het daar precies met die onderhandelingen? Wat is er van waar en wat is er niet van waar? Het is een beetje een treurig verhaal, de laatste jaren in Koolkerke. Het is niet de eerste keer dat ik dat zeg. Koolkerke is zeer goed vertegenwoordigd in het schepencollege en toch zien we daar relatief weinig output. Op de verschillende deelgemeenten zijn er investeringen gebeurd, is er vernieuwde infrastructuur gekomen en op het vlak van de cluster die ik daarnet geschetst heb, is het eigenlijk huilen met de pet op. De bibliotheek is het laatste grote dossier en het is inderdaad al van begin vorige legislatuur, als ik mij niet vergis, dat dat opgeknapt is geweest. En eigenlijk zou je de vraag kunnen stellen met de opportuniteiten die zich vandaag aanbieden of dat wel nodig was. We hadden misschien beter op dat moment al samen gekozen voor een echte ruimtelijke oplossing, een financieel gezonde oplossing, en vandaar dus deze interpellatie.
57
gemeenteraad 26 mei 2015
Ik zou kunnen voortdoen met schriftelijke vragen stellen, ik zou kunnen voortdoen met hierover te interpelleren. Misschien op een later moment, voorzitter, maar ik denk dat het nu echt het geschikte moment is. De pastorie is komen leeg te staan, er zijn blijkbaar gesprekken over dat parochiaal centrum, ik kreeg positieve antwoorden op mijn schriftelijke vragen, natuurlijk altijd zonder termijn, zonder deadline, maar daar heb ik zelfs begrip voor. Dit is dus een positieve interpellatie. Gebruik het geld dat jullie hebben in het Stedenfonds, gebruik deze opportuniteit om dit ruimtelijk te gaan oplossen en om de noden van de Koolkerkse bevolking, die al veel te lang aanslepen, nu eindelijk te gaan lenigen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Nee? Schepen Laloo. Schepen Boudewijn Laloo. - Dank u voorzitter. Collega Pillen, u zult het alvast met mij over één zaak eens zijn, dat dat niet mooi is, wat de SAK vertelt van mij. Dat klopt zeker niet met de werkelijkheid. Op 12 mei, dat is zeer recent - en ik doe dat eigenlijk nooit, maar het is ook omdat ik van Koolkerke ben - ben ik persoonlijk naar de pastorie in Koolkerke geweest, om de sleutels daar in ontvangst te mogen nemen. Zoals u weet, heeft men beslist om een pastoor aan te stellen voor de drie parochies: Sint-Jozef, Koolkerke en Dudzele. En uiteindelijk heeft die pastoor maar één pastorie nodig en hij opteerde voor Sint-Jozef. Dit betekent dat er een pastorie vrijkomt en die pastorie is die van Koolkerke. Maar ik weet niet, collega Pillen, of u daar al eens binnen geweest bent? Ben je daar al eens binnen geweest? Raadslid Jasper Pillen. - Toen ik nog zeer jong was, maar recentelijk ook nog op een andere manier. Schepen Boudewijn Laloo. - Wel, ik was verwonderd. Ik was daar zelf nog nooit binnen geweest en ik raad u aan om eens samen met mij binnen te gaan. Maar ik ga ons laten vergezellen door Eric Lagrou bijvoorbeeld, collega Matthys en we gaan er nog een paar mensen bij betrekken. Tijdens het korte plaatsbezoek heb ik moeten vaststellen dat het zeker niet evident is, en om het zacht uit te drukken, zeker niet goedkoop zou zijn, om een nieuwe bestemming te geven, laat staan een gemeenschapsfunctie, aan deze voormalige pastorie. Dat wat dat de pastorie betreft. Wat het centrum Reigersnest betreft: wij hebben eind november van Decanale Werken, want dat is eigendom van Decanale Werken, een vraag gekregen of we niet bereid waren dat in te huren. Ik heb daar eerlijk gezegd niet direct op gereageerd, maar ik heb wel op 9 februari 2015 aan het College voorgesteld om mijn eigen dienst eigendommen, samen met mij uiteraard, opdracht te geven om met vzw Decanale Werken Brugge-Oost te onderhandelen over de gratis verwerving van het pand om er een buurthuis met gemeenschapsvoorzieningen in te realiseren, en het College is mij daar in gevolgd. Ik moet eerlijk bekennen, ik heb het ook al een paar keer gezegd tegen de deken - ik ga geen namen noemen –ik vind persoonlijk dat Decanale Werken daar echt te kort geschoten is in haar taak. Men heeft het gebouw eigenlijk verwaarloosd laten staan en men heeft dan een vzw Reigersnest de opdracht gegeven om dat te exploiteren, een gebouw dat eigenlijk niet te exploiteren is, laat staan dat je via de exploitatie ook inkomsten zou verwerven om het gebouw te renoveren. Ik heb een paar keer met de deken samengezeten en ik heb gezegd: het zou verdedigbaar zijn in het college, en dan ook in deze gemeenteraad, dat wij uw gebouw overnemen voor niks, onder de vorm eventueel van een erfpacht, een symbolische vergoeding. En dan is het mijn voorstel - maar nog niet gedragen door het college omdat ik het ook nog niet voorgesteld heb - om de gelden die wij kunnen krijgen voor de verkoop van de pastorie te gebruiken om het parochiaal centrum te renoveren. Ik ben ook eventjes te rade gegaan bij mensen van het verenigingsleven in Koolkerke - ik loop daar allemaal niet mee naar de pers, maar ik verwijt u dat ook niet, u bent een jonge kracht, een dynamische kracht, u moet dat doen. Ik heb dus even geïnformeerd bij de verenigingen en die zeggen zelf: als wij op Koolkerke een parochiaal centrum hebben dat goed gerenoveerd is dan moeten wij zeker niet over de pastorie kunnen beschikken. Ik heb ondertussen eens gevraagd, burgemeester, wat dat zou kosten, het goed renoveren van een dergelijk gebouw. Men spreekt, zonder BTW wel te verstaan, van 351.250 euro. [Iemand vraagt een verduidelijking, de schepen antwoordt:] Nee, nee, het parochiaal centrum. 351.250 euro. Ik heb ondertussen ook samengezeten met de huidige exploitant van het parochiaal centrum, de vzw Reigernest. Ik heb gezegd: laat de verenigingen toch niet in de steek. Doe in afwachting dat wij een collegebeslissing nemen, bekrachtigd al dan niet door de gemeenteraad, verder de uitbating maar ik maak mij sterk om een dossier te maken waarin wij als college kunnen beslissen – nog niet beslist – dat wij een maximale inspanning doen naar renovatie van het parochiaal centrum, hoofdzakelijk gefinancierd met de gelden van de verkoop van de pastorie. Ik heb daar nog geen akkoord over. Ik mag hier wellicht eigenlijk zelfs niet zeggen wat ik van plan ben maar ik
58
gemeenteraad 26 mei 2015
zeg het toch en zeker niet met de bedoeling om dan in dat dagblad te komen. Ik meen het beste met Koolkerke wat men ook bewere. Mijn visie is duidelijk: laat ons het Reigersnest, zoals het parochiaal centrum noemt, maximaal renoveren, verkoop de pastorie, leg er nog iets bij en gebruik dat geld om het parochiaal centrum te maken tot iets dat up-to-date is. Dat is mijn visie wat het parochiaal centrum en de pastorie betreft. En nu geef ik het woord aan de andere schepenen die betrokkenen zijn. We hebben nog een schepen van patrimonium, we hebben ook de schepen van sport, zij moeten onder mekaar uitmaken wie er verder spreekt. Raadslid Jasper Pillen. - Ik zie dat schepen Matthys ook commentaar geeft op Facebook momenteel. Misschien ook eens haar mening daaromtrent? Schepen Martine Matthys. - Ik ga er niet op reageren, Jasper. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Decleer. Schepen Hilde Decleer. - Ik zal het hebben over de plannen met betrekking tot de werken die aan de sportzaal zullen gebeuren, zoals gevraagd. Er zijn verschillende werken die moeten gebeuren aan de sportzaal. In de eerste plaats: opfrissingswerken aan de inkom en het bureeltje, die starten in de herfstvakantie. Dan de opfrissingswerken aan de kleedruimtes van de sportzaal. Op vraag van mijn collega van sport en de sportverenigingen en ook van u zullen de douches en ook het sanitair en de kleedkamers aangepakt worden. Het dossier komt binnenkort voor het college, de raming is opgemaakt en bedraagt 29.220 euro. Dus als het college dit goedkeurt, wat ik veronderstel, zal dit op korte termijn uitgevoerd worden. Met betrekking tot de sportzaal zelf werd door mijn dienst nagegaan welke de mogelijkheden zijn om deze te verruimen en te verhogen. Want nu zijn er beperkingen, de zaal is te laag, maar dat kan niet evident verholpen worden. De kosten zouden buitensporig oplopen en architecturaal is het moeilijk op te lossen, omwille van stedenbouwkundige beperkingen. De hoogte en dakhelling liggen vast, en dat is ook de reden waarom de sportzaal nu beperkt is van oppervlakte en hoogte. Maar de accommodatie kan mits beperkte opfrissingen en renovatie wel nog een tijdje operationeel blijven. En nu geef ik het woord aan mijn collega. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Lambrecht. Schepen Annick Lambrecht. – Ik ga daar toch ook een klein beetje aan toevoegen. Het is inderdaad zo dat ik blij ben dat het dossier nu vroegtijdig voorkomt door uw vraag, Jasper. Want elke keer als we in Koolkerke zijn, het is niet iets van nu, staan we eigenlijk en ik al zeker als sportschepen, met rode wangen. Het is beschamend zoals het daar is. Maar in het algemeen beleidsprogramma, goedgekeurd door iedereen hier, in punt 341, hebben we ons geëngageerd om de blinde vlekken op sportvlak aan te pakken en daarin hebben we duidelijk gestipuleerd: Koolkerke, Sint-Michiels en Lissewege zijn blinde vlekken. En niettegenstaande die zaal in Koolkerke eigenlijk - het is ongelooflijk volgens de staat waarin ze is - nog zeer veel gebruikt wordt door scholen, door verenigingen, is ze verouderd, veel te klein, en ik denk niet dat iemand hier in de gemeenteraad dit zal durven tegenspreken. Dus ik ben blij met de steun die we hier gaan krijgen om stappen vooruit te zetten, Jasper, in dat dossier. Om het nog een beetje meer vooruit te doen gaan, hebben wij met de sportdienst vorig jaar een studie toegewezen aan het WES Research and Strategy om alle noden inzake sportaccommodatie in Brugge in kaart te brengen. Dat moet resulteren in een sportinvesteringsprogramma, zodat we niet lukraak gaan beginnen. Maar u weet net als ik dat Koolkerke daar ook zal uitkomen. Op korte termijn is het zeer goed dat collega Decleer met haar diensten het sanitair aanpakt, liever gisteren dan morgen, zou ik zo zeggen. Dat is op korte termijn zeer mooi. Er gaan een beetje veranderingen op dat vlak gebeuren maar op lange termijn moet daar een structurele oplossing komen, een gerenoveerde zaal of een nieuwe zaal, en ik hoor heel wat mogelijkheden hier, wat er op wijst dat wij met ons college goed rond de tafel gaan moeten zitten, want misschien kunnen wij geld van de pastorie gaan gebruiken om te investeren in de sportzaal of om er een stuk aan te zetten. Ik denk dat wij daar eigenlijk nog niet uit zijn maar waar wij wel uit zijn en ik denk in consensus met de hele gemeenteraad, tenzij iemand mij tegenspreekt, is dat er aan die sportaccommodatie liever gisteren dan morgen iets moet worden gedaan. Korte termijnoplossingen oké, maar we moeten voor een goede, mooie, langetermijnoplossing gaan. Want ook in het kader van de
59
gemeenteraad 26 mei 2015
mobiliteit is het uiteraard niet de bedoeling dat de mensen continu met de auto’s naar Brugge moeten rijden om te gaan sporten in de binnenstad. Dus ook op dat vlak zetten we stappen dan. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Pillen. Raadslid Jasper Pillen. - Dank u voorzitter. Dank u schepenen. Een zeer duidelijk antwoord van alle drie. Het is ook een serieus engagement dat jullie aangegaan zijn, waarvoor uitdrukkelijk mijn dank. Eén vraagje: is dat een collegiaal antwoord van het volledige college, dus ook met betrekking tot de pastorie? [Raadslid Jasper Pillen gaat in op de reacties.] Maar ja, bon, je weet dat nooit, als je de kranten erop naslaat, weet je dat nooit. Dus een relatief belangrijk element in dit geval. En schepen Laloo, u heeft gelijk wat de pastorie betreft. Ik ben er een tijdje geleden nog binnen geweest en uiteraard als klein mannetje ben ik er geregeld geweest als zijnde een vlijtige leerling van De Smalle. Dat gebouw is inderdaad oud maar we moeten, denk ik, ruimtelijk gezien toch wat durf hebben. Een passerelle of een verbinding tussen de twee gebouwen zou misschien ooit een optie zijn. Maar als de consensus van het college zou zijn ervoor te kiezen om de opbrengst van de pastorie te herinvesteren in de gebouwen ernaast, dan denk ik dat we hier zitten met een zeer redelijke en zeer goede en zeer constructieve oplossing. Dus, dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mijnheer Lagrou. Raadslid Eric Lagrou. - Ik wil enkel beetje aansluiten, ik heb goed geluisterd. Voor mij is het bijzonderste dat er werk van wordt gemaakt of dat men denkt er werk van te maken, want het zal inderdaad geen gemakkelijke opgave zijn. En terwijl ik aan het luisteren was, kwam er out of the blue iets op - ik ga misschien iets zeggen dat totaal onmogelijk zal zijn - en dan denk ik aan mevrouw Lambrecht en ook aan sport. Ik heb ooit eens opgevangen toen ik met mensen praatte uit Koolkerke, dat je twee zaken kunt doen. Enerzijds, waar we nu de pastorie hebben, kan iets administratief of weet-ik-veel-wat, vernieuwd of zo. Maar ik denk dat we ook een stukje sportieve mogelijkheden hebben. Op de terreinen waar nu die voetbalvelden zijn heb je ook een klein veldje, en daarnaast, dus aan de gebouwen van de KSA, nog een heel groot veld. Misschien is erover na te denken of er mogelijkheden zijn om bijvoorbeeld daar de krachtbal te brengen en daar een klein beetje de sportieve zaken af te handelen. Dan komt er ook ruimte vrij aan het Reigernest en dergelijke zaken meer. Maar het is gewoon een keer los denken dat ik doe. Voor de rest ga ik daar niet verder over praten want het is geen gemakkelijke materie. Ik woon er maar sinds vijftien jaar. Maar ik durf wel ook mijn bezorgdheid uiten over wat Jasper zegt, en ik denk dat het misschien het overwegen waard is. Maar het is out of the blue. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s. Dan kunnen we overgaan naar de volgende interpellatie van collega Daels in verband met kasseistenen en kinderarbeid. Mijnheer Daels.
33/2
Kasseistenen en kinderarbeid. (Raadslid Patrick Daels)
Raadslid Patrick Daels. – Dank u voorzitter, geacht schepencollege, collega’s. Op 15 mei, nog niet zolang geleden, publiceerde De Standaard een krantenartikel dat de meesten waarschijnlijk wel gelezen hebben. De titel luidde “Onze kasseien worden gemaakt door Indiase kinderen”. In dit artikel stelt de auteur: een van de meest verkochte kasseistenen op de Belgische markt, kandla grijs genaamd, komt uit Budhpura in India. De Standaard trok vervolgens naar het kleine dorpje in Rajasthan en stelde vast dat kinderarbeid er schering en inslag is bij de kasseiproductie. En verder schrijft diezelfde journalist: “Zeker is dat de terrassen op de Oude Markt van Leuven, het kerkplein van Merelbeke en voetpaden in tal van steden er vol mee liggen”. Enkele dagen later vernamen we via de pers dat er in de stad Gent één of zelfs meerdere pleinen geplaveid zijn met dergelijke kasseien. Als gemeenteraadslid en als Bruggeling is bij het lezen van dergelijk artikel bij ons de automatische reflex : “Hoe zit dat bij ons in Brugge ?” Ik heb toen wat documentatie opgevraagd in de secretarie. In de aanbesteding bijvoorbeeld van de heraanleg van de Geldmuntstraat die ik opgevraagd had, lees ik inderdaad dat de criteria “maatschappelijk verantwoord ondernemen” enerzijds en “materialen van afkomst uit de Europese
60
gemeenteraad 26 mei 2015
gemeenschap” anderzijds als gunningsvoorwaarden opgenomen werden in de aanbesteding van specifiek hier de Geldmuntstraat. Via de pers konden wij de afgelopen dagen nog meer informatie vernemen zo ook bijvoorbeeld dat Vlaams minister van bestuurszaken Liesbeth Homans alle lokale besturen zal vragen om een ethische clausule op te nemen in alle bestekken. Het weze natuurlijk duidelijk dat om een sluitende ethische clausule efficiënt te kunnen laten werken er zeker ook nood is aan transparantie in de volledige productieketen. Oké, ik heb vandaag van schepen Pierins een “certificat de conformité” gekregen, specifiek van die kasseistenen uit de Geldmuntstraat. Maar dan blijft de vraag natuurlijk naar de volledige productieketen. Namens onze N-VA fractie stelde ik het college hier graag twee vragen. Ten eerste. Hoe waterdicht zijn de momenteel door de stad Brugge geformuleerde criteria in verband met maatschappelijk verantwoord ondernemen en vooral dan in verband met materialen afkomstig uit de Europese gemeenschap als het specifiek op kinderarbeid zou aankomen. Hoe zeker kunnen wij inwoners van Brugge dus zijn dat hier in Brugge geen pleinen of straten geplaveid worden of reeds zijn met kasseistenen kandla grijs uit Budhpura of eender welke andere afkomst waar kinderarbeid toegepast wordt. En een tweede vraag, die tegelijkertijd een suggestie is. Is het stadsbestuur eventueel bereid om een nog meer expliciete transparante ketenbenadering mee als voorwaarde op te nemen in aanbestedingen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roeland Raadslid Sammy Roelant. – Ik was evenals collega Daels aangegrepen door dat artikel. Ik had eerst gedacht om er een schriftelijke vraag over te stellen maar de burgemeester had mij op Facebook gerustgesteld daaromtrent dat wij in Brugge daar niet aan meedoen. En dat had mij ook effectief gerustgesteld maar toen kreeg ik van een paar vrienden de referenties door van een site waar kasseibedrijven hun referenties kunnen geven. En ik zie hier bijvoorbeeld aannemer Cocquyt De Smet bvba die zegt dat zij in de Groenestraat en de Zilverstraat trottoirs gelegd hebben in grijze kandla. Dan zie ik van bvba Haezebroeck dat zij grijze kandla platines in de Sint-Jacobsstraat als referentie opnemen. Dan zie ik van nv Verhelst dat zij grijze kandla platines als trottoirs in de Gapaardstraat en in de zijstraat van de Gapaardstraat hebben opgenomen. Dus dat bevreemdt mij enigszins. Ik neem aan dat jullie ervan uitgaan dat dit nu goed is. Maar ik weet niet uit welke periode dit stamt. Is dat er in geslopen? Ik zie dat hier staan en ik ben benieuwd naar wat de betekenis daarvan is. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Mijnheer de schepen. Schepen Philip Pierins. - Dank u voorzitter. Collega’s raadsleden, laat één ding duidelijk zijn: iedereen die hier aanwezig is in deze gemeenteraad is tegen kinderarbeid. En dat is niet alleen kinderarbeid die veroorzaakt wordt door het kappen van stenen maar evengoed de vuile kleren die wij soms aan hebben. Ik zou zeggen, kijk vanavond eens in je kleerkast, er zit daar ook nog het een en het ander in waarvan we kunnen zeggen dat er iets mis mee is. Met Brugge willen we er zeker in deze legislatuur meer dan werk van maken. Collega Roelant spreekt over de Sint-Jacobsstraat en de Groenstraat. Dat zijn werken die ik mij absoluut niet herinner, die zijn van jaren terug en ik denk dat eigenlijk dan het kwaad reeds geschied was. Maar ik zal niet zeggen kwaad, want wie is daar eigenlijk voorgesteld geweest in dat verhaal van India? Dat is één bepaald bedrijf of een paar bedrijven in één bepaald dorp. En jullie kennen misschien wel mijn ervaring van India. Ik ben in die streek minstens veertig of vijftig keer geweest en ik ken al die groeven en de carrières en de toestanden daar. Er zijn, ik zal niet overdrijven, honderdduizenden mensen die daar hun werk vinden en dat daar kinderarbeid tussen zit dat is echt mogelijk. In India is er nog altijd geen honderd percent sluitende oplossing zoals in vele andere Aziatische landen die dat ook met zich meedragen. Er zouden veel mensen verschieten van wat er allemaal in hun huis staat dat misschien ook door kinderhanden gemaakt is. Ik wil terugkeren naar de vraag van mijnheer Daels. Het criterium maatschappelijk verantwoord ondernemen is reeds vele jaren opgenomen in de bestekken van de wegendienst. De volledige tekst heb ik hier bij mij, als je die wil lezen dan kan je dat straks ook doen. Dit criterium helpt onrechtstreeks ook bij de strijd tegen kinderarbeid. Begin 2014 werd het criterium in verband met de herkomst van natuurstenen materialen toegevoegd aan de bestekken. De natuurstenen materialen dienen afkomstig te zijn van een
61
gemeenteraad 26 mei 2015
lidstaat van de Europese gemeenschap en hierdoor ontstaat automatisch een verbod op het gebruik van kasseistenen zowel kandla grijs uit Budhpura als uit Jaipur waar dat kandla grijs evengoed wordt gekapt - en wij hebben ook dergelijke stenen die uit China en uit Vietnam komen waarbij wij dus ook geen garantie hebben. Het enige nadeel dat wij daarvan hebben is dat alles dertig tot veertig percent duurder zal zijn in materiaal. Natuurlijk hebben wij langs de andere kant het voordeel dat wij koosjer zitten met het klimaatplan, omdat daar geen extra transportkosten meer bijkomen. Ik wil ook echt zoals ik daarnet zei duidelijk stellen dat ook in India een groot aantal firma’s en bedrijven correct werken en dat deze sector niet over de ganse lijn malafide praktijken zoals kinderarbeid hanteert. Verder verwijs ik graag nog naar de vzw Febenat. U zei dat mevrouw Homans daar werk wil van maken. Wel, eigenlijk zijn wij allemaal te laat. En wie is er te laat? De 308 gemeenten en steden die uitgenodigd waren in Brussel op 31 januari 2013 op de dag van de openbare ruimte om de voorstelling bij te wonen van de lancering van het Responsible Stone Program. Van de 308 steden en gemeenten was enkel Brussel stad aanwezig. Ook in januari 2015 tijdens het Stone & Tile Event was er vanuit de overheid geen aandacht voor. Nu, voor dat eerste geval kunnen wij stellen: het was dertig dagen na het installeren van de nieuwe gemeenteraad, hadden de nieuwe schepenen wel de tijd om zich met dergelijke toestanden bezig te houden? Ik weet het niet, maar in ieder geval zijn wij daar collectief in de vernieling gegaan. Wij ook. Wie meer wil weten over die werking van het Fonds Eerlijke Natuursteen mag mij natuurlijk altijd een mail sturen. Ik heb daar contact mee genomen en ik heb nog een voorbereidende vergadering op 1 juni 2015. Ik hoop dat wij vanaf dan de 308 namen kunnen toevoegen van alle steden en gemeenten in Vlaanderen voor dat project van Febenat. Febenat wil zeggen: Fonds Eerlijke Natuursteen. De leden van Febenat werken sinds 2009 samen met de niet-gouvernementele organisaties, vakbonden en lokale overheden om de werkomstandigheden in natuursteengroeves over gans de wereld te verbeteren. Samen met het Nederlandse VNNI heeft Febenat in 2013 dus het Responsible Stone Program voorgesteld. De problemen in de nieuwe groeilanden kan Febenat niet alleen oplossen. Dus nodigen zij ook de verschillende overheden van Nederland, België en Europa uit om in het bijzonder de Indische overheid en misschien ook wel andere landen op hun plichten te wijzen. Febenat stelt voor om alle krachten uit de natuursteensector te bundelen in een Fonds Eerlijke Natuursteen. Daarvoor wordt een externe ervaringsdeskundige aangetrokken die samen met de NGO’s en de verschillende overheden het Fonds Eerlijke Natuursteen zal uitbouwen. Vanzelfsprekend volg ik deze materie verder op. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Daels. Raadslid Patrick Daels. - Ik dank u voor het antwoord. Ik ben blij dat er extra aandacht aan zal besteed worden en dat werkelijk die ketenbenadering zoals wij dat kunnen noemen, wat grondiger uitgesplitst zal worden en uiteindelijk ook als conditie zal terechtkomen in de aanbesteding. Dat vind ik zeer positief. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Neen? Dan gaan wij over tot de vraag van collega Van Volcem in verband met de kleine stadsbussen. Mevrouw Van Volcem.
33/3
Kleine stadsbussen. (Raadslid Mercedes Van Volcem)
Raadslid Mercedes Van Volcem. – Dank u wel. Mijn excuses dat ik met deze vraag nog eens in herhaling val. Maar aangezien ik een week geleden in de kranten zag dat de burgemeester nogal expliciet zijn mening vertolkte, vraag ik hoe het eigenlijk zit met die kleine stadsbussen en het overleg met De Lijn. In Brugge maakte het stadsbestuur de belofte om kleine bussen in de binnenstad in te voeren. En het is ook heel belangrijk om deze in te voeren wil men de stad leefbaar houden. Thans is er niet altijd een gelijkheid aan belangen tussen wat de stad voor ogen heeft naar leefbaarheid en het doel dat De Lijn heeft. Want De Lijn wil eigenlijk zoveel mogelijk bussen en zoveel mogelijk passagiers, dat is haar hoofddoel. Maar natuurlijk hebben wij in Brugge een beetje de limiet bereikt en is er hier eigenlijk een klein beetje een contradictie tussen wat De Lijn wil en wat het stadsbestuur zou moeten willen.
62
gemeenteraad 26 mei 2015
Ik denk dat het belangrijk is dat de stad een leefbaar model vooruitschuift. Ik denk dat heel de gemeenteraad daar ook wel achter staat, dat iedereen van de gemeenteraad denkt dat er een ander circulatieplan moet komen en dat die grote bussen die steeds door de Steenstraat en de Geldmuntstraat gaan toch een stukje teveel van het goede zijn omdat je komt tot grote busfiles, wat de leefbaarheid van de stad een stuk in het gedrang brengt. Een multimodale benadering is noodzakelijk: spoor, binnenvaart, wat kan er per fiets, wat kan er te voet gedaan worden. Het is ook niet zo dat twaalfjarigen voor de school moeten worden afgezet. Als zij bijvoorbeeld op ’t Zand worden afgezet dan kunnen zij toch gemakkelijk de school in de binnenstad, zoals bijvoorbeeld de Jozefienen, ik zeg maar iets, of andere scholen, de Frères bijvoorbeeld, ook van die plaats bereiken zodat ze eigenlijk niet nog die honderd meter verder moeten worden vervoerd tot aan bijvoorbeeld de Sint-Salvatorskerk of omgekeerd, bijvoorbeeld aan Krefel. Ik denk dat jongeren ook wel de fiets mogen gebruiken en dat als zij van ver komen de bus kunnen nemen, maar vlak voor de school worden afgezet? Een stukje wandelen kan altijd goed doen. Er moet dus wel nagedacht worden: wat willen wij? Hoe zien wij dat? Hoe boeken wij vooruitgang? En iets dat mij vooral interesseert: wat als die vooruitgang niet wordt geboekt? Ik heb gelezen dat de burgemeester ook zelf wil beslissen. Zal u dan voorzien in een alternatief vervoersmodel of zal u meteen zeggen: de bussen van De Lijn komen niet meer in het ei? Ik ben daar zeer benieuwd naar. Ik vraag ook of er al overleg is over nieuwe plaatsen waar kan worden opgestapt, bijvoorbeeld aan ’t Zand of aan de Dijver. En betere aansluitingen naar Lissewege waar nu vooral een belbus fungeert en naar de bedrijventerreinen: hoe staat het daar mee? Dus overwegende dat de zwaardere bussen de leefbaarheid van de stad aantasten, Brugge een voortrekkersrol moet spelen in Vlaanderen wat betreft leefkwaliteit en mobiliteit, kleinere bussen minder schade zullen veroorzaken ook aan het nieuwe wegdek in de Geldmuntstraat, het standpunt van de voltallige gemeenteraad inzake kleine bussen - tenzij men mij hier straks onderbreekt, maar dat is reeds bevestigd in de gemeenteraad van 21 maart 2015 - en de multimodale benadering vraag ik u of het stadsbestuur plannen heeft om de mobiliteit zelf te organiseren. Ik zou graag het woord aan u willen geven om mijn vragen te beantwoorden. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Nog collega’s? Neen? Mijnheer Mostrey. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u voorzitter, geacht collega’s. Wij wensen ons aan te sluiten bij deze vraag en ook de vorige keer hebben wij dat gedaan met Groen. Ik heb toen ook de vraag gesteld aan de burgemeester: wetende dat De Lijn moet besparen, wetende dat kleine bussen voor de burgemeester belangrijk zijn: waarom komt de stad ook niet zelf met een bijdrage over de brug? De burgemeester heeft toen iets geantwoord in de trant van: De Lijn moet zijn verantwoordelijkheid nemen ook ten aanzien van de leefbaarheid in het centrum. Dat zou niets mogen kosten, dat zou evident moeten zijn. Ik kan in die redenering inkomen, maar ik wil ook een parallelle redenering maken: is de leefbaarheid in Brugge voor de Bruggeling het ook niet waard dat het wat kost? Ik wil daar nog de volgende bedenking bij maken. De bedoeling van kleinere bussen is ook om de straten wat te ontzien zodanig dat er minder heraanleg zou zijn. En dat zie ik dan toch als een besparingspost. Dat zijn toch middelen die je dan eventueel kan oversluizen om De Lijn of een alternatief bussysteem te helpen ondersteunen. Dus bij deze wil ik nog eens die vraag herhalen. Dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Nog collega’s? Neen? Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Dank u mijnheer de voorzitter, waarde collega’s. Ik moet de ganse gemeenteraad nog eens danken voor de vorige conclusie op de verschillende interpellaties. Omdat die gemeenteraad een duidelijk signaal is geweest naar De Lijn toe, die eigenlijk afzonderlijk alle partijen had benaderd, dat de ganse gemeenteraad op één lijn staat wat betreft het ontlasten van de binnenstad van al te veel zwaar busvervoer. Dit was een zeer belangrijk moment in de onderhandelingen die wij gevoerd hebben met De Lijn. Op 11 mei 2015, dus een paar weken geleden, hebben wij in het college een voorlopig voorstel van De Lijn kunnen aanvaarden dat er op neer komt dat wij vanaf januari 2016 een proefproject zullen volgen. Het blijven moeilijke discussies met De Lijn omdat zij op onze vraag zouden moeten afstappen van het stersysteem dat erin bestaat dat alle wegen langs de Markt van Brugge leiden, en moeten aanvaarden dat dit niet meer zinvol is, dat men de deelgemeenten wellicht veel
63
gemeenteraad 26 mei 2015
productiever kan dienen door een ander systeem te volgen. Als de mensen weten dat ze vanuit hun deelgemeente bijvoorbeeld vlugger aan het station kunnen geraken dan vandaag, dan zijn wij er van overtuigd dat ze nog meer personen zullen kunnen vervoeren, dat nog meer mensen zullen beslissen om hun trein te nemen zonder de auto te nemen naar het station. Dat blijft dus een zeer moeilijke discussie. Maar wat is de stand van zaken op vandaag? Wij hebben voorlopig een voorstel aanvaard van De Lijn. Dat komt er op neer dat door deze beslissing er in de Zuidzandstraat nog twaalf bussen per uur rijden in plaats van de huidige drieëndertig per uur. In de Steenstraat verlaagt de frequentie tot zes bussen per uur in plaats van de huidige drieëndertig. In de Geldmuntstraat zullen in de toekomst, maar daarvoor moeten eerst de werken gedaan zijn, nog achttien bussen rijden in plaats van de vierentwintig die er voor de wegenwerken reden. Deze aanpassingen zijn mogelijk omdat het huidige exploitatiemodel de zogenaamde sterexploitatie, aangepast zal worden. Wij staan dus voor een eerste stap in het meestappen in het reorganiseren van de buslijnen. De proefperiode die start in januari 2016 zal wel rekening moeten houden met het feit dat de Geldmuntstraat nog niet bereikbaar zal zijn voor bussen. U weet dat wij er blijven voor ijveren om deze nieuwe winkelstraat anders te behandelen wat betreft busverkeer, maar deze discussie gaat in ieder geval nog verder. Dit is het kader waarbinnen wij verder discussiëren over een kleine route voor kleine bussen. Naar ons oordeel zou het zeer interessant zijn om die op te starten in het ei van Brugge. Met name in de nu drukste route tussen de Markt en ’t Zand zouden wij een volledig ander verkeersmodel moeten kunnen afspreken. Wij zitten wat onze autonomie betreft effectief in een wettelijk kader waar wij zomaar niet kunnen buiten treden. Het is een heel concessiesysteem waar wij als gemeente zomaar niet kunnen binnen komen. Maar wij hebben de indruk, of meer dan de indruk, dat ook in Brussel debatten bezig zijn rond de al dan niet fundamentele reorganisatie van het openbaar vervoer, rond de fundamentele verandering van de rol van De Lijn in deze. Ik sta of wij staan als gemeente niet alleen in de discussie rond het feit dat de gemeenten, zeker de steden, te weinig inspraak hebben in het organiseren van uw eigen openbaar vervoer. Ik behoor tot diegenen die los van welke partij dan ook de stelling verdedigen dat op dit vlak meer autonomie nodig is. Maar in afwachting daaromtrent discussiëren wij binnen het wettelijk kader met zoveel mogelijk steun van de gemeenteraad op een zo efficiënt mogelijke manier. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Van Volcem. Raadslid Mercedes Van Volcem. – Dank u wel burgemeester, dat is op dit uur van de avond wel een grote primeur. Want ik had eigenlijk verwacht dat alles bij het oude zou blijven. En u weet dat ik dikwijls nog eens op dezelfde nagel probeer te slaan. Dus met de proefperiode in 2016 kom je hier toch van twaalf - als ik het goed begrepen heb, ik zal het nog eens herhalen - twaalf in plaats van drieëndertig in de Zuidzandstraat, zes in plaats van drieëndertig in de Steenstraat en achttien in plaats van vierentwintig in de Geldmuntstraat. Als dat waar is en doorgang vindt, dan is dit wel een grote stap voor de leefbaarheid van ons centrum, dan vind ik dat een positieve zaak. En ik durf toch zeggen dat dit een resultaat mag zijn van oppositie en meerderheid, de volledige oppositie, want alle partijen stonden daar achter. U ziet dat als iedereen in hetzelfde belang denkt, er stappen vooruit kunnen worden gezet. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed collega’s, dan gaan wij over naar het taxibeleid in Brugge. Mevrouw Van Volcem.
33/4
Taxibeleid in Brugge. (Raadslid Mercedes Van Volcem)
Raadslid Mercedes Van Volcem. - Wat die interpellatie betreft: ik heb vandaag de beslissing van het college toegestuurd gekregen. Dus is het enige wat mij interesseert: waarom men in de communicatie in de krant zegt dat men tegen Uber is. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Decleer. Schepen Hilde Decleer. – Ik zal het antwoord dan beperken, als iedereen daar mee akkoord is. Waarom is men tegen Uber? Ik weet niet waar u dat vandaan haalt. De stad kant zich niet a priori tegen nieuwe initiatieven zoals Uber. Nieuwe digitale initiatieven kunnen ook voor de taxisector een meerwaarde betekenen, de stad wil nieuwe initiatieven zeker een kans geven. Zo wordt er overleg opgestart met bijvoorbeeld een Vlaams bedrijf dat een app wil maken waardoor een
64
gemeenteraad 26 mei 2015
gebruiker van een taxi veel sneller een juiste taxi zal hebben. Maar de wetgeving rond personenvervoer is strikt geregeld, dat is een Vlaamse bevoegdheid en hierin worden een aantal bepalingen vastgelegd. Er is duidelijk sprake van oneerlijke concurrentie indien voor dezelfde dienst, personenvervoer over de weg, het ene bedrijf zich niet dient te houden aan deze regels en de andere bedrijven wel. Volgens De Tijd van 14 maart 2015 is in opdracht van de Brusselse onderzoeksrechter een onderzoek hangend of Uber in overeenstemming is met de Belgische wetgeving. In het Vlaams decreet wordt bijvoorbeeld opgelegd om een taxameter te installeren, Uber doet dat niet. In het Vlaams decreet wordt opgelegd dat er een vergunning moet aangevraagd worden als taxichauffeur en exploitant, dit gebeurt ook niet bij Uber. Dus als je dat zou willen doordrukken moet eigenlijk eerst het Vlaams decreet gewijzigd worden. Wij houden ons aan het decreet. Raadslid Mercedes Van Volcem. - Oké, maar het stond wel degelijk in de krant. Daarom was ik geïnteresseerd, omdat ik dacht dat het eerder ideologisch was. Wij zijn toch in een hele nieuwe wereld, ik ben daar eigenlijk op zich niet zo tegen, tegen een Ubergebeuren. Dat gaat erover hoe u uw goederen en uw vervoer maximaal kan organiseren met gedeelde middelen. En je moet ook denken aan de consument: als het gedrag van de consument verandert dan moeten natuurlijk ook de mensen die een bedrijvigheid hebben, zich daaraan aanpassen. En de hele beschermende wetgeving die geen verandering toelaat, maakt alleen maar dat er nog een tijdje kan worden vastgeklampt [aan de huidige situatie] maar dat je je uiteindelijk toch moet aanpassen. Schepen Hilde Decleer. - Maar de beschermende wetgeving zit in Vlaanderen. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Mostrey. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u voorzitter. Ik ging eigenlijk wat bijkomende vraagjes over het taxibeleid stellen naar aanleiding van de interpellatie van collega Van Volcem. Er was mij ook al ter ore gekomen dat er wat bezorgdheid was bij de taxichauffeurs en ik had ook al de nota opgevraagd en ik heb die gelezen. Maar ik zit nog met een aantal vragen. Bijvoorbeeld. Ik vind niet terug dat er een overleg is geweest met de sector. Het is decretaal verplicht om zo een overleg te organiseren. Is dat gebeurd en kan ik daar eventueel een verslag van krijgen? Wie is daarop uitgenodigd? En wie is aanwezig geweest? Want ik vermoed en heb een beetje de indruk dat het vooral de grotere taxispelers zijn die daar hun zeg hebben kunnen doen en niet de kleinere spelers. En een tweede vraag. Ik volg de redenering die gemaakt wordt in de nota: er is nood aan meer taxi’s. Maar die vraag komt van de hotelsector onder andere, van de cruises en zo. Maar ik vraag mij af of die visie niet teveel geschoeid is op expliciet de piekmomenten. Want nu wordt de keuze gemaakt naar het maximum, maar is een tussenoplossing niet beter? Het gaat niet altijd alleen maar over piekmomenten. Elke taxichauffeur moet natuurlijk zijn brood kunnen winnen hele dagen en niet alleen op de piekmomenten. Dus ik vraag mij af of die redenering wel goed doordacht is. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Mevrouw Decleer. Schepen Hilde Decleer. - De redenen zijn niet enkel de vragen van de hotelsector en de cruisesector maar in de eerste plaats het Vlaams decreet dat stelt dat wij per 1.000 inwoners 1 taxi moeten hebben. Daardoor moesten wij het reglement aanpassen…. Raadslid Bruno Mostrey. - Het is niet “moet”, maar “mag”. Het is toch “mag”? Schepen Hilde Decleer. - Neen, de norm is 1 per 1.000. Raadslid Bruno Mostrey. - Waarom zijn er dan scenario’s in die nota die veel lager blijven? Schepen Hilde Decleer. - Maar er staat wel ook bij: “buiten decreet”. Je hebt wel verschil, en waar ze vroeger in de dienst altijd onderscheid maakten tussen “buiten de openbare weg” en “op de openbare weg”, zij maakten twee lijsten, hebben wij nu wij beslist om één lijst te maken want het decreet zegt niet dat wij daar onderscheid moeten in maken. Wij hebben er nu in de vijftig. Als wij dan de norm naleven is dat wel een maximum. En dat is een beetje verkeerd in de pers gekomen omdat een taxichauffeur dat verkeerd begrepen had. Hij dacht dat wij van 19 naar 117 zouden gaan. Zo is het niet. De maximumnorm is 117, zo hebben wij het bekeken, voor de beiden samen: openbare weg, niet openbare weg. U vroeg: hebt u dat uitgelegd aan de taxi-exploitanten. Wij hebben ze allemaal uitgenodigd, er kan ons zeker niet verweten worden dat wij het niet uitgelegd hebben. Wij hebben ook gezegd:
65
gemeenteraad 26 mei 2015
wij willen bijkomende standplaatsen, kunnen jullie ideeën geven van waar jullie dikwijls gevraagd worden om te komen en er geen standplaats is. Wij hebben dan het verslag naar allemaal gestuurd en wij hebben gevraagd of zij er nog opmerkingen op hadden. Want niet iedereen kon aanwezig zijn, maar zij mochten er nadien nog opmerkingen op geven. En wij zullen nog een bijkomende vergadering doen in de loop van de maand juni. Maar wat de standplaatsen betreft: dat moet nog naar de gemeenteraad komen, dat komt volgende maand in de gemeenteraad. Raadslid Bruno Mostrey. - Zou ik dat verslag eens mogen krijgen? Schepen Hilde Decleer. - Ik heb dat zelfs bij als u wilt. U mag dit van mij zelfs onmiddellijk hebben. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer De Plancke. Raadslid Jean-Marie De Plancke. - Mevrouw de schepen, ik heb nog een vraag. Wij lezen dat er dus een standplaats komt in Zeebrugge voor de cruiseterminal. Maar u weet even goed als ik dat het cruiseseizoen geen 365 dagen duurt. In de winter, in de echte wintermaanden, zijn er bijna geen cruiseschepen. Dus mijn vraag is: de taxi’s die normaal op die standplaats staan, waar zal u die dan laten staan in de wintermaanden? Schepen Hilde Decleer. - Wel, daarom voorzien wij nog andere plaatsen. Maar het is op vraag van de taxi-exploitanten zelf dat er daar een standplaats komt. En waarom vragen zij dat? Omdat er daar nu concurrentie is van taxi’s van Knokke-Heist en van Blankenberge, die allemaal daar komen. Als wij taxistandplaatsen hebben op de openbare weg mogen enkel diegenen met een vergunning door de stad Brugge uitgereikt daarop staan. Er is ook nog overleg van de dienst, nog deze week - ik weet nu niet of het vandaag of morgen of overmorgen was - met MBZ om te zien of ze nog dichter bij de cruiseschepen kunnen. Want, wie vraagt een taxi? Dikwijls mensen die slecht ter been zijn en die daarom de taxi zo dicht mogelijk willen. En nu is het nog iets te ver, hopelijk komen wij daar tot een oplossing. Plus, de mensen die met een taxi komen zijn meestal mensen die geld spenderen in de stad en die willen wij zeker naar onze stad halen. Raadslid Jean-Marie De Plancke. - Dat is heel mooi en voor de mensen die slecht te been zijn heeft de MBZ een prachtige rode bus aangekocht. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s. Het is uiteindelijk toch een volwaardige interpellatie geworden. Burgemeester Renaat Landuyt. - Mag ik nog iets…? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer de burgemeester. Burgemeester Renaat Landuyt. - Ik denk dat de beslissing die wij genomen hebben rond de taxi’s een belangrijke beslissing is ook op toeristisch vlak. Er gaan niet direct van vandaag op morgen 117 taxi’s rondrijden. Maar er is het algemeen fenomeen dat er tekort waren. Dus nu kunnen wij veel meer erkenningen doen, dat hebben wij onszelf opgelegd. U zult lezen in de verslagen van de taxibedrijven dat zij daar niet zo gelukkig mee zijn omdat zij liever een bepaalde markt afschermen. Vanuit het algemeen belang leek het ons echt doenbaar om de deur iets ruimer open te zetten waardoor bijvoorbeeld veel meer mensen van de cruises die een taxi nemen autonoom kunnen komen besteden in de binnenstad en niet direct in groep moeten komen. Want nu heb je het fenomeen dat zij met een taxi naar een andere gemeente gaan en in groep bij ons achter een bordje komen lopen. In de toeristische zin zijn mensen die met een taxi naar de binnenstad komen soms iets interessanter qua besteding. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Dan kunnen wij overgaan naar het volgende punt.
33/5
Steenbrugge en de Dampoortsluis : veranderingen in zicht ? (Raadslid Charlotte Storme)
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - De vraag van collega Storme wordt omgezet in een schriftelijke vraag. Collega Storme is verontschuldigd. Dan geven wij nu het woord aan collega Bruynooghe in verband met het Olympiazwembad.
33/6
Het Olympiazwembad en overleg tussen provincie West-Vlaanderen en Stad Brugge. (Raadslid Arnold Bruynooghe)
66
gemeenteraad 26 mei 2015
Raadslid Arnold Bruynooghe. - Dank u wel voorzitter. Vanaf 2017 zal de provincie door een interne staatshervorming de persoonsgebonden bevoegdheden verliezen. Dit heeft als belangrijk gevolg voor de stad Brugge dat de beschikbaarheidsvergoeding die de provincie dertig jaar lang zou betalen voor het Olympiabad, een bedrag van 1,6 miljoen euro per jaar, wegvalt. Vandaar een aantal vragen. Ik neem aan dat het bedrag dat zowel Brugge als de provincie aan de S&R‐groep betalen contractueel vast ligt. Vandaar: wat staat er precies in dit contract als één van de partijen die beschikbaarheidsvergoeding niet meer betaalt? Ten tweede. Hoe staat de schepen van financiën tegenover die veranderende situatie? Weigert hij hardnekkig om ook maar 1 euro meer te betalen? Of is hij bereid - en ik verwijs hier naar wat met het Concertgebouw gebeurd is in Vlaanderen - in te gaan op een voorstel, van Vlaanderen bijvoorbeeld, om tegenover elke euro die Vlaanderen betaalt als overnemende de beschikbaarheidsvergoeding van de provincie, evenveel te betalen als stad Brugge? Ten vierde. Wat is het maximaal bedrag dat Brugge jaarlijks zal overnemen na het wegvallen van de beschikbaarheidsvergoeding vanwege de provincie West‐Vlaanderen en dat voor een periode van dertig jaar? Is er overleg gebeurd of gepland met de provincie of met Vlaanderen met betrekking tot het wegvallen van de beschikbaarheidsvergoeding? En tenslotte nog een vraag die aan de rand daarvan staat. Is het bestuur van de stad Brugge benaderd of op de hoogte, formeel of informeel, van een voorstel van ruilovereenkomst dat zou uitgaan van de provincie West‐Vlaanderen in verband met gebouwen? En indien dit zo is: over welke gebouwen gaat het dan concreet? Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw de schepen. Schepen Annick Lambrecht. - Geachte collega. Op uw vraag één kan ik het volgende antwoorden. Het zwembad wordt gebouwd via het Vlaams sportinfrastructuurplan dat tekorten op het gebied van sportinfrastructuur wil wegwerken. En er wordt gewerkt via een PPS-formule, publiek-private samenwerking, waarbij de partners, in dit geval Vlaanderen, onze provincie en de stad Brugge samenwerken met een privépartner namelijk S&R Brugge, om het zwembad te ontwerpen, te bouwen, te financieren, te onderhouden en ook uit te baten via een zogenaamde DBFMO-overeenkomst. Dat komt er eigenlijk op neer dat in ruil voor deze taken die privépartner jaarlijks een beschikbaarheidsvergoeding krijgt, dertig jaar lang. Die beschikbaarheidsvergoeding bedraagt 2,5 miljoen euro. De bijdragen van de stad en van Vlaanderen liggen vast, de Provincie betaalt het resterende deel. Vlaanderen betaalt jaarlijks 313.000 euro. Stad Brugge, zoals vastgesteld in de gemeenteraad van 5 juni 2009, maximaal 373.100 euro per jaar. Eventuele meeruitgaven in deze beschikbaarheidsvergoeding komen ten laste van de provincie. Deze overeenkomst gaat uiteraard over het wél uitvoeren van verbintenissen door de partners. Over het niet-uitvoeren van verbintenissen door één van de partners staat niets in de overeenkomst. Uw vragen twee, drie, vier en vijf behandel ik het liefst samen. Indien Vlaanderen beslist om bevoegdheden en de daaraan gekoppelde middelen weg te halen bij de provincie dan is het ook wel aan Vlaanderen om deze bevoegdheden en middelen ofwel zelf op zich te nemen en zelf in te staan voor de financiering van het provinciaal gedeelte van de beschikbaarheidsvergoeding - ofwel een andere instantie aan te duiden die dat moet doen maar dan zal Vlaanderen die instantie daar toch de nodige middelen voor moeten geven. De stad acht het dus logisch dat Vlaanderen hierin initiatief neemt en ook binnen de provincie wordt dit als de te volgen weg aanzien. Indien Vlaanderen contracten van het provinciaal bestuursniveau over zal nemen, lijkt niets erop te wijzen dat Brugge haar engagementen zal moeten wijzigen of verhogen. Er is totaal nog geen overleg geweest over het verhogen of overnemen van engagementen van provinciale bevoegdheden. En dan uw laatste vraag: de dienst eigendommen is hiervoor nog niet benaderd. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Bruynooghe. Raadslid Arnold Bruynooghe. - Dank u wel schepen voor uw duidelijk antwoord.
67
gemeenteraad 26 mei 2015
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Dan gaan wij over tot de vraag van collega Mostrey in verband met een gratis parkeerkaart voor zorgverstrekkers. Mijnheer Mostrey.
33/7
Gratis parkeerkaart voor zorgverstrekkers. (Raadslid Bruno Mostrey)
Raadslid Bruno Mostrey. – Dank u voorzitter, collega’s. Zorgkundigen of hun organisaties, die in de binnenstad hulpbehoevenden helpen met boodschappen of het vervoeren naar dokters, ziekenhuizen, kinesisten, thuiszorg, enzovoort, moeten tot op vandaag honderd euro per jaar betalen voor de kaart, de parkeerkaart dus. Nochtans beschikken veel hulpbehoevenden in de binnenstad niet meer over een wagen en is een zorgverlener een belangrijke speler bij hun mobiliteit. Groen Brugge stelt voor om de parkeerkaart voor zorgverstrekkers gratis te maken. Dit in navolging van de gratis parkeerkaart voor Cambiogebruikers in de binnenstad. Het is een logische stap om dit verder door te trekken van Cambiokaarten naar gratis kaarten voor zorgverstrekkers. Wil dit bestuur ingaan op deze vraag? Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw de schepen. Schepen Annick Lambrecht. - Geachte collega. Ik ga de vraag, ondanks het uur, toch redelijk uitgebreid beantwoorden omdat wij alles goed moeten kunnen overzien hier. Er zijn eigenlijk drie verschillende categorieën van parkeerkaarten die door onze dienst mobiliteit hier in Brugge worden uitgereikt voor zorg. Een eerste categorie zijn de zorginstellingen in de binnenstad, bijvoorbeeld Ons Huis Sint-Anna. In totaal zijn er van deze categorie veertien parkeerkaarten in omloop. Zorginstellingen kunnen maximaal drie parkeerkaarten per instelling krijgen als ze tot die categorie behoren. Het gebruik van de kaart is beperkt tot de zone vermeld op de kaart. De zone wordt bepaald naargelang de locatie waar deze opvang moet gebeuren. Voor deze categorie in die zone kan de zorginstelling dan haar voertuig gratis en onbeperkt parkeren, uitgezonderd in een aantal drukke winkelstraten. Dan is er een tweede categorie, de zorgverstrekkers in georganiseerd verband zoals het Wit-Gele Kruis of Familiezorg. Daarvan zijn er vierentwintig kaarten uitgegeven. Per organisatie daar worden maximaal tien kaarten afgeleverd ongeacht hoeveel voertuigen die organisatie ook bezit of hoeveel mensen daar ook werken. Het gebruik van die kaart is beperkt tot het betalend parkeren in de zones 2 en 3, dat zijn de rode en de gele zones, uitgezonderd terug in de drukste winkelstraten. De vrijstelling van het betalend parkeren hier is maximum vier uur, dus niet onbeperkt. En dan is er nog een derde categorie: de individuele zorgverstrekkers, ik denk aan de artsen, de kinesisten en zo. Daarvan zijn er achtentwintig parkeerkaarten in omloop. Een parkeerkaart daar wordt afgeleverd voor de voertuigen op naam van zo een individuele zorgverstrekker die een zorgpraktijk heeft op het grondgebied van de stad Brugge. Per individuele zorgverstrekker wordt maximum één kaart afgeleverd. De kaart is beperkt tot het bepalend parkeren in de zones 2 en 3 en hier mag men maximum één uur gratis parkeren. Het is zo dat als je die drie categorieën optelt we in totaal aan 66 parkeerkaarten in omloop zitten, en dit aantal schommelt niet veel, het blijft ongeveer gelijk, zeker in de categorieën 1 en 2. Er zijn daar nauwelijks verschuivingen waar te nemen. Wij hebben gezien dat er in 2014 één kaart is bijgevraagd van de categorie 3, de individuele zorgverstrekkers. Jaarlijks wordt voor die kaarten honderd euro betaald om deze vrijstellingen te kunnen hebben. Wij doen dat om ervoor te zorgen dat enkel de personen die dergelijke kaart echt nodig hebben deze kaart aanvragen. Maar dan kom ik tot een belangrijk iets. De vergelijking wordt nogal snel gemaakt: het is bij autodelen zo, wij kunnen dat evengoed doortrekken. Maar nu moet je wel opletten, want de parkeerkaarten voor zorgverstrekkers kan je eigenlijk niet vergelijken met het autodelen. Voor autodelen hebben de mensen vaste standplaatsen waar ze de auto meestal plaatsen en het is eigenlijk maar sporadisch dat zij gratis die andere parkeerplaatsen gebruiken, omdat men daar betaalt per kilometer maar ook per uur dat men de auto gebruikt. Dus als je de auto niet aan het gebruiken bent als autodeelgebruiker dan ga je die niet plaatsen op een betalende parkeerplaats maar zet je die op de vaste plaats. En zorgverstrekkers hebben natuurlijk die vaste plaatsen niet.
68
gemeenteraad 26 mei 2015
De zorgverstrekkers zijn ook niet onderworpen aan extra kosten zoals dat bij autodelen wel het geval is, bijvoorbeeld per gereden kilometer. Het gratis aanbieden hebben wij al goed zitten onderzoeken, want uw vraag lijkt op het eerst zicht zeer eenvoudig en terecht, en waarom zou je dat dan niet geven. U weet, wij bij sp.a zijn voor gratis als het kan maar wij zijn ook realistisch. Als wij die kaarten gratis zouden geven dan zijn wij ervan overtuigd dat de vraag groter zal worden dan effectief noodzakelijk. Want de controle daarop is niet evident, zeker niet bij die individuele kaarten. Op die manier trekken wij nog meer wagens aan naar onze binnenstad en dat is nu eigenlijk iets waarvan wij allemaal in de gemeenteraad, iedere gemeenteraad bijna, benadrukken dat wij niet willen dat dit nog toeneemt, dit voor de leefbaarheid van Brugge. Maar wij nemen uiteraard al die redeneringen die wij maken ook mee in het mobiliteitsplan dat in opmaak is naar het einde van het jaar toe. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Mostrey. Raadslid Bruno Mostrey. - Dank u mevrouw de schepen, het is een gedegen antwoord. Mag ik het ook nog eens op papier krijgen? Ik zal het dan aan mijn achterban doorgeven. Maar ik heb toch nog twee bedenkingen. De bedoeling van Cambio is: minder auto’s in de binnenstad. En doordat je een auto deelt, lukt dat ook. Maar zorgverstrekkers komen daar eigenlijk ook een beetje aan tegemoet want daardoor hebben zorgbehoevenden geen auto meer of laten hun auto wegdoen omdat zij gemakkelijk beroep kunnen doen op deze diensten. En in die zin is er toch een parallel waar je ook oog voor moet hebben. Mijn vraag is dan ook: kan je misschien niet andere criteria inroepen om te vermijden dat er wildgroei zal komen zodat er misschien toch, al is het maar een aantal, kaarten kunnen gegeven worden aan zorgverstrekkers. Maar goed, ik begrijp inderdaad dat het complexer is dan het initiële uitgangspunt van mijn vraag. Ik zal er zeker ook nog eens over nadenken. Schepen Annick Lambrecht. - Het is zeer, zeer moeilijk om zeker in categorie 3 controle te blijven hebben op kinesisten en dokters en zo die de kaarten aan het gezin kunnen geven om te gebruiken. Wij krijgen ook eigenlijk weinig de vraag hoor, naar die kaarten van 100 euro. Ik kan u dat bezorgen, ik ga dat niemand aandoen op dit late uur, maar ik ben ook even bij de andere steden gaan kijken waar het meestal ook betalend is of waar er zelfs geen systeem bestaat voor zorgverstrekkenden. In een ideale wereld waar alles kan, zou ik dat ook graag gratis geven. Maar ik denk dat de nadelen van teveel auto’s in de binnenstad helemaal niet opwegen tegen een systeem dat nu relatief goed werkt, denk ik. Maar ik bezorg u zeker de tekst, als u mij eerst een mailtje stuurt zodat ik uw mailadres heb. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Wij gaan nu luisteren naar mijnheer Roelant. Mijnheer Roelant in verband met de gemeenschapsmunt.
33/8
Gemeenschapsmunt. (Raadslid Sammy Roelant)
Raadslid Sammy Roelant. – Dank u wel voorzitter. Een complementaire munteenheid is een overeenkomst om een ander dan het wettelijk betaalmiddel te gebruiken, met de bedoeling om onbevredigde behoeften te verbinden met anders onderbenutte bronnen. Een commercieel voorbeeld zijn hier de zogenaamde air miles die de vliegtuigmaatschappijen uitgeven. Gemeenschapsmunten zijn een lokale variant, die meestal een maatschappelijk wenselijk doeleinde hebben. Er is een grote variëteit aan onbeantwoorde behoeften: bijvoorbeeld sociale noden als ouderenzorg of jeugdbegeleiding, economische noden als werkloosheid en onvoldoende tewerkstelling, commerciële noden zoals concurrentiekracht van lokale bedrijven tegenover supermarktketens, ecologische-, culturele-, educatieve noden: ondersteuning voor plaatselijke non-profitorganisaties en gemeenschapsprojecten, bijvoorbeeld. Tezelfdertijd kunnen onderbenutte bronnen gevonden worden op de meest onverwachte plaatsen: bijvoorbeeld lege stoelen in cultuurevenementen of restaurants, organisaties die bereid zijn bepaalde taken uit te voeren als ze goed omkaderd worden, vrije tijd die kan ingezet worden als nuttige bijdrage, scholen of andere gebouwen die in periodes leegstaan. Het startpunt voor complementaire munten is om die noden te vervullen die onvervuld blijven nadat de transacties door middel van gewoon geld gebeurd zijn. Op dezelfde manier zijn de ongebruikte bronnen deze die niet gebruikt zijn in de conventionele economische transacties.
69
gemeenteraad 26 mei 2015
Het invoeren van een gemeenschapsmunt is geen doel op zich, maar een krachtig middel om maatschappelijke doelstellingen te bereiken. De eerste stap is dus het bepalen van doelen. In Brugge zouden dat zaken kunnen zijn als: opruimen van zwerfvuil, helpen bij huiswerkbegeleiding of nachtopvang van daklozen, boodschappen doen voor bejaarden. Volgende stappen bestaan uit het bepalen van de juiste eenheid, een systeem om transacties te managen, een circulatiesysteem. En ook het bepalen van de diensten waartegen de eenheid kan ingewisseld worden: bijvoorbeeld tickets voor cultuurevenementen, aankoopbonnen bij buurthandelaars, tickets voor openbaar vervoer. Mijn vraag aan het stadsbestuur, concreet aan de collega's van de andere fracties, is, of zij akkoord gaan met het organiseren van een berek waarop mensen als bijvoorbeeld Bernard Lietaer of Anne Snick, auteurs van het handboek uitgegeven bij Thuis in de Stad, of organisaties als FairFin kunnen uitgenodigd worden om toelichting te geven, zodanig dat wij als raadsleden op een geïnformeerde manier kunnen beslissen over mogelijke verdere stappen in het creëren van gemeenschapsmunten. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Collega’s, die willen aansluiten? Neen? Mijnheer de schepen. Schepen Dirk De fauw. – Dank u wel mijnheer voorzitter. De ideeën rond de gemeenschapsmunt of gemeenschapsmunten zijn eigenlijk zeer actueel. Het zijn ideeën rond deeleconomie waarbij men zegt, waarom moeten de buren allemaal een boormachine of een kruiwagen kopen, je kan dat toch van elkaar lenen of gebruiken, dat is toch veel beter. Of het gaat zelfs verder, waarbij warme maaltijden worden uitgewisseld, de ene kookt dit en een ander kookt dan op een andere dag totaal iets anders. Het systeem van letsen is in Brugge ook al een hele tijd werkzaam. Dat bestaat al. En de weggeefwinkel die in Brugge een tijdelijke stek heeft in een pand van Vivendo in de Hoefijzerlaan is er eigenlijk ook een voorbeeld van, waarbij gratis materiaal wordt aangeleverd en anderzijds het ook gratis wordt meegenomen. Typerend voor al deze initiatieven is wel dat ze van onderuit gegroeid zijn, een aantal mensen in een buurt of een wijk of een vereniging hebben het systeem opgezet. Het is niet de overheid op zich die daar als organiserende partner in optreedt. Anderzijds zijn er al twee projecten in Brugge waar de overheid wel mee betrokken is, zowel de stad als het OCMW. Het eerste is een project van de vzw Curando waar OCMW Brugge ook is ingestapt. En met financiële steun van het provinciaal impulsfonds wil deze vzw waartoe onder andere de woonzorgcentra Herdershove, Jeruzalem en Westervier behoren, onderzoeken hoe het individueel en maatschappelijk welzijn van kwetsbare personen kan verhoogd worden door de introductie van zo een gemeenschapsmunt. Hierbij wordt de zuiver professionele- of vrijwillige dienstverlening overstegen en gezorgd dat de betrokkenen langer en betaalbaar thuis kunnen blijven wonen. Het tweede project is de Doe Goed-pas. Dat is een initiatief van de stedelijke vrijwilligerscentrale waar ook het OCMW zijn medewerking aan verleent. Het gaat hier om een variant op de gemeenschapsmunt voor inwoners die zich engageren als vrijwilliger en/of als mantelzorger. Die moeten gewaardeerd worden. Het gaat om de introductie van een kortingskaart bij de lokale handelaren van Brugge, waarbij als vorm van waardering de Doe Goed-pas kan gebruikt worden om een zekere korting te krijgen bij de lokale handelaars. Dus ik zou zeggen, wij zijn op de goede weg met de twee projecten waarmee er geëxperimenteerd wordt. En liever dan nu een apart berek te gaan organiseren over die gemeenschapsmunt, met een aantal theoretische uiteenzettingen of voorbeelden uit andere steden, stel ik voor dat wij de resultaten van die twee projecten na een korte tijd evalueren en dat wij dit eventjes in het berek brengen om dan daarover van gedachten te wisselen en te kijken welke rol wij als stad en/of OCMW hebben om dit verder te introduceren in onze maatschappij. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Roelant. Raadslid Sammy Roelant. - Ik bedank u voor uw antwoord en ik ben verheugd vast te stellen dat er nu twee experimenten opgezet worden. Of het in een extra berek moet zijn, dat maakt niet uit, maar ik denk dat het wel interessant zou zijn om een aantal van die mensen eens te horen. Ik denk dat dit vormend kan zijn voor ons als raadsleden. Ik denk dat dit ook een van de taken is van een berek. Ik weet dat er nog andere mensen op dit moment geïnteresseerd zijn om zo een project op te zetten, ik denk bijvoorbeeld aan Oranje, ik heb al horen waaien dat zij daarover aan het
70
gemeenteraad 26 mei 2015
denken zijn. Dus inderdaad, de vraag moet van onderuit komen. De overheid kan faciliteren en structuren helpen creëren en in die zin kan het wel goed zijn dat wij daarvan allemaal goed op de hoogte zijn. Dus mijn vraag blijft toch een beetje staan. Ik dacht ook dat er vanuit de fractie steun was om zo een berek te organiseren. Schepen Dirk De fauw. - Voorzitter, als het berek dat wenst, kunnen wij uiteraard binnen het berek als een informatief punt iemand uitnodigen die wat toelichting kan geven bij de twee projecten die in Brugge lopen. En dan kan een expert op dat punt ook eens uitgenodigd worden om een aantal ervaringen of ideeën aan te brengen. Raadslid Sammy Roelant. - Oké, dat is goed. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mijnheer Ennaert. Raadslid Pascal Ennaert. - Ik vind het eigenlijk nog veel beter dat als gemeenteraadsleden daar interesse in hebben, zij de vergaderingen van Lets Brugge bijwonen, of zij kunnen naar het Repair Café in de Volkshogeschool gaan. Er zijn mensen genoeg hier uit de gemeenteraad die ik daar al ben tegengekomen. Dus ik zie eigenlijk niet in waarom wij dat moeten doen. Trouwens, ik heb zelf twee jaar geleden aan de mensen van Lets Brugge gevraagd of zij ondersteuning vroegen en ik had de indruk dat zij daar redelijk op hun autonomie stonden en het systeem willen in leven houden buiten de stad om. Dus, doe zo verder zou ik zeggen want het is een fantastisch systeem, maar wij moeten niet met de overheid overal onze hand willen op leggen. Raadslid Sammy Roelant. - Dank u wel, collega Ennaert. Ik ben zelf lid van Lets dus ik weet hoe het marcheert, al een paar jaar. Ik wil ook zeggen dat een gemeenschapsmunt aanvullend is aan Lets en helemaal niet in de plaats komt daarvan. Dank u wel. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Goed, collega’s, dan sluiten wij af met de Heilige Bloedprocessie en de afgelasting daarvan.
33/9
Afgelasting Heilig Bloedprocessie. (Raadslid Ann Soete)
Raadslid Ann Soete. - Dank u wel, voorzitter. Door de aangekondigde felle regenbuien is de Heilige Bloedprocessie, voor de eerste keer sinds achttien jaar opnieuw helaas moeten afgelast worden. Dat was overmacht maar wellicht had hier ook, denk ik, een beter communicatie kunnen plaatsvinden. Communicatie die soms toch nog wel altijd eens het zieke broertje lijkt of blijkt tenminste in onze stad Brugge. Er zijn wel onmiddellijk politiewagens rondgereden die aankondigden dat de processie niet doorging. En ook werd verteld dat de tickets van de tribunes niet zouden terugbetaald worden. De burgemeester verklaarde zelfs dat hij hoopte dat de mensen een beetje plezier konden maken in de cafés. Maar onder druk van de sociale media is het stadsbestuur nadien toch snel op haar besluit teruggekomen. Vele mensen hadden hun ticket al weggegooid en zijn dus mistevreden. Dat is natuurlijk een spijtige zaak, dat is niet direct een goede geste naar de klanten toe, zou ik zeggen. Sommige mensen komen maar voor één dag naar Brugge of voor een weekend, en in dat weekend specifiek om de processie te volgen. Particulieren die de stoelen hadden verhuurd hebben onmiddellijk het geld teruggegeven, heel spontaan, maar bij de stad kon dat blijkbaar niet. Ik had hier graag enkele suggesties geformuleerd om als dit zich nog eens zou voordoen, dit wel te kunnen. Want uiteindelijk wisten jullie als stadsbestuur toch wel al dagen van te voren dat het slecht weer zou kunnen zijn en waarschijnlijk zou zijn. Dus eigenlijk, vind ik, hadden jullie een plan B moeten voorzien. Ik ga hier misschien eens een suggestie doen. Je had misschien beter kunnen afstemmen met bepaalde toeristische sectoren - ja, uw handjes tezamen. Misschien had je, ik zeg maar iets, met de bootjes kunnen afspreken: als de processie afgelast is dan kunnen de mensen hun ticket inwisselen voor een rondvaart op de bootjes, die de stad dan eventueel terugbetaalde. Of misschien konden de mensen hun ticket gebruiken als toegangskaartje in de musea, dat zou ook geen slecht idee zijn. Een rondrit met de koets, burgemeester, of mevrouw de schepen, zou natuurlijk moeilijk geweest zijn want blijkbaar zijn die mensen niet verwittigd geweest dat de processie afgelast was en zijn ze niet kunnen terugkeren, wat ook spijtig was want mensen hadden misschien met hun ticketje terug op de koetsen gekund. Ik herhaal het nog eens: een goede commerçant mijnheer de burgemeester, is altijd op zijn qui vive en die heeft altijd een plan op voorhand, een plan B. Ik zou u alleen maar kunnen aanraden in het vervolg, als dit nog eens voorkomt en je weet dat de mogelijkheid er is dat het slecht weer is:
71
gemeenteraad 26 mei 2015
ik kan u tal van organisaties voorleggen die in dat geval heel snel reageren, organisaties van concerten, van andere evenementen die als ze weten dat het slecht weer is altijd een plan B hebben. Ik kan alleen maar vragen aan de stad: doe dat ook, probeer dat ook te doen. Je doet aan een vorm van klantenbinding als je die mensen iets anders kunt aanbieden. Ook in ons Nenoproject staat dat de inwoners, de bezoekers van de stad, klanten zijn van onze stad. Dus naar citymarketing toe kan dat wel tellen. Ik kan alleen maar een aantal aanbevelingen doen en misschien kun je dit meenemen voor een volgende keer. Ik dank u. Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Mevrouw Hoste. Schepen Mieke Hoste. - Collega. Zoals je weet wordt de Heilig Bloedprocessie georganiseerd door de Confrérie van het Heilig Bloed. Maar de dienst cultuur van de stad coördineert de samenwerking tussen de verschillende stadsdiensten, staat in voor de tribunes, de kostuums, het materiaal. De dienst van toerisme staat in voor de promotie en de ticketverkoop verloopt hoofdzakelijk via In&Uit en deels via de dienst cultuur voor de Markt en de loketjes die op de Markt en de Dijver staan. Tijdens de vorige legislatuur heeft het college beslist, eind juni 2012, dat bij een afgelasting van de processie wegens regenweer geen tickets zouden terugbetaald worden. Dat staat ook heel duidelijk vermeld op de tickets die via In&Uit verdeeld worden. Daar staat standaard op vermeld dat de tickets noch omgeruild noch terugbetaald worden. Het is nu wel zo dat wij een dossier opgemaakt hebben met de bedoeling om dat volgende week maandag voor te leggen aan het college - en ik ga ervan uit of ik hoop althans toch dat al mijn collega’s dat zullen goedkeuren - dat de tickets omgeruild mogen worden en als een geldig betaalmiddel kunnen dienen bij een volgende editie van de processie, en dat dit ook naar de toekomst toe zo zal gebeuren. Raadslid Ann Soete. - Dank u wel mevrouw voor uw antwoord. U zegt: “in de vorige legislatuur”. Maar ik herhaal nogmaals: u wist al dagen op voorhand dat het hoogstwaarschijnlijk slecht weer zou zijn. Dus u had eigenlijk al kunnen ingrijpen. Waarom is er dan teruggekomen op de beslissing, twee dagen of de dag nadien, en gaan wij ze toch terug betalen? [Raadslid Ann Soete en schepen Mieke Hoste spreken door elkaar, met stemverheffing] Schepen Mieke Hoste. – Het weerbericht, dat zijn weersvoorspellingen, ik denk dat u weet dat wij daar niet altijd kunnen op voortgaan. Eén. En twee… Raadslid Ann Soete. - Mevrouw de schepen, daar moet u niet mee afkomen. Ik ga u eens iets zeggen. Schepen Mieke Hoste. - Als je bijvoorbeeld een ticket koopt voor, ik zeg nu maar, het Cactusfestival, voor een bepaalde groep die komt en die groep zegt de dag zelf af, dan ga je ook je geld niet terug krijgen. Dat is niet alleen bij Cactus, dat is op alle festivals zo. Meestal staat dat duidelijk vermeld. Raadslid Ann Soete. - Dat zal dan alleen maar in Brugge zijn, mevrouw de schepen, want ik heb ervaring met veel andere zaken, die één, als er groepen niet afkomen wel tickets terugbetalen of een andere compensatie geven. En twee, als het slecht weer is, toch wel iets anders voorzien. Ik kan het alleen maar zeggen en het u meegeven. Het is een vriendelijke suggestie … Schepen Mieke Hoste. - Dank voor uw suggesties. Raadslid Ann Soete. - … en ik ben blij dat u daar werk van maakt. Maar ik vind dat u vlug en efficiënt moet handelen in zo een geval. En daarom mijn interpellatie. Schepen Miek Hoste. – Ik heb dat genoteerd. Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Wij gaan vlug en efficiënt verder werken. Punt akten en mededelingen.
72
gemeenteraad 26 mei 2015
Akten en mededelingen 34
Jeugd - algemene vergaderingen jeugdraad 2014 - kennisname.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - Punt 34. Geen opmerkingen? De Gemeenteraad, N e e m t k e n n i s van de verslagen van de algemene vergaderingen van de jeugdraad die plaatsvonden in 2014.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. - De openbare zitting is gesloten. De zitting wordt om 23u35 gesloten.
73